KAART- EN SYSTEEMINFORMATIE
}}
49
Navigatie - storingsdiagnose
Hier volgen enkele voorbeelden van situaties
waarin het kan lijken alsof het navigatiesysteem
niet goed functioneert.
De positie van de auto op de kaart
klopt niet
Het navigatiesysteem geeft de positie van de
auto aan met een nauwkeurigheid van circa 20
meter.
Tijdens ritten op wegen die parallel lopen aan
een andere weg, kronkelwegen, wegen op meer-
dere niveaus en na lange etappes zonder duide-
lijke bochten is de kans op fouten groter.
Hoge bergen, gebouwen, tunnels, viaducten,
ongelijkvloerse wegen enzovoort hebben daar-
naast een negatieve invloed op de ontvangst van
gps-signalen door het systeem, wat betekent dat
de nauwkeurigheid bij de berekening van de
positie van de auto kan verslechteren.
Het systeem berekent niet altijd de
snelste/kortste weg
Bij het berekenen van de route wordt, om tot de
theoretisch gezien beste route te komen, reke-
ning gehouden met de afstand, de wegbreedte,
het wegtype, het aantal bochten naar rechts of
links, rotondes enzovoort. Ervaring en lokale ken-
nis kunnen echter een efficiëntere route opleve-
ren.
Het systeem gebruikt tolwegen,
snelwegen of veerverbindingen, terwijl
ik heb aangegeven dat ik die wil
vermijden
Bij het berekenen van routes over langere afstan-
den kan het systeem om technische redenen
alleen gebruik maken van grote wegen.
Als u ervoor hebt gekozen om tolwegen en snel-
wegen te vermijden, worden deze voor zover
mogelijk vermeden en alleen gebruikt als er geen
ander, redelijk alternatief beschikbaar is.
De positie van de auto op de kaart
klopt niet na transport
Als de auto is getransporteerd op bijvoorbeeld
een veerboot of een trein, of op een andere wijze
waarbij er geen gps-signalen ontvangen konden
worden, kan het maximaal 5 minuten duren tot de
positie van de auto correct wordt berekend.
De positie van de auto op de kaart
klopt niet na loskoppelen van de accu
Als de gps-antenne stroomloos is geweest, kan
het langer dan 5 minuten duren voordat er
sprake is van een correcte ontvangst van gps-
signalen en de positie van de auto berekend
wordt.
Het autosymbool op het scherm is
onrustig na verwisseling van een band
Naast de gps-ontvanger leveren ook de snel-
heidssensor van de auto en een gyrosensor een
bijdrage aan de berekening van de actuele posi-
tie en rijrichting van de auto. Na montage van
een reservewiel en na wisselen tussen zomer- en
winterbanden moet het systeem de afmetingen
van de nieuwe wielen "leren".
Om het systeem optimaal te laten functioneren,
wordt daarom geadviseerd om, op een geschikte
plek, het stuur enkele keren volledig te draaien
terwijl u langzaam rijdt.
Het kaartbeeld komt niet overeen met
de werkelijke situatie
Het wegennet wordt voortdurend uitgebreid en
onderhouden, er kunnen nieuwe verkeersregels
worden ingevoerd enzovoort. De kaartdatabase is
daarom niet altijd compleet.
De kaartgegevens worden voortdurend verder
ontwikkeld en bijgewerkt. Zie Kaarten bijwerken
(p. 44) om de nieuwste kaartgegevens te down-
loaden. Zie ook support.volvocars.com voor meer
informatie over kaarten en dergelijke.
De schaal van de kaart verandert soms
In bepaalde gebieden is er geen gedetailleerde
kaartinformatie beschikbaar. Het systeem veran-
dert dan automatisch de vergroting.
Het autosymbool op het scherm springt
vooruit of draait rond
Voordat u wegrijdt, kan het systeem enkele
seconden nodig hebben om de positie en bewe-
ging van de auto te detecteren.