Geleiderpoelie
Afstelschroef voor
laagste versnelling
Gang
Grootste
versnellings-
tandwiel
3. Afstelling van de laagste versnelling
Terwijl het voorste kettingwiel draait, de hendel verplaatsen om over te
schakelen naar de laagste versnelling.
Draai de afstelschroef voor het grootste versnellingstandwiel zodanig
dat de geleiderpoelie direct onder het grootste versnellingstandwiel
komt te staan.
1. Afstelling van de hoogste versnelling
Draai de afstelschroef voor het kleinste versnellingstandwiel en stel
zodanig af dat, gezien vanaf de achterzijde, de geleiderpoelie uitgelijnd
is onder de buitenste rand van het kleinste versnellingstandwiel.
Monteer hierna de ketting.
Geleiderpoelie
Buitenste rand van kleinste
versnellings-tandwiel
Afstelschroef
voor de hoogste
versnelling
Trekken
Groef
Opmerking:
Zorg er voor dat de kabel stevig
in de groef bevestigd wordt.
Aantrekkoppel:
5 - 7 N·m {50 - 70 kgf·cm}
2. Aansluiten en bevestigen van de kabel
Bevestig de kabel aan de achterderailleur en maak de kabel, na deze
eerst voorgespannen te hebben, vast aan de achterderailleur zoals
aangegeven in de illustratie.
Trek de kabel aan met een kracht van 5 - 10 kg met behulp van een
tang en zet de kabel vast.
RD-TX70 / TX50 / TX30
RD-FT30
RD-FT30
RD-TY18
RD-TY18
Specificaties
• Gebruik voor het reinigen van de ketting een neutraal schoonmaakmiddel. Gebruik geen alkalihoudend of zuurhoudend
schoonmaakmiddel zoals een roestverwijderingsmiddel, aangezien dit tot beschadiging en/of het breken van de ketting kan
leiden.
• Gebruik de versterkte verbindingspen uitsluitend voor het verbinden van het smalle kettingtype.
• Er zijn twee verschillende typen versterkte verbindingspen beschikbaar. Zie onderstaande tabel voor het kiezen van het te
gebruiken type verbindingspen. Als er andere verbindingspennen dan de speciale versterkte verbindingspennen worden
gebruikt, of als er een versterkte verbindingspen of gereedschap wordt gebruikt welke niet geschikt is voor het type ketting,
bestaat de kans dat de sterkte van de verbinding niet voldoende is, hetgeen tot gevolg kan hebben dat de ketting breekt of
van de tandwielen valt.
• Als het afstellen van de kettinglengte noodzakelijk is als gevolg van een verandering in het
aantal tandwieltanden, de ketting op een andere plaats doorsnijden dan op de plaats waar
de ketting door middel van een versterkte verbindingspen of een sluitpen aan elkaar
verbonden is. De ketting zal worden beschadigd wanneer deze op de plaats wordt
doorgesneden waar deze door middel van een versterkte verbindingspen of een sluitpen
aan elkaar verbonden is.
• Controleer of de spanning van de ketting correct is en of de ketting niet beschadigd is. Als de spanning onvoldoende is of
de ketting beschadigd is, dient de ketting vernieuwd te worden. Als dit niet gebeurt, bestaat de kans dat de ketting breekt en
dat ernstig letsel wordt veroorzaakt.
• Controleer of de wielen stevig bevestigd zijn alvorens met de fiets te gaan rijden.Als de wielen op een of andere manier
loszitten, kunnen deze van de fiets losraken, hetgeen ernstig letsel kan veroorzaken.
• Volg bij het monteren van onderdelen nauwkeurig de montage-instructies. Losse, versleten of beschadigde onderdelen
kunnen tot gevolg hebben dat de berijder letsel oploopt.
Het wordt bijzonder aangeraden enkel gebruik te maken van originele Shimano onderdelen.
• Lees deze technische montage-instructies nauwkeurig en bewaar ze op een veilige plaats voor toekomstige referentie.
Opmerking
• De versterkte verbindingspennen kunnen niet worden gebruikt samen met de UG ketting, aangezien anders de
verbindingen niet soepel zullen bewegen en er bijgeluiden kunnen ontstaan.
• Als het overschakelen van de versnellingen niet soepel verloopt, de derailleur schoon spoelen en alle bewegende
onderdelen smeren.
• Als de mate van speling in de verbindingen zodanig is dat afstelling niet mogelijk is, dient u de derailleur te vernieuwen.
• U dient de derailleur periodiek te reinigen en alle bewegende onderdelen te smeren (mechanisme en poelies).
• Als afstelling van de overschakeling van de versnellingen niet mogelijk is, de mate van parallellisme aan het achteruiteinde
van de fiets controleren. Controleer ook of de kabel gesmeerd is en of de buitenkabel niet te lang of te kort is.
• Als u abnormale geluiden hoort als gevolg van een loszittende poelie, dient u de poelie te vernieuwen.
• Als het wiel stroef gaat en moeilijk te draaien wordt, dient u dit met vet te smeren.
• Breng geen olie aan op de binnenzijde van de naaf, anders zal het vet naar buiten komen.
• U dient de tandwielen regelmatig in een neutraal reinigingsmiddel schoon te spoelen en deze vervolgens opnieuw te
smeren. Bovendien kan het reinigen van de ketting met een neutraal reinigingsmiddel en het smeren een effectieve manier
zijn om de gebruiksduur van de tandwielen en de ketting te verlengen.
• Als de ketting tijdens het fietsen van de tandwielen blijft afglijden, de tandwielen en de ketting vernieuwen.
• Gebruik een buitenkabel die lang genoeg is, ook voor wanneer het stuur volledig naar beide kanten gedraaid wordt.
Controleer bovendien of de schakelhendel het fietsframe niet raakt wanneer het stuur volledig naar beide kanten gedraaid
wordt.
• Smeer de binnenkabel en de binnenzijde van de buitenkabel alvorens dczc in gebruik te nemen om er voor te zorgen dat
deze goed glijden.
• Gebruik van een frame met interne kabelroutering wordt ten zeerste afgeraden aangezien de kans bestaat dat door de
hoge kabelweerstand de werking van de SIS schakelfunctie nadelig beïnvloed wordt.
• De hendels van de versnelling dienen alleen te worden gebruikt als het voorwiel draait.
• Maak voor een soepele werking gebruik van de voorgeschreven buitenkabel en trapaskabelgeleider.
• Gebruik voor het verkrijgen van optimale prestaties uitsluitend het aanbevolen type ketting. Een ketting van het brede type
kan niet worden gebruikt.
• Onderdelen zijn niet gegarandeerd tegen natuurlijke slijtage of veroudering dat het gevolg is van normaal gebruik.
• Raadpleeg een professionele fietsenhandelaar voor eventuele vragen betreffende de methode van montage, afstelling,
onderhoud of bediening.
Technische montage-instructies
SI-6DH0B
Achter-aandrijfsysteem
Kettinglengte
Ketting
Grootste kettingring
Grootste
versnellingstandwiel
< GS > < SS >
Grootste
tandwiel voor
Grootste kettingring
Ketting
Geleiderpoelie
Spanpoelie
Rechte heok T.O.V. de grond
Voeg 2 schakels toe terwiji de
ketting om het grootste
versnellingstandwiel en de
grootste kettingring geplaatst is.
Opmerking: Specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving gewijzigd worden. (Dutch)
Algemene veiligheidsinformatie
WAARSCHUWING
KettinggereedschapKetting
9-versnellingen
supersmalle ketting zoals
CN-7701 / CN-HG93
8-/7-/6-versnellingen
smalle ketting zoals
CN-HG50 / CN-IG51
Versterkte verbindingspen
TL-CN32 / TL-CN23
TL-CN32 / TL-CN23
Zilver
Zwart
Versterkte verbindingspen
Sluitpen Verbindingspen
Bevestigen van de kabel en afstelling van
het schakelbereik
• Indien de buitenkabel een neerwaartse route volgt:
(De ketting moet op de grootste kettingring zitten en op het grootste
tandwiel.)
Stel de lengte van de buitenkabel zodanig af dat de buitenkabel een
soepele boog vormt en dat de verbinding stopt in een positie waarbij
er een kleine tussenruimte is tussen de verbinding en de
verbindingsaanslag.
Plaats de buitenkabel zodanig dat deze de mand en het spatbord
niet raakt, anders kunnen er problemen ontstaan wat betreft de
prestaties van de derailleur.
Stel de lengte van de buitenkabel (RD-TX70/RD-TX50/RD-FT30)
als volgt in.
• Indien de buitenkabel een opwaartse route volgt:
(De ketting moet op de grootste kettingring zitten en
op het grootste tandwiel.)
Neem de buitenkabel 10 mm langer dan de lengte
tussen het uiteinde dat in de buitenkabelhouder wordt
gestoken en het uiteinde dat in de
verbinding wordt gestoken.
Buitenkabelhouder
Verbinding
Grootste
versnellingstandwiel
Grootste
kettingring
Verbinding
-sstop
Verbinding
Kettingpositie
Grootste
versnellingstandwiel
Grootste
kettingring
Kettingpositie
Sluit de binnenkabel aan op de derailleur
zoals aangegeven in de illustratie.
Binnen kabel
< RD-TX70 / RD-TX50 / RD-FT30 >
max.
hoek
max.
hoek
Plaats de ketting op de kleinste kettingring en het grootste
versnellingstandwiel en draai de crankarm in achterwaartse richting.
Draai vervolgens de
afstelschroef voor de B-
spanning om de geleiderpoelie
zo dicht mogelijk
bij het tandwiel af te stellen.
De geleiderpoelie mag het
tandwiel echter niet raken.
Schakel de ketting vervolgens
over naar het kleinste
versnellingstandwiel en herhaal
bovenstaande stappen om er
zeker van te zijn dat de poelie
het tandwiel niet raakt.
Afstelschroef voor
de B-spanning
Grootste
versnellingtandwiel
Kleinste
versnellingstandwiel
4. Gebruik van de afstelschroef voor de B-spanning
< RD-TX70 / RD-TX50 / RD-TX30 >
Trek de afstelbout aan totdat de
ketting terugkeert naar het
tandwiel van de 2de
versnelling(rechtsom).
Trek de afstelbout aan totdat de
ketting terugkeert naar het
tandwiel van de 2de
versnelling(rechtsom).
Optimale afstelling
De optimale afstelling is verkregen wanneer de ketting
een geluid maakt en het tandwiel van de 3de versnelling
raakt wanneer de schakelhendel juist ver genoeg wordt
ingedrukt om de speling in de hendel op te heffen.
* Druk de hendel in de oorspronkelijke stand terug (de
hendel staat dan in de 2de positie wanneer u uw vinger
van de hendel heeft afgenomen) en draai de crankarm.
Indien de ketting dan nog steeds bij het aanraken van het tandwiel van
de 3de versnelling een geluid maakt, de afstelbout een klein stukje
losdraaien (rechtsom). Stop met draaien op het punt waarbij er geen
geluid meer hoorbaar is.
Bedien hendel om over te schakelen naar andere versnellingen en
controleer hierbij dat er in geen van de versnellingsstanden een geluid
hoorbaar is.
Bedien de schakelhendel eenmaal om de ketting van het kleinste tandwiel
naar het tandwiel van de 2de versnelling te verplaatsen. Bedien hierna de
schakelhendel, doch slechts naar de mate van speling en draai vervolgens
de crankarm.
SIS afstelling
Voor het verkrijgen van optimale prestaties van het SIS systeem,
regelmatig alle onderdelen van de overbrenging van smeerolie voorzien.
Wanneer de ketting
naar het tandwiel
van de 3de
versnelling
verplaatst wordt
Wanneer er geen
geluid hoorbaar is
Afstelbout
RD-TX70/50
RD-FT30
RD-TX30
Afstelbout
RD-TX70/50
RD-FT30
RD-TX30
Rechts
Vrijloopnaaf
Ketting
Trapas-kabelgeleider
Schakelhendel
Achter-derailleur
Buitenkabel
Voor het verkrijgen van de beste prestaties wordt het aanbevolen gebruik te maken van de onderstaande
combinatie.
Serie
Versnellingen
Tourney
Modelnummer
Versnellingen
SL-TX50-7 / SL-TX30-7
SIS 7 - versnellingen
Schakelhendel
SL-TX50-6 / SL-TX30-6
SIS 6 - versnellingen
Tand-combinatie
Versnellingen
11, 13, 15, 18, 21, 24, 28T
14, 16, 18, 20, 22, 24, 28T
7
Type
Versnellingen
Totale capaciteit
Grootste versnellingstandwiel
Kleinste versnellingstandwiel
SS
7 / 6
17T
28T
11T
Verschil vertanding voorste kettingwiel
––
RD-FT30
Modelnummer
Achterderailleur
Configuraties van tandwielvertandingen
14, 16, 18, 20, 22, 24T
14, 16, 18, 21, 24, 28T
6
GS
6
34T
28T
14T
20T
SS
6
28T
28T
14T
13T
RD-TY18
Smartcage
7 / 6
43T
28-34T
11T
20T
RD-TX30
Smartcage
7 / 6
43T
28-34T
11T
20T
RD-TX50
Smartcage
7 / 6
43T
28-34T
11T
20T
RD-TX70
Houdertype
Frame
Houderbout
Houdermoer
Houder
Aantrekkoppel:
3 - 4 N·m
{30 - 40 kgf·cm}
Uitbouwgereedschap voor vrijloopnaaf
TL-FW30
Aantrekkoppel:
30 N·m {300 kgf·cm}
Monteren van de vrijloopnaaf
Demonteren
Monteren
Montage van de achterderailleur
Directgemonteerd
Indrukken en
vastdraaien
Aantrekkoppel:
8 - 10 N·m
{80 - 100 kgf·cm}
5 mm inbussleutel
Bevestig hetzelfde
buitenkabelafsluitkapje op het
afgesneden uiteinde van het
buitenkabel.
Buitenkabelafsluitkapje
Afsnijden van de buitenkabel
Bij het afsnijden van de buitenkabel, deze aan het uiteinde
tegenovergesteld aan het uiteinde met de markering afsnijden. Na het
afsnijden van de buitenkabel het uiteinde er van
zodanig afronden dat de binnenomtrek van het gat
een gelijkmatige diameter heeft.
Insteken van de binnenkabel
Steek de binnenkabel in de buitenkabel vanaf het uiteinde met de
markering. Breng vet aan vanaf het uiteinde met de
markering om van een soepele werking
van de kabel verzekerd te zijn.
Markering
SL-TX50-7
SL-TX30-7
CN-UG51 / CN-HG50 / CN-HG40
SM-SP18/BT18
CN-UG51 / CN-HG50 / CN-HG40
SM-SP18/BT18
SIS
MF-HG50 (11-28T)
MF-HG37/TZ07
MF-HG22
MF-TZ06
SL-TX50-6
SL-TX30-6
7 - versnellingen
RD-TX70/RD-TX50
RD-TX30
RD-FT30
RD-TX70/RD-TX50
RD-TX30/RD-TY18
RD-FT30
SIS
6 - versnellingen
Vervangen van de binnenkabel
Druk op de knop en verplaats de ketting naar de eerste positie (kleinste
versnellingstandwiel) en voer vervolgens de binnenkabel door.
Overschakelen van de versnellingen
Uitgangspositie van hendel Drukknop
Overschakelen van een klein tandwiel naar een
groter tandwiel [ Hendel ]
Overschakelen van een groot tandwiel naar een
kleiner tandwiel [ Drukknop ]
Drukknop eenmaal bedienen en vervolgens loslaten voor
het overschakelen met één stap van een groter naar een
klein tandwiel.
Montage van de schakelhendel
Aantrekkoppel:
2.5 N·m {25 kgf·cm}
Gebruik een stuurhandgreep met een
maximum buitendiameter van 32 mm.
• Monteer de schakelhendel in een positie waarbij de remwerking en
de overschakeling van de versnellingen niet gehinderd wordt.
• Niet gebruiken in een combinatie die tot gevolg heeft dat de
remwerking gehinderd wordt.
Opmerking:
Bij het monteren de klem van de hendel niet
openen, anders bestaat de kans dat de
afdekking beschadigd wordt.