Bauknecht GKI 9001 A++ Gebruikershandleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Gebruikershandleiding
23
GEBRUIKSAANWIJZING
ALVORENS HET PRODUCT TE GEBRUIKEN
MILIEUTIPS
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN
ADVIEZEN
GEBRUIK VAN DE VRIEZER
DE VRIEZER ONTDOOIEN EN REINIGEN
STORINGEN OPSPOREN
KLANTENSERVICE
INSTALLATIE
24
ALVORENS HET PRODUCT TE GEBRUIKEN
MILIEUTIPS
Het door u aangeschafte apparaat is ontworpen
voor huishoudelijk gebruik en ook:
- voor gebruik in keukens van werkplaatsen,
winkels en/of kantoren
- in landbouwbedrijven
- in hotels, motels, appartementen, bed &
breakfast voor gebruik door afzonderlijke
klanten.
Voor een optimaal gebruik van uw apparaat is
het raadzaam de gebruiksaanwijzing
aandachtig door te lezen, hierin vindt u een
beschrijving van het apparaat en adviezen
voor het conserveren van voedingsmiddelen.
Bewaar dit boekje zodat u het naderhand nog
eens kunt raadplegen.
1. Controleer na het uitpakken van het apparaat of
het niet beschadigd is en of de deur goed sluit.
Uw leverancier dient binnen 24 uur vanaf de
levering van het product van eventuele schade
op de hoogte te worden gesteld.
2. Het is raadzaam minstens twee uur te wachten
alvorens het apparaat in werking te stellen, om
het koelcircuit perfect te kunnen laten
functioneren.
3. Zorg ervoor dat de installatie en de elektrische
aansluiting door een gekwalificeerd technicus
worden verricht overeenkomstig de
aanwijzingen van de fabrikant en de plaatselijke
veiligheidsvoorschriften.
4. Reinig de binnenkant van het product alvorens
het in gebruik te nemen.
1. Verpakking
Het verpakkingsmateriaal is voor 100%
recyclebaar en draagt het recyclingsymbool. Voor
de verwerking moeten de plaatselijke
voorschriften worden nageleefd. Het
verpakkingsmateriaal (plastic zakken, stukken
polystyreen enz.) moet buiten het bereik van
kinderen worden gehouden, omdat het een bron
van gevaar kan vormen.
2. Afdanken van het apparaat
Het product is vervaardigd van materiaal dat kan
worden gerecycled. Dit apparaat is voorzien van
het merkteken volgens de Europese richtlijn
2002/96/EG inzake Afgedankte elektrische en
elektronische apparaten (AEEA). Door ervoor te
zorgen dat dit product op de juiste manier als afval
wordt verwerkt, helpt u mogelijk negatieve
consequenties voor het milieu en de menselijke
gezondheid te voorkomen.
Het symbool op het product of op de
bijbehorende documentatie geeft aan dat dit
product niet als huishoudelijk afval mag worden
behandeld. In plaats daarvan moet het worden
afgegeven bij een verzamelpunt voor recycling
van elektrische en elektronische apparaten.
Maak het apparaat op het moment dat het wordt
afgedankt onbruikbaar door de voedingskabel
door te snijden en de deuren en schappen te
verwijderen, zodat kinderen niet gemakkelijk in
het apparaat kunnen kruipen.
Volg bij het afdanken van het apparaat de
plaatselijke voorschriften voor afvalverwerking en
breng het naar een speciaal
afvalverwerkingscentrum, en laat het niet
onbewaakt achter, ook niet voor slechts een paar
dagen, aangezien het voor kinderen een bron van
gevaar kan opleveren. Voor nadere informatie
over de behandeling, terugwinning en recycling
van dit product wordt u verzocht contact op te
nemen met het stadskantoor in uw woonplaats,
uw afvalophaaldienst of de winkel waar u het
product heeft aangeschaft.
Informatie:
Dit apparaat bevat geen CFK. Het koelcircuit
bevat R134a (HFC) of R600a (HC), zie
serienummerplaatje in het apparaat.
Voor apparaten met isobutaan (R600a): isobutaan
is een natuurlijk gas dat geen schadelijke invloed
heeft op het milieu, maar wel ontvlambaar is. Het
is daarom noodzakelijk om te controleren of de
leidingen van het koelcircuit niet beschadigd zijn.
Dit product kan een gefluorideerd broeikasgas
bevatten dat onder het Protocol van Kyoto valt;
het koelgas zit in een hermetisch verzegeld
systeem.
Koelgas: R134a heeft een globaal
verwarmingsvermogen (GWP) van 1300.
Conformiteitsverklaring
Dit apparaat is bestemd voor het conserveren van
voedingsmiddelen en is vervaardigd in
overeenstemming met de Verordening (EG)
nr. 1935/2004
Dit apparaat is ontwikkeld, gefabriceerd en op de
markt gebracht in overeenstemming met:
veiligheidsvoorschriften van de
“Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG
(die de richtlijn 73/23/EEG en latere
verordeningen vervangt);
de veiligheidsvereisten van de “EMC”-richtlijn
2004/108/EG.
De elektrische veiligheid is alleen gewaarborgd
wanneer het op de juiste wijze op een efficiënt
werkende installatie is aangesloten, die volgens de
wettelijke voorschriften is geaard.
25
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN
ADVIEZEN
INSTALLATIE
Het apparaat moet door twee of meerdere
personen worden verplaatst en geïnstalleerd.
Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het
apparaat om te voorkomen dat de vloer
beschadigd raakt (b.v. parket).
Zorg ervoor dat het product tijdens de
installatie de voedingskabel niet beschadigt.
Installeer het product niet in de buurt van een
warmtebron.
Laat een vrije ruimte aan de zijkanten en boven
het apparaat om een goede ventilatie te
garanderen of volg de installatie-instructies.
Houd de ventilatie-openingen van het apparaat
vrij van obstakels.
Beschadig de leidingen van het koelcircuit van
de koelkast niet.
Installeer het product waterpas op een vloer
die het gewicht kan dragen en in een ruimte die
geschikt is voor de afmetingen en het gebruik
van het product.
Plaats het apparaat in een droge en goed
geventileerde ruimte. Het apparaat is afgesteld
om te werken in ruimten waarin de
temperatuur binnen de volgende waarden ligt,
die op hun beurt weer afhankelijk zijn van de
klimaatklasse die op het serienummerplaatje
staat aangegeven: het is mogelijk dat het
apparaat niet goed functioneert als het voor
een lange tijd in een ruimte wordt gelaten met
een hogere of lagere temperatuur dan het
genoemde bereik.
Controleer of de spanning op het typeplaatje
overeenkomt met de spanning in uw woning.
Gebruik geen enkele of meervoudige adapters
of verlengsnoeren.
Gebruik voor de aansluiting op de waterleiding
de bij het nieuwe apparaat geleverde slang en
niet die van het vorige apparaat.
De voedingskabel mag alleen door
gekwalificeerd personeel of door de
Klantenservice worden gewijzigd of vervangen.
Het moet mogelijk zijn het apparaat van het
elektriciteitsnet af te koppelen door de stekker
uit het stopcontact te halen of via een
tweepolige netschakelaar die bovenstrooms
van het stopcontact is geplaatst.
VEILIGHEID
Plaats geen spuitbussen of houders die drijfgas
of brandbare stoffen bevatten in het apparaat.
Bewaar of gebruik geen benzine of andere
gassen en licht ontvlambare stoffen in de buurt
van het apparaat of van andere elektrische
huishoudelijke apparatuur.
De dampen die hieruit voortkomen kunnen
brand of explosies veroorzaken.
Gebruik geen andere mechanische, elektrische
of chemische systemen die het ontdooiproces
versnellen dan door de fabrikant zijn
aanbevolen.
Gebruik of plaats geen elektrische apparaten in
de vakken van het apparaat, als hiervoor geen
uitdrukkelijke toestemming door de fabrikant is
gegeven.
Dit apparaat is niet bestemd om gebruikt te
worden door personen (met inbegrip van
kinderen) met beperkte fysieke, sensorische of
mentale vermogens, of zonder ervaring of
kennis van het apparaat, behalve als zij tijdens
het gebruik instructies ontvangen van of
begeleid worden door een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Om het risico te vermijden dat kinderen in de
koelkast opgesloten raken en stikken, mag hen
niet worden toegestaan in het product te
spelen of zich erin te verstoppen.
Slik de (niet-giftige) vloeistof uit de
vrieselementen niet in (niet op alle modellen).
Eet geen ijsblokjes of waterijsjes die net uit de
vriezer komen, aangezien deze zo koud zijn dat
ze ijsbrand kunnen veroorzaken.
GEBRUIK
Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de
stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden begint.
Alle apparaten met ijsmakers en
waterdispensers moeten op een
waterleidingnet aangesloten worden dat
uitsluitend drinkwater levert (met een
waterleidingdruk van tussen de 0,17 en
0,81 MPa (1,7 en 8,1 bar)). De ijsmakers en/of
waterdispensers die niet rechtstreeks op het
waterleidingnet zijn aangesloten, mogen
uitsluitend met drinkwater worden gevuld.
Gebruik het koelgedeelte uitsluitend voor het
bewaren van verse levensmiddelen en het
vriesgedeelte uitsluitend voor het bewaren van
diepvriesproducten, het invriezen van verse
levensmiddelen en het maken van ijsblokjes.
Bewaar geen dranken in glas in het
vriesgedeelte want deze kunnen barsten.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld, indien bovenstaande adviezen en
voorzorgsmaatregelen niet in acht zijn
genomen.
Klimaatklasse Omg. temp.
(°C)
Omg. temp.
(°F)
SN Van 10 tot 32 Van 50 tot 90
N Van 16 tot 32 Van 61 tot 90
ST Van 16 tot 38 Van 61 tot 100
T Van 16 tot 43 Van 61 tot 110
26
GEBRUIK VAN DE VRIEZER
In deze vriezer kunnen al ingevroren voedingsmiddelen
worden geplaatst en verse voedingsmiddelen worden
ingevroren. Op het serienummerplaatje wordt vermeld
hoeveel verse levensmiddelen kunnen worden ingevroren
in 24 uur. De vriezer functioneert bij
omgevingstemperaturen tussen+10° C en +32° C.
Optimale prestaties worden verkregen bij temperaturen
tussen +16° C en +32° C.
Ingebruikneming van de vriezer
Het is niet nodig de temperatuur van de vriezer in te stellen met
de thermostaat, aangezien het apparaat al ingesteld is in de
fabriek.
Steek de stekker in het stopcontact. Het groene lampje gaat
branden, hetgeen wil zeggen dat het apparaat aan staat, en het
rode waarschuwingslampje, en bij enkele modellen klinkt na
ongeveer 1 minuut een geluidssignaal (indien aanwezig),
aangezien in de vriezer de temperatuur nog niet laag genoeg is
om het voedsel erin te kunnen zetten.
Het geluidssignaal wordt afgezet door op de snelvriestoets te
drukken; het desbetreffende waarschuwingslampje zal gaan
branden.
Schakel de snelvriesschakelaar weer uit nadat het rode
controlelampje is uitgegaan.
Instelling van de thermostaat
Met behulp van de regelknop kan de temperatuur van het vriesvak
worden gekozen:
1 = Minimale koeling
4 = Maximale koeling
De thermostaatinstellingen van het vriesvak zijn onderhevig aan
variaties vanwege de omgevingstemperatuur, de frequentie
waarmee de deur wordt geopend en de hoeveelheid voedsel die
ingevroren moet worden.
Het is derhalve raadzaam het apparaat in te stellen op de
gemiddelde waarden 2 - 3.
Werking van de lampjes en het geluidssignaal
(indien aanwezig)
Het groene lampje geeft aan dat het apparaat in werking is.
Het rode lampje (en voor enkele modellen ook het geluidssignaal)
geeft aan dat in het apparaat niet de ideale temperatuur aanwezig
is om het voedsel te bewaren.
Dit gebeurt:
Tijdens de ingebruikneming van het product.
Bij het opnieuw starten na ontdooiing of reiniging van het vak.
Wanneer er te veel in te vriezen voedsel in het vriesvak is gezet.
Als de deur niet hermetisch gesloten is.
Als het koelsysteem defect is (zie “Storingen opsporen”).
Als de temperatuur op hogere waarden (lagere temperaturen)
wordt ingesteld.
Het gele lampje geeft aan dat het snelvriezen geactiveerd is. Als dit
ingeschakeld is, heeft het ook de functie het geluidsalarm af te
zetten (op de apparaten waar dit aanwezig is).
Diepvriezers met cilindervormig staafje als deurcontact
Het waarschuwingssignaal klinkt wanneer de deur langer dan
1minuut open blijft. Dit alarm stopt op het moment dat de deur
gesloten wordt. Als de deur van de diepvriezer langer dan
1 minuut open moet blijven (b.v. als de levensmiddelen opnieuw
in de laden moeten worden geordend) kan het alarm worden
afgezet door aan het staafje te trekken (zie afbeelding)
27
GEBRUIK VAN DE VRIEZER
Activering van het snelvriezen
Om een zo groot mogelijke hoeveelheid in te vriezen, moet ook
de snelvriesschakelaar 24 uur voordat het voedsel in het apparaat
gezet wordt, worden ingeschakeld. De maximaal aanbevolen
hoeveelheid wordt vermeld op het serienummerplaatje aan de
binnenkant van het apparaat. Als er in te vriezen voedsel in het vak
wordt gezet, kan het rode signaleringslampje gaan branden, totdat
de benodigde temperatuur bereikt is.
Nadat de 24 uur is verstreken nadat het in te vriezen voedsel in het
vriesvak is gezet, moet de snelvriesschakelaar worden
uitgeschakeld.
Adviezen voor het invriezen en conserveren van de
verse voedingsmiddelen
Wikkel en verzegel de in te vriezen verse levensmiddelen in:
aluminiumfolie, plastic folie, waterdichte plastic verpakking,
polyethyleen bakjes met deksel, diepvriesbakjes die geschikt zijn
voor in te vriezen levensmiddelen.
De voedingsmiddelen (met uitzondering van vlees, zie
hieronder) moeten vers, rijp en van zeer goede kwaliteit zijn.
Alleen op die manier krijgt men uitstekende
diepvriesproducten.
Verse groenten en fruit zo mogelijk direct na de oogst invriezen,
om de voedingsstoffen, de structuur, de consistentie, de kleur
en de smaak te behouden.
Het verdient de voorkeur vlees en wild vóór het invriezen
voldoende lang te laten besterven.
Opmerking:
Warme levensmiddelen altijd laten afkoelen alvorens ze in te
vriezen.
Ontdooide of gedeeltelijk ontdooide levensmiddelen moeten
onmiddellijk worden geconsumeerd, oftewel mogen niet
opnieuw worden ingevroren, tenzij het ontdooide levensmiddel
gebruikt wordt voor de bereiding van een gerecht dat gekookt
wordt.
Nadat het ontdooide levensmiddel gekookt is, mag het opnieuw
worden ingevroren.
Invriezen en conserveren van voedingsmiddelen
Leg de in te vriezen voedingsmiddelen in de twee bovenste
korven.
Als de vriezer zonder bakje wordt gebruikt, moeten de
diepvrieselementen boven de in te vriezen voedingsmiddelen
worden gelegd, vóór in de bovenste lade.
Belangrijk:
In de tabel hiernaast kunt u zien hoeveel maanden verse,
ingevroren levensmiddelen bewaard kunnen worden.
Indeling van de ingevroren levensmiddelen
De ingevroren producten opbergen en indelen in de laden
(korven).
Gebruik de bewaarkalender waarmee de voedingsmiddelen stipt
kunnen worden verbruikt, afhankelijk van hun houdbaarheid.
Opmerking voor de controle van diepvriesproducten
Steek een thermometer voor lage temperaturen tussen de
diepvriesproducten, om de temperatuur ervan te controleren.
Als hij op het diepvriesproduct zou worden gelegd, wordt de
luchttemperatuur aangegeven, die niet correspondeert met de
temperatuur van het product zelf.
MAANDEN
VOEDSEL
28
GEBRUIK VAN DE VRIEZER
Tips voor het bewaren van diepvriesproducten
Bij de aankoop van diepvriesproducten moet u op de volgende
punten letten:
de verpakking of het pak moet onbeschadigd zijn, omdat het
product anders kan bederven. Als een pakje bol staat of als er
vochtplekken op zitten, is het niet onder optimale
omstandigheden bewaard en kan het al gedeeltelijk zijn
ontdooid.
De diepvriesproducten moeten als laatste worden gekocht en in
isolerende tassen worden vervoerd.
Zet de diepvriesproducten bij thuiskomst meteen in de vriezer.
De gedeeltelijk ontdooide diepvriesproducten mogen niet
opnieuw worden ingevroren, maar moeten binnen 24 uur
worden geconsumeerd.
Variaties in temperatuur moeten worden vermeden of tot een
minimum worden beperkt.
De uiterste houdbaarheidsdatum op de verpakking moet
worden gerespecteerd.
De instructies op de verpakking voor het conserveren van
diepvriesproducten moeten altijd worden opgevolgd.
Verwijdering van de korven
Trek de laden zo ver mogelijk uit, til hen een stukje op en haal
hen weg.
Trek de onderste korf zo ver mogelijk uit, draai hem iets naar
rechts en haal hem weg.
Opmerking over de nuttige capaciteit
De nuttige capaciteit is berekend zonder bak en zonder de drie
bovenste korven. De vriezer kan ook worden gebruikt zonder
korven, om een groter volume te krijgen, b.v. om gevogelte e.d. in
te vriezen.
IJsblokjes maken
Vul het ijsbakje voor 2/3 met water en zet het in de bak of in een
korf.
Gebruik eventueel het handvat van een lepel om het bakje los te
maken, als dat aan de bodem van de vriezer zou zijn
vastgevroren. Gebruik geen scherpe of puntige voorwerpen.
Om de ijsblokjes eenvoudig te verwijderen, het bakje
ombuigen.
Laat, als het ijsbakje van aluminium is, water over de bodem van
het bakje stromen.
Opmerking:
Als de deur van de vriezer niet meteen geopend kan worden nadat
hij gesloten is, wordt u verzocht twee tot drie minuten te
wachten, om de depressie die zich gevormd heeft, te laten
compenseren.
Uitschakeling van de vriezer
Draai de thermostaat tegen de klok in naar links, in de stand .
Het groene bedrijfslampje gaat uit, zoals ook alle andere lampjes
die eventueel brandden; Het apparaat blijft hoe dan ook onder
spanning staan.
29
DE VRIEZER ONTDOOIEN EN REINIGEN
Verwijder altijd de stekker uit het stopcontact of
koppel hoe dan ook het apparaat af van de
stroomtoevoer, alvorens onderhouds- en
reinigingswerkzaamheden te gaan plegen. Wij raden u
aan de vriezer een of twee maal per jaar te ontdooien,
of wanneer de ijsvorming op de wanden drie 3 mm dik
is geworden.
Het is raadzaam het vak te ontdooien wanneer u
weinig voorraad heeft.
Als er nog diepvriesproducten in de vriezer aanwezig zijn,
moet de snelvriesschakelaar enkele uren voordat tot
ontdooien wordt overgegaan worden ingeschakeld, om de
voedingsmiddelen nog verder af te koelen.
Open de deur en haal alle levensmiddelen uit de vriezer,
wikkel ze dicht tegen elkaar in krantenpapier en bewaar ze
op een koele plaats of in een koeltas.
Haal de stekker van de vriezer uit het stopcontact.
Laat de deur van de vriezer open zodat ijs kan smelten.
Verwijder het afvoerkanaal voor dooiwater en zet een
bakje onder de afvoer.
Reinig de binnenkant van de vriezer met een vochtige
spons met lauw water en/of een neutraal
schoonmaakmiddel.
Gebruik geen schuurmiddelen.
Spoel goed en droog zorgvuldig af.
Sluit de vriezer en schakel de snelvriesfunctie in. Plaats de
voedingsmiddelen en schakel het snelvriezen na enkele
uren uit.
Als u de vriezer langere tijd niet gebruikt
Maak de vriezer leeg.
Haal de stekker van de vriezer uit het stopcontact.
Ontdooi het apparaat en reinig de binnenwanden.
Laat de deur open om te voorkomen dat er onaangename
geuren ontstaan.
Deurafdichting
Maak de deurafdichting geregeld schoon met water, en
wrijf hem daarna zorgvuldig droog.
Behandel hem nooit met olie of vet.
Belangrijk
Controleer of de ventilatie- en ontluchtingsopeningen
open zijn, om een regelmatige luchtcirculatie toe te staan.
30
STORINGEN OPSPOREN
1. Het apparaat functioneert niet.
Is de stroom uitgevallen?
Zit de stekker goed in het stopcontact?
Is de zekering doorgebrand?
Is de voedingskabel beschadigd?
Staat de thermostaat misschien op de stand ?
2. De temperatuur in de vakken is te hoog.
Sluiten de deuren wel goed?
Staat het apparaat dicht bij een warmtebron?
Staat de thermostaat op de goede stand?
Wordt de luchtcirculatie gehinderd?
3. De temperatuur in de vriezer is te laag.
Staat de thermostaat op de goede stand?
4. Er staat water op de bodem van het koelvak.
Is de vriezer goed schoongemaakt voordat hij is
ingeschakeld?
Is het apparaat aangesloten en werkt het correct?
Zit de deur goed dicht?
5. De gele, rode en groene controlelampjes gaan niet
branden. Controleer eerst de aanwijzingen onder
punt 1, en vervolgens:neem contact op met de
klantenservice.
6. Het rode lampje blijft branden en het
waarschuwingssignaal (indien aanwezig) klinkt.
Controleer het volgende:
Is het apparaat op de juiste manier in werking gesteld?
Zijn er teveel voedingsmiddelen tegelijkertijd
ingevroren?
Zit de deur wel goed dicht?
Is de vriezer defect?
Staat de thermostaat op een te hoge stand?
Opmerkingen:
Als de voorste rand van de vriezer warm is, is er geen
sprake van een defect; dit is een normaal
verschijnsel, het voorkomt condensvorming.
Het koelcircuit kan borrelen of expansiegeluiden
maken; dat is normaal.
31
KLANTENSERVICE
Voordat u contact opneemt met de
Klantenservice:
1. Ga na of u de storingen niet zelf kunt verhelpen (zie
“Storingen opsporen”).
2. Zet het apparaat opnieuw aan om te zien of het
ongemak is verholpen. Als dit niet het geval is,
schakel het apparaat dan opnieuw uit en herhaal de
handeling na een uur.
3. Als ook dat niet helpt, wend u dan tot onze
Klantenservice.
Vermeld de volgende gegevens:
de aard van de storing,
het model,
het servicenummer (nummer achter het
woord SERVICE op het typeplaatje),
uw volledige adres,
uw telefoonnummer en netnummer.
Opmerking:
Het omkeren van de deuren van het apparaat
door onze Klantenservice wordt niet
beschouwd als een ingreep die onder de
garantie valt.
INSTALLATIE
Installeer de vriezer niet in de buurt van warmtebronnen.
Installatie in een hete omgeving, rechtstreekse blootstelling
aan de zon of opstelling van het apparaat in de buurt van
een warmtebron (kachel, fornuis) verhogen het
stroomverbruik en dienen te worden vermeden.
Als dit niet mogelijk is, neem dan de volgende minimum
afstanden in acht:
- 30 cm vanaf fornuizen die werken op kolen of
petroleum
- 3 cm vanaf elektrische fornuizen.
Installeer het apparaat op een droge en goed geventileerde
plaats.
Reinig de binnenkant (zie hoofdstuk “De vriezer ontdooien
en reinigen”).
Breng de bijgeleverde accessoires aan.
Controleer de afdichting van de deur, in het bijzonder na
montage of eventuele omkering van de opening van de
deur.
Elektrische aansluiting
Houd u aan de plaatselijke voorschriften voor de
elektrische aansluiting.
De gegevens met betrekking tot de spanning en het
opgenomen vermogen staan op het typeplaatje in het
apparaat.
De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht.
De fabrikant aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid voor eventueel letsel aan
personen, dieren of voor schade aan voorwerpen, die
veroorzaakt is door het niet in acht nemen van deze
voorschriften.
Als de stekker en het stopcontact niet van hetzelfde type
zijn, laat het stopcontact dan vervangen door een
gekwalificeerd technicus.
Gebruik geen verlengsnoeren of meervoudige adapters.
Afkoppeling van het elektriciteitsnet
Moet mogelijk zijn door de stekker uit het stopcontact te
halen of via een tweepolige schakelaar bovenstrooms van
het stopcontact.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9

Bauknecht GKI 9001 A++ Gebruikershandleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Gebruikershandleiding