Whirlpool CHI 6640F IN Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL27
UW VEILIGHEID EN DIE VAN ANDEREN IS ERG BELANGRIJK
Deze handleiding en het apparaat zelf zijn voorzien van belangrijke veiligheidsinformatie, die te allen tijde gelezen
en opgevolgd moet worden.
Alle veiligheidsberichten geven het mogelijke gevaar aan en geven aan hoe het risico op letsel, schade en
elektrische schokken voortvloeiend uit het onjuiste gebruik van het apparaat beperkt kan worden. Houd u strikt aan
de volgende aanwijzingen:
- De stekker van het apparaat moet altijd uit het stopcontact getrokken zijn voordat welke installatiehandeling
dan ook verricht wordt.
- De installatie of het onderhoud moet worden uitgevoerd door een gespecialiseerde monteur volgens de
instructies van de fabrikant en in overeenstemming met de plaatselijke veiligheidsvoorschriften. Repareer of
vervang geen enkel onderdeel van het apparaat, behalve als dit expliciet aangegeven wordt in de
gebruikershandleiding.
- Dit apparaat moet worden geaard.
- Het netsnoer moet lang genoeg zijn om het apparaat, na inbouw in het meubel, aan te sluiten op de netvoeding.
- Om ervoor te zorgen dat de installatie voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften, is er een omnipolaire
schakelaar met een afstand van minstens 3 mm tussen de contacten nodig.
- Gebruik voor de aansluiting geen meervoudige stekkers of verlengsnoeren.
- Trek niet aan het netsnoer van het apparaat.
- Na de installatie mogen de elektrische onderdelen niet meer toegankelijk zijn voor de gebruiker.
- Het apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik en alleen voor het bereiden van voedsel. Elk
ander gebruik is verboden (bijv. het verwarmen van ruimtes). De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor schade die het gevolg is van oneigenlijk gebruik of een onjuiste instelling van de
bedieningsknoppen.
- Het apparaat en de toegankelijke onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. Zorg ervoor dat u de warmte-
elementen niet aanraakt. Kinderen jonger dan 8 jaar moeten uit de buurt worden gehouden, tenzij ze
voortdurend onder toezicht staan.
- De toegankelijke delen kunnen tijdens de werking erg heet worden. Kinderen moeten uit de buurt en in de
gaten gehouden worden, om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
- Raak de verwarmingselementen van het apparaat niet aan tijdens en na het gebruik. Vermijd contact met
doeken of andere brandbare materialen tot alle onderdelen van het apparaat voldoende zijn afgekoeld.
- Leg geen brandbaar materiaal op het apparaat of in de buurt ervan.
- Oververhitte vetten en olie kunnen makkelijk vlam vatten. Controleer de kookplaat regelmatig als u bij de
bereiding veel vet en olie gebruikt.
- Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en ouder en personen met verminderde fysieke,
zintuiglijke of mentale vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, mits zij onder toezicht staan of instructies
hebben gekregen over hoe zij het apparaat op een veilige manier kunnen gebruiken en de risicos van het
gebruik begrijpen. Kinderen mogen niet spelen met het apparaat. Reiniging en onderhoud mag niet door
kinderen zonder toezicht worden uitgevoerd.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Dit is het waarschuwingssymbool, behorend bij de veiligheid, waarmee gebruikers worden gewaarschuwd
voor mogelijke gevaren voor henzelf en anderen.
Alle veiligheidsberichten komen na het waarschuwingssymbool en de volgende tekst:
GEVAAR
Geeft een gevaarlijke situatie aan, die ernstig letsel
veroorzaakt als deze niet wordt vermeden.
WAARSCHUWING
Geeft een gevaarlijke situatie aan, die ernstig letsel zou kunnen
veroorzaken als deze niet wordt vermeden.
NEDERLANDS Installatie Pagina 2 Gebruiksaanwijzing Pagina
NL28
- Leg geen metalen voorwerpen zoals keukengerei (messen, vorken, lepels, deksels, enz.) op de kookzone, deze
zouden hierdoor heet kunnen worden.
- Er moet in de ruimte onder het apparaat een scheidingspaneel, niet bijgeleverd, gemonteerd worden.
- Wanneer het oppervlak is gebarsten, schakel dan het apparaat uit om het risico op een elektrische schok te
voorkomen (uitsluitend voor toestellen met een glazen oppervlak).
- Het is niet de bedoeling dat het apparaat in werking gesteld kan worden met een externe timer of met een
afzonderlijke afstandsbediening.
- Op de kookplaat koken met vet of olie zonder dat u erbij blijft, kan gevaarlijk zijn en tot brand leiden. Probeer
brand NOOIT te blussen met water, maar schakel het apparaat uit en dek de vlammen af met bijvoorbeeld een
deksel of brandblusdeken.
Brandgevaar: bewaar geen voorwerpen op de kookoppervlakken.
- Gebruik geen stoomreinigers.
- Metaalhoudende voorwerpen zoals messen, vorken, lepels en deksels mogen niet op het oppervlak van de
kookplaat worden gelegd, omdat ze heet kunnen worden.
- Na gebruik dient u het kookplaatelement uit te schakelen met het bedieningspaneel. Vertrouw niet op de
pandetector (uitsluitend voor inductietoestellen).
Verwerking van de verpakking
De verpakking kan volledig gerecycled worden, zoals wordt aangegeven door het symbool ( ). De verschillende onderdelen van de verpakking mogen niet
terechtkomen in het milieu, maar moeten als afval verwerkt worden volgens de plaatselijke voorschriften.
Verwerking van het apparaat
Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparatuur (AEEA).
Door ervoor te zorgen dat dit product op de juiste wijze als afval wordt verwerkt, helpt u mogelijke schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te
voorkomen.
Het symbool op het product of op de begeleidende documentatie bij het product geeft aan dat dit apparaat niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden,
maar naar een speciaal verzamelpunt voor recycling van elektrische en elektronische apparaten moet worden gebracht.
Energiebesparing
Om de beste resultaten te verkrijgen adviseren wij het volgende:
Gebruik potten en pannen met een doorsnede die gelijk is aan die van de kookzone.
Gebruik alleen pannen met een platte bodem.
Houd tijdens het koken zo veel mogelijk de deksel op de pan.
Met een snelkookpan kunt u nog meer tijd en energie besparen.
Zet de pan altijd in het midden van de op de kookplaat getekende kookzone.
- Dit apparaat, bedoeld om in contact te komen met levensmiddelen, voldoet aan het reglement ( ) n.1935/2004 en is ontworpen, gefabriceerd en op de markt
gebracht in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften van de “Laagspanningsrichtlijn“ 2006/95/EG (die de richtlijn 73/23/EG en latere amendementen
vervangt), beveiligingsvereisten van de Richtlijn “Elektromagnetische compatibiliteit“ 2004/108/EG.
Om te controleren of de pan geschikt is voor de kookplaat kunt u een magneet gebruiken: pannen die niet worden aangetrokken door de magneet, zijn niet geschikt.
- Controleer of de bodem van de pannen niet ruw is en zo krassen in het oppervlak van de kookplaat zou kunnen maken. Controleer het keukengerei.
- Zet nooit warme pannen en koekenpannen op het bedieningspaneel van de plaat. Dit zou hierdoor schade kunnen oplopen.
MILIEUTIPS
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
VOORDAT U DE KOOKPLAAT IN GEBRUIK NEEMT
BELANGRIJK: als de pannen niet de vereiste afmetingen hebben, zullen de kookzones niet werken. Gebruik alleen pannen met het symbool
“INDUCTION SYSTEM“ (afbeelding hiernaast). Voordat u de kookplaat inschakelt, eerst de pan op de gewenste kookzone zetten.
REEDS AANWEZIGE PANNEN
NEEOK
NL29
Controleer na het uitpakken van het apparaat of het tijdens het transport geen beschadigingen heeft opgelopen en neem, in geval van problemen, contact op met de
leverancier of de Klantenservice.
VOORBEREIDING VAN HET MEUBEL VOOR INBOUW
AANBEVOLEN DIAMETER PANBODEM
INSTALLATIE
WAARSCHUWING
- Het onderste gedeelte van het apparaat mag na installatie niet toegankelijk zijn.
- Als er onder de kookplaat een oven geïnstalleerd wordt, geen scheidingspaneel monteren.
Voor een correcte werking van het apparaat mag de minimaal vereiste opening tussen werkblad en bovenkant van het meubel (min. 5 mm) nooit afgedekt worden.
Als er een oven onder de kookplaat geïnstalleerd wordt, controleer dan of de oven voorzien is van een koelsysteem.
Gebruik, om de kookplaat uit het werkblad te verwijderen, een schroevendraaier (niet bijgeleverd) om de veren aan de onderkant van het apparaat te ontgrendelen.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
WAARSCHUWING
- Koppel het apparaat los van het elektriciteitsnet.
- Het apparaat moet geïnstalleerd worden door een gekwalificeerd technicus die volledig op de
hoogte is van de geldende veiligheids- en installatievoorschriften.
- De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor letsel bij personen of dieren of schade aan voorwerpen die het gevolg is van het niet
naleven van de voorschriften uit dit hoofdstuk.
- Verzeker u ervan dat de spanning die vermeld is op het typeplaatje op de bodem van het apparaat overeenkomt met de netspanning in de woning waar
het apparaat geïnstalleerd zal worden.
Ø
28 cm
XL
Ø
17 cm 28 cm
Ø
21 cm
L
Ø
15 cm 21 cm
Ø
18 cm
M
Ø
14,5 cm
16 cm
S
Ø
12 cm 18 cm
Ø
10 cm 14,5 cm
16 cm
Ø
12 cm
Flexi cook
(Flexicook)
39 cm
23 cm
Max. Min.
NL30
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Belangrijk!
De elektrische aansluiting van de kookplaat moet tot stand gebracht worden
voordat u de oven aansluit op het elektriciteitsnet.
De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht.
Zie voor de elektrische aansluiting uitsluitend de instructies in de volgende
paragraaf; kijk niet naar de aansluitingen die op de onderkant van de
kookplaat staan vermeld.
De kabel (inbegrepen) op het thermische blok aansluiten
1. Draai de schroeven van het klemmenblok los en verwijder de tijdelijke
verbindingsdraden.
2. Sluit de draden op het klemmenblok aan zoals aangegeven in onderstaand
aansluitschema.
3. Bevestig het snoer met de kabelklem in overeenstemming met de zwarte
beschermende huls.
4. Verwijder het deksel van het klemmenblok (A) door de schroef los te draaien
en steek het deksel in het scharnier (B) van het klemmenblok. Sluit het
deksel (C) en schroef het vast op het klemmenblok.
Aansluiting van de oven
WAARSCHUWING
Sluit de oven niet op de netvoeding aan voordat u klaar bent
met het aansluiten van de kookplaat.
Controleer voordat u de oven op de netvoeding aansluit of het model van de
kookplaat vermeld staat op het bijgeleverde combinatieschema kookplaat/
oven.
Sluit de connectors van de kookplaat (E) aan op de connectors van de oven (D),
waarbij de kleuren en de uitlijning van de geleiders van de behuizing, die
zichtbaar zijn bovenop de connectors, met elkaar overeen moeten komen.
Breng de verbinding tot stand door de connectors helemaal naar binnen
duwen, ervoor zorgend dat het lipje op zijn plaats klikt.
Draai de moer van de aardschroef (K) op de bovenste behuizing van de
oven los en steek de geen/groene aardkabel erin, terwijl u de sluitring op zijn
plaats laat. Draai de moer weer op de schroef en draai hem zo ver mogelijk
vast.
Dek de aangesloten kabels (H) af met het metalen deksel (F). Let erop dat de
kabels niet klem komen te zitten onder het deksel.
Draai de twee schroeven (G) vast om het bij de oven geleverde metalen deksel
vast te zetten.
Legenda:
- R = bruin
- S = bruin
- E = geel/groen
- N = blauw
- N = blauw
NL31
BESCHRIJVING BEDIENINGSPANEEL - OVEN
4. BEDIENKNOP VOOR KOOKZONE LINKSVOOR 0 1 2…9 -FLEXI- op FLEXI geen functie
5. BEDIENKNOP VOOR KOOKZONE LINKSACHTER 0 1 2…9 -FLEXI- op FLEXI geen functie
6. BEDIENINGSKNOP KOOKZONE RECHTSACHTER 0 1 2…9 -FLEXI- op FLEXI geen functie
7. BEDIENKNOP VOOR KOOKZONE RECHTSVOOR 0 1 2…9 -FLEXI- op FLEXI selecteer FLEXI-functie
8. CONTROLELAMPJE VAN DE KOOKPLAAT
BESCHRIJVING BEDIENINGSPANEEL - KOOKPLAAT
Bij het voor de eerste keer inschakelen moeten alle ovenknoppen 4, 5, 6 en 7 in de “0” stand staan.
Inschakeling / uitschakeling kookplaat
Kookzone wordt ingeschakeld door een van de knoppen op de oven te roteren (4, 5, 6 of 7).
Roteer de knoppen op de oven (4, 5, 6 of 7) in de “0” stand om uit te schakelen.
Wanneer de kookplaat eerder gebruikt werd, blijft de restwarmte-indicator “H” actief tot de kookzones zijn afgekoeld.
Inschakeling en instelling kookzones
Wanneer u aan een knop draait (4, 5, 6 of 7), wordt de overeenkomstige zone ingeschakeld met het vermogensniveau overeenkomstig met de knoppositie.
De display toont het niveau volgens de knoppositie en de weergegeven waarden worden bijgewerkt volgens de knoprotatie.
GEBRUIKSAANWIJZING
4 6 7 85 1 23
DISPLAY
DISPLAY
Vermogensniveaus FLEXI-functie
Positie kookzone
Indicatielampje
werking kookplaat
Niveauselector
FLEXI
NL32
Plaats de pot op de kookzone, schakel de kookplaat in, activeer de desbetreffende zone door aan de knoppen te draaien op de oven 4, 5, 6 of 7.
Het is mogelijk om het vereiste vermogensniveau te selecteren, van min. 0 tot max 9 door de knoppen op de oven te roteren 4, 5, 6 of 7.
Deactiveren van kookzones
Om de kookzone uit te schakelen draait u de overeenkomstige knop op de oven in de “0” stand.
De kookzone wordt uitgeschakeld en, als het gebied warm is, verschijnt de letter “H” in de cirkel.
Vergrendeling bedieningspaneel (alleen met alle knoppen op de oven in de stand “0”)
Deze functie blokkeert het bedieningspaneel om te voorkomen dat de kookplaat per ongeluk wordt ingeschakeld. Om de blokkering van het bedieningspaneel te activeren,
schakelt u de kookplaat in de “0” stand en houdt u de Blokkeerfunctie (toets 6) gedurende drie seconden ingedrukt. Een geluidssignaal en een lampje boven het slotsymbool geven
aan dat de functie geactiveerd is.
Om de blokkering van de bedieningen te deactiveren, herhaalt u de activeringsprocedure. Het lichtpuntje gaat uit en de kookplaat is weer actief.
De aanwezigheid van water dat gebruikt is om de plaat schoon te maken, vloeistof die overgekookt is uit de pannen of voorwerpen die op de toets onder het symbool
worden gezet, kunnen ertoe leiden dat de toetsenblokkering onbedoeld geactiveerd of gedeactiveerd wordt.
Minutenteller (toets 5) De functie schakelt de zone niet uit
De minuut kookwekker kan gebruikt worden om de tijd in te stellen voor maximaal 99 minuten (1 hour en 39 minuten).
Druk op de minuut kookwekker en er klinkt een piepsignaal. Op het display wordt “00” weergegeven. De minuut kookwekker kan verhoogd of verlaagd
worden door de knoppen “+” en “-” ingedrukt te houden. Als de ingestelde tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal Om de minuut kookwekker te
deactiveren, houdt u de Timer-knop gedurende minstens 3 seconden ingedrukt.
Restwarmte-indicator
De kookplaat heeft voor iedere kookzone een restwarmte-indicator. Deze indicator signaleert welke kookzones nog warm zijn.
Als op het display wordt weergegeven, is de kookzone nog warm Als deze signalering voor de zone wordt gegeven is het bijvoorbeeld mogelijk een gerecht
warm te houden of boter te laten smelten
Wanneer de kookzone afkoelt, gaat het display uit.
Indicator “verkeerde pan of geen pan”.
Als de pan niet geschikt is voor uw inductiekookplaat, verkeerd geplaatst is of niet de juiste afmeting heeft, verschijnt de indicatie “geen pan” op het
display (afbeelding hiernaast). Als er binnen 60 seconden geen pan gedetecteerd wordt, gaat de kookplaat uit.
Snelkookfunctie (Booster)
Deze functie, die alleen op sommige kookzones aanwezig is, maakt het mogelijk om gebruik te maken van het maximale vermogen (bijvoorbeeld om zeer snel water
aan de kook te brengen). Druk op de gewenste boostknop om de functie in te schakelen, “P” wordt op het display weergegeven. Na 10 minuten gebruik te hebben
gemaakt van de boostfunctie, schakelt het apparaat automatisch naar het zoneniveau dat met de ovenknop is ingesteld.
Flexicook
Met behulp van deze functie (indien aanwezig) kan de kookzone als twee afzonderlijke zones of als een enkele extra grote zone worden gebruikt. Dit is ideaal voor het
gebruik van ovale, rechthoekige en vergrote pannen (met een bodem van maximaal 39x23 cm) of meer dan één standaard pan tegelijkertijd. Om de flexicook functie
te activeren, roteert u de knop op de oven (7) in flexi-functie . Het rechterdisplay toont F. Roteer de knoppen op de oven (6) van 0 1 2…9. De twee displays
tonen het vermogensniveau dat geselecteerd werd met de knop (6). Om het vermogensniveau te wijzigen (van 1 tot max. 9) roteert u de knop op de oven (6). Om de
Flexi-cook-functie te deactiveren, roteert u de knop op de oven (7) in 1 2 …9 functie.
Wanneer er op een zone geen pan wordt geregistreerd (omdat de pan ontbreekt, verkeerd geplaatst is of niet voor inductiekookplaten geschikt is), verschijnt op
het display van de betreffende zone de indicatie “geen pan” . Deze indicatie blijft 60 seconden actief: in die tijd kunt u naar wens pannen aan het Flexicook-gebied
toevoegen of hierbinnen verschuiven.
Als er na 60 seconden geen pan op de zone geplaatst is, stopt het systeem met “zoeken” naar pannen op de betreffende zone; het symbool blijft op het display
zichtbaar als herinnering aan het feit dat de zone uitgeschakeld is.
Om de Flexicook functie te heractiveren, roteert u de knop op de oven (7) in flexi-functie .
Display stroomindicator
Positie kookzone
Knop spanningsverhoger
i
NL33
De Flexicook-functie kan ook registeren wanneer er een pan in het Flexicook-gebied van de ene naar de andere zone verplaatst wordt en houdt in dat geval hetzelfde
vermogensniveau aan als dat van de zone waarop de pan oorspronkelijk stond (zie het voorbeeld in de onderstaande afbeelding: als de pan van de voorste
verwarmingszone naar de achterste verwarmingszone wordt verplaatst, wordt het vermogensniveau weergegeven op het display van de zone waar de pan op staat).
Belangrijk: zet de pannen altijd zodanig in het midden van de kookzone, dat het midden van de enkele kookzone is afgedekt.
Zorg bij grote, ovale, rechthoekige en lange pannen ervoor dat de pannen in het midden van de kookzone worden geplaatst.
Voorbeelden van correcte en incorrecte plaatsing van pannen:
BELANGRIJK: gebruik geen schuursponsjes of metalen sponsjes. Daardoor kan het glas, in de loop van de tijd, beschadigd raken.
Na elk gebruik de kookplaat af laten koelen en schoonmaken om aangekoekt vuil en vlekken van gemorst voedsel te te verwijderen.
Suiker of suikerhoudende levensmiddelen beschadigen het glaskeramische oppervlak en moeten onmiddellijk worden verwijderd.
Zout, suiker en zand kunnen krassen maken in het glazen oppervlak.
Gebruik een zachte doek, absorberend keukenpapier of specifieke producten voor het reinigen van de kookplaat (houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant).
Lees en volg de instructies op uit de paragraaf “Gebruiksaanwijzing”.
Controleer of er geen stroomuitval is.
Maak het oppervlak van de kookplaat na het schoonmaken goed droog.
Als bij de inschakeling van de kookplaat op het display alfanumerieke codes worden weergegeven, dient u volgens onderstaande tabel te handelen.
Als u er niet in slaagt de kookplaat na gebruik uit te schakelen, de stekker uit het stopcontact trekken.
REINIGING
WAARSCHUWING
- Gebruik nooit een stoomreiniger.
- Controleer voordat u gaat schoonmaken of de kookzones uitgeschakeld zijn en dat de restwarmte-
indicator (“H”) niet wordt weergegeven.
OPSPOREN VAN STORINGEN
FOUTCODE BESCHRIJVING MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
C81, C82
Het bedieningspaneel wordt
uitgeschakeld door te hoge
temperaturen.
De interne temperatuur van de
elektronische onderdelen is te hoog.
Wacht tot de kookplaat is
afgekoeld voordat u hem weer
gebruikt.
F42 of F43 Het aansluitvoltage is niet goed.
De sensor detecteert een verschil
tussen het voltage van het apparaat en
het voltage van de netvoeding.
Koppel de kookplaat los van het
elektriciteitsnet en controleer de
aansluiting.
F12, F21, F25, F36, F37, F40, F47, F56, F58, F60 Bel de Klantenservice en geef de foutcode door.
i
NL34
Inductiekookplaten kunnen gepiep of gekraak veroorzaken tijdens de normale werking, deze geluiden zijn afkomstig van de pannen zelf en zijn te wijten aan
eigenschappen van de bodem (bijvoorbeeld verschillende materiaallagen waaruit deze is opgebouwd, bodem niet vlak). Deze geluiden variëren naar gelang de
gebruikte pan en de hoeveelheid voedsel die erin zit maar duiden niet op een storing.
Bovendien is de inductiekookplaat voorzien van een intern koelsysteem om de elektronische onderdelen op een gecontroleerde temperatuur te houden, daarom kan
gedurende de werking maar ook enkele minuten na het uitschakelen van de kookplaat het geluid van de ventilator gehoord worden. Dit is volstrekt normaal en
noodzakelijk voor de goede werking van het apparaat.
Voordat u contact opneemt met de Klantenservice
1. Controleer of het mogelijk is het probleem zelf op te lossen aan de hand van punten die beschreven worden in “Het opsporen van storingen“.
2. Schakel de kookplaat uit en weer aan, om te controleren of het probleem verdwenen is.
Als na het uitvoeren van deze controles de storing nog steeds aanwezig is, contact opnemen met de dichtstbijzijnde Klantenservice.
Vermeld altijd:
de aard van de storing;
het type en het exacte model van de kookplaat;
het servicenummer (dat is het nummer achter het woord Service op het typeplaatje), dat aan de onderkant van het apparaat zit (op de metalen plaat). Het
servicenummer staat ook in het garantieboekje;
•uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Wanneer er een reparatie nodig is, neem dan contact op met een officieel klantenservicecentrum (om te garanderen dat er originele reserveonderdelen worden
gebruikt en de reparatie correct wordt uitgevoerd). De reserveonderdelen blijven nog 10 jaar lang verkrijgbaar.
GELUIDEN AFKOMSTIG VAN DE KOOKPLAAT
KLANTENSERVICE
VERMOGENSTABELLEN
Vermogensniveau Soort bereiding Gebruik van het niveau
(de indicatie hangt af van de ervaring en de bereidingsgewoonten)
Max. vermogen
8-9 Bakken - koken
Ideaal om aan te braden, een bereiding te starten, diepvriespoducten te bakken, water snel aan de
kook te brengen
Hoog vermogen
7-8
Aanbraden - fruiten - koken -
grillen
Ideaal om te fruiten, vocht aan de kook te houden, koken en grillen (gedurende korte tijd,
5-10 minuten).
6-7
Aanbraden - koken - laten
sudderen - fruiten - grillen
Ideaal om te fruiten, vocht zachtjes aan de kook te houden, koken en grillen (gedurende gemiddelde
tijd, 10-20 minuten), accessoires voorwarmen.
Gemiddeld
vermogen
4-5
Koken - laten sudderen -
fruiten - grillen
Ideaal om te laden sudderen, vocht heel zachtjes aan de kook te houden, koken (gedurende lange tijd).
Deeg smeuïg maken
3-4
Koken - laten pruttelen -
inkoken - smeuïg maken
Ideaal voor langere bereidingen (rijst, sauzen, braadstukken, vis) met bijbehorend vocht (bijv. water,
wijn, bouillon, melk), deeg smeuïg maken
2-3
Ideaal voor langere bereidingen (hoeveelheden kleiner dan een liter: rijst, sauzen, braadstukken, vis) in
bijbehorend vocht (bijv. water, wijn, bouillon, melk).
Laag vermogen
1-2
Smelten - ontdooien -
warmhouden - smeuïg
maken
Ideaal om boter zacht te maken, voorzichtig chocolade te smelten, producten van kleine afmetingen te
ontdooien en net bereide gerechten warm te houden (bv. sauzen, soepen, minestrone)
1
Ideaal voor het warmhouden van net bereide gerechten, het smeuïg maken van risotto’s en het
warmhouden van dekschalen (met accessoires die geschikt zijn voor inductie)
OFF
Vermogen
nul
Steunoppervlak
Kookplaat in stand-by of uitgeschakeld (mogelijke aanwezigheid van restwarmte na afloop van de
bereiding, aangegeven door H)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8

Whirlpool CHI 6640F IN Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor