Volvo 2008 Snelstartgids

Type
Snelstartgids

Deze handleiding is ook geschikt voor

QUICK GUIDE
VOLVO C70
GEFELICITEERD MET DE AANKOOP VAN UW
NIEUWE VOLVO!
Het is altijd spannend een nieuwe auto te leren kennen.
Neem deze Quick Guide door om nog meer plezier te hebben van uw nieuwe
Volvo. Gedetailleerde informatie vindt u in het instructieboekje.
Waarschuwingsteksten en andere belangrijke informatie staan alleen in het
instructieboekje, niet in deze folder. Het instructieboekje bevat de meest re-
cente gegevens.
Opties staan aangegeven met een sterretje (*).
KOUDE START
SLEUTELBLAD
Te gebruiken om het dashboardkastje te ver-
grendelen/ontgrendelen of het bestuurderspor-
tier/de kofferbak te openen als de auto
bijvoorbeeld zonder stroom zit.
SLEUTEL EN AFSTANDSBEDIENING
1. Als geen van de portieren noch het kofferdeksel binnen
2 minuten na ontgrendeling wordt geopend, worden
deze na enige tijd automatisch opnieuw vergrendeld.
2. De tijd is in te stellen op 30, 60 of 90 seconden (zie in-
structieboekje).
AUTOSTART (geldt voor de 2.4, 2.4i, T5 en D5)
De contactsleutel/startknop naar stand III
draaien en loslaten. De motor start automatisch.
Een dieselmotor altijd laten voorgloeien in
stand II voordat u de motor start.
BEDIENINGSPANEEL OP BESTUURDERSPORTIER
Om te zorgen dat de uitlaatgasreiniging snel
op temperatuur komt, is het mogelijk dat de
motor korte tijd iets hogere stationaire toeren
maakt.
N.B.
Buitenspiegel instellen, op L of R
drukken. Instellen met hendeltje.
Buitenspiegels inklappen*.
Tegelijkertijd L en R indrukken. Nog-
maals indrukken om uit te klappen.
Elektrisch bediende ruiten handma-
tig openen/sluiten
Elektrisch bediende ruiten automa-
tisch openen
Alle ruiten worden tegelijkertijd geo-
pend met een druk op de rechterzijde
van de knop. Linkerzijde ingedrukt
houden om de ruiten te sluiten.
L R
2
1
1
2
2
RUITBEDIENINGSFUNCTIES
Bij het bedienen van het portier/de hardtop ko-
men de ruiten automatisch ca. 2 cm omlaag. De
ruiten worden daarna automatisch weer geslo-
ten.
Vergrendelt portieren, opbergvakken in
portieren*, kofferdeksel en doorsteekluik
en activeert het alarm. Na 30 seconden
treedt de Safelock-functie in werking
waarna de portieren niet meer van de bin-
nenzijde te openen zijn.
Ontgrendelt portieren, opbergvakken in
portieren*, kofferdeksel, doorsteekluik,
stuurslot en deactiveert het alarm
1
.
Ontgrendelt kofferdeksel. (Deksel wordt
niet geopend.)
Activeert 30 seconden
2
lang de verlich-
ting van de buitenspiegels*, het interieur,
de voetruimte en de kentekenplaat. Rich-
tingaanwijzers en stadslichten vóór/ach-
terlichten branden.
“Paniek”-toets. In een noodsituatie de
toets ca. 3 seconden lang ingedrukt hou-
den om het alarm te laten afgaan. Het
alarm uitschakelen met de ontgrende-
lingstoets.
Slot voor mechanisch openen kofferdeksel.
D
E
AB
C
0
F
G
Koplamphoogteverstelling (automa-
tisch voor Bi-Xenonverlichting*)
Automatisch dimlicht. Grootlichtsigna-
len. Het is niet mogelijk het groot licht te
voeren.
Stadslichten voor/achterlichten
Dimlicht. Het dimlicht dooft bij het afzet-
ten van de motor. Het is mogelijk het
groot licht te voeren.
Display- en instrumentenverlichting
Mistlampen vóór*
Mistachterlicht (één lamp)
Grootlichtsignalen
Wisselen groot licht/dimlicht.
Approach-verlichting.
A
B
A. Korte serie, drie knippersignalen.
B. Onafgebroken serie knippersignalen.
REGENSENSOR* EN RUITENWISSERS
Enkele wisslag
Uit
Intervalstand wissers. Voor instellen aan
(B) draaien.
Normale snelheid
Hoge snelheid
Ruiten- en koplampsproeiers
#
0
$
%
F
G
WAARSCHUWING! Stel het stuurwiel in, voor-
dat u gaat rijden. Doe dit nooit tijdens het rijden.
RICHTINGAANWIJZERS STUURWIEL INSTELLEN
B
B
VERLICHTINGSBEDIENING
Activeert regensensor. Stand D–F deac-
tiveert regensensor.
Gevoeligheid instellen met duimwiel.
Displaysymbool bij regensensor aan.
A
B
RUITENWISSERS
REGENSENSOR
HARDTOP BEDIENEN “TOP DOWN & TOP UP”
BAGAGEWAND LOAD ASSIST
De bagagewand zorgt voor afscherming van de
kofferbak om plaats te maken voor de ingeklap-
te hardtop.
1. Klap de bagagewand omhoog bij het inladen.
2. Klap de bagagewand tot in de vergrendeling
(3) volledig omlaag, voordat u de hardtop
opent. Zie de sticker op de bagagewand.
Zet de ingeklapte hardtop hoger/lager om ge-
makkelijker te kunnen inladen.
Druk op de knop en wacht enkele seconden tot-
dat de hardtop omhooggekomen is. Klap de ba-
gagewand omhoog, laad de spullen in en klap
de wand weer omlaag.
Druk nogmaals op de knop om de hardtop weer
omlaag te brengen.
2,0m
0,2m
VOORBEREIDINGEN
Geen voorwerpen op hoedenplank, hardtop
of kofferdeksel.
2 m vrije hoogte tot aan de grond en 0,2 m
achter de auto.
Vlakke ondergrond.
Buitentemperatuur hoger dan –10 °C.
Bagagewand omlaag en kofferdeksel geslo-
ten.
Auto staat volledig stil.
Er tijdens het bedienen goed op letten dat
niemand te dicht in de buurt komt van de
bewegende onderdelen van de hardtop.
De zijruiten komen bij bediening van de hardtop
enkele centimeters omlaag. Ze worden daarna
automatisch weer gesloten.
BEDIENING
1. Motor stationair.
2. Rempedaal bedienen.
3. Knop (A) of (B) ingedrukt houden, totdat er
een signaal klinkt en de melding DAK DICHT/
DAK OPEN op het display verschijnt.
4. Knop loslaten.
AUTOMATISCHE REGELING
In de stand AUTO regelt het ECC-systeem auto-
matisch alle functies voor een groter bedie-
ningsgemak en optimale luchtkwaliteit.
ELEKTRONISCHE KLIMAATREGELING, ECC*
HANDMATIGE REGELING
Ventilatorsnelheid
Luchtverdeling
Ontwaseming om de voorruit en zijruiten
snel van condens te ontdoen.
Interior Air Quality System* aan (A).
Recirculatie aan (M).
Airconditioning aan/uit.
Elektrische verwarming achterruit en
buitenspiegels.
Automatisch uitschakelen
1
.
Temperatuur
Indrukken voor individuele temperatuurin-
stelling voor de linker- (L) of rechterzijde (R).
Knop naar gewenste temperatuurstand
draaien. Ingestelde temperatuur staat op
display.
2
Automatische functie
Op AUTO drukken om de temperatuur en de
overige functies automatisch te laten rege-
len.
1
PACOS, PASSAGIERSAIRBAG UITSCHAKELEN*
ON: Airbag geactiveerd.
Passagiers groter dan 1,40 m mogen
op de voorstoel zitten, maar nooit
kinderen op een verhogingskussen
of in kinderzitje.
Onoordeelkundig gebruik kan levensgevaar-
lijke situaties opleveren. Bij twijfel over het
juiste gebruik het instructieboekje raadple-
gen
OFF: Airbag gedeactiveerd . Het
waarschuwingslampje PASSENGER
AIRBAG OFF boven de achteruitkijk-
spiegel brandt.
Kinderen op een verhogingskussen of in een
kinderzitje mogen op de voorstoel zitten, maar
nooit passagiers groter dan 1,40 m.
PACOS (Passenger Airbag Cut Off Switch)
Contactsleutel gebruiken voor omzetten
ON/OFF.
WAARSCHUWING
1. Achterruit 12 minuten. Spiegels 6 minuten.
CONTROLE- EN WAARSCHUWINGSLAMPJES
BOORDCOMPUTER EN DAGTELLER
Op het display staan twee verschillende
dagtellers, T1 & T2.
4
Brandstofmeter. De pijl geeft aan dat de
tankdop aan de rechterzijde zit.
2
Laag brandstofpeil, nog 8 liter benzine
(7 liter dieselolie) in tank.
1
BEREIK TOT LEGE TANK is een schatting
op basis van eerdere rijomstandigheden.
Tot aanslag omdraaien en in deze stand
vasthouden om klok (6) in te stellen.
5
Omdraaien om bijv. BEREIK TOT LEGE
TANK op display (7) weer te geven.
9
BOORDCOMPUTER
BELANGRIJK
Melding informatiedisplay lezen Fout in ABS-systeem. Auto op veilige
wijze tot stilstand brengen. Motor op-
nieuw starten
1
.
Auto op veilige wijze tot stilstand
brengen. Storing verhelpen aan de
hand van displaymelding.
Fout in remsysteem. Auto op veilige
wijze tot stilstand brengen. Remvloei-
Lage oliedruk. Auto op veilige wijze tot
stilstand brengen. Oliepeil controleren
2
.
Stabiliteitssysteem DSTC. Knippert bij
actief systeem.
Indrukken om een melding te verwijderen.
8
Actuele functie resetten. Lang indrukken om
alle functies te resetten.
10
Wisselen tussen T1 & T2 door kort indruk-
ken. Lang indrukken om actuele teller te res-
etten.
3
DAGTELLERS
KLOK
BRANDSTOF
1. Contact opnemen met een Volvo-werkplaats als het lampje bij de tweede startpoging opnieuw brandt.
2. Auto laten bergen als het lampje blijft branden.
Bij een wasbeurt in een automatische was-
straat de antenne verwijderen. De antenne
linksom losdraaien.
Dieselmodellen zijn uitgerust met een roetfilter,
waardoor een nog efficiëntere uitlaatgasreini-
ging mogelijk is. Onder normale rijomstandig-
heden blijven de roetdeeltjes uit de
uitlaatgassen in het filter achter. Om de roet-
deeltjes te verbranden en het filter te legen
wordt een zogeheten regeneratie gestart. Tij-
dens de regeneratie ligt het motorvermogen
mogelijk iets lager.
Tankvulklep openen en tankdop ophangen
tijdens het tanken.
TANKEN ROETFILTER
AUTOVERZORGING AUTOMATISCHE WASSTRATEN
Voor de lak is het beter om de auto met de hand
te wassen dan in een automatische wasstraat.
Een nieuwe laklaag is bovendien kwetsbaarder
dan een oude laag. U wordt daarom geadvi-
seerd de eerste maanden na aankoop van een
nieuwe auto deze alleen met de hand te wassen.
AUDIOSYSTEEM
Aan/uit en volume. Indrukken om aan/uit te
zetten. Omdraaien om volume te regelen. In-
dividueel vastgelegde volumestanden voor
radio, TP, handsfree* en RTI.
1
Geluidsweergave. Indrukken om te kiezen
uit BAS, Dolby Pro Logic II* of SUB-
WOOFER*. Omdraaien om bij te regelen.
5
CD of AUX
1
4
Van nummer op cd wisselen met pijl-links/
pijl-rechts of aan (5) draaien.
Cd kiezen
2
met pijl-omhoog/pijl-omlaag.
9
Rechtstreeks cd kiezen
2
. Op 1–6 drukken.
6
Radiozender kiezen door te draaien.
5
Zender zoeken met pijl-links/pijl-rechts of
met SCAN (7). Tot 20 zenders vastleggen
door 0–9 ingedrukt te houden bij FM1 en
0–9 bij FM2. Na vastlegging van een zender
verschijnt een bevestiging op het display.
9
Zenders automatisch vastleggen
AUTO ca. 2 seconden ingedrukt houden. Op
het display verschijnt Autom. opslaan. De
tien best doorkomende zenders worden
vastgelegd. Vervolgens op 0 9 drukken om
een van de vastgelegde zenders te kiezen.
10
Cd uitwerpen. Bij kort indrukken wordt al-
leen de beluisterde cd uitgeworpen. Bij lang
indrukken worden alle cd’s uitgeworpen
2
.
3
FM1 , FM2 of AM radio.
2
1. AUX-ingang voor bijv. mp3-speler.
2. Alleen cd-wisselaar*
.
CD-SPELER
RADIO
SUBWOOFER* activeren/deactiveren met
MENU.
8
+
-
6
TP 8629 (Dutch). AT 0620. Printed in Sweden, Elanders Infologistics Väst AB, Mölnlycke 2006. Copyright ©Volvo Car Corporation.
OPBERGRUIMTEN, 12V-AANSLUITINGEN & AUX
Lendensteun
1
VOORSTOEL INSTELLEN
De 12V-aansluitingen in de middenconsole
voor/achter werken wanneer het contactslot in
stand I of II staat. De 12V-aansluiting rechts in
de kofferbak is altijd actief.
Met de AUX-ingang is het mogelijk om muziek
op bijv. een mp3-speler te beluisteren via het
audiosysteem van de auto.
Bij gebruik van de 12V-aansluiting in de kof-
ferbak met de motor afgezet kan de accu uit-
geput raken.
BELANGRIJK
Stoel omhoog/omlaag
3
Voorkant zitting omhoog/omlaag
4
Vooruit/achteruit
5
6
EASY ENTRY & GORDELGELEIDER
Handmatig verstelbare stoel
A. Veiligheidsgordel altijd van gordelgeleider ne-
men.
B. Aan handgreep trekken en stoel naar voren
zetten.
Elektrisch verstelbare stoel*
A. Veiligheidsgordel altijd van gordelgeleider
nemen.
B. Aan handgreep trekken en rugleuning rechtop
zetten.
C. Knop ingedrukt houden terwijl stoel naar voren
komt. Knop nogmaals ingedrukt houden om stoel
weer naar achteren te zetten.
6
Hellingshoek rugleuning
2
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8

Volvo 2008 Snelstartgids

Type
Snelstartgids
Deze handleiding is ook geschikt voor