9 / 16
Als het radiosignaal correct wordt ontvangen, worden de datum en tijd automatisch ingesteld en wordt
het ontvangstsymbool weergegeven.
Als er geen radiosignaal wordt ontvangen, gaat u als volgt te werk:
1. Druk gedurende ca. 2 seconden op de OMLAAG-knop om de ontvangst van het radiosignaal op-
nieuw te starten.
2. Als er nog steeds geen radiosignaal wordt ontvangen, moet de tijd handmatig worden ingesteld.
10 Handmatige tijdinstelling
1. In de normale weergavemodus drukt u ongeveer 3 seconden op de MODE-knop om naar de tijdin-
stelmodus te activeren.
2. De in te stellen cijfers knipperen.
3. Druk op de UP-knop of DOWN-knop om de waarde te wijzigen.
4. Druk op de MODE-knop om de instelling te bevestigen en naar de volgende instelling over te
schakelen.
5. Volgorde van de instellingen: Tijdzone > Uren > Minuten > Jaar > Jaar > Maand > Dag > Taal
6. Druk tenslotte op de SET-knop om de instellingen op te slaan en de instelmodus te verlaten.
11 Weergave wijzigen
In de normale weergavemodus, druk op de OMLAAG/RCC-knop om de tijdweergave om te schakelen
tussen 12-uurs- of 24-uursmodus (AM/PM-tijdinformatie wordt overeenkomstig weergegeven of ver-
borgen)
In de normale weergavemodus drukt u op de knop OMHOOG/CF om bij weergave van de tempera-
tuureenheid tussen °C en °F te wisselen.
In de normale weergavemodus drukt u meerdere malen op de toets CH om de kanalen 1, 2, 3 of auto-
matisch afwisselend de ene na de andere kanaal weer te geven.
INSTRUCTIE!Voor de weergave van de waarden voor verschillende kanalen is de aansluiting van
meerdere geschikte draadloze sensoren nodig (niet inbegrepen).
In de normale weergavemodus, druk meerdere malen op de ALERT knop om de ingestelde tempera-
tuuralarmwaarden een voor een weer te geven.
12 Alarm instellen
1. Druk herhaaldelijk op de MODE-knop om de gewenste alarmfunctie te selecteren: AL1 of AL2. Het
display verandert op basis van de ingestelde alarmtijd.
2. Druk gedurende ongeveer 3 seconden op de MODE-knop om over te schakelen naar de instel-
lingsmodus voor de overeenkomstige alarmtijd.
3. De in te stellen waarde knippert.
4. Druk op de knop UP/CF of DOWN/RCC om de waarde te wijzigen.
5. Druk op de MODE-knop om de instelling te bevestigen en naar de volgende instelling over te
schakelen.
6. Volgorde van de instellingen: Uren > Minuten
7. Druk tenslotte op de SET-knop om de instellingen op te slaan en de instelmodus te verlaten.
8. In de normale weergavemodus drukt u op de MODE-knop om de gewenste alarmtijd weer te ge-
ven.
9. Om de wekker te activeren, drukt u op de ALARM-knop wanneer de wektijd is geselecteerd totdat
het overeenkomstige weksymbool (wekker) wordt weergegeven.
10. Om het alarm uit te schakelen, drukt u op de ALARM-knop wanneer de wektijd is geselecteerd tot-
dat het overeenkomstige weksymbool (wekker) niet langer wordt weergegeven.