Brandt WTD1373KS de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

MANUEL D’INSTALLATION,
D’UTILISATION
ET D’ENTRETIEN..........................Page 2
  ,

  ............... 13
HANDLEIDING VOOR HET
INSTALLEREN, HET GEBRUIK
EN HET ONDERHOUD
..........Pagina 24
NL
F
LAVANTE-SECHANTE
MAHA 
CTP  

WAS-/DROOGMACHINE
4
10
3
1 2
9
5 6
7
0,80 m. min.
1,10 m. max.
230 V - 50 Hz - 10 A.
1 10 kg/cm
2
10 100 N/cm
2
8
24
NL
Veiligheid / Milieu en Besparingen..........................24
Verwijderen van stutten en beugels –
verplaatsen en waterpas zetten ..............................25
Toevoer koud water ..................................................25
Afvoer afvalwater ...................................................... 25
Elektrische aansluiting ..............................................25
Sorteren en nakijken van het wasgoed ..................26
Toegang tot de trommel van het apparaat ............26
Vullen met wasgoed ..................................................26
Sluiten van de trommel..............................................26
Wasmiddelen ..............................................................26
Programmeren ......................................................27-29
Detail van de functies en de opties....................29-30
Wijzigen van een programma ..................................31
Automatische veiligheidsinrichtingen ....................31
Programma CEE/95/12 – Karakteristieken............31
Schoonmaken filters van de pomp en het drogen ....32
Mogelijke storingen ..................................................33
Code onderhoud textiel ............................................33
Op het display gemelde storingen,
die u zelf kunt verhelpen
..........................................34
ALVORENS DEZE HANDLEIDING TE LEZEN, VERZOEKEN WIJ U DE GEILLUSTREERDE BLADZIJDEN
IN HET MIDDEN VAN DEZE HANDLEIDING, ERUIT TE HALEN.
Dit apparaat is uitsluitend en alleen bestemd voor huishoudelijk gebruik en is ontworpen om in de machine
wasbare stoffen te wassen, te spoelen en, naar gelang het model ook te drogen.
In deze handleiding staan alle veiligheids-
voorschriften vermeld met betrekking tot de
installatie, het gebruik evenals de garantie van het
apparaat. Bewaar deze handleiding zorgvuldig en
in geval van verkoop van het apparaat, moet u deze
handleiding aan de nieuwe eigenaar overhandigen.
Voer de verpakking en uw oude apparaat af
volgens de van kracht zijnde wetgeving nadat u
het apparaat onklaar hebt gemaakt : slangen
verwijderen, netsnoer doorsnijden en het slot van
het deksel vernietigen.
•Bij een nieuwe installatie moet de machine op de
waterleiding worden aangesloten met een nieuwe
slang, de oude slang niet opnieuw gebruiken.
Zorg ervoor dat kinderen niet de gelegenheid
krijgen te spelen met het apparaat en de
wasmiddelen en onderhoudsproducten (niet
drinkbaar water, innemen van producten,
verwondingen…). Houd huisdieren ook uit de buurt.
Bescherm uw goederen en uw apparaat : door
regelmatig de staat van de slangen te controleren,
door nooit en te nimmer oplosmiddelen,
ontvlambare producten of ontplofbare producten
te gebruiken of spuitbussen in de buurt van of in
het apparaat zelf… installeer de machine in een
goed geventileerde vorstvrije ruimte en vermijd
het gebruik van verlengsnoeren of meervoudige
contactdozen.
Zet het apparaat buiten spanning na gebruik.
Roep in geval van storing de hulp van een
gekwalificeerde vakman in.
Gebruik uw apparaat uitsluitend en alleen
overeenkomstig deze handleiding met voor
huishoudelijke apparaten erkende wasmiddelen
en onderhoudsproducten.
Wat betreft de machines met droogtrommel :
• Haal voor het opstarten van een droogcyclus de
doseerbuideltjes voor het wasmiddel uit de trommel.
Het plastic van deze bakjes is niet bestand tegen de
hoge temperaturen van de droogcyclus.
Doe de maximale toegestane hoeveelheid
wasgoed in de machine, op deze manier
optimaliseert u het verbruik van water en energie.
Stel alleen een voorwasprogramma in als dit echt
nodig is : bijvoorbeeld voor zeer vuile sport- of
werkkleding.
Wat betreft wasgoed dat niet echt of een beetje
vuil is, is een programma zonder voorwassen
ruim voldoende.
Kies voor wasgoed dat niet erg vuil is een korte
wascyclus (of “express” naar gelang de modellen).
Doseer het wasmiddel naar gelang de
hardheidsgraad van het water, de staat van
vervuiling en de hoeveelheid wasgoed en neem
de tips die op de pakken wasmiddelen staan
vermeld in acht.
Wat betreft machines met droogtrommel :
Als u centrifugeert op hoge snelheid zal er weinig
residuele vochtigheid ontstaan, dus een laag
energieverbruik. Zelfs synthetisch textielwaren
moeten gecentrifugeerd worden alvorens een
droogcyclus te ondergaan.
Een bewust gekozen droogtijd draagt ook bij tot
een minder hoog energie- en waterverbruik.
Laat het wasgoed niet te lang in de droger draaien
om onnodig water- en energieverbruik te voorkomen.
Inhoudsopgave
Veiligheidsvoorschriften Milieu en besparingen
Door deze handleiding heen zult u de
volgende symbolen aantreffen die u
aangeven :
de veiligheidsvoorschriften (voor u, uw
machine of uw was) die absoluut
moeten worden nageleefd,
gevaar van elektrische aard,
tips en belangrijke informatie
25
NL
VOOR IEDER GEBRUIK DE HANDELINGEN
AANGEGEVEN IN Figuur 1 en 2 UITVOEREN.
Beginnen met het verwijderen van het piepschuim
dat onder het deksel is aangebracht. (Bewaar al deze
stutstukken, zij zijn handig in het geval u gaat
verhuizen).
Transportbeugel achterzijde Figuur 1
tot
De zes schroeven losdraaien met behulp van een
pijpsleutel nr 10 of een platte schroevendraaier.
De beugel verwijderen.
Het netsnoer uit het plastic stukje halen dat op de
transportbeugel vastzit.
De gaten van de beugel stoppen met de
meegeleverde afsluitplaatjes en de 4 uitwendige
schroeven in de behuizing vastdraaien.
Transportbeugel voorzijde Figuur 2
tot
Klip de plint los door te drukken op de uitstekken
aan de zijkanten en de plint naar u toe te trekken.
De schroef van de “voor” beugel van rood plastic
losdraaien.
De beugel van de voorzijde verwijderen.
Het gat van de beugel stoppen met het
meegeleverde afsluitplaatje.
De plint weer op zijn plaats klippen.
Uitzetten van de wieltjes – verplaatsen
Om uw apparaat te verplaatsen, moet u de hendel
om de wieltjes vrij te maken loshalen en bewegen
van rechts tot aan helemaal links.
De wieltjes mogen nooit uit staan als de
machine in werking is.
Controleren of de machine naar behoren
recht en stabiel staat om trillingen tijdens
het centrifugeren te voorkomen.
Waterpas zetten Figuur 6
➀ ➁
-
Zet het apparaat op de wieltjes.
-
Schroef de twee schroeven los met behulp van een
platte schroevendraaier.
-
Stel de twee poten op de juiste hoog in met behulp
van een platte sleutel of een tang totdat de machine
waterpas staat.
-
Zet de machine weer op de vloer door de hendel te
bewegen om te controleren of zij stevig staat.
-
Als de machine waterpas staat, de twee
borgschroeven weer aandraaien.
Om uw machine in lijn te zetten met de andere
meubels, kunt u eventueel de bevestigingshaken van
de slangen verwijderen.
Wees voorzichtig, zorg ervoor dat de slangen niet
plat gedrukt worden !
Indien u geen andere keuze hebt dan de machine
op een tapijt of vloerbedekking te installeren, moet
u de poten zodanig instellen dat er een flinke
ventilatieruimte onder de machine open blijft.
Toevoer koud water (Figuur 5)
.
De wasmachine kan aangesloten worden op alle
koudwaterleidingen. De meegeleverde toevoerslang
aansluiten op een kraan met schroefdraad diameter
20x27 (3/4 BSP) en vergeet vooral de meegeleverde
afdichting niet, (naar gelang het model kan het zijn
dat de afdichting al in de slang is aangebracht).
De waterdruk kan variëren van 10 tot 100 N/cm_ (1-
10 bar). Bij hoge druk moet u een drukregelaar
installeren. De watervoorzieningsdienst kan u alle
nodige inlichtingen hieromtrent verschaffen.
Afvoer van afvalwater (Figuur 5).
Opmerking : Zorg ervoor dat de slang van het
afvoerwater op zijn plaats gehouden wordt met
behulp van een band of een beugeltje om
overstromingen te voorkomen.
In ieder geval moet de hoogte van het kniestuk van
de slang liggen tussen minimaal 0.80 meter en
maximaal 1.10 meter. De slang moet vastgezet
worden om te voorkomen dat hij breekt en de
opening van de slang moet zich bevinden boven de
oppervlakte van het afvalwater.
Elektrische aansluiting (Figuur 5)
.
Zie het hoofdstuk “karakteristieken”. De contactdoos
moet makkelijk toegankelijk zijn maar buiten bereik
van kinderen.
De installatie moet voldoen aan de normen van het
land, met name wat betreft de aarding en de installatie
in een badkamer. Nooit de aardlekaansluiting
verwijderen.
Men mag geen verlengsnoeren of meervoudige
contactdozen gebruiken om de machine op het
stroomnet aan te sluiten.
Wij kunnen niet aansprakelijk gesteld worden voor
incidenten veroorzaakt door een slechte aarding
van het apparaat of een onjuiste elektrische
installatie.
Het apparaat moet buiten spanning zijn gezet (stand
uit) op het moment dat men het op het stroomnet
gaat aansluiten.
Verwijderen van de stutten en beugels
Aansluitingen
Verplaatsen, waterpas zetten
Uw apparaat voldoet aan de Europese Richtlijnen
CEE 73/23 (richtlijn laagspanning), CEE/89/336
(elektromagnetische compatibiliteit) gewijzigd door
richtlijn CEE/93/68.
26
NL
Bakje voorwassen (poeder )
Bakje wascyclus (poeder of vloeistof )
In het bakje “wascyclus” kunt u een
wasmiddel in poeder- of vloeibare vorm doen, u
kunt echter geen vloeibaar wasmiddel gebruiken
voor de programma’s met een voorwascyclus.
Wasverzachter : Geconcentreerde was-
verzachters moeten met warm water
verdund worden.
Doseren van de wasmiddelen
Neem de dosering in acht die op de verpakking van de
wasmiddelen staat vermeld. Let op : deze doseringen
gelden in het algemeen voor een maximale lading
wasgoed. Pas de dosering aan aan uw eigen wasgoed.
Een te hoge dosering zal schuimvorming met zich
meebrengen. Te veel schuim gaat ten koste van het
prestatievermogen van uw machine en verhoogt de
tijdsduur nodig voor de wascyclus en het waterverbruik.
Als u geconcentreerde wasmiddelen gebruikt, moet u
niet vergeten de dosering te verlagen, zie de
verpakking van de betreffende producten.
De dosis wasmiddel met 10% verlagen :
Als het kalkgehalte van het water laag is, als het
wasgoed niet echt vuil is en als u maar een kleine
hoeveelheid wasgoed in de machine doet. Hetzelfde is
geldig als u een kort programma selecteert.
Wasmiddelen voor wol en delicate textielen
Om dit soort stukken te wassen, moet u een adequaat
wasmiddel gebruiken (niet rechtstreeks in de trommel
doen, sommige van deze producten kunnen het
metaal aantasten).
Het niet in acht nemenvan de volgende instructies
kan aanzienlijke en zelfs onhelstelbare schade met
zich meebrengen (trommel beschadigd, wasgoed
gescheurd enz..).
Sorteren van het wasgoed
Controleer of al het wasgoed geschikt is voor
wassen in de machine : kijk op de etiketten (aard,
temperatuur, type reiniging …).
Controleer of de bonte was kleurvast is.
Bij het wassen van witte en bonte was tegelijk, moet
u het wasprogramma “fragiel” gebruiken.
Controleren van het wasgoed
Haal de zakken leeg en doe de ritsen en
druksluitingen dicht.
Haal de haakjes uit de gordijnen of vitrage of doe de
vitrage en kleine stukken (strikken, zakjes enz..) in een
wasnet. Knoop de slopen dicht enz..
Haal knopen die niet meer goed vastzitten van het
wasgoed af evenals spelden en haakjes.
Toegang tot de trommel van het apparaat
(Figuur 3 – 4)
In de volgende volgorde te werk gaan :
Controleren of het apparaat buiten spanning staat.
De deur van het apparaat openen (Figuur 4).
Drukken op de drukknop van het klepje aan de
voorzijde (Figuur 3
➀➁
)
Vullen met wasgoed
•Voor optimale wasresultaten moet u het wasgoed, dat
u van te voren hebt gesorteerd en uiteengevouwen, in
de trommel doen zonder het aan te drukken en het
gelijkmatig in de trommel verdelen. Doe de grote en
kleinere stukken door elkaar heen om een optimaal
centrifugeerresultaat te behalen zonder onbalans.
Let erop dat er geen wasgoed naast de trommel (in
de machine) terechtkomt.
Sluiten van de trommel
De trommel met beide handen dichtdoen en
controleren of de drukknop weer in zijn oorspronkelijke
stand komt te staan. Het gekleurde deel moet
zichtbaar zijn (Figuur 3
➂ ➃
).
EROP LETTEN DAT ER GEEN WASGOED KLEM
KOMT TE ZITTEN TUSSEN DE TWEE LUIKJES.
Controleren van het wasgoed voor het drogen
(alleen voor de wasmachines met droger)
De vezels van het wasgoed zijn van verschillende
aard en oorsprong, de manier waarop zij zullen
reageren tijdens het drogen zal dus ook
verschillen.
In het algemeen kunnen alle soorten textiel
geschikt voor de wasmachine ook in de droger
gedaan worden behalve :
-
wol, zijde, vitrage, nylon panty’s of kousen,
geplastificeerde stoffen
-
chloorvezels (Thermolactyl * bijvoorbeeld)*
gedeponeerd handelsmerk
-
stukken wasgoed die plastic schuim, rubber of
beugels bevatten die los zouden kunnen
komen, omvangrijke stukken (dekbedden enz..)
-
niet gecentrifugeerd wasgoed
-
wasgoed dat is gereinigd met chemische
producten.
Het is echter aangeraden niet tegelijkertijd
lichte vezels en vezels van dik katoen te
drogen aangezien het gewicht van het
zwaardere katoen de lichtere vezels doet
kreukelen.
Het is bovendien aangeraden de stukken
textiel waarvan de kleurvastheid niet is
gegarandeerd apart te drogen.
Voorbereiding van het wasgoed
Wasmiddelen
( Figuur 10)
27
NL
40
60
60
90
40
30
30
40
30˚C
Met uitzondering van de toets “Aan / Uit” zijn alle toetsen tiptoetsen. Zij blijven dus niet ingedrukt.
Bij het programmeren kan men alle toetsen, met uitzondering van de toets “Opstarten / Pauze” ingedrukt
houden maar met het oog op een fijnere instelling, raden wij u aan de gewenste programma’s in te
stellen door kort op de toetsen te drukken. Het activeren van de toets “Opstarten / Pauze” geschiedt
middels korte druk op de toets behalve in het geval men een programma wenst te annuleren*, in dit
geval moet men de toets ingedrukt houden.
(*) Detail van deze functie in de volgende bladzijden.
Als de machine onder spanning wordt gezet, moet u, indien één van de controlelampjes van het verloop van
een cyclus gaat branden, een annuleringsopdracht geven alvorens een ander programma in te voeren.
Let op : De toets “Aan / Uit” kan in geen geval een programma annuleren.
B
Programmeren
Keuze tussen de functies : snelheid centrifugeren,
Drogen of
uitgesteld opstarten
Instelling snelheid centrifugeren
,
tijdsduur
droogcyclus & uitgesteld opstarten
Opstarten / Pauze : kort drukken
Annuleren : lang drukken
Opties : “Makkelijk strijken”, “Eco”, “Intensief wassen”
Opties : “voorwassen”, “extra spoelen”
Aan / Uit
Verloop van de cyclus
Display
Aard van het wasgoed en temperatuur
2
R 3 4 5
AB1
I / O
Volledig programma (wassen met of zonder droogcyclus)
Controlelampjes en/of display
• De toets “Aan / Uit” indrukken
(1)
.
De selectietoets draaien om het gewenste programma te kiezen en de
wastemperatuur. De machine geeft de aanbevolen centrifugeersnelheid aan
voor dit type wasgoed.
• Met behulp van de steltoets :
- Kunt u ofwel de voorgestelde centrifugeersnelheid wijzigen
- Ofwel kiezen voor uitdruipen.
Aan het eind van de cyclus zal het wasgoed dan licht gecentrifugeerd worden met 100 t/mn
- Ofwel kiezen voor stoppen met volle kuip.
De machine komt dan tot stilstand vol water en de centrifugeercyclus wordt overgeslagen.
• De volgende opties wel of niet selecteren :
- “voorwassen” en/of “extra spoelen” met de toets
- “
Makkelijk strijken” en/of “ECO” en “intensief wassen” met de toets
- achtereenvolgende droogcyclus met de toets , dan de gewenste tijdsduur
instellen met behulp van de toets (zie wat betreft het gewicht van het te drogen
wasgoed de tabel van de programma’s)
• de cyclus opstarten door te drukken op “Opstarten / Pauze” ...
• ... of kies een met 1 tot 19 uur uitgesteld opstarten door deze optie te
selecteren met behulp van de toet en door vervolgens de tijdsduur in te
stellen met de toets .
R
3
2
R
3
5
4
R
1
I / O
Controlelampje
+ aanbevolen snelheid van
het centrifugeren op
Controlelampje
+ bijvoorbeeld
of
of
+
gekozen opties
+
“”
+ bijv.
Controlelampje “Hoofdwas
+ aftellen van de resterende
tijd van de cyclus op
en fase van de cyclus
Controlelampje
+
aftelling van de resterende
tijdsduur voor het opstarten
van een cyclus op
A
B
A
A
28
NL
Voor aanvullende details, zie het hoofdstuk “DETAIL VAN DE FUNCTIES”.
Belangrijk : Indien u de machine hebt uitgezet door op de toets “Aan / Uit” te drukken of na een stroomonderbreking,
zal bij het terugkeren van de stroom de wascyclus de draad weer opvatten op het punt waar hij is onderbroken.
• De toets “Aan / Uit” indrukken
(1)
.
• Draai de keuzeschakelaar om een intensieve of zachte droogcyclus
te selecteren naar gelang de aard van het wasgoed
• Selecteer wel of niet de optie “
Makkelijk strijken” middels de toets , in deze
optie zal het wasgoed aan het eind van de droogcyclus 2 uur lang heen en
weer geslingerd worden om kreukvorming te voorkomen (zie detail van de
functies).
• Stel de gewenste tijdsduur in met de toets (alleen wasgoed drogen dat is
gecentrifugeerd op zijn minst op 800 t/min).
• Selecteer het opstarten door te drukken op “Opstarten / Pauze” ..
• ... of een uitgesteld opstart met de toets en .
R3
2
R
5
1
I / O
Controlelampje
og valgt ekstra funktion
+ bijv.
controlelampje
+ aftellen van de resterende
tijd van de cyclus op
of aftelling van de resterende
tijdsduur voor het opstarten
van een cyclus op
A
A
Programmeren van een droogcyclus zonder wassen
• Drukken op de toets “Opstarten / Pauze” om de cyclus te onderbreken.
• Het stuk wasgoed uit de trommel halen of erbij doen.
Drukken op de toets “Opstarten / Pauze” om de cyclus weer op te starten.
(*) De tijd nodig voor het ontgrendelen van het deksel kan 1tot 2 minuten bedragen.
Indien u een uitgestelde opstart hebt geselecteerd, kunt u gedurende de
volledige fase voor het opstarten van de cyclus bij de trommel komen
zonder de cyclus te onderbreken en opnieuw op te starten.
2
2
Controlelampje knippert
+
teller staat stil.
Controlelampje blijft branden
+
het aftellen gaat weer van start
op
A
B
A
B
Een stuk wasgoed uit de machine halen of erbij doen tijdens de cyclus (onmogelijk tijdens het centrifugeren)
Het prestatievermogen van uw wasmachine op peil houden
• Aan het eind van de cyclus niet vergeten de droogfilter schoon te maken (zie hoofdstuk “NORMAAL ONDERHOUD”)
Annuleren tijdens het programmeren, een wascyclus of een pauze
• Druk op zijn minst één seconde op de toets “Opstarten / Pauze” Deze
handeling kan op ieder willekeurig moment verricht worden tijdens de cyclus
of het programmeren en zelfs tijdens een pauze.
Indien u deze handeling uitvoert tijdens de wachtperiode van een uitgestelde
opstart, zal alleen de uitgestelde opstart geannuleerd worden.
2
Terug naar de oorspronkelijke
display
Programmeren
(1) -
Alvorens de machine in werking te stellen, controleren of het netsnoer wel op het stroomnet is
aangesloten en of de waterkraan open staat. Controleer eveneens of de luikjes van de trommel en het
deksel van de machine goed gesloten zijn.
(2) -
In de fase “einde cyclus” heeft het drukken op de toetsen , , , of geen enkel effect
maar maakt het wel mogelijk terug te gaan naar de “programmeringsmodus”.
(3) -
Veiligheidshalve is het aangeraden, aan het eind van een cyclus, het netsnoer van het stroomnet los
te halen en de waterkraan dicht te doen.
R5432
: Na het centrifugeren zal de machine automatisch tot
stilstand komen met de trommelopening naar boven toe gericht om
moeiteloos het wasgoed uit de machine te kunnen halen. Deze handeling
neemt maximaal 3 minuten in beslag.
• Vervolgens verschijnt de boodschap ”-0-” op het display, hetgeen het einde
van de cyclus aangeeft (2).
1 tot 2 minuten wachten totdat de beveiliging van het deksel wordt
ontgrendeld om bij het wasgoed te kunnen komen.
De toets “Aan / Uit” loslaten (3).
I / O
Volledig programma (Vervolg)
Controlelampjes en/of display
29
NL
DROGEN alleen zacht
KREUKHERSTELLEND
/ FIJNE WAS
DROGEN alleen intensief /
WITTE -BONTE WAS
45 min
– 1 uur
Mag niet in de droger
Mag niet in de droger
Mag niet in de droger
:
deze functies kunnen apart of samen gebruikt worden maar met dien verstande dat onlogische
combinaties niet mogelijk zijn
.
Raadpleeg om het programma te kiezen dat het best overeenkomt met uw wasgoed de etiketten die op het
wasgoed zijn aangebracht.
Programmeren
WITTE -BONTE WAS
Voor een machine samengesteld uit stevig wit of
gekleurd KATOEN
Bij gekleurd wasgoed, nooit de 60°C
overschrijden.
Tijdens de eerste minuten van dit programma, zal
de wasmachine automatisch het programma
uitkiezen dat de beste resultaten zal opleveren.
KREUKHERSTELLEND
Voor een machine samengesteld uit STERKE
SYNTHETISCHE STOFFEN of GEMENGDE
VEZELS .
FIJNE WAS
Voor een machine samengesteld uit VITRAGES,
DELICATE STOFFEN of FRAGIEL WASGOED .
WOL
Voor een machine samengesteld uit “MACHINE
WASBARE” WOLLEN STOFFEN
HANDWASBARE TEXTIEL
Voor een machine samengesteld uit ZIJDE of
BIJZONDER DELICATE STOFFEN.
FLASH 30’
Met dit programma kunt u een lading weinig vuil
wasgoed van 2,5 kg opfrissen samengesteld uit
KATOEN, WITTE, GEKLEURDE of SYNTHETISCHE
STOFFEN.
De tijdsduur is beperkt tot 30 minuten.
In dit programma is de wastemperatuur automatisch
geprogrammeerd op 40°C.
Bij dit programma moet u de dosering
wasmiddel door twee delen.
Detail van de functies
het gewicht, de tijdsduur en het
type droogcyclus selecteren aan
de hand van het type textiel, zie
Hierboven
Uitdruipen
Stoppen met
volle kuip
Strijkdroog
Voorwassen
Max. belasting (kg)
Intensief / zacht
Max. belasting (kg)
Temperatuur (°C)
HANDWASBARE
TEXTIEL
●●
1,5
1
●●
Tabel van de
programma’s
Aard van de stof
Extra spoelen
Makkelijk strijken
Eco
Intensief
Zeer droog
Droog
WITTE -BONTE WAS
40-90°C
30-60°C
30-40°C
40°C 2,5
--
--
5
●●
●●
●●
●●
●●
1.15 u -
1.45 u
1 uur -
1.30 uur
30 min –
1 uur
1uur -
1.30 uur
45 min
– 1 uur
30 min –
45 min
30 mn
30 min –
45 min
2,5
2
2,5
2,5
2
-30°C
KREUKHERSTELLEND
FIJNE WAS
WOL
SPOELEN ALLEEN
FLASH 30’
CENTRIFUGEREN ALLEEN
Bijzondere programma’s
Type en tijdsduur van de
droogcyclus
Mag niet in de droger
voor de droogcyclus een max. toegestane
centrifugeersnelheid voor het wasgoed selecteren
30
NL
SPOELEN ALLEN
Apart spoelen gevolgd door, naar keuze :
-
centrifugeren met afvoer van het water
-
alleen afvoer van het water (optie “uitdruipen”)
-
stoppen met volle kuip.
CENTRIFUGEREN ALLEEN
Om het wasgoed apart te centrifugeren
.
In geval van een “spoelen alleen” gevolgd door
een “centrifugeren alleen” moet u opletten dat
u een centrifugeersnelheid instelt die
overeenkomt met de aard van het wasgoed.
Vervolg detail van de functies
Voorwassen
Speciaal ontworpen voor vuil wasgoed (modder,
bloed...).
Bij dit programma is het nodig een wasmiddel
te doen in het bakje “ ”.
Extra spoelen
“Speciaal voor de gevoelige en allergische huid” :
een extra spoelbeurt na de wascyclus.
Makkelijk strijken
Om het wasgoed makkelijker te kunnen strijken.
Deze optie maakt het mogelijk het wasgoed
voorzichtiger te wassen en te centrifugeren met
identieke wasresultaten.
Eco
De functie “Eco” maakt het mogelijk een perfecte
waskwaliteit te verkrijgen met een lager energieverbruik.
De wastemperatuur is lager en de wastijd langer .
Intensief wassen
Deze functie verhoogt de wasresultaten en maakt het
mogelijk, door de temperatuur van het wasbad en de
wastijd op te voeren, moeilijke vlekken te verwijderen.
Kreukvoorkoming aan het eind van de cyclus
Om deze functie te activeren moet u de optie
“Anti-kreukelen” programmeren.
Het wasgoed wordt 2 uur lang heen en weer
geslingerd om kreukvorming te voorkomen na
het eind van de droogcyclus. Het controlelampje
Anti-kreuk” blijft branden tijdens de volledige
tijdsduur van deze handeling.
Om bij het wasgoed te kunnen komen tijdens deze
periode, moet u de functie annuleren door op zijn minst
1 seconde lang te drukken op de toets “Opstarten /
Pauze” .
Uitgesteld opstarten
U kunt het opstarten van een cyclus uitstellen van 1
tot 19 uur om profijt te kunnen trekken van de lagere
stroomtarieven ’s nachts of een cyclus te draaien op
het door u gewenste tijdstip.
Hiertoe met behulp van de toets de functie “
selecteren (uitgesteld opstarten) dan met behulp van
de toets het tijdstip van opstarten van de cyclus
selecteren.
Tijdens de wachtperiode, wordt op de teller
de resterende tijd voor het opstarten van de
cyclus afgeteld.
Resterende tijd
Bij het programmeren kunt u de duur van de
gekozen cyclus te weten komen door op toet te
drukken totdat de drie lichtjes ” ”, ” ” en ”
uitgaan.
(*) De tijd die door de machine wordt aangegeven bij
de aanvang van het programma kan variëren tijdens
de cyclus:
-
Indien u de wastemperatuur wijzigt (zelfs tijdens het
centrfugeren), indien u opties uitschakelt of instelt
zal de tijd opnieuw berekend worden en op de
display verschijnen.
-
Bepaalde werkingsstoringen (bijvoorbeeld
onbalans, schuim..) kunnen ook de tijdsduur van
een cyclus beïnvloeden.
-
In geval van een stroomonderbreking tijdens de
wasfase, kan de tijdsduur die op de display verschijnt
als de stroom terugkomt, lager zijn dan de werkelijke
resterende tijdsduur. Deze tijdsduur zal bijgewerkt
worden bij de aanvang van de spoelfase.
Stoppen met volle kuip
Deze functie moet worden gebruikt voor het
wasgoed dat u niet wenst te centrifugeren of indien
u weet dat u langere tijd afwezig zult zijn als de
wascyclus klaar is.
Als u deze functie hebt geselecteerd, wordt de
cyclus onderbroken voor de eindcentrifugeerfase,
het wasgoed zal dus in het water blijven staan om
kreukelen te voorkomen.
Als de machine tot stilstand komt met een volle
kuip, zal de display de resterende tijd niet meer
aftellen en blijven staan zoals hij is (met inbegrip
van de punt)
Vervolgens :
-
ofwel u wenst het wasgoed te centrifugeren met
afvoer van het water .
In dit geval moet u de functie “centrifugeren” “
selecteren met behulp van de toets en dan met
de toets een op de aard van het wasgoed
afgestemde centrifugeersnelheid instellen. Het
programma zal automatisch aflopen.
-
ofwel u wenst alleen het water af te voeren.
In dit geval moet u de functie “centrifugeren” “
selecteren en dan met de toets op
de display instellen (functie “uitdruipen”).
R
R
3
A
3
A
R
3
2
Detail van de opties
31
NL
Veiligheidsinrichting bij het openen van de deur :
Het deksel van het apparaat wordt vergrendeld
zodra een wascyclus is opgestart.
Zodra de cyclus is afgelopen of wanneer de machine
met de kuip vol water wordt gestopt, ontgrendelt het
deksel zich.
Wanneer u een “uitgestelde opstart” heeft
geprogrammeerd, is het deksel niet vergrendeld
tijdens de wachtperiode die voorafgaat aan de start
van de cyclus.
Indien u het deksel tijdens de cyclus wilt openen,
druk dan kort op toets ” en wacht minstens
1 à 2 minuten zodat de beveiliging van het deksel
ontgrendelt.
Waterbeveiliging
Tijdens de werking wordt het waterpeil constant
gecontroleerd om overlopen te voorkomen.
Veiligheidsinrichting centrifugeren
De wasmachine is voorzien van een
veiligheidsinrichting die het centrifugeren zal
beperken als hij een slechte verdeling van het
wasgoed opspoort.
In dit geval kan het zijn dat het wasgoed niet
voldoende gecentrifugeerd uit de machine komt. U
moet dan het wasgoed goed verdelen in de trommel
en een nieuwe centrifugeerfase programmeren.
Schuimbeveiliging
De wasmachine is in staat een te grote productie
van schuim bij het centrifugeren op te sporen. Op
dat moment zal het centrifugeren stoppen en zal de
machine leeglopen.
Daarna gaat de cyclus verder met aangepaste
centrifugeersnelheden en met zonodig de
toevoeging van een extra spoelfase.
2
Tijdens het programmeren:
Voordat men op de toets “Opstarten / Pauze”
drukt
”“
zijn alle gewenste wijzigingen nog
mogelijk.
Na het opstarten van de cyclus:
• Kunt u het type wasgoed niet meer wijzigen (bijvoorbeeld
van ”
WITTE-BONTE WAS” naar “KREUKHERSTELLEND
of van “
KREUKHERSTELLEND” naar ”FIJNE WAS”).
Indien u de programma selectietoets op een
ander soort wasgoed zet, zal het
controlelampje van het verloop van de cyclus
dat op dat moment brandt, en de display
enkele seconden lang gaan knipperen om aan
te geven dat deze wijziging verboden is en niet
doorgevoerd zal worden.
Om het type textiel te wijzigen tijdens een
cyclus, moet u het programma annuleren en
dan een nieuwe cyclus invoeren.
Maar u kunt echter wel voor hetzelfde type
wasgoed de temperatuur wijzigen in het begin
van de wasfase.
De resterende tijd zal dienovereenkomstig
worden gewijzigd.
• U kunt de centrifugeersnelheid wijzigen tijdens
de cyclus.
• U kunt de optie “uitdruipen” selecteren evenals
een “stoppen met volle kuip” tot aan het eind van
de spoelfase .
• U kunt de tijdsduur van een “uitgestelde opstart”
wijzigen tijdens de volledige wachtperiode voor
het opstarten van de cyclus.
Indien u tijdens deze periode de “uitgestelde
opstart” wenst te annuleren, moet u de display
op “0” zetten en dan even drukken op de
toets “ ”.
De cyclus zal dan onmiddellijk van start gaan.
• U kunt de optie “ ” (voorwassen) alleen selecteren
tijdens de wachtperiode van een “uitgestelde
opstart”.
• U kunt de optie “ ” (extra spoelen) selecteren
tot aan de aanvang van de spoelfase .
• U kunt de opties
” (Makkelijk strijken), “
(Eco) en “ ” (intensief) alleen selecteren tijdens
de wachtperiode van een “uitgestelde opstart”.
• U kunt alle opties uitschakelen tijdens de volledige
duur van de cyclus voor zover zij nog niet zijn
uitgevoerd.
• U kunt een droogcyclus niet wijzigen nadat de was-
of droogcyclus van start is gegaan.
Na afloop van de cyclus:
Wanneer het display ”-0-” aangeeft, kunt u een
nieuwe cyclus programmeren zonder dat u de
“Aan/Uit” toets hoeft los te laten.
U hieft alleen maar op één van de toetsen , ,
, of te drukken.
De machine is dan gereed voor een nieuw programm.
R54
32
I / O
2
A
AB
1
2
Wijzigen van een wasprogramma / droogprogramma
Automatische veiligheidsinrichtingen
Programma’s voor proeven volgens de Europese Richtlijn CEE/95/12 – Karakteristieken
Wassen : Katoen – 60°C – 5 kg – zonder opties – max. centrifugeren.
Drogen : Katoen – Zeer droog – 2,5 kg
Karakteristieken : 230 V – 50 Hz – 10 A – 2200 W.
32
NL
Schoonmaken van de filter van de
afvoerpomp:
Eerst het water uit de machine laten lopen en
de steker uit de contactdoos halen.
-
De plint verwijderen en een dweil en een platte
schaal onder de pompaansluiting plaatsen.
-
Als het apparaat er één heeft, de aftapslang naar
buiten halen.
-
De dop aan het uiteinde van de slang losdraaien en
het water laten weglopen in de schaal.
-
De dop dicht doen, erop letten dat hij naar behoren
vast zit, en hem vastklippen.
-
De dop van de filter van de afvoerpomp losdraaien.
-
De filter schoonmaken, om hem weer op zijn plaats
te brengen het kleine pennetje dat zich op de
cilindervormige oppervlakte bevindt naar boven
draaien en de dop helemaal aandraaien.
-
De plint weer op zijn plaats aanbrengen.
Bij de volgende wasbeurt controleren of er
geen lekkage is als het water in de machine
stroomt.
Normaal onderhoud
Schoonmaken van de machine:
Gebruik alleen een spons, water en vloeibare
zeep om de behuizing, de trommelruimte, het
bedieningspaneel en het productenbakje enz…
schoon te maken.
Zijn in ieder geval verboden : schuurpoeder,
metalen of plastic sponsjes, producten op basis
van alcohol, oplosmiddelen enz.
Schoonmaken van het productenbakje:
- De knop naar voren trekken (Figuur 7 ), en het
bakje naar boven toe eruit halen (Figuur 7 ),
- Het geheel met warm water schoonmaken, niet
vergeten de verwijderbare sifon (blauw) af te
wassen, controleren of hij naar behoren op zijn
plaats is gebracht;
- Dan het geheel weer op zijn plaats brengen.
Vervangen van het netsnoer: Veiligheidshalve
moet deze handeling verricht worden door de
servicedienst van de fabrikant of een
gekwalificeerde vakman.
Regelmatig controleren: De staat van de slangen
van de watertoevoer en –afvoer. Indien u het minste
kleine scheurtje ziet, moet u de betreffende slang
onmiddellijk vervangen.
Vervangen van de watertoevoerslang (Figuur
9): Als deze slang wordt vervangen, moet u
controleren of hij naar behoren is aangedraaid en
of de afdichtingen aan beide uiteinden aanwezig
zijn.
Bij vorstgevaar: Het water uit de machine tappen
zoals hierboven aangegeven.
Toegang tot de onderkant van de trommel:
Demonteren van de schoep van de trommel:
In het geval een stuk wasgoed terechtkomt tussen
de trommel en de kuip, moet u de trommel sluiten
na hem geleegd te hebben.
- De trommel draaien totdat de schoep vastzit.
- De schroef die zich tussen de 2 openingen
bevindt (afdruk TORX T20) losdraaien en
verwijderen. De schoep zal in de trommel vallen
(er een handdoek in leggen om de schok op te
vangen).
- De trommel omdraaien en openen.
- Via de openingen die zijn ontstaan doordat de
schoep is verwijderd, kunt u het “verdwaalde”
stuk wasgoed uit de machine halen.
- Om de schoep te monteren, moet u hem plaatsen,
van voren naar achteren, op zijn opvangstuk.,
- Doe de trommel dicht en draai hem weer om, hou
de schoep vast terwijl u de schroef weer op zijn
plaats brengt en aandraait.
Schoonmaken van de filter van de
droogtrommel:
(alleen voor de wasmachines met droger)
Moet na iedere droogcyclus schoongemaakt
worden.
- De filter uit zijn behuizing halen (rechts, vlakbij de
opening van de trommel) door hem naar u toe te
trekken.
- Maak de filter schoon zonder water door het afval
dat zich erin heeft opeengehoopt, eruit te halen.
- Breng de filter weer op zijn plaats in zijn
behuizing door hem helemaal naar beneden te
drukken.
33
NL
Mogelijke oorzaak / Oplossing
De cyclus gaat niet van start (1 en 2)
U hebt niet op de toets “Opstarten / Pauze”
gedrukt.
• Er staat geen stroom meer op de machine :
- controleer of de steker naar behoren in de
contactdoos is gestoken, of de contactdoos in
orde is.
- controleer de hoofdschakelaar, de zekeringen.
• De waterkraan staat niet open .
• Het deksel is niet naar behoren gesloten.
Harde trillingen tijdens het centrifugeren (1 en 2)
• Alle beugels en stutten zijn niet van de machine
afgehaald
- controleer of alle stutten en beugels geïnstalleerd
voor het transport wel verwijderd zijn (zie
“VERWIJDEREN VAN STUTTEN EN BEUGELS”).
• De vloer is niet horizontaal.
• Het apparaat staat niet stabiel op zijn 4 poten (zie
“WATERPAS ZETTEN”).
Het wasgoed is niet of onvoldoende
gecentrifugeerd (1 en 2)
• U hebt een programma geselecteerd zonder
centrifugeren, bijvoorbeeld “Uitdruipen”.
• De veiligheidsinrichting van het centrifugeren
heeft een slechte verdeling van het wasgoed in
de trommel opgespoord :
- haal het wasgoed uit de trommel, verdeel het
evenwichtig en programmeer een nieuwe
centrifugeerfase.
De machine loopt niet leeg (1 en 2)
• U hebt een “Stoppen met volle kuip”
geprogrammeerd.
• De pomp of de afvoerfilter is verstopt :
- maak ze schoon (zie “NORMAAL ONDERHOUD”).
De afvoerslang is dubbel gevouwen of platgedrukt.
U dacht dat u alleen een wasprogramma had
geprogrammeerd maar een droogcyclus is
automatisch van start gegaan (2)
• U hebt toch een droogcyclus geprogrammeerd.
Het deksel gaat niet open (1 en 2)
• Het programma is nog niet afgelopen.
Het deksel blijft vergrendeld gedurende de
volledige tijdsduur nodig voor het programma.
Punten die gecontroleerd moeten worden in geval van storing.
Mogelijke oorzaak / Oplossing
De klepjes van de trommel gaan veel te
langzaam open (naar gelang model)
• De machine heeft lange tijd niet gewerkt.
• De machine staat in een te koude ruimte.
• Residu’s van wasmiddel (poeder) blokkeren de
scharnieren.
- In ieder geval zal dit probleem verdwijnen zodra
men de kleppen heeft geopend.
Om de machine heen staat een plas water (1 en 2)
De machine onmiddellijk buiten spanning
zetten en de kraan dichtdraaien, controleren:
• of het gebogen uiteinde van de aftapslang wel
naar behoren is geplaatst in de afvoerbak.
• Of alle aansluitingen van de watertoevoerslang
op de machine en op de kraan waterdicht zijn :
- Kijk of alle afdichtingen op hun plaats zitten en
of de aansluitingen naar behoren zijn
aangedraaid.
Schuim loopt over (1 en 2)
• U hebt teveel wasmiddel gebruikt.
• U hebt geen wasmiddel voor wasmachines
gebruikt :
- Laat het water uit de machine lopen en stel
meerdere spoelprogramma’s in. Dan pas een
wascyclus programmeren.
De droogcyclus gaat niet van start (2)
U hebt vergeten een tijdsduur voor het drogen te
selecteren.
Het wasgoed is niet droog genoeg (2)
• Het geselecteerde droogprogramma is niet
geschikt voor de aard van het wasgoed dat u in
de machine hebt gedaan (kijk naar de
inlichtingen vermeld op de etiketten van het
wasgoed).
• De geselecteerde droogtijd is niet geschikt :
- naar gelang de gewenste vochtigheidsgraad
moet u de droogtijd opvoeren of verminderen..
• het gewicht van het droge wasgoed is hoger dan
de maximale toegestane belasting (zie “TABEL
VAN PROGRAMMA’S”).
• Het wasgoed dat gedroogd moest worden was
niet voldoende gecentrifugeerd.
Mogelijke storingen
(1)
wasmachines
(2)
was-droogmachines.
Onderhoudscode van textielwaren :
Niet boven de vermelde temperatuur wassen.
Koud verdund bleken.
Strijken :
zacht
••
gemiddeld
•••
warm.
Chemisch reinigen.
Deze verboden in acht nemen.
Stevig drogen in huishoudtrommel.
Zacht drogen in huishoudtrommel.
F
95
34
NL
Servicedienst
Alle mogelijke ingrepen op het apparaat moeten door uw leverancier of een andere voor dit merk erkende
vakman verricht worden.
Als u de vakman of de leverancier belt, verzoeken wij u de volledige referentie van het apparaat (model,
type en serienummer) door te geven. Deze inlichtingen staan vermeld op het typeplaatje dat aan de
achterzijde van de machine is bevestigd (zie Figuur 9).
Meldingen Mogelijke oorzaken / oplossingen
Storing vullen water: controleer of de waterkraan open staat, druk dan opnieuw op de
toets
“”
om de cyclus opnieuw op te starten.
Storing afvoer water : Maak de filter van de pomp schoon (zie methode in het
hoofdstuk “Schoonmaken van de filter”) druk dan opnieuw op de toets
“”
om de
cyclus opnieuw op te starten.
Storing draaiing trommel : Na de machine buiten spanning gezet te hebben,
controleren of een stuk wasgoed of een ander voorwerp niet tussen de trommel en de
kuip is gevallen en de trommel blokkeert (zie hoofdstuk “Normaal onderhoud” om bij de
bodem van de kuip te kunnen komen en om de schoep van de trommel te demonteren).
Storing vergrendeling : Controleer of het deksel vergrendeld is, druk dan opnieuw op
de toets
“”
om de cyclus opnieuw op te starten.
Verkeerd geplaatste keuzeschakelaar. Bij het programmeren heeft u de knop van de
keuzeschakelaar tussen twee programmastreepjes gezet. Zet de knop tegenover het
programma dat u had gekozen. De boodschap verdwijnt en u kunt de programmering
afmaken.
Op het display gemelde storingen, die u zelf kunt verhelpen
In dit hoofdstuk leggen wij u uit hoe u zelf moeiteloos deze storingen kunt oplossen.
Uw apparaat spoort zelf bepaalde storingen in de werking op en geeft u dit aan met speciale
boodschappen die op het display verschijnen.
Meldingen
Gemelde storingen waarvoor de storingsmonteur nodig is
Controleer goed dat de aangegeven boodschap niet bij een storing hoort die u zelf kunt verhelpen
(zie hierboven).
Uw apparaat spoort ook bepaalde storingen in de werking op waarvoor systematisch een ingreep van een
storingsmonteur nodig is. Dit wordt u aangegeven met andere boodschappen waarvan we u hieronder een
paar voorbeelden geven.
Als het apparaat een van deze meldingen heeft gedaan, moet u niet vergeten de aangegeven boodschap
op te schrijven, zodat u deze aan uw storingsmonteur kan meedelen wanneer u hem belt. Zo wordt hem
het werk vereenvoudigd.
Indien u er niet in bent geslaagd om een van de bovenstaande storingen zelf te verhelpen, moet u uw
storingsmonteur bellen. Vergeet hierbij niet om hem de boodschap mee te delen die wordt getoond
(d01, d02 enz.). Zo wordt hem het werk vereenvoudigd.
enz.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14

Brandt WTD1373KS de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor