90
NL
Voedseleigenschappen en
koken in de magnetron
Roeren
Roeren is een van de belangrijkste dingen bij het koken in de magnetron. Bij de conventionele
manier van koken dient roeren om het voedsel te mengen. Bij koken in de magnetron dient roeren
om de warmte te verspreiden. Roer altijd van buiten naar binnen omdat de buitenkant het eerste
warm wordt.
Omkeren
Grote, hoge stukken vlees en hele kip moeten gedraaid worden zodat het bovenste en onderste
deel gelijkmatig gaar wordt. Het is ook aan te bevelen om stukken kip of karbonaden te keren.
Dikkere porties buitenwaarts schikken
Aangezien microgolven naar de buitenste delen van het voedsel worden getrokken, is het aan te
bevelen om dikkere porties vlees, kip en vis aan de buitenzijde van de bakplaat te leggen. Op
deze manier zullen de dikste delen de meeste microgolfenergie opvangen en dus gelijkmatiger
gaar worden.
Afschermen
Aluminium folie (dat microgolven tegenhoudt) kan over de hoeken of randen van vierkante
voedselproducten worden gelegd,om te voorkomen dat deze stukken te gaar worden.
Gebruik nooit teveel folie en let erop dat de folie goed aansluit aan de schotel omdat het anders
vonken kan veroorzaken in de oven.
Hoger leggen
Dikke of voedselproducten met een dichte structuur kunnen hoger in de oven gelegd worden,
zodat de microgolven door de onderste delen en de kern van het product kunnen worden
geabsorbeerd.
Doorprikken
Voedsel dat is opgesloten in een schil of schaal kan gemakkelijk openbarsten. Prik het altijd van
tevoren met de vork hier en daar in zodat er geen druk kan worden opgebouwd. Dit geldt ook
voor eidooiers en eiwitten, mosselen, oesters en hele groente en vruchten.
Controleren of iets gaar is
Gerechten koken zo snel gaar in de magnetron dat regelmatig controleren noodzakelijk is.
Sommige gerechten kunnen in de oven blijven totdat ze volledig gaar zijn, maar de meeste
gerechten, inclusief vlees en gevogelte, kunnen het beste reeds uit de oven worden gehaald
wanneer ze nog net niet helemaal gaar zijn. Deze producten garen nog na wanneer ze uit de
oven gehaald zijn. De interne temperatuur zal nog met 3°C tot 8°C oplopen tijdens het nagaren.
Nagaren
U kunt gerechten nog gemakkelijk 3 tot 10 minuten laten staan nadat ze uit te oven gehaald zijn.
Dek het gerecht af tijdens het nagaren om het warm te houden en om te voorkomen dat het
uitdroogt, tenzij het juist een droge textuur moet hebben (bijv. cake en koekjes). Nagaren dient om
de bereiding te voltooien en het helpt ook om de smaken in elkaar te laten overgaan en te
ontwikkelen.
Het reinigen van de oven
1. Houd de oven van binnen schoon
Voedselspatten of geknoeid kookvocht gaat kleven aan de ovenwanden en tussen de
deuroppervlakken en deurafdichtingen. Reinig daarom de oven direct na gebruik.
Kruimels en achtergebleven voedselresten absorberen microgolfenergie en verlengen
zodoende de kooktijd van de gerechten. Gebruik een vochtige doek om de kruimels
te verwijderen die tussen de deur en het frame zijn terechtgekomen. Het is belangrijk
dat dit gebied goed schoon gehouden wordt, i.v.m. een goede deursluiting.
Verwijder vetspatten met een zeepproduct en een vochtige doek, wrijf en droog na.
Gebruik geen agressieve of schurende schoonmaakmiddelen. De glazen bakplaat
kan met de hand of in de vaatwasmachine worden gewassen.
2. Houd de oven van buiten schoon
Reinig de buitenzijde van de oven met een zeepproduct, dan met schoon water en
droog na met een zachte doek of keukenpapier. Om te voorkomen dat de
operationele delen binnen in de oven worden beschadigd, moet u er voor zorgen dat
het water niet door de ventilatieopeningen naar binnen kan sijpelen. Reinig het
bedieningspaneel met de deur open. Zo kan de oven niet per ongeluk opstarten.
Wrijf na met een vochtige doek en nadrogen. Druk op STOP/CLEAR na het reinigen.
3. Verwijder condensvocht binnen en buiten de oven met een zachte doek.
Condensvorming kan zich voordoen wanneer de ovendeur wordt geopend en er veel
vocht aanwezig is. Het betekent niet dat de oven slecht functioneert.
4. Houd de deur en de deurafdichting goed schoon. Gebruik alleen warm water met
een zeeproduct, Reinig nogmaals met schoon water en droog goed na.
GEBRUIK GEEN SCHUURMIDDELEN, ZOALS VLOEIBARE SCHUURMIDDELEN,
STAALWOL OF KUNSTSTOF SCHUURSPONSJES.
Metalen zijn gemakkelijker te onderhouden wanneer u ze regelmatig schoon maakt
met een vochtige doek.