47
NL
Storingen
Als er een storing optreedt, controleer dan of er een bedieningsfout is gebeurd. Is dit
het geval dan moeten we helaas ook tijdens de garantietermijn de reparatiekosten in
rekening brengen.
De volgende storingen kunt u zelf verhelpen:
•Het apparaat werkt niet. Controleer:
- of de stekker goed in het stopcontact zit, resp.
- of de zekering in de meterkast nog goed is.
•Het apparaat maakt te veel lawaai. Controleer:
- of het apparaat stabiel staat.
Houd er rekening mee dat stromingsgeluiden in het koelmiddelcircuit en ventilator-
geluiden niet te vermijden zijn. De ventilator in de binnenruimte loopt permanent.
•De temperatuur in het apparaat is te hoog. Controleer:
- de instelling volgens de paragraaf Temperatuur instellen,
- de luchttoevoer en -afvoer van het apparaat,
- of het apparaat te dicht bij een warmtebron staat.
•De luchtvochtigheid in het apparaat is te laag. Controleer:
- of het waterreservoir gevuld is.
•De luchtvochtigheid in het apparaat is te hoog. Controleer:
- of het waterreservoir er tot aan de aanslag toe is ingeschoven,
- of de afdichting goed op de waterbak aansluit. Dit kunt u aan de voorkant zien.
Indien de afdichting niet goed afsluit, haal het waterreservoir eruit en schuif het
vervolgens nogmaals in het apparaat.
- Wanneerdeluchtvochtigheidtehoogopgelopenis,duidtditopeendefect.Neem
contact op met de technische dienst en doe de deur open, tot een normale waarde
weergegeven wordt.
•Ondankseengevuldwaterreservoirtreedthetwa-
terstandalarm in werking. Controleer:
- of de vlotter in het waterreservoir zich vrij kan be-
wegen. Gewoon met een puntig voorwerp bewegen.
Neem, indien geen van de bovengenoemde oorzaken van
toepassing zijn en u de storing niet zelf verhelpen kunt,
contact op met de dichtstbijzijnde technische dienst van de
leverancier van het apparaat.
Geef de volgende gegevens op het typeplaatje door: de
typeaanduiding , het servicenummer en het apparaat-
nummer .