Documenttranscriptie
Nederlands
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
Let op: Lees het volgende voor u dit toestel in gebruik neemt.
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit
uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te
lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er
later nog eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde, koele, droge,
schone plek – uit direct zonlicht, uit de buurt van
warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg, ten
behoeve van voldoende ventilatie, minimaal voor de volgende
vrije ruimte.
Boven: 30 cm
Achter: 20 cm
Zijkanten: 20 cm
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische
apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te
voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het
toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad
(bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te
voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat
zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan
dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel
kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende
of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet
bovenop dit toestel:
– Andere componenten, daar deze schade kunnen
veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen
doen verkleuren.
– Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen
veroorzaken.
– Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische
schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel
kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het
toestel terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz.
zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur
binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand,
schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst.
Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen
en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de
stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen;
dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone,
droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik
van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is
gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of
persoonlijk letsel. Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid
voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel
met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat.
13 Om schade als gevolg van blikseminslag te voorkomen, dient
u de stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert.
i Nl
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of
het te repareren. Neem contact op met erkend Yamaha
servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie
behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken
(bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16 Lees het hoofdstuk “Foutopsporing” in de handleiding over
veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de
conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
17 Voor u dit toestel verplaatst, dient u A naar beneden te
drukken om dit toestel uit te schakelen, waarna u de stekker
uit het stopcontact dient te halen.
18 Er zal zich condens vormen wanneer de
omgevingstemperatuur plotseling verandert. Haal de stekker
uit het stopcontact en laat het toestel met rust.
19 Wanneer het toestel langere tijd achter elkaar gebruikt wordt,
kan het warm worden. Schakel het toestel uit en laat het
afkoelen.
20 Installeer dit toestel in de buurt van een stopcontact op een
plek waar u de stekker gemakkelijk kunt bereiken.
21 De batterijen mogen niet worden blootgesteld aan hitte, zoals
door direct zonlicht, vuur of iets dergelijks. Gooi de batterijen
weg volgens de in uw regio geldende regelgeving.
22 Een te hoge geluidsdruk (volume) van een oortelefoon of
hoofdtelefoon kan leiden tot gehoorschade.
Zolang het toestel op de netvoeding is aangesloten, is het niet
losgekoppeld van de voeding, zelfs als het toestel uitgeschakeld is
met A of als u het in wachtstand hebt gezet met de A-toets op de
afstandsbediening. In deze toestand is het toestel ontworpen om
een uiterst kleine hoeveelheid stroom te verbruiken.
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE
SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL IN
GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN.
LET OP
Ontploffingsgevaar indien de batterij niet op de juiste manier
vervangen wordt. Vervang uitsluitend door een batterij van
hetzelfde of een vergelijkbaar type.
Dit etiket moet op het product worden aangebracht wanneer de
bovenkant heet kan worden tijdens gebruik.
Inhoud
INLEIDING
Bronnen die op dit toestel afgespeeld kunnen worden ... 2
Apparaten waarmee u dit toestel kunt bedienen ............ 3
Bediening via uw mobiele apparaat............................... 3
Bijgeleverde accessoires ............................................. 4
Bedieningselementen en functies............................... 5
VOORBEREIDINGEN
Aansluitingen ............................................................ 10
Onderdelen van het menu Setup .................................. 32
Network Setup ............................................................. 33
Tone Control................................................................ 34
Balance ........................................................................ 34
Max Volume ................................................................ 34
Initial Volume.............................................................. 34
DC OUT ...................................................................... 34
De systeeminstellingen configureren
(ADVANCED SETUP-menu) ..............................35
Onderdelen van het menu ADVANCED SETUP ....... 35
De standaardinstellingen herstellen (INIT) ................. 35
De firmware bijwerken (UPDATE)............................. 35
De versie van de firmware controleren (VERSION)... 35
De firmware van het toestel bijwerken via het
netwerk...................................................................36
AANVULLENDE INFORMATIE
BASISBEDIENING
Afspelen ..................................................................... 15
Luisteren naar FM/AM-radio ................................. 17
(aan het einde van deze handleiding)
Informatie over softwarelicenties van derden ..... i
AANVULLENDE
INFORMATIE
FM/AM afstemmen ..................................................... 17
Automatische voorkeuze-afstemming
(alleen FM-stations) ................................................ 18
Handmatige voorkeuze voor afstemming.................... 18
Een voorkeuzestation terugroepen............................... 19
Een voorkeuzestation wissen....................................... 19
Radio Data System afstemmen.................................... 20
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Een bron afspelen ........................................................ 15
De slaaptimer gebruiken .............................................. 16
Foutopsporing............................................................37
Foutindicaties op display voorpaneel ......................41
Handelsmerken..........................................................42
Technische gegevens..................................................43
Index ...........................................................................44
BASISBEDIENING
Luidsprekers en broncomponenten aansluiten............. 10
De luidsprekers aansluiten........................................... 11
De FM- en AM-antennes aansluiten............................ 12
Op een netwerk aansluiten........................................... 13
Het netsnoer aansluiten................................................ 13
Uw netwerkapparaten instellen.................................... 14
Option-menu-items ...................................................... 30
Verschillende functies configureren
(menu Setup)..........................................................32
VOORBEREIDINGEN
Voorpaneel..................................................................... 5
Display voorpaneel ........................................................ 6
Achterpaneel .................................................................. 7
Afstandsbediening ......................................................... 8
De afstandsbediening gebruiken.................................... 9
Afspeelinstellingen configureren voor verschillende
afspeelbronnen (menu Option) ............................30
INLEIDING
Wat u kunt doen met dit toestel ................................ 2
GEAVANCEERDE BEDIENING
De Spotify-service gebruiken................................... 21
Muziek afspelen van mediaservers (pc´s/NAS)...... 22
Het delen van muziekbestanden via media instellen ... 22
Afspelen van pc-muziekinhoud ................................... 23
Luisteren naar internetradio ................................... 25
Favoriete internetradiostations registreren
(bookmarks)............................................................. 26
Afspelen van iPod/iTunes-muziek via een netwerk
(AirPlay) ................................................................ 27
Weergave van iPod/iTunes-muziekinhoud.................. 27
Informatie wisselen op het display van het
voorpaneel ............................................................. 29
1 Nl
Nederlands
• y geeft een bedieningstip aan.
• In deze handleiding wordt de bediening met de meegeleverde afstandsbediening uitgelegd.
• In deze handleiding worden de “iPod”, “iPhone” en “iPad” allemaal aangeduid met “iPod”. “iPod” verwijst naar “iPod”, “iPhone”
en “iPad”, tenzij anderszins wordt aangegeven.
INLEIDING
Wat u kunt doen met dit toestel
Wat u kunt doen met dit toestel
Dit toestel is een netwerkontvanger waarmee u muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw mediaserver (pc of NAS),
audio-inhoud op internetradio, Spotify, AirPlay-apparaten (iPod/iTunes) kunt afspelen door het toestel en het gewenste
audiosysteem aan te sluiten op uw thuisnetwerk (DLNA).
Bronnen die op dit toestel afgespeeld kunnen worden
7
FM/AM
1 Internet
Modem
STANDBY/ON
DISPLAY
FM MODE
MEMORY
FM/AM
PRESET
TUNING
VOLUME
SELECT
BASS
PHONES
Breedbandrouter*
TREBLE
INPUT
PUSH - ENTER
SPEAKERS
A
B
RETURN
2 PC
Dit toestel (R-N301)
3 NAS
4 iPod (AirPlay)*
5 iPod/Android (Spotify)*
6 CD-speler, enz.
* U hebt een in de handel verkrijgbare Wi-Fi-breedbandrouter nodig als u een iPod/Android gebruikt.
1 Internetradio afspelen (p.25)
4 Uw iPod met AirPlay afspelen (p.27)
2 Muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw
pc afspelen (p.22)
5 Spotify-apparaat afspelen (p.21)
3 Muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw
NAS afspelen (p.22)
6 Uw externe component afspelen (p.10)
7 Luisteren naar FM/AM-radio (p.17)
y
Raadpleeg “Aansluitingen” (p.10) voor meer informatie over het aansluiten van apparaten.
2 Nl
Wat u kunt doen met dit toestel
Apparaten waarmee u dit toestel kunt bedienen
INLEIDING
STANDBY/ON
DISPLAY
FM MODE
MEMORY
FM/AM
PRESET
TUNING
VOLUME
SELECT
BASS
PHONES
TREBLE
INPUT
PUSH - ENTER
SPEAKERS
A
B
RETURN
Breedbandrouter*
A
B
Mobiel apparaat*
(iPod, Android)
Afstandsbediening
* U hebt een in de handel verkrijgbare Wi-Fi-breedbandrouter nodig als u een mobiel apparaat gebruikt.
A Dit toestel bedienen met een mobiel apparaat (p.3).
B Dit toestel bedienen met de afstandsbediening.
Bediening via uw mobiele apparaat
Zodra de app “NETWORK PLAYER CONTROLLER” op uw mobiele apparaat is geïnstalleerd, kunt u het toestel met
het mobiele apparaat bedienen.
Functies
•
•
•
•
In-/uitschakelen of een andere basisbediening
De muziekbron wijzigen
Nummers selecteren, weergeven en stoppen
Nummers weergeven die op apparaten staan
U kunt de app of de nieuwste informatie downloaden, naar de App Store of Google Play gaan en zoeken naar
“NETWORK PLAYER CONTROLLER”.
Nederlands
3 Nl
Bijgeleverde accessoires
Bijgeleverde accessoires
Controleer of de volgende accessoires bij het product zijn geleverd.
Afstandsbediening
DIMMER
AM-antenne
FM-antenne
Batterijen (x2)
(AAA, R03, UM-4)
SLEEP
A
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
NET
LINE 1
LINE 2
LINE 3
MODE
TUNER
CD
FM
TUNING
AM
POP-UP MENU
PRESET
HOME
NOW PLAYING
ENTER
SETUP
RETURN
MUTE
VOLUME
OPTION
DISPLAY
REPEAT
SHUFFLE
■ Opmerkingen over de afstandsbediening en batterijen
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbediening.
Laat de afstandsbediening niet vallen.
Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de volgende plaatsen:
– zeer vochtige plaatsen, bijvoorbeeld bij een bad
– zeer warme plekken, zoals bij een kachel of fornuis
– zeer koude plaatsen
– stoffige plaatsen
Plaats de batterijen in overeenstemming met de polariteitsmarkeringen (+ en -).
Vervang alle batterijen als u merkt dat het werkingsbereik van de afstandsbediening kleiner wordt.
Als de batterijen leeg raken, haal ze dan onmiddellijk uit de afstandsbediening om ontploffing of zuurlekkage te voorkomen.
Als u lekkende batterijen vindt, doe de batterijen dan onmiddellijk weg waarbij u ervoor zorgt dat u het weggelekte materiaal niet
aanraakt. Als het weggelekte materiaal in contact komt met uw huid, uw ogen of uw mond, spoel het dan onmiddellijk weg en
raadpleeg een arts. Maak het batterijvak goed schoon voordat u nieuwe batterijen plaatst.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. Hierdoor kan de levensduur van de nieuwe batterijen verkort worden of kunnen
de oude batterijen gaan lekken.
Gebruik geen verschillende types batterijen door elkaar (zoals alkaline- en mangaanbatterijen). Lees de verpakking aandachtig
omdat deze verschillende types batterijen dezelfde vorm en kleur kunnen hebben.
Voordat u nieuwe batterijen plaatst, dient u het batterijvak schoon te vegen.
Bewaar de batterijen op een locatie buiten bereik van kinderen. Batterijen kunnen gevaarlijk zijn als een kind ze in zijn of haar mond
stopt.
Als de batterijen verouderen, zal het effectieve werkbereik van de afstandsbediening aanzienlijk verminderen. Als dit gebeurt, dient
u de batterijen zo spoedig mogelijk door nieuwe vervangen.
Als u van plan bent het toestel niet te gebruiken gedurende een lange periode, dient u de batterijen uit het toestel te verwijderen.
Anders zullen de batterijen verslijten wat mogelijk resulteert in lekkage van batterijvloeistof waardoor het toestel beschadigd kan
raken.
De batterijen niet met algemeen huishoudelijk afval wegwerpen. Werp ze juist weg, volgens de lokale reguleringen.
4 Nl
Bedieningselementen en functies
Bedieningselementen en functies
1
2 3
4 5 67 8 9 : A
INLEIDING
Voorpaneel
B
STANDBY/ON
DISPLAY
FM MODE
MEMORY
FM/AM
PRESET
TUNING
VOLUME
SELECT
BASS
PHONES
TREBLE
INPUT
PUSH - ENTER
SPEAKERS
A
B
RETURN
C
D
E
F
G
H
1 A (aan/uit)
Hiermee zet u het toestel aan/uit (stand-by).
9 FM/AM
Hiermee schakelt u tussen FM en AM (p.17).
Opmerking
0 Display voorpaneel
Geeft informatie weer over de bedrijfsstatus van het toestel.
In de stand-bymodus verbruikt dit toestel een kleine hoeveelheid
voeding om van de afstandsbediening infraroodsignalen te ontvangen.
2 PHONES-aansluiting
Voert audio uit naar uw hoofdtelefoon zodat u privé kunt
luisteren.
3 SPEAKERS A/B
Schakelt, elke keer dat de overeenkomende toets wordt
ingedrukt, de luidsprekerset in of uit die is aangesloten op
de aansluitingen SPEAKERS A en/of SPEAKERS B op
het achterpaneel.
4 DISPLAY
Selecteert de informatie die wordt weergegeven op de
display op het voorpaneel (p.29).
5 Afstandsbedieningssensor
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
6 STANBY/ON-lampje
Brandt als volgt:
Helder brandend: toestel staat aan
Gedempt: stand-bymodus
8 MEMORY
Slaat het huidige FM/AM-station als voorkeuze op als
TUNER als signaalbron wordt geselecteerd (p.18).
B TUNING jj / ii
Selecteert de afstemmingsfrequentie als TUNER als de
signaalbron is geselecteerd (p.17).
C BASS +/–
Verhoogt of verlaagt de versterking van de lage tonen. De
middelste stand levert een vlakke klank op (p.16).
D TREBLE +/–
Verhoogt of verlaagt de versterking van de hoge tonen. De
middelste stand levert een vlakke klank op (p.16).
E INPUT l / h
Hiermee kiest u de signaalbron waar u naar wilt luisteren.
F SELECT/ENTER (stapgewijze keuzeknop)
Draai de keuzeknop om een numerieke waarde of
instelling te selecteren en druk vervolgens op de
keuzeknop om te bevestigen.
G RETURN
Keert terug naar de vorige indicatie op het
voorpaneelscherm.
Nederlands
7 FM MODE
Stel de FM-bandontvangstmodus in op automatische
stereo of mono-ontvangst (p.17).
A PRESET j / i
Selecteert een FM/AM-voorkeuzestation als TUNER als
de signaalbron is geselecteerd (p.19).
H VOLUME-regelaar
Verhoogt of verlaagt het geluidsniveau.
5 Nl
Bedieningselementen en functies
Display voorpaneel
1
2
3 4
5
6
STEREO SP A MUTE
TUNED SP B SLEEP
1 Informatieweergave
Geeft de huidige status weer (zoals naam van ingang en
naam van geluidsmodus).
U kunt de weergegeven informatie wisselen als u op
DISPLAY drukt (p.29).
2 STEREO
Gaat branden als het toestel een stereo FM-radiosignaal
ontvangt.
3 TUNED
Gaat branden als het toestel een signaal van een FM/AMstation ontvangt.
4 Luidsprekerindicators
“SP A” gaat branden als de SPEAKERS A-uitgang is
ingeschakeld en “SP B” brandt als de SPEAKERS Buitgang is ingeschakeld.
5 MUTE
Knippert als de audio is gedempt.
6 SLEEP
Gaat branden als de slaaptimer is ingeschakeld.
y
U kunt het helderheidsniveau van de display op het voorpaneel
wijzigen door op de afstandsbediening op DIMMER te drukken
(p.8).
6 Nl
Bedieningselementen en functies
Achterpaneel
2
1
3
DIGITAL
INLEIDING
DC OUT
5V 0.5A
4
NETWORK
ANTENNA
AM
FM
75 Ω
SPEAKERS
OPTICAL
CD
A
LINE
PB
REC
COAXIAL
B
1
5
6
7
2
3
8
9
1 ANTENNA-aansluitingen
Voor de aansluiting op FM- en AM-antennes (p.12).
2 DC OUT-aansluiting
Voor het voorzien van stroom van een Yamaha AVaccessoire. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het AVaccessoire voor meer informatie.
3 NETWORK-aansluiting
Voor het aansluiten op een netwerk (p.13).
4 Netsnoer
Voor de aansluiting op een stopcontact (p.13).
5 OPTICAL-aansluiting
Voor de aansluiting op audiocomponenten die van
optische digitale uitgangen zijn voorzien (p.10).
6 COAXIAL-aansluiting
Voor de aansluiting op audiocomponenten die van
coaxiale digitale uitgangen zijn voorzien (p.10).
7 CD-aansluitingen
Voor de aansluiting op een cd-speler (p.10).
8 LINE 1-3 aansluitingen
Voor de aansluiting op analoge audiocomponenten (p.10).
9 SPEAKERS-aansluitingen
Gebruikt om luidsprekers aan te sluiten (p.11).
Nederlands
7 Nl
Bedieningselementen en functies
Afstandsbediening
5 Signaalkeuzetoetsen
1
2
DIMMER
3
SLEEP
4
B
SPEAKERS
5
6
COAXIAL
OPTICAL
NET
LINE 1
LINE 2
LINE 3
MODE
TUNER
CD
FM
POP-UP MENU
6 Radiotoetsen
De FM/AM-radio bedienen (p.17).
MODE
Hiermee schakelt u tussen “Stereo” en
“Mono” voor ontvangst van FM-radio (p.17).
FM
Hiermee schakelt u naar FM-radio.
AM
Hiermee schakelt u naar AM-radio.
TUNING jj / ii Hiermee selecteert u de radiofrequentie.
PRESET j / i Hiermee selecteert u een voorkeuzestation.
TUNING
AM
7
C
A
PRESET
HOME
NOW PLAYING
Hiermee selecteert u een signaalbron voor weergave.
COAXIAL
COAXIAL-aansluiting
OPTICAL
OPTICAL-aansluiting
NET
NETWORK-aansluiting (druk hier herhaaldelijk
op om de gewenste netwerkbron te selecteren)
LINE 1-3
LINE 1-3 aansluitingen
TUNER
FM/AM-tuner
CD
CD-aansluitingen
D
E
7 POP-UP MENU
Deze knop is niet beschikbaar voor dit toestel.
8 Menutoetsen
8
9
Cursortoetsen Hiermee selecteert u een menu of parameter.
(B/C/D/E)
ENTER
Hiermee bevestigt u een geselecteerd item.
RETURN
Keert terug naar de vorige status.
ENTER
SETUP
RETURN
9 SETUP
MUTE
:
VOLUME
F
Geeft het menu “Setup” weer (p.32).
0 VOLUME-toetsen
Hiermee past u het volume aan.
G
A
B
OPTION
DISPLAY
A OPTION
Geeft het menu “Option” weer (p.30).
B DISPLAY
REPEAT
SHUFFLE
H
I
Schakelt tussen informatie die op de display op het voorpaneel
wordt getoond.
C A (aan/uit)
Hiermee zet u het toestel aan/uit (stand-by).
D NOW PLAYING
Toont de afspeelinformatie op het voorpaneel.
1 Infraroodsignaalzender
Verzendt infrarode signalen.
2 SLEEP
Stelt de slaaptimer in (p.16).
3 DIMMER
Wijzigt het helderheidsniveau van het voorpaneelscherm. Kies de
helderheid uit 5 niveaus door herhaaldelijk op deze toets te
drukken.
4 SPEAKERS A/B
Schakelt de luidsprekers in en uit die zijn aangesloten op de
aansluitingen SPEAKERS A en/of SPEAKERS B op het
achterpaneel van het toestel wanneer u op de betreffende toets
drukt.
8 Nl
E HOME
Toont menu op topniveau op de display op het voorpaneel.
F MUTE
Dempt de audioweergave.
G Afspeeltoetsen
Laten u afspelen en andere handelingen uitvoeren voor
netwerkbronnen.
H SHUFFLE
Wisselt de willekeurige weergave.
I REPEAT
Wisselt de herhaalde weergave.
Bedieningselementen en functies
De afstandsbediening gebruiken
■ Batterijen plaatsen
INLEIDING
1 3
2
Opmerkingen
• Verander alle batterijen indien het operatiebereik van de
afstandsbediening verkleint.
• Voordat u nieuwe batterijen plaatst, veeg het compartiment
schoon.
■ Werkingsbereik
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal
uit.
Zorg dat u de afstandsbediening rechtstreeks op de
afstandsbedieningssensor op het voorpaneel van dit toestel
richt.
Ongeveer
6m
30°
30°
Afstandsbediening
Nederlands
9 Nl
VOORBEREIDINGEN
Aansluitingen
Luidsprekers en broncomponenten aansluiten
LET OP
• Sluit dit toestel of andere componenten pas op het lichtnet aan nadat alle aansluitingen tussen componenten zijn
voltooid.
• Alle aansluitingen moeten correct zijn: L (links) naar L, R (rechts) naar R, “+” naar “+” en “–” naar “–”. Als de
aansluitingen niet kloppen, wordt er geen geluid weergegeven via de luidsprekers en als de polariteit van de
luidsprekeraansluitingen niet correct is, klinkt de weergave onnatuurlijk met te weinig lage tonen. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van elk van uw componenten.
• Laat blootliggende luidsprekerdraden niet met elkaar of met metalen onderdelen van het toestel in contact komen. Hierdoor
kunnen het toestel en/of de luidsprekers beschadigd raken.
TV enz.
Luidsprekers A
O
Audio-uitgang
(digitaal optisch)
DC OUT
5V 0.5A
DIGITAL
NETWORK
ANTENNA
AM
FM
75 Ω
SPEAKERS
OPTICAL
CD
A
LINE
PB
REC
COAXIAL
B
1
Audio-uitgang
(digitaal coaxiaal)
C
BD/DVD-speler, enz.
Audiouitgang
CD-speler
Audiouitgang
2
3
Audioingang
CD-recorder, enz.
Luidsprekers B
Opnameapparaten aansluiten
U kunt audio-opnameapparaten met de LINE 3 (REC)-aansluitingen verbinden. Deze aansluiting voert de geselecteerde
ingangssignalen uit (van COAXIAL, OPTICAL, LINE 1-2, TUNER en CD).
Opmerkingen
• Zorg dat de LINE 3 (REC)-aansluitingen alleen worden gebruikt om opnameapparatuur aan te sluiten.
• Als u LINE 3 als de signaalbron selecteert, wordt de audioweergave van de LINE 3 (REC)-aansluitingen gedempt.
10 Nl
Aansluitingen
De luidsprekers aansluiten
■ De luidsprekerkabels aansluiten
Luidsprekerkabels zijn voorzien van twee draadjes. Het
ene draadje dient voor de verbinding met de negatieve (-)
aansluiting van het toestel, het andere dient voor de
positieve (+) aansluiting. Als de draden zijn voorzien van
kleurmarkering om verwarring te voorkomen, verbindt u
het zwarte draden met de negatieve aansluiting en het
andere draden met de positieve aansluiting.
Een dubbel bedrade aansluiting scheidt de woofer
(lagetonenluidspreker) van het gecombineerde deel voor de
middentonen en de tweeters (hogetonenluidsprekers). Een
luidsprekerkast voor dubbele bedrading heeft vier
klemaansluitingen. Door twee sets van aansluitingen is de
luidsprekerkast in twee onafhankelijke delen gesplitst. Met
deze verbindingen wordt de reproductie van de midden- en
hoge tonen via de ene set aansluitingen geleid en die van de
lage tonen via een andere set aansluitingen.
Dit toestel
SPEA
Luidspreker
b Maak de luidsprekeraansluiting los.
A
c Steek de blootliggende draadjes van de kabel in de opening aan de
zijkant (bovenaan rechts of onderaan links) van de aansluiting.
d Maak de aansluiting vast.
B
10 mm
(3/8")
a
b
VOORBEREIDINGEN
a Verwijder ongeveer 10 mm van de isolatie van de uiteinden van de
luidsprekerkabel en draai de blootliggende draden van de kabel stevig
in elkaar.
■ Dubbel bedrade aansluiting
c
d
Sluit de andere luidspreker op dezelfde manier aan op de
andere set aansluitingen.
Opmerking
Bij het maken van dubbel bedrade aansluitingen dient u de
kortsluitbruggen of kabels van de luidspreker te verwijderen.
Raadpleeg de handleidingen van de luidsprekers voor meer
informatie.
y
Om dubbel bedrade aansluitingen te gebruiken, drukt u op
SPEAKERS A en SPEAKERS B op het voorpaneel of op de
afstandsbediening zodat zowel SP A als B op de display op het
voorpaneel brandt.
STANDBY/ON
DISPLAY
FM MODE
MEMORY
FM/AM
PRESET
TUNING
VOLUME
SELECT
BASS
PHONES
TREBLE
INPUT
PUSH - ENTER
SPEAKERS
A
B
RETURN
SPEAKERS A/B
DIMMER
SLEEP
A
B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
NET
LINE 1
LINE 2
LINE 3
SPEAKERS A/B
Nederlands
11 Nl
Aansluitingen
De FM- en AM-antennes aansluiten
Bij dit toestel zijn antennes meegeleverd voor FM- en AM-uitzendingen. Over het algemeen zouden deze antennes
voldoende signaalsterkte moeten leveren. Sluit de antennes aan op de daarvoor bedoelde aansluitingen.
Opmerking
Als u last heeft van een slechte ontvangst, kunt u een buitenantenne installeren. Vraag bij uw dichtstbijzijnde erkende Yamaha-verkoper
of -servicecentrum naar de mogelijkheden met buitenantennes.
FM-buitenantenne
AM-antenne
(meegeleverd)
FM-antenne
(meegeleverd)
• De AM-antenne moet altijd
aangesloten blijven, zelfs als
er een AM-buitenantenne op
dit toestel is aangesloten.
• De AM-antenne meot van
dit toestel af worden
geplaatst.
AM-buitenantenne
Gebruik 5 tot 10 meter met plastic geïsoleerd
draad dat u uit een raam naar buiten spant.
DC OUT
5V 0.5A
DIGITAL
ANTENNA
AM
FM
75 Ω
OPTICAL
CD
LINE
PB
REC
COAXIAL
1
2
3
■ De meegeleverde AM-antenne monteren
12 Nl
■ De draden van de AM-antenne
aansluiten
Aansluitingen
Op een netwerk aansluiten
U kunt op het toestel genieten van internetradio of muziekbestanden die zijn opgeslagen op mediaservers, zoals pc’s en
op netwerk aangesloten opslag (Network Attached Storage, NAS).
Sluit het toestel aan op de router met een in de handel verkrijgbare STP-netwerkkabel (rechte kabel van CAT-5 of hoger).
Network Attached Storage
(NAS)
Internet
WAN
VOORBEREIDINGEN
LAN
Modem
PC
Router
Netwerkkabel
Mobiel apparaat
(zoals iPhone)
DC OUT
5V 0.5A
DIGITAL
NETWORK
ANTENNA
AM
FM
75 Ω
SPEAKERS
OPTICAL
CD
A
LINE
PB
REC
COAXIAL
B
1
2
3
Het toestel (achterzijde)
y
• Als u een router gebruikt die de DHCP-functie ondersteunt,
hoeft u geen netwerkinstellingen voor het toestel te
configureren, omdat de netwerkparameters (zoals het IP-adres)
er automatisch aan worden toegewezen. U hoeft de
netwerkinstellingen alleen te configureren als uw router geen
DHCP ondersteunt of als u de netwerkparameters handmatig
wilt configureren (p.33).
• In “Information” (p.33) in het menu “Setup” kunt u controleren
of de netwerkparameters (zoals het IP-adres) goed aan het
toestel zijn toegewezen.
Het netsnoer aansluiten
Als u alle aansluitingen hebt uitgevoerd, sluit u het
netsnoer aan.
Op een
wandstopcontact
Opmerkingen
Nederlands
• Bepaalde beveiligingssoftware die op uw pc is geïnstalleerd of
de firewallinstellingen van netwerkapparaten (bijvoorbeeld een
router) kunnen de toegang van het toestel tot de
netwerkapparaten of internet blokkeren. In deze gevallen dient
u de instellingen van de beveiligingssoftware of firewall op de
juiste wijze te configureren.
• Elke server moet zijn aangesloten op hetzelfde subnetwerk als
het toestel.
• Als u de service via internet wilt gebruiken, wordt een
breedbandverbinding ten zeerste aanbevolen.
13 Nl
Aansluitingen
Uw netwerkapparaten instellen
Configureer de met het netwerk verbonden apparaten om muziekbestanden af te spelen op uw apparaten, of configureer
uw mobiele apparaat om dit toestel te bedienen. Gebruik de volgende configuraties naar wens.
y
Raadpleeg de handleiding van uw netwerkapparaten voor meer informatie over de internetaansluiting.
❚ U wilt muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw pc afspelen
U dient de instelling voor het delen van media op de pc te
configureren. Configureer de instellingen voor het delen van
media voor muziekbestanden in Windows Media Player 12.
Voor meer informatie over de instelling voor delen raadpleegt
u “Het delen van muziekbestanden via media instellen” (p.22).
y
U kunt Windows Media Player gebruiken om bedieningshandelingen
op uw pc uit te voeren. Raadpleeg de helpfunctie van Windows Media
Player voor meer informatie.
❚ U wilt muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw NAS afspelen
U dient de instelling voor het delen van media op de NAS te
configureren.
De instelhandelingen verschillen afhankelijk van de NAS.
Raadpleeg de handleiding van de NAS.
y
• Als u de netwerkparameters handmatig wilt configureren, dient u na
te gaan of u een IP-adres gebruikt dat niet door andere
netwerkapparaten in het netwerk wordt gebruikt.
• Als u DHCP gebruikt en automatisch de nodige netwerkinformatie
verkrijgt (bv. IP-adres). We adviseren u om DHCP voor de NAS in
te schakelen.
❚ U wilt iPod/iTunes afspelen met AirPlay
Selecteer dit toestel via uw iPod of via iTunes (p.27).
Controleer de router waarmee de iPod/iTunes verbinding
maakt is verbonden met hetzelfde netwerk als dit toestel.
❚ U wilt het toestel bedienen met uw mobiele apparaat
U moet de bijbehorende toepassing downloaden en installeren
(p.3).
y
• Als u de netwerkparameters handmatig wilt configureren, dient u na
te gaan of u een IP-adres gebruikt dat niet door andere
netwerkapparaten in het netwerk wordt gebruikt.
• Als u DHCP gebruikt en automatisch de nodige netwerkinformatie
verkrijgt (bv. IP-adres). We adviseren u om DHCP voor het mobiele
apparaat in te schakelen.
14 Nl
BASISBEDIENING
Afspelen
Een bron afspelen
A (aan/uit)
4
Speel de bron af.
5
Draai aan de VOLUME-regelaar op het
voorpaneel (of druk op VOLUME +/– op de
afstandsbediening) om het
geluidsuitvoerniveau te regelen.
STANDBY/ON
DISPLAY
FM MODE
MEMORY
FM/AM
PRESET
TUNING
VOLUME
SELECT
BASS
PHONES
TREBLE
INPUT
PUSH - ENTER
SPEAKERS
A
B
RETURN
y
INPUT l / h
SPEAKERS A/B
VOLUME
• U kunt de geluidskwaliteit aanpassen met de regelaars BASS,
TREBLE op het voorpaneel.
• U kunt de luidsprekerbalans aanpassen in het menu “Setup”
(p.16).
6
DIMMER
SLEEP
A (aan/uit)
B
SPEAKERS A/B
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
NET
LINE 1
LINE 2
LINE 3
MODE
TUNER
CD
FM
AM
Signaalkeuzetoetsen
TUNING
BASISBEDIENING
A
Druk nog een keer op A (aan/uit) om het
gebruik van dit toestel te voltooien en het in
stand-bymodus in te stellen.
PRESET
SETUP
RETURN
MUTE
VOLUME
VOLUME
1
Druk op A (aan/uit) om dit toestel in te
schakelen.
2
Druk op de INPUT l / h-keuzeknop op het
voorpaneel (of druk op een van de
signaalkeuzetoetsen op de
afstandsbediening) om de signaalbron te
kiezen waarnaar u wilt luisteren.
3
Druk op SPEAKERS A en/of SPEAKERS B op
het voorpaneel of op de afstandsbediening
om luidsprekers A en/of B te kiezen.
Als luidsprekerset A of luidsprekerset B is
ingeschakeld, wordt overeenkomstig op de display
van het voorpaneel SP A of SP B weergegeven (p.6).
Opmerkingen
Nederlands
• Als één luidsprekerset met dubbel bedrade verbindingen is
aangesloten, of als gelijktijdig twee luidsprekersets (A en B)
worden gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat op de display van
het voorpaneel SP A en SP B worden weergegeven.
• Wanneer u luistert met een hoofdtelefoon, zet dan de
luidsprekers uit.
15 Nl
Afspelen
■ De regelaars voor BASS en TREBLE
afstellen
3
Druk op D/E om de luidsprekerbalans af te
stellen.
Bedieningsbereik: L+10 tot R+10
4
Druk op nog een keer op SETUP om het
menu “Setup” af te sluiten.
STANDBY/ON
DISPLAY
FM MODE
MEMORY
FM/AM
PRESET
TUNING
VOLUME
SELECT
BASS
PHONES
TREBLE
INPUT
PUSH - ENTER
SPEAKERS
A
B
RETURN
De slaaptimer gebruiken
TREBLE
BASS
De regelaars BASS +/– en TREBLE +/– stellen de hoge
en lage frequentieresponses af.
Wanneer u “0” instelt, wordt een vlakke klank geproduceerd.
Gebruik deze functie om het toestel na een bepaalde
tijdsduur automatisch in stand-bymodus te zetten. De
slaaptimer is nuttig als u gaat slapen terwijl het toestel een
bron afspeelt of opneemt.
BASS
Verhoogt of verlaagt de versterking van de lage tonen.
Bedieningsbereik: –10 tot +10 (20 Hz)
DIMMER
A
TREBLE
Verhoogt of verlaagt de versterking van de hoge tonen.
Bedieningsbereik: –10 tot +10 (20 kHz)
■ De luidsprekerbalans afstellen
De geluidsbalans van de linker- en rechterluidsprekers om
onevenwichtig geluid te compenseren dat wordt
veroorzaakt door de plaatsing van de luidsprekers of door
omstandigheden in de kamer waar er wordt geluisterd.
Om de luidsprekerbalans af te stellen, voert u de volgende
stappen uit.
POP-UP MENU
Cursortoetsen
B/C/D/E
ENTER
HOME
A (aan/uit)
B
SPEAKERS
y
BASS en TREBLE kunnen worden aangepast in het menu
“Setup” (p.32).
SLEEP
COAXIAL
OPTICAL
NET
LINE 1
LINE 2
LINE 3
MODE
TUNER
CD
SLEEP
Opmerking
De slaaptimer kan alleen met de afstandsbediening worden
ingesteld.
1
NOW PLAYING
Druk herhaaldelijk op SLEEP om de tijdsduur
in te stellen voordat het toestel in standbymodus gaat.
Elke keer dat u op SLEEP drukt, wijzigt de display op
het voorpaneel zoals hieronder wordt getoond.
ENTER
SETUP
De SLEEP-lamp knippert terwijl u de tijdsduur voor
de slaaptimer instelt.
RETURN
SETUP
MUTE
VOLUME
SP
PA
SLEEP
1
Sleep¡120min.
n.
Druk op de afstandsbediening op SETUP.
Het menu “Setup” weergegeven op het
voorpaneelscherm.
Setup
¡Network¡Setup
SP A
2
Druk op B/C om “Balance” te selecteren en druk
op ENTER.
Balance
¡L------------R›
SP A
16 Nl
Als de slaaptimer is ingesteld, zal de SLEEP-lamp op
de display op het voorpaneel branden.
y
• Selecteer “Sleep Off” om de slaaptimer uit te schakelen.
• De instelling van de slaaptimer kan ook worden geannuleerd
door op A (aan/uit) te drukken om dit toestel in stand-bymodus
in te stellen.
Luisteren naar FM/AM-radio
■ FM-ontvangst verbeteren
FM/AM afstemmen
DIMMER
Als het signaal van het station zwak is en de
geluidskwaliteit is niet goed, stel dan de FM-radioontvangstmodus in op mono om de ontvangst te
verbeteren.
SLEEP
A
B
1
SPEAKERS
COAXIAL
OPTICAL
NET
LINE 1
LINE 2
LINE 3
MODE
TUNER
CD
MODE
TUNER
FM
TUNING
FM
AM
PRESET
AM
POP-UP MENU
TUNING jj / ii
Druk herhaaldelijk op MODE om “Stereo”
(automatische stereomodus) of “Mono”
(mono-modus) te selecteren als dit toestel op
een FM-radiostation is afgestemd.
Wanneer u Mono selecteert, worden FMuitzendingen weergegeven in mono.
HOME
NOW PLAYING
Opmerking
De STEREO-lamp gaat branden op het voorpaneel als u naar een
station in stereomodus luistert.
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk op FM of op AM om de ontvangstband
(FM of AM) te selecteren.
3
Houd TUNING jj / ii langer dan 1 seconde
ingedrukt om afstemmen te starten.
Druk op ii om naar een hogere frequentie af te
stemmen.
Druk op jj om naar een lagere frequentie af te
stemmen.
BASISBEDIENING
1
De frequentie van de ontvangen zender wordt op het
voorpaneel getoond.
Als een uitzending wordt ontvangen, brandt de
“TUNED”-lamp op de display op het voorpaneel. Als
een stereo-uitzending wordt ontvangen, brandt ook de
“STEREO”-lamp.
STEREO SP A
TUNED
¡¡¡¡FM¡98.50MHz
Frequency
Als de afstemmende zoekopdracht niet bij de
gewenste zender stopt omdat de signalen van de
zender te zwak zijn, gebruikt u de volgende toetsen
om een frequentie in te stellen.
y
Nederlands
Als de signaalontvangst voor een FM-radiozender niet stabiel is,
kan het helpen om over te schakelen naar Mono.
17 Nl
Luisteren naar FM/AM-radio
Automatische voorkeuzeafstemming (alleen FM-stations)
U kunt de automatische voorkeuze-afstemfunctie
gebruiken om automatisch FM-stations als
voorkeuzestations te registreren. Met deze functie kan het
toestel automatisch afstemmen op FM-stations met een
sterk signaal en 40 van dergelijke stations in volgorde
opslaan. U kunt dan gemakkelijk zo’n voorkeuzestation
terugroepen door het voorkeuzenummer te selecteren.
y
• Voor dat het scannen start, kunt u het eerste voorkeuzenummer
aangeven dat moet worden gebruikt. Hiervoor drukt u op PRESET
j / i of op de cursortoets (B/C) op de afstandsbediening.
• Om het scannen te annuleren, drukt u op FM, AM of op RETURN.
Ready
¡01:FM¡87.50MHz
SP A
Voorkeuzenummer
Als het scannen is voltooid, wordt “FINISH” weergegeven en
daarna keert de display terug naar de oorspronkelijke status.
Opmerkingen
• Als u een station naar een voorkeuzenummer registreert waarop al
een station is geregistreerd, wordt het eerder geregistreerde station
overgeschreven.
• Als het station dat u wilt opslaan een zwak signaal heeft,
probeer dan de handmatige voorkeuze-afstemmethode.
y
Handmatige voorkeuze voor afstemming
U kunt handmatig 40 FM/AM-stations registreren (40 in
totaal). U kunt dan gemakkelijk zo’n voorkeuzestation
terugroepen door het voorkeuzenummer te selecteren.
• FM-stations die met de automatische voorkeuzeregistratie als
voorkeuzestations zijn geregistreerd, klinken in stereo.
• Alleen stations de met het Radio Data System worden
uitgezonden, worden automatisch door de functie Auto Preset
(automatische voorkeuze) opgeslagen.
MODE
TUNER
STANDBY/ON
DISPLAY
AM
POP-UP MENU
HOME
FM/AM
PRESET
TUNING
VOLUME
SELECT
TREBLE
INPUT
PUSH - ENTER
B
RETURN
CD
PRESET
AM
MEMORY
SPEAKERS
A
PRESET j / i
MEMORY
TUNING
FM
FM MODE
BASS
PHONES
TUNER
FM
Frequency
PRESET j / i
NOW PLAYING
■ Een radiostation handmatig registreren
Selecteer handmatig een radiostation en registreer deze als
een voorkeuzenummer.
Cursortoetsen
B/C
ENTER
ENTER
SETUP
1
Volg “FM/AM afstemmen” (p.17) om op het
gewenste radiostation af te stemmen.
2
Houd MEMORY langer dan 2 seconden
ingedrukt.
Wanneer u voor het eerst een station registreert, wordt
het geselecteerde radiostation geregistreerd met het
voorkeuzenummer “01”. Daarna wordt elk geregistreerd
radiostation geregistreerd onder het volgende lege
voorkeuzenummer na het laatst geregistreerde nummer.
RETURN
RETURN
MUTE
VOLUME
OPTION
OPTION
1
2
3
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
¡98.50
01¡:FM¡98.50MHz
STEREO SP A
TUNED
Druk op de afstandsbediening op OPTION.
Het menu “Option” wordt weergegeven (p.30).
Druk op B / C om “Auto Preset” te selecteren
en druk daarna op ENTER.
Option
¡Auto¡Preset
SP A
Het toestel zoekt ongeveer 5 seconden later de FMband af vanaf de laagste frequentie omhoog.
Om het scannen onmiddellijk te starten, houdt u de
toets ENTER ingedrukt.
18 Nl
Voorkeuzenummer
y
Om voor registratie een voorkeuzenummer te selecteren, drukt u
één keer op MEMORY nadat u op het gewenste radiostation hebt
afgestemd. Druk op PRESET j / i om een voorkeuzenummer te
selecteren en druk dan opnieuw op MEMORY.
¡98.50
02¡:Empty
STEREO SP A
TUNED
“Empty” (niet in gebruik) of de huidig geregistreerde frequentie
Luisteren naar FM/AM-radio
Een voorkeuzestation terugroepen
U kunt voorkeuzestations terugroepen die zijn
geregistreerd met de automatische of de handmatige
voorkeuzemethode.
Een voorkeuzestation wissen
Wis radiostations die naar de voorkeuzenummers zijn
geregistreerd.
MODE
TUNER
CD
TUNER
FM
DIMMER
TUNING
SLEEP
AM
A
PRESET
B
SPEAKERS
POP-UP MENU
COAXIAL
OPTICAL
NET
LINE 1
LINE 2
LINE 3
MODE
TUNER
CD
Cursortoetsen
B/C
ENTER
TUNER
FM
HOME
ENTER
TUNING
SETUP
AM
POP-UP MENU
NOW PLAYING
PRESET
HOME
RETURN
PRESET j / i
MUTE
VOLUME
NOW PLAYING
BASISBEDIENING
OPTION
1
2
OPTION
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
Druk op PRESET j / i om een
voorkeuzenummer te selecteren.
1
Druk op TUNER om “TUNER” als de
signaalbron te selecteren.
2
Druk op OPTION.
3
Gebruik de cursortoetsen om “Clear Preset”
te selecteren en druk op ENTER.
y
• Voorkeuzenummers waarvoor geen stations zijn geregistreerd,
worden overgeslagen.
• “No Presets” wordt weergegeven als geen stations zijn
geregistreerd.
Option
¡Clear¡Preset
4
Gebruik de cursortoetsen (B / C) om een
voorkeuzestation te selecteren dat moet
worden gewist en druk op ENTER.
Clear
01¡:FM¡98.50MHz
STEREO SP A
TUNED
Voorkeuzestation dat u wilt wissen
Als het voorkeuzestation is gewist, wordt “Cleared”
weergegeven en wordt het volgende gebruikte
voorkeuzenummer weergegeven.
Clear
01¡:Cleared
Herhaal stap 4 tot alle gewenste
voorkeuzestations zijn gewist.
6
Druk op OPTION om het menu “Option” af te
sluiten.
19 Nl
Nederlands
5
Luisteren naar FM/AM-radio
Radio Data System afstemmen
Radio Data System is een systeem voor
gegevensoverdracht dat door FM-stations in een groot
aantal landen wordt gebruikt. Het toestel kan diverse
soorten Radio Data System-gegevens ontvangen, zoals
“Program Service”, “Program Type”, “Radio Text” en
“Clock Time” wanneer het toestel is afgestemd op een
Radio Data System-zender.
■ Automatisch verkeersinformatie
ontvangen
Als “TUNER” als signaalbron is geselecteerd, ontvangt
het toestel automatisch verkeersinformatie. Als u deze
functie wilt inschakelen, volgt u de procedure hieronder
om het station met verkeersinformatie in te stellen.
MODE
TUNER
CD
TUNER
FM
TUNING
AM
■ De Radio Data System-informatie weergeven
POP-UP MENU
PRESET
HOME
NOW PLAYING
VOLUME
Cursortoetsen
B/C
ENTER
ENTER
OPTION
SETUP
DISPLAY
REPEAT
RETURN
RETURN
SHUFFLE
DISPLAY
MUTE
VOLUME
OPTION
OPTION
1
Stem af op de gewenste Radio Data Systemzender.
1
Als “TUNER” als de signaalbron is
geselecteerd, drukt u op OPTION.
2
Gebruik de cursortoetsen om
“TrafficProgram” te selecteren en druk op
ENTER.
Het zoeken naar het station met verkeersinformatie
begint na ongeveer 5 seconden. Druk nogmaals op
ENTER als u direct met zoeken wilt beginnen.
y
Wij raden u aan om “Auto Preset” te gebruiken om af te stemmen
op de Radio Data System-zenders (p.18).
2
Druk op DISPLAY.
Telkens wanneer u op de toets drukt, wordt een ander
onderdeel weergegeven.
Info
Program¡Type
Naam onderdeel
Na 3 seconden wordt de bijbehorende informatie
voor het weergegeven onderdeel weergegeven.
¡98.50
¡¡¡CLASSICS
Informatie
Program Service
Naam programmaservice
Program Type
Type van het huidige programma
Radio Text
Informatie over het huidige programma
Clock Time
Huidige tijd
Frequency
Frequentie
Opmerking
“Program Service”, “Program Type”, “Radio Text”, en “Clock
Time” worden niet weergegeven als het radiostation de Radio
Data System-service niet verstrekt.
20 Nl
y
• Als u omhoog/omlaag wilt zoeken vanaf de huidige frequentie
drukt u op de cursortoetsen (q/w) terwijl “READY wordt
weergegeven.
• Druk op RETURN als u het zoeken wilt annuleren.
• Met tekst tussen haakjes worden indicators op het display op het
voorpaneel aangegeven.
Het volgende scherm wordt ongeveer 3 seconden
weergegeven als het zoeken is voltooid.
Finish
¡TP¡FM101.30MHz
Station met verkeersinformatie (frequentie)
Opmerking
“TP Not Found” wordt gedurende ongeveer 3 seconden
weergegeven als er geen stations met verkeersinformatie zijn
gevonden.
De Spotify-service gebruiken
Met Spotify hebt u rechtstreeks toegang tot miljoenen nummers op uw mobiele apparaten. Druk op de afspeelfunctie om
te streamen wat u wilt.
Met Spotify Connect kunt u muziek kiezen in uw Spotify-app en afluisteren op uw Yamaha home entertainment systeem.
Bezoek Spotify.com voor meer informatie over het servicegebied.
1
Sluit uw apparaat aan op uw Wi-Fi-thuisnetwerk.
Sluit het toestel en uw mobiele apparaat of tablet aan
op uw Wi-Fi-thuisnetwerk zoals weergegeven in de
afbeelding hieronder. Alle apparaten moeten deel
uitmaken van hetzelfde netwerk.
3
Spotify-inhoud afspelen.
Start de Spotify-app op uw mobiele apparaat of
tablet, meld u aan bij Spotify en speel een nummer af.
1 Tik op de balk “Now Playing” om meer
bedieningsfuncties op te roepen en tik op het
luidsprekerpictogram.
2 Selecteer het toestel (de netwerknaam van het
toestel) als het apparaat voor audio-uitvoer.
Netwerkverbinding (voorbeeld)
Internet
Spotify-app (voorbeeld)
Draadloze router
Dit toestel (R-N301)
BASISBEDIENING
1
Modem
2
R-N301 XXXXXX
Mobiel apparaat of tablet*
* iOS/Android™-apps zijn beschikbaar vanaf augustus 2014.
Bezoek Spotify.com voor meer informatie.
y
Om deze functie te gebruiken, moeten dit toestel en uw mobiele
apparaat of tablet verbonden zijn met internet. Raadpleeg de
gebruikershandleiding voor meer informatie over verbindingen
en netwerkinstellingen.
y
• Het afspeelscherm wordt weergegeven op de display van het
voorpaneel.
• U kunt het volume van het toestel tijdens het afspelen aanpassen
vanuit de Spotify-app.
Let op
2
Haal de Spotify-app en een gratis premium
proefperiode.
Download de Spotify-app voor uw mobiele apparaat
of tablet uit de App Store en haal de gratis premium
proefperiode.
• Als u de Spotify-apptoetsen gebruikt om het volume te regelen,
kan het volume onverwachts hard klinken. Hierdoor kunnen
het toestel of de luidsprekers beschadigd raken. Als het volume
plotseling toeneemt tijdens weergave, stopt u onmiddellijk de
weergave op de Spotify-app.
U hebt de Spotify-app en een premium-account nodig. Bezoek
spotify.com voor meer informatie.
www.spotify.com/connect
Spotify en het Spotify-logo zijn geregistreerde
handelsmerken van de Spotify Group.
Nederlands
21 Nl
Muziek afspelen van mediaservers (pc´s/NAS)
U kunt muziekbestanden die zijn opgeslagen op uw pc of met DLNA compatibele NAS afspelen op het toestel.
Opmerkingen
• Om deze functie te gebruiken, moeten het toestel en uw pc op dezelfde router zijn aangesloten (p.13). In “Information” (p.33) in het
menu “Setup” kunt u controleren of de netwerkparameters (zoals het IP-adres) goed aan het toestel zijn toegewezen.
• Het toestel ondersteunt het afspelen van WAV- (alleen PCM-indeling), MP3-, WMA-, MPEG-4 AAC- en FLAC-bestanden.
• Het toestel is compatibel met samplefrequenties tot 192 kHz voor WAV- en FLAC-bestanden en 48 kHz voor andere bestanden.
• Als u FLAC-bestanden wilt afspelen, moet u serversoftware op uw pc installeren die het delen van FLAC-bestanden via DLNA
ondersteunt of een NAS gebruiken die FLAC-bestanden ondersteunt.
Het delen van muziekbestanden
via media instellen
4
Selecteer “Toegestaan” in het
vervolgkeuzemenu naast “R-N301”.
5
Klik op “OK” om af te sluiten.
Om met dit toestel muziekbestanden in uw computer af te
spelen, moet u tussen het toestel en de computer delen van
media instellen (Windows Media Player 11 of later). Hier
wordt het instellen van Windows Media Player in
Windows 7 as voorbeeld genomen.
1
Start Windows Media Player 12 op uw pc.
2
Selecteer “Streamen” en vervolgens
“Mediastreaming inschakelen”.
Het venster van configuratiescherm van uw pc wordt
getoond.
(Voorbeeld van Engelse versie)
y
Raadpleeg Help van Windows Media Player voor details over
instellingen voor delen van media.
• Voor Windows Media Player 11
a Start de Windows Media Player 11 op uw pc.
b Selecteer “Mediabibliotheek” en vervolgens “Media delen”.
c Schakel het vak “Mijn media delen met” in, selecteer het
pictogram “R-N301” en klik daarna op “Toestaan”.
3
Klik op “Mediastreaming inschakelen”.
d Klik op “OK” om af te sluiten.
• Voor een pc of een NAS waarop andere DLNAserversoftware is geïnstalleerd
Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw apparaat of de
software en configureer de instellingen voor delen van media.
22 Nl
Muziek afspelen van mediaservers (pc´s/NAS)
De volgende pictogrammen worden weergegeven op de
display van het voorpaneel.
Afspelen van pc-muziekinhoud
Volg de procedure hieronder om de muziek inhoud van de
pc te bedienen en het afspelen te starten.
Pictogram
Opmerking
“_” (onderstreepteken) wordt weergegeven voor tekens die het
toestel niet ondersteunt.
A
Wordt weergegeven wanneer een niet ondersteund
muziekbestand is geselecteerd.
Wordt weergegeven wanneer er een onderliggend
niveau is in de huidige map.
B
SPEAKERS
COAXIAL
Wordt weergegeven wanneer er een bovenliggend
niveau is in de huidige map.
1
2
SLEEP
DIMMER
Inhoud
Wordt weergegeven wanneer audio-inhoud kan
worden geselecteerd.
OPTICAL
y
NET
Als er op uw pc een muziekbestand wordt afgespeeld dat vanaf
het toestel is geselecteerd, wordt de afspeelinformatie
weergegeven.
NET
LINE 1
LINE 2
LINE 3
MODE
TUNER
CD
FM
TUNING
AM
Gebruik de cursortoetsen (B / C) om een
muziekserver te selecteren en druk op
ENTER.
HOME
POP-UP MENU
3
Gebruik de cursortoetsen om een onderdeel
te selecteren en druk op ENTER.
Als er een nummer is geselecteerd, wordt het afspelen
gestart en wordt de afspeelinformatie weergegeven.
NOW PLAYING
NOW PLAYING
HOME
Cursortoetsen
B/C/D/E
ENTER
ENTER
SETUP
RETURN
RETURN
BASISBEDIENING
2
PRESET
MUTE
Server
¡Song01
VOLUME
OPTION
Afspeeltoetsen
y
SHUFFLE
• Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
• Als u herhaaldelijk op DISPLAY drukt, kunt u op de display op
het voorpaneel afspeelinformatie wisselen (p.29).
OPTION
DISPLAY
REPEAT
DISPLAY
SHUFFLE
REPEAT
Gebruik de volgende toetsen op de afstandsbediening om
de weergave te besturen.
1
Toetsen
Druk herhaaldelijk op NET om “Server” als
signaalbron te selecteren.
Server
¡NAS¡A¡¡¡¡¡¡¡¡›
SP A
1
Naam muziekserver
Afspeeltoetsen
Functie
p
Hervat het afspelen na het
pauzeren.
s
Stopt het afspelen.
e
Stopt het afspelen tijdelijk.
b
2
a
Gaat vooruit/terug.
HOME
Geeft de hoofdmap van de
muziekserver weer.
NOW PLAYING
Geeft informatie weer of het
nummer dat wordt afgespeeld.
y
23 Nl
Nederlands
U kunt ook een DLNA-compatibele Digital Media Controller
(DMC) gebruiken voor het bedienen van het afspelen. Zie “DMC
Control” (p.33) voor details.
Muziek afspelen van mediaservers (pc´s/NAS)
■ Instellingen voor herhalen/shuffle
U kunt de instellingen voor herhalen/shuffle voor het
afspelen van de muziekinhoud van de pc configureren.
1
Als de signaalbron “Server” is, drukt u
herhaaldelijk op REPEAT of op SHUFFLE om
de afspeelmethode te selecteren.
Item
Repeat
Instelling
Functie
Off
Zet de functie herhalen uit.
One
Speelt het huidige nummer
herhaaldelijk af.
All
Speelt alle nummers in het huidige
album (map) herhaaldelijk af.
Off
Zet de functie afspelen in willekeurige
volgorde uit.
On
Speelt nummers in het huidige album
(map) in willekeurige volgorde af.
Shuffle
y
Herhalen/shuffle kan ook in het menu “Option” worden
aangegeven (p.30).
24 Nl
Luisteren naar internetradio
U kunt luisteren naar internetradiostations uit de hele wereld.
Opmerkingen
• Om deze functie te gebruiken, moet het toestel verbinding
hebben met internet (p.13). In “Information” (p.33) in het menu
“Setup” kunt u controleren of de netwerkparameters (zoals het
IP-adres) goed aan het toestel zijn toegewezen.
• U kunt sommige internetradiostations mogelijk niet ontvangen.
• Het toestel gebruikt de vTuner-databaseservice voor
internetradiostations.
• Deze service kan zonder kennisgeving worden gestopt.
1
Druk herhaaldelijk op NET om “NetRadio” als
signaalbron te selecteren.
De stationlijst verschijnt op de display op het
voorpaneel.
NetRadio
¡Bookmarks¡¡¡¡›
SP A
1
DIMMER
A
2
De volgende pictogrammen worden weergegeven op de
display van het voorpaneel.
SLEEP
B
SPEAKERS
OPTICAL
NET
LINE 1
LINE 2
LINE 3
MODE
TUNER
CD
NET
FM
TUNING
AM
POP-UP MENU
1
Wordt weergegeven wanneer een
internetradiostation kan worden geselecteerd.
2
Wordt weergegeven wanneer er een onderliggend
niveau is in de huidige map.
NOW PLAYING
2
ENTER
SETUP
NetRadio
¡JazzST
MUTE
SP A
Als u tijdens afspelen de stationlijst wilt weergeven,
drukt u op HOME. Om naar de afspeelinformatie
terug te keren, drukt u op NOW PLAYING.
OPTION
DISPLAY
Gebruik de cursortoetsen om een onderdeel
te selecteren en druk op ENTER.
Als er een internetradiostation is geselecteerd, wordt
de weergave gestart en wordt de afspeelinformatie
weergegeven.
RETURN
VOLUME
DISPLAY
Inhoud
PRESET
HOME
NOW PLAYING
HOME
Cursortoetsen
B/C/D/E
ENTER
Pictogram
BASISBEDIENING
COAXIAL
REPEAT
SHUFFLE
y
• Druk op RETURN om terug te gaan naar het vorige scherm.
• Als u herhaaldelijk op DISPLAY drukt, kunt u op de display op
het voorpaneel afspeelinformatie wisselen (p.29).
• Gebruik de afspeeltoetsen (s) om het afspelen te stoppen.
• Sommige informatie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijke
van het station.
Nederlands
25 Nl
Luisteren naar internetradio
Favoriete internetradiostations
registreren (bookmarks)
Door uw favoriete internetradiostations te registreren in
“Bookmarks”, kunt u snel toegang tot ze verkrijgen vanuit
de map “Bookmarks” op de display op het voorpaneel.
1
Selecteer een van de internetradiostations
op het toestel.
Deze handeling is nodig om het radiostation voor de
eerste keer te registreren.
2
Controleer de vTuner-id van het toestel.
U kunt de vTuner-id (MAC-adres van het toestel)
vinden in “Information” (p.33) in het menu “Setup”.
3
Ga naar de vTuner-website
(http://yradio.vtuner.com/) met de webbrowser op uw
pc en voer de vTuner-id in.
U kunt de taal wijzigen.
Voer hier de vTuner-id in.
y
Om deze functie te gebruiken, moet u een persoonlijk account
aanmaken. Maak uw account aan met uw e-mailadres.
4
Registreer uw favoriete radiostations.
Klik op het pictogram “Add” (❤+) naast de naam van
het radiostation.
y
Om het radiostation uit de map “Bookmarks” te verwijderen,
selecteert u “Bookmarks” in het beginscherm en klikt u
vervolgens op het pictogram “Remove” (❤–) naast de naam van
het station.
26 Nl
Afspelen van iPod/iTunes-muziek via een netwerk (AirPlay)
Met de functie AirPlay kunt u iPod/iTunes-muziek via het
netwerk weergeven op het toestel.
2
Klik (tik) op de iPod/iTunes op het pictogram
AirPlay en selecteer het toestel
(netwerknaam van het toestel) als het
audioweergaveapparaat.
PC
iTunes
Het toestel
Voorbeeld op iTunes
Voorbeeld op iOS
Start weergave
op iTunes
of iPod
Router
De weergave wordt
gestart
Netwerknaam van het toestel
iPod
Opmerking
AirPlay werkt met iPhone, iPad en iPod touch met iOS 4.3.3
of later, Mac met OS X Mountain Lion en Mac en pc met
iTunes 10.2.2 of later.
(vanaf augustus 2014)
Weergave van iPod/iTunesmuziekinhoud
Volg de procedure hieronder om iPod/iTunesmuziekinhoud weer te geven op het toestel.
1
Schakel het toestel in en start iTunes op de pc
of geef het weergavescherm weer op de iPod.
Als de iPod/iTunes het toestel herkent, wordt het
pictogram AirPlay (
) weergegeven.
y
• Als u herhaaldelijk op DISPLAY drukt, kunt u op de display op
het voorpaneel afspeelinformatie wisselen (p.29).
• U kunt het toestel automatisch inschakelen bij het starten van
het afspelen op iTunes of iPod door “Net Standby” (p.33) in het
menu “Setup” in te stellen op “On”.
• U kunt de netwerknaam (de naam van het toestel op het
netwerk) die op iPod/iTunes wordt weergegeven bewerken in
“Network Name” (p.34) in het menu “Setup”.
• Als u de andere signaalbron op het toestel selecteert tijdens de
weergave, stopt de weergave op de iPod/iTunes automatisch.
• U kunt het volume van het toestel tijdens het afspelen aanpassen
vanaf de iPod/iTunes.
BASISBEDIENING
Om deze functie te gebruiken, moeten het toestel en uw pc of iPod
op dezelfde router zijn aangesloten (p.13). In “Information” (p.33)
in het menu “Setup” kunt u controleren of de netwerkparameters
(zoals het IP-adres) goed aan het toestel zijn toegewezen.
3 Selecteer een nummer en start de weergave.
Het toestel selecteert automatisch “AirPlay” als de
signaalbron en start de weergave. De afspeelinformatie
wordt op het voorpaneel weergegeven.
Let op
• Als u de iPod/iTunes-bediening gebruikt om het volume te
regelen, kan het volume onverwachts hard klinken. Hierdoor
kunnen het toestel of de luidsprekers beschadigd raken. Als het
volume plotseling toeneemt tijdens weergave, stopt u
onmiddellijk de weergave op de iPod/iTunes.
y
Voor iPods met iOS 7 wordt AirPlay weergegeven in het Control
Center. Ga naar het Control Center door omhoog te vegen vanaf
de onderkant van het scherm.
Voorbeeld op iTunes
Voorbeeld op iOS6
Voorbeeld op iOS7
Nederlands
Opmerking
Als het pictogram niet wordt weergegeven, controleert u of het
toestel en pc/iPod goed op de router zijn aangesloten.
27 Nl
Afspelen van iPod/iTunes-muziek via een netwerk (AirPlay)
Gebruik de volgende toetsen op de afstandsbediening om
de weergave te besturen.
Afspeeltoetsen
p
Hervat het afspelen na het
pauzeren.
s
Stopt het afspelen.
e
Stopt het afspelen tijdelijk.
b
a
Gaat vooruit/terug.
REPEAT
Wijzigt de instellingen voor
Herhalen
SHUFFLE
Wijzigt de Shuffle-instellingen
Opmerking
Als u de iTunes-weergave wilt bedienen met de
afstandsbediening van het toestel, moet u vooraf de iTunesvoorkeuren zodanig configureren dat iTunes-besturing vanaf
externe luidsprekers is ingeschakeld.
iTunes (voorbeeld van Engelse versie)
Schakel dit
vakje in
28 Nl
Informatie wisselen op het display van het voorpaneel
Als u een netwerkbron als de signaal selecteert, kunt u op de display op het voorpaneel ook afspeelinformatie wisselen.
VOLUME
OPTION
DISPLAY
REPEAT
SHUFFLE
DISPLAY
1
Druk op DISPLAY.
Telkens wanneer u op de toets drukt, wordt een ander
onderdeel weergegeven.
BASISBEDIENING
Info
Song
SP A
›
Na 3 seconden wordt de bijbehorende informatie
voor het weergegeven onderdeel weergegeven.
Server
Track¡#1
Signaalbron
SP A
Item
Server
AirPlay
Song (titel van nummer), Artist (naam
artiest), Album (naam album), Time
Net Radio
Song (titel nummer), Album (naam album),
Station (naam station), Time
Spotify
Song (titel van nummer), Artist (naam
artiest), Album (naam album)
Nederlands
29 Nl
GEAVANCEERDE BEDIENING
Afspeelinstellingen configureren voor verschillende
afspeelbronnen (menu Option)
U kunt afzonderlijke afspeelinstellingen configureren voor verschillende afspeelbronnen. Met dit menu kunt u tijdens het
afspelen gemakkelijk instellingen configureren.
FM
POP-UP MENU
Cursortoetsen
B/C/D/E
ENTER
Option-menu-items
TUNING
AM
PRESET
HOME
y
NOW PLAYING
Welke onderdelen beschikbaar zijn, is afhankelijk van de
geselecteerde signaalbron.
Item
ENTER
SETUP
Functie
Input Trim
Corrigeert volumeverschillen tussen
signaalbronnen.
30
Signal Info
Geeft informatie weer over het
audiosignaal.
30
Auto Preset
Registreert automatisch FMradiostations met sterke signalen als
voorkeuzestations.
18
Clear Preset
Wist radiostations die naar
voorkeuzenummers zijn geregistreerd.
19
TrafficProgram
Zoekt automatisch naar een station met
verkeersinformatie.
20
Repeat
Configureert de herhaalinstelling voor de
mediaserver.
24
Shuffle
Configureert de shuffle-instelling voor de
mediaserver.
24
Stelt de hoeveelheid tijd in voor de
AutoPowerStdby automatische stand-byfunctie voor ieder
signaal.
31
RETURN
RETURN
MUTE
VOLUME
OPTION
OPTION
DISPLAY
1
REPEAT
SHUFFLE
Druk op OPTION.
Option
¡Input¡Trim
SP A
2
Gebruik de cursortoetsen om een onderdeel
te selecteren en druk op ENTER.
y
Druk tijdens menuhandelingen op RETURN als u wilt terugkeren
naar de vorige status.
3
4
Gebruik de cursortoetsen (D / E) om een
instelling te selecteren.
Druk op OPTION om het menu af te sluiten.
Pagina
■ Input Trim
Corrigeert volumeverschillen tussen signaalbronnen. Als
u hinder ondervindt van volumeverschillen bij het
schakelen tussen signaalbronnen, gebruikt u deze functie
om dat te corrigeren.
y
Deze instelling wordt afzonderlijk op elke signaalbron toegepast.
Instelbereik
-10 tot +10 (stappen van 1,0 dB)
Standaard
0
■ Signal Info
Geeft informatie weer over audiosignalen.
Keuzes
Format
De audio-indeling van het ingangssignaal.
Sampling
Het aantal samples per seconde van het digitale
ingangssignaal.
y
Druk herhaaldelijk op de cursortoetsen (B/C) om de informatie
op het display op het voorpaneel te wisselen.
30 Nl
Afspeelinstellingen configureren voor verschillende afspeelbronnen (menu Option)
■ AutoPowerStdby
Stelt de hoeveelheid tijd in voor de automatische standbyfunctie voor ieder signaal. Als u het toestel niet gebruikt
gedurende een opgegeven tijd, wordt het toestel
automatisch in de stand-bymodus gezet.
Off
Het toestel wordt niet automatisch in de standbymodus gezet.
Voor netwerkbronnen
(Spotify, Server, Net Radio of AirPlay)
20 minutes*, Het toestel wordt in de stand-bymodus gezet als u
het toestel niet bedient gedurende de opgegeven tijd
2 hours,
terwijl audio-inhoud wordt gestopt/gepauzeerd.
4 hours,
8 hours*,
Voor andere signaalbronnen
12 hours
Als u het toestel niet hebt gebruikt gedurende een
opgegeven tijd, wordt het toestel in de standbymodus gezet.
* Spotify, Server, Net Radio, AirPlay is standaard ingesteld op 20 minuten. Ander
signaal is standaard ingestetd op 8 uur.
y
Voordat de stand-bymodus op het toestel wordt geactiveerd,
wordt “AutoPowerStdby” weergegeven en begint vervolgens het
aftellen van 30 seconden op de display van het voorpaneel.
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Nederlands
31 Nl
Verschillende functies configureren (menu Setup)
U kunt de verschillende functies van het toestel configureren.
POP-UP MENU
HOME
Onderdelen van het menu Setup
NOW PLAYING
Menu-item
Cursortoetsen
B/C/D/E
ENTER
SETUP
Information
Geeft de netwerkinformatie
van het toestel weer.
33
IP Address
Configureert de
netwerkparameters (zoals IPadres).
33
MAC Filter
Stelt het MAC-adresfilter in
om te verhinderen dat andere
netwerkapparaten toegang
krijgen tot het toestel.
33
DMC Control
Bepaalt of een DLNAcompatibele Digital Media
Controller (DMC) het
afspelen mag besturen.
33
Net Standby
Bepaalt of de functie die het
toestel inschakelt vanaf
andere netwerkapparaten
moet worden ingeschakeld/
uitgeschakeld.
33
RETURN
MUTE
VOLUME
Druk op SETUP.
Setup
¡Network¡Setup
SP A
2
Network
Setup
Gebruik de cursortoetsen (B / C) om een
menu te selecteren.
Setup
¡Max¡Volume
SP A
3
Bewerkt de netwerknaam (de
naam van het toestel op het
Network Name netwerk) die andere
netwerkapparaten wordt
weergegeven.
34
Werkt de firmware bij via het
netwerk.
34
Tone Control
De hoge en lage
frequentieresponses
af.stellen.
34
Balance
De geluidsbalans afstellen
van de linker- en
rechterluidsprekers.
34
Max Volume
Stelt het maximale volume in
om een extreem
geluidsvolume te voorkomen.
34
Initial Volume
Stelt het eerste volume in op
het moment dat het toestel
wordt ingeschakeld.
34
DC OUT
Bepaalt hoe er stroom wordt
toegevoerd via de DC OUTaansluiting.
34
Druk op ENTER.
Max Vol
¡¡
•••••Max
SP A
4
Gebruik de cursortoetsen (D/E) om een
instelling te selecteren en druk op ENTER.
Update
y
Druk tijdens menuhandelingen op RETURN als u wilt terugkeren
naar de vorige status.
5
Druk op SETUP het menu af te sluiten.
32 Nl
Pagina
RETURN
SETUP
1
Functie
ENTER
Verschillende functies configureren (menu Setup)
Network Setup
4
Gebruik de cursortoetsen (B / C) om een
waarde te wijzigen.
5
Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Configureert de netwerkinstellingen.
■ Information
Geeft de netwerkinformatie van het toestel weer.
NewFwAvailable
Verschijnt als voor de firmware van dit toestel
een update beschikbaar is (p.36).
Status
De verbindingsstatus van de NETWORKaansluiting
MAC
MAC address (MAC-adres)
IP
IP address (IP-adres)
Subnet
Subnet mask (subnetmasker)
Gateway
Het IP-adres van de standaardgateway
DNS(P)
Het IP-adres van de primaire DNS-server
DNS(S)
Het IP-adres van de secundaire DNS-server
vTunerID
Het id van de internetradio (vTuner)
■ MAC Filter
Stelt het MAC-adresfilter in om te verhinderen dat andere
netwerkapparaten toegang krijgen tot het toestel.
Filter
Schakelt het MAC-adresfilter in/uit.
Off
(standaard)
Schakelt het MAC-adresfilter uit.
On
Schakelt het MAC-adresfilter in. Geef in “MAC
Address 01–10” het MAC-adres aan van de
netwerkapparaten die toestemming hebben voor
toegang tot het toestel.
Filterinstellingen MAC-adres
■ IP Address
Configureert de netwerkparameters (zoals IP-adres).
DHCP
Bepaalt of een DHCP-server wordt gebruikt.
On
(standaard)
Er wordt een DHCP-server gebruikt om de
netwerkparameters (zoals IP-adres) van het toestel
automatisch te bepalen.
Stel “Filter” in op “On”.
2
Gebruik de cursortoetsen (B / C) om een
MAC-adresnummer (01 tot 10) te selecteren.
3
Gebruik de cursortoetsen (D / E) om de
bewerkingspositie te verplaatsen en de
cursortoetsen (B / C) om een waarde te
selecteren.
4
Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Handmatige netwerkinstellingen
1
Stel “DHCP” in op “Off”.
2
Gebruik de cursortoetsen (B / C) om een
parametertype te selecteren.
y
Address
Hierin kunt u een IP-adres opgeven.
Subnet
Mask
Hierin kunt u een subnetmasker opgeven.
Default
Gateway
Geeft het IP-adres aan van de standaardgateway.
DNS
Server(P)
Hierin kunt u het IP-adres van de primaire DNSserver opgeven.
DNS
Server(S)
Hierin kunt u het IP-adres van de secundaire
DNS-server opgeven.
3
Gebruik de cursortoetsen (D / E) om de
bewerkingspositie te selecteren.
SP A
(Voorbeeld: IP-adresinstelling)
Gebruik de cursortoetsen (D / E) om tussen segmenten
(Adres1, Adres2...) van het adres te schakelen.
Als u “AirPlay” (p.27) en “DMC Control” (p.33) gebruikt, kunt
u, ondanks de MAC-adresfilter, niet de toegang beperken van
netwerkapparaten.
■ DMC Control
Bepaalt of een DLNA-compatibele Digital Media
Controller (DMC) het afspelen mag besturen.
Disable
Weergave kan niet worden bediend met DMC’s.
Enable
(standaard)
Weergave kan worden bediend met DMC’s.
y
Een Digital Media Controller (DMC) is een apparaat dat via het
netwerk andere netwerkapparaten kan bedienen. Als deze functie
is ingeschakeld, kunt u het afspelen van het toestel bedienen met
DMC’s (zoals Windiow Media Player 12) op hetzelfde netwerk.
■ Net Standby
Bepaalt of het toestel kan worden ingeschakeld vanaf
andere apparaten in het netwerk (netwerk stand-by).
Off
(standaard)
Schakelt de netwerk stand-byfunctie uit.
On
Schakelt de netwerk stand-byfunctie in. (Het
toestel verbruikt meer stroom dan wanneer “Off”
is geselecteerd.)
33 Nl
Nederlands
Network
¡ Address1••192›
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Off
Er wordt geen DHCP-server gebruikt. U moet de
netwerkparameters handmatig configureren. Zie
“Handmatige netwerkinstellingen” voor meer
informatie.
1
Verschillende functies configureren (menu Setup)
■ Network Name
Bewerkt de netwerknaam (de naam van het toestel op het
netwerk) die andere netwerkapparaten wordt weergegeven.
1
Selecteer “Network Name”.
Network
¡ Network Name
Tone Control
De hoge en lage frequentieresponses afstellen.
Bass
Wanneer u vindt dat er niet genoeg bas (geluid
met lage frequenties) is.
Bedieningsbereik: –10 tot +10 (20 Hz)
Treble
Wanneer u vindt dat er niet genoeg hoog (geluid
met hoge frequenties) is.
Bedieningsbereik: –10 tot +10 (20 kHz)
SP A
2
Druk op ENTER om de weergave voor
naambewerking te openen.
Network
R-N301 XXXXX
SP A
Network name (naam netwerk)
3
Gebruik de cursortoetsen (D / E) om de
bewerkingspositie te verplaatsen en de
cursortoetsen (B / C) om een teken te
selecteren.
Network
R-N301 XXXXX›
SP A
4
5
Druk op ENTER om de nieuwe naam te
bevestigen.
Balance
De geluidsbalans van de linker- en rechterluidsprekers
afstellen om onevenwichtig geluid te compenseren dat
wordt veroorzaakt door de plaatsing van de luidsprekers
of door omstandigheden in de kamer waar er wordt
geluisterd.
Bedieningsbereik
L+10 tot R+10
y
Raadpleeg “De luidsprekerbalans afstellen” (p.16) voor details.
Max Volume
Stelt het maximale volume in om een extreem
geluidsvolume te voorkomen.
Instelbereik
1 tot 99 (stappen van 1), Max
Standaard
Max
Druk op SETUP om het menu af te sluiten.
Initial Volume
■ Update
Werkt de firmware bij via het netwerk.
Perform
Update
Start het proces voor het bijwerken van de
firmware van het toestel. Zie “De firmware van
het toestel bijwerken via het netwerk” (p.36) voor
details.
Version
Geeft de versie weer van de firmware die op het
toestel is geïnstalleerd.
ID
Geeft het systeem-id-nummer weer.
Stelt het eerste volume in wanneer de ontvanger wordt
ingeschakeld.
Instelbereik
Off, Mute, 1 tot 99 (stappen van 1), Max
Standaard
Off
DC OUT
Configureert de DC OUT-aansluiting.
PowerMode
Bepaalt hoe voeding naar de Yamaha AV-accessoire wordt
geleverd die met de DC OUT-aansluiting is verbonden.
34 Nl
Con
(standaard)
Levert continu voeding via de DC OUTaansluiting, ongeacht de vermogenstatus (aan/
stand-by) van het toestel.
Sync
Levert alleen voeding via de DC OUT-aansluiting
als het toestel is ingeschakeld.
De systeeminstellingen configureren (ADVANCED SETUP-menu)
Configureer de systeeminstellingen van het toestel via het display op het voorpaneel.
De firmware bijwerken (UPDATE)
1
Schakel het toestel uit.
2
Houd RETURN op het voorpaneel ingedrukt
en druk op A (aan/uit).
A (aan/uit)
STANDBY/ON
DISPLAY
FM MODE
MEMORY
FM/AM
PRESET
TUNING
VOLUME
SELECT
BASS
PHONES
TREBLE
INPUT
PUSH - ENTER
SPEAKERS
A
B
UPDATE•••NETWORK
Wanneer dit nodig, is verschijnt er nieuwe firmware die
extra eigenschappen of productverbeteringen bevat. Als
het toestel is aangesloten op het internet, kunt u de
firmware bijwerken via het netwerk. Raadpleeg de
bijbehorende informatie bij de updates voor details.
RETURN
RETURN
■ Firmware updateprocedure
Voer deze procedure niet uit tenzij een update van de
firmware noodzakelijk is. Lees de bijbehorende informatie
bij de updates voordat u de firmware bijwerkt.
SELECT/ENTER
3
Draai SELECT/ENTER om een onderdeel te
selecteren.
4
Druk op SELECT/ENTER om een instelling te
selecteren.
1
Wanneer de “NETWORK” wordt
weergegeven op de display van het
voorpaneel, drukt u op RETURN om de
update van de firmware te beginnen.
y
Druk op A (aan/uit) om het toestel uit te
schakelen en daarna weer in te schakelen.
De nieuwe instellingen worden van kracht.
Onderdelen van het menu
ADVANCED SETUP
Item
Functie
De versie van de firmware
controleren (VERSION)
Pagina
Herstelt de standaardinstellingen.
35
UPDATE
Werkt de firmware bij.
35
VERSION
Controleert de versie van de firmware
die momenteel is geïnstalleerd op het
toestel.
35
INIT
Als het toestel via het netwerk nieuwere firmware detecteert,
verschijnt “NewFwAvailable” als het “Information”-menu-item
in “Network Setup”. In dit geval kunt u ook de firmware van het
toestel bijwerken door de procedure te volgen in “De firmware
van het toestel bijwerken via het netwerk” (p.36).
GEAVANCEERD
E BEDIENING
5
VERSION••••xx.xx
Controleer de versie van de firmware die momenteel is
geïnstalleerd op het toestel.
y
De standaardinstellingen herstellen
(INIT)
• U kunt de versie van de firmware eveneens controleren in
“Update” (p.34) in het menu “Setup”.
• Het kan enige tijd duren voordat de firmwareversie wordt
weergegeven.
INIT••••••CANCEL
Nederlands
Herstelt de standaardinstellingen van het toestel.
Keuzes
ALL
Herstelt de standaardinstellingen van het toestel.
CANCEL
Er wordt geen initialisatie uitgevoerd.
35 Nl
De firmware van het toestel bijwerken via het netwerk
Wanneer dit nodig, is verschijnt er nieuwe firmware die extra eigenschappen of productverbeteringen bevat. Als nieuwe
firmware beschikbaar is, wordt “New Firm” een tijdje weergegeven wanneer het toestel wordt ingeschakeld. Volg de
stappen hieronder om de firmware bij te werken.
New Firm
Please Update!
Opmerking
Gebruik het toestel niet en koppel het netsnoer en de netwerkkabel niet los wanneer de firmware wordt bijgewerkt. Het bijwerken
van de firmware duurt ongeveer 20 minuten of meer (afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding).
POP-UP MENU
Cursortoetsen
B/C
ENTER
HOME
NOW PLAYING
6
ENTER
SETUP
y
RETURN
Als u de bewerking wilt annuleren zonder de firmware bij te
werken, drukt u op SETUP.
SETUP
MUTE
VOLUME
7
1
Druk op SETUP.
2
Gebruik de cursortoetsen om “Network
Setup” te selecteren en druk op ENTER.
3
Gebruik de cursortoetsen om “Information”
te selecteren en druk op ENTER.
Als nieuwe firmware beschikbaar is, verschijnt
“NewFwAvailable” op de display van het voorpaneel.
Firmware
¡NewFwAvailable
SP A
4
Druk op RETURN om naar de vorige status
terug te keren.
5
Gebruik de cursortoetsen om “Update” te
selecteren en druk op ENTER.
Network
¡Perform¡Update
SP A
36 Nl
Druk op ENTER om de update van de
firmware te starten.
Het toestel start opnieuw en de update van de
firmware start.
Als “UPDATE SUCCESS” wordt weergegeven
op de display op het voorpaneel, drukt u op
A (aan/uit) op het voorpaneel.
De update van de firmware is voltooid.
AANVULLENDE INFORMATIE
Foutopsporing
Raadpleeg de tabel hieronder indien dit toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem dat u ervaart, niet
hieronder in de lijst voorkomt, of als de instructies hieronder niet helpen, stelt u dit toestel in op de stand-bymodus,
verwijdert u het netsnoer en neemt u contact op met de dichtstbijzijnde bevoegde Yamaha-dealer of -servicecentrum.
■ Algemeen
Probleem
De stroom gaat niet
aan.
De stroom gaat niet
uit.
Geen geluid
Oorzaak
Oplossing
Zie
pagina
Het veiligheidscircuit werd 3 keer achter
elkaar geactiveerd. Als het toestel zich in
deze toestand bevindt, knippert de standbyindicator op het toestel als u probeert
het toestel in te schakelen.
Uit veiligheidsoverwegingen kan de stroom van dit
toestel niet worden ingeschakeld. Neem contact op
met uw dichtstbijzijnde Yamaha-dealer of servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
Het netsnoer of de stekker is niet of niet
goed aangesloten.
Sluit het netsnoer stevig aan.
De beveiliging is in werking getreden
door een kortsluiting, enz.
Controleer of de luidsprekerdraden elkaar niet raken
en zet dan het toestel opnieuw aan.
Het toestel heeft blootgestaan aan een
sterke, externe elektrische schok
(bijvoorbeeld een blikseminslag of een
ontlading van statische elektriciteit).
Stel dit toestel in de stand-bymodus, verwijder het
netsnoer en steek het na 30 seconden weer in en
gebruik het daarna zoals gewoonlijk.
De interne microcomputer blijft hangen
door een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag en ontlading
van statische elektriciteit) of door een
daling van het voltage van de
stroomvoorziening.
Houd A (aan/uit) op het voorpaneel minstens 15
seconden ingedrukt om het toestel te initialiseren en
opnieuw op te starten. (Als het probleem zich blijft
voordoen, koppelt u het netsnoer los van het
stopcontact en sluit u het netsnoer opnieuw aan.)
Invoer- of uitvoerkabels verkeerd
aangesloten.
Verbind de kabels correct. Als het probleem
aanhoudt, is het mogelijk dat er iets mis is met de
kabels.
10
Er is geen geschikte ingangsbron
geselecteerd.
Selecteer een geschikte signaalbron met de INPUTkeuzeknop op het voorpaneel (of een van de
signaalkeuzetoetsen op de afstandbediening).
15
De SPEAKERS A/B-schakelaars zijn niet
correct ingesteld.
Zet de overeenkomende SPEAKERS A of
SPEAKERS B aan.
15
De luidsprekeraansluitingen zitten niet
goed vast.
Zet de aansluitingen goed vast.
Uitvoer is uitgeschakeld.
Schakel de dempen uit.
De instelling voor maximaal volume of
initieel volume is te laag ingesteld.
Stel de instelling in op een hogere waarde.
Het component die overeenkomt met de
geselecteerde signaalbron is
uitgeschakeldof speelt niet af.
Zet de component aan en zorg ervoor dat hij afspeelt.
De audio-uitgang van een apparaat dat op
een digitale audio-ingang (COAXIAL/
OPTICAL-aansluitingen) is aangesloten,
is op iets anders dan PCM ingesteld.
Stel de audio-uitgang van het aangesloten apparaat in
op PCM,
—
—
10
—
—
8
34
AANVULLENDE
INFORMATIE
10
—
—
Nederlands
37 Nl
Foutopsporing
Oplossing
Zie
pagina
Stel de luidsprekerimpedantie in in overeenstemming
met de luidsprekers.
11
Controleer of de luidsprekerdraden elkaar niet raken
en zet dan het toestel opnieuw aan.
10
Het toestel is te warm geworden.
Let erop dat de openingen in het bovenpaneel niet
worden geblokkeerd.
—
De functie voor automatische stand-by
heeft dit toestel uitgeschakeld.
Wijzig de automatische stand-by (“AutoPowerStdby”
in het menu “Option”) naar een langere instelling of
schakel het uit.
31
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Verbind de kabels correct. Als het probleem
aanhoudt, is het mogelijk dat er iets mis is met de
kabels.
10
Onjuiste instelling voor de
luidsprekerbalans.
Stel de luidsprekerbalans in op de juiste stand in het
menu “Setup”.
16
De lage tonen klinken
te zwak en de
weergave is
sfeerloos.
De plus- en –-kabels zijn verkeerd om
aangesloten op de versterker of de
luidsprekers.
Sluit de luidsprekerkabels aan op de juiste fase + en –
.
Er wordt een
“zoemend” geluid
gehoord.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Sluit de audiostekkers stevig aan. Als het probleem
aanhoudt, is het mogelijk dat er iets mis is met de
kabels.
10
De platenspeler is niet verbonden met de
GND-aansluiting.
Verbind de platenspeler met de GND-aansluiting van
dit toestel.
10
De stroom van het toestel is uitgeschakeld
of het toestel is in de stand-bymodus
ingesteld.
Schakel het toestel in.
Probleem
Het geluid valt
plotseling weg.
Er komt slechts aan
één kant geluid uit de
luidspreker.
Het geluid is van
mindere kwaliteit
wanneer u luistert
met een
hoofdtelefoon
verbonden met de cdspeler of het
cassettedeck die op
dit toestel zijn
aangesloten.
Oorzaak
De beveiliging is in werking getreden
door een kortsluiting, enz.
10
15
■ Tuner
Probleem
38 Nl
Oplossing
De bijzondere eigenschppen van de
ontvangen FM-stereo-uitzendingen kan
dit probleem veroorzaken als het station te
ver af staat of het ontvangstsignaal dat
binnenkomt via de antenne niet sterk
genoeg is.
Controleer de aansluitingen van de antenne.
Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige FMantenne te gebruiken.
Er is
vervorming en
ook een betere
FM-antenne
zorgt niet voor
een betere
ontvangst.
U ondervindt interferentie doordat
hetzelfde signaal op verschillende
manieren wordt ontvangen.
Verander de opstelling van de antenne zodat u van
deze interferentie geen last meer hebt.
Er kan niet
automatisch
worden
afgestemd op
het gewenste
station.
Het signaal is te zwak.
Er is veel ruis
in de FM
stereoontvangst.
FM
Oorzaak
Schakel over op mono.
Zie
pagina
12
17
—
Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige FMantenne te gebruiken.
12
Stem handmatig af.
17
Foutopsporing
FM/
AM
AM
NO PRESETS
wordt
weergegeven.
Er zijn geen voorkeuzestations
geregistreerd.
Registreer stations waarnaar u wilt luisteren als
voorkeuzestations.
Er kan niet
automatisch
worden
afgestemd op
het gewenste
station.
Het signaal is te zwak of de antenneaansluitingen zitten los.
Zet de AM-antenne-aansluitingen vast en richt het
zodat het de beste ontvangst levert.
18
—
Stem handmatig af.
17
Automatische
Automatische voorkeuzestations zijn niet
voorkeuzestation beschikbaar voor AM.
werkt niet.
Gebruik handmatige voorkeuzestations.
18
U hoort
doorlopend
gekraak en
gesis.
Deze geluiden kunnen het gevolg zijn van
bliksem, tl-verlichting, motoren,
thermostaten en andere elektrische
apparatuur.
Probeer een buitenantenne en een goede aarding te
gebruiken.
Dit kan in sommige gevallen helpen, maar het blijft
moeilijk om alle storingsbronnen te elimineren.
U hoort
gezoem en
gefluit.
Er wordt in de buurt van het toestel een tv
gebruikt.
Zet het toestel verder bij de tv vandaan.
—
—
■ Netwerk
Oorzaak
Oplossing
Zie
pagina
De netwerkparameters (IP-adres) zijn niet
correct verkregen.
Schakel de DHCP-serverfunctie in op uw router en
stel “DHCP” in het menu “Setup” in op “On” op het
toestel. Als u de netwerkparameters handmatig wilt
configureren, dient u na te gaan of u een IP-adres
gebruikt dat niet door andere netwerkapparaten in het
netwerk wordt gebruikt.
33
De instelling voor het delen van media is
onjuist.
Configureer de instelling voor delen en selecteer het
toestel als een apparaat waarmee muziekinhoud
wordt gedeeld.
—
Bepaalde beveiligingssoftware op uw pc
blokkeert de toegang van het toestel tot de
pc.
Controleer de instellingen van de
beveiligingssoftware op uw pc.
Het toestel en de pc bevinden zich niet in
hetzelfde netwerk.
Controleer de netwerkverbindingen en de instellingen
van uw router en verbind vervolgens het toestel en de
pc met hetzelfde netwerk.
13
Het MAC-adresfilter is ingeschakeld op
het toestel.
Schakel in “MAC Filter” in het menu “Setup” de
MAC-adresfilter uit of geef het MAC-adres van uw
pc aan om het toegang tot het toestel te geven.
33
De bestanden op de
pc kunnen niet
worden weergegeven
of geopend.
De bestanden worden niet ondersteund
door het toestel of de mediaserver.
Gebruik een bestandsindeling die wordt ondersteund
door het toestel en de mediaserver. Raadpleeg
“Muziek afspelen van mediaservers (pc´s/NAS)”
voor meer informatie over de bestandsindelingen die
door het toestel worden ondersteund.
22
De internetradio kan
niet worden
afgespeeld.
Het geselecteerde internetradiostation is
momenteel niet beschikbaar.
Mogelijk is er een probleem met het radiostation of is
de dienst afgeschaft. Probeer het station later of
selecteer een andere.
—
Het geselecteerde internetradiostation
zendt momenteel stilte uit.
Sommige internetradiostations zenden op bepaalde
tijdstippen van de dag stilte uit. Probeer het station
later of selecteer een andere.
—
De toegang tot het netwerk wordt
verhinderd door de firewallinstellingen
van uw netwerkapparaten (zoals de
router).
Controleer de firewallinstellingen van de
netwerkapparaten. De internetradio kan alleen
afgespeeld worden via de poort die toegewezen wordt
door elk radiostation. Het poortnummer varieert
afhankelijk van het radiostation.
—
Probleem
De netwerkfunctie
werkt niet.
Het toestel detecteert
de pc niet.
—
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
39 Nl
Foutopsporing
Oplossing
Zie
pagina
Het MAC-adresfilter is ingeschakeld op
het toestel.
Schakel in “MAC Filter” in het menu “Network
Setup” de MAC-adresfilter uit of geef het MAC-adres
van uw smartphone/tablet aan om het toegang tot het
toestel te geven.
33
Het toestel en de smartphone/tablet
bevinden zich niet in hetzelfde netwerk.
Controleer de netwerkverbindingen en de instellingen
van uw router en verbind vervolgens het toestel en de
smartphone/tablet met hetzelfde netwerk.
—
Afhankelijk van de toestand van het
netwerk, is het misschien niet mogelijk.
De firmware weer bijwerken via het netwerk.
Probleem
De applicatie voor
smartphone/tablet
“Network Player
Controller” detecteert
het toestel niet.
De update van de
firmware via het
netwerk is mislukt.
Oorzaak
35
■ Afstandsbediening
Probleem
De afstandsbediening
werkt niet correct.
40 Nl
Oorzaak
Verkeerde afstand of hoek.
Oplossing
Zie
pagina
De afstandbediening werkt binnen een maximaal
bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten
opzichte van het voorpaneel.
9
Direct zonlicht of sterke verlichting (van
fluorescentielampen met een
voorschakelapparaat, enz.) valt op de
afstandsbedieningssensor van dit toestel.
Verplaats het toestel.
De batterijen raken leeg.
Vervang alle batterijen.
—
Zelfs als u de afstandsbedieningscode juist
hebt ingesteld, zijn er modellen die niet
reageren op de afstandsbediening.
Gebruik de afstandsbediening die is meegeleverd met
het component.
—
U hebt niet op de signaalkeuzetoets
gedrukt die hoort bij het component dat u
wilt bedienen.
Druk op de signaalkeuzeknop die overeenkomt met
het component dat u probeert te bedienen en druk
daarna op de gewenste toets(en) van de
afstandsbediening.
—
—
Foutindicaties op display voorpaneel
Bericht
Oorzaak
Oplossing
Access denied
Toegang tot de pc is niet toegestaan.
Configureer de instelling voor delen en selecteer het toestel als een
apparaat waarmee muziekinhoud wordt gedeeld (p.22).
Access error
Er is een probleem met het signaalpad van
het netwerk naar het toestel.
Controleer of de router en modem zijn ingeschakeld.
Check SP Wires
De luidsprekerkabels geven kortsluiting.
Draai de blootliggende draden van de kabels stevig in elkaar en
sluit ze correct aan op het toestel en de luidsprekers.
No content
De geselecteerde map bevat geen
afspeelbare bestanden.
Selecteer een map met bestanden die door het toestel worden
ondersteund.
Please wait
Het toestel bereidt zich voor op
verbinding met het netwerk.
Wacht tot het bericht verdwijnt. Als het bericht langer dan 3
minuten blijft, schakelt u het toestel uit en weer in.
Unable to play
Het toestel kan om onbekende reden de op
uw iPod opgeslagen nummers niet
weergeven.
Controleer de nummergegevens. Als de nummergegevens niet
kunnen worden weergegeven op de iPod, is het mogelijk dat de
nummergegevens of de opslagplaats defect zijn.
Het toestel kan om bepaalde redenen de
nummers die op de pc zijn opgeslagen niet
afspelen.
Controleer of de bestandsindeling van de bestanden die u probeert
af te spelen door het toestel wordt ondersteund. Zie “Muziek
afspelen van mediaservers (pc´s/NAS)” (p.22) voor informatie
over de indelingen die door het toestel worden ondersteund. Als
het toestel de bestandsindeling ondersteunt maar er toch helemaal
geen bestanden kunnen worden afgespeeld, is het mogelijk dat het
netwerk overbelast is door zwaar verkeer.
Update firmware is mislukt.
Werk de firmware opnieuw bij.
Version error
Controleer de verbinding tussen het toestel en de router (of hub)
(p.13).
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
41 Nl
Handelsmerken
AirPlay werkt met iPhone, iPad en iPod touch met iOS 4.3.3 of later, Mac met OS X Mountain Lion en Mac en pc met
iTunes 10.2.2 of later.
AirPlay, iPad, iPhone, iPod touch, iTunes en Retina zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de V.S. en
andere landen.
iPad Air en iPad mini zijn handelsmerken van Apple Inc.
MPEG Layer-3 audiocoderingstechnologie gelicentieerd van Fraunhofer IIS en Thomson.
DLNA™ en DLNA CERTIFIED™ zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Digital Living Network
Alliance. Alle rechten voorbehouden. Ongeautoriseerd gebruik is streng verboden.
Windows™
Windows is een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft Corporation in de V.S. en andere landen.
Internet Explorer, Windows Media Audio en Windows Media Player zijn handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Android™
Android is een handelsmerk van Google Inc.
Deze ontvanger ondersteunt netwerkverbindingen.
42 Nl
Technische gegevens
AUDIOGEDEELTE
FM-GEDEELTE
• Minimaal RMS-uitvoervermogen
(40 Hz tot 20 kHz, 0,2% THD, 8 )
[Modellen voor de VS, Canada, Korea, Australië, VK, Europa en
algemeen model]
............................................................................100 W + 100 W
[Model voor Azië] ....................................................85 W + 85 W
• Dynamisch vermogen per kanaal (IHF) (8/6/4/2 )
............................................................................125/150/165/180 W
• Maximaal vermogen per kanaal [alleen Europees model]
(1 kHz, 0,7% THD, 4 ) ..................................................... 115 W
• IEC-vermogen [alleen Europees model]
(1 kHz, 0,2% THD, 8 ) ...................................................... 110 W
• Dempfactor (SPEAKERS A)
1 kHz, 8 .................................................................... 120 of meer
• Maximaal effectief uitgangsvermogen (JEITA)
(1 kHz, 10% THD, 8 )
[Algemeen model] ...................................................140 W of meer
[Model voor Azië] ...................................................125 W of meer
• Ingangsgevoeligheid/ingangsimpedantie
Cd, enz. .................................................................. 500 mV/47 k
• Maximaal ingangssignaal
Cd, enz. (1 kHz, 0,5% THV) .................................... 2,2 V of meer
• Uitgangsniveau/uitgangsimpedantie
Cd, enz. (invoer 1 kHz, 500 mV)
REC OUT ........................................................... 500 mV/2,2 k
PHONES (8 vermogen) ................................... 470 mV/470
• Frequentierespons
Cd, enz. (20 Hz tot 20 kHz) ...........................................0 ± 0,5 dB
Cd, enz. (10 Hz tot 100 kHz)................................... 0 +0,5/-3,0 dB
• Totale harmonische vervorming
Cd, enz. tot SPEAKERS
(20 Hz tot 20 kHz, 50,0 W, 8 ) .........................0,2% of minder
• Signaal-ruisverhouding (IHF-A-netwerk)
Cd, enz. (ingang kortgesloten, 500 mV).................100 dB of meer
• Overblijvende ruis (IHF-A-netwerk) ...................................... 70 µV
• Kanaalscheiding
Cd, enz. (5,1 k ingang kortgesloten, 1/10 kHz)
..........................................................................65/50 dB of meer
• Toonregelingskarakteristieken
BASS
Versterken/verzwakken (50 Hz) .....................................± 10 dB
TREBLE
Versterken/verzwakken (20 kHz) ...................................± 10 dB
• Digitale ingang
OPTICAL
COAXIAL
Ondersteunt steekproeftempo ..... 32/44,1/48/88,2/96/176,4/192 kHz
• Afstembereik
[Modellen voor de VS en Canada] ..................87,5 tot 107,9 MHz
[Model voor Azië en algemeen model]
.................................................87,5/87,50 tot 108,0/108,00 MHz
[Modellen voor VK, Europa, Korea, Australië]
...................................................................87,50 tot 108,00 MHz
• 50 dB dempingsgevoeligheid (IHF, 1 kHz, 100% MOD.)
Mono ................................................................. 3,0 µV (20,8 dBf)
• Signaal-ruisverhouding (IHF)
Mono/stereo ................................................................72 dB/70 dB
• Harmonische vervorming (1 kHz)
Mono/stereo .................................................................. 0,3%/0,5%
Antenne-aansluiting ........................................75 onevenwichtig
AM-GEDEELTE
• Afstembereik
[Modellen voor de VS en Canada] ..................... 530 tot 1710 kHz
[Model voor Azië en algemeen model]
.......................................................... 530/531 tot 1710/1611 kHz
[Modellen voor VK, Europa, Korea, Australië]
.......................................................................... 531 tot 1611 kHz
ALGEMEEN
• Voeding
[Modellen voor de VS en Canada]....... 120 V, 60 Hz wisselstroom
[Algemeen model].....110-120/220-240 V wisselstroom, 50/60 Hz
[Model voor Korea].............................. 220 V, 60 Hz wisselstroom
[Model voor Australië]......................... 240 V, 50 Hz wisselstroom
[Modellen voor het VK en Europa] .... 230 V, 50 Hz wisselstroom
[Model voor Azië]................... 220-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
• Stroomverbruik
[Modellen voor de VS, Canada, Korea, Australië, VK, Europa]
........................................................................................... 200 W
[Model voor Azië] ............................................................... 165 W
• Stroomgebruik tijdens stand-by ............................................. 0,1 W
Netwerkstand-by aan............................................................... 2,0 W
• Afmetingen (B H D) ...................................435 141 333 mm
• Gewicht .................................................................................. 6,95 kg
AANVULLENDE
INFORMATIE
* Technische gegevens kunnen zonder kennisgeving worden
gewijzigd.
Nederlands
43 Nl
Index
Index
A
Aansluiting afspeelapparaat........................................... 10
Aansluiting audioapparaten ........................................... 10
Aansluiting luidsprekerkabel......................................... 11
Aansluiting netsnoer...................................................... 13
Aansluiting opnameapparaat ......................................... 10
Achterpaneel (onderdeelnamen en functies) ................... 7
ADVANCED SETUP-menu ......................................... 35
Afstandsbediening (onderdelen en functies) ................... 8
AirPlay........................................................................... 27
AM-antenne-aansluiting ................................................ 12
AM-radio luisteren ........................................................ 17
AUDIO-aansluiting ................................................... 7, 10
Audiobestandsindeling (pc/NAS).................................. 22
Auto Power Standby (Option-menu)............................. 30
Auto Preset (FM-radio, Option-menu) .......................... 18
Automatisch voorkeuzestation (FM-radio) ................... 18
AutoPowerStdby (Option-menu)................................... 30
B
Balance (Setup-menu) ............................................. 16, 34
Basisafspeling................................................................ 15
BASS (toonregeling) ..................................................... 16
Batterijen ......................................................................... 9
Bereik afstandsbediening................................................. 9
Bi-Amp (luidsprekeraansluiting)................................... 11
Bookmark (internetradio) .............................................. 25
C
CAT-5-kabel.................................................................. 13
Clear Preset (FM/AM-radio, Option-menu).................. 19
Clock Time (Radio Data System).................................. 20
COAXIAL-aansluiting .............................................. 7, 10
Controle firmwareversie.......................................... 34, 35
D
DC OUT (Setup-menu) ................................................. 34
DC OUT-aansluiting ....................................................... 7
Default Gateway (Information, Setup-menu)................ 33
Default Gateway (IP Address, Setup-menu) ................. 33
DHCP (IP Address, Setup-menu).................................. 33
Digital Media Controller (DMC)................................... 33
DIMMER-toets (display voorpaneel).............................. 6
DISPLAY-toets ..................................................... 5, 8, 29
DLNA ............................................................................ 22
DMC Control (Network Setup, Setup-menu)................ 33
DNS Server (Information, Setup-menu)........................ 33
DNS Server (IP Address, Setup-menu) ......................... 33
Dubbel bedraad (luidsprekeraansluiting) ...................... 11
F
Filter (MAC Filter, Setup-menu)................................... 33
Firmware bijwerken....................................................... 36
Firmware bijwerken (netwerk) ................................ 35, 36
FM/AM-radio afstemmen.............................................. 17
FM-antenne-aansluiting................................................. 12
44 Nl
FM-radio luisteren ......................................................... 17
Format (Signal Info, Option-menu) ............................... 30
Foutindicatie .................................................................. 41
G
Gateway ......................................................................... 33
H
Handmatig voorkeuzestation (FM/AM-radio)............... 18
Herhalen (pc/NAS) ........................................................ 24
Hernoemen (netwerknaam)............................................ 34
HOME-toets (internetradio)........................................... 25
HOME-toets (pc/NAS) .................................................. 23
Hoofdtelefoon .................................................................. 5
I
ID (Network Setup, Setup-menu) .................................. 34
Indicator (onderdeelnamen en functies) .......................... 6
Informatieweergave (display voorpaneel) ....................... 6
Informatiewisseling (display voorpaneel) ..................... 29
Information (Network Setup, Setup-menu) ................... 33
INIT (ADVANCED SETUP-menu).............................. 35
Initial Volume (Setup-menu) ......................................... 34
Input trim (Option-menu) .............................................. 30
Instelling media delen.................................................... 22
Internetradio luisteren .................................................... 25
IP Address (Information, Setup-menu).......................... 33
IP Address (Network Setup, Setup-menu)..................... 33
iPod-inhoud afspelen (AirPlay) ..................................... 27
iTunes-inhoud afspelen (AirPlay).................................. 27
L
Luidsprekerindicator (display voorpaneel)...................... 6
M
MAC Address (Information, Setup-menu) .................... 33
MAC Address (MAC Filter, Setup-menu) .................... 33
MAC Filter (Network Setup, Setup-menu).................... 33
Max Volume (Setup-menu) ........................................... 34
MODE-toets..................................................................... 8
Mono-ontvangst (FM-radio) .......................................... 17
MUTE-toets ..................................................................... 8
N
NAS (Network Attached Storage)-aansluiting ..............
NAS-inhoud afspelen.....................................................
Net Standby (Network Setup, Setup-menu) ..................
Netwerkinformatie .........................................................
Netwerkkabel .................................................................
Netwerkverbinding ........................................................
Network Name (Network Setup, Setup-menu)..............
Network Setup (Setup-menu) ........................................
Network Update (Network Setup, Setup-menu)............
NewFwAvailable ...........................................................
NOW PLAYING-toets (internetradio) ..........................
NOW PLAYING-toets (pc/NAS)..................................
13
22
33
33
13
13
34
33
34
36
25
23
Index
O
OPTICAL-aansluiting...................................................... 7
Option-menu .................................................................. 30
OPTION-toets.................................................................. 8
P
Pc-inhoud afspelen......................................................... 22
Pc-verbinding................................................................. 13
Perform Update (Network Setup, Setup-menu)............. 34
PHONES-aansluiting ....................................................... 5
Power Mode (DC OUT, Setup-menu) ........................... 34
Program Service (Radio Data System) .......................... 20
Program Type (Radio Data System).............................. 20
R
Radio Data System (FM-radio) .....................................
Radio Data System afstemmen ......................................
Radio Data System-informatie ......................................
Radio Text (Radio Data System) ...................................
REC (REC OUT)-aansluiting ........................................
Router-aansluiting..........................................................
20
20
20
20
10
13
S
AANVULLENDE
INFORMATIE
Sampling (Signal Info, Option-menu) ........................... 30
Setup-menu .................................................................... 32
SETUP-toets .................................................................... 8
Shuffle (pc/NAS) ........................................................... 24
Signaalinformatie........................................................... 30
Signaalkeuzetoets ............................................................ 8
Signaalzender afstandsbediening (afstandsbediening) .... 8
Signal Info (Option-menu) ............................................ 30
Slaaptimer ...................................................................... 16
SLEEP-toets................................................................... 16
Spotify............................................................................ 21
Status (Information, Setup-menu) ................................. 33
STP-netwerkkabel.......................................................... 13
Subnet Mask (Information, Setup-menu) ...................... 33
Subnet Mask (IP Address, Setup-menu)........................ 33
T
TONE CONTROL.........................................................
TP (Traffic Program) .....................................................
Traffic Program (FM-radio, Option-menu) ...................
TREBLE (toonregeling) ................................................
16
20
20
16
U
UPDATE (ADVANCED SETUP-menu) ...................... 35
Update (Network Setup) ................................................ 34
V
Nederlands
Verkeersinformatie (Radio Data System)...................... 20
Vermogenindicator (voorpaneel)..................................... 5
VERSION (ADVANCED SETUP-menu) .................... 35
Version (Network Setup, Setup-menu).......................... 34
Volume trim (Option-menu).......................................... 30
Voorkeuzestation (FM/AM-radio)................................. 18
Voorkeuzestation selecteren (FM/AM-radio)................ 19
vTuner-id (Information, Setup-menu) ........................... 33
45 Nl
Informazioni per gli utenti sulla raccolta e lo
smaltimento di vecchia attrezzatura e batterie
usate
Questi simboli sui prodotti, sull’imballaggio, e/o sui
documenti che li accompagnano significano che i
prodotti e le batterie elettriche e elettroniche non
dovrebbero essere mischiati con i rifiuti domestici
generici.
Per il trattamento, recupero e riciclaggio appropriati di
vecchi prodotti e batterie usate, li porti, prego, ai punti
di raccolta appropriati, in accordo con la Sua
legislazione nazionale e le direttive 2002/96/CE e
2006/66/CE.
Smaltendo correttamente questi prodotti e batterie, Lei
aiuterà a salvare risorse preziose e a prevenire alcuni
potenziali effetti negativi sulla salute umana e
l’ambiente, che altrimenti potrebbero sorgere dal
trattamento improprio dei rifiuti.
Per ulteriori informazioni sulla raccolta e il riciclaggio
di vecchi prodotti e batterie, prego contatti la Sua
amministrazione comunale locale, il Suo servizio di
smaltimento dei rifiuti o il punto vendita dove Lei ha
acquistato gli articoli.
[Informazioni sullo smaltimento negli altri
Paesi al di fuori dell’Unione europea]
Questi simboli sono validi solamente nell’Unione
europea. Se Lei desidera disfarsi di questi articoli,
prego contatti le Sue autorità locali o il rivenditore e
richieda la corretta modalità di smaltimento.
Noti per il simbolo della batteria (sul fondo
due esempi di simbolo):
È probabile che questo simbolo sia usato in
combinazione con un simbolo chimico. In questo caso
è conforme al requisito stabilito dalla direttiva per gli
elementi chimici contenuti.
Información para usuarios sobre recolección y
disposición de equipamiento viejo y baterías
usadas
Estos símbolos en los productos, embalaje, y/o
documentación que se acompañe significan que los
productos electrónicos y eléctricos usados y las
baterías usadas no deben ser mezclados con desechos
domésticos corrientes.
Para el tratamiento, recuperación y reciclado
apropiado de los productos viejos y las baterías
usadas, por favor llévelos a puntos de recolección
aplicables, de acuerdo a su legislación nacional y las
directivas 2002/96/EC y 2006/66/EC.
Al disponer de estos productos y baterías
correctamente, ayudará a ahorrar recursos valiosos y a
prevenir cualquier potencial efecto negativo sobre la
salud humana y el medio ambiente, el cual podría
surgir de un inapropiado manejo de los desechos.
Para más información sobre recolección y reciclado de
productos viejos y baterías, por favor contacte a su
municipio local, su servicio de gestión de residuos o el
punto de venta en el cual usted adquirió los artículos.
[Información sobre la disposición en otros
países fuera de la Unión Europea]
Estos símbolos sólo son válidos en la Unión Europea.
Si desea deshacerse de estos artículos, por favor
contacte a sus autoridades locales y pregunte por el
método correcto de disposición.
Nota sobre el símbolo de la batería (ejemplos
de dos símbolos de la parte inferior):
Este símbolo podría ser utilizado en combinación con
un símbolo químico. En este caso el mismo obedece a
un requerimiento dispuesto por la Directiva para el
elemento químico involucrado.
Informatie voor gebruikers over inzameling en
verwijdering van oude apparaten en gebruikte
batterijen
Deze tekens op de producten, verpakkingen en/of
bijgaande documenten betekenen dat gebruikte elektrische
en elektronische producten en batterijen niet mogen
worden gemengd met algemeen huishoudelijk afval.
Breng alstublieft voor de juiste behandeling,
herwinning en hergebruik van oude producten en
gebruikte batterijen deze naar daarvoor bestemde
verzamelpunten, in overeenstemming met uw nationale
wetgeving en de instructies 2002/96/EC en 2006/66/EC.
Door deze producten en batterijen correct te verwijderen,
helpt u natuurlijke rijkdommen te beschermen en
voorkomt u mogelijke negatieve effecten op de
menselijke gezondheid en de omgeving, die zich zouden
kunnen voordoen door ongepaste afvalverwerking.
Voor meer informatie over het inzamelen en
hergebruik van oude producten en batterijen kunt u
contact opnemen met uw plaatselijke
gemeentebestuur, uw afvalverwerkingsbedrijf of het
verkooppunt waar u de artikelen heeft gekocht.
[Informatie over verwijdering in andere
landen buiten de Europese Unie]
Deze symbolen zijn alleen geldig in de Europese Unie.
Mocht u artikelen weg willen gooien, neem dan alstublieft
contact op met uw plaatselijke overheidsinstantie of
dealer en vraag naar de juiste manier van verwijderen.
Opmerking bij het batterijteken (onderste
twee voorbeelden):
Dit teken wordt mogelijk gebruikt in combinatie met
een scheikundig symbool. In dat geval voldoet het aan
de eis en de richtlijn, die is opgesteld voor het
betreffende chemisch product.
Информация для пользователей по сбору
иутилизации старой аппаратуры и
использованных батареек
Эти знаки на аппаратуре, упаковках и в
сопроводительных документах указывают на то,
что подержанные электрические и электронные
приборы и батарейки не должны выбрасываться
вместе с обычным домашним мусором.
Для правильной обработки, хранения и
утилизации старой аппаратуры и использованных
батареек, пожалуйста сдавайте их в
соответствующие сборные пункты, согласно
вашему национальному законодательству и
директив 2002/96/EC и 2006/66/ EC.
При надлежащей утилизации этих товаров и
батареек, вы помогаете сохранять ценные ресурсы
и предотвращать вредное влияние на здоровье
людей и окружающую среду, которое может
возникнуть из-за несоответствующего обращения
с отходами.
За более подробной информацией о сборе и
утилизации старых товаров и батареек,
пожалуйста обращайтесь в вашу локальную
администрацию, в ваш приёмный пункт или в
магазин где вы приобрели эти товары.
[Информация по утилизации в других
странах за пределами Европейского Союза]
Эти знаки действительны только на территории
Европейского Союза. Если вы хотите избавиться
от этих предметов, пожалуйста обратитесь в вашу
локальную администрацию или продавцу и
спросите о правильном способе утилизации.
Обратите внимание на знак для батареек
(два знака на задней стороне):
Этот знак может использоваться в комбинации со
знаком указывающим о содержании химикалий. В
этом случае это удовлетворяет требованиям
установленными Директивой по использованию
химикалий.
xii