l
17
Bediening
Voor het eerste gebruik
Voordat er de eerste keer koffie wordt
gezet, moet er - om het apparaat te
reinigen - één of twee keer koffie wor-
den gezet zonder koffiepoeder en
papierfilter.
Koffie zetten
0 Deksel (afb. 1/B) omhoog klappen.
0 Met water vullen (afb. 2).
1
Het verswaterreservoir alleen met
koud, helder water vullen. Nooit mine-
raalwater, gedestilleerd water, melk,
gezette koffie, thee, enz. in het verswa-
terreservoir doen.
3
Om het apparaat met de gewenste
hoeveelheid water te vullen kunt u de
koffiekan gebruiken. Markeringen voor
2 tot 10 kopjes vindt u in het verswa-
terreservoir en op de koffiekan.
De markeringen gelden voor de hoe-
veelheid vers water.
De latere hoeveelheid koffie is kleiner,
aangezien de gemalen koffie water
opzuigt.
0 Filterpapier erin plaatsen.
Plaats een papieren filter maat 1x4 in
de filterhouder (afb. 1/C). Vouw eerst
de geperforeerde randen om.
0 Gemalen koffie erin doen.
Gebruik middelfijn gemalen koffie. De
hoeveelheid gemalen koffie is afhanke-
lijk van uw smaak. Voor middelsterke
koffie is één maatlepel (ca. 6-7 g) per
kopje voldoende.
0 Deksel (afb. 1/B) dicht klappen.
0 Koffiekan met deksel op de warm-
houdplaat zetten.
0 Machine met de toets AAN/UIT
(afb. 1/E) inschakelen.
De bedrijfsindicatie gaat branden. Na
enkele seconden stroomt er heet water
in de filter. Na het doorlopen schakelt
het apparaat automatisch over naar
warmhouden.
0 Kan weghalen.
1
Tijdens het koffiezetproces mag de kan
niet langer dan 30 seconden verwijderd
worden, anders loopt de filter over.
Als de kan verwijderd is, voorkomt het
filterventiel dat er koffie op de warm-
houdplaat druppelt. De warmhoud-
plaat houdt de koffie altijd op
drinktemperatuur. De plaat blijft in
werking tot u de machine met de toets
AAN/UIT (afb. 1/E) uitschakelt en
de bedrijfsindicatie uitgaat.
3
Als de machine niet met de hand wordt
uitgeschakeld, wordt hij 2 uur na het
koffiezetproces automatisch uitge-
schakeld.
3
Om ervoor te zorgen dat de koffie
gelijkmatig sterk wordt, moet u de kof-
fie na het zetten in de koffiekan
omroeren.
1
Als u na afloop van het doorlopen weer
water in het apparaat wilt doen om
nog meer koffie te zetten, moet u het
apparaat uitschakelen en enkele minu-
ten laten afkoelen.
Aromastand
De aromastand garandeert vol koffie-
genot ook bij kleine hoeveelheden (2-
4 kopjes).
0 Machine met de toets AAN/UIT
(afb. 1/E) inschakelen. De bedrijfsindi-
catie gaat branden.
0 Aromastand met de toets (afb.
1/D) inschakelen.
De bedrijfsindicatie van de toets
gaat branden, de bedrijfsindicatie van
de toets gaat uit. De aromastand is
ingeschakeld.
3
11 minuten na het koffiezetproces
wordt de aromastand automatisch uit-
geschakeld en gaat de bedrijfsindicatie
van de toets AAN/UIT weer bran-
den wieder.
0 Om de aromastand weer in te schake-
len drukt u nog eens op de toets
(afb. 1/D).