Volvo 2009 Snelstartgids

Type
Snelstartgids

Deze handleiding is ook geschikt voor

GEFELICITEERD MET DE AANKOOP VAN UW
NIEUWE VOLVO!
Het is altijd spannend een nieuwe auto te leren kennen.
Neem deze Quick Guide door om nog meer plezier te hebben van uw
nieuwe Volvo. Gedetailleerde informatie vindt u in het instructieboekje.
Waarschuwingsteksten en andere belangrijke informatie staan alleen in
het instructieboekje, niet in deze folder. Het instructieboekje bevat de
meest recente gegevens.
Opties staan aangegeven met een sterretje (*).
VOLVO C70
Quick Guide
AUTOSTART (GELDT VOOR DE 2.4I, T5 EN
D5)
De contactsleutel/startknop naar stand III
draaien en loslaten. De motor start automa-
tisch.
Een dieselmotor altijd laten voorgloeien in
stand II, voordat u de motor start.
SLEUTELBLAD
Te gebruiken om het dashboardkastje te
vergrendelen/ontgrendelen of het bestuur-
dersportier/de kofferbak te openen als de auto
bijvoorbeeld zonder stroom zit.
KOUDE START
N.B.
Om te zorgen dat de emissieregeling snel
op temperatuur komt, is het mogelijk dat de
motor korte tijd iets hogere stationaire toeren
maakt.
SLEUTEL EN AFSTANDSBEDIENING
Vergrendelt portieren, opbergvakken in
portieren*, kofferdeksel en doorsteekluik
en activeert het alarm. Na 30 seconden
treedt de Safelock-functie in werking
waarna de portieren niet meer van de
binnenzijde te openen zijn.
Ontgrendelt portieren, opbergvakken
in portieren*, kofferdeksel, doorsteek-
luik, stuurslot en deactiveert het alarm
1
.
Ontgrendelt kofferdeksel. (Deksel
wordt niet geopend.)
Activeert 30 seconden
2
lang de verlich-
ting van de buitenspiegels* alsmede de
interieur-, instap- en kentekenplaatver-
lichting. Richtingaanwijzers en stads-
lichten vóór/achterlichten branden.
“Paniek”-toets, in een noodsituatie
de toets ca. 3 seconden lang ingedrukt
houden om het alarm te laten afgaan.
Het alarm uitschakelen met de ontgren-
delingstoets.
RICHTINGAANWIJZERS
A. Korte signalen, drie knippersignalen.
B. Onafgebroken serie knippersignalen.
WAARSCHUWING! Stel het stuurwiel in, voor-
dat u gaat rijden. Doe dit nooit tijdens het rijden.
STUURWIEL INSTELLEN
1. Als geen van de portieren noch het kofferdeksel
binnen 2 minuten na ontgrendeling wordt geopend,
worden deze na enige tijd automatisch opnieuw
vergrendeld.
2. De tijd is in te stellen op 30, 60 of 90 seconden (zie
instructieboekje).
Slot voor mechanisch openen kofferdeksel.
VERLICHTINGSBEDIENING
Koplamphoogteverstelling, automa-
tisch voor Bi-Xenonverlichting*.
Automatisch dimlicht en grootlicht-
signalen. Het is niet mogelijk het groot
licht te voeren.
Stadslichten voor/achterlichten
Dimlicht, dooft bij het afzetten van de
motor. Het is mogelijk het groot licht te
voeren.
Display- en instrumentenverlichting
Mistlampen vóór*
Mistachterlicht, (één lamp)
A
Grootlichtsignalen
B
Wisselen groot licht/dimlicht.
Approach-verlichting.
TANKEN
Voor de lak is het beter om de auto met de
hand te wassen dan in een automatische
wasstraat. Een nieuwe laklaag is bovendien
kwetsbaarder dan een oude laag. U wordt
daarom geadviseerd de eerste maanden na
aankoop van een nieuwe auto deze alleen
met de hand te wassen.
Leren bekleding heeft regelmatige verzor-
ging nodig. Gebruik daarom een- à viermaal
per jaar (zo nodig vaker) een leerverzor-
gingsproduct. Leerverzorgingsproducten
zijn verkrijgbaar bij de erkende Volvo-werk-
plaats.
AUTOVERZORGING
Tankvulklep openen,
tankdop ophangen
tijdens het tanken.
BLIS, BLIND SPOT INFORMATION
SYSTEM*
Als het controlelampje voor BLIS oplicht
zonder dat u voertuigen in de dode hoeken
kunt waarnemen, kunnen reflecties op een
nat wegdek, eigen schaduwen op betonnen
wegen of een laag staande zon in de camera
daarvan de oorzaak zijn.
Bij een storing in het BLIS verschijnt de mel-
ding BLIS SERVICE VEREIST op het display.
AUTOMATISCHE WASSTRATEN
Bij een wasbeurt in een automatische was-
straat de antenne verwijderen. De antenne
linksom losdraaien.
D
E
A B
C
0
F
G
RUITENWISSERS EN REGENSENSOR*
#
Enkele wisslag
0
Uit
$
Intervalstand wissers, voor instellen
aan (2) draaien.
%
Normale snelheid
F
Hoge snelheid
G
Ruiten- en koplampsproeiers
AUDIOSYSTEEM
A
Activeert regensensor, stand DF
deactiveert regensensor.
B
Gevoeligheid instellen met duimwiel.
Displaysymbool bij regensensor aan.
1
Aan/uit en volume. Indrukken om aan/uit
te zetten. Omdraaien voor instellen
volume. Individueel vastgelegde volu-
mestanden voor radio, TP, handsfree* en
RTI*.
2
FM1, FM2 of AM.
4
Display, klok instellen onder persoonlijke
instellingen.
5
MODE, CD of AUX
1
6
Geluidsweergave, indrukken om te kie-
zen uit BAS, Dolby Pro Logic II* of SUB-
WOOFER*. Omdraaien om bij te regelen.
9
MENU, AUX, volume en geavanceerde
geluidsinstellingen.
RADIO
6
Radiozender kiezen door te draaien.
10
Zender zoeken met pijl-links/pijl-rechts
of met SCAN (8).Tot 20 zenders vastleg-
gen door 09 ingedrukt te houden bij
FM1 en 09 bij FM2. Na vastlegging van
een zender verschijnt een bevestiging op
het display.
11
Zenders automatisch vastleggen.
Ca. 2 seconden op AUTO drukken. De
tekst Autom. opslaan verschijnt op het dis-
play. De tien best doorkomende zenders
worden vastgelegd. Op 09 drukken om
een zender te selecteren.
CD-SPELER
10
Andere track op cd met pijl-links/pijl-
rechts of aan (6) draaien.
Cd kiezen
2
met pijl-omhoog/pijl-omlaag.
3
Cd uitwerpen. Bij kort indrukken wordt
alleen de beluisterde cd uitgeworpen. Bij
lang indrukken worden alle cd’s uitgewor-
pen
2
.
7
Rechtstreeks cd kiezen
2
. Op 1–6 druk-
ken.
1. AUX-ingang voor bijv. mp3-speler (voor optimale
geluidsweergave volume op half zetten).
2. Alleen cd-wisselaar*.
AUTOMATISCHE REGELING
In de stand AUTO regelt het ECC-systeem
automatisch alle functies voor een groter bedie-
ningsgemak en optimale luchtkwaliteit.
1
Automatische functie
Op AUTO drukken om de temperatuur en
de overige functies automatisch te laten
regelen.
2
Temperatuur
Indrukken voor individuele temperatuurin-
stelling voor de linker- (L) of rechterzijde
(R). Knop naar gewenste temperatuurstand
draaien. Ingestelde temperatuur staat op
display.
ELEKTRONISCHE KLIMAATREGELING, ECC*
WAARSCHUWING
Onoordeelkundig gebruik kan levensgevaar-
lijke situaties opleveren. Bij twijfel over het
juiste gebruik het instructieboekje raadple-
gen.
HANDMATIGE REGELING
Ventilatorsnelheid
Luchtverdeling
Ontwaseming om de voorruit en zijrui-
ten snel van condens te ontdoen.
Interior Air Quality System* aan A.
Recirculatie aan M.
Airconditioning aan/uit.
Elektrische verwarming achterruit
en buitenspiegels. Automatisch uitscha-
kelen
1
.
PACOS*, PASSAGIERSAIRBAG DEACTIVEREN
PACOS (Passenger Airbag Cut Off Switch)
Contactsleutel gebruiken voor omzetten
ON/OFF.
OFF: Airbag gedeactiveerd.
PASSENGER AIRBAG OFF verschijnt op
waarschuwingslampje boven de achteruitkijk-
spiegel.
Kinderen op een comfortkussen of in een
kinderzitje mogen op de voorstoel zitten, maar
nooit passagiers groter dan 1,40 m.
ON: Airbag geactiveerd.
Passagiers groter dan 1,40 m mogen op de
voorstoel zitten, maar nooit kinderen op een
comfortkussen of in een kinderzitje.
1. Achterruit 12 minuten. Spiegels 6 minuten.
1
2
2
1
BRANDSTOF
1
Laag brandstofpeil
Nog 8 liter benzine (7 liter dieselolie) in de
tank.
2
Brandstofmeter
De pijl geeft aan dat de tankdop aan de
rechterzijde zit.
DAGTELLERS
5
Op het display staan twee verschillende
dagtellers, T1 & T2.
3
Wisselen tussen T1 & T2 door kort in-
drukken. Lang indrukken om actuele teller
te resetten.
BOORDCOMPUTER EN DAGTELLER
BOORDCOMPUTER
6
Indrukken om een melding te verwijde-
ren.
7
Omdraaien om bijv. KILOMETER TOT
LEGE TANK op het display (4) weer te
geven.
8
Actuele functie resetten. Lang indruk-
ken om alle functies te resetten.
BELANGRIJK
KILOMETER TOT LEGE TANK is een schat-
ting op basis van eerdere rijomstandigheden.
BEDIENINGSPANEEL OP BESTUURDERSPORTIER
L R
Buitenspiegel instellen, op L of R
drukken. Instellen met hendeltje.
Buitenspiegels inklappen*, tege-
lijkertijd L en R indrukken. Nogmaals
indrukken om uit te klappen.
Elektrisch bediende ruiten hand-
matig openen/sluiten
Elektrisch bediende ruiten auto-
matisch openen/sluiten
Alle ruiten worden tegelijkertijd ge-
opend met een druk op de rechterzij-
de van de knop. Linkerzijde ingedrukt
houden om de ruiten te sluiten.
RUITBEDIENINGSFUNCTIES
Bij het bedienen van het portier/de hardtop
komen de ruiten ca. 2 cm omlaag. De ruiten
worden daarna automatisch weer gesloten.
2,0m
0,2m
LOAD ASSIST
BEDIENING
HARDTOP BEDIENEN “TOP DOWN & TOP UP”
VOORBEREIDINGEN
Geen voorwerpen op de hoedenplank, de hard-
top of het kofferdeksel.
2 m vrije hoogte tot aan de grond en 0,2 m
achter de auto.
Vlakke ondergrond.
Buitentemperatuur hoger dan –10 ˚C.
Bagagewand omlaag en kofferdeksel
gesloten.
Auto staat volledig stil.
Er tijdens het bedienen goed op letten dat
niemand te dicht in de buurt komt van de
bewegende onderdelen van de hardtop.
De zijruiten komen bij bediening van de hardtop
enkele centimeters omlaag. Ze worden daarna
automatisch weer gesloten.
BAGAGEWAND
Motor stationair.
Rempedaal bedienen.
Knop (A) of (B) ingedrukt houden, totdat
er een signaal klinkt en de melding
DAK DICHT/DAK OPEN op het display
verschijnt.
Knop loslaten.
1.
2.
3.
4.
De bagagewand zorgt voor afscherming van
de kofferbak om plaats te maken voor de
ingeklapte hardtop.
De bagagewand bij het in-/uitladen om-
hoogklappen.
De bagagewand volledig tot in de ver-
grendeling (3) omlaagklappen alvorens
de hardtop te openen. Zie sticker op
bagagewand.
1.
2.
De ingeklapte hardtop hoger/lager zetten
om het in-/uitladen te vergemakkelijken.
Op de knop drukken en enkele seconden
wachten totdat de hardtop omhooggeko-
men is. De bagagewand omhoogklappen,
de spullen in-/uitladen en de wand volledig
omlaagklappen.
Nogmaals op de knop drukken om de hard-
top weer omlaag te brengen.
+
-
6
6
VOORSTOEL INSTELLEN
OPBERGMOGELIJKHEDEN, 12V-AANSLUITINGEN & AUX
De 12V-aansluitingen in de middenconsole
voor/achter werken wanneer het contactslot in
stand I of II staat. De 12V-aansluiting rechts in
de bagageruimte is altijd actief.
Met de AUX-ingang is het mogelijk om muziek
op bijv. een mp3-speler te beluisteren via het
audiosysteem van de auto.
6
Easy entry & gordelgeleider
Handmatig verstelbare stoel
A. Veiligheidsgordel altijd van gordelgeleider
nemen.
B. Aan handgreep trekken en stoel naar voren
zetten.
Elektrisch
verstelbare stoel*
A. Veiligheidsgordel altijd van gordelgeleider
nemen.
B. Aan handgreep trekken en rugleuning voor
-
overklappen.
C. Knop ingedrukt houden terwijl stoel naar vo
-
ren komt. Knop nogmaals ingedrukt houden
om stoel weer naar achteren te zetten.
TP
9303
(Dutch). AT 0720. Printed in Sweden, Göteborg 2007. Copyright © 2000–2007 Volvo Car Corporation.
1
Lendensteun
2
Hellingshoek rugleuning
3
Stoel omhoog/omlaag
4
Voorkant zitting omhoog/omlaag
5
Vooruit/achteruit
BELANGRIJK
Bij gebruik van de 12V-aansluiting in de
bagageruimte met de motor afgezet kan de
accu uitgeput raken.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8

Volvo 2009 Snelstartgids

Type
Snelstartgids
Deze handleiding is ook geschikt voor