Samsung SGH-X640 Handleiding

Merk: Samsung

Model: SGH-X640

Categorie: Smartphones

Type: Handleiding

* Mogelijk is niet alle informatie in deze gebruiksaanwijzing van

toepassing op uw telefoon. Sommige functies zijn afhankelijk van

de software of de provider. Drukfouten voorbehouden.

World Wide Web

http://www.samsungmobile.com

Printed in Korea

Code No.:GH68-06705A

Dutch. 05/2005. Rev 1.2

SAMSUNG ELECTRONICS

SGH-X640

Gebruiksaanwijzing

Verkeersveiligheid gaat voor alles

Gebruik uw telefoon niet tijdens het rijden, tenzij u

een handsfree-kit heeft. Anders moet u eerst

parkeren.

Zet de telefoon uit tijdens het tanken

Gebruik de telefoon niet bij een benzinestation of in

de buurt van plaatsen waar andere brandstoffen of

chemicaliën zijn opgeslagen.

Zet de telefoon uit aan boord van vliegtuigen

Draadloze telefoons kunnen storingen veroorzaken.

Gebruik van deze telefoon in een vliegtuig is

gevaarlijk en verboden.

Zet de telefoon uit als u bij

ziekenhuisapparatuur in de buurt bent

Ziekenhuizen en andere gezondheidszorg-

instellingen gebruiken apparatuur die gevoelig is

voor bepaalde radiofrequenties. Volg de

aangegeven regels op.

Belangrijke

veiligheids-

informatie

Wanneer u zich niet aan deze veiligheids-

voorschriften houdt, kan dit tot

gevaarlijke en onrechtmatige situaties

leiden.

Belangrijke veiligheidsinformatie

Storingen

Alle mobiele telefoons zijn gevoelig voor interferentie,

wat de werking ervan kan beïnvloeden.

Houd u aan de voorschriften

Houd u altijd aan de voorschriften voor mobiele

telefoons op plaatsen waar deze gelden. Zet uw

telefoon altijd uit op plaatsen waar het gebruik van

mobiele telefoons verboden is, of als dit storingen in

apparatuur kan veroorzaken of gevaar kan opleveren

(zoals in een ziekenhuis).

Waterdichtheid

Uw telefoon is niet waterdicht. Zorg dus dat hij droog

blijft.

Gebruik de telefoon op de juiste wijze

Gebruik de telefoon alleen in de normale stand (bij het

oor). Vermijd onnodig contact met de antenne als de

telefoon aan staat.

Telefoneren in geval van nood

Geef het alarmnummer in (112 of een ander officieel

alarmnummer) en druk op de toets .

Houd de telefoon buiten het bereik van kleine

kinderen

Houd de telefoon en toebehoren buiten het bereik van

kleine kinderen.

Accessoires en batterijen

Gebruik uitsluitend door Samsung aanbevolen

batterijen en accessoires. Gebruik van andere

accessoires kan uw telefoon beschadigen en kan

gevaarlijk zijn.

Deskundige technische service

Alleen gekwalificeerd servicepersoneel mag uw

telefoon repareren.

Uitgebreide veiligheidsinformatie vindt u in het

hoofdstuk "Gezondheids- en veiligheidsinformatie" op

pagina 62.

• De telefoon kan ontploffen als de batterij

vervangen wordt door een niet ondersteund

type.

• Gooi oude batterijen weg volgens de ter plaatse

geldende richtlijnen.

Over deze handleiding

Deze handleiding geeft u informatie over het gebruik

van uw telefoon. Om snel met uw telefoon aan de slag

te gaan, adviseren wij u de hoofdstukken "Aan de

slag" en "Geavanceerde functies" door te lezen.

In deze handleiding vindt u de volgende symbolen:

Geeft aan dat u extra aandacht moet

besteden aan de vermelde informatie

over veiligheid of functies.



Geeft aan dat u meer informatie kunt

vinden op de pagina waarnaar verwezen

wordt.

Geeft aan dat u de pijltjestoetsen moet

gebruiken om naar de genoemde optie te

bladeren en deze te selecteren.

[ ] Geeft een toets op de telefoon aan,

bijvoorbeeld

[ ].

< > Geeft een functietoets aan waarvan de

functie in het display zichtbaar is,

bijvoorbeeld <

• Eenvoudig, compact ontwerp met Intenne

Samsungs krachtige intenne (interne antenne)

biedt u de beste geluidskwaliteit zonder dat u

last heeft van een externe antenne.

Speciale

functies

• Camera

Met de cameramodule van uw

telefoon kunt u foto’s maken.

•WAP browser

Geeft toegang tot het draadloze

web, diverse diensten en actuele

informatie.

Speciale functies

• Helderheid stem

De functie Helderheid stem verbetert het

volume en de helderheid van een inkomend

gesprek, bijvoorbeeld als u zich in een

rumoerige omgeving bevindt.

• Telefoonlijst

Hierin kunt u 1000

telefoonnummers opslaan.

• Weergave foto beller

Door foto’s aan contactpersonen

uit de telefoonlijst te koppelen,

kunt u zien wie u belt.

• Multimedia Message Service (MMS)

MMS berichten met tekst, afbeeldingen en

geluiden versturen en ontvangen.

• Agenda en actielijst

Hierin kunt u al uw afspraken en

taken bijhouden.

• Spraakrecorder

Voor het opnemen van memo’s

of geluiden.

•Java

Geniet van de meegeleverde

Java

™

spelletjes en download

zelf nieuwe.

• Timer en stopwatch

Voor het aftellen naar een

bepaald evenement of om te

controleren hoe lang u doet over

een bepaalde oefening of taak.

Inhoud

Uitpakken 6

Controleer of alle onderdelen aanwezig zijn

Uw telefoon 6

Toetsen, functies en locatie

Aan de slag 7

De eerste stappen om uw telefoon in gebruik te nemen

SIM-kaart plaatsen/telefoon opladen ........................ 7

Aan- en uitzetten ................................................... 8

Toetsen en display ................................................. 9

Menu’s en opties kiezen ....................................... 11

Telefoon aan uw voorkeur aanpassen ..................... 12

Bellen/gebeld worden ........................................... 13

Geavanceerde functies 14

Camera, WAP, berichten en andere speciale functies

De camera .......................................................... 14

WAP browser....................................................... 14

De telefoonlijst .................................................... 15

Berichten versturen .............................................. 15

Berichten lezen .................................................... 16

Agendafuncties .................................................... 17

Tekst intoetsen 18

ABC, T9, Cijfers en Symbolen

Telefoneren 20

Geavanceerde functies

Menufuncties 25

Alle menuopties op een rij

Problemen oplossen 60

Gezondheids- en veiligheidsinformatie 62

Index 68

1 SIM-AT



pag.28

2 Oproepenlijsten



pag.29

1 Gemiste oproepen

2 Ontvangen oproepen

3 Uitgaande oproepen

4 Alles wissen

5 Gespreksduur

6 Gesprekskosten*



pag.29



pag.29



pag.29



pag.29



pag.29



pag.30

3 Netwerk-diensten



pag.30

1 Oproepen doorschakelen

2 Oproepen blokkeren

3 Wisselgesprek

4 Netwerk kiezen

5 Nummerweergave

6 Band kiezen

7 Actieve lijn*



pag.30



pag.31



pag.32



pag.32



pag.32



pag.32



pag.33

4 Geluidopties



pag.33

1 Inkomende oproepen

2 Berichten

3 Toon bij in-/uitschakelen

4 Verbindingstoon

5 Toetstoon

6 Minutenteller

7 Stille modus

8 Waarschuwing tijdens

oproep



pag.33



pag.33



pag.33



pag.34



pag.34



pag.34



pag.34



pag.34

5 Berichten



pag.34

1 SMS berichten

2 Multimedia berichten

3 Serverberichten

4 Standaardberichten

5 Voice mail

6 Infoberichten

7 Instellingen

8 Geheugenstatus



pag.34



pag.36



pag.39



pag.39



pag.39



pag.40



pag.40



pag.42

6 Funbox



pag.42

1 WAP

2 Mediabox

3 JAVA wereld



pag.42



pag.45



pag.46

7 Organizer



pag.47

1 Nieuwe notitie

2 Kalender

3 Actielijst

4 Klok

5 Alarm

6 Spraakrecorder

7 Calculator

8 Omrekenen

9 Timer

10 Stopwatch



pag.47



pag.48



pag.49



pag.49



pag.50



pag.50



pag.51



pag.52



pag.52



pag.52

8 Camera



pag.53

1 Foto maken

2 Foto’s

3 Albums

4 Alles wissen

5 Instellingen

6 Geheugenstatus



pag.53



pag.55



pag.55



pag.56



pag.56



pag.56

9 Telefoonopties



pag.56

1 Display

2 Welkomtekst

3 Taal

4 Beveiliging

5 Autom. herhalen

6 Helderheid stem

7 Klepje actief

8 Toets op zijkant

9 Elke toets antwoorden

10 Reset instellingen



pag.56



pag.57



pag.57



pag.57



pag.58



pag.59



pag.59



pag.59



pag.59



pag.59

* Verschijnt alleen als uw SIM-kaart

deze functie ondersteunt.

1 Telefoonlijst



pag.25

1 Naam zoeken

2 Nummer toevoegen

3 Snelkeuzelijst

4 Alles naar telefoon

kopiëren

5 Alles wissen



pag.25



pag.26



pag.27



pag.27



pag.27

2 Beheer



pag.28

1 Eigen nummer

2 Groep instellen

3 Geheugenstatus



pag.28



pag.28



pag.28

3 Diensten



pag.28

1 Nummers diensten



pag.28

Overzicht menufuncties

Om de menustand te openen, druckt u vanuit de standby-stand op <

>. Druk in de standby-stand op <

T.Lijst

Uitpakken

Controleer of alle onderdelen aanwezig

zijn

Accessoires zijn verkrijgbaar bij uw

Samsung-dealer.

Telefoon

Adapter

Batterij

Gebruiksaanwijzing

De met de telefoon meegeleverde en

als optie verkrijgbare accessoires

kunnen per land en per provider

verschillen.

Uw telefoon

Toetsen, functies en locatie

Linker

functietoets

Volumetoetsen

Beltoets

Speciale

functies

Hoofdtelefoon

Luidspreker

Display

Aan/Uit/Menu

verlaten

Alfanumerieke

toetsen

Rechter

functietoets

Microfoon

Stuurtoetsen

(Omhoog/

Omlaag/Links/

Rechts)

WAP-toets

Annuleren/

correctietoets

Camera-

toets

Camera

Service-

lampje

Spiegel

Aan de slag

De eerste stappen om uw telefoon in gebruik te nemen

SIM-kaart

Wanneer u een prepaid GSM-kaart koopt of een GSM-

abonnement afsluit, ontvangt u een SIM-kaartje dat al

uw gegevens bevat (PIN-code, extra diensten,

beltegoed, enz.).

SIM-kaart plaatsen/telefoon opladen

Verwijder de batterij.

Als de telefoon aan

staat, moet u hem eerst

uitzetten

door [ ]

ingedrukt te houden.

Plaats de SIM-kaart.

Zorg ervoor dat de

goudkleurige contactjes

naar de kant van de

binnenkant van de

telefoon gericht zijn.

1 2

Zet de batterij terug. Sluit de adapter aan.

Sluit de adapter aan op een normaal stopcontact.

Als de telefoon volledig is opgeladen (het batterij-

pictogram knippert niet meer), haalt u de adapter

uit het stopcontact.

3 4

Aan de slag

Indicatie batterij bijna leeg

Als de batterij bijna leeg is:

• hoort u een waarschuwingsgeluid,

• wordt dit aangegeven in het display, en

• knippert het batterij leeg-pictogram [ ].

Als de batterij te leeg is, schakelt de telefoon zich

automatisch uit en moet u de batterij opladen.

Aan- en uitzetten

Haal de adapter uit de telefoon.

Aanzetten

Maak geen

gebruik van uw

telefoon op

plaatsen waar dit

verboden is.

1. Open de telefoon.

2. Houd de toets [ ] ingedrukt

om de telefoon aan te zetten.

3. Geef indien nodig de PIN-code

in en druk op <

Uitzetten

1. Open de telefoon.

2. Houd de toets [ ] ingedrukt.

Aan de slag

Toetsen en display

Toets Beschrijving

Voert de functie uit die op de onderste regel van

het display wordt weergegeven.

In de standby-stand gaat u hiermee direct naar

de volgende menu’s:

•Omhoog:

Camera

• Omlaag:

Kalender

• Links:

Nieuw

SMS berichten

•Rechts:

Inkomende oproepen

In menu’s kunt u hiermee door de menuopties

bladeren.

In de standby-stand start u hiermee de WAP

(Wireless Application Protocol) browser.

Zelf bellen of een oproep aannemen.

In de standby-stand haalt u hiermee het

nummer van de laatst gebelde, gemiste of

ontvangen oproep op.

Verwijdert ingetoetste tekens.

Als u in een menu op deze toets drukt, gaat u

terug naar het vorige menu.

In de standby-stand maakt u door deze toets

ingedrukt te houden een nieuwe notitie.

Toets Beschrijving

Oproep beëindigen.

Ingedrukt houden om de telefoon aan- of uit te

zetten.

In menu’s annuleert u hiermee de ingevoerde

informatie en gaat u terug naar de standby-

stand.

Voor het ingeven van cijfers, letters en diverse

speciale tekens en symbolen.

In de standby-stand kunt u

[

] ingedrukt

houden om naar uw voicemail te gaan.

Invoer van speciale tekens.

In de standby-stand kunt u [ ] ingedrukt

houden om de stille modus aan- of uit te zetten.

(links)

Hiermee kunt u het volume aanpassen.

In de standby-stand kunt u hiermee het

toetsvolume aanpassen.

(rechts)

In de standby-stand kunt u de camera

inschakelen door deze toets ingedrukt te

houden. In de camerastand kunt u met deze

toets een foto nemen.

Aan de slag

Display

Indeling

Het display bestaat uit drie gedeelten.

Pictogram-

men

Geeft de signaalsterkte aan

Verschijnt tijdens een oproep

Buiten bereik netwerk; u kunt niet

bellen of gebeld worden

Nieuw SMS-bericht

Nieuw voicemail-bericht

Nieuw MMS-bericht

Tekst en afbeeldingen

Weergave van berichten,

instructies, en informatie

die u invoert.

Indicatie functietoetsen

Toont de functies die op

dat moment aan de

functietoetsen zijn

toegewezen.

Pictogrammen

Weergave van diverse

pictogrammen.

Pictogram-

men

(vervolg)

Alarm ingesteld

Oproepen worden doorgeschakeld



pag. 30

GPRS-netwerk

Thuiszone, als u zich op deze

dienst heeft geabonneerd

Kantoorzone, als u zich op deze

dienst heeft geabonneerd

Stille modus ingeschakeld



pag. 12

Trilalarm voor inkomende

oproepen ingeschakeld



pag. 33

Batterijstatus

Menu T. Lijst

Aan de slag

Menu’s en opties kiezen

Functie-

toetsen

De rol van de functietoetsen is

afhankelijk van de functie die u op

dat moment gebruikt. Op de

onderste regel van het display kunt

u zien wat hun huidige rol is.

Druk op de linker

functietoets om

naar het

gaan.

Druk op de rechter

functietoets om

naar de

Telefoonlijst

gaan.

Menu T. Lijst

Opties

selecteren

1. Druk op de juiste functietoets.

2. Gebruik de pijltjestoetsen om

naar de volgende of vorige

optie te gaan.

3. Druk op <

Kies

> om de

geselecteerde functie of optie

te bevestigen.

4. U kunt een menu op twee

manieren verlaten:

•Druk op <> of [

] om

naar het vorige menu te

gaan.

•Druk op [ ] om naar de

standby-stand te gaan.

Snelkoppe-

lingen

Druk op de cijfertoets die

overeenkomt met de optie die u

wilt gebruiken.

Aan de slag

Telefoon aan uw voorkeur aanpassen

1. Druk in de standby-stand op

> en kies

Telefoon-

opties

Taal

Taal display

2. Kies een taal.

1. Druk in de standby-stand op

> en kies

Geluid-

opties

Inkomende

oproepen

2. Kies een categorie.

3. Kies een beltoon.

U kunt een achtergrond instellen

voor het standby-scherm.

1. Druk in de standby-stand op

> en kies

Telefoonopties

Display

Achtergrond

2. Kies een categorie.

Displaytaal

Beltoon

Achtergrond

standby-

scherm

3. Blader naar een achtergrond en

druk op <

Tonen

4. Blader naar de afbeelding die u

wilt.

5. Druk op <

Kies

U kunt van diverse onderdelen van

het display de kleur veranderen,

zoals titel- en selectiebalken.

1. Druk in de standby-stand op

> en kies

Telefoon-

opties

Display

Kleur

2. Kies een kleurenpatroon.

U kunt de telefoon in de stille

modus zetten om te voorkomen dat

u anderen stoort als u gebeld

wordt.

Houd [ ] in de standby-stand

ingedrukt.

Menukleuren

Stille modus

Bellen/gebeld worden

U kunt uw telefoon met behulp van

een wachtwoord tegen ongewenst

gebruik beveiligen.

1. Druk in de standby-stand op

> en kies

Telefoon-

opties

Beveiliging

Wachtwoord wijzigen

2. Geef het standaard wachtwoord

"00000000" in en druk op

3. Geef een nieuw wachtwoord in

(4 tot 8 tekens) en druk op

4. Geef het nieuwe wachtwoord

nog een keer in en druk op

5. Kies

Telefoonblokkering

6. Kies

Aanzetten

7. Geef het wachtwoord in en druk

op <

Telefoon-

blokkering

1. Geef het telefoonnummer in.

2. Druk op [ ].

3. Druk om het gesprek te

beëindigen op [ ].

1. Druk als de telefoon gaat op

[ ].

2. Druk om het gesprek te

beëindigen op [ ].

Druk op [ / ].

Zelf bellen

Oproep

beantwoorden

Volume veran-

deren tijdens

het gesprek

Geavanceerde functies

Camera, WAP, berichten en andere speciale functies

De camera

WAP browser

Met de ingebouwde WAP (Wireless Access Protocol)

browser krijgt u gemakkelijk toegang tot het

draadloze web en diverse diensten en informatie.

1. Open de telefoon.

2. Houd in de standby-stand de

toets [ ] ingedrukt om de

camera in te schakelen.

3. Richt de lens op uw onderwerp

en stel eventueel het beeld bij.

4. Druk op [ ] om een foto te

nemen. De foto wordt

automatisch opgeslagen.

5. Druk op [

] voor nog een foto.

1. Druk vanuit de standby-stand

op [Omhoog].

2. Kies

Foto’s

3. Blader naar de gewenste foto.

4. Druk op <

Tonen

Foto’s nemen

Foto’s bekijken

Druk in de standby-stand op [ ].

• Met de toetsen [Omhoog] en

[Omlaag] kunt u door de

browser items bladeren.

• Om een item te kiezen, drukt u

< >.

• Om naar de vorige pagina terug

te gaan, drukt u op [

• Browsermenu openen: druk op

de toets <

> en kies

Menu Browser

• Openen WAP-pagina opties:

druk op [ ].

Browser

starten

Over het web

navigeren

Geavanceerde functies

De telefoonlijst

Berichten versturen

Aan het telefoongeheugen

1. Toets in de standby-stand het

telefoonnummer in en druk op

Opslaan

2. Kies

Telefoon

3. Kies een nummertype.

4. Geef een naam in en druk op

Op de SIM-kaart

1. Toets in de standby-stand het

telefoonnummer in en druk op

Opslaan

2. Kies

SIM

3. Geef een naam in en druk

op <

4. Kies een locatienummer.

5. Druk op <

> om het nummer

op te slaan.

Telefoonnum-

mer toevoegen

1. Druk in de standby-stand op

T.Lijst

en kies

Naam

zoeken

2. Selecteer een contactpersoon.

3. Selecteer eventueel een

nummer.

4. Druk op [ ] om het nummer

te bellen of op <

Opties

> om

naar de opties te gaan.

1. Druk in de standby-stand op

[Links], of druk op <

> en

kies

Berichten

SMS

berichten

Nieuw

2. Toets het bericht in.

3. Druk op <

Opties

> en kies

Verzenden

4. Geef het nummer in waar u het

bericht naartoe wilt sturen.

5. Druk op <

> om het bericht

te verzenden.

Zoeken

SMS-bericht

versturen

Geavanceerde functies

Berichten lezen

1. Druk in de standby-stand op

> en kies

Berichten

Multimedia berichten

Nieuw

2. Selecteer

Onderwerp

en druk

op <

Voeg.

3. Geef het onderwerp in en druk

op <

4. Selecteer

Afbeelding

en druk

op <

Voeg.

5. Voeg een afbeelding toe.

6. Selecteer

Melodie

en druk op

Voeg.

7. Voeg een melodie toe.

8. Selecteer

Bericht

en druk op

Voeg.

9. Toets het bericht in.

10. Druk op <

Opt.

> en kies

Uitgevoerd

MMS-bericht

versturen

11. Druk op <

Opt.

> en kies

Verzenden

12.Kies een lege locatie.

13.Kies een bestemming.

14. Druk op <

Verzend

> om het

bericht te versturen.

Als u een melding krijgt:

Druk op <

Tonen

>. U krijgt nu het

bericht te zien.

Vanuit Postvak IN:

1. Druk in de standby-stand op

> en kies

Berichten

SMS berichten

Postvak IN

2. Kies een bericht.

SMS-berichten

lezen

Geavanceerde functies

Agendafuncties

Als u een melding krijgt:

1. Druk op <

Tonen

2. Druk op <

Opties

> en kies

Ophalen

. U krijgt nu het

bericht te zien.

Vanuit Postvak IN:

1. Druk in de standby-stand op

> en kies

Berichten

Multimedia berichten

Postvak IN

2. Kies een bericht.

1. Houd [

] in de standby-stand

ingedrukt.

2. Volg de instructies.

MMS-berichten

bekijken

Voicemail

afluisteren

1. Houd in de standby-stand [

]

ingedrukt.

2. Toets de inhoud van de notitie

in en druk op <

3. Kies het soort notitie.

4. Kies een datum.

5. Kies een tijd en druk op <

6. Druk op <

> om een alarm in

te stellen.

7. Kies een tijd en druk op <

8. Kies een geluid voor het alarm.

1. Druk in de standby-stand op

[Omlaag].

2. Kies een datum.

3. Druk op [Links] of [Rechts] om

de agenda voor die dag te

bekijken.

Een nieuwe

notitie maken

Agenda

bekijken

Tekst intoetsen

ABC, T9, Cijfers en Symbolen

Bij sommige functies moet u tekst intoetsen, zoals bij

de telefoonlijst, de agenda en bij het samenstellen van

berichten. Daarom heeft de telefoon diverse standen:

ABC-stand, T9-stand, Cijferstand en Symboolstand.

Tekstinvoerstand wijzigen

De indicator van de tekstinvoerstand is zichtbaar

wanneer de cursor zich in een tekstvak bevindt.

Om de invoerstand de wijzigen, drukt u op de rechter

functietoets en kiest u een invoerstand.

Voorbeeld

: In de telefoonlijst een naam intoetsen

De ABC-stand

Druk op de betreffende toets tot het gewenste teken

op het scherm verschijnt.

Tips bij de ABC-stand

• Om dezelfde letter twee keer achter elkaar te

gebruiken of verschillende letters die op dezelfde

toets zitten in te geven, wacht u tot de cursor naar

rechts gaat of drukt u zelf op [Rechts]. Daarna

toetst u de volgende letter in.

Geef naam

Ned

Indicatie

tekstinvoerstand

Toets

Tekens op volgorde

Hoofdletter Kleine letter

. , - ? ! ’ @ : 1

A B C Ç Ä Á À Â 2 a b cçäáàâ2

DEFËÉÈÊ3 d e f ëéèê3

GHIÏÍÌÎ4 g h iïíìî4

J K L 5 j k l 5

MNOÖÓÒÔ6 m n oöóòô6

P Q R S 7 p q r sß7

T U VÜÚÛÙ8 t u vüúûù8

WX YZ9 w x y z 9

Tekst intoetsen

• Druk voor een spatie op [ ].

•Druk op [] om allemaal hoofdletters ( ),

allemaal kleine letters (geen indicator) of

beginhoofdletter ( ) te selecteren.

• Gebruik [Links] en [Rechts] om de cursor te

verplaatsen.

•Druk op [

] om tekens te wissen. Houd [

]

ingedrukt om alles te wissen.

T9-stand

De T9-stand voorspelt de woorden die u aan het

intoetsen bent, zodat u per letter een toets maar één

keer hoeft in te drukken.

Woorden invoeren in de T9-stand

1. Geef met de toetsen [

] - [

]

het begin van uw

woord in. Voor iedere letter hoeft u de toets maar

één keer in te drukken.

Druk bijvoorbeeld op [

], [

] en [

] om

hallo in te toetsen.

T9 voorspelt het woord dat u aan het intoetsen

bent. Dit kan met elke toetsaanslag wijzigen.

2. Toets het hele woord in voordat u tekens gaat

veranderen of verwijderen.

3. Als het woord dat u bedoelt er staat, kunt u verder

gaan met stap 4. Druk anders op [

] om

alternatieve woorden weer te geven. De woorden

of en me bijvoorbeeld, worden allebei met de

totsen [

] en [

] gemaakt.

4. Druk op [ ] voor een spatie en geef het volgende

woord in.

Tips bij gebruik van de T9-stand

• Druk voor een punt of apostrof op [

•Druk op [] om allemaal hoofdletters ( ),

allemaal kleine letters (geen indicator) of

beginhoofdletter ( ) te selecteren.

• Gebruik de toetsen [Links] en [Rechts] om de

cursor te verplaatsen.

•Druk op [

] om tekens te wissen. Houd [

]

ingedrukt om alles te wissen.

Woorden toevoegen aan het T9-woordenboek

Deze functie is niet voor alle talen beschikbaar.

1. Geef het woord in dat u wilt toevoegen.

2. Druk op [

] tot u onderin het scherm

Nieuw

ziet.

Als er geen andere woorden meer beschikbaar zijn,

verschijnt op de onderste regel

Nieuw

3. Druk op <

Nieuw

4. Typ het woord in de ABC-stand in en druk op

Cijferstand

In de cijferstand kunt u cijfers ingeven.

Druk op de toetsen waarop de door u gewenste cijfers

voorkomen.

Symboolstand

In de symboolstand kunt u speciale tekens invoeren.

Telefoneren

Geavanceerde functies

Zelf bellen

1. Toets in de standby-stand het telefoonnummer in.

2. Druk op [ ].

Internationaal bellen

1. Houd in de standby-stand [

] ingedrukt. Het teken

verschijnt in het display.

2. Geef het landnummer, netnummer en abonnee-

nummer in en druk op de toets [ ].

Recente nummers opnieuw bellen

1. Druk in de standby-stand op [ ] om de lijst met

recente nummers weer te geven.

2. Blader naar het juiste nummer en druk op [ ].

U wilt... Dan drukt u op...

meer symbolen weergeven [Omhoog] of [Omlaag].

een symbool kiezen de betreffende

cijfertoets.

symbolen verwijderen [

de gekozen symbolen

invoegen

Druk op [

]

om het laatste teken te wissen. Houd

[

] ingedrukt om alles te wissen. U kunt de cursor

verplaatsen om een onjuist nummer te wijzigen.

Telefoneren

Bellen vanuit de telefoonlijst

Als u een telefoonnummer in de telefoonlijst hebt

opgeslagen, kunt u het bellen door het in de

telefoonlijst te selecteren.



pag. 25

Met behulp van de functie Snelkiezen kunt u nummers

die u vaak belt aan cijfertoetsen toewijzen.



pag. 27

Een nummer van de SIM-kaart bellen

1. Geef in de standby-stand het locatienummer van

het telefoonnummer in en druk op [ ].

2. Blader door de nummers.

3. Druk op <

Kies nr

> of [ ] om het nummer te

bellen.

Oproep beëindigen

Doe de telefoon dicht of druk op [ ].

Oproep beantwoorden

Bij een inkomende oproep gaat de telefoon over en

wordt de afbeelding voor een inkomende oproep

getoond.

Druk op [ ] of <

Opnemen

> om de oproep te

beantwoorden.

Tips bij het beantwoorden van oproepen

• Als de functie

Elke toets antwoorden

aan staat,

kunt u op een willekeurige toets drukken om de

oproep te beantwoorden, behalve [ ].



pag. 59

• Als de functie

Klepje actief

aan staat, kunt u

oproepen aannemen door de telefoon te openen.

•Druk op [ ] om een oproep te weigeren.

• Afhankelijk van de instelling bij

Toets op zijkant

kunt u het belgeluid uitzetten of de oproep

weigeren door [ / ] ingedrukt te houden.



pag. 59

Gemiste oproepen bekijken

Als u oproepen heeft gemist, kunt u in het display zien

hoeveel dit er waren.

1. Druk op <

Gemist

2. Blader indien nodig door de gemiste oproepen.

3. Druk op [ ] om het nummer te bellen.

Telefoneren

De headset gebruiken

Met een headset kunt u telefoneren zonder de telefoon

vast te houden.

Sluit de headset aan op de aansluiting aan de rechter

kant van de telefoon.

De knoppen op de headset werken als volgt:

Opties tijdens het telefoneren

U kunt tijdens het telefoneren de volgende functies

gebruiken.

Het volume wijzigen

Met de toetsen [ / ] kunt u het volume aanpassen.

Druk op [ ] om het volume te verhogen en op [ ] om

het volume te verlagen.

Gesprek opnemen

Druk op <

Opties

> en kies

Opname gesprek

om het

gesprek op te nemen.

De opgenomen gesprekken kunt u via het menu

Memolijst

beluisteren.

Gesprek in/uit de wacht zetten/halen

Druk respectievelijk op <

Wacht

> en <

Ophalen

> om

het gesprek in de wacht te zetten en uit de wacht te

halen.

Een tweede gesprek starten

Als uw provider dit ondersteunt, kunt u een tweede

gesprek starten.

1. Druk op <

Wacht

> om het huidige gesprek in de

wacht te zetten.

2. Bel op de gebruikelijke wijze het nummer van de

persoon die u tegelijkertijd wilt spreken.

3. Druk op <

Wissel

> om tussen de twee gesprekken

te wisselen.

4. Druk op <

Opties

> en kies

Gesprek in wacht

beëindigen

om het gesprek in de wacht te

beëindigen.

5. Druk om het huidige gesprek te beëindigen

op [ ].

U wilt... Dan...

het laatste nummer

herhalen

drukt u de knop twee keer

in.

een oproep beantwoorden houdt u de knop ingedrukt.

een gesprek beëindigen houdt u de knop ingedrukt.

Telefoneren

Tweede oproep aannemen (wisselgesprek)

Als uw provider de functie Wisselgesprek ondersteunt

en u deze functie heeft ingeschakeld, kunt u een

tweede oproep aannemen.



pag. 32

1. Druk op [ ] om de oproep te beantwoorden. Het

eerste gesprek wordt automatisch in de wacht

gezet.

2. Druk op <

Wissel

> om tussen de gesprekken te

wisselen.

3. Druk op <

Opties

> en kies

Gesprek in wacht

beëindigen

om het gesprek in de wacht te

beëindigen.

4. Druk om het huidige gesprek te beëindigen op

[ ].

Een oproep doorverbinden

U kunt het huidige gesprek doorverbinden aan het

gesprek in de wacht, zodat de bellers met elkaar

kunnen spreken. Druk hiervoor op <

Opties

> en kies

Doorverbinden

Luidspreker gebruiken

Met de luidspreker kunt u vanaf een afstandje spreken

en luisteren. Druk hiervoor op <

Opties

> en kies

Luidspreker uit

Luidspreker ann

Functie Helderheid stem

Deze functie reduceert de achtergrondgeluiden en

verbetert de geluidskwaliteit zodat de persoon met wie

u spreekt u ook goed kan verstaan als u zich op een

rumoerige locatie bevindt.

Druk op <

Opties

> en kies

Helderheid stem aan

Helderheid stem uit

Microfoon uitschakelen

U kunt de microfoon van uw telefoon tijdelijk

uitschakelen, zodat de persoon met wie u belt u niet

kan horen.

Druk op <

Opties

> en kies

Microfoon uit

Microfoon aan

Toetstonen in- en uitschakelen

U kunt de toetstonen in- en uitschakelen.

Druk op <

Opties

> en kies

Toetstonen uit

Toetstonen aan

Als u verbinding maakt met een antwoordapparaat

of computergestuurd telefoonsysteem, moet u de

optie

Toetstonen aan

selecteren.

Telefoneren

Een reeks DTMF-tonen versturen

DTMF (Dual Tone Multi-frequency)-tonen zijn de

geluiden die de telefoon gebruikt bij het kiezen van het

nummer. U kunt DTMF-tonen als een groep verzenden

nadat u het hele nummer ingetoetst hebt of door een

nummer uit de telefoonlijst te gebruiken. Dit is handig

wanneer u een wachtwoord of rekeningnummer door

wilt geven aan een geautomatiseerd systeem,

bijvoorbeeld bij telebankieren.

1. Druk als u met een telesysteem verbonden bent op

Opties

> en kies

DTMF zenden

2. Toets het nummer in en druk op <

Telefoonlijst gebruiken

U kunt de

Telefoonlijst

openen om een nummer op te

zoeken of op te slaan.



pag. 25

Druk op <

Opties

> en kies

Telefoonlijst

Tijdens een gesprek een bericht lezen of

schrijven

U kunt het menu

Berichten

openen om nieuwe

berichten te lezen en berichten te versturen.



pag. 34

Druk op <

Opties

> en kies

Bericht

SIM-diensten gebruiken

Het menu

SIM service

is beschikbaar als u een

SIM-kaart in uw telefoon gebruikt waarop aanvullende

diensten geboden worden. Daarbij kan het gaan om het

laatste nieuws, het weerbericht, sportuitslagen,

ontspanning en lokale diensten.

Raadpleeg voor meer informatie de instructies bij uw

SIM-kaart of neem contact op met uw provider.

Multipartygesprekken (telefonisch

vergaderen)

Met deze functie kunt met maximaal zes personen aan

een gesprek deelnemen. Dit wordt een multiparty-

gesprek of ook wel telefonisch vergaderen genoemd.

U kunt deze dienst alleen gebruiken als uw netwerk

deze ondersteunt.

Een multipartygesprek starten

1. Bel de eerste deelnemer.

2. Bel de tweede deelnemer. Het eerste gesprek wordt

automatisch in de wacht gezet.

3. Druk op <

Opties

> en kies

Deelnemen

. De eerste

deelnemer wordt aan het gesprek toegevoegd.

4. Bel indien gewenst nog een andere persoon, of

beantwoord een binnenkomend gesprek.

5. Druk op <

Opties

> en kies

Deelnemen

6. Herhaal stap 4 en 5 indien nodig.

Met een van de deelnemers een privégesprek

voeren

1. Druk op <

Opties

> en kies

Uit Mpty

2. Kies een naam of nummer uit de deelnemerlijst.

U kunt nu privé met die persoon praten, terwijl de

overige deelnemers hun gesprek kunnen

voortzetten.

3. Om terug te gaan naar het multipartygesprek

drukt u op <

Opties

> en kiest u

Deelnemen

Een deelnemer verwijderen

1. Druk op <

Opties

> en selecteer

Verwijder

2. Kies een naam of nummer uit de deelnemerlijst.

De deelnemer is nu verwijderd uit het gesprek en

het gesprek met de overige deelnemers wordt

voortgezet.

3. Om het gesprek volledig te beëindigen, sluit u de

telefoon of drukt u op [ ].

Menufuncties

Alle menuopties op een rij

Telefoonlijst

U kunt telefoonnummers opslaan op uw SIM-kaart en

in het geheugen van de telefoon. Fysiek zijn de SIM-

kaart en het geheugen van de telefoon gescheiden,

maar ze worden tezamen aangeduid als de

telefoonlijst.

Via het menu

Telefoonlijst

kunt u de contact-

personen en nummers in uw telefoonlijst beheren.

Om naar dit menu te gaan, drukt u in de standby-

stand op <

T.Lijst

Naam zoeken

(Telefoonlijst 1.1)

Via dit menu kunt u telefoonnummers in de

telefoonlijst opzoeken.

Contactpersoon zoeken

1. Toets de eerste letters van de naam die u zoekt in.

2. Selecteer in de lijst de naam die u zoekt.

Menufuncties

3. Als u een nummer opzoekt dat in het geheugen

van de telefoon is opgeslagen, bladert u naar het

gewenste nummer.

4. Druk op [ ] om het nummer te bellen of op

Opties

> of <

Wijzig

> om de gegevens te

wijzigen.

Telefoonlijstopties

Terwijl u een nummer bekijkt, kunt u op <

Opties

drukken en de volgende functies gebruiken:

•

Nummer wijzigen

: het nummer aanpassen.

•

Naam wijzigen

: naam van het contact wijzigen.

•

Berichten verzenden

: een SMS-bericht naar dit

contact sturen.

•

Kopiëren

: het nummer kopiëren naar het

geheugen van de telefoon c.q. de SIM-kaart.

•

Contactpersoon wissen

: het nummer

verwijderen.

Nummer toevoegen

(Telefoonlijst 1.2)

Via dit menu kunt u een nieuw contact toevoegen.

Een nummer opslaan in het geheugen van de

telefoon

1. Toets het nummer in en druk op <

Opslaan

2. Kies

Telefoon

3. Kies een type nummer.

4. Geef een naam in en druk op <

5. Druk op [Rechts] en verander de instellingen of

geef informatie in over het contact.

•

Mobiel

Privé

Kantoor

Fax

Overig

: voeg een

nummer toe in een van deze categorieën.

•

E-mail

: vul hier evt. een e-mailadres in.

•

Notitie

: evt. opmerkingen over dit contact.

•

Groep

: het nummer aan een belgroep

toewijzen.

•

Afbeelding

: een afbeelding aan het nummer

koppelen. De afbeelding wordt getoond als u

van dit nummer een oproep ontvangt.

•

Melodie

: beltoon voor deze contactpersoon.

Een nummer opslaan op de SIM-kaart

1. Toets een nummer in en druk op <

Opslaan

2. Kies

SIM

3. Geef een naam in en druk op <

4. Wijzig evt. het locatienummer en druk op <

Menufuncties

Telefoonlijst

Snelkeuzelijst

(Telefoonlijst 1.3)

Met dit menu kunt u snelkeuzenummers (2 - 9)

toewijzen aan de acht nummers die u het meest belt.

Snelkiesnummers toewijzen

1. Kies een toets uit de nummers

t/m

. Nummer

is toegewezen aan uw voice mail server.

2. Kies

Nummer wijzigen

3. Geef een telefoonnummer in, of druk op <

T.Lijst

en kies een contact.

4. Druk op <

Beheer snelkeuzelijst

Nadat u snelkiesnummers hebt ingesteld, kunt u ze

selecteren en de volgende opties uitvoeren:

•

Nummer wijzigen

: een ander nummer toewijzen

aan een al toegewezen cijfertoets.

•

Naam wijzigen

: een naam aan het

snelkiesnummer toewijzen of deze wijzigen.

•

Wissen

: alle snelkeuzeinstellingen verwijderen.

Snelkiesnummers bellen

Houd de betreffende cijfertoets in de standby-stand

ingedrukt.

Alles naar telefoon kopiëren

(Telefoonlijst 1.4)

Via dit menu kunt u alle contacten van de SIM-kaart

naar het geheugen van de telefoon kopiëren. De

nummers worden standaard onder

Mobiel

opgeslagen.

Alles wissen

(Telefoonlijst 1.5)

Gebruik dit menu om alle contacten op de SIM-kaart

en/of in het telefoongeheugen te wissen.

1. Selecteer door op <

Kies

> te drukken het

geheugen waaruit u de contacten wilt verwijderen.

2. Druk op <

3. Druk op <

> om het verwijderen te bevestigen.

4. Toets het telefoonwachtwoord in en druk op

Het wachtwoord is standaard

00000000

. U kunt dit

wijzigen.



pag. 58

Menufuncties

Eigen nummer

(Telefoonlijst 2.1)

Via dit menu kunt u uw eigen telefoonnummer(s)

opzoeken en hieraan een naam geven.

Wijzigingen die u hier aanbrengt hebben geen invloed

op het eigenlijke telefoonnummer van uw SIM-kaart.

Groep instellen

(Telefoonlijst 2.2)

Met dit menu kunt u belgroepen instellen en wijzigen.

•

Melodie

: wanneer u door iemand die tot die groep

behoort wordt gebeld, kunt u dat horen aan de

melodie.

•

Naam wijzigen

: hier kunt u de naam van de

groep wijzigen.

•

Afbeelding tonen

: hier kunt u de afbeelding

kiezen die wordt getoond wanneer u wordt gebeld

door iemand die tot de groep behoort.

Geheugenstatus

(Telefoonlijst 2.3)

Via dit menu kunt u nagaan hoeveel nummers u op de

SIM-kaart en in het geheugen van de telefoon heeft

opgeslagen en hoeveel geheugenplaatsen er nog

beschikbaar zijn.

Nummers diensten

(Telefoonlijst 3.1)

Dit menu is beschikbaar als uw SIM-kaart Service

Dialling Numbers (SDN) ondersteunt. Gebruik dit

menu voor weergave van de lijst met SDN-nummers

(toegewezen door uw provider), zoals alarm-

nummers, informatienummers en voice mail

nummers.

Blader naar het nummer dat u wilt bellen en druk op

Kies nr

> of [ ].

SIM-AT

(Menu 1)

Dit menu is beschikbaar als u gebruik maakt van een

SIM-AT-kaart die diverse diensten aanbiedt, zoals het

laatste nieuws, weerbericht, sportuitslagen,

ontspanning en lokale diensten. Welke diensten u kunt

gebruiken is afhankelijk van uw provider.

Raadpleeg voor meer informatie de instructies bij uw

SIM-kaart of neem contact op met uw provider.

Menufuncties

Oproepenlijsten

(Menu 2)

Oproepenlijsten

(Menu 2)

Dit menu toont een overzicht van de uitgaande,

ontvangen en gemiste oproepen, de duur en de kosten

van de oproepen.

U opent dit menu door in de standby-stand op

> te drukken en

Oproepenlijsten

te kiezen.

Gemiste oproepen

(Menu 2.1)

In dit menu ziet u de nummers van de laatste

oproepen die u niet beantwoordde.

Terwijl u een gemiste oproep bekijkt kunt u nadat u op

Opties

hebt gedrukt de volgende opties kiezen:

•

Wissen

: verwijdert de gemiste oproep.

•

Alles wissen

: verwijdert alles in deze lijst.

•

Plakken

: plakt het nummer in het belscherm.

Ontvangen oproepen

(Menu 2.2)

In dit menu ziet u de nummers van de laatste

inkomende oproepen.

Uitgaande oproepen

(Menu 2.3)

In dit menu ziet u de laatste nummers die u gebeld

hebt.

Alles wissen

(Menu 2.4)

Via dit menu kunt u alle oproepen van een bepaalde

soort verwijderen.

1. Selecteer door op <

Kies

> te drukken welk(e)

soort(en) oproepen u wilt verwijderen.

2. Druk op <

3. Druk op <

> om de verwijdering te bevestigen.

Gespreksduur

(Menu 2.5)

Via dit menu kunt u de gespreksduur van uitgaande en

ontvangen oproepen nagaan. De getoonde tijd kan

afwijken van de tijd die uw provider u in rekening

brengt.

•

Duur laatste gesprek

: toont de duur van uw

laatste gesprek.

•

Totaal uitgaand

: toont de totale duur van alle

uitgaande oproepen.

•

Totaal ontvangen

: toont de totale duur van alle

ontvangen oproepen.

Menufuncties

•

Tijdtellers op nul zetten

: zet de tellers op nul.

Hiervoor hebt u het telefoonwachtwoord nodig.

Gesprekskosten

(Menu 2.6)

Deze netwerkfunctie geeft de kosten van de gemaakte

oproepen weer. Dit menu is alleen beschikbaar als uw

SIM-kaart deze functie ondersteunt. NB: deze optie is

niet bedoeld voor factureerdoeleinden.

•

Kosten laatste gesprek

: laat de kosten van uw

laatste oproep zien.

•

Totale kosten

: laat de totale kosten van al uw

oproepen zien. Als dit totaal meer is dan het

maximum ingesteld bij

Maximumkosten

instellen

moet u de teller op nul zetten voor u

weer kunt bellen.

•

Maximumkosten

: laat de kostenlimiet zien die u

kunt instellen bij

Maximumkosten instellen

•

Kostentellers op nul zetten

: zet de kostentellers

op nul. Om dit te kunnen doen moet u uw PIN2-

code ingeven.

•

Maximumkosten instellen

: hier kunt u de

maximumkosten voor uw oproepen instellen. Om

dit te veranderen moet u uw PIN2-code ingeven.

•

Tarief

: hier stelt u de prijs per eenheid in die moet

worden gebruikt voor het berekenen van de

gesprekskosten. U moet eerst uw PIN2-code

ingeven.

Netwerk-diensten

(Menu 3)

Dit menu geeft toegang tot een aantal netwerk-

diensten. Neem eventueel contact op met uw provider

voor de beschikbaarheid en een abonnement op deze

diensten. Om naar dit menu te gaan drukt u in de

standby-stand op <

> en kiest u

Netwerk-

diensten

Oproepen doorschakelen

(Menu 3.1)

Deze netwerkdienst schakelt inkomende oproepen door

naar een door u opgegeven nummer.

1. Kies een doorschakeloptie:

•

Altijd doorschakelen

: alle oproepen

doorschakelen.

•

In gesprek

: alleen doorschakelen als u in

gesprek bent.

Het wachtwoord is standaard

00000000

. U

kunt dit wijzigen.



pag. 58

Menufuncties

Netwerk-diensten

(Menu 3)

•

Geen antwoord

: gesprekken worden

doorgeschakeld als u de telefoon niet opneemt.

•

Onbereikbaar

: gesprekken worden

doorgeschakeld als uw telefoon buiten het

bereik van het netwerk is of als deze uit staat.

•

Alles annuleren

: niets doorschakelen.

2. Kies het type oproep dat doorgeschakeld moet

worden.

3. Om het doorschakelen te activeren, kiest u

Aan

Kies anders

Verwijder

4. Kies het nummer waar de oproepen naar

doorgeschakeld moeten worden en druk op <

5. Als u voor

Geen antwoord

gekozen hebt, kies dan

de tijdsduur waarna oproepen doorgeschakeld

moeten worden en druk op <

Kies

Oproepen blokkeren

(Menu 3.2)

Met deze netwerkdienst kunt u uw oproepen

beperken.

1. Selecteer een blokkeeroptie:

•

Alle uitgaande

: u kunt geen uitgaande

gesprekken voeren.

•

Internationaal

: u kunt niet naar het

buitenland bellen.

•

Internationaal behalve thuisland

: in het

buitenland kunt u alleen naar dat land bellen en

naar het land van uw eigen provider.

•

Alle inkomende

: u kunt geen gesprekken

ontvangen.

•

Inkomend in buitenland

: buiten het

servicegebied van uw eigen provider kunt u

geen gesprekken ontvangen.

•

Alles annuleren

: alle blokkeerinstellingen

worden opgeheven; u kunt gewoon bellen en

gebeld worden.

•

Wachtwoord voor blokkeren wijzigen

: hier

kunt u het wachtwoord wijzigen dat u van uw

provider heeft ontvangen.

2. Selecteer het type oproepen dat u wilt blokkeren.

3. Druk op <

Aan

>. Om de blokkeeroptie uit te

schakelen, drukt u op <

Uit

4. Geef het blokkeerwachtwoord in dat u van uw

provider heeft ontvangen en druk op <

Menufuncties

Wisselgesprek

(Menu 3.3)

Met deze netwerkdienst wordt u gewaarschuwd

wanneer iemand u probeert te bereiken terwijl u in

gesprek bent.

1. Selecteer het type oproep waarvoor u de functie

wisselgesprek wilt instellen.

2. Druk op <

Aan

>. Om de functie uit te schakelen,

drukt u op <

Uit

Netwerk kiezen

(Menu 3.4)

Via het menu Netwerk kiezen kunt u instellen of u

automatisch of handmatig een netwerk wilt kiezen

wanneer u zich buiten het dekkingsgebied van uw

provider bevindt.

U kunt alleen netwerken kiezen waarmee uw provider

een roamingovereenkomst heeft afgesloten.

•

Automatisch

: u wordt verbonden met het eerste

beschikbare roamingnetwerk.

•

Handmatig

: selecteer het gewenste netwerk.

Nummerweergave

(Menu 3.5)

U kunt verhinderen dat uw telefoonnummer in het

display verschijnt van de persoon die u belt. Bij

sommige providers kunt u deze instelling niet

wijzigen.

•

Standaard

: de telefoon gebruikt de standaard-

instelling van de provider.

•

Nummer verbergen

: uw nummer verschijnt niet

op een andere telefoon.

•

Nummer weergeven

: uw nummer verschijnt wel

op een andere telefoon.

Band kiezen

(Menu 3.6)

Om met uw telefoon te kunnen bellen en gebeld te

kunnen worden, moet deze bij een netwerk zijn

aangemeld. Uw telefoon is geschikt voor de volgende

types netwerken: GSM 1900 en GSM 900/1800

gecombineerd.

Het land waar u de telefoon heeft aangeschaft bepaalt

welke band standaard wordt gebruikt. Als u naar het

buitenland gaat, moet u misschien van band wijzigen.

Als u een andere band selecteert, zoekt uw telefoon

automatisch naar de beschikbare netwerken. De

telefoon wordt aangemeld bij het voorkeursnetwerk

binnen de betreffende band.

Menufuncties

Geluidopties

(Menu 4)

Actieve lijn

(Menu 3.7)

Sommige SIM-kaarten kunt u voor twee abonnee-

nummers gebruiken. Via dit menu kunt u kiezen welke

lijn u voor uw uitgaande oproepen gebruikt.

Geluidopties

(Menu 4)

Via dit menu kunt u de geluidopties aan uw wensen

aanpassen.

Inkomende oproepen

(Menu 4.1)

Hier stelt u het belgeluid voor binnenkomende

oproepen in.

•

Standaard melodieën

: selecteer een van de

standaard melodieën.

•

Melodieën

: selecteer een van de geluiden die u

van het draadloze internet of via het programma

Samsung PC Studio heeft gedownload of via een

MMS-bericht heeft ontvangen.

•

Belvolume

: hier kunt u het belvolume aanpassen.

•

Type belsignaal

: hiermee kunt u het signaal voor

binnenkomende oproepen kiezen.

Melodie

: u hoort de gekozen melodie.

Trillen

: de telefoon trilt, maar gaat niet over.

Eerst trillen dan melodie

: de telefoon trilt eerst

3 keer en laat dan de melodie horen.

Alleen lampje

: alleen het lampje knippert.

Berichten

(Menu 4.2)

Met deze menuoptie kunt u de beltoon voor

inkomende SMS- en MMS-berichten instellen.

•

Beltoon

: selecteer een van de berichttonen.

•

Type belsignaal

: hier kunt u instellen hoe de

telefoon u waarschuwt dat er een bericht is

ontvangen.

•

Herhaling

: geef hier in hoe vaak de telefoon u

moet informeren over een nieuw bericht.

Toon bij in-/uitschakelen

(Menu 4.3)

Hier kunt u de melodie selecteren die u hoort wanneer

u de telefoon in- of uitschakelt.

Welke lijn u ook kiest, u kunt met beide lijnen

oproepen beantwoorden.

Menufuncties

Verbindingstoon

(Menu 4.4)

Hier kunt u aangeven of de telefoon een signaal moet

geven als de telefoon verbinding heeft met het

netwerk.

Toetstoon

(Menu 4.5)

Hier kunt u de toon kiezen die u hoort wanneer u een

toets indrukt.

Minutenteller

(Menu 4.6)

Met deze optie kunt u instellen of de telefoon tijdens

een uitgaand gesprek iedere minuut een piepje moet

geven om de gespreksduur aan te geven.

Stille modus

(Menu 4.7)

Via dit menu kunt u instellen hoe de telefoon, terwijl

deze in de Stille modus staat, u moet waarschuwen

dat er bijv. een inkomende oproep of bericht is.

•

Trillen

: de telefoon trilt bij een inkomende oproep

of bericht.

•

Microfoon uit

: alle geluidopties worden

uitgeschakeld.

Waarschuwing tijdens oproep

(Menu 4.8)

Hier kunt u instellen hoe de telefoon u tijdens een

telefoongesprek moet waarschuwen dat er een nieuw

bericht is of dat de tijd van een alarm is aangebroken.

Berichten

(Menu 5)

Met het menu

Berichten

kunt u tekst- en

multimediaberichten verzenden en ontvangen. Uw

telefoon ondersteunt ook WAP serverichten, voice-mail

en informatieberichten.

Om dit menu te openen, drukt u in de standby-stand

op <

> en selecteert u

Berichten

SMS berichten

(Menu 5.1)

Met SMS (Short Message Service) berichten kunt u

tekstberichten met afbeeldingen, audioclips en

animaties verzenden en ontvangen.

Vanuit de standby-stand kunt u het toetsvolume

met de toetsen

[ / ]

aanpassen.

Het maximum aantal tekens dat in een SMS-bericht

kan worden opgenomen, verschilt per provider. Als

u meer tekens ingeeft dan is toegestaan, splitst de

telefoon het bericht in twee berichten.

Menufuncties

Berichten

(Menu 5)

Nieuw

(Menu 5.1.1)

Het samenstellen en verzenden van een tekstbericht,

doet u als volgt:

1. Geef de tekst van uw bericht in.

U kunt maximaal 160 standaard tekens of circa 70

Unicode tekens, zoals "â", ingeven.

2. Druk op <

Opties

> om toegang te krijgen tot de

volgende opties:

•

Tekst

: teksteigenschappen wijzigen.

•

Media toevoegen

: een foto, animatie of

melodie aan het bericht toevoegen.

•

Standaardberichten

: een standaardbericht

ophalen.

•

Bericht opslaan

: het bericht in

Postvak UIT

opslaan, zodat u het later kunt versturen.

3. Druk op <

Opties

> en selecteer

Verzenden

4. Geef het telefoonnummer (bestemming) in.

Als u het bericht naar meer bestemmingen wilt

versturen, drukt u op <

VoegToe

> en herhaalt u

deze stap.

5. Als u klaar bent, drukt u op <

om het bericht

te versturen.

Postvak IN

(Menu 5.1.2)

Via Postvak IN kunt u ontvangen SMS-berichten

bekijken.

Wanneer u tijdens het bekijken van een bericht op

Opties

> drukt, krijgt u toegang tot de volgende

opties:

•

Wissen

: het bericht verwijderen.

•

Antwoordtekst

: het bericht beantwoorden.

•

Terugbellen

: de afzender terugbellen.

•

Adres overnemen

: hiermee kunt u URL’s, e-mail

adressen of telefoonnummers uit het bericht

overnemen.

•

Verzenden

: het bericht doorsturen.

•

Wijzigen

: het bericht aanpassen.

•

Media ophalen

: afbeeldingen of geluiden uit het

bericht in uw telefoon opslaan.

•

Verplaatsen

: het bericht van de SIM-kaart naar

het telefoongeheugen verplaatsen.

Menufuncties

Postvak UIT

(Menu 5.1.3)

In dit postvak kunt u verzonden en opgeslagen SMS

berichten bekijken. Als u tijdens het bekijken van een

bericht op <

Opties

> drukt, kunt u de volgende opties

gebruiken:

•

Wissen

: het bericht verwijderen.

•

Adres overnemen

: hiermee kunt u URL’s, e-mail

adressen of telefoonnummers uit het bericht

overnemen.

•

Verzenden

: het bericht naar iemand anders

doorsturen.

•

Wijzigen

: het bericht wijzigen.

•

Verplaatsen

: hiermee kunt u het bericht van de

SIM-kaart naar het telefoongeheugen verplaatsen.

Alles wissen

(Menu 5.1.4)

Via dit menu kunt u alle berichten in één keer uit een

postvak verwijderen.

1. Druk op <

Kies

> om de postvakken aan te kruisen

waaruit u de berichten wilt verwijderen.

2. Druk op <

3. Druk op <

> om het wissen te bevestigen.

Multimedia berichten

(Menu 5.2)

Multimedia- of MMS-berichten zijn berichten die een

combinatie van tekst, afbeeldingen en geluiden

bevatten en van telefoon naar telefoon of van telefoon

naar e-mail verzonden kunnen worden.

Nieuw

(Menu 5.2.1)

Het samenstellen en verzenden van een multimedia-

bericht doet u als volgt:

1. Druk in de regel

Onderwerp

op <

Voeg.

2. Geef het onderwerp in en druk op <

3. Ga naar de regel

Áfbeelding

en druk op

Voeg.

4. Selecteer

Nieuwe maken

en maak een nieuwe

foto of selecteer een categorie met afbeeldingen

en selecteer de gewenste afbeelding.

5. Ga naar regel

Melodie

en druk op <

Voeg.

6. Selecteer

Nieuwe opnemen

en neem een nieuw

geluid op of selecteer een categorie met geluiden

en selecteer een geluidsclip.

7. Ga naar regel

Bericht

en druk op <

Voeg.

8. Geef de tekst van het bericht in.

9. Druk op <

Opt.

> en selecteer

Uitgevoerd

Menufuncties

Berichten

(Menu 5)

10. Druk op <

Opt.

> voor de volgende opties:

•

Voorbeeld

: het bericht controleren.

•

Pagina toevoegen

: een nieuwe pagina

toevoegen.

•

Paginatiming

: de weergaveduur van de

huidige pagina instellen.

•

Tekstopmaak

: de teksteigenschappen

wijzigen.

•

Onderwerp

Afbeelding

Geluid

Bericht

wissen

: de bijlage verwijderen.

•

Pagina wissen

: de huidige pagina wissen.

•

Bericht opslaan

: hiermee kunt u het bericht

opslaan in

Concepten

Map

11. Als u klaar bent met uw bericht, drukt u op

Opt.

> en selecteert u

Verzenden

12. Kies een lege locatie.

13. Selecteer

Tel.nummer

E-mail adres

Telefoonlijst

14. Geef de bestemming in of selecteer een nummer in

de telefoonlijst.

Wilt u het bericht naar meer bestemmingen

verzenden, herhaal dan vanaf stap 12.

15. Als u klaar bent, drukt u op <

Verzend

Postvak IN

(Menu 5.2.2)

Dit postvak bevat de MMS-berichten die u heeft

ontvangen. De berichtstatus wordt weergegeven door

middel van de volgende pictogrammen:

• gelezen

• niet gelezen

• opgehaald bij de server

• melding die u nog niet heeft gelezen

• melding die u heeft gelezen

Tijdens het bekijken van een bericht kunt u op <

Opt.

drukken voor de volgende berichtopties:

•

Wissen

: het bericht verwijderen.

•

Herhalen

: het bericht opnieuw weergeven.

•

Antwoorden

: antwoord naar de afzender sturen.

•

Doorsturen

: het bericht doorsturen.

•

Terugbellen

: de afzender terugbellen.

•

Media overnemen

: media-items uit het bericht

overnemen.

•

Adres overnemen

: URL’s, e-mailadressen of

telefoonnummers uit het bericht overnemen.

•

Eigenschappen

: de eigenschappen van het bericht

tonen.

Menufuncties

•

Verplaatsen naar Map

: het bericht naar de

Map

verplaatsen.

Postvak UIT

(Menu 5.2.3)

In dit postvak worden de MMS-berichten opgeslagen

die u heeft verzonden. De berichtstatus wordt weerge-

geven door middel van de volgende pictogrammen:

• wordt op dit moment verzonden

• verzonden

• verzending niet gelukt

• geopend door de ontvanger

Wanneer u tijdens het bekijken van een bericht op

Opt.

> drukt, kunt u de volgende opties gebruiken:

•

Wissen

: het bericht verwijderen.

•

Herhalen

: het bericht opnieuw weergeven.

•

Verzenden

: het bericht (opnieuw) verzenden.

•

Eigenschappen

: berichteigenschappen tonen.

•

Verplaatsen naar Map

: het bericht naar de

Map

verplaatsen.

Concepten

(Menu 5.2.4)

Nadat u een multimediabericht heeft samengesteld,

kunt u dit eventueel in dit postvak opslaan en later

verzenden. In dit postvak worden ook berichten

opgeslagen die tijdens het samenstellen onderbroken

werden.

Terwijl u een bericht bekijkt kunt u, door op <

Opt.

> te

drukken, de volgende opties gebruiken:

•

Verzenden

: het bericht verzenden.

•

Herhalen

: het bericht opnieuw weergeven.

•

Wissen

: het bericht verwijderen.

•

Eigenschappen

: berichteigenschappen tonen.

Map

(Menu 5.2.5)

Dit menu bevat de berichten die u uit Postvak IN of

UIT naar deze map heeft verplaatst of hierin heeft

opgeslagen. Terwijl u een bericht bekijkt kunt u, door

op <

Opt.

> te drukken, de volgende opties gebruiken:

•

Wissen

: het bericht verwijderen.

•

Herhalen

: het bericht opnieuw weergeven.

•

Verzenden

: het bericht verzenden.

•

Media overnemen

: media-items uit het bericht

overnemen.

Als u een berichtmelding selecteert, kunt u door

middel van

Ophalen

het bericht bij de MMS server

ophalen.

Menufuncties

Berichten

(Menu 5)

•

Adres overnemen

: URL’s, e-mailadressen of

telefoonnummers uit het bericht overnemen.

•

Eigenschappen

: de berichteigenschappen tonen.

Alles wissen

(Menu 5.2.6)

Via dit menu kunt u alle berichten uit een bepaald

postvak verwijderen.

1. Druk op <

Kies

> om de postvakken aan te kruisen

waaruit u de berichten wilt verwijderen.

2. Druk op <

3. Druk op <

> om het wissen te bevestigen.

Serverberichten

(Menu 5.3)

Dit menu geeft toegang tot de berichten die u van de

WAP server heeft ontvangen.

•

Postvak IN

: toont de ontvangen serverberichten.

•

Instelling

: hier kunt u instellen of u al dan niet

serverberichten wilt ontvangen.

Altijd

: de telefoon ontvangt alle serverichten.

Nooit

: de telefoon weigert serverberichten.

Facultatief

: de telefoon ontvangt alleen

serverberichten van het bij deze optie ingestelde

servicecenter.

•

Alles wissen

: alle serverberichten wissen.

Standaardberichten

(Menu 5.4)

In dit menu kunt u standaardberichten opslaan. Deze

kunt u gebruiken bij de samenstelling van een nieuw

bericht.

Voice mail

(Menu 5.5)

Via dit menu slaat u het nummer op van de voice mail

server en heeft u toegang tot uw voice mailberichten.

•

Verbinden met voice mail

: maakt verbinding

met de voice server, zodat u uw berichten kunt

afluisteren. U krijgt ook verbinding met de voice

mail server wanneer u vanuit de standby-stand

toets [

] ingedrukt houdt.

•

Voice server nummer

: hier kunt u het nummer

of de naam van de voice mail server instellen of

wijzigen.

Voordat u van de voice mail gebruik kunt maken,

moet u het voice server nummer ingeven. U

ontvangt dit nummer van uw provider.

Menufuncties

Infoberichten

(Menu 5.6)

Dit is een netwerkservice voor het ontvangen van

berichten over verschillende onderwerpen, zoals weer

en verkeer.

Via dit menu kunt u infoberichten lezen en de

instellingen wijzigen:

•

Lezen

: ontvangen berichten openen.

In het postvak

Huidige berichten

worden

berichten bewaard totdat de telefoon wordt

uitgeschakeld.

In het postvak

Opgeslagen berichten

worden

berichten permanent opgeslagen. Druk op

Opties

> en wanneer een melding verschijnt,

selecteert u

Opslaan

. Het bericht wordt

opgeslagen in postvak

Opgeslagen berichten

•

Ontvangen

: hier kunt u de ontvangst van

informatieberichten in- en uitschakelen.

•

Kanaal

: hier kunt u aangeven van welke kanalen

u informatieberichten wilt ontvangen.

•

Taal

: hier selecteert u de taal waarin de

informatieberichten moeten worden weergegeven.

Neem voor meer informatie contact op met uw

provider.

Instellingen

(Menu 5.7)

Via dit menu kunt u de instellingen voor het verzenden

en ontvangen van berichten wijzigen.

SMS berichten

(Menu 5.7.1)

Hier kunt u de SMS instellingen wijzigen.

•

SMS centrale

: voor het opslaan of wijzigen van

het nummer van uw berichtcentrale.

•

Geldigheidsperiode

: hier kunt u instellen hoe

lang de berichtcentrale de berichten moet bewaren

terwijl het netwerk probeert om deze af te leveren.

•

Soort bericht

: standaard berichtsoort.

•

Antwoordverzoek

: toestaan dat de ontvanger u

via uw berichtcentrale een antwoord stuurt.

•

Ontvangstbevestiging

: als u deze optie aanzet,

ontvangt u van het netwerk informatie wanneer

het bericht is afgeleverd.

De te wijzigen opties kunnen per provider

verschillen.

Menufuncties

Berichten

(Menu 5)

•

Ondersteunde tekenset

: hier kunt u de tekenset

selecteren die standaard gebruikt moet worden.

Als u

Automatisch

selecteert, schakelt de

telefoon over van het GSM-alfabet naar Unicode

zodra u een Unicode teken ingeeft. Het beschik-

bare aantal tekens wordt bij Unicode gehalveerd.

Multimedia berichten

(Menu 5.7.2)

Via dit menu kunt u de MMS instellingen wijzigen.

Instellingen voor verzenden

•

Prioriteit

: prioriteitsniveau van uw berichten.

•

Geldigheidsperiode

: hier geeft u aan hoe lang de

berichtcentrale uw berichten moet bewaren.

•

Afleveren na

: geef hier in met welke vertraging

de berichten verzonden moeten worden.

•

Adres verbergen

: uw telefoonnummer wordt niet

weergegeven op de telefoon van de ontvanger.

•

Ontvangstbevestiging

: het netwerk stuurt

bericht wanneer het bericht is afgeleverd.

•

Leesbevestiging

: een antwoordverzoek naar de

ontvanger sturen.

Instellingen voor ontvangen

•

Berichtontvangst

: hier kunt u de wijze waarop

nieuwe berichten worden opgehaald instellen.

Handmatig

: de telefoon geeft een melding weer.

Met de optie

Ophalen

kunt u nieuwe berichten

handmatig ophalen.

Automatisch

: nieuwe berichten worden

automatisch bij de server opgehaald.

Weigeren

: de telefoon weigert alle berichten.

•

Anoniem weigeren

: berichten van anonieme

afzenders worden geweigerd.

•

Reclame weigeren

: reclame wordt geweigerd.

•

Bevestiging toestaan

: het netwerk stuurt een

ontvangstbevestiging naar de afzender.

MMS profielen

Hier kunt u de netwerkinstellingen voor MMS instellen.

Het laatst gebruikte profiel wordt automatisch

gebruikt bij het verzenden en ontvangen van

berichten.

Wijzig nooit MMS instellingen op uw telefoon zonder

overleg met uw provider.

Menufuncties

•

Huidige server

: hier kunt u een profiel kiezen.

•

Instellingen server

: hier kunt u voor ieder

profiel de volgende opties wijzigen:

Profielnaam

: naam van het MMS profiel.

URL server

: het adres van uw MMS server.

GPRS instelling

: hier kunt u de instellingen voor

verbinding met het GPRS netwerk wijzigen.

Gateway

: geef het IP-adres en poortnummer in.

APN

: geef de APN (Access Point Name/naam

toegangspunt) in die voor het adres van het

GPRS netwerk wordt gebruikt.

Gebruikersnaam

: geef de gebruikersnaam in.

Wachtwoord

: geef het wachtwoord voor de

server in.

Geheugenstatus

(Menu 5.8)

Via dit menu kunt u nagaan hoeveel berichten u kunt

opslaan en het aantal berichten dat op de SIM-kaart

en in het telefoongeheugen is opgeslagen.

Funbox

(Menu 6)

Het

Funbox

menu geeft toegang tot de WAP browser,

Javaspelletjes en afbeeldingen en geluiden die in het

geheugen van de telefoon zijn opgeslagen.

U opent dit menu door vanuit de standby-stand op

> te drukken en

Funbox

te selecteren.

WAP

(Menu 6.1)

De WAP (Wireless Application Protocol) browser van

uw telefoon geeft toegang tot het draadloze web en

daarmee tot het laatste nieuws en een grote variëteit

aan media-inhoud, zoals achtergronden en beltonen.

Startpagina

(Menu 6.1.1)

Via dit menu kunt u uw telefoon met het netwerk

verbinden en de startpagina van de WAP-provider

laden. U kunt ook vanuit de standby-stand op [ ]

drukken.

Menufuncties

Funbox

(Menu 6)

Navigeren met de WAP browser

Browser menuopties kiezen en gebruiken

1. Druk op <

> en

Menu Browser

. Of selecteer

[ ] bovenin het scherm.

2. Kies een van de volgende browseropties:

•

Terug

: terug naar de vorige pagina.

•

Startpagina

: terug naar de startpagina

•

Afsluiten

: de browser afsluiten.

•

Vernieuwen

: de geopende pagina opnieuw

ophalen.

•

Adres tonen

: toont het URL-adres van de

huidige pagina. U kunt deze pagina ook als

startpagina voor uw WAP browser instellen.

•

Info

: versie-informatie WAP browser tonen.

WAP pagina-opties gebruiken

Druk terwijl u op een WAP pagina bent op [

] om

gebruik te maken van de volgende opties:

•

Ga naar adres

: hier kunt u handmatig een URL-

adres ingeven.

•

Favorieten

: hiermee gaat u naar het menu

Favorieten



Menu 6.1.2

•

Berichten

Postvak IN

Postvak UIT

van het

SMS berichten

openen.



pag. 45

U kunt ook een nieuw SMS bericht schrijven en

versturen.



pag. 34

•

Mediabox

: menu

Mediabox

openen.



pag. 45

Favorieten

(Menu 6.1.2)

Met dit menu kunt u URL-adressen opslaan en direct

de website openen.

Favoriet toevoegen

1. Selecteer een lege locatie.

2. Geef een URL-adres in en druk op <

3. Geef een naam aan de favoriet en druk op <

U wilt... Dan drukt u

op...

door de menu-items bladeren [Omhoog] of

[Omlaag].

een browser-item selecteren < >.

een pagina terug [

terug naar de startpagina [

] en selecteert

Startpagina

Menufuncties

Favoriet-opties gebruiken

Nadat u een favoriet heeft opgeslagen kunt u deze

selecteren en de volgende opties gebruiken:

•

Start

: website openen.

•

Wijzigen

: adres en naam van de favoriet wijzigen.

•

Wissen

: favoriet wissen.

Ga naar adres

(Menu 6.1.3)

Via dit menu kunt u handmatig een URL-adres van een

website ingeven en deze openen.

Buffer leegmaken

(Menu 6.1.4)

Met deze menuoptie kunt u het cachegeheugen - het

tijdelijke geheugen waarin recentelijk bezochte web-

pagina’s worden opgeslagen - legen.

Proxy instelling

(Menu 6.1.5)

Met dit menu kunt u de servers voor de WAP browser

instellen. Neem voor meer informatie over de diverse

instellingen contact op met uw provider.

Voor iedere server kunt u de volgende opties wijzigen:

•

Naam proxy

: hier kunt u een naam aan het

serverprofiel geven.

•

GSM instelling

: hier kunt u de volgende GSM-

netwerkinstellingen aanpassen:

Gateway

: het IP-adres en poortnummer.

Type data-oproep

: selecteer het gewenste type

data-oproep.

Inbelnummer

: telefoonnummer PPP server.

Gebruikersnaam

: uw gebruikersnaam.

Wachtwoord

: het wachtwoord voor de server.

•

GPRS instelling

: hier kunt u de volgende GPRS-

netwerkinstellingen aanpassen:

Gateway

: het IP-adres en poortnummer.

APN

: geef hier de naam van het toegangspunt van

de GPRS netwerk gateway in.

Gebruikersnaam

: geef uw gebruikersnaam in.

Wachtwoord

: geef het wachtwoord voor de

server in.

Menufuncties

Funbox

(Menu 6)

•

URL startpagina

: hier kunt u het adres van de

gewenste startpagina ingeven.

•

Drager

: hier selecteert u de drager die wordt

gebruikt wanneer toegang tot een type netwerk

wordt gezocht.

Huidige proxy

(Menu 6.1.6)

Met dit menu kunt u selecteren welke proxy server u

wilt gebruiken.

Mediabox

(Menu 6.2)

Dit menu geeft toegang tot de media-items die u in uw

telefoon heeft opgeslagen.

Foto’s

(Menu 6.2.1)

Dit menu geeft toegang tot de foto’s die u met de

camera van uw telefoon genomen heeft.



pag. 55

Afbeeldingen

(Menu 6.2.2)

Dit menu bevat de afbeeldingen die u van het draad-

loze internet heeft gedownload of via berichten heeft

ontvangen. Terwijl u een afbeelding bekijkt, kunt u op

Opties

> drukken en de volgende opties gebruiken:

•

Verzenden

: de afbeelding via MMS verzenden.

•

Hernoemen

: de naam van de afbeelding wijzigen.

•

Wissen

: de afbeelding wissen.

•

Instellen als achtergrond

: de afbeelding als

achtergrond voor het standby-scherm instellen.

•

Eigenschappen

: de eigenschappen van de

afbeelding bekijken.

Melodieën

(Menu 6.2.3)

Dit menu bevat de geluiden/m

elodieën

die u zelf heeft

opgenomen, gedownload van het draadloze internet of

via berichten heeft ontvangen.

Terwijl u een geluid beluistert, kunt u op <

Opties

drukken en de volgende opties gebruiken:

•

Verzenden

: het geluid via MMS verzenden.

•

Hernoemen

: de naam van het geluid wijzigen.

•

Wissen

: het geluid wissen.

•

Instellen als beltoon

: het geluid als beltoon voor

inkomende oproepen instellen.

•

Eigenschappen

: de eigenschappen bekijken.

Menufuncties

Alles wissen

(Menu 6.2.4)

U kunt alle gedownloade items in de mappen

Foto’s

Afbeeldingen

Melodieën

in één keer wissen.

1. Selecteer het mediatype.

2. Druk op <

Kies

> om de map(pen) aan te kruisen

waarvan u de items wilt wissen.

3. Druk op <

4. Druk op <

> om het wissen te bevestigen.

Geheugenstatus

(Menu 6.2.5)

U kunt nagaan hoeveel geheugen er beschikbaar is

voor het opslaan van media-items en hoeveel

geheugen er per type mediabox wordt gebruikt.

JAVA wereld

(Menu 6.3)

Dit menu geeft toegang tot de Javaspelletjes en u kunt

hier de netwerkinstellingen voor Javadiensten

wijzigen.

Downloads

(Menu 6.3.1)

Kies dit menu om een Javaspel te spelen.

Instructies

1. Blader naar het gewenste spel en druk op

Starten

2. Bij

SnowBallFight

drukt u tweemaal op een

willekeurige toets om naar het startscherm te gaan

en op [ ] om het spel te starten.

Bij

BubbleSmile

kiest u

START GAME

Informatie over het spel bekijken

Blader naar het gewenste spel en druk op <

Opties

En selecteer

Eigenschappen

Internetinstellingen

(Menu 6.3.2)

Via dit menu kunt u de netwerkinstellingen voor

toegang tot de Javaserver aanpassen.

•

APN

: geef hier de naam van het toegangspunt in.

•

Gebruikersnaam

: geef hier uw gebruikersnaam

in.

•

Wachtwoord

: geef hier het wachtwoord voor de

server in.

•

DNS instellingen

: geef hier het eerste en tweede

DNS-adres in.

Menufuncties

Organizer

(Menu 7)

Geheugenstatus

(Menu 6.3.3)

Hier kunt u nagaan hoeveel geheugen op dit moment

wordt gebruikt door de Javaspelletjes en hoeveel

geheugen er nog beschikbaar is.

Organizer

(Menu 7)

Met de Organizer kunt u al uw afspraken en taken

bijhouden en spraakmemo’s opnemen. Ook de datum

en tijd kunt u hier wijzigen en diverse andere nuttige

functies gebruiken, zoals de alarmfunctie, de

calculator, omrekenen van eenheden en de stopwatch.

U opent dit moment door vanuit de standby-stand op

> te drukken en

Organizer

te selecteren.

Nieuwe notitie

(Menu 7.1)

Met deze menuoptie maakt u een nieuwe notitie.

Een nieuwe notitie maken

1. Geef de tekst voor de notitie in en druk op <

2. Kies om wat voor soort notitie het gaat.

3. Selecteer een datum in de agenda.

4. Als u bij stap 2

Oproep

gekozen heeft, geeft u het

telefoonnummer in en drukt u op <

5. Geef het tijdstip in en druk op <

6. Selecteer bij de 12-uurs indeling

7. Druk op <

> wanneer u een alarm voor de

notitie wilt instellen.

8. Geef in hoe laat het alarm af moet gaan en druk

op <

9. Selecteer bij de 12-uurs indeling

10. Selecteer de melodie die u als alarm wilt horen.

De notitie wordt opgeslagen.

U komt direct in dit menu wanneer u in de standby-

stand de toets [

] ingedrukt houdt.

Uw telefoon is standaard ingesteld op de 24-

uurs indeling. Dit kunt u wijzigen.



pag. 49

Menufuncties

Opties gebruiken

Nadat u de notitie heeft opgeslagen, kunt u door op

Opties

> te drukken de volgende opties gebruiken:

•

Toevoegen

: een nieuwe notitie toevoegen.

•

Wissen

: de huidige notitie wissen.

•

Wijzigen

: de notitie wijzigen.

•

Verplaatsen

: de datum van de notitie wijzigen.

•

Kopiëren

: de notitie naar een andere datum

kopiëren.

Kalender

(Menu 7.2)

Met dit menu kunt u uw agenda bijhouden.

Als u dit menu opent, wordt de agenda getoond

waarbij de huidige datum is geselecteerd. Deze wordt

gemarkeerd weergegeven. Wanneer voor deze datum

notities zijn ingegeven, wordt hiervan onderin het

display melding gemaakt. Aan de volgende

pictogrammen kunt u zien wat voor notitie het betreft:

Een datum in de agenda selecteren

• Druk op [Links] of [Rechts] om naar een andere

datum te gaan.

• Druk op [Omhoog] of [Omlaag] om naar een

andere week te gaan.

• Houd [Omhoog] of [Omlaag] ingedrukt om naar

een andere maand te gaan.

• Houd [Links] of [Rechts] ingedrukt om naar een

ander jaar te gaan.

Agenda-opties gebruiken

Druk vanuit de agenda op <

Opties

> om toegang te

krijgen tot de volgende opties:

•

Notitie toevoegen

: een nieuwe notitie aan de

geselecteerde datum toevoegen.

•

Ga naar datum

: geef de gewenste datum in.

•

Alles tonen

: alle notities weergeven.

•

Dag wissen

: de notities wissen die voor de

geselecteerde datum zijn opgeslagen.

•

Alles wissen

: alle notities wissen.

• Agenda • Bellen

• Actielijst • Verjaardag

Menufuncties

Organizer

(Menu 7)

Notities samenstellen en notitie-opties

Via het menu

Nieuwe notitie

kunt u nieuwe notities

maken en de beschikbare opties gebruiken.

Actielijst

(Menu 7.3)

Dit menu toont de actielijst. De volgende

pictogrammen geven de status van een taak aan:

• Afgehandeld

• Niet afgehandeld

Tijdens het bekijken van een taak, kunt u op de toets

Opties

> drukken en de volgende opties gebruiken:

•

Toevoegen

: een taak aan de actielijst toevoegen.

•

Markeren

: de status van een taak wijzigen.

•

Wijzigen

: de omschrijving wijzigen.

•

Verplaatsen

: de datum van de taak wijzigen.

•

Kopiëren

: de taak naar een andere datum

kopiëren.

•

Wissen

: de taak wissen.

•

Alles wissen

: alle taken verwijderen.

Klok

(Menu 7.4)

Met dit menu kunt u de datum en tijd wijzigen, zoals

die op uw telefoon worden weergegeven. Voordat u de

datum en tijd kunt instellen, moet u via de optie

Wereldtijd instellen

aangeven in welke tijdzone u

zich bevindt.

•

Tijd instellen

: geef hier de huidige tijd in.

•

Datum instellen

: geef hier de huidige datum in.

•

Wereldtijd instellen

: stel hier in in welke

tijdzone u zich bevindt. Ook kunt u hier nagaan

hoe laat het in andere delen van de wereld is. Ga

naar de juiste tijdzone en druk op <

Inst.

>. U kunt

nu de volgende opties kiezen:

Lokaal kiezen

: de betreffende tijdzone kiezen.

Zomertijd

: selecteer deze optie als het in deze

tijdzone op dit moment zomertijd is.

•

Indeling instellen

: hier kunt u de indeling van de

datum en de tijd wijzigen.

Menufuncties

Alarm

(Menu 7.5)

Via dit menu kunt u instellen dat u op een bepaalde

tijd een alarm af wilt laten gaan.

Een alarm instellen

1. Selecteer het gewenste type alarm.

2. Druk op <

Opties

> en stel de volgende opties in:

•

Alarm voor dag

: selecteer de dag(en) van de

week waarop het alarm moet afgaan.

•

Alarmtijd

: tijd waarop het alarm moet afgaan.

•

Alarmtoon

: de gewenste melodie.

3. Stel de alarmopties in.

Een alarm beëindigen

• Als het alarm afgaat, drukt u op een willekeurige

toets.

• Als de wekker afgaat, drukt u op <

Bevest.

Als u wilt dat de wekker na 5 minuten nogmaals

afgaat, drukt u op een willekeurige toets, behalve

Bevest

• Om een alarm te annuleren, opent u het

betreffende alarm, drukt u op <

Opties

> en

selecteert u

Alarm wissen

Het alarm af laten gaan met de telefoon uit

In het Alarmscherm selecteert u

Automatisch aan

Aan

. Als de telefoon uit staat op het moment dat de

alarmtijd is aangebroken, schakelt de telefoon zichzelf

in en gaat het alarm af.

Spraakrecorder

(Menu 7.6)

Via dit menu kunt u spraakmemo’s opnemen en

afspelen.

Opnemen

(Menu 7.6.1)

1. Druk op <

Kies

> om de opname te starten.

2. Spreek in de microfoon het memo in.

- Tijdens de opname kunt u:

• selecteren om de opname te pauzeren;

• selecteren om de opname te hervatten.

3. Als de opname klaar is, selecteert u . Het

memo wordt opgeslagen.

Menufuncties

Organizer

(Menu 7)

Memolijst

(Menu 7.6.2)

Dit menu geeft toegang tot de spraakmemo’s die u

heeft opgenomen. Selecteer het spraakmemo

waarnaar u wilt luisteren.

Tijdens het afspelen kunt u:

• selecteren om het afspelen te pauzeren;

• selecteren om het afspelen te hervatten;

• selecteren om vooruit te spoelen;

• selecteren om terug te spoelen;

• selecteren om te stoppen;

•op [/ ] drukken om het volume aan te passen.

Tijdens het bekijken van de memolijst kunt u door op

Opties

> te drukken de volgende opties gebruiken:

•

Verzenden

: het spraakmemo via MMS verzenden.

•

Hernoemen

: de naam van het spraakmemo

wijzigen.

•

Wissen

: het spraakmemo wissen.

•

Eigenschappen

: de eigenschappen van het

spraakmemo bekijken.

Alles wissen

(Menu 7.6.3)

Hier kunt u alle spraakmemo’s in één keer wissen.

Instellingen

(Menu 7.6.4)

Met dit menu kunt u de opnametijd, het volume en de

standaard naamgeving wijzigen.

Geheugenstatus

(Menu 7.6.5)

Hier kunt u nagaan hoeveel geheugen er in totaal voor

spraakmemo’s beschikbaar is en hoeveel geheugen er

in gebruik is.

Calculator

(Menu 7.7)

Met deze menuoptie kunt u een aantal standaard

rekenfuncties uitvoeren, zoals optellen, aftrekken,

vermenigvuldigen en delen.

1. Geef een getal in.

Druk op [ ] om een decimale punt in te voegen.

2. Druk op [ ] om het gewenste rekenkundige

symbool te selecteren.

3. Geef het tweede getal in.

4. Druk op <

> om de uitkomst weer te geven.

Menufuncties

Omrekenen

(Menu 7.8)

Met dit menu kunt u diverse eenheden omrekenen,

zoals vreemde valuta, temperatuur, inhoudsmaten,

enz.

1. Selecteer welke eenheid u wilt omrekenen.

2. Geef de waarde in die u wilt omrekenen en druk op

[Omlaag].

•Druk op [] om een decimale punt in te

voegen.

•Druk op [] om de temperatuur in boven nul

(+) of onder nul (-) te wijzigen.

3. Druk op [Links] of [Rechts] om de oorspronkelijke

eenheid te selecteren en druk op [Omlaag].

4. Druk op [Links] of [Rechts] om de eenheid te

selecteren waarnaar u om wilt rekenen.

5. Druk op <

> om de uitkomst weer te geven.

Timer

(Menu 7.9)

Met de Timer kunt u de telefoon af laten tellen. Als de

ingestelde tijd om is, laat de telefoon een alarm horen.

De timer starten

1. Druk op <

Inst.

2. Geef de tijdsduur in die u af wilt tellen en druk op

3. Druk op <

Start

> om het aftellen te starten.

De timer stoppen

• Druk, wanneer de timer afgaat, op een

willekeurige toets.

•Druk in het Timerscherm op <

Stop

> om de timer

te stoppen voordat deze afgaat.

Stopwatch

(Menu 7.10)

De stopwatch gebruikt u voor het opnemen van de

verstreken tijd, bijvoorbeeld bij wedstrijden. De

precisie van de stopwatch is een honderdste seconde.

De maximumtijd is 10 uur.

1. Druk op <

> om de stopwatch te starten.

2. Druk op <

> om de tussentijd op te nemen. U

kunt dit in totaal vier maal doen.

Menufuncties

Camera

(Menu 8)

Camera

(Menu 8)

Met de ingebouwde cameramodule van uw telefoon

kunt u foto’s maken. U opent dit menu door in de

standby-stand op <

> te drukken en

Camera

selecteren of door op [Omhoog] te drukken.

Foto maken

(Menu 8.1)

De camera maakt foto’s in JPEG-formaat.

Een foto maken met de telefoon open

1. Open de telefoon.

2. Houd [ ] ingedrukt. In het display ziet u hoe de

foto eruit gaat zien.

3. Richt de camera op het onderwerp dat u wilt

fotograferen.

•Druk op < > om de camera-opties te

gebruiken.



pag. 53.

• Met de toetsen kunt u de camera-instellingen

wijzigen of naar een andere stand

gaan.



pag. 54

4. Druk op [ ] om de foto te maken. De foto wordt

opgeslagen in de map

Foto’s

Camera-opties gebruiken in de opnamestand

Als u in de opnamestand op < > drukt, kunt u de

volgende opties gebruiken:

•

Stand

: een van de volgende standen selecteren:

Normale opname

: voor een normale foto.

• Neem geen foto’s van personen zonder om hun

toestemming te hebben gevraagd.

• Neem geen foto’s op plaatsen waar camera’s niet

zijn toegestaan.

• Neem geen foto’s op plaatsen waar dit een

inbreuk op de privacy van anderen kan vormen.

Wanneer u een foto maakt in direct zonlicht of

andere zeer lichte omstandigheden, kan

schaduwvorming optreden.

U wilt... Dan drukt u op...

de foto-opties gebruiken <

Opties



pag. 55

de foto wissen <

Wissen

terug naar de opnamestand [

Menufuncties

Multi-opname

: een serie stilstaande beelden

achterelkaar vastleggen. Selecteer het aantal

foto’s dat de camera moet nemen.

Nachtstand

: om in een omgeving met weinig licht

toch een goede foto te maken.

Alleen foto’s maken

: de telefoon zo instellen dat

deze na het maken van een foto automatisch

teruggaat naar de opnamestand, zodat u direct

weer een foto kunt maken.

•

Kader

: een decoratief kader toepassen.

•

Effecten

: de kleurtoon wijzigen of een speciaal

effect op de foto loslaten.

•

Rotatie

: de foto verticaal omklappen of spiegelen.

•

Timer

: een vertraging instellen voordat de foto

wordt genomen (zelfontspanner).

•

Instellingen

: de standaardinstellingen wijzigen.

Fotoformaat

: selecteer het gewenste formaat.

Fotokwaliteit

: selecteer de gewenste kwaliteit.

Geluid sluiter

: kies het geluid dat u wilt horen

wanneer u op de sluiter [ ] drukt.

Standaardnaam

: hier kunt u de standaard

naamgeving voor de foto’s wijzigen.

•

Help

: toont de functies van de toetsen die u kunt

gebruiken.

Functie van de toetsen in de camerastand

Met de toetsen kunt u de volgende instellingen

wijzigen:

Toets Functie

De foto verticaal omklappen.

De foto spiegelen.

Links

Rechts

Het contrast van de foto aanpassen.

Omhoog

Omlaag

In- of uitzoomen.

Grootte voorbeeldscherm wijzigen.

Formaat foto wijzigen.

Fotokwaliteit wijzigen.

Camerastand wijzigen.

Kleurtoon wijzigen of een speciaal effect

op de foto loslaten.

Vervorming reduceren t.b.v. optimale

details en scherptediepte.

Menufuncties

Camera

(Menu 8)

Een foto maken met de telefoon dicht

1. Sluit de telefoon.

2. Houd [ ] ingedrukt. Het servicelampje gaat aan.

3. Druk op [ ] om een foto te maken. De foto wordt

opgeslagen in de map

Foto’s

Om de foto te bekijken, opent u de telefoon.

Foto’s

(Menu 8.2)

Via dit menu kunt u de gemaakte foto’s bekijken.

Foto’s bekijken

1. Ga naar de gewenste foto en druk op <

Tonen

2. Om terug te gaan naar het overzicht drukt u op

Multi

Foto-opties gebruiken

Druk op <

Opties

> om de volgende opties te

gebruiken:

•

Verzenden

: de foto via MMS verzenden.

•

Hernoemen

: de naam van de foto wijzigen.

•

Wissen

: de foto wissen.

•

Verplaatsen naar album

: de foto naar een ander

album verplaatsen.

•

Kiezen als

: de foto als achtergrond instellen of

aan een contactpersoon in de telefoonlijst

koppelen.

•

Wisbeveiliging

: de foto beveiligen tegen wissen.

•

Eigenschappen

: de eigenschappen tonen.

Albums

(Menu 8.3)

U kunt uw foto’s in afzonderlijke foto-albums opslaan.

Het bekijken van de foto’s en het gebruik van de

opties is hetzelfde als bij het menu

Foto’s

Decoratief kader selecteren.

De timer instellen.

De foto’s in de map

Foto’s

bekijken.

Toets Functie

De beschikbare opties tijdens het bekijken van het

overzicht of een afzonderlijke foto zijn verschillend.

Menufuncties

Alles wissen

(Menu 8.4)

Gebruik dit menu om alle foto’s in één keer te wissen.

1. Druk op <

Kies

> om de categorieën foto’s aan te

kruisen die u wilt wissen.

2. Druk op <

3. Druk op <

> om het wissen te bevestigen.

Instellingen

(Menu 8.5)

Met dit menu kunt u de standaardinstellingen voor de

camera wijzigen.

•

Fotoformaat

: kies het gewenste formaat.

•

Fotokwaliteit

: kies de gewenste kwaliteit.

•

Geluid sluiter

: kies het geluid dat u wilt horen

wanneer u op de sluiter [ ] drukt.

•

Standaardnaam

: hier kunt u de standaard

benaming voor foto’s wijzigen.

Geheugenstatus

(Menu 8.6)

Hier kunt u nagaan hoeveel geheugen er op dit

moment voor de camera wordt gebruikt en hoeveel er

nog beschikbaar is.

Telefoonopties

(Menu 9)

Met het menu

Telefoonopties

kunt u diverse

instellingen van uw telefoon aan uw voorkeur

aanpassen. U kunt de instellingen altijd terugzetten in

de oorspronkelijke waarden.

Om dit menu te openen drukt u vanuit de standby-

stand op <

> en selecteert u

Telefoonopties

Display

(Menu 9.1)

Met deze menuoptie kunt u de instelling van het

display en de verlichting aanpassen.

Achtergrond

(Menu 9.1.1)

U kunt de achtergrondafbeelding en tekst die in de

standby-stand wordt getoond wijzigen.

•

Animatiefilms

: selecteer een van de animaties.

•

Foto’s

: selecteer een van de foto’s die u genomen

heeft.

•

Afbeeldingen

: selecteer een van de afbeeldingen

die u van het draadloze web of via Samsung PC

Studio heeft gedownload of via MMS heeft

ontvangen.

•

Plaats van tekst

: selecteer de plaats waar in de

standby-stand de tekst moet staan.

Menufuncties

Telefoonopties

(Menu 9)

•

Stijl van tekst

: selecteer de gewenste stijl.

Kleur

(Menu 9.1.2)

Het kleurenpatroon in de menustand kunt u wijzigen.

Verlichting

(Menu 9.1.3)

U kunt instellen hoe lang de verlichting aan moet

blijven.

ontrast

(Menu 9.1.4)

U kunt het contrast van het display aanpassen aan de

lichtomstandigheden.

Lampje

(Menu 9.1.5)

Hier kunt u instellen of u het servicelampje wilt

gebruiken.

Welkomtekst

(Menu 9.2)

Hier kunt u de welkomtekst wijzigen die bij het

inschakelen van de telefoon wordt getoond.

Taal

(Menu 9.3)

Via dit menu kunt u de taal kiezen die u voor het

display en voor de T9 invoerstand wilt gebruiken.

Beveiliging

(Menu 9.4)

Via dit menu kunt u uw telefoon beveiligen tegen

gebruik door onbevoegden. Daartoe beschikken uw

telefoon en de SIM-kaart over diverse toegangscodes.

PIN controle

(Menu 9.4.1)

De PIN-code (Persoonlijk Identificatie Nummer) van 4

tot 8 cijfers code beschermt uw SIM-kaart tegen

gebruik door onbevoegden. Als deze functie is

ingeschakeld, moet u nadat u de telefoon heeft

aangezet altijd uw PIN-code ingeven.

PIN wijzigen

(Menu 9.4.2)

Via dit menu kunt u uw PIN-code wijzigen. Dit kan

alleen als de optie PIN controle is ingeschakeld.

Als u 3 keer achterelkaar een onjuiste PIN/PIN2

ingeeft, wordt de SIM-kaart geblokkeerd. U kunt

deze alleen deblokkeren door uw PUK/PUK2 (PIN

Unblocking Key) in te geven. Deze codes ontvangt u

van uw provider.

Menufuncties

Telefoonblokkering

(Menu 9.4.3)

De optie Telefoonblokkering vergrendelt de telefoon,

zodat deze niet door onbevoegden gebruikt kan

worden.

Als deze functie aan staat, moet u altijd het 4 tot 8

cijferige telefoonwachtwoord ingeven nadat u de

telefoon heeft aangezet.

Het telefoonwachtwoord is in de fabriek ingesteld

00000000

. U kunt dit wachtwoord wijzigen via de

optie

Wachtwoord wijzigen

(Menu 9.4.4)

Via dit menu kunt u het wachtwoord voor de telefoon

wijzigen.

Het telefoonwachtwoord is in de fabriek

ingesteld op

00000000

Privacy

(Menu 9.4.5)

Met deze menuoptie kunt u uw media-inhoud, zoals

MMS berichten, spraakmemo’s, afbeeldingen en

geluiden, beveiligen.

1. Druk op <

Kies

> om de te blokkeren items te

selecteren.

2. Druk op <

> om de items te blokkeren.

3. Geef het telefoonwachtwoord in en druk op <

U krijgt toegang tot een geblokkeerd item door het

telefoonwachtwoord in te geven.

SIM blokkeren

(Menu 9.4.6)

Met de optie SIM blokkeren kunt u ervoor zorgen dat

de telefoon alleen met de huidige SIM-kaart werkt

door een SIM-blokkeercode in te geven. De telefoon

werkt alleen met een andere SIM-kaart nadat de

SIM-blokkeercode is ingegeven.

FDN-modus

(Menu 9.4.7)

Als uw SIM-kaart FDN (Fixed Dial Numbers) onder-

steunt, kunt u uitgaande gesprekken beperken tot de

nummers die in de telefoonlijst zijn opgeslagen. Voor

gebruik van deze optie heeft u de PIN2-code nodig.

PIN2 wijzigen

(Menu 9.4.8)

Als uw SIM-kaart dat ondersteunt, kunt u met deze

optie uw huidige PIN2 wijzigen.

Autom. herhalen

(Menu 9.5)

Hier kunt u instellen dat uw telefoon maximaal 10 keer

probeert een nummer opnieuw te bellen wanneer een

oproep niet wordt beantwoord.

Menufuncties

Helderheid stem

(Menu 9.6)

Deze functie zorgt ervoor dat omgevingsgeluiden

worden gereduceerd en de kwaliteit van de oproep

wordt verhoogd, zodat de persoon die u aan de lijn

heeft u goed kan verstaan, ook wanneer u zich

bijvoorbeeld op een rumoerige locatie bevindt.

Klepje actief

(Menu 9.7)

Hier kunt u instellen of u inkomende oproepen aan wilt

kunnen nemen door het openen van de telefoon.

Toets op zijkant

(Menu 9.8)

Met deze menuoptie kunt u de werking van de

volumetoetsen bij een inkomende oproep instellen.

•

Weigeren

: door de toetsen ingedrukt te houden

weigert u de oproep.

•

Stilte

: door de toetsen ingedrukt te houden

schakelt u de beltoon uit.

Elke toets antwoorden

(Menu 9.9)

Wanneer u deze optie inschakelt, kunt u inkomende

oproepen aannemen door op een willekeurige toets te

drukken, met uitzondering van de toets [ ].

Reset instellingen

(Menu 9.10)

Met deze optie kunt u de telefoon terugzetten in de

standaard fabrieksinstellingen.

1. Selecteer een categorie instellingen.

2. Druk op <

> om het resetten te bevestigen.

3. Geef het 4 tot 8 cijferige telefoonwachtwoord in en

druk op <

Het wachtwoord is in de fabriek ingesteld op

00000000

. U kunt dit wijzigen.



pag. 58

Problemen oplossen

Voer de volgende controles uit alvorens contact op te

nemen met de klantenservice. Daarmee kunt u de kosten

en de tijd van een onnodig gesprek voorkomen.

Wanneer u de telefoon aanzet, kunnen de

volgende boodschappen verschijnen

"SIM plaatsen"

• Controleer of de SIM-kaart op de juiste wijze is

geplaatst.

"Toestel geblokkeerd Geef wachtwoord"

• De automatische blokkeerfunctie is ingeschakeld.

U moet het wachtwoord van de telefoon ingeven

voordat u de telefoon kunt gebruiken.

"Geef PIN in"

• U gebruikt uw telefoon voor de eerste keer. U moet

de PIN code ingeven die u bij de SIM-kaart hebt

ontvangen.

• De functie PIN controle is ingeschakeld. Iedere

keer dat u de telefoon aanzet, moet u uw PIN code

intoetsen. U kunt deze functie uitschakelen via de

menukeuze

PIN controle

Geef PUK in

• U hebt drie keer achter elkaar een onjuiste PIN

code ingegeven, zodat de telefoon geblokkeerd is.

Geef de PUK code in die u van uw GSM provider

hebt ontvangen.

Melding: "Geen netwerk", "Netwerkfout", of

"Niet uitgevoerd"

• De verbinding met het netwerk is verbroken.

Misschien bevindt u zich op een locatie waar de

ontvangst te zwak is. Ga naar een andere plaats en

probeer het nog een keer.

• U probeert een optie te gebruiken waarvoor u bij

uw GSM provider geen abonnement hebt

afgesloten. Neem contact op met uw provider voor

meer informatie.

U heeft een telefoonnummer ingegeven, maar

er gebeurt niets

• Heeft u op [ ] gedrukt?

• Heeft u het juiste netwerk gekozen?

• Misschien heeft u uitgaande gesprekken

geblokkeerd.

Problemen oplossen

U bent niet bereikbaar

• Staat uw telefoon aan? (Heeft u de toets [ ]

ruim een seconde ingedrukt?)

• Heef u het juiste netwerk gekozen?

• Misschien heeft u inkomende oproepen

geblokkeerd.

De persoon met wie u belt hoort u niet

• Staat de microfoon misschien uit?

• Houdt u de telefoon dicht genoeg bij uw mond? De

microfoon bevindt zich aan de onderkant van de

telefoon.

De telefoon gaat piepen en in het display

knippert de melding **Batterij bijna leeg**

• De batterij is bijna leeg. Laad de batterij op.

Slechte ontvangst/geluidskwaliteit

• Controleer in het display de signaalsterkte

indicatie( ). Het aantal balkjes geeft aan of het

signaal sterk ( ) of zwak ( ) is.

• Houd de telefoon in een iets andere stand of ga

dichter bij een raam staan als u zich in een gebouw

bevindt.

Een in de telefoonlijst gekozen nummer wordt

niet gebeld

• Zoek de betreffende naam op in de telefoonlijst en

kijk of het bijbehorende nummer klopt.

• Sla het nummer zonodig opnieuw op.

Kunt u met behulp van de bovengenoemde

richtlijnen het probleem niet oplossen, zorg

dan voor:

• Het type en serienummer van uw telefoon.

• Uw garantie-informatie.

• Een goede beschrijving van het probleem.

Neem vervolgens contact op met uw leverancier of het

Samsung service center.

Gezondheids- en

veiligheidsinformatie

SAR-informatie

Dit type telefoon voldoet aan de eisen van de EU met

betrekking tot de blootstelling aan radiogolven.

Uw mobiele telefoon zendt en ontvangt radio-signalen. De

telefoon is zodanig ontworpen en gefabriceerd dat daarbij

de limieten die gelden voor de blootstelling aan

radiogolven, zoals die zijn aanbevolen door de EU, niet

worden overschreden. Deze limieten maken deel uit van

uitgebreide richtlijnen waarin de toegestane niveaus voor

radiogolven zijn vastgelegd. Deze richtlijnen zijn

vastgesteld door onafhankelijke wetenschappelijke

organisaties aan de hand van periodieke onderzoeken en

evaluatie van wetenschappelijke onderzoeken. Bij deze

limieten is sprake van een ruime veiligheidsmarge, zodat

de veiligheid van iedereen, ongeacht de leeftijd of de

gezondheid, gewaarborgd is.

Voor de blootstellingsnorm voor mobiele telefoons wordt

een meeteenheid gehanteerd die bekend staat onder de

naam SAR (Specific Absorption Rate). De door de EU

aanbevolen SAR limiet is vastgesteld op 2,0 W/kg.

De hoogste SAR-waarde die voor dit type telefoon

gemeten is, bedroeg 0,795 W/kg.

De SAR tests worden uitgevoerd in voorgeschreven

situaties waarbij de telefoon met het maximaal toegestane

vermogen wordt gebruikt op alle geteste bandbreedtes.

Hoewel de SAR is vastgesteld op basis van het maximaal

toegestane vermogen, kan het werkelijke SAR niveau

tijdens gebruik in ruime mate onder de maximumwaarde

liggen. Dit komt omdat bij het ontwerp van de telefoon

rekening is gehouden met meerdere vermogenniveaus,

terwijl alleen het vermogen dat nodig is om het netwerk te

bereiken wordt gebruikt. In het algemeen geldt dat hoe

dichter u bij een basisstation van het netwerk bent, hoe

lager het vermogen is.

Voordat een nieuw type telefoon verkocht mag worden,

moet aangetoond worden dat deze voldoet aan de

Europese R&TTE Richtlijnen. Een van de belangrijkste

eisen hiervan heeft betrekking op de bescherming van de

gezondheid en de veiligheid van de gebruiker en andere

personen.

* De SAR limiet voor normale mobiele telefoons is gemiddeld

2,0 W/Kg per 10 gram lichaamsweefsel. Bij deze limiet is, i.v.m.

eventuele afwijkingen in de metingen, rekening gehouden met

een ruime veiligheidsmarge, die de gebruikers extra veiligheid

biedt. De SAR waarden kunnen variëren, afhanklelijk van

landelijke eisen en de bandbreedte.

Gezondheids- en veiligheidsinformatie

Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van

batterijen

• Gebruik nooit batterijen of batterijladers die

beschadigd zijn.

• Gebruik batterijen niet voor andere doeleinden dan

waarvoor ze bedoeld zijn.

• Wanneer u de telefoon dicht bij een basisstation van

het netwerk gebruikt, gebruikt hij minder stroom. De

spreek- en standbytijden zijn sterk afhankelijk van de

signaalsterkte en instellingen van het netwerk.

• De oplaadtijd van de batterij is afhankelijk van de

resterende batterijlading en het gebruikte type batterij

en oplader. De batterij kan honderden keren worden

ontladen en opgeladen, maar na verloop van tijd gaat

de kwaliteit van de batterij achteruit. Wordt de

gebruikstijd aanmerkelijk korter, dan is het tijd om een

nieuwe batterij te kopen.

• Een batterij die niet wordt gebruikt, ontlaadt zichzelf

na verloop van tijd.

• Gebruik alleen batterijen en opladers die Samsung

heeft goedgekeurd. Gebruikt u de batterijlader niet,

haal dan de stekker uit het stopcontact. Laat een

batterij niet langer dan een week in de oplader zitten.

Dit verkort de levensduur van de batterij.

• Extreem hoge en lage temperaturen hebben invloed

op de capaciteit van uw batterij. Het kan nodig zijn de

batterij eerst te laten afkoelen of op te warmen voor u

met opladen begint.

• Leg de batterij nooit in een zeer warme of koude

ruimte, bijvoorbeeld in de auto als het erg warm of

koud is. Daardoor gaan de capaciteit en de levensduur

achteruit. Probeer de batterij zoveel mogelijk op

kamertemperatuur te houden. Het kan zijn dat uw

telefoon met een zeer warme of koude batterij tijdelijk

niet werkt, zelfs als de batterij volledig is opgeladen.

Li-ion batterijen werken met name niet goed bij

temperaturen onder de 0 °C.

• Maak geen kortsluiting tussen de contacten van de

batterij. Er kan kortsluiting ontstaan wanneer een

metalen voorwerp (bijv. een paperclip, de clip van een

pen of een sleutel) direct contact maakt tussen de +

en – polen van de batterij (metalen strips aan de

achterzijde van de batterij). Dit kan bijvoorbeeld

gebeuren wanneer u een reservebatterij in uw zak of

tas bewaart.

• Kortsluiting tussen de contacten kan de batterij (maar

ook het voorwerp dat de kortsluiting veroorzaakt)

beschadigen of vernielen. Lever oude batterijen in bij

een innamepunt voor gebruikte batterijen. Laat ze

altijd recyclen en gooi ze nooit bij het normale afval,

laat staan in het vuur.

Gezondheids- en veiligheidsinformatie

Verkeersveiligheid

Uw mobiele telefoon biedt u de mogelijkheid bijna altijd en

overal mondeling te communiceren. Deze mogelijkheid die

de mobiele telefoon biedt gaat echter gepaard met een

belangrijke verantwoordelijkheid, die iedere gebruiker

serieus moet nemen. Als u de telefoon gebruikt terwijl u

een voertuig bestuurt, dient u zich aan de regels te hou-

den die daarvoor binnen het betreffende land gelden.

Gebruiksomgeving

Houd u altijd aan de voorschriften voor mobiele telefoons

op plaatsen waar deze gelden. Zet uw telefoon altijd uit op

plaatsen waar het gebruik van mobiele telefoons verboden

is, of als dit storingen in apparatuur kan veroorzaken of

gevaar kan opleveren (zoals in een ziekenhuis).

Wilt u de telefoon op een ander apparaat aansluiten, kijk

dan eerst in de gebruiksaanwijzing hoe het met de

veiligheidsvoorschriften zit. Sluit geen incompatibele

producten op elkaar aan.

Net als voor andere mobiele apparatuur die radiosignalen

uitzendt, geldt dat u deze telefoon voor een juiste werking

en uw persoonlijke veiligheid alleen in de normale stand

mag gebruiken (tegen uw oor, waarbij de antenne over uw

schouder wijst).

Elektronische apparatuur

De meeste moderne elektronische apparaten zijn

afgeschermd tegen radiogolven. Het kan echter

voorkomen dat bepaalde elektronische apparatuur niet

afgeschermd is tegen signalen die uw mobiele telefoon

uitzendt. Neem in dat geval contact op met de fabrikant

voor een alternatieve oplossing.

Pacemakers

Om interferentie met de pacemaker te voorkomen,

adviseren fabrikanten van pacemakers tussen de telefoon

en de pacemaker een afstand van minimaal 15 cm aan te

houden. Deze aanbeveling stemt overeen met

onafhankelijk onderzoek door en aanbevelingen van

Wireless Technology Research. Heeft u het idee dat er toch

sprake is van interferentie, zet uw telefoon dan

onmiddellijk uit.

Gehoorapparaten

Bij sommige draadloze digitale telefoons is sprake van

interferentie met bepaalde gehoorapparaten. Neem in dat

geval contact op met de fabrikant van uw gehoorapparaat

voor een andere oplossing.

Gezondheids- en veiligheidsinformatie

Andere medische apparatuur

Gebruikt u een ander medisch apparaat of hulpmiddel,

neem dan contact op met de fabrikant van dat apparaat

om na te gaan of het afdoende beschermd is tegen

radiosignalen.

Eventueel kan uw huisarts of specialist u hierbij van dienst

zijn.

Zet uw telefoon altijd uit wanneer u zich in een ziekenhuis

of andere medische instelling bevindt en aangegeven is

dat het gebruik van een mobiele telefoon daar verboden

is.

Voertuigen

Radiogolven kunnen invloed hebben op onjuist

geïnstalleerde of niet voldoende afgeschermde

elektronische systemen in motorvoertuigen. Ga dit na bij

de fabrikant of dealer van de auto.

U kunt ook de fabrikant of leverancier van de in uw auto

geïnstalleerde apparatuur raadplegen.

Verbod op mobiel telefoneren

Zet uw mobiele telefoon direct uit op plaatsen waar een

verbod op mobiel telefoneren geldt.

Omgeving waar explosiegevaar is

Zet uw telefoon altijd uit wanneer u in een omgeving bent

waar met explosieven wordt gewerkt. Houd u aan alle ter

plaatse gelden veiligheidsvoorschriften. Vonken kunnen in

zo'n omgeving tot een ontploffing leiden, met lichamelijk

letsel en zelfs de dood tot gevolg.

Gebruik de telefoon niet bij een benzinestation. Zet uw

telefoon altijd uit bij een tankstation. We wijzen u

nogmaals op de noodzaak om u in brandstofdepots

(opslag en distributie), chemische fabrieken en andere

plaatsen waar met explosieve materialen wordt gewerkt

altijd te houden aan de voorschriften en verboden voor

het gebruik van radioapparatuur.

Omgevingen en situaties waar kans bestaat op

ontploffingen zijn niet altijd duidelijk aangegeven. Hiertoe

behoren o.a. het benedendek van schepen, plaatsen waar

overslag en opslag van chemicaliën plaatsvindt,

voertuigen die rijden op LPG, plaatsen waar chemicaliën of

kleine deeltjes in de lucht zitten, bijvoorbeeld graan, stof

of metaalpoeder, en ieder ander gebied waar u

normaalgesproken de motor van uw auto uit zou moeten

zetten.

Gezondheids- en veiligheidsinformatie

Noodoproepen

Deze telefoon maakt gebruik van radiosignalen, mobiele

en vaste netwerken en voorgeprogrammeerde functies,

waarbij er geen garantie is dat er onder alle

omstandigheden verbinding mogelijk is. Vertrouw daarom

in een noodgeval (bijvoorbeeld voor medische assistentie)

nooit alleen op uw mobiele telefoon.

Om te bellen of gebeld te kunnen worden, moet uw

telefoon zijn ingeschakeld in een omgeving met voldoende

signaalsterkte van een netwerk voor mobiele telefonie.

Telefoneren in geval van nood is niet altijd mogelijk binnen

alle mobiele netwerken of als bepaalde netwerkdiensten

en functies van de telefoon in gebruik zijn. Ga dit

eventueel na bij uw provider.

Alarmnummer bellen:

1. Zet de telefoon aan.

2. Geef het alarmnummer in (112 of een ander

officieel alarmnummer). Alarmnummers kunnen

per land verschillen.

3. Druk op [ ].

Misschien moet u bepaalde functies, zoals blokkeren van

oproepen, uitschakelen voordat u kunt bellen. Raadpleeg

daarvoor deze gebruiksaanwijzing of neem contact op met

uw provider.

Overige belangrijke veiligheidsinformatie

• Alleen gekwalificeerde technici mogen de telefoon in

een voertuig installeren of repareren. Onjuiste

installatie of onderhoud kan gevaar opleveren en ertoe

leiden dat de garantie op uw telefoon vervalt.

• Controleer ingebouwde telefoonapparatuur regelmatig

op correcte montage en werking.

• Bewaar of vervoer licht ontvlambare vloeistoffen,

gassen en ander brandbaar of explosief materiaal niet

samen met de telefoon, onderdelen ervan of

accessoires.

• Beschikt uw auto over een airbag, denk er dan aan dat

deze met grote kracht wordt opgeblazen. Plaats boven

en rondom het gedeelte waar de airbag terecht kan

komen geen voorwerpen, dus ook geen vaste of

draagbare draadloze apparatuur. Onjuist geplaatste

draadloze apparatuur kan bij het opblazen van de

airbag tot ernstig letsel leiden.

• Zet uw mobiele telefoon aan boord van een vliegtuig

altijd uit. Het gebruik van mobiele telefoon in een

vliegtuig is verboden en gevaarlijk omdat dit het

luchtverkeer kan verstoren.

• Bij het overtreden van deze voorschriften kan u het

gebruik van mobiele diensten worden ontzegd of u

kunt strafrechtelijk worden vervolgd.

Gezondheids- en veiligheidsinformatie

Verzorging en onderhoud

Uw telefoon is een kwaliteitsproduct dat met zorg

behandeld moet worden. Als u zich aan onderstaande

adviezen houdt, voldoet u aan de garantieverplichtingen

en kunt u jarenlang plezier hebben van uw telefoon.

• Houd de telefoon en toebehoren buiten het bereik van

kleine kinderen.

• Houd de telefoon droog. Regen, vocht en

mineraalhoudende vloeistoffen tasten de elektronica

aan.

• Pak de telefoon nooit met natte handen vast. Dit kan

een elektrische schok of schade aan de telefoon tot

gevolg hebben.

• Gebruik of bewaar de telefoon niet in een stoffige,

vuile ruimte. De componenten kunnen daardoor

beschadigen.

• Bewaar uw telefoon niet op een plaats met extreem

hoge temperaturen. Dit verkort de levensduur van de

elektronica, beschadigt de batterijen en doet het

plastic kromtrekken of smelten.

• Bewaar uw telefoon niet op een koude plaats. Bij

verplaatsing naar een warmere plaats kan er condens

ontstaan die de elektronica aantast.

• Zorg dat de telefoon niet valt of ergens tegen stoot.

Door ruw met de telefoon om te gaan, kunnen de

onderdelen in de telefoon beschadigen.

• Maak uw telefoon nooit schoon met bijtende

schoonmaak- of oplosmiddelen. Gebruik alleen een in

een mild sopje gedrenkte doek.

• Verf de telefoon niet. Door de verf kunnen de

beweegbare delen van het toestel verstopt raken, wat

ertoe kan leiden dat de telefoon niet meer goed werkt.

• Leg de telefoon niet in of op verwarmings-apparatuur,

zoals een magnetron, een radiator van de verwarming

of een kachel. De telefoon kan exploderen wanneer

deze te heet wordt.

• Gebruik alleen de meegeleverde of een andere

goedgekeurde antenne. Niet-goedgekeurde antennes,

wijzigingen of toevoegingen daarop kunnen de

telefoon beschadigen en ertoe leiden dat de telefoon

niet meer voldoet aan de wettelijke eisen voor

apparatuur die radiosignalen uitzendt.

• Als de telefoon, de batterijen, de oplader of een

andere accessoire niet goed werkt, breng dit dan bij

het dichtstbijzijnde geautoriseerde service center.

Daar zorgt men voor technische ondersteuning en

indien nodig voor deskundige reparatie.

Index

ABC-stand,

tekstinvoerstand • 18, 19

Afbeeldingen

gedownload • 45

Alarm • 50

Alles • 29

Autom. herhalen • 58

Batterij

bijna leeg indicatie • 8

opladen • 7

voorzorgsmaatregelen

• 63

Band kiezen • 32

Beantwoorden

oproep • 21

wisselgesprek • 23

Beltoon bij in-/

uitschakelen • 33

Berichten

infoberichten • 40

MMS • 36

serverberichten • 39

SMS • 34

voice mail • 39

(vervolg)

Berichttoon • 33

Beveiliging

oproepen • 57

Blokkeren

oproepen • 31

SIM-kaart • 58

Browser, WAP • 42

Calculator • 51

Camera • 53

Cijferstand • 20

Display

instellingen • 56

layout • 10

Downloads

afbeeldingen • 45

geluiden • 45

DTMF tonen verzenden • 24

Eigen nummer • 28

Elke toets antwoorden • 59

FDN-modus • 58

Foto’s

bekijken • 55

maken • 53

wissen • 55

Funbox • 42

Geheugenstatus

camera • 42

gedownloade items • 46

Geluiden

gedownload • 45

Geluidopties • 33

Gesprek opnemen • 22

Gespreksduur • 29

Gesprekskosten • 30

Helderheid stem • 23, 59

Herhalen

automatisch • 58

In-/ uitschakelen

telefoon • 8

(vervolg)

Indicatie batterij bijna leeg • 8

Infoberichten • 40

Informatieberichten • 40

Internationaal bellen • 20

Internet • 42

Javawereld • 46

Klepje actief • 59

Letters ingeven • 18

Luidspreker • 23

Mediabox • 45

Microfoon

in- /uitschakelen • 23

Minutenteller • 34

MMS berichten

bekijken • 37, 38

samenstellen/

verzenden • 36

wissen • 37, 38

Multipartygesprek • 24

Index

Namen

ingeven • 18

opzoeken • 25

Netwerk kiezen • 32

Netwerkdiensten • 30

Noodoproepen • 66

Nummer

opslaan • 26

opzoeken/bellen • 25

Nummerweergave • 32

Omrekenen • 52

Ontvangen berichten

MMS • 37

SMS • 35

Ontvangen oproepen • 29

Ontvangstbevestiging,

bericht • 40, 41

Opnemen

spraakmemo’s • 50

Oproep

beantwoorden • 21

blokkeren • 31

in de wacht • 22

wisselgesprek • 32

(vervolg)

Oproepen

zelf bellen • 20

Oproepenlijsten

ontvangen • 29

Organizer • 47

Pictogrammen,

beschrijving • 10

blokkeren • 57

wijzigen • 57

PIN2, wijzigen • 58

Postvak IN, berichten

SMS • 35

Postvak UIT, berichten

MMS • 38

SMS • 36

Privacy • 58

Reset instellingen • 59

Serverberichten • 39

SIM-kaart

blokkeren • 58

plaatsen • 7

(vervolg)

SMS berichten

bekijken • 35

samenstellen/

verzenden • 35

wissen • 35, 36

Spelletjes • 46

Spraakmemo’s

afspelen • 51

opnemen • 50

Stille modus • 12, 34

Stopwatch • 52

Symboolstand • 20

Taal, kiezen • 57

Tekst intoetsen • 18

Tekstinvoerstand wijzigen • 18

Telefonisch vergaderen • 24

Telefoon

display • 10

in-/ uitschakelen • 8

pictogrammen • 10

resetten • 59

toetsen • 9

uitpakken • 6

verzorging en

onderhoud • 67

(vervolg)

Telefoonlijst

kopiëren • 26

opties • 26

wijzigen • 26

Timer • 52

Toetsen • 9

Toetstoon

instellen • 34

versturen • 23

Toon

beltoon • 33

bericht • 33

bij aan-/uitzetten • 33

toetstoon • 34

verbinding • 33

Uitschakelen

microfoon • 23

Uitzetten

toetstonen • 23

Veiligheid

informatie • 62

voorzorgsmaatregelen

• 1

Verbindingstoon • 33

Index

(vervolg)

Verkeersveiligheid • 64

Verlichting, tijd instellen • 57

Verzonden berichten

MMS • 38

SMS • 36

Voice mail • 39

Voicemail server • 39

Waarschuwing • 34

Waarschuwing tijdens

oproep • 34

Wachtwoord

blokkeren • 31

telefoon • 58

WAP browser

buffer legen • 44

favorieten • 43

openen • 42

Welkomtekst • 57

Wereldtijd • 50

Wisselgesprek • 32

(vervolg)

Wissen

foto’s • 55

MMS berichten • 39

notities • 48

oproepenlijst • 29

SMS berichten • 36

telefoonlijst • 26, 27

Conformiteitsverklaring (R&TTE)

Het volgende product:

GSM900/GSM1800/GSM1900

Mobiele telefoon

(productnaam)

SGH-X640

(modelnummer)

Gefabriceerd door:

Samsung Electronics Co., Ltd, 94-1, Imsoo-Dong, Gumi City, Kyung-Buk, Korea, 730-350

(naam/adres fabriek

)

waaraan deze verklaring refereert voldoet aan de volgende standaards en/of

andere normdocumenten.

Veiligheid : EN 60950-1:2001

EMC : EN 301 489-01 v1.3.1 (2001-09)

EN 301 489-07 v1.1.1 (2000-09)

SAR : EN 50360:2001

EN 50361:2001

Netwerk : EN 301 511 v7.0.1 (2000-12)

EN 301 419-1

4.1.1 (2000-04)

Hierbij verklaren wij dat [alle essentiële radiotestseries zijn uitgevoerd en

dat] het hierboven genoemde product voldoet aan alle essentiële eisen van

richtlijn 1999/5/EC.

De conformiteitvaststellingsprocedure waraan Artikel 10 refereert en die

gedetailleerd behandeld wordt in Annex[

] van richtlijn 1999/5/EC is

opgevolgd waarbij de volgende in te lichten instantie(s) betrokken is/zijn

geweest:

BABT, Claremont House, 34 Molesey Road,

Walton-on-Thames, KT12 4RQ, UK

Herkenningsteken: 0168

De technische documentatie wordt beheerd door:

Samsung Electronics Euro QA Lab.

en zal op aanvraag ter beschikking worden gesteld.

(Vertegenwoordiger in de EU)

Samsung Electronics Euro QA Lab.

Blackbushe Business Park, Saxony Way,

Yateley, Hampshire, GU46 6GG, UK

2005.02.09 Yong-Sang Park / S. Manager

(plaats en datum uitgifte) (naam en handtekening geauthoriseerd persoon)

* Dit is niet het adres van een Samsung Service Centre. Zie voor het adres of

telefoonnummer van het Samsung Service Centre de garantiekaart of neem contact op met

de winkel waar u de telefoon heeft gekocht.

Documenttranscriptie

* Mogelijk is niet alle informatie in deze gebruiksaanwijzing van toepassing op uw telefoon. Sommige functies zijn afhankelijk van de software of de provider. Drukfouten voorbehouden. SAMSUNG ELECTRONICS World Wide Web http://www.samsungmobile.com Printed in Korea Code No.:GH68-06705A Dutch. 05/2005. Rev 1.2 SGH-X640 Gebruiksaanwijzing Verkeersveiligheid gaat voor alles Belangrijke veiligheidsinformatie Wanneer u zich niet aan deze veiligheidsvoorschriften houdt, kan dit tot gevaarlijke en onrechtmatige situaties leiden. Gebruik uw telefoon niet tijdens het rijden, tenzij u een handsfree-kit heeft. Anders moet u eerst parkeren. Zet de telefoon uit tijdens het tanken Gebruik de telefoon niet bij een benzinestation of in de buurt van plaatsen waar andere brandstoffen of chemicaliën zijn opgeslagen. Zet de telefoon uit aan boord van vliegtuigen Draadloze telefoons kunnen storingen veroorzaken. Gebruik van deze telefoon in een vliegtuig is gevaarlijk en verboden. Zet de telefoon uit als u bij ziekenhuisapparatuur in de buurt bent Ziekenhuizen en andere gezondheidszorginstellingen gebruiken apparatuur die gevoelig is voor bepaalde radiofrequenties. Volg de aangegeven regels op. Storingen Alle mobiele telefoons zijn gevoelig voor interferentie, wat de werking ervan kan beïnvloeden. Houd u altijd aan de voorschriften voor mobiele telefoons op plaatsen waar deze gelden. Zet uw telefoon altijd uit op plaatsen waar het gebruik van mobiele telefoons verboden is, of als dit storingen in apparatuur kan veroorzaken of gevaar kan opleveren (zoals in een ziekenhuis). Waterdichtheid Uw telefoon is niet waterdicht. Zorg dus dat hij droog blijft. Gebruik de telefoon op de juiste wijze Gebruik de telefoon alleen in de normale stand (bij het oor). Vermijd onnodig contact met de antenne als de telefoon aan staat. Telefoneren in geval van nood Geef het alarmnummer in (112 of een ander officieel alarmnummer) en druk op de toets . Houd de telefoon en toebehoren buiten het bereik van kleine kinderen. Belangrijke veiligheidsinformatie Houd u aan de voorschriften Houd de telefoon buiten het bereik van kleine kinderen Accessoires en batterijen Gebruik uitsluitend door Samsung aanbevolen batterijen en accessoires. Gebruik van andere accessoires kan uw telefoon beschadigen en kan gevaarlijk zijn. • De telefoon kan ontploffen als de batterij vervangen wordt door een niet ondersteund type. • Gooi oude batterijen weg volgens de ter plaatse geldende richtlijnen. Deskundige technische service Alleen gekwalificeerd servicepersoneel mag uw telefoon repareren. Uitgebreide veiligheidsinformatie vindt u in het hoofdstuk "Gezondheids- en veiligheidsinformatie" op pagina 62. 1 Over deze handleiding Deze handleiding geeft u informatie over het gebruik van uw telefoon. Om snel met uw telefoon aan de slag te gaan, adviseren wij u de hoofdstukken "Aan de slag" en "Geavanceerde functies" door te lezen. In deze handleiding vindt u de volgende symbolen: Geeft aan dat u extra aandacht moet besteden aan de vermelde informatie over veiligheid of functies. 2 Geeft aan dat u meer informatie kunt vinden op de pagina waarnaar verwezen wordt. ¤ Geeft aan dat u de pijltjestoetsen moet gebruiken om naar de genoemde optie te bladeren en deze te selecteren. [ ] Geeft een toets op de telefoon aan, bijvoorbeeld [ ]. < > Geeft een functietoets aan waarvan de functie in het display zichtbaar is, bijvoorbeeld <Menu>. • Eenvoudig, compact ontwerp met Intenne Samsungs krachtige intenne (interne antenne) biedt u de beste geluidskwaliteit zonder dat u last heeft van een externe antenne. Speciale functies • Camera Met de cameramodule van uw telefoon kunt u foto’s maken. • WAP browser Geeft toegang tot het draadloze web, diverse diensten en actuele informatie. • • • • • Agenda en actielijst Hierin kunt u al uw afspraken en taken bijhouden. • Spraakrecorder Voor het opnemen van memo’s of geluiden. • Java Geniet van de meegeleverde Java™ spelletjes en download zelf nieuwe. • Timer en stopwatch Voor het aftellen naar een bepaald evenement of om te controleren hoe lang u doet over een bepaalde oefening of taak. Telefoonlijst Hierin kunt u 1000 telefoonnummers opslaan. Weergave foto beller Door foto’s aan contactpersonen uit de telefoonlijst te koppelen, kunt u zien wie u belt. Multimedia Message Service (MMS) MMS berichten met tekst, afbeeldingen en geluiden versturen en ontvangen. Speciale functies Helderheid stem De functie Helderheid stem verbetert het volume en de helderheid van een inkomend gesprek, bijvoorbeeld als u zich in een rumoerige omgeving bevindt. 3 Inhoud Uitpakken 6 Controleer of alle onderdelen aanwezig zijn Uw telefoon 6 7 Tekst intoetsen 18 ABC, T9, Cijfers en Symbolen Menufuncties SIM-kaart plaatsen/telefoon opladen ........................ 7 Aan- en uitzetten ................................................... 8 Toetsen en display ................................................. 9 Menu’s en opties kiezen ....................................... 11 Telefoon aan uw voorkeur aanpassen ..................... 12 Bellen/gebeld worden ........................................... 13 Alle menuopties op een rij Geavanceerde functies 14 De camera .......................................................... 14 WAP browser ....................................................... 14 20 Geavanceerde functies De eerste stappen om uw telefoon in gebruik te nemen Camera, WAP, berichten en andere speciale functies 4 15 15 16 17 Telefoneren Toetsen, functies en locatie Aan de slag De telefoonlijst .................................................... Berichten versturen .............................................. Berichten lezen .................................................... Agendafuncties .................................................... 25 Problemen oplossen 60 Gezondheids- en veiligheidsinformatie 62 Index 68 Overzicht menufuncties Om de menustand te openen, druckt u vanuit de standby-stand op <Menu>. 1 SIM-AT* pag.28 2 Oproepenlijsten pag.29 1 2 3 4 5 6 pag.29 pag.29 pag.29 pag.29 pag.29 pag.30 Gemiste oproepen Ontvangen oproepen Uitgaande oproepen Alles wissen Gespreksduur Gesprekskosten* 3 Netwerk-diensten pag.30 1 2 3 4 5 6 7 pag.30 pag.31 pag.32 pag.32 pag.32 pag.32 pag.33 Oproepen doorschakelen Oproepen blokkeren Wisselgesprek Netwerk kiezen Nummerweergave Band kiezen Actieve lijn* 4 Geluidopties pag.33 1 2 3 4 5 6 7 8 pag.33 pag.33 pag.33 pag.34 pag.34 pag.34 pag.34 pag.34 Inkomende oproepen Berichten Toon bij in-/uitschakelen Verbindingstoon Toetstoon Minutenteller Stille modus Waarschuwing tijdens oproep 5 Berichten 1 2 3 4 5 6 7 8 SMS berichten Multimedia berichten Serverberichten Standaardberichten Voice mail Infoberichten Instellingen Geheugenstatus 6 Funbox 1 WAP 2 Mediabox 3 JAVA wereld pag.34 pag.34 pag.36 pag.39 pag.39 pag.39 pag.40 pag.40 pag.42 pag.42 pag.42 pag.45 pag.46 Druk in de standby-stand op <T.Lijst>. pag.53 1 Telefoonlijst pag.25 Foto maken Foto’s Albums Alles wissen Instellingen Geheugenstatus pag.53 pag.55 pag.55 pag.56 pag.56 pag.56 1 2 3 4 Naam zoeken Nummer toevoegen Snelkeuzelijst Alles naar telefoon kopiëren 5 Alles wissen pag.25 pag.26 pag.27 pag.27 9 Telefoonopties pag.56 2 Beheer pag.28 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 pag.56 pag.57 pag.57 pag.57 pag.58 pag.59 pag.59 pag.59 pag.59 pag.59 1 Eigen nummer 2 Groep instellen 3 Geheugenstatus pag.28 pag.28 pag.28 3 Diensten pag.28 1 Nummers diensten pag.28 8 Camera 1 2 3 4 5 6 Display Welkomtekst Taal Beveiliging Autom. herhalen Helderheid stem Klepje actief Toets op zijkant Elke toets antwoorden Reset instellingen 7 Organizer pag.47 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 pag.47 pag.48 pag.49 pag.49 pag.50 * Verschijnt alleen als uw SIM-kaart pag.50 deze functie ondersteunt. pag.51 pag.52 pag.52 pag.52 Nieuwe notitie Kalender Actielijst Klok Alarm Spraakrecorder Calculator Omrekenen Timer Stopwatch pag.27 5 Uitpakken Uw telefoon Controleer of alle onderdelen aanwezig zijn Toetsen, functies en locatie Luidspreker Display Telefoon Batterij Adapter Gebruiksaanwijzing Accessoires zijn verkrijgbaar bij uw Samsung-dealer. De met de telefoon meegeleverde en als optie verkrijgbare accessoires kunnen per land en per provider verschillen. 6 Stuurtoetsen (Omhoog/ Omlaag/Links/ Rechts) Hoofdtelefoon Linker functietoets Volumetoetsen Beltoets Speciale functies WAP-toets Rechter functietoets Aan/Uit/Menu verlaten Annuleren/ correctietoets Alfanumerieke toetsen Microfoon Camera Cameratoets Spiegel Servicelampje Aan de slag 3 Zet de batterij terug. 4 5 Sluit de adapter aan op een normaal stopcontact. 6 Als de telefoon volledig is opgeladen (het batterijpictogram knippert niet meer), haalt u de adapter uit het stopcontact. Sluit de adapter aan. De eerste stappen om uw telefoon in gebruik te nemen SIM-kaart Aan de slag Wanneer u een prepaid GSM-kaart koopt of een GSMabonnement afsluit, ontvangt u een SIM-kaartje dat al uw gegevens bevat (PIN-code, extra diensten, beltegoed, enz.). SIM-kaart plaatsen/telefoon opladen 1 Verwijder de batterij. Als de telefoon aan staat, moet u hem eerst ] uitzetten door [ ingedrukt te houden. 2 Plaats de SIM-kaart. Zorg ervoor dat de goudkleurige contactjes naar de kant van de binnenkant van de telefoon gericht zijn. 7 Aan de slag 7 Haal de adapter uit de telefoon. Aan- en uitzetten Aanzetten 1. Open de telefoon. 2. Houd de toets [ ] ingedrukt om de telefoon aan te zetten. Indicatie batterij bijna leeg Als de batterij bijna leeg is: • hoort u een waarschuwingsgeluid, • wordt dit aangegeven in het display, en • knippert het batterij leeg-pictogram [ ]. Als de batterij te leeg is, schakelt de telefoon zich automatisch uit en moet u de batterij opladen. 8 Maak geen gebruik van uw telefoon op plaatsen waar dit verboden is. 3. Geef indien nodig de PIN-code in en druk op <OK>. Uitzetten 1. Open de telefoon. 2. Houd de toets [ ] ingedrukt. Toetsen en display Toets Toets Beschrijving In de standby-stand gaat u hiermee direct naar de volgende menu’s: Omhoog: Camera Omlaag: Kalender Links: Nieuw in SMS berichten Rechts: Inkomende oproepen Voor het ingeven van cijfers, letters en diverse speciale tekens en symbolen. In de standby-stand kunt u [1] ingedrukt houden om naar uw voicemail te gaan. In menu’s kunt u hiermee door de menuopties bladeren. Invoer van speciale tekens. In de standby-stand kunt u [ ] ingedrukt houden om de stille modus aan- of uit te zetten. In de standby-stand start u hiermee de WAP (Wireless Application Protocol) browser. Zelf bellen of een oproep aannemen. In de standby-stand haalt u hiermee het nummer van de laatst gebelde, gemiste of ontvangen oproep op. Verwijdert ingetoetste tekens. Als u in een menu op deze toets drukt, gaat u terug naar het vorige menu. In de standby-stand maakt u door deze toets ingedrukt te houden een nieuwe notitie. Aan de slag Oproep beëindigen. Ingedrukt houden om de telefoon aan- of uit te zetten. In menu’s annuleert u hiermee de ingevoerde informatie en gaat u terug naar de standbystand. Voert de functie uit die op de onderste regel van het display wordt weergegeven. • • • • Beschrijving Hiermee kunt u het volume aanpassen. In de standby-stand kunt u hiermee het toetsvolume aanpassen. (links) In de standby-stand kunt u de camera inschakelen door deze toets ingedrukt te houden. In de camerastand kunt u met deze (rechts) toets een foto nemen. 9 Aan de slag Display Indeling Het display bestaat uit drie gedeelten. Pictogrammen Weergave van diverse pictogrammen. Tekst en afbeeldingen Weergave van berichten, instructies, en informatie die u invoert. Menu Pictogrammen T. Lijst Indicatie functietoetsen Toont de functies die op dat moment aan de functietoetsen zijn toegewezen. Geeft de signaalsterkte aan Verschijnt tijdens een oproep Buiten bereik netwerk; u kunt niet bellen of gebeld worden Nieuw SMS-bericht Nieuw voicemail-bericht Nieuw MMS-bericht 10 Pictogrammen (vervolg) Alarm ingesteld Oproepen worden doorgeschakeld pag. 30 GPRS-netwerk Thuiszone, als u zich op deze dienst heeft geabonneerd Kantoorzone, als u zich op deze dienst heeft geabonneerd Stille modus ingeschakeld pag. 12 Trilalarm voor inkomende oproepen ingeschakeldpag. 33 Batterijstatus Menu’s en opties kiezen Functietoetsen Menu Druk op de linker functietoets om naar het Menu te gaan. Opties selecteren 2. Gebruik de pijltjestoetsen om naar de volgende of vorige optie te gaan. 3. Druk op <Kies> om de geselecteerde functie of optie te bevestigen. T. Lijst Druk op de rechter functietoets om naar de Telefoonlijst te gaan. 1. Druk op de juiste functietoets. Aan de slag De rol van de functietoetsen is afhankelijk van de functie die u op dat moment gebruikt. Op de onderste regel van het display kunt u zien wat hun huidige rol is. 4. U kunt een menu op twee manieren verlaten: • Druk op < > of [C] om naar het vorige menu te gaan. • Druk op [ ] om naar de standby-stand te gaan. Snelkoppelingen Druk op de cijfertoets die overeenkomt met de optie die u wilt gebruiken. 11 Aan de slag Telefoon aan uw voorkeur aanpassen Displaytaal 3. Blader naar een achtergrond en druk op <Tonen>. 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Telefoonopties ¤ Taal ¤ Taal display. 4. Blader naar de afbeelding die u wilt. 5. Druk op <Kies>. 2. Kies een taal. Beltoon 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Geluidopties ¤ Inkomende oproepen. Menukleuren 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Telefoonopties ¤ Display ¤ Kleur. 2. Kies een categorie. 3. Kies een beltoon. Achtergrond standbyscherm U kunt een achtergrond instellen voor het standby-scherm. 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Telefoonopties ¤ Display ¤ Achtergrond. 2. Kies een categorie. 12 U kunt van diverse onderdelen van het display de kleur veranderen, zoals titel- en selectiebalken. 2. Kies een kleurenpatroon. Stille modus U kunt de telefoon in de stille modus zetten om te voorkomen dat u anderen stoort als u gebeld wordt. Houd [ ] in de standby-stand ingedrukt. Telefoonblokkering U kunt uw telefoon met behulp van een wachtwoord tegen ongewenst gebruik beveiligen. Bellen/gebeld worden Zelf bellen 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Telefoonopties ¤ Beveiliging ¤ Wachtwoord wijzigen. 2. Geef het standaard wachtwoord "00000000" in en druk op <OK>. 3. Geef een nieuw wachtwoord in (4 tot 8 tekens) en druk op <OK>. 4. Geef het nieuwe wachtwoord nog een keer in en druk op <OK>. 1. Geef het telefoonnummer in. 2. Druk op [ ]. 3. Druk om het gesprek te beëindigen op [ ]. Oproep beantwoorden Volume veranderen tijdens het gesprek 1. Druk als de telefoon gaat op [ ]. 2. Druk om het gesprek te beëindigen op [ ]. Druk op [ / ]. 5. Kies Telefoonblokkering. 6. Kies Aanzetten. 7. Geef het wachtwoord in en druk op <OK>. 13 Geavanceerde functies Camera, WAP, berichten en andere speciale functies De camera Foto’s nemen Foto’s bekijken 14 1. Open de telefoon. 2. Houd in de standby-stand de toets [ ] ingedrukt om de camera in te schakelen. 3. Richt de lens op uw onderwerp en stel eventueel het beeld bij. 4. Druk op [ ] om een foto te nemen. De foto wordt automatisch opgeslagen. 5. Druk op [C] voor nog een foto. 1. Druk vanuit de standby-stand op [Omhoog]. 2. Kies Foto’s. 3. Blader naar de gewenste foto. 4. Druk op <Tonen>. WAP browser Met de ingebouwde WAP (Wireless Access Protocol) browser krijgt u gemakkelijk toegang tot het draadloze web en diverse diensten en informatie. Browser starten Druk in de standby-stand op [ ]. Over het web navigeren • • • • • Met de toetsen [Omhoog] en [Omlaag] kunt u door de browser items bladeren. Om een item te kiezen, drukt u op < >. Om naar de vorige pagina terug te gaan, drukt u op [C]. Browsermenu openen: druk op de toets <Menu> en kies Menu Browser. Openen WAP-pagina opties: druk op [ ]. De telefoonlijst Zoeken 1. Druk in de standby-stand op <T.Lijst> en kies Naam zoeken. 2. Selecteer een contactpersoon. 3. Selecteer eventueel een nummer. 4. Druk op [ ] om het nummer te bellen of op <Opties> om naar de opties te gaan. Geavanceerde functies Aan het telefoongeheugen Telefoonnummer toevoegen 1. Toets in de standby-stand het telefoonnummer in en druk op <Opslaan>. 2. Kies Telefoon. 3. Kies een nummertype. 4. Geef een naam in en druk op <OK>. Op de SIM-kaart 1. Toets in de standby-stand het telefoonnummer in en druk op <Opslaan>. 2. Kies SIM. 3. Geef een naam in en druk op <OK>. 4. Kies een locatienummer. 5. Druk op <OK> om het nummer op te slaan. Berichten versturen SMS-bericht versturen 1. Druk in de standby-stand op [Links], of druk op <Menu> en kies Berichten ¤ SMS berichten ¤ Nieuw. 2. Toets het bericht in. 3. Druk op <Opties> en kies Verzenden. 4. Geef het nummer in waar u het bericht naartoe wilt sturen. 5. Druk op <OK> om het bericht te verzenden. 15 Geavanceerde functies MMS-bericht versturen 16 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Berichten ¤ Multimedia berichten ¤ Nieuw. 2. Selecteer Onderwerp en druk op <Voeg.>. 3. Geef het onderwerp in en druk op <OK>. 4. Selecteer Afbeelding en druk op <Voeg.>. 5. Voeg een afbeelding toe. 6. Selecteer Melodie en druk op <Voeg.>. 7. Voeg een melodie toe. 8. Selecteer Bericht en druk op <Voeg.>. 9. Toets het bericht in. 10. Druk op <Opt.> en kies Uitgevoerd. 11. Druk op <Opt.> en kies Verzenden. 12. Kies een lege locatie. 13. Kies een bestemming. 14. Druk op <Verzend> om het bericht te versturen. Berichten lezen SMS-berichten lezen Als u een melding krijgt: Druk op <Tonen>. U krijgt nu het bericht te zien. Vanuit Postvak IN: 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Berichten ¤ SMS berichten ¤ Postvak IN. 2. Kies een bericht. Agendafuncties Een nieuwe notitie maken 2. Toets de inhoud van de notitie in en druk op <OK>. Vanuit Postvak IN: 1. Druk in de standby-stand op <Menu> en kies Berichten ¤ Multimedia berichten ¤ Postvak IN. 3. Kies het soort notitie. 4. Kies een datum. 5. Kies een tijd en druk op <OK>. 6. Druk op <Ja> om een alarm in te stellen. 2. Kies een bericht. Voicemail afluisteren 7. Kies een tijd en druk op <OK>. 1. Houd [1] in de standby-stand ingedrukt. 2. Volg de instructies. 1. Houd in de standby-stand [C] ingedrukt. Geavanceerde functies Als u een melding krijgt: MMS-berichten 1. Druk op <Tonen>. bekijken 2. Druk op <Opties> en kies Ophalen. U krijgt nu het bericht te zien. 8. Kies een geluid voor het alarm. Agenda bekijken 1. Druk in de standby-stand op [Omlaag]. 2. Kies een datum. 3. Druk op [Links] of [Rechts] om de agenda voor die dag te bekijken. 17 De ABC-stand Tekst intoetsen ABC, T9, Cijfers en Symbolen Bij sommige functies moet u tekst intoetsen, zoals bij de telefoonlijst, de agenda en bij het samenstellen van berichten. Daarom heeft de telefoon diverse standen: ABC-stand, T9-stand, Cijferstand en Symboolstand. Tekstinvoerstand wijzigen De indicator van de tekstinvoerstand is zichtbaar wanneer de cursor zich in een tekstvak bevindt. Om de invoerstand de wijzigen, drukt u op de rechter functietoets en kiest u een invoerstand. Voorbeeld: In de telefoonlijst een naam intoetsen Geef naam OK 18 20 Ned Indicatie tekstinvoerstand Druk op de betreffende toets tot het gewenste teken op het scherm verschijnt. Tekens op volgorde Toets Hoofdletter Kleine letter 1 . , - ? ! ’ @: 1 2 A B C Ç Ä Á À Â 2 a b c ç ä á à â 2 3 D E F Ë É È Ê 3 d e f ë é è ê 3 4 G H I Ï Í Ì Î 4 g h i ï 5 J K L 5 j k l 5 6 M N O Ö Ó Ò Ô 6 mn o ö ó ò ô 6 7 P Q R S 7 p q r s ß 7 8 T U V Ü Ú Û Ù 8 t u v ü ú û ù 8 9 WX Y Z 9 w x y z 9 0 0 í ì î 4 Tips bij de ABC-stand • Om dezelfde letter twee keer achter elkaar te gebruiken of verschillende letters die op dezelfde toets zitten in te geven, wacht u tot de cursor naar rechts gaat of drukt u zelf op [Rechts]. Daarna toetst u de volgende letter in. • • • T9-stand De T9-stand voorspelt de woorden die u aan het intoetsen bent, zodat u per letter een toets maar één keer hoeft in te drukken. Woorden invoeren in de T9-stand 1. Geef met de toetsen [2] - [9] het begin van uw woord in. Voor iedere letter hoeft u de toets maar één keer in te drukken. Druk bijvoorbeeld op [4], [2], [5], [5] en [6] om hallo in te toetsen. T9 voorspelt het woord dat u aan het intoetsen bent. Dit kan met elke toetsaanslag wijzigen. 2. Toets het hele woord in voordat u tekens gaat veranderen of verwijderen. 3. Als het woord dat u bedoelt er staat, kunt u verder gaan met stap 4. Druk anders op [0] om alternatieve woorden weer te geven. De woorden of en me bijvoorbeeld, worden allebei met de totsen [6] en [3] gemaakt. 4. Druk op [ ] voor een spatie en geef het volgende woord in. Tekst intoetsen • Druk voor een spatie op [ ]. Druk op [ ] om allemaal hoofdletters ( ), allemaal kleine letters (geen indicator) of beginhoofdletter ( ) te selecteren. Gebruik [Links] en [Rechts] om de cursor te verplaatsen. Druk op [C] om tekens te wissen. Houd [C] ingedrukt om alles te wissen. Tips bij gebruik van de T9-stand • Druk voor een punt of apostrof op [1]. • Druk op [ ] om allemaal hoofdletters ( ), allemaal kleine letters (geen indicator) of beginhoofdletter ( ) te selecteren. • Gebruik de toetsen [Links] en [Rechts] om de cursor te verplaatsen. • Druk op [C] om tekens te wissen. Houd [C] ingedrukt om alles te wissen. Woorden toevoegen aan het T9-woordenboek Deze functie is niet voor alle talen beschikbaar. 1. Geef het woord in dat u wilt toevoegen. 2. Druk op [0] tot u onderin het scherm Nieuw ziet. Als er geen andere woorden meer beschikbaar zijn, verschijnt op de onderste regel Nieuw. 19 Geavanceerde functies Cijferstand Zelf bellen In de cijferstand kunt u cijfers ingeven. Druk op de toetsen waarop de door u gewenste cijfers voorkomen. 1. Toets in de standby-stand het telefoonnummer in. 2. Druk op [ ]. Symboolstand In de symboolstand kunt u speciale tekens invoeren. 20 Telefoneren 3. Druk op <Nieuw>. 4. Typ het woord in de ABC-stand in en druk op <OK>. U wilt... Dan drukt u op... meer symbolen weergeven [Omhoog] of [Omlaag]. een symbool kiezen de betreffende cijfertoets. symbolen verwijderen [C]. de gekozen symbolen invoegen <OK>. Druk op [C] om het laatste teken te wissen. Houd [C] ingedrukt om alles te wissen. U kunt de cursor verplaatsen om een onjuist nummer te wijzigen. Internationaal bellen 1. Houd in de standby-stand [0] ingedrukt. Het teken + verschijnt in het display. 2. Geef het landnummer, netnummer en abonneenummer in en druk op de toets [ ]. Recente nummers opnieuw bellen 1. Druk in de standby-stand op [ ] om de lijst met recente nummers weer te geven. 2. Blader naar het juiste nummer en druk op [ ]. Tips bij het beantwoorden van oproepen • Als de functie Elke toets antwoorden aan staat, kunt u op een willekeurige toets drukken om de oproep te beantwoorden, behalve [ ].pag. 59 • Als de functie Klepje actief aan staat, kunt u oproepen aannemen door de telefoon te openen. • Druk op [ ] om een oproep te weigeren. • Afhankelijk van de instelling bij Toets op zijkant kunt u het belgeluid uitzetten of de oproep weigeren door [ / ] ingedrukt te houden. pag. 59 Oproep beëindigen Als u oproepen heeft gemist, kunt u in het display zien hoeveel dit er waren. 1. Druk op <Gemist>. 2. Blader indien nodig door de gemiste oproepen. 3. Druk op [ ] om het nummer te bellen. Doe de telefoon dicht of druk op [ ]. Oproep beantwoorden Bij een inkomende oproep gaat de telefoon over en wordt de afbeelding voor een inkomende oproep getoond. Druk op [ ] of <Opnemen> om de oproep te beantwoorden. Telefoneren Bellen vanuit de telefoonlijst Als u een telefoonnummer in de telefoonlijst hebt opgeslagen, kunt u het bellen door het in de telefoonlijst te selecteren.pag. 25 Met behulp van de functie Snelkiezen kunt u nummers die u vaak belt aan cijfertoetsen toewijzen.pag. 27 Een nummer van de SIM-kaart bellen 1. Geef in de standby-stand het locatienummer van het telefoonnummer in en druk op [ ]. 2. Blader door de nummers. 3. Druk op <Kies nr> of [ ] om het nummer te bellen. Gemiste oproepen bekijken 21 Telefoneren De headset gebruiken Gesprek opnemen Met een headset kunt u telefoneren zonder de telefoon vast te houden. Sluit de headset aan op de aansluiting aan de rechter kant van de telefoon. De knoppen op de headset werken als volgt: Druk op <Opties> en kies Opname gesprek om het gesprek op te nemen. De opgenomen gesprekken kunt u via het menu Memolijst beluisteren. Gesprek in/uit de wacht zetten/halen U wilt... Dan... het laatste nummer herhalen drukt u de knop twee keer in. Druk respectievelijk op <Wacht> en <Ophalen> om het gesprek in de wacht te zetten en uit de wacht te halen. een oproep beantwoorden houdt u de knop ingedrukt. een gesprek beëindigen houdt u de knop ingedrukt. Opties tijdens het telefoneren U kunt tijdens het telefoneren de volgende functies gebruiken. Het volume wijzigen Met de toetsen [ / ] kunt u het volume aanpassen. Druk op [ ] om het volume te verhogen en op [ ] om het volume te verlagen. 22 Een tweede gesprek starten Als uw provider dit ondersteunt, kunt u een tweede gesprek starten. 1. Druk op <Wacht> om het huidige gesprek in de wacht te zetten. 2. Bel op de gebruikelijke wijze het nummer van de persoon die u tegelijkertijd wilt spreken. 3. Druk op <Wissel> om tussen de twee gesprekken te wisselen. 4. Druk op <Opties> en kies Gesprek in wacht beëindigen om het gesprek in de wacht te beëindigen. 5. Druk om het huidige gesprek te beëindigen op [ ]. Functie Helderheid stem Als uw provider de functie Wisselgesprek ondersteunt en u deze functie heeft ingeschakeld, kunt u een tweede oproep aannemen.pag. 32 1. Druk op [ ] om de oproep te beantwoorden. Het eerste gesprek wordt automatisch in de wacht gezet. 2. Druk op <Wissel> om tussen de gesprekken te wisselen. 3. Druk op <Opties> en kies Gesprek in wacht beëindigen om het gesprek in de wacht te beëindigen. 4. Druk om het huidige gesprek te beëindigen op [ ]. Deze functie reduceert de achtergrondgeluiden en verbetert de geluidskwaliteit zodat de persoon met wie u spreekt u ook goed kan verstaan als u zich op een rumoerige locatie bevindt. Druk op <Opties> en kies Helderheid stem aan of Helderheid stem uit. Een oproep doorverbinden Toetstonen in- en uitschakelen U kunt het huidige gesprek doorverbinden aan het gesprek in de wacht, zodat de bellers met elkaar kunnen spreken. Druk hiervoor op <Opties> en kies Doorverbinden. Luidspreker gebruiken Met de luidspreker kunt u vanaf een afstandje spreken en luisteren. Druk hiervoor op <Opties> en kies Luidspreker uit of Luidspreker ann. Telefoneren Tweede oproep aannemen (wisselgesprek) Microfoon uitschakelen U kunt de microfoon van uw telefoon tijdelijk uitschakelen, zodat de persoon met wie u belt u niet kan horen. Druk op <Opties> en kies Microfoon uit of Microfoon aan. U kunt de toetstonen in- en uitschakelen. Druk op <Opties> en kies Toetstonen uit of Toetstonen aan. Als u verbinding maakt met een antwoordapparaat of computergestuurd telefoonsysteem, moet u de optie Toetstonen aan selecteren. 23 Telefoneren Een reeks DTMF-tonen versturen SIM-diensten gebruiken DTMF (Dual Tone Multi-frequency)-tonen zijn de geluiden die de telefoon gebruikt bij het kiezen van het nummer. U kunt DTMF-tonen als een groep verzenden nadat u het hele nummer ingetoetst hebt of door een nummer uit de telefoonlijst te gebruiken. Dit is handig wanneer u een wachtwoord of rekeningnummer door wilt geven aan een geautomatiseerd systeem, bijvoorbeeld bij telebankieren. 1. Druk als u met een telesysteem verbonden bent op <Opties> en kies DTMF zenden. 2. Toets het nummer in en druk op <OK>. Het menu SIM service is beschikbaar als u een SIM-kaart in uw telefoon gebruikt waarop aanvullende diensten geboden worden. Daarbij kan het gaan om het laatste nieuws, het weerbericht, sportuitslagen, ontspanning en lokale diensten. Raadpleeg voor meer informatie de instructies bij uw SIM-kaart of neem contact op met uw provider. Telefoonlijst gebruiken U kunt de Telefoonlijst openen om een nummer op te zoeken of op te slaan.pag. 25 Druk op <Opties> en kies Telefoonlijst. Tijdens een gesprek een bericht lezen of schrijven U kunt het menu Berichten openen om nieuwe berichten te lezen en berichten te versturen.pag. 34 Druk op <Opties> en kies Bericht. 24 Multipartygesprekken (telefonisch vergaderen) Met deze functie kunt met maximaal zes personen aan een gesprek deelnemen. Dit wordt een multipartygesprek of ook wel telefonisch vergaderen genoemd. U kunt deze dienst alleen gebruiken als uw netwerk deze ondersteunt. Een multipartygesprek starten 1. Bel de eerste deelnemer. 2. Bel de tweede deelnemer. Het eerste gesprek wordt automatisch in de wacht gezet. 3. Druk op <Opties> en kies Deelnemen. De eerste deelnemer wordt aan het gesprek toegevoegd. 4. Bel indien gewenst nog een andere persoon, of beantwoord een binnenkomend gesprek. 5. Druk op <Opties> en kies Deelnemen. 6. Herhaal stap 4 en 5 indien nodig. Met een van de deelnemers een privégesprek voeren 1. Druk op <Opties> en kies Uit Mpty. 2. Kies een naam of nummer uit de deelnemerlijst. U kunt nu privé met die persoon praten, terwijl de overige deelnemers hun gesprek kunnen voortzetten. 3. Om terug te gaan naar het multipartygesprek drukt u op <Opties> en kiest u Deelnemen. Een deelnemer verwijderen 1. Druk op <Opties> en selecteer Verwijder. 2. Kies een naam of nummer uit de deelnemerlijst. De deelnemer is nu verwijderd uit het gesprek en het gesprek met de overige deelnemers wordt voortgezet. 3. Om het gesprek volledig te beëindigen, sluit u de telefoon of drukt u op [ ]. Menufuncties Alle menuopties op een rij Telefoonlijst U kunt telefoonnummers opslaan op uw SIM-kaart en in het geheugen van de telefoon. Fysiek zijn de SIMkaart en het geheugen van de telefoon gescheiden, maar ze worden tezamen aangeduid als de telefoonlijst. Via het menu Telefoonlijst kunt u de contactpersonen en nummers in uw telefoonlijst beheren. Om naar dit menu te gaan, drukt u in de standbystand op <T.Lijst>. Naam zoeken (Telefoonlijst 1.1) Via dit menu kunt u telefoonnummers in de telefoonlijst opzoeken. Contactpersoon zoeken 1. Toets de eerste letters van de naam die u zoekt in. 2. Selecteer in de lijst de naam die u zoekt. 25 Menufuncties 3. Als u een nummer opzoekt dat in het geheugen van de telefoon is opgeslagen, bladert u naar het gewenste nummer. 4. Druk op [ ] om het nummer te bellen of op <Opties> of <Wijzig> om de gegevens te wijzigen. Telefoonlijstopties Terwijl u een nummer bekijkt, kunt u op <Opties> drukken en de volgende functies gebruiken: • Nummer wijzigen: het nummer aanpassen. • Naam wijzigen: naam van het contact wijzigen. • Berichten verzenden: een SMS-bericht naar dit contact sturen. • Kopiëren: het nummer kopiëren naar het geheugen van de telefoon c.q. de SIM-kaart. • Contactpersoon wissen: het nummer verwijderen. Nummer toevoegen (Telefoonlijst 1.2) Via dit menu kunt u een nieuw contact toevoegen. Een nummer opslaan in het geheugen van de telefoon 1. Toets het nummer in en druk op <Opslaan>. 26 2. 3. 4. 5. Kies Telefoon. Kies een type nummer. Geef een naam in en druk op <OK>. Druk op [Rechts] en verander de instellingen of geef informatie in over het contact. • Mobiel/Privé/Kantoor/Fax/Overig: voeg een nummer toe in een van deze categorieën. • E-mail: vul hier evt. een e-mailadres in. • Notitie: evt. opmerkingen over dit contact. • Groep: het nummer aan een belgroep toewijzen. • Afbeelding: een afbeelding aan het nummer koppelen. De afbeelding wordt getoond als u van dit nummer een oproep ontvangt. • Melodie: beltoon voor deze contactpersoon. Een nummer opslaan op de SIM-kaart 1. Toets een nummer in en druk op <Opslaan>. 2. Kies SIM. 3. Geef een naam in en druk op <OK>. 4. Wijzig evt. het locatienummer en druk op <OK>. Snelkeuzelijst (Telefoonlijst 1.3) Met dit menu kunt u snelkeuzenummers (2 - 9) toewijzen aan de acht nummers die u het meest belt. Snelkiesnummers bellen Houd de betreffende cijfertoets in de standby-stand ingedrukt. Alles naar telefoon kopiëren (Telefoonlijst 1.4) Beheer snelkeuzelijst Nadat u snelkiesnummers hebt ingesteld, kunt u ze selecteren en de volgende opties uitvoeren: • Nummer wijzigen: een ander nummer toewijzen aan een al toegewezen cijfertoets. • Naam wijzigen: een naam aan het snelkiesnummer toewijzen of deze wijzigen. • Wissen: alle snelkeuzeinstellingen verwijderen. Gebruik dit menu om alle contacten op de SIM-kaart en/of in het telefoongeheugen te wissen. 1. Selecteer door op <Kies> te drukken het geheugen waaruit u de contacten wilt verwijderen. 2. Druk op <OK>. 3. Druk op <Ja> om het verwijderen te bevestigen. 4. Toets het telefoonwachtwoord in en druk op <OK>. Menufuncties Snelkiesnummers toewijzen 1. Kies een toets uit de nummers 2 t/m 9. Nummer 1 is toegewezen aan uw voice mail server. 2. Kies Nummer wijzigen. 3. Geef een telefoonnummer in, of druk op <T.Lijst> en kies een contact. 4. Druk op <OK>. Via dit menu kunt u alle contacten van de SIM-kaart naar het geheugen van de telefoon kopiëren. De nummers worden standaard onder Mobiel opgeslagen. Telefoonlijst Alles wissen (Telefoonlijst 1.5) Het wachtwoord is standaard 00000000. U kunt dit wijzigen.pag. 58 27 Menufuncties Eigen nummer (Telefoonlijst 2.1) Nummers diensten (Telefoonlijst 3.1) Via dit menu kunt u uw eigen telefoonnummer(s) opzoeken en hieraan een naam geven. Wijzigingen die u hier aanbrengt hebben geen invloed op het eigenlijke telefoonnummer van uw SIM-kaart. Dit menu is beschikbaar als uw SIM-kaart Service Dialling Numbers (SDN) ondersteunt. Gebruik dit menu voor weergave van de lijst met SDN-nummers (toegewezen door uw provider), zoals alarmnummers, informatienummers en voice mail nummers. Blader naar het nummer dat u wilt bellen en druk op <Kies nr> of [ ]. Groep instellen (Telefoonlijst 2.2) Met dit menu kunt u belgroepen instellen en wijzigen. • Melodie: wanneer u door iemand die tot die groep behoort wordt gebeld, kunt u dat horen aan de melodie. • Naam wijzigen: hier kunt u de naam van de groep wijzigen. • Afbeelding tonen: hier kunt u de afbeelding kiezen die wordt getoond wanneer u wordt gebeld door iemand die tot de groep behoort. Geheugenstatus (Telefoonlijst 2.3) Via dit menu kunt u nagaan hoeveel nummers u op de SIM-kaart en in het geheugen van de telefoon heeft opgeslagen en hoeveel geheugenplaatsen er nog beschikbaar zijn. 28 SIM-AT (Menu 1) Dit menu is beschikbaar als u gebruik maakt van een SIM-AT-kaart die diverse diensten aanbiedt, zoals het laatste nieuws, weerbericht, sportuitslagen, ontspanning en lokale diensten. Welke diensten u kunt gebruiken is afhankelijk van uw provider. Raadpleeg voor meer informatie de instructies bij uw SIM-kaart of neem contact op met uw provider. Oproepenlijsten (Menu 2) Gemiste oproepen (Menu 2.1) Ontvangen oproepen (Menu 2.2) In dit menu ziet u de nummers van de laatste inkomende oproepen. Via dit menu kunt u alle oproepen van een bepaalde soort verwijderen. 1. Selecteer door op <Kies> te drukken welk(e) soort(en) oproepen u wilt verwijderen. 2. Druk op <OK>. 3. Druk op <Ja> om de verwijdering te bevestigen. Gespreksduur (Menu 2.5) Via dit menu kunt u de gespreksduur van uitgaande en ontvangen oproepen nagaan. De getoonde tijd kan afwijken van de tijd die uw provider u in rekening brengt. • Duur laatste gesprek: toont de duur van uw laatste gesprek. • Totaal uitgaand: toont de totale duur van alle uitgaande oproepen. • Totaal ontvangen: toont de totale duur van alle ontvangen oproepen. Oproepenlijsten (Menu 2) In dit menu ziet u de nummers van de laatste oproepen die u niet beantwoordde. Terwijl u een gemiste oproep bekijkt kunt u nadat u op <Opties> hebt gedrukt de volgende opties kiezen: • Wissen: verwijdert de gemiste oproep. • Alles wissen: verwijdert alles in deze lijst. • Plakken: plakt het nummer in het belscherm. Alles wissen (Menu 2.4) Menufuncties Dit menu toont een overzicht van de uitgaande, ontvangen en gemiste oproepen, de duur en de kosten van de oproepen. U opent dit menu door in de standby-stand op <Menu> te drukken en Oproepenlijsten te kiezen. Uitgaande oproepen (Menu 2.3) In dit menu ziet u de laatste nummers die u gebeld hebt. 29 Menufuncties • Tijdtellers op nul zetten: zet de tellers op nul. Hiervoor hebt u het telefoonwachtwoord nodig. Het wachtwoord is standaard 00000000. U kunt dit wijzigen.pag. 58 Gesprekskosten (Menu 2.6) Deze netwerkfunctie geeft de kosten van de gemaakte oproepen weer. Dit menu is alleen beschikbaar als uw SIM-kaart deze functie ondersteunt. NB: deze optie is niet bedoeld voor factureerdoeleinden. • Kosten laatste gesprek: laat de kosten van uw laatste oproep zien. • Totale kosten: laat de totale kosten van al uw oproepen zien. Als dit totaal meer is dan het maximum ingesteld bij Maximumkosten instellen moet u de teller op nul zetten voor u weer kunt bellen. • Maximumkosten: laat de kostenlimiet zien die u kunt instellen bij Maximumkosten instellen. • Kostentellers op nul zetten: zet de kostentellers op nul. Om dit te kunnen doen moet u uw PIN2code ingeven. 30 • • Maximumkosten instellen: hier kunt u de maximumkosten voor uw oproepen instellen. Om dit te veranderen moet u uw PIN2-code ingeven. Tarief: hier stelt u de prijs per eenheid in die moet worden gebruikt voor het berekenen van de gesprekskosten. U moet eerst uw PIN2-code ingeven. Netwerk-diensten (Menu 3) Dit menu geeft toegang tot een aantal netwerkdiensten. Neem eventueel contact op met uw provider voor de beschikbaarheid en een abonnement op deze diensten. Om naar dit menu te gaan drukt u in de standby-stand op <Menu> en kiest u Netwerkdiensten. Oproepen doorschakelen (Menu 3.1) Deze netwerkdienst schakelt inkomende oproepen door naar een door u opgegeven nummer. 1. Kies een doorschakeloptie: • Altijd doorschakelen: alle oproepen doorschakelen. • In gesprek: alleen doorschakelen als u in gesprek bent. • 3. 5. Oproepen blokkeren (Menu 3.2) Met deze netwerkdienst kunt u uw oproepen beperken. 1. Selecteer een blokkeeroptie: • Alle uitgaande: u kunt geen uitgaande gesprekken voeren. • Internationaal: u kunt niet naar het buitenland bellen. Internationaal behalve thuisland: in het buitenland kunt u alleen naar dat land bellen en naar het land van uw eigen provider. • Alle inkomende: u kunt geen gesprekken ontvangen. • Inkomend in buitenland: buiten het servicegebied van uw eigen provider kunt u geen gesprekken ontvangen. • Alles annuleren: alle blokkeerinstellingen worden opgeheven; u kunt gewoon bellen en gebeld worden. • Wachtwoord voor blokkeren wijzigen: hier kunt u het wachtwoord wijzigen dat u van uw provider heeft ontvangen. 2. Selecteer het type oproepen dat u wilt blokkeren. 3. Druk op <Aan>. Om de blokkeeroptie uit te schakelen, drukt u op <Uit>. 4. Geef het blokkeerwachtwoord in dat u van uw provider heeft ontvangen en druk op <OK>. Netwerk-diensten (Menu 3) 4. • Menufuncties 2. Geen antwoord: gesprekken worden doorgeschakeld als u de telefoon niet opneemt. • Onbereikbaar: gesprekken worden doorgeschakeld als uw telefoon buiten het bereik van het netwerk is of als deze uit staat. • Alles annuleren: niets doorschakelen. Kies het type oproep dat doorgeschakeld moet worden. Om het doorschakelen te activeren, kiest u Aan. Kies anders Verwijder. Kies het nummer waar de oproepen naar doorgeschakeld moeten worden en druk op <OK>. Als u voor Geen antwoord gekozen hebt, kies dan de tijdsduur waarna oproepen doorgeschakeld moeten worden en druk op <Kies>. 31 Menufuncties Wisselgesprek (Menu 3.3) Nummerweergave (Menu 3.5) Met deze netwerkdienst wordt u gewaarschuwd wanneer iemand u probeert te bereiken terwijl u in gesprek bent. 1. Selecteer het type oproep waarvoor u de functie wisselgesprek wilt instellen. 2. Druk op <Aan>. Om de functie uit te schakelen, drukt u op <Uit>. U kunt verhinderen dat uw telefoonnummer in het display verschijnt van de persoon die u belt. Bij sommige providers kunt u deze instelling niet wijzigen. • Standaard: de telefoon gebruikt de standaardinstelling van de provider. • Nummer verbergen: uw nummer verschijnt niet op een andere telefoon. • Nummer weergeven: uw nummer verschijnt wel op een andere telefoon. Netwerk kiezen (Menu 3.4) Via het menu Netwerk kiezen kunt u instellen of u automatisch of handmatig een netwerk wilt kiezen wanneer u zich buiten het dekkingsgebied van uw provider bevindt. U kunt alleen netwerken kiezen waarmee uw provider een roamingovereenkomst heeft afgesloten. • Automatisch: u wordt verbonden met het eerste beschikbare roamingnetwerk. • Handmatig: selecteer het gewenste netwerk. 32 Band kiezen (Menu 3.6) Om met uw telefoon te kunnen bellen en gebeld te kunnen worden, moet deze bij een netwerk zijn aangemeld. Uw telefoon is geschikt voor de volgende types netwerken: GSM 1900 en GSM 900/1800 gecombineerd. Het land waar u de telefoon heeft aangeschaft bepaalt welke band standaard wordt gebruikt. Als u naar het buitenland gaat, moet u misschien van band wijzigen. Als u een andere band selecteert, zoekt uw telefoon automatisch naar de beschikbare netwerken. De telefoon wordt aangemeld bij het voorkeursnetwerk binnen de betreffende band. Actieve lijn (Menu 3.7) Sommige SIM-kaarten kunt u voor twee abonneenummers gebruiken. Via dit menu kunt u kiezen welke lijn u voor uw uitgaande oproepen gebruikt. Geluidopties (Menu 4) Inkomende oproepen (Menu 4.1) Hier stelt u het belgeluid voor binnenkomende oproepen in. • Standaard melodieën: selecteer een van de standaard melodieën. • Melodieën: selecteer een van de geluiden die u van het draadloze internet of via het programma Samsung PC Studio heeft gedownload of via een MMS-bericht heeft ontvangen. • Belvolume: hier kunt u het belvolume aanpassen. Berichten (Menu 4.2) Met deze menuoptie kunt u de beltoon voor inkomende SMS- en MMS-berichten instellen. • Beltoon: selecteer een van de berichttonen. • Type belsignaal: hier kunt u instellen hoe de telefoon u waarschuwt dat er een bericht is ontvangen. • Herhaling: geef hier in hoe vaak de telefoon u moet informeren over een nieuw bericht. Geluidopties (Menu 4) Via dit menu kunt u de geluidopties aan uw wensen aanpassen. Type belsignaal: hiermee kunt u het signaal voor binnenkomende oproepen kiezen. Melodie: u hoort de gekozen melodie. Trillen: de telefoon trilt, maar gaat niet over. Eerst trillen dan melodie: de telefoon trilt eerst 3 keer en laat dan de melodie horen. Alleen lampje: alleen het lampje knippert. Menufuncties Welke lijn u ook kiest, u kunt met beide lijnen oproepen beantwoorden. • Toon bij in-/uitschakelen (Menu 4.3) Hier kunt u de melodie selecteren die u hoort wanneer u de telefoon in- of uitschakelt. 33 Menufuncties Verbindingstoon (Menu 4.4) Waarschuwing tijdens oproep (Menu 4.8) Hier kunt u aangeven of de telefoon een signaal moet geven als de telefoon verbinding heeft met het netwerk. Hier kunt u instellen hoe de telefoon u tijdens een telefoongesprek moet waarschuwen dat er een nieuw bericht is of dat de tijd van een alarm is aangebroken. Toetstoon (Menu 4.5) Berichten Hier kunt u de toon kiezen die u hoort wanneer u een toets indrukt. Vanuit de standby-stand kunt u het toetsvolume met de toetsen [ / ] aanpassen. Minutenteller (Menu 4.6) Met deze optie kunt u instellen of de telefoon tijdens een uitgaand gesprek iedere minuut een piepje moet geven om de gespreksduur aan te geven. Stille modus (Menu 4.7) 34 Via dit menu kunt u instellen hoe de telefoon, terwijl deze in de Stille modus staat, u moet waarschuwen dat er bijv. een inkomende oproep of bericht is. • Trillen: de telefoon trilt bij een inkomende oproep of bericht. • Microfoon uit: alle geluidopties worden uitgeschakeld. (Menu 5) Met het menu Berichten kunt u tekst- en multimediaberichten verzenden en ontvangen. Uw telefoon ondersteunt ook WAP serverichten, voice-mail en informatieberichten. Om dit menu te openen, drukt u in de standby-stand op <Menu> en selecteert u Berichten. SMS berichten (Menu 5.1) Met SMS (Short Message Service) berichten kunt u tekstberichten met afbeeldingen, audioclips en animaties verzenden en ontvangen. Het maximum aantal tekens dat in een SMS-bericht kan worden opgenomen, verschilt per provider. Als u meer tekens ingeeft dan is toegestaan, splitst de telefoon het bericht in twee berichten. Postvak IN (Menu 5.1.2) Via Postvak IN kunt u ontvangen SMS-berichten bekijken. Wanneer u tijdens het bekijken van een bericht op <Opties> drukt, krijgt u toegang tot de volgende opties: • Wissen: het bericht verwijderen. • Antwoordtekst: het bericht beantwoorden. • Terugbellen: de afzender terugbellen. • Adres overnemen: hiermee kunt u URL’s, e-mail adressen of telefoonnummers uit het bericht overnemen. • Verzenden: het bericht doorsturen. • Wijzigen: het bericht aanpassen. • Media ophalen: afbeeldingen of geluiden uit het bericht in uw telefoon opslaan. • Verplaatsen: het bericht van de SIM-kaart naar het telefoongeheugen verplaatsen. Menufuncties Berichten (Menu 5) Nieuw (Menu 5.1.1) Het samenstellen en verzenden van een tekstbericht, doet u als volgt: 1. Geef de tekst van uw bericht in. U kunt maximaal 160 standaard tekens of circa 70 Unicode tekens, zoals "â", ingeven. 2. Druk op <Opties> om toegang te krijgen tot de volgende opties: • Tekst: teksteigenschappen wijzigen. • Media toevoegen: een foto, animatie of melodie aan het bericht toevoegen. • Standaardberichten: een standaardbericht ophalen. • Bericht opslaan: het bericht in Postvak UIT opslaan, zodat u het later kunt versturen. 3. Druk op <Opties> en selecteer Verzenden. 4. Geef het telefoonnummer (bestemming) in. Als u het bericht naar meer bestemmingen wilt versturen, drukt u op <VoegToe> en herhaalt u deze stap. 5. Als u klaar bent, drukt u op <OK> om het bericht te versturen. 35 Menufuncties Postvak UIT (Menu 5.1.3) In dit postvak kunt u verzonden en opgeslagen SMS berichten bekijken. Als u tijdens het bekijken van een bericht op <Opties> drukt, kunt u de volgende opties gebruiken: • Wissen: het bericht verwijderen. • Adres overnemen: hiermee kunt u URL’s, e-mail adressen of telefoonnummers uit het bericht overnemen. • Verzenden: het bericht naar iemand anders doorsturen. • Wijzigen: het bericht wijzigen. • Verplaatsen: hiermee kunt u het bericht van de SIM-kaart naar het telefoongeheugen verplaatsen. Alles wissen (Menu 5.1.4) Via dit menu kunt u alle berichten in één keer uit een postvak verwijderen. 1. Druk op <Kies> om de postvakken aan te kruisen waaruit u de berichten wilt verwijderen. 2. Druk op <OK>. 3. Druk op <Ja> om het wissen te bevestigen. 36 Multimedia berichten (Menu 5.2) Multimedia- of MMS-berichten zijn berichten die een combinatie van tekst, afbeeldingen en geluiden bevatten en van telefoon naar telefoon of van telefoon naar e-mail verzonden kunnen worden. Nieuw (Menu 5.2.1) Het samenstellen en verzenden van een multimediabericht doet u als volgt: 1. Druk in de regel Onderwerp op <Voeg.>. 2. Geef het onderwerp in en druk op <OK>. 3. Ga naar de regel Áfbeelding en druk op <Voeg.>. 4. Selecteer Nieuwe maken en maak een nieuwe foto of selecteer een categorie met afbeeldingen en selecteer de gewenste afbeelding. 5. Ga naar regel Melodie en druk op <Voeg.>. 6. Selecteer Nieuwe opnemen en neem een nieuw geluid op of selecteer een categorie met geluiden en selecteer een geluidsclip. 7. Ga naar regel Bericht en druk op <Voeg.>. 8. Geef de tekst van het bericht in. 9. Druk op <Opt.> en selecteer Uitgevoerd. Postvak IN (Menu 5.2.2) Dit postvak bevat de MMS-berichten die u heeft ontvangen. De berichtstatus wordt weergegeven door middel van de volgende pictogrammen: • gelezen • niet gelezen • opgehaald bij de server • melding die u nog niet heeft gelezen • melding die u heeft gelezen Tijdens het bekijken van een bericht kunt u op <Opt.> drukken voor de volgende berichtopties: • Wissen: het bericht verwijderen. • Herhalen: het bericht opnieuw weergeven. • Antwoorden: antwoord naar de afzender sturen. • Doorsturen: het bericht doorsturen. • Terugbellen: de afzender terugbellen. • Media overnemen: media-items uit het bericht overnemen. • Adres overnemen: URL’s, e-mailadressen of telefoonnummers uit het bericht overnemen. • Eigenschappen: de eigenschappen van het bericht tonen. Menufuncties Berichten (Menu 5) 10. Druk op <Opt.> voor de volgende opties: • Voorbeeld: het bericht controleren. • Pagina toevoegen: een nieuwe pagina toevoegen. • Paginatiming: de weergaveduur van de huidige pagina instellen. • Tekstopmaak: de teksteigenschappen wijzigen. • Onderwerp/Afbeelding/Geluid/Bericht wissen: de bijlage verwijderen. • Pagina wissen: de huidige pagina wissen. • Bericht opslaan: hiermee kunt u het bericht opslaan in Concepten of Map. 11. Als u klaar bent met uw bericht, drukt u op <Opt.> en selecteert u Verzenden. 12. Kies een lege locatie. 13. Selecteer Tel.nummer, E-mail adres of Telefoonlijst. 14. Geef de bestemming in of selecteer een nummer in de telefoonlijst. Wilt u het bericht naar meer bestemmingen verzenden, herhaal dan vanaf stap 12. 15. Als u klaar bent, drukt u op <Verzend>. 37 Menufuncties • Verplaatsen naar Map: het bericht naar de Map verplaatsen. Als u een berichtmelding selecteert, kunt u door middel van Ophalen het bericht bij de MMS server ophalen. Postvak UIT (Menu 5.2.3) In dit postvak worden de MMS-berichten opgeslagen die u heeft verzonden. De berichtstatus wordt weergegeven door middel van de volgende pictogrammen: • wordt op dit moment verzonden • verzonden • verzending niet gelukt • geopend door de ontvanger Wanneer u tijdens het bekijken van een bericht op <Opt.> drukt, kunt u de volgende opties gebruiken: • Wissen: het bericht verwijderen. • Herhalen: het bericht opnieuw weergeven. • Verzenden: het bericht (opnieuw) verzenden. • Eigenschappen: berichteigenschappen tonen. • Verplaatsen naar Map: het bericht naar de Map verplaatsen. 38 Concepten (Menu 5.2.4) Nadat u een multimediabericht heeft samengesteld, kunt u dit eventueel in dit postvak opslaan en later verzenden. In dit postvak worden ook berichten opgeslagen die tijdens het samenstellen onderbroken werden. Terwijl u een bericht bekijkt kunt u, door op <Opt.> te drukken, de volgende opties gebruiken: • Verzenden: het bericht verzenden. • Herhalen: het bericht opnieuw weergeven. • Wissen: het bericht verwijderen. • Eigenschappen: berichteigenschappen tonen. Map (Menu 5.2.5) Dit menu bevat de berichten die u uit Postvak IN of UIT naar deze map heeft verplaatst of hierin heeft opgeslagen. Terwijl u een bericht bekijkt kunt u, door op <Opt.> te drukken, de volgende opties gebruiken: • Wissen: het bericht verwijderen. • Herhalen: het bericht opnieuw weergeven. • Verzenden: het bericht verzenden. • Media overnemen: media-items uit het bericht overnemen. • • Adres overnemen: URL’s, e-mailadressen of telefoonnummers uit het bericht overnemen. Eigenschappen: de berichteigenschappen tonen. Standaardberichten (Menu 5.4) In dit menu kunt u standaardberichten opslaan. Deze kunt u gebruiken bij de samenstelling van een nieuw bericht. Voice mail (Menu 5.5) Via dit menu slaat u het nummer op van de voice mail server en heeft u toegang tot uw voice mailberichten. • • Berichten (Menu 5) Voordat u van de voice mail gebruik kunt maken, moet u het voice server nummer ingeven. U ontvangt dit nummer van uw provider. Serverberichten (Menu 5.3) Dit menu geeft toegang tot de berichten die u van de WAP server heeft ontvangen. • Postvak IN: toont de ontvangen serverberichten. • Instelling: hier kunt u instellen of u al dan niet serverberichten wilt ontvangen. Altijd: de telefoon ontvangt alle serverichten. Nooit: de telefoon weigert serverberichten. Facultatief: de telefoon ontvangt alleen serverberichten van het bij deze optie ingestelde servicecenter. Alles wissen: alle serverberichten wissen. Menufuncties Alles wissen (Menu 5.2.6) Via dit menu kunt u alle berichten uit een bepaald postvak verwijderen. 1. Druk op <Kies> om de postvakken aan te kruisen waaruit u de berichten wilt verwijderen. 2. Druk op <OK>. 3. Druk op <Ja> om het wissen te bevestigen. • Verbinden met voice mail: maakt verbinding met de voice server, zodat u uw berichten kunt afluisteren. U krijgt ook verbinding met de voice mail server wanneer u vanuit de standby-stand toets [1] ingedrukt houdt. Voice server nummer: hier kunt u het nummer of de naam van de voice mail server instellen of wijzigen. 39 Menufuncties 40 Infoberichten (Menu 5.6) Instellingen (Menu 5.7) Dit is een netwerkservice voor het ontvangen van berichten over verschillende onderwerpen, zoals weer en verkeer. Via dit menu kunt u infoberichten lezen en de instellingen wijzigen: • Lezen: ontvangen berichten openen. In het postvak Huidige berichten worden berichten bewaard totdat de telefoon wordt uitgeschakeld. In het postvak Opgeslagen berichten worden berichten permanent opgeslagen. Druk op <Opties> en wanneer een melding verschijnt, selecteert u Opslaan. Het bericht wordt opgeslagen in postvak Opgeslagen berichten. • Ontvangen: hier kunt u de ontvangst van informatieberichten in- en uitschakelen. • Kanaal: hier kunt u aangeven van welke kanalen u informatieberichten wilt ontvangen. • Taal: hier selecteert u de taal waarin de informatieberichten moeten worden weergegeven. Neem voor meer informatie contact op met uw provider. Via dit menu kunt u de instellingen voor het verzenden en ontvangen van berichten wijzigen. SMS berichten (Menu 5.7.1) Hier kunt u de SMS instellingen wijzigen. De te wijzigen opties kunnen per provider verschillen. • • • • • SMS centrale: voor het opslaan of wijzigen van het nummer van uw berichtcentrale. Geldigheidsperiode: hier kunt u instellen hoe lang de berichtcentrale de berichten moet bewaren terwijl het netwerk probeert om deze af te leveren. Soort bericht: standaard berichtsoort. Antwoordverzoek: toestaan dat de ontvanger u via uw berichtcentrale een antwoord stuurt. Ontvangstbevestiging: als u deze optie aanzet, ontvangt u van het netwerk informatie wanneer het bericht is afgeleverd. • Berichten (Menu 5) Multimedia berichten (Menu 5.7.2) Via dit menu kunt u de MMS instellingen wijzigen. Instellingen voor verzenden • Prioriteit: prioriteitsniveau van uw berichten. • Geldigheidsperiode: hier geeft u aan hoe lang de berichtcentrale uw berichten moet bewaren. • Afleveren na: geef hier in met welke vertraging de berichten verzonden moeten worden. • Adres verbergen: uw telefoonnummer wordt niet weergegeven op de telefoon van de ontvanger. • Ontvangstbevestiging: het netwerk stuurt bericht wanneer het bericht is afgeleverd. • Leesbevestiging: een antwoordverzoek naar de ontvanger sturen. Instellingen voor ontvangen • Berichtontvangst: hier kunt u de wijze waarop nieuwe berichten worden opgehaald instellen. Handmatig: de telefoon geeft een melding weer. Met de optie Ophalen kunt u nieuwe berichten handmatig ophalen. Automatisch: nieuwe berichten worden automatisch bij de server opgehaald. Weigeren: de telefoon weigert alle berichten. • Anoniem weigeren: berichten van anonieme afzenders worden geweigerd. • Reclame weigeren: reclame wordt geweigerd. • Bevestiging toestaan: het netwerk stuurt een ontvangstbevestiging naar de afzender. MMS profielen Hier kunt u de netwerkinstellingen voor MMS instellen. Het laatst gebruikte profiel wordt automatisch gebruikt bij het verzenden en ontvangen van berichten. Menufuncties Ondersteunde tekenset: hier kunt u de tekenset selecteren die standaard gebruikt moet worden. Als u Automatisch selecteert, schakelt de telefoon over van het GSM-alfabet naar Unicode zodra u een Unicode teken ingeeft. Het beschikbare aantal tekens wordt bij Unicode gehalveerd. Wijzig nooit MMS instellingen op uw telefoon zonder overleg met uw provider. 41 Menufuncties • • Huidige server: hier kunt u een profiel kiezen. Instellingen server: hier kunt u voor ieder profiel de volgende opties wijzigen: Profielnaam: naam van het MMS profiel. URL server: het adres van uw MMS server. GPRS instelling: hier kunt u de instellingen voor verbinding met het GPRS netwerk wijzigen. - Gateway: geef het IP-adres en poortnummer in. - APN: geef de APN (Access Point Name/naam toegangspunt) in die voor het adres van het GPRS netwerk wordt gebruikt. - Gebruikersnaam: geef de gebruikersnaam in. - Wachtwoord: geef het wachtwoord voor de server in. Geheugenstatus (Menu 5.8) Via dit menu kunt u nagaan hoeveel berichten u kunt opslaan en het aantal berichten dat op de SIM-kaart en in het telefoongeheugen is opgeslagen. 42 Funbox (Menu 6) Het Funbox menu geeft toegang tot de WAP browser, Javaspelletjes en afbeeldingen en geluiden die in het geheugen van de telefoon zijn opgeslagen. U opent dit menu door vanuit de standby-stand op <Menu> te drukken en Funbox te selecteren. WAP (Menu 6.1) De WAP (Wireless Application Protocol) browser van uw telefoon geeft toegang tot het draadloze web en daarmee tot het laatste nieuws en een grote variëteit aan media-inhoud, zoals achtergronden en beltonen. Startpagina (Menu 6.1.1) Via dit menu kunt u uw telefoon met het netwerk verbinden en de startpagina van de WAP-provider laden. U kunt ook vanuit de standby-stand op [ ] drukken. Navigeren met de WAP browser Dan drukt u op... door de menu-items bladeren [Omhoog] of [Omlaag]. een browser-item selecteren < een pagina terug [C]. terug naar de startpagina [*] en selecteert u Startpagina. >. Funbox (Menu 6) Browser menuopties kiezen en gebruiken 1. Druk op <Menu> en Menu Browser. Of selecteer [ ] bovenin het scherm. 2. Kies een van de volgende browseropties: • Terug: terug naar de vorige pagina. • Startpagina: terug naar de startpagina • Afsluiten: de browser afsluiten. • Vernieuwen: de geopende pagina opnieuw ophalen. • Adres tonen: toont het URL-adres van de huidige pagina. U kunt deze pagina ook als startpagina voor uw WAP browser instellen. • Info: versie-informatie WAP browser tonen. Menufuncties U wilt... WAP pagina-opties gebruiken Druk terwijl u op een WAP pagina bent op [ ] om gebruik te maken van de volgende opties: • Ga naar adres: hier kunt u handmatig een URLadres ingeven. • Favorieten: hiermee gaat u naar het menu Favorieten.Menu 6.1.2 • Berichten: Postvak IN of Postvak UIT van het menu SMS berichten openen.pag. 45 U kunt ook een nieuw SMS bericht schrijven en versturen.pag. 34 • Mediabox: menu Mediabox openen.pag. 45 Favorieten (Menu 6.1.2) Met dit menu kunt u URL-adressen opslaan en direct de website openen. Favoriet toevoegen 1. Selecteer een lege locatie. 2. Geef een URL-adres in en druk op <OK>. 3. Geef een naam aan de favoriet en druk op <OK>. 43 Menufuncties Favoriet-opties gebruiken Nadat u een favoriet heeft opgeslagen kunt u deze selecteren en de volgende opties gebruiken: • Start: website openen. • Wijzigen: adres en naam van de favoriet wijzigen. • Wissen: favoriet wissen. Ga naar adres (Menu 6.1.3) Via dit menu kunt u handmatig een URL-adres van een website ingeven en deze openen. Buffer leegmaken (Menu 6.1.4) Met deze menuoptie kunt u het cachegeheugen - het tijdelijke geheugen waarin recentelijk bezochte webpagina’s worden opgeslagen - legen. 44 Proxy instelling (Menu 6.1.5) Met dit menu kunt u de servers voor de WAP browser instellen. Neem voor meer informatie over de diverse instellingen contact op met uw provider. Voor iedere server kunt u de volgende opties wijzigen: • Naam proxy: hier kunt u een naam aan het serverprofiel geven. • GSM instelling: hier kunt u de volgende GSMnetwerkinstellingen aanpassen: Gateway: het IP-adres en poortnummer. Type data-oproep: selecteer het gewenste type data-oproep. Inbelnummer: telefoonnummer PPP server. Gebruikersnaam: uw gebruikersnaam. Wachtwoord: het wachtwoord voor de server. • GPRS instelling: hier kunt u de volgende GPRSnetwerkinstellingen aanpassen: Gateway: het IP-adres en poortnummer. APN: geef hier de naam van het toegangspunt van de GPRS netwerk gateway in. Gebruikersnaam: geef uw gebruikersnaam in. Wachtwoord: geef het wachtwoord voor de server in. • • Huidige proxy (Menu 6.1.6) Met dit menu kunt u selecteren welke proxy server u wilt gebruiken. Mediabox (Menu 6.2) Foto’s (Menu 6.2.1) Dit menu geeft toegang tot de foto’s die u met de camera van uw telefoon genomen heeft.pag. 55 Afbeeldingen (Menu 6.2.2) Dit menu bevat de afbeeldingen die u van het draadloze internet heeft gedownload of via berichten heeft ontvangen. Terwijl u een afbeelding bekijkt, kunt u op <Opties> drukken en de volgende opties gebruiken: • Verzenden: de afbeelding via MMS verzenden. • Hernoemen: de naam van de afbeelding wijzigen. Wissen: de afbeelding wissen. Instellen als achtergrond: de afbeelding als achtergrond voor het standby-scherm instellen. Eigenschappen: de eigenschappen van de afbeelding bekijken. Melodieën (Menu 6.2.3) Dit menu bevat de geluiden/melodieën die u zelf heeft opgenomen, gedownload van het draadloze internet of via berichten heeft ontvangen. Terwijl u een geluid beluistert, kunt u op <Opties> drukken en de volgende opties gebruiken: • Verzenden: het geluid via MMS verzenden. • Hernoemen: de naam van het geluid wijzigen. • Wissen: het geluid wissen. • Instellen als beltoon: het geluid als beltoon voor inkomende oproepen instellen. • Eigenschappen: de eigenschappen bekijken. Funbox (Menu 6) Dit menu geeft toegang tot de media-items die u in uw telefoon heeft opgeslagen. • • • Menufuncties URL startpagina: hier kunt u het adres van de gewenste startpagina ingeven. Drager: hier selecteert u de drager die wordt gebruikt wanneer toegang tot een type netwerk wordt gezocht. 45 Menufuncties Alles wissen (Menu 6.2.4) U kunt alle gedownloade items in de mappen Foto’s, Afbeeldingen en Melodieën in één keer wissen. 1. Selecteer het mediatype. 2. Druk op <Kies> om de map(pen) aan te kruisen waarvan u de items wilt wissen. 3. Druk op <OK>. 4. Druk op <Ja> om het wissen te bevestigen. Geheugenstatus (Menu 6.2.5) U kunt nagaan hoeveel geheugen er beschikbaar is voor het opslaan van media-items en hoeveel geheugen er per type mediabox wordt gebruikt. JAVA wereld (Menu 6.3) Dit menu geeft toegang tot de Javaspelletjes en u kunt hier de netwerkinstellingen voor Javadiensten wijzigen. Downloads (Menu 6.3.1) Kies dit menu om een Javaspel te spelen. 46 Instructies 1. Blader naar het gewenste spel en druk op <Starten>. 2. Bij SnowBallFight drukt u tweemaal op een willekeurige toets om naar het startscherm te gaan en op [ ] om het spel te starten. Bij BubbleSmile kiest u START GAME. Informatie over het spel bekijken Blader naar het gewenste spel en druk op <Opties>. En selecteer Eigenschappen. Internetinstellingen (Menu 6.3.2) Via dit menu kunt u de netwerkinstellingen voor toegang tot de Javaserver aanpassen. • APN: geef hier de naam van het toegangspunt in. • Gebruikersnaam: geef hier uw gebruikersnaam in. • Wachtwoord: geef hier het wachtwoord voor de server in. • DNS instellingen: geef hier het eerste en tweede DNS-adres in. Geheugenstatus (Menu 6.3.3) Hier kunt u nagaan hoeveel geheugen op dit moment wordt gebruikt door de Javaspelletjes en hoeveel geheugen er nog beschikbaar is. (Menu 7) Nieuwe notitie (Menu 7.1) Met deze menuoptie maakt u een nieuwe notitie. U komt direct in dit menu wanneer u in de standbystand de toets [C] ingedrukt houdt. Organizer (Menu 7) Met de Organizer kunt u al uw afspraken en taken bijhouden en spraakmemo’s opnemen. Ook de datum en tijd kunt u hier wijzigen en diverse andere nuttige functies gebruiken, zoals de alarmfunctie, de calculator, omrekenen van eenheden en de stopwatch. U opent dit moment door vanuit de standby-stand op <Menu> te drukken en Organizer te selecteren. Menufuncties Organizer Een nieuwe notitie maken 1. Geef de tekst voor de notitie in en druk op <OK>. 2. Kies om wat voor soort notitie het gaat. 3. Selecteer een datum in de agenda. 4. Als u bij stap 2 Oproep gekozen heeft, geeft u het telefoonnummer in en drukt u op <OK>. 5. Geef het tijdstip in en druk op <OK>. Uw telefoon is standaard ingesteld op de 24uurs indeling. Dit kunt u wijzigen.pag. 49 6. Selecteer bij de 12-uurs indeling AM of PM. 7. Druk op <Ja> wanneer u een alarm voor de notitie wilt instellen. 8. Geef in hoe laat het alarm af moet gaan en druk op <OK>. 9. Selecteer bij de 12-uurs indeling AM of PM. 10. Selecteer de melodie die u als alarm wilt horen. De notitie wordt opgeslagen. 47 Menufuncties Opties gebruiken Nadat u de notitie heeft opgeslagen, kunt u door op <Opties> te drukken de volgende opties gebruiken: • Toevoegen: een nieuwe notitie toevoegen. • Wissen: de huidige notitie wissen. • Wijzigen: de notitie wijzigen. • Verplaatsen: de datum van de notitie wijzigen. • Kopiëren: de notitie naar een andere datum kopiëren. Kalender (Menu 7.2) Met dit menu kunt u uw agenda bijhouden. Als u dit menu opent, wordt de agenda getoond waarbij de huidige datum is geselecteerd. Deze wordt gemarkeerd weergegeven. Wanneer voor deze datum notities zijn ingegeven, wordt hiervan onderin het display melding gemaakt. Aan de volgende pictogrammen kunt u zien wat voor notitie het betreft: 48 • Agenda • Bellen • Actielijst • Verjaardag Een datum in de agenda selecteren • Druk op [Links] of [Rechts] om naar een andere datum te gaan. • Druk op [Omhoog] of [Omlaag] om naar een andere week te gaan. • Houd [Omhoog] of [Omlaag] ingedrukt om naar een andere maand te gaan. • Houd [Links] of [Rechts] ingedrukt om naar een ander jaar te gaan. Agenda-opties gebruiken Druk vanuit de agenda op <Opties> om toegang te krijgen tot de volgende opties: • Notitie toevoegen: een nieuwe notitie aan de geselecteerde datum toevoegen. • Ga naar datum: geef de gewenste datum in. • Alles tonen: alle notities weergeven. • Dag wissen: de notities wissen die voor de geselecteerde datum zijn opgeslagen. • Alles wissen: alle notities wissen. Notities samenstellen en notitie-opties Via het menu Nieuwe notitie kunt u nieuwe notities maken en de beschikbare opties gebruiken. Organizer (Menu 7) Dit menu toont de actielijst. De volgende pictogrammen geven de status van een taak aan: • Afgehandeld • Niet afgehandeld Tijdens het bekijken van een taak, kunt u op de toets <Opties> drukken en de volgende opties gebruiken: • Toevoegen: een taak aan de actielijst toevoegen. • Markeren: de status van een taak wijzigen. • Wijzigen: de omschrijving wijzigen. • Verplaatsen: de datum van de taak wijzigen. • Kopiëren: de taak naar een andere datum kopiëren. • Wissen: de taak wissen. • Alles wissen: alle taken verwijderen. Met dit menu kunt u de datum en tijd wijzigen, zoals die op uw telefoon worden weergegeven. Voordat u de datum en tijd kunt instellen, moet u via de optie Wereldtijd instellen aangeven in welke tijdzone u zich bevindt. • Tijd instellen: geef hier de huidige tijd in. • Datum instellen: geef hier de huidige datum in. • Wereldtijd instellen: stel hier in in welke tijdzone u zich bevindt. Ook kunt u hier nagaan hoe laat het in andere delen van de wereld is. Ga naar de juiste tijdzone en druk op <Inst.>. U kunt nu de volgende opties kiezen: Lokaal kiezen: de betreffende tijdzone kiezen. Zomertijd: selecteer deze optie als het in deze tijdzone op dit moment zomertijd is. • Indeling instellen: hier kunt u de indeling van de datum en de tijd wijzigen. Menufuncties Actielijst (Menu 7.3) Klok (Menu 7.4) 49 Menufuncties Alarm (Menu 7.5) Via dit menu kunt u instellen dat u op een bepaalde tijd een alarm af wilt laten gaan. Een alarm instellen 1. Selecteer het gewenste type alarm. 2. Druk op <Opties> en stel de volgende opties in: • Alarm voor dag: selecteer de dag(en) van de week waarop het alarm moet afgaan. • Alarmtijd: tijd waarop het alarm moet afgaan. • Alarmtoon: de gewenste melodie. 3. Stel de alarmopties in. Een alarm beëindigen • Als het alarm afgaat, drukt u op een willekeurige toets. • Als de wekker afgaat, drukt u op <Bevest.>. Als u wilt dat de wekker na 5 minuten nogmaals afgaat, drukt u op een willekeurige toets, behalve <Bevest>. • Om een alarm te annuleren, opent u het betreffende alarm, drukt u op <Opties> en selecteert u Alarm wissen. 50 Het alarm af laten gaan met de telefoon uit In het Alarmscherm selecteert u Automatisch aan ¤ Aan. Als de telefoon uit staat op het moment dat de alarmtijd is aangebroken, schakelt de telefoon zichzelf in en gaat het alarm af. Spraakrecorder (Menu 7.6) Via dit menu kunt u spraakmemo’s opnemen en afspelen. Opnemen (Menu 7.6.1) 1. Druk op <Kies> om de opname te starten. 2. Spreek in de microfoon het memo in. - Tijdens de opname kunt u: • selecteren om de opname te pauzeren; • selecteren om de opname te hervatten. 3. Als de opname klaar is, selecteert u . Het memo wordt opgeslagen. Alles wissen (Menu 7.6.3) Hier kunt u alle spraakmemo’s in één keer wissen. Instellingen (Menu 7.6.4) Met dit menu kunt u de opnametijd, het volume en de standaard naamgeving wijzigen. Menufuncties Geheugenstatus (Menu 7.6.5) Hier kunt u nagaan hoeveel geheugen er in totaal voor spraakmemo’s beschikbaar is en hoeveel geheugen er in gebruik is. Organizer (Menu 7) Memolijst (Menu 7.6.2) Dit menu geeft toegang tot de spraakmemo’s die u heeft opgenomen. Selecteer het spraakmemo waarnaar u wilt luisteren. Tijdens het afspelen kunt u: • selecteren om het afspelen te pauzeren; • selecteren om het afspelen te hervatten; • selecteren om vooruit te spoelen; • selecteren om terug te spoelen; • selecteren om te stoppen; • op [ / ] drukken om het volume aan te passen. Tijdens het bekijken van de memolijst kunt u door op <Opties> te drukken de volgende opties gebruiken: • Verzenden: het spraakmemo via MMS verzenden. • Hernoemen: de naam van het spraakmemo wijzigen. • Wissen: het spraakmemo wissen. • Eigenschappen: de eigenschappen van het spraakmemo bekijken. Calculator (Menu 7.7) Met deze menuoptie kunt u een aantal standaard rekenfuncties uitvoeren, zoals optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. 1. Geef een getal in. Druk op [ ] om een decimale punt in te voegen. 2. Druk op [ ] om het gewenste rekenkundige symbool te selecteren. 3. Geef het tweede getal in. 4. Druk op <Is> om de uitkomst weer te geven. 51 Menufuncties Omrekenen (Menu 7.8) Met dit menu kunt u diverse eenheden omrekenen, zoals vreemde valuta, temperatuur, inhoudsmaten, enz. 1. Selecteer welke eenheid u wilt omrekenen. 2. Geef de waarde in die u wilt omrekenen en druk op [Omlaag]. • Druk op [ ] om een decimale punt in te voegen. • Druk op [ ] om de temperatuur in boven nul (+) of onder nul (-) te wijzigen. 3. Druk op [Links] of [Rechts] om de oorspronkelijke eenheid te selecteren en druk op [Omlaag]. 4. Druk op [Links] of [Rechts] om de eenheid te selecteren waarnaar u om wilt rekenen. 5. Druk op <OK> om de uitkomst weer te geven. Timer (Menu 7.9) Met de Timer kunt u de telefoon af laten tellen. Als de ingestelde tijd om is, laat de telefoon een alarm horen. 52 De timer starten 1. Druk op <Inst.>. 2. Geef de tijdsduur in die u af wilt tellen en druk op <OK>. 3. Druk op <Start> om het aftellen te starten. De timer stoppen • Druk, wanneer de timer afgaat, op een willekeurige toets. • Druk in het Timerscherm op <Stop> om de timer te stoppen voordat deze afgaat. Stopwatch (Menu 7.10) De stopwatch gebruikt u voor het opnemen van de verstreken tijd, bijvoorbeeld bij wedstrijden. De precisie van de stopwatch is een honderdste seconde. De maximumtijd is 10 uur. 1. Druk op <OK> om de stopwatch te starten. 2. Druk op <OK> om de tussentijd op te nemen. U kunt dit in totaal vier maal doen. Camera (Menu 8) Foto maken (Menu 8.1) De camera maakt foto’s in JPEG-formaat. Wanneer u een foto maakt in direct zonlicht of andere zeer lichte omstandigheden, kan schaduwvorming optreden. Een foto maken met de telefoon open 1. Open de telefoon. 2. Houd [ ] ingedrukt. In het display ziet u hoe de foto eruit gaat zien. 5. U wilt... Dan drukt u op... de foto-opties gebruiken <Opties>.pag. 55 de foto wissen <Wissen>. Camera (Menu 8) • Neem geen foto’s van personen zonder om hun toestemming te hebben gevraagd. • Neem geen foto’s op plaatsen waar camera’s niet zijn toegestaan. • Neem geen foto’s op plaatsen waar dit een inbreuk op de privacy van anderen kan vormen. Menufuncties Met de ingebouwde cameramodule van uw telefoon kunt u foto’s maken. U opent dit menu door in de standby-stand op <Menu> te drukken en Camera te selecteren of door op [Omhoog] te drukken. 3. Richt de camera op het onderwerp dat u wilt fotograferen. • Druk op < > om de camera-opties te gebruiken.pag. 53. • Met de toetsen kunt u de camera-instellingen wijzigen of naar een andere stand gaan.pag. 54 4. Druk op [ ] om de foto te maken. De foto wordt opgeslagen in de map Foto’s. terug naar de opnamestand [C]. Camera-opties gebruiken in de opnamestand Als u in de opnamestand op < > drukt, kunt u de volgende opties gebruiken: • Stand: een van de volgende standen selecteren: Normale opname: voor een normale foto. 53 Menufuncties • • • • • • 54 Multi-opname: een serie stilstaande beelden achterelkaar vastleggen. Selecteer het aantal foto’s dat de camera moet nemen. Nachtstand: om in een omgeving met weinig licht toch een goede foto te maken. Alleen foto’s maken: de telefoon zo instellen dat deze na het maken van een foto automatisch teruggaat naar de opnamestand, zodat u direct weer een foto kunt maken. Kader: een decoratief kader toepassen. Effecten: de kleurtoon wijzigen of een speciaal effect op de foto loslaten. Rotatie: de foto verticaal omklappen of spiegelen. Timer: een vertraging instellen voordat de foto wordt genomen (zelfontspanner). Instellingen: de standaardinstellingen wijzigen. Fotoformaat: selecteer het gewenste formaat. Fotokwaliteit: selecteer de gewenste kwaliteit. Geluid sluiter: kies het geluid dat u wilt horen wanneer u op de sluiter [ ] drukt. Standaardnaam: hier kunt u de standaard naamgeving voor de foto’s wijzigen. Help: toont de functies van de toetsen die u kunt gebruiken. Functie van de toetsen in de camerastand Met de toetsen kunt u de volgende instellingen wijzigen: Toets Functie De foto verticaal omklappen. De foto spiegelen. Links Rechts Het contrast van de foto aanpassen. Omhoog In- of uitzoomen. Omlaag 1 Grootte voorbeeldscherm wijzigen. 2 Formaat foto wijzigen. 3 Fotokwaliteit wijzigen. 4 Camerastand wijzigen. 5 Kleurtoon wijzigen of een speciaal effect op de foto loslaten. 6 Vervorming reduceren t.b.v. optimale details en scherptediepte. Functie 7 Decoratief kader selecteren. 8 De timer instellen. 9 De foto’s in de map Foto’s bekijken. Foto’s (Menu 8.2) Via dit menu kunt u de gemaakte foto’s bekijken. Foto’s bekijken 1. Ga naar de gewenste foto en druk op <Tonen>. 2. Om terug te gaan naar het overzicht drukt u op <Multi>. • • • • • • • Verzenden: de foto via MMS verzenden. Hernoemen: de naam van de foto wijzigen. Wissen: de foto wissen. Verplaatsen naar album: de foto naar een ander album verplaatsen. Kiezen als: de foto als achtergrond instellen of aan een contactpersoon in de telefoonlijst koppelen. Wisbeveiliging: de foto beveiligen tegen wissen. Eigenschappen: de eigenschappen tonen. Camera (Menu 8) Een foto maken met de telefoon dicht 1. Sluit de telefoon. 2. Houd [ ] ingedrukt. Het servicelampje gaat aan. 3. Druk op [ ] om een foto te maken. De foto wordt opgeslagen in de map Foto’s. Om de foto te bekijken, opent u de telefoon. Foto-opties gebruiken Druk op <Opties> om de volgende opties te gebruiken: De beschikbare opties tijdens het bekijken van het overzicht of een afzonderlijke foto zijn verschillend. Menufuncties Toets Albums (Menu 8.3) U kunt uw foto’s in afzonderlijke foto-albums opslaan. Het bekijken van de foto’s en het gebruik van de opties is hetzelfde als bij het menu Foto’s. 55 Menufuncties Alles wissen (Menu 8.4) Telefoonopties Gebruik dit menu om alle foto’s in één keer te wissen. 1. Druk op <Kies> om de categorieën foto’s aan te kruisen die u wilt wissen. 2. Druk op <OK>. 3. Druk op <Ja> om het wissen te bevestigen. Met het menu Telefoonopties kunt u diverse instellingen van uw telefoon aan uw voorkeur aanpassen. U kunt de instellingen altijd terugzetten in de oorspronkelijke waarden. Om dit menu te openen drukt u vanuit de standbystand op <Menu> en selecteert u Telefoonopties. Instellingen (Menu 8.5) Met dit menu kunt u de standaardinstellingen voor de camera wijzigen. • Fotoformaat: kies het gewenste formaat. • Fotokwaliteit: kies de gewenste kwaliteit. • Geluid sluiter: kies het geluid dat u wilt horen wanneer u op de sluiter [ ] drukt. • Standaardnaam: hier kunt u de standaard benaming voor foto’s wijzigen. Geheugenstatus (Menu 8.6) Hier kunt u nagaan hoeveel geheugen er op dit moment voor de camera wordt gebruikt en hoeveel er nog beschikbaar is. 56 (Menu 9) Display (Menu 9.1) Met deze menuoptie kunt u de instelling van het display en de verlichting aanpassen. Achtergrond (Menu 9.1.1) U kunt de achtergrondafbeelding en tekst die in de standby-stand wordt getoond wijzigen. • Animatiefilms: selecteer een van de animaties. • Foto’s: selecteer een van de foto’s die u genomen heeft. • Afbeeldingen: selecteer een van de afbeeldingen die u van het draadloze web of via Samsung PC Studio heeft gedownload of via MMS heeft ontvangen. • Plaats van tekst: selecteer de plaats waar in de standby-stand de tekst moet staan. • Stijl van tekst: selecteer de gewenste stijl. Kleur (Menu 9.1.2) Het kleurenpatroon in de menustand kunt u wijzigen. Lampje (Menu 9.1.5) Hier kunt u instellen of u het servicelampje wilt gebruiken. Welkomtekst (Menu 9.2) Hier kunt u de welkomtekst wijzigen die bij het inschakelen van de telefoon wordt getoond. Taal (Menu 9.3) Als u 3 keer achterelkaar een onjuiste PIN/PIN2 ingeeft, wordt de SIM-kaart geblokkeerd. U kunt deze alleen deblokkeren door uw PUK/PUK2 (PIN Unblocking Key) in te geven. Deze codes ontvangt u van uw provider. PIN controle (Menu 9.4.1) De PIN-code (Persoonlijk Identificatie Nummer) van 4 tot 8 cijfers code beschermt uw SIM-kaart tegen gebruik door onbevoegden. Als deze functie is ingeschakeld, moet u nadat u de telefoon heeft aangezet altijd uw PIN-code ingeven. Telefoonopties (Menu 9) Contrast (Menu 9.1.4) U kunt het contrast van het display aanpassen aan de lichtomstandigheden. Via dit menu kunt u uw telefoon beveiligen tegen gebruik door onbevoegden. Daartoe beschikken uw telefoon en de SIM-kaart over diverse toegangscodes. Menufuncties Verlichting (Menu 9.1.3) U kunt instellen hoe lang de verlichting aan moet blijven. Beveiliging (Menu 9.4) PIN wijzigen (Menu 9.4.2) Via dit menu kunt u uw PIN-code wijzigen. Dit kan alleen als de optie PIN controle is ingeschakeld. Via dit menu kunt u de taal kiezen die u voor het display en voor de T9 invoerstand wilt gebruiken. 57 Menufuncties Telefoonblokkering (Menu 9.4.3) De optie Telefoonblokkering vergrendelt de telefoon, zodat deze niet door onbevoegden gebruikt kan worden. Als deze functie aan staat, moet u altijd het 4 tot 8 cijferige telefoonwachtwoord ingeven nadat u de telefoon heeft aangezet. Het telefoonwachtwoord is in de fabriek ingesteld op 00000000. U kunt dit wachtwoord wijzigen via de optie Wachtwoord wijzigen. Wachtwoord wijzigen (Menu 9.4.4) Via dit menu kunt u het wachtwoord voor de telefoon wijzigen. Het telefoonwachtwoord is in de fabriek ingesteld op 00000000. Privacy (Menu 9.4.5) Met deze menuoptie kunt u uw media-inhoud, zoals MMS berichten, spraakmemo’s, afbeeldingen en geluiden, beveiligen. 1. Druk op <Kies> om de te blokkeren items te selecteren. 2. Druk op <OK> om de items te blokkeren. 3. Geef het telefoonwachtwoord in en druk op <OK>. U krijgt toegang tot een geblokkeerd item door het telefoonwachtwoord in te geven. 58 SIM blokkeren (Menu 9.4.6) Met de optie SIM blokkeren kunt u ervoor zorgen dat de telefoon alleen met de huidige SIM-kaart werkt door een SIM-blokkeercode in te geven. De telefoon werkt alleen met een andere SIM-kaart nadat de SIM-blokkeercode is ingegeven. FDN-modus (Menu 9.4.7) Als uw SIM-kaart FDN (Fixed Dial Numbers) ondersteunt, kunt u uitgaande gesprekken beperken tot de nummers die in de telefoonlijst zijn opgeslagen. Voor gebruik van deze optie heeft u de PIN2-code nodig. PIN2 wijzigen (Menu 9.4.8) Als uw SIM-kaart dat ondersteunt, kunt u met deze optie uw huidige PIN2 wijzigen. Autom. herhalen (Menu 9.5) Hier kunt u instellen dat uw telefoon maximaal 10 keer probeert een nummer opnieuw te bellen wanneer een oproep niet wordt beantwoord. Elke toets antwoorden (Menu 9.9) Deze functie zorgt ervoor dat omgevingsgeluiden worden gereduceerd en de kwaliteit van de oproep wordt verhoogd, zodat de persoon die u aan de lijn heeft u goed kan verstaan, ook wanneer u zich bijvoorbeeld op een rumoerige locatie bevindt. Wanneer u deze optie inschakelt, kunt u inkomende oproepen aannemen door op een willekeurige toets te drukken, met uitzondering van de toets [ ]. Klepje actief (Menu 9.7) Hier kunt u instellen of u inkomende oproepen aan wilt kunnen nemen door het openen van de telefoon. Toets op zijkant (Menu 9.8) Met deze menuoptie kunt u de werking van de volumetoetsen bij een inkomende oproep instellen. • Weigeren: door de toetsen ingedrukt te houden weigert u de oproep. • Stilte: door de toetsen ingedrukt te houden schakelt u de beltoon uit. Menufuncties Helderheid stem (Menu 9.6) Reset instellingen (Menu 9.10) Met deze optie kunt u de telefoon terugzetten in de standaard fabrieksinstellingen. 1. Selecteer een categorie instellingen. 2. Druk op <Ja> om het resetten te bevestigen. 3. Geef het 4 tot 8 cijferige telefoonwachtwoord in en druk op <OK>. Het wachtwoord is in de fabriek ingesteld op 00000000. U kunt dit wijzigen.pag. 58 59 Problemen oplossen Voer de volgende controles uit alvorens contact op te nemen met de klantenservice. Daarmee kunt u de kosten en de tijd van een onnodig gesprek voorkomen. Wanneer u de telefoon aanzet, kunnen de volgende boodschappen verschijnen "SIM plaatsen" • Controleer of de SIM-kaart op de juiste wijze is geplaatst. "Toestel geblokkeerd Geef wachtwoord" • De automatische blokkeerfunctie is ingeschakeld. U moet het wachtwoord van de telefoon ingeven voordat u de telefoon kunt gebruiken. "Geef PIN in" • U gebruikt uw telefoon voor de eerste keer. U moet de PIN code ingeven die u bij de SIM-kaart hebt ontvangen. • De functie PIN controle is ingeschakeld. Iedere keer dat u de telefoon aanzet, moet u uw PIN code intoetsen. U kunt deze functie uitschakelen via de menukeuze PIN controle. 60 Geef PUK in • U hebt drie keer achter elkaar een onjuiste PIN code ingegeven, zodat de telefoon geblokkeerd is. Geef de PUK code in die u van uw GSM provider hebt ontvangen. Melding: "Geen netwerk", "Netwerkfout", of "Niet uitgevoerd" • De verbinding met het netwerk is verbroken. Misschien bevindt u zich op een locatie waar de ontvangst te zwak is. Ga naar een andere plaats en probeer het nog een keer. • U probeert een optie te gebruiken waarvoor u bij uw GSM provider geen abonnement hebt afgesloten. Neem contact op met uw provider voor meer informatie. U heeft een telefoonnummer ingegeven, maar er gebeurt niets • Heeft u op [ ] gedrukt? • Heeft u het juiste netwerk gekozen? • Misschien heeft u uitgaande gesprekken geblokkeerd. ] De persoon met wie u belt hoort u niet • Staat de microfoon misschien uit? • Houdt u de telefoon dicht genoeg bij uw mond? De microfoon bevindt zich aan de onderkant van de telefoon. De telefoon gaat piepen en in het display knippert de melding **Batterij bijna leeg** • Een in de telefoonlijst gekozen nummer wordt niet gebeld • Zoek de betreffende naam op in de telefoonlijst en kijk of het bijbehorende nummer klopt. • Sla het nummer zonodig opnieuw op. Problemen oplossen U bent niet bereikbaar • Staat uw telefoon aan? (Heeft u de toets [ ruim een seconde ingedrukt?) • Heef u het juiste netwerk gekozen? • Misschien heeft u inkomende oproepen geblokkeerd. Kunt u met behulp van de bovengenoemde richtlijnen het probleem niet oplossen, zorg dan voor: • Het type en serienummer van uw telefoon. • Uw garantie-informatie. • Een goede beschrijving van het probleem. Neem vervolgens contact op met uw leverancier of het Samsung service center. De batterij is bijna leeg. Laad de batterij op. Slechte ontvangst/geluidskwaliteit • Controleer in het display de signaalsterkte indicatie( ). Het aantal balkjes geeft aan of het signaal sterk ( ) of zwak ( ) is. • Houd de telefoon in een iets andere stand of ga dichter bij een raam staan als u zich in een gebouw bevindt. 61 Gezondheids- en veiligheidsinformatie SAR-informatie Dit type telefoon voldoet aan de eisen van de EU met betrekking tot de blootstelling aan radiogolven. Uw mobiele telefoon zendt en ontvangt radio-signalen. De telefoon is zodanig ontworpen en gefabriceerd dat daarbij de limieten die gelden voor de blootstelling aan radiogolven, zoals die zijn aanbevolen door de EU, niet worden overschreden. Deze limieten maken deel uit van uitgebreide richtlijnen waarin de toegestane niveaus voor radiogolven zijn vastgelegd. Deze richtlijnen zijn vastgesteld door onafhankelijke wetenschappelijke organisaties aan de hand van periodieke onderzoeken en evaluatie van wetenschappelijke onderzoeken. Bij deze limieten is sprake van een ruime veiligheidsmarge, zodat de veiligheid van iedereen, ongeacht de leeftijd of de gezondheid, gewaarborgd is. Voor de blootstellingsnorm voor mobiele telefoons wordt een meeteenheid gehanteerd die bekend staat onder de naam SAR (Specific Absorption Rate). De door de EU aanbevolen SAR limiet is vastgesteld op 2,0 W/kg.* 62 De hoogste SAR-waarde die voor dit type telefoon gemeten is, bedroeg 0,795 W/kg. De SAR tests worden uitgevoerd in voorgeschreven situaties waarbij de telefoon met het maximaal toegestane vermogen wordt gebruikt op alle geteste bandbreedtes. Hoewel de SAR is vastgesteld op basis van het maximaal toegestane vermogen, kan het werkelijke SAR niveau tijdens gebruik in ruime mate onder de maximumwaarde liggen. Dit komt omdat bij het ontwerp van de telefoon rekening is gehouden met meerdere vermogenniveaus, terwijl alleen het vermogen dat nodig is om het netwerk te bereiken wordt gebruikt. In het algemeen geldt dat hoe dichter u bij een basisstation van het netwerk bent, hoe lager het vermogen is. Voordat een nieuw type telefoon verkocht mag worden, moet aangetoond worden dat deze voldoet aan de Europese R&TTE Richtlijnen. Een van de belangrijkste eisen hiervan heeft betrekking op de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van de gebruiker en andere personen. * De SAR limiet voor normale mobiele telefoons is gemiddeld 2,0 W/Kg per 10 gram lichaamsweefsel. Bij deze limiet is, i.v.m. eventuele afwijkingen in de metingen, rekening gehouden met een ruime veiligheidsmarge, die de gebruikers extra veiligheid biedt. De SAR waarden kunnen variëren, afhanklelijk van landelijke eisen en de bandbreedte. Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van batterijen • • • • • • • • Extreem hoge en lage temperaturen hebben invloed op de capaciteit van uw batterij. Het kan nodig zijn de batterij eerst te laten afkoelen of op te warmen voor u met opladen begint. Leg de batterij nooit in een zeer warme of koude ruimte, bijvoorbeeld in de auto als het erg warm of koud is. Daardoor gaan de capaciteit en de levensduur achteruit. Probeer de batterij zoveel mogelijk op kamertemperatuur te houden. Het kan zijn dat uw telefoon met een zeer warme of koude batterij tijdelijk niet werkt, zelfs als de batterij volledig is opgeladen. Li-ion batterijen werken met name niet goed bij temperaturen onder de 0 °C. Maak geen kortsluiting tussen de contacten van de batterij. Er kan kortsluiting ontstaan wanneer een metalen voorwerp (bijv. een paperclip, de clip van een pen of een sleutel) direct contact maakt tussen de + en – polen van de batterij (metalen strips aan de achterzijde van de batterij). Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een reservebatterij in uw zak of tas bewaart. Kortsluiting tussen de contacten kan de batterij (maar ook het voorwerp dat de kortsluiting veroorzaakt) beschadigen of vernielen. Lever oude batterijen in bij een innamepunt voor gebruikte batterijen. Laat ze altijd recyclen en gooi ze nooit bij het normale afval, laat staan in het vuur. 63 Gezondheids- en veiligheidsinformatie • Gebruik nooit batterijen of batterijladers die beschadigd zijn. Gebruik batterijen niet voor andere doeleinden dan waarvoor ze bedoeld zijn. Wanneer u de telefoon dicht bij een basisstation van het netwerk gebruikt, gebruikt hij minder stroom. De spreek- en standbytijden zijn sterk afhankelijk van de signaalsterkte en instellingen van het netwerk. De oplaadtijd van de batterij is afhankelijk van de resterende batterijlading en het gebruikte type batterij en oplader. De batterij kan honderden keren worden ontladen en opgeladen, maar na verloop van tijd gaat de kwaliteit van de batterij achteruit. Wordt de gebruikstijd aanmerkelijk korter, dan is het tijd om een nieuwe batterij te kopen. Een batterij die niet wordt gebruikt, ontlaadt zichzelf na verloop van tijd. Gebruik alleen batterijen en opladers die Samsung heeft goedgekeurd. Gebruikt u de batterijlader niet, haal dan de stekker uit het stopcontact. Laat een batterij niet langer dan een week in de oplader zitten. Dit verkort de levensduur van de batterij. • Gezondheids- en veiligheidsinformatie Verkeersveiligheid Elektronische apparatuur Uw mobiele telefoon biedt u de mogelijkheid bijna altijd en overal mondeling te communiceren. Deze mogelijkheid die de mobiele telefoon biedt gaat echter gepaard met een belangrijke verantwoordelijkheid, die iedere gebruiker serieus moet nemen. Als u de telefoon gebruikt terwijl u een voertuig bestuurt, dient u zich aan de regels te houden die daarvoor binnen het betreffende land gelden. De meeste moderne elektronische apparaten zijn afgeschermd tegen radiogolven. Het kan echter voorkomen dat bepaalde elektronische apparatuur niet afgeschermd is tegen signalen die uw mobiele telefoon uitzendt. Neem in dat geval contact op met de fabrikant voor een alternatieve oplossing. Gebruiksomgeving Om interferentie met de pacemaker te voorkomen, adviseren fabrikanten van pacemakers tussen de telefoon en de pacemaker een afstand van minimaal 15 cm aan te houden. Deze aanbeveling stemt overeen met onafhankelijk onderzoek door en aanbevelingen van Wireless Technology Research. Heeft u het idee dat er toch sprake is van interferentie, zet uw telefoon dan onmiddellijk uit. Houd u altijd aan de voorschriften voor mobiele telefoons op plaatsen waar deze gelden. Zet uw telefoon altijd uit op plaatsen waar het gebruik van mobiele telefoons verboden is, of als dit storingen in apparatuur kan veroorzaken of gevaar kan opleveren (zoals in een ziekenhuis). Wilt u de telefoon op een ander apparaat aansluiten, kijk dan eerst in de gebruiksaanwijzing hoe het met de veiligheidsvoorschriften zit. Sluit geen incompatibele producten op elkaar aan. Net als voor andere mobiele apparatuur die radiosignalen uitzendt, geldt dat u deze telefoon voor een juiste werking en uw persoonlijke veiligheid alleen in de normale stand mag gebruiken (tegen uw oor, waarbij de antenne over uw schouder wijst). 64 Pacemakers Gehoorapparaten Bij sommige draadloze digitale telefoons is sprake van interferentie met bepaalde gehoorapparaten. Neem in dat geval contact op met de fabrikant van uw gehoorapparaat voor een andere oplossing. Omgeving waar explosiegevaar is Gebruikt u een ander medisch apparaat of hulpmiddel, neem dan contact op met de fabrikant van dat apparaat om na te gaan of het afdoende beschermd is tegen radiosignalen. Zet uw telefoon altijd uit wanneer u in een omgeving bent waar met explosieven wordt gewerkt. Houd u aan alle ter plaatse gelden veiligheidsvoorschriften. Vonken kunnen in zo'n omgeving tot een ontploffing leiden, met lichamelijk letsel en zelfs de dood tot gevolg. Eventueel kan uw huisarts of specialist u hierbij van dienst zijn. Zet uw telefoon altijd uit wanneer u zich in een ziekenhuis of andere medische instelling bevindt en aangegeven is dat het gebruik van een mobiele telefoon daar verboden is. Voertuigen Radiogolven kunnen invloed hebben op onjuist geïnstalleerde of niet voldoende afgeschermde elektronische systemen in motorvoertuigen. Ga dit na bij de fabrikant of dealer van de auto. U kunt ook de fabrikant of leverancier van de in uw auto geïnstalleerde apparatuur raadplegen. Verbod op mobiel telefoneren Zet uw mobiele telefoon direct uit op plaatsen waar een verbod op mobiel telefoneren geldt. Gezondheids- en veiligheidsinformatie Andere medische apparatuur Gebruik de telefoon niet bij een benzinestation. Zet uw telefoon altijd uit bij een tankstation. We wijzen u nogmaals op de noodzaak om u in brandstofdepots (opslag en distributie), chemische fabrieken en andere plaatsen waar met explosieve materialen wordt gewerkt altijd te houden aan de voorschriften en verboden voor het gebruik van radioapparatuur. Omgevingen en situaties waar kans bestaat op ontploffingen zijn niet altijd duidelijk aangegeven. Hiertoe behoren o.a. het benedendek van schepen, plaatsen waar overslag en opslag van chemicaliën plaatsvindt, voertuigen die rijden op LPG, plaatsen waar chemicaliën of kleine deeltjes in de lucht zitten, bijvoorbeeld graan, stof of metaalpoeder, en ieder ander gebied waar u normaalgesproken de motor van uw auto uit zou moeten zetten. 65 Gezondheids- en veiligheidsinformatie Noodoproepen Overige belangrijke veiligheidsinformatie Deze telefoon maakt gebruik van radiosignalen, mobiele en vaste netwerken en voorgeprogrammeerde functies, waarbij er geen garantie is dat er onder alle omstandigheden verbinding mogelijk is. Vertrouw daarom in een noodgeval (bijvoorbeeld voor medische assistentie) nooit alleen op uw mobiele telefoon. Om te bellen of gebeld te kunnen worden, moet uw telefoon zijn ingeschakeld in een omgeving met voldoende signaalsterkte van een netwerk voor mobiele telefonie. Telefoneren in geval van nood is niet altijd mogelijk binnen alle mobiele netwerken of als bepaalde netwerkdiensten en functies van de telefoon in gebruik zijn. Ga dit eventueel na bij uw provider. Alarmnummer bellen: • 1. Zet de telefoon aan. 2. Geef het alarmnummer in (112 of een ander officieel alarmnummer). Alarmnummers kunnen per land verschillen. 3. Druk op [ ]. Misschien moet u bepaalde functies, zoals blokkeren van oproepen, uitschakelen voordat u kunt bellen. Raadpleeg daarvoor deze gebruiksaanwijzing of neem contact op met uw provider. 66 • • • • • Alleen gekwalificeerde technici mogen de telefoon in een voertuig installeren of repareren. Onjuiste installatie of onderhoud kan gevaar opleveren en ertoe leiden dat de garantie op uw telefoon vervalt. Controleer ingebouwde telefoonapparatuur regelmatig op correcte montage en werking. Bewaar of vervoer licht ontvlambare vloeistoffen, gassen en ander brandbaar of explosief materiaal niet samen met de telefoon, onderdelen ervan of accessoires. Beschikt uw auto over een airbag, denk er dan aan dat deze met grote kracht wordt opgeblazen. Plaats boven en rondom het gedeelte waar de airbag terecht kan komen geen voorwerpen, dus ook geen vaste of draagbare draadloze apparatuur. Onjuist geplaatste draadloze apparatuur kan bij het opblazen van de airbag tot ernstig letsel leiden. Zet uw mobiele telefoon aan boord van een vliegtuig altijd uit. Het gebruik van mobiele telefoon in een vliegtuig is verboden en gevaarlijk omdat dit het luchtverkeer kan verstoren. Bij het overtreden van deze voorschriften kan u het gebruik van mobiele diensten worden ontzegd of u kunt strafrechtelijk worden vervolgd. Verzorging en onderhoud • • • • • Zorg dat de telefoon niet valt of ergens tegen stoot. Door ruw met de telefoon om te gaan, kunnen de onderdelen in de telefoon beschadigen. Maak uw telefoon nooit schoon met bijtende schoonmaak- of oplosmiddelen. Gebruik alleen een in een mild sopje gedrenkte doek. Verf de telefoon niet. Door de verf kunnen de beweegbare delen van het toestel verstopt raken, wat ertoe kan leiden dat de telefoon niet meer goed werkt. Leg de telefoon niet in of op verwarmings-apparatuur, zoals een magnetron, een radiator van de verwarming of een kachel. De telefoon kan exploderen wanneer deze te heet wordt. Gebruik alleen de meegeleverde of een andere goedgekeurde antenne. Niet-goedgekeurde antennes, wijzigingen of toevoegingen daarop kunnen de telefoon beschadigen en ertoe leiden dat de telefoon niet meer voldoet aan de wettelijke eisen voor apparatuur die radiosignalen uitzendt. Als de telefoon, de batterijen, de oplader of een andere accessoire niet goed werkt, breng dit dan bij het dichtstbijzijnde geautoriseerde service center. Daar zorgt men voor technische ondersteuning en indien nodig voor deskundige reparatie. 67 Gezondheids- en veiligheidsinformatie Uw telefoon is een kwaliteitsproduct dat met zorg behandeld moet worden. Als u zich aan onderstaande adviezen houdt, voldoet u aan de garantieverplichtingen en kunt u jarenlang plezier hebben van uw telefoon. • Houd de telefoon en toebehoren buiten het bereik van kleine kinderen. • Houd de telefoon droog. Regen, vocht en mineraalhoudende vloeistoffen tasten de elektronica aan. • Pak de telefoon nooit met natte handen vast. Dit kan een elektrische schok of schade aan de telefoon tot gevolg hebben. • Gebruik of bewaar de telefoon niet in een stoffige, vuile ruimte. De componenten kunnen daardoor beschadigen. • Bewaar uw telefoon niet op een plaats met extreem hoge temperaturen. Dit verkort de levensduur van de elektronica, beschadigt de batterijen en doet het plastic kromtrekken of smelten. • Bewaar uw telefoon niet op een koude plaats. Bij verplaatsing naar een warmere plaats kan er condens ontstaan die de elektronica aantast. • Index A ABC-stand, tekstinvoerstand • 18, 19 Afbeeldingen gedownload • 45 Alarm • 50 Alles • 29 Autom. herhalen • 58 B (vervolg) Berichttoon • 33 Beveiliging oproepen • 57 Blokkeren oproepen • 31 SIM-kaart • 58 Browser, WAP • 42 F B C Geheugenstatus camera • 42 gedownloade items • 46 Geluiden gedownload • 45 Geluidopties • 33 Gesprek opnemen • 22 Gespreksduur • 29 Gesprekskosten • 30 Batterij bijna leeg indicatie • 8 opladen • 7 voorzorgsmaatregelen • 63 Band kiezen • 32 Beantwoorden oproep • 21 wisselgesprek • 23 Beltoon bij in-/ uitschakelen • 33 Berichten infoberichten • 40 MMS • 36 serverberichten • 39 SMS • 34 voice mail • 39 68 Calculator • 51 Camera • 53 Cijferstand • 20 D Display instellingen • 56 layout • 10 Downloads afbeeldingen • 45 geluiden • 45 DTMF tonen verzenden • 24 E Eigen nummer • 28 Elke toets antwoorden • 59 FDN-modus • 58 Foto’s bekijken • 55 maken • 53 wissen • 55 Funbox • 42 G H Helderheid stem • 23, 59 Herhalen automatisch • 58 I In-/ uitschakelen telefoon • 8 I (vervolg) Indicatie batterij bijna leeg • 8 Infoberichten • 40 Informatieberichten • 40 Internationaal bellen • 20 Internet • 42 J Javawereld • 46 K Klepje actief • 59 L Letters ingeven • 18 Luidspreker • 23 M Mediabox • 45 Microfoon in- /uitschakelen • 23 Minutenteller • 34 MMS berichten bekijken • 37, 38 samenstellen/ verzenden • 36 wissen • 37, 38 Multipartygesprek • 24 N O Omrekenen • 52 Ontvangen berichten MMS • 37 SMS • 35 Ontvangen oproepen • 29 Ontvangstbevestiging, bericht • 40, 41 Opnemen spraakmemo’s • 50 Oproep beantwoorden • 21 blokkeren • 31 in de wacht • 22 wisselgesprek • 32 O (vervolg) Oproepen zelf bellen • 20 Oproepenlijsten ontvangen • 29 Organizer • 47 P Pictogrammen, beschrijving • 10 PIN blokkeren • 57 wijzigen • 57 PIN2, wijzigen • 58 Postvak IN, berichten SMS • 35 Postvak UIT, berichten MMS • 38 SMS • 36 Privacy • 58 R Reset instellingen • 59 S Serverberichten • 39 SIM-kaart blokkeren • 58 plaatsen • 7 S (vervolg) SMS berichten bekijken • 35 samenstellen/ verzenden • 35 wissen • 35, 36 Spelletjes • 46 Spraakmemo’s afspelen • 51 opnemen • 50 Stille modus • 12, 34 Stopwatch • 52 Symboolstand • 20 T Taal, kiezen • 57 Tekst intoetsen • 18 Tekstinvoerstand wijzigen • 18 Telefonisch vergaderen • 24 Telefoon display • 10 in-/ uitschakelen • 8 pictogrammen • 10 resetten • 59 toetsen • 9 uitpakken • 6 verzorging en onderhoud • 67 T (vervolg) Telefoonlijst kopiëren • 26 opties • 26 wijzigen • 26 Timer • 52 Toetsen • 9 Toetstoon instellen • 34 versturen • 23 Toon beltoon • 33 bericht • 33 bij aan-/uitzetten • 33 toetstoon • 34 verbinding • 33 Index Namen ingeven • 18 opzoeken • 25 Netwerk kiezen • 32 Netwerkdiensten • 30 Noodoproepen • 66 Nummer opslaan • 26 opzoeken/bellen • 25 Nummerweergave • 32 U Uitschakelen microfoon • 23 Uitzetten toetstonen • 23 V Veiligheid informatie • 62 voorzorgsmaatregelen •1 Verbindingstoon • 33 69 Index V (vervolg) Verkeersveiligheid • 64 Verlichting, tijd instellen • 57 Verzonden berichten MMS • 38 SMS • 36 Voice mail • 39 Voicemail server • 39 W Waarschuwing • 34 Waarschuwing tijdens oproep • 34 Wachtwoord blokkeren • 31 telefoon • 58 WAP browser buffer legen • 44 favorieten • 43 openen • 42 Welkomtekst • 57 Wereldtijd • 50 Wisselgesprek • 32 70 W (vervolg) Wissen foto’s • 55 MMS berichten • 39 notities • 48 oproepenlijst • 29 SMS berichten • 36 telefoonlijst • 26, 27 Conformiteitsverklaring (R&TTE) GSM900/GSM1800/GSM1900 Het volgende product: Mobiele telefoon (productnaam) SGH-X640 (modelnummer) Samsung Electronics Co., Ltd, 94-1, Imsoo-Dong, Gumi City, Kyung-Buk, Korea, 730-350 Gefabriceerd door: (naam/adres fabriek*) EMC Veiligheid : EN 50360:2001 : EN 301 489-01 v1.3.1 (2001-09) : EN 60950-1:2001 waaraan deze verklaring refereert voldoet aan de volgende standaards en/of andere normdocumenten. SAR : EN 301 511 v7.0.1 (2000-12) EN 301 419-1 V4.1.1 (2000-04) EN 50361:2001 EN 301 489-07 v1.1.1 (2000-09) Netwerk Hierbij verklaren wij dat [alle essentiële radiotestseries zijn uitgevoerd en dat] het hierboven genoemde product voldoet aan alle essentiële eisen van richtlijn 1999/5/EC. De conformiteitvaststellingsprocedure waraan Artikel 10 refereert en die gedetailleerd behandeld wordt in Annex[IV] van richtlijn 1999/5/EC is opgevolgd waarbij de volgende in te lichten instantie(s) betrokken is/zijn geweest: BABT, Claremont House, 34 Molesey Road, Walton-on-Thames, KT12 4RQ, UK Herkenningsteken: 0168 De technische documentatie wordt beheerd door: Samsung Electronics Euro QA Lab. en zal op aanvraag ter beschikking worden gesteld. (Vertegenwoordiger in de EU) Yong-Sang Park / S. Manager (naam en handtekening geauthoriseerd persoon) Samsung Electronics Euro QA Lab. Blackbushe Business Park, Saxony Way, Yateley, Hampshire, GU46 6GG, UK 2005.02.09 (plaats en datum uitgifte) * Dit is niet het adres van een Samsung Service Centre. Zie voor het adres of telefoonnummer van het Samsung Service Centre de garantiekaart of neem contact op met de winkel waar u de telefoon heeft gekocht.