Aeg-Electrolux 99553G-M Handleiding

Type
Handleiding
26
Waarschuwingen en belangrijke
adviezen
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt
geacht ze gelezen te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik
neemt.
Tijdens het gebruik
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instruktieboekje bewaard
blijft. Zou het apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou
het apparaat in het huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe
gebruik(st)er over het instuktieboekje en de daarin opgenomen waarschuwingen te
kunnen beschikken.
Dit apparaat is bedoeld voor het gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk om kinderen het
apparaat te laten bedienen of als speelgoed te laten gebruiken.
Dit toestel werd enkel ontworpen voor culinaire niet professionele toepassingen en mag voor
geen andere doeleinden gebruikt worden.
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit apparaat of eigenschappen daarvan te
veranderen.
Om hygienische- en veiligheidsredenen moet het apparaat altijd schoon worden gehouden. Vet-
en/of voedselresten kunnen brand veroorzaken.
Controleer steeds dat de bedieningsknoppen in de “UIT” stand staan, als de kookplat niet meer
wordt gebruikt.
Mocht er in de buurt van de kookplat een stopcontact zijn, waarop af en toe een ander
huishoudelijk apparaat wordt aangesloten, zorg er dan coor, dat het snoer niet contact komt met
hete delen van de kookplat.
Als de kookplat niet wordt gebruik, trek dan de steker van de vonkontsteking uit het stopcontact.
Trek altijd de steker van de vonkontsteking altijd uit het stopcontact bij het schoonmaken en
onderhoud van de kookplaat.
Zorg altijd voor voldoende ventilatie. Gebrek aan ventilatie kan gebrek aan zuurstof veroorzaken.
Veiligheid van kinderen
Houd tijdens het in gebruik zijn van de kookplat kinderen uit de buurt. Ook na het uitzetten blijft het
apparaat lang heet. Let op dat kinderen de warme delen niet aanraken tijdens het afkoelen.
NEDERLANDS
27
Installatie
Het installeren en aansluiten van het apparaat dient door een erkend vakman, bekend met de
daarvoor geldende voorschriften, aangesloten te worden.
Sluit het apparaat aan op het juiste type gas, zoals vermeldt op de sticker naast de gasaansluiting
van de kookplaat.
Dit toestel is niet aangesloten op een afvoerkanaal voor verbrandingsgassen. Het moet geplaatst
en aangesloten worden in overeenstemming met de geldende voorschriften. Bijzondere aandacht
moet worden gegeven aan die punten die betrekking hebben op de ventilatie.
Door het gebruik van een kooktoestel op gas wordt et warmte en vochtigheid
geproduceerd in het lokaal waar het toestel is opgesteld. Waak erover dat de keuken
goed verlucht wordt waarbij u de natuurlijke verluchting openlaat of een mechanische
voorziening aanbrengt (mechanische dampkap).
Een langduring en intensief gebruik van het toestel kan een bijkomende verluchting
vereisen, bijv. door het openen van een raam, of een efficiëntere verluchting , bijv.
door het vermogen van de mechanische ventilatie te verhogen, als deze aanwezing is.
Controleer het apparaat na het uitpakken op beschadigingen. Controleer het elektrische snoer
op beschadigingen. Mocht dat het geval zijn, neem dan contact op met uw leverancier.
De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid ten aanzien van schade of letsel af, indien
bovenstaande veiligheidsmaatregelen niet werden getroffen of in acht genomen.
Service
Tracht in geval van een storing of een defekt dit apparaat niet zelf te repareren. Reparaties
welke door niet deskundige personen uitgevoerd worden, kunnen tot schade of letsel leiden.
Laat inspektie- en/of herstelwerkzaamheden uitvoeren door de AEG-Electrolux Klantenservice.
Alleen originele AEG-Electrolux-onderdelen voldoen aan alle eisen.
Informatie m.b.t. het milieu
Houd bij het weggooien van de verpakking rekening met de veiligheid en het milieu.
Als u een oud apparaat afdankt, maak het dan onbruikbaar door het aansluitsnoer af te snijden.
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval
mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en
elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte
manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich
zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in
verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke
instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar
u het product hebt gekocht.
UU
UU
U
28
Inhoudsopgave
))
))
)
UU
UU
U
Over deze gebruiksanwijzing
Oderstaande symbolen vindt u in de tekst en hebben de voldende betekenis:
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Aanwijzingen m.b.t. het gebruik
Adviezen en tips
Informatie m.b.t. het milieu
Aanwijzingen voor de Gebruik
Waarschuwingen en belangrijke adviezen .............................................................. 26
Over deze gebruiksanwijzing ................................................................................... 28
Uitvoering.................................................................................................................. 29
De bediening ............................................................................................................ 29
Onderhoud ............................................................................................................... 31
Aanwijzingen voor de Installateur
Waarschuwingen voor de installateur ...................................................................... 32
Technische gegevens.............................................................................................. 33
Elektrische verbinding .............................................................................................. 34
Aanpassing aan verschillend gastype ..................................................................... 35
Inbouw ...................................................................................................................... 36
Inbouwmogllijkheden............................................................................................... 37
Dit toestel voldoet aan de EG-richtlijn
89/336 EEG, 93/68 EEG, 90/396 EEG, 73/23 EEG, 90/683 EEG.
Deze instructies gelden enkel voor de landen waarvan het indentificatiesymbool is
aangebracht op het titelblad van het instructieboekje en het apparaat zelf.
29
De bediening
De knoppen zijn voorzien van de volgende indicaties
= UIT
= maximum
= minimum
Integrale ontsteking
Ontsteek altijd de brander voordat U er een pan
opzet.
z Door de knop van de te gebruiken brander geheel in te
drukken en op de hoogste stand te draaien, zal de
betreffende brander aangaan. Maar houdt vervolgens de
knop nog 5 seconden geheel ingedrukt. Dat is nodig om
de vlambeveiliging (Fig. 1 - D) in te schakelen. De vlam
beveiliging voorkomt, dat het gas blijft doorstromen, als de
vlam uitwaait of uitgaat door een storing in het gasnet. Zet
vervolgens de knop in de gewenste stand.
z Bij de grote brander kunt u eventueel ook doordraaien
naar de kleine stand. De vonkontsteking zal ook als de
brander aan is nog een paar maal navonken.
Uitvoering
1. Kookplaat
2. Normaalbrander
3. Kleinbrander
4. Wokbrander
5. Knoppen
))
))
)
Fig. 1
A - Branderdeksel
B - Vlamverdeler
C - Vonkontsteking
D - Vlambeveiliging
1
2
5
2
2
4
3
30
TYPE BRANDER MIN. AFMETING MAX. AFMETING
WOKBRANDER 180 mm 260 mm
NORMAAL 120 mm 220 mm
KLEIN 80 mm 160 mm
Dat is normal.
Mocht na verschillende pogingen de brander niet aan gaan, controleer dan of de
branderdeksel (Fig. 1 - A) goed op hun plaats liggen.
Om de brander uit te zetten draait u de knop naar rechts op de UIT "z" stand.
Zet altijd eerst de brander op de uitstand voordat u de pan van het gas neemt.
Optimaal rendement
Voor en optimaal rendement moet de diameter van de pan aangepast zijn aan de brander, zodat de
vlammen niet langs de zijkant uitslaan. Wij adviseren ook om de vlam lager te zetten zodra het
kookpunt bereikt is.
Gebruik alleen potten en pannen met een vlakke bodem.
Wees voorzichting met het bakken wanneer u olie of andere vetstoffen gebruikt
(zoals bij het frituren). Olie en vet ontbranden gemakkelijk bij oververhitting.
Tabel van de minimale en maximale diameters van de
pannen
31
Voordat u de kookplaat gaat reinigen moet eerst de stroomtoever van de
vonkontsteking worden afgesloten.
Voor het reinigen van de emaille delen mag nooit een
agressief middel gebruikt worden. Maak een sopje van
warm water met een afwasmiddel. Maak zeer regelmatig
de branders schoon, verwijder voedselresten, maak de
brander- ring en deksel goed droog met een zacht doekje
voor ze weer terug te plaatsen. De pannendragers zijn
goed bestand tegen een afewasmiddel.
Gebruik voor het verwijderen van lastige vlekken nooit
een pannenspons van staalwol, een agressief
poetsmiddel, of een pannenspots met een harde laag.
Gebruik voor het reinigen van hardnekkig vuil de
daarvoor in de handel zijnde schoonmaak middelen
zonder schurende werking. De vonkontsteking, bestaand
uit een elektrode gevat in een keramisch omhulsel, moet vrij worden gehouden van voetselresten
en vocht, omdat enders de ontsteking niet functioneert (Fig. 1 - C).
Pannendragers
Om de pannendragers op hun plek te houden, zijn ze op
metalen pennen aan de achterzijde van de kookplaat
geplaatst. Controleer na het schoonmaken van de
kookplaat of de pannendragers correct zijn geplaatst (zie
Fig. 3). De pannendragers kunnen in de afwasautomaat
gereinigd worden. Als u ze met de hand schoonmaakt,
doe dan voorzichtig bij het afdrogen. Als gevolg van het
emailleerprocédé kunnen hier en daar ruwe kantjes
aanwezig zijn. Indien nodig, hardnekkige vlekken
verwijderen met behulp van een vloeibaar
schoonmaakmiddel.
Wees voorzichtig bij het terugzetten van de
pannendragers, om krassen op de glasplaat
van de kookplaat te voorkomen.
Periodek onderhoud
Tracht in geval van een storing of een defekt dit apparaat niet zelf te repareren. Reparaties welke
door niet deskundige personen uitgevoerd worden, kunnen tot schade of letsel leiden.
Laat inspektie- en/of herstelwerkzaamheden uitvoeren door de AEG-Electrolux Klantenservice.
Alleen originele AEG-Electrolux-onderdelen voldoen aan alle eisen.
Onderhoud
Fig. 2
Fig. 3
32
Waarschuwingen voor de
installateur
zz
zz
z De hierna volgende instructies zijn bestemd voor de erkende installateurs, om ervoor
te zorgen dat installatie en onderhoud optimaal verlopen, volgens de geldende
normen. De installatie moet conform de norm NBN D 51.003 “Installaties gevoed met
stoolgas lichter dan lucht” worden uitgevoerd.
zz
zz
z De zijwanden van de meubels mogen niet hoger komen dat het werkvlak van het
toestel.
zz
zz
z Plaats het toestel niet in de buurt van ontvlambare materialen (zoals gordijnen,
handdoeken enz.).
zz
zz
z Ontkoppel het kookplateau van de stroomtoevoer. Ingeval het plateau op de
stroomtoevoer aangesloten moet blijven, moeten alle nodige voorzorgsmaatregelen
worden getroffen.
Aansluiting gas
Monteer een afsluitkraan die erkend is door de AGB. Starre aansluitingen verdienen de
voorkeur. Bij gebruik van een gasslang moet een door de AGB erkende slang met metalen
omhulsel worden gebruikt.
Bij het gebruiken van flexiebele vaste verbindingen moet men er op letten dat de pijpen niet kunnen
worden geplet of dichtgekneppen en niet in aanraking komen met bewegende delen. Let hier ook
op wanneer de kookplaat wordt gecombineerd met een oven.
Deze kookplateaus kunnen zowel worden gevoed met gas van Slochteren (G25) met een nominale
druk van 25 mbar als met aardgas (G20) met een nominale druk van 20 mbar. Om te werken met
deze twee soorten gas is geen extra afstelling nodig.
Alvorens de installatie uit te voeren moet u nagaan of de
gastoevoer volstaat voor de correcte voeding van het
plateau. Bij maximum verbruik mag de drukdaling
maximum 5% bedragen. Deze drukdaling is afhankelijk
van volgende factoren:
- maximum debiet van de gasmeter;
- diameter en lengte van de leidingen voor en achter
de meter;
- doorgangsopeningen van de verschillende kranen
in het circuit;
- diameter van de eventuele tussenstukken.
BELANGRIJK - Voor een correcte werking, een zuinig
verbruik en een grotere levensduur van het kookplateau
moet u ervoor zorgen dat de toevoerdruk overeenstemt
met de waarden in de tabel.
A - Aansluitpijp met wartel
B- Ringetje
C - Draaibare messing elleboog
FO 2365
Fig. 4
33
De verstelbare aansluiting wordt door middel van een 1/2" moer vast gezet.
Alle componenten zoals weergegeven in de afbeelding (fig. 4) zijn reeds in de fabriek gemonteerd.
Om een optimaal resultaat te garanderen, is het toestel voor vertek uit de fabriek getest.
BELANGRIJK - Om de installatie te voltooien, kijk altijd de perfecte dirchtheid van de verbindingsstukken
na door een zeepachtige oplossing te gebruiken, nooit een vlaam
Technische gegevens
Afmetingen in mm:
Kookplaat H x B x D 880 x 510
Inbouwopening B x D 830 x 480
Categorie II2E+3+
Apparaat Klasse 3
Koppeling gas G 1/2”
Voeding gas Aardgas G20/G25 20/25 mbar
Voeding elektriciteit 230 V ~ 50 Hz
BRANDER
Kleinbrander 1,0 0,33 70 0,095 50 73 71
Normaalbrander
1,9 0,45 96 0,181 71 138 136
Wokbrander 3,8 1,20 146 0,391 98 276 271
MAXIMALE
CALORISCH
DEBIET
kW
MAXIMALE CALORISCHDEBIET
AARDGAS
G 20/G25 20/25 mbar
GAS LPG
28-30/37 mbar
Düsen
1/100
m
3
/h
g/h
G30 G31
Düsen
1/100
MINIMALE
CALORISCH
DEBIET
kW
Inspuitstukken
34
Het kookplateau is ontworpen om te werlen bij 230 V eenfasig. De aansluiting moet worden
uitgevoerd conform de voorwaarden en normen, voorgeschreven door de geldende wetgeving.
Alvorens aan te sluiten moet u nagaan of:
1) de elektrische voeding afgestemd is op het verbruik van het kookplateau (zie het
identificatieplaatje);
2) de bestaande elektrische toevoer voorzien is van een aarding conform de geldende
voorschriften;
3) de meerpolige stekker of de gebruikte schakelaar gemakkelijk bereikbaar zijn nadat het
kookplateau gelnstalleerd is.
Bevestig een stekker aan de kabel, aangepast aan de belasting, en sluit aan op een beveiligd
contact.. Als een directe aansluiting op het stroomnet vereist is, moet een meerpolige stekker worden
gebruikt met een minimum afstand tussen de contacten van 3 mm, aangepast aan de belasting en
geldende voorschriften. De bruine fasedraad (die aangesloten is op de “L” clip van het plateau)
moet altijd worden aangesloten op het fasecontact van het stroomnet.
De stroomkabel moet zo geplaatst worden dat de kabel niet heter kan worden dan 90° C.
Vervangen van de
stroomkabel
De verbindinq tussen stroomkabel en klemmenbord is
van het “Y”-type: de stroomkabel kan dus alleen worden
vervangen met behulp van een speciaal stuk
gereedschap waarmee de installateurs uitgerust zijn.
Wanneer de stroomkabel moet worden vervangen, mag
alleen type H05V2V2-F T90 worden gebruikt, en beide
types moeten aangepast zijn aan de belasting en de
temperatuur waarbij ze moeten functioneren. Bovendien
moet de groen/gele aardingsdraad zo’n 2 cm langer
zijn dan de fasedraad en de neutrale draad (fig 5).
Om de klep van het klemmenbord te openen en toegang
te krijgen tot de aansluitklemmen gaat u als volgt te werk:
z schuif het uiteinde van een schroevedraaier in de
uitsteeksels aan de zichtbare zijkant van het
klemmenbord;
z druk voorzichtig naar boven (Fig. 5-b)
Elektrische verbinding
Fig. 5
Fig.5-b
FO 0257
Neutraal
Aarde (groen/geel)
35
Vervanging van de
gasproeiers
Verwijder de roosters.
Neem het bovenste gedeelte en de
gasontstekers.
Met een steeksleutel van 7 schroeft U de
gassproeiers los en neemt U ze weg (Fig. 6),
om ze te vervangen door diegene die
overeenstemmen met het type gas.
Hermonteer de delen door dezelfde
handelingen te volgen, in tegengestelde zin.
Vervang het indentificatieplaatje (geplaatst
vlakbij de gastoevoerpijp) door het plaatje
dat oveneenstemt met het nieuwe gastype.
Dit identificatieplaatje vindt u in de verpakking
van het inspuitstuk meegeleverd met het
toestel.
Indien de gasdruk verschillend is (of variabel)
van dewelke voorzien, is het noodzakelijk een
gepaste drukregelaar te plaatsen op de
inlaattube, conform aan de normen.
Regeling minimum gaspitten
Ontsteek de brander.
Breng de toets op de positie van de kleinste vlam.
Verwijder de toets.
Regel de bypass vijs (Fig. 7) met een dunne
schroevendraaier. Bij het omschakelen van
aardgas naar butaangas dient de schroef volledig
in wijzerszin worden vastgedraaid tot er een kleine
regelmatige vlam wordt bekomen.
Controleer tenslotte of er geen uitdovingen van de
gaspit zijn door snel de toets van de maximale stand op de
minimum stand te draaien.
Aanpassing aan verschillend
gastype
Brander Ø By-pass
1/100 mm.
Kleinbrander 28
Normaalbrander 32
Wokbrander 56
Diameters van by-pass
Fig. 6
Fig. 7
bypass vijs
FO 0392
36
Deze kookplateaus zijn bestemd om te worden
ingebouwd in keukenmeublen met een diepte tussen
550 en 600 mm en angepaste kenmerken.
De afmetingen van de kookplaat worden
weergegeven in Fig. 8 - a.
De afstand tussen achterkant van de uitsnijmaat en
de keukenwand of achterzijde van het werkblad moet
minimaal 55 mm. zijn. De afstand tussen de zijkant en
een wand, links of rechts moet minimaal 150 mm zijn.
Zorg ervoor dat de onderzijde van een bovenkast
altijd minimal 650 mm. verwijderd is van de kookplaat.
Het plaatsen in het werkblad
De kookplateaus kunnen worden gemonteerd op alle
basismeublen met volgende openingen (Fig. 8 - b).
Het kookplateau wordt als volgt bevestigd aan het
basismeublen:
1) Verwijder de pannendragers, de branderringen
en -deksels en draai de kookplaat om. Pas op,
dat de bougies van de vonkontsteking niet
worden beschadigd.
2) Breng vervolgens de afdichting aan op de
onderkant van de glasplaat (Fig. 9).
3) Klem de plaat door middel van de beugeltjes vast
aan het werkblad (Fig. 9).
De rand van het plateau vormt een dubbele afdichting
die een betrouwbare garantie vormt tegen infiltratie
van vloeistoffen.
FO 2349
Fig. 8 - b
FO 2320
Fig. 8 - a
Inbouw
FO 2321
afdichting
Fig. 9
880
510
830
480
55 min.
30
150 min
37
Inbouwmogllijkheden
Als het keukenmeubel een deur heeft.
Zorg er altijd voor, dat de onderzijde van de kookplaat minimaal 20 mm. verwijderd is van
onderliggende kastdelen of voorwerpen. De kookplaat moet in een open ruimte liggen om er voor
eventuele reparaties. Verwijder daarom de bovenkant van de kast of zorg ervoor dat een ovenkast
geleverd wordt (Fig. 10).
Boven een oven
Voor de inbouwopeningen, zie Fig. 11 en 12. Er zijn twee ventilatie-openingen vereist. Figuren 13
en 14 illustreren twee mogelijke oplossingen. De elektrische aansluiting voor de oven en het
kookplateau moeten toegankelijk blijven en afzonderlijk gelegd worden.
a) Verwijderbaar paneel
b) Eventuele ruimte voor de aansluitingen
Fig.10
FO 1013 FO 2043
Fig. 12
FO 0198
Fig. 11
Fig. 14Fig. 13
480
30
591
380
140
595
550 min.
560 min.
FO 2042
FO 2041
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

Aeg-Electrolux 99553G-M Handleiding

Type
Handleiding