3-234-039-52(1)
Portable
MiniDisc Recorder
Gebruiksaanwijzing
©2002 Sony Corporation
MZ-N1
“WALKMAN” is een handelsmerk van Sony Corporation..
2
Stel het apparaat niet bloot aan
regen of vocht, om brand en
elektrische schokken te
voorkomen.
Om brand te voorkomen mag u de
ventilatieopeningen van het apparaat niet
bedekken met kranten, kleedjes, gordijnen
e.d. Zet ook geen brandende kaarsen op
het apparaat.
Om brand en elektrische schokken te
voorkomen, mag u geen voorwerpen op
het apparaat neerzetten die met
vloeistoffen zijn gevuld, zoals
bloemenvazen.
Afgedankte batterijen dient u mee te
geven met het klein chemisch afval.
Neem voor meer informatie contact op
met uw gemeente.
Voor de Klanten in Nederland
Gooi de batterij niet
weg maar lever deze
in als klein chemisch
afval (KCA).
Informatie
Het CE-merkteken geldt alleen
voor producten die worden
verkocht in de Europese Unie.
• OpenMG en het bijbehorende logo zijn
handelsmerken van Sony Corporation.
• Amerikaanse en andere octrooien in
licentie van Dolby Laboratories.
• Alle andere handelsmerken en
geregistreerde handelsmerken zijn
handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van hun respectievelijke
houders.
• De symbolen ™ en ® worden in deze
handleiding achterwege gelaten.
Plaats het apparaat niet in een gesloten
ruimte, zoals een boekenrek of
ingebouwde kast.
WAARSCHUWING
DE VERKOPER IS IN GEEN ENKEL
GEVAL AANSPRAKELIJK VOOR
ENIGE DIRECTE OF INDIRECTE
SCHADE VAN WELKE AARD DAN
OOK, ONGEVALLEN, VERLIEZEN
OF ONKOSTEN DIE WORDEN
VEROORZAAKT DOOR EEN
DEFECT APPARAAT OF DOOR
HET GEBRUIK VAN WELK
PRODUCT DAN OOK.
In deze gebruiksaanwijzing wordt
alleen de bediening van de draagbare
MiniDisc-recorder zelf uitgelegd. Voor
informatie over het gebruik van de
meegeleverde software (OpenMG
Jukebox) dient u de bijbehorende
gebruiksaanwijzing raadplegen.
3
Opmerking voor gebruikers
De meegeleverde software
• Krachtens het auteursrecht is het niet
toegestaan om zonder toestemming van
de houder van het auteursrecht, de
software en de bijbehorende handleiding
geheel of gedeeltelijke te vermenig-
vuldiging of de software te verhuren.
• In geen enkel geval is SONY
aansprakelijk voor welke financiële
schade of winstderving dan ook,
inclusief claims van derden,
voortvloeiend uit het gebruik van de
software die met deze recorder is
meegeleverd.
• Mochten er zich met betrekking tot deze
software problemen voordoen die
verband houden met productiefouten,
draagt SONY zorg voor vervanging.
Voor het overige is SONY nergens voor
aansprakelijk.
• De software die met deze recorder wordt
meegeleverd, kan uitsluitend worden
gebruikt bij apparatuur waarvoor het is
ontworpen.
• Aangezien we voortdurend werken aan
de verbetering van onze producten,
kunnen de softwarespecificaties zonder
voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd.
• Als u deze recorder bedient met andere
software dan de software die is
meegeleverd, wordt dat niet door de
garantie gedekt.
• Het geheel of gedeeltelijk vermenig-
vuldigen van deze software en de
gebruiksaanwijzing, of het uitlenen van
deze software aan derden zonder de
uitdrukkelijke toestemming van de
rechthebbende, wordt door het
auteursrecht ten strengste verboden.
• Sony kan op geen enkele wijze
aansprakelijk worden gesteld voor
geldelijke verliezen, winstderving of
aanspraken van derden, die voortvloeien
uit het gebruik van deze software.
• Mochten er productiefouten aan het
licht komen, dan beperkt de
aansprakelijkheid van Sony zich
evenwel altijd tot het vervangen van het
betreffende product.
• Deze software is specifiek ontworpen
voor het apparaat waarbij het is
meegeleverd.
• Sony behoudt zich het recht voor de
softwarespecificaties zonder vooraf-
gaande aankondiging te wijzigen.
Programma © 2001 Sony Corporation
Documentatie © 2002 Sony Corporation
4
Inhoud
Overzicht ........................................................... 8
De bediening ................................................... 10
Voorbereidingen ............................................. 13
Meteen een MD opnemen!
(Synchroonopname) ........................................17
Muziekstukken overbrengen van de computer
naar de MiniDisc (Overdracht) .......................22
Meteen een MD afspelen! ............................... 24
Verschillende manieren van opnemen ........... 26
Opmerking over digitaal en analoog opnemen (Digitale en analoge
invoer) ...................................................................................................26
Analoog opnemen .................................................................................27
Langdurige opnamen maken (MDLP) ..................................................28
Als u niet wilt dat “LP:” automatisch aan het begin van een
muziekstuknaam wordt toegevoegd ................................28
Muziekstukken opnemen met de groepsfunctie
(Groepsmodusopname) ....................................................................29
De groepsmodus activeren (Groepsmodusopname) .......................30
Een muziekstuk opnemen in een nieuwe groep .............................31
Een muziekstuk opnemen in een bestaande groep .........................31
Opnemen zonder bestaand materiaal te overschrijven .........................31
Opnemen via een microfoon .................................................................32
De gevoeligheid van de microfoon selecteren ................................32
Automatisch muziekstukmarkeringen toevoegen (Automatische
tijdmarkering) .......................................................................................33
Het opnameniveau met de hand regelen (Handmatig opnemen) ..........34
De resterende opneemtijd controleren ..................................................35
De klok instellen om de opnametijd vast te leggen ..............................36
De huidige tijd weergeven ..............................................................37
5
Verschillende manieren van afspelen ............ 38
Snel een bepaald muziekstuk of punt opzoeken (Snel zoeken) ........... 38
De groepsfunctie gebruiken (Groepsmodus) ....................................... 38
Naar muziekstukken luisteren in de groepsmodus (Afspelen in
Groepsmodus) ................................................................. 38
Groepen selecteren en afspelen (Groepsselectiemodus) ................ 39
De afspeelstand wijzigen ..................................................................... 40
Een programma maken (Geprogrammeerd afspelen) .................... 41
Hoge en lage tonen instellen (Digitale geluidsvoorkeuren) ................. 42
De geluidskwaliteit selecteren ....................................................... 43
De geluidskwaliteit regelen ........................................................... 43
De afspeelsnelheid wijzigen (Snelheidsinstelling) .............................. 44
De resterende afspeeltijd of de afspeelpositie controleren ................... 45
Aansluiten op een stereo-installatie (LINE OUT) ............................... 47
Opgenomen muziekstukken bewerken .......... 48
Opnamen (opnieuw) benoemen ........................................................... 48
Opnamen benoemen ...................................................................... 49
Opnamen opnieuw benoemen ........................................................ 51
Teksten opslaan voor het benoemen (Namenbankfunctie) .................. 52
Teksten opslaan .............................................................................. 52
Een opgehaalde tekst gebruiken voor het benoemen ..................... 54
Teksten wissen ............................................................................... 55
Muziekstukken of groepen als een nieuwe groep instellen
(Groepsinstelling) ........................................................................... 56
Een groepsinstelling opheffen .............................................................. 57
Opgenomen muziekstukken verplaatsen .............................................. 58
Een muziekstuk naar een andere groep verplaatsen ............................. 59
De groepsvolgorde op een disc wijzigen (Groepen verplaatsen) ......... 60
Een muziekstukmarkering toevoegen .................................................. 61
Een muziekstukmarkering wissen ........................................................ 62
Muziekstukken wissen ......................................................................... 63
Een muziekstuk wissen .................................................................. 63
De hele disc wissen ........................................................................ 63
Een groep wissen ........................................................................... 64
6
Andere functies .............................................. 65
Het alarm gebruiken (Melodietimer) ....................................................65
De instellingen per disc apart opslaan (Persoonlijk discgeheugen) ......67
De discinformatie wissen ...............................................................67
Uw gehoor beschermen (AVLS) ..........................................................68
De pieptoon uitschakelen ......................................................................69
Het contrast van het uitleesvenster regelen (Contrastregeling) ............70
De bediening vergrendelen (HOLD) ....................................................70
Stroombronnen ............................................... 71
Gebruiksduur van de batterij ..........................................................71
Aanvullende informatie ..................................72
Voorzorgsmaatregelen ..........................................................................72
Systeembeperkingen .............................................................................75
Verhelpen van storingen .......................................................................77
De menu’s .............................................................................................81
Meldingen .............................................................................................89
Technische gegevens ............................................................................92
Toelichting ............................................................................................93
Register .................................................................................................94
7
8
Overzicht
Wat u allemaal met uw Net MD Walkman kunt doen
Met deze Walkman zet u digitale geluidsbestanden in een handomdraai over van uw
computer naar de MiniDisc, zodat u de muziek overal kunt beluisteren.
1 Digitale
geluidsbestand
en op uw
computer
opslaan*.
2 De bestanden
overbrengen
naar de
MiniDisc
Walkman.
3 Naar uw
MiniDisc
Walkman
luisteren.
Audio-
CD’s
Bestanden in MP3-,
WAV- en Windows
Media-formaat
USB-aansluiting
* Met “OpenMG”, een copyright-beschermingstechnologie die voldoet aan de SDMI-normen
(Secure Digital Music Initiative), kunt u digitale muziek opnemen en afspelen zonder dat u
inbreuk maakt op de auteursrechten van de rechthebbenden.
** EMD is wereldwijd in slechts een beperkt aantal gebieden beschikbaar.
EMD**-
diensten
9
Opmerkingen over het gebruik
In de volgende gevallen kan het gebeuren dat de opname niet op de juiste wijze wordt
afgesloten, of dat de opnamegegevens verloren gaan:
— u verwijdert de disc uit de recorder, verwijdert de recorder uit de USB-houder, of u
ontkoppelt de USB-kabel tijdens het lezen of schrijven van gegevens.
— u gebruikt een disc die is blootgesteld aan statische elektriciteit of ruis.
De meegeleverde accessoires controleren
Meegeleverde accessoires
Netspanningsadapter (1)
USB-houder (1)
Koptelefoon/oortelefoon met een afstandsbediening (1)
Optische kabel (1)
USB-kabel (1)
Oplaadbare nikkel-metallisch-hydridebatterij NH-14WM(A) (1)
CD-ROM (1)*
Houder voor droge batterijen (1)
Batterijdoos voor oplaadbare batterijen (1)
Onbespeelde MD (alleen voor de modellen voor de V.S. en Canada) (1)
Draagtasje met riemclip (VS-model uitgezonderd) (1)
Verloopstekker (alleen wereldmodel van Sony) (1)
∗ Speel geen CD-ROM af in een audio-CD-speler.
• De opgenomen muziek is uitsluitend bestemd voor privé-gebruik. Als u de opnamen
buiten de privé-sfeer wilt gebruiken, hebt u toestemming nodig van de eigenaren van
het auteursrecht.
• Als het opnemen vanaf een CD of het downloaden mislukt waardoor er geen
muziekbestanden op uw computer worden opgeslagen, is Sony hiervoor niet
aansprakelijk.
10
De bediening
De recorder
A END SEARCH-toets (einde zoeken)
B Uitleesvenster
C VOLUME +/– -toetsen
De VOLUME + -toets heeft een voelbare
punt.
D Batterijcompartiment
E T MARK-toets
F HOLD-schakelaar (achterzijde)
G Aansluitingen voor batterijhouder
droge batterijen
H DC IN 3V-aansluiting
I Aansluiting USB-houder
J Schuifknop
• Verplaatst de cursor op het
uitleesvenster.
• Andere functies
K GROUP/CANCEL-toets
L OPEN-schakelaar
M Oplaadlampje
N Jog Dial (MENU/ENTER)
O LINE IN (OPT)-aansluiting
J
1
2
3
5
4
6
qj
qk
qh
qd
qa
qf
qg
qs
8
9
7
Bediening Functie
Druk op N
1)
1)
De N -toets heeft een voelbare punt.
afspelen/invoeren
Druk op . achteruitspoelen
Druk op > vooruitspoelen
Schuif naar X pauzeren
Schuif naar x stoppen
Draai eraan om een
item te selecteren
Druk erop om uw
keuze in te voeren
11
P MIC (PLUG IN POWER)-aansluiting
Er bevindt zich een voelbare punt
naast de MIC (PLUG IN POWER)-
aansluiting.
Q REC (opnemen)-schakelaar
R i (koptelefoon/lijnuitgang)/LINE
OUT-aansluiting
Het uitleesvenster van de recorder
A Tekenvenster
Toont disc- en muziekstuknamen,
datum, foutmeldingen,
muziekstukknummers enz.
B Groepsindicatie
C Discindicatie
Geeft aan of de disc draait voor het
opnemen, afspelen of bewerken van
een MD.
D REC-indicatie
Licht op tijdens het opnemen. Als
deze indicatie knippert, is de recorder
in de wachtstand.
E SYNC-indicatie (synchroonopnemen)
F Indicatie afspeelstand
Toont de afspeelstand van de MD
(shuffle-afspelen, geprogrammeerd
afspelen, herhaald afspelen enz.).
G Niveaumeter
H Indicaties voor LP2 (LP2-stereo), LP4
(LP4-stereo), MONO (mono)
I Geluidsindicatie
Licht op als de Digitale
geluidsvoorkeuren zijn ingeschakeld.
J Batterij-indicatie
Toont bij benadering de toestand van
de batterij.
K Indicatie melodietimer
1342 56
qa9
q;87
12
De koptelefoon/oortelefoon met afstandsbediening
A DISPLAY-toets
B PLAY MODE-toets
C RPT/ENT (afspelen/invoeren)-toets
D SOUND-toets
E X (pauzeren)-toets
F Clip
G Bedieningsknop (./N>)
N> : afspelen, AMS, FF
. : REW
Draaien of draaien en vasthouden om
af te spelen, vooruit te spoelen en
achteruit te spoelen.
U kunt snel vooruit- of
achteruitspoelen zonder het geluid te
horen.
H Bedieningsknop (VOLUME +/–)
Uittrekken en draaien om het volume
te regelen.
I Uitleesvenster
J HOLD-schakelaar
K x (stoppen)-toets
Afhankelijk van de functie die actief
is, kan deze toets worden gebruikt als
“Enter”-toets.
Het uitleesvenster van de afstandsbediening
A Uitleesvenster muziekstuknummer
B Tekenvenster
C Discindicatie
D Indicatie melodietimer
E Indicatie afspeelstand
F Batterijniveau-indicatie
G REC-indicatie
H SOUND-indicatie
+
–
A B C DE
K
F
IJ
G
H
F
HG
A
BCDE
13
Voorbereidingen
Laad de oplaadbare batterij op voordat u de recorder in gebruik neemt.
Als de oplaadbare batterij niet is opgeladen, kunt u de recorder alleen
gebruiken als de netspanningsadapter is aangesloten.
1
De oplaadbare batterij plaatsen.
e
E
Plaats de oplaadbare batterij
met de minuszijde eerst.
NH-14WM
1
2
4
3
De droge batterij gebruiken
Bevestig de batterijhouder aan de recorder.
Plaats de batterij met de minuszijde eerst.
Plaats een droge LR6-alkalinebatterij (AA-formaat).
Om zo lang mogelijk achter elkaar gebruik te kunnen maken van de recorder, plaatst u de
droge batterij tezamen met een volledig opgeladen oplaadbare batterij.
14
2
De oplaadbare batterij opladen.
1 Sluit de netstroomadapter aan op de
USB-houder en steek de adapter in een
stopcontact.
2 Plaats de recorder op de USB-houder.
Terwijl u de recorder naar beneden
drukt kantelt u deze naar achteren, om
hem in de houder te laten passen.
3 Controleer dat de oplaadlampje gaat
branden.
Volledig opladen neemt ongeveer
drieënhalf uur in beslag. Als het opladen
isvoltooid, dooft het oplaadlampje.
4 Verwijder de recorder uit de USB-
houder.
Terwijl u op de recorder drukt, kantelt u
hem naar voren om hem te verwijderen.
Voor modellen waarbij een verloopstekker is meegeleverd
Gebruik de verloopstekker als de netspanningsadapter niet in het stopcontact past.
Netspannings-
adapter
Naar DC IN 3V
Naar een
stopcontact
USB-houder
oplaadlampje
15
3
Sluit de afstandsbediening aan en
ontgrendel de bediening.
1 Sluit de koptelefoon/oortelefoon via de
afstandsbediening aan op i/LINE OUT.
2 Schuif HOLD in de richting van de pijl
(.) in de afbeelding om de
bediening te ontgrendelen.
z
U kunt de batterij ook opladen door de
netspanningsadapter rechtstreeks op de
recorder aan te sluiten.
Sluit de netspanningsadapter aan op DC IN 3V
op de recorder. Schuif vervolgens de
schuifknop naar xCHG terwijl de recorder is
gestopt.
Het oplaadlampje gaat branden en het opladen
begint. Volledig opladen neemt ongeveer
drieënhalf uur in beslag. Het opladen is klaar
als het lampje dooft. De oplaadtijd is
afhankelijk van de toestand van de batterij.
Opmerkingen
• De meegeleverde USB-houder kan uitsluitend
bij deze recorder worden gebruikt. Alle andere
modellen kunnen hiermee niet worden
opgeladen.
• Gebruik de meegeleverde USB-houder niet
om andere batterijen op te laden dan de
meegeleverde batterij of batterijen die voor
deze recorder zijn bedoeld (NH-14WM).
• De USB-houder, de recorder en de batterij
kunnen tijdens het opladen heet worden. Dit
brengt echter geen gevaar met zich mee.
• Zorg ervoor dat u de meegeleverde
netspanningsadapter gebruikt.
• Als u de batterij voor de eerste keer laadt of
een lange tijd niet gebruikt hebt, kan het zijn
dat de batterij niet volledig wordt opgeladen.
Dit is geen storing. Als u de batterij enkele
malen hebt gebruikt en opgeladen, kan de
batterij weer tot zijn normale capaciteit
worden opgeladen.
• Als de tijd die een volledig geladen
oplaadbare batterij meegaat, ongeveer is
gehalveerd ten opzicht van de normale tijd,
dient u de batterij te vervangen.
• Als u de recorder lange tijd niet gebruikt, haal
dan de netstroomadapter uit het stopcontact en
haal de recorder uit de USB-houder.
• Nadat u de recorder op de USB-houder hebt
geplaatst, gaat het oplaadlampje na ongeveer
drieënhalf uur uit. Als u de recorder tijdens
het opladen meer dan 3 minuten uit de USB-
houder haalt, gaat het oplaadlampje uit.
Vervolgens gaat het lampje pas weer uit na
drieënhalf uur na het moment dat u de
recorder weer op de USB-houder plaatst.
HOLD
Stevig
aandrukken
Naar i/LINE OUT Stevig
aandrukken
16
• Als de recorder tijdens het bedienen stopt en
“LOW BATT” op het uitleesvenster
verschijnt, laad dan de oplaadbare batterij op.
U kunt de recorder nog een tijdje gebruiken
zonder hem op te laden. Als u hem echter
gebruikt totdat de batterij volledig leeg is, kan
het zijn dat hij niet meer kan worden
opgeladen door plaatsing op de USB-houder.
Als dit het geval is, haal de batterij dan even
uit de recorder en plaats hem dan weer terug.
Daarna plaatst u de recorder weer op de USB-
houder.
• Neem de volgende punten in acht, als u de
batterij rechtstreeks via de
netspanningsadapter oplaadt.
—Als u de schuifknop in de richting van
xCHG drukt, onmiddellijk nadat het
opladen is voltooid, begint het opladen
opnieuw. Als dat gebeurt, schuif de knop
dan weer naar xCHG om het opladen te
stoppen, aangezien de batterij al volledig is
opgeladen.
—Het opladen wordt beëindigd als u probeert
de recorder tijdens het opladen te bedienen.
Gebruiksduur van de batterij
Raadpleeg “Gebruiksduur van de batterij”
(pagina 71) voor meer informatie.
Tijdens het opnemen
(Eenheid: Geschatte uren)
Tijdens het afspelen
Batterijen SP-
stereo
LP2-
stereo
LP4-
stereo
Oplaadbare
nikkel-
metallisch-
hydridebatterij
12 17 21
Sony LR6 (SG)
Droge alkaline-
batterij
12 19 23
Oplaadbare
nikkel-
metallisch-
hydridebatterij
+ Eén LR6
(SG)
30 43 52
Batterijen SP-
stereo
LP2-
stereo
LP4-
stereo
Oplaadbare
nikkel-
metallisch-
hydridebatterij
30 38 42
Sony LR6 (SG)
Droge alkaline-
batterij
44 52 62
Oplaadbare
nikkel-
metallisch-
hydridebatterij
+ Eén LR6
(SG)
79 95 110
17
Meteen een MD opnemen!
(Synchroonopname)
In dit hoofdstuk wordt de basisprocedure uitgelegd voor het maken
van digitale opnamen via een optische kabel die is aangesloten op een
CD-speler, digitale tv of een ander digitaal apparaat. Zie
“Systeembeperkingen” (pagina 75) voor meer informatie. Als u een
synchroonopname maakt, zorgt de recorder ervoor dat de opname
synchroon met de opnamebron begint en eindigt. Hierbij worden de
muziekstukmarkeringen meegekopieerd. We raden u aan om tijdens
het opnemen gebruik te maken van de netspanningsadapter.
Om van een cassettedeck, radio, enz. op te nemen t “Analoog opnemen” (pagina 27).
Zie t “Muziekstukken opnemen met de groepsfunctie (Groepsmodusopname)”
(pagina 29) voor het maken van opnamen in de groepsmodus.
1
Plaats een MD.
1 Schuif OPEN om het deksel te openen. 2 Plaats een MD met het label naar
boven en druk op het deksel om het te
sluiten.
Controleer of het
wispreventienokje
is gesloten.
vervolgd
18
2
Aansluitingen.
(Sluit de kabels stevig en
volledig aan op de daarvoor bestemde
aansluitingen.)
3
Een MD opnemen.
1 Druk op de Jog Dial als de recorder is
gestopt.
De menu-items verschijnen op het
uitleesvenster.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “SYNC
REC” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “SYNC
ON” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
“SYNC” verschijnt op het
uitleesvenster.
4 Druk op REC en schuif deze knop naar
rechts.
De recorder pauzeert en is gereed voor
opname.
5 Speel de CD of de cassette af die u wilt
opnemen.
De recorder begint automatisch op te
nemen als hij het geluid van de muziek
ontvangt, en “REC” en de REC-LED
lichten op.
Optische kabel
POC-15B*,
enz.
naar LINE IN (OPT)
Optische
stekker
Optische
ministekker
CD-speler, MD-
speler, DVD-
speler enz.
Draagbare
CD-speler
enz.
naar
een
stop-
contact
Netspannings-
adapter
naar DC IN 3V
naar een digitale (optische) uitgang
∗ Zie “Verkrijgbare accessoires” (pagina 92).
REC
Schuifknop
(x/N/./
>/X)
END SEARCH
Jog Dial
19
Om met opnemen te stoppen schuift u de schuifknop naar x.
Als u de schuifknop naar x hebt gedrukt om te stoppen, schakelt de recorder na ca. 10 seconden
automatisch uit (bij gebruik van batterijen) of na ca. 3 minuten (bij gebruik van de
netspanningsadapter).
Synchroonopnemen annuleren
Draai aan de Jog Dial totdat “SYNC OFF” op het uitleesvenster knippert in stap 3. Daarna drukt u op
de Jog Dial om de gegevens in te voeren.
Opmerking
Als u opneemt op een disc die reeds opnamen bevat, houd er dan rekening mee dat de
recorder bij aflevering zo is ingesteld, dat het bestaande materiaal volledig wordt
overschreven. Als u vanaf het einde van het bestaande materiaal wilt opnemen, volg
dan de procedure “Opnemen zonder bestaand materiaal te overschrijven” (pagina 31),
voordat u stap 3, “Een MD opnemen.” (pagina 18) uitvoert.
Als het opnemen niet begint
• Zorg ervoor dat de speler niet is vergrendeld
(pagina 15, 70).
• Zorg ervoor dat de MD niet is beveiligd tegen
opnemen (pagina 17, 73).
• Bij voorbespeelde MD’s is het niet mogelijk
om over de muziekstukken op te nemen.
Om dit te doen Drukt u hierop
Opnemen vanaf het
eind van het huidige
materiaal
1)
1)
Als “REC-Posi” is ingesteld op “From End”, wordt er altijd opgenomen vanaf het einde van het
bestaande materiaal. U hoeft dus niet eerst op de END SEARCH-toets te drukken (page 31).
Als “REC-Posi” (de startpositie-instelling van de opname) is
ingesteld op “From Here”, druk dan op END SEARCH, en druk
en schuif REC naar rechts.
1)
Als “REC-Posi” ingesteld is op “From End”, druk en schuif dan
REC naar rechts.
Opnemen vanaf een
bepaald punt in de
vorige opname
1)
Druk op N, . of > om het startpunt voor de opname te
zoeken en duw de schuifknop naar x om te stoppen.
Druk vervolgens op REC en schuif deze knop naar rechts.
Pauzeren Duw de schuif naar X
2)
.
Duw de schuif opnieuw naar X om door te gaan met op nemen.
2)
Als u de schuif nogmaals naar X duwt om na de pauze de opname te hervatten, wordt een nieuw
muziekstukmarkering toegevoegd. Hierdoor wordt de rest van het muziekstuk als een nieuw
muziekstuk aangemerkt.
De MD verwijderen Duw de schuif naar x en open het deksel.
3)
(Het deksel gaat niet
open zolang “TOC Edit” op het uitleesvenster knippert.)
3)
Als u het deksel opent terwijl “REC-Posi” is ingesteld op “From Here”, begint het opnemen de
volgende keer als u opneemt bij het begin van de disc. Controleer op het uitleesvenster het startpunt
van de opname.
20
De opname-instelling
achterhalen
De REC LED licht op of knippert,
afhankelijk van de opname-instelling.
DSP TYPE-R voor ATRAC
“TYPE-R” is een hoogwaardige Sony-
technologie die wordt gebruikt in de Digital
Signal Processor (DSP), die het hart vormt van
het MiniDisc-geluid. Deze technologie geeft de
MiniDisc-recorder tweemaal zoveel
signaalverwerkingscapaciteit als eerdere
MiniDisc Walkman-modellen, met een
geluidskwaliteit die bijna net zo goed is als die
van MiniDisc-decks. Dit apparaat ondersteunt
de “TYPE-R”-functie alleen als er in de
normale stereostand wordt opgenomen of
afgespeeld. In de MDLP-stand wordt deze
functie niet ondersteund. Ook als er in de
normale stereostand met behulp van OpenMG
Jukebox geluidsbestanden worden overgebracht
van de computer, wordt deze functie niet
ondersteund.
Opmerkingen
• Tijdens synchroonopnamen is het niet
mogelijk om de pauzefunctie handmatig in of
uit te schakelen. Duw de schuif naar x om het
opnemen te stoppen.
• Verander de “SYNC REC”-instelling niet
tijdens het opnemen. De opname kan dan
mislukken.
• Zelfs wanneer de geluidsbron geen
opgenomen geluid meer produceert, kan het
zijn dat er tijdens de synchroonopname niet
automatisch wordt gepauzeerd als gevolg van
ruis die door de geluidsbron wordt
uitgezonden.
• Als tijdens een synchroonopname een stil
gedeelte van ongeveer 2 seconden wordt
gedetecteerd, afkomstig van een geluidsbron
anders dan een CD of een MD, wordt er
automatisch een muziekstukmarkering
toegevoegd op het punt waar het stille
gedeelte eindigt.
• Een synchroonopname kan niet worden
uitgevoerd wanneer de aansluitkabel geen
optische kabel is, of wanneer de kabel is
aangesloten op de MIC (PLUG IN POWER)-
aansluiting.
• Het is niet mogelijk om tijdens het opnemen
de opnamestand te wijzigen.
• “Data Save” of “TOC Edit” knippert terwijl de
gegevens van de opname (de begin- en
eindpunten van het muziekstuk en dergelijke)
worden opgeslagen. Beweeg de recorder niet,
stoot er niet tegenaan en schakel ook de
stroomvoorziening niet uit zolang de indicator
op het uitleesvenster knippert.
• Het deksel gaat niet open zolang “TOC Edit”
op het uitleesvenster staat.
• Als de stroomvoorziening wordt onderbroken
(d.w.z. de batterij wordt verwijderd of raakt
leeg, of de netspanningsadapter wordt
losgekoppeld) tijdens een opname of een
bewerking, of terwijl “TOC Edit” op het
uitleesvenster staat, kan het deksel niet
worden geopend tot de stroomvoorziening is
hersteld.
• U kunt alleen digitale opnamen maken vanaf
een optische uitgang.
• Als u opneemt van een draagbare CD-speler,
zet de CD-speler dan in de pauzestand en volg
de opnameprocedure op de recorder.
• Let op het volgende als u opneemt van een
draagbare CD-speler:
—Sommige draagbare CD-spelers kunnen
zonder netspanningsadapter geen digitale
uitvoer produceren. Sluit in zo’n geval de
netspanningsadapter aan op de draagbare
CD-speler om netspanning als stroombron
te gebruiken.
Opnamesituatie REC-indicator
Tijdens het opnemen licht op
knippert
afhankelijk van
de geluidssterkte
van de bron bij
het opnemen via
een microfoon
(stemindicatie)
Opname in
wachtstand
knippert
Minder dan 3
minuten opnametijd
beschikbaar
knippert
langzaam
Muziekstukmarker-
ing is toegevoegd
(alleen bij bediening
via de recorder)
gaat kortstondig
uit
Tijdens overdracht knippert sneller
21
—Bij sommige draagbare CD-spelers wordt
geen optisch signaal uitgevoerd als er een
stabiliseerfunctie zoals ESP* of G-
PROTECTION is ingeschakeld. Schakel in
zo’n geval de stabiliseerfunctie uit.
∗ Electronic Shock Protection (elektronische
bescherming tegen schokken)
z
• Wanneer er tijdens de synchroonopname meer
dan 3 seconden geen geluid wordt ontvangen,
schakelt de recorder automatisch over op de
wachtstand. Zodra de speler weer geluid
produceert, hervat de recorder de
synchroonopname. Als de recorder 5 minuten
of langer in de wachtstand staat, stopt de
recorder automatisch.
• Als u langere opnamen wilt maken, volg dan
stap 1 van “Langdurige opnamen maken
(MDLP)” (pagina 28) om de opnamestand te
selecteren, en volg daarna de procedure voor
synchroonopnemen.
• LINE IN (OPT) is een aansluiting die geschikt
is voor zowel digitale als analoge invoer. De
recorder herkent automatisch het gebruikte
kabeltype en schakelt over op digitale of
analoge invoer.
• Het opnameniveau wordt automatisch
ingesteld. Zie “Het opnameniveau met de
hand regelen (Handmatig opnemen)”
(pagina 34) als u het opnameniveau
handmatig wilt instellen.
• Tijdens de opname kunt u het geluid
controleren. Sluit de koptelefoon/oortelefoon
via de afstandsbediening aan op i/LINE
OUT en druk op VOLUME +/– om het
geluidsvolume te regelen. Dit heeft geen
invloed op het opnameniveau.
22
Muziekstukken overbrengen van de
computer naar de MiniDisc
(Overdracht)
1
Installeer de meegeleverde OpenMG
Jukebox-software op uw computer.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de OpenMG Jukebox voor meer informatie.
Opmerking
Als u de recorder voor het eerst op uw computer aansluit, zorg dan dat u de “OpenMG
Jukebox-software” en het “Net MD-stuurprogramma” vanaf de meegeleverde CD-ROM hebt
geïnstalleerd. Als OpenMG Jukebox reeds is geïnstalleerd, moet u eerst het Net MD-
stuurprogramma installeren en pas daarna de recorder op de computer aansluiten. Het is niet
mogelijk om de recorder via de computer te bedienen als de software en het stuurprogramma
niet zijn geïnstalleerd, ook al is de recorder op de computer aangesloten.
2
Maak verbinding.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de OpenMG Jukebox voor meer informatie.
1Plaats een disc in de recorder.
2Plaats een opgeladen oplaadbare batterij in de recorder.
3Sluit de netspanningsadapter aan op de USB-houder.
4Sluit de recorder met de speciale meegeleverde USB-kabel aan op uw computer.
5Ontgrendel HOLD en plaats de recorder (terwijl deze is gestopt) op de USB-
houder.
Opmerkingen
• Sluit de USB-houder via de netspanningsadapter aan op een stopcontact.
• Deze recorder ondersteunt USB 2.0 Full Speed (voorheen USB 1.1).
• Als u deze recorder aanluit via een USB-hub of een USB-verlengkabel, wordt de juiste werking niet
gegarandeerd. Zorg er wel voor dat u de USB-kabel gebruikt voor het maken van de verbinding.
• Sluit maar één MD-recorder tegelijk aan op uw computer. Als u meerdere recorders aanluit, wordt een
correcte werking niet gegarandeerd.
USB-kabel (meegeleverd)
Naar de USB-aansluiting van
de USB-houder.
Naar de USB-aansluiting van
uw computer
Naar een
stopcontact
Netspanningsadapter
23
3
Neem audiogegevens op in de
OpenMG Jukebox.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de OpenMG Jukebox voor meer informatie.
Hieronder wordt aangegeven hoe het uitleesvenster op de recorder er uitziet.
4
Breng het muziekbestand over
naar de recorder (Overdracht).
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de OpenMG Jukebox voor meer informatie.
Opmerkingen
• Als de recorder is aangesloten op de computer, kunt u alleen de VOLUME +/– -toets op de
recorder en de VOL +/–-toets op de SOUND afstandsbediening gebruiken.
• Om te voorkomen dat er opnamemateriaal verloren gaat, dient u ervoor te zorgen dat de
recorder tijdens de overdracht van een muziekstuk niet blootstaat aan trillingen of stoten.
Verder mogen tijdens de overdracht de netspanningsadapter of de USB-kabel niet worden
losgekoppeld.
• Zolang de recorder is aangesloten op uw computer, kunt u het deksel tijdens de bewerkingen
niet openen.
5
Verwijder de recorder van de
OpenMG Jukebox.
1Duw de schuif naar x.
Zorg dat u de recorder niet uit de USB-houder verwijdert voordat “TOC Edit” van
het uitleesvenster is verdwenen.
2Terwijl u op de recorder drukt, kantelt u hem naar voren om hem te verwijderen.
Opmerking
Voordat u de disc vervangt dient u de recorder eerst te stoppen en uit de USB-houder te
verwijderen. Als de oplaadbare batterij op dit punt nog niet in de recorder is aangebracht, kan
de opgeslagen of bewerkte inhoud niet op de disc worden opgeslagen, of mogelijkerwijs kunt
u de disc er niet uit krijgen. Zorg dat u de oplaadbare batterij hebt geplaatst voordat u de
recorder op de USB-houder plaatst.
001
00:00
PC MD
cc
24
Meteen een MD afspelen!
1
Plaats een MD.
1 Druk op OPEN om het deksel te openen. 2 Plaats een MD met het label naar
boven en druk op het deksel om het te
sluiten.
2
Een MD afspelen.
1 Druk op N op de recorder.
Draai de bedieningsknop op de
afstandsbediening naar N>.
Als u de knop indrukt is er in de
koptelefoon/oortelefoon een korte
pieptoon hoorbaar.
2 Druk op VOLUME +/– om het volume
van de recorder te regelen.
Trek de bedieningsknop op de
afstandsbediening uit en draai de knop
naar VOL +/–.
Het volume wordt op het uitleesvenster
weergegeven. Als u het volume hebt
geregeld, drukt u de bedieningsknop
weer in.
Om met spelen te stoppen schuift u
de regelaar naar x (op de recorder)
of drukt u op x (op de afstands-
bediening).
Als u de knop bedient is er in de koptelefoon/
oortelefoon een lange pieptoon hoorbaar. Nadat
u de recorder hebt gestopt, schakelt de recorder
na ca. 10 seconden automatisch uit (bij gebruik
van batterijen) of na ca. 3 minuten (bij gebruik
van de netspanningsadapter).
Het afspelen begint vanaf het punt waar u het
laatst met afspelen bent opgehouden. Als u wilt
afspelen vanaf het begin van het eerste
muziekstuk, druk dan ten minste 2 seconden op
N op de recorder, of draai de bedieningsknop
op de afstandsbediening naar
N> en houd
deze daar ten minste 2 seconden vast.
Bedieningsknop
x
VOLUME
+/–
Jog Dial
Schuifknop
(x/N/./
>/X)
25
Als het afspelen niet begint
Zorg ervoor dat de speler niet is vergrendeld
(pagina 15, 70).
Het overslaan van geluid
onderdrukken (G-PROTECTION)
De G-PROTECTION-functie is ontwikkeld om
schokbestendigheid te bieden die van een beter
niveau is dan bij de techniek die tot nu toe is
toegepast.
Opmerking
In de volgende gevallen kan het geluid tijdens
het afspelen overslaan:
• de recorder ondergaat onafgebroken sterke
schokken.
• er wordt een vuile of bekraste MiniDisc
afgespeeld.
Als u de koptelefoon/oortelefoon
gebruikt, sluit deze dan rechtstreeks
aan op de recorder.
1 Druk op de Jog Dial.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “AUDIO OUT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna drukt u
op de Jog Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “HeadPhone” op
het uitleesvenster knippert. Daarna drukt u op
de Jog Dial.
z
• De juiste afspeelstand wordt automatisch
ingesteld (stereo, LP2-stereo, LP4-stereo of
mono).
• Zie “De groepsfunctie gebruiken
(Groepsmodus)” (pagina 38) als u uitsluitend
muziekstukken in een bepaalde groep wilt
afspelen.
• De volume-instelling kan worden opgeslagen
in het Persoonlijk discgeheugen (page 67).
Om dit te doen Bediening op de
recorder
Bediening via de
afstandsbediening
Rechtstreeks een muziek-
stuk selecteren terwijl u
het nummer of de naam
van het muziekstuk in de
gaten houdt.
Draai aan de Jog Dial en
druk deze in ter
bevestiging.
—
Het begin van het huidige
muziekstuk vinden
1)
Druk op .. Druk
enkele malen op .
totdat u aan het begin van
het gewenste muziekstuk
bent.
Draai de bedieningsknop naar
.. Draai de bedieningsknop
enkele malen naar . totdat u
aan het begin van het gewenste
muziekstuk bent.
Het begin van het vol-
gende muziekstuk vinden
2)
Druk op >. Draai de bedieningsknop naar
N>.
Achteruitspoelen tijdens
het afspelen
Druk op . en houd
deze toets ingedrukt.
Draai de bedieningsknop naar
. en houd deze daar vast.
Vooruitspoelen tijdens het
afspelen
Druk op > en houd
deze toets ingedrukt.
Draai de bedieningsknop naar
N> en houd deze daar vast.
Pauzeren Duw de schuif naar X.
Duw de schuif nogmaals
naar X om het afspelen te
hervatten.
Druk op X.
Druk nogmaals op X om het
afspelen te hervatten.
De MD verwijderen Duw de schuif naar x en
open het deksel.
3)
Druk op x en open het deksel.
1)
Als u tijdens het afspelen van het eerste muziekstuk op de disc tweemaal achterelkaar op . drukt,
gaat de recorder naar het begin van het laatste muziekstuk op de disc.
2)
Als u tijdens het eerste muziekstuk van de disc op > drukt, gaat de recorder naar het begin van het
laatste muziekstuk van de disc.
3)
Zodra u het deksel opent, wordt het startpunt voor afspelen gewijzigd naar het begin van het eerste
muziekstuk (behalve als de discinformatie is opgeslagen in het Persoonlijk discgeheugen).
26
Verschillende manieren van opnemen
Opmerking over digitaal en analoog opnemen
(Digitale en analoge invoer)
De ingang van deze recorder werkt zowel digitaal als analoog. Sluit de recorder aan op een
CD-speler of een cassettedeck via de digitale (optische) ingang of analoge (lijn)ingang. Zie
“Meteen een MD opnemen! (Synchroonopname)” (pagina 17) voor het opnemen via de
digitale (optische) ingang, en “Analoog opnemen” (pagina 27) voor het opnemen via de
analoge (lijn)ingang.
Het verschil tussen een digitale (optische) ingang en een analoge
(lijn)ingang
Opmerking
Muziekstukmarkeringen kunnen foutief worden gekopieerd:
• als u via de digitale (optische) ingang opneemt van bepaalde CD-spelers of CD-wisselaars.
• als de bron tijdens het opnemen via de digitale (optische) ingang gebruikmaakt van Shuffle- of
Geprogrammeerd afspelen. Speel in dat geval af in de normale afspeelstand.
• als u via de digitale (optische) ingang opnamen maakt van uitzendingen met digitaal geluid (bijv. van
een digitale tv).
Verschil Digitale (optische) ingang Analoge (lijn)ingang
Geschikte
bron
Apparatuur met een digitale (optische)
uitgang (CD-speler, DVD-speler, enz.)
Apparatuur met een analoge
(lijn)uitgang (Cassettedeck,
radio, grammofoon, enz.)
Geschikte
aansluit-
kabel
Optische kabel (met een optische
stekker of een optische ministekker)
(pagina 18)
Lijnkabel (met 2 audiostekkers
of een stereoministekker)
(pagina 27)
Signaal van
de bron
Digitaal Analoog
Zelfs als een digitale bron (zoals
een CD) is aangesloten, wordt
een analoog signaal naar de
recorder verzonden.
Muziekstuk-
markeringen
1)
1)
Na het opnemen kunt u overbodige markeringen wissen. (“Een muziekstukmarkering wissen”,
pagina 62).
Worden automatisch gemarkeerd
(gekopieerd)
• op dezelfde posities als in de bron
(als de bron een CD of een MD is).
• als er meer dan 2 seconden geen
(pagina 93) of een zwak signaal
wordt doorgegeven (als de bron geen
CD of MD is).
• als de recorder pauzeert (tijdens een
synchroonopname wordt er
gedurende 3 seconden geen geluid
gedetecteerd).
Worden automatisch gemarkeerd
• als er meer dan 2 seconden
geen (pagina 93) of een zwak
signaal wordt doorgegeven.
• als de recorder pauzeert tijdens
het opnemen.
Opgenomen
geluids-
niveau
Gelijk aan de bron.
Kan ook handmatig worden geregeld
(Digitale REC-niveauregeling) (“Het
opnameniveau met de hand regelen
(Handmatig opnemen)”, pagina 34).
Automatisch geregeld. Kan ook
handmatig worden geregeld
(“Het opnameniveau met de hand
regelen (Handmatig opnemen)”,
pagina 34).
27
Analoog opnemen
Het geluid wordt als analoog signaal
verzonden vanaf het aangesloten apparaat,
maar wordt digitaal op de disc
opgeslagen.
Als u de recorder wilt aansluiten op een
geluidsbron, hebt u een apart verkrijgbare
lijnkabel nodig. Als u deze kabel aansluit,
zorg er dan voor dat u de stekkers stevig
aandrukt.
1 Druk op REC en schuif deze knop
naar rechts.
“REC” en de REC-indicator lichten
op op het uitleesvenster en het
opnemen begint.
2 Speel de bron af waar u een opname
van wilt maken.
Zie “Meteen een MD opnemen!
(Synchroonopname)” (pagina 17)
voor verdere aanwijzingen met
betrekking tot het maken van
opnamen.
z
LINE IN (OPT) is een aansluiting die geschikt
is voor zowel digitale als analoge invoer.
De recorder herkent automatisch het gebruikte
kabeltype en schakelt over op digitale of
analoge invoer.
Opmerking
Als u een opname wilt onderbreken, schuift u
de knop naar X. Op dat punt wordt een
muziekstukmarkering toegevoegd, zodra u de
knop nogmaals naar X schuift om het opnemen
te hervatten. De opname wordt voortgezet als
nieuw muziekstuk.
CD-speler,
cassettedeck enz.
R (rood)
L (wit)
Lijnkabel*
naar LINE IN (OPT)
naar LINE OUT-aansluitingen, enz.
REC
∗ Gebruik de aansluitkabels zonder een
signaalverzwakker.
Als u aansluit op
een draagbare CD-speler met een
aansluiting voor stereoministekkers,
gebruik dan een aansluitkabel met aan
weerszijden een stereoministekker (niet
meegeleverd).
28
Langdurige opnamen
maken (MDLP)
Selecteer een opnamestand die
overeenkomt met de door u gewenste
opnametijd.
U kunt 2 keer (LP2) of 4 keer (LP4)
langer dan normaal stereo-opnamen
maken. Verder is het mogelijk om met 2
keer de normale opnameduur in mono op
te nemen.
MD’s die in mono, LP2 of LP4 zijn
opgenomen, kunnen alleen worden
afgespeeld op MD-spelers of
-recorders die zijn voorzien van een
mono-, LP2- of LP4-afspeelstand.
1 Druk op de Jog Dial.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “REC
MODE” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial om de afspeel-
stand te selecteren en druk vervolgens
op de Jog Dial.
4 Druk op REC en schuif deze knop
naar rechts.
5 Speel de bron af waar u een opname
van wilt maken.
Om met opnemen te stoppen
schuift u de schuifknop naar
x.
De volgende keer dat u een opname
maakt, gebruikt de recorder weer de
vorige instelling van de opnamestand.
Als u niet wilt dat “LP:”
automatisch aan het begin
van een muziekstuknaam
wordt toegevoegd
Als “LP:” aan het begin van een muziek-
stuknaam is toegevoegd, wordt “LP:”
weergegeven zodra wordt geprobeerd de
disc af te spelen of te bewerken op een
apparaat dat MDLP niet ondersteunt. Het
uitleesvenster laat u dan weten dat het
afspelen of bewerken van het muziekstuk
op het betreffende apparaat niet mogelijk
is. Bij aflevering is de recorder zo
ingesteld dat “LP:” (“Stamp ON”) aan het
begin van iedere muziekstuknaam wordt
toegevoegd.
1 Druk op de Jog Dial als de recorder is
gestopt.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“OPTION” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “LP
Stamp” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
Opname-
stand
1)
1)
U bereikt de beste geluidskwaliteit als u
opneemt in de normale stereostand (stereo) of
in de LP2-stereostand.
Het uitlees-
venster op
de
recorder
3)
Opname-
tijd
4)
SP-stereo SP ca. 80 min.
LP2-stereo LP2 ca. 160 min.
LP4-stereo LP4 ca. 320 min.
Mono
2)
MONO ca. 160 min.
Jog Dial
REC
2)
Als u een mono-opname maakt van een
stereobron, worden de geluiden van links en
rechts gemengd.
3)
Menu-items die via de Jog Dial zijn
geselecteerd.
4)
Als u een onbespeelde MD van 80 minuten
gebruikt.
29
4 Draai aan de Jog Dial totdat “Stamp
OFF” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
Als u wilt dat “LP:” wordt toegevoegd,
selecteert u “Stamp ON” in stap 4. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
Opmerking
“LP:” wordt toegevoegd bij muziekstukken die
in LP-stereo vanaf uw computer worden
overgebracht, ongeacht de “LP Stamp”-
instelling. Als u “LP:” wilt wissen, volg dan de
procedure “Opnamen opnieuw benoemen”
(pagina 51).
z
• Audioapparaten die de LP2- of LP4-
stereostanden ondersteunen, zijn voorzien van
de logo’s of .
• Als u de recorder zo instelt dat “LP:” niet aan
het begin van de muziekstuknaam wordt
toegevoegd, kunt u langere muziekstuknamen
invoeren, omdat u dan de volledige lengte van
de tekenreeks voor dit doel kunt benutten
(pagina 48).
• U krijgt bij het opnemen in de SP-stereostand
(of in mono) een geluid van hoge kwaliteit
met rijke tonen dankzij de nieuw ontwikkelde
DSP TYPE-R voor ATRAC (Adaptive
TRansform Acoustic Coding) (pagina 20).
Opmerkingen
• We raden u aan om bij het maken van
langdurige opnamen gebruik te maken van de
netspanningsadapter.
• Als u via de digitale (optische) ingang van een
stereobron een mono-opname maakt, kunt u
het opgenomen geluid nog steeds in stereo
controleren. U moet dan gebruik maken van
een koptelefoon/oortelefoon die is
aangesloten op de i/LINE OUT-aansluiting.
• Als u opneemt in de LP4-stereostand, kan het
in zeer zeldzame gevallen voorkomen dat er
bij bepaalde geluidsbronnen een kortstondig
bijgeluid wordt geproduceerd. Dit wordt
veroorzaakt door de speciale digitale
audiocompressietechnologie, waardoor u 4
keer langer kunt opnemen dan normaal. Als
dit bijgeluid wordt geproduceerd, raden wij u
aan op te nemen in de normale stereostand of
in de LP2-opnamestand om zo een betere
geluidskwaliteit te verkrijgen.
Muziekstukken opnemen
met de groepsfunctie
(Groepsmodusopname)
Wat is de groepsfunctie
(groepsmodus)?
Dit is een functie waarmee u een aantal
muziekstukken kunt groeperen op een
disc, zodat u deze apart kunt afspelen,
opnemen of bewerken.
Deze functie komt vooral van pas als u
werkt met MD’s waarop u meerdere CD’s
in de MDLP-stand (LP2-stereo of LP4-
stereo) hebt opgenomen. U kunt
maximaal 99 groepen op één disc
aanmaken.
123456
7
89
123
1234
12
Als de groepsmodus UIT staat.
Disc
Muziekstuknummer
Disc
Als de groepsmodus AAN staat.
Groep 1
Groep 3
Muziek-
stuk-
nummer
Muziek-
stuk-
nummer
Muziek-
stuk-
nummer
Groep 2
30
Hoe worden de
groepsgegevens opgenomen?
Als u opneemt in de groepsmodus,
worden de groepsgegevens automatisch
opgeslagen in het gebied waar ook de
discnaam wordt opgeslagen.
Deze gegevens bestaan uit tekenreeksen
die zijn opgebouwd volgens onderstaand
voorbeeld.
Opnamegebied discnaam
Vandaar dat bovenstaande tekenreeks in
zijn geheel als discnaam wordt
weergegeven als u een MD die in de
groepsmodus is opgenomen, in een
systeem laadt dat de groepsmodus niet
ondersteunt, of als u de inhoud van een
disc op deze recorder probeert te
bewerken terwijl de groepsmodus is
uitgeschakeld.
U kunt de tekenreeks wijzigen door
de procedure “Opnamen opnieuw
benoemen” in “Opnamen
(opnieuw) benoemen” (pagina 48)
te volgen. Denk eraan dat u de
groepsfunctie voor die MD
waarschijnlijk niet langer kunt
gebruiken als u deze tekenreeks
per ongeluk overschrijft.
Opmerkingen
• De instellingen voor de groepsfunctie worden
ook opgeslagen als u de MD eruit haalt of als
u de recorder uitschakelt.
• In de groepsmodus rekent de recorder alle
muziekstukken zonder groepsinstellingen toe
aan de laatste groep op de disc. De laatste
groep wordt op het uitleesvenster van de
recorder weergegeven als “Group --”. Binnen
een groep worden de muziekstukken weerge-
geven in de volgorde zoals ze op de disc staan;
niet in de volgorde binnen de groep.
• Het is niet mogelijk een groepsinstelling te
maken als daarmee het maximale aantal
muziekstuk-, groeps- en discnamen op een
disc wordt overschreden.
De groepsmodus activeren
(Groepsmodusopname)
Als u muziekstukken in groepsmodus wilt
opnemen, moet u eerst de groepsmodus
inschakelen en pas daarna beginnen met
opnemen.
Op de recorder
1 Druk ten minste 2 seconden op
GROUP.
“” en “GROUP ON” lichten op
en de groepsmodus is ingeschakeld.
Op de afstandsbediening
1 Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “GROUP” op
het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op x.
3 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “GROUP ON”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op x.
“G” licht op en de groepsmodus is
ingeschakeld.
123
1 Discnaam: “Favorites”.
2 Groepsnaam voor muziekstukken 1 t/m
5: “Rock”.
3 Groepsnaam voor muziekstukken 6 t/m
9: “Pops”.
Voorbeeld
END SEARCH
Schuifknop
(./>/
x)
GROUP
REC
x
Bedieningsknop
DISPLAY
31
De groepsmodus annuleren
• Op de recorder
Druk ten minste 2 seconden op GROUP.
• Op de afstandsbediening
Selecteer “GROUP OFF” in stap 3.
Een muziekstuk opnemen in
een nieuwe groep
• Deze functie kan alleen vanaf de
recorder zelf worden bediend.
• Schakel de groepsmodus in.
1 Druk op END SEARCH als de
recorder is gestopt.
2 Druk op REC en schuif deze knop
naar rechts.
3 Speel de geluidsbron af.
Stoppen met opnemen
Duw de schuif naar x.
Het materiaal dat reeds was opgenomen
voordat u schuif naar x duwde, wordt als
nieuwe groep ingevoerd.
Een muziekstuk opnemen in
een bestaande groep
• Deze functie kan alleen vanaf de
recorder zelf worden bediend.
• Plaats een disc met groepsinstellingen.
• Schakel de groepsmodus in.
1 Druk licht op GROUP.
“” knippert op het uitleesvenster
en u kunt rechtstreeks een groep
selecteren (groepsselectiemodus)
(pagina 39).
2 Druk binnen 5 seconden enkele malen
op . of > totdat de groep
waarin u het muziekstuk wilt
onderbrengen, verschijnt.
Na een tijdje stopt het knipperen van
“” en blijft het continu verlicht op
het uitleesvenster staan.
3 Druk op REC en schuif deze knop
naar rechts.
4 Speel de geluidsbron af.
Een nieuw opgenomen muziekstuk
wordt na de huidige inhoud
toegevoegd.
Opmerkingen
• Zelfs als “REC-Posi” is ingesteld op “From
Here”, worden nieuw opgenomen muziek-
stukken na de bestaande muziekstukken in de
opgegeven groep ingevoegd, zonder dat
daarbij het bestaande materiaal wordt
overschreven.
• Als er binnen 5 seconden niets gebeurt, wordt
in stap 2 de Groepsselectiemodus automatisch
uitgeschakeld. Als u de procedure wilt
voortzetten, voer dan stap 1 nogmaals uit.
z
• Als u een muziekstuk dat wordt afgespeeld,
aan een groep wilt toevoegen, dient u het
afspelen van het muziekstuk eerst te stoppen.
Daarna volgt u de procedure vanaf stap 3.
• De recorder zal niet over bestaand materiaal
heen schrijven als groepsmodus is
ingeschakeld. In groepsmodus kunt u alleen
muziekstukken opnemen die een nieuwe
groep vormen (pagina 31) of muziekstukken
opnemen binnen een bestaande groep
(pagina 31).
Opnemen zonder
bestaand materiaal te
overschrijven
Volg onderstaande procedure als u wilt
vermijden dat de huidige inhoud van een
MD wordt overschreven. Al het nieuwe
materiaal wordt dan vanaf het eind van de
huidige inhoud opgenomen. Bij aflevering
is de recorder zo ingesteld dat bestaand
materiaal wordt overschreven.
1 Druk op de Jog Dial als de recorder is
gestopt.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“OPTION” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
Jog Dial
vervolgd
32
3 Draai enkele malen aan de Jog Dial
totdat “REC-Posi” op het uitlees-
venster knippert. Daarna drukt u op
de Jog Dial.
4 Draai enkele malen aan de Jog Dial
totdat “From End” op het uitlees-
venster knippert. Daarna drukt u op
de Jog Dial.
Het opnemen starten vanaf
het huidige punt
Selecteer “From Here” in stap 4.
z
Als u voorlopig niet over bestaand materiaal
wilt opnemen, drukt u vóór het begin van de
opname op END SEARCH. De opname begint
dan na het laatste muziekstuk, ook al is “REC-
Posi” ingesteld op “From Here”
(fabrieksinstelling). Als u op END SEARCH
drukt, wordt de resterende opnametijd van de
disc op het uitleesvenster weergegeven.
Opmerkingen
• Deze instelling blijft bewaard, ook nadat de
stroom is uitgeschakeld.
• Als u begint met opnemen terwijl de recorder
in de pauzestand staat, begint het opnemen
vanaf het punt waarop de opname is
onderbroken, ook als “REC-Posi” is ingesteld
op “From End”.
Opnemen via een
microfoon
1 Zet de stereomicrofoon uit en sluit
hem vervolgens aan op de MIC
(PLUG IN POWER)-aansluiting.
De recorder schakelt automatisch
over op microfooninvoer.
2 Druk op REC en schuif deze knop
naar rechts.
Zie “Meteen een MD opnemen!
(Synchroonopname)” (pagina 17)
voor verdere aanwijzingen met
betrekking tot het maken van
opnamen.
De gevoeligheid van de
microfoon selecteren
1 Druk op de Jog Dial als de recorder
aan het opnemen is of is gestopt.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “MIC
SENS” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “SENS
HIGH” of “SENS LOW” op het
uitleesvenster verschijnt. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
SENS HIGH: Als u een zacht geluid
of een geluid uit de verte opneemt.
SENS LOW: Als u een luid geluid of
een geluid van dichtbij opneemt.
Opmerkingen
• De recorder kiest automatisch een
invoersignaal in deze volgorde: optische
invoer, microfooninvoer, analoge invoer. Het
is niet mogelijk om een opname via de
microfoon te maken zolang er een optische
kabel is aangesloten op de LINE IN (OPT)-
aansluiting.
• Het is mogelijk dat de microfoon
bedieningsgeluiden van de recorder zelf
opneemt. Houd in zo’n geval de microfoon
weg van de recorder. Gebruik een
microfoonkabel die lang genoeg is, omdat te
voorkomen dat bedieningsgeluiden van de
recorder worden opgenomen.
• Als een monomicrofoon wordt gebruikt,
wordt het geluid alleen via het linkerkanaal
opgenomen.
naar MIC (PLUG IN POWER)
Stereomicrofoon*
REC
Jog Dial
∗ Zie “Verkrijgbare accessoires”
(pagina 92).
33
Automatisch muziek-
stukmarkeringen
toevoegen (Automa-
tische tijdmarkering)
Met deze functie kunt u automatisch
muziekstukmarkeringen op
gespecificeerde intervallen toevoegen
terwijl u via de analoge ingang of via een
microfoon opneemt.
• Deze functie kan alleen via de recorder
worden ingesteld.
1 Druk op de Jog Dial terwijl de
recorder opneemt of in de pauzestand
staat.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “TIME
MARK” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
“OFF” knippert op het uitleesvenster.
3 Draai aan de Jog Dial totdat het
gewenste tijdinterval op het
uitleesvenster knippert. Daarna drukt
u op de Jog Dial.
Selecteer een van de volgende
intervallen.
De Automatische
tijdmarkering annuleren
Selecteer “OFF” in stap 3 of stop met
opnemen.
Automatische tijdmarkering
gebruiken om tijdens het opne-
men muziekstukmarkeringen
toe te voegen
Als de verstreken opnametijd in-
middels groter is dan het tijdsinterval
voor de Automatische tijdmarkering:
De recorder voegt muziekstukmarker-
ingen toe op het moment dat u het tijds-
interval instelt. Vanaf dat punt voegt de
recorder een muziekstukmarkering toe op
elk moment dat het tijdsinterval verstrijkt.
Voorbeeld: De opname is inmiddels acht
minuten bezig op het moment dat de
Automatische tijdmarkering wordt
ingesteld op 5 minuten.
8 minuten na het begin van de opname
wordt een muziekstukmarkering
toegevoegd en verder na elk interval van
5 minuten.
Als het tijdsinterval voor de Automa-
tische tijdmarkering groter is dan de
inmiddels verstreken opnametijd:
De recorder voegt muziekstukmarker-
ingen toe op het moment dat het interval
dat voor de Automatische tijdmarkering is
ingesteld, is verstreken.
Voorbeeld: De opname is inmiddels drie
minuten bezig op het moment dat de
Automatische tijdmarkering wordt
ingesteld op 5 minuten.
5 minuten na het begin van de opname
wordt een muziekstukmarkering
toegevoegd en verder na elk interval van
5 minuten.
z
“T” verschijnt voor het tijdvenster op de
recorder wanneer de muziekstukmarkeringen
zijn toegevoegd door Automatische
tijdmarkering; op de afstandsbediening
verschijnt “T” achter het tijdvenster.
Opmerkingen
• De automatische muziekstukmarkering via
Automatische tijdmarkering begint zodra u
een normale muziekstukmarkering op de disc
toevoegt (d.w.z. wanneer u op T MARK drukt
of de knop naar X, enz. schuift).
• Deze instelling gaat verloren zodra de opname
is beëindigd.
Uitleesvenster Tijd
OFF —
5 min. ON Ca. 5 min.
10 min. ON Ca. 10 min.
15 min. ON Ca. 15 min.
Jog Dial
34
Het opnameniveau met
de hand regelen
(Handmatig opnemen)
Tijdens het opnemen wordt het opname-
niveau automatisch geregeld. Zo nodig
kunt u het opnameniveau zowel bij
analoge als digitale opnamen met de hand
instellen.
• Deze functie kan alleen via de recorder
worden ingesteld.
1 Terwijl u de schuifknop naar X
schuift, drukt en schuift u REC naar
rechts.
De recorder is nu gereed om op te
nemen.
2 Druk op de Jog Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat
“RecVolume” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
4 Draai enkele malen aan de Jog Dial
totdat “ManualREC” op het uitlees-
venster knippert. Daarna drukt u op
de Jog Dial.
5 Speel de bron af.
6 Regel het opnameniveau door aan de
Jog Dial te draaien, terwijl u de
niveaumeter op het uitleesvenster in
de gaten houdt.
Stel het niveau zo in dat de segmenten
van de meter tussen A en B
oplichten. Als de metersegmenten
rechts van B oplichten, dient u het
ingangsniveau te verlagen.
De niveaumeters geven het volgende
weer.
Bovenste — ingangsniveau L-kanaal
Onderste — ingangsniveau R-kanaal
Als u opneemt van extern aangesloten
apparatuur, zorg er dan voor dat de
bron zich aan het begin van het op te
nemen geluidsmateriaal bevindt,
voordat u begint op te nemen op de
recorder.
7 Duw de schuif opnieuw naar X om
met opnemen te beginnen.
Terugschakelen naar
automatische opname niveau-
instelling
Selecteer “Auto REC” in stap 4.
Opmerkingen
• Als u tijdens het opnemen de schuifknop naar
x schuift, keert de recorder naar automatische
opnameniveauregeling terug, zodra u de
volgende keer een opname begint.
• Volg de onderstaande procedure als u tijdens
een synchroonopname het opnameniveau met
de hand wilt regelen.
1 Vo l g 1 en 2 van “Een MD opnemen.” (stap
3 van “Meteen een MD opnemen!
(Synchroonopname)” (pagina 17)) en
selecteer “SYNC OFF” in 3.
2 Volg stap 1 t/m 6 van de procedure voor
handmatig opnemen. Voer vervolgens de pro-
cedure van “Een MD opnemen.”(stap 3
van“Meteen een MD opnemen! (Synchro-
onopname)” (pagina 17)) opnieuw uit.
De opname begint automatisch zodra de bron
wordt afgespeeld.
REC
Schuifknop
(X)
Jog Dial
Auto REC
ManualREC
004
REC 23/30
AB
35
De resterende
opneemtijd controleren
Tijdens het opnemen of als het opnemen
is gestopt, kunt u de resterende tijd, het
muziekstuknummer enz. controleren. De
items die betrekking hebben op de groep,
worden alleen weergegeven als een
muziekstuk met groepsinstellingen wordt
afgespeeld en vervolgens gestopt.
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“DISPLAY” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat de
gewenste informatie op het
uitleesvenster knippert.
Het uitleesvenster verandert als volgt.
LapTime (De verstreken tijd van
het huidige muziekstuk.)
r
RecRemain (De resterende tijd op
de disc na het huidige muziekstuk.)
r
GP Remain (De resterende tijd in
een groep na het huidige
muziekstuk.)
r
AllRemain (De resterende tijd na
het huidige muziekstuk.)
r
Clock (Huidige tijd.)
Opmerking
Afhankelijk van het al dan niet ingeschakeld
zijn van de groepsmodus of van de bedienings-
status van de recorder, kan het zijn dat niet alle
items kunnen worden geselecteerd.
4 Druk op de Jog Dial om het item in te
voeren.
Het uitleesvenster verandert als volgt.
De items in stap 3 verschijnen in het
C-deel van het uitleesvenster. Als u
“LapTime” selecteert in stap 3,
verschijnt er niets in deze stap.
Het uitleesvenster op de recorder
Uitleesvenster: Geselecteerd item
(C)/A/B
DISPLAY
REC LED
Jog Dial
Geselec-
teerd
item (C)
AB
—
1)
(LapTime)
Muziekstuk-
nummer
Verstreken
tijd
RecRemain Muziekstuk-
nummer
Resterende
opnametijd
GP Remain Aantal
muziek-
stukken in
de groep na
het huidige
muziekstuk
Resterende
tijd in de
groep na de
huidige
positie.
A
B
C
vervolgd
36
Opmerking
Afhankelijk van het al dan niet ingeschakeld
zijn van de groepsmodus, of van de bedienings-
status van de recorder, of van de opname-
instellingen, kan het zijn dat sommige items
anders worden weergegeven.
z
• De uitlezing die op de afstandsbediening
verschijnt, verschilt van de uitlezing op de
recorder. Zie “Op de afstandsbediening”
(pagina 36) om te zien welke uitlezingen op
de afstandsbediening worden weergegeven.
• Zie page 45 wanneer u tijdens het afspelen de
afspeelpositie of de naam van het muziekstuk
wilt zien.
Op de afstandsbediening
1 Druk tijdens het opnemen of in de
stopstand op DISPLAY.
Telkens als u op de toets drukt,
verandert het uitleesvenster als volgt.
Uitleesvenster op de
afstandsbediening
Indicatie D/E
Tijdens het opnemen
Muziekstuknummer/Verstreken tijd
r
Muziekstuknummer/Resterende
opnametijd
r
—/Huidige tijd
In de stopstand
Muziekstuknummer/Verstreken tijd
r
Muziekstuknummer/
Muziekstuknaam
r
Aantal muziekstukken in de groep/
Groepsnaam
r
—/Discnaam
r
—/Huidige tijd
Opmerking
Afhankelijk van het al dan niet ingeschakeld
zijn van de groepsmodus, de bedieningsstatus
van de recorder, of van de opname-instellingen,
kan het zijn dat sommige items anders worden
weergegeven of dat niet alle items kunnen
worden geselecteerd.
z
• De uitlezing die op de recorder verschijnt,
verschilt van de uitlezing op de afstands-
bediening. Zie “Op de recorder” (pagina 35)
om te zien welke uitlezingen op de recorder
worden weergegeven.
• Zie page 46 wanneer u tijdens het afspelen de
afspeelpositie of de naam van het muziekstuk
wilt zien.
De klok instellen om de
opnametijd vast te
leggen
Voordat u de datum en de tijd tijdens de
opname op de MD vast kunt leggen, moet
u de klok instellen.
Als u de klok eenmaal hebt ingesteld, legt
de recorder telkens wanneer u iets
opneemt, de opnametijd vast. De
opnamedatum wordt niet opgenomen bij
muziekstukken die vanaf uw computer
zijn overgebracht.
1 Druk op de Jog Dial als de recorder is
gestopt.
AllRemain Aantal
muziek-
stukken na
het huidige
muziekstuk
Resterende
tijd na de
huidige
positie
Clock Huidige
datum
Huidige tijd
1)
Als een track is benoemd, verschijnt de naam
van het muziekstuk.
Geselec-
teerd
item (C)
AB
D E
Jog Dial
37
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“OPTION” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “CLOCK
SET” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
De cijfers van het jaar gaan
knipperen.
4 Wijzig het huidige jaar door aan de
Jog Dial te draaien, en vervolgens op
de Jog Dial te drukken.
Het cijfer van de maand gaat
knipperen.
5 Herhaal stap 4 om de maand, de dag,
het uur en de minuten in te voeren.
Zodra u op de Jog Dial drukt om de
minuten in te voeren, begint de klok
te lopen.
De huidige tijd weergeven
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial als de recorder
aan het opnemen is of is gestopt.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“DISPLAY” op het uitleesvenster
verschijnt. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “Clock”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
De huidige tijd verschijnt op het
uitleesvenster.
Op de afstandsbediening
1 Als de recorder aan het opnemen is of
is gestopt, drukt u enkele malen op
DISPLAY totdat de huidige tijd
verschijnt.
Als u een fout maakt tijdens
het instellen van de klok
Druk op . om naar het foutief
ingevoerde item terug te gaan, en voer
vervolgens de juiste waarde in. U kunt een
stap overslaan door op > te drukken.
De tijd weergeven volgens het
24-uurssysteem
Druk op T MARK terwijl u de klok
instelt. Druk opnieuw op T MARK om de
tijd volgens het 12-uurssysteem weer te
geven.
De juiste tijd bewaren
Als u de klok eenmaal hebt ingesteld, blijft de
juiste tijd bewaard zolang de recorder op een
stroombron is aangesloten, zoals de oplaadbare
batterij, de droge alkalinebatterij of de
netspanningsadapter. Als er echter geen
stroombron is aangesloten, keert de
klokinstelling na ongeveer 3 minuten naar de
fabrieksinstelling terug.
Als u een oplaadbare batterij of een droge
alkalinebatterij verwisselt, doe dit dan binnen
3 minuten.
Opmerkingen
• Zorg dat de tijd juist is ingesteld als u wilt dat
de tijdmarkering bij belangrijke opnamen
correct wordt opgenomen.
• Onder normale omstandigheden kan de klok
ongeveer 3 minuten per maand afwijken.
01y 1m 1d
12:00am
Clock
38
Verschillende manieren van afspelen
Snel een bepaald
muziekstuk of punt
opzoeken (Snel zoeken)
U kunt op twee manieren snel zoeken.
• Indexzoeken — Snel zoeken terwijl u
de nummers of namen van de
muziekstukken in de gaten houdt.
• Tijdzoeken — Snel zoeken terwijl u de
verstreken tijd in de gaten houdt.
De zoekmodus selecteren
De zoekmodus kan alleen via de afstands-
bediening worden geselecteerd terwijl de
recorder is gestopt, afspeelt, of tijdens het
afspelen pauzeert.
1 Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY van de afstandsbediening.
2 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “SEARCH ”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op x.
3 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “Index”
(indexzoeken) of “Time” (tijdzoeken)
op het uitleesvenster verschijnt, en
druk vervolgens op x.
4 Druk tijdens het afspelen van een disc
op X.
Het afspelen pauzeert.
5 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop het houd deze vast
totdat het nummer of de naam van het
gewenste muziekstuk op het
uitleesvenster verschijnt.
6 Druk op X om het pauzeren te
annuleren.
Het afspelen begint vanaf het
geselecteerde muziekstuk.
z
Als u de procedures uitvoert terwijl de recorder
in de Shuffle-stand staat, begint het afspelen in
willekeurige volgorde met het muziekstuk dat u
hebt geselecteerd.
De groepsfunctie
gebruiken (Groeps-
modus)
De recorder kan een disc met
groepsinstellingen op verschillende
manieren afspelen. Zie “Muziekstukken
opnemen met de groepsfunctie
(Groepsmodusopname)” (pagina 29) voor
meer informatie over de groepsmodus.
Naar muziekstukken luisteren
in de groepsmodus
(Afspelen in Groepsmodus)
• Plaats een disc met groepsinstellingen.
Op de recorder
1 Begin met afspelen.
Bedieningsknop
X
DISPLAY
x
Jog Dial
DISPLAY
x
PLAYMODE
GROUP
Bedieningsknop
39
2 Druk ten minste 2 seconden op
GROUP om de groepsmodus in te
schakelen.
Het afspelen stopt aan het eind van
het laatste muziekstuk van de
geselecteerde groep.
Zie “Groepen selecteren en afspelen
(Groepsselectiemodus)” (pagina 39)
voor informatie over het selecteren
van een andere groep.
Op de afstandsbediening
1 Begin met afspelen.
2 Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
3 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “GROUP” op
het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op x.
4 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “GROUP ON”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op x om de groepsmodus in
te schakelen.
Het afspelen stopt aan het eind van
het laatste muziekstuk van de
geselecteerde groep.
Zie “Groepen selecteren en afspelen
(Groepsselectiemodus)” (pagina 39)
voor informatie over het selecteren
van een andere groep.
z
• In de geselecteerde groep kunt u ook de
afspeelstand wijzigen (herhaald, shuffle- of
geprogrammeerd afspelen). U volgt dan na de
hiergenoemde procedures de stappen in “De
afspeelstand wijzigen” (pagina 40).
• Als u tijdens het laatste muziekstuk van de
groep op > op de recorder of op N>
op de afstandsbediening drukt, gaat de
recorder verder met afspelen van het eerste
muziekstuk van de groep. En als u tijdens het
eerste muziekstuk van de groep twee maal
continu op . op de recorder of de
afstandsbediening drukt, gaat de recorder
verder met afspelen van het laatste muziekstuk
van de groep.
• Het groepsnummer verschijnt linksboven van
het uitleesvenster.
• Deze instellingen kunnen worden opgeslagen
in het Persoonlijk discgeheugen (pagina 67).
De groepsmodus uitschakelen
• Op de recorder
Druk opnieuw ten minste 2 seconden op
GROUP.
• Op de afstandsbediening
Selecteer “GROUP OFF” in stap 4.
Opmerking
In de groepsmodus kent de recorder alle
muziekstukken zonder groepsinstellingen toe
aan de laatste groep op de disc. De laatste groep
wordt op het uitleesvenster van de recorder
weergegeven als “Group --”. Binnen een groep
worden de muziekstukken weergegeven in de
volgorde zoals ze op de disc staan; niet in de
volgorde binnen de groep.
Groepen selecteren en
afspelen (Groepsselectie-
modus)
De functies zijn ook beschikbaar als de
groepsmodus is uitgeschakeld. Maar de
recorder speelt de muziekstukken dan wel
anders af.
• Als de groepsmodus is
ingeschakeld:
Het afspelen begint bij het eerste
muziekstuk van de geselecteerde groep
en eindigt bij het laatste muziekstuk van
deze groep.
• Als de groepsmodus is
uitgeschakeld:
Het afspelen begint bij het eerste
muziekstuk van de geselecteerde groep
en eindigt bij het laatste muziekstuk van
de disc.
123
78
56
4
Disc
Als de groepsmodus is uitgeschakeld:
Sprong
Sprong Sprong
Muziekstuknummer
vervolgd
40
• Plaats een disc met groepsinstellingen.
Op de recorder
1 Druk tijdens het afspelen lichtjes op
GROUP.
“” knippert op het uitleesvenster
en u kunt een groep selecteren.
2 Draai binnen 5 seconden aan de Jog
Dial om de gewenste groep te selec-
teren en druk daarna op de Jog Dial.
De recorder begint het eerste
muziekstuk in de groep af te spelen.
z
Het is ook mogelijk een groep te selecteren via
de ./>-toetsen in stap 2.
Op de afstandsbediening
1 Houd terwijl de recorder afspeelt
PLAYMODE ingedrukt, totdat “---”
op het uitleesvenster knippert.
2 Draai binnen 5 seconden enkele
malen aan de bedieningsknop om de
gewenste groep te selecteren.
Opmerkingen
• Als u binnen 5 seconden na stap 1 niets doet,
wordt de groepsselectiemodus geannuleerd en
kunt u de daaropvolgende stap 2 niet
uitvoeren. Als u op dat punt door wilt gaan
met stap 1, moet u de procedure weer van
begin af aan uitvoeren.
• Het is niet mogelijk de groepsselectiemodus te
gebruiken als de disc geen groepsinstellingen
heeft.
De afspeelstand
wijzigen
U kunt uit verschillende afspeelmodi
selecteren, zoals afspelen van één
muziekstuk (1 Track), afspelen in
willekeurige volgorde (Shuffle) en
geprogrammeerd afspelen (PGM). U kunt
in alle afspeelmodi ook herhaald afspelen
kiezen.
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial als de recorder
afspeelt.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “PLAY
MODE” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial om de
afspeelstand te selecteren en druk
vervolgens op de Jog Dial.
123
12
12
Disc
Groep 2
Groep 1
Groep 3
Als de groepsmodus is ingeschakeld:
Muziek-
stuk-
nummer
Muziek-
stuk-
nummer
Muziek-
stuk-
nummer
Sprong Sprong Sprong
Jog Dial
PLAYMODE
Bedieningsknop
RPT/ENT
41
Het uitleesvenster op de recorder
Indicatie A
/B (Afspeelstand)
Normal/— (Alle muziekstukken
worden éénmaal afgespeeld.)
r
AllRepeat/ (Alle muziekstuk-
ken worden herhaald afgespeeld.)
r
1 Track/1 (Er wordt één muziekstuk
afgespeeld.)
r
1 Repeat/ 1 (Eén muziekstuk
wordt herhaald afgespeeld.)
r
Shuffle/SHUF (Nadat het gekozen
muziekstuk is afgespeeld, worden de
overige muziekstukken in
willekeurige volgorde afgespeeld.)
r
Shuf. Rep/ SHUF (Nadat het
gekozen muziekstuk is afgespeeld,
worden de overige muziekstukken in
willekeurige volgorde herhaald
afgespeeld.)
r
PGM/PGM (De muziekstukken
worden in de door u opgegeven
volgorde afgespeeld.)
r
PGMRepeat/ PGM (De
muziekstukken worden in de door u
opgegeven volgorde herhaald
afgespeeld.)
Op de afstandsbediening
1 Als de recorder afspeelt, drukt u op
PLAYMODE.
Telkens als u op de toets drukt,
verandert de indicatie voor de
afspeelstand zoals hieronder is
aangegeven. Het afspelen begint dan
in de geselecteerde afspeelstand.
Uitleesvenster op de afstands-
bediening
Indicatie (Afspeelstand)
— (Alle muziekstukken worden
éénmaal afgespeeld.)
r
1 (Er wordt één muziekstuk
afgespeeld.)
r
SHUF (Nadat het gekozen muziek-
stuk is afgespeeld, worden de
overige muziekstukken in
willekeurige volgorde afgespeeld.)
r
PGM (De muziekstukken worden in
de door u opgegeven volgorde
afgespeeld.)
2 Als u het afspelen in de geselecteerde
afspeelmodus wilt herhalen, drukt u
op RPT/ENT.
“” verschijnt op het uitleesvenster
en de recorder speelt herhaald af in de
geselecteerde afspeelstand.
Een programma maken
(Geprogrammeerd afspelen)
U kunt maximaal 20 muziekstukken
programmeren.
Shuffle
Shuf.Rep
PGM
A
003
20:51
B
Als u aan de Jog Dial draait, wordt A
gewijzigd.
Als u op de Jog Dial drukt, verschijnt B.
Indicatie afspeelstand
42
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial terwijl in stap 3
van “Op de recorder” in “De afspeel-
stand wijzigen” (pagina 40) “PGM”
op het uitleesvenster knippert.
2 Draai aan de Jog Dial om een
muziekstuk te selecteren. Druk op de
Jog Dial.
Het geselecteerde muziekstuk wordt
ingevoerd.
3 Herhaal stap 2 als u meer muziek-
stukken wilt programmeren.
4 Druk ten minste 2 seconden op de Jog
Dial.
Het programma is nu gereed en het
afspelen begint vanaf het eerste
muziekstuk.
Op de afstandsbediening
1 Als de recorder afspeelt, drukt u
enkele malen op PLAYMODE totdat
“PGM ” op het uitleesvenster
knippert.
2 Draai meerdere malen aan de
bedieningsknop om een muziekstuk
te selecteren en druk vervolgens op
RPT/ENT om een muziekstuk-
nummer in te voeren.
3 Herhaal stap 2 als u meer muziek-
stukken wilt programmeren.
4 Druk ten minste 2 seconden op RPT/
ENT.
Het programma is nu gereed en het
afspelen begint vanaf het eerste
muziekstuk.
z
• Het programma blijft in het geheugen
opgeslagen, ook als het afspelen gereed is of
is onderbroken.
• Deze instellingen kunnen worden opgeslagen
in het Persoonlijk discgeheugen (pagina 67).
• Als de groepsmodus is ingeschakeld, kunt u
de afspeelstand voor een geselecteerde groep
opgeven. Zie “Groepen selecteren en afspelen
(Groepsselectiemodus)” (pagina 39) voor het
activeren van de groepsmodus.
Opmerkingen
• Als het deksel van de recorder wordt geopend,
gaan alle programma-instellingen verloren.
• Als u het programmeren 5 minuten
onderbreekt terwijl de recorder is gestopt,
worden de muziekstukken die tot dan toe zijn
geselecteerd, als programma ingevoerd.
• Als u tijdens het programmeren de
groepsmodus in- of uitschakelt, worden het de
programma-instellingsmodus geannuleerd,
maar blijft de programma-inhoud tot dat punt
behouden.
• Als u tijdens geprogrammeerd afspelen de
groepsmodus inschakelt, wordt
geprogrammeerd afspelen geannuleerd.
Hoge en lage tonen
instellen (Digitale
geluidsvoorkeuren)
U kunt de hoge en lage tonen naar wens
afstellen. De recorder kan twee sets
instellingen van hoge en lage tonen
opslaan, die dan later tijdens het afspelen
kunnen worden geselecteerd.
Muziek-
stuknummer
Programmanummer
Schuifknop (x/X)
Jog Dial
x
SOUND
Bedieningsknop
43
De geluidskwaliteit selecteren
De fabrieksinstelling van
Digitale geluidsvoorkeuren
De fabrieksinstelling van Digitale
geluidsvoorkeuren is als volgt:
•“SOUND 1”: lage tonen +1, hoge
tonen ±0
•“SOUND 2”: lage tonen +3, hoge
tonen ±0
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“SOUND” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat
“SOUND 1” of “SOUND 2” op het
uitleesvenster knippert. Daarna drukt
u op de Jog Dial.
Op de afstandsbediening
1 Druk enkele malen op SOUND om
“SOUND 1” of “SOUND 2” op het
uitleesvenster te selecteren.
De geluidskwaliteit regelen
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial als de recorder
afspeelt.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“SOUND” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat
“SOUND 1” of “SOUND 2” op het
uitleesvenster knippert.
Op het uitleesvenster worden de hoge
tonen (“T”) en de lage tonen (“B”)
weergegeven die op dit moment zijn
ingesteld.
4 Selecteer “T” of “B” waarbij de
schuif naar x of X geschoven wordt.
U kunt het item wijzigen en regelen
waarop de cursor op dat moment
knippert.
5 Draai aan de Jog Dial om het
geluidsniveau te regelen.
De cursor verplaatsen tussen
“T” en “B”:
Duw de schuif naar x of X.
“SOUND 1” of “SOUND 2”
inschakelen:
Verplaats de cursor naar de bovenste
rij en draai vervolgens aan de Jog
Dial.
6 Druk op de Jog Dial om het item in te
voeren.
De geluidsvoorkeuren worden
opgeslagen en het afspeelvenster
verschijnt weer.
z
U kunt het niveau van “T” en “B” ook instellen
door in stap 5 de .- of >-toets te
gebruiken.
Op de afstandsbediening
1 Druk enkele malen op SOUND om
“SOUND 1” of “SOUND 2” te
selecteren.
SOUND 1
T-=== ==+
B-==== =+
Selecteer “T” als u de hoge tonen wilt
regelen. Selecteer “B” als u de lage
tonen wilt regelen.
SOUND 1
T-===== +
B-== ===+
-4 ±0+3
De cursor verplaatst zich. (Positie: +2)
Het geluid kan in 8 stappen worden
geregeld (–4, –3, ...±0, ...+2, +3).
vervolgd
44
2 Druk tijdens het afspelen ten minste 2
seconden op SOUND.
De recorder komt nu in de stand voor
het instellen van lage tonen (B). Als u
de SOUND-toets nogmaals ten
minste 2 seconden indrukt, keert de
recorder terug in de stand voor het
instellen van hoge tonen (T).
3 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop om de lage of hoge
tonen in te stellen.
“B” (bas) en “T” (lage tonen)
inschakelen:
Druk ten minste 2 seconden op
SOUND.
“SOUND 1” of “SOUND 2”
inschakelen:
Druk kortstondig op SOUND.
4 Druk op x om het item in te voeren.
De geluidsvoorkeuren worden
opgeslagen en het afspeelvenster
verschijnt weer.
De Digitale geluidsvoorkeuren
annuleren
• Op de recorder
Selecteer “SOUND OFF” in stap 3.
• Op de afstandsbediening
Druk enkele malen op SOUND totdat er
niets op het uitleesvenster verschijnt.
z
• Deze instellingen kunnen worden opgeslagen
in het Persoonlijk discgeheugen (pagina 67).
• Als de recorder ongeveer 5 minuten niet wordt
bediend, wordt de huidige instelling
opgeslagen en schakelt het uitleesvenster
automatisch over op de normaal afspelen.
Opmerkingen
• De Digitale geluidsvoorkeuren treden buiten
werking als de “AUDIO OUT”-instelling voor
de i/LINE OUT-aansluiting is ingesteld op
“LINE OUT”. In dit geval moet u “AUDIO
OUT” instellen op “HeadPhone” (pagina 25).
• Als u gebruik maakt van de Digitale
geluidsvoorkeuren, kan het geluid worden
onderbroken of vervormd. Een en ander is
afhankelijk van de instellingen of van het
muziekstuk. Wijzig in dit geval de instellingen
van de geluidskwaliteit.
• Als u tijdens een opname overgaat op een
andere instelling van Digitale
geluidsvoorkeuren, heeft dit geen invloed op
het opgenomen geluid.
De afspeelsnelheid
wijzigen
(Snelheidsinstelling)
De afspeelsnelheid kan in 7 stappen
worden geregeld (80%, 85%, ..., 100%,
105%, 110%).
• Deze functie kan alleen op de
afstandsbediening worden bediend.
1 Druk tijdens het afspelen ten minste 2
seconden op DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “SPEED ” op
het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op
x.
De recorder komt nu in de stand voor
het instellen van de snelheid.
Als “B” verschijnt, kunt u de lage
tonen instellen. Als “T” verschijnt,
kunt u de hoge tonen instellen.
Voorbeeld: Lage tonen instellen
De cursor verplaatst zich.
(Positie: –2)
Het geluid kan in 8 stappen worden
geregeld (–4, –3, ...±0, ...+2, +3).
–4±0
+3
DISPLAY
x
Bedieningsknop
45
3 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop om de
afspeelsnelheid te selecteren.
“+” toont de normale snelheid en de
cursor toont de afspeelsnelheid die u
selecteert.
4 Druk op x om de afspeelsnelheid in
te stellen.
z
Deze instellingen kunnen worden opgeslagen in
het Persoonlijk discgeheugen (pagina 67).
Opmerkingen
• De afspeelsnelheid heeft invloed op het
afgespeelde geluid.
• Alle instellingen gaan verloren als u de disc
uit de recorder haalt (behalve als de
instellingen zijn opgeslagen in het Persoonlijk
discgeheugen).
De resterende afspeel-
tijd of de afspeel-
positie controleren
Tijdens het afspelen kunt u de muziek-
stuknaam, de discnaam enz. controleren.
De items die betrekking hebben op de
groep, worden alleen weergegeven als een
muziekstuk wordt afgespeeld met
groepsinstellingen.
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial als de recorder
afspeelt.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“DISPLAY” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
Voorbeeld: afspeelsnelheid 95%
van normaal.
– en de cursor verschijnen
afwisselend op het uitleesvenster.
80% 100%
110%
001
S 01:20
Rechts van de verstreken tijd verschijnt een
“S” als de afspeelsnelheid afwijkt van
normaal.
Uitleesvenster op de afstandsbediening
Het uitleesvenster op de recorder
“S” verschijnt rechts van
het muziekstuknummer.
Jog Dial
DISPLAY
vervolgd
46
3 Draai aan de Jog Dial totdat de
gewenste informatie op het
uitleesvenster knippert.
Telkens als u aan de Jog Dial draait,
verandert het uitleesvenster als volgt.
LapTime (De verstreken tijd.)
r
1 Remain (De resterende tijd van
het huidige muziekstuk.)
r
GP Remain (De resterende tijd in
de groep na de huidige positie.)
r
AllRemain (De resterende tijd na
de huidige positie.)
r
RecDate (Datum en tijd van de
opname.)
Opmerking
Afhankelijk van het al dan niet ingeschakeld
zijn van de groepsmodus of van de bedienings-
status van de recorder, kan het zijn dat de items
anders worden weergegeven.
4 Druk op de Jog Dial om het item in te
voeren.
Het uitleesvenster verandert als volgt.
Het item in stap 3 verschijnt in het
C-deel van het uitleesvenster.
Het uitleesvenster op de recorder
Indicatie: Geselecteerd item (C)/A/
B
Opmerking
Afhankelijk van het al dan niet ingeschakeld
zijn van de groepsmodus of van de bedienings-
status van de recorder, kan het zijn dat niet alle
items kunnen worden geselecteerd.
z
De uitlezing die op de afstandsbediening
verschijnt, verschilt van de uitlezing op de
recorder. Zie “Op de afstandsbediening”
(pagina 46) om te zien welke uitlezingen op de
afstandsbediening worden weergegeven.
Op de afstandsbediening
1 Terwijl de recorder speelt drukt u op
DISPLAY.
Telkens als u op DISPLAY drukt,
verandert het uitleesvenster als volgt.
Uitleesvenster op de
afstandsbediening
Geselec-
teerd
item (C)
AB
—
(LapTime)
Muziekstuk
nummer
Verstreken
tijd
1 Remain Muziek-
stuk-
nummer
Resterende
tijd van het
huidige
muziekstuk
A
B
C
GP
Remain
Aantal
muziek-
stukken in
de groep na
het huidige
muziekstuk
Resterende
tijd na de
huidige
positie in de
groep
AllRemain Aantal
muziek-
stukken na
het huidige
muziek-
stuk
Resterende
tijd na de
huidige
positie op de
disc
RecDate Opname-
datum
Opnametijd
Geselec-
teerd
item (C)
AB
D E
47
Indicatie D/E
Muziekstuknummer/Verstreken tijd
1)
r
Muziekstuknummer/
Muziekstuknaam
r
Het aantal muziekstukken in de
groep/Groepsnaam
r
Het aantal muziekstukken op de
disc/Discnaam
r
—/Opnametijd
1)
De opnamestand van het muziekstuk dat op dit
moment wordt afgespeeld, verschijnt een
ogenblik voordat het uitleesvenster
overschakelt naar “Lap Time”.
Opmerking
Afhankelijk van het al dan niet ingeschakeld
zijn van de groepsmodus, de bedieningsstatus
van de recorder, of van de opname-instellingen,
kan het zijn dat niet alle items kunnen worden
geselecteerd of dat sommige items anders
worden weergegeven.
z
• Zie page 36 als u tijdens het opnemen of in de
stopstand wilt zien hoeveel opnametijd er nog
over is of wat de huidige positie is.
• De uitlezing die op de afstandsbediening
verschijnt, verschilt van de uitlezing op de
recorder. Zie “Op de recorder” (pagina 45) om
te zien welke uitlezingen op de
afstandsbediening worden weergegeven.
Aansluiten op een
stereo-installatie (LINE
OUT)
Verbind de i/LINE OUT-aansluiting van
de recorder met de LINE IN-aansluitingen
van een versterker of cassettedeck door
middel van een lijnkabel. De uitgang is
analoog. De recorder speelt de MD
digitaal af en zendt analoge signalen naar
de aangesloten apparatuur.
Als u een lijnkabel aansluit op de i/LINE
OUT-aansluiting van de recorder, zorg
dan dat de “AUDIO OUT”-instelling voor
de i/LINE OUT-aansluiting is ingesteld.
1 Druk op de Jog Dial.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “AUDIO
OUT” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “LINE
OUT” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
Opmerkingen
• Als de “AUDIO OUT”-instelling voor de i/
LINE OUT-aansluiting op “LINE OUT” staat,
treden VOLUME +/– en Digitale
geluidsvoorkeuren buiten werking.
• De “AUDIO OUT”-instelling voor de i/
LINE OUT-aansluiting kan niet op “LINE
OUT” worden gezet als de afstandsbediening
is aangesloten.
• Als u de koptelefoon/oortelefoon rechtstreeks
op de recorder aansluit, zet dan in stap 3 de
“AUDIO OUT”-instelling voor de i/LINE
OUT-aansluiting op “HeadPhone”.
naar LINE IN
2 audiostekkers
L (wit)
Stereoministekker
R
(rood)
naar i/LINE OUT
Lijnkabel
Jog Dial
Stereo-
installatie enz.
48
Opgenomen muziekstukken bewerken
U kunt uw opnamen monteren door
muziekstukken toe te voegen of te wissen.
Verder kunt u muziekstukken en MD’s
een naam geven. Voorbespeelde MD’s
kunnen niet worden bewerkt.
• U kunt geen muziekstukken bewerken op een
MD die is beveiligd tegen opnemen. U kunt
muziekstukken monteren als u het nokje aan
de zijkant van de MD hebt gesloten
(pagina 73).
• Als u tijdens het afspelen een bewerking
uitvoert, wordt deze bewerking pas
opgeslagen als u de recorder stopt en als
“TOC Edit” van het uitleesvenster verdwijnt.
• Zorg ervoor dat u de recorder niet beweegt of
aanstoot zolang “TOC Edit”* op het
uitleesvenster knippert.
• Het deksel gaat na het bewerken niet open
totdat “TOC Edit” van het uitleesvenster
verdwijnt.
• Als de groepsmodus is ingesteld, kunnen er
alleen muziekstukken worden bewerkt die tot
de geselecteerde groep behoren.
∗ TOC = Table of Contents (Inhoudstabel)
Opnamen (opnieuw)
benoemen
Met behulp van het letterpalet van de
recorder kunt u muziekstukken, discs en
groepen benoemen.
Beschikbare tekens
• De hoofd- en kleine letters van het
Nederlandse alfabet
• De cijfers 0 t/m 9
• ! " # $ % & ( ) * . ; < = > ?
@ _ ` + – ’ , / : _ (spatie)
Maximaal aantal tekens per
naam
Muziekstuknamen, groepsnamen en
discnaam: Ca. 200 elk (waarbij alle
beschikbare tekens mogen worden
gebruikt)
Maximaal aantal tekens dat
per disc kan worden ingevoerd
Alleen alfanumerieke tekens en
symbolen: Ca. 120 titels van ongeveer
10 tekens elk (maximaal ongeveer 1 700
tekens)
Het aantal titels dat op een disc kan
worden opgeslagen hangt af van het
aantal tekens dat voor muziekstuknamen,
groepsnamen en de discnaam is
ingevoerd.
Het letterpalet
Via de recorder kunt u de tekens uit het
letterpalet op het uitleesvenster
selecteren.
Het letterpalet heeft de volgende indeling.
Aangezien slechts een gedeelte van het
letterpalet op het uitleesvenster zichtbaar
is, moet u de schuifbalk gebruiken om de
cursor te verplaatsen en tekens in te
invoeren.
Opmerkingen
• “NAME FULL” verschijnt als u probeert meer
dan 1 700 tekens op een disc in te voeren.
Voer in dat geval een kortere naam voor het
muziekstuk, de groep of de disc in
(pagina 51), of stel de “LP Stamp”-instelling
in op “Stamp OFF” als u in een MDLP-stand
opneemt, zodat “LP:” niet aan het begin van
de muziekstuknaam wordt toegevoegd
(pagina 28).
• Als u een disc benoemd die met de groeps-
functie is opgenomen, let er dan op dat de
groepsmodus is ingeschakeld om te voor-
komen dat de gegevens voor het groepsbeheer
per ongeluk worden overschreven.
• Als u in discnamen gebruikmaakt van het
symbool “//”, zoals in “abc//def”, kan het zijn
dat u de groepsfunctie niet langer kunt
gebruiken.
ABCDEFGHI
abcdefghi
De cursor knippert.
Letterinvoergebied
Letterpalet
49
Opnamen benoemen
Op de recorder
1 Plaats een disc en voer de volgende
handelingen uit:
Een muziekstuk benoemen:
Begin het muziekstuk dat u wilt
benoemen af te spelen of op te nemen
en benoem vervolgens het muziek-
stuk terwijl de recorder aan het
afspelen of opnemen is.
Een groep benoemen:
Schakel de groepsmodus in
(pagina 30). Vervolgens kan een
groep worden benoemd terwijl u
bezig bent een muziekstuk in de
betreffende groep af te spelen of op te
nemen.
Een disc benoemen:
Benoem de disc terwijl de recorder
opneemt of gestopt is.
Als de disc groepsinstellingen heeft,
dient u de groepsmodus in te
schakelen (pagina 30).
2 Druk op de Jog Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
4 Draai aan de Jog Dial totdat het
volgende item op het uitleesvenster
verschijnt. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
Als u een muziekstuk benoemt:
“ :Name”
Als u een groep benoemt:
“ :Name”
Als u een disc benoemt:
“ :Name”
De cursor knippert in het letterinvoer-
gebied en het muziekstuk,de groep of
de disc is gereed om te worden
benoemd.
5 Duw de schuif naar x.
De cursor verplaatst van het
letterinvoergebied naar het letterpalet.
6 Selecteer een teken met de schuif en
druk op N om deze in te voeren.
Het geselecteerde teken verschijnt in
het letterinvoergebied en de cursor
gaat naar de volgende invoerpositie.
DISPLAY
PLAYMODE
X
x
Bedieningsknop
VOLUME +/–
Schuifknop
(X/x/./
>/N)
GROUP/
CANCEL
Jog Dial
T MARK
ABCDEFGHI
abcdefghi
De cursor knippert.
BCDEFGHI
abcdefghi
De cursor en het teken knipperen om de
beurt.
ABCDEFGHI
A
abcdefghi
De cursor knippert bij de volgende
invoerpositie.
vervolgd
50
Hieronder volgt een overzicht van de
toetsen die bij de letterinvoer kunnen
worden gebruikt en de bijbehorende
functies.
7 Herhaal stap 6 en voer alle tekens van
de naam in.
8 Druk ten minste 2 seconden op de Jog
Dial
.
De disc is nu benoemd.
Op de afstandsbediening
1 Plaats een disc en voer de volgende
handelingen uit:
Een muziekstuk benoemen:
Een muziekstuk kan worden benoemd terwijl
u bezig bent het betreffende muziekstuk af te
spelen of op te nemen.
Een groep benoemen:
Schakel de groepsmodus in (pagina 30).
Vervolgens kan een groep worden benoemd
terwijl u bezig bent een muziekstuk in de
betreffende groep af te spelen of op te nemen.
Een disc benoemen:
Benoem de disc terwijl de recorder opneemt
of gestopt is. Als de disc groepsinstelingen
heeft, dient u de groepsmodus in te schakelen
(pagina 30).
2 Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY.
3 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “EDIT ” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op x .
4 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat het volgende item op het uitleesvenster
verschijnt. Daarna drukt u op x.
Als u een muziekstuk benoemt:
“ :Name”
Als u een groep benoemt: “GP: Name”
Als u een disc benoemt: “ :Name”
De cursor knippert op het uitleesvenster en
het muziekstuk,de groep of de disc is gereed
om te worden benoemd.
5 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
om een letter te selecteren en druk op
x om
de letter in te voeren.
Functies
1)
Handelingen
De cursor in het
letterpalet
verplaatsen.
Schuifknop
Draai aan de Jog Dial
(verplaats de cursor
omhoog of omlaag)
2)
.
Een teken in het
letterinvoerge-
bied selecteren.
Draai aan de Jog Dial.
Een teken
invoeren.
Druk op N.
Druk op de Jog Dial.
De cursor van
het letterinvoer-
gebied naar het
letterpalet
verplaatsen.
Duw de schuif naar
x.
De cursor van
het letterpalet
naar het letter-
invoergebied
verplaatsen.
Druk op GROUP/
CANCEL.
Een naam
invoeren.
Druk ten minste 2
seconden op de Jog
Dial.
Druk ten minste 2
seconden op N.
Een spatie
invoeren vóór
de cursor.
Druk op VOLUME +.
Een teken
wissen.
Druk op VOLUME –.
“:”, “–” of “/”
op de invoer-
positie in het
letterinvoer-
gebied
weergeven.
Druk enkele malen op
T MARK.
Het benoemen
annuleren.
Druk op CANCEL in
het letterinvoergebied.
omhoog
naar
links
naar
rechts
naar
beneden
1)
De functies van de toetsen of de bedienings-
knop kunnen verschillen, afhankelijk van of de
cursor zich in het tekeninvoergebied of in het
letterpalet bevindt.
2)
Als u veelgebruikte tekstregels in de namen-
bank hebt opgeslagen, verschijnt nu de eerste
opgeslagen tekst op het uitleesvenster
(pagina 52).
51
De geselecteerde letter houdt op met
knipperen en de cursor gaat naar de volgende
invoerpositie.
6 Herhaal stap 5 en voer alle tekens van de
naam in.
7 Houd
x ten minste 2 seconden ingedrukt.
Het muziekstuk, de groep of de disc is nu
benoemd.
Het benoemen annuleren
• Op de recorder
Druk op CANCEL.
“CANCEL?” en “PushENTER”
verschijnen op het uitleesvenster. Druk
nu op de Jog Dial of op N.
• Op de afstandsbediening
Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
z
U kunt teksten opslaan die u regelmatig in
muziekstuknamen gebruikt . Opgeslagen
teksten kunnen worden opgeroepen en worden
gebruikt om een muziekstuk, groep of disc te
benoemen (pagina 52).
Opmerkingen
• Als de opname tijdens het benoemen van een
muziekstuk, groep of disc stopt, of wanneer
tijdens het benoemen van een muziekstuk het
volgende muziekstuk wordt opgenomen,
wordt de informatie automatisch op dat punt
ingevoerd.
• “LP:” wordt automatisch aan het begin van de
muziekstuknaam toegevoegd als het
muziekstuk is opgenomen in een MDLP-stand
(pagina 28).
• U kunt de voorbespeelde disc niet benoemen
of opnieuw benoemen.
Opnamen opnieuw benoemen
Op de recorder
1 Plaats een disc en voer de volgende
handelingen uit:
Een muziekstuk opnieuw
benoemen:
Een muziekstuk kan opnieuw worden
benoemd terwijl u het betreffende
muziekstuk afspeelt.
Een groep opnieuw benoemen:
Schakel de groepsmodus in
(pagina 30) en speel een muziekstuk
af binnen de groep die u opnieuw wilt
benoemen en wijzig de groepsnaam
terwijl de recorder afspeelt of
opneemt.
Een disc opnieuw benoemen:
Benoem een muziekstuk opnieuw
terwijl de recorder opneemt of
gestopt is.
Als u een disc met groepsinstellingen
opnieuw benoemt, moet u de groeps-
modus inschakelen (pagina 30).
2 Volg stap 2 t/m 4 van “Opnamen
benoemen” (pagina 49) om een
muziekstuk-, groeps- of discnaam
weer te geven.
Functies Handeling
Wisselen tussen hoofd-
letters, kleine letters,
cijfers/symbolen en
teksten.
1)
1)
Als er teksten in de namenbank zijn
opgeslagen, verschijnt de tekst die als eerste is
opgeslagen op het uitleesvenster (pagina 52).
Druk op X.
De cursor naar links of
rechts verplaatsen.
Trek de bedien-
ingsknop uit en
draai eraan
(VOL +/–).
De letter één positie naar
links of rechts verplaatsen.
Draai aan de
bedieningsknop
(./N>).
Een spatie invoeren. Druk op
DISPLAY.
Het benoemen annuleren. Druk ten minste
2 seconden op
DISPLAY.
Een teken wissen. Druk op
PLAYMODE.
De cursor knippert bij de volgende
invoerpositie.
vervolgd
52
3 Volg stap 5 t/m 8 van “Opnamen
benoemen” (pagina 49), en houd
vervolgens de Jog Dial ten minste 2
seconden ingedrukt.
Op de afstandsbediening
1 Plaats een disc en voer de volgende
handelingen uit:
Een muziekstuk opnieuw benoemen:
Een muziekstuk kan opnieuw worden
benoemd terwijl u het betreffende
muziekstuk afspeelt.
Een groep opnieuw benoemen:
Schakel de groepsmodus in (pagina 30) en
speel een muziekstuk af binnen de groep die
u opnieuw wilt benoemen en wijzig de
groepsnaam terwijl de recorder afspeelt of
opneemt.
Een disc opnieuw benoemen:
Benoem de disc opnieuw terwijl de recorder
opneemt of gestopt is.
Als u een disc met groepsinstellingen
opnieuw benoemt, moet u de groepsmodus
inschakelen (pagina 30).
2 Volg stap 2 t/m 4 van “Op de
afstandsbediening” in “Opnamen benoemen”
(pagina 50) om een muziekstuk-, groeps- of
discnaam weer te geven.
3 Volg stap 5 t/m 7 van “Op de
afstandsbediening” in “Opnamen benoemen”
(pagina 50) en houd vervolgens de Jog Dial
ten minste 2 seconden ingedrukt.
Opmerkingen
• Het is niet mogelijk om voorbespeelde MD’s
of MD’s waarop niets is opgenomen, te
benoemen.
• De recorder is in staat om Japanse
“Katakana”-tekens weer te geven, maar u kunt
deze niet gebruiken bij het benoemen.
• De recorder kan een disc of muziekstuk niet
opnieuw benoemen, als deze reeds op een
ander apparaat is benoemd met een naam van
meer dan 200 letters.
Het benoemen annuleren
• Op de recorder
Druk op CANCEL.
“CANCEL?” en “PushENTER”
verschijnen op het uitleesvenster. Druk
nu op de Jog Dial of op N.
• Op de afstandsbediening
Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
Teksten opslaan voor
het benoemen
(Namenbankfunctie)
Teksten die u vaak gebruikt bij het
benoemen van muziekstukken, groepen of
discs, kunt u opslaan in het geheugen van
de recorder. Een opgeslagen tekst kan
geheel of gedeeltelijk worden gebruikt in
de naam van een muziekstuk, groep of
disc.
Er kunnen ongeveer 25 teksten van elk
ongeveer 10 tekens worden opgeslagen in
het geheugen van de recorder (met een
totaal van ongeveer 400 tekens). Het
uiteindelijke aantal hangt af van de lengte
van alle teksten tezamen.
Teksten opslaan
Er zijn drie manieren om teksten op te
slaan:
• Teksten opslaan tijdens het
benoemen van een muziekstuk,
een groep of een disc:
U kunt teksten opslaan terwijl u een
muziekstuk, groep of dic benoemt door
het volgen van de procedure “Opnamen
benoemen” (pagina 49).
Schuifknop
(./>/
x)
END SEARCH
Jog Dial
CANCEL
DISPLAY
x
Bedieningsknop
X
53
• Teksten opslaan van een eerder
benoemd muziekstuk, groep of
disc:
U kunt de naam van een bestaand
muziekstuk, een bestaande groep of disc
als een tekst opslaan.
• Teksten invoeren en opslaan:
U kunt veelgebruikte teksten van
tevoren opslaan, en vervolgens
oproepen bij het benoemen van een
muziekstuk, groep of disc.
Teksten opslaan tijdens het
benoemen van een
muziekstuk, groep of disc
Op de recorder
1 Volg stap 1 t/m 7 van “Opnamen
benoemen” (pagina 49) om een tekst
in te voeren.
2 Na het invoeren van de tekst drukt u
op CANCEL om de cursor uit het
letterpalet te verwijderen en naar het
letterinvoergebied te verplaatsen.
3 Druk ten minste 2 seconden op END
SEARCH.
“Entry!” verschijnt op het
uitleesvenster en de cursor knippert
achter de tekst die u zojuist hebt
opgeslagen.
4 Als u doorgaat met benoemen, volg
dan stap 5 t/m 7 van “Opnamen
benoemen” (pagina 49).
Op de afstandsbediening
1 Volg stap 1 t/m 6 van “Op de
afstandsbediening” in “Opnamen benoemen”
(pagina 50) om een tekst in te voeren.
2 Nadat u de tekst hebt ingevoerd, drukt u ten
minste 2 seconden op X .
3 Als u doorgaat met het benoemen, volg dan
stap 5 t/m 6 van “Op de afstandsbediening”
in “Opnamen benoemen” (pagina 50).
Teksten opslaan van een eerder
benoemd muziekstuk, groep of
disc
Op de recorder
1 Volg stap 1 en 2 van “Opnamen
opnieuw benoemen” (pagina 51) en
geef de naam van het muziekstuk, de
groep of de disc weer die de tekst
bevat die u wilt opslaan.
2 Druk enkele malen op ./> om
de cursor rechts van de tekst te
plaatsen.
3 Druk ten minste 2 seconden op END
SEARCH om de tekst op te slaan.
Op de afstandsbediening
1 Volg stap 1 en 2 van “Op de
afstandsbediening” in “Opnamen opnieuw
benoemen” (pagina 52) en geef de naam van
het muziekstuk, de groep of de disc weer die
de tekst bevat die u wilt opslaan.
2 Trek de bedieningsknop uit en draai deze
naar VOL + of VOL – om de cursor rechts
van de tekst te plaatsen.
3 Druk ten minste 2 seconden op X om de
tekst op te slaan.
Teksten invoeren en opslaan
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “Name
Bank” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
4 Volg stap 5 t/m 7 van “Opnamen
benoemen” (pagina 49) om een tekst
in te voeren en houd vervolgens de
Jog Dial ten minste 2 seconden
ingedrukt.
“Entry!” verschijnt op het
uitleesvenster en de tekst is
opgeslagen.
54
Op de afstandsbediening
1 Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “EDIT” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op
x.
3 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “Name Bank” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x.
4 Volg stap 5 en 6 van “Op de
afstandsbediening” in “Opnamen benoemen”
(pagina 50) om een tekst in te voeren, en
druk vervolgens ten minste 2 seconden op
x.
Opmerking
Als u een tekst hebt ingevoerd en opgeslagen,
kunt u deze niet meer oproepen volgens de
procedure van “Teksten zoeken door ze weer te
geven” (pagina 54). Als u een opgeslagen regel
wilt ophalen, volg dan de procedure van
“Teksten zoeken met behulp van de eerste
letter” (pagina 55).
Een opgehaalde tekst
gebruiken voor het benoemen
Er zijn twee manieren om teksten op te
halen.
• Teksten zoeken door ze weer te
geven:
U kunt een tekst ophalen door de
opgeslagen tekst weer te geven en
vervolgens voor een nieuwe naam te
gebruiken.
• Teksten zoeken met behulp van
de eerste letter:
U kunt een tekst ophalen door de eerste
letter in te voeren. Vervolgens kunt u de
tekst in een nieuwe naam gebruiken.
Teksten zoeken door ze weer
te geven
Op de recorder
1 Volg stap 1 en 4 van “Opnamen
benoemen” (pagina 49).
Het muziekstuk, de groep of de disc is
gereed om te worden benoemd.
2 Druk op END SEARCH zodat de
tekst die is opgeslagen in het
geheugen van de recorder, op het
uitleesvenster verschijnt.
3 Schuif de knop naar x om de cursor
van het letterinvoergebied naar het
letterpalet te verplaatsen.
4 Draai aan de Jog Dial totdat de
gewenste tekst op het uitleesvenster
knippert.
Door aan de Jog Dial te draaien
worden de teksten die in het geheugen
van de recorder zijn opgeslagen, een
voor een na elkaar weergegeven.
5 Druk op de Jog Dial als de gezochte
tekst op het uitleesvenster knippert.
De tekst is geselecteerd en licht op in
het letterinvoergebied.
6 Druk ten minste 2 seconden op de Jog
Dial.
De tekst is opgehaald.
7 Als u doorgaat met benoemen, volg
dan stap 5 t/m 7 van “Opnamen
benoemen” (pagina 49).
Op de afstandsbediening
1 Volg stap 1 t/m 4 “Op de afstandsbediening”
in “Opnamen benoemen” (pagina 50).
Het muziekstuk, de groep of de disc is gereed
om te worden benoemd.
2 Druk enkele malen op X totdat de tekst die is
opgeslagen in het geheugen van de recorder,
op het uitleesvenster verschijnt.
3 Draai enkele malen aan de bedieningsknop.
Door aan de bedieningsknop te draaien
worden de teksten die in het geheugen van de
recorder zijn opgeslagen, een voor een
weergegeven.
4 Druk lichtjes op
x als de gewenste tekst op
het uitleesvenster wordt getoond.
5 Als u doorgaat met het benoemen, volg dan
stap 5 t/m 7 van “Op de afstandsbediening”
in “Opnamen benoemen” (pagina 50).
55
Teksten zoeken met behulp
van de eerste letter
Op de recorder
1 Volg stap 1 en 5 van “Opnamen
benoemen” (pagina 49).
Het muziekstuk, de groep of de disc is
gereed om te worden benoemd.
2 Draai aan de Jog Dial tot de
beginletter van de gewenste tekst.
3 Druk op END SEARCH om te
zoeken. Vervolgens verschijnt de
eerste tekst die met deze letter begint.
4 Schuif de knop naar x om de cursor
van het letterinvoergebied naar het
letterpalet te verplaatsen.
5 Draai aan de Jog Dial totdat de
gewenste tekst op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
De tekst is geselecteerd en licht op in
het letterinvoergebied.
6 Druk ten minste 2 seconden op de Jog
Dial.
De geselecteerde tekst is opgehaald.
7 Als u doorgaat met benoemen, volg
dan stap 5 t/m 7 van “Opnamen
benoemen” (pagina 49).
Op de afstandsbediening
1 Volg stap 1 t/m 5 “Op de afstandsbediening”
in “Opnamen benoemen” (pagina 50).
Het muziekstuk, de groep of de disc is gereed
om te worden benoemd.
2 Als u een muziekstuk, groep of disc benoemt,
draait u enkele malen aan de bedieningsknop
totdat de beginletter van de gewenste tekst op
het uitleesvenster verschijnt.
3 Druk enkele malen op X om te zoeken.
Vervolgens verschijnt de eerste tekst die met
deze letter begint.
Als de letter verschijnt draait u de
bedieningsknop naar N> totdat de
gewenste teksten een voor een verschijnen.
4 Druk op
x als de gewenste tekst op het
uitleesvenster wordt getoond.
5 Druk ten minste 2 seconden op
x.
De geselecteerde tekst is opgehaald.
6 Als u doorgaat met het benoemen, volg dan
stap 5 t/m 7 van “Op de afstandsbediening”
in “Opnamen benoemen” (pagina 50).
Teksten wissen
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial als de recorder is
gestopt.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat
“BankErase” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
4 Draai aan de Jog Dial totdat de tekst
die u wilt wissen, op het uitlees-
venster knippert. Daarna drukt u op
de Jog Dial.
“Erase!” verschijnt en de tekst is
gewist.
Op de afstandsbediening
1 Terwijl de recorder is gestopt, drukt u ten
minste 2 seconden op DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “EDIT” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op
x.
3 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “BankErase” op het uitleesvenster
verschijnt. Daarna drukt u op
x.
4 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat de tekst die u wilt wissen verschijnt.
Daarna drukt u op
x.
De bewerking annuleren
• Op de recorder
Druk op CANCEL.
“CANCEL?” en “PushENTER”
verschijnen op het uitleesvenster. Druk
daarna op de Jog Dial.
• Op de afstandsbediening
Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
56
Muziekstukken of
groepen als een nieuwe
groep instellen
(Groepsinstelling)
Volg onderstaande procedure als u
muziekstukken of groepen als nieuwe
groep wilt instellen. De betreffende
muziekstukken of groepen moeten echter
wel achter elkaar zijn opgeslagen.
Mochten de gewenste muziekstukken of
groepen niet achter elkaar zijn
opgeslagen, dan moet u ze eerst
verplaatsen, zodat ze wél achter elkaar
komen te staan (“Opgenomen
muziekstukken verplaatsen”, pagina 58).
Volgens kunt u de nieuwe groep instellen.
Voor de werking van deze functie maakt
het uit of de groepsmodus al dan niet is
ingeschakeld.
• Als de groepsmodus op AAN staat.
— Verschillende groepen zijn
aangemerkt als één groep.
— Een muziekstuk zonder een
groepsinstelling kan bij een
bestaande groep worden ingedeeld.
• Als de groepsmodus op UIT staat:
Verschillende muziekstukken zijn
aangemerkt als één groep.
Hierna wordt de situatie met inge-
schakelde groepsmodus nader uit de
doeken gedaan.
• Het is niet mogelijk om muziekstukken
die niet achterelkaar staan, te groeperen
(zo kan muziekstuk 3 niet tot een
nieuwe groep worden gegroepeerd met
muziekstuk 5 t/m 7).
• De muziekstukken verschijnen altijd in
de volgorde zoals ze op de disc zijn
opgeslagen en niet in de volgorde
waarin ze in de groep staan (zelfs als de
groepsmodus is ingeschakeld).
Opmerking
• Het is niet mogelijk een groepsinstelling te
maken als daarmee het maximale aantal
muziekstuk-, groeps- en discnamen op een
disc wordt overschreden.
Op de recorder
1 Druk ten minste 2 seconden op
GROUP om de groepsmodus in te
schakelen.
2 Druk op de Jog Dial als de recorder is
gestopt.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
4 Draai aan de Jog Dial totdat “ :
Set” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
Het muziekstuknummer van het
eerste muziekstuk (“STR”) verschijnt
op het uitleesvenster.
123456
7
89
123456
7
89
Groep Groep
GroepGroep
Een nieuwe groep
met 2 groepen.
Een nieuwe groep
met muziekstuk
1 t/m 3.
Jog Dial
GROUP
DISPLAY
Bedieningsknop
x
STR:001
END:001
:
57
5 Draai aan de Jog Dial totdat het
nummer van het muziekstuk dat u als
eerste in de groep wilt opnemen, op
het uitleesvenster knippert. Druk
vervolgens op de Jog Dial.
Hiermee is het eerste muziekstuk van
de nieuwe groep geselecteerd.
Ook als de groepsmodus is
ingeschakeld, verschijnen de
muziekstuknummers in de volgorde
waarin ze op de disc staan en niet in
de volgorde in de groep.
6 Draai aan de Jog Dial totdat het
nummer van het muziekstuk dat u als
laatste in de groep wilt opnemen, op
het uitleesvenster knippert. Druk
vervolgens op de Jog Dial.
Hiermee is het laatste muziekstuk van
de nieuwe groep geselecteerd.
7 Benoem een groep (zie stap 5 t/m 8
van “Opnamen benoemen”
(pagina 49)).
Op de afstandsbediening
1 Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GROUP” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x.
3 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GROUP ON” op het uitleesvenster
verschijnt. Daarna drukt u op
x om de
groepsmodus in te schakelen.
4 Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY.
5 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GP:Set” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x.
6 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat het nummer van het gewenste eerste
muziekstuk op het uitleesvenster knippert en
druk vervolgens op
x.
7 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat het nummer van het gewenste laatste
muziekstuk op het uitleesvenster knippert en
druk vervolgens op de bedieningsknop.
8 Als u doorgaat met het benoemen, volg dan
stap 5 t/m 7 van “Op de afstandsbediening”
in “Opnamen benoemen” (pagina 50).
Opmerkingen
• Het eerste muziekstuk dat u in stap 5
selecteert, moet ofwel het eerste muziekstuk
van een bestaande groep zijn, ofwel een
muziekstuk dat niet tot een groep behoort.
• Als u in stap 6 het laatste muziekstuk
selecteert, zorg dan dat dit muziekstuk na het
muziekstuk komt dat u in stap 5 hebt
geselecteerd. Het laatste muziekstuk moet
ofwel het laatste muziekstuk van een
bestaande groep zijn, ofwel een muziekstuk
dat niet tot een groep behoort.
Een groepsinstelling
opheffen
• Plaats een disc met groepsinstellingen.
Op de recorder
1 Druk ten minste 2 seconden op
GROUP om de groepsmodus in te
schakelen.
2 Selecteer de groep die u wilt opheffen
en controleer de inhoud (zie
“Groepen selecteren en afspelen
(Groepsselectiemodus)” (pagina 39)).
3 Duw de schuif naar x.
4 Druk op de Jog Dial.
5 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
Jog Dial
Schuifknop (x)
GROUP
DISPLAY
Bedieningsknop
x
vervolgd
58
6 Draai aan de Jog Dial totdat “ :
Release” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
“Release?” en “PushENTER”
verschijnen op het uitleesvenster.
7 Druk op de Jog Dial om het item in te
voeren.
De groepsinstelling van de
geselecteerde groep is opgeheven.
Op de afstandsbediening
1 Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GROUP” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x.
3 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GROUP ON” op het uitleesvenster
verschijnt. Daarna drukt u op
x om de
groepsmodus in te schakelen.
4 Selecteer een groep die u wilt opheffen en
controleer de inhoud (zie “Groepen
selecteren en afspelen
(Groepsselectiemodus)” (pagina 39)).
5 Druk op x.
6 Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY
terwijl het muziekstuk dat u wilt verplaatsen,
wordt afgespeeld.
7 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “EDIT” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op
x.
8 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GPRelease” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x.
“Release?” en “PushENTER” verschijnen op
het uitleesvenster.
9 Druk op
x om het item in te voeren.
Het verplaatsen annuleren
• Op de recorder
Druk op CANCEL.
• Op de afstandsbediening
Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
Opgenomen muziek-
stukken verplaatsen
U kunt de volgorde van de opgenomen
muziekstukken wijzigen.
Voorbeeld
Verplaats muziekstuk C (muziekstuknummer
3) van de derde naar de tweede positie.
Op de recorder
1 Speel het muziekstuk dat u wilt
verplaatsen af en druk vervolgens op
de Jog Dial
2 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
De recorder speelt het selecteerde
muziekstuk herhaaldelijk af.
A C DB
A B DC
Voor het ver-
plaatsen
Na het verplaatsen
Jog Dial
DISPLAY
Bedieningsknop
x
59
3 Draai aan de Jog Dial totdat
“ :Move” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
Het geselecteerde muziekstuk-
nummer verschijnt in de middelste rij
van het uitleesvenster.
Als het muziekstuk is benoemd, drukt
u op > om ervoor te zorgen dat de
naam van het muziekstuk op het
uitleesvenster verschijnt. Druk op
. om het muziekstuknummer
nogmaals weer te geven.
4 Draai aan de Jog Dial totdat de
gewenste positie op het uitleesvenster
knippert.
Als u muziekstuk C wilt verplaatsen
naar positie “002”, draait u aan de Jog
Dial totdat “002” op het uitlees-
venster knippert.
5 Druk op de Jog Dial om het item in te
voeren.
Het muziekstuk wordt verplaatst naar
de gekozen positie.
Op de afstandsbediening
1 Speel het muziekstuk dat u wilt verplaatsen
af en druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “EDIT” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op
x.
De recorder speelt het geselecteerde
muziekstuk herhaaldelijk af.
3 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat
“ :Move” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x om het item in
te voeren.
“003 t 003” verschijnt bijvoorbeeld op het
uitleesvenster.
4 Draai aan de bedieningsknop totdat de
gewenste positie op het uitleesvenster
knippert.
“003 t 002” verschijnt bijvoorbeeld op het
uitleesvenster.
5 Druk op
x om het item in te voeren.
Het muziekstuk wordt precies vóór het
muziekstuk met het geselecteerde
positienummer geplaatst.
Het verplaatsen annuleren
• Op de recorder
Druk in stap 4 op CANCEL.
• Op de afstandsbediening
Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
Opmerking
Als de disc groepsinstellingen heeft, schakel
dan de groepsmodus in voordat u een
muziekstuk verplaatst. Het verplaatsen van een
muziekstuk met uitgeschakelde groepsmodus
kan de structuur van die groep beïnvloeden.
Een muziekstuk naar
een andere groep
verplaatsen
• Plaats een disc met groepsinstellingen.
Op de recorder
1 Druk ten minste 2 seconden op
GROUP om de groepsmodus in te
schakelen.
2 Speel het muziekstuk dat u wilt
verplaatsen af en druk vervolgens op
de Jog Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
De recorder speelt het geselecteerde
muziekstuk herhaaldelijk af.
GROUP
Jog Dial
DISPLAY
Bedieningsknop
x
vervolgd
60
4 Draai aan de Jog Dial totdat
“ : Move” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
5 Draai aan de Jog Dial totdat de
doelgroep op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
Het groepsnummer waar het nu
spelende muziekstuk bij hoort,
knippert in het middengedeelte van
het uitleesvenster. Als de groep is
benoemd, druk dan op > om de
groepsnaam weer te geven. Druk op
. om terug te keren naar het
groepsnummervenster.
6 Draai aan de Jog Dial totdat het
gewenste positienummer binnen de
groep op het uitleesvenster knippert.
Druk vervolgens op de Jog Dial.
Het geselecteerde muziekstuk-
nummer verschijnt in de middelste rij
van het uitleesvenster.
Als het muziekstuk is benoemd, drukt
u op > om de muziekstuknaam op
het uitleesvenster weer te geven. Druk
op . om terug te keren naar het
groepsnummervenster.
Op de afstandsbediening
1 Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GROUP” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x.
3 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GROUP ON” op het uitleesvenster
verschijnt. Daarna drukt u op
x om de
groepsmodus in te schakelen.
4 Speel het muziekstuk dat u wilt verplaatsen
af en druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
5 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “EDIT” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op
x.
De recorder speelt het selecteerde
muziekstuk herhaaldelijk af.
6 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “ : Move” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x.
7 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat de doelgroep op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x om het item in
te voeren.
8 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat het gewenste positienummer binnen de
groep op het uitleesvenster knippert. Druk
vervolgens op
x om het item in te voeren.
Het verplaatsen annuleren
• Op de recorder
Druk in stap 5 op CANCEL.
• Op de afstandsbediening
Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
De groepsvolgorde op
een disc wijzigen
(Groepen verplaatsen)
• Plaats een disc met groepsinstellingen.
Op de recorder
1 Druk ten minste 2 seconden op
GROUP om de groepsmodus in te
schakelen.
2 Speel een muziekstuk af dat deel
uitmaakt van de groep die u wilt
verplaatsen en druk op de Jog Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
GROUP
Jog Dial
DISPLAY
Bedieningsknop
x
61
4 Draai aan de Jog Dial totdat
“ : Move” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
Nu kunt u de geselecteerde groep
verplaatsen.
5 Draai aan de Jog Dial om de nieuwe
positie op de disc te selecteren en
druk vervolgens op de Jog Dial.
Op de afstandsbediening
1 Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GROUP” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x.
3 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GROUP ON” op het uitleesvenster
verschijnt. Daarna drukt u op
x om de
groepsmodus in te schakelen.
4 Speel een muziekstuk af dat deel uitmaakt
van de groep die u wilt verplaatsen en druk
ten minste 2 seconden op DISPLAY.
5 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “EDIT ” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op
x.
6 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “GP:Move” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x.
7 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
om de nieuwe positie op de disc te selecteren
en druk vervolgens op
x.
Het verplaatsen annuleren
• Op de recorder
Druk in stap 5 op CANCEL.
• Op de afstandsbediening
Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
Een muziekstuk-
markering toevoegen
U kunt muziekstukmarkeringen
toevoegen zodat het gedeelte na de
nieuwe markering wordt aangemerkt als
een nieuw muziekstuk. De muziekstuk-
nummers worden als volgt opgehoogd.
Het is niet mogelijk om muziekstukmark-
eringen toe te voegen aan muziekstukken
die afkomstig zijn van uw computer.
1 Tijdens het afspelen of pauzeren
drukt u op het punt dat u wilt
markeren, op T MARK op de
recorder.
“MARK ON” verschijnt op het
uitleesvenster en er wordt een
muziekstukmarkering toegevoegd.
Het muziekstuknummer wordt met
één opgehoogd.
z
Met de snelzoekfunctie kunt u snel een bepaald
muziekstuk of een bepaald punt opzoeken waar
u een muziekstukmarkering wilt toevoegen. U
kunt een muziekstuk of een positie opzoeken
terwijl u de muziekstuknamen of de verstreken
tijd in de gaten houdt (pagina 38).
Muziekstukmarkeringen
toevoegen tijdens het
opnemen (behalve tijdens
synchroonopnemen)
Op het punt waar u een muziekstuk-
markering wilt toevoegen, drukt u op T
MARK op de recorder.
Met Automatische tijdmarkering kunt u
automatisch op bepaalde intervallen muz-
iekstukmarkeringen toevoegen (behalve
tijdens digitale opnamen) (pagina 33).
1 3 42
231 4 5
Muziekstukmarkering
Muziekstuknummers worden opgehoogd
T MARK
62
Een muziekstuk-
markering wissen
Als u opneemt met analoge (lijn)invoer,
kunnen overbodige muziekstukmarker-
ingen worden toegevoegd op punten waar
het opnameniveau laag is. U kunt een
muziekstukmarkering wissen om zo de
muziekstukken die zich voor en na deze
markering bevinden, samen te voegen. De
muziekstuknummers veranderen als volgt.
Het is niet mogelijk om muziekstukmark-
eringen te wissen bij muziekstukken die
afkomstig zijn van uw computer.
1 Speel het muziekstuk af waarin zich
de muziekstukmarkering bevindt die
u wilt wissen. Duw de schuifknop
vervolgens naar X om te pauzeren.
2 Zoek de muziekstukmarkering op
door lichtjes op . te drukken.
Als u bijvoorbeeld de derde muziek-
stukmarkering wilt wissen, zoekt u
het begin op van het derde muziek-
stuk. “00:00” verschijnt op het
uitleesvenster.
“MARK” verschijnt gedurende 2
seconden op het uitleesvenster.
3 Druk op T MARK om de markering
te wissen.
“MARK OFF” verschijnt op het
uitleesvenster. De muziekstuk-
markering wordt gewist en de twee
muziekstukken worden
samengevoegd.
z
Als u een muziekstukmarkering wist, worden
ook de datum, de tijd en de naam die aan die
markering zijn toegekend, gewist.
Opmerkingen
• Als u een muziekstukmarkering wist die zich
tussen twee opeenvolgende muziekstukken
bevindt die bij verschillende groepen horen
terwijl de groepsmodus is uitgeschakeld,
wordt het tweede muziekstuk toegekend aan
dezelfde groep als het eerste muziekstuk. En
als u een muziekstuk dat bij een groep hoort,
combineert met het daaropvolgend muziek-
stuk dat niet bij een groep hoort, wordt het
tweede muziekstuk met dezelfde instellingen
als het eerste muziekstuk aan de betreffende
groep toegevoegd. Als echter de groepsmodus
is ingeschakeld, kunt u alleen muziekstukken
combineren die zich binnen de geselecteerde
groep bevinden.
• U kunt een muziekstukmarkering niet wissen
als de systeembeperkingen dat niet toestaan.
Zie “Systeembeperkingen” (pagina 75) voor
bijzonderheden.
1 3 42
1 32
Een muziekstukmarkering wissen
Muziekstuknummers worden verlaagd
T MARK
Schuifknop (X/.)
63
Muziekstukken wissen
Opmerking
Het is niet mogelijk om muziekstukken te
wissen die vanaf de computer op de disc zijn
overgebracht. U kunt geen groep of een
volledige disc wissen als deze een overgebracht
muziekstuk bevat. Stuur in dat geval het
muziekstuk of de muziekstukken naar OpenMG
Jukebox.
Een muziekstuk wissen
Denk eraan dat wanneer een op-
name eenmaal is gewist, deze niet
meer is terug te halen. Let er dus
op dat u het juiste muziekstuk wist.
Op de recorder
1 Speel het muziekstuk dat u wilt
wissen af en druk vervolgens op de
Jog Dial.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
De recorder speelt het selecteerde
muziekstuk herhaaldelijk af.
3 Draai aan de Jog Dial totdat
“ :Erase” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
“Erase OK?” en “PushENTER”
verschijnen op het uitleesvenster.
4 Druk op de Jog Dial om het item in te
voeren.
Het muziekstuk wordt gewist en de
recorder begint het volgende muziek-
stuk af te spelen. Alle muziekstukken
die volgen op het gewiste muziekstuk,
worden automatisch hernummerd.
Op de afstandsbediening
1 Speel het muziekstuk dat u wilt wissen af en
druk ten minste 2 seconden op DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “EDIT ” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op
x.
3 Draai enkele malen aan de bedieningsknop
totdat “ :Erase” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op
x.
“Erase OK?” en “PushENTER” verschijnen
op het uitleesvenster.
4 Druk op
x om het item in te voeren.
Een deel van een muziekstuk
wissen
Voeg muziekstukmarkeringen toe aan het
begin en aan het eind van het gedeelte dat
u wilt wissen. Wis vervolgens het
betreffende deel (pagina 61).
De hele disc wissen
Het is mogelijk om snel alle
muziekstukken en informatie die op de
MD staan, in één keer te wissen.
Denk eraan dat wanneer een
opname eenmaal is gewist, deze
niet meer is terug te halen. Zorg
ervoor dat u de inhoud van de disc
die u wilt wissen, van tevoren
controleert.
• Deze functie kan alleen vanaf de
recorder zelf worden bediend.
Jog Dial
Schuifknop (x)
CANCEL
DISPLAY
Bedieningsknop
x
64
1 Speel de disc die u wilt wissen af
zodat u de inhoud kunt controleren.
2 Duw de schuif naar x om te stoppen.
3 Druk op de Jog Dial.
4 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
5 Draai aan de Jog Dial totdat
“ :Erase” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
“AllErase?” en “PushENTER”
verschijnen op het uitleesvenster.
6 Druk op de Jog Dial om het item in te
voeren.
“TOC Edit” knippert op het
uitleesvenster en alle muziekstukken
worden gewist.
Als de MD volledig is gewist,
verschijnen “BLANKDISC” en
“00:00” op het uitleesvenster.
Een groep wissen
U kunt muziekstukken binnen een
geselecteerde groep wissen.
Denk eraan dat wanneer een
opname eenmaal is gewist, deze
niet meer is terug te halen. Zorg er
dus voor dat u de inhoud van de
groep die u wilt wissen, van
tevoren controleert.
• Deze functie kan alleen vanaf de
recorder zelf worden bediend.
1 Druk ten minste 2 seconden op
GROUP om de groepsmodus in te
schakelen.
2 Selecteer de groep die u wilt wissen
(“Groepen selecteren en afspelen
(Groepsselectiemodus)”, pagina 39)
om de inhoud ervan te controleren.
3 Duw de schuif naar x.
4 Druk op de Jog Dial als de recorder is
gestopt.
5 Draai aan de Jog Dial totdat “EDIT”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
6 Draai aan de Jog Dial totdat
“ :Erase” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
De groepsnaam, “GP Erase?” en
“PushENTER” verschijnen op het
uitleesvenster.
7 Druk op de Jog Dial om het item in te
voeren.
De groep is gewist.
Het wissen annuleren
• Op de recorder
Druk op CANCEL.
• Op de afstandsbediening
Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
65
Andere functies
Het alarm gebruiken
(Melodietimer)
U kunt het alarm zo instellen dat deze na
1 tot 99 minuten afgaat, waarbij u kunt
kiezen uit drie verschillende
alarmgeluiden.
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial als de recorder is
gestopt, afspeelt of pauzeert.
2 Draai aan de Jog Dial totdat “M-
TIMER” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “ON” op
het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
, licht op op het uitleesvenster en u
kunt het alarmgeluid selecteren.
4 Draai enkele malen aan de Jog Dial
om het alarmgeluid te selecteren en
druk vervolgens op de Jog Dial.
De volgende geluiden kunnen worden
geselecteerd.
5 Draai aan de Jog Dial om de alarmtijd
te selecteren.
Eén omwenteling van de bedienings-
knop zorgt ervoor dat de instelling
voor de alarmtijd (TIME:) met 1
minuut verspringt binnen een bereik
van 1 t/m 99 minuten. Om de tijd snel
te laten verspringen, moet u blijven
draaien aan de Jog Dial.
6 Druk op de Jog Dial.
De Melodietimer is ingesteld.
Als de recorder is gestopt of pauzeert,
wordt op het uitleesvenster de
resterende tijd tot het alarm
weergeven.
Op de afstandsbediening
1 Als de recorder is gestopt, afspeelt of
pauzeert, drukt u ten minste 2
seconden op DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “M-TIMER ”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op
x.
Jog Dial
DISPLAY
Bedieningsknop
x
Uitleesvenster Alarmgeluid
TIMER 1 Klassieke muziek 1
TIMER 2 Klassieke muziek 2
TIMER 3 Klassieke muziek 3
ON
TIMER 1
TIME:05
ON
TIMER 1
TIME:05
vervolgd
66
3 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “ON” op het
uitleesvenster knippert. Daarna drukt
u op
x.
, licht op op het uitleesvenster en u
kunt het alarmgeluid selecteren.
4 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop om het alarmgeluid
te selecteren en druk vervolgens
x.
Zie stap 4 van “Op de recorder” voor
de beschikbare alarmgeluiden.
5 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop om de verstreken
tijd te selecteren.
Eén omwenteling van de
bedieningsknop zorgt ervoor dat de
instelling voor de alarmtijd (TIME:)
met 1 minuut verspringt binnen een
bereik van 1 t/m 99 minuten. Als u de
tijd snel wilt veranderen, draait u de
bedieningsknop naar . of naar
N> en houdt deze vast.
6 Druk op x om het item in te voeren.
Het alarm is ingesteld.
Als de recorder is gestopt, wordt op
het uitleesvenster de resterende tijd
tot het alarm weergeven.
De resterende tijd tot het
alarm controleren tijdens het
afspelen
Volg nogmaals stap 1 t/m 3 op de recorder
of stap 1 t/m 4 op de afstandsbediening.
De resterende tijd en het geselecteerde
geluid verschijnen op het uitleesvenster.
Druk op CANCEL op de recorder of druk
ten minste 2 seconden op DISPLAY op de
afstandsbediening.
De alarminstelling annuleren
• Op de recorder
Druk op CANCEL.
• Op de afstandsbediening
Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
De Melodietimer annuleren
Selecteer “OFF” in stap 3.
Het alarm afzetten
Druk op een willekeurige toets. De
oorspronkelijke functie van de betreffende
toets wordt op dat moment niet
geactiveerd.
z
• Als u de procedure beëindigt na stap 3, wordt
automatisch de vorige alarminstelling
gebruikt.
• Als het alarm gedurende één minuut heeft
geklonken, stopt het automatisch en wordt de
alarminstelling geannuleerd. Als het alarm
afgaat terwijl de recorder in de stopstand staat,
wordt 10 seconden nadat het alarm is gestopt,
de stroom automatisch uitgeschakeld. Als het
alarm stopt terwijl er een MD wordt
afgespeeld, wordt het afspelen niet
onderbroken.
Opmerkingen
• De instellingen gaan verloren als u met
opnemen begint.
• De timer begint met aftellen (uitgaande van de
fabrieksinstelling) zodra u in stap
3 “ON”
selecteert. De recorder begint opnieuw met
aftellen zodra u in stap 5 de alarmtijd hebt
gewijzigd.
67
De instellingen per disc
apart opslaan (Persoon-
lijk discgeheugen)
De recorder kan de verschillende
instellingen voor elke disc apart opslaan.
Deze worden dan automatisch opgehaald
zodra de betreffende disc wordt geplaatst.
De volgende instellingen kunnen worden
opgeslagen:
• Volume
• Afspeelstand
• Groepsmodus
• Geprogrammeerd afspelen
• Geluidskwaliteit (Digitale
geluidsvoorkeuren)
• Afspeelsnelheid (Snelheidsinstelling)
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial als de recorder is
gestopt, afspeelt of pauzeert.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“PERSONAL” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
“Entry?” knippert op het
uitleesvenster.
3 Druk op de Jog Dial.
“Entry OK” verschijnt op het
uitleesvenster en de discinstellingen
worden in de recorder opgeslagen.
Op de afstandsbediening
1 Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY als de recorder is gestopt,
afspeelt of pauzeert.
2 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “PERSONAL”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op
x.
“Entry?” knippert op het
uitleesvenster.
3 Druk op x.
“Entry OK” verschijnt op het
uitleesvenster en de discinstellingen
worden in de recorder opgeslagen.
De discinformatie wissen
Op de recorder
1 Plaats een disc waarvan u de
informatie wilt wissen en controleer
de inhoud.
2 Volg stap 1 en 2 totdat “Erase?” op
het uitleesvenster knippert en druk
vervolgens op de Jog Dial.
“Erase OK” verschijnt op het
uitleesvenster en de discinformatie is
gewist.
Op de afstandsbediening
1 Plaats een disc waarvan u de
informatie wilt wissen en controleer
de inhoud.
2 Volg stap 1 en 2 totdat “Erase?” op
het uitleesvenster knippert en druk
vervolgens op
x.
Jog Dial
DISPLAY
Bedieningsknop
x
Entry?
Erase?
68
Opmerkingen
• Er kunnen instellingen voor maximaal 20
discs worden opgeslagen. Als dit maximum is
bereikt, worden de instellingen van de minst
gebruikte van de 20 discs vervangen, telkens
als u de instellingen van een extra disc opslaat.
• Als u aan een disc waarvan de instellingen op
een recorder zijn opgeslagen, muziekstukken
toevoegt of als u deze disc bewerkt (behalve
benoemen), wordt de disc niet langer door de
recorder herkent en is de opgeslagen
informatie onbruikbaar geworden. Sla in dat
geval de instellingen opnieuw op.
• Als u probeert discinformatie te wissen,
terwijl er voor de betreffende disc geen
discinformatie is opgeslagen, verschijnt
gedurende 2 seconden “No Entry!” op het
uitleesvenster.
Uw gehoor beschermen
(AVLS)
De AVLS automatische volumebegrenzer
(Automatic Volume Limiter System)
zorgt ervoor dat het volume beneden een
bepaald maximum blijft, om zo uw
gehoor te beschermen.
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“OPTION” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “AV L S ”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
4 Draai aan de Jog Dial totdat “AV L S
ON” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
Als u probeert het volume te hoog in
te stellen, verschijnt “AV L S ” op het
uitleesvenster. Het volume wordt op
een gematigd niveau gehouden.
Op de afstandsbediening
1 Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “OPTION” op
het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op x.
3 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “AV L S ” op het
uitleesvenster knippert. Daarna drukt
u op x.
4 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “AVLS ON ”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op x.
AVLS annuleren
Selecteer “AV L S O F F ” in stap 4.
Jog Dial
DISPLAY
Bedieningsknop
x
69
De pieptoon
uitschakelen
Via de recorder kunt u de pieptoon van de
recorder en de afstandsbediening
uitschakelen. Via de afstandsbediening
kunt u alleen de pieptoon van de
afstandsbediening uitschakelen.
Op de recorder
1 Druk op de Jog Dial.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“OPTION” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat “BEEP”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op de Jog Dial.
4 Draai aan de Jog Dial totdat “MAIN
UNIT” of “REMOTE” op het
uitleesvenster knippert. Daarna drukt
u op de Jog Dial.
MAIN UNIT: als u de pieptoon van
de recorder uitschakelt.
REMOTE: als u de pieptoon van de
afstandsbediening uitschakelt.
5 Draai aan de Jog Dial totdat “BEEP
OFF” op het uitleesvenster knippert.
Daarna drukt u op de Jog Dial.
Op de afstandsbediening
1 Druk ten minste 2 seconden op
DISPLAY.
2 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “OPTION” op
het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op x.
3 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “BEEP” op het
uitleesvenster knippert. Daarna drukt
u op x.
4 Draai enkele malen aan de
bedieningsknop totdat “BEEP OFF ”
op het uitleesvenster knippert. Daarna
drukt u op x.
De pieptoon aanzetten
• Op de recorder
Selecteer “BEEP ON” in stap 5.
• Op de afstandsbediening
Selecteer “BEEP ON” in stap 4.
Jog Dial
DISPLAY
Bedieningsknop
x
70
Het contrast van het
uitleesvenster regelen
(Contrastregeling)
Het is mogelijk om het contrast van het
uitleesvenster op de recorder te regelen.
1 Druk op de Jog Dial als de recorder is
gestopt.
2 Draai aan de Jog Dial totdat
“OPTION” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
3 Draai aan de Jog Dial totdat
“CONTRAST” op het uitleesvenster
knippert. Daarna drukt u op de Jog
Dial.
4 Draai aan de Jog Dial om het contrast
te regelen en druk vervolgens op de
Jog Dial.
Opmerking
Het is niet mogelijk om het contrast via de
afstandsbediening te regelen. Ook is het niet
mogelijk om het contrast van het uitleesvenster
van de afstandsbediening te regelen.
De bediening
vergrendelen (HOLD)
Deze functie gebruikt u om te voorkomen
dat de toetsen per ongeluk worden
bediend als u de recorder vervoert.
1 Schuif HOLD in de richting van de
..
Schuif HOLD op de recorder om de
bediening van de recorder te
vergrendelen. Schuif HOLD op de
afstandsbediening om de bediening
van de afstandsbediening te
vergrendelen.
De bediening ontgrendelen
Schuif HOLD tegen de richting van de
pijl in.
Jog Dial
HOLD
HOLD
71
Stroombronnen
U kunt de recorder via netspanning van
stroom voorzien, of op de hieronder
beschreven manier.
In de recorder …
— een oplaadbare nikkel-metallisch-
hydridebatterij NH-14WM
Met de meegeleverde batterijhouder ...
— Een droge LR6-alkalinebatterij (AA-
formaat)
Wanneer u lange tijd achter elkaar
opneemt, verdient het de voorkeur
gebruik te maken van netspanning.
De batterijen vervangen
Als de droge of oplaadbare batterij bijna
leeg is, knippert r op het uitleesvenster
of verschijnt “LOW BATT”. Vervang de
droge batterij of laad de oplaadbare
batterij op.
De indicatie van de batterijlading is niet
exact. Het is een benadering die afhangt
van de wijze waarop en de omstandig-
heden waarin de recorder is gebruikt.
Opmerking
Stop de recorder voordat u de batterij vervangt.
Gebruiksduur van de batterij
1)
Tijdens het opnemen
2)
(Eenheid: geschatte uren)(JEITA
3)
)
1)
De gebruiksduur van de batterij kan korter zijn
ten gevolge van de wijze waarop het apparaat
wordt gebruikt en de omgevingstemperatuur.
2)
Maak bij het opnemen gebruik van een
volledig geladen oplaadbare batterij. De
opnametijd hangt af van de alkalinebatterij die
u gebruikt.
3)
Meetwaarden conform de JEITA-standaard
(Japan Electronics and Information
Technology Industries Association).
Batterijen SP-
stereo
LP2-
stereo
LP4-
stereo
Oplaadbare
nikkel-
metallisch-
hydridebatterij
4)
4)
Als u een 100% geladen oplaadbare nikkel-
metalllisch-hydridebatterij (NH-14WM(A))
gebruikt.
12 17 21
Sony LR6
(SG)
5)
Droge alkaline-
batterij
5)
Met een droge alkalinebatterij, Sony LR6 (SG)
“STAMINA” (gemaakt in Japan).
12 19 23
Oplaadbare
nikkel-
metallisch-
hydridebatterij
4)
+ Eén LR6
(SG)
5)
30 43 52
Tijdens het afspelen
(Eenheid: geschatte uren)(JEITA
1)
)
Batterijen SP-
stereo
LP2-
stereo
LP4-
stereo
Oplaadbare
nikkel-
metallisch-
hydridebatterij
2)
30 38 42
Sony LR6
(SG)
3)
Droge alkaline-
batterij
44 52 62
Oplaadbare
nikkel-
metallisch-
hydridebatterij
2)
+ Eén LR6
(SG)
3)
79 95 110
1)
Meetwaarden conform de JEITA-standaard
(Japan Electronics and Information
Technology Industries Association).
2)
Als u een 100% geladen oplaadbare nikkel-
metalllisch-hydridebatterij (NH-14WM(A))
gebruikt.
3)
Met een droge alkalinebatterij, Sony LR6 (SG)
“STAMINA” (gemaakt in Japan).
72
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Veiligheid
Steek geen vreemde objecten in de DC IN 3V-
aansluiting.
Voedingsbronnen
• Gebruik netspanning, een oplaadbare nikkel-
metallisch-hydridebatterij, een LR6-batterij
(AA-formaat) of een autoaccu.
• Bij gebruik binnenshuis: Voor de meege-
leverde oplaadsteun dient u de meegeleverde
netspanningsadapter te gebruiken. Gebruik
geen andere netspanningsadapter, omdat de
recorder dan defect kan raken.
• Zorg ervoor dat u de netspanningsadapter
aansluit op een stopcontact die gemakkelijk te
bereiken is, en koppel deze snel los als er zich
een ongewone situatie voordoet.
• De recorder wordt voorzien van netspanning
zolang deze op het stopcontact is aangesloten,
zelfs als de recorder is uitgeschakeld.
• Als u deze recorder voor een lange periode
niet gebruikt, zorg dan dat de
stroomvoorziening is afgesloten (de
netspanningsadapter, de droge batterij, de
oplaadbare batterij of de accukabel). Als u de
netspanningsadapter uit het stopcontact haalt,
trek dan aan de adapterstekker zelf; trek nooit
aan het snoer.
Warmtevorming
Wanneer de recorder lange tijd achter elkaar
wordt gebruikt, kan zich warmte ophopen in het
apparaat. Dit is echter geen storing.
Opstelling
• Gebruik de recorder niet onder
omstandigheden met extreem veel licht,
warmte, vocht of trillingen.
• Wikkel de recorder niet ergens in als deze
wordt gebruikt met een netspanningsadapter.
Er hoopt zich dan warmte op waardoor er
storingen of schade kunnen ontstaan.
Koptelefoon/oortelefoon
Verkeersveiligheid
Maak geen gebruik van de koptelefoon/
oortelefoon tijdens het autorijden, fietsen of het
bedienen van een gemotoriseerd voertuig.
Hierdoor kunnen verkeersongevallen ontstaan.
Bovendien is het in veel landen verboden om in
het verkeer een koptelefoon te dragen. Verder
kan het gevaarlijk zijn om tijdens het lopen uw
recorder met een hoog geluidsvolume af te
spelen, met name bij voetgangersoversteek-
plaatsen. U dient in deze gevallen uiterste
voorzichtigheid te betrachten of de recorder te
stoppen bij situaties die gevaar op kunnen
leveren.
Gehoorbeschadiging voorkomen
Gebruik de koptelefoon/oortelefoon niet met
het hoogste geluidsvolume. Gehoorexperts
raden het af om vaak gedurende lange tijd naar
harde muziek te luisteren. Als u merkt dat uw
oren gaan suizen, stel dan het geluidsvolume
lager in of stop met luisteren.
Rekening houden met anderen
Houd het geluid op een gematigd
volumeniveau. U bent dan in staat om geluiden
van buiten op te vangen en u houdt dan
rekening met anderen.
De MiniDisc-behuizing
• Wanneer u een MiniDisc vervoert of opbergt,
doe hem dan in het daarvoor bestemde doosje.
• Verbreek de sluiting van de behuizing niet.
• Leg de MiniDisc niet op plaatsen waar deze
wordt blootgesteld aan licht, extreme hitte,
vocht of stof.
• Bevestig het meegeleverde MD-label alleen
op de hiervoor bestemde plaats op de disc en
niet op een ander deel van het oppervlak.
De houder voor droge
batterijen
De meegeleverde houder voor droge batterijen
is uitsluitend voor deze recorder ontworpen.
Reinigen
• Reinig de behuizing van de recorder met een
zachte doek die licht is bevochtigd met water
of een oplossing met een mild schoonmaak-
middel. Gebruik geen enkel type schuurspons,
schuurpoeder of oplossingen met alcohol of
benzeen, aangezien hierdoor de afwerking van
de behuizing kan worden aangetast.
• Verwijder vuil van de MiniDisc-behuizing
met een droge doek.
Polariteit van de
stekker
73
• Stof op de lens kan het goed functioneren van
het apparaat belemmeren. Zorg er daarom
voor dat u het deksel van het discgedeelte sluit
als u er een MD in hebt gedaan of eruit hebt
gehaald.
• Veeg de stekkers van de koptelefoon/
oortelefoon of de afstandsbediening af met
een droge doek voor een optimale
geluidskwaliteit. Vuile stekkers kunnen het
geluid vervormen of onderbrekingen in het
geluid veroorzaken.
Opmerkingen over de
batterijen
Bij onjuist gebruik van de batterijen kan er
lekkage van batterijvloeistof ontstaan of kunnen
de batterijen scheuren. Om dit te voorkomen,
dient u de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht te nemen:
• Plaats de batterijen met de + en – in de juiste
positie.
• Probeer geen droge batterijen op te laden.
• Verwijder de batterijen als de recorder
gedurende langere tijd niet wordt gebruikt.
• Als een batterij lek is, veegt u de
batterijvloeistof voorzichtig en grondig uit de
batterijbehuizing, voordat u nieuwe batterijen
plaatst.
Opmerking over mechanische
bijgeluiden
Als de recorder in werking is, worden er
mechanische bijgeluiden geproduceerd.
Deze worden veroorzaakt door het energie-
besparingssysteem van de recorder en vormen
geen probleem.
Een opgenomen MD beveiligen
Om een MD tegen opnemen te beveiligen, dient
u het nokje aan de zijkant van de MD open te
schuiven. In deze stand kan op de MD niet
worden opgenomen. Als u weer wilt opnemen,
zet u het nokje terug zodat deze weer zichtbaar
is.
Opmerking over digitaal
opnemen
Deze recorder maakt gebruik van het Serial
Copy Management System, waardoor er alleen
digitale opnamen gemaakt kunnen worden van
voorbespeelde MD’s. Wanneer u een
zelfopgenomen MD kopieert, kan dat alleen via
de analoge aansluitingen (lijnuitgang).
Achterzijde van
de MD
Opnamen zijn niet
beveiligd.
Nokje
Opnamen zijn
beveiligd.
Voorbespeelde media zoals CD’s of
MD’s.
Digitale opnamen
Zelfopge-
nomen
MD
Geen
digitale
opnamen
Onbespeelde
MD
vervolgd
74
Onderhoud
Maak de contactpunten van tijd tot tijd schoon
met een wattenstaafje of een zachte doek, zoals
hieronder is afgebeeld.
Als u vragen of problemen hebt met betrekking
tot uw recorder, neem dan contact op met de
dichtstbijzijnde Sony-dealer. (Als het probleem
zich heeft voorgedaan terwijl de disc zich in
recorder bevond, raden we u aan om de disc in
het apparaat te laten zitten wanneer u uw Sony-
dealer raadpleegt, zodat de oorzaak van het
probleem beter kan worden achterhaald.)
Microfoon, platenspeler, tuner enz. (met
analoge uitgangen).
Analoog opnemen
Geen
digitale
opnamen
Onbespeelde
MD
Digitale opnamen
Zelfopgenomen MD
Onbespeelde
MD
Contact-
punten
Contactpunt van
de aansluiting
Contactpunt van de
aansluiting
75
Systeembeperkingen
Het opneemsysteem van uw MiniDisc-recorder verschilt aanzienlijk van dat van cassette-
en DAT-decks. Een en ander wordt gekenmerkt door de hieronder beschreven beperkingen.
Deze beperkingen zijn overigens inherent aan het MD-opneemsysteem en hebben geen
mechanische oorzaak.
Probleem Oorzaak
“TR FULL” verschijnt nog
voordat de disc de maximale
opnametijd (60, 74 of 80
minuten) heeft bereikt, en er
kan niet worden opgenomen.
Als er 254 muziekstukken op de disc zijn opgenomen,
verschijnt “TR FULL”, ongeacht de verstreken opnametijd.
Op de disc kunnen niet meer dan 254 muziekstukken
worden opgenomen. Als u door wilt gaan met opnemen,
moet u overbodige muziekstukken wissen.
“TR FULL” verschijnt nog
voordat de disc het
maximale aantal muziek-
stukken of de maximale
opnametijd heeft bereikt.
Herhaaldelijk opnemen en wissen kan fragmentatie en
verspreiding van gegevens tot gevolg hebben. Hoewel deze
verspreide gegevens kunnen worden gelezen, wordt ieder
fragment aangemerkt als een muziekstuk. Op deze manier
kan het aantal van 254 muziekstukken worden bereikt,
waardoor verder opnemen niet mogelijk is. Als u door wilt
gaan met opnemen, moet u overbodige muziekstukken
wissen.
Muziekstukmarkeringen
kunnen niet worden gewist.
Hoewel er vele korte
muziekstukken zijn gewist,
neemt de resterende
opnametijd niet toe.
Wanneer de gegevens van een muziekstuk zijn gefrag-
menteerd, is het niet mogelijk om een muziekstukmark-
ering te verwijderen van een fragment dat korter duurt dan
12 seconden (opname in SP-stereo), 24 seconden (opname
in LP2-stereo of mono) of 48 seconden (opname in LP4-
stereo). Het is niet mogelijk om muziekstukken die in
verschillende opnamestanden zijn opgenomen, te
combineren, bijvoorbeeld een muziekstuk dat in stereo is
opgenomen en een muziekstuk dat in mono is opgenomen;
het is ook niet mogelijk om een muziekstuk dat is
opgenomen met een digitale verbinding, samen te voegen
met een muziekstuk dat met een analoge verbinding is
opgenomen.
Muziekstukken die korter duren dan 12, 24 of 48 seconden,
worden niet meegeteld, zodat het wissen ervan niet
resulteert in een toename van de resterende opnametijd.
De totale opnametijd en
resterende opnametijd
tezamen blijven onder de
maximale opnametijd van de
disc (van 60, 74 of 80
minuten).
Gewoonlijk wordt het opnemen gedaan in eenheden van
ongeveer 2 seconden (in SP-stereo), 4 seconden (in LP2-
stereo of mono) of 8 seconden (in LP4-stereo). Wanneer de
opname stopt, verbruikt de laatst opgenomen eenheid altijd
deze complete eenheid van 2, 4 of 8 seconden, ook al duurt
de daadwerkelijke opname minder lang. Ook wanneer de
opname na een stop wordt hervat, voegt de recorder
automatisch een lege ruimte van 2, 4 of 8 seconden in
voordat de nieuwe opname begint. (Dit wordt gedaan om te
voorkomen dat een voorgaand muziekstuk per ongeluk
wordt gewist wanneer er een nieuw muziekstuk wordt
gestart.) Telkens wanneer een opname wordt gestopt, neemt
de potentiële opnametijd dus af met maximaal 6, 12 of 24
seconden.
76
Tijdens het zoeken kan er bij
de bewerkte muziekstukken
geluidsuitval optreden.
Door de fragmentatie van gegevens kan er tijdens het
zoeken geluidsuitval optreden, omdat de muziekstukken dan
op een hogere snelheid worden afgespeeld dan normaal.
Een muziekstuk kan niet bij
een nieuwe groep worden
opgenomen. Een nieuwe
groep kan niet worden
gecreeerd.
Groepsinformatie is weggeschreven op een gebied waar de
discnaam is opgeslagen. De discnaam en de muziek-
stuknamen worden in hetzelfde gedeelte opgenomen, waar
maximaal 1 700 tekens kunnen worden opgeslagen. Als dit
aantal wordt overschreden, kan er geen nieuwe groep
worden gecreëerd, zelfs niet als de groepsmodus is
ingeschakeld. Het is op dit moment bovendien onmogelijk
nieuwe groepsinstellingen te maken.
De afspeeltijd van een
muziekstuk dat van de
computer afkomstig is, wijkt
af van de tijd die op de
computermonitor wordt
aangegeven.
Dat komt doordat de recorder en de computer verschillende
berekeningswijzen hanteren.
Het is niet mogelijk om
muziekstukken van de
computer naar de recorder
over te brengen als daarmee
de resterende opnametijd
van de disc volledig wordt
opgevuld. (Het is bijvoor-
beeld niet mogelijk om
muziekstukken met een
totale lengte van 160
minuten vanaf de computer
over te brengen op een MD
van 80 minuten in de LP2-
stereostand.)
De minimale opnametijd op een disc bedraagt normaal 2
seconden in de stereostand, 4 seconden in de LP2-
stereostand en 8 seconden in de LP4-stereostand. Als u een
muziekstuk overbrengt vanaf uw computer heeft de recorder
voor één muziekstuk een ruimte van 2 (of 4 of 8) seconden
nodig ook al is het muziekstuk korter dan 2 (of 4 of 8)
seconden. Ook voegt de recorder tijdens het overbrengen
een ruimte toe van 2 (of 4 of 8) seconden tussen de
muziekstukken, om te voorkomen het vorige muziekstuk per
ongeluk wordt overschreven. Hierdoor heeft de recorder
voor elk muzieksstuk 6 (of 12 of 24) seconden extra nodig.
Dit vermindert tijdens het overbrengen de maximale
opneemtijd voor elk muziekstuk met 6 (of 12 of 24)
seconden.
Het is niet mogelijk om
muziekstukken te wissen die
vanaf de computer op de disc
zijn overgebracht.
Als een u muziekstuk wilt wissen dat vanaf de computer op
de disc is overgebracht, moet u het muziekstuk eerst
terugplaatsen en vervolgens kunt u het met behulp van de
OpenMG Jukebox-software wissen.
Als de netspanningsadapter
is aangesloten blijft het
uitleesvenster van de
recorder enige tijd zwak
verlicht, ook nadat de
recorder is gestopt.
Om de oplaadtijd op de USB-houder te kunnen berekenen,
gaat de recorder pas 3 minuten nadat deze is gestopt, uit.
Probleem Oorzaak
77
Verhelpen van storingen
Als een probleem zich blijft voordoen nadat u de onderstaande punten hebt gecontroleerd,
raadpleeg dan de dichtstbijzijnde Sony-dealer. Zie ook “Meldingen” (pagina 89).
Probleem Oorzaak/Oplossing
De recorder doet
het niet of matig.
• De audiobronnen zijn wellicht niet goed aangesloten.
, Koppel de audiobronnen los en sluit ze opnieuw aan (pagina 18,
27).
• De HOLD-functie is ingeschakeld (op het uitleesvenster verschijnt
“HOLD” als u op een recordertoets drukt).
, Schakel HOLD op de recorder uit door de HOLD-schakelaar
tegen de richting van de pijl in te schuiven (pagina 15, 70).
• Het deksel is niet goed gesloten.
, Sluit het deksel totdat deze klikt. Druk vervolgens op OPEN om
het deksel te openen.
• Er is vochtcondensatie in de recorder opgetreden.
, Haal de MD eruit en laat de recorder enkele uren op een warme
plaats liggen totdat het vocht is verdampt.
• De oplaadbare of droge batterij is bijna leeg (“LOW BATT”
knippert of er verschijnt niets op het uitleesvenster).
, Laad de oplaadbare batterij op, vervang de droge batterij
(pagina 14) of sluit de meegeleverde netspanningsadapter aan op
de recorder.
• De oplaadbare of droge batterij is onjuist geplaatst.
, Plaats de batterij op de juiste wijze (pagina 13).
• U hebt bij het opnemen vanaf een draagbare CD-speler geen
gebruikgemaakt van netstroom of u hebt de stabiliseerfunctie,
bijvoorbeeld ESP, niet uitgeschakeld (pagina 21).
• De analoge opname is gemaakt via een aansluitkabel met een
signaalverzwakker.
, Gebruik een aansluitkabel zonder signaalverzwakker
(pagina 27).
• De netspanningsadapter is tijdens het opnemen losgekoppeld of er
heeft zich een stroomonderbreking voorgedaan.
• De recorder heeft tijdens het opnemen een mechanische schok
ondergaan of last gehad van te veel statische ruis, abnormale
spanning ten gevolge van bliksem, enz.
, Begin als volgt opnieuw met opnemen.
1 Sluit alle voedingsbronnen af.
2 Laat de recorder ongeveer 30 seconden met rust.
3 Sluit de stroomvoorziening aan.
• De disc is beschadigd of bevat niet de juiste opname- of
bewerkingsgegevens.
, Plaats de disc terug. Maak een nieuwe opname op de disc. Als de
foutmelding nog steeds verschijnt, vervang de disc dan door een
andere.
• Het opnameniveau is te laag om op te nemen (als u handmatig
opneemt).
, Pauzeer de recorder en regel het opnameniveau.
78
De recorder doet
het niet of matig.
• De recorder wordt bediend terwijl deze op de oplaadsteun is
geplaatst.
, Haal de recorder van de oplaadsteun.
• U hebt geprobeerd om tijdens het instellen van het programma de
groepsmodus in te schakelen.
, Schakel de groepsmodus in voordat u een programma instelt.
• Er is een interne storing in het systeem.
, Verwijder de recorder uit de USB-houder, start uw computer
opnieuw op, en plaats de recorder terug op de USB-houder.
De recorder werkt
niet terwijl deze
op de computer is
aangesloten.
• De computer herkent de recorder niet.
, Controleer of de recorder correct is aangesloten.
, Plaats de recorder correct op de USB-houder.
, Installeer het stuurprogramma op correcte wijze op uw
computer.
, Installeer eerst de OpenMG-software op uw computer, en sluit
vervolgens de recorder aan.
De recorder
overschrijft
bestaand
materiaal tijdens
het opnemen.
• De beginpositie van de opname (“REC-Posi”) is ingesteld op “From
Here”.
, Stel “REC-Posi” in op “From End”.
“NO SIGNAL”
verschijnt op het
uitleesvenster
tijdens het
opnemen vanaf
een draagbare
CD-speler.
• Er komt geen digitaal signaal van de draagbare CD-speler.
, Als u een digitale opname maakt vanaf een draagbare CD-speler,
gebruik dan een netspanningsadapter en schakel de
stabiliseerfunctie op de CD-speler (bijvoorbeeld ESP) uit
(pagina 21).
Na het opnemen
bevindt er zich
geen opname op
de MD.
• De netspanningsadapter was losgekoppeld of er heeft zich tijdens
het opnemen een stroomstoring voorgedaan.
Het deksel gaat
niet open.
• De voedingsbronnen zijn tijdens het opnemen of bewerken
losgekoppeld, of de batterij is leeggeraakt.
, Sluit de voedingsbronnen weer aan of vervang de leeggeraakte
batterij.
• De overdracht van of naar de computer is niet voltooid.
, Als het dialoogvenster van het beeldscherm van uw computer is
verdwenen en het uitleesvenster van de recorder geeft aan dat de
recorder is gestopt, schuift u de schuifknop op de recorder naar
x. Vervolgens neemt u de recorder uit de USB-houder.
Probleem Oorzaak/Oplossing
79
Er komt geen
geluid uit de
koptelefoon/
oortelefoon.
• De stekker van de koptelefoon/oortelefoon is niet goed aangedrukt.
, Sluit de stekker van de koptelefoon/oortelefoon goed aan op de
afstandsbediening. Sluit de stekker van de afstandsbediening
goed aan op i/LINE OUT.
• De stekker is vuil.
, Reinig de stekker.
• De “AUDIO OUT”-instelling voor de i/LINE OUT-aansluiting
staat op “LINE OUT”.
, Stel deze in op “HeadPhone”.
Het volume kan
niet worden
opgevoerd.
• AVLS is ingeschakeld.
, Hef de AVLS-instelling op (pagina 68).
Een MD wordt
niet normaal
afgespeeld.
• De afspeelstand is gewijzigd.
, Gebruik de Jog Dial op de recorder of druk op RPT/ENT op de
afstandsbediening om terug te keren naar de normale
afspeelstand.
Een MD wordt
niet afgespeeld
vanaf het eerste
muziekstuk.
• Het afspelen van de disc is gestopt voordat het laatste muziekstuk is
bereikt.
, Druk ten minste 2 seconden op N om het afspelen te starten, of
druk de bedieningsknop op de afstandsbediening enkele malen
naar ..
• De groepsmodus is ingeschakeld.
, Schakel de groepsmodus uit en speel af vanaf het eerste
muziekstuk (druk ten minste 2 seconden op N om met afspelen
te beginnen, of druk de bedieningsknop op de afstandsbediening
enkele malen naar .).
• De discinformatie is opgeslagen in het Persoonlijk discgeheugen.
, Wis de discinformatie uit het Persoonlijk discgeheugen.
Het geluid slaat
over bij het
afspelen.
• De recorder is ergens geplaatst waar hij voortdurend blootstaat aan
trillingen.
, Zet de recorder op een stabiele plaats.
• Een zeer kort muziekstuk kan ervoor zorgen dat het geluid overslaat.
, Probeer geen muziekstukken op te nemen die korter zijn dan één
seconde.
Het geluid bevat
veel statische ruis.
• Sterke magnetische velden van televisietoestellen e.d. verstoren de
werking van de recorder.
, Houd de recorder verwijderd van een bron met sterke
magnetische velden.
De oplaadbare
batterij begint niet
met opladen. De
oplaadbare
batterij kan niet
volledig worden
opgeladen.
• De oplaadbare batterij is onjuist geplaatst of de netspanningsadapter
is onjuist aangesloten.
, Plaats de batterij op de juiste wijze of sluit de
netspanningsadapter goed aan.
• De contactpunten van de oplaadsteun zijn vuil.
, Reinig de contactpunten met een droge doek (pagina 74).
Probleem Oorzaak/Oplossing
80
De klok loopt
achter of het
uitleesvenster
knippert.
De opnamedatum
is niet op de disc
vastgelegd.
• De ingebouwde batterij voor de klok is bijna leeg.
, Sluit de netspanningsadapter aan op DC IN 3V op de recorder en
op het stopcontact om de interne batterij op te laden. Stel na het
opladen de klok opnieuw in (pagina 36). Denk eraan dat onder
normale omstandigheden de klok ongeveer 2 minuten per maand
voor of achter kan lopen.
• De klok is niet ingesteld.
, De klok instellen (pagina 36).
VOLUME +/– of
Digtale geluids-
voorkeuren werkt
niet of er is ruis
hoorbaar.
• De “AUDIO OUT”-instelling staat op “LINE OUT”.
, Stel “AUDIO OUT” in op “HeadPhone”(pagina 25).
De disc kan niet
op een ander
apparaat worden
bewerkt.
• LP2- en LP4-stereo worden niet door het betreffende apparaat
ondersteund.
, Voer de bewerking uit op een ander apparaat dat LP2- en LP4-
stereo wel ondersteunt.
Er is een
kortstondig
bijgeluid te horen.
• Door de speciale audiocompressietechnologie die bij LP4-opnamen
wordt gebruikt, kan het in zeer zeldzame gevallen voorkomen dat er
bij bepaalde geluidsbronnen een kortstondig bijgeluid wordt
geproduceerd.
, Neem op in de normale stereostand of in de LP2-stereostand.
De groepsfunctie
(groepsmodus/
groepsselectie-
modus) doet het
niet.
• U hebt geprobeerd om de groepsmodus in te schakelen (“No Group”
verschijnt) bij een disc zonder groepsinformatie.
, Gebruik een disc met groepsinformatie.
• U hebt geprobeerd de groepsmodus in te schakelen, terwijl u bezig
was met het instellen van geprogrammeerd afspelen.
, Schakel de groepsmodus in voordat u geprogrammeerd afspelen
instelt.
Het uitleesvenster
functioneert niet
naar behoren.
• De recorder is losgekoppeld geweest van de stroombron.
, Laat de recorder even met rust of ontkoppel de stroombron en
sluit deze opnieuw aan. Druk daarna op een willekeurige toets.
Het overgedragen
muziekstuk wordt
niet op de MD
opgeslagen.
• U hebt tijdens het overdragen de recorder uit de USB-houder
genomen.
, Verwijder de recorder beslist niet uit de USB-houder voordat de
overdracht is voltooid en de recorder is gestopt.
Probleem Oorzaak/Oplossing
81
De menu’s
Menufuncties
Druk op de Jog Dial op de recorder of druk ten minste 2 seconden op DISPLAY op de
afstandsbediening om een menu te openen.
Menu op de
recorder
1)
Menu op de
afstandsbe-
diening
1)
Functies
EDIT EDIT Bewerkingen selecteren (muziekstukken, discs of
groepen benoemen, wissen enz.) (page 49 t/m 61, 63 en
64).
DISPLAY — De verstreken afspeeltijd, de resterende afspeeltijd enz.
weergeven (page 36 en 45).
PLAY MODE — De afspeelstand selecteren (herhaald afspelen, shuffle
enz.) (pagina 40).
RecVolume — Automatische of handmatige opnameniveauregeling
selecteren (pagina 34).
REC MODE — De opnamestand selecteren (SP-stereo, LP2-stereo,
LP4-stereo of mono) (pagina 28).
M-TIMER M-TIMER Het alarm instellen (Melodietimer) (pagina 65).
AUDIO OUT — De i/LINE OUT-uitgang selecteren (pagina 47).
SOUND —“SOUND 1” of “SOUND 2” (Digitale
geluidsvoorkeuren) selecteren (pagina 42).
— SPEED De afspeelsnelheid tijdens het afspelen wijzigen
(pagina 44).
— GROUP De groepsfunctie in- en uitschakelen (pagina 30).
PERSONAL PERSONAL Discinformatie in het persoonlijke discgeheugen
opslaan of verwijderen (pagina 67).
SYNC REC —“SYNC ON” of “SYNC OFF” voor synchroonopnamen
selecteren (pagina 18).
TIME MARK — Automatische tijdmarkering instellen (pagina 33).
MIC SENS — De microfoongevoeligheid selecteren (pagina 32).
— SEARCH Indexzoeken (zoeken terwijl u de namen of nummers
van de muziekstukken in de gaten houdt) of Tijdzoeken
(zoeken terwijl u de verstreken tijd in de gaten houdt)
selecteren (pagina 38).
82
OPTION OPTION • AVLS (Automatic Volume Limiter System) — “AV L S
ON” of “AVL S OF F ” selecteren (pagina 68).
• BEEP — “BEEP ON” of “BEEP OFF” op de recorder
selecteren voor zowel “MAIN UNIT” als “REMOTE”.
“BEEP ON” of “BEEP OFF” selecteren op de
afstandsbediening (pagina 69).
—•REC-Posi — Beginpunt selecteren tijdens het
opnemen (pagina 32).
• LP Stamp — “Stamp ON” (“LP:” wordt aan het begin
van de muziekstuknaam toegevoegd) of “Stamp OFF”
selecteren (pagina 28).
• CONTRAST — Het contrast van het uitleesvenster
regelen (pagina 70).
• CLOCK SET — De klok instellen (pagina 37).
1)
De menu-items waar u uit kunt kiezen, variëren afhankelijk van het al dan niet actief zijn van de
groepsmodus of van de bedieningsstatus van de recorder.
z
Voor de menufuncties DISPLAY (pagina 36 en 46), PLAYMODE (pagina 41), RPT (herhalen)
(pagina 40) en SOUND (pagina 42) op de afstandsbediening, kunt u de desbetreffende toetsen
gebruiken.
Menu op de
recorder
1)
Menu op de
afstandsbe-
diening
1)
Functies
83
Overzicht van de menu’s op de recorder
Op deze en volgende pagina’s vindt u voor elke bedieningsstatus de menu-items die op de
recorder beschikbaar zijn. Elk schema laat verschillende menu’s en menu-items zien die op
elk menuniveau kunnen worden geselecteerd. Zie “Menufuncties” (pagina 81) voor meer
informatie over de menubewerkingen. De menu’s en menu-items worden afwisselend op
het uitleesvenster weergegeven.
Beschikbare menu’s en menu-items als de recorder is gestopt
:Name
EDIT
:Set :Release
1)
Name Bank BankErase
:Erase
1)
:Erase
Shuf. Rep
LapTime
DISPLAY
RecRemain GP Remain
1)
AllRemain Clock
SOUND OFF
SOUND
SOUND 1 SOUND 2
HeadPhone
AUDIO OUT
LINE OUT
2)
OFF
M-TIMER
ON
Normal
PLAY MODE
AllRepeat 1 Track 1 Repeat
PGMRepeat PGM
TIMER 3
TIMER 1 TIMER 2
Shuffle
SP
REC MODE
LP2 LP4 MONO
, : Op de Jog Dial drukken
h : Aan de Jog Dial draaien
(pagina 65)
(pagina 42)
vervolgd op de volgende pagina
84
1)
Verschijnt alleen als groepsmodus is ingeschakeld en er een groep is geselecteerd.
2)
Verschijnt niet als de meegeleverde afstandsbediening is verbonden met de i/LINE OUT-aansluiting.
3)
Kan alleen worden geselecteerd als de groepsmodus is uitgeschakeld.
Druk op CANCEL op de recorder als u een menubewerking wilt annuleren.
AVLS
OPTION
BEEP REC-Posi
3)
LP Stamp
AVLS OFF AVLS ON
MAIN UNIT REMOTE
From Here From End
BEEP ON BEEP OFF BEEP ON BEEP OFF
Stamp ON Stamp OFF
CONTRAST
SYNC OFF
SYNC REC
SYNC ON
MIC SENS
CLOCK SET
SENS HIGH SENS LOW
Entry?
PERSONAL
Erase?
, : Op de Jog Dial drukken
h : Aan de Jog Dial draaien
vervolgd van de vorige pagina
(pagina 70)
(pagina 36)
85
Beschikbare menu’s en menu-items als de recorder afspeelt
1)
Verschijnt alleen als een muziekstuk met groepsinstelling wordt gespeeld terwijl de recorder nog in
groepsmodus staat.
2)
Verschijnt niet als de meegeleverde afstandsbediening is verbonden met de i/LINE OUT-aansluiting.
Druk op CANCEL op de recorder als u een menubewerking wilt annuleren.
MAIN UNIT REMOTE
BEEP ON BEEP OFF BEEP ON BEEP OFF
:Name
EDIT
Name Bank
AVLS
OPTION
BEEP
AVLS OFF AVLS ON
Entry?
PERSONAL
Erase?
:Erase
Shuf. Rep
LapTime
DISPLAY
1 Remain GP Remain
1)
:Name
1)
AllRemain RecDate
SOUND OFF
SOUND
SOUND 1 SOUND 2
AUDIO OUT
HeadPhoneLINE OUT
2)
OFF
M-TIMER
ON
Normal
PLAY MODE
AllRepeat 1 Track 1 Repeat
PGMRepeat PGM
TIMER 3
TIMER 1 TIMER 2
Shuffle
:Move
:Move
1)
, : Op de Jog Dial drukken
h : Aan de Jog Dial draaien
(pagina 42)
(pagina 65)
86
Beschikbare menu’s en menu-items als de recorder opneemt
1)
Verschijnt alleen als de recorder zich in groepsmodus bevindt.
2)
Verschijnt alleen als de recorder in de opnamepauzestand staat.
3)
Verschijnt niet als de meegeleverde afstandsbediening is verbonden met de i/LINE OUT-aansluiting.
Druk op CANCEL op de recorder als u een menubewerking wilt annuleren.
:Name
EDIT
Name Bank
AVLS
OPTION
AVLS OFF AVLS ON
OFF
TIME MARK
5 min. ON 10 min. ON 15 min. ON
SYNC OFF
SYNC REC
MIC SENS
SYNC ON
SENS HIGH SENS LOW
LapTime
DISPLAY
RecRemain Clock
:Name
1)
SOUND OFF
SOUND
SOUND 1 SOUND 2
AUDIO OUT
HeadPhone
LINE OUT
3)
SP
REC MODE
2)
LP2 LP4 MONO
Auto REC
RecVolume
2)
ManualREC
:Name
, : Op de Jog Dial drukken
h : Aan de Jog Dial draaien
(pagina 42)
87
Overzicht van de menu’s op de afstandsbediening
Op deze en volgende pagina’s vindt u voor elke bedieningsstatus de menu-items die op de
afstandsbediening beschikbaar zijn. Elk schema laat verschillende menu’s en menu-items
zien die op elk menuniveau kunnen worden geselecteerd. Zie “Menufuncties” (pagina 81)
voor meer informatie over de menubewerkingen. De menu’s en menu-items worden
afwisselend op het uitleesvenster weergegeven.
Beschikbare menu’s en menu-items als de recorder is gestopt
1)
Verschijnt alleen als groepsmodus is ingeschakeld en er een groep is geselecteerd.
Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY op de afstandsbediening om een
menubewerking te annuleren.
BEEP ON BEEP OFF
EDIT
GPRelease
1)
Name Bank BankErase
GROUP OFF
GROUP
GROUP ON
OFF
M-TIMER
ON
TIMER 3
TIMER 1 TIMER 2
AVLS
OPTION
BEEP
AVLS OFF AVLS ON
Index
SEARCH
Time
Entry?
PERSONAL
Erase?
:Name
GP:Set
(pagina 65)
, : Op x drukken
h : Aan de bedieningsknop draaien
88
Beschikbare menu’s en menu-items als de recorder afspeelt
1)
Verschijnt alleen als een muziekstuk met groepsinstelling wordt gespeeld terwijl de recorder nog in
groepsmodus staat.
Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY op de afstandsbediening om een
menubewerking te annuleren.
Beschikbare menu’s en menu-items als de recorder opneemt
1)
Verschijnt alleen als de recorder in groepsmodus staat.
Druk ten minste 2 seconden op DISPLAY op de afstandsbediening om een
menubewerking te annuleren.
:Name
EDIT
GP:Name
1)
:Move GP:Move
1)
Name Bank
GROUP OFF
GROUP
GROUP ON
SPEED
OFF
M-TIMER
ON
TIMER 3
TIMER 1 TIMER 2
AVLS
OPTION
BEEP
Index
SEARCH
Time
Entry?
PERSONAL
Erase?
:Erase
AVLS OFF AVLS ON BEEP ON BEEP OFF
(pagina 65)
(pagina 44)
, : Op x drukken
h : Aan de bedieningsknop draaien
:Name
EDIT
GP:Name
1)
Name Bank:Name
, : Op x drukken
h : Aan de bedieningsknop draaien
89
Meldingen
Als de volgende foutmeldingen op het uitleesvenster knipperen, raadpleeg dan onderstaand
overzicht.
Foutmelding Betekenis/Oplossing
BANK FULL • De opgeslagen tekens in het tekstgeheugen hebben het aantal van
400 bereikt.
, Verwijder enkele teksten uit de namenbank en voer vervolgens
de nieuwe tekst nogmaals in.
BLANKDISC • Er is een lege MD geplaatst.
BUSY • U hebt geprobeerd de recorder te bedienen terwijl deze bezig was
de opgenomen gegevens te lezen.
, Wacht tot de melding weer verdwijnt (in zeldzame gevallen
kan dit enkele minuten vergen).
Data Save • De MD-speler is bezig om informatie (geluiden) vanuit het
geheugen op de disc op te nemen.
, Wacht totdat dit proces is voltooid. Zorg ervoor dat de speler
niet blootstaat aan fysieke schokken en dat de
stroomvoorziening niet wordt onderbroken.
DISC FULL • De resterende opnametijd op de disc is 12 seconden (SP-stereo),
24 seconden (LP2-stereo of mono), 36 seconden (LP4-stereo) of
minder.
, Vervang de disc.
EMPTY • U hebt geprobeerd gegevens uit de namenbank te wissen terwijl er
geen gegevens waren opgeslagen.
Hi DC in • Het voltage van de stroomvoorziening is te hoog (er is geen
gebruikgemaakt van de meegeleverde netspanningsadapter of van
de aanbevolen autoaccukabel).
, Gebruik de meegeleverde netspanningsadapter of de
aanbevolen autoaccukabel.
HOLD • De recorder is vergrendeld.
, Ontgrendel de recorder door HOLD tegen de richting van de
pijl te schuiven (pagina 70).
LINE OUT • U hebt op VOLUME +/– gedrukt, terwijl de “AUDIO OUT”-
instelling op “LINE OUT” stond.
, Gebruik de Jog Dial om de “AUDIO OUT”-instelling op
“HeadPhone” (pagina 25) te zetten.
LOW BATT • De batterijen zijn bijna leeg.
, Laad de oplaadbare batterij op of vervang de droge batterij
(pagina 71).
90
MEM OVER • U hebt geprobeerd op te nemen terwijl de recorder zich op een
plaats bevond waar deze continu aan trillingen stond blootgesteld.
, Zet de recorder op een stabiele plaats en begin opnieuw met
opnemen.
MENU • U hebt een toets op de afstandsbediening ingedrukt terwijl u op de
recorder een menu hebt geselecteerd. U hebt een toets op de
recorder ingedrukt terwijl u op de afstandsbediening een menu
hebt geselecteerd.
NAME FULL • U hebt geprobeerd een naam van meer dan 200 tekens in te voeren
voor één muziekstuk, groep of disc.
• U hebt geprobeerd in totaal meer dan ongeveer 1 700 tekens in te
voeren voor de namen van de muziekstukken en de naam van de
disc.
, Voer een kortere naam in voor het muziekstuk, de groep of de
disc (pagina 48), of zet de “LP Stamp”-instelling op “Stamp
OFF” zodat “LP:” niet aan het begin van de muziekstuknaam
wordt toegevoegd (pagina 28).
NO BATT • De oplaadbare batterij is niet geplaatst.
, Plaats een oplaadbare batterij.
NO COPY • U hebt geprobeerd op te nemen van een disc die is beveiligd door
het Serial Copy Management System. Het is niet mogelijk te
kopiëren van een digitaal aangesloten bron die zelf is opgenomen
via een digitale aansluiting.
, Gebruik in plaats hiervan een analoge aansluiting (pagina 27).
NO DISC • U hebt geprobeerd af te spelen of op te nemen zonder dat er een
disc in de recorder zat.
, Plaats een MD.
No Entry! • U hebt geprobeerd discinstellingen in het Persoonlijk
discgeheugen te wissen, terwijl er voor de betreffende disc geen
instellingen in het Persoonlijk discgeheugen aanwezig waren.
NO SIGNAL • De recorder heeft geen digitale invoersignalen kunnen waarnemen.
, Zorg dat de bron goed is aangesloten (pagina 18).
P/B ONLY • U hebt geprobeerd op te nemen of te bewerken op een
voorbespeelde MD (P/B staat voor “playback”, afspelen).
, Plaats een onbespeelde MD.
PROTECTED • U hebt geprobeerd op te nemen op een MD die tegen opnemen is
beveiligd, of u hebt geprobeerd deze MD te bewerken.
, Schuif het nokje terug (pagina 73).
Foutmelding Betekenis/Oplossing
91
REC ERR • De opname is mislukt.
, Zet de recorder op een plaats waar het niet blootstaat aan trillen
en neem opnieuw op.
• De disc is bevuild met vetvlekken of vingerafdrukken, is bekrast,
of het betreft geen standaarddisc.
, Probeer opnieuw op te nemen op een andere disc.
READ ERR • De recorder kan de discinformatie niet goed lezen.
, Plaats de disc opnieuw.
SORRY • U hebt geprobeerd een muziekstukmarkering aan het begin van het
eerste muziekstuk of groep te wissen.
• U hebt geprobeerd een muziekstukmarkering te wissen waardoor
onverenigbare muziekstukken zouden worden samengevoegd
(bijvoorbeeld een stereo- en een mono-opname).
• U hebt geprobeerd een muziekstukmarkering te overschrijven.
• U hebt geprobeerd digitale geluidsvoorkeuren in te stellen terwijl
de “AUDIO OUT”-instelling op “LINE OUT” stond.
, Gebruik de Jog Dial om de “AUDIO OUT”-instelling op
“HeadPhone” (pagina 25) te zetten.
• U hebt geprobeerd tijdens een synchroonopname op X of T
MARK te drukken.
• U hebt geprobeerd tijdens het programmeren de groepsmodus in te
schakelen.
, Schakel de groepsmodus in voordat u met opnemen begint.
TEMP OVER • Er heeft zich te veel warmte in de recorder opgehoopt.
, Laat de recorder afkoelen.
TOC Edit • De MD-speler is bezig om informatie (begin- en eindpunten van
muziekstukken) vanuit het geheugen op de disc op te nemen.
, Wacht totdat dit proces is voltooid. Zorg ervoor dat de speler
niet blootstaat aan fysieke schokken en dat de
stroomvoorziening niet wordt onderbroken.
TOC ERR • De recorder kan de discinformatie niet goed lezen.
, Plaats een andere disc.
, Wis de gehele disc als dat niet te bezwaarlijk is (pagina 63).
TR FULL • Muziekstuknummer 254 is bereikt.
, Wis overbodige muziekstukken (pagina 63).
TrPROTECT • U hebt geprobeerd een opname of een bewerking uit te voeren op
een muziekstuk dat tegen wissen is beveiligd.
, Neem op over een ander gedeelte of voer de bewerking uit op
een ander muziekstuk.
• U hebt geprobeerd een muziekstuk te bewerken dat van een
computer was overgedragen.
, Plaats het muziekstuk terug op de computer en voer dan de
bewerking uit.
Foutmelding Betekenis/Oplossing
92
Technische gegevens
Audioafspeelsysteem
Digitaal audiosysteem MiniDisc
Laserdiode-eigenschappen
Materiaal: GaAlAs
Golflengte:
λ = 790 nm
Emissieduur: continu
Laservermogen: minder dan 44,6 µW
(Deze waarde is gemeten op een afstand van
200 mm van het lensoppervlak op de optische
afleeseenheid met een opening van 7 mm.)
Opname- en afspeeltijd (bij gebruik
van MDW-80)
Maximaal 160 min. in mono
Maximaal 320 min. in stereo
Omwentelingen
382 tot 2 700 omw./min. (CLV)
Foutcorrectie
ACIRC (Advanced Cross Interleave Reed
Solomon Code)
Aftastfrequentie
44,1 kHz
Aftastfrequentie-converter
Invoer: 32 kHz/44,1 kHz/48 kHz
Codering
ATRAC (Adaptive TRansform Acoustic
Coding)
AT RAC3 — LP2/LP4
Modulatiesysteem
EFM (Eight to Fourteen Modulation)
Weergavefrequentie
20 tot 20 000 Hz ± 3 dB
Wow en flutter
Onder de meetbare limiet
Ingangen
1)
MIC: stereoministekker
(minimaal ingangsniveau 0,25 mV)
Lijningang:
stereoministekker voor analoge invoer
(minimaal ingangsniveau 49 mV)
optische (digitale) ministekker voor optische
(digitale) invoer
Uitgangen
i/LINE OUT
2)
: stereoministekker (speciaal
voor aansluiting afstandsbediening)/194 mV
(10 kOhm)
Maximaal uitgangsniveau
(gelijkstroom)
2)
Koptelefoon: 5 mW + 5 mW (16 Ohm)
Voeding
Sony-netspanningsadapter aangesloten op de
DC IN 3V-aansluiting (model land tussen
haakjes):
120 V wisselstroom, 60 Hz (V.S., Canada en
Taiwan)
220 V wisselstroom, 50/60 Hz (Europese
vasteland, Singapore en Thailand)
240 V wisselstroom, 50 Hz (Australië)
220 V wisselstroom, 50 Hz (China)
230 - 240 V wisselstroom, 50 Hz (V.K. en
Hongkong)
220 V wisselstroom, 50 Hz (Argentinië)
100 - 240 V wisselstroom, 50/60 Hz (overige
landen)
De recorder:
Oplaadbare nikkel-metallisch-
hydridebatterij NH-14WM(A) 1,2 V 1 350
mAh (MIN) Ni-MH
LR6 (
AA-formaat) alkalinebatterij
USB-houder:
Netspanningsadapter, gelijksstroom 3V
Gebruiksduur batterij
3)
Zie “Gebruiksduur van de batterij” (pagina 71)
Afmetingen
Ca. 77,7 × 71,4 × 16,4 mm (b/h/d)
Gewicht
Ca. 87 g, alleen de recorder
1)
De LINE IN (OPT)-aansluiting wordt gebruikt
om zowel een digitale (optische) kabel als een
analoge (lijn)kabel aan te sluiten.
2)
De i/LINE OUT-aansluiting is bedoeld voor
een koptelefoon/oortelefoon of een lijnkabel.
3)
Gemeten conform de JEITA-standaard.
Amerikaanse en andere octrooien in licentie
van Dolby Laboratories.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande
kennisgeving.
Verkrijgbare accessoires
Optische kabel
POC-151HG, POC-152HG, POC-MZ1,
POC-MZ2, POC-15B, POC-15AB, POC-
DA12SP
Stereomicrofoon ECM-717, ECM-MS907,
ECM-MS957
Stereokoptelefoon/-oortelefoon* MDR-
EX70LP, MDR-Q33LP, MDR-A110LP
Actieve luidsprekers SRS-Z500
Onbespeelde MD’s MDW-serie
93
Het is mogelijk dat uw dealer enkele van de
genoemde accessoires niet kan leveren.
Raadpleeg uw dealer voor uitgebreide
informatie over de accessoires die in uw land
verkrijgbaar zijn.
∗ Als u een van de apart verkrijgbare
koptelefoons gebruikt, gebruik dan alleen een
koptelefoon/oortelefoon met
stereoministekkers. U kunt geen koptelefoon/
oortelefoon met microstekkers gebruiken.
Toelichting
Wat is “Net MD”?
Net MD is een formaat waarmee u op hoge
snelheid geluidsgegevens van een computer
naar een MiniDisc-apparaat kunt overdragen
via een USB-kabel (Universal Serial Bus).
Hierbij wordt gebruikgemaakt van de zeer
geavanceerde copyright-bescherming-
stechnologie OpenMG en MagicGate.
Dit formaat vereist geen ander MiniDisc-
opnamesysteem; het gebruik van bestaande
MiniDiscs en het afspelen van overgedragen
geluidsbestanden op bestaande MiniDisc-
apparatuur wordt ondersteund.*
Met dit formaat kunt u tevens de OpenMG
Jukebox-software gebruiken, zodat u de
tekens eenvoudig via uw computer kunt
bewerken of invoeren.
∗ Audiobestanden die in de LP-stand worden
overgedragen, kunnen alleen worden
afgespeeld op MiniDisc-apparatuur die de
MDLP-stand ondersteunt.
Waarom een MiniDisc zo klein
kan zijn
De 2,5-inch-MiniDisc zit in een plastic
behuizing die lijkt op een 3,5-inch-diskette
en maakt gebruik van de nieuwe digitale
audiocompressietechnologie: ATRAC
(Adaptive TRansform Acoustic Coding).
Om meer geluid op minder ruimte te kunnen
opslaan, onttrekt en codeert ATRAC alleen
die frequentiecomponenten die feitelijk
hoorbaar zijn voor het menselijk oor.
De betekenis van “no sound”
“No sound” geeft een situatie aan waarbij
het ingangsniveau van de recorder bij
analoge invoer ongeveer 4,8 mV bedraagt, of
minder is dan –89 dB bij optische (digitale)
invoer (met 0 dB als maximum (het
maximale opnameniveau van een
MiniDisc)).
Snelle toegang tot gegevens
Net als CD’s, bieden MD’s direct toegang tot
het begin van elk muziekstuk.
Voorbespeelde MD’s worden opgenomen
met een adressering voor ieder
muziekgedeelte.
Onbespeelde MD’s worden gemaakt met een
“User TOC Area” (TOC-gebied) waar de
volgorde van de muziekgedeelten worden
bewaard. Het TOC-systeem (Table of
Contents – Inhoudstabel) lijkt op het
“directory-managementsysteem” van
gewone diskettes. Dat wil zeggen dat het
begin- en eindadres van alle opgenomen
muziekstukken die zich op de disc bevinden,
in dit gebied worden opgeslagen. Hierdoor
hebt u rechtstreeks toegang tot het begin van
elk muziekstuk, zodra u het muziekstuk-
nummer (AMS) hebt ingevoerd. U kunt een
muziekstuk ook benoemen, net zoals u dat
bij diskettebestanden zou doen.
Beperkingen ten aanzien van
het bewerken van
muziekstukken die zijn
overgezet vanaf uw computer
Dit apparaat is zo ontworpen dat bepaalde
bewerkingen (zoals het wissen van
muziekstukken en het toevoegen en wissen
van muziekstukmarkeringen) niet kunnen
worden uitgevoerd op muziekstukken die
vanaf uw computer zijn overgezet. Hiermee
wordt voorkomen dat de autorisatiegegevens
voor het overzetten vanaf uw computer
verloren gaan. Als u deze muziekstukken
wilt bewerken moet u ze eerst terugzetten op
de computer, om ze vervolgens op de
computer te bewerken.
BA
A — User TOC Area
Bevat de volgorde en de begin- en
eindpunten van de muziekstukken.
B — Muziekgegevens
94
Register
A
Aansluiten
analoog
27
digitaal
18
op een computer
22
tijdens het opladen
14
Aansluitingen
47
Accessoires
meegeleverd
9
optioneel
92
Afspeelstand
40
Automatische tijdsmarkering
33
AVLS
68
B
Batterij
droge batterij
13
gebruiksduur
16
oplaadbaar
13
Benoemen
49
C
Contrast
70
Controleren
afspeelpositie
45
klok
37
resterende tijd
35
,
45
D
Digitale geluidsvoorkeuren
42
DSP TYPE-R
20
E
EMD
8
G
Geprogrammeerd afspelen
41
G-PROTECTION
25
Groep
afspelen
38
groepsinstelling
56
groepsselectiemodus
39
opheffen
57
opnemen
29
verplaatsen
60
wissen
64
H
Handmatig opnemen
34
M
MDLP
28
Menu’s
81
Muziekstukmarkering
wissen
62
N
Namenbank
ophalen
54
opslaan
52
wissen
55
Net MD
93
O
OpenMG Jukebox
8
,
22
Opladen
14
Opnemen
analoog
27
digitaal
17
groepsmodus
29
MDLP-stand
28
muziekstukmarkeringen toevoegen
33
via een microfoon
32
zonder muziekstukken te overschrijven
31
Opnieuw benoemen
51
Overdracht
8
,
22
P
Persoonlijk discgeheugen
67
R
Reinigen
72
S
SDMI
8
Snel zoeken
38
Snelheidsinstelling
44
U
USB
houder
14
kabel
8
,
9
,
22
W
Wissen
een groep
64
een hele disc
63
een muziekstuk
63
een tekst
55
95
Printed in Japan
model name1[MZ-N1] model name2[MZ-----]
[3-234-039-51(1)]
masterpage:Left
filename[\\Ww001\WW001\ON GOING\MZ-N1\3234039511\03BOC-
MZN1CED\00NL09BCO-CED.fm]
00NL09BCO-CED.fm Page 92 Monday, December 10, 2001 11:45 AM
-
1
-
2
-
3
-
4
-
5
-
6
-
7
-
8
-
9
-
10
-
11
-
12
-
13
-
14
-
15
-
16
-
17
-
18
-
19
-
20
-
21
-
22
-
23
-
24
-
25
-
26
-
27
-
28
-
29
-
30
-
31
-
32
-
33
-
34
-
35
-
36
-
37
-
38
-
39
-
40
-
41
-
42
-
43
-
44
-
45
-
46
-
47
-
48
-
49
-
50
-
51
-
52
-
53
-
54
-
55
-
56
-
57
-
58
-
59
-
60
-
61
-
62
-
63
-
64
-
65
-
66
-
67
-
68
-
69
-
70
-
71
-
72
-
73
-
74
-
75
-
76
-
77
-
78
-
79
-
80
-
81
-
82
-
83
-
84
-
85
-
86
-
87
-
88
-
89
-
90
-
91
-
92
-
93
-
94
-
95
-
96
