106
Gebruiksaanwijzing WMFCooler
Veiligheid
6.3 Richtlijnen
Het apparaat voldoet aan de eisen van de
Europese Kunststoffenrichtlijn 2002 / 72 / EG
en de Europese Verordening (EG)
nr.1935 / 2004 in de huidig geldende versie.
Bij gebruik conform het gebruiksdoel
vormt het apparaat geen gevaar voor
de gezondheid of ander onverantwoord
gevaar.
De toegepaste materialen en grond-
stoffen voldoen aan de Europese
Kunststoffenrichtlijn 2002 / 72 / EG.
Het apparaat voldoet aan de eisen
van alle relevante bepalingen van
de Machinerichtlijn 2006 / 42 / EG,
de EMC-richtlijn 2004 / 108 / EG, de
RoHS-richtlijn 2002 / 95 / EG en de
WEEE-richtlijn 2002 / 96 / EG.
De conformiteitsverklaring wordt met
het apparaat meegeleverd. Het apparaat
is voorzien van CE-markering. Bij niet
met WMF afgestemde wijzigingen aan
het apparaat verliest deze verklaring haar
geldigheid.
Voor landen buiten de EU gelden de
betreffende nationale voorschriften.
Het apparaat valt onder de de Regeling
beheer elektrische en elektronische
apparatuur (de Europese richtlijn WEEE)
en mag niet bij het huisafval worden
gedeponeerd.
Neem contact op met de
WMFservice voor deponering.
6.4 Plichten van de exploitant
De gebruiker van dergelijke apparaten
moet zorgen voor regelmatig service
onderhoud door servicemonteurs van
WMF, haar vertegenwoordigers of andere
geautoriseerde personen en zorgen voor
controle van de veiligheidsvoorzieningen.
Toegang tot het servicegedeelte is
uitsluitend toegestaan voor personen die
voldoende kennis en praktische ervaring
hebben met het apparaat, in het bijzonder
wat betreft veiligheid en hygiëne.
De koffiemachine moet door de gebruiker
zo worden geplaatst dat onderhoud
ongehinderd kan plaatsvinden.
Bij gebruik als kantoor- / verdiepingsma-
chine of soortgelijke zelfbedieningstoepas-
singen moet personeel, dat is geïnstrueerd
in de bediening van de machine, toezicht
houden. Het opgeleide personeel moet
ervoor zorgen dat de reinigingswerkzaam-
heden worden uitgevoerd en vragen van
gebruikers beantwoorden.
De gebruiker dient ervoor te zorgen dat de
elektrische toestellen en de bedrijfsmid-
delen zich in een ordelijke staat bevinden
(b.v. volgens duitse BGVA3 en lokale
voorschriften). Om de bedrijfszekerheid
van het apparaat te kunnen garanderen,
moet dit regelmatig worden gecontroleerd.
Deze maatregelen worden in het kader van
het onderhoud van de koffiemachine die
in combinatie met het bijzettoestel wordt
gebruikt, uitgevoerd door de WMFservice
of door het door WMF geautoriseerde
servicepersoneel.
De voorschriften van de fabrikant m.b.t.
onderhoudscycli en -frequentie moeten in
acht worden genomen.