KX41FADE0/01

Siemens KX41FADE0/01 Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Siemens KX41FADE0/01 Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
nl
109
Inhoudsopgave
Veiligheid.....................................111
Algemene aanwijzingen ...............111
Bestemming van het apparaat.....111
Inperking van de gebruikers ........112
Veiliger transport ..........................112
Veilige installatie...........................112
Veilig gebruik................................113
Beschadigd apparaat...................116
Het voorkomen van materiële
schade .........................................118
Milieubescherming en bespa-
ring...............................................118
Afvoeren van de verpakking ........118
Energie besparen.........................118
Opstellen en aansluiten..............119
Leveringsomvang .........................119
Apparaat opstellen en aanslui-
ten.................................................119
Criteria voor de opstellocatie .......120
Het apparaat voor het eerste ge-
bruik voorbereiden .......................120
Apparaat elektrisch aansluiten.....121
Uw apparaat leren kennen..........121
Apparaat.......................................121
Bedieningselementen...................121
Uitrusting.....................................121
Accessoires..................................121
De Bediening in essentie............122
Apparaat inschakelen...................122
Opmerkingen bij het gebruik .......122
Machine uitschakelen...................122
Temperatuur instellen...................122
Extra functies ..............................122
Automatisch Supervriezen............122
Handmatig Supervriezen..............123
Alarm............................................123
Deuralarm.....................................123
Temperatuuralarm ........................123
Vriesvak.......................................124
Invriescapaciteit............................124
Vriesvakvolume volledig gebrui-
ken................................................124
Tips voor het inkopen van diep-
vrieskost .......................................124
Tips voor het bewaren van le-
vensmiddelen in het vriesvak.......124
Kleinere hoeveelheid levensmid-
delen snel bevriezen ....................125
Tips voor het bevriezen van ver-
se levensmiddelen .......................125
Houdbaarheid van de diepvries-
waren bij −18°C..........................126
Diepvrieskalender.........................126
Ontdooimethodes voor diep-
vrieswaren ....................................126
Ontdooien....................................126
Ontdooien in het vriesvak ............126
Reiniging en onderhoud.............127
Apparaat voorbereiden voor rei-
niging............................................127
Apparaat schoonmaken...............127
Onderdelen eruit halen ................128
Storingen verhelpen ...................129
Functiestoringen...........................129
Aanwijzingen op het display ........130
Temperatuurprobleem..................130
Geluiden .......................................130
Geurtjes ........................................131
Apparaatzelftest uitvoeren............132
Opslaan en afvoeren...................132
Apparaat buiten gebruik stellen ...132
Afvoeren van uw oude apparaat..132
Veiligheid nl
111
Veiligheid
Houd de informatie omtrent veiligheid aan, zodat u het apparaat
veilig kunt gebruiken.
Dit apparaat is conform de desbetreffende veiligheidsbepalingen
voor elektrische apparaten en is ontstoord.
Algemene aanwijzingen
Hier vindt u algemene informatie over deze gebruiksaanwijzing.
¡ Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. Alleen dan kunt
u het apparaat veilig en efficiënt gebruiken.
¡ Deze gebruiksaanwijzing is bestemd voor de gebruiker van het
apparaat.
¡ Neem de veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen in acht.
¡ Bewaar de gebruiksaanwijzing en de productinformatie voor la-
ter gebruik of voor volgende eigenaren.
¡ Controleer het apparaat na het uitpakken. Sluit het apparaat in
geval van transportschade niet aan.
Bestemming van het apparaat
Om het apparaat veilig en op de juiste manier te gebruiken dient
u de aanwijzingen over het beoogd gebruik in acht te nemen.
Dit apparaat is uitsluitend voor de inbouw bedoeld. Installatie-
handleiding aanhouden.
Gebruik het apparaat uitsluitend:
¡ volgens deze gebruiksaanwijzing.
¡ om levensmiddelen in te vriezen en voor ijsbereiding.
¡ voor huishoudelijk gebruik en in gesloten ruimtes binnen de hui-
selijke omgeving.
¡ tot een hoogte van maximaal 2000m boven zeeniveau.
nl Veiligheid
112
Inperking van de gebruikers
Voorkom risico's voor kinderen en kwetsbare personen.
Dit apparaat kan worden bediend door kinderen vanaf 8 jaar en
door personen met fysieke, sensorische of geestelijke beperkin-
gen of met gebrekkige ervaring en/of kennis, indien zij onder toe-
zicht staan of zijn geïnstrueerd in het veilige gebruik van het appa-
raat en de daaruit resulterende gevaren hebben begrepen.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en gebruikersonderhoud mogen niet worden uitgevoerd
door kinderen indien deze niet onder toezicht staan.
Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan 8 jaar niet bij het ap-
paraat of de aansluitkabel kunnen komen.
Kinderen vanaf 3 jaar en jonger dan 8 jaar mogen de koelkast/
diepvriezer vullen en legen.
Veiliger transport
Houd de veiligheidsaanwijzingen aan wanneer u het apparaat
transporteert.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor letsel!
Het hoge gewicht van het apparaat kan bij het optillen letsels
veroorzaken.
Het apparaat niet alleen optillen.
Veilige installatie
Houd deze veiligheidsaanwijzingen in acht bij de installatie van
het apparaat.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor een elektrische schok!
Ondeskundige installaties zijn gevaarlijk.
Het apparaat uitsluitend aansluiten en gebruiken volgens de
gegevens op het typeplaatje.
Het apparaat uitsluitend via een volgens de voorschriften
geïnstalleerd stopcontact met randaarde op een stroomnet
met wisselstroom aansluiten.
Veiligheid nl
113
Het randaardesysteem van de elektrische huisinstallatie
moet conform de elektrotechnische voorschriften zijn geïn-
stalleerd.
Nooit het apparaat via een externe schakelinrichting voe-
den, bijvoorbeeld een tijdschakelaar of besturing op af-
stand.
Wanneer het apparaat is ingebouwd, moet de netstekker
van de netaansluitkabel vrij toegankelijk zijn, of wanneer
vrije toegang niet mogelijk is, moet in de vast geplaatste
elektrische installatie een alpolige scheidingsinrichting vol-
gens de installatievoorschriften worden ingebouwd.
Bij het opstellen van het apparaat erop letten dat het net-
snoer niet wordt afgeklemd of beschadigd.
WAARSCHUWING‒Risico van brand!
¡ Het gebruik van een verlengd netsnoer en niet-toegestane
adapters is gevaarlijk.
Geen verlengsnoeren of meervoudige stopcontacten gebrui-
ken.
Als het netsnoer te kort is, contact opnemen met de servi-
cedienst.
Alleen door de fabrikant goedgekeurde adapters gebruiken.
¡
Draagbare meervoudige stopcontacten of draagbare netvoe-
dingen kunnen oververhit raken en tot brand leiden.
Plaats geen draagbare meervoudige stopcontacten of
draagbare netvoedingen achter het apparaat.
Veilig gebruik
Neem bij gebruik van het apparaat de veiligheidsaanwijzingen in
acht.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor een elektrische schok!
¡ Een beschadigde isolatie van het netsnoer is gevaarlijk.
Nooit het aansluitsnoer met hete apparaatonderdelen of
warmtebronnen in contact brengen.
nl Veiligheid
114
Nooit het aansluitsnoer met scherpe punten of randen in
contact brengen.
Het aansluitsnoer nooit knikken, knellen of veranderen.
¡ Binnendringend vocht kan een schok veroorzaken.
Gebruik het apparaat alleen in gesloten ruimtes.
Stel het apparaat nooit bloot aan grote hitte en vochtigheid.
Geen stoomreiniger of hogedrukreiniger gebruiken om het
apparaat te reinigen.
WAARSCHUWING‒Verstikkingsgevaar!
¡ Kinderen kunnen verpakkingsmateriaal over het hoofd trekken
en hierin verstrikt raken en stikken.
Verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen houden.
Laat kinderen niet met verpakkingsmateriaal spelen.
¡ Kinderen kunnen kleine onderdelen inademen of inslikken en
hierdoor stikken.
Kleine onderdelen uit de buurt van kinderen houden.
Kinderen niet met kleine onderdelen laten spelen.
WAARSCHUWING‒Explosiegevaar!
¡ Elektrische apparaten binnenin het apparaat kunnen explode-
ren, bijv. verwarmingsapparaten of elektrische ijsbereiders.
Gebruik geen elektrische apparaten binnenin het apparaat.
¡ Mechanische inrichtingen of andere middelen kunnen de kou-
dekringloop beschadigen, brandbaar koudemiddel kan lekken
en exploderen.
Gebruik voor het versnellen van het ontdooien geen andere
mechanische inrichtingen of andere middelen dan diegene
die door de fabrikant zijn aanbevolen.
¡ Producten met brandbare drijfgassen en explosieve stoffen
kunnen exploderen, bijv. spuitbussen.
Bewaar geen producten met brandbare drijfgassen en ex-
plosieve stoffen in het apparaat.
Veiligheid nl
115
WAARSCHUWING‒Risico van brand!
De dampen van brandbare vloeistoffen kunnen ontsteken (ex-
plosieve verbranding)
Dranken met een hoog alcoholpercentage uitsluitend goed
afgesloten en staand bewaren.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor letsel!
¡ Flessen of blikjes met koolzuurhoudende drank kunnen bar-
sten.
Geen flessen of blikjes met koolzuurhoudende drank in het
vriesvak bewaren.
¡ Letsel aan de ogen door lekkend brandbaar koudemiddel en
schadelijke gassen.
Beschadig de leidingen van de koudemiddelkringloop en
isolatie niet.
¡ Het apparaat kan kantelen.
Niet op de plint, laden of deuren staat of leunen.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor verbranding!
Sommige onderdelen van het apparaat worden tijdens het ge-
bruik heet.
Raak de hete onderdelen nooit aan.
Houd kinderen uit de buurt.
WAARSCHUWING‒Verbrandingsgevaar door kou!
Contact met diepvrieswaren en koude oppervlakken kan tot
brandwonden door koude leiden.
Nooit diepvrieswaren in de mond nemen nadat deze uit het
vriesvak werden genomen.
Voorkom dat de huid langdurig in contact komt met diep-
vrieswaren, ijs en de buizen in het vriesvak.
VOORZICHTIG‒Gezondheidsrisico!
Houd de volgende aanwijzingen aan om verontreiniging van
levensmiddelen te voorkomen.
Wanneer de deur langere tijd wordt geopend, kan dit leiden
tot een aanzienlijke temperatuurstijging in de vakken van
het apparaat.
nl Veiligheid
116
Maak de oppervlakken, die met levensmiddelen en toegan-
kelijke afvoersystemen in contact komen, regelmatig
schoon.
Wanneer het koel-/vriesapparaat langere tijd leeg staat, het
apparaat uitschakelen, ontdooien, reinigen en de deur open
laten, om schimmelvorming te voorkomen.
Beschadigd apparaat
Neem deze veiligheidsvoorschriften in acht als uw apparaat be-
schadigd is.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor een elektrische schok!
¡ Een beschadigd apparaat of een beschadigd netsnoer is ge-
vaarlijk.
Nooit een beschadigde apparaat gebruiken.
Nooit een apparaat met gescheurd of gebroken oppervlak
gebruiken.
Nooit aan het netsnoer trekken, om het apparaat van het
elektriciteitsnet te scheiden. Altijd aan de stekker van het
netsnoer trekken.
Wanneer het apparaat of het netsnoer is beschadigd, dan
direct de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen
of de zekering in de meterkast uitschakelen.
Neem contact op met de servicedienst. →Pagina133
Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties
aan het apparaat uitvoeren.
¡ Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties
aan het apparaat uitvoeren.
Er mogen uitsluitend originele reserveonderdelen worden
gebruikt voor reparatie van het apparaat.
Als het netsnoer van dit apparaat beschadigd raakt, moet
het ter vermijding van risico's worden vervangen door de fa-
brikant, de servicedienst of een andere gekwalificeerde per-
soon.
Veiligheid nl
117
WAARSCHUWING‒Risico van brand!
Bij beschadiging van de leidingen kunnen brandbaar koude-
middel en schadelijke gassen ontsnappen en ontsteken.
Houd vuur en ontstekingsbronnen uit de buurt van het ap-
paraat.
Ventileer de ruimte.
Het apparaat uitschakelen. →Pagina122
De stekker van het netsnoer uit het stopcontact trekken of
de zekering in de meterkast uitschakelen.
Neem contact op met de service-afdeling. →Pagina133
nl Het voorkomen van materiële schade
118
Het voorkomen van materiële schade
Het voorkomen van mate-
riële schade
Ter voorkoming van materiële scha-
de, aan het apparaat, de accessoires
of keukenvoorwerpen dient u de aan-
wijzingen in acht te nemen.
LET OP!
¡ Door verontreinigingen met olie of
vet kunnen kunststofdelen en
deurafdichtingen poreus worden.
Houd kunststofdelen en deuraf-
dichtingen olie- en vetvrij.
¡ Door het gebruik van de plint, la-
den of apparaatdeuren als zitvlak
of opstapje kan het apparaat be-
schadigd raken.
Niet op de plint, laden of deuren
staat of leunen.
Milieubescherming en besparing
Milieubescherming en be-
sparing
Bescherm het milieu door het appa-
raat op een hulpbronnenbesparende
manier te gebruiken en herbruikbare
materialen op de juiste manier af te
voeren.
Afvoeren van de verpakking
De verpakkingsmaterialen zijn milieu-
vriendelijk en kunnen worden herge-
bruikt.
De afzonderlijke componenten op
soort gescheiden afvoeren.
Bij uw dealer en uw gemeente- of
deelraadskantoor kunt u informatie
verkrijgen over de actuele afvoer-
methoden.
Energie besparen
Als u deze aanwijzingen opvolgt, ver-
bruikt uw apparaat minder stroom.
Keuze van de opstellingslocatie
Houd deze aanwijzing aan wanneer u
het apparaat plaatst.
¡ Stel het apparaat niet bloot aan di-
rect zonlicht.
¡ Plaats het apparaat zo ver moge-
lijk van radiatoren, fornuis en an-
dere warmtebronnen:
Houd 30mm afstand aan tot
elektrische- of gasfornuizen.
Houd 30cm afstand aan tot
olie- en kolenfornuizen.
Het apparaat hoeft bij lagere om-
gevingstemperaturen minder vaak
te koelen.
¡ Een nisdiepte van 560 mm gebrui-
ken.
¡ Ventilatieopeningen niet afdekken
of blokkeren.
¡ Ventileer de ruimte dagelijks.
De lucht bij de achterwand van het
apparaat wordt niet zo warm.
Het apparaat hoeft minder vaak te
koelen.
Energie besparen bij het gebruik.
Houd deze aanwijzing aan wanneer u
uw apparaat gebruikt.
AanwijzingDe plaatsing van de uit-
rustingsonderdelen heeft geen in-
vloed op het energieverbruik van het
apparaat.
¡ Ventilatieopeningen niet afdekken
of blokkeren.
De lucht bij de achterwand van het
apparaat wordt niet zo warm.
Opstellen en aansluiten nl
119
¡ Open de ovendeur slechts kort.
¡ Transporteer gekoelde levensmid-
delen in een koeltas en leg ze snel
in het apparaat.
¡ Warme gerechten en dranken
eerst laten afkoelen, daarna in het
apparaat plaatsen.
¡ Leg om de koude van de diep-
vriesproducten te benutten, deze
ter ontdooiing in het koelvak.
De lucht in het apparaat warmt
niet zo sterk op.
Het apparaat hoeft minder vaak te
koelen.
¡ Laat altijd wat ruimte tussen de le-
vensmiddelen en de achterwand.
¡ Verpak de levensmiddelen lucht-
dicht.
De lucht kan circuleren en de
luchtvochtigheid blijft constant.
¡ Vriesvak regelmatig ontdooien.
Een vorstvrij vriesvak is stroombe-
sparend en koelt de diepvrieswa-
ren optimaal.
¡ Deur van het vriesvak slechts kort-
stondig openen en zorgvuldig slui-
ten.
Een gesloten deur van het vries-
vak beschermt het vriesvak tegen
sterke verijzing.
Opstellen en aansluiten
Opstellen en aansluiten
Waar en hoe u het apparaat het bes-
te opstelt, komt u hier te weten. Bo-
vendien komt u te weten hoe u het
apparaat op het elektriciteitsnet aan-
sluit.
Leveringsomvang
Controleer na het uitpakken alle on-
derdelen op transportschade en de
volledigheid van de levering.
Neem bij klachten met uw dealer of
onze servicedienst →Pagina133
contact op.
De levering bestaat uit:
¡ Inbouw
¡ Uitrusting en accessoires
1
¡ Installatiemateriaal
¡ Installatiehandleiding
¡ Gebruiksaanwijzing
¡ Klantenserviceboekje
¡ Garantiebijlage
2
¡ Energielabel
¡ Productgegevensblad
¡ Informatie over energieverbruik en
geluiden
Apparaat opstellen en aan-
sluiten
Voorwaarde:De leveringsomvang
van het apparaat is gecontroleerd.
→Pagina119
1. Houd de criteria aan voor de op-
stellocatie van het apparaat.
→Pagina120
2. Installeer het apparaat overeen-
komstig de meegeleverde installa-
tiehandleiding.
3. Het apparaat voor het eerste ge-
bruik voorbereiden. →Pagina120
1
Afhankelijk van de apparaatuitvoering
2
Niet in alle landen
nl Opstellen en aansluiten
120
4. Het apparaat elektrisch aansluiten.
→Pagina121
Criteria voor de opstellocatie
Houd deze aanwijzing aan wanneer u
het apparaat plaatst.
WAARSCHUWING
Explosiegevaar!
Wanneer het apparaat in een te klei-
ne ruimte staat, kan er bij een lek van
het koudecircuit een brandbaar gas-
luchtmengsel ontstaan.
Stel het apparaat uitsluitend op in
een ruimte, welke tenminste een
volume heeft van 1m
3
per 8g
koudemiddel. De hoeveelheid van
het koudemiddel staat op het type-
plaatje. →Afb.
1
/
3
Het gewicht van het apparaat kan af-
hankelijk van het model tot 45 bedra-
gen.
De ondergrond moet stabiel genoeg
zijn om het gewicht van het apparaat
te dragen.
Toegestane ruimtetemperatuur
De toegestane kamertemperatuur is
afhankelijk van de klimaatklasse van
het apparaat.
De klimaatklasse vindt u op het type-
plaatje. →Afb.
1
/
3
Klimaatklas-
se
Toegestane ruimtetempe-
ratuur
SN 10°C…32°C
N 16°C…32°C
ST 16°C…38°C
T 16°C…43°C
Het apparaat is volledig functioneel
binnen de toegestane binnentempe-
ratuur.
Wanneer u een apparaat van de kli-
maatklasse SN gebruikt bij lagere ka-
mertemperaturen, dan kunnen be-
schadigingen aan het apparaat tot
een kamertemperatuur van 5°C wor-
den uitgesloten.
Nismaten
Neem de nisafmetingen in acht als u
uw apparaat in de meubelnis in-
bouwt. Bij afwijkingen kunnen proble-
men optreden tijdens de installatie
van het apparaat.
Nisdiepte
Bouw het apparaat in de aanbevolen
nisdiepte van 560 mm in.
Bij een kleinere nisdiepte wordt het
energieverbruik iets hoger. De nis-
diepte moet minimaal 550 mm be-
dragen.
Nisbreedte
Voor het apparaat is een meubelnis
met een binnenbreedte van minimaal
560 mm nodig.
Side-by-side-opstelling
Als u 2 apparaten naast elkaar wilt
opstellen, moet u tussen de appara-
ten minimaal een tussenafstand van
150 mm aanhouden.
Over-and-under-opstelling
Boven uw apparaat kunt u nog een
koelkast opstellen.
Het apparaat voor het eerste
gebruik voorbereiden
1. Haal het informatiemateriaal er uit.
2. Verwijder de beschermfolie en
transportborgingen, bijv. plakstrips
en karton.
3. Het apparaat voor de eerste keer
reinigen. →Pagina127
Uw apparaat leren kennen nl
121
Apparaat elektrisch aanslui-
ten
1. De netstekker van het aansluit-
snoer van het apparaat in een
stopcontact in de omgeving van
het apparaat steken.
De aansluitgegevens van het ap-
paraat staan op het typeplaatje.
→Afb.
1
/
3
2. De netstekker op vastheid contro-
leren.
a Het apparaat is nu gereed voor ge-
bruik.
Uw apparaat leren kennen
Uw apparaat leren ken-
nen
Lees meer over de onderdelen van
uw apparaat.
Apparaat
Hier vindt u een overzicht van de on-
derdelen van uw apparaat.
→Afb.
1
1
Bedieningselementen
2
Diepvrieslade
3
Typeplaatje
AanwijzingVerschillen tussen uw ap-
paraat en de afbeeldingen zijn moge-
lijk op basis van uitrusting en grootte.
Bedieningselementen
Via de bedieningselementen kunt u
alle functies van uw apparaat instel-
len en informatie krijgen over de ge-
bruikstoestand.
→Afb.
2
1
stelt de temperatuur van het vries-
vak in.
2
brandt, wanneer Supervriezen is
ingeschakeld.
3
Toont de ingestelde temperatuur van
het vriesvak in°C.
4
schakelt het apparaat in of uit.
Uitrusting
Uitrusting
Hier krijgt u een overzicht van de ac-
cessoires behorende bij uw apparaat
en de manier waarop ze worden ge-
bruikt.
De uitrusting van uw apparaat is mo-
delafhankelijk.
Accessoires
Gebruik alleen originele accessoires.
Deze zijn speciaal op uw apparaat af-
gestemd. Hier krijgt u een overzicht
van de accessoires behorende bij uw
apparaat en de manier waarop ze
worden gebruikt.
De accessoires van het apparaat zijn
afhankelijk van het model.
Koude-accu
Gebruik de koude-accu voor het tij-
delijk koel houden van levensmidde-
len, bijv. in een koeltas.
Tip:Dekoude-accu vertraagt bij
hetuitvallen van destroom of bij een
storing hetverwarmen van deopge-
slagen diepvrieswaren.
IJsblokjesschaal
Gebruik de ijsblokjesschaal om ijs-
blokjes te maken.
IJsblokjes maken
1. De ijsblokjesschaal voor ¾ met
water vullen en in het vriesvak
plaatsen.
Vastgevroren ijsblokjesschaal al-
leen met een bot voorwerp, bijv.
steel van een lepel, losmaken.
nl De Bediening in essentie
122
2. Om deijsblokjesschaal los tema-
ken de ijsblokjesschaal iets verbui-
gen of kort onder stromend water
houden.
De Bediening in essentie
De Bediening in essentie
Hier wordt de bediening van het ap-
paraat in essentie beschreven.
Apparaat inschakelen
1. indrukken.
a Het apparaat begint te koelen.
a Er weerklinkt een waarschuwings-
signaal en de temperatuurindicatie
knippert omdat het vriesvak nog te
warm is.
2. Het waarschuwingssignaal met
uitschakelen.
a gaat uit zodra de ingestelde
temperatuur is bereikt.
3. De gewenste temperatuur instellen.
→Pagina122
Opmerkingen bij het gebruik
¡ Wanneer u het apparaat heeft in-
geschakeld, wordt de ingestelde
temperatuur pas na enkele uren
bereikt. Geen levensmiddelen in
het apparaat doen voordat de tem-
peratuur is bereikt.
¡ De kopzijden en de bovenzijde van
de behuizing worden tijdelijk licht
verwarmd. Dit voorkomt vorming
van condenswater in de zone van
de deurafdichting.
¡ Als u de deur van het vriesvak
sluit, kan een onderdruk ontstaan
en u kunt de deur van het vriesvak
niet direct opnieuw openen. Wacht
een ogenblik tot de onderdruk
wordt gecompenseerd.
Machine uitschakelen
indrukken.
a Het apparaat koelt niet meer.
Temperatuur instellen
Nadat u het apparaat heeft ingescha-
keld, kunt u de temperatuur instellen.
Vriesvaktemperatuur instellen
Zo vaak op drukken tot de tem-
peratuurindicatie de gewenste tem-
peratuur toont.
De aanbevolen temperatuur in het
vriesvak bedraagt -18 °C.
Extra functies
Extra functies
Kom te weten over welke instelbare
extra functies uw apparaat beschikt.
Automatisch Supervriezen
Het automatisch Supervriezen scha-
kelt bij het inruimen van warme le-
vensmiddelen automatisch in.
Bij het automatisch Supervriezen
koelt het vriesvak duidelijk op een la-
gere temperatuur dan bij de normale
werking. Hierdoor bevriezen levens-
middelen snel tot in de kern.
Als het automatische Supervriezen is
ingeschakeld, brandt en er kun-
nen meer geluiden ontstaan.
Het apparaat schakelt na het verstrij-
ken van het automatisch Supervrie-
zen op normale werking.
Automatisch Supervriezen
annuleren
Zo vaak op drukken tot de tem-
peratuurindicatie de gewenste tem-
peratuur toont.
Alarm nl
123
Handmatig Supervriezen
Bij het Supervriezen koelt het vries-
vak zo koud mogelijk. Hierdoor be-
vriezen levensmiddelen snel tot in de
kern.
Schakel Supervriezen 4 tot 6 uur
voor het inladen van een hoeveelheid
levensmiddelen vanaf 2 kg in het
vriesvak in.
Om het invriesvermogen te benutten,
gebruikt u Supervriezen.
→"Voorwaarden voor invriesvermo-
gen", Pagina124
AanwijzingAls Supervriezen is inge-
schakeld, kan er meer geluid ont-
staan.
Handmatig Supervriezen
inschakelen
Zo vaak op drukken tot
brandt.
AanwijzingNa ca. 60 uur schakelt
het apparaat over op de normale
werking.
Handmatig Supervriezen
uitschakelen
Zo vaak op drukken tot de tem-
peratuurindicatie de gewenste tem-
peratuur toont.
Alarm
Alarm
Uw apparaat beschikt over alarm-
functies.
Deuralarm
Als de deur van het apparaat langere
tijd openstaat wordt het deuralarm in-
geschakeld.
Waarschuwingssignaal (deuralarm)
uitschakelen
De apparaatdeur sluiten of op
drukken.
a Het waarschuwingssignaal is uitge-
schakeld.
Temperatuuralarm
Wanneer het te warm is in het vries-
vak, wordt het temperatuuralarm ge-
activeerd.
VOORZICHTIG
Gezondheidsrisico!
Bij het ontdooien kan er bacterievor-
ming optreden en kunnen de diep-
vrieswaren bederven.
Half of geheel ontdooide diepvries-
waren niet opnieuw invriezen.
Het voedsel pas na het koken of
braden opnieuw invriezen.
De maximale bewaartijd niet meer
ten volle benutten.
Zonder gevaar voor de diepvrieswaren
kan het temperatuuralarm in volgende
gevallen inschakelen:
¡ Het apparaat wordt in gebruik ge-
nomen.
¡ Er worden grote hoeveelheden ver-
se levensmiddelen ingeruimd.
¡ De deur van het vriesvak is te lang
geopend.
nl Vriesvak
124
Waarschuwingssignaal
(temperatuuralarm) uitschakelen
indrukken.
a De temperatuurindicatie toont op-
nieuw de ingestelde temperatuur.
Vriesvak
Vriesvak
In het vriesvak kunt u diepvrieswaren
bewaren, levensmiddelen bevriezen
en ijsblokjes maken.
De temperatuur is van −16°C tot
−24°C instelbaar.
Langdurig bewaren van levensmidde-
len moet opeen temperatuur van –
18°C of lager gebeuren.
Door het invriezen kunt u bederfelijke
levensmiddelen gedurende lange tijd
bewaren. De lage temperaturen ver-
tragen of stoppen het bederven.
De tijd die nodig isom verse
levensmiddelen volledig diep tevriezen
isafhankelijk van verschillende
factoren:
¡ Ingestelde temperatuur
¡ Levensmiddel (grootte en soort)
¡ Bewaarde hoeveelheid
¡ Reeds bewaarde hoeveelheid le-
vensmiddelen
Invriescapaciteit
Het invriesvermogen geeft aan welke
hoeveelheid levensmiddelen in hoe-
veel uur tot in de kern kan worden in-
gevroren.
Informatie over het invriesvermogen
vindt u op het typeplaatje. →Afb.
1
/
3
Voorwaarden voor invriesvermogen
1. Ca. 24 uur vóór het inladen van
verse levensmiddelen, Supervrie-
zen inschakelen.
→"Handmatig Supervriezen in-
schakelen", Pagina123
2. Eerst het bovenste vak vullen met
levensmiddelen. Daar bevriezen de
levensmiddelen het snelst.
3. Wanneer het bovenste vak niet
groot genoeg is, de resterende
hoeveelheid in het vak eronder in-
ruimen.
Vriesvakvolume volledig ge-
bruiken
Kom te weten hoe u de maximale
hoeveelheid diepvriesproducten in
het vriesvak onderbrengt.
1. Alle uitrustingsdelen verwijderen.
→Pagina128
2. Levensmiddelen rechtstreeks op
de legplateaus en de bodem van
het vriesvak bewaren.
Tips voor het inkopen van
diepvrieskost
Neem de tips in acht als u diepvries-
kost inkoopt.
¡ Op onbeschadigde verpakking let-
ten.
¡ Op de houdbaarheidsdatum letten.
¡ De temperatuur in de supermarkt-
vriezer moet –18°C of kouder
zijn.
¡ De diepvriesketen niet onderbre-
ken. Diepvriesproducten liefst in
een koeltas transporteren en snel
in het vriesvak leggen.
Tips voor het bewaren van le-
vensmiddelen in het vriesvak
Neem de tips in acht als u levens-
middelen in het vriesvak inruimt.
¡ Om grotere hoeveelheden verse
levensmiddelen snel en voorzichtig
in te vriezen, deze in de bovenste
diepvrieslade leggen.
¡ De levensmiddelen naast elkaar in
de vakken of diepvriesladen leg-
gen.
Vriesvak nl
125
¡ In te vriezen levensmiddelen niet in
aanraking brengen met ingevroren
levensmiddelen.
Indien nodig diepgevroren levens-
middelen in het vriesvak verande-
ren van positie.
¡ Voor een goede luchtcirculatie in
het apparaat de diepvrieslade tot
aan de aanslag inschuiven.
Kleinere hoeveelheid levens-
middelen snel bevriezen
Neem de aanwijzingen in acht als u
een kleinere hoeveelheid levensmid-
delen snel wilt bevriezen.
1. De levensmiddelen van rechts be-
ginnend in de bovenste diep-
vrieslade leggen.
2. De levensmiddelen over een groot
oppervlak verdelen.
Tips voor het bevriezen van
verse levensmiddelen
Neem de tips in acht als u verse le-
vensmiddelen invriest.
¡ Alleen verse en onberispelijke le-
vensmiddelen bevriezen.
¡ Voor het verbruik gekookte, gebra-
den of gebakken levensmiddelen
zijn geschikter dan rauw te eten le-
vensmiddelen.
¡ Om voedingswaarde, aroma en
kleur te behouden, moet u bepaal-
de levensmiddelen voorbereiden
om in te vriezen.
Groente: wassen, kleiner maken,
blancheren.
Fruit: wassen, ontpitten en even-
tueel schillen, eventueel suiker
of ascorbinezuuroplossing toe-
voegen.
Meer aanwijzingen vindt u in de des-
betreffende literatuur.
Over het invriezen van geschikte
levensmiddelen
¡ Brood en banket
¡ Vis en zeevruchten
¡ Vlees
¡ Wild en gevogelte
¡ Groente, fruit en kruiden
¡ Eieren zonder schaal
¡ Melkproducten, bijv. kaas, boter en
kwark
¡ Bereide gerechten en kliekjes, zo-
als soep, stoofschotels, gaar vlees
en gare vis, aardappelgerechten,
ovenschotels en zoete toetjes
Over het invriezen van ongeschikte
levensmiddelen
¡ Groentesoorten die meestal rauw
worden gegeten, zoals kropsla en
radijsjes
¡ Ongepelde of hardgekookte eieren
¡ Wijndruiven/druiven
¡ Hele appels, peren en perziken
¡ Yoghurt, dikke zure melk, zure
room, crème fraîche en mayonaise
Diepvrieswaren verpakken
Als u geschikt verpakkingsmateriaal
en de juiste soort verpakking kiest,
kunt u de productkwaliteit in hoge
mate behouden en vriesbrand vermij-
den.
1. De levensmiddelen in de verpak-
king leggen.
Geschikte verpakking:
Kunststoffolie van polyethyleen
Buisfolie van polyethyleen
Diepsvrieszakjes van polyethy-
leen
Diepvriesdozen
Niet geschikt als verpakking:
(in)pakpapier
Perkamentpapier
Cellofaan
Aluminiumfolie
Vuilniszakken en gebruikte plas-
tic zakken
nl Ontdooien
126
2. De lucht eruit drukken.
3. De verpakking luchtdicht afsluiten
om te voorkomen dat de levens-
middelen hun smaak verliezen of
uitdrogen.
Geschikte afsluitingen:
Rubberringen
Kunststofclips
Koudebestendig plakband
4. De verpakking met de inhoud van
de invriesdatum voorzien.
Houdbaarheid van de diep-
vrieswaren bij −18°C
Neem de bewaartijden in acht als u
levensmiddelen invriest.
Levensmiddel Bewaartijd
Vis, worst, klaargemaakte
gerechten, brood en ban-
ket
Tot 6 maanden
Gevogelte, vlees Tot 8 maanden
Groente, fruit Tot 12 maanden
Diepvrieskalender
De erop gedrukte vrieskalender geeft
de maximale bewaartijd in maanden
aan bij een constante temperatuur
van –18°C.
Ontdooimethodes voor diep-
vrieswaren
Om de productkwaliteit zo goed mo-
gelijk te behouden, de ontdooimetho-
de aan levensmiddel en gebruiksdoel
aanpassen.
VOORZICHTIG
Gezondheidsrisico!
Bij het ontdooien kan er bacterievor-
ming optreden en kunnen de diep-
vrieswaren bederven.
Half of geheel ontdooide diepvries-
waren niet opnieuw invriezen.
Het voedsel pas na het koken of
braden opnieuw invriezen.
De maximale bewaartijd niet meer
ten volle benutten.
Ontdooimethode Levensmiddel
Koelvak Dierlijke levensmidde-
len, zoals vis, vlees,
kaas, kwark
Omgevingstempe-
ratuur
Brood
Magnetron Levensmiddelen voor di-
recte consumptie of di-
recte toebereiding
Oven of fornuis Levensmiddelen voor di-
recte consumptie of di-
recte toebereiding
Ontdooien
Ontdooien
Houdt u de informatie aan, wanneer
u uw apparaat wilt ontdooien.
Ontdooien in het vriesvak
Omdat de diepvrieswaren niet mogen
ontdooien, ontdooit het vriesvak niet
automatisch. Een laag rijp in het
vriesvak vermindert de afgifte van
koude aan de diepvrieswaren en ver-
hoogt het energieverbruik.
Vriesvak ontdooien
Het vriesvak regelmatig ontdooien.
1. Ca. 4uur voor het ontdooien Su-
pervriezen inschakelen.
→"Handmatig Supervriezen in-
schakelen", Pagina123
De levensmiddelen bereiken hier-
door heel lage temperaturen en u
kunt de levensmiddelen langer op
kamertemperatuur bewaren.
Reiniging en onderhoud nl
127
2. De diepvrieslade met de diepvries-
waren verwijderen en op een koele
plaats bewaren. Koude-accu's, in-
dien voorhanden, op de dievries-
waren leggen.
3. Het apparaat uitschakelen.
→Pagina122
4. Haal de stekker van het apparaat
uit het stopcontact.
De stekker van het netsnoer uit het
stopcontact trekken of de zekering
in de meterkast uitschakelen.
5. Om het ontdooien te versnellen,
een pan met heet water op een on-
derzetter in het vriesvak zetten.
6. Het dooiwater met een zachte
doek of een spons opvegen.
7. Het vriesvak met een zachte, dro-
ge doek droogwrijven.
8. Het apparaat elektrisch aansluiten.
9. Het apparaat inschakelen.
→Pagina122
10.De diepvrieslade met de diepvries-
waren opnieuw plaatsen.
Reiniging en onderhoud
Reiniging en onderhoud
Reinig en onderhoud uw apparaat
zorgvuldig om er voor te zorgen dat
het lang goed blijft werken.
Apparaat voorbereiden voor
reiniging
Informatie over de wijze waarop u uw
apparaat voorbereid voor reiniging
1. Het apparaat uitschakelen.
→Pagina122
2. Haal de stekker van het apparaat
uit het stopcontact.
De stekker van het netsnoer uit het
stopcontact trekken of de zekering
in de meterkast uitschakelen.
3. Haal alle levensmiddelen uit het
apparaat en bewaar deze op een
koele plek.
Indien beschikbaar koelelementen
op de levensmiddelen leggen.
4. Als een rijplaag voorhanden is, de-
ze laten ontdooien.
5. Neem alle uitrustingsdelen uit het
apparaat. →Pagina128
Apparaat schoonmaken
Maak het apparaat schoon zoals
voorgeschreven, zodat het niet door
een verkeerde reiniging of onge-
schikte schoonmaakmiddelen be-
schadigd raakt.
WAARSCHUWING
Gevaar voor een elektrische schok!
¡ Binnendringend vocht kan een
schok veroorzaken.
Geen stoomreiniger of hoge-
drukreiniger gebruiken om het
apparaat te reinigen.
¡ Vloeistof in de verlichting kan ge-
vaarlijk zijn.
Het sop mag niet in de verlich-
ting terechtkomen.
LET OP!
¡ Ongeschikte reinigingsmiddelen
kunnen de oppervlakken van het
apparaat beschadigen.
Geen harde schuur- of afwas-
sponsjes gebruiken.
Geen scherpe of schurende rei-
nigingsmiddelen gebruiken.
Geen sterk alcoholhoudende rei-
nigingsmiddelen gebruiken.
¡ Wanneer u uitrustingsdelen en ac-
cessoires in de vaatwasser reinigt,
kunnen deze vervormen of verkleu-
ren.
Reinig nooit plateaus en hou-
ders in de vaatwasser.
nl Reiniging en onderhoud
128
1. Apparaat voorbereiden voor reini-
ging. →Pagina127
2. Het apparaat, de uitrustingsdelen
en de deurafdichting met een vaat-
doek, lauwwarm water en een
beetje pH-neutraal afwasmiddel rei-
nigen.
3. Met een zachte, droge doek gron-
dig nadrogen.
4. Plaats de uitrustingsdelen in het
apparaat.
5. Het apparaat elektrisch aansluiten.
6. Het apparaat inschakelen.
→Pagina122
7. Doe de levensmiddelen in het ap-
paraat.
Onderdelen eruit halen
Neem wanneer u de uitrustingsdelen
grondig wilt reinigen deze uit het ap-
paraat.
Vriesvaklegplateau verwijderen
Het vriesvaklegplateau uittrekken
en verwijderen.
→Afb.
3
Diepvrieslade verwijderen
1. De diepvrieslade tot aan de aan-
slag uittrekken.
2. De diepvrieslade vooraan optillen
en eruit halen ⁠.
→Afb.
4
Storingen verhelpen nl
129
Storingen verhelpen
Storingen verhelpen
Kleinere storingen aan het apparaat kunt u zelf verhelpen. Raadpleeg voordat u
contact opneemt met de klantenservice de informatie over het verhelpen van
storingen. Zo voorkomt u onnodige kosten.
WAARSCHUWING
Gevaar voor een elektrische schok!
Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties aan het apparaat
uitvoeren.
Er mogen uitsluitend originele reserveonderdelen worden gebruikt voor repa-
ratie van het apparaat.
Als het netsnoer van dit apparaat beschadigd raakt, moet het ter vermijding
van risico's worden vervangen door de fabrikant, de servicedienst of een an-
dere gekwalificeerde persoon.
Functiestoringen
Storing Oorzaak Verhelpen van storingen
Apparaat werkt niet.
Er brandt geen enkele indi-
catie.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Sluit de stekker aan.
De zekering is geactiveerd.
Controleer de zekeringen.
De stroom is uitgevallen. 1. Controleer of er stroom is.
2. Koude-accu's, indien voorhanden,
op de dievrieswaren leggen.
Apparaat koelt niet, indica-
ties en verlichting branden.
Het presentatielicht is inge-
schakeld.
Voer de apparaatzelftest uit.
→Pagina132
a Na het verstrijken van de apparaat-
zelftest gaat het apparaat weer over
op normale werking.
De koelmachine schakelt va-
ker en langer in.
Apparaatdeur werd vaak ge-
opend.
Open de apparaatdeur niet onno-
dig.
De ventilatieopeningen zijn
afgedekt.
Verwijder blokkades voor de venti-
latie-openingen
Automatisch Supervriezen
schakelt niet in.
Geen fout. Apparaat beslist
zelfstandig of het automa-
tisch Supervriezen nodig is
en schakelt het automatisch
in of uit.
Geen handeling vereist.Geen hande-
ling vereist.
nl Storingen verhelpen
130
Aanwijzingen op het display
Storing Oorzaak Verhelpen van storingen
Temperatuurindicatie knip-
pert en waarschuwingssig-
naal weerklinkt.
Verschillende oorzaken zijn
mogelijk.
Druk op .
a Schakel het alarm uit.
Deur van het apparaat is
open.
Sluit de deur van het apparaat.
De ventilatieopeningen zijn
afgedekt.
Verwijder blokkades voor de venti-
latie-openingen
Er zijn grotere hoeveelheden
verse levensmiddelen inge-
ruimd.
Overschrijd het vriesvermogen niet.
→"Invriescapaciteit", Pagina124
Temperatuurprobleem
Storing Oorzaak Verhelpen van storingen
Temperatuur wijkt erg af van
deinstelling.
Verschillende oorzaken zijn
mogelijk.
1. Schakel het apparaat uit.
→Pagina122
2. Schakel het apparaat na ca. 5 minu-
ten opnieuw in. →Pagina122
Als de temperatuur te hoog
is, controleer dan de tempe-
ratuur na een paar uur op-
nieuw.
Als de temperatuur te laag is,
controleer de temperatuur
dan de volgende dag op-
nieuw.
Geluiden
Storing Oorzaak Verhelpen van storingen
Apparaat bromt. Geen storing. Een motor
draait, bijv. koelaggregaat,
ventilator.
Geen handeling vereist.Geen hande-
ling vereist.
Apparaat borrelt, zoemt of
gorgelt.
Geen storing. Er stroomt
koudemiddel door de bui-
zen.
Geen handeling vereist.Geen hande-
ling vereist.
Apparaat klikt. Geen storing. Motor, schake-
laars of magneetventielen
schakelen in- of uit.
Geen handeling vereist.Geen hande-
ling vereist.
Apparaat produceert gelui-
den.
Het apparaat staat niet wa-
terpas.
Stel het apparaat horizontaal met
behulp van een waterpas. Leg er zo
nodig iets onder.
Storingen verhelpen nl
131
Storing Oorzaak Verhelpen van storingen
Apparaat produceert gelui-
den.
Uitrustingsdelen wiebelen of
klemmen.
Controleer de uitneembare uitrus-
tingsdelen en zet ze eventueel op-
nieuw in het apparaat.
Serviesgoed raakt elkaar.
Zet het serviesgoed verder uit el-
kaar.
Supervriezen is ingescha-
keld.
Geen handeling vereist.Geen hande-
ling vereist.
Geurtjes
Storing Oorzaak Verhelpen van storingen
Het apparaat ruikt onaange-
naam.
Verschillende oorzaken zijn
mogelijk.
1. Bereide het apparaat voor om te rei-
nigen. →Pagina127
2. Reinig het apparaat. →Pagina127
3. Reinig alle levensmiddelenverpak-
kingen.
4. Verpak sterk ruikende levensmid-
delen luchtdicht om geurvorming te
voorkomen.
5. Controleer na 24 uur opnieuw of er
luchtjes zijn ontstaan.
nl Opslaan en afvoeren
132
Apparaatzelftest uitvoeren
1. Het apparaat uitschakelen.
→Pagina122
2. Het apparaat na ca. 5 minuten op-
nieuw inschakelen. →Pagina122
3. Binnen 10seconden na het in-
schakelen gedurende 3tot 5se-
conden ingedrukt houden tot
−24°C op de temperatuurindicatie
brandt en een akoestisch signaal
weerklinkt.
a De apparaatzelftest start wanneer
de temperatuurindicaties na elkaar
gaan branden.
a Tijdens de apparaatzelftest weer-
klinkt tussendoor een lang akoes-
tisch signaal.
a Als na het einde van de apparaat-
zelftest 2 akoestische signalen
weerklinken en de temperatuurindi-
catie de ingestelde temperatuur
toont, is uw apparaat in orde. Het
apparaat gaat over op de normale
werking.
a Als het vriesvak voor de apparaat-
zelftest te warm was, schakelt het
temperatuuralarm in.
→"Waarschuwingssignaal (deur-
alarm) uitschakelen", Pagina123
a Als na het einde van de apparaat-
zelftest gedurende 10 secon-
den knippert, contact opnemen
met de service.
Opslaan en afvoeren
Opslaan en afvoeren
Hier krijgt u uitleg over de manier
waarop u het apparaat voorbereidt
voor de opslag. Daarnaast leggen we
u uit hoe u oude apparaten dient af
te voeren.
Apparaat buiten gebruik stel-
len
1. Het apparaat uitschakelen.
→Pagina122
2. Haal de stekker van het apparaat
uit het stopcontact.
De stekker van het netsnoer uit het
stopcontact trekken of de zekering
in de meterkast uitschakelen.
3. Het apparaat ontdooien.
→Pagina126
4. Het apparaat reinigen.
→Pagina127
5. Laat de deur van het apparaat
open.
Afvoeren van uw oude appa-
raat
Door een milieuvriendelijke afvoer
kunnen waardevolle grondstoffen op-
nieuw worden gebruikt.
WAARSCHUWING
Gezondheidsrisico!
Kinderen kunnen zich in het apparaat
opsluiten en in levensgevaar gera-
ken.
Om te voorkomen dat kinderen in
het apparaat kruipen legplateaus
en lades niet uit het apparaat ne-
men.
Kinderen uit de buurt van een af-
gedankt apparaat houden.
1. De stekker van het netsnoer uit het
stopcontact trekken.
2. Het netsnoer doorknippen.
Servicedienst nl
133
3. Het apparaat milieuvriendelijk af-
voeren.
Dit apparaat is gekenmerkt in
overeenstemming met de Euro-
pese richtlijn 2012/19/EU be-
treffende afgedankte elektri-
sche en elektronische appara-
tuur (waste electrical and elec-
tronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan
voor de in de EU geldige terug-
neming en verwerking van oude
apparaten.
Servicedienst
Servicedienst
Als u vragen hebt, een storing aan
het apparaat niet zelf kunt verhelpen
of als het apparaat moet worden ge-
repareerd, neem dan contact op met
onze servicedienst.
Veel problemen kunt u via de infor-
matie voor het verhelpen van storin-
gen in deze gebruiksaanwijzing of op
onze website zelf verhelpen. Als dit
niet het geval is, neem dan contact
op met onze servicedienst.
We vinden altijd een passende oplos-
sing en proberen onnodig bezoek
van de servicetechnicus te vermijden.
We zorgen ervoor dat het apparaat
zowel binnen de garantieperiode als
na het verstrijken van de fabrieksga-
rantie met originele reserveonderde-
len door geschoolde servicetechnici
wordt gerepareerd.
Om veiligheidsredenen mag alleen
geschoold vakpersoneel reparaties
aan het apparaat uitvoeren. De ga-
rantieclaim vervalt indien reparaties
of ingrepen worden uitgevoerd door
personen die daartoe niet door ons
zijn gemachtigd, dan wel indien onze
apparaten worden voorzien van ver-
vangende onderdelen, aanvullende
onderdelen of accessoires die geen
originele onderdelen zijn en daardoor
een defect wordt veroorzaakt.
Originele vervangende onderdelen
die relevant zijn voor de werking in
overeenstemming met de desbetref-
fende Ecodesign-verordening kunt u
voor de duur van ten minste 10 jaar
vanaf het moment van in de handel
brengen van het apparaat binnen de
Europese Economische Ruimte bij
onze servicedienst verkrijgen.
AanwijzingHet inschakelen van de
servicedienst is in het kader van de
plaatselijk geldende fabrieksgarantie-
voorwaarden gratis. De minimumduur
van de garantie (fabrieksgarantie
voor particuliere gebruikers) in de Eu-
ropese Economische Ruimte be-
draagt 2 jaar (behalve in Denemar-
ken en Zweden waar de duur 1 jaar
bedraagt) in overeenstemming met
de geldende plaatselijke garantie-
voorwaarden. De garantievoorwaar-
den doen geen afbreuk aan eventue-
le andere rechten of claims die u op
grond van het plaatselijke recht heeft.
Gedetailleerde informatie over de ga-
rantieperiode en garantievoorwaar-
den in uw land kunt u opvragen bij
onze servicedienst, uw dealer of op
onze website.
Als u contact opneemt met de servi-
cedienst, hebt u het productnummer
(E-Nr.) en het productienummer (FD)
van het apparaat nodig.
De contactgegevens van de service-
dienst vindt u in de meegeleverde
servicedienstlijst of op onze website.
Productnummer (E-nr.) en
productienummer (FD)
Het productnummer (E-Nr.) en het
productienummer (FD) vindt u op het
typeplaatje van het apparaat.
→Afb.
1
/
3
nl Technische gegevens
134
Om uw apparaatgegevens en de ser-
vicedienst-telefoonnummers snel te-
rug te kunnen vinden, kunt u de ge-
gevens noteren.
Technische gegevens
Technische gegevens
Koudemiddel, netto inhoud en overi-
ge technische gegevens bevinden
zich op het typeplaatje.
→Afb.
1
/
3
Overige informatie over uw model
vindt u op het internet onder https://
www.bsh-group.com/energylabel
1
. Dit
webadres bevat een link naar de offi-
ciële EU-productdatabase EPREL,
waarvan de URL ten tijde van het
drukken nog niet was gepubliceerd.
Volg dan de aanwijzingen bij het zoe-
ken naar het model op. De modeli-
dentificatie bestaat uit het teken voor
de slash van het E-nummer (E-Nr.)
op het typeplaatje. Alternatief vindt u
de modelidentificatie ook in de eerste
regel van het EU-energielabel.
1
Geldt alleen voor landen in de Europese Economische Ruimte
/