65
nl
WAARSCHUWING
Brandstof en zijn dampen zijn uiterst brandbaar en explosief.
Brand of explosie kunnen ernstige brandwonden of de dood
veroorzaken.
Bij het toevoegen van brandstof
Zet de motor uit en laat deze ten minste 2 minuten afkoelen voordat de
tankdop verwijderd wordt.
Vul de brandstoftank buitenshuis of in een goed geventileerde omgeving.
De brandstoftank niet te vol gieten. Om de benzine de ruimte te geven om te
kunnen uitzetten, de tank niet tot boven de bodem van de tanknek vullen.
Houd alle brandstof weg van v onken, open vlammen, waakvlammen, hitte en
andere ontstekingsbronnen.
Controleer brandstofslangen, tank, dop en fittingen regelmatig op barsten of
lekken. Zonodig vervangen.
Indien brandstof gemorst wordt, wachten tot deze verdampt is voordat de motor
gestart wordt.
Bij het starten van de motor
Zorg ervoor dat bougie, uitlaat, tankdop en luchtfilter (indien de motor hiermee is
uitgerust) op hun plaats zitten en stevig vast zitten.
Torn de motor niet indien de bougie verwijderd is.
Wanneer de motor “verzopen” is, plaats de choke (indien hiermee uitgerust) in
de stand OPEN/”RUN”(=aan), beweeg de toerentalbediening (indien hiermee
uitgerust) naar de “fast” (=volgas) positie en torn tot de motor start.
Bij het gebruik van de machine
De motor of de machine niet kantelen of onder een hoek zetten waardoor
brandstof wordt gemorst.
De carburateur niet choken om de motor te stoppen.
Start of gebruik de motor nooit met verwijderde luchtreiniger (indien de motor
hiermee is uitgerust) of verwijderd luchtfilter (indien de motor hiermee is
uitgerust).
Bij olie verversen
Als u de olie aftapt uit de olievulbuis boven, dan moet de brandstoftank leeg zijn,
anders kan er brandstof uitlekken wat kan leiden tot brand en explosie.
Wanneer de unit gekanteld wordt voor onderhoud
Wanneer onderhoud wordt uitgevoerd waarvoor de unit gekanteld moet worden,
dient de brandstoftank leeg te zijn, anders kan er brandstof uitlekken wat kan
leiden tot brand en explosie.
Bij het transporteren van de machine
Transporteren met LEGE brandstoftank of met de benzinekraan in de stand
“OFF” (=uit).
Bij Het Opslaan Van Brandstof Of De Machine Met Brandstof In De Tank
Opslaan uit de buurt van fornuizen, kachels, geisers of boilers of andere
apparaten die een waakvlam bevatten of andere ontstekingsbronnen, omdat
deze brandstofdampen kunnen doen ontbranden.
Het starten van de motor creëert vonken.
Vonken kunnen brandbare gassen ontsteken die zich in de
buurt bevinden.
Explosie en brand kunnen het resultaat zijn.
WAARSCHUWING
Indien zich aardgas of LPG lekkage in de buurt bevindt, de motor niet starten.
Gebruik geen onder druk staande startvloeistoffen omdat de dampen brandbaar
zijn.
Draaiende motoren produceren hitte. Motoronderdelen, vooral de
uitlaat, worden uiterst heet.
Ernstige brandwonden kunnen optreden bij contact.
Brandbaar vuil, zoals bladeren, gras, hout, enz., kan in brand geraken.
WAARSCHUWING
Laat uitlaat, motorcilinder en vinnen afkoelen voordat deze aangeraakt worden.
Verwijder opgehoopt vuil van het uitlaat- en cilindergebied.
Conform artikel 4442 van het wetboek in Californië is het verboden om deze
motor te gebruiken of te bedienen in gebieden met bos, met struikgewas of in
grasland zonder een vonkenvanger -- zoals gedefinieerd in artikel 4442 -- in
goede, werkende staat op het uitlaatsysteem. De wetgeving in andere staten of
landen kan soortgelijke verordeningen hebben. Neem contact op met de
fabrikant, de wederverkoper of de dealer voor de aanschaf van een
vonkenvanger voor het uitlaatsysteem dat op deze motor is geïnstalleerd.
GEVAAR OP GIFTIG GAS. De motoruitlaat bevat bevat koolmonoxide
dat u op enkele minuten kan doden. U kunt het NIET zien, ruiken of
proeven. Zelfs al u geen uitlaatdampen ruikt, kunt u nog altijd worden
blootgesteld aan koolmonoxidegas. Als u zich ziek, duizelig of zwak
begint te voelen bij gebruik van dit product, sluit het dan af en verkrijg
ONMIDDELLIJK verse lucht. Ga naar een dokter. U hebt mogelijk
koolstofmonoxidevergiftiging.
WAARSCHUWING
Gebruik dit product ALLEEN buiten ver weg van vensters, deuren en ventilaties
om het risico te verminderen op koolstofmonoxidegas door accumulatie en
potentieel aangetrokken te worden naar ingenomen ruimtes.
Installeer batterij aangedreven koolstofmonoxide-alarmen of plug-in
koolstofmonoxide-alarmen met batterij back-up volgens de instructies van de
fabrikant. Rookalarmen kunnen geen koolstofmonoxidegas detecteren.
Gebruik dit product NIET in woningen, garages, kelders, kruipruimtes,
schuurtjes of andere gedeeltelijk ingesloten ruimtes zelfs bij gebruik van
ventilators of geopende deuren of vensters voor ventilatie. Koolstofmonoxide
kan snel opbouwen in deze ruimtes en kan uren blijven hangen, zelfs nadat dit
product uitgeschakeld is.
Plaats dit product ALTIJD met de wind mee en richt de motoruitlaat altijd van de
gebruikte ruimtes weg.
Snel terugtrekken van het startkoord (terugslag) zal uw hand en arm
sneller naar de motor toetrekken dan U kunt loslaten.
Gebroken botten, kneuzingen of verstuikingen kunnen het resultaat
zijn.
WAARSCHUWING
Trek bij het starten van de motor het startkoord langzaam uit tot er weerstand
gevoeld wordt en trek dan snel om terugslag te voorkomen.
Verwijder alle externe machine/motorbelastingen voordat de motor gestart
wordt.
Direct verbonden machinecomponenten zoals, maar niet beperkt tot, messen,
aandrijvingen, poelies, tandwielen enz., moeten stevig bevestigd zijn.
Handen, voeten, haar, kleren, of accessoires kunnen in aanraking
komen met- en verstrikt raken in draaiende onderdelen.
Traumatische amputatie of ernstige verscheuring kan het resultaat
zijn.
WAARSCHUWING
De machine gebruiken met afschermingen op hun plaats.
Houd handen en voeten weg van draaiende delen.
Bind lang haar op en verwijder sierraden.
Draag geen loszittende kleding, hangende koorden of zaken die verstrikt
kunnen raken.
Per ongeluk vonken kan resulteren in brand of een elektrische schok.
Per ongeluk starten kan resulteren in verwarring, traumatische
amputatie, of verscheuring.
Brandgevaar
WAARSCHUWING
Voordat afstellingen of reparaties worden uitgevoerd:
Ontkoppel de bougiekabel en houd deze weg van de bougie.
Ontkoppel de accu bij de negatieve aansluiting (alleen motoren met
elektrostart).
Gebruik uitsluitend de juiste gereedschappen.
Verander niets aan regulateurveren, verbindingsstangen of andere onderdelen
om het motortoerental te verhogen.
Vervangingsonderdelen moeten identiek zijn aan de originele onderdelen en op
dezelfde plaats worden gemonteerd. Andere onderdelen bieden mogelijk minder
goede prestaties, ze kunnen het apparaat beschadigen en mogelijk letsel
veroorzaken.
Sla niet met een hamer of hard voorwerp tegen het vliegwiel omdat het vliegwiel
anders later uit elkaar kan vliegen tijdens bedrijf.
Bij het controleren op vonken:
Gebruik een goedgekeurde vonktester.
Controleer niet op vonken met de bougie verwijderd.