Aiwa NSX-SZ17 Operating Instructions Manual

Categorie
CD spelers
Type
Operating Instructions Manual

Deze handleiding is ook geschikt voor

2
NEDERLANDS
NEDERLANDS
VOORZORGSMAATREGELEN
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door, alvorens het
apparaat in gebruik te nemen. Bewaar de gebruiksaanwijzing
op een handige plaats, voor eventuele naslag. Neem alle
waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen in deze
gebruiksaanwijzing en op het apparaat zorgvuldig in acht, evenals
de onderstaande veiligheidsvoorschriften.
Opstelling
1 Water en vocht Plaats het apparaat niet in de buurt van
water - dus niet naast een wastafel, gootsteen, badkuip of
wasmachine en niet bij een zwembad of in een vochtige kelder,
enz.
2 Hitte Plaats het apparaat niet in de buurt van een
warmtebron, zoals een kachel, verwarmingsradiatoren of
fornuis, of andere elektrische apparatuur die warmte
produceert. Stel het apparaat niet bloot aan
omgevingstemperaturen onder 5°C of boven 35°C.
3 Ondergrond Plaats het apparaat op een vlak, egaal
horizontaal oppervlak.
4 Ventilatie Het apparaat heeft rondom ruimte nodig voor
een afdoende ventilatie. Houd aan de achterzijde en boven
het apparaat ongeveer 10 cm ruimte open en aan de zijkanten
ongeveer 5 cm.
- Plaats het apparaat nooit op een zachte of wollige
ondergrond (bed, bank, tapijt enz.), aangezien dit de
ventilatie-openingen kan blokkeren
- Plaats het apparaat niet in een krappe, omsloten ruimte zoals
een audiokastje of boekenrek met onvoldoende vrije
luchtdoorstroming.
5 Vloeistof of kleine voorwerpen Zorg dat er geen vloeistof
of kleine voorwerpen door de ventilatie-openingen in het
apparaat terechtkomen.
6 Audiorek of verrijdbaar onderstel Wees voorzichtig bij
het verplaatsen van het apparaat op een audiorek of onderstel
met wielen.
Bij heftige bewegingen, zijwaartse druk of een ongelijke
ondergrond kan een verrijdbaar rek gemakkelijk uit evenwicht
raken en omvallen.
7 Condensvocht Er kan vocht uit de lucht op het lensje van
de CD weergavekop condenseren:
- Wanneer het apparaat van een koude naar een warme
omgeving wordt verplaatst.
- Na inschakelen van de verwarming.
- Bij gebruik in een erg vochtige omgeving.
- Bij afkoeling van het apparaat door een airconditioning.
Als er vocht condenseert en het lensje beslaat, zal het
apparaat geruime tijd niet normaal functioneren. In dat geval
dient u het enkele uren ongebruikt te laten staan, om het dan
opnieuw te proberen.
8 Montage aan wand of plafond Het apparaat mag niet
aan een wand of het plafond worden opgehangen, tenzij de
gebruiksaanwijzing hier expliciet installatievoorbeelden voor
geeft.
WAARSCHUWING
STEL DIT APPARAAT NIET BLOOT AAN REGEN
OF VOCHT, OM GEVAAR VOOR BRAND OF EEN
ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN.
LET OP
VERMINDER DE KANS OP BRAND OF EEN
ELEKTRISCHE SCHOK EN VERWIJDER
DERHALVE DE BEHUIZING (OF HET
ACHTERPANEEL) NIET.
ER BEVINDEN ZICH GEEN DOOR DE
GEBRUIKER TE REPAREREN ONDERDELEN
IN HET TOESTEL. LAAT ONDERHOUD EN
REPARATIE OVER AAN ERKEND
ONDERHOUDSPERSONEEL.
VOORZICHTIG
Maak nooit op eigen initiatief afstellingen die niet in de
gebruiksaanwijzing zijn beschreven, aangezien dit kan
resulteren in het vrijkomen van gevaarlijke straling.
Deze compact disc speler is geclassificeerd als een KLASSE
1 LASER product.
Een label met het opschrift CLASS 1 LASER PRODUCT
bevindt zich op het apparaat.
CLASS 1
KLASSE 1
LUOKAN 1
KLASS 1
LASER PRODUCT
LASER PRODUKT
LASER LAITE
LASER APPARAT
WAARSCHUWING!
Als de automatische beveiliging niet werkt
wanneer het apparaat open staat, kan er
onzichtbare laserstraling vrijkomen. Vermijd
blootstelling aan deze straling.
OPMERKING
AIWA CO.LTD. - JAPAN, VERKLAART ONDER ZIJN
EIGEN VERANTWOORDELIJKHEID DAT HET
PRODUCT DAT IN DEZE HANDLEIDING
BESCHREVEN WORDT, IN OVEREENSTEMMING
IS MET DE RICHTLIJNEN VAN D.M. 28.8.95 NR.
548, VOLGENS DE BEPALINGEN VAN
PARAGRAAF 3 VAN BIJLAGE 1 VAN D.M. 27.8.87
(VOORSCHRIFTEN MET BETREKKING TOT
FREQUENTIES)
Bovenstaande informatie is alleen bestemd voor Italië.
NEDERLANDS
3
NL
Stroomvoorziening
1 Voedingsbronnen Sluit dit apparaat alleen aan op de
voedingsbronnen die staan vermeld in de gebruiksaanwijzing
en op het apparaat zelf.
2 Netsnoer
- Voor het verbreken van de stroomaansluiting trekt u de
stekker uit het stopcontact. Trek nooit aan het snoer.
- Pak de stekker niet met natte handen vast, want dat kan
gevaar voor brand of een elektrische schok opleveren.
- Leg alle netsnoeren van uw apparatuur zo dat men er niet
over kan struikelen. Plaats er geen voorwerpen bovenop en
zorg dat de snoeren niet te strak staan of klem raken.
- Zorg ervoor de netsnoeren, stopcontacten en
verlengsnoeren niet te belasten met meer dan hun
stroomcapaciteit, want dat zou tot brand of een elektrische
schok kunnen leiden.
3 Bij langdurige afwezigheid Trek de stekker uit het
stopcontact wanneer u denkt het apparaat enkele maanden
lang niet te gebruiken. Zolang de stekker in het stopcontact
zit, blijft er een geringe hoeveelheid stroom naar het apparaat
lopen, ook al staat dit uitgeschakeld.
Onderhoud
Reinig het apparaat alleen volgens de instructies in deze
gebruiksaanwijzing.
Storingen die reparatie vereisen
In de volgende gevallen moet het apparaat door een bevoegd
onderhoudsmonteur worden nagezien:
- Wanneer het netsnoer of de stekker beschadigd is.
- Als er vloeistof of een voorwerp in het apparaat is
terechtgekomen.
- Wanneer het apparaat in de regen heeft gestaan.
- Wanneer het apparaat niet goed functioneert.
- Wanneer de prestaties van het apparaat afnemen.
- Wanneer het apparaat gevallen is of de ombouw beschadigd
is.
TRACHT NIET ZELF HET APPARAAT TE REPAREREN.
INHOUDSOPGAVE
VOORZORGSMAATREGELEN ..........................................2
VOORBEREIDINGEN
AANSLUITINGEN ...............................................................4
AFSTANDSBEDIENING .................................................... 5
VOOR DE BEDIENING .......................................................6
GELIJKZETTEN VAN DE KLOK ....................................... 7
GELUIDSWEERGAVE
BIJREGELEN VAN HET GELUID ...................................... 7
GRAFIEK-TOONREGELING ..............................................8
CASSETTE-WEERGAVE
BASISBEDIENING ............................................................. 8
RADIO-ONTVANGST
HANDMATIG AFSTEMMEN ...............................................9
VASTLEGGEN VAN VOORKEURZENDERS .....................9
CD-WEERGAVE
BASISBEDIENING ........................................................... 10
PROGRAMMA-WEERGAVE............................................ 11
OPNEMEN
BASISBEDIENING VOOR BANDOPNAME .................... 12
AI EDIT VOLAUTOMATISCHE OPNAMEFUNCTIE ........ 13
PROGRAMMA-OPNAMEFUNCTIE ................................. 14
SCHAKELKLOK
INSTELLEN VAN DE SCHAKELKLOK ........................... 15
AUTOMATISCH UITSCHAKELEN MET DE
SLUIMERFUNCTIE ..................................................... 16
ANDERE MOGELJKHEDEN
DEMO (Demonstratie of cijferspel) ............................... 16
OVERIGE AANSLUITINGEN
AANSLUITEN VAN LOS VERKRIJGBARE
APPARATUUR ............................................................. 17
LUISTEREN NAAR EEN EXTERNE GELUIDSBRON ... 17
ALGEMEEN
ONDERHOUD .................................................................. 18
VERHELPEN VAN STORINGEN ..................................... 18
TECHNISCHE GEGEVENS ............................................. 19
BEDIENINGSORGANEN ..............................
Achterpagina
Controleer of uw apparatuur en toebehoren compleet zijn.
NSX-SZ10
CX-NSZ10: Compact disc
stereo cassetterecorder/
tuner/versterker
SX-NSZ10: Voorluidsprekers
NSX-SZ17
CX-NSZ17: Compact disc
stereo cassetterecorder/
tuner/versterker
SX-NSZ10: Voorluidsprekers
FM
draadantenne
MG/LG
kaderantenne
Afstandsbediening
4
NEDERLANDS
1 Sluit de linker en rechter luidsprekers aan op
het hoofdapparaat.
Sluit het snoer van de rechter luidspreker aan op de
SPEAKERS R luidsprekerklemmen en dat van de linker
luidspreker op de SPEAKERS L klemmen.
Bij beide luidsprekersnoeren sluit u de draad met het witte
streepje aan op de 0 aansluitklem en de zwarte draad op
de 9 aansluitklem.
Let op dat alle luidsprekersnoeren op de juiste wijze zijn
aangesloten. Onzorgvuldig aansluiten kan kortsluiting in de
SPEAKERS luidsprekeraansluitingen veroorzaken.
VOORBEREIDINGEN
AANSLUITINGEN
2 Sluit de bijgeleverde antennes aan.
Sluit de FM antenne aan op de FM 75 aansluitbus en de
MG/LG kaderantenne op de MW/LW LOOP aansluitklemmen.
3 Steek de stekker van het netsnoer in het
stopcontact.
Wanneer u voor het eerst de stekker in het stopcontact
steekt, begint er een DEMO of een spel. Om de DEMO of
het spel uit te schakelen, stelt u de klok in op de juiste tijd.
Alvorens het netsnoer aan te sluiten
De bedrijfsspanning van uw apparaat staat aangegeven op het
achterpaneel als 230 V. Controleer of deze bedrijfsspanning
overeenkomt met de plaatselijke netspanning.
BELANGRIJK
Zorg eerst dat alle aansluitingen voor de luidsprekers, antennes
en andere aan te sluiten apparatuur in orde zijn. Steek pas als
laatste de stekker in het stopcontact.
MG/LG
kaderantenne
FM
kaderantenne
NEDERLANDS
5
NL
Leg geen magnetisch gevoelige voorwerpen zoals
betaalkaarten e.d. dichtbij de luidsprekers, om storingen te
voorkomen.
Leg de FM antenne niet langs een metalen gordijnrail,
lampstandaard e.d.
Plaats de MG/LG kaderantenne niet te dicht bij de
luidsprekersnoeren, het netsnoer, uw stereo-installatie of
andere elektrische apparatuur, anders kan de antenne storing
oppikken.
Wikkel de antennedraad van de MG/LG kaderantenne niet af.
Plaatsing van de antennes
FM antenne:
Strek de draad tot zijn volle lengte uit en leg of hang deze zo dat
de ontvangst optimaal is.
Deze antenne is slechts bedoeld voor tijdelijk gebruik; meestal
is het aanbevolen een buitenantenne aan te sluiten.
MG/LG kaderantenne:
Kies voor deze antenne een zodanige plaats en richting dat de
radio-ontvangst optimaal klinkt.
Rechtop zetten van de MG/LG kaderantenne
Steek de nok in de gleuf en kies de beste opstelling.
AANSLUITEN VAN EEN BUITENANTENNE
Voor de beste FM ontvangst is het aanbevolen een buitenantenne
aan te sluiten.
Sluit de buitenantenne aan op de FM 75 aansluitbus.
Aansluiten van andere apparatuur pagina 17.
VOORBEREIDINGEN
AFSTANDSBEDIENING
Batterij-inleg
Open het batterijdeksel achterop de afstandsbediening en leg
twee R6 (AA-formaat) batterijen in het batterijvak.
Wanneer de batterijen te vervangen
De maximale reikwijdte van de afstandsbediening tot de sensor
op het apparaat bedraagt ongeveer 5 meter. Wanneer deze
bedieningsafstand minder wordt, dient u beide batterijen door
nieuwe te vervangen.
Gebruik van de SHIFT toets op de afstandsbediening
De toetsen bij 1 hebben twee verschillende functies. Een ervan
staat op de toets zelf aangegeven en de andere functie op het
paneel van de afstandsbediening, boven de toets.
Voor de functie die op de toets zelf staat, drukt u alleen deze
toets in.
Voor de functie die boven de toets staat, drukt u de toets tegelijk
met de SHIFT toets in.
Gebruik van de FUNCTION toets op de afstandsbediening
Met de FUNCTION toets kiest u de geluidsbron, net als met de
functiekeuzetoetsen (TAPE, TUNER/BAND, VIDEO/AUX, CD) op
het apparaat zelf.
Telkens wanneer u op de FUNCTION toets drukt, kiest u de
volgende geluidsbron.
Als u de afstandsbediening geruime tijd niet gebruikt, kunt u
beter de batterijen eruit verwijderen, om schade door eventuele
batterijlekkage te voorkomen.
De afstandsbediening kan niet naar behoren werken:
- Als er een obstakel tussen de afstandsbediening en het
apparaat is of als er zonlicht of fel lamplicht op de sensor in
het uitleesvenster valt.
- Als er dichtbij nog een andere afstandsbediening wordt
gebruikt (zoals voor een TV-toestel e.d.).
6
NEDERLANDS
VOOR DE BEDIENING
Inschakelen van de stroom
Druk op een van de geluidsbron-keuzetoetsen (TAPE, TUNER,
VIDEO/AUX, CD). Dan begint het afspelen van een geplaatste
compact disc of de weergave van de laatst gekozen radiozender
(automatische weergavestart).
U kunt ook alleen inschakelen met de POWER toets.
Uitschakelen van de stroom
Druk op de POWER toets.
Bij inschakelen kan de disc-lade open en weer dicht gaan, om
het apparaat in de gebruiksklare stand te zetten.
DEMO (demonstratie of cijferspel)
Wanneer u de stekker voor het eerst in het stopcontact steekt,
verschijnt er in het uitleesvenster een kleurrijke DEMO
(demonstratie of een cijferspel). De DEMO of het spel stopt
automatisch wanneer u de stereo-installatie inschakelt. Bij
uitschakelen zal de DEMO of het cijferspel weer beginnen.
Als de klok eenmaal is gelijkgezet, zal er bij uitschakelen van de
stereo-installatie geen DEMO of cijferspel meer volgen.
Starten of stoppen van de DEMO of het cijferspel
Druk op de a toets, dan verschijnt de tijdsaanduiding in plaats
van de DEMO of het spel.
Druk op de c toets om de DEMO of het cijferspel weer te starten.
(Nadere bijzonderheden over de DEMO en het cijferspel vindt u
op pagina 16.)
INSTELLEN OP STROOMBESPARING
Door de stroombesparingsfunctie in te stellen op ECO ON of
ECO AUTO kunt u zorgen dat het apparaat minder stroom
verbruikt door vier automatische ECO besparingsfuncties, als
volgt.
ECO ON
Bij uitschakelen van het apparaat dooft de verlichting (het gehele
uitleesvenster). Alleen het rode spanningslampje gaat branden.
Bij keuze van de DIMMER (1-3) lichtvermindering zal de
verlichting van het uitleesvenster alleen 10 seconden lang
oplichten wanneer u op een toets drukt (bij deck 1 en 2 alleen
de w en c toetsen) of aan de VOLUME knop draait.
Wanneer het apparaat wordt ingeschakeld door de opname-
schakelklok, komt de verlichting van het uitleesvenster in de
laagste stand en ook de geluidssterkte komt in de
minimumstand (0).
ECO AUTO
Naast de bovenstaande drie besparingsfuncties van ECO ON
zal het apparaat in deze stand bovendien automatisch
uitschakelen wanneer u er 10 minuten lang geen geluid wordt
weergegeven en u het apparaat niet bedient in de CD of TAPE
weergavestand.
ECO OFF
In deze stand werken de stroombesparingsfuncties niet.
1
Druk op de ECO toets.
De aanduiding ECO MODE licht op.
2
Druk nu binnen 4 seconden op de a toets.
De laatst gekozen stroombesparingsstand wordt aangegeven.
3
Druk nu binnen 4 seconden aan de f of g
instelknop om de gewenste stroombesparingsstand
te kiezen.
Bijvoorbeeld: Bij keuze van ON.
4
Druk weer binnen 4 seconden op de a toets.
Als de klok nog niet is ingesteld, zal de verlichting van het
apparaat niet uitgaan. In plaats daarvan zal bij uitschakelen het
DEMO cijferspel of de demonstratie beginnen.
DIMMEN VAN HET UITLEESVENSTER
Keuze van de lichtsterkte van het uitleesvenster:
1 Druk net zovaak op de ECO toets totdat de aanduiding DIM
MODE verschijnt.
2 Druk binnen 4 seconden op de a toets.
3 Druk binnen 4 seconden aan de f of g instelknop om
de gewenste lichtsterkte van het uitleesvenster te kiezen, in
de hieronder aangegeven volgorde.
4 Druk weer binnen 4 seconden op de a toets.
DIMMER 2DIM-OFF DIMMER 3
DIMMER 1
De DIM-OFF stand geeft de helderste verlichting, de DIMMER
3 stand de minst heldere.
NEDERLANDS
7
NL
GELUIDSWEERGAVE
BIJREGELEN VAN HET GELUID
GELUIDSSTERKTE
Draai aan de VOLUME regelaar op het apparaat zelf of
druk op de VOL toets van de afstandsbediening.
Het gekozen volume wordt aangegeven als een waarde van 0
tot 31 (MAX).
De geluidssterkte wordt automatisch teruggesteld op 16 wanneer
u het apparaat uitschakelt bij een volume-instelling van 17 of
hoger.
T-BASS VOOR EXTRA BASVERSTERKING
Het T-BASS systeem zorgt voor een indrukwekkend realisme in
de lage tonen.
Druk op de T-BASS toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de sterkte van
de lage tonen. Kies een van de drie basversterkingsniveaus of
de uit-stand, al naar gelang de muziek en uw smaak.
Kiezen van basversterking met de afstandsbediening
Druk op de T-BASS toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt.
De lage tonen kunnen vervormd gaan klinken als u de T-BASS
basversterking inschakelt bij afspelen van een compact disc of
cassette die van zichzelf al erg veel bassen heeft. Dan kunt u de
T-BASS basversterking beter uitschakelen.
VOORBEREIDINGEN
GELUIDSWEERGAVE
GELIJKZETTEN VAN DE KLOK
Gebruik hiervoor de afstandsbediening.
1
Druk op de CLOCK toets terwijl u de SHIFT toets
ingedrukt houdt.
Bij bediening op het apparaat zelf drukt u op de a pauzetoets
terwijl het apparaat nog uit staat.
De tijdsaanduiding licht op. (De : dubbele punt tussen de
uren en minuten knippert.)
2
Druk nu binnen 4 seconden op de f of de g
toets om het juiste uur en de minuut in te stellen.
Door indrukken van deze toetsen veranderen zowel de
minuten als de uren. Bij ingedrukt houden zal de tijd snel
veranderen in stappen van 10 minuten en bij telkens kort
indrukken verandert de tijd in stapjes van 1 minuut.
3
Druk op de a toets.
Nu gaat de klok lopen, vanaf 00 seconden.
Terugkeren naar de oorspronkelijke tijdsaanduiding
Druk op de CLOCK toets terwijl u de SHIFT voor u stap 3 doet,
om de vorige tijdsaanduiding te herstellen. De nieuwe instelling
wordt dan geannuleerd.
Aangeven van de juiste tijd als het uitleesvenster andere
aanduidingen toont
Druk op de CLOCK toets terwijl u de SHIFT. De tijd wordt 4
seconden lang aangegeven en dan verschijnen weer de
oorspronkelijke aanduidingen. Tijdens opnemen kan de juiste tijd
echter niet worden aangegeven.
Overschakelen op een 24-uurs tijdsaanduiding
Druk op de CLOCK toets terwijl u de SHIFT en druk dan binnen
4 seconden op de s stoptoets.
Herhaal dit om terug te schakelen naar de 12-uurs
tijdsaanduiding.
Bij de 12-uurs tijdsaanduiding staat AM 12:00 voor middernacht
en PM 12:00 voor twaalf uurs middags.
Als de tijdsaanduiding knippert
Als de gehele tijdsaanduiding knippert, dan is de stekker een
tijdlang uit het stopcontact geweest of is de stroom om een
andere reden onderbroken geweest. U zult dan de juiste tijd
opnieuw moeten instellen.
Als de stroombesparingsfunctie (zie pagina 6) is ingeschakeld,
dooft alle verlichting zodra de stroom wordt uitgeschakeld. Om
dan de tijdsaanduiding te zien, drukt u op de CLOCK toets terwijl
u de SHIFT dan wordt de tijd 4 seconden lang aangegeven.
8
NEDERLANDS
GRAFIEK-TOONREGELING
U kunt de klankkleur van de weergave naar wens aanpassen
met de volgende drie equalizer-klankbeelden.
ROCK: Extra versterkte hoge tonen en bassen
POP: Meer nadruk op zang en de middentonen
CLASSIC: Rijke klank met sonore bassen en ragfijne hoge tonen
Druk op de ROCK, POP of CLASSIC toets.
Het gekozen equalizer-klankbeeld wordt aangegeven.
Uitschakelen van het gekozen equalizer-klankbeeld
Druk nogmaals op de betreffende toets. Dan verschijnt de
aanduiding GEQ OFF.
Kiezen van een equalizer-klankbeeld met de
afstandsbediening
Druk zo vaak u wilt op de GEQ toets terwijl u de SHIFT toets
ingedrukt houdt. De verschillende GEQ equalizer-klankbeelden
worden als volgt doorlopen.
ROCK POP CLASSIC GEQ OFF
(uitgeschakeld)
BASISBEDIENING
Gebruik uitsluitend Type I (normaalband) cassettes.
1
Druk op de TAPE toets en dan op de s/z toets
om de cassettehouder te openen.
Steek een cassette met de bandzijde omlaag in de houder.
Druk het deurtje van de cassettehouder met de hand dicht.
2
Druk op de c toets om te beginnen met afspelen.
Alleen de naar buiten gerichte kant van de cassette kan
worden weergegeven.
Om te stoppen met afspelen, drukt u op de s/z stoptoets.
Om het afspelen te pauzeren, drukt u op de a pauzetoets.
Nogmaals drukken om de weergave te hervatten.
Om de band snel terug of vooruit te spoelen, drukt u op de
f of g snelspoeltoets. Daarna drukt u op s/z om de
bandloop te stoppen.
Als er in deck 1 zowel als deck 2 een cassette wordt
afgespeeld
Dan zult u alleen het geluid van deck 2 horen.
CASSETTE-WEERGAVE
Luisteren via een hoofdtelefoon
Sluit op de PHONES stekkerbus een hoofdtelefoon aan met een
standaard stereo klinkstekker (ø 6,3 mm).
Zolang de hoofdtelefoon is aangesloten, zullen de luidsprekers
geen geluid weergeven.
Bijregelen van het geluid tijdens opnemen
U kunt de geluidssterkte en de klankkleur van de weergave zowel
voor de luidsprekers als de hoofdtelefoon geheel naar wens
instellen, want dit heeft geen invloed op de gemaakte
bandopname.
Deck 1 Deck 2
NEDERLANDS
9
NL
CASSETTE-WEERGAVE
GELUIDSWEERGAVE
RADIO-ONTVANGST
HANDMATIG AFSTEMMEN
1
Druk enkele malen op de TUNER/BAND toets om
in te stellen op de gewenste afstemband.
FM MW LW
Als u op de TUNER/BAND toets drukt terwijl het apparaat
nog uitgeschakeld staat, wordt automatisch de stroom
ingeschakeld.
Kiezen van de afstemband met de afstandsbediening
Druk op de BAND toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt
houdt.
2
Druk op de f DOWN of g UP toets om een
radiozender te kiezen.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de
afstemfrequentie. Bij ontvangst van een zender wordt er twee
seconden lang TUNE aangegeven. Tijdens ontvangst van
een FM stereo uitzending verschijnt de 1 aanduiding.
Snel opzoeken van een radiozender (Automatische
zoekafstemming)
Houd de f DOWN of g UP toets ingedrukt tot de frequentie-
aanduiding snel gaat veranderen. Bij ontvangst van een zender stopt
de zoekafstemming. Om de automatische zoekafstemming met de
hand te stoppen, drukt u weer op de f DOWN of g UP toets.
De automatische zoekafstemming kan niet stoppen bij zenders
die erg zwak ontvangen worden.
Bij storing in een FM stereo uitzending
Druk op de MONO/TUNER toets terwijl u de SHIFT toets
ingedrukt houdt van de afstandsbediening, zodat er MONO in
het uitleesvenster verschijnt. De weergave klinkt dan beter, al is
het slechts in mono, zonder stereo-effect.
Om de stereo-ontvangst te herstellen, drukt u nogmaals op deze
toetsen, zodat de MONO aanduiding dooft.
Omschakelen van het middengolf-afsteminterval
De fabrieksinstelling voor het afsteminterval is 9 kHz/zender. U
kunt dit apparaat ook gebruiken voor radio-ontvangst in gebieden
waar het afsteminterval 10 kHz bedraagt, maar dan moet u het
als volgt omschakelen. Druk op de POWER toets terwijl u de
TUNER/BAND toets ingedrukt houdt.
Om het afsteminterval weer terug te schakelen, herhaalt u dit.
Bij omschakelen van het middengolf-afsteminterval komen alle
vastgelegde voorkeurzenders te vervallen. Dan zult u die opnieuw
in het geheugen moeten vastleggen.
VASTLEGGEN VAN VOORKEURZENDERS
In het afstemgeheugen van dit apparaat kunt u in totaal 32
voorkeurzenders vastleggen. Elke vastgelegde radiozender krijgt
een zendernummer toegewezen. Door dat nummer te kiezen,
kunt u direct op een dergelijke voorkeurzender afstemmen.
1
Kies met de TUNER/BAND toets de gewenste
afstemband en druk op de f DOWN of g UP
toets om een radiozender te kiezen.
2
Druk op de a SET toets om de ontvangen zender
in het afstemgeheugen vast te leggen.
Elke aldus vastgelegde zender wordt genummerd op volgorde
vanaf 1 voor de betreffende afstemband.
3
Herhaal de stappen 1 en 2.
Als er reeds 32 voorkeurzenders voor alle afstembanden zijn
vastgelegd in het afstemgeheugen, zal een volgende gekozen
zender niet worden vastgelegd.
Als u probeert meer dan 32 voorkeuzestations op te slaan, zal
er FULL (vol) verschijnen.
AFSTEMMEN OP EEN VOORKEURZENDER
Kies het nummer van de gewenste zender direct met de
afstandsbediening.
1
Kies de afstemband met een druk op de BAND
toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt.
2
Gebruik de cijfertoetsen 0-9 en +10 om het
nummer van de voorkeurzender te kiezen.
Bijvoorbeeld:
Om af te stemmen op voorkeurzender nummer 20, drukt u op
+10, +10 en 0.
Om af te stemmen op voorkeurzender nummer 15, drukt u op
+10 en 5.
Kiezen van een voorkeurzendernummer op het apparaat
zelf
Kies met de TUNER/BAND toets de gewenste afstemband. Druk
vervolgens zo vaak als nodig op de cPRESET toets.
Telkens wanneer u op de cPRESET toets drukt, wordt er
afgestemd op het volgende zendernummer.
Wissen van een vastgelegde zender
Kies het nummer van de zender die u uit het geheugen wilt
wissen. Druk op de sCLEAR toets en dan binnen 4 seconden
op de a SET toets.
De voorkeurzenders in het geheugen met hogere nummers dan
de gewiste zender schuiven allemaal een plaatsje omlaag op.
RADIO-ONTVANGST
VoorkeurzendernummerFrequentiebereik
10
NEDERLANDS
CD-WEERGAVE
BASISBEDIENING
INLEGGEN VAN COMPACT DISCS
Druk op de CD toets en dan op de zOPEN/CLOSE toets
om de disc-lade te openen. Leg een of meer CDs met de
label-kant boven in de disc-uitsparing(en).
Voor het afspelen van één of twee CDs, legt u deze in de
disc-uitsparingen 1 en 2.
Voor het afspelen van drie CDs, drukt u na het inleggen van
de eerste twee discs op de DISC CHANGE toets om de disc-
uitsparingen door te draaien. Leg de derde CD in uitsparing 3.
Sluit de disc-lade met een druk op de zOPEN/CLOSE toets.
AFSPELEN VAN COMPACT DISCS
Leg de gewenste CDs in de disc-lade.
Voor het afspelen van alle CDs in de disc-lade, drukt u
op de c weergavetoets.
Het afspelen begint met de compact disc in disc-uitsparing 1.
Voor het afspelen van een enkele CD, drukt u op een DISC
DIRECT PLAY 1-3 toets.
De gekozen compact disc wordt dan eenmaal afgespeeld.
Om te stoppen met afspelen, drukt u op de s stoptoets.
Om het afspelen te pauzeren, drukt u op de a pauzetoets.
Nogmaals drukken om de weergave te hervatten.
Om tijdens afspelen een bepaalde muziekpassage op te
zoeken, houdt u de f of g zoektoets ingedrukt en laat u
deze bij het gewenste punt los.
Om tijdens afspelen terug of door te gaan naar het begin
van een muziekstuk, drukt u enkele malen kort op de f of
g zoektoets.
Om de compact disc(s) te verwijderen, drukt u op de z OPEN/
CLOSE toets.
Beginnen met afspelen terwijl het apparaat nog uit staat
(Automatische weergavestart)
Druk op de CD toets. De stroom wordt ingeschakeld en de
weergave van de geplaatste compact disc(s) begint.
Ook bij indrukken van de z OPEN/CLOSE toets wordt de stroom
ingeschakeld en dan gaat de disc-lade open.
Controleren van de resterende speelduur
Druk tijdens afspelen (behalve met willekeurige weergave of
programma-weergave) op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u
de SHIFT toets ingedrukt houdt van de afstandsbediening. Dan
wordt de totale resterende speelduur tot het einde van de
compact disc aangegeven. Om weer de aanduiding voor de
verstreken speelduur te zien, herhaalt u deze handeling.
Kiezen van een muziekstuk met de afstandsbediening
1 Druk op een DISC DIRECT PLAY 1-3 toets om een disc te
kiezen.
2 Druk op de cijfertoetsen 0-9 en +10 om het nummer van het
gewenste muziekstuk te kiezen.
Bijvoorbeeld:
Om muziekstuk nummer 25 af te spelen, drukt u op +10, +10
en 5.
Om muziekstuk nummer 10 af te spelen, drukt u op +10 en 0.
De weergave begint met het gekozen muziekstuk en gaat
door tot het eind van de gekozen compact disc.
Verwisselen van discs tijdens het afspelen
Tijdens het afspelen van een disc kunt u de andere disc(s)
verwisselen zonder de weergave te onderbreken.
1 Druk op de DISC CHANGE toets.
2 Verwijder de disc(s) en vervang deze door (een) andere.
3 Druk op de z OPEN/CLOSE toets om de disc-lade te sluiten.
Voor het afspelen van een 8-cm CD singletje legt u dit in de
binnenste disc-uitsparing.
Leg nooit meer dan één CD tegelijk in één disc-uitsparing.
Til het apparaat niet op wanneer er compact discs in aanwezig
zijn. Dit kan storing in de werking veroorzaken.
Probeer geen compact discs met afwijkende vormen af te
spelen (zoals hartvormige of achthoekige CDs). Dit kan storing
in de werking veroorzaken.
Het apparaat kan CD-R/CD-RW discs die zijn opgenomen met
een personal computer of met bepaalde typen CD-R/CD-RW
recorders niet altijd goed afspelen, vanwege verschillen in het
opnamesysteem.
Plak nooit enig etiket of sticker waar dan ook op een CD-R/CD-
RW disc (de glimmende opnamekant of de label-kant). Dat kan
storing en defecten veroorzaken.
Nummer van de af te spelen CD
Totale speelduur
Totaal aantal muziekstukken
Nummer van het
weergegeven muziekstuk
Verstreken speelduur
NEDERLANDS
11
NL
3
Druk op de cijfertoetsen 0-9 en +10 om het
nummer van het gewenste muziekstuk te
programmeren.
Bijvoorbeeld:
Om muziekstuk nummer 25 te kiezen, drukt u op +10, +10 en 5.
Om muziekstuk nummer 10 te kiezen, drukt u op +10 en 0.
4
Herhaal de stappen 2 en 3 voor elk van de
muziekstukken die u wilt programmeren.
5
Druk op de c weergavetoets om de
geprogrammeerde weergave te starten.
Controleren van uw muziekprogramma
Telkens wanneer u in de stopstand op de f of g toets drukt,
geeft het uitleesvenster het volgende muziekstuknummer met
het bijbehorende discnummer en het programma-volgnummer
aan.
Wissen van uw muziekprogramma
Druk in de stopstand op de s CLEAR toets.
Muziekstukken toevoegen aan uw muziekprogramma
Herhaal de stappen 2 en 3 in de stopstand. Het nieuw gekozen
muziekstuk wordt achter aan uw muziekprogramma toegevoegd.
Wijzigen van de geprogrammeerde muziekstukken
Wis uw muziekprogramma en herhaal alle stappen voor een
nieuw programma.
Herhaalde weergave van alle geprogrammeerde
muziekstukken
Druk na het programmeren van de nummers enkele malen op
de RANDOM/REPEAT toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt
houdt, tot de aanduiding
"
in het uitleesvenster verschijnt.
Tijdens de geprogrammeerde weergave is het niet mogelijk de
willekeurige weergave te kiezen, de resterende speelduur te
controleren of nog een andere disc of muziekstuk te kiezen.
De aanduiding CANT USE verschijnt als u tracht een
muziekstuk te kiezen.
De aanduiding FULL verschijnt als u probeert meer dan 30
muziekstukken te programmeren.
WILLEKEURIGE/HERHAALDE WEERGAVE
Gebruik hiervoor de afstandsbediening.
Willekeurige weergave (RANDOM)
U kunt de muziekstukken van een enkele CD of van alle discs in
willekeurige volgorde afspelen.
Herhaalde weergave (REPEAT)
U kunt de muziekstukken van een enkele CD of van alle discs
herhaaldelijk laten afspelen.
Druk op de RANDOM/REPEAT toets terwijl u de SHIFT
toets indrukt.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de
afspeelfunctie kringsgewijze, als volgt.
Willekeurige weergave (RANDOM) De aanduiding
RANDOM verschijnt in het uitleesvenster.
Herhaalde weergave (REPEAT) De aanduiding
"
verschijnt in het uitleesvenster.
Willekeurige en herhaalde weergave (RANDOM/REPEAT)
De aanduidingen RANDOM en
"
verschijnen in het
uitleesvenster.
Uitgeschakeld (normale weergave) De aanduidingen
RANDOM en
"
verdwijnen allebei.
Voor het afspelen van alle CDs in de disc-lade, drukt u op de
c toets om de weergave te starten.
Voor het afspelen van een enkele CD, drukt u op een DISC
DIRECT PLAY 1-3 toets om de weergave te starten.
Tijdens afspelen in willekeurige volgorde is het niet mogelijk terug
te keren naar een voorgaand muziekstuk met de f toets.
PROGRAMMA-WEERGAVE
U kunt tot 30 muziekstukken van alle geplaatste compact discs
kiezen voor weergave in een zelf gekozen volgorde
Gebruik hiervoor de afstandsbediening.
1
Druk in de stopstand op de PRGM toets terwijl u
de SHIFT toets indrukt.
De aanduiding PRGM licht op in het uitleesvenster.
2
Druk op een DISC DIRECT PLAY 1-3 toets om een
disc te kiezen.
Ga door met de volgende stap wanneer de disc-lade stopt
met draaien.
CD-WEERGAVE
Gekozen
muziekstuknummer
Totaal aantal geprogrammeerde
muziekstukken
Programma-volgnummer
Totale speelduur van de
geprogrammeerde
muziekstukken
12
NEDERLANDS
BASISBEDIENING VOOR BANDOPNAME
Voorbereidingen
Gebruik uitsluitend Type I (normaalband) cassettes.
Spoel de cassetteband door naar het punt waar u wilt beginnen
met opnemen.
1
Plaats de cassette waarop u wilt opnemen in
cassettedeck 1.
Plaats de cassette met de kant waarop u wilt opnemen naar
buiten gericht in de cassettehouder.
2
Druk op de functietoets voor de gewenste
geluidsbron (CD, TAPE, TUNER of VIDEO/AUX) en
maak de geluidsbron gereed voor weergave.
Voor het opnemen van compact disc(s), drukt u op de CD
toets en plaatst u de compact disc(s) in de disc-lade.
Voor het kopiëren van een cassette, drukt u op de TAPE
toets. Vervolgens plaatst u de te kopiëren cassette in deck 2
en start u de weergave ervan.
Voor het opnemen van een radio-uitzending, drukt u op de
TUNER/BAND toets en stemt u af op de gewenste
radiozender.
Voor het opnemen vanaf een aangesloten geluidsbron,
drukt u op de VIDEO/AUX toets.
3
Druk op de w toets om te beginnen met opnemen.
De c toets wordt automatisch mee ingedrukt.
Wanneer u opneemt vanaf een aangesloten geluidsbron, start
u de weergave van de geluidsbron.
Als de gekozen geluidsbron een compact disc is, zal het
afspelen en opnemen tegelijk beginnen.
Om te stoppen met opnemen, drukt u op de Z stop/
uitwerptoets van deck 1.
Om het opnemen te pauzeren, drukt u op de a pauzetoets
van deck 1. Druk nogmaals op de pauzetoets om het opnemen
te hervatten.
OPNEMEN
Als er tijdens het opnemen van een MG of LG radio-uitzending
een storende hoge fluittoon klinkt door zweving, druk dan op de
MONO TUNER toets van de afstandsbediening terwijl u de SHIFT
toets ingedrukt houdt, om deze zwevingsstoring te onderdrukken.
Telkens wanneer u deze twee toetsen tegelijk indrukt, zal in het
uitleesvenster een indicatorlampje beurtelings oplichten en weer
doven.
Opnemen van gekozen muziekstukken van een compact
disc
Alvorens u op de w opnametoets drukt, programmeert u de
gewenste muziekstukken (zie pagina 11).
Het beginpunt van de opname precies bepalen (behalve
bij opnemen van een CD)
Druk voor de w toets in stap 3 eerst bij het gewenste beginpunt
op de a pauzetoets van deck 1 en daarna op de w opnametoets.
Het deck komt in de opnamepauzestand. Om te beginnen met
opnemen, drukt u nogmaals op de a pauzetoets.
Opnemen van een deel van een compact disc
Bij indrukken van de w opnametoets begint het opnemen altijd
vanaf het eerste muziekstuk. Om bij een ander punt op de CD
met opnemen te beginnen, start u eerst de weergave van de CD
en dan drukt u bij het gewenste opname-beginpunt op de a
pauzetoets van de CD-speler. Vervolgens drukt u op de w
opnametoets. Dan wordt de pauzestand van de CD-speler
automatisch vrijgezet en begint het opnemen onmiddellijk.
Wissen van bandopnamen
1 Plaats de cassette die u wilt wissen in deck 1 en druk op de
TAPE toets.
2 Spoel de band door naar het punt van waaraf u de opnamen
wilt wissen.
3 Druk op de w toets om te beginnen met wissen.
Bijregelen van het geluid tijdens opnemen
U kunt de geluidssterkte en de klankkleur van de weergave zowel
voor de luidsprekers als de hoofdtelefoon geheel naar wens
instellen, want dit heeft geen invloed op de gemaakte
bandopname.
Beveiligen van cassettes
Om abusievelijk wissen van waardevolle opnamen te
voorkomen, breekt u na het opnemen de
wispreventienokje(s) van de cassette uit met een
schroevendraaier of iets dergelijks.
Om een aldus beveiligde cassette weer voor opnemen
geschikt te maken, bedekt u de ontstane uitsparing(en)
met een stukje plakband.
Cassettes met een speelduur van 120 minuten of langer
hebben een erg dunne band, die gemakkelijk uitrekt of
verward raakt. Gebruik dergelijke cassettes liever niet.
Trek voor het gebruik eerst eventuele bandlussen strak
met een potlood of iets dergelijks. Losse bandlussen
kunnen gemakkelijk breken of in het bandloopwerk
verwikkeld raken.
Druk tijdens het opnemen niet op de toetsen van deck 2.
NEDERLANDS
13
NL
AI EDIT VOLAUTOMATISCHE OPNAMEFUNCTIE
Met de AI EDIT volautomatische opnamefunctie kunt u muziek
van CDs opnemen zonder dat u zich zorgen hoeft te maken
over de beschikbare bandlengte en welke muziekstukken er wel
of niet op passen. Na inleggen van een CD leest het apparaat
automatisch de totale speelduur af. Indien nodig, wordt zelfs de
volgorde van de nummers aangepast zodat er geen enkel
muziekstuk onderbroken wordt.
(AI: Artificial Intelligence, kunstmatige intelligentie)
1
Plaats de cassette voor opname in deck 1 en
spoel de band terug naar het begin van de
voorkant.
Druk op de Z toets om de cassettehouder te openen en
Plaats de cassette met de kant waarop u eerst wilt opnemen
naar buiten gericht in de cassettehouder. Spoel de band terug
naar het begin met de f toets.
2
Druk op de CD toets en leg de op te nemen disc(s)
in de disc-lade.
3
Druk eenmaal op de CD EDIT/CHECK toets terwijl
u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de
afstandsbediening.
De aanduiding EDIT en AI lichten op.
Als er PRGM wordt aangegeven, drukt u nogmaals op de
CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt
houdt.
4
Druk op een van de DISC DIRECT PLAY 1-3
toetsen om een disc te kiezen.
5
Druk op de cijfertoetsen 0-9 van de
afstandsbediening om de totale bandlengte in te
stellen.
U kunt een bandlengte van 10 tot 99 minuten kiezen.
Bijvoorbeeld: Voor het opnemen op een cassette van 60
minuten, drukt u op de 6 en de 0.
Na enkele seconden zijn de muziekstukken voor opname op
beide kanten van de cassette gekozen.
U kunt de bandlengte ook kiezen met de f en g
toetsen.
6
Druk op de w toets van deck 1 om te beginnen
met opnemen op de eerste cassettekant.
Het afspelen van de CD en het opnemen van de gekozen
muziekstukken op de eerste cassettekant beginnen gelijktijdig.
Aan het eind van de cassettekant stopt deck 1 met opnemen.
Na het stoppen kunt u verder gaan met stap 7.
7
Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de
SHIFT toets ingedrukt houdt op de
afstandsbediening om het muziekprogramma
voor de tweede cassettekant in te schakelen.
De aanduiding voor cassettekant B verschijnt.
8
Keer de cassette in deck 1 om en druk op de w
toets om te gaan opnemen op de tweede
cassettekant.
Stoppen met opnemen
Druk op de Z stop/uitwerptoets van deck 1. Het opnemen en
het afspelen van de CD stoppen tegelijk.
Annuleren van het op te nemen muziekprogramma
Druk tweemaal op de sCLEAR toets zodat de EDIT aanduiding
in het uitleesvenster dooft.
Controleren van de volgorde van de geprogrammeerde
nummers
Druk vóór het opnemen de CD EDIT/CHECK toets in terwijl u de
SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening om te
kiezen voor cassettekant A of B en druk dan meermalen op de
f of g toets.
Muziekstukken van andere compact discs toevoegen aan
het opname-programma
Als er na stap 5 nog ruimte over is op de cassette, kunt u nog
muziekstukken toevoegen van andere discs in de disc-lade.
1 Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets
ingedrukt houdt op de afstandsbediening om te kiezen voor
cassettekant A of B.
2 Druk op een van de DISC DIRECT PLAY 1-3 toetsen om een
compact disc te kiezen.
3 Druk op de cijfertoetsen van de afstandsbediening om de
gewenste muziekstukken te kiezen.
U kunt geen muziekstukken kiezen waarvan de speelduur
langer is dan de beschikbare ruimte op de cassette.
4 Herhaal de stappen 2 en 3 om nog meer muziekstukken toe
te voegen.
Lengte van de cassetteband en beschikbare opnameduur
De beschikbare opnameduur op cassettes is vaak iets langer
dan de officiële speelduur die op het label staat aangegeven. Dit
apparaat kan muziekstukken programmeren om de beschikbare
opnameduur op te vullen. Als de totale opnameduur iets langer
is dan de aangegeven speelduur van de cassette, zal het
uitleesvenster de extra tijd aangeven (zonder min-teken) in plaats
van de resterende tijd op de cassette (met het min-teken).
De AI EDIT volautomatische opnamefunctie werkt niet met
compact discs die 31 of meer muziekstukken bevatten. De
aanduiding TR OVER verschijnt als u dit probeert.
Bandlengte
Cassettekant
A: eerste opnamekant
B: tweede opnamekant
Min-teken
Geprogrammeerde
muziekstukken
voor kant A
Resterende
opnameduur
Muziekstuknummer
Geprogrammeerde
muziekstukken
Cassettekant
Programma-volgnummer
OPNEMEN
14
NEDERLANDS
PROGRAMMA-OPNAMEFUNCTIE
Met de programma-opnamefunctie kunt u zelf de muziekstukken
voor opnemen programmeren, lettend op de aangegeven
resterende opnameduur op elke cassettekant.
1
Plaats de cassette voor opname in deck 1 en
spoel de band terug naar het begin van de
voorkant.
Druk op de Z toets om de cassettehouder te openen en
Plaats de cassette met de kant waarop u eerst wilt opnemen
naar buiten gericht in de cassettehouder. Spoel de band terug
naar het begin met de f toets.
2
Druk op de CD toets en leg de op te nemen disc(s)
in de disc-lade.
3
Druk tweemaal op de CD EDIT/CHECK toets
terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de
afstandsbediening.
De aanduidingen PRGM en EDIT lichten op.
Als er AI wordt aangegeven, drukt u nogmaals op de CD
EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt.
4
Druk op de cijfertoetsen 0-9 van de
afstandsbediening om de totale bandlengte in te
stellen.
U kunt een bandlengte van 10 tot 99 minuten kiezen.
U kunt de bandlengte ook kiezen met de f en g
toetsen.
5
Druk op een DISC DIRECT PLAY 1-3 toets om een
disc te kiezen. Druk vervolgens op de
cijfertoetsen 0 - 9 en +10 om het nummer van een
op te nemen muziekstuk te programmeren.
Bijvoorbeeld: Om het 10de muziekstuk van disc 2 op te nemen,
drukt u op DISC DIRECT PLAY 2 en dan op +10 en 0.
6
Herhaal stap 5 voor de andere muziekstukken
die u wilt opnemen op kant A.
U kunt geen muziekstukken kiezen waarvan de speelduur
langer is dan de beschikbare ruimte op de cassette.
7
Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de
SHIFT toets ingedrukt houdt op de
afstandsbediening om in te stellen op kant B en
programmeer de muziekstukken voor kant B.
Controleer of kant B wordt aangegeven en herhaal dan weer
stap 5.
8
Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de
SHIFT toets ingedrukt houdt van de
afstandsbediening om in te stellen op kant A en
druk op de w toets om te beginnen met
opnemen.
Het afspelen van de CD en het opnemen van de gekozen
muziekstukken op de eerste cassettekant beginnen gelijktijdig.
Aan het eind van de cassettekant stopt deck 1 met opnemen.
Na het stoppen kunt u verder gaan met stap 9.
9
Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de
SHIFT toets ingedrukt houdt op de
afstandsbediening om het muziekprogramma
voor de tweede cassettekant in te schakelen.
De aanduiding voor cassettekant B verschijnt.
10
Keer de cassette in deck 1 om en druk op de
w toets om te gaan opnemen op de tweede
cassettekant.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op de Z stop/uitwerptoets van deck 1. Het opnemen en
het afspelen van de CD stoppen tegelijk.
Controleren van de volgorde van de geprogrammeerde
nummers
Druk vóór het opnemen de CD EDIT/CHECK toets in terwijl u de
SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening om te
kiezen voor cassettekant A of B en druk dan meermalen op de
f of g toets.
Wijzigen van het muziekprogramma voor een
cassettekant
Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets
ingedrukt houdt op de afstandsbediening om in te stellen op
cassettekant A of B en druk dan op de sCLEAR toets om de
geprogrammeerde nummers voor die kant te wissen. Herhaal
daarna alle stappen om een nieuw programma te maken.
Wissen van het op te nemen muziekprogramma
Druk tweemaal op de sCLEAR toets zodat de EDIT aanduiding
in het uitleesvenster dooft.
U kunt tot 30 muziekstukken van alle geplaatste compact discs
kiezen voor opname in een zelf gekozen volgorde.
Da aanduiding FULL verschijnt als u probeert meer dan 30
muziekstukken te programmeren.
Cassettekant A (voorkant)
Bandlengte Maximale opnameduur
op kant A
Cassettekant B (achterkant)
Discnummer Muziekstuknummer
Geprogrammeerde
muziekstukken
Cassettekant Programma-volgnummer
Muziekstuknummer Geprogrammeerde nummers
Programma-volgnummer Resterende opnameduur
op cassettekant A
NEDERLANDS
15
NL
INSTELLEN VAN DE SCHAKELKLOK
Met de schakelklok kunt u het apparaat zo instellen dat het elke dag
op dezelfde tijd inschakelt.
Voorbereiding
Zorg dat de klok op de juiste tijd staat ingesteld.
1
Druk op een van de geluidsbron-keuzetoetsen om
de geluidsbron te kiezen.
2
Druk op de TIMER toets van de afstandsbediening
terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt, zodat
de aanduiding 5 in het uitleesvenster oplicht.
In het uitleesvenster knipperen beurtelings de tijdsaanduiding en
de gekozen geluidsbron.
3
Druk binnen 6 seconden op de f of de g
toets om de inschakeltijd voor de schakelklok te
kiezen en leg deze vast met een druk op de a
toets.
Door indrukken van deze toetsen veranderen zowel de minuten
als de uren. Bij ingedrukt houden zal de tijd snel veranderen in
stappen van 10 minuten en bij telkens kort indrukken verandert
de tijd in stapjes van 1 minuut.
4
Druk binnen 4 seconden op de f of de g
toets om de tijdsduur voor de schakelklok-
weergave (of opname) te kiezen.
De tijdsduur is instelbaar van 5 minuten tot 240 minuten, in stapjes
van 5 minuten.
De gekozen tijdsduur wordt na 4 seconden automatisch
vastgelegd. Ook kunt u de tijdsduur al eerder vastleggen door na
stap 4 weer binnen 4 seconden op de a toets te drukken.
5
Stel de geluidssterkte naar wens in.
De geluidsbron zal na inschakelen door de schakelklok op
de hier gekozen geluidssterkte worden weergegeven.
Als u echter een volume-instelling van 17 of hoger kiest, zal de
geluidssterkte bij inschakelen automatisch worden teruggesteld
op 16.
6
Maak de geluidsbron gereed voor weergave.
Voor het luisteren naar een CD plaatst u de eerst af te spelen
CD in disc-uitsparing 1.
Voor het luisteren naar een cassette plaatst u deze in deck 1 of 2.
Voor het luisteren naar de radio, kiest u de afstemband en stemt
u af op de gewenste radiozender.
7
Druk op de POWER toets om het apparaat uit te
schakelen.
Op de gekozen inschakeltijd wordt het apparaat ingeschakeld en
dan begint de weergave van de gekozen geluidsbron.
8
Stel het cassettedeck desgewenst in op TAPE
cassette-weergave of schakelklok-opname.
Voor het luisteren naar een cassette, drukt u op de c
opnametoets van deck 1 of 2.
Voor schakelklok-opname van de gekozen geluidsbron, drukt
u op de w opnametoets van deck 1.
Op de ingestelde inschakeltijd wordt het apparaat ingeschakeld en
dan begint de weergave (en/of opname) van de gekozen geluidsbron.
Wanneer de schakelklok is ingeschakeld, zal het uitleesvenster
minder helder oplichten dan normaal.
U kunt de bij stap 1 gekozen geluidsbron tussentijds nog veranderen
door op een geluidsbron-keuzetoets te drukken alvorens u bij stap 3
op de a toets drukt.
Schakelklok-opnameduur en beschikbare bandlengte
Als de beschikbare bandlengte van de cassette onvoldoende is voor de
volledige schakelklok-opname, zal de w opnametoets van deck 1
uitspringen vóór de schakelklok het apparaat uitschakelt.
Als er wel voldoende bandlengte is voor de schakelklok-opname,
zal de de w opnametoets niet uitspringen. Als de w toets geruime
tijd lang ingedrukt blijft staan, kan de cassetteband in het deck
beschadigd worden. Druk dus na de schakelklok-opname op de Z
toets om de w opnametoets vrij te zetten.
Controleren van de schakelklok-instellingen
Druk op de TIMER toets van de afstandsbediening terwijl u de SHIFT
toets ingedrukt houdt.
De inschakeltijd, dan worden de gekozen geluidsbron en de
schakelklok-speelduur 4 seconden lang in het uitleesvenster
aangegeven.
Wijzigen van de schakelklok-instellingen
Volg opnieuw de aanwijzingen vanaf stap 1.
Als u echter de inschakeltijd niet verandert, hoeft u in stap 3 alleen
tweemaal op de a toets te drukken, om daarna door te gaan met
stap 4.
Tijdelijk annuleren van de schakelklok-wachtstand
Druk net zovaak op de TIMER toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt
houdt van de afstandsbediening, zodat de 5 aanduiding verdwijnt.
Om de schakelklok-wachtstand weer in te schakelen, drukt u opnieuw
op deze toets zodat de 5 aanduiding weer verschijnt.
Gebruik van het apparaat na instellen van de schakelklok
U kunt na het instellen van de schakelklok het apparaat nog wel
gewoon gebruiken.
Na het gebruik controleert u of de instellingen van de stappen 5 en
6 nog juist zijn en dan schakelt u het apparaat weer uit. Tenslotte
maakt u indien nodig de instelling van stap 8.
De schakelklok-weergave of schakelklok-opname zal niet beginnen
als het apparaat op de gekozen inschakeltijd nog aan staat.
Aangesloten apparatuur kan niet worden in- en uitgeschakeld door
de ingebouwde schakelklok van dit apparaat. Hiervoor
zult u een externe audio-schakelklok moeten aansluiten.
Als voor de schakelklok-opname de stroombesparing (zie pagina
6) is ingesteld op ECO ON of ECO AUTO en het apparaat wordt
uitgeschakeld, dan zal bij het weer inschakelen voor de schakelklok-
opname de verlichting op zijn zwakst zijn DIMMER 3 en de
geluidssterkte zal worden teruggezet op 0 (de minimumstand).
U kunt de schakelklok-instellingen controleren door de TIMER toets
tegelijk met de SHIFT toets indrukt op de afstandsbediening, ook
wanneer het apparaat uit staat. Als u vervolgens op de a
pauzetoets drukt binnen 4 seconden na indrukken van de TIMER
toets en de SHIFT toets op de afstandsbediening, komt het apparaat
in de schakelklok-instelstand en dan kunt u de gemaakte instelling
desgewenst wijzigen.
OPNEMEN
SCHAKELKLOK
SCHAKELKLOK
16
NEDERLANDS
AUTOMATISCH UITSCHAKELEN
MET DE SLUIMERFUNCTIE
U kunt het apparaat na een vooraf gekozen tijdsduur automatisch
laten uitschakelen.
Gebruik hiervoor de afstandsbediening.
1
Druk op de SLEEP toets terwijl u de SHIFT toets
ingedrukt houdt.
2
Druk nu binnen 4 seconden op de f of de g
toets om te kiezen na hoeveel minuten u het
apparaat wilt laten uitschakelen.
De sluimertijd is instelbaar van 5 minuten tot 240 minuten, in
stapjes van 5 minuten.
Wanneer de sluimerfunctie is ingeschakeld, zal het uitleesvenster
minder fel oplichten dan normaal.
Controleren van de resterende tijd tot de stroom wordt
uitgeschakeld
Druk eenmaal op de SLEEP toets terwijl u de SHIFT toets
ingedrukt houdt. Dan wordt 4 seconden lang de resterende
sluimertijd aangegeven.
Annuleren van de sluimerfunctie
Druk tweemaal op de SLEEP toets terwijl u de SHIFT toets
ingedrukt houdt, zodat de aanduiding SLEEP oFF in het
uitleesvenster oplicht.
Gekozen sluimertijd
DEMO (Demonstratie of cijferspel)
Bij wijze van demonstratie biedt dit apparaat twee verschillende
speciale DEMO functies. De ene is een
demonstratie
van de
mogelijkheden van het apparaat, de andere een
cijferspel
.
Bij de gewone demonstratie verschijnt er een kleurrijke reeks
effecten in het uitleesvenster. Het cijferspel werkt als een soort
fruitautomaat, waarbij u zelf uw kansen kunt beproeven.
Om over te schakelen tussen de twee functies, drukt u op de
POWER toets terwijl u de c toets ingedrukt houdt, wanneer het
apparaat nog uit staat.
Om de demonstratie of het cijferspel te starten, drukt u op de
c toets terwijl het apparaat nog uit staat.
Om de demonstratie of het cijferspel te stoppen, drukt u op
de a toets.
Spelen van het cijferspel
1 Om het cijferspel te starten, drukt u op de c toets terwijl het
apparaat nog uit staat.
Drie cijfers in het uitleesvenster gaan doorlopen.
2 Druk een keer op s.
Het linker cijfer stopt.
3 Druk nog twee keer op s om de andere twee cijfers ook stop
te zetten.
Puntentelling:
U krijgt aan het begin van het spel 20 punten.
Als alle drie de cijfers hetzelfde zijn, krijgt u er 50 punten bij.
Als ze niet hetzelfde zijn, gaat er een punt van uw score af.
Als u 9999 punten heeft gehaald, heeft u het spel gewonnen.
Als u geen punten meer over heeft, heeft u het spel verloren.
Om het spel te resetten.
Druk eerst op a en vervolgens op c. Het spel begint opnieuw.
Veranderen van de kans op drie gelijke cijfers
Druk enkele malen achtereen op de f of g toets om een
van de drie moeilijkheidsgraden voor het cijferspel te kiezen. Het
disc-ladenummer doorloopt de aanduidingen 1 en 3. Hoe hoger
het aangegeven disc-ladenummer, des te groter uw kans op drie
gelijke cijfers.
Tijdens het spelen van het cijferspel zijn de a, s, f, g
en c toetsen alleen te gebruiken voor het spel. Schakel eerst
het apparaat in als u deze toetsen wilt gebruiken voor andere
functies, zoals het afspelen van een CD e.d.
Tijdens het spelen van het cijferspel kunnen er in het
uitleesvenster aanduidingen verschijnen die niets van doen
hebben met de feitelijke bediening.
ANDERE MOGELJKHEDEN
NEDERLANDS
17
NL
AANSLUITEN VAN LOS VERKRIJGBARE APPARATUUR
Zie voor nadere bijzonderheden tevens de gebruiksaanwijzingen
van de aan te sluiten apparatuur.
Aansluitsnoeren zijn niet bijgeleverd. De nodige aansluitsnoeren
zult u los moeten aanschaffen.
Raadpleeg uw plaatselijke Aiwa dealer omtrent de los
verkrijgbare apparatuur.
VIDEO/AUX AANSLUITINGEN
Deze aansluitingen zijn geschikt voor het doorgeven van analoge
ingangssignalen aan dit apparaat. Via een snoer met tulpstekkers
kunt u hierop audio/video-apparatuur aansluiten (platenspeler,
laserdisc-speler, minidisc-speler, videorecorder, TV-toestel e.d.).
Steek de rode tulpstekker in de VIDEO/AUX R aansluitbus en
de witte tulpstekker in de VIDEO/AUX L aansluitbus.
Aansluiten van een platenspeler
Gebruik een Aiwa platenspeler met ingebouwde equalizer-
voorversterker.
CD DIGITAL OUT (OPTICAL) AANSLUITING
Via deze aansluiting kunt u de digitale signalen van de CD-speler
aan andere apparatuur doorgeven. Gebruik een optische
aansluitkabel voor het aansluiten van digitale geluidsapparatuur
(digitale versterker, DAT cassettedeck, minidisc-recorder e.d.).
Verwijder het stofkapje a van de CD DIGITAL OUT (OPTICAL)
aansluiting. Steek dan de stekker van de optische kabel in deze
CD DIGITAL OUT (OPTICAL) aansluiting.
Zolang de CD DIGITAL OUT (OPTICAL) aansluiting niet in
gebruik is Zorg dat de stekkerbus is afgesloten met het
bijgeleverde stofkapje.
LUISTEREN NAAR EEN EXTERNE GELUIDSBRON
Voor weergave van een geluidsbron die is aangesloten op de
VIDEO/AUX ingangen gaat u als volgt te werk.
1
Druk op de VIDEO/AUX toets.
De aanduiding VIDEO licht op in het uitleesvenster.
2
Start de weergave van de aangesloten
geluidsbron.
Omschakelen van de geluidsbron-aanduiding in het
uitleesvenster
Bij indrukken van de VIDEO/AUX toets zal er oorspronkelijk
VIDEO worden aangegeven. U kunt deze aanduiding
desgewenst omschakelen van VIDEO naar AUX of TV.
Schakel het apparaat in en druk op de POWER toets terwijl u de
VIDEO/AUX toets ingedrukt houdt.
Herhaal dit tot de gewenste aanduiding verschijnt.
ANDERE MOGELJKHEDEN
OVERIGE AANSLUITINGEN
SCHAKELKLOK
OVERIGE AANSLUITINGEN
18
NEDERLANDS
ONDERHOUD
Voor de beste prestaties dient u het apparaat regelmatig te
reinigen en in goede staat te houden.
Reinigen van de buitenkant
Schoonvegen met een zachte droge doek is voldoende.
Als het apparaat erg vuil is, gebruikt u een zachte doek die u
licht bevochtigt met een mild zeepsopje. Gebruik geen
oplosmiddelen als spiritus, wasbenzine of verdunningsmiddel,
aangezien deze de afwerking van het apparaat kunnen
aantasten.
Reinigen van de bandkoppen
Als de koppen van het cassettedeck vuil zijn:
- klinken er te weinig hoge tonen
- zal de klankkleur erg dof zijn
- kan de weergave onevenwichtig klinken
- kunnen eerdere opnamen onvoldoende gewist worden
- kan opnemen op de cassette niet goed lukken.
Na elke 10 gebruiksuren dient u de bandkoppen en het
bandloopwerk schoon te maken met een reinigingscassette.
Zie voor nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing van de
reinigingscassette.
Demagnetiseren van de koppen
Na langdurig gebruik kunnen de bandkoppen gemagnetiseerd
raken. Dit leidt tot een hoorbaar verlies aan hoge tonen en
toename van ruis.
Na 20 tot 30 gebruiksuren dient u de bandkoppen te
demagnetiseren met een in de audiohandel verkrijgbare
demagnetiseercassette.
Schoonhouden van compact discs
Een compact disc die vuil is kunt u schoonvegen met een
reinigingsdoekje, vanuit het midden naar de rand toe.
Berg elke compact disc na het afspelen weer in het bijbehorende
doosje op. Laat uw discs niet liggen op plaatsen met hitte of
vocht.
Bewaren van cassettes
Berg elke cassette na gebruik weer in het bijbehorende doosje
op.
Laat uw cassettes niet liggen in de buurt van apparatuur met
magneten, zoals een luidspreker, motor of TV-toestel. Het
magnetisch veld kan de geluidskwaliteit aantasten en ruis
veroorzaken.
Leg cassettes niet in de volle zon en laat ze niet achter in een
auto die in de zon geparkeerd staat.
VERHELPEN VAN STORINGEN
Als het apparaat niet werkt zoals beschreven in deze
gebruiksaanwijzing, controleer dan de volgende punten.
ALGEMEEN
Er klinkt geen geluid.
Is het netsnoer stevig aangesloten?
Zijn alle aansluitingen in orde? ( pagina 4)
Wellicht is er kortsluiting in de luidspreker-aansluitingen.
Trek de stekker uit het stopcontact en controleer dan alle
luidspreker-aansluitingen.
Hebt u niet op de verkeerde geluidsbrontoets gedrukt?
Slechts één luidspreker geeft geluid.
Zijn de aansluitingen van de andere luidspreker in orde?
De bediening lukt niet of er verschijnen vreemde
aanduidingen in het uitleesvenster.
Stel het apparaat terug in de uitgangsstand op de hieronder
beschreven wijze.
Alle aanduidingen verdwijnen en de verlichting dooft
wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld.
Staat de stroombesparing ingesteld op ECO ON of ECO
AUTO? ( pagina 6)
Het apparaat kan niet worden ingeschakeld.
Trek de stekker uit het stopcontact en steek hem even later
weer in.
TUNER/RADIO-ONTVANGST
Er klinkt voortdurend een golvende ruis.
Zijn de antennes goed aangesloten? ( pagina 4)
Komt het signaal van de zender erg zwak door?
Sluit een buitenantenne aan.
Er klinkt gekraak in de radio-ontvangst of vervorming in
de weergave.
Is er geen elektrische storing van andere apparatuur of
signaalreflectie door hoge gebouwen in de omgeving?
Verstel de stand van de antenne.
Zet het apparaat verder weg van andere elektrische
apparatuur.
CASSETTEDECKS
De band loopt niet.
Staat deck misschien in de pauzestand? ( pagina 8)
De weergave klinkt onevenwichtig of dof, met te weinig
hoge tonen.
Is de weergavekop vuil? ( pagina 18)
Het opnemen begint niet.
Is het wispreventienokje van deze cassettekant uitgebroken?
( pagina 12)
Is de opnamekop vuil? ( pagina 18)
Oude opnamen worden onvoldoende gewist.
Is de wiskop vuil? ( pagina 18)
Gebruikt u een metaalband-cassette?
Er klinken nauwelijks hoge tonen.
Is de opname/weergavekop vuil? ( pagina 18)
COMPACT DISC SPELER
Het afspelen van de compact disc begint niet.
Is de CD juist in de disc-lade gelegd? ( pagina 10)
Is de compact disc vuil? ( pagina 18)
Is het lensje misschien beslagen door condensvocht?
Wacht ongeveer een uur en probeer het opnieuw.
Terugstellen in de uitgangsstand
Als er vreemde aanduidingen verschijnen, kunt u het apparaat
als volgt terugstellen in de uitgangsstand.
1 Schakel het apparaat uit met de POWER toets.
2 Schakel het apparaat weer in met de POWER toets terwijl u
de sCLEAR toets ingedrukt houdt. Hierdoor vervallen alle
instellingen die u in het geheugen had vastgelegd.
Als het uitschakelen in stap 1 niet mogelijk blijkt, trek dan de
stekker uit het stopcontact en steek deze weer in. Schakel het
apparaat dan weer in volgens stap 2.
ALGEMEEN
NEDERLANDS
19
NL
TECHNISCHE GEGEVENS
Hoofdapparaat CX-NSZ10/CX-NSZ17
FM tuner-gedeelte
Afstembereik 87,5 MHz tot 108 MHz
Bruikbare gevoeligheid (IHF) 16,8 dBf
Antenne-aansluitingen 75 ohm (asymmetrisch)
MG tuner-gedeelte
Afstembereik 531 kHz tot 1602 kHz (9 kHz
afsteminterval)
530 kHz tot 1710 kHz (10 kHz
afsteminterval)
Bruikbare gevoeligheid 350 µV/m
Antenne Kaderantenne
LG tuner-gedeelte
Afstembereik 144 kHz tot 290 kHz
Bruikbare gevoeligheid 1400 µV/m
Antenne Kaderantenne
Versterker-gedeelte
Uitgangsvermogen Nominaal: 12 watt + 12 watt (6
ohm, 1% THV, 1 kHz/DIN 45500)
Referentie: 15 watt + 15 watt (6
ohm, 10% THV, 1 kHz/DIN 45324)
DIN MUZIEKVERMOGEN: 30 watt
+ 30 watt
Totale harmonische 0,1% (6 watt, 1 kHz, 6 ohm, DIN
vervorming AUDIO)
Ingangen VIDEO/AUX: 500 mV
Uitgangen SPEAKERS: voor luidsprekers met
impedantie van 6 ohm of meer
PHONES (stereo klinkstekkerbus):
voor hoofdtelefoons met
impedantie van 32 ohm of meer
Cassettedeck-gedeelte
Spoorsysteem 4 sporen, 2 kanalen stereo
Frequentiebereik 50 Hz - 8.000 Hz
Opnamesysteem Wisselstroom-voormagnetisatie
Bandkoppen Deck 1: opname/weergavekop × 1,
wiskop × 1
Deck 2: weergavekop × 1
Compact disc speler gedeelte
Laser Halfgeleider-laser (λ = 780 nm)
Digitaal-analoog omzetter 1-bit dubbele omzetting
Signaal/ruisverhouding 85 dB (1 kHz, 0 dB)
Harmonische vervorming 0,05% (1 kHz, 0 dB)
Algemeen
Stroomvoorziening 230 V wisselstroom, 50 Hz
Stroomverbruik 45 watt
Stroomverbruik 14 watt zonder stroombesparing
in gebruiksklaar-stand 0,9 watt met stroombesparing aan
Afmetingen (B × H × D) 260 × 324 × 346 mm
Gewicht 4,9 kg
Luidsprekersysteem SX-NSZ10
Systeem en behuizing 2-weg in basreflexkast
(magnetisch afgeschermd)
Luidsprekers Lagetonen-luidspreker:
120 mm conus-type
Hogetonen-luidspreker:
20 mm ceramisch-type
Impedantie 6 ohm
Rendement/geluidsdruk 87 dB/W/m
Afmetingen (B × H × D) 220 × 324 × 204 mm
Gewicht 2,0 kg
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden,
zonder kennisgeving.
AUTEURSRECHTEN
Volg de wettelijke bepalingen betreffende de auteursrechten op
geluidsopnamen van discs, radio of voorbespeelde cassettes,
zoals die gelden in het land waar u het apparaat gebruikt.
ALGEMEEN

Documenttranscriptie

NEDERLANDS WAARSCHUWING STEL DIT APPARAAT NIET BLOOT AAN REGEN OF VOCHT, OM GEVAAR VOOR BRAND OF EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN. VOORZORGSMAATREGELEN Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door, alvorens het apparaat in gebruik te nemen. Bewaar de gebruiksaanwijzing op een handige plaats, voor eventuele naslag. Neem alle waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen in deze gebruiksaanwijzing en op het apparaat zorgvuldig in acht, evenals de onderstaande veiligheidsvoorschriften. Opstelling LET OP VERMINDER DE KANS OP BRAND OF EEN ELEKTRISCHE SCHOK EN VERWIJDER DERHALVE DE BEHUIZING (OF HET ACHTERPANEEL) NIET. ER BEVINDEN ZICH GEEN DOOR DE GEBRUIKER TE REPAREREN ONDERDELEN IN HET TOESTEL. LAAT ONDERHOUD EN REPARATIE OVER AAN ERKEND ONDERHOUDSPERSONEEL. VOORZICHTIG Maak nooit op eigen initiatief afstellingen die niet in de gebruiksaanwijzing zijn beschreven, aangezien dit kan resulteren in het vrijkomen van gevaarlijke straling. Deze compact disc speler is geclassificeerd als een KLASSE 1 LASER product. Een label met het opschrift CLASS 1 LASER PRODUCT bevindt zich op het apparaat. CLASS 1 KLASSE 1 LUOKAN 1 KLASS 1 LASER PRODUCT LASER PRODUKT LASER LAITE LASER APPARAT WAARSCHUWING! Als de automatische beveiliging niet werkt wanneer het apparaat open staat, kan er onzichtbare laserstraling vrijkomen. Vermijd blootstelling aan deze straling. OPMERKING AIWA CO.LTD. - JAPAN, VERKLAART ONDER ZIJN EIGEN VERANTWOORDELIJKHEID DAT HET PRODUCT DAT IN DEZE HANDLEIDING BESCHREVEN WORDT, IN OVEREENSTEMMING IS MET DE RICHTLIJNEN VAN D.M. 28.8.95 NR. 548, VOLGENS DE BEPALINGEN VAN PARAGRAAF 3 VAN BIJLAGE 1 VAN D.M. 27.8.87 (VOORSCHRIFTEN MET BETREKKING TOT FREQUENTIES) Bovenstaande informatie is alleen bestemd voor Italië. 2 NEDERLANDS 1 Water en vocht — Plaats het apparaat niet in de buurt van water - dus niet naast een wastafel, gootsteen, badkuip of wasmachine en niet bij een zwembad of in een vochtige kelder, enz. 2 Hitte — Plaats het apparaat niet in de buurt van een warmtebron, zoals een kachel, verwarmingsradiatoren of fornuis, of andere elektrische apparatuur die warmte produceer t. Stel het apparaat niet bloot aan omgevingstemperaturen onder 5°C of boven 35°C. 3 Ondergrond — Plaats het apparaat op een vlak, egaal horizontaal oppervlak. 4 Ventilatie — Het apparaat heeft rondom ruimte nodig voor een afdoende ventilatie. Houd aan de achterzijde en boven het apparaat ongeveer 10 cm ruimte open en aan de zijkanten ongeveer 5 cm. - Plaats het apparaat nooit op een zachte of wollige ondergrond (bed, bank, tapijt enz.), aangezien dit de ventilatie-openingen kan blokkeren - Plaats het apparaat niet in een krappe, omsloten ruimte zoals een audiokastje of boekenrek met onvoldoende vrije luchtdoorstroming. 5 Vloeistof of kleine voorwerpen — Zorg dat er geen vloeistof of kleine voorwerpen door de ventilatie-openingen in het apparaat terechtkomen. 6 Audiorek of verrijdbaar onderstel — Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat op een audiorek of onderstel met wielen. Bij heftige bewegingen, zijwaartse druk of een ongelijke ondergrond kan een verrijdbaar rek gemakkelijk uit evenwicht raken en omvallen. 7 Condensvocht — Er kan vocht uit de lucht op het lensje van de CD weergavekop condenseren: - Wanneer het apparaat van een koude naar een warme omgeving wordt verplaatst. - Na inschakelen van de verwarming. - Bij gebruik in een erg vochtige omgeving. - Bij afkoeling van het apparaat door een airconditioning. Als er vocht condenseert en het lensje beslaat, zal het apparaat geruime tijd niet normaal functioneren. In dat geval dient u het enkele uren ongebruikt te laten staan, om het dan opnieuw te proberen. 8 Montage aan wand of plafond — Het apparaat mag niet aan een wand of het plafond worden opgehangen, tenzij de gebruiksaanwijzing hier expliciet installatievoorbeelden voor geeft. Stroomvoorziening 1 Voedingsbronnen — Sluit dit apparaat alleen aan op de voedingsbronnen die staan vermeld in de gebruiksaanwijzing en op het apparaat zelf. 2 Netsnoer - Voor het verbreken van de stroomaansluiting trekt u de stekker uit het stopcontact. Trek nooit aan het snoer. - Pak de stekker niet met natte handen vast, want dat kan gevaar voor brand of een elektrische schok opleveren. - Leg alle netsnoeren van uw apparatuur zo dat men er niet over kan struikelen. Plaats er geen voorwerpen bovenop en zorg dat de snoeren niet te strak staan of klem raken. - Zorg er voor de netsnoeren, stopcontacten en verlengsnoeren niet te belasten met meer dan hun stroomcapaciteit, want dat zou tot brand of een elektrische schok kunnen leiden. 3 Bij langdurige afwezigheid — Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u denkt het apparaat enkele maanden lang niet te gebruiken. Zolang de stekker in het stopcontact zit, blijft er een geringe hoeveelheid stroom naar het apparaat lopen, ook al staat dit uitgeschakeld. Onderhoud Reinig het apparaat alleen volgens de instructies in deze gebruiksaanwijzing. Storingen die reparatie vereisen In de volgende gevallen moet het apparaat door een bevoegd onderhoudsmonteur worden nagezien: - Wanneer het netsnoer of de stekker beschadigd is. - Als er vloeistof of een voorwer p in het apparaat is terechtgekomen. - Wanneer het apparaat in de regen heeft gestaan. - Wanneer het apparaat niet goed functioneert. - Wanneer de prestaties van het apparaat afnemen. - Wanneer het apparaat gevallen is of de ombouw beschadigd is. TRACHT NIET ZELF HET APPARAAT TE REPAREREN. INHOUDSOPGAVE VOORZORGSMAATREGELEN .......................................... 2 VOORBEREIDINGEN AANSLUITINGEN ............................................................... 4 AFSTANDSBEDIENING .................................................... 5 VOOR DE BEDIENING ....................................................... 6 GELIJKZETTEN VAN DE KLOK ....................................... 7 GELUIDSWEERGAVE BIJREGELEN VAN HET GELUID ...................................... 7 GRAFIEK-TOONREGELING .............................................. 8 CASSETTE-WEERGAVE BASISBEDIENING ............................................................. 8 RADIO-ONTVANGST HANDMATIG AFSTEMMEN ............................................... 9 VASTLEGGEN VAN VOORKEURZENDERS ..................... 9 CD-WEERGAVE BASISBEDIENING ........................................................... 10 PROGRAMMA-WEERGAVE ............................................ 11 OPNEMEN BASISBEDIENING VOOR BANDOPNAME .................... 12 AI EDIT VOLAUTOMATISCHE OPNAMEFUNCTIE ........ 13 PROGRAMMA-OPNAMEFUNCTIE ................................. 14 SCHAKELKLOK INSTELLEN VAN DE SCHAKELKLOK ........................... 15 AUTOMATISCH UITSCHAKELEN MET DE SLUIMERFUNCTIE ..................................................... 16 ANDERE MOGELJKHEDEN DEMO (Demonstratie of cijferspel) ............................... 16 OVERIGE AANSLUITINGEN AANSLUITEN VAN LOS VERKRIJGBARE APPARATUUR ............................................................. 17 LUISTEREN NAAR EEN EXTERNE GELUIDSBRON ... 17 ALGEMEEN ONDERHOUD .................................................................. 18 VERHELPEN VAN STORINGEN ..................................... 18 TECHNISCHE GEGEVENS ............................................. 19 BEDIENINGSORGANEN .............................. Achterpagina Controleer of uw apparatuur en toebehoren compleet zijn. NSX-SZ10 NSX-SZ17 CX-NSZ10: Compact disc stereo cassetterecorder/ tuner/versterker SX-NSZ10: Voorluidsprekers CX-NSZ17: Compact disc stereo cassetterecorder/ tuner/versterker SX-NSZ10: Voorluidsprekers Afstandsbediening MG/LG kaderantenne FM draadantenne NEDERLANDS 3 NL VOORBEREIDINGEN AANSLUITINGEN Alvorens het netsnoer aan te sluiten BELANGRIJK De bedrijfsspanning van uw apparaat staat aangegeven op het achterpaneel als 230 V. Controleer of deze bedrijfsspanning overeenkomt met de plaatselijke netspanning. Zorg eerst dat alle aansluitingen voor de luidsprekers, antennes en andere aan te sluiten apparatuur in orde zijn. Steek pas als laatste de stekker in het stopcontact. 1 Sluit de linker en rechter luidsprekers aan op 2 Sluit de bijgeleverde antennes aan. het hoofdapparaat. Sluit het snoer van de rechter luidspreker aan op de SPEAKERS R luidsprekerklemmen en dat van de linker luidspreker op de SPEAKERS L klemmen. Sluit de FM antenne aan op de FM 75 Ω aansluitbus en de MG/LG kaderantenne op de MW/LW LOOP aansluitklemmen. MG/LG kaderantenne FM kaderantenne Bij beide luidsprekersnoeren sluit u de draad met het witte streepje aan op de 0 aansluitklem en de zwarte draad op de 9 aansluitklem. Let op dat alle luidsprekersnoeren op de juiste wijze zijn aangesloten. Onzorgvuldig aansluiten kan kortsluiting in de SPEAKERS luidsprekeraansluitingen veroorzaken. 4 NEDERLANDS 3 Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact. Wanneer u voor het eerst de stekker in het stopcontact steekt, begint er een DEMO of een spel. Om de DEMO of het spel uit te schakelen, stelt u de klok in op de juiste tijd. AFSTANDSBEDIENING Batterij-inleg Open het batterijdeksel achterop de afstandsbediening en leg twee R6 (AA-formaat) batterijen in het batterijvak. VOORBEREIDINGEN • Leg geen magnetisch gevoelige voorwer pen zoals betaalkaarten e.d. dichtbij de luidsprekers, om storingen te voorkomen. • Leg de FM antenne niet langs een metalen gordijnrail, lampstandaard e.d. • Plaats de MG/LG kaderantenne niet te dicht bij de luidsprekersnoeren, het netsnoer, uw stereo-installatie of andere elektrische apparatuur, anders kan de antenne storing oppikken. • Wikkel de antennedraad van de MG/LG kaderantenne niet af. Plaatsing van de antennes FM antenne: Strek de draad tot zijn volle lengte uit en leg of hang deze zo dat de ontvangst optimaal is. Deze antenne is slechts bedoeld voor tijdelijk gebruik; meestal is het aanbevolen een buitenantenne aan te sluiten. MG/LG kaderantenne: Kies voor deze antenne een zodanige plaats en richting dat de radio-ontvangst optimaal klinkt. Rechtop zetten van de MG/LG kaderantenne Steek de nok in de gleuf en kies de beste opstelling. Wanneer de batterijen te vervangen De maximale reikwijdte van de afstandsbediening tot de sensor op het apparaat bedraagt ongeveer 5 meter. Wanneer deze bedieningsafstand minder wordt, dient u beide batterijen door nieuwe te vervangen. Gebruik van de SHIFT toets op de afstandsbediening De toetsen bij 1 hebben twee verschillende functies. Een ervan staat op de toets zelf aangegeven en de andere functie op het paneel van de afstandsbediening, boven de toets. Voor de functie die op de toets zelf staat, drukt u alleen deze toets in. Voor de functie die boven de toets staat, drukt u de toets tegelijk met de SHIFT toets in. Gebruik van de FUNCTION toets op de afstandsbediening AANSLUITEN VAN EEN BUITENANTENNE Met de FUNCTION toets kiest u de geluidsbron, net als met de functiekeuzetoetsen (TAPE, TUNER/BAND, VIDEO/AUX, CD) op het apparaat zelf. Telkens wanneer u op de FUNCTION toets drukt, kiest u de volgende geluidsbron. Voor de beste FM ontvangst is het aanbevolen een buitenantenne aan te sluiten. Sluit de buitenantenne aan op de FM 75 Ω aansluitbus. NL Aansluiten van andere apparatuur ➞ pagina 17. • Als u de afstandsbediening geruime tijd niet gebruikt, kunt u beter de batterijen eruit verwijderen, om schade door eventuele batterijlekkage te voorkomen. • De afstandsbediening kan niet naar behoren werken: - Als er een obstakel tussen de afstandsbediening en het apparaat is of als er zonlicht of fel lamplicht op de sensor in het uitleesvenster valt. - Als er dichtbij nog een andere afstandsbediening wordt gebruikt (zoals voor een TV-toestel e.d.). NEDERLANDS 5 VOOR DE BEDIENING ECO AUTO • Naast de bovenstaande drie besparingsfuncties van ECO ON zal het apparaat in deze stand bovendien automatisch uitschakelen wanneer u er 10 minuten lang geen geluid wordt weergegeven en u het apparaat niet bedient in de CD of TAPE weergavestand. ECO OFF • In deze stand werken de stroombesparingsfuncties niet. 1 Druk op de ECO toets. De aanduiding “ECO MODE” licht op. 2 Druk nu binnen 4 seconden op de a toets. De laatst gekozen stroombesparingsstand wordt aangegeven. Inschakelen van de stroom Druk op een van de geluidsbron-keuzetoetsen (TAPE, TUNER, VIDEO/AUX, CD). Dan begint het afspelen van een geplaatste compact disc of de weergave van de laatst gekozen radiozender (automatische weergavestart). U kunt ook alleen inschakelen met de POWER toets. 3 Druk nu binnen 4 seconden aan de f of g instelknop om de gewenste stroombesparingsstand te kiezen. Bijvoorbeeld: Bij keuze van “ON”. Uitschakelen van de stroom Druk op de POWER toets. 4 Druk weer binnen 4 seconden op de a toets. Bij inschakelen kan de disc-lade open en weer dicht gaan, om het apparaat in de gebruiksklare stand te zetten. DEMO (demonstratie of cijferspel) Wanneer u de stekker voor het eerst in het stopcontact steekt, verschijnt er in het uitleesvenster een kleurrijke DEMO (demonstratie of een cijferspel). De DEMO of het spel stopt automatisch wanneer u de stereo-installatie inschakelt. Bij uitschakelen zal de DEMO of het cijferspel weer beginnen. Als de klok eenmaal is gelijkgezet, zal er bij uitschakelen van de stereo-installatie geen DEMO of cijferspel meer volgen. Starten of stoppen van de DEMO of het cijferspel Druk op de a toets, dan verschijnt de tijdsaanduiding in plaats van de DEMO of het spel. Druk op de c toets om de DEMO of het cijferspel weer te starten. (Nadere bijzonderheden over de DEMO en het cijferspel vindt u op pagina 16.) INSTELLEN OP STROOMBESPARING Door de stroombesparingsfunctie in te stellen op “ECO ON” of “ECO AUTO” kunt u zorgen dat het apparaat minder stroom verbruikt door vier automatische ECO besparingsfuncties, als volgt. ECO ON • Bij uitschakelen van het apparaat dooft de verlichting (het gehele uitleesvenster). Alleen het rode spanningslampje gaat branden. • Bij keuze van de DIMMER (1-3) lichtvermindering zal de verlichting van het uitleesvenster alleen 10 seconden lang oplichten wanneer u op een toets drukt (bij deck 1 en 2 alleen de w en c toetsen) of aan de VOLUME knop draait. • Wanneer het apparaat wordt ingeschakeld door de opnameschakelklok, komt de verlichting van het uitleesvenster in de laagste stand en ook de geluidssterkte komt in de minimumstand (0). 6 NEDERLANDS Als de klok nog niet is ingesteld, zal de verlichting van het apparaat niet uitgaan. In plaats daarvan zal bij uitschakelen het DEMO cijferspel of de demonstratie beginnen. DIMMEN VAN HET UITLEESVENSTER Keuze van de lichtsterkte van het uitleesvenster: 1 Druk net zovaak op de ECO toets totdat de aanduiding “DIM MODE” verschijnt. 2 Druk binnen 4 seconden op de a toets. 3 Druk binnen 4 seconden aan de f of g instelknop om de gewenste lichtsterkte van het uitleesvenster te kiezen, in de hieronder aangegeven volgorde. 4 Druk weer binnen 4 seconden op de a toets. DIM-OFF DIMMER 1 DIMMER 2 DIMMER 3 De “DIM-OFF” stand geeft de helderste verlichting, de “DIMMER 3” stand de minst heldere. Gebruik hiervoor de afstandsbediening. 1 Druk op de CLOCK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt. Bij bediening op het apparaat zelf drukt u op de a pauzetoets terwijl het apparaat nog uit staat. De tijdsaanduiding licht op. (De “:” dubbele punt tussen de uren en minuten knippert.) BIJREGELEN VAN HET GELUID GELUIDSWEERGAVE GELIJKZETTEN VAN DE KLOK VOORBEREIDINGEN GELUIDSWEERGAVE GELUIDSSTERKTE Draai aan de VOLUME regelaar op het apparaat zelf of druk op de VOL toets van de afstandsbediening. Het gekozen volume wordt aangegeven als een waarde van 0 tot 31 (MAX). De geluidssterkte wordt automatisch teruggesteld op 16 wanneer u het apparaat uitschakelt bij een volume-instelling van 17 of hoger. T-BASS VOOR EXTRA BASVERSTERKING 2 Druk nu binnen 4 seconden op de f of de g toets om het juiste uur en de minuut in te stellen. Door indrukken van deze toetsen veranderen zowel de minuten als de uren. Bij ingedrukt houden zal de tijd snel veranderen in stappen van 10 minuten en bij telkens kort indrukken verandert de tijd in stapjes van 1 minuut. 3 Druk op de a toets. Het T-BASS systeem zorgt voor een indrukwekkend realisme in de lage tonen. Druk op de T-BASS toets. Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de sterkte van de lage tonen. Kies een van de drie basversterkingsniveaus of de uit-stand, al naar gelang de muziek en uw smaak. Nu gaat de klok lopen, vanaf 00 seconden. Terugkeren naar de oorspronkelijke tijdsaanduiding Druk op de CLOCK toets terwijl u de SHIFT voor u stap 3 doet, om de vorige tijdsaanduiding te herstellen. De nieuwe instelling wordt dan geannuleerd. Aangeven van de juiste tijd als het uitleesvenster andere aanduidingen toont Druk op de CLOCK toets terwijl u de SHIFT. De tijd wordt 4 seconden lang aangegeven en dan verschijnen weer de oorspronkelijke aanduidingen. Tijdens opnemen kan de juiste tijd echter niet worden aangegeven. Overschakelen op een 24-uurs tijdsaanduiding Druk op de CLOCK toets terwijl u de SHIFT en druk dan binnen 4 seconden op de s stoptoets. Herhaal dit om terug te schakelen naar de 12-uurs tijdsaanduiding. Kiezen van basversterking met de afstandsbediening Druk op de T-BASS toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt. De lage tonen kunnen vervormd gaan klinken als u de T-BASS basversterking inschakelt bij afspelen van een compact disc of cassette die van zichzelf al erg veel bassen heeft. Dan kunt u de T-BASS basversterking beter uitschakelen. Bij de 12-uurs tijdsaanduiding staat “AM 12:00” voor middernacht en “PM 12:00” voor twaalf uur’s middags. Als de tijdsaanduiding knippert Als de gehele tijdsaanduiding knippert, dan is de stekker een tijdlang uit het stopcontact geweest of is de stroom om een andere reden onderbroken geweest. U zult dan de juiste tijd opnieuw moeten instellen. Als de stroombesparingsfunctie (zie pagina 6) is ingeschakeld, dooft alle verlichting zodra de stroom wordt uitgeschakeld. Om dan de tijdsaanduiding te zien, drukt u op de CLOCK toets terwijl u de SHIFT dan wordt de tijd 4 seconden lang aangegeven. NEDERLANDS 7 NL CASSETTE-WEERGAVE GRAFIEK-TOONREGELING U kunt de klankkleur van de weergave naar wens aanpassen met de volgende drie equalizer-klankbeelden. ROCK: Extra versterkte hoge tonen en bassen POP: Meer nadruk op zang en de middentonen CLASSIC: Rijke klank met sonore bassen en ragfijne hoge tonen BASISBEDIENING Gebruik uitsluitend Type I (normaalband) cassettes. 1 Druk op de TAPE toets en dan op de s/z toets om de cassettehouder te openen. Druk op de ROCK, POP of CLASSIC toets. Het gekozen equalizer-klankbeeld wordt aangegeven. Deck 1 Uitschakelen van het gekozen equalizer-klankbeeld Druk nogmaals op de betreffende toets. Dan verschijnt de aanduiding “GEQ OFF”. Kiezen van een equalizer-klankbeeld met de afstandsbediening Druk zo vaak u wilt op de GEQ toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt. De verschillende GEQ equalizer-klankbeelden worden als volgt doorlopen. ROCK POP CLASSIC GEQ OFF (uitgeschakeld) Deck 2 Steek een cassette met de bandzijde omlaag in de houder. Druk het deurtje van de cassettehouder met de hand dicht. 2 Druk op de c toets om te beginnen met afspelen. Alleen de naar buiten gerichte kant van de cassette kan worden weergegeven. Om te stoppen met afspelen, drukt u op de s/z stoptoets. Om het afspelen te pauzeren, drukt u op de a pauzetoets. Nogmaals drukken om de weergave te hervatten. Om de band snel terug of vooruit te spoelen, drukt u op de f of g snelspoeltoets. Daarna drukt u op s/z om de bandloop te stoppen. Als er in deck 1 zowel als deck 2 een cassette wordt afgespeeld Dan zult u alleen het geluid van deck 2 horen. Luisteren via een hoofdtelefoon Sluit op de PHONES stekkerbus een hoofdtelefoon aan met een standaard stereo klinkstekker (ø 6,3 mm). Zolang de hoofdtelefoon is aangesloten, zullen de luidsprekers geen geluid weergeven. Bijregelen van het geluid tijdens opnemen U kunt de geluidssterkte en de klankkleur van de weergave zowel voor de luidsprekers als de hoofdtelefoon geheel naar wens instellen, want dit heeft geen invloed op de gemaakte bandopname. 8 NEDERLANDS FM MW LW Als u op de TUNER/BAND toets drukt terwijl het apparaat nog uitgeschakeld staat, wordt automatisch de stroom ingeschakeld. Kiezen van de afstemband met de afstandsbediening Druk op de BAND toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt. 2 Druk op de f DOWN of g UP toets om een radiozender te kiezen. In het afstemgeheugen van dit apparaat kunt u in totaal 32 voorkeurzenders vastleggen. Elke vastgelegde radiozender krijgt een zendernummer toegewezen. Door dat nummer te kiezen, kunt u direct op een dergelijke voorkeurzender afstemmen. 1 Kies met de TUNER/BAND toets de gewenste afstemband en druk op de f DOWN of g UP toets om een radiozender te kiezen. 2 Druk op de a SET toets om de ontvangen zender in het afstemgeheugen vast te leggen. Elke aldus vastgelegde zender wordt genummerd op volgorde vanaf 1 voor de betreffende afstemband. Frequentiebereik Voorkeurzendernummer Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de afstemfrequentie. Bij ontvangst van een zender wordt er twee seconden lang “TUNE” aangegeven. Tijdens ontvangst van een FM stereo uitzending verschijnt de 1 aanduiding. CASSETTE-WEERGAVE 1 Druk enkele malen op de TUNER/BAND toets om in te stellen op de gewenste afstemband. VASTLEGGEN VAN VOORKEURZENDERS RADIO-ONTVANGST HANDMATIG AFSTEMMEN GELUIDSWEERGAVE RADIO-ONTVANGST 3 Herhaal de stappen 1 en 2. Als er reeds 32 voorkeurzenders voor alle afstembanden zijn vastgelegd in het afstemgeheugen, zal een volgende gekozen zender niet worden vastgelegd. Snel opzoeken van een radiozender (Automatische zoekafstemming) Houd de f DOWN of g UP toets ingedrukt tot de frequentieaanduiding snel gaat veranderen. Bij ontvangst van een zender stopt de zoekafstemming. Om de automatische zoekafstemming met de hand te stoppen, drukt u weer op de f DOWN of g UP toets. • De automatische zoekafstemming kan niet stoppen bij zenders die erg zwak ontvangen worden. Bij storing in een FM stereo uitzending Druk op de MONO/TUNER toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt van de afstandsbediening, zodat er “MONO” in het uitleesvenster verschijnt. De weergave klinkt dan beter, al is het slechts in mono, zonder stereo-effect. Om de stereo-ontvangst te herstellen, drukt u nogmaals op deze toetsen, zodat de “MONO” aanduiding dooft. Omschakelen van het middengolf-afsteminterval De fabrieksinstelling voor het afsteminterval is 9 kHz/zender. U kunt dit apparaat ook gebruiken voor radio-ontvangst in gebieden waar het afsteminterval 10 kHz bedraagt, maar dan moet u het als volgt omschakelen. Druk op de POWER toets terwijl u de TUNER/BAND toets ingedrukt houdt. Om het afsteminterval weer terug te schakelen, herhaalt u dit. Als u probeert meer dan 32 voorkeuzestations op te slaan, zal er “FULL” (vol) verschijnen. AFSTEMMEN OP EEN VOORKEURZENDER Kies het nummer van de gewenste zender direct met de afstandsbediening. 1 Kies de afstemband met een druk op de BAND toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt. 2 Gebruik de cijfertoetsen 0-9 en +10 om het nummer van de voorkeurzender te kiezen. Bijvoorbeeld: Om af te stemmen op voorkeurzender nummer 20, drukt u op +10, +10 en 0. Om af te stemmen op voorkeurzender nummer 15, drukt u op +10 en 5. Kiezen van een voorkeurzendernummer op het apparaat zelf Kies met de TUNER/BAND toets de gewenste afstemband. Druk vervolgens zo vaak als nodig op de cPRESET toets. Telkens wanneer u op de cPRESET toets drukt, wordt er afgestemd op het volgende zendernummer. Wissen van een vastgelegde zender Bij omschakelen van het middengolf-afsteminterval komen alle vastgelegde voorkeurzenders te vervallen. Dan zult u die opnieuw in het geheugen moeten vastleggen. Kies het nummer van de zender die u uit het geheugen wilt wissen. Druk op de sCLEAR toets en dan binnen 4 seconden op de a SET toets. De voorkeurzenders in het geheugen met hogere nummers dan de gewiste zender schuiven allemaal een plaatsje omlaag op. NEDERLANDS 9 NL CD-WEERGAVE Voor het afspelen van een enkele CD, drukt u op een DISC DIRECT PLAY 1-3 toets. BASISBEDIENING De gekozen compact disc wordt dan eenmaal afgespeeld. Om te stoppen met afspelen, drukt u op de s stoptoets. Om het afspelen te pauzeren, drukt u op de a pauzetoets. Nogmaals drukken om de weergave te hervatten. Om tijdens afspelen een bepaalde muziekpassage op te zoeken, houdt u de f of g zoektoets ingedrukt en laat u deze bij het gewenste punt los. Om tijdens afspelen terug of door te gaan naar het begin van een muziekstuk, drukt u enkele malen kort op de f of g zoektoets. Om de compact disc(s) te verwijderen, drukt u op de z OPEN/ CLOSE toets. Beginnen met afspelen terwijl het apparaat nog uit staat (Automatische weergavestart) Druk op de CD toets. De stroom wordt ingeschakeld en de weergave van de geplaatste compact disc(s) begint. Ook bij indrukken van de z OPEN/CLOSE toets wordt de stroom ingeschakeld en dan gaat de disc-lade open. INLEGGEN VAN COMPACT DISCS Druk op de CD toets en dan op de zOPEN/CLOSE toets om de disc-lade te openen. Leg een of meer CD’s met de label-kant boven in de disc-uitsparing(en). Voor het afspelen van één of twee CD’s, legt u deze in de disc-uitsparingen 1 en 2. Voor het afspelen van drie CD’s, drukt u na het inleggen van de eerste twee discs op de DISC CHANGE toets om de discuitsparingen door te draaien. Leg de derde CD in uitsparing 3. Sluit de disc-lade met een druk op de zOPEN/CLOSE toets. Controleren van de resterende speelduur Druk tijdens afspelen (behalve met willekeurige weergave of programma-weergave) op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt van de afstandsbediening. Dan wordt de totale resterende speelduur tot het einde van de compact disc aangegeven. Om weer de aanduiding voor de verstreken speelduur te zien, herhaalt u deze handeling. Kiezen van een muziekstuk met de afstandsbediening 1 Druk op een DISC DIRECT PLAY 1-3 toets om een disc te kiezen. 2 Druk op de cijfertoetsen 0-9 en +10 om het nummer van het gewenste muziekstuk te kiezen. Bijvoorbeeld: Om muziekstuk nummer 25 af te spelen, drukt u op +10, +10 en 5. Om muziekstuk nummer 10 af te spelen, drukt u op +10 en 0. De weergave begint met het gekozen muziekstuk en gaat door tot het eind van de gekozen compact disc. Verwisselen van discs tijdens het afspelen Tijdens het afspelen van een disc kunt u de andere disc(s) verwisselen zonder de weergave te onderbreken. 1 Druk op de DISC CHANGE toets. 2 Verwijder de disc(s) en vervang deze door (een) andere. 3 Druk op de z OPEN/CLOSE toets om de disc-lade te sluiten. Nummer van de af te spelen CD Totaal aantal muziekstukken Totale speelduur AFSPELEN VAN COMPACT DISCS Leg de gewenste CD’s in de disc-lade. Voor het afspelen van alle CD’s in de disc-lade, drukt u op de c weergavetoets. Het afspelen begint met de compact disc in disc-uitsparing 1. Nummer van het weergegeven muziekstuk 10 NEDERLANDS Verstreken speelduur • Voor het afspelen van een 8-cm CD singletje legt u dit in de binnenste disc-uitsparing. • Leg nooit meer dan één CD tegelijk in één disc-uitsparing. • Til het apparaat niet op wanneer er compact discs in aanwezig zijn. Dit kan storing in de werking veroorzaken. • Probeer geen compact discs met afwijkende vormen af te spelen (zoals hartvormige of achthoekige CD’s). Dit kan storing in de werking veroorzaken. • Het apparaat kan CD-R/CD-RW discs die zijn opgenomen met een personal computer of met bepaalde typen CD-R/CD-RW recorders niet altijd goed afspelen, vanwege verschillen in het opnamesysteem. • Plak nooit enig etiket of sticker waar dan ook op een CD-R/CDRW disc (de glimmende opnamekant of de label-kant). Dat kan storing en defecten veroorzaken. Gebruik hiervoor de afstandsbediening. Willekeurige weergave (RANDOM) U kunt de muziekstukken van een enkele CD of van alle discs in willekeurige volgorde afspelen. Herhaalde weergave (REPEAT) 3 Druk op de cijfertoetsen 0-9 en +10 om het nummer van het gewenste muziekstuk te programmeren. Bijvoorbeeld: Om muziekstuk nummer 25 te kiezen, drukt u op +10, +10 en 5. Om muziekstuk nummer 10 te kiezen, drukt u op +10 en 0. Gekozen muziekstuknummer Totaal aantal geprogrammeerde muziekstukken CD-WEERGAVE WILLEKEURIGE/HERHAALDE WEERGAVE U kunt de muziekstukken van een enkele CD of van alle discs herhaaldelijk laten afspelen. Druk op de RANDOM/REPEAT toets terwijl u de SHIFT toets indrukt. Telkens wanneer u op deze toets drukt, verspringt de afspeelfunctie kringsgewijze, als volgt. Willekeurige weergave (RANDOM) — De aanduiding RANDOM verschijnt in het uitleesvenster. Herhaalde weergave (REPEAT) — De aanduiding " verschijnt in het uitleesvenster. Willekeurige en herhaalde weergave (RANDOM/REPEAT) — De aanduidingen RANDOM en " verschijnen in het uitleesvenster. Uitgeschakeld (normale weergave) — De aanduidingen RANDOM en " verdwijnen allebei. Voor het afspelen van alle CD’s in de disc-lade, drukt u op de c toets om de weergave te starten. Voor het afspelen van een enkele CD, drukt u op een DISC DIRECT PLAY 1-3 toets om de weergave te starten. Tijdens afspelen in willekeurige volgorde is het niet mogelijk terug te keren naar een voorgaand muziekstuk met de f toets. PROGRAMMA-WEERGAVE U kunt tot 30 muziekstukken van alle geplaatste compact discs kiezen voor weergave in een zelf gekozen volgorde Programma-volgnummer Totale speelduur van de geprogrammeerde muziekstukken 4 Herhaal de stappen 2 en 3 voor elk van de muziekstukken die u wilt programmeren. 5 Druk op de c weergavetoets om de geprogrammeerde weergave te starten. Controleren van uw muziekprogramma Telkens wanneer u in de stopstand op de f of g toets drukt, geeft het uitleesvenster het volgende muziekstuknummer met het bijbehorende discnummer en het programma-volgnummer aan. Wissen van uw muziekprogramma Druk in de stopstand op de s CLEAR toets. Muziekstukken toevoegen aan uw muziekprogramma Herhaal de stappen 2 en 3 in de stopstand. Het nieuw gekozen muziekstuk wordt achter aan uw muziekprogramma toegevoegd. Wijzigen van de geprogrammeerde muziekstukken Wis uw muziekprogramma en herhaal alle stappen voor een nieuw programma. Herhaalde weergave van alle geprogrammeerde muziekstukken Druk na het programmeren van de nummers enkele malen op de RANDOM/REPEAT toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt, tot de aanduiding " in het uitleesvenster verschijnt. • Tijdens de geprogrammeerde weergave is het niet mogelijk de willekeurige weergave te kiezen, de resterende speelduur te controleren of nog een andere disc of muziekstuk te kiezen. De aanduiding “CAN’T USE” verschijnt als u tracht een muziekstuk te kiezen. • De aanduiding “FULL” verschijnt als u probeert meer dan 30 muziekstukken te programmeren. Gebruik hiervoor de afstandsbediening. 1 Druk in de stopstand op de PRGM toets terwijl u de SHIFT toets indrukt. De aanduiding “PRGM” licht op in het uitleesvenster. 2 Druk op een DISC DIRECT PLAY 1-3 toets om een disc te kiezen. Ga door met de volgende stap wanneer de disc-lade stopt met draaien. NEDERLANDS 11 NL OPNEMEN BASISBEDIENING VOOR BANDOPNAME Als er tijdens het opnemen van een MG of LG radio-uitzending een storende hoge fluittoon klinkt door zweving, druk dan op de MONO TUNER toets van de afstandsbediening terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt, om deze zwevingsstoring te onderdrukken. Telkens wanneer u deze twee toetsen tegelijk indrukt, zal in het uitleesvenster een indicatorlampje beurtelings oplichten en weer doven. Opnemen van gekozen muziekstukken van een compact disc Alvorens u op de w opnametoets drukt, programmeert u de gewenste muziekstukken (zie pagina 11). Het beginpunt van de opname precies bepalen (behalve bij opnemen van een CD) Druk voor de w toets in stap 3 eerst bij het gewenste beginpunt op de a pauzetoets van deck 1 en daarna op de w opnametoets. Het deck komt in de opnamepauzestand. Om te beginnen met opnemen, drukt u nogmaals op de a pauzetoets. Opnemen van een deel van een compact disc Voorbereidingen • Gebruik uitsluitend Type I (normaalband) cassettes. • Spoel de cassetteband door naar het punt waar u wilt beginnen met opnemen. 1 Plaats de cassette waarop u wilt opnemen in cassettedeck 1. Plaats de cassette met de kant waarop u wilt opnemen naar buiten gericht in de cassettehouder. Bij indrukken van de w opnametoets begint het opnemen altijd vanaf het eerste muziekstuk. Om bij een ander punt op de CD met opnemen te beginnen, start u eerst de weergave van de CD en dan drukt u bij het gewenste opname-beginpunt op de a pauzetoets van de CD-speler. Vervolgens drukt u op de w opnametoets. Dan wordt de pauzestand van de CD-speler automatisch vrijgezet en begint het opnemen onmiddellijk. Beveiligen van cassettes • Om abusievelijk wissen van waardevolle opnamen te voorkomen, breekt u na het opnemen de wispreventienokje(s) van de cassette uit met een schroevendraaier of iets dergelijks. 2 Druk op de functietoets voor de gewenste geluidsbron (CD, TAPE, TUNER of VIDEO/AUX) en maak de geluidsbron gereed voor weergave. Voor het opnemen van compact disc(s), drukt u op de CD toets en plaatst u de compact disc(s) in de disc-lade. Voor het kopiëren van een cassette, drukt u op de TAPE toets. Vervolgens plaatst u de te kopiëren cassette in deck 2 en start u de weergave ervan. Voor het opnemen van een radio-uitzending, drukt u op de TUNER/BAND toets en stemt u af op de gewenste radiozender. Voor het opnemen vanaf een aangesloten geluidsbron, drukt u op de VIDEO/AUX toets. Om een aldus beveiligde cassette weer voor opnemen geschikt te maken, bedekt u de ontstane uitsparing(en) met een stukje plakband. • Cassettes met een speelduur van 120 minuten of langer hebben een erg dunne band, die gemakkelijk uitrekt of verward raakt. Gebruik dergelijke cassettes liever niet. • Trek voor het gebruik eerst eventuele bandlussen strak met een potlood of iets dergelijks. Losse bandlussen kunnen gemakkelijk breken of in het bandloopwerk verwikkeld raken. 3 Druk op de w toets om te beginnen met opnemen. De c toets wordt automatisch mee ingedrukt. Wanneer u opneemt vanaf een aangesloten geluidsbron, start u de weergave van de geluidsbron. Als de gekozen geluidsbron een compact disc is, zal het afspelen en opnemen tegelijk beginnen. Om te stoppen met opnemen, drukt u op de Z stop/ uitwerptoets van deck 1. Om het opnemen te pauzeren, drukt u op de a pauzetoets van deck 1. Druk nogmaals op de pauzetoets om het opnemen te hervatten. Druk tijdens het opnemen niet op de toetsen van deck 2. Bijregelen van het geluid tijdens opnemen Wissen van bandopnamen U kunt de geluidssterkte en de klankkleur van de weergave zowel voor de luidsprekers als de hoofdtelefoon geheel naar wens instellen, want dit heeft geen invloed op de gemaakte bandopname. 1 Plaats de cassette die u wilt wissen in deck 1 en druk op de TAPE toets. 2 Spoel de band door naar het punt van waaraf u de opnamen wilt wissen. 3 Druk op de w toets om te beginnen met wissen. 12 NEDERLANDS 6 Druk op de w toets van deck 1 om te beginnen met opnemen op de eerste cassettekant. Het afspelen van de CD en het opnemen van de gekozen muziekstukken op de eerste cassettekant beginnen gelijktijdig. Aan het eind van de cassettekant stopt deck 1 met opnemen. Na het stoppen kunt u verder gaan met stap 7. OPNEMEN AI EDIT VOLAUTOMATISCHE OPNAMEFUNCTIE 7 Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening om het muziekprogramma voor de tweede cassettekant in te schakelen. De aanduiding voor cassettekant “B” verschijnt. 8 Keer de cassette in deck 1 om en druk op de w toets om te gaan opnemen op de tweede cassettekant. Stoppen met opnemen Druk op de Z stop/uitwerptoets van deck 1. Het opnemen en het afspelen van de CD stoppen tegelijk. Met de AI EDIT volautomatische opnamefunctie kunt u muziek van CD’s opnemen zonder dat u zich zorgen hoeft te maken over de beschikbare bandlengte en welke muziekstukken er wel of niet op passen. Na inleggen van een CD leest het apparaat automatisch de totale speelduur af. Indien nodig, wordt zelfs de volgorde van de nummers aangepast zodat er geen enkel muziekstuk onderbroken wordt. (AI: Artificial Intelligence, kunstmatige intelligentie) 1 Plaats de cassette voor opname in deck 1 en spoel de band terug naar het begin van de voorkant. Druk op de Z toets om de cassettehouder te openen en Plaats de cassette met de kant waarop u eerst wilt opnemen naar buiten gericht in de cassettehouder. Spoel de band terug naar het begin met de f toets. 2 Druk op de CD toets en leg de op te nemen disc(s) in de disc-lade. 3 Druk eenmaal op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening. De aanduiding “EDIT” en “AI” lichten op. • Als er “PRGM” wordt aangegeven, drukt u nogmaals op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt. 4 Druk op een van de DISC DIRECT PLAY 1-3 toetsen om een disc te kiezen. 5 Druk op de cijfertoetsen 0-9 van de afstandsbediening om de totale bandlengte in te stellen. Annuleren van het op te nemen muziekprogramma Druk tweemaal op de sCLEAR toets zodat de “EDIT” aanduiding in het uitleesvenster dooft. Controleren van de volgorde van de geprogrammeerde nummers Druk vóór het opnemen de CD EDIT/CHECK toets in terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening om te kiezen voor cassettekant A of B en druk dan meermalen op de f of g toets. Muziekstuknummer Cassettekant Geprogrammeerde muziekstukken Programma-volgnummer Muziekstukken van andere compact discs toevoegen aan het opname-programma Als er na stap 5 nog ruimte over is op de cassette, kunt u nog muziekstukken toevoegen van andere discs in de disc-lade. 1 Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening om te kiezen voor cassettekant A of B. 2 Druk op een van de DISC DIRECT PLAY 1-3 toetsen om een compact disc te kiezen. 3 Druk op de cijfertoetsen van de afstandsbediening om de gewenste muziekstukken te kiezen. U kunt geen muziekstukken kiezen waarvan de speelduur langer is dan de beschikbare ruimte op de cassette. 4 Herhaal de stappen 2 en 3 om nog meer muziekstukken toe te voegen. Lengte van de cassetteband en beschikbare opnameduur De beschikbare opnameduur op cassettes is vaak iets langer dan de officiële speelduur die op het label staat aangegeven. Dit apparaat kan muziekstukken programmeren om de beschikbare opnameduur op te vullen. Als de totale opnameduur iets langer is dan de aangegeven speelduur van de cassette, zal het uitleesvenster de extra tijd aangeven (zonder min-teken) in plaats van de resterende tijd op de cassette (met het min-teken). U kunt een bandlengte van 10 tot 99 minuten kiezen. Bijvoorbeeld: Voor het opnemen op een cassette van 60 minuten, drukt u op de 6 en de 0. Na enkele seconden zijn de muziekstukken voor opname op beide kanten van de cassette gekozen. • U kunt de bandlengte ook kiezen met de f en g toetsen. Geprogrammeerde De AI EDIT volautomatische opnamefunctie werkt niet met compact discs die 31 of meer muziekstukken bevatten. De Resterende muziekstukken aanduiding “TR OVER” verschijnt als u dit probeert. opnameduur voor kant A Bandlengte Cassettekant Min-teken A: eerste opnamekant B: tweede opnamekant NEDERLANDS 13 NL PROGRAMMA-OPNAMEFUNCTIE 6 Herhaal stap 5 voor de andere muziekstukken die u wilt opnemen op kant A. U kunt geen muziekstukken kiezen waarvan de speelduur langer is dan de beschikbare ruimte op de cassette. 7 Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening om in te stellen op kant B en programmeer de muziekstukken voor kant B. Controleer of kant “B” wordt aangegeven en herhaal dan weer stap 5. Cassettekant B (achterkant) Met de programma-opnamefunctie kunt u zelf de muziekstukken voor opnemen programmeren, lettend op de aangegeven resterende opnameduur op elke cassettekant. 1 Plaats de cassette voor opname in deck 1 en spoel de band terug naar het begin van de voorkant. Druk op de Z toets om de cassettehouder te openen en Plaats de cassette met de kant waarop u eerst wilt opnemen naar buiten gericht in de cassettehouder. Spoel de band terug naar het begin met de f toets. 2 Druk op de CD toets en leg de op te nemen disc(s) in de disc-lade. 3 Druk tweemaal op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening. De aanduidingen “PRGM” en “EDIT” lichten op. • Als er “AI” wordt aangegeven, drukt u nogmaals op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt. 4 Druk op de cijfertoetsen 0-9 van de afstandsbediening om de totale bandlengte in te stellen. U kunt een bandlengte van 10 tot 99 minuten kiezen. • U kunt de bandlengte ook kiezen met de f en g toetsen. Cassettekant A (voorkant) Bandlengte 8 Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt van de afstandsbediening om in te stellen op kant A en druk op de w toets om te beginnen met opnemen. Het afspelen van de CD en het opnemen van de gekozen muziekstukken op de eerste cassettekant beginnen gelijktijdig. Aan het eind van de cassettekant stopt deck 1 met opnemen. Na het stoppen kunt u verder gaan met stap 9. 9 Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening om het muziekprogramma voor de tweede cassettekant in te schakelen. De aanduiding voor cassettekant “B” verschijnt. 10 Keer de cassette in deck 1 om en druk op de w toets om te gaan opnemen op de tweede cassettekant. Het opnemen begint. Stoppen met opnemen Druk op de Z stop/uitwerptoets van deck 1. Het opnemen en het afspelen van de CD stoppen tegelijk. Controleren van de volgorde van de geprogrammeerde nummers Druk vóór het opnemen de CD EDIT/CHECK toets in terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening om te kiezen voor cassettekant A of B en druk dan meermalen op de f of g toets. Geprogrammeerde Discnummer Muziekstuknummer muziekstukken Maximale opnameduur op kant A Cassettekant 5 Druk op een DISC DIRECT PLAY 1-3 toets om een disc te kiezen. Druk vervolgens op de cijfertoetsen 0 - 9 en +10 om het nummer van een op te nemen muziekstuk te programmeren. Bijvoorbeeld: Om het 10de muziekstuk van disc 2 op te nemen, drukt u op DISC DIRECT PLAY 2 en dan op +10 en 0. Muziekstuknummer Geprogrammeerde nummers Programma-volgnummer Wijzigen van het muziekprogramma voor een cassettekant Druk op de CD EDIT/CHECK toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt op de afstandsbediening om in te stellen op cassettekant A of B en druk dan op de sCLEAR toets om de geprogrammeerde nummers voor die kant te wissen. Herhaal daarna alle stappen om een nieuw programma te maken. Wissen van het op te nemen muziekprogramma Druk tweemaal op de sCLEAR toets zodat de “EDIT” aanduiding in het uitleesvenster dooft. Programma-volgnummer 14 NEDERLANDS Resterende opnameduur op cassettekant A • U kunt tot 30 muziekstukken van alle geplaatste compact discs kiezen voor opname in een zelf gekozen volgorde. • Da aanduiding “FULL” verschijnt als u probeert meer dan 30 muziekstukken te programmeren. 6 Maak de geluidsbron gereed voor weergave. Voor het luisteren naar een CD plaatst u de eerst af te spelen CD in disc-uitsparing 1. Voor het luisteren naar een cassette plaatst u deze in deck 1 of 2. Voor het luisteren naar de radio, kiest u de afstemband en stemt u af op de gewenste radiozender. 7 Druk op de POWER toets om het apparaat uit te schakelen. Op de gekozen inschakeltijd wordt het apparaat ingeschakeld en dan begint de weergave van de gekozen geluidsbron. 8 Stel het cassettedeck desgewenst in op TAPE cassette-weergave of schakelklok-opname. Voor het luisteren naar een cassette, drukt u op de c opnametoets van deck 1 of 2. Voor schakelklok-opname van de gekozen geluidsbron, drukt u op de w opnametoets van deck 1. Op de ingestelde inschakeltijd wordt het apparaat ingeschakeld en dan begint de weergave (en/of opname) van de gekozen geluidsbron. Wanneer de schakelklok is ingeschakeld, zal het uitleesvenster minder helder oplichten dan normaal. Met de schakelklok kunt u het apparaat zo instellen dat het elke dag op dezelfde tijd inschakelt. Voorbereiding Zorg dat de klok op de juiste tijd staat ingesteld. 1 Druk op een van de geluidsbron-keuzetoetsen om de geluidsbron te kiezen. 2 Druk op de TIMER toets van de afstandsbediening terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt, zodat de aanduiding 5 in het uitleesvenster oplicht. In het uitleesvenster knipperen beurtelings de tijdsaanduiding en de gekozen geluidsbron. SCHAKELKLOK INSTELLEN VAN DE SCHAKELKLOK OPNEMEN SCHAKELKLOK U kunt de bij stap 1 gekozen geluidsbron tussentijds nog veranderen door op een geluidsbron-keuzetoets te drukken alvorens u bij stap 3 op de a toets drukt. Schakelklok-opnameduur en beschikbare bandlengte Als de beschikbare bandlengte van de cassette onvoldoende is voor de volledige schakelklok-opname, zal de w opnametoets van deck 1 uitspringen vóór de schakelklok het apparaat uitschakelt. Als er wel voldoende bandlengte is voor de schakelklok-opname, zal de de w opnametoets niet uitspringen. Als de w toets geruime tijd lang ingedrukt blijft staan, kan de cassetteband in het deck beschadigd worden. Druk dus na de schakelklok-opname op de Z toets om de w opnametoets vrij te zetten. Controleren van de schakelklok-instellingen Druk op de TIMER toets van de afstandsbediening terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt. De inschakeltijd, dan worden de gekozen geluidsbron en de schakelklok-speelduur 4 seconden lang in het uitleesvenster aangegeven. Wijzigen van de schakelklok-instellingen 3 Druk binnen 6 seconden op de f of de g toets om de inschakeltijd voor de schakelklok te kiezen en leg deze vast met een druk op de a toets. Volg opnieuw de aanwijzingen vanaf stap 1. Als u echter de inschakeltijd niet verandert, hoeft u in stap 3 alleen tweemaal op de a toets te drukken, om daarna door te gaan met stap 4. Door indrukken van deze toetsen veranderen zowel de minuten als de uren. Bij ingedrukt houden zal de tijd snel veranderen in stappen van 10 minuten en bij telkens kort indrukken verandert de tijd in stapjes van 1 minuut. Druk net zovaak op de TIMER toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt van de afstandsbediening, zodat de 5 aanduiding verdwijnt. Om de schakelklok-wachtstand weer in te schakelen, drukt u opnieuw op deze toets zodat de 5 aanduiding weer verschijnt. Tijdelijk annuleren van de schakelklok-wachtstand Gebruik van het apparaat na instellen van de schakelklok 4 Druk binnen 4 seconden op de f of de g toets om de tijdsduur voor de schakelklokweergave (of opname) te kiezen. De tijdsduur is instelbaar van 5 minuten tot 240 minuten, in stapjes van 5 minuten. De gekozen tijdsduur wordt na 4 seconden automatisch vastgelegd. Ook kunt u de tijdsduur al eerder vastleggen door na stap 4 weer binnen 4 seconden op de a toets te drukken. 5 Stel de geluidssterkte naar wens in. De geluidsbron zal na inschakelen door de schakelklok op de hier gekozen geluidssterkte worden weergegeven. Als u echter een volume-instelling van 17 of hoger kiest, zal de geluidssterkte bij inschakelen automatisch worden teruggesteld op 16. U kunt na het instellen van de schakelklok het apparaat nog wel gewoon gebruiken. Na het gebruik controleert u of de instellingen van de stappen 5 en 6 nog juist zijn en dan schakelt u het apparaat weer uit. Tenslotte maakt u indien nodig de instelling van stap 8. • De schakelklok-weergave of schakelklok-opname zal niet beginnen als het apparaat op de gekozen inschakeltijd nog aan staat. • Aangesloten apparatuur kan niet worden in- en uitgeschakeld door de ingebouwde schakelklok van dit apparaat. Hier voor zult u een externe audio-schakelklok moeten aansluiten. • Als voor de schakelklok-opname de stroombesparing (zie pagina 6) is ingesteld op “ECO ON” of “ECO AUTO” en het apparaat wordt uitgeschakeld, dan zal bij het weer inschakelen voor de schakelklokopname de verlichting op zijn zwakst zijn “DIMMER 3” en de geluidssterkte zal worden teruggezet op 0 (de minimumstand). • U kunt de schakelklok-instellingen controleren door de TIMER toets tegelijk met de SHIFT toets indrukt op de afstandsbediening, ook wanneer het apparaat uit staat. Als u vervolgens op de a pauzetoets drukt binnen 4 seconden na indrukken van de TIMER toets en de SHIFT toets op de afstandsbediening, komt het apparaat in de schakelklok-instelstand en dan kunt u de gemaakte instelling desgewenst wijzigen. NEDERLANDS 15 NL ANDERE MOGELJKHEDEN AUTOMATISCH UITSCHAKELEN MET DE SLUIMERFUNCTIE U kunt het apparaat na een vooraf gekozen tijdsduur automatisch laten uitschakelen. Gebruik hiervoor de afstandsbediening. 1 Druk op de SLEEP toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt. DEMO (Demonstratie of cijferspel) Bij wijze van demonstratie biedt dit apparaat twee verschillende speciale “DEMO” functies. De ene is een demonstratie van de mogelijkheden van het apparaat, de andere een cijferspel. Bij de gewone demonstratie verschijnt er een kleurrijke reeks effecten in het uitleesvenster. Het cijferspel werkt als een soort fruitautomaat, waarbij u zelf uw kansen kunt beproeven. Om over te schakelen tussen de twee functies, drukt u op de POWER toets terwijl u de c toets ingedrukt houdt, wanneer het apparaat nog uit staat. Om de demonstratie of het cijferspel te starten, drukt u op de c toets terwijl het apparaat nog uit staat. Om de demonstratie of het cijferspel te stoppen, drukt u op de a toets. Spelen van het cijferspel 2 Druk nu binnen 4 seconden op de f of de g toets om te kiezen na hoeveel minuten u het apparaat wilt laten uitschakelen. De sluimertijd is instelbaar van 5 minuten tot 240 minuten, in stapjes van 5 minuten. Gekozen sluimertijd 1 Om het cijferspel te starten, drukt u op de c toets terwijl het apparaat nog uit staat. Drie cijfers in het uitleesvenster gaan doorlopen. 2 Druk een keer op s. Het linker cijfer stopt. 3 Druk nog twee keer op s om de andere twee cijfers ook stop te zetten. Puntentelling: U krijgt aan het begin van het spel 20 punten. Als alle drie de cijfers hetzelfde zijn, krijgt u er 50 punten bij. Als ze niet hetzelfde zijn, gaat er een punt van uw score af. Als u 9999 punten heeft gehaald, heeft u het spel gewonnen. Als u geen punten meer over heeft, heeft u het spel verloren. Wanneer de sluimerfunctie is ingeschakeld, zal het uitleesvenster minder fel oplichten dan normaal. Om het spel te resetten. Controleren van de resterende tijd tot de stroom wordt uitgeschakeld Veranderen van de kans op drie gelijke cijfers Druk eenmaal op de SLEEP toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt. Dan wordt 4 seconden lang de resterende sluimertijd aangegeven. Druk eerst op a en vervolgens op c. Het spel begint opnieuw. Druk enkele malen achtereen op de f of g toets om een van de drie moeilijkheidsgraden voor het cijferspel te kiezen. Het disc-ladenummer doorloopt de aanduidingen 1 en 3. Hoe hoger het aangegeven disc-ladenummer, des te groter uw kans op drie gelijke cijfers. Annuleren van de sluimerfunctie Druk tweemaal op de SLEEP toets terwijl u de SHIFT toets ingedrukt houdt, zodat de aanduiding “SLEEP oFF” in het uitleesvenster oplicht. 16 NEDERLANDS • Tijdens het spelen van het cijferspel zijn de a, s, f, g en c toetsen alleen te gebruiken voor het spel. Schakel eerst het apparaat in als u deze toetsen wilt gebruiken voor andere functies, zoals het afspelen van een CD e.d. • Tijdens het spelen van het cijferspel kunnen er in het uitleesvenster aanduidingen verschijnen die niets van doen hebben met de feitelijke bediening. Zie voor nadere bijzonderheden tevens de gebruiksaanwijzingen van de aan te sluiten apparatuur. • Aansluitsnoeren zijn niet bijgeleverd. De nodige aansluitsnoeren zult u los moeten aanschaffen. • Raadpleeg uw plaatselijke Aiwa dealer omtrent de los verkrijgbare apparatuur. Voor weergave van een geluidsbron die is aangesloten op de VIDEO/AUX ingangen gaat u als volgt te werk. VIDEO/AUX AANSLUITINGEN Omschakelen van de geluidsbron-aanduiding in het uitleesvenster Deze aansluitingen zijn geschikt voor het doorgeven van analoge ingangssignalen aan dit apparaat. Via een snoer met tulpstekkers kunt u hierop audio/video-apparatuur aansluiten (platenspeler, laserdisc-speler, minidisc-speler, videorecorder, TV-toestel e.d.). Steek de rode tulpstekker in de VIDEO/AUX R aansluitbus en de witte tulpstekker in de VIDEO/AUX L aansluitbus. 1 Druk op de VIDEO/AUX toets. De aanduiding “VIDEO” licht op in het uitleesvenster. 2 Start de weergave van de aangesloten geluidsbron. Bij indrukken van de VIDEO/AUX toets zal er oorspronkelijk “VIDEO” worden aangegeven. U kunt deze aanduiding desgewenst omschakelen van “VIDEO” naar “AUX” of “TV”. Schakel het apparaat in en druk op de POWER toets terwijl u de VIDEO/AUX toets ingedrukt houdt. Herhaal dit tot de gewenste aanduiding verschijnt. Aansluiten van een platenspeler ANDERE MOGELJKHEDEN LUISTEREN NAAR EEN EXTERNE GELUIDSBRON OVERIGE AANSLUITINGEN AANSLUITEN VAN LOS VERKRIJGBARE APPARATUUR SCHAKELKLOK OVERIGE AANSLUITINGEN Gebruik een Aiwa platenspeler met ingebouwde equalizervoorversterker. CD DIGITAL OUT (OPTICAL) AANSLUITING Via deze aansluiting kunt u de digitale signalen van de CD-speler aan andere apparatuur doorgeven. Gebruik een optische aansluitkabel voor het aansluiten van digitale geluidsapparatuur (digitale versterker, DAT cassettedeck, minidisc-recorder e.d.). Verwijder het stofkapje a van de CD DIGITAL OUT (OPTICAL) aansluiting. Steek dan de stekker van de optische kabel in deze CD DIGITAL OUT (OPTICAL) aansluiting. NL Zolang de CD DIGITAL OUT (OPTICAL) aansluiting niet in gebruik is Zorg dat de stekkerbus is afgesloten met het bijgeleverde stofkapje. NEDERLANDS 17 ALGEMEEN ONDERHOUD VERHELPEN VAN STORINGEN Voor de beste prestaties dient u het apparaat regelmatig te reinigen en in goede staat te houden. Als het apparaat niet werkt zoals beschreven in deze gebruiksaanwijzing, controleer dan de volgende punten. Reinigen van de buitenkant ALGEMEEN Er klinkt geen geluid. Schoonvegen met een zachte droge doek is voldoende. Als het apparaat erg vuil is, gebruikt u een zachte doek die u licht bevochtigt met een mild zeepsopje. Gebruik geen oplosmiddelen als spiritus, wasbenzine of verdunningsmiddel, aangezien deze de afwerking van het apparaat kunnen aantasten. Reinigen van de bandkoppen Als de koppen van het cassettedeck vuil zijn: - klinken er te weinig hoge tonen - zal de klankkleur erg dof zijn - kan de weergave onevenwichtig klinken - kunnen eerdere opnamen onvoldoende gewist worden - kan opnemen op de cassette niet goed lukken. Na elke 10 gebruiksuren dient u de bandkoppen en het bandloopwerk schoon te maken met een reinigingscassette. Zie voor nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing van de reinigingscassette. • Is het netsnoer stevig aangesloten? • Zijn alle aansluitingen in orde? (➞ pagina 4) • Wellicht is er kortsluiting in de luidspreker-aansluitingen. ➞ Trek de stekker uit het stopcontact en controleer dan alle luidspreker-aansluitingen. • Hebt u niet op de verkeerde geluidsbrontoets gedrukt? Slechts één luidspreker geeft geluid. • Zijn de aansluitingen van de andere luidspreker in orde? De bediening lukt niet of er verschijnen vreemde aanduidingen in het uitleesvenster. ➞ Stel het apparaat terug in de uitgangsstand op de hieronder beschreven wijze. Alle aanduidingen verdwijnen en de verlichting dooft wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld. • Staat de stroombesparing ingesteld op “ECO ON” of “ECO AUTO”? (➞ pagina 6) Het apparaat kan niet worden ingeschakeld. Demagnetiseren van de koppen Na langdurig gebruik kunnen de bandkoppen gemagnetiseerd raken. Dit leidt tot een hoorbaar verlies aan hoge tonen en toename van ruis. Na 20 tot 30 gebr uiksuren dient u de bandkoppen te demagnetiseren met een in de audiohandel verkrijgbare demagnetiseercassette. Schoonhouden van compact discs • Een compact disc die vuil is kunt u schoonvegen met een reinigingsdoekje, vanuit het midden naar de rand toe. ➞ Trek de stekker uit het stopcontact en steek hem even later weer in. TUNER/RADIO-ONTVANGST Er klinkt voortdurend een golvende ruis. • Zijn de antennes goed aangesloten? (➞ pagina 4) • Komt het signaal van de zender erg zwak door? ➞ Sluit een buitenantenne aan. Er klinkt gekraak in de radio-ontvangst of vervorming in de weergave. • Is er geen elektrische storing van andere apparatuur of signaalreflectie door hoge gebouwen in de omgeving? ➞ Verstel de stand van de antenne. ➞ Zet het apparaat verder weg van andere elektrische apparatuur. CASSETTEDECKS De band loopt niet. • Staat deck misschien in de pauzestand? (➞ pagina 8) • Berg elke compact disc na het afspelen weer in het bijbehorende doosje op. Laat uw discs niet liggen op plaatsen met hitte of vocht. Bewaren van cassettes • Berg elke cassette na gebruik weer in het bijbehorende doosje op. • Laat uw cassettes niet liggen in de buurt van apparatuur met magneten, zoals een luidspreker, motor of TV-toestel. Het magnetisch veld kan de geluidskwaliteit aantasten en ruis veroorzaken. • Leg cassettes niet in de volle zon en laat ze niet achter in een auto die in de zon geparkeerd staat. Terugstellen in de uitgangsstand Als er vreemde aanduidingen verschijnen, kunt u het apparaat als volgt terugstellen in de uitgangsstand. 1 Schakel het apparaat uit met de POWER toets. 2 Schakel het apparaat weer in met de POWER toets terwijl u de sCLEAR toets ingedrukt houdt. Hierdoor vervallen alle instellingen die u in het geheugen had vastgelegd. Als het uitschakelen in stap 1 niet mogelijk blijkt, trek dan de stekker uit het stopcontact en steek deze weer in. Schakel het apparaat dan weer in volgens stap 2. 18 NEDERLANDS De weergave klinkt onevenwichtig of dof, met te weinig hoge tonen. • Is de weergavekop vuil? (➞ pagina 18) Het opnemen begint niet. • Is het wispreventienokje van deze cassettekant uitgebroken? (➞ pagina 12) • Is de opnamekop vuil? (➞ pagina 18) Oude opnamen worden onvoldoende gewist. • Is de wiskop vuil? (➞ pagina 18) • Gebruikt u een metaalband-cassette? Er klinken nauwelijks hoge tonen. • Is de opname/weergavekop vuil? (➞ pagina 18) COMPACT DISC SPELER Het afspelen van de compact disc begint niet. • Is de CD juist in de disc-lade gelegd? (➞ pagina 10) • Is de compact disc vuil? (➞ pagina 18) • Is het lensje misschien beslagen door condensvocht? ➞ Wacht ongeveer een uur en probeer het opnieuw. Luidsprekersysteem SX-NSZ10 Systeem en behuizing Luidsprekers Hoofdapparaat CX-NSZ10/CX-NSZ17 FM tuner-gedeelte Afstembereik Bruikbare gevoeligheid (IHF) Antenne-aansluitingen ALGEMEEN TECHNISCHE GEGEVENS 2-weg in basreflexkast (magnetisch afgeschermd) Lagetonen-luidspreker: 120 mm conus-type Hogetonen-luidspreker: 20 mm ceramisch-type 6 ohm 87 dB/W/m 220 × 324 × 204 mm 2,0 kg 87,5 MHz tot 108 MHz 16,8 dBf 75 ohm (asymmetrisch) Impedantie Rendement/geluidsdruk Afmetingen (B × H × D) Gewicht 531 kHz tot 1602 kHz (9 kHz afsteminterval) 530 kHz tot 1710 kHz (10 kHz afsteminterval) 350 µV/m Kaderantenne Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden, zonder kennisgeving. MG tuner-gedeelte Afstembereik Bruikbare gevoeligheid Antenne LG tuner-gedeelte Afstembereik Bruikbare gevoeligheid Antenne 144 kHz tot 290 kHz 1400 µV/m Kaderantenne AUTEURSRECHTEN Volg de wettelijke bepalingen betreffende de auteursrechten op geluidsopnamen van discs, radio of voorbespeelde cassettes, zoals die gelden in het land waar u het apparaat gebruikt. Versterker-gedeelte Uitgangsvermogen Totale harmonische vervorming Ingangen Uitgangen Nominaal: 12 watt + 12 watt (6 ohm, 1% THV, 1 kHz/DIN 45500) Referentie: 15 watt + 15 watt (6 ohm, 10% THV, 1 kHz/DIN 45324) DIN MUZIEKVERMOGEN: 30 watt + 30 watt 0,1% (6 watt, 1 kHz, 6 ohm, DIN AUDIO) VIDEO/AUX: 500 mV SPEAKERS: voor luidsprekers met impedantie van 6 ohm of meer PHONES (stereo klinkstekkerbus): voor hoofdtelefoons met impedantie van 32 ohm of meer Cassettedeck-gedeelte Spoorsysteem Frequentiebereik Opnamesysteem Bandkoppen 4 sporen, 2 kanalen stereo 50 Hz - 8.000 Hz Wisselstroom-voormagnetisatie Deck 1: opname/weergavekop × 1, wiskop × 1 Deck 2: weergavekop × 1 Compact disc speler gedeelte Laser Digitaal-analoog omzetter Signaal/ruisverhouding Harmonische vervorming Halfgeleider-laser (λ = 780 nm) 1-bit dubbele omzetting 85 dB (1 kHz, 0 dB) 0,05% (1 kHz, 0 dB) NL Algemeen Stroomvoorziening Stroomverbruik Stroomverbruik in gebruiksklaar-stand Afmetingen (B × H × D) Gewicht 230 V wisselstroom, 50 Hz 45 watt 14 watt zonder stroombesparing 0,9 watt met stroombesparing aan 260 × 324 × 346 mm 4,9 kg NEDERLANDS 19
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164

Aiwa NSX-SZ17 Operating Instructions Manual

Categorie
CD spelers
Type
Operating Instructions Manual
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen