De wijnlade is als een inbouwapparatuur ontworpen en kan op geen enkele wijze als een losstaand geheel
gebruikt worden. De montage en het onderhoud moeten door tenminste twee gekwalificeerde technici
worden uitgevoerd.
MONTEER DE WIJNLADE ALLEEN OP EEN PLEK ONDER HET WERKBLAD IN DE KEUKEN.
Zorg ervoor dat de wijnlade met behulp van de bijgeleverde geleiders aan de omringende kast is
vastgemaakt.
MONTEER DE WIJNLADE NOOIT AAN EEN DRAAGZUIL.
MONTEER DE WIJNLADE NOOIT ALS EEN ZELFSTAAND GEHEEL OF IN EEN ENKELE KAST.
In dit geval zal de wijnlade instabiel zijn met als gevolg dat deze kan omvallen en voor verwondingen of
schade kan zorgen. Zet dit elektronische apparaat nooit aan als deze beschadingd is, niet op de juiste wijze
werkt, deels gedemonteerd is of als er onderdelen kapot zijn of onderbreken, zoals een beschadigde
voedingskabel of stopcontact.
Zorg ervoor dat de voedingskabel op dergelijke wijze is weggewerkt dat men er niet over kan lopen,
struikelen of kan beschadigen of dat deze in de knel kan komen te zitten.
Installeer of sla het apparaat nooit op in een plek waar deze aan weersomstandigheden of
vriestemperaturen wordt blootgesteld.
De min. ventilatieruimte aan de achterkant moet minstens 200 cm
2
zijn.
Voorzien van montagekit
4