Utax CDC 5520 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

DOCUMENT CONSULTING
instructiehandleiding
multifunctioneel systeem
CDC 5520 | 5525
Inleiding
Hartelijk dank voor het aanschaffen van dit model.
Deze gebruikershandleiding is bedoeld om u te helpen het apparaat correct te bedienen, het basisonderhoud uit te
voeren en zo nodig eenvoudige problemen op te lossen, zodat u uw apparaat steeds in optimale staat kunt gebruiken.
Lees deze gebruikershandleiding voordat u het apparaat in gebruik neemt.
Wij raden u aan vervangartikelen van ons eigen merk te gebruiken. Wij zijn niet aansprakelijk voor schade ten gevolge
van het gebruik van artikelen van andere fabrikanten in dit apparaat.
In deze gebruikershandleiding wordt naar de CDC 5520
verwezen als het 20 ppm-model en naar de
&'&5525 als het 25 ppm-model.
Meegeleverde handleidingen
Bij dit apparaat worden de volgende handleidingen geleverd. Raadpleeg ze wanneer nodig.
Quick Installation Guide Beschrijft de procedures voor het installeren van het apparaat, veelgebruikte
bedieningshandelingen, routineonderhoud en het oplossen van problemen.
Safety Guide Bevat informatie over veiligheid en waarschuwingen bij het installeren en het gebruik
van het apparaat. Lees deze handleiding voor u het apparaat in gebruik neemt.
Safety Guide (emkel voor dit
apparaat)
Beschrijft de installatieruimte voor het apparaat, de waarschuwingen en andere
informatie. Lees deze handleiding voor u het apparaat in gebruik neemt.
CD-ROM/DVD (Product Library)
Gebruikershandleiding (deze
handleiding)
Beschrijft het plaatsen van papier, de basishandelingen voor kopiëren, afdrukken en
scannen en het oplossen van problemen.
FAX Operation Guide Beschrijft de faxfuncties.
Card Authentication Kit (B) Operation
Guide
Beschrijft de verificatie bij het apparaat bij gebruik van de ID-kaart.
Embedded Web Server Operation
Guide
Beschrijft hoe vanaf een computer via een webbrowser verbinding wordt gemaakt met
het apparaat om instellingen te controleren en te wijzigen.
Printing System Driver User Guide Beschrijft het installeren van het printerstuurprogramma en het gebruik van de
printerfuncties.
Network FAX Driver Operation Guide Beschrijft het installeren en het gebruik van het netwerkfaxstuurprogramma om de
netwerkfaxfuncties te gebruiken.
Network Tool for Direct Printing
Operation Guide
Beschrijft het afdrukken van PDF-bestanden zonder Adobe Acrobat of Reader op te
starten.
Network Print Monitor User Guide Beschrijft het controleren van het netwerkprintsysteem met KNnet Viewer.
File Management Utility User Guide Beschrijft hoe u gescande documenten verspreidt over het netwerk.
PRESCRIBE Commands Technical
Reference
Geeft uitleg over de beschrijvingstaal van het apparaat (PRESCRIBE-commando's).
PRESCRIBE Commands Command
Reference
Beschrijft de functies en de bediening van PRESCRIBE-commando's voor elk
emulatietype.
i
Inhoud
1 Inleiding ...................................................................................................1-1
Mededeling ........................................................................................................................... 1-2
Veiligheidsaanduidingen in deze handleiding ............................................................ 1-2
Omgeving ................................................................................................................... 1-3
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik .......................................................................... 1-3
Wettelijke beperkingen betreffende kopiëren/scannen .............................................. 1-5
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie ............................................................. 1-6
Wettelijke kennisgevingen .......................................................................................... 1-6
Energiebesparingsfunctie ........................................................................................... 1-9
Automatische dubbelzijdige kopieerfunctie ................................................................ 1-9
Gerecycled papier ...................................................................................................... 1-9
Energy Star-programma (ENERGY STAR®) ............................................................. 1-9
Over deze gebruikershandleiding ....................................................................................... 1-10
Vormgevingselementen in deze handleiding ........................................................... 1-10
Originelen en papierformaten ................................................................................... 1-12
2 Voorbereiding voor het gebruik .............................................................2-1
Onderdeelnamen .................................................................................................................. 2-2
Apparaat ..................................................................................................................... 2-2
Bedieningspaneel ....................................................................................................... 2-6
Aanraakscherm .......................................................................................................... 2-7
Verbindingsmethode bepalen en kabels voorbereiden ........................................................ 2-8
De vereiste kabels voorbereiden ................................................................................ 2-8
Kabels aansluiten ................................................................................................................. 2-9
LAN-kabel aansluiten ................................................................................................. 2-9
Netvoedingskabel aansluiten ................................................................................... 2-10
Aan- en uitzetten ................................................................................................................ 2-11
Aanzetten ................................................................................................................. 2-11
Uitzetten ................................................................................................................... 2-11
Energiebesparende functie ................................................................................................ 2-13
Energiebesparende stand en automatische energiebesparende stand ................... 2-13
Slaapstand en automatische slaapstand ................................................................. 2-14
Apparaatinstallatie-wizard .................................................................................................. 2-15
Embedded Web Server (instellingen voor e-mail) .............................................................. 2-16
E-mail verzenden ..................................................................................................... 2-17
3 Algemene bediening ...............................................................................3-1
Papier plaatsen .................................................................................................................... 3-2
Voordat u het papier plaatst ....................................................................................... 3-2
Papier in de cassettes plaatsen ................................................................................. 3-3
Papier in de multifunctionele lade plaatsen ................................................................ 3-5
Originelen plaatsen .............................................................................................................. 3-7
Originelen op de glasplaat plaatsen ........................................................................... 3-7
Originelen in de documenttoevoer plaatsen ............................................................... 3-8
Serienummer van het apparaat controleren ....................................................................... 3-11
Teller controleren ............................................................................................................... 3-12
Aanmelden/afmelden ......................................................................................................... 3-13
Aanmelden ............................................................................................................... 3-13
Afmelden .................................................................................................................. 3-14
Favorieten .......................................................................................................................... 3-15
Favorieten registreren .............................................................................................. 3-15
Favorieten bewerken en verwijderen ....................................................................... 3-19
Gebruik van favorieten ............................................................................................. 3-21
ii
Sneltoetsen ........................................................................................................................ 3-23
Sneltoetsen registreren ............................................................................................ 3-23
Sneltoetsen bewerken en verwijderen ..................................................................... 3-25
Gebruik van sneltoetsen .......................................................................................... 3-26
Wizard Snel installeren ....................................................................................................... 3-27
Hulpscherm ........................................................................................................................ 3-29
Taken annuleren ................................................................................................................3-30
Gebruik van de verschillende functies ................................................................................ 3-31
Algemene functies .................................................................................................... 3-32
Origineelformaat ....................................................................................................... 3-33
Richting origineel ...................................................................................................... 3-35
Originelen van verschillende formaten ..................................................................... 3-37
2-zijdig/boek ............................................................................................................. 3-39
Continu scannen ...................................................................................................... 3-42
Papierselectie ........................................................................................................... 3-44
Papieruitvoer ............................................................................................................ 3-45
Samenvoegen/verschuiven ...................................................................................... 3-46
Marge ....................................................................................................................... 3-48
Nieten ....................................................................................................................... 3-51
Dichtheid .................................................................................................................. 3-53
Scanresolutie ........................................................................................................... 3-54
Origineelbeeld .......................................................................................................... 3-55
Scherpte ................................................................................................................... 3-57
Dichtheid van de achtergrond aanpassen ................................................................ 3-58
Doorschijnen voorkomen ......................................................................................... 3-59
Zoomen .................................................................................................................... 3-60
Bestandsindeling ...................................................................................................... 3-61
Kleurselectie ............................................................................................................. 3-63
Melding als taak voltooid is ...................................................................................... 3-64
Bestandsnaam invoeren .......................................................................................... 3-66
Prioriteit onderdrukken ............................................................................................. 3-67
4 Kopiëren ...................................................................................................4-1
Basisbediening ..................................................................................................................... 4-2
Kopieerfuncties ..................................................................................................................... 4-4
Duplex ........................................................................................................................ 4-4
5 Problemen oplossen ...............................................................................5-1
Vervangen van de tonercontainer ........................................................................................ 5-2
Vervangen van de tonerafvalbak .......................................................................................... 5-4
Nietjes vervangen .................................................................................................................5-5
Reinigen ............................................................................................................................... 5-7
Glasplaat .................................................................................................................... 5-7
Documenttoevoer ....................................................................................................... 5-7
Storingen oplossen ...............................................................................................................5-9
Reageren op foutmeldingen ............................................................................................... 5-15
Papierstoringen oplossen ................................................................................................... 5-26
Lampjes voor storingslocaties .................................................................................. 5-26
Multifunctionele lade ................................................................................................ 5-27
Binnenin rechterklep 1 ............................................................................................. 5-28
Cassette 1 ................................................................................................................ 5-29
Binnenin rechterklep 3 ............................................................................................. 5-29
Cassette 2 of 3 ......................................................................................................... 5-30
Optionele documentfinisher ..................................................................................... 5-30
Nietjesstoring in de optionele document finisher ...................................................... 5-31
Bridge unit ................................................................................................................ 5-31
Documenttoevoer ..................................................................................................... 5-32
iii
6 Appendix ..................................................................................................6-1
Optionele apparatuur ............................................................................................................ 6-2
Overzicht optionele apparatuur .................................................................................. 6-2
Optionele functie ........................................................................................................ 6-3
Papier ................................................................................................................................... 6-5
Basisspecificaties papier ............................................................................................ 6-6
Geschikt papier kiezen ............................................................................................... 6-6
Speciaal papier .......................................................................................................... 6-9
Specificaties ....................................................................................................................... 6-13
Algemene functies .................................................................................................... 6-13
Kopieerfuncties ........................................................................................................ 6-14
Printfuncties ............................................................................................................. 6-15
Scanner .................................................................................................................... 6-15
Documenttoevoer ..................................................................................................... 6-16
Papierinvoer (enkele cassette) (optioneel) ............................................................... 6-16
Papierinvoer (dubbele cassette) (optioneel) ............................................................ 6-16
Documentfinisher (optioneel) ................................................................................... 6-17
Milieuspecificaties .................................................................................................... 6-17
Index ...............................................................................................................................Index-1
iv
1-1
1 Inleiding
In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd:
Mededeling ........................................................................................................................................................ 1-2
Veiligheidsaanduidingen in deze handleiding .......................................................................................... 1-2
Omgeving ................................................................................................................................................ 1-3
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik ........................................................................................................ 1-3
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie ........................................................................................... 1-6
Wettelijke kennisgevingen ....................................................................................................................... 1-6
Energiebesparingsfunctie ........................................................................................................................ 1-9
Automatische dubbelzijdige kopieerfunctie .............................................................................................. 1-9
Gerecycled papier .................................................................................................................................... 1-9
Energy Star-programma (ENERGY STAR®) ........................................................................................... 1-9
Over deze gebruikershandleiding .................................................................................................................... 1-10
Vormgevingselementen in deze handleiding ......................................................................................... 1-10
Originelen en papierformaten ................................................................................................................ 1-12
1-2
Inleiding > Mededeling
Mededeling
Veiligheidsaanduidingen in deze handleiding
De delen van deze handleiding en onderdelen van het apparaat die zijn aangeduid met symbolen, bevatten
veiligheidswaarschuwingen ter bescherming van de gebruiker, andere personen en voorwerpen in de buurt. Ze zijn ook
bedoeld voor een correct en veilig gebruik van het apparaat. De symbolen met hun betekenis worden hieronder
beschreven.
WAARSCHUWING: Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende aandacht besteedt aan
of u zich niet op de juiste wijze houdt aan de betreffende punten, dit kan leiden tot
ernstig letsel of zelfs levensgevaar.
VOORZICHTIG: Dit geeft aan dat wanneer u onvoldoende aandacht besteedt aan of u
zich niet op de juiste wijze houdt aan de betreffende punten, dit kan leiden tot
lichamelijk letsel of mechanische beschadiging.
Symbolen
Het symbool geeft aan dat het betreffende deel veiligheidswaarschuwingen bevat. Specifieke aandachtspunten
worden binnenin het symbool aangegeven.
... [Algemene waarschuwing]
... [Waarschuwing voor hoge temperatuur]
Het symbool geeft aan dat het betreffende deel informatie bevat over niet-toegestane handelingen. Specifieke
informatie over de niet-toegestane handeling wordt binnenin het symbool aangegeven.
... [Waarschuwing voor niet-toegestane handeling]
... [Demontage verboden]
Het symbool geeft aan dat het betreffende deel informatie bevat over handelingen die moeten worden uitgevoerd.
Specifieke informatie over de vereiste handeling wordt binnenin het symbool aangegeven.
... [Waarschuwing voor vereiste handeling]
... [Haal de stekker uit het stopcontact]
... [Sluit het apparaat altijd aan op een geaard stopcontact]
Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger om een vervanging te bestellen als de veiligheidswaarschuwingen
in deze gebruikershandleiding onleesbaar zijn of als de handleiding zelf ontbreekt (tegen betaling).
OPMERKING
Originele documenten die heel erg op een bankbiljet lijken kunnen mogelijkerwijs niet goed gekopieerd worden omdat
dit apparaat voorzien is van een functie die valsmunterij voorkomt.
1-3
Inleiding > Mededeling
Omgeving
De geschikte bedrijfsomgeving voor het apparaat is:
Temperatuur: 10 tot 32,5 °C
Relatieve luchtvochtigheid: 15 tot 80%
Een ongeschikte bedrijfsomgeving kan de beeldkwaliteit beïnvloeden. Wij adviseren het apparaat te gebruiken bij een
temperatuur van: circa 16 tot 27 °C of minder, en een vochtigheid van: circa 36 tot 65%. Vermijd bovendien de volgende
plaatsen als installatieplaats voor het apparaat.
Vermijd plaatsen in de buurt van een raam of direct in het zonlicht.
Vermijd plaatsen met trillingen.
Vermijd plaatsen met sterke temperatuurschommelingen.
Vermijd plaatsen met directe blootstelling aan warme of koude lucht.
Vermijd slecht geventileerde plaatsen.
Als de vloer niet bestand is tegen zwenkwieltjes, is het mogelijk dat de vloer beschadigd raakt wanneer het apparaat na
de installatie wordt verplaatst.
Tijdens het kopiëren komen er kleine hoeveelheden ozon vrij, maar deze hoeveelheden vormen geen
gezondheidsrisico. Als het apparaat echter langere tijd in een slecht geventileerde ruimte wordt gebruikt of wanneer er
een zeer groot aantal kopieën wordt gemaakt, kan de geur onaangenaam worden. Een geschikte omgeving voor
kopieerwerk moet goed geventileerd zijn.
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
Waarschuwingen bij het gebruik van verbruiksartikelen
VOORZICHTIG
De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden veroorzaken.
Houd de tonercontainer en de tonerafvalbak buiten het bereik van kinderen.
Als er onverhoopt toner uit de tonercontainer of de tonerafvalbak wordt gemorst, moet u inademing of inname van toner
voorkomen, evenals contact met de ogen en de huid.
Als u toch toner inademt, gaat u naar een plaats met frisse lucht en gorgelt u met veel water. Neem bij opkomende
hoest contact op met een arts.
Als u toner binnenkrijgt, spoelt u uw mond met water en drinkt u 1 of 2 glazen water om de inhoud van uw maag te
verdunnen. Neem indien nodig contact op met een arts.
Als u toner in uw ogen krijgt, spoelt u ze grondig met water. Als uw ogen gevoelig blijven, neemt u contact op met een
arts.
Als u toner op de huid krijgt, wast u uw huid met water en zeep.
De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden opengemaakt of vernietigd.
Overige voorzorgsmaatregelen
Lever de lege tonercontainer en de tonerafvalbak in bij uw dealer of servicevertegenwoordiger. De ingezamelde
tonercontainers en tonerafvalbakken worden gerecycled of verwijderd volgens de betreffende voorschriften.
Bewaar het apparaat op een plaats die niet is blootgesteld aan direct zonlicht.
Bewaar het apparaat op een plaats waar de temperatuur niet hoger wordt dan 40 ºC en waar zich geen sterke
schommelingen in temperatuur of vochtigheid voordoen.
Als het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt, verwijder dan het papier uit de cassette en de multifunctionele (MF)
lade, leg het terug in de oorspronkelijke verpakking en maak deze weer dicht.
1-4
Inleiding > Mededeling
Veiligheid van de laserstraal (Europa)
Laserstralen kunnen gevaarlijk zijn voor het menselijk lichaam. Om deze reden is de laserstraal in het apparaat
hermetisch afgesloten binnen een beschermende behuizing en achter een externe afdekking. Bij normale bediening van
het product door de gebruiker kan er geen straling uit het apparaat ontsnappen.
Dit apparaat wordt geclassificeerd als een laserproduct van klasse 1 volgens IEC/EN 60825-1:2007.
Voorzichtig: Het uitvoeren van andere procedures dan in deze handleiding beschreven, kan leiden tot blootstelling aan
gevaarlijke straling.
Deze etiketten zijn aangebracht op de laserscaneenheid in het apparaat en bevinden zich niet op een plaats die
toegankelijk is voor de gebruiker.
Het onderstaande etiket bevindt zich aan de achterkant van het apparaat.
1-5
Inleiding > Mededeling
Wettelijke beperkingen betreffende kopiëren/scannen
Het kan verboden zijn auteursrechtelijk beschermd materiaal te kopiëren/scannen zonder de toestemming van de
houder van het auteursrecht.
Het kopiëren/scannen van de volgende voorwerpen is verboden en kan beboet worden. Dit sluit andere voorwerpen niet
uit. Maak niet bewust een kopie/scan van voorwerpen die niet gekopieerd/gescand mogen worden.
Papiergeld
Bankbiljetten
Waardepapieren
•Stempels
Paspoorten
Certificaten
Plaatselijke wetten en bepalingen kunnen mogelijk het kopiëren/scannen van ander materiaal dan hierboven is vermeld
verbieden of beperken.
1-6
Inleiding > Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie
Wettelijke kennisgevingen en
veiligheidsinformatie
Wettelijke kennisgevingen
Het kopiëren of op een andere manier reproduceren van de gehele handleiding of een deel daarvan zonder de
voorafgaande schriftelijke toestemming van de copyright-eigenaar is verboden.
Wat betreft handelsnamen
PRESCRIBE is een handelsmerk van Kyocera Corporation.
KPDL is een handelsmerk van Kyocera Corporation.
Microsoft, MS-DOS en Windows zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten en/of in andere landen.
PCL is een handelsmerk van Hewlett-Packard Company.
Adobe Acrobat, Adobe Reader en PostScript zijn handelsmerken van Adobe Systems, Incorporated.
Ethernet is een gedeponeerd handelsmerk van Xerox Corporation.
Novell en NetWare zijn gedeponeerde handelsmerken van Novell, Inc.
IBM en IBM PC/AT zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation.
Power PC is een handelsmerk van IBM in de Verenigde Staten en/of in andere landen.
AppleTalk, Bonjour, Macintosh en Mac OS zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de V.S. en andere
landen.
Alle Europese lettertypen die in dit apparaat zijn geïnstalleerd, worden gebruikt onder licentieovereenkomst met
Monotype Imaging Inc.
Helvetica, Palatino en Times zijn gedeponeerde handelsmerken van Linotype GmbH.
ITC Avant Garde Gothic, ITC Bookman, ITC ZapfChancery en ITC ZapfDingbats zijn gedeponeerde handelsmerken
van International Typeface Corporation.
UFST™ MicroType® lettertypen van Monotype Imaging Inc. zijn geïnstalleerd in dit apparaat.
Dit apparaat bevat de NF-module ontwikkeld door ACCESS Co., Ltd.
Dit apparaat bevat software met modules die zijn ontwikkeld door de Independent JPEG Group.
ThinPrint is een handelsmerk van ThinPrint GmbH in Duitsland en andere landen.
Alle overige merk- en productnamen zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken. De aanduidingen ™ en ®
worden in deze gebruikershandleiding niet gebruikt.
GPL/LGPL
Dit product beschikt over GPL- (http://www.gnu.org/licenses/gpl.html) en/of LGPL- (http://www.gnu.org/licenses/
lgpl.html) software als onderdeel van de firmware. U kunt de broncode verkrijgen en het is toegestaan het te kopiëren, te
verspreiden en te wijzigen conform de voorwaarden van GPL/LGPL.
Open SSL License
Copyright (c) 1998-2006 The OpenSSL Project. All rights reserved.
Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following
conditions are met:
1. Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following
disclaimer.
1-7
Inleiding > Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie
2. Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following
disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution.
3. All advertising materials mentioning features or use of this software must display the following acknowledgment:
“This product includes software developed by the OpenSSL Project for use in the OpenSSL Toolkit.
(http://www.openssl.org/)”
4. The names “OpenSSL Toolkit” and “OpenSSL Project” must not be used to endorse or promote products derived
from this software without prior written permission.
For written permission, please contact openssl-core@openssl.org.
5. Products derived from this software may not be called “OpenSSL” nor may “OpenSSL” appear in their names without
prior written permission of the OpenSSL Project.
6. Redistributions of any form whatsoever must retain the following acknowledgment: “This product includes software
developed by the OpenSSL Project for use in the OpenSSL Toolkit (http://www.openssl.org/)”
THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE OpenSSL PROJECT “AS IS” AND ANY EXPRESSED OR IMPLIED
WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND
FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE OpenSSL PROJECT OR
ITS CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR
CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR
SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON
ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE
OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE
POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE.
Original SSLeay License
Copyright (C) 1995-1998 Eric Young (eay@cryptsoft.com) All rights reserved.
This package is an SSL implementation written by Eric Young (eay@cryptsoft.com). The implementation was written so
as to conform with Netscapes SSL.
This library is free for commercial and non-commercial use as long as the following conditions are aheared to. The
following conditions apply to all code found in this distribution, be it the RC4, RSA, lhash, DES, etc., code; not just the
SSL code. The SSL documentation included with this distribution is covered by the same copyright terms except that the
holder is Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com).
Copyright remains Eric Young's, and as such any Copyright notices in the code are not to be removed.
If this package is used in a product, Eric Young should be given attribution as the author of the parts of the library used.
This can be in the form of a textual message at program startup or in documentation (online or textual) provided with the
package.
Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following
conditions are met:
1. Redistributions of source code must retain the copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
2. Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following
disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution.
3. All advertising materials mentioning features or use of this software must display the following acknowledgement:
“This product includes cryptographic software written by Eric Young (eay@cryptsoft.com)”
The word ‘cryptographic’ can be left out if the rouines from the library being used are not cryptographic related :-).
4. If you include any Windows specific code (or a derivative thereof) from the apps directory (application code) you
must include an acknowledgement: “This product includes software written by Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com)”
1-8
Inleiding > Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie
THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY ERIC YOUNG “AS IS” AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES,
INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A
PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE AUTHOR OR CONTRIBUTORS BE LIABLE
FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES
(INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OF USE,
DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY,
WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN
ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE.
The licence and distribution terms for any publically available version or derivative of this code cannot be changed. i.e.
this code cannot simply be copied and put under another distribution licence [including the GNU Public Licence.]
Monotype Imaging License Agreement
1 Software shall mean the digitally encoded, machine readable, scalable outline data as encoded in a special format as
well as the UFST Software.
2 You agree to accept a non-exclusive license to use the Software to reproduce and display weights, styles and
versions of letters, numerals, characters and symbols (Typefaces) solely for your own customary business or
personal purposes at the address stated on the registration card you return to Monotype Imaging. Under the terms of
this License Agreement, you have the right to use the Fonts on up to three printers. If you need to have access to the
fonts on more than three printers, you need to acquire a multiuser license agreement which can be obtained from
Monotype Imaging. Monotype Imaging retains all rights, title and interest to the Software and Typefaces and no rights
are granted to you other than a License to use the Software on the terms expressly set forth in this Agreement.
3 To protect proprietary rights of Monotype Imaging, you agree to maintain the Software and other proprietary
information concerning the Typefaces in strict confidence and to establish reasonable procedures regulating access
to and use of the Software and Typefaces.
4 You agree not to duplicate or copy the Software or Typefaces, except that you may make one backup copy. You
agree that any such copy shall contain the same proprietary notices as those appearing on the original.
5 This License shall continue until the last use of the Software and Typefaces, unless sooner terminated. This License
may be terminated by Monotype Imaging if you fail to comply with the terms of this License and such failure is not
remedied within thirty (30) days after notice from Monotype Imaging. When this License expires or is terminated, you
shall either return to Monotype Imaging or destroy all copies of the Software and Typefaces and documentation as
requested.
6 You agree that you will not modify, alter, disassemble, decrypt, reverse engineer or decompile the Software.
7 Monotype Imaging warrants that for ninety (90) days after delivery, the Software will perform in accordance with
Monotype Imaging-published specifications, and the diskette will be free from defects in material and workmanship.
Monotype Imaging does not warrant that the Software is free from all bugs, errors and omissions.
The parties agree that all other warranties, expressed or implied, including warranties of fitness for a particular
purpose and merchantability, are excluded.
8 Your exclusive remedy and the sole liability of Monotype Imaging in connection with the Software and Typefaces is
repair or replacement of defective parts, upon their return to Monotype Imaging.
In no event will Monotype Imaging be liable for lost profits, lost data, or any other incidental or consequential
damages, or any damages caused by abuse or misapplication of the Software and Typefaces.
9 Massachusetts U.S.A. law governs this Agreement.
10 You shall not sublicense, sell, lease, or otherwise transfer the Software and/or Typefaces without the prior written
consent of Monotype Imaging.
11 Use, duplication or disclosure by the Government is subject to restrictions as set forth in the Rights in Technical Data
and Computer Software clause at FAR 252-227-7013, subdivision (b)(3)(ii) or subparagraph (c)(1)(ii), as appropriate.
Further use, duplication or disclosure is subject to restrictions applicable to restricted rights software as set forth in
FAR 52.227-19 (c)(2).
12 You acknowledge that you have read this Agreement, understand it, and agree to be bound by its terms and
conditions. Neither party shall be bound by any statement or representation not contained in this Agreement. No
change in this Agreement is effective unless written and signed by properly authorized representatives of each party.
By opening this diskette package, you agree to accept the terms and conditions of this Agreement.
1-9
Inleiding > Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsinformatie
Energiebesparingsfunctie
Het apparaat is uitgerust met een energiebesparende stand, waarbij het energieverbruik wordt beperkt na het
verstrijken van een bepaalde tijdsperiode nadat het apparaat het laatst werd gebruikt, en met een slaapstand, waarbij
de printer- en faxfuncties in een wachtstand komen te staan, maar het energieverbruik tot een minimum wordt beperkt
wanneer er gedurende een bepaalde tijdsperiode geen activiteiten hebben plaatsgevonden op het apparaat.
Slaapstand
Het apparaat schakelt de slaapstand automatisch in wanneer er 20 minuten (voor het 20 ppm-model) of 30 minuten
(voor het 25 ppm-model) zijn verstreken sinds het apparaat voor het laatst werd gebruikt. De tijdsperiode waarin er geen
activiteiten plaatsvinden voordat de slaapstand wordt geactiveerd, kan worden verlengd. Raadpleeg Slaapstand en
automatische slaapstand op pagina 2-14 voor meer informatie.
Energiebesparende stand
Het apparaat gaat automatisch in de energiebesparende stand wanneer er 3 minuten zijn verstreken nadat het apparaat
voor het laatst werd gebruikt. De tijdsperiode waarin er geen activiteiten plaatsvinden voordat de energiebesparende
stand wordt geactiveerd, kan worden verlengd. Raadpleeg Energiebesparende stand en automatische
energiebesparende stand op pagina 2-13 voor meer informatie.
De slaapstand krijgt standaard voorrang op de energiebesparende stand.
Automatische dubbelzijdige kopieerfunctie
Dit apparaat beschikt over dubbelzijdig kopiëren als standaardfunctie. Als u bijvoorbeeld twee enkelzijdige originelen als
dubbelzijdige kopie op één vel papier kopieert, kunt u de gebruikte hoeveelheid papier beperken. Raadpleeg Duplex op
pagina 4-4 voor meer informatie.
Gerecycled papier
Dit apparaat ondersteunt het gebruik van gerecycled papier om de belasting voor het milieu te verminderen. Uw
verkoop- of servicevertegenwoordiger kan informatie geven over aanbevolen papiersoorten.
Energy Star-programma (ENERGY STAR®)
Wij hebben als bedrijf dat deelneemt aan het ENERGY STAR-programma vastgesteld dat dit apparaat
het ENERGY STAR-label mag voeren.
1-10
Inleiding > Over deze gebruikershandleiding
Over deze gebruikershandleiding
Deze gebruikershandleiding bestaat uit de volgende hoofdstukken.
Vormgevingselementen in deze handleiding
De volgende vormgevingselementen worden gebruikt, afhankelijk van het soort beschrijving.
Hoofdstuk Inhoud
1 Inleiding Bevat informatie over bedieningsvoorzorgsmaatregelen, handelsmerken en deze
handleiding.
2 Voorbereiding voor het gebruik Geeft informatie over onderdeelnamen, aansluitkabels en het installeren en
configureren van het apparaat.
3 Algemene bediening Geeft uitleg over de basisbediening van het apparaat, waaronder het plaatsen van
papier en originelen en het aan- en afmelden.
4 Kopiëren Beschrijft de functies die u kunt gebruiken bij kopiëren.
5 Problemen oplossen Legt uit hoe u dient te handelen bij foutmeldingen, bijvoorbeeld wanneer de toner op is
of bij problemen zoals vastgelopen papier.
6 Appendix Geeft een overzicht van de apparaatspecificaties.
Beschrijft de optionele functies die voor dit apparaat beschikbaar zijn.
Geeft informatie over mediatypes en papierformaten.
Vormgevings-
element
Beschrijving Voorbeeld
Vet Geeft de toetsen op het bedieningspaneel of een computerscherm aan. Druk op de Start-toets.
[Normaal] Geeft de toetsen op het aanraakscherm aan. Druk op [OK].
Cursief Geeft een bericht op het aanraakscherm weer. Gereed voor kopiëren wordt
weergegeven.
Wordt gebruikt om belangrijke woorden en zinnen of verwijzingen naar
extra informatie te benadrukken.
Raadpleeg Slaapstand en
automatische slaapstand op
pagina 2-14 voor meer
informatie.
OPMERKING Geeft extra informatie of handelingen ter referentie aan.
OPMERKING
BELANGRIJK Geeft verplichte of verboden items aan om problemen te voorkomen.
BELANGRIJK
Voorzichtig
Geeft aan wat u moet doen om lichamelijk letsel of apparaatbeschadiging
te voorkomen en hoe u hiermee moet omgaan.
Voorzichtig
1-11
Inleiding > Over deze gebruikershandleiding
De taaksoorten waarvoor een functie kan worden ingesteld, worden weergegeven door pictogrammen.
In deze handleiding worden de stappen waarbij toetsen op het aanraakscherm worden gebruikt met rood omlijnd.
Voorbeeld: Selecteer [Zoomen].
Bedieningsprocedures die uit een serie handelingen via het bedieningspaneel en/of aanraakscherm bestaan, worden
als volgt genummerd:
Voorbeeld: Selecteer [Functies] en vervolgens [EcoPrint].
Picto-
gram
Beschrijving Picto-
gram
Beschrijving
De functie kan worden ingesteld tijdens het
kopiëren van een document.
Deze functie kan worden ingesteld tijdens het
afdrukken vanaf het USB-geheugen.
De functie kan worden ingesteld tijdens het
verzenden van een document.
Deze functie kan worden ingesteld tijdens het
opslaan van een bestand in het USB-geheugen.
Kopiëren
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
Scherm Kopiëren
GB0001_01
Print
vanaf USB
Scherm Afdrukken
GB0097_00
Verzenden
Scherm Verzenden
Verzend- Bestem:
Kies opnieuw
Check
E-mail
Snelkiestoets Adresboek Extern adresboek
FAXMap
Functies
10:10
1/2
Favorieten
Gereed voor verzenden.
GB0055_00
Scannen
naar USB
Scherm Bestand opslaan
GB0096_00
GB0001_01
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Functies
Originele afbeelding
Tekst+foto
Sluiten
10:10
EcoPrint
Uit
0
Full color
Kleurselectie
Aanpassen Tint
2/5
toev./bew
Sneltoets
GB0002_01
2
1
GB0001_01
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
1-12
Inleiding > Over deze gebruikershandleiding
Originelen en papierformaten
In dit gedeelte wordt de in deze handleiding gebruikte notatie uitgelegd, wanneer naar origineelformaten of
papierformaten wordt verwezen.
Bij A4, B5 en Letter, die zowel horizontaal (staand) als verticaal (liggend) kunnen worden gebruikt, wordt de horizontale
richting met een extra letter R aangegeven om de richting van het origineel/papier aan te geven.
Pictogrammen op het aanraakscherm
De plaatsingsrichting van de originelen en het papier wordt op het aanraakscherm aangegeven met de volgende pictogrammen.
Plaatsingsrichting Aangegeven
formaat *
* Het formaat van het origineel/papier dat kan worden gebruikt, is afhankelijk van de functie en de
invoerlade. Raadpleeg de pagina over die functie of de invoerlade voor meer informatie.
Verticale
richting
Bij het origineel/papier is afmeting A langer dan B.
A4, B5, A5, Letter,
Statement
Horizontale
richting
Bij het origineel/papier is afmeting A korter dan B.
A4-R, B5-R, A5-R,
Letter-R, Statement-R
Plaatsings-
richting
Originelen Papier
Verticale
richting
Horizontale
richting
Origineel Papier
Origineel Papier
2-1
2 Voorbereiding voor
het gebruik
In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd:
Onderdeelnamen ............................................................................................................................................... 2-2
Apparaat .................................................................................................................................................. 2-2
Bedieningspaneel .................................................................................................................................... 2-6
Aanraakscherm ........................................................................................................................................ 2-7
Verbindingsmethode bepalen en kabels voorbereiden ...................................................................................... 2-8
De vereiste kabels voorbereiden ............................................................................................................. 2-8
Kabels aansluiten ............................................................................................................................................... 2-9
LAN-kabel aansluiten ............................................................................................................................... 2-9
Netvoedingskabel aansluiten ................................................................................................................. 2-10
Aan- en uitzetten ............................................................................................................................................... 2-11
Aanzetten ................................................................................................................................................ 2-11
Uitzetten .................................................................................................................................................. 2-11
Energiebesparende functie .............................................................................................................................. 2-13
Energiebesparende stand en automatische energiebesparende stand ................................................. 2-13
Slaapstand en automatische slaapstand ............................................................................................... 2-14
Apparaatinstallatie-wizard ................................................................................................................................ 2-15
Embedded Web Server (instellingen voor e-mail) ............................................................................................ 2-16
E-mail verzenden ................................................................................................................................... 2-17
2-2
Voorbereiding voor het gebruik > Onderdeelnamen
Onderdeelnamen
Apparaat
1 Documenttoevoer
2 Glasplaat
3 Aanduidingen origineelformaat
4 Sleufglas
5 Bedieningspaneel
6 Binnenlade
7 Voorklep
8 Cassette 1
9 USB-geheugensleuf (A1)
10 Rechterklep 1
11 Hendels
12 Takenscheiderlade
2
3
4
5
8
11
1
6
7
9
10
12
2-3
Voorbereiding voor het gebruik > Onderdeelnamen
13 Breedtegeleiders voor originelen
14 Origineleninvoer
15 Opbergvak voor reinigingsdoek
16 Indicatorlampje voor geplaatste originelen
17 Tonercontainer (zwart)
18 Tonercontainer (magenta)
19 Tonercontainer (cyaan)
20 Tonercontainer (geel)
21 Tonerafvalbak
22 Papierbreedtegeleiders
23 Papierlengtegeleider
24 Multifunctionele lade
25 Papierbreedtegeleiders
13 14
15
17
16
18
19
20
21
23
22
25
24
2-4
Voorbereiding voor het gebruik > Onderdeelnamen
26 Optionele interface-aansluiting 2
27 Netwerkinterfaceconnector
28 USB-interfaceconnector (A2)
29 USB-poort (B1)
30 Optionele interface-aansluiting 1
31 Scannervergrendeling
32 Hoofdschakelaar
33 Hendels
34 Cassetteverwarmerschakelaar
26
2928
30
32
34
33
27
31
33
2-5
Voorbereiding voor het gebruik > Onderdeelnamen
35 Bovenklep
36 Verlengstuk lade
37 Lade documentfinisher
38 Klep nietapparaat
39 Nietpatroonhouder
40 Klep bridge unit
3536 37
38 39
40
2-6
Voorbereiding voor het gebruik > Onderdeelnamen
Bedieningspaneel
Aanraakscherm. Geeft
de toetsen weer voor het
configureren van de
apparaatinstellingen.
Brandt als er zich papier in de
takenscheiderlade bevindt.
Verwerken: Knippert tijdens het afdrukken of verzenden.
Geheugen: Knippert als het apparaat het faxgeheugen of het
USB-geheugen (algemeen gebruik) gebruikt.
Opgelet: Brandt of knippert wanneer een fout optreedt en een
taak wordt afgebroken.
Geeft het scherm Systeemmenu/Tellers
weer.
Geeft het scherm Status/
Taak annuleren weer.
Geeft het scherm Kopiëren
weer.
Geeft het scherm
Favorieten weer.
Geeft het scherm
Verzenden weer.
Geeft het scherm
Documentbox weer.
Geeft het scherm FAX
weer.
Selecteer de kleurstand.
Auto kleur: Herkent automatisch of een document in kleur of zwart-
wit is en scant vervolgens het document.
Kleur: Scant alle documenten in kleur.
Zwart-wit: Scant alle documenten in zwart-wit.
-
Geeft het scherm
Onderbreken om te kopiëren
weer.
Beëindigt (meldt af) op het
scherm Beheer.
Zet het apparaat in de
energiebesparende stand.
Zet het apparaat in de
slaapstand. Schakelt de
slaapstand uit.
Brandt als het apparaat
ingeschakeld is.
Cijfertoetsen.
Om cijfers en
symbolen in te
voeren.
Wist ingevoerde cijfers en karakters. Resets de
standaardinstellingen.
Specificeert geregistreerde
informatie zoals adresnummers en
gebruiker-ID's op nummer.
Annuleert of onderbreekt
de lopende afdruktaak.
Bevestigt de cijfers ingevoerd met de
cijfertoetsen en bevestigt het scherm
tijdens het instellen van functies.
Werkt net als de [OK]-toets op het
scherm.
Start het kopiëren en
scannen en het verwerken
van instellingen.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
2-7
Voorbereiding voor het gebruik > Onderdeelnamen
Aanraakscherm
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Functies
Origineel formaat
Auto
Sluiten
10:10
Afdr.richting origineel
Bovenrand boven
Binnenste uitvoerlade
Uit
Originelen met verschillende formaten.
Papieruitvoer
1/5
toev./bew
Sneltoets
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
FavorietenSneltoets 1 Sneltoets 2
Geeft de status van het apparaat
weer alsook de relevante
bedieningsberichten.
Geeft de beschikbare functies
weer.
Configureert de geavanceerde
functies.
Geeft de tijd en het aantal kopieën
weer.
Geeft de sneltoetsen weer.
GB0001_C04GB0002_C00
Geeft de status van het apparaat
weer alsook de relevante
bedieningsberichten.
Geeft de beschikbare functies en
instellingen weer.
Terug naar het vorige scherm.
Scrolt naar boven en naar beneden
als een lijst met waarden niet in zijn
geheel kan worden weergegeven
op één scherm.
Registreert functies als een
sneltoets.
Geeft de favorieten weer.
2-8
Voorbereiding voor het gebruik > Verbindingsmethode bepalen en kabels voorbereiden
Verbindingsmethode bepalen en kabels
voorbereiden
Controleer de methode om het apparaat met een pc of een netwerk te verbinden en zorg dat u de noodzakelijke kabels
bij de hand hebt voor uw omgeving.
De vereiste kabels voorbereiden
Leg de benodigde kabels klaar afhankelijk van de gebruikte interface.
Verbindingsomgeving Functie Benodigde kabel
Sluit een LAN-kabel aan op het
apparaat.
Printer/Scanner/Scanner (TWAIN/WIA) LAN (10Base-T, 100Base-TX of 1000BASE-
T Shielded)
Sluit een USB-kabel aan op het
apparaat.
Printer USB 2.0 compatibele kabel (ondersteuning
van Hi-Speed USB, max. 5 m, shielded)
2-9
Voorbereiding voor het gebruik > Kabels aansluiten
Kabels aansluiten
LAN-kabel aansluiten
Er kan een netwerkkabel worden aangesloten op het apparaat en het apparaat kan worden gebruikt als netwerkprinter
of netwerkscanner.
1
Schakel uit.
2
Sluit het apparaat aan.
1 Sluit de LAN-kabel aan op de netwerkinterface, die zich op de linkerzijde van het apparaat
bevindt.
2 Sluit het andere eind van de kabel aan op de hub.
3
Installeer het apparaat.
Configureer de netwerkinstellingen.
Raadpleeg Apparaatinstallatie-wizard op pagina 2-15 voor meer informatie.
Controleer of de lampjes uit zijn.
2-10
Voorbereiding voor het gebruik > Kabels aansluiten
Netvoedingskabel aansluiten
Sluit het ene eind van de bijgeleverde netvoedingskabel aan op het apparaat en steek het
andere eind in een stopcontact.
BELANGRIJK
Gebruik uitsluitend de netvoedingskabel die bij het apparaat wordt geleverd.
2-11
Voorbereiding voor het gebruik > Aan- en uitzetten
Aan- en uitzetten
Aanzetten
Als het aan/uit-lampje brandt...(vanuit slaapstand)
Druk op de Power-toets.
Als het aan/uit-lampje niet brandt...
Zet de hoofdschakelaar aan.
Uitzetten
Uitzetten zonder de hoofdschakelaar (slaapstand)
Druk op de Power-toets. De verlichting van de Power-toets gaat uit en het aan/uit-lampje
brandt.
BELANGRIJK
Wanneer u de hoofdschakelaar uitschakelt, mag u deze niet meteen weer
inschakelen. Wacht minstens 5 seconden voordat u de hoofdschakelaar weer
inschakelt.
Aan/uit-lampje
Aan/uit-lampje
2-12
Voorbereiding voor het gebruik > Aan- en uitzetten
Uitzetten met de hoofdschakelaar
Wij wijzen u erop dat het apparaat, als het is uitgeschakeld, niet automatisch afdrukgegevens
van computers of faxen kan ontvangen.
1
Druk op de Power-toets.
Controleer of de verlichting van de Power-toets uit is en of het aan/uit-lampje brandt.
2
Schakel de hoofdschakelaar uit.
Wanneer het apparaat lange tijd niet wordt gebruikt
OPMERKING
Als het lampje Verwerken of Geheugen brandt, dan is het apparaat bezig. Het uitschakelen
van de hoofdschakelaar terwijl het apparaat bezig is, kan storingen veroorzaken.
VOORZICHTIG
Als u dit apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt (bijvoorbeeld 's nachts), zet
het dan uit met de hoofdschakelaar. Als u het apparaat nog langer niet gebruikt
(bijvoorbeeld tijdens de vakantie), haal dan om veiligheidsredenen de stekker uit
het stopcontact. Als de optionele faxkit geïnstalleerd is en u zet het apparaat uit
met de hoofdschakelaar, dan is het versturen en ontvangen van faxen
uitgeschakeld.
BELANGRIJK
Verwijder het papier uit de cassettes en berg het op in de afgesloten bewaarzak voor
papier om het tegen vocht te beschermen.
Controleer of de lampjes uit zijn.
Aan/uit-lampje
2-13
Voorbereiding voor het gebruik > Energiebesparende functie
Energiebesparende functie
Energiebesparende stand en automatische
energiebesparende stand
Energiebesparende stand
Om de energiebesparende stand in te schakelen, drukt u op de Spaarstand-toets. Het
aanraakscherm en alle lampjes op het bedieningspaneel gaan uit om het energieverbruik te
verminderen. Enkel het Spaarstand-lampje, het Power-lampje en het aan/uit-lampje blijven
branden. Deze stand heet de energiebesparende stand.
Als er afdrukgegevens ontvangen worden tijdens de energiebesparende stand, dan wordt het
apparaat automatisch geactiveerd en begint het af te drukken. Ook als er een fax binnenkomt
tijdens de energiebesparende stand en de optionele fax is in gebruik, dan wordt het apparaat
geactiveerd en begint het af te drukken.
Voer een van de volgende handelingen uit om het apparaat weer te bedienen. Het apparaat is
binnen 10 seconden gebruiksklaar.
Druk op een willekeurige toets van het bedieningspaneel.
Open de originelenklep of de documenttoevoer.
Plaats de originelen in de documenttoevoer.
Wij wijzen u erop dat door omgevingsfactoren, zoals ventilatie, het apparaat langzamer kan
reageren.
Automatische energiebesparende stand
De automatische energiebesparende stand schakelt het apparaat automatisch in de
energiebesparende stand als het gedurende een vooraf ingestelde tijd niet gebruikt is. De
ingestelde standaardtijd bedraagt 3 minuten.
2-14
Voorbereiding voor het gebruik > Energiebesparende functie
Slaapstand en automatische slaapstand
Wanneer u de slaapstand wilt activeren, drukt u op de Power-toets. Het aanraakscherm en
alle lampjes op het bedieningspaneel gaan uit om het energieverbruik tot een minimum te
beperken. Enkel het aan/uit-lampje blijft branden. Deze stand heet de slaapstand.
Als er afdrukgegevens worden ontvangen tijdens de slaapstand, dan begint het
bedieningspaneel te branden en start het afdrukken.
Wanneer de optionele faxkit wordt gebruikt, dan worden ontvangen gegevens afgedrukt terwijl
het bedieningspaneel onverlicht blijft.
Om verder te gaan met bedienen, drukt u op de Power-toets. Het apparaat is binnen 23
seconden gebruiksklaar.
Wij wijzen u erop dat door omgevingsfactoren, zoals ventilatie, het apparaat langzamer kan
reageren.
Automatische slaapstand
De automatische slaapstand schakelt het apparaat automatisch in de slaapstand als het
gedurende een vooraf ingestelde tijd in de energiebesparende stand heeft gestaan. De
ingestelde standaardtijd bedraagt 20 minuten (voor het 20 ppm-model) en 30 minuten (voor
het 25 ppm-model).
Energiebesparende stand
In deze stand wordt het energieverbruik nog meer teruggebracht dan in de normale
slaapstand en kan de slaapstand afzonderlijk ingesteld worden voor elke functie. Afdrukken
vanaf een computer die is aangesloten via een USB-kabel, is niet mogelijk als het apparaat in
de slaapstand staat.
Druk om het apparaat te gebruiken op de Power-toets. De tijd die nodig is voor het apparaat
om vanuit de energiebesparende stand naar de normale bedieningsstand te schakelen is
langer dan vanuit de normale slaapstand.
OPMERKING
Als de optionele Gigabit Ethernetkaart geïnstalleerd is, dan kan de energiebesparende
stand niet worden ingesteld.
2-15
Voorbereiding voor het gebruik > Apparaatinstallatie-wizard
Apparaatinstallatie-wizard
De Apparaatinstallatie-wizard wordt opgestart als het apparaat voor de eerste keer wordt ingeschakeld na de installatie.
Volg de instructies op het scherm om de onderstaande instellingen te configureren:
Raadpleeg voor meer details over de instellingen de hulpinformatie die wordt weergegeven op het
aanraakscherm.
Datum/timerinstellingen Tijdzone
Zomertijd
Datum
Tijd
Netwerkinstellingen Verkrijg IP-adres
IP-adres
Subnetmasker
Standaardgateway
Installatie apparaat
10:10
Deze wizard helpt u bij het installeren
van uw apparaat.
Om verder te gaan, druk op
[Volgende >].
< Terug Volgend >
1. Datum/tijd
2. Netwerk
Systeemmenu/teller.
GB0889_00
2-16
Voorbereiding voor het gebruik > Embedded Web Server (instellingen voor e-mail)
Embedded Web Server (instellingen voor e-mail)
Het Embedded Web Server is een hulpmiddel dat wordt gebruikt voor taken als het controleren van de bedrijfsstatus
van het apparaat en het wijzigen van de instellingen voor beveiliging, netwerkafdrukken, e-mailverzending en
geavanceerde netwerkfuncties.
1
Geef het scherm weer.
1 Start uw internetbrowser.
2 Voer het IP-adres van het apparaat in in de adres- of locatiebalk.
Bijvoorbeeld http://192.168.48.21/
De internetpagina geeft basisinformatie over het apparaat en het Embedded Web Server
weer, evenals hun huidige status.
2
Configureer de functie.
Selecteer een categorie in de navigatiebalk links op het scherm. De waarden moeten voor
elke categorie afzonderlijk worden ingesteld.
Als beperkingen zijn ingesteld voor het Embedded Web Server, dan moet u een wachtwoord
invoeren om andere pagina's dan de startpagina te openen. Het standaardwachtwoord is
“admin00.” Het wachtwoord kan worden gewijzigd.
Raadpleeg voor meer informatie de Embedded Web Server Operation Guide.
OPMERKING
Hieronder is de informatie over de faxinstellingen weggelaten. Raadpleeg de FAX Operation
Guide voor meer informatie over de faxfunctie.
Om gebruik te maken van de faxfuncties is de optionele faxkit vereist.
2-17
Voorbereiding voor het gebruik > Embedded Web Server (instellingen voor e-mail)
E-mail verzenden
Het opgeven van de SMTP-instellingen maakt het mogelijk afbeeldingen die op dit apparaat zijn opgeslagen te
verzenden als e-mailbijlagen.
Deze functie kan alleen worden gebruikt als het apparaat is verbonden met een mailserver die het SMTP-protocol
gebruikt.
Controleer het volgende voordat u afbeeldingen op dit apparaat verzendt als e-mailbijlagen:
De netwerkomgeving die wordt gebruikt om met dit apparaat verbinding te maken met de mailserver: Een
permanente verbinding via een LAN wordt aanbevolen.
SMTP-instellingen: Gebruik het Embedded Web Server om het IP-adres of de hostnaam van de SMTP-server te
registreren.
Als er beperkingen zijn ingesteld voor de grootte van e-mailberichten, is het verzenden van grote e-mailberichten
misschien niet mogelijk.
1
Geef het scherm weer.
2
Configureer de functie.
Voer in elk veld de juiste instellingen in.
Instelling Beschrijving
SMTP-protocol Hiermee wordt het SMTP-protocol in- of uitgeschakeld. Het protocol moet
worden ingeschakeld om de e-mailfunctie te gebruiken.
SMTP-poortnummer Stel het SMTP-poortnummer in of gebruik de standaard SMTP-poort 25.
SMTP-servernaam Voer het IP-adres of de naam van de SMTP-server in. De naam en het
IP-adres van de SMTP-server mogen maximaal 64 karakters lang zijn.
Als u de naam invoert, moet ook een DNS-serveradres worden
geconfigureerd. Het DNS-serveradres kan worden ingevoerd onder TCP/
IP Algemeen.
Time-out SMTP-server Stel de wachttijd voor time-out in seconden in.
Verificatieprotocol Hiermee wordt het SMTP-verificatieprotocol in- of uitgeschakeld of wordt
POP voor SMTP ingesteld als protocol. De SMTP-verificatie ondersteunt
Microsoft Exchange 2000.
Verifiëren als Voor de verificatie heeft u de keuze uit drie POP3-accounts of u kunt een
andere account kiezen.
1
2
3
2-18
Voorbereiding voor het gebruik > Embedded Web Server (instellingen voor e-mail)
3
Klik op [Verzenden].
Aanmeldingsgebruikers-
naam
Wanneer Overige wordt geselecteerd bij Verifiëren als, wordt de
aanmeldingsgebruikersnaam die u hier instelt gebruikt voor de SMTP-
verificatie. De aanmeldingsgebruikersnaam mag maximaal 64 karakters
lang zijn.
Aanmeldingswachtwoord Wanneer Overige wordt geselecteerd bij Verifiëren als, wordt het
wachtwoord dat u hier instelt gebruikt voor de verificatie. Het wachtwoord
voor aanmelding mag maximaal 64 karakters lang zijn.
POP voor SMTP-timeout Stel de wachttijd voor time-out in seconden in wanneer u POP voor
SMTP als verificatieprotocol geselecteerd heeft.
Testen Hiermee test u of de SMTP-verbinding met succes tot stand kan worden
gebracht.
Groottebeperking e-mail Voer de maximumgrootte van te verzenden e-mailberichten in in
kilobytes. Als de waarde 0 is, dan is geen maximumgrootte ingesteld.
Adres afzender Voer het e-mailadres in van de persoon die verantwoordelijk is voor het
apparaat, bijvoorbeeld de apparaatbeheerder. Dit zorgt ervoor dat een
antwoord of een afleveringsfoutrapport naar een persoon wordt gestuurd
in plaats van naar het apparaat. Het adres van de afzender moet correct
worden ingevoerd voor SMTP-verificatie. Het adres van de afzender mag
maximaal 128 karakters lang zijn.
Handtekening Voer de handtekening in. De handtekening is vrije tekst die wordt
weergegeven aan het einde van het e-mailbericht. Deze wordt vaak
gebruikt om het apparaat verder te identificeren. De handtekening mag
maximaal 512 karakters lang zijn.
Domeinbeperking Voer de domeinnamen in die kunnen worden toegestaan of geweigerd.
De domeinnaam mag maximaal 32 karakters lang zijn. U kunt ook e-
mailadressen opgeven.
Instelling Beschrijving
3-1
3 Algemene bediening
In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd:
Papier plaatsen .................................................................................................................................................. 3-2
Voordat u het papier plaatst ..................................................................................................................... 3-2
Papier in de cassettes plaatsen ............................................................................................................... 3-3
Papier in de multifunctionele lade plaatsen ............................................................................................. 3-5
Originelen plaatsen ............................................................................................................................................ 3-7
Originelen op de glasplaat plaatsen ......................................................................................................... 3-7
Originelen in de documenttoevoer plaatsen ............................................................................................ 3-8
Serienummer van het apparaat controleren ...................................................................................................... 3-11
Teller controleren ............................................................................................................................................. 3-12
Aanmelden/afmelden ....................................................................................................................................... 3-13
Favorieten ........................................................................................................................................................ 3-15
Favorieten registreren ............................................................................................................................ 3-15
Favorieten bewerken en verwijderen ..................................................................................................... 3-19
Gebruik van favorieten ........................................................................................................................... 3-21
Sneltoetsen ...................................................................................................................................................... 3-23
Sneltoetsen registreren .......................................................................................................................... 3-23
Sneltoetsen bewerken en verwijderen ................................................................................................... 3-25
Gebruik van sneltoetsen ........................................................................................................................ 3-26
Wizard Snel installeren .................................................................................................................................... 3-27
Hulpscherm ...................................................................................................................................................... 3-29
Taken annuleren .............................................................................................................................................. 3-30
Gebruik van de verschillende functies ............................................................................................................. 3-31
Origineelformaat .................................................................................................................................... 3-33
Richting origineel ................................................................................................................................... 3-35
Originelen van verschillende formaten .................................................................................................. 3-37
2-zijdig/boek ........................................................................................................................................... 3-39
Continu scannen .................................................................................................................................... 3-42
Papierselectie ........................................................................................................................................ 3-44
Papieruitvoer .......................................................................................................................................... 3-45
Samenvoegen/verschuiven ................................................................................................................... 3-46
Marge ..................................................................................................................................................... 3-48
Nieten .................................................................................................................................................... 3-51
Dichtheid ................................................................................................................................................ 3-53
Scanresolutie ......................................................................................................................................... 3-54
Origineelbeeld ........................................................................................................................................ 3-55
Scherpte ................................................................................................................................................ 3-57
Dichtheid van de achtergrond aanpassen ............................................................................................. 3-58
Doorschijnen voorkomen ....................................................................................................................... 3-59
Zoomen .................................................................................................................................................. 3-60
Bestandsindeling .................................................................................................................................... 3-61
Kleurselectie .......................................................................................................................................... 3-63
Melding als taak voltooid is .................................................................................................................... 3-64
Bestandsnaam invoeren ........................................................................................................................ 3-66
Prioriteit onderdrukken ........................................................................................................................... 3-67
3-2
Algemene bediening > Papier plaatsen
Papier plaatsen
In de standaardopstelling kan er in de cassette en de multifunctionele lade papier worden geplaatst. Daarnaast is ook
een optionele papierinvoer verkrijgbaar.
Voordat u het papier plaatst
Wanneer u een nieuw pak papier opent, waaiert u het papier eerst los om de vellen uit elkaar te halen. Volg daarbij de
onderstaande stappen.
1 Buig de stapel papier zodanig dat het midden van het papier omhoog wijst.
2 Houd beide uiteinden van de stapel vast en trek eraan terwijl u de hele stapel doet omhoog
waaieren.
3 Beweeg uw rechter- en linkerhand beurtelings omhoog om een opening te creëren en lucht
tussen het papier te brengen.
4 Lijn ten slotte het papier uit op een vlakke tafel.
Als het papier gekruld of gevouwen is, maakt u dit recht voordat u het papier plaatst. Gekruld
of gevouwen papier kan papierstoringen veroorzaken.
Stel geopend papier niet bloot aan hoge temperaturen en hoge luchtvochtigheid, aangezien
vocht kopieerproblemen kan veroorzaken. Sluit na het plaatsen van het papier in de
multifunctionele lade of in een cassette eventueel resterend papier goed in de bewaarzak voor
papier af.
Als het apparaat langere tijd niet gebruikt gaat worden, bescherm dan al het papier tegen
vocht door het uit de cassettes te verwijderen en in de bewaarzak voor papier op te bergen.
BELANGRIJK
Als u op gebruikt papier (papier dat al voor kopiëren is gebruikt) kopieert, gebruikt u
geen papier dat met nietjes of een paperclip aan elkaar is bevestigd. Dit kan het
apparaat beschadigen of een slechte beeldkwaliteit veroorzaken.
OPMERKING
Als afdrukken omkrullen of niet netjes zijn gestapeld, draait u de stapel papier in de cassette
om.
Raadpleeg Papier op pagina 6-5 als u speciaal papier gebruikt zoals briefhoofden, papier
met perforaties of voorgedrukt papier met bijvoorbeeld een logo of bedrijfsnaam.
3-3
Algemene bediening > Papier plaatsen
Papier in de cassettes plaatsen
De standaardcassette is geschikt voor normaal papier, gerecycled papier en gekleurd papier. In de standaardcassette
past tot 500 vel normaal papier (80 g/m²).
De volgende papierformaten worden ondersteund: Ledger, Letter-R, Letter, Legal, Statement-R, Oficio II, A3, B4, A4,
A4-R, A5-R, B5, B5-R, Folio, 216 × 340 mm, 8K, 16K-R en 16K.
1
Stel het cassetteformaat in.
1
2
Stel het cassetteformaat in overeenkomstig het formaat van het papier dat erin wordt
geplaatst. De papierformaten staan op de cassette vermeld.
OPMERKING
Gebruik geen inkjetprinterpapier of ander papier met een speciale bovenlaag. (Dergelijk papier kan papierstoringen of
andere defecten veroorzaken.)
Gebruik voor duidelijkere en helderdere kleurenkopieën speciaal kleurenpapier.
Wanneer u andere mediatypes gebruikt dan normaal papier (zoals gerecycled of gekleurd papier), dan moet u altijd
het mediatype opgeven. De cassette is geschikt voor papier met een gewicht tot 256 g/m². Als u papier gebruikt met
een gewicht tussen de 106 en 256 g/m², stel het mediatype dan in op Dik.
Als het apparaat langere tijd niet gebruikt gaat worden, bescherm dan al het papier tegen vocht door het uit de
cassettes te verwijderen en in de bewaarzak voor papier op te bergen.
OPMERKING
Als u 11 × 17” (Ledger)-papier gebruikt, leg de papierlengtegeleider dan plat neer.
3-4
Algemene bediening > Papier plaatsen
2
Plaats het papier.
1
2
BELANGRIJK
Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar boven.
Controleer voor het plaatsen van het papier of het niet gekruld of gevouwen is.
Gekruld of gevouwen papier kan papierstoringen veroorzaken.
Zorg dat het papier niet boven de niveauaanduiding uitkomt (zie afbeelding).
Wanneer u het papier plaatst, houdt u de kant van de sluiting opwaarts gericht.
De lengte- en breedtegeleiders van het papier moeten aan het papierformaat worden
aangepast. Wanneer u het papier plaatst zonder deze geleiders aan te passen, kan het
papier schuin worden ingevoerd met papierstoringen tot gevolg.
Zorg ervoor dat de lengte- en breedtegeleiders stevig tegen het papier geklemd zitten.
Als er nog ruimte is, past u de geleiders opnieuw aan het papier aan.
3-5
Algemene bediening > Papier plaatsen
Papier in de multifunctionele lade plaatsen
In de multifunctionele lade past 100 vel normaal (80 g/m²) A4-papier of kleiner, of 25 vel normaal (80 g/m²) papier groter
dan A4.
De multifunctionele lade is geschikt voor papierformaten van A3 tot A6 en Hagaki en van Ledger tot Statement-R, 8K,
16K-R en 16K. Let erop dat u de multifunctionele lade gebruikt als u op speciaal papier afdrukt.
De capaciteit van de multifunctionele lade is als volgt.
Normaal papier (80 g/m²), gerecycled papier, gekleurd papier in formaat A4 of kleiner: 100 vel
Normaal papier (80 g/m²), gerecycled papier, gekleurd papier in formaat B4 of groter: 25 vel
Hagaki: 20 vel
Envelope DL, Envelope C5, Envelope #10 (Commercial #10), Monarch, Youkei 4, Youkei 2: 5 vel
Zwaar papier (106 tot 256 g/m²): 10 vel (als zwaar papier wordt gebruikt met een gewicht van 164 g/m² of hoger, dan
mag alleen papier van het formaat A4/Letter of kleiner worden geplaatst)
1
Stel het formaat van de multifunctionele lade in.
1
2
Wanneer u papierformaten van A3 tot B4 en Ledger tot Legal plaatst, trek dan de steun van de
multifunctionele lade uit.
BELANGRIJK
Wanneer u andere mediatypes gebruikt dan normaal papier (zoals gerecycled of gekleurd papier), dan moet u
altijd het mediatype opgeven. Als u papier gebruikt met een gewicht van 106 g/m² of hoger, stel het mediatype
dan in op Dik.
3-6
Algemene bediening > Papier plaatsen
2
Plaats het papier.
?
Plaats het papier langs de papierbreedtegeleiders in de lade, totdat het niet verder kan.
Wanneer u enveloppen of kaarten in de multifunctionele lade plaatst
Plaats de envelop met de te bedrukken zijde naar beneden.
BELANGRIJK
Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar beneden.
Gekruld papier moet u recht maken voor gebruik.
Strijk de bovenzijde glad als die opgekruld is.
Wanneer u papier in de multifunctionele lade plaatst, controleer dan eerst of er geen
papier achtergebleven is van een vorig gebruik voor u het papier plaatst. Als er
slechts een kleine hoeveelheid papier overblijft in de multifunctionele lade en u wil
het aanvullen, verwijder dan eerst het overgebleven papier uit de lade en voeg het bij
het nieuwe papier voor u het papier terug in de lade plaatst.
BELANGRIJK
Gebruik ongevouwen antwoordkaarten (Oufuku Hagaki).
Hoe u de enveloppen precies moet plaatsen (richting en kant) hangt af van het soort
envelop. Zorg dat u ze op de juiste manier plaatst. Anders kunnen ze in de verkeerde
richting of op de verkeerde kant worden bedrukt.
Antwoordkaarten
(Oufuku Hagaki)
Karton
(Hagaki)
Enveloppen
staand
Enveloppen
liggend
Sluit de flap.
Open de flap.
3-7
Algemene bediening > Originelen plaatsen
Originelen plaatsen
Originelen op de glasplaat plaatsen
Naast gewone vellen kunt u als origineel ook boeken of tijdschriften op de glasplaat plaatsen.
Open de originelenklep of de documenttoevoer en plaats het origineel.
OPMERKING
Zorg voor u de documenttoevoer opent, dat er geen originelen in de origineleninvoer of de originelenuitvoer zijn
achtergebleven. Originelen die in de origineleninvoer of de originelenuitvoer zijn achtergebleven, kunnen op de grond
vallen wanneer de documenttoevoer wordt geopend.
Er kunnen schaduwen ontstaan aan de randen en in het midden van opengevouwen originelen.
VOORZICHTIG
Laat de documenttoevoer niet openstaan, want dan bestaat er gevaar voor
lichamelijk letsel.
BELANGRIJK
Duw de originelenklep bij het sluiten niet met kracht omlaag. Te veel druk kan ervoor
zorgen dat de glasplaat breekt.
Als u boeken of tijdschriften op het apparaat plaatst, doe dit dan met de
documenttoevoer of de originelenklep open.
Lijn ze strak uit tegen de
aanduidingsplaten voor
het origineelformaat met
de linkerachterhoek als
referentiepunt.
Plaats de te scannen
zijde met het beeld
omlaag.
3-8
Algemene bediening > Originelen plaatsen
Originelen in de documenttoevoer plaatsen
De documenttoevoer scant automatisch elk vel van meerdere originelen. Beide zijden van dubbelzijdige originelen
worden gescand.
Originelen ondersteund door de documenttoevoer
Originelen niet ondersteund door de documenttoevoer
Zachte originelen zoals vinylvellen
Transparanten zoals OHP-folies
Carbonpapier
Originelen met erg gladde oppervlakken
Originelen met plakband of lijm
Natte originelen
Originelen met niet goed opgedroogde correctievloeistof
Originelen met een onregelmatige vorm (niet rechthoekig)
Originelen met uitsparingen
Gekreukt papier
Originelen met vouwen (Strijk de vouwen glad voor plaatsing. Als u dit niet doet, kan een papierstoring optreden.)
Originelen met paperclips of nietjes (Verwijder paperclips of nietjes en strijk eventuele golvingen, plooien of kreuken
glad. Als u dit niet doet, kan een papierstoring optreden.)
Gewicht 45 tot 160 g/m² (duplex: 50 tot 120 g/m²)
Formaat Maximaal A3 tot minimaal A5
Maximaal Ledger tot minimaal Statement-R
Capaciteit Normaal papier (80 g/m²), gekleurd papier, gerecycled papier: 50 vel (originelen van verschillende
formaten: 30 vel)
Dik papier (157 g/m²): 25 vel
Dik papier (120 g/m²): 33 vel
Kunstdrukpapier: 1 vel
3-9
Algemene bediening > Originelen plaatsen
Zo plaatst u originelen
1
Stel het formaat van de origineleninvoer in.
?
2
Plaats de originelen.
?
Plaats de te scannen zijde (of de eerste zijde van dubbelzijdige originelen) naar boven. Schuif
de voorrand zo ver mogelijk in de documenttoevoer.
BELANGRIJK
Zorg ervoor, voor u originelen plaatst, dat er geen originelen in de originelenuitvoer zijn achtergebleven. Op
de originelenuitvoer achtergebleven originelen kunnen de nieuwe originelen doen vastlopen.
OPMERKING
Zorg ervoor dat de geplaatste originelen niet boven de niveauaanduiding uitkomen. Als u dit
niet doet, kan dit leiden tot een papierstoring (zie afbeelding).
Kijk of de breedtegeleiders voor originelen perfect op de originelen aansluiten. Als er nog
ruimte is, past u de breedtegeleiders opnieuw aan. Als u dit niet doet, kan dit leiden tot een
papierstoring.
Originelen die voorgeboord of geperforeerd zijn, plaatst u zo dat de gaten of perforaties als
laatste (en niet als eerste) worden gescand.
3-10
Algemene bediening > Originelen plaatsen
Indicatorlampje voor geplaatste originelen
Het indicatorlampje voor geplaatste originelen brandt afhankelijk van hoe de originelen
geplaatst zijn.
De aanduidingen en hun status zijn de volgende:
Groen lampje (linkerlampje) brandt: het origineel is correct geplaatst.
3-11
Algemene bediening > Serienummer van het apparaat controleren
Serienummer van het apparaat controleren
Het serienummer van het apparaat staat gedrukt op de plek aangegeven in de afbeelding.
OPMERKING
U heeft het serienummer van het apparaat nodig als u contact opneemt met uw
servicevertegenwoordiger. Controleer het nummer voor u contact opneemt met uw
servicevertegenwoordiger.
7.2
3-12
Algemene bediening > Teller controleren
Teller controleren
Controleer het aantal afgedrukte en gescande pagina's.
1
Geef het scherm weer.
2
Controleer de teller.
Selecteer de taak die u wilt controleren.
[Afgedrukte pagina's]
Scroll door het scherm heen om het aantal pagina's te controleren. Door op [Tellen per
papierformaat] en vervolgens op [Zwart-wit] te drukken, kunt u het aantal pagina's per
papierformaat controleren.
[Gescande pagina's]
GB0054_03
1
2
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of
naar beneden te scrollen.
Afgedrukte pagina's
10:10Systeemmenu/teller.
Gescande pagina's
< Terug
1/1
Tellers
GB0584_00
Tellers - Afgedrukte pagina's
2
10:10Systeemmenu/teller.
Kopie (Full Color)
Kopie (Z&W)
Printer (Z&W)
Kopie (totaal)
2
0
1/3
Afsluiten
0
GB0585_00
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Tellers - Gescande pagina's
706
10:10Systeemmenu/teller.
FAX
Overige
Totaal
Kopiëren
15
11
1/1
Afsluiten
732
GB0589_00
3-13
Algemene bediening > Aanmelden/afmelden
Aanmelden/afmelden
Als het gebruikersaanmeldingsbeheer ingeschakeld is, dan moeten de aanmeldingsgebruikersnaam en het wachtwoord
worden ingevoerd om het apparaat te gebruiken.
Aanmelden
Normale aanmelding
1
Voer de aanmeldingsgebruikersnaam in.
Als dit scherm wordt weergegeven tijdens de bediening, druk dan op [Toetsenbord] om de
aanmeldingsgebruikersnaam in te voeren. De naam kan ook worden ingevoerd met behulp
van de cijfertoetsen.
2
Voer het aanmeldingswachtwoord in.
Druk op [Password] om het aanmeldingswachtwoord in te voeren.
3
Meld aan.
OPMERKING
Aanmelden is niet mogelijk als u uw aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord vergeten bent. Meld u zich in dit
geval aan met de toegangsrechten van de beheerder en wijzig uw aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord.
OPMERKING
Als Netwerkverificatie geselecteerd is als gebruikersverificatiemethode, dan kan zowel
Lokaal als Netwerk geselecteerd worden als verificatiebestemming.
10:10
Toetsenbord
Aanmeldingswachtwoord
Toetsenbord
Login gebruikersnaam
LoginMenu
Voer gebruikersnaam en wachtwoord in.
1
2
GB0723_00
GB0057_00
2
1
3
GB0057_00
GB0057_01
10:10
Toetsenbord
Aanmeldingswachtwoord
Toetsenbord
Login gebruikersnaam
LoginMenu
2500
****
Voer gebruikersnaam en wachtwoord in.
GB0723_01
3-14
Algemene bediening > Aanmelden/afmelden
Eenvoudige aanmelding
Als dit scherm verschijnt tijdens de bediening, selecteer dan een gebruiker en meld aan.
Afmelden
U kunt zich afmelden bij het apparaat door op de Afmelden-toets te drukken. Het invoerscherm voor de gebruikersnaam
en het wachtwoord verschijnt opnieuw.
Gebruikers worden automatisch afgemeld in de volgende situaties:
Als het apparaat in de slaapstand wordt geschakeld door op de Power-toets te drukken.
Als de automatische slaapstandfunctie wordt geactiveerd.
Als de automatische bedieningspaneel-reset wordt geactiveerd.
Als de automatische energiebesparende stand wordt geactiveerd.
Als het apparaat in de energiebesparende stand wordt geschakeld door op de
Spaarstand-toets te drukken.
OPMERKING
Als een gebruikerswachtwoord vereist is, dan wordt een invoerscherm weergegeven.
10:10
Menu
Selecteer gebruiker om in te loggen.
A
geen
geen
B
geen
geen
C
geen
geen
1/3
01
04
07
02
05
08
03
06
09
GB0023_00
3-15
Algemene bediening > Favorieten
Favorieten
Vaak gebruikte functies kunnen worden geregistreerd als favorieten, zodat ze makkelijk opgeroepen kunnen worden.
De volgende functies zijn voorgeregistreerd op dit apparaat. U kunt deze functies wissen evenals nieuwe functies
registreren. De functies aangemaakt door de externe software, zoals File Management Utility, worden ook hier
weergegeven.
Kopie van ID-kaart
Papierbesparende kopie
Scannen naar pc (Adresinvoer)
Scannen naar pc (Adresboek)
Scannen naar e-mail (Adresinvoer)
Scannen naar e-mail (Adresboek)
Favorieten registreren
Als u een favoriet registreert, kunt u kiezen tussen twee manieren om deze op te roepen:
Wizard-mode: Geregistreerde instellingen worden in volgorde opgeroepen en geconfigureerd telkens als u er één
controleert of wijzigt.
Programma-mode: Instellingen worden direct opgeroepen als u op de toets drukt waaronder ze geregistreerd zijn.
1
Configureer de functie.
Als u favorieten registreert in de programma-mode, configureer dan de kopieerfunctie,
verzendfunctie, faxfunctie (optioneel), de bestemming of een andere instelling die
geregistreerd moet worden.
OPMERKING
Er kunnen tot 20 instellingen als favorieten worden geregistreerd.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_C01
3-16
Algemene bediening > Favorieten
2
Geef het scherm weer.
3
Selecteer het taaktype.
Als u de wizard-mode selecteert
Selecteer de functie. Aangevinkte items worden door de wizard weergegeven.
4
Voer een naam in.
OPMERKING
Als het taaktype Kopiëren is, dan wordt de bestemmingsoproepmethode niet weergegeven.
Favorieten
Menu
10:10
1/1
Selecteer de functies.
ID Card Copy Paper Saving Copy Scan to PC(Addre
ess Entry)
Scan to PC(Addre
ss Book)
Scan to E-mail(A
ddress Entry)
Scan to E-mail(A
ddress Book)
2
GB0056_00
1
Menu
Toevoegen
10:10
Sluiten
Bewerken
Verwijderen
1/1
3
GB0779_00
Voeg toe - Taaktype
10:10Selecteer de taaksoort.
Verzend-
FAX
Kopiëren
Annuleren
1/1
Volgend >
GB0763_00
GB0764_00
1
2
Voeg toe - Bestemming recall-methode
10:10
Adresboek
Annuleren
1/2
Volgend >< Terug
Extern adresboek
Snelkiestoets
Voer adres in (E-mail)
GB0767_00
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar beneden te scrollen.
GB0769_00
24
13
GB0057_80
1
2
3-17
Algemene bediening > Favorieten
5
Controleer de instellingen.
Controleer de instellingen en voeg informatie toe of wijzig deze naar behoefte.
[Naam]
[Nummer]
[Machtiging]
Stelt de machtigingen voor favorieten in om te bepalen hoe ze worden gedeeld met andere
gebruikers.
[Bestemming]
Als het taaktype [Verzenden] of [Fax] is, selecteer dan de bestemmingsoproepmethode.
[Functies]
Toevoegen - Bevestiging
Taak versturen - E-mail
10:10
Annuleren
Selecteer het item dat u wilt wijzigen.
Taaktype
Nummer
Eigenaar
Naam
Multi-versturen
Admin
< Terug
1/2
Opslaan
Auto
GB0766_00
GB0057_81
2
3
1
Toevoegen - Bevestiging
Taak versturen - E-mail
10:10
Annuleren
Selecteer het item dat u wilt wijzigen.
Taaktype
Nummer
Eigenaar
Naam
Multi-versturen
Admin
< Terug
1/2
Opslaan
Auto
GB0760_00
2
3
GB0766_00
1
GB0305_00
Toevoegen - Bevestiging
Persoonlijk
10:10
Annuleren
Selecteer het item dat u wilt wijzigen.
Bestemming
Functies
Functietype
Machtiging
Adresboek
Wizard
< Terug
2/2
Opslaan
2
GB0766_02
1
2
GB0771_00
GB0766_02
1
2
GB0769_01
Toevoegen - Bevestiging
Persoonlijk
10:10
Annuleren
Selecteer het item dat u wilt wijzigen.
Bestemming
Functies
Functietype
Machtiging
Adresboek
Wizard
< Terug
2/2
Opslaan
2
GB0766_02
1
2
3
3-18
Algemene bediening > Favorieten
Als u de wizard-mode selecteert, vink de functie dan aan en voer de vereiste wijzigingen door.
[Functietype]
6
Registreer de favoriet.
GB0775_00
Toevoegen - Bevestiging
Persoonlijk
10:10
Annuleren
Selecteer het item dat u wilt wijzigen.
Bestemming
Functies
Functietype
Machtiging
Adresboek
Wizard
< Terug
2/2
Opslaan
2
GB0766_02
1
2
Toevoegen - Bevestiging
Taak versturen - E-mail
10:10
Annuleren
Selecteer het item dat u wilt wijzigen.
Taaktype
Nummer
Eigenaar
Naam
Multi-versturen
Admin
< Terug
1/2
Opslaan
Auto
GB0766_00
3-19
Algemene bediening > Favorieten
Favorieten bewerken en verwijderen
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de naam en machtiging van een geregistreerde favoriet bewerkt en hoe u
favorieten verwijdert.
1
Geef het scherm weer.
2
Bewerk of verwijder een favoriet.
Om een favoriet te bewerken
1 Selecteer de favoriet die u wilt bewerken.
2 Bewerk de favoriet.
[Naam]
[Nummer]
Favorieten
Menu
10:10
1/1
Selecteer de functies.
ID Card Copy Paper Saving Copy Scan to PC(Addre
ess Entry)
Scan to PC(Addre
ss Book)
Scan to E-mail(A
ddress Entry)
Scan to E-mail(A
ddress Book)
2
GB0056_00
1
Menu
Toevoegen
10:10
Sluiten
Bewerken
Verwijderen
1/1
GB0779_00
1
GB0780_00
2
Favoriet: E-mail TX
10:10
Annuleren
Taaktype
Nummer
Eigenaar
Naam
Multi-versturen
01
< Terug
1/2
Opslaan
Admin
Taak versturen - E-mail
GB0781_00
GB0057_82
2
3
1
Favoriet: E-mail TX
10:10
Annuleren
Taaktype
Nummer
Eigenaar
Naam
Multi-versturen
01
< Terug
1/2
Opslaan
Admin
Taak versturen - E-mail
GB0760_00
2
GB0781_00
1
3
3-20
Algemene bediening > Favorieten
[Machtiging]
Stelt de machtigingen voor favorieten in om te bepalen hoe ze worden gedeeld met andere
gebruikers.
3 Registreer de favoriet.
Om te verwijderen
Selecteer de favoriet die u wilt verwijderen.
Favoriet: E-mail TX
Gedeeld
10:10
Annuleren
Functies
Functietype
Machtiging
< Terug
2/2
Opslaan
2
Wizard
AdresboekBestemming
GB0305_00
GB0781_02
1
2
GB0781_02
Favoriet: E-mail TX
10:10
Annuleren
Taaktype
Nummer
Eigenaar
Naam
Multi-versturen
01
< Terug
1/2
Opslaan
Admin
Taak versturen - E-mail
GB0781_00
1
2
10:10
VerwijderAnnuleren
1/2
01 Taak versturen - E-mail
15 ID Card Copy
16 Paper Saving Copy
17 Scan to PC(Addre
ess Entry)
Verwijderen
Menu
Toevoegen
10:10
Sluiten
Bewerken
Verwijderen
1/1
GB0779_00
1
GB0782_00
2
3
3-21
Algemene bediening > Favorieten
Gebruik van favorieten
Roep de instellingen van een favoriet op.
1
Geef het scherm weer.
2
Selecteer een favoriet.
Als u de wizard-mode gebruikt
1 De geregistreerde schermen worden om de beurt weergegeven. Stel de gewenste
instellingen in.
2 Bevestig de instellingen en start de taak.
OPMERKING
Druk om de instellingen te bewerken op [<Terug] en voer de gewenste wijzigingen uit.
GB0056_00
Favorieten
Menu
10:10
1/1
Selecteer de functies.
ID Card Copy Paper Saving Copy Scan to PC(Addre
ess Entry)
Scan to PC(Addre
ss Book)
Scan to E-mail(A
ddress Entry)
Scan to E-mail(A
ddress Book)
Stel Combineren in.
Combineer
Uit 2 in 1 4 in 1
Overige
10:10
Volgend >Annuleren
Dichtheid
10:10Stel de dichtheid in.
Lichter
< Terug
Normaal
-3
Donkerder
-2 -1 0
Volgend >Annuleren
+1 +2 +3
GB0008_99
GB0016_99
GB0057_99
GB0820_00
Bevestiging
1Exemplaren
10:10
Annuleren
Papierselectie
Zoomen
Dichtheid
Exemplaren
Auto
100%
< Terug
1/6
Start
Druk op [Start] om te beginnen met kopiëren.
Normaal 0
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
3-22
Algemene bediening > Favorieten
Als u de programma-mode gebruikt
Selecteer een favoriet om de geregistreerde instellingen op te roepen.
Druk op de Start-toets om de taak te starten.
3-23
Algemene bediening > Sneltoetsen
Sneltoetsen
Vaak gebruikte functieschermen kunnen worden geregistreerd als sneltoetsen, zodat ze makkelijk opgeroepen kunnen
worden.
Sneltoetsen registreren
U kunt in het totaal 2 sneltoetsen registreren voor kopieerfuncties, verzendfuncties en functies voor de documentbox.
De volgende types sneltoetsen zijn beschikbaar:
1
Geef het scherm weer.
Druk op [Functies] in het scherm Kopiëren, Verzenden of Documentbox en vervolgens op
[Toevoegen/Bewerken sneltoets].
2
Selecteer [Toevoegen].
3
Selecteer de toets.
Selecteer de toets waaronder u de snelkoppeling wilt registreren.
Persoonlijke
snelkoppeling
Persoonlijke snelkoppelingen zijn enkel beschikbaar voor gebruik door de aangemelde gebruiker. Ze
kunnen uitsluitend worden ingesteld als het gebruikersaanmeldingsbeheer in gebruik is.
Gedeelde snelkoppeling Gedeelde snelkoppelingen kunnen door alle apparaatgebruikers worden gebruikt. Als het
gebruikersaanmeldingsbeheer in gebruik is, dan kunnen gedeelde snelkoppelingen enkel worden
ingesteld door gebruikers die aangemeld zijn als beheerders.
OPMERKING
Als u een reeds geregistreerd sneltoetsnummer selecteert, dan kunt u de huidige
geregistreerde sneltoets vervangen door een nieuwe.
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_00
12
toev./bew Sneltoets
Toevoegen
10:10Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Bewerken
1/1
Sluiten
Verwijderen
GB0790_00
10:10Selecteer de toets voor de snelkoppeling.
Persoonlijke snelkoppeling 2
Persoonlijke snelkoppeling 1
Annuleren
1/1
Volgend >
Voeg toe
Gedeelde snelkoppeling 1
Gedeelde snelkoppeling 2
GB0791_00
3-24
Algemene bediening > Sneltoetsen
4
Selecteer de functie.
Selecteer het functiescherm dat weergegeven moet worden via de sneltoets.
5
Voer de sneltoetsnaam in.
Er kunnen tot 24 karakters worden ingevoerd.
6
Registreer de sneltoets.
Bevestig de instellingen en druk op [Opslaan].
10:10Selecteer de functies.
Zoomen
Dichtheid
Duplex
Papierselectie
< TerugAnnuleren
1/5
Volgend >
Voeg toe - Functies
GB0792_00
1
2
GB0057_04
Voeg toe - Bevestiging
Sneltoets 1
10:10
Annuleren
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Naam
Functies
Nummer
< Terug
1/1
Opslaan
Zoomen
Sneltoets 1
GB0793_00
3-25
Algemene bediening > Sneltoetsen
Sneltoetsen bewerken en verwijderen
Wijzig het nummer/de naam van een sneltoets of verwijder een sneltoets.
1
Geef het scherm weer.
Druk op [Functies] in het scherm Kopiëren, Verzenden of Documentbox en vervolgens op
[Toevoegen/Bewerken sneltoets].
2
Bewerk of verwijder een sneltoets.
Om een sneltoets te bewerken
1 Selecteer het type sneltoets en het nummer dat u wilt bewerken.
2 Bewerk de sneltoets.
[Nummer]
[Naam]
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
FavorietenSneltoets 1 Sneltoets 2
GB0001_04
GB0002_00
12
toev./bew Sneltoets
Toevoegen
10:10Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Bewerken
1/1
Sluiten
Verwijderen
GB0790_01
GB0796_00
1
2
Bewerken - Bevestiging
Sneltoets 1
10:10
Annuleren
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Naam
Functies
Nummer
< Terug
1/1
Opslaan
Zoomen
Sneltoets 1
GB0797_00
GB0794_00
1
2
Bewerken - Bevestiging
Sneltoets 1
10:10
Annuleren
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Naam
Functies
Nummer
< Terug
1/1
Opslaan
Zoomen
Sneltoets 1
2
3
GB0057_60
GB0797_00
1
3-26
Algemene bediening > Sneltoetsen
3 Registreer de sneltoets.
Om te verwijderen
Selecteer de sneltoets die u wilt verwijderen.
Gebruik van sneltoetsen
De geregistreerde sneltoets wordt weergegeven in het beginscherm van Kopiëren,
Verzenden, FAX*, Afdrukken vanaf USB-geheugen of Opslaan in USB-geheugen of polling-
box*. Als op [Sneltoets] wordt gedrukt, dan wordt overgeschakeld naar het scherm van de
geregistreerde functie.
* Hiervoor is de optionele faxkit vereist.
Bewerken - Bevestiging
Sneltoets 1
10:10
Annuleren
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Naam
Functies
Nummer
< Terug
1/1
Opslaan
Zoomen
Sneltoets 1
GB0797_00
1
2
toev./bew Sneltoets
Toevoegen
10:10Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Bewerken
1/1
Sluiten
Verwijderen
DB0790_01
2
1
3
GB0798_00
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
FavorietenSneltoets 1 Sneltoets 2
GB0001_04
3-27
Algemene bediening > Wizard Snel installeren
Wizard Snel installeren
Voer de volgende basisinstellingen uit volgens de instructies van de wizard:
1
Geef het scherm weer.
2
Selecteer een functie.
3
Configureer de functie.
Energiebesparings-
configuratie
Stelt de slaapstand en de energiebesparende stand in.
1. Slaapstand Slaapstand - Automatische slaapstand, Slaapstand - Timer voor
slaapstand
Slaapstand - Slaapstandniveau
2. Energiebesparende
stand
Energiebesparende stand - Timer voor energiebesparende stand
Faxconfiguratie*
* Deze functie wordt enkel weergegeven als de optionele fax geïnstalleerd is.
Stelt de basisfaxinstellingen in.
1. Bel-/Ontvangstmode Bel-/Ontvangstmode - Belmode, Bel-/Ontvangst-mode - Ontvangstmode,
Bel-/Ontvangstmode - Auto (DRD)
2. Lokale faxinfo Lokale faxinfo - Lokaal faxnummer, Lokale faxinfo - Lokale fax-ID,
Lokale faxinfo - Printpositie
3. Geluidsvolume Geluidsvolume - Bevestiging, Speakervolume, Monitorvolume
4. Belsignalen Belsignalen - Bevestiging, Antwoordapparaat, FAX/TEL-schakelaar
5. Uitvoer Uitvoer - Papieruitvoer, Uitvoer - Kleiner ontvangstformaat
6. Opnieuw bellen Opnieuw bellen - Aantal keer opnieuw bellen
1
2
GB0054_00
FAX setup
10:10Systeemmenu/teller.
< Terug
1/1
Energiebesparing setup
Versnelde installatie-wizard
GB0840_00
FAX setup
10:10
De wizard helpt u bij de basisinstellingen
voor het gebruik van de fax.
Afsluiten Volgend >
1. Bellen/RX modus
2. Lokale FAX info
3. Geluidsvolume
4. Belsignalen
5. Uitvoer
6. Opnieuw bellen
Systeemmenu/teller.
GB0841_00
3-28
Algemene bediening > Wizard Snel installeren
Start de wizard. Volg de instructies op het scherm om de instellingen te configureren.
OPMERKING
Als u problemen ondervindt bij het configureren van de instellingen, raadpleeg dan
Hulpscherm op pagina 3-29.
Afsluiten Sluit de wizard af. De tot nu toe geconfigureerde instellingen worden
toegepast.
<< Vorige Terug naar het vorige item.
Overslaan >> Vooruit naar het volgende item zonder het huidige item in te stellen.
Volgende > Naar het volgende scherm.
< Terug Terug naar het vorige scherm.
Voltooien Registreer de instellingen en sluit de wizard af.
Lokale FAX info
10:10
Stel de kies- en ontvangstmode in.
Afsluiten Volgend >
1. Bellen/RX modus
2. Lokale FAX info
3. Geluidsvolume
4. Belsignalen
5. Uitvoer
6. Opnieuw bellen
Systeemmenu/teller.
Overslaan
>>
GB0846_00
3-29
Algemene bediening > Hulpscherm
Hulpscherm
Als u problemen ondervindt bij het bedienen van het apparaat, dan kunt u de bediening nakijken via het aanraakscherm.
Als [?] (hulp) wordt weergegeven op het aanraakscherm, dan kunt u erop drukken om het hulpscherm te openen.
Hoe leest u het scherm
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Papier- selectie
Auto
A4 A4
A4 A4
10:10
Annuleren OK
Normaal Normaal
Normaal Normaal
GB0004_00
Papier- selectie
10:10Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Selecteer de cassette of de multifunctionele lade met het
gewenste papierformaat.
Auto: Het geschikte papierformaat wordt automatisch
geselecteerd.
Cassette 1: Het papier in cassette 1 wordt geselecteerd.
Cassette 2: Het papier in cassette 2 wordt geselecteerd.
Cassette 3: Het papier in cassette 3 wordt geselecteerd.
MF-lade: Het papier in de multifunctionele lade wordt
geselecteerd.
1/2
Hulponderwerpen
Geeft informatie weer over
het bedienen van de
functies en het apparaat.
Sluit het hulpscherm en
keert terug naar het
oorspronkelijke scherm.
Scrolt naar boven en naar
beneden als de hulptekst
niet in zijn geheel kan
worden weergegeven op
één scherm.
GH0001_00
3-30
Algemene bediening > Taken annuleren
Taken annuleren
Annuleer een lopende afdruk- of verzendtaak.
1
Druk op de Stop-toets.
2
Annuleer een taak.
Als een scantaak bezig is
Annuleren… wordt weergegeven en de lopende taak wordt geannuleerd.
Als een afdruktaak bezig is of in de wacht staat
Selecteer de taak die u wilt annuleren en druk op [Verwijderen].
Een afdruktaak vanaf de computer annuleren
Om een lopende afdruktaak te annuleren met behulp van het printerstuurprogramma voor de printer start met
afdrukken, handelt u als volgt:
1 Dubbelklik op het printerpictogram ( ) in de taakbalk rechts onderin het Windows-
bureaublad om een dialoogvenster voor de printer te openen.
2 Klik op het bestand waarvan u het afdrukken wilt annuleren en selecteer Annuleren in het
menu Document.
OPMERKING
De huidige afdruktaak wordt tijdelijk onderbroken. Gaat verder zonder de taken die worden
verzonden tijdelijk te onderbreken.
U kunt ook lopende taken of taken die in de wacht staan annuleren na het controleren van
hun status.
GB0222_01
Taak annuleren
10:10Opdracht wordt geannuleerd.
doc0000952010092810...
Verwijderen
annuleren
SluitenMenu
2/30
1/1
0095
Afdruktaken
onderbreken
1
2
GB0717_00
3
Geeft details weer voor elk van de taken.
3-31
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Gebruik van de verschillende functies
In dit gedeelte worden de standaardfuncties beschreven die geconfigureerd kunnen worden voor kopiëren, voor
verzenden en voor de documentbox.
1
Geef het scherm weer.
Druk op de toets van een bepaalde functie.
Als u een USB-geheugen gebruikt, steek het dan in de USB-
geheugensleuf (A1).
Druk op [Ja] in het weergegeven scherm.
Als u afdrukt vanaf het USB-geheugen, selecteer dan het af te drukken
bestand en druk op [Afdrukken].
Als u een document opslaat in het USB-geheugen, selecteer dan de
map waarin het bestand moet worden opgeslagen en druk op [Menu]
en vervolgens op [Bestand opslaan].
.
2
Selecteer de functies.
Selecteer de te gebruiken functies.
Druk op [Functies] om alle functies weer te geven.
Raadpleeg Algemene functies op pagina 3-32.
OPMERKING
Als het aanraakscherm uitgeschakeld is, druk dan op de toets
Spaarstand of Power en wacht tot het apparaat opgewarmd is.
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
3-32
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Algemene functies
Functies die te maken hebben met de originelen
Functies die te maken hebben met de documentkwaliteit
Wat wilt u doen? Referentiepagina
Het origineelformaat opgeven. Origineelformaat pagina 3-33
De richting van het origineel opgeven om in de juiste richting te scannen. Richting origineel pagina 3-35
Originelen van verschillende formaten scannen. Originelen van verschillende formaten
pagina 3-37
Automatisch dubbelzijdige originelen scannen. 2-zijdig/boek pagina 3-39
Een groot aantal originelen afzonderlijk scannen en ze als één taak verwerken. Continu scannen pagina 3-42
Wat wilt u doen? Referentiepagina
Het papierformaat en de papiersoort opgeven. Papierselectie pagina 3-44
De papieruitvoer wijzigen. Papieruitvoer pagina 3-45
De uitgevoerde documenten samenvoegen in paginavolgorde.
De uitgevoerde documenten per set verschuiven.
Samenvoegen/verschuiven pagina 3-46
Marges (witruimte) toevoegen. Marge pagina 3-48
De uitgevoerde documenten nieten. Nieten pagina 3-51
De dichtheid aanpassen. Dichtheid pagina 3-53
De resolutie instellen waarmee de originelen gescand worden. Scanresolutie pagina 3-54
Selecteer het beeldtype van het origineel voor een optimaal resultaat. Origineelbeeld pagina 3-55
De omlijning van teksten of lijnen benadrukken.
De beeldomlijning vervagen.
Scherpte pagina 3-57
De achtergrond van de originelen donkerder of lichter maken (het gebied zonder tekst
of afbeeldingen).
Dichtheid van de achtergrond aanpassen
pagina 3-58
Doorschijnen voorkomen bij dubbelzijdige originelen. Doorschijnen voorkomen pagina 3-59
De originelen vergroten of verkleinen naar het formaat voor verzenden of opslaan. Zoomen pagina 3-60
De bestandsindeling selecteren voor de beelden die worden verzonden of
opgeslagen.
Bestandsindeling pagina 3-61
De kleurstand wijzigen. Kleurselectie pagina 3-63
Een e-mailbericht verzenden als een taak voltooid is. Melding als taak voltooid is pagina 3-64
Een bestandsnaam toevoegen aan een taak om de status ervan gemakkelijk te
kunnen controleren.
Bestandsnaam invoeren pagina 3-66
De huidige taak onderbreken en uitstellen om voorrang te geven aan een andere
taak.
Prioriteit onderdrukken pagina 3-67
3-33
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Origineelformaat
Geef het formaat op van het origineel dat gescand wordt.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Origineelformaat].
2
Selecteer het formaat van het origineel.
[Auto]
Auto Detecteert automatisch het formaat van het origineel.
Metrisch Selecteer uit A3, A4-R, A4, A5-R, A5, A6-R, B4, B5-R, B5, B6-R, B6, Folio of 216 × 340 mm.
inch Selecteer uit Ledger, Letter-R, Letter, Legal, Statement-R, Statement, 11 × 15" of Oficio II.
Overige Selecteer uit 8K, 16K-R, 16K, Hagaki, Oufuku Hagaki of Custom.
Formaatinvoer Voer het formaat in.
Inch — Horizontaal: 2 tot 17" (in stappen van 0,01"), Verticaal: 2 tot 11.69" (in stappen van 0,01")
Metrisch — Horizontaal: 50 tot 432 mm (in stappen van 1 mm), Verticaal: 50 tot 297 mm (in stappen
van 1 mm)
OPMERKING
Let erop dat u altijd het origineelformaat opgeeft als u originelen van afwijkende formaten gebruikt.
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
2
GB0001_01
GB0002_00
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Origineel formaat
Auto Metrisch Inch
Overige
10:10
Annuleren OK
Formaat
invoer
GB0025_00
3-34
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
[Metrisch], [Inch] of [Overige]
Selecteer het formaat van het origineel.
[Formaatinvoer]
Druk op het veld met de getallen en gebruik [-]/[+] of de cijfertoetsen om een waarde in te
voeren.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Origineel formaat
Auto Metrisch Inch
Overige
10:10
Annuleren OK
Formaat
invoer
GB0025_00
GB0026_00
1
2
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Origineel formaat
Auto Metrisch Inch
Overige
10:10
Annuleren OK
Formaat
invoer
1
GB0025_00
GB0029_00
3
2
3-35
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Richting origineel
Selecteer waar de bovenrand van het originele document zich bevindt om in de juiste richting te
scannen.
De richting van het originele document moet opgegeven zijn om de volgende functies te kunnen gebruiken.
•Duplex
Marge
Combineren
Nieten (optioneel)
Als de originelen op de glasplaat worden geplaatst
Als de originelen in de documenttoevoer worden geplaatst
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Afdr.richting origineel].
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Bovenrand boven Bovenrand links
Bovenrand boven Bovenrand links
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_00
1
2
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
3-36
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
2
Selecteer de functie.
Selecteer de richting van het origineel.
Gereed voor kopiëren.
Afdr.richting origineel
Bovenrand boven Bovenrand links
10:10
Annuleren OK
GB0036_01
3-37
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Originelen van verschillende formaten
Scan alle pagina's via de documenttoevoer, ook al zijn ze van verschillende formaten.
Ondersteunde combinaties van originelen
B4 en B5
Ledger en Letter (A3 en A4)
Ledger en Letter-R (Folio en A4-R)
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Originelen van verschillende formaten].
OPMERKING
Als u de volgende formaten combineert: Folio en A4-R, zorg er dan voor dat Auto-detectie
origineel ingesteld is op [Aan] voor [Folio].
Er kunnen tot 30 originelen van verschillende formaten in de documenttoevoer worden
geplaatst.
Verzenden
Scannen
naar USB
Kopiëren
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
2
GB0001_01
GB0002_00
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
3-38
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
2
Selecteer de functie.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Originelen met verschillende formaten.
Uit Aan
10:10
Annuleren OK
GB0035_00
3-39
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
2-zijdig/boek
Selecteer het type en de richting van de binding op basis van het origineel.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
1-zijdig Kies deze instelling bij een eenzijdig origineel.
2-zijdig Kies deze instelling bij een dubbelzijdig origineel dat aan de linker- of
rechterkant wordt gebonden.
Boek Kies deze instelling als het origineel een boek of een tijdschrift is dat aan
de linkerkant is gebonden.
Overige
instellingen
2-zijdig/
boek
1-zijdig Kies deze instelling bij een eenzijdig origineel.
2-zijdig (Binding links/
rechts)
Kies deze instelling bij een dubbelzijdig origineel dat aan de linker- of
rechterkant wordt gebonden.
2-zijdig (Binding boven) Kies deze instelling bij een dubbelzijdig origineel dat aan de bovenkant
wordt gebonden.
Boek (Binding links) Kies deze instelling als het origineel een boek of een tijdschrift is dat aan
de linkerkant is gebonden.
Boek (Binding rechts) Kies deze instelling als het origineel een boek of een tijdschrift is dat aan
de rechterkant is gebonden.
Richting origineel*
* Deze functie wordt weergegeven als [2-zijdig (Binding links/rechts)] of [2-zijdig (Binding boven)] is geselecteerd.
Selecteer waar de bovenrand van het originele document zich bevindt om
in de juiste richting te scannen.
Verzenden
Scannen
naar USB
3-40
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
2
2
Selecteer het type origineel.
[2-zijdig] of [Boek]
[Overige]
1
Verzend- Bestem:
Kies opnieuw
Check
E-mail
Snelkiestoets Adresboek Extern adresboek
FAXMap
Functies
10:10
1/2
Favorieten
Gereed voor verzenden.
GB0055_00
GB0081_01
2
1
Verzenden
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor opslaan in box.
Bestand opslaan
Bestands-
formaat
2zijdig/
boek
Scan-
resolutie
Dichtheid Best.naam
invoeren
Normaal 0
PDF 1-zijdig 300x300dpi
doc
Functies
10:10
Annuleren
Scannen naar USB
GB0096_00
2-zijdig/boek origineel
1-zijdig 2-zijdig Boek
Overige
10:10
Annuleren OK
Gereed voor verzenden.
GB0013_00
GB0013_00
2-zijdig/boek origineel
1-zijdig 2-zijdig Boek
Overige
10:10
Annuleren OK
Gereed voor verzenden.
3-41
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
2 Selecteer het type origineel.
3 Selecteer de richting van het origineel.
2-zijdig/boek origineel - Overige
2-zijdig/boek origineel
10:10
Annuleren < Terug
1/1
OK
1-zijdig
Gereed voor verzenden.
GB0014_00
GB0011_00
2
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
GB0015_00
2-zijdig/boek origineel - Overige
2-zijdig/boek origineel
10:10
Annuleren
Afdr.richting origineel
< Terug
1/1
OK
Tweezijdig (binding L/R)
Bovenrand boven
Gereed voor verzenden.
GB0014_01
2
1
3-42
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Continu scannen
Scan een groot aantal originelen afzonderlijk en verwerk ze als één taak. De originelen worden
continu gescand tot u op [Scan voltooien] drukt.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Continu scannen].
2
Selecteer de functie.
3
Scan de originelen.
Plaats de originelen en druk op de Start-toets om het scannen te starten.
Als het origineel eenmaal gescand is, plaats dan het volgende origineel en druk op de Start-
toets. Volg dezelfde procedure om alle overige originelen te scannen.
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_02
2
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Continu scannen
Uit Aan
10:10
Annuleren OK
GB0043_00
3-43
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
4
Voltooi het scannen.
Start het kopiëren, verzenden of opslaan.
Taaknr.:0003
10:10Plaats de originelen en druk op Start.
Gescande pagina's
Annuleren
Taaknaam:doc00000320101010101010
Scan
voltooien
GB0222_00
3-44
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Papierselectie
Selecteer de cassette of de multifunctionele lade met het benodigde papierformaat.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Papierselectie].
2
Selecteer de papierbron.
Als [Auto] is geselecteerd, dan wordt automatisch het papier gekozen dat overeenkomt met
het formaat van het origineel.
[2] (Cassette 2) en [3] (Cassette 3) worden weergegeven als de optionele papierinvoer is
geïnstalleerd. [M] geeft de multifunctionele lade aan.
Geef, als u de multifunctionele lade selecteert, het papierformaat en het mediatype op. De
beschikbare papierformaten en mediatypes staan weergegeven in de onderstaande tabel.
Papierformaat Metrisch: Selecteer A3, A4-R, A4, A5-R, A6-R, B4, B5-R, B5, B6-R,
Folio of 216 × 340 mm.
Inch: Selecteer Ledger, Letter-R, Letter, Legal, Statement-R, Executive
of Oficio II.
Overige: Selecteer 8K, 16K-R, 16K, ISO B5, Envelope #10, Envelope
#9, Envelope #6, Envelope Monarch, Envelope DL, Envelope C5,
Envelope C4, Hagaki, Oufukuhagaki, Youkei 4, Youkei 2 of Custom.
Formaatinvoer: Voer een formaat in dat niet tot de standaardformaten
behoort.
Inch-modellen – X: 5,83 tot 17" (in stappen van 0,01"), Y: 3,86 tot 11,69"
(in stappen van 0,01")
Metrische modellen – X: 148 tot 432 mm (in stappen van 1 mm), Y: 98
tot 297 mm (in stappen van 1 mm)
Mediatype Normaal (105 g/m² of minder), Overheads, Ruw, Velijn (64 g/m² of
minder), Etiketten, Gerecycled, Voorbedrukt, Bond, Karton, Kleur,
Geperforeerd, Briefhoofd, Envelop, Dik (106 g/m² en meer), Gecoat,
Hoge kwaliteit, Custom 1 tot 8.
Kopiëren
Print
vanaf USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Papier- selectie
Auto
A4 A4
A4 A4
10:10
Annuleren OK
Normaal Normaal
Normaal Normaal
GB0004_00
3-45
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Papieruitvoer
Stel in of het papier uitgevoerd wordt in de lade van de documentfinisher of de takenscheider.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Papieruitvoer].
2
Selecteer de uitvoerbestemming.
Binnenlade*
* Als de optionele documentfinisher geïnstalleerd is, dan wordt [Binnenste uitvoerlade] gewijzigd in [Uitvoerlade finisher].
De pagina's worden met de bedrukte zijde naar beneden in de binnenlade uitgevoerd.
Uitvoerlade finisher* De pagina's worden met de bedrukte zijde naar beneden in de lade van de optionele documentfinisher
uitgevoerd.
Takenscheiderlade De pagina's worden met de bedrukte zijde naar beneden in de lade van de takenscheider uitgevoerd.
Kopiëren
Print
vanaf USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_00
2
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Papieruitvoer
Binnenlade
10:10
Annuleren OK
uitvoerlade
Takenscheider
GB0031_00
3-46
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Samenvoegen/verschuiven
Sorteer de uitgevoerde documenten per pagina of per set.
Samenvoegen
Meerdere originelen worden gescand en volledige sets met kopieën worden op
paginanummer afgeleverd.
Verschuiven
Zonder documentfinisher (optioneel)
Als u Verschuiven gebruikt, dan worden de afgedrukte kopieën gemaakt nadat elke set (of
pagina) 90° gedraaid is.
Met documentfinisher (optioneel)
Wanneer u Verschuiven gebruikt, dan worden de afgedrukte kopieën opgesplitst na elke set
met kopieën (of na elke pagina).
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
OPMERKING
Om te verschuiven zonder documentfinisher, plaatst u papier van hetzelfde formaat in de
tweede papierbron in een andere richting.
De papierformaten die bij Verschuiven worden ondersteund, zijn A4, B5, Letter en 16K.
Kopiëren
Print
vanaf USB
3-47
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
2 Druk op [Samenvoegen/verschuiven].
2
Selecteer de functie.
GB0001_01
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0021_00
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Sorteer/verschuif
Uit Alleen samenvoegen Verschuif elke pag.
Verschuiven Elke set
10:10
Annuleren OK
3-48
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Marge
Voeg marges (witruimte) toe.
Margebreedte
Marge op de achterkant
Bij dubbelzijdig kopiëren kunt u ook de marge voor de achterkant opgeven.
Auto
Als [Auto] geselecteerd is, dan wordt automatisch een geschikte marge toegepast op de achterkant overeenkomstig de
marge opgegeven voor de voorkant en de bindzijde.
Handmatig
Maakt het mogelijk de instellingen voor de voor- en achterkant afzonderlijk op te geven.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Marge].
2
Voer de margebreedte in.
1
Invoereenheden Margebreedte
Inch -0,75 tot 0,75" (in stappen van 0,01")
Metrisch -18 mm tot 18 mm (in stappen van 1 mm)
Kopiëren
Print
vanaf USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_02
2
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Marge
Uit Aan
10:10
Annuleren OK
GB0038_00
1
3-49
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
2
Druk op het veld en gebruik [-]/[+] om een waarde in te voeren.
3
Geef de marge op voor de achterkant.
1
[Auto]
[Handmatig]
Druk op het veld en gebruik [-]/[+] om een waarde in te voeren.
OPMERKING
[Richting origineel] wordt niet weergegeven als een document uit het USB-geheugen wordt
afgedrukt.
Marge - Instellingen
Marge
10:10
Annuleren
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Achterblad
Afdr.richting origineel
< Terug
1/1
OK
Links: 6mm
Zelfde als voorblad
Bovenrand boven
GB0040_00
1
GB0039_00
3
2
GB0039_00
Marge - Instellingen
Marge
10:10
Annuleren
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Achterblad
Afdr.richting origineel
< Terug
1/1
OK
Links: 6mm
Zelfde als voorblad
Bovenrand boven
Marge - Achterblad
10:10Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Handmatig
Auto
Annuleren
1/1
OK
GB0041_00
GB0041_00
GB0042_00
Marge - Achterblad
10:10Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Handmatig
Auto
Annuleren
1/1
OK
2
3
1
3-50
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
4
Selecteer de richting van het origineel.
OPMERKING
[Richting origineel] wordt niet weergegeven als een document uit het USB-geheugen wordt
afgedrukt.
GB0041_00
GB0015_00
Marge - Instellingen
Marge
10:10
Annuleren
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Achterblad
Afdr.richting origineel
< Terug
1/1
OK
Links: 6mm
Zelfde als voorblad
Bovenrand boven
2
1
3-51
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Nieten
Niet documenten. U kunt bovendien de nietpositie opgeven.
De volgende nietopties en richtingen zijn beschikbaar.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Nieten].
OPMERKING
Voor het nieten is de documentfinisher vereist.
Richting origineel:
Bovenrand (Rand achter)
Richting origineel:
Bovenrand links (Linkerbovenhoek)
Richting van het papier in
de cassette
Richting van het papier in
de cassette
Kopiëren
Print
vanaf USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_05
2
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
3-52
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
2
Selecteer de positie voor het nieten.
[1 nietje] of [2 nietjes]
[Overige]
1
2 Selecteer de positie voor het nieten.
3 Selecteer de richting van het origineel.
OPMERKING
[Richting origineel] wordt niet weergegeven als een document uit het USB-geheugen wordt
afgedrukt.
GB0032_00
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Nieten
Uit 1 nietje 2 nietjes
2 nietjes Overige
10:10
Annuleren OK
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Nieten
Uit 1 nietje 2 nietjes
2 nietjes Overige
10:10
Annuleren OK
GB0032_00
Nieten - Overige
Nieten
10:10
Annuleren
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
< Terug
1/1
OK
Uit
GB0033_00
GB0034_00
2
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Nieten - Overige
Nieten
10:10
Annuleren
Afdr.richting origineel
< Terug
1/1
OK
2 nietjes (Rechts)
Bovenrand boven
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
GB0033_01
1
2
GB0015_02
3-53
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Dichtheid
Stel de dichtheid in op één van de 7 niveaus.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2
2
Stel de dichtheid in.
Druk op [-3] tot [+3] (Lichter - Donkerder) om de dichtheid in te stellen.
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
Kopiëren Scannen naar USB
GB0001_01
GB0096_00
Verzend- Bestem:
Kies opnieuw
Check
E-mail
Snelkiestoets Adresboek Extern adresboek
FAXMap
Functies
10:10
1/2
Favorieten
Gereed voor verzenden.
Verzenden
GB0055_00
GB0081_02
2
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Dichtheid
10:10Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Lichter
Annuleren
Normaal
-3
Donkerder
-2 -1 0 +1 +2 +3
OK
GB0008_00
3-54
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Scanresolutie
Selecteer de dichtheid van de scanresolutie.
Er kan worden gekozen uit de resoluties [200×100dpi], [200×200dpi Fijn], [200×400dpi Superfijn], [300×300dpi],
[400×400dpi Ultrafijn] en [600×600dpi].
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2
2
Selecteer de resolutie.
OPMERKING
Hoe hoger het getal, hoe beter de beeldresolutie. Een betere resolutie betekent echter ook grotere bestanden en
langere verzendtijden.
Verzenden
Scannen
naar USB
Verzend- Bestem:
Kies opnieuw
Check
E-mail
Snelkiestoets Adresboek Extern adresboek
FAXMap
Functies
10:10
1/2
Favorieten
Gereed voor verzenden.
GB0055_00
GB0081_01
2
1
Verzenden
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor opslaan in box.
Bestand opslaan
Bestands-
formaat
2zijdig/
boek
Scan-
resolutie
Dichtheid Best.naam
invoeren
Normaal 0
PDF 1-zijdig 300x300dpi
doc
Functies
10:10
Annuleren
Scannen naar USB
GB0096_00
Scanresolutie
600x600dpi 400x400dpi Ultra 300x300dpi
200x400dpi Super 200x200dpi fijn
10:10
Annuleren OK
200x100dpi normaal
Gereed voor verzenden.
GB0085_00
3-55
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Origineelbeeld
Selecteer het beeldtype van het origineel voor een optimaal resultaat.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Originele afbeelding].
Tekst+foto Meest geschikt voor originelen met zowel tekst als foto's.
Foto Meest geschikt voor foto's.
Tekst Voor een scherpe weergave van tekst in potlood en fijne lijnen.
Grafiek/kaart*
* Deze functie kan enkel worden ingesteld bij kopiëren.
Meest geschikt voor grafieken en kaarten.
Kopie/Afdruk* Meest geschikt voor documenten die oorspronkelijk op dit apparaat zijn afgedrukt.
Tekst (voor OCR)**
** Deze functie kan enkel worden gebruikt als de kleurstand ingesteld is op Zwart-wit of Auto (kleur/zwart-wit) (bij verzenden en
opslaan).
Voor documenten die worden gelezen met optische tekenherkenning.
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_01
1
2
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
3-56
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
2
Selecteer de beeldkwaliteit.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Originele afbeelding
Tekst+foto Foto Tekst
Afbeelding/kaart
10:10
Annuleren OK
Printeruitvoer
GB0037_00
Kopiëren Verzenden/Scannen naar USB
GB0037_01
3-57
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Scherpte
Stel de scherpte van het beeld in.
Bij het kopiëren van originelen in potlood met ruwe of onderbroken lijnen, kunnen heldere kopieën verkregen worden
door de scherpte hoger in te stellen met [Verscherpen]. Bij het kopiëren van rasterpuntpatronen zoals tijdschriftfoto's
waarin een moirépatroon* verschijnt, kan het moiré-effect verzacht en verminderd worden door de scherpte lager in te
stellen met [Vervagen].
* Patronen die gevormd worden door onregelmatige verdeling van halftoonrasterpunten.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Scherpte].
2
Stel de scherpte in.
Druk op [-3] tot [+3] (Vervagen - Verscherpen) om de scherpte in te stellen.
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Origineel ScherperMinder scherp
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_C01
GB0002_C02
1
2
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of
naar beneden te scrollen.
Scherpte
10:10
Vervagen
Annuleren
-3
Scherp
-2 -1 0 +1 +2 +3
OK
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
GB0060_C00
3-58
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Dichtheid van de achtergrond aanpassen
Verwijder donkere achtergronden van een origineel, bijvoorbeeld bij kranten. Deze functie kan
worden gebruikt bij Kleur en Auto kleur. Het aanpassen van de achtergronddichtheid wordt
uitgeschakeld als Auto kleur een zwart-witorigineel detecteert.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Dichtheid achtergrond aanpassen].
2
Pas de dichtheid van de achtergrond aan.
[Auto]
[Handmatig]
Druk op [1] tot [5] (Lichter - Donkerder) om de dichtheid van de achtergrond in te stellen.
Uit Gebruik deze functie niet.
Auto De dichtheid wordt automatisch aangepast overeenkomstig het origineel.
Handmatig Pas de dichtheid handmatig aan.
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_01
2
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Dichtheid achtergrond aanpassen
Uit
Handmatig
10:10
Annuleren OK
Auto
GB0061_00
GB0061_00
GB0062_00
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Dichtheid achtergrond aanpassen
Uit
Handmatig
10:10
Annuleren OK
Auto
2
1
3-59
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Doorschijnen voorkomen
Werk achtergrondkleuren en beelden die doorschijnen weg bij het scannen van een dun
origineel.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Doorschijnen voorkomen].
2
Selecteer de functie.
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_02
2
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Doorschijnen voorkomen
Uit Aan
10:10
Annuleren OK
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
GB0835_00
3-60
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Zoomen
Verklein of vergroot het origineel naar het formaat voor verzenden of opslaan.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2
Druk op [Functies] en vervolgens op [Zoomen].
2
Selecteer de functie.
100% Het origineelformaat blijft behouden.
Auto Het beeld wordt aangepast aan het formaat voor het verzenden en opslaan.
OPMERKING
Origineelformaat (pagina 3-33) en Zoomen horen samen.
Verzenden
Scannen
naar USB
Verzend- Bestem:
Kies opnieuw
Check
E-mail
Snelkiestoets Adresboek Extern adresboek
FAXMap
Functies
10:10
1/2
Favorieten
Gereed voor verzenden.
GB0055_00
GB0081_03
1
2
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Zoomen
100% Auto
10:10
Annuleren OK
Gereed voor verzenden.
GB0087_00
3-61
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Bestandsindeling
Geef de bestandsindeling van het beeld op. U kunt bovendien ook het beeldkwaliteitsniveau
instellen.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2
PDF Opslaan als PDF-bestand. U kunt de PDF/A-versie opgeven.
TIFF Opslaan als TIFF-bestand.
JPEG Opslaan als JPEG-bestand. Elke pagina wordt apart opgeslagen.
XPS Opslaan als XPS-bestand.
Overige Bestandsindeling Kies uit PDF, TIFF, JPEG en XPS.
Beeldkwaliteit Stel de beeldkwaliteit in van [1] tot [5] (Lage kwaliteit - Hoge kwaliteit).
PDF/A*
* Deze instelling wordt weergegeven als [PDF] geselecteerd is als bestandsindeling.
Stel PDF/A in als [PDF/A-1a] of [PDF/A-1b].
Verzenden
Scannen
naar USB
Verzend- Bestem:
Kies opnieuw
Check
E-mail
Snelkiestoets Adresboek Extern adresboek
FAXMap
Functies
10:10
1/2
Favorieten
Gereed voor verzenden.
GB0055_00
GB0081_00
1
2
Verzenden
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor opslaan in box.
Bestand opslaan
Bestands-
formaat
2zijdig/
boek
Scan-
resolutie
Dichtheid Best.naam
invoeren
Normaal 0
PDF 1-zijdig 300x300dpi
doc
Functies
10:10
Annuleren
Scannen naar USB
GB0096_00
3-62
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
2
Selecteer de bestandsindeling.
[PDF], [TIFF], [JPEG] of [XPS]
[Overige]
1
2 Selecteer de bestandsindeling.
3 Stel de beeldkwaliteit in.
4 Stel PDF/A in.
Bestandsindeling
PDF TIFF JPEG
XPS Overige
10:10
Annuleren Volgend >
Gereed voor verzenden.
GB0082_00
GB0082_00
Bestandsindeling
PDF TIFF JPEG
XPS Overige
10:10
Annuleren Volgend >
Gereed voor verzenden.
Bestandsindeling - Overige
Bestandsindeling
10:10
Annuleren
Gereed voor verzenden.
Beeldkwaliteit
PDF/A
< Terug
1/1
OK
PDF
1
Uit
GB0698_00
GB0145_00
2
1
GB0698_00
GB0083_00
Bestandsindeling - Overige
Bestandsindeling
10:10
Annuleren
Gereed voor verzenden.
Beeldkwaliteit
PDF/A
< Terug
1/1
OK
PDF
1
Uit
1
2
GB0698_00
GB0699_00
Bestandsindeling - Overige
Bestandsindeling
10:10
Annuleren
Gereed voor verzenden.
Beeldkwaliteit
PDF/A
< Terug
1/1
OK
PDF
1
Uit
1
2
3-63
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Kleurselectie
Selecteer de kleurstandinstelling.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Kleurselectie].
2
Selecteer de kleurstand.
Auto kleur*
* Deze functie wordt weergegeven bij kopiëren en afdrukken.
Herkent automatisch of een document in kleur of zwart-wit is en scant vervolgens het document.
Auto (Kleur/Grijs)**
** Deze functie wordt weergegeven bij verzenden en opslaan.
Detecteert automatisch of het document in kleur of zwart-wit is en scant kleurdocumenten in de stand
Kleur en zwart-witdocumenten in de stand Grijstinten.
Auto (Kleur/Zwart-wit)** Herkent automatisch of het document in kleur of zwart-wit is en scant kleurdocumenten in de stand
Kleur en zwart-witdocumenten in de stand Zwart-wit.
Kleur Scant alle documenten in kleur.
Grijstinten** Scant de documenten in grijstinten voor een zachtere en fijnere afwerking.
Zwart-wit Scant de documenten in zwart-wit. Het bestand is kleiner dan bij Kleur en Grijstinten.
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Print
vanaf USB
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_C01
GB0002_C01
1
2
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of
naar beneden te scrollen.
GB0022_00
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Kleurselectie
Auto kleur Full color Zwart-Wit
10:10
Annuleren OK
GB0022_C00
3-64
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Melding als taak voltooid is
Verzend een e-mailbericht wanneer een taak is voltooid.
De gebruiker kan bericht ontvangen dat een kopieertaak voltooid is terwijl hij achter zijn bureau zit. Hij hoeft niet naast
het apparaat te wachten tot het kopiëren klaar is en bespaart zo tijd.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Melding taak voltooid].
2
Selecteer de functie.
OPMERKING
De pc moet van tevoren geconfigureerd zijn zodat de e-mailfunctie kan worden gebruikt.
De e-mail kan naar één bestemming worden gestuurd.
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Print
vanaf USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_03
2
1
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Melding taak voltooid
Uit Aan
10:10
Annuleren OK
GB0063_00
1
2
Om een bestemming toe te voegen, te bewerken
of te verwijderen.
3-65
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
3
Selecteer de bestemming.
Selecteer een e-mailadres uit het adresboek.
Selecteer een e-mailadres uit een extern adresboek.
Raadpleeg voor meer informatie over het externe adresboek de Embedded Web Server Operation
Guide.
Voer het e-mailadres direct in.
Er kunnen tot 128 karakters worden ingevoerd.
Gebruik het e-mailadres van de aangemelde gebruiker.
Deze instelling wordt weergegeven als het gebruikersaanmeldingsbeheer in gebruik is.
4
Accepteer de bestemming.
Druk op [OK].
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Melding taak voltooid - Instellingen
Adresboek
10:10
Extern adresboek
Adresinvoer
Mijn adres
1/1
OK
Volgend >< TerugAnnuleren
GB0064_00
GB0398_00
Geeft details weer voor elk van de bestemmingen.
Zoeken op bestemmingsnaam.
Om bestemmingen te zoeken en
de sorteren.
2
1
GB0064_00
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Melding taak voltooid - Instellingen
Adresboek
10:10
Extern adresboek
Adresinvoer
Mijn adres
1/1
OK
Volgend >< TerugAnnuleren
GB0064_00
GB0057_05
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Melding taak voltooid - Instellingen
Adresboek
10:10
Extern adresboek
Adresinvoer
Mijn adres
1/1
OK
Volgend >< TerugAnnuleren
1
2
GB0064_00
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Melding taak voltooid - Instellingen
Adresboek
10:10
Extern adresboek
Adresinvoer
Mijn adres
1/1
OK
Volgend >< TerugAnnuleren
3-66
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Bestandsnaam invoeren
Voeg een bestandsnaam toe. Er kan ook aanvullende informatie worden opgegeven zoals het
Taaknummer en de Datum en tijd. U kunt de taakhistorie of taakstatus controleren met behulp
van de hier opgegeven taaknaam, datum en tijd of taaknummer.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2
2
Voer de naam in.
Er kunnen tot 32 karakters worden ingevoerd.
3
Voeg de aanvullende informatie toe.
Kopiëren
Verzenden
Scannen
naar USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_03
2
1
Kopiëren/Verzenden
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Gereed voor opslaan in box.
Bestand opslaan
Bestands-
formaat
2zijdig/
boek
Scan-
resolutie
Dichtheid Best.naam
invoeren
Normaal 0
PDF 1-zijdig 300x300dpi
doc
Functies
10:10
Annuleren
Scannen naar USB
GB0096_00
GB0057_06
2
1
Bestandsnaam invoeren - Extra info
10:10Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Datum en tijd
[Taaknr.]
[Taaknummer] & [Datum en tijd]
Geen
< TerugAnnuleren
1/2
OK
GB0068_00
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar beneden te
3-67
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
Prioriteit onderdrukken
Onderbreek de huidige taak en geef voorrang aan een andere taak. De uitgestelde taak wordt hervat
als de andere taak klaar is.
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Gebruik van de verschillende functies op pagina 3-31 voor het weergeven van
het scherm.
2 Druk op [Functies] en vervolgens op [Prioriteit onderdrukken].
2
Selecteer de functie.
OPMERKING
Deze functie is niet beschikbaar als de huidige taak de status 'Prioriteit onderdrukken' heeft.
'Prioriteit onderdrukken' is mogelijkerwijs niet beschikbaar afhankelijk van de status van de huidige afdruktaak en het
geheugen.
Kopiëren
Print
vanaf USB
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
GB0002_03
1
2
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
GB0069_00
Prioriteit onderdrukken
Uit Aan
10:10
Annuleren OK
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
3-68
Algemene bediening > Gebruik van de verschillende functies
4-1
4Kopiëren
In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd:
Basisbediening ................................................................................................................................................... 4-2
Kopieerfuncties .................................................................................................................................................. 4-4
Duplex ...................................................................................................................................................... 4-4
Kopiëren > Basisbediening
4-2
Basisbediening
1
Druk op de toets Kopiëren.
2
Plaats de originelen.
Raadpleeg Originelen plaatsen op pagina 3-7 voor meer informatie.
3
Selecteer de kleurstand.
4
Selecteer de functies.
Selecteer de te gebruiken kopieerfuncties.
Druk op [Functies] om de overige functies weer te geven.
Raadpleeg Kopieerfuncties op pagina 4-4.
OPMERKING
Als het aanraakscherm uitgeschakeld is, druk dan op de toets
Spaarstand of Power en wacht tot het apparaat opgewarmd is.
Auto kleur Herkent automatisch of een document in kleur
of zwart-wit is en scant vervolgens het
document.
Kleur Scant alle documenten in kleur.
Zwart-wit Scant alle documenten in zwart-wit.
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_C01
Kopiëren > Basisbediening
4-3
5
Geef het aantal kopieën op.
6
Start het kopiëren.
Druk op de Start-toets om het kopiëren te starten.
OPMERKING
Druk op toets Wissen om het aantal kopieën te wijzigen.
Kopiëren > Kopieerfuncties
4-4
Kopieerfuncties
Duplex
Druk een 1-zijdig origineel of een opengeslagen boek 2-zijdig af of druk een 2-zijdig origineel of opengeslagen boek 1-
zijdig af. Selecteer de bindzijde van het origineel en de gewenste bindzijde.
1-zijdig>>1-zijdig 1-zijdig origineel wordt 1-zijdig afgedrukt.
1-zijdig>>2-zijdig 1-zijdig origineel wordt 2-zijdig afgedrukt.
2-zijdig>>1-zijdig 2-zijdig origineel wordt 1-zijdig afgedrukt.
2-zijdig>>2-zijdig 2-zijdig origineel wordt 2-zijdig afgedrukt.
Kopiëren > Kopieerfuncties
4-5
1
Geef het scherm weer.
1 Raadpleeg Basisbediening op pagina 4-2 voor het weergeven van het scherm.
Overige Duplex 1-zijdig>>1-zijdig 1-zijdig origineel wordt 1-zijdig afgedrukt.
1-zijdig>>2-zijdig 1-zijdig origineel wordt 2-zijdig afgedrukt.
2-zijdig>>1-zijdig 2-zijdig origineel wordt 1-zijdig afgedrukt.
2-zijdig>>2-zijdig 2-zijdig origineel wordt 2-zijdig afgedrukt.
Boek>>1-zijdig Opengeslagen boek wordt 1-zijdig afgedrukt.
Boek>>2-zijdig Opengeslagen boek wordt 2-zijdig afgedrukt.
Binding bij origineel Als u een 2-zijdig origineel kiest, selecteer dan de bindzijde
van het origineel.
Binding bij afgewerkt document Als u een 2-zijdige kopie kiest, selecteer dan de bindzijde
van de afgewerkte kopie.
Als u een 2-zijdige kopie of een boek kiest, selecteer dan
de duplex-instelling.
Richting origineel* Selecteer waar de bovenrand van het originele document
zich bevindt om in de juiste richting te scannen.
* Dit item wordt niet weergegeven als [1-zijdig>>1-zijdig], [Boek>>1-zijdig] of [Boek>>2-zijdig] is geselecteerd.
OPMERKING
De ondersteunde papierformaten bij dubbelzijdig naar dubbelzijdig zijn Ledger, Letter-R, Letter, Legal, Executive,
Statement-R, Oficio II, A3, A4-R, A4, A5-R, B4, B5-R, B5, Folio en 216 × 340 mm.
Bij boek naar dubbelzijdig worden de volgende formaten voor origineel en papier ondersteund. Origineel: Ledger,
Letter-R, Statement-R, A3, A4-R, A5-R, B4, B5-R en 8K. Papier: Letter, A4 en B5.
Bij dubbelzijdig naar enkelzijdig en bij boek naar enkelzijdig worden de volgende formaten voor origineel en papier
ondersteund. Origineel: Ledger, Letter-R, Statement-R, A3, A4-R, A5-R, B4, B5-R en 8K. Papier: Letter, A4, B5 en
16K. U kunt het papierformaat wijzigen en de kopie verkleinen of vergroten tot dat formaat.
Kopiëren > Kopieerfuncties
4-6
2
2
Selecteer de functie.
[1-zijd.>>1-zijd.], [1-zijd.>>2-zijd.], [2-zijd.>>1-zijd.] of [2-zijd.>>2-zijd.]
[Overige]
1
2 Selecteer de gewenste duplexoptie.
Als u een 2-zijdige pagina of een boek kiest, ga dan naar stap 3. Als u duplex kiest, ga dan
naar stap 4. Als u [Boek >> 2-zijdig] kiest, ga dan verder met stap 5.
Gereed voor kopiëren.
Kopiëren Kopieën
Papier-
selectie
Zoomen Dichtheid
Duplex Combineer Sorteer/
verschuif
1-zijdig>>1-zijdig
Auto 100% Normaal 0
SorterenUit
Functies
10:10
Favorieten
GB0001_01
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Duplex
1-zijd.>>1-zijd. 1-zijd.>>2-zijd. 2-zijd.>>1-zijd.
2-zijd.>>2-zijd. Overige
10:10
Annuleren OK
GB0009_00
GB0009_00
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Duplex
1-zijd.>>1-zijd. 1-zijd.>>2-zijd. 2-zijd.>>1-zijd.
2-zijd.>>2-zijd. Overige
10:10
Annuleren OK
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
Duplex - Duplex
1-zijd.>>1-zijd.
10:10
1-zijd.>>2-zijd.
2-zijd.>>1-zijd.
2-zijd.>>2-zijd.
1/2
OK
OKAnnuleren
Duplex - Duplex
Duplex
10:10
Annuleren
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
< Terug
1/1
OK
1-zijdig>>1-zijdig
GB0010_00
GB0024_00
1
2
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven of naar
beneden te scrollen.
Kopiëren > Kopieerfuncties
4-7
3 Selecteer de bindzijde van het origineel.
4 Selecteer de bindzijde van de afgewerkte kopieën.
5 Selecteer de bindzijde van de afgewerkte kopieën.
6 Selecteer de richting van het origineel.
Duplex - Duplex
Duplex
10:10
Annuleren
Binding in origineel
< Terug
1/1
OK
2-zijdig>>2-zijdig
Links/Rechts
Binding in Finishing
Links/Rechts
Afdr.richting origineel
Bovenrand boven
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
GB0010_01
GB0181_00
1
2
Duplex - Duplex
Duplex
10:10
Annuleren
Binding in origineel
< Terug
1/1
OK
2-zijdig>>2-zijdig
Links/Rechts
Binding in Finishing
Links/Rechts
Afdr.richting origineel
Bovenrand boven
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
GB0010_01
GB0012_00
1
2
Duplex - Duplex
Duplex
10:10
Annuleren
Binding in origineel
< Terug
1/1
OK
Boek>>2-zijdig
Links
Binding in Finishing
Boek>>2-zijdig
Afdr.richting origineel
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
GB0010_02
GB0012_01
1
2
Duplex - Duplex
Duplex
10:10
Annuleren
Binding in origineel
< Terug
1/1
OK
2-zijdig>>2-zijdig
Links/Rechts
Binding in Finishing
Links/Rechts
Afdr.richting origineel
Bovenrand boven
Gereed voor Kopiëren. (Kleur)
GB0010_01
GB0015_03
1
2
Kopiëren > Kopieerfuncties
4-8
5-1
5 Problemen oplossen
In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd:
Vervangen van de tonercontainer ...................................................................................................................... 5-2
Vervangen van de tonerafvalbak ....................................................................................................................... 5-4
Nietjes vervangen .............................................................................................................................................. 5-5
Reinigen ............................................................................................................................................................. 5-7
Glasplaat .................................................................................................................................................. 5-7
Documenttoevoer .................................................................................................................................... 5-7
Storingen oplossen ............................................................................................................................................ 5-9
Reageren op foutmeldingen ............................................................................................................................. 5-15
Papierstoringen oplossen ................................................................................................................................ 5-26
Lampjes voor storingslocaties ............................................................................................................... 5-26
Multifunctionele lade .............................................................................................................................. 5-27
Binnenin rechterklep 1 ........................................................................................................................... 5-28
Cassette 1 .............................................................................................................................................. 5-29
Binnenin rechterklep 3 ........................................................................................................................... 5-29
Cassette 2 of 3 ....................................................................................................................................... 5-30
Optionele documentfinisher ................................................................................................................... 5-30
Nietjesstoring in de optionele document finisher ................................................................................... 5-31
Bridge unit .............................................................................................................................................. 5-31
Documenttoevoer .................................................................................................................................. 5-32
5-2
Problemen oplossen > Vervangen van de tonercontainer
Vervangen van de tonercontainer
Wanneer op het aanraakscherm De toner is leeg. verschijnt, dan moet de toner vervangen worden.
De installatieprocedure van de tonercontainer is voor elke kleur hetzelfde. De hier beschreven procedure is voor de gele
tonercontainer.
1
Verwijder de oude tonercontainer.
1
2
3
VOORZICHTIG
De tonercontainer en de tonerafvalbak mogen niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden
veroorzaken.
OPMERKING
Lever de lege tonercontainer en de tonerafvalbak in bij uw dealer of servicevertegenwoordiger. De ingezamelde
tonercontainers en tonerafvalbakken worden gerecycled of verwijderd volgens de betreffende voorschriften.
Y C M K
5-3
Problemen oplossen > Vervangen van de tonercontainer
2
Leg een nieuwe tonercontainer klaar.
1
2
3
3
Plaats de nieuwe tonercontainer.
1
2
KLIK!
5-4
Problemen oplossen > Vervangen van de tonerafvalbak
Vervangen van de tonerafvalbak
Wanneer op het aanraakscherm Controleer de tonerafvalbak. verschijnt, dan moet de tonerafvalbak worden vervangen.
1
Verwijder de oude tonerafvalbak.
1
2
2
Plaats de nieuwe tonerafvalbak.
1
2
KLIK!
5-5
Problemen oplossen > Nietjes vervangen
Nietjes vervangen
Als een bericht verschijnt dat de nietjes op zijn, dan moet de nietjeshouder aangevuld worden met nieuwe nietjes.
1
Verwijder de nietpatroonhouder.
Open, nadat de patroonhouder op zijn plek is teruggezet, de klep van het nietapparaat en
verwijder de patroonhouder.
2
Verwijder het lege nietpatroon.
3
Plaats het nieuwe nietpatroon.
4
Zet de nietpatroonhouder terug.
OPMERKING
Als de nietjes in de nieteenheid op zijn, neem dan contact op met uw servicevertegenwoordiger of verkooppunt.
OPMERKING
Het nietpatroon kan enkel worden verwijderd als er geen nietjes meer in zitten.
5-6
Problemen oplossen > Nietjes vervangen
De nietpatroonhouder klikt op zijn plaats als deze correct geplaatst is.
5-7
Problemen oplossen > Reinigen
Reinigen
Reinig het apparaat regelmatig om een optimaal resultaat te garanderen.
Glasplaat
Veeg de binnenkant van de documenttoevoer en de glasplaat schoon met een zachte doek
bevochtigd met alcohol of een zacht schoonmaakmiddel.
Documenttoevoer
Als bij het gebruik van de documenttoevoer zwarte strepen of vuil op de kopieën verschijnen,
veeg dan het sleufglas met de bijgeleverde doek schoon.
1
Veeg het sleufglas schoon.
Voorzichtig
Haal voor de veiligheid altijd de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen.
OPMERKING
Gebruik geen organische oplosmiddelen of andere sterke chemicaliën.
OPMERKING
Veeg het sleufglas schoon met de bijgeleverde droge doek. Gebruik geen water, zeep of
oplosmiddel om schoon te maken.
5-8
Problemen oplossen > Reinigen
2
Veeg de witte geleider schoon.
5-9
Problemen oplossen > Storingen oplossen
Storingen oplossen
In de onderstaande tabel vindt u de algemene richtlijnen voor het oplossen van problemen.
Als er zich een probleem voordoet met uw apparaat, lees dan de controlepunten door en voer de procedures op de
aangegeven pagina’s uit. Als het probleem aanhoudt, neem dan contact op met uw servicevertegenwoordiger.
Probleem Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Het bedieningspaneel werkt
niet wanneer het apparaat is
ingeschakeld.
Zit de stekker van het apparaat in het
stopcontact?
Stop de stekker van het netsnoer in
een stopcontact.
2-10
Er worden geen afdrukken
gemaakt wanneer ik op de
Start-toets druk.
Staat er een bericht op het
aanraakscherm?
Bepaal de gepaste reactie op het
bericht en voer de bijbehorende actie
uit.
5-15
Staat het apparaat in de slaapstand? Druk op de Power-toets om de
slaapstand uit te schakelen. Het
apparaat is binnen 23 seconden
gebruiksklaar.
2-14
Er worden blanco vellen
papier uitgevoerd.
Zijn de originelen goed geplaatst? Wanneer u de originelen op de
glasplaat legt, plaats ze dan met de
beeldzijde omlaag en lijn ze uit tegen
de aanduidingsplaten voor het
origineelformaat.
3-7
Als u de originelen in de
documenttoevoer plaatst, plaats ze
dan met de beeldzijde omhoog.
3-9
Controleer of de applicatiesoftware
correct gebruikt wordt.
Onduidelijke afdrukken Is het papier vochtig? Vervang het papier. 3-2
Als het probleem zich regelmatig
voordoet, schakel dan de
cassetteverwarmerschakelaar in.
2-4
Heeft u de dichtheid ingesteld? Selecteer het juiste dichtheidsniveau. 3-53
Als u het standaarddichtheidsniveau
wijzigt, pas dan de dichtheid
handmatig aan en kies het gewenste
niveau.
Is de toner gelijkmatig verdeeld in de
tonercontainer?
Schud de tonercontainer een aantal
keren heen en weer.
5-2
Staat er een bericht dat er toner moet
worden toegevoegd?
Vervang de tonercontainer. 5-2
Is de EcoPrint-functie ingeschakeld? Schakel de EcoPrint-functie uit.
Start [Reinigen laserscanner] op.
Zorg ervoor dat de
papiersoortinstelling klopt voor het
gebruikte papier.
De afdrukken zijn te donker. Heeft u de dichtheid ingesteld? Selecteer het juiste dichtheidsniveau. 3-53
Als u het standaarddichtheidsniveau
wijzigt, pas dan de dichtheid
handmatig aan en kies het gewenste
niveau.
5-10
Problemen oplossen > Storingen oplossen
De afdrukken hebben een
moiré-patroon (groepjes
stippen in een patroon en niet
gelijk uitgelijnd).
Is het origineel een fotoafdruk? Stel de beeldkwaliteit in op [Foto]. 3-55
De afdrukken zijn niet
duidelijk.
Heeft u de juiste beeldkwaliteit voor
het origineel gekozen?
Selecteer de juiste beeldkwaliteit. 3-55
De afdrukken zijn vuil. Is de glasplaat of de documenttoevoer
vuil?
Reinig de glasplaat of de
documenttoevoer.
5-7
Start [Reinigen laserscanner] op.
De afdrukken zijn vaag. Wordt het apparaat in een zeer
vochtige omgeving gebruikt?
Gebruik het in een omgeving met een
geschikte vochtigheid.
1-3
Als het probleem zich regelmatig
voordoet, schakel dan de
cassetteverwarmerschakelaar in.
2-4
Start [Drum reinigen] op.
De afdrukken zijn scheef. Zijn de originelen goed geplaatst? Wanneer u originelen op de glasplaat
legt, lijn ze dan uit tegen de
aanduidingsplaten voor het
origineelformaat.
3-7
Wanneer er originelen in de
documenttoevoer worden geplaatst,
moeten de breedtegeleiders van de
originelen goed worden uitgelijnd
voordat u de originelen plaatst.
3-8
Is het papier goed geplaatst? Controleer de positie van de
papierbreedtegeleiders.
3-2
Voer een middenlijnaanpassing uit.
Voor meer informatie over de
procedure, neem contact op met uw
servicevertegenwoordiger.
Er treden vaak
papierstoringen op.
Is het papier goed geplaatst? Plaats het papier op de juiste manier. 3-2
Is de papiersoort geschikt? Is het
papier in goede staat?
Haal het papier uit, draai het om en
plaats het opnieuw.
3-2
Is het papier gekruld, gevouwen of
gekreukt?
Vervang het papier. 3-2
Zitten er losse stukjes papier of zit er
vastgelopen papier in het apparaat?
Verwijder alle vastgelopen vellen en
stukjes papier.
5-26
De afdrukken zijn gekreukt. Is het papier vochtig? Vervang het papier. 3-2
Als het probleem zich regelmatig
voordoet, schakel dan de
cassetteverwarmerschakelaar in.
2-4
Probleem Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
5-11
Problemen oplossen > Storingen oplossen
Afdrukken lukt niet. Zit de stekker van het apparaat in het
stopcontact?
Stop de stekker van het netsnoer in
een stopcontact.
2-10
Staat het apparaat aan? Zet de hoofdschakelaar aan. 2-11
Is de printerkabel of netwerkkabel
aangesloten?
Sluit de juiste printerkabel of
netwerkkabel goed aan.
2-9
Stond het apparaat aan voor de
printerkabel werd aangesloten?
Zet het apparaat aan nadat u de
printerkabel heeft aangesloten.
2-9
Is de afdruktaak onderbroken? Hervat het afdrukken.
Documenten worden slecht
afgedrukt.
Zijn de applicatiesoftware-instellingen
op de pc correct ingesteld?
Controleer of de instellingen van het
printerstuurprogramma en de
applicatiesoftware correct zijn.
Afdrukken vanaf het USB-
geheugen lukt niet.
Het USB-geheugen wordt
niet herkend.
Is de USB-host geblokkeerd? Selecteer Ontgrendelen in de USB-
host-instellingen.
Controleer of het USB-geheugen goed
aangesloten is op het apparaat.
——
Als een afbeelding, verstuurd
van het apparaat naar de pc,
weergegeven wordt, dan is
de horizontale of verticale
afmeting verkleind.
Heeft u 200×100dpi Normaal of
200×400dpi Superfijn als scanresolutie
geselecteerd?
Selecteer bij het verzenden van een
afbeelding een andere scanresolutie
dan 200×100dpi Normaal of
200×400dpi Superfijn.
3-54
Er zitten strepen op de
afdrukken.
Is het sleufglas vuil? Maak het sleufglas schoon. 5-7
Start [Reinigen laserscanner] op.
Vuil op de bovenrand of
achterkant van het papier.
Controleer de papierbaan en -helling. Open de rechterklep en controleer of
er toner zit op de papierhelling
binnenin de papierdoorvoereenheid.
Maak de papierhelling schoon met een
zachte, droge, pluisvrije doek.
Een deel van het beeld is
tijdelijk onduidelijk of vertoont
witte strepen.
Zijn de ontwikkelaar en de drum goed
geplaatst?
Plaats de ontwikkelaar en de drum op
de juiste manier.
Is de rechterklep helemaal dicht? Sluit de rechterklep.
Start [Drum reinigen] op.
Als het probleem zich regelmatig
voordoet, schakel dan de
cassetteverwarmerschakelaar in.
2-4
De afdruk op de achterkant
van het papier is zichtbaar
aan de voorkant.
Stel Doorschijnen voorkomen in op
[Aan].
3-59
Witte of gekleurde strepen Start [Reinigen laserscanner] op.
Probleem Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
5-12
Problemen oplossen > Storingen oplossen
Afdrukken met niet goed
aansluitende kleuren
Start [Kalibratie] op.
Start [Kleurregistratie] op.
Er doen zich verschuivingen
voor.
Start [Drum reinigen] op.
Druk op de toets Systeemmenu /
Tellers, [Instellen/Onderhoud],
[Service-inst.], [MC] en stel vervolgens
de instelwaarde hoger in. Stel de
instelwaarde 1 stap tegelijk hoger in
vanaf de huidige waarde. Als er geen
verbetering is nadat de waarde 1 stap
hoger is ingesteld, stel dan nog 1 stap
hoger in. Is er nog steeds geen
verbetering, keer dan terug naar de
oorspronkelijke waarde.
Een deel van het beeld is
tijdelijk onduidelijk of vaag.
Druk op de toets Systeemmenu /
Tellers, [Instellen/Onderhoud],
[Service-inst.], [MC] en stel vervolgens
de instelwaarde lager in. Zet de
instelwaarde 1 stap tegelijk lager in
vanaf de huidige waarde. Als er geen
verbetering is nadat de waarde 1 stap
lager is ingesteld, zet dan nog 1 stap
lager. Is er nog steeds geen
verbetering, keer dan terug naar de
oorspronkelijke waarde.
Er verschijnen onregelmatige
horizontale lijnen op de
afdruk.
Druk op de toets Systeemmenu /
Tellers, [Instellen/Onderhoud],
[Service-inst.], [MC] en stel vervolgens
de instelwaarde lager in. Stel de
instelwaarde 1 stap tegelijk lager in
vanaf de huidige waarde. Als er geen
verbetering is nadat de waarde 1 stap
lager is ingesteld, stel dan nog 1 stap
lager in. Is er nog steeds geen
verbetering, keer dan terug naar de
oorspronkelijke waarde.
De hoogte is 1500 m of hoger
en er verschijnen
onregelmatige horizontale
lijnen op de afdruk.
Druk op de toets Systeemmenu /
Tellers, [Instellen/Onderhoud],
[Service-inst.], [Hoogte-inst.] en
selecteer vervolgens [Hoog 1]. Is er
nog steeds geen verbetering, wijzig de
waarde dan naar [Hoog 2].
Probleem Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
5-13
Problemen oplossen > Storingen oplossen
De hoogte is 1500 m of hoger
en er verschijnen stippen op
de afdruk.
Druk op de toets Systeemmenu /
Tellers, [Instellen/Onderhoud],
[Service-inst.], [Hoogte-inst.] en
selecteer vervolgens [Hoog 1]. Is er
nog steeds geen verbetering, wijzig de
waarde dan naar [Hoog 2].
De kleuren zijn anders dan
verwacht.
Heeft u de juiste beeldkwaliteit voor
het origineel gekozen?
Selecteer de juiste beeldkwaliteit. 3-55
Heeft u gekleurd kopieerpapier in de
papierlade geplaatst?
Plaats gekleurd kopieerpapier in de
papierlade.
Start [Kalibratie] op.
Start [Aanpassen tintverloop] op.
Bij het maken van kopieën
Stel de kleurbalans in.
Bij het afdrukken vanaf een
computer
Stel de kleur in met behulp van het
printerstuurprogramma.
Printing
System Driver
User Guide
Voer aanpassen tintverloop
uit. wordt weergegeven.
Bij langdurig gebruik kunnen de
afgedrukte kleurtinten onder invloed
van de omgevingstemperatuur en
-vochtigheid licht afwijken.
Start [Aanpassen tintverloop] op.
Het apparaat maakt
klikgeluiden voor of na het
afdrukken.
Het apparaat stelt zichzelf in. Dit is
geen apparaatstoring.
Probleem Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
5-14
Problemen oplossen > Storingen oplossen
Verzenden via SMB niet
mogelijk.
Is de netwerkkabel aangesloten? Sluit de juiste netwerkkabel goed aan. 2-9
Zijn de netwerkinstellingen voor het
apparaat goed geconfigureerd?
Configureer de TCP/IP-instellingen op
de juiste manier.
Zijn de mapdelingsinstellingen goed
geconfigureerd?
Controleer de deelinstellingen en
toegangsrechten bij de
mapeigenschappen.
Staat het SMB-protocol ingesteld op
[Aan]?
Stel de SMB-protocolinstelling in op
[Aan].
2-16
Is de [Hostnaam] goed ingevoerd?* Controleer de naam van de computer
waar de gegevens heen worden
gestuurd.
Is het [Pad] goed ingevoerd? Controleer de delingsnaam van de
gedeelde map.
Is de [Aanmeldingsgebruikersnaam]
goed ingevoerd?*,**
Controleer de domeinnaam en de
aanmeldingsgebruikersnaam.
Is dezelfde domeinnaam gebruikt voor
de [Hostnaam] en
[Aanmeldingsgebruikersnaam]?
Verwijder de domeinnaam en de
backslash ("\") uit de
[Aanmeldingsgebruikersnaam].
Is het [Aanmeldingswachtwoord] goed
ingevoerd?
Controleer het
aanmeldingswachtwoord.
Zijn de uitzonderingen voor Windows
Firewall correct geconfigureerd?
1 Selecteer Configuratiescherm in
het menu Start en open Windows
Firewall.
2 Selecteer het tabblad
Uitzonderingen en selecteer
Bestands- en printerdeling.
Windows Vista:
1 Selecteer vanuit het menu Start
Configuratiescherm, Systeem en
beveiliging (of Beveiligingscentrum)
en vervolgens Status van firewall
controleren (of Windows Firewall).
Als het dialoogvenster
Gebruikersaccountbeheer verschijnt,
klik dan op de knop Doorgaan.
2 Klik op het tabblad Uitzonderingen
en vervolgens op de knop Poort
toevoegen....
3 Voer een willekeurige naam in bij
"Naam" (bijvoorbeeld: Scannen naar
SMB). Voer "139" in bij
"Poortnummer". Selecteer TCP als
"Protocol".
4 Klik op de knop OK.
Verschillen de tijdsinstellingen van het
apparaat, de domeinserver en de
gegevensbestemmingscomputer?
Stel dezelfde tijd in op het apparaat, de
domeinserver en de
gegevensbestemmingscomputer.
Wordt in het aanraakscherm Fout bij
verzenden weergeven?
Raadpleeg Reageren op Fout bij
verzenden.
5-22
* U kunt ook een volledige computernaam als hostnaam invoeren (bijvoorbeeld pc001.abcdnet.com).
** U kunt aanmeldingsgebruikersnamen ook in de volgende formaten invoeren:
Domeinnaam/gebruikersnaam (bijvoorbeeld abcdnet/james.smith)
Gebruikersnaam@domeinnaam (bijvoorbeeld james.smith@abcdnet)
Probleem Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
5-15
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
Reageren op foutmeldingen
Als het aanraakscherm een van de volgende berichten weergeeft, voer dan de bijbehorende procedure uit.
A
B
C
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Afdrukoverloop. Waarschuwing. Beperkt
printergeheugen. De taak is
onderbroken. Druk op [Doorgaan] om
de taak opnieuw te starten.
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Beperking taakaccounting
overschreden.*
* Als Fouten automatisch wissen ingesteld staat op [Aan], dan wordt het verwerken automatisch hervat nadat een ingestelde
tijdsduur verstreken is.
Is de toegestane
afdrukhoeveelheid beperkt door
taakaccounting overschreden?
De toegestane afdrukhoeveelheid
beperkt door taakaccounting is
overschreden. Er kan niet meer
afgedrukt worden. De taak is
geannuleerd. Druk op [Afsluiten].
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Cassette # weigert. Neem contact op met uw
servicevertegenwoordiger.
Druk op de toets Systeemmenu /
Tellers, [Instellen/Onderhoud], [Service-
inst.] en vervolgens op [Vernieuwde
eenheid inschakelen]. Druk op
[Uitvoeren] om Vernieuwde eenheid
inschakelen uit te voeren.
Check de tonerafvalcontainer. Is de tonerafvalbak vol? Vervang de tonerafvalbak. 5-4
De tonerafvalbak is niet correct
geplaatst. Plaats de bak op de juiste
manier.
5-4
Controleer de documenttoevoer. Staat de documenttoevoer open? Sluit de documenttoevoer.
Staat de bovenklep van de
documenttoevoer open?
Sluit de bovenklep van de
documenttoevoer.
5-16
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
D
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
De drumeenheid is niet
geïnstalleerd. [C][M][Y][K]
Vervang de drumeenheid (f) door de
door ons aanbevolen drumeenheid. Zie
de bij de drumeenheid bijgeleverde
leaflet voor meer details.
De fusereenheid is niet
geïnstalleerd.
Vervang de fusereenheid (h-1) door de
door ons aanbevolen fusereenheid. Zie
de bij de fusereenheid bijgeleverde
leaflet voor meer details.
De klep is open. Staat er een klep open? Sluit de klep die weergegeven wordt op
het aanraakscherm.
De lade van het apparaat zit vol
papier.
Verwijder het papier uit de binnenlade.
Het afdrukken wordt hervat.
De limiet voor de box is
overschreden.*
* Als Fouten automatisch wissen ingesteld staat op [Aan], dan wordt het verwerken automatisch hervat nadat een ingestelde
tijdsduur verstreken is.
De documentbox is vol en er is geen
opslagcapaciteit meer; de taak is
geannuleerd. Druk op [Afsluiten].
Probeer de taak opnieuw uit te voeren
na het afdrukken of verwijderen van
gegevens uit de documentbox.
De ontwikkelaar is niet
geïnstalleerd. [C][M][Y][K]
Vervang de ontwikkelaar (g) door de
door ons aanbevolen ontwikkelaar. Zie
de bij de ontwikkelaar bijgeleverde
leaflet voor meer details.
De takenscheider zit vol met
papier.
Is de maximale capaciteit van de
takenscheider overschreden?
Haal wat papier uit de takenscheider.
Het afdrukken wordt hervat.
De telefoon ligt van de haak. Plaats de hoorn terug.
De toner is bijna leeg
[C][M][Y][K].
Het is bijna tijd om de tonercontainer te
vervangen. Houd een nieuwe
tonercontainer klaar.
De toner is leeg [C][M][Y][K]. Vervang de tonercontainer. 5-2
De tussendoorvoereenheid is
niet geïnstalleerd.
Vervang de tussendoorvoereenheid (r)
door de door ons aanbevolen
tussendoorvoereenheid. Zie de bij de
tussendoorvoereenheid bijgeleverde
leaflet voor meer details.
De uitvoerlade van de finisher is
vol.
Is de maximale capaciteit van de
opvangbak van de
documentfinisher overschreden?
Verwijder het papier uit de opvangbak
van de documentfinisher.
Deze taak niet worden
uitgevoerd.*
Deze taak is geannuleerd omdat hij
beperkt wordt door
Gebruikersautorisatie of
Taakaccounting. Druk op [Afsluiten].
Doe het volgende papier in
cassette #.
Is het papier in de aangegeven
papiercassette op?
Plaats papier.
Druk op [Papierselectie] om de andere
papierbron te kiezen.
Druk op [Doorgaan] om af te drukken op
het papier van de huidige geselecteerde
papierbron.
3-3
5-17
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
E
F
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Er is geen taakaccounting
opgegeven.*
* Als Fouten automatisch wissen ingesteld staat op [Aan], dan wordt het verwerken automatisch hervat nadat een ingestelde
tijdsduur verstreken is.
De taak is geannuleerd. Druk op
[Afsluiten].
Er is papier achtergebleven. Verwijder het papier uit de
documentfinisher.
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Finisher weigert. Neem contact op met uw
servicevertegenwoordiger.
Druk op de toets Systeemmenu /
Tellers, [Instellen/Onderhoud], [Service-
inst.] en vervolgens op
[Uitschakelfunctie resetten]. Druk op
[Uitvoeren] om Uitschakelfunctie
resetten uit te voeren.
Fout bij verzenden.* Er is een fout opgetreden tijdens het
verzenden. Zie Reageren op Fout bij
verzenden voor de foutcode en de
mogelijke oplossingen.
5-22
Fout geheugenkaart. De taak is geannuleerd. Druk op
[Afsluiten].
Fout met RAM-disk.* Er is een fout opgetreden op de RAM-
disk. De taak is geannuleerd. Druk op
[Afsluiten].
De mogelijke foutcodes en hun
beschrijvingen zijn de volgende:
01: De hoeveelheid gegevens die
tegelijk kan worden opgeslagen is
overschreden. Start het systeem
opnieuw op of zet het apparaat UIT en
weer AAN. Als de fout aanhoudt, splits
het bestand dan op in kleinere
bestanden.
04: Onvoldoende ruimte op de RAM-
disk. Breid de capaciteit van de RAM-
disk uit door [RAM-disk inst.] te wijzigen
in het systeemmenu.
OPMERKING: Het
capaciteitsbereik van de RAM-disk
kan worden uitgebreid door
[Voorrang printer] te selecteren in
Optioneel geheugen.
Fout opgetreden in cassette #. Verwijder de aangegeven cassette.
Druk op [Volgende >] om de instructies
te volgen.
5-18
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
H
Fout verwisselbaar geheugen.* Is wegschrijven naar een
verwisselbaar geheugen
verboden?
Er is een fout opgetreden in het
verwisselbaar geheugen. De taak is
beëindigd. Druk op [Afsluiten].
De mogelijke foutcodes en hun
beschrijvingen zijn de volgende:
01: Sluit een verwisselbaar geheugen
aan waarheen weggeschreven kan
worden.
Er is een fout opgetreden in het
verwisselbaar geheugen. De taak is
beëindigd. Druk op [Afsluiten].
De mogelijke foutcodes en hun
beschrijvingen zijn de volgende:
01: De hoeveelheid gegevens die
tegelijk kan worden opgeslagen is
overschreden. Start het systeem
opnieuw op of zet het apparaat UIT en
weer AAN. Als de fout aanhoudt, dan is
het verwisselbaar geheugen niet
compatibel met het apparaat. Gebruik
het verwisselbare geheugen
geformatteerd op dit apparaat. Als het
verwisselbaar geheugen niet kan
worden geformatteerd, dan is het
beschadigd. Sluit een compatibel
verwisselbaar geheugen aan.
* Als Fouten automatisch wissen ingesteld staat op [Aan], dan wordt het verwerken automatisch hervat nadat een ingestelde
tijdsduur verstreken is.
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Het geheugen is vol.* De taak kan niet worden voortgezet
omdat het geheugen opgebruikt is.
Druk op [Doorgaan] om de gescande
pagina’s af te drukken. De afdruktaak
kan niet volledig worden verwerkt.
Druk op [Annuleren] om de taak te
annuleren.
Het proces kan niet worden uitgevoerd
omdat er te weinig geheugen is. Als
alleen [Afsluiten] beschikbaar is, druk
dan op [Afsluiten]. De taak wordt
geannuleerd.
Het sleufglas moet gereinigd
worden.
Reinig het sleufglas met behulp van de
reinigingsdoek die bij de
documenttoevoer geleverd is.
5-7
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
5-19
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
K
Het scannergeheugen is vol.* Het scannen kan niet worden uitgevoerd
omdat er te weinig scannergeheugen is.
Er is slechts één kopie van de gescande
pagina's beschikbaar. Druk op
[Doorgaan] om de gescande pagina’s af
te drukken, te verzenden of op te slaan.
Druk op [Annuleren] om de afdruktaak
te annuleren.
Hoge temp. Pas kamertemp. aan Pas de temperatuur en de vochtigheid in
de kamer aan.
1-3
* Als Fouten automatisch wissen ingesteld staat op [Aan], dan wordt het verwerken automatisch hervat nadat een ingestelde
tijdsduur verstreken is.
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Kan de taakdata niet opslaan. De taak is geannuleerd. Druk op
[Afsluiten].
Kan het opgegeven aantal niet
afdrukken.*
Er is slechts één kopie beschikbaar
doordat te veel taken tegelijk verwerkt
worden.
Druk op [Doorgaan] om door te gaan
met afdrukken. Druk op [Annuleren] om
de taak te annuleren.
Kan het volgende papiertype niet
nieten.*
Heeft u een papierformaat of -
type geselecteerd dat niet geniet
kan worden?
Druk op [Papierselectie] om het
beschikbare papier te selecteren.
Druk op [Doorgaan] om af te drukken
zonder de functie Nieten te gebruiken.
Kan het volgende papiertype niet
verschuiven.*
Heeft u een papierformaat of
mediatype geselecteerd waarbij
Verschuiven niet mogelijk is?
Druk op [Papierselectie] om het
beschikbare papier te selecteren.
Druk op [Doorgaan] om af te drukken
zonder de functie Verschuiven te
gebruiken.
3-46
Kan niet dubbelzijdig printen op
dit papiertype.*
Hebt u een papierformaat of
mediatype geselecteerd waarop
niet dubbelzijdig kan worden
afgedrukt?
Druk op [Papierselectie] om het
beschikbare papier te selecteren.
Druk op [Doorgaan] om af te drukken
zonder de functie Dubbelzijdig te
gebruiken.
4-4
Kan niet verbinden met de verif.
server.*
* Als Fouten automatisch wissen ingesteld staat op [Aan], dan wordt het verwerken automatisch hervat nadat een ingestelde
tijdsduur verstreken is.
Stel op het apparaat dezelfde tijd in als
op de server.
Controleer de domeinnaam.
Controleer de hostnaam.
Controleer de verbindingsstatus met de
server.
KPDL-fout.* Er is een PostScript-fout opgetreden.
De taak is geannuleerd. Druk op
[Afsluiten].
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
5-20
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
L
M
N
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Lage temp. Pas kamertemp. aan Pas de temperatuur en de vochtigheid in
de kamer aan.
1-3
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Machinefout Er is een interne fout opgetreden.
Noteer de foutcode die op het
aanraakscherm wordt weergegeven en
neem contact op met uw
servicevertegenwoordiger.
Maximaal aantal nietjes
overschreden.*
* Als Fouten automatisch wissen ingesteld staat op [Aan], dan wordt het verwerken automatisch hervat nadat een ingestelde
tijdsduur verstreken is.
Werd het maximumaantal nietjes
overschreden? Raadpleeg
Documentfinisher (optioneel) op
pagina 6-17 voor meer
informatie.
Druk op [Doorgaan] om af te drukken
zonder nieten.
Druk op [Annuleren] om de taak te
annuleren.
Maximumaantal gescande
pagina's.
Werd de toegestane
scanhoeveelheid overschreden?
Er is slechts één kopie van de gescande
pagina's beschikbaar.
Druk op [Doorgaan] om de gescande
pagina’s af te drukken, te verzenden of
op te slaan.
Druk op [Annuleren] om het afdrukken,
verzenden of opslaan te annuleren.
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Nieten onmogelijk op
aangegeven positie.
Heeft u een positie geselecteerd
waar nieten niet mogelijk is?
Druk op [Papierselectie] om het
beschikbare papier te selecteren.
Druk op [Doorgaan] om af te drukken
zonder de functie Nieten te gebruiken.
Nieter is leeg.*
* Als Fouten automatisch wissen ingesteld staat op [Aan], dan wordt het verwerken automatisch hervat nadat een ingestelde
tijdsduur verstreken is.
Zijn in een van de
documentfinishers de nietjes op?
Als de nietjes op zijn, wordt het apparaat
stopgezet en wordt op het
aanraakscherm weergegeven waar de
nietjes op zijn.
Laat het apparaat aanstaan en volg de
instructie op om het nietjespatroon te
vervangen. Druk op [Doorgaan] om af te
drukken zonder nieten.
Druk op [Annuleren] om de taak te
annuleren.
5-5
5-21
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
O
P
S
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Onbekende toner geïnstalleerd. Is de geïnstalleerde toner van
ons eigen merk?
Wij zijn niet aansprakelijk voor schade
ten gevolge van het gebruik van
artikelen van andere fabrikanten in dit
apparaat.
5-2
Onbekende toner geïnstalleerd.
PC [C][M][Y][K]
Komt de regiospecificatie van de
tonercontainer overeen met die
van het apparaat?
Installeer de gespecificeerde
tonercontainer.
5-2
Onjuiste aanmeldingsnaam of
wachtwoord.*
De aanmeldingsgebruikersnaam of
wachtwoord was onjuist bij het extern
verwerken van de taak. De taak is
geannuleerd. Druk op [Afsluiten].
Onjuiste account-ID.*
* Als Fouten automatisch wissen ingesteld staat op [Aan], dan wordt het verwerken automatisch hervat nadat een ingestelde
tijdsduur verstreken is.
De account-ID was onjuist bij het extern
verwerken van de taak. De taak is
geannuleerd. Druk op [Afsluiten].
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Papierstoring. Als zich een papierstoring voordoet,
wordt het apparaat stopgezet en wordt
de plek met de papierstoring op het
aanraakscherm weergegeven. Laat het
apparaat aanstaan en volg de
instructies op om het vastgelopen papier
te verwijderen.
5-26
Plaats de cassette. Zijn de papierbreedtegeleider en
de papierlengtegeleider goed
ingesteld?
Stel de papierbreedtegeleider en de
papierlengtegeleider goed in zodat er
geen ruimte zit tussen de geleiders en
het papier.
3-3
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Storing in de nietapparaat. Als de nietjes vastlopen, dan wordt het
apparaat stopgezet en wordt de plek
van de storing op het aanraakscherm
weergegeven.
Laat het apparaat aanstaan en volg de
instructies op om het vastgelopen nietje
te verwijderen.
5-31
Systeemfout. Er heeft zich een systeemfout
voorgedaan. Volg de instructies op het
aanraakscherm.
5-22
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
V
W
Reageren op Fout bij verzenden
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Vervang MK. Het vervangen van de onderdelen in de
onderhoudskit is elke 200.000
afdrukpagina's nodig en vereist een
professionele onderhoudsbeurt. Neem
contact op met uw
servicevertegenwoordiger.
Vervang originelen en druk op
[Doorgaan].
Haal de originelen uit de
documenttoevoer, leg ze in de
oorspronkelijke volgorde en plaats ze
opnieuw. Druk op [Doorgaan] om door
te gaan met afdrukken.
Druk op [Annuleren] om de taak te
annuleren.
Verwijder de originelen uit de
documenttoevoer.
Zitten er nog originelen in de
documenttoevoer?
Verwijder de originelen uit de
documenttoevoer.
Verwisselbaar geheugen is vol.*
* Als Fouten automatisch wissen ingesteld staat op [Aan], dan wordt het verwerken automatisch hervat nadat een ingestelde
tijdsduur verstreken is.
De taak is geannuleerd. Druk op
[Afsluiten].
Onvoldoende vrije ruimte op het
verwisselbaar geheugen. Verwijder
overbodige bestanden.
Vul het papier in de
multifunctionele lade aan.
Is in de multifunctionele lade
papier van het geselecteerde
formaat geplaatst?
Plaats papier.
Druk op [Papierselectie] om de andere
papierbron te kiezen.
Druk op [Doorgaan] om af te drukken op
het papier van de huidige geselecteerde
papierbron.
3-5
Foutmelding Controlepunten Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
Waarschuwing: geheugen is
bijna vol.
De taak kan niet gestart worden.
Probeer later opnieuw.
Code Fout Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
1101 Verzenden van e-mail mislukt. Controleer de hostnaam van de SMTP-server in het Embedded
Web Server.
2-17
Verzenden via FTP mislukt. Controleer de hostnaam van de FTP.
Verzenden via SMB mislukt. Controleer de hostnaam van de SMB.
5-23
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
1102 Verzenden via SMB mislukt. Controleer de SMB-instellingen.
Aanmeldingsgebruikersnaam en aanmeldingswachtwoord
OPMERKING: Als de afzender een domeingebruiker is, geef
dan de domeinnaam op.
•Hostnaam
•Pad
Verzenden van e-mail mislukt. Controleer het volgende in het Embedded Web Server.
SMTP-aanmeldingsgebruikersnaam en
aanmeldingswachtwoord
POP3-aanmeldingsgebruikersnaam en
aanmeldingswachtwoord
2-17
Verzenden via FTP mislukt. Controleer de FTP-instellingen.
Aanmeldingsgebruikersnaam en aanmeldingswachtwoord
OPMERKING: Als de afzender een domeingebruiker is, geef
dan de domeinnaam op.
•Pad
Mapdeelrechten van de ontvanger
1103 Verzenden via SMB mislukt. Controleer de SMB-instellingen.
Aanmeldingsgebruikersnaam en aanmeldingswachtwoord
OPMERKING: Als de afzender een domeingebruiker is, geef
dan de domeinnaam op.
•Pad
Mapdeelrechten van de ontvanger
Verzenden via FTP mislukt. Controleer de FTP-instellingen.
•Pad
Mapdeelrechten van de ontvanger
1104 Verzenden van e-mail mislukt. Controleer het e-mailadres.
OPMERKING: Als het adres afgewezen wordt door het
domein, kunt u de e-mail niet versturen.
1105 Verzenden via SMB mislukt. Selecteer [Aan] bij de SMB-instellingen in het Embedded Web
Server.
2-17
Verzenden van e-mail mislukt. Selecteer [Aan] bij de SMTP-instellingen in het Embedded Web
Server.
Verzenden via FTP mislukt. Selecteer [Aan] bij de FTP-instellingen in het Embedded Web
Server.
1106 Verzenden van e-mail mislukt. Controleer het afzenderadres bij SMTP in het Embedded Web
Server.
2-17
1131 Verzenden via FTP mislukt. Selecteer [Aan] bij de beveiligingsprotocolinstellingen in het
Embedded Web Server.
2-17
1132 Verzenden via FTP mislukt. Controleer het volgende op de FTP-server.
Is FTPS beschikbaar?
Is de codering beschikbaar?
2-17
Code Fout Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
5-24
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
2101 Verzenden via SMB mislukt.
Verzenden via FTP mislukt.
Controleer de netwerk- en SMB-instellingen.
Controleer de netwerk- en FTP-instellingen.
De netwerkkabel is aangesloten.
De hub werkt niet goed.
De server werkt niet goed.
Hostnaam en IP-adres
Poortnummer
2-17
Verzenden van e-mail mislukt. Controleer het netwerk en het Embedded Web Server.
De netwerkkabel is aangesloten.
De hub werkt niet goed.
POP3-servernaam van de POP3-gebruiker
SMTP-servernaam
2102
2103
Verzenden via FTP mislukt. Controleer het volgende op de FTP-server.
Is FTPS beschikbaar?
De server werkt niet goed.
Verzenden van e-mail mislukt. Controleer het netwerk.
De netwerkkabel is aangesloten.
De hub werkt niet goed.
De server werkt niet goed.
2201 Verzenden van e-mail mislukt.
Verzenden via FTP mislukt.
Verzenden via SMB mislukt.
Controleer het netwerk.
De netwerkkabel is aangesloten.
De hub werkt niet goed.
De server werkt niet goed.
2202 Verzenden van e-mail mislukt.
Verzenden via FTP mislukt.
2203 Verzenden via FTP mislukt.
Verzenden via SMB mislukt.
2204 Verzenden van e-mail mislukt. Controleer de groottebeperking voor e-mail bij de SMTP-
instellingen in het Embedded Web Server.
2-17
2231 Verzenden via FTP mislukt. Controleer het netwerk.
De netwerkkabel is aangesloten.
De hub werkt niet goed.
De server werkt niet goed.
3101 Verzenden van e-mail mislukt. Controleer de verificatiemethodes van zowel de afzender als de
ontvanger.
Verzenden via FTP mislukt. Controleer het netwerk.
De netwerkkabel is aangesloten.
De hub werkt niet goed.
De server werkt niet goed.
3201 Verzenden van e-mail mislukt. Controleer de SMTP-gebruikersverificatiemethode van de
ontvanger.
Code Fout Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
5-25
Problemen oplossen > Reageren op foutmeldingen
0007
4201
4701
5101
5102
5103
5104
7101
7102
7103
720f
Schakel de hoofdschakelaar uit en weer aan. Als deze fout zich
herhaalt, noteer dan de weergegeven foutcode en neem contact
op met uw servicevertegenwoordiger.
2-11
Code Fout Mogelijke oplossing Referentie-
pagina
5-26
Problemen oplossen > Papierstoringen oplossen
Papierstoringen oplossen
Als zich een papierstoring voordoet, wordt Papierstoring op het aanraakscherm weergegeven en wordt het apparaat
gestopt. Raadpleeg de volgende procedures om het vastgelopen papier te verwijderen.
Hoe leest u het scherm
Lampjes voor storingslocaties
Dit zijn de mogelijke locaties voor papierstoringen. Raadpleeg het aangegeven paginanummer om het vastgelopen
papier te verwijderen.
Voorzorgsmaatregelen bij papierstoringen
Gebruik vastgelopen papier niet opnieuw.
Als het papier tijdens het verwijderen scheurt, dan moet u alle losse stukjes papier uit het apparaat halen.
Stukjes papier die in het apparaat achterblijven, kunnen nieuwe papierstoringen veroorzaken.
Nr. Papierstoringsbericht Referentiepagina
1 Verwijder het vastgelopen papier uit de
multifunctionele lade.
5-27
2 Verwijder het vastgelopen papier uit rechterklep 1. 5-28
3 Verwijder het vastgelopen papier uit cassette 1. 5-29
4 Verwijder het vastgelopen papier uit rechterklep 3. 5-29
5 Verwijder het vastgelopen papier uit cassette 2. 5-30
6 Verwijder het vastgelopen papier uit cassette 3.
7 Verwijder het vastgelopen papier uit de finisher. 5-30
8 Verwijder het vastgelopen nietje uit de finisher. 5-31
9 Verwijder het vastgelopen papier uit de bridge unit. 5-31
10 Verwijder het vastgelopen papier uit de
documenttoevoer.
5-32
10:10
Verwijder het vastgelopen papier
uit cassette 1.
Druk op [Volgende >] om de
instructies te volgen.
JAM 0501
Papierstoring.
< Terug Volgend >
GE0001_00
Geeft de
verwerkingsmethode
weer.
Geeft de huidige stap
weer.
Gaat verder naar het
volgende scherm.
Keert terug naar
het vorige scherm.
Zet de huidige stap in de wacht.
12
2
2
9
7
8
7
10
3
5
4
6
5-27
Problemen oplossen > Papierstoringen oplossen
Gooi het papier dat vastgelopen is in de optionele documentfinisher weg. De pagina waarbij de storing optrad, wordt
opnieuw afgedrukt.
Multifunctionele lade
Volg de onderstaande stappen om een papierstoring in de multifunctionele lade op te lossen.
Voorzichtig
De fixeereenheid is zeer heet. Neem voldoende voorzorgsmaatregelen wanneer u in dit gedeelte werkt,
aangezien er gevaar bestaat op brandwonden.
5-28
Problemen oplossen > Papierstoringen oplossen
Binnenin rechterklep 1
Volg onderstaande stappen om papierstoringen in rechterklep 1 op te lossen.
1
2
3
Voorzichtig
De fixeereenheid is zeer heet. Neem voldoende voorzorgsmaatregelen wanneer u
in dit gedeelte werkt, aangezien er gevaar bestaat op brandwonden.
5-29
Problemen oplossen > Papierstoringen oplossen
Cassette 1
Volg de onderstaande stappen om een papierstoring in cassette 1 op te lossen.
Binnenin rechterklep 3
Volg onderstaande stappen om papierstoringen in rechterklep 3 op te lossen.
1
2
5-30
Problemen oplossen > Papierstoringen oplossen
Cassette 2 of 3
Volg onderstaande stappen om papierstoringen in cassette 2 of 3 op te lossen.
Optionele documentfinisher
Volg de onderstaande stappen om papierstoringen in de optionele document finisher op te lossen.
1
2
5-31
Problemen oplossen > Papierstoringen oplossen
Nietjesstoring in de optionele document finisher
Volg de onderstaande stappen om nietjesstoringen in de optionele document finisher op te lossen.
1
2
3
Bridge unit
Volg de onderstaande stappen om een papierstoring in de bridge unit op te lossen.
5-32
Problemen oplossen > Papierstoringen oplossen
Documenttoevoer
Volg de onderstaande stappen om papierstoringen in de documenttoevoer op te lossen.
1
2
3
6-1
6 Appendix
In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen uitgelegd:
Optionele apparatuur ......................................................................................................................................... 6-2
Overzicht optionele apparatuur ................................................................................................................ 6-2
Optionele functie ...................................................................................................................................... 6-3
Papier ................................................................................................................................................................. 6-5
Basisspecificaties papier .......................................................................................................................... 6-6
Geschikt papier kiezen ............................................................................................................................. 6-6
Speciaal papier ........................................................................................................................................ 6-9
Specificaties ..................................................................................................................................................... 6-13
Algemene functies ................................................................................................................................. 6-13
Kopieerfuncties ...................................................................................................................................... 6-14
Printfuncties ........................................................................................................................................... 6-15
Scanner ................................................................................................................................................. 6-15
Documenttoevoer .................................................................................................................................. 6-16
Papierinvoer (enkele cassette) (optioneel) ............................................................................................ 6-16
Papierinvoer (dubbele cassette) (optioneel) .......................................................................................... 6-16
Documentfinisher (optioneel) ................................................................................................................. 6-17
Milieuspecificaties .................................................................................................................................. 6-17
6-2
Appendix > Optionele apparatuur
Optionele apparatuur
Overzicht optionele apparatuur
De volgende optionele apparatuur is beschikbaar voor het apparaat.
Documentfinisher
Papierinvoer (dubbele cassette) Papierinvoer (enkele cassette)
Faxkit
Uitbreidingsgeheugen
Gigabit Ethernet-kaart
Kaartverificatiekit
6-3
Appendix > Optionele apparatuur
Optionele functie
U kunt de optionele applicaties gebruiken die op dit apparaat geïnstalleerd zijn.
Overzicht van de applicaties
De onderstaande applicaties zijn geïnstalleerd op dit apparaat. U kunt deze applicaties gedurende een beperkte periode
op proef gebruiken.
UG-33 (ThinPrint) (Deze applicatie kan enkel worden geactiveerd in Europa.)
Deze applicatie maakt het mogelijk afdrukgegevens direct af te drukken zonder printerstuurprogramma.
Gebruik van een applicatie starten
Gebruik de onderstaande procedure om het gebruik van een applicatie te starten.
1
Geef het scherm weer.
2
Start het gebruik van een applicatie.
1 Selecteer de gewenste applicatie en druk op [Activeren].
OPMERKING
Beperkingen zoals het aantal keer dat de applicatie kan worden gebruikt tijdens de proefperiode verschillen
afhankelijk van de applicatie.
OPMERKING
Als het gebruikersaanmeldingsbeheer uitgeschakeld is, dan verschijnt het gebruikersverificatiescherm. Voer uw
aanmeldingsgebruikersnaam en -wachtwoord in en druk op [Aanmelding]. Hiervoor moet u aanmelden met
beheerdersrechten.
Systeemmenu/teller.
Systeemmenu
Aanmelding/Taakaccounting
10:10
Printer
Systeem
Datum/timer
4/5
1
GB0511_01
GB0054_02
2
3
Gebruik [ ] of [ ] om naar boven
of naar beneden te scrollen.
Systeem - Optionele functie
10:10Systeemmenu/teller.
IC CARD AUTHENTI...
Activeren
1/1
Afsluiten
GB0557_00
1
2
Geeft details weer voor elk van de applicaties.
6-4
Appendix > Optionele apparatuur
2 Druk op [Officieel] en voer de licentiecode in met de cijfertoetsen.
Voor bepaalde applicaties hoeft u geen licentiecode in te voeren.
Om de applicatie op proef te gebruiken, selecteert u [Demo].
BELANGRIJK
Als u de datum/tijd wijzigt terwijl u een applicatie gebruikt, dan is deze applicatie niet
langer beschikbaar.
Activeren
10:10Systeemmenu/teller.
Demo
Officieel
Annuleren
1/1
Volgend >
GB0608_00
GB0609_00
1
2
3
4
6-5
Appendix > Papier
Papier
Hierna worden de papierformaten en -soorten vermeld die kunnen worden gebruikt in de verschillende papierbronnen.
Cassettes
Multifunctionele lade
Ondersteunde soorten Ondersteunde papierformaten Aantal vellen
Normaal papier (60 tot 256 g/m²)
Gerecycled papier (60 tot 256 g/m²)
Ledger, Letter-R, Letter, Legal, Statement-R, Oficio II, A3, A4-R,
A4, A5-R, B4, B5-R, B5, Folio, 216 × 340 mm, 8K, 16K-R, 16K
500 (80 g/m²)
Ondersteunde soorten Ondersteunde papierformaten Aantal vellen
Normaal papier (60 tot 256 g/m²)
Gerecycled papier (60 tot 256 g/m²)
Gekleurd papier (60 tot 256 g/m²)
Letter-R, Letter, Statement-R, Executive, A4-R, A4, A5-R, A6-R,
B5-R, B5, B6-R, Folio, 16K-R, 16K
Andere formaten:
Staand - 98 tot 297 mm
Liggend - 148 tot 432 mm
100 (80 g/m²)
Normaal papier (60 tot 256 g/m²)
Gerecycled papier (60 tot 256 g/m²)
Gekleurd papier (60 tot 256 g/m²)
Ledger, Legal, Oficio II, A3, B4, 216 × 340 mm, 8K 25 (80 g/m²)
Briefkaarten Briefkaarten (100 × 148 mm) 20
Oufuku Hagaki (antwoordbriefkaart) Antwoordbriefkaart (148 × 200 mm) 10
Enveloppen Envelope DL, Envelope C5, Envelope C4, Envelope #10
(Commercial #10), Envelope #9 (Commercial #9), Envelope #6
(Commercial #6 3/4), Monarch, ISO B5, Youkei 2, Youkei 4
Andere formaten:
Staand - 98 tot 297 mm
Liggend - 148 tot 432 mm
5
6-6
Appendix > Papier
Basisspecificaties papier
Dit apparaat is ontworpen voor het afdrukken op standaardkopieerpapier zoals gebruikt wordt bij normale ('droge')
kopieerapparaten en paginaprinters zoals laserprinters. Het ondersteunt ook verschillende andere papiersoorten, die
voldoen aan de specificaties in deze appendix.
Let op als u papier uitkiest. Papier dat niet geschikt is voor dit apparaat kan papierstoringen veroorzaken of kan gaan
kreuken.
Geschikt papier
Gebruik standaardkopieerpapier voor normale kopieerapparaten en laserprinters. De afdrukkwaliteit hangt af van de
papierkwaliteit. Papier van mindere kwaliteit kan tot een onbevredigend resultaat leiden.
Basisspecificaties papier
In de volgende tabel vindt u de specificaties van het papier dat geschikt is voor dit apparaat. Raadpleeg de hierna
volgende alinea's voor meer details.
Wij zijn niet verantwoordelijk voor problemen ten gevolge van het gebruik van papier dat niet voldoet aan onze
specificaties.
Geschikt papier kiezen
In dit gedeelte worden richtlijnen gegeven voor het kiezen van papier.
Staat van het papier
Vermijd het gebruik van papier met omgevouwen hoeken of van gekreukt, vuil of gescheurd papier. Gebruik geen papier
met een ruw oppervlak of met ruwe vezels, of heel kwetsbaar papier. Het gebruik van dergelijke papiersoorten leidt niet
alleen tot slechte afdrukken, maar kan ook papierstoringen veroorzaken en de levensduur van het apparaat verkorten.
Kies papier met een zacht en gelijkmatig oppervlak; vermijd echter gecoat papier of papier met een behandeld
oppervlak want dit kan de drum of de fuser beschadigen.
Criteria Specificaties
Gewicht Cassettes: 60 tot 256 g/m²
Multifunctionele lade: 60 tot 256 g/m²
Dikte 0,086 tot 0,23 mm
Maatnauwkeurigheid ±0,7 mm
Haaksheid van de hoeken 90° ±0,2°
Vochtgehalte 4 tot 6%
Vezelrichting Lange vezels (in papierinvoerrichting)
Pulpgehalte 80% of meer
OPMERKING
Bepaalde soorten gerecycled papier voldoen niet aan de vereisten voor dit apparaat zoals aangegeven in de tabel
met basisspecificaties voor papier, bijvoorbeeld voor wat betreft het vocht- of pulpgehalte. Daarom adviseren wij om
een kleine hoeveelheid gerecycled papier aan te schaffen om eerst het gebruik uit te proberen. Kies het gerecycled
papier dat het beste afdrukresultaat geeft en dat weinig papierstof bevat.
6-7
Appendix > Papier
Samenstelling
Gebruik geen soorten zoals papier met een coating of behandeld oppervlak, of papier dat plastic of carbon bevat. Deze
papiersoorten kunnen schadelijke uitwasemingen veroorzaken door de hitte bij het afdrukken en de drum beschadigen.
Let erop dat u standaardpapier gebruikt met minstens 80% pulp, oftewel met niet meer dan 20% katoen of andere
vezels.
Geschikte papierformaten
De volgende papierformaten zijn geschikt voor dit apparaat.
Voor de afmetingen in de tabel geldt een maatnauwkeurigheid van ±0,7 mm in de lengte en de breedte. De hoeken
moeten 90° ±0,2° zijn.
Zachtheid
Het oppervlak van het papier moet zacht zijn, maar mag niet gecoat zijn. Bij papier dat te zacht is en wegglijdt, kunnen
meerdere vellen tegelijk ingevoerd worden waardoor het vastloopt.
Basisgewicht
In landen die het metrisch systeem gebruiken, is het basisgewicht het gewicht in grammen van één vel papier van één
vierkant meter groot. In de Verenigde Staten is het basisgewicht het gewicht in pounds van één riem (500 vellen) papier
gesneden in het standaardformaat (of handelsformaat) voor een bepaalde papierkwaliteit. Papier dat te licht of te zwaar
is, kan fout ingevoerd worden of vastlopen, waardoor het apparaat aanzienlijk sneller slijt. Bij gemengde
papiergewichten (bijvoorbeeld dikte) kunnen per ongeluk meerdere vellen tegelijk ingevoerd worden; ook kunnen er
onduidelijke afdrukken of andere afdrukproblemen ontstaan als de toner niet goed hecht.
Multifunctionele lade Cassette of multifunctionele lade
A6-R (105 × 148 mm) A3 (297 × 420 mm)
B6-R (128 × 182 mm) B4 (257 × 364 mm)
Hagaki (100 × 148 mm) A4 (297 × 210 mm)
Oufuku Hagaki (148 × 200 mm) A4-R (210 × 297 mm)
Executive (7 1/4 ×10 1/2") B5 (257 × 182 mm)
Envelop DL (110 × 220 mm) B5-R (182 × 257 mm)
Envelop C5 (162 × 229 mm) A5-R (148 × 210 mm)
Envelop C4 (229 × 324 mm) Folio (210 × 330 mm)
ISO B5 (176 × 250 mm) Ledger
Envelop #10 (Commercial #10) (4 1/8 × 9 1/2") Legal
Envelop #9 (Commercial #9) (3 7/8 × 8 7/8") Letter
Envelop #6 (Commercial #6 3/4) (3 5/8 × 6 1/2") Letter-R
Envelop Monarch (3 7/8 ×7 1/2") Statement-R
Youkei 2 (114 × 162 mm) Oficio II
Youkei 4 (105 × 235 mm) 216 × 340 mm
Formaat invoer (98 × 148 to 297 × 432 mm) 8K (273 × 394 mm)
16K (273 × 197 mm)
16K-R (197 × 273 mm)
6-8
Appendix > Papier
Dikte
Vermijd het gebruik van papier dat te dik of te dun is. U herkent te dun papier onder andere aan regelmatige problemen
door vastlopend papier of aan het feit dat verschillende vellen tegelijk ingevoerd worden. Papierstoringen kunnen ook
wijzen op te dik papier. De juiste dikte is tussen 0,086 en 0,23 mm.
Vochtgehalte
Het vochtgehalte van papier is de verhouding vocht-droge massa uitgedrukt in een percentage. Vocht beïnvloedt de
invoer van het papier, de elektrostatische eigenschappen van het papier en hoe de toner zich hecht.
Het vochtgehalte van papier verschilt afhankelijk van de relatieve vochtigheid in de ruimte. Bij een hoge relatieve
vochtigheid wordt het papier vochtig, waardoor de randen uitzetten en gaan golven. Bij een lage relatieve vochtigheid
verliest het papier vocht, waardoor de randen samentrekken en het afdrukcontrast minder wordt.
Door gegolfde of strakke randen kan het papier wegglijden bij het invoeren. Probeer het vochtgehalte tussen 4 en 6% te
houden.
Om het vochtgehalte op het juiste niveau te houden, geven wij u de volgende tips.
Bewaar het papier op een koele, goed geventileerde plek.
Bewaar het papier liggend en in een ongeopende verpakking. Als de verpakking eenmaal geopend is, sluit deze dan
weer af als u het papier gedurende langere tijd niet gebruikt.
Berg het papier afgesloten op in de originele verpakking en doos. Zet een pallet onder het karton zodat het niet op de
vloer staat. Vooral tijdens regenachtige periodes is het belangrijk om het papier niet op een houten of betonnen vloer
te zetten.
Voor u papier gebruikt dat opgeslagen geweest is, leg het eerst minstens 48 uur op een plaats met de juiste
vochtigheid.
Bewaar het papier niet op een plek waar het blootgesteld is aan hitte, zonlicht en extreme vochtigheid.
Overige papierspecificaties
Poreusheid: De dichtheid van de papiervezels
Stijfheid: Het papier moet stijf genoeg zijn zodat het niet dubbelvouwt in het apparaat en een papierstoring veroorzaakt.
Opkrullen: De meeste papiersoorten gaan van nature opkrullen als de verpakking geopend is. Als er papier door de
fixeereenheid gaat, dan krult het licht omhoog. Voor vlakke afdrukken moet u het papier zo plaatsen dat de krul naar de
onderkant van de lade wijst.
Statische elektriciteit: Tijdens het afdrukken wordt het papier elektrostatisch geladen zodat de toner zich hecht. Kies
papier dat makkelijk ontlaadt zodat de kopieën niet aan elkaar vastkleven.
Witheid: De witheid van het papier beïnvloedt het afdrukcontrast. Gebruik witter papier voor scherpere, helderdere
afdrukken.
Kwaliteit: Er kunnen apparaatstoringen optreden als de vellen niet van hetzelfde formaat zijn of als de hoeken niet recht
zijn, de randen te ruw, de vellen niet gesneden of de randen of hoeken gekreukt zijn. Let om deze problemen te
voorkomen extra goed op als u het papier zelf snijdt.
Verpakking: Kies papier dat goed verpakt is en in dozen gestapeld is. De verpakking zelf moet bij voorkeur behandeld
zijn met een coating tegen vocht.
Speciaal behandeld papier: Wij adviseren u om niet af te drukken op de volgende papiersoorten, ook al voldoen ze
aan de basisspecificaties. Als u deze papiersoorten wilt gebruiken, schaf dan eerst een kleine hoeveelheid aan om het
uit te proberen.
Glanzend papier
Papier met een watermerk
Papier met een ongelijk oppervlak
Geperforeerd papier
6-9
Appendix > Papier
Speciaal papier
In dit gedeelte wordt het afdrukken op speciale papiersoorten en afdrukmedia beschreven.
De volgende papiersoorten en media kunnen gebruikt worden.
Overheads
Voorbedrukt papier
Bond-papier
Gerecycled papier
Dun papier (van 60 g/m² tot 64 g/m² of minder)
Briefpapier
Gekleurd papier
Geperforeerd papier
Enveloppen
Karton (Hagaki)
Dik papier (van 106 g/m² tot 256 g/m² of minder)
•Etiketten
Hogekwaliteitspapier
Wanneer u deze papiersoorten en mediatypes gebruikt, kies er dan die speciaal voor kopieerapparaten en
paginaprinters (zoals laserprinters) ontworpen zijn. Gebruik de multifunctionele lade voor overheads, dik papier,
enveloppen, karton en etiketten.
Speciaal papier kiezen
Ook al kan speciaal papier dat voldoet aan de volgende vereisten gebruikt worden bij het apparaat, toch kan de
afdrukkwaliteit aanzienlijk afwijken door verschillen in de samenstelling en kwaliteit van het speciale papier. Dit betekent
dat speciaal papier vaker afdrukproblemen veroorzaakt dan normaal papier. Probeer speciaal papier eerst uit om te
kijken of de afdrukkwaliteit naar wens is, voor u het in grote hoeveelheden aanschaft. Algemene voorzorgsmaatregelen
voor afdrukken op speciaal papier worden hieronder gegeven. Wij wijzen u erop dat wij niet verantwoordelijk zijn voor
letsel bij de gebruiker of schade aan het apparaat veroorzaakt door vocht of door de specificaties van speciaal papier.
Kies voor speciaal papier een cassette of de multifunctionele lade.
Overheads
Transparanten moeten bestand zijn tegen de hitte bij het afdrukken. Transparanten moeten voldoen aan de volgende
voorwaarden.
Gebruik om problemen te voorkomen de multifunctionele lade voor transparanten en plaats de transparanten met de
lange kant naar het apparaat.
Als de transparanten regelmatig vastlopen bij de uitvoer, probeer dan mee te trekken aan de beginrand terwijl ze
uitgeworpen worden.
Hittebestendigheid Bestand tegen minstens 190 °C
Dikte 0,100 tot 0,110 mm
Materiaal Polyester
Maatnauwkeurigheid ±0,7 mm
Haaksheid van de hoeken 90° ±0,2°
6-10
Appendix > Papier
Etiketten
Etiketten moeten vanaf de multifunctionele lade ingevoerd worden.
Let extra goed op bij het kiezen van etiketten zodat de kleeflaag niet in aanraking komt met de apparaatonderdelen en
de etiketten niet vanzelf loskomen van het basisvel. Als er etiketten aan de drum of rollers blijven kleven of als er
etiketten loskomen en in het apparaat achterblijven, dan kan er een storing optreden.
Wanneer u op etiketten afdrukt, dan bent u verantwoordelijk voor de afdrukkwaliteit en eventuele problemen.
Etikettenvellen bestaan uit drie lagen, zoals weergeven in de afbeelding. De kleeflaag bevat bestanddelen die erg
gevoelig zijn voor de kracht die het apparaat uitoefent. De bovenste laag zit vast aan het basisvel tot de etiketten
gebruikt worden. Deze opbouw van de etiketten kan meer problemen veroorzaken.
Het basisvel moet volledig bedekt zijn door de etikettenlaag. Door open plekken tussen de etiketten kunnen deze
loskomen en dit kan ernstige storingen tot gevolg hebben.
Bij bepaalde etikettenvellen heeft het bovenste vel een grote rand. Als u dergelijk papier gebruikt, haal de randen dan
niet los van het basisvel voor u klaar bent met afdrukken.
Gebruik etikettenvellen die aan de volgende vereisten voldoen.
Gewicht bovenste laag 44 tot 74 g/m²
Basisgewicht (totale papiergewicht) 104 tot 151 g/m²
Dikte bovenste laag 0,086 tot 0,107 mm
Totale dikte papier 0,115 tot 0,16 mm
Vochtgehalte 4 tot 6 % (samengesteld)
Bovenste laag
Kleeflaag
Basisvel
Niet toegestaanToegestaan
Bovenste
laag
Basisvel
6-11
Appendix > Papier
Hagaki:
Voor u Hagaki-papier in de multifunctionele lade plaatst, moet u het waaieren en de randen gelijk leggen. Als het
Hagaki-papier gekruld is, maak het dan vlak voordat u het papier plaatst. Afdrukken op opgekruld Hagaki-papier kan
een papierstoring veroorzaken.
Gebruik ongevouwen Oufuku Hagaki-papier. Hagaki-papier kan aan de achterkant soms nog ruwe randen hebben door
een papiersnijder. Verwijder dergelijke ruwe randen door het Hagaki-papier op een vlakke ondergrond te leggen en een
paar keer over de randen te wrijven met een liniaal.
Enveloppen
Gebruik voor enveloppen de multifunctionele lade.
Door de structuur van de enveloppen is het soms niet mogelijk om gelijkmatig over het hele oppervlak af te drukken.
IVooral dunne enveloppen kunnen soms kreuken als ze door het apparaat gaan. Probeer enveloppen eerst uit om te
kijken of de afdrukkwaliteit naar wens is, voor u ze in grote hoeveelheden aanschaft.
Enveloppen kunnen kreuken als ze langere tijd bewaard worden. Houd daarom de verpakking dicht tot u ze gaat
gebruiken.
Houd rekening met het volgende.
Gebruik geen enveloppen met een zichtbare kleefrand. Gebruik ook geen enveloppen waarvan de kleefrand blootligt
doordat de strip verwijderd is. Er kan ernstige beschadiging ontstaan als het papier dat de kleefrand bedekt, loskomt
in het apparaat.
Gebruik geen enveloppen met bepaalde speciale functies. Gebruik bijvoorbeeld geen enveloppen met een ring waar
een touwtje omheen gedraaid wordt om de klep te sluiten of enveloppen met een open of een doorzichtig venster.
Als het papier vastloopt, plaats dan minder enveloppen tegelijk.
Dik papier
Voor u dik papier in de multifunctionele lade plaatst, moet u het waaieren en de randen gelijk leggen. Dik papier kan aan
de achterkant soms nog ruwe randen hebben door een papiersnijder. Verwijder dergelijke ruwe randen door het papier
op een vlakke ondergrond te leggen en een paar keer over de randen te wrijven met een liniaal. Afdrukken op papier
met ruwe randen kan papierstoringen veroorzaken.
Gekleurd papier
Gekleurd papier moet voldoen aan de specificaties zoals op pagina 6-6. Bovendien moet het pigment in het papier
bestand zijn tegen de hitte bij het afdrukken (tot 200°C).
Voorbedrukt papier
Voorgedrukt papier moet voldoen aan de specificaties zoals op pagina 6-6. De gekleurde inkt moet bestand zijn tegen
de hitte bij het afdrukken. Het moet ook bestand zijn tegen siliconolie. Gebruik geen papier met een behandeld
oppervlak zoals glanzend papier voor kalenders.
OPMERKING
Als het papier niet op de juiste manier ingevoerd wordt, zelfs nadat het glad gestreken is, plaats het dan in de
multifunctionele lade met de beginrand een paar millimeter omhoog.
Opgekrulde rand
Opgekrulde rand
6-12
Appendix > Papier
Gerecycled papier
Gerecycled papier moet voldoen aan de specificaties zoals op pagina 6-6; de witheid kan echter afwijken.
Gecoat papier
Bij gecoat papier is het oppervlak van het basispapier behandeld met een coating, die voor een hogere afdrukkwaliteit
zorgt dan bij normaal papier. Gecoat papier wordt gebruikt voor afdrukken van extrahoge kwaliteit.
Het oppervlak van papier van hoge kwaliteit of middelhoge kwaliteit is gecoat met een speciaal middel, dat het
oppervlak van het papier zachter maakt zodat de inkt beter hecht. Dit middel wordt gebruikt om ofwel beide zijden van
het papier ofwel slechts één zijde te coaten. De gecoate zijde heeft een lichte glans.
OPMERKING
Probeer gerecycled papier eerst uit om te kijken of de afdrukkwaliteit naar wens is, voor u het in grote hoeveelheden
aanschaft.
BELANGRIJK
Als u afdrukt op gecoat papier in een zeer vochtige omgeving, zorg er dan voor dat het papier droog blijft.
Door het vocht kunnen de vellen namelijk aan elkaar vastplakken als ze in het apparaat ingevoerd worden.
Als u in een zeer vochtige omgeving afdrukt, voer de vellen gecoat papier dan één voor één in.
6-13
Appendix > Specificaties
Specificaties
Algemene functies
BELANGRIJK
Wijzigingen van specificaties voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
Item Beschrijving
20 ppm-model 25 ppm-model
Type Desktop
Afdrukmethode Elektrofotografisch afdrukken in vier kleuren (CMYK) met behulp van
tandemdrumsysteem (4)
Beeldschrijfsysteem Halfgeleiderlaser en elektrofotografie
Papiergewicht Cassette 60 tot 256 g/m²
Multifunctionele
lade
60 tot 256 g/m²
Mediatype Cassette Normaal, Ruw, Velijn, Gerecycled, Voorgedrukt, Bond, Kleur, Geperforeerd, Briefpapier,
Dik, Hoge kwaliteit, Custom 1 tot 8 (dubbelzijdig: zelfde als enkelzijdig)
Multifunctionele
lade
Normaal, Transparant (OHP-folies), Ruw, Velijn, Etiketten, Gerecycled, Voorgedrukt,
Bond, Karton, Kleur, Geperforeerd, Briefpapier, Dik, Envelop, Gecoat, Hoge kwaliteit,
Custom 1 tot 8
Papierformaat Cassette Ledger, Letter-R, Letter, Legal, Statement-R, Oficio II, A3, A4-R, A4, A5-R, B4, B5-R,
B5, Folio, 216 × 340 mm, 8K, 16K-R, 16K
Multifunctionele
lade
Maximaal: Ledger/A3
Minimaal: Statement-R/A6-R
Invoercapaciteit Cassette 500 vel (80 g/m²)
Multifunctionele
lade
100 vel (80 g/m², Letter/A4 of kleiner),
25 vel (80 g/m², groter dan Letter/A4)
Capaciteit
opvangbak
Binnenlade 250 vel (80 g/m²)
Takenscheider 30 vel (80 g/m²)
Hoofdgeheugen Standaard 1024 MB
Maximaal 2048 MB
Interface Standaard USB-interface-aansluiting: 1 (USB Hi-Speed)
USB-geheugenaansluiting: 2 (USB Hi-Speed)
Netwerkinterface: 1 (10 BASE-T/100 BASE-TX/1000 BASE-T)
Optie eKUIO: 2
Bedrijfsomgeving Temperatuur 10 tot 32,5 °C
Vochtigheid 15 tot 80%
Hoogte Maximaal 2500 m
Verlichting Maximaal 1500 lux
Opwarmtijd
(22 °C, 60%)
Ingeschakeld 55 seconden of minder 45 seconden of minder
Slaapstand 23 seconden of minder
6-14
Appendix > Specificaties
Kopieerfuncties
Afmetingen (b x d x h) 590×590×748 mm
Gewicht (met tonercontainer) Circa 80 kg
Vereiste ruimte (b × d) 874×590 mm (met gebruik van multifunctionele lade)
Voeding 230 V Specificatie model: 220 tot 240 V (50 Hz/ 60 Hz, 7,2 A)
Opties Papierinvoer (enkele cassette), Papierinvoer (dubbele cassette), Documentfinisher,
Faxkit, Uitbreidingsgeheugen, Kaartverificatiekit, Gigabit Ethernet-kaart, USB-
toetsenbord
Item Beschrijving
20 ppm-model 25 ppm-model
Max.
kopieersnelheid
Kleur Zwart-wit Kleur Zwart-wit
Letter/A4 20 vel/min. 20 vel/min. 25 vel/min. 25 vel/min.
Letter-R/A4-R 14 vel/min. 14 vel/min. 17 vel/min. 17 vel/min.
Ledger/A3 8 vel/min. 10 vel/min. 9 vel/min. 13 vel/min.
Legal/B4 9 vel/min. 10 vel/min. 10 vel/min. 13 vel/min.
B5 20 vel/min. 20 vel/min. 25 vel/min. 25 vel/min.
B5-R 14 vel/min. 14 vel/min. 17 vel/min. 17 vel/min.
A5-R 10 vel/min. 10 vel/min. 13 vel/min. 13 vel/min.
Tijd tot eerste afdruk (A4, invoer vanuit
cassette)
Kleur: 13,6 seconden of minder, Zwart-wit: 11,7 seconden of minder
Zoombereik Handmatig: 25 tot 400%, in stappen van 1%
Automatisch: Vooraf ingestelde zoom
Continu kopiëren 1 tot 999 vellen
Resolutie 600×600 dpi
Ondersteunde origineelsoorten Vellen, boeken en driedimensionale voorwerpen (maximaal origineelformaat: Ledger/
A3)
Invoersysteem originelen Vast
Item Beschrijving
20 ppm-model 25 ppm-model
6-15
Appendix > Specificaties
Printfuncties
Scanner
Item Beschrijving
20 ppm-model 25 ppm-model
Afdruksnelheid Kleur Zwart-wit Kleur Zwart-wit
Letter/A4 20 vel/min. 20 vel/min. 25 vel/min. 25 vel/min.
Letter-R/A4-R 14 vel/min. 14 vel/min. 17 vel/min. 17 vel/min.
Ledger/A3 10 vel/min. 10 vel/min. 13 vel/min. 13 vel/min.
Legal/B4 10 vel/min. 10 vel/min. 13 vel/min. 13 vel/min.
B5 20 vel/min. 20 vel/min. 25 vel/min. 25 vel/min.
B5-R 14 vel/min. 14 vel/min. 17 vel/min. 17 vel/min.
A5-R 10 vel/min. 10 vel/min. 13 vel/min. 13 vel/min.
Tijd tot eerste afdruk (A4, invoer vanuit
cassette)
Kleur: 14,0 seconden of minder
Zwart-wit: 11,0 seconden of minder
Kleur: 12,0 seconden of minder
Zwart-wit: 10,0 seconden of minder
Resolutie 600×600 dpi
Besturingssysteem Windows XP, Windows Server 2003, Windows Vista, Windows 7, Windows Server
2008, Apple Macintosh OS X
Paginabeschrijvingstaal PRESCRIBE
Emulatie PCL6 (PCL5c, PCL-XL), KPDL3 (PostScript 3-compatibel)
Item Beschrijving
Systeemvereisten Processor: 600 MHz of hoger
RAM: 128 MB of meer
Resolutie 600 dpi, 400 dpi, 300 dpi, 200 dpi, 200×100 dpi, 200×400 dpi (inclusief
resolutie in fax-mode)
Bestandsindeling TIFF (JPEG 6.0, tn2), JPEG, XPS, PDF (1.4, /A)
Scansnelheid*
* Bij gebruik van de documenttoevoer (behalve TWAIN- en WIA-scannen)
(A4 liggend, 300 dpi, beeldkwaliteit: origineel Tekst/Foto)
1-zijdig zwart-wit 40 beelden/min., kleur 40 beelden/min.
Netwerkprotocol TCP/IP
Transmissiesysteem Pc-transmissie SMB: Scannen naar SMB
FTP: Scannen naar FTP, FTP via SSL
E-mailverzending SMTP: Scannen naar e-mail
TWAIN-scannen**
** Beschikbaar besturingssystemen: Windows XP, Windows Server 2003, Windows Vista, Windows 7, Windows Server 2008
WIA-scannen***
*** Beschikbaar besturingssystemen: Windows Vista, Windows 7, Windows Server 2008
6-16
Appendix > Specificaties
Documenttoevoer
Papierinvoer (enkele cassette) (optioneel)
Papierinvoer (dubbele cassette) (optioneel)
Instelling Beschrijving
Invoermethode originelen Automatische invoer
Ondersteunde origineelsoorten Losse vellen
Papierformaat Maximaal: Ledger/A3, minimaal: Statement-R/A5-R
Papiergewicht 45 tot 160 g/m²
Laadcapaciteit Maximaal 50 vel (50 tot 80 g/m²)
Gemengde origineelformaten (automatische selectie): Maximaal 30 vel
(50 tot 80 g/m²)
Afmetingen (B) × (D) × (H) 590×489×123 mm
Gewicht Circa 7 kg of minder
Instelling Beschrijving
Invoermethode papier Frictie-invoer (aantal vellen: 500, 80 g/m², 1 cassette)
Papierformaat Ledger, Letter-R, Letter, Legal, Statement-R, Oficio II, A3, A4-R, A4, A5-
R, B4, B5-R, B5, Folio, 216 × 340 mm, 8K, 16K-R, 16K
Geschikt papier Papiergewicht: 52 tot 256 g/m²
Mediatypes: standaard, gerecycled, gekleurd
Afmetingen (B) × (D) × (H) 590 × 589 × 352 mm
Gewicht Circa 21 kg
Instelling Beschrijving
Invoermethode papier Frictie-invoer (aantal vellen: 500, 80 g/m², 2 cassettes)
Papierformaat Ledger, Letter-R, Letter, Legal, Statement-R, Oficio II, A3, A4-R, A4, A5-
R, B4, B5-R, B5, Folio, 216 × 340 mm, 8K, 16K-R, 16K
Geschikt papier Papiergewicht: 52 tot 256 g/m²
Mediatypes: standaard, gerecycled, gekleurd
Afmetingen (B) × (D) × (H) 590 × 589 × 352 mm
Gewicht Circa 21 kg
6-17
Appendix > Specificaties
Documentfinisher (optioneel)
Milieuspecificaties
EN ISO 7779
Der höchste Schalldruckpegel beträgt 70 dB (A) oder weniger gemäß EN ISO 7779.
EK1-ITB 2000
Das Gerät ist nicht für die Benutzung im unmittelbaren Gesichtsfeld am Bildschirmarbeitsplatz vorgesehen. Um
störende Reflexionen am Bildschirmarbeitsplatz zu vermeiden, darf dieses Produkt nicht im unmittelbaren Gesichtsfeld
platziert werden.
Instelling Beschrijving
Aantal laden 1 lade
Papierformaat (zonder nieten) Ledger, Legal, Oficio II, A3, B4, Folio, 216 × 340 mm, 8K: 250 vel
Letter, Letter-R, Executive-R, Statement-R, A4, A4-R, B5, B5-R, A5-R,
16K: 500 vel
Geschikt papiergewicht 52 tot 256 g/m² (Nieten: 90 g/m² of minder)
Maximale aantal vellen voor nieten Ledger, Legal, Oficio II, A3, B4, 216 × 340 mm, 8K: 25 vellen
Letter, Letter-R, A4, A4-R, B5, B5-R, 16K: 50 vel
(Papiergewicht 90 g/m² of minder)
Afmetingen (B) × (D) × (H) 416 × 521 × 275,5 mm
Gewicht Circa 12 kg
Instelling Beschrijving
Hersteltijd vanuit energiebesparende stand 10 seconden of minder
Tijd voor energiebesparende stand 3 minuten
Hersteltijd vanuit slaapstand 23 seconden of minder
Tijd voor slaapstand 20 ppm-model: 20 minuten
25 ppm-model: 30 minuten
Dubbelzijdig afdrukken Standaard
OPMERKING
Raadpleeg uw dealer of uw servicevertegenwoordiger voor de aanbevolen papiersoorten.
6-18
Appendix > Specificaties
Index-1
Index
Cijfers
2-zijdig/boek 3-39
A
Aanduidingen origineelformaat 2-2
Aanmelden 3-13
Aanraakscherm 2-7
Aansluiten
LAN-kabel 2-9
Netvoedingskabel 2-10
Aanzetten 2-11
Afdruksnelheid 6-15
Afmelden 3-14
Apparaatinstallatie-wizard 2-15
Applicaties 6-3
Automatische dubbelzijdige kopieerfunctie 1-9
Automatische slaapstand 2-14
B
Bedieningspaneel 2-2, 2-6
Bestandsindeling 3-61
Bestandsnaam invoeren 3-66
Binnenlade 2-2
Breedtegeleiders voor originelen 2-3
C
Cassette 2-2
Papier plaatsen 3-3
Continu scannen 3-42
D
Datum/timer 2-15
Dichtheid 3-53
Dichtheid van de achtergrond aanpassen 3-58
Documenttoevoer 2-2
Doorschijnen voorkomen 3-59
Duplex 4-4
E
E-mail verzenden 2-17
Embedded Web Server 2-16
Energiebesparende stand 2-13
Energiebesparingsfunctie 1-9
Energy Star-programma 1-9
F
Favorieten 3-15
Bewerken en verwijderen 3-19
Gebruik 3-21
Registreren 3-15
G
Gecoat papier 6-12
Gerecycled papier 1-9, 6-12
Glasplaat 2-2
GPL/LGPL 1-6
Grijstinten 3-63
H
Hendels 2-2, 2-4
Hoofdschakelaar 2-4
Hulpscherm 3-29
I
Indicatorlampje voor geplaatste originelen 2-3
K
Kabels voorbereiden 2-8
Kleurselectie 3-63
Kopiëren 4-1
M
Marge 3-48
Melding als taak voltooid is 3-64
Monotype Imaging License Agreement 1-8
Multifunctionele lade 2-3
Papier plaatsen 3-5
N
Netvoedingskabel
Aansluiten 2-10
Netwerk
Installatie 2-15
Voorbereiden 2-8
Netwerkinterface 2-4, 2-8
Netwerkkabel
Aansluiten 2-9
Nieten 3-51
Nietjes vervangen 5-5
O
Omgeving 1-3
Onderdeelnamen 2-2
Open SSL License 1-6
Option
Overview 6-2
Optionele functie 6-3
Optionele interface 2-4
Original SSLeay License 1-7
Origineelbeeld 3-55
Origineelformaat 3-33
Originelen
Origineelformaat 3-33
Originelen plaatsen 3-7
Originelen van verschillende formaten 3-37
Origineleninvoer 2-3
P
Papier
Enveloppen plaatsen 3-6
Geschikt papier 6-6
In de cassettes plaatsen 3-3
In de multifunctionele lade plaatsen 3-5
Index-2
Speciaal papier 6-9
Specificaties 6-6
Voordat u het papier plaatst 3-2
Papierbreedtegeleiders 2-3
Papierlengtegeleider 2-3
Papierselectie 3-44
Papieruitvoer 3-45
Prioriteit onderdrukken 3-67
R
Rechterklep 2-2
Reinigen
Documenttoevoer 5-7
Glasplaat 5-7
Reinigingsdoek 2-3
Resolutie 6-15
Resolution 6-14
Richting origineel 3-35
S
Samenvoegen/verschuiven 3-46
Scanresolutie 3-54
Scherpte 3-57
Slaapstand 2-14
Sleufglas 2-2
Sneltoetsen
Bewerken en verwijderen 3-25
Gebruik 3-26
Registreren 3-23
Specificaties
Apparaat 6-13
Documentfinisher 6-17
Documenttoevoer 6-16
Milieuspecificaties 6-17
Papierinvoer (dubbele cassette) 6-16
Papierinvoer (enkele cassette) 6-16
Printer 6-14, 6-15
Scanner 6-15
Storingen oplossen 5-9
Symbolen 1-2
T
Taak
Annuleren 3-30
Takenscheider 2-2
Teller controleren 3-12
Tijd tot eerste afdruk 6-14, 6-15
Tonerafvalbak 2-3
Vervangen 5-4
Tonercontainer 2-3
Vervangen 5-2
U
Uitzetten 2-11
USB-geheugensleuf 2-2
USB-interface 2-4, 2-8
V
Veiligheidsaanduidingen in deze handleiding 1-2
Verbindingsmethode 2-8
Voorklep 2-2
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik 1-3
Vormgevingselementen in deze handleiding 1-10
W
Wat betreft handelsnamen 1-6
Wettelijke beperkingen betreffende kopiëren 1-5
Wettelijke beperkingen betreffende scannen 1-5
Wettelijke kennisgevingen 1-6
Wizard Snel installeren 3-27
Z
Zoomen
Verzenden/Opslaan 3-60
TA Triumph-Adler GmbH, Ohechaussee 235, 22848 Norderstedt, Germany
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169

Utax CDC 5520 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor