Aeg-Electrolux L98699FL Handleiding

Type
Handleiding
L 98699 FL
WASAUTOMAAT GEBRUIKSAANWIJZING
KLANTENSERVICE
Wanneer u contact opneemt met de
klantenservice dient u de volgende
gegevens bij de hand te hebben. Deze
informatie treft u aan op het
typeplaatje.
Model
Productnummer
Serienummer
In deze gebruiksaanwijzing worden de
volgende symbolen gebruikt:
Waarschuwing - Belangrijke
veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden
INHOUD
4 VEILIGHEIDSINFORMATIE
6 MILIEUBESCHERMING
6 TECHNISCHE INFORMATIE
7 BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
7 ACCESSOIRES VAN HET APPARAAT
8 BEDIENINGSPANEEL
13 WASPROGRAMMA'S
17 VOOR HET EERSTE GEBRUIK
18 BEDIENING VAN HET APPARAAT
18 HET APPARAAT ACTIVEREN EN EEN PROGRAMMA
INSTELLEN
18 WASGOED IN DE MACHINE DOEN
19 GEBRUIK VAN WASMIDDELEN EN
NABEHANDELINGSMIDDELEN
21 WASPROGRAMMA STARTEN
22 AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA
23 NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
25 ONDERHOUD EN REINIGING
30 PROBLEMEN OPLOSSEN EN SERVICE
34 MONTAGE
2
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om
vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben.
Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt
profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al uw apparaten van AEG
mooi te houden en perfect te laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal
accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de hoge kwaliteitsnormen die u
verwacht, van speciaal kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot
waszakken…
Bezoek onze webshop op
www.aeg.com/shop
Ga naar onze website voor:
- Producten
- Brochures
- Gebruikershandleidingen
- Oplossen van problemen
- Service-informatie
www.aeg.com
NEDERLANDS 3
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding aandachtig door
voordat u het apparaat installeert of ge-
bruikt:
Voor uw eigen veiligheid en de vei-
ligheid van uw eigendommen
Voor het milieu
Voor de correcte werking van het ap-
paraat.
Bewaar deze instructies altijd bij het ap-
paraat, ook wanneer u het verplaatst of
aan een ander geeft.
De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor schade veroorzaakt door een fou-
tieve installatie.
VEILIGHEID VAN KINDEREN
EN KWETSBARE MENSEN
Mensen, met inbegrip van kinderen,
met beperkte lichamelijke, zintuiglij-
ke of verstandelijke vermogens of
gebrek aan ervaring en kennis, mo-
gen dit apparaat niet bedienen. Zij
moeten onder toezicht staan of in-
structies krijgen over het gebruik van
dit apparaat van iemand die verant-
woordelijk is voor hun veiligheid.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit
de buurt van kinderen. Gevaar voor
verstikking of letsel.
Houd alle reinigingsmiddelen uit de
buurt van kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de
buurt van het apparaat als de deur
open is.
Voordat u de deur van het apparaat
sluit, dient u te controleren dat er
geen kinderen of huisdieren in de
trommel zitten.
Als het apparaat is uitgerust met een
kinderbeveiliging, raden wij aan dit
te activeren.
KINDERBEVEILIGING
Als u deze beveiliging activeert, kunt
u de deur niet sluiten. Dit voorkomt
dat u kinderen of huisdieren in de
trommel opsluit. Voor het inschake-
len van de kinderbeveiliging ver-
plaatst u het draaigedeelte met een
muntstuk rechtsom totdat de groef
horizontaal staat. Voor het uitschake-
len van de kinderbeveiliging ver-
plaatst u het draaigedeelte met een
muntstuk linksom totdat de groef
weer verticaal staat.
ALGEMENE VEILIGHEID
Gebruik het apparaat niet voor pro-
fessioneel gebruik. Dit apparaat is
uitsluitend bestemd voor huishoude-
lijk gebruik.
De specificaties van het apparaat
mogen niet worden veranderd. Risico
op letsel en beschadiging van het
apparaat.
Plaats geen ontvlambare producten
of items die vochtig zijn door ont-
vlambare producten in, bij of op het
apparaat. Brand- of explosiegevaar.
Volg de veiligheidsinstructies van de
verpakking van het wasmiddel om
brandwonden aan ogen, mond en
keel te voorkomen.
Zorg dat u alle metalen onderdelen
uit het wasgoed verwijdert. Hard en
scherp materiaal kan het apparaat
beschadigen.
Raak het glas van de deur niet aan als
een programma in gebruik is. Het
glas kan heet worden (alleen bij ma-
chines met laaddeur vooraan).
ONDERHOUD EN REINIGING
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact.
Gebruik het apparaat niet zonder fil-
ters. Zorg dat de filters op de juiste
wijze worden geïnstalleerd. Een on-
4
juiste installatie leidt tot waterlekka-
ge.
BINNENLAMP
Dit apparaat is voorzien van een bin-
nenlamp die aan- en uitgaat met het
openen en sluiten van de deur.
WAARSCHUWING!
Kijk niet rechtstreeks in het licht
van de lamp.
Neem contact op met de klan-
tenservice om de binnenlamp te
vervangen.
Trek de stekker uit het stopcon-
tact voordat u de binnenlamp
vervangt.
MONTAGE
Het apparaat is zwaar, wees voorzich-
tig bij het verplaatsen van het appa-
raat.
Vervoer uw apparaat niet zonder
transportbouten, u kunt anders de in-
terne componenten beschadigen en
lekkages en defecten veroorzaken.
Installeer en sluit geen beschadigd
apparaat aan.
Zorg dat u alle verpakkingsmateria-
len en transportbouten verwijdert.
Zorg er tijdens de installatie voor dat
de stekker uit het stopcontact is ge-
haald.
Alleen een erkende persoon mag de
elektrische installatie, het loodgie-
terswerk en de installatie van het ap-
paraat uitvoeren. Dit om het risico op
structurele schade of lichamelijk let-
sel te voorkomen.
Installeer of gebruik het apparaat
niet op een plek waar de tempera-
tuur onder de 0 °C komt.
Als u het apparaat installeert op
vloerbedekking, dient u ervoor te
zorgen dat er luchtcirculatie is tussen
het apparaat en de vloerbedekking.
Pas de stelvoeten aan om de nodige
ruimte tussen het apparaat en de
vloerbedekking te creëren.
Aansluiting aan de waterleiding
Sluit het apparaat niet aan met oude
slangen die al gebruikt zijn. Gebruik
alleen nieuwe slangen.
Zorg dat u de waterslangen niet be-
schadigt.
Sluit het apparaat niet op nieuwe lei-
dingen aan of op leidingen die lang
niet zijn gebruikt. Laat het water en-
kele minuten stromen en sluit dan de
toevoerslang pas aan.
Let er bij het eerste gebruik op dat
de watertoevoerslangen en de kop-
pelingen niet lek zijn.
Aansluiting op het
elektriciteitsnet
Zorg ervoor dat het apparaat is ge-
aard.
Controleer of de elektrische informa-
tie op het typeplaatje overeenkomt
met de stroomvoorziening.
Gebruik altijd een correct geïnstal-
leerd schokvrij stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengkabels. Er kan brand ontstaan.
Vervang of verander het netsnoer
niet zelf. Neem contact op met het
servicecentrum.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt.
Steek de stekker pas in het stopcon-
tact als de installatie is voltooid. Zorg
ervoor dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
Trek niet aan het snoer om het appa-
raat los te koppelen van de netvoe-
ding. Trek altijd aan de stekker.
HET APPARAAT AFVOEREN
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Snij het netsnoer van het apparaat
af en gooi dit weg.
3. Verwijder de deurvergrendeling. Dit
voorkomt dat u kinderen of huisdie-
ren in de trommel opsluit. Gevaar
voor verstikking (alleen bij machines
met laaddeur vooraan).
NEDERLANDS 5
MILIEUBESCHERMING
VERPAKKINGSMATERIALEN
Recycle de materialen met het symbool
.
Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
MILIEUTIPS
Gebruik minder water en energie om
het milieu te helpen, volg deze instruc-
ties:
Stel een programma in zonder de
voorwasfase om wasgoed dat nor-
maal vervuild is te wassen.
Start een wasprogramma altijd met
de maximum hoeveelheid wasgoed.
Gebruik indien nodig een vlekkenver-
wijderaar als u een programma met
een lage temperatuur instelt.
Controleer de waterhardheid om de
juiste hoeveelheid wasmiddel te ge-
bruiken.
Het symbool
op het product of op
de verpakking wijst erop dat dit
product niet als huishoudafval mag
worden behandeld, maar moet worden
afgegeven bij een verzamelpunt waar
elektrische en elektronische apparatuur
wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt
dat dit product op de juiste manier
wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke
negatieve gevolgen voor mens en
milieu die zich zouden kunnen
voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere
informatie over het recyclen van dit
product, kunt u contact opnemen met
de gemeente, de gemeentereiniging of
de winkel waar u het product hebt
gekocht.
TECHNISCHE INFORMATIE
Afmeting Breedte / hoogte / diepte 600 / 850 / 600 mm
Totale diepte 640 mm
Aansluiting op het elek-
triciteitsnet:
Spanning
Totale stroom
Zekering
Frequentie
230 V
2200 W
10 A
50 Hz
Waterdruk Minimaal 0,5 bar (0,05 MPa)
Maximaal 8 bar (0,8 MPa)
Watertoevoer
1)
Koud water
Maximale belading Katoen 9 kg
Centrifugesnelheid Maximaal 1600 toeren per minuut
1)
Sluit de slang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.
6
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1 2 3
9
10
6
5
7
8
4
11
12
13
1
Bovenblad
2
Wasmiddeldoseerlade
3
Bedieningspaneel
4
Handgreep
5
Binnenlamp
6
Typeplaatje
7
Afvoerpomp
8
Stelvoetjes
9
Afvoerslang
10
Wateraansluiting
11
Hoofdkabel
12
Transportbouten
13
Stelvoetjes
ACCESSOIRES VAN HET APPARAAT
1 2
45 3
1
Moersleutel
Om de transportbouten te verwijde-
ren.
2
Plastic dopjes
Voor het afdichten van de gaten aan
de achterzijde van het apparaat als
u de transportbouten hebt verwij-
derd.
3
Geluidsbarrière
Voor afname van het geluid als het
apparaat in werking is.
4
Plastic slanggeleider
Om een afvoerslang op de rand van
een gootsteen aan te sluiten.
5
Toevoerslang met geïntegreerd
beschermingssysteem tegen wa-
teroverlast
Om mogelijk lekken te voorkomen.
NEDERLANDS 7
BEDIENINGSPANEEL
Wol/Zijde
Katoen
Extra Stil
Synthetica
Strijkvrij
Fijne Was
Dekbed
Anti-Allergie
Centrifugeren/
Pompen
Spoelen
Outdoor
20 Min. - 3 kg
Super Eco
Eco
Opfrissen
Ontkreuk
Auto Off
Geheugen 1
Geheugen 2
Stoom
Start/Pauze
Start-
uitstel
Tijd
Besparen
Extra
Spoelen
Vlekken/
Voorw.
TPM
Temp.°C
Beladingssensor
1 2 3
4
5
6789101112
1
Auto Off-toets
2
Programmaschakelaar
3
Display
4
Stoom-aanraaktoets
5
Geheugen-aanraaktoetsen
6
Start/Pauze-aanraaktoets
7
Startuitstel-aanraaktoets
8
Tijd Besparen-aanraaktoets
9
Extra Spoelen-aanraaktoets
10
Vlekken/Voorwas/Inweken-aanraak-
toets
11
Kort centrifugeren-aanraaktoets
( TPM)
12
Temperatuuraanraaktoets (Temp.
ºC)
AANRAAKSCHERM
Draag geen handschoenen bij
het aanraken van de toetsen.
Zorg dat het aanraakscherm en
de toetsen altijd schoon en
droog zijn.
AUTO OFF TOETS
1
Druk op deze toets om het apparaat in
of uit te schakelen. Er klinkt een geluid
als het apparaat wordt ingeschakeld.
De AUTO OFF-functie schakelt het ap-
paraat automatisch uit om stroom te
besparen als:
U het apparaat voordat u op toets
6
drukt, vijf minuten niet hebt gebruikt.
Druk op de toets
1
om het appa-
raat weer in te schakelen.
Er 5 minuten zijn verlopen vanaf het
einde van het wasprogramma. Raad-
pleeg "Aan het einde van het pro-
gramma".
PROGRAMMASCHAKELAAR
2
Draai deze knop om een programma in
te stellen. Het bijbehorende program-
ma-indicatielampje gaat branden.
8
DISPLAY
3
ABCD
EFGH
IJ
A
De tekstbalk:
Begeleidt u bij de bediening van het apparaat.
Toont de programmastatus en -fase.
Toont alarmboodschappen. Raadpleeg 'Probleemoplossing'.
De symbolen verschijnen op de display als de bijbehorende fase of functie is in-
gesteld.
B
Kinderbeveiliging
C
Deur vergrendeld
U kunt de deur van het apparaat niet openen als het sym-
bool aan is.
U kunt de deur van het apparaat openen als het symbool
uit gaat.
Het symbool blijft aan, maar het programma is voltooid:
Er staat water in de trommel.
De functie '" Spoelstop " staat aan.
D
Het tijdstip van de dag
Als u het apparaat inschakelt, wordt het tijdstip van de dag enkele se-
conden op de display weergegeven. U kunt de klok aanpassen (zie
"Klok instellen").
De duur van het programma
Wanneer het wasprogramma start, neemt de programmatijd elke mi-
nuut af.
Symbool voor de programmaduur
Het symbool verschijnt wanneer de cijfers de duur van het
programma weergeven.
De eindtijd van het wasprogramma
NEDERLANDS 9
Symbool voor de eindtijd van het programma
Het symbool verschijnt wanneer de cijfers de eindtijd van
het programma weergeven.
De uitsteltijd
Bij het instellen van de uitgestelde start neemt de tijdsduur van het
programma tot 10 uur toe in stappen van 30 minuten en daarna tot
20 uur in stappen van een uur.
Einde van het programma
Op de display verschijnt een nul.
E
Dit deel verschijnt alleen als de deur open staat (zie "Wasgoed in de
machine doen").
De maximale lading van het programma
Het gewicht van het wasgoed
Het indicatiebalkje gaat branden in overeenstemming met
het gewicht van het wasgoed.
Het indicatiebalkje is vol als u de maximale lading in de ma-
chine hebt gedaan.
Instellen van een functie
Er verschijnt een leeg indicatiebalkje als de bijbehorende functie be-
schikbaar is voor het ingestelde programma. Als er geen indicatie-
balkje verschijnt, betekent dit dat de functie niet beschikbaar is.
Het functiesymbool gaat aan als de functie is ingesteld.
Het indicatiebalkje vult zich volgens de ingestelde functie.
Als u een verkeerde selectie maakt, verschijnt in de tekstbalk van de display
een melding dat de selectie niet mogelijk is.
F
Tijd Besparen
Het symbool gaat aan als u de volgende functies instelt:
Verkorte tijd
Extra kort
G
Extra spoelen
Het indicatiebalkje wordt gevuld in overeenstemming met
het aantal spoelgangen.
H
Vlekken
Voorwas
Inweken
Het indicatiebalkje wordt gevuld in overeenstemming met
de ingestelde functies.
10
I
De standaard centrifugesnelheid van het programma
_ _ _
Niet centrifugeren
1)
Spoelstop
1)
Alleen beschikbaar voor het programma Centrifugeren/Pompen .
J
De standaard temperatuur van het programma
Koud programma
STOOM TOETS
4
Aanraaktoets
4
om de hoeveelheid
stoom in te stellen. Dit is alleen moge-
lijk met programma's waarbij de stoom-
functie beschikbaar is. De duur van de
stoomfase verandert in overeenstem-
ming met uw selectie.
GEHEUGEN TOETSEN
5
Raak een van de toetsen
5
aan om
een programma in het geheugen te
zetten of om een programma in het ge-
heugen aan te zetten.
Een programma in het geheugen
zetten
1.
Druk op de toets
1
om het appa-
raat in te schakelen.
2.
Draai de programmaknop (
2
) naar
uw favoriete programma.
3. Stel zo nodig een of meer functies
in.
4.
Houd een van de toetsen
5
enkele
seconden ingedrukt. De zoemer
weerklinkt en de display geeft aan
dat het programma is opgeslagen. .
Een wasprogramma in het geheugen
aanzetten
1. Raak de geheugentoets aan waar-
onder u het gewenste programma
hebt opgeslagen.
2. Het programmalampje gaat bran-
den en alle informatie wordt in de
display weergegeven.
U kunt een geheugenprogram-
ma alleen annuleren door een
nieuw programma in het geheu-
gen te zetten.
START/PAUZE TOETS
6
Raak toets
6
aan om een programma
te starten of te onderbreken.
STARTUITSTEL TOETS
7
Raak toets
7
aan om de start van een
programma tussen 30 minuten en 20
uur uit te stellen.
TIJD BESPAREN TOETS
8
Raak toets
8
aan om de programma-
tijd te verlagen.
U hebt de volgende opties:
VERKORTE TIJD
Voor het wassen van dagelijks bevuilde
kleding.
EXTRA KORT
Voor het snel wassen van kleding die
bijna niet vuil is.
Sommige programma's accepteren al-
leen één van deze functies.
EXTRA SPOELEN TOETS
9
Raak toets
9
aan om spoelfases aan
een programma toe te voegen.
Gebruik deze functie voor personen die
allergisch zijn voor wasmiddelen en in
gebieden waar het water erg zacht is.
VLEKKEN/VOORWAS/
INWEKEN TOETS
10
Raak toets
10
aan voor het instellen
van een van de volgende functies:
NEDERLANDS 11
VLEKKEN
Gebruik deze functie voor wasgoed
met vlekken die moeilijk te verwijderen
zijn.
Als u deze functie instelt, doet u vlek-
kenverwijderaar in het vakje
.
Het programma duurt langer.
Deze functie is niet beschikbaar
bij een temperatuur lager dan
40°C.
VOORWAS
Gebruik deze functie bij zwaar bevuilde
kleding.
Het apparaat voegt een voorwas aan
de hoofdwas toe.
Het programma duurt langer.
INWEKEN
Gebruik deze functie bij zwaar bevuilde
kleding.
Voor het wassen weekt het apparaat
het wasgoed ongeveer een half uur op
30°C.
TOETS CENTRIFUGE
11
Raak toets
11
aan om:
De maximale snelheid van de centri-
fugefase van het programma te verla-
gen
De display toont alleen de cen-
trifugesnelheden die voor het
ingestelde programma beschik-
baar zijn.
De centrifugefase uit te schakelen
(functie " Niet centrifugeren ")
De functie " Spoelstop " in te scha-
kelen
Stel deze functie in om kreukvorming
in stoffen te voorkomen. Het appa-
raat pompt geen water weg als het
programma is voltooid.
TOETS TEMPERATUUR
12
Raak toets
12
aan om de standaard
temperatuur te wijzigen.
Symbool - - - en
= koud water
GELUIDSSIGNALENFUNCTIE
U hoort geluidssignalen als:
U het apparaat inschakelt
U het apparaat uitschakelt
U een toets aanraakt
Het programma is voltooid
Er een storing in het apparaat op-
treedt
Voor het uitschakelen/inschakelen van
de geluidssignalen raakt u gedurende 6
seconden tegelijkertijd toets
10
en
9
aan.
Als u de geluidssignalen uit-
schakelt, blijven ze alleen wer-
ken als u de toetsen aanraakt en
er een storing optreedt.
FUNCTIE KINDERSLOT
Deze functie voorkomt dat kinderen
met het bedieningspaneel spelen.
Raak om de functie te activeren, te-
gelijkertijd toets
12
en
11
aan totdat
de display het symbool
weer-
geeft.
Raak om de functie te deactiveren,
tegelijkertijd toets
12
en
11
aan tot-
dat het symbool
uitgaat.
Als u de functie activeert:
Voordat u toets
6
aanraakt, dan kan
het apparaat niet starten.
Nadat u toets
6
hebt aangeraakt,
dan worden alle toetsen en de pro-
grammaknop uitgeschakeld.
PERMANENTE EXTRA
SPOELFUNCTIE
Met deze functie kunt u de extra spoel-
functie permanent aan laten als u een
nieuw programma instelt.
Voor het inschakelen van de functie
raakt u tegelijkertijd toets
8
en
7
aan tot de display het symbool
weergeeft.
•Raak voor het uitschakelen van de
functie tegelijkertijd toets
8
en
7
aan tot het symbool uit gaat.
12
WASPROGRAMMA'S
Programma Temperatuur Type lading
Gewicht van la-
ding
Programma-
beschrijving
Functies
Katoen 95° - Koud Wit en bont ka-
toen, zwaar ver-
vuild.
Maximale lading
9 kg
Wassen
Spoelen
Lang centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
SPOELSTOP
VLEKKEN
1)
VOORWAS
2)
INWEKEN
EXTRA SPOE-
LEN
TIJD BESPA-
REN
3)
Extra Stil 95° - Koud Wit en bont ka-
toen, normaal
vervuild.
Maximale lading
9 kg
Wassen
Spoelen
Lang centrifu-
geren
Stop met wa-
ter in de
trommel
SPOELSTOP
VLEKKEN
1)
VOORWAS
2)
INWEKEN
EXTRA SPOE-
LEN
TIJD BESPA-
REN
3)
Synthetica 60° - Koud
Spoelen
Kort centrifu-
geren
Synthetische of
gemengde stof-
fen, normaal ver-
vuild.
Maximale lading
4 kg
Wassen
Spoelen
Kort centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
SPOELSTOP
VLEKKEN
1)
VOORWAS
2)
INWEKEN
EXTRA SPOE-
LEN
TIJD BESPA-
REN
3)
Strijkvrij 60° - Koud Synthetische
stoffen, normaal
vervuild. Het
voorkomt kreu-
kels in het was-
goed.
Maximale lading
4 kg
Wassen
Spoelen
Kort centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
SPOELSTOP
VOORWAS
2)
INWEKEN
EXTRA SPOE-
LEN
TIJD BESPA-
REN
3)
NEDERLANDS 13
Programma Temperatuur Type lading
Gewicht van la-
ding
Programma-
beschrijving
Functies
Fijne Was 40° - Koud
Spoelen
Kort centrifu-
geren
Delicate stoffen
zoals acryl, visco-
se, polyester
stoffen, normaal
vervuild.
Maximale lading
4 kg
Wassen
Spoelen
Kort centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
SPOELSTOP
VOORWAS
2)
VLEKKEN
1)
INWEKEN
EXTRA SPOE-
LEN
TIJD BESPA-
REN
3)
Wol / Zijde 40° - Koud
Spoelen
Kort centrifu-
geren
Wollen artikelen
voor in de machi-
ne en met de
hand te wassen
wollen artikelen
en fijne was
waarin het
«handwas»-sym-
bool staat.
Maximale lading
2 kg
Wassen
Spoelen
Kort centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
SPOELSTOP
Dekbed 60° - 30°
Spoelen
Kort centrifu-
geren
Speciaal pro-
gramma voor
één synthetische
deken, dekbed,
sprei enz.
Maximale lading
3 kg
Wassen
Spoelen
Kort centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
Anti-Allergie 60° Witte katoenen
kleding
4)
.
Maximale lading
9 kg
Wassen
Spoelen
Kort centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
SPOELSTOP
FLECKEN
VOORWAS
2)
INWEKEN
EXTRA SPOE-
LEN
Centrifuge-
ren / Pom-
pen
5)
Alle stoffen
De maximale la-
ding van was-
goed is afhanke-
lijk van het type
wasgoed.
Afvoer van
het water
Centrifugefa-
se op maxi-
male snelheid
KORT CEN-
TRIFUGEREN
NIET CENTRI-
FUGEREN
6)
14
Programma Temperatuur Type lading
Gewicht van la-
ding
Programma-
beschrijving
Functies
Spoelen Alle stoffen
Maximale lading
9 kg
Spoelen met
nabehande-
lingsmiddelen
Centrifugefa-
se
KORT CEN-
TRIFUGEREN
SPOELSTOP
EXTRA SPOE-
LEN
7)
Outdoor 40° - Koud Waterbestendi-
ge, sport- en bui-
tenkleding. Ge-
bruik geen was-
verzachter!
Maximale lading
2,5 kg
Wassen
Spoelen
Kort centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
SPOELSTOP
EXTRA SPOE-
LEN
20 min. - 3 kg 40° of 30° Snelle was voor
sportkleding, of
katoenen en syn-
thetische licht
vervuilde of
slechts eenmaal
gedragen kle-
ding.
Maximale lading
3 kg
Wassen
Spoelen
Kort centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
Super Eco Gemengde stof-
fen (katoen en
synthetische
weefsels)
8)
.
Maximale lading
3 kg
Wassen
Spoelen
Lang centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
SPOELSTOP
EXTRA SPOE-
LEN
Eco 60° of 40° Wit en bont ka-
toen, normaal
vervuild
9)
.
Maximale lading
9 kg
Wassen
Spoelen
Kort centrifu-
geren
KORT CEN-
TRIFUGEREN
SPOELSTOP
VLEKKEN
VOORWAS
2)
INWEKEN
EXTRA SPOE-
LEN
TIJD BESPA-
REN
3)
1)
Niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C.
2)
Als u vloeibare wasmiddelen gebruikt, is het niet mogelijk om VOORWAS te kiezen.
3)
Als u de toets
8
aanraakt om de functie Extra kort in te stellen, adviseren wij u de
hoeveelheid lading te verminderen. Het is mogelijk om de volledige lading te gebruiken,
maar de wasresultaten zullen minder goed zijn.
4)
Dit programma verwijdert de micro-organismes dankzij het wassen op 60°C en voegt een
extra spoelgang toe. Op die manier is de actie effectiever. Belangrijk!Doe een speciaal
nabehandelingsmiddel voor hygiëne in het vlekkenvakje en selecteer de optie
Vlekken.
NEDERLANDS 15
5)
De standaard centrifugesnelheid is voor katoenen kleding. Stel de centrifugesnelheid in die
op uw wasgoed van toepassing is.
6)
Als u deze functie selecteert, voert het apparaat alleen een afvoerfase uit.
7)
Druk op de toets om spoelgangen toe te voegen. Met een lage centrifugesnelheid voert
het apparaat delicate spoelgangen en een korte centrifuge uit.
8)
Gebruik een speciaal wasmiddel voor zeer lage temperatuur.
9)
Stel dit programma in voor een goed wasresultaat en om het stroomverbruik te verlagen.
De tijd van het wasprogramma wordt verlengd.
STOOMPROGRAMMA'S
Programma
1)
Type lading Lading
Stoom Opfrissen
2)
Deze cyclus verwijdert luchtjes
uit het wasgoed.
Stoom verwijdert geen
dierenluchtjes.
Katoen en synthetica.
Stel het stoomprogramma niet in voor
dit type kleding:
Kleding waar op het wasvoorschrift
niet staat of het geschikt is voor de
droger.
Kleding met veel ingewerkte stukjes
plastic, metaal, hout en dergelijke.
tot 1,5
kg
Stoom Ontkreuk
2)
Dit programma helpt bij het
verwijderen van geurtjes uit het
wasgoed.
tot 1,5
kg
Stoom kan worden gebruikt voor droge, gewassen of eenmaal gedragen
wasgoed. Deze programma's kunnen kreukels en luchtjes verminderen en
het wasgoed zachter maken.
Gebruik geen wasmiddel. Verwijder vlekken indien nodig door te wassen
of plaatselijke vlekverwijderaar te gebruiken.
Stoomprogramma's vormen geen hygiënische cyclus.
Raak toets
4
aan om de duur van de stoomfase te veranderen.
1)
Als u een stoomprogramma instelt met gedroogde was, zal de was aan het eind van de
cyclus vochtig aanvoelen. Het is beter om de kleren gedurende 10 minuten in de openlucht
te drogen om de vochtigheid te laten verdampen. Het wasgoed moet zo snel mogelijk uit
de trommel worden verwijderd. Na een stoomcyclus kunt u de kleding toch nog strijken,
maar dan uiteraard met veel minder moeite!
2)
Raadpleeg de display voor de programmatijd.
VERBRUIKSWAARDEN
Programma
1)
Energieverbruik (kWh)
2)
Waterverbruik (li-
ter)
2)
Witte katoen 95° C 2.50 73
Katoen 60 °C 1.60 69
Katoen 40 °C 1.00 69
Synthetische stoffen 40 °C 0.60 48
Fijne was 40 °C 0.70 58
Wol/Handwas 30 °C 0.35 57
Programma's voor energiebesparing
16
Programma
1)
Energieverbruik (kWh)
2)
Waterverbruik (li-
ter)
2)
Katoen 60 °C eco
3)
0.99 63
Katoen 40 °C eco
3)
0.80 63
Het katoen 60 °C eco en katoen 40 °C eco zijn de standaard programma's
voor katoen die normaal bevuild zijn. Deze programma's zijn geschikt om
normaal bevuild katoenen wasgoed te wassen en zijn de meest efficiënt-
ste programma's op het vlak van water- en energieverbruik om dit type
katoenen wasgoed te wassen. De werkelijke watertemperatuur kan ver-
schillen van de aangeduide cyclustemperatuur.
1)
Raadpleeg het display voor de programmatijd.
2)
De consumptiegegevens die in dit overzicht worden weergegeven, zijn indicatief. De
gegevens kunnen verschillen, afhankelijk van de hoeveelheid, het type wasgoed, de
temperatuur van de watertoevoer en de omgevingstemperatuur.
3)
Dit is het programma voor testinstituten. Het is overeenkomstig met EN60456.
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1. Giet 2 liter water in het vakje voor
het hoofdwasmiddel van de was-
middellade om het afvoersysteem
te activeren.
2. Giet een klein beetje wasmiddel in
het vakje van het hoofdwasmiddel
van de wasmiddellade. Stel het pro-
gramma voor katoen in op de hoog-
ste temperatuur zonder wasgoed en
start het programma. Dit verwijdert
al het mogelijke vuil uit de trommel
en de kuip.
TAAL INSTELLEN
De eerste keer dat u het apparaat in-
schakelt, geeft de display de stan-
daardtaal weer. U wordt gevraagd de
taal te bevestigen of te veranderen:
Draai aan de programmaknop om de
gewenste taal in te stellen.
Wanneer de display de benodigde
taal aangeeft, raakt u toets
6
aan
om de selectie te bevestigen.
De taal na de eerste activering
wijzigen
1.
Raak toets
11
en
10
enkele secon-
den tegelijkertijd aan.
2. Wanneer de display de ingestelde
taal aangeeft, draait u de program-
maknop naar de nieuwe taal.
3.
Raak toets
6
aan om de selectie te
bevestigen.
KLOK INSTELLEN
Na het instellen van de taal, wordt u op
de display gevraagd de klok in te stel-
len:
De uurcijfers knipperen.
Draai de programmaknop om het uur
te wijzigen.
Raak toets
6
aan om de selectie te
bevestigen.
De minuutcijfers knipperen.
Draai de programmaknop om de mi-
nuten te wijzigen.
Raak toets
6
aan om de selectie te
bevestigen.
Het tijdstip van de dag na
eerste activering wijzigen
1.
Raak toets
9
en
8
enkele secon-
den tegelijkertijd aan.
2. De uurcijfers knipperen.
3. Draai de programmaknop om het
uur te wijzigen.
NEDERLANDS 17
4.
Raak toets
6
aan om de selectie te
bevestigen.
5. De minuutcijfers knipperen.
6. Draai de programmaknop om de
minuten te wijzigen.
7.
Raak toets
6
aan om de selectie te
bevestigen.
BEDIENING VAN HET APPARAAT
1. Draai de waterkraan open. 2. Steek de stekker in het stopcontact.
HET APPARAAT ACTIVEREN EN EEN PROGRAMMA
INSTELLEN
Voor de correcte werking van de gewichtsensor, zet u het apparaat aan en
stelt u het programma in VOORDAT u het wasgoed in de trommel plaatst.
1.
Druk op toets
1
om het apparaat
in te schakelen.
2.
Draai de programmaknop (
2
) naar
het gewenste programma of raak
een van de toetsen
5
aan om een
geheugenprogramma in te stellen.
Het programmalampje gaat bran-
den.
3.
Het lampje van toets
6
knippert in
het rood.
4. Op de display verschijnt de stan-
daard temperatuur en centrifuge-
snelheid. Raak zo nodig toets
12
en
11
aan om de watertemperatuur en
centrifugesnelheid te veranderen.
5. Raak desgewenst andere toetsen
aan voor het toevoegen van functies
of een uitgestelde start. In de dis-
play wordt het symbool van de in-
gestelde functie weergegeven en
het cijfer (
D
) geeft aan hoelang
het programma is uitgesteld.
WASGOED IN DE MACHINE DOEN
1. Open de deur van het apparaat.
2. Op de display (E) ziet u de maxima-
le lading van het programma (MAX
) en het gewicht van het wasgoed
(KG). De tekstbalk op de display
geeft aan dat u het wasgoed kunt
toevoegen.
3. Plaats het wasgoed een voor een in
de trommel. Schud de items voor u
ze in de wasmachine plaatst.
4. Op de display wordt het gewicht
van het wasgoed in stappen van 0,5
kg bijgewerkt. Het gewicht is indica-
tief en verandert met het type was-
goed.
Als u meer wasgoed in de ma-
chine doet dan de maximale la-
ding, wordt dit op de display
gemeld.
U kunt uw wasgoed wel wassen,
maar verbruikt daarbij dan meer
energie en water.
Verwijder wat kleding om de
beste verbruiks- en waspresta-
ties te bereiken.
Het aangeven van overlading is
alleen beschikbaar bij program-
ma's met een maximale lading
die lager ligt dan de maximale
lading van de wasmachine.
5. Sluit de deur. De tekstbalk op de
display geeft het percentage te ge-
bruiken wasmiddel aan. Dit percen-
tage is indicatief en verwijst naar de
hoeveelheid wasmiddel voor een
18
maximale lading die door de fabri-
kant wordt aanbevolen.
Zorg dat er geen wasgoed uit de trom-
mel steekt als u de deur vergrendelt.
Dit heeft namelijk risico op waterlekka-
ge of beschadigd wasgoed tot gevolg.
GEBRUIK VAN WASMIDDELEN EN
NABEHANDELINGSMIDDELEN
Het wasmiddelvakje van de voorwasfase en het inweekprogram-
ma.
Voeg inweek- en voorwasmiddelen toe voordat u het programma
start.
Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase.
Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor het
starten van het programma te plaatsen.
Vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter,
stijfsel).
Plaats het product in het vakje voordat u het programma start.
Dit is het maximale niveau voor vloeibare nabehandelingsmidde-
len.
Het vakje voor de vlekverwijderaar.
Plaats het product in het vakje en stel de vlekfunctie in voordat u
het programma start.
Klepje voor poeder of vloeibaar wasmiddel.
Draai het klepje (omhoog of omlaag) in de juiste stand om poeder
of vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
NEDERLANDS 19
Volg altijd de instructies op de verpakking van de wasmiddelen.
De stand van de klep controleren
1. Trek de wasmiddeldoseerlade uit
tot deze stopt.
2. Druk de hendel in om de lade uit te
trekken.
3. Draai de klep omhoog om poeder-
wasmiddel te gebruiken.
4. Draai de klep omlaag om vloeibaar
wasmiddel te gebruiken.
Met de klep in de stand OM-
LAAG:
Gebruik geen gelatineachtige
of dikke vloeibare wasmidde-
len.
Giet niet meer vloeibaar was-
middel in het vakje dan de li-
miet op de klep.
Stel de voorwasfase niet in.
Stel de startuitstelfunctie niet
in.
5. Meet het wasmiddel en wasver-
zachter af.
6. Sluit de wasmiddeldoseerlade
voorzichtig. Zorg bij het sluiten van
de lade dat de klep geen blokke-
ring veroorzaakt.
START UITSTELLEN
1.
Raak toets
7
herhaaldelijk aan tot-
dat het gewenste startuitstel ver-
schijnt. De verwachte eindtijd van
het wasprogramma wordt op de
display weergegeven.
20
2.
Raak toets
6
aan. Het apparaat be-
gint het aftellen van de uitgestelde
start.
Als het aftelproces is voltooid,
wordt het wasprogramma automa-
tisch gestart.
Voordat u toets
6
aanraakt om
het apparaat te starten, kunt u
de instelling van de uitgestelde
start annuleren of wijzigen.
U kunt de uitgestelde start niet
instellen bij het Stoom-pro-
gramma.
WASPROGRAMMA STARTEN
1.
Raak toets
6
aan om het program-
ma te starten. Het lampje van toets
6
houdt op met knipperen en
brandt in het rood.
Als startuitstel is ingesteld, start het af-
telproces van de wasmachine.
De wasmachine past de cy-
clustijd automatisch aan op
het wasgoed dat u in de trom-
mel hebt gedaan, voor perfec-
te wasresultaten binnen een
minimaal benodigde tijd. Na
ongeveer 15 minuten vanaf de
start van het programma geeft
de display de nieuwe tijdwaar-
de weer.
PROGRAMMA ONDERBREKEN
1.
Raak toets
6
aan. Het indicatie-
lampje knippert.
2.
Raak toets
6
nogmaals aan. Het
wasprogramma gaat verder.
EEN PROGRAMMA
ANNULEREN
1.
Druk op toets
1
om het program-
ma te annuleren en om het appa-
raat uit te schakelen.
2.
Druk opnieuw op toets
1
om het
apparaat in te schakelen. U kunt nu
een nieuw wasprogramma kiezen.
Het apparaat pompt geen water
weg.
FUNCTIE WIJZIGEN
U kunt slechts enkele functies wijzigen
voordat ze gaan werken.
1.
Raak toets
6
aan. Het indicatie-
lampje knippert.
2. Wijzig de ingestelde functie.
3.
Raak toets
6
nogmaals aan. Het
wasprogramma gaat verder.
DEUR OPENEN
Als een programma of het startuitstel in
werking is, is de deur van de wasmachi-
ne vergrendeld.
De deur van het apparaat openen:
1.
Raak toets
6
aan. Het deurver-
grendelingssymbool in de display
gaat uit en er verschijnt een bericht
dat aangeeft dat de deur is ont-
grendeld.
2. Open de deur van het apparaat.
3. Sluit de deur van de wasmachine en
raak toets
6
aan. Het programma
of startuitstel gaat verder.
Als de temperatuur en het wa-
terpeil te hoog zijn, blijft het
deurvergrendelingssymbool
aan. U kunt de deur niet ope-
nen. Voer zo nodig de volgende
procedure uit om de deur te
kunnen openen:
1. Schakel het apparaat uit.
2. Wacht enkele minuten.
3. Zorg ervoor dat er zich geen
water in de trommel bevindt.
NEDERLANDS 21
Als u het apparaat uit zet, dient
u het programma opnieuw in te
stellen.
AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA
1. Het apparaat stopt automatisch.
2. Als het geluidssignaal actief is,
weerklinkt het signaal.
3.
In de display gaat
branden en er
verschijnt een bericht dat het pro-
gramma is voltooid.
4.
Het lampje van toets
6
gaat uit.
5. Het deurvergrendelingssymbool
gaat uit.
6.
Druk op toets
1
om het apparaat
uit te schakelen. Vijf minuten na het
einde van het programma, schakelt
de functie AUTO OFF automatisch
het apparaat uit.
Als u het apparaat weer acti-
veert, wordt het einde van het
als laatste ingestelde program-
ma in het display weergegeven.
Draai aan de programmaknop
om een nieuwe cyclus in te stel-
len.
7. Haal het wasgoed uit het apparaat.
Zorg ervoor dat de trommel leeg
is.
8. Laat de deur iets open staan om
de vorming van schimmel en on-
aangename luchtjes te voorkomen.
9. Draai de waterkraan dicht.
Het wasprogramma is voltooid, maar
er staat water in de trommel:
De trommel draait regelmatig om
kreukvorming van het wasgoed te
voorkomen.
De deur blijft vergrendeld.
U moet het water afvoeren om de
deur te kunnen openen.
Om het water weg te pompen:
1. De centrifugesnelheid zo nodig ver-
lagen.
2.
Raak toets
6
aan. Het apparaat
voert het water af en centrifugeert.
3. Als het programma is voltooid, gaat
het deurvergrendelingssymbool uit
en kunt u de deur openen
4.
Druk op toets
1
om het apparaat
uit te schakelen.
Na ongeveer 18 uur begint het
apparaat automatisch met het
afvoeren van water en centrifu-
geren.
22
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
WASGOED SORTEREN
Verdeel het wasgoed in: wit, bont,
synthetisch, fijne was en wol.
Volg de wasinstructies die u op de
waslabels van het wasgoed vindt.
Was witte en bonte artikelen niet sa-
men.
Sommige bonte weefsels kunnen uit-
lopen als zij de eerste keer worden
gewassen. We raden daarom aan om
dit soort kleding de eerste keer dan
ook apart te wassen.
Knoop kussenslopen dicht, sluit rit-
sen, haakjes en drukknopen. Maak
riemen vast.
Maak alle zakken leeg en vouw alle
artikelen open.
Draai meerlagige stoffen, wollen en
kleding met geverfde opdrukken bin-
nenstebuiten.
Verwijder hardnekkige vlekken.
Was delen met zware vervuiling met
een speciaal wasmiddel.
Wees voorzichtig met de gordijnen.
Verwijder de haken of stop de gordij-
nen in een zak of kussensloop.
Niet in de machine wassen:
Wasgoed zonder zomen of met
scheuren
Beugelbeha's.
Gebruik een waszakje om kleine
stuk wasgoed te wassen.
Een zeer kleine lading kan proble-
men veroorzaken bij de centrifugefa-
se. Als dit gebeurt, kunt u de artike-
len handmatig verdelen in de trom-
mel en de centrifugefase opnieuw
starten.
HARDNEKKIGE VLEKKEN
Voor sommige vlekken is water en was-
middel niet voldoende.
We raden u aan om deze vlekken te
verwijderen voordat u deze artikelen in
de machine stopt.
Er zijn speciale vlekverwijderaars ver-
krijgbaar. Gebruik een speciale vlekver-
wijderaar die geschikt is voor het type
vlek en stof.
WASMIDDELEN EN
NABEHANDELINGSMIDDELEN
Gebruik alleen wasmiddelen en na-
behandelingsproducten die bedoeld
zijn voor gebruik in een wasauto-
maat.
Vermeng geen verschillende soorten
wasmiddel met elkaar.
Gebruik niet meer dan de benodigde
hoeveelheid wasmiddel om het mili-
eu te beschermen.
Volg altijd de instructies die u vindt
op de verpakking van deze produc-
ten.
Gebruik de juiste producten voor het
type en de kleur stof, de programma-
temperatuur en de mate van vervui-
ling.
Stel geen voorwasfase in als u vloei-
bare wasmiddelen gebruikt.
Als uw machine geen wasmiddellade
heeft met klepje, voeg dan het vloei-
bare wasmiddel toe met een doseer-
bal.
WATERHARDHEID
Als de waterhardheid in uw gebied
hoog of gemiddeld is, raden we u het
gebruik van waterverzachter voor was-
automaten aan. In gebieden waar de
waterhardheid zacht is, is het gebruik
van een waterverzachter niet nodig.
Neem contact op met de plaatselijke
waterautoriteit voor de waterhardheid
in uw gebied.
Volg altijd de instructies die u vindt op
de verpakking van de producten.
Gelijkwaardige eenheden meten de
waterhardheid:
Duitse graden (°dH).
Franse graden (°TH)
mmol/l (millimol per liter - een inter-
nationale eenheid voor de hardheid
van water).
Clarke-graden.
NEDERLANDS 23
Waterhardheidstabel
Niveau Type
Waterhardheid
°dH °TH mmol/l Clarke
1 zacht 0-7 0-15 0-1.5 0-9
2 medium 8-14 16-25 1.6-2.5 10-16
3 hard 15-21 26-37 2.6-3.7 17-25
4 erg hard > 21 > 37 >3.7 >25
24
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact
voordat u het apparaat reinigt.
ONTKALKEN
Het water dat wij gebruiken, bevat kalk.
Als het nodig is dient u waterverzachter
te gebruiken om deze kalk te verwijde-
ren.
Gebruik een speciaal product voor was-
automaten. Volg altijd de instructies die
u vindt op de verpakking van de produ-
cent.
Doe dit apart van het wassen van was-
goed.
BUITENKANT REINIGEN
Het apparaat alleen schoonmaken met
zeep en warm water. Maak alle opper-
vlakken volledig droog.
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus, op-
losmiddelen of chemische pro-
ducten.
ONDERHOUDSWASBEURT
Bij programma's met lage temperatu-
ren is het mogelijk dat er wat wasmid-
del achterblijft in de trommel. Voer re-
gelmatig een onderhoudswas uit. Om
dit te doen:
Haal al het wasgoed uit de trommel.
Stel het heetste wasprogramma in
voor katoen
Gebruik de juiste hoeveelheid poe-
derwasmiddel met biologische ei-
genschappen.
Houd de deur enige tijd open na elke
wasbeurt, om schimmels te voorkomen
en onprettige geurtjes te verwijderen.
DEURRUBBER
Controleer het deurrubber regelmatig
en verwijder voorwerpen uit de binnen-
kant.
TROMMEL
Controleer de trommel regelmatig om
kalk en roestdeeltjes te voorkomen.
Gebruik alleen speciale producten om
roestdeeltjes uit de trommel te verwij-
deren.
Ga als volgt te werk:
Reinig de trommel met een speciaal
product voor roestvrij staal.
Start een kort programma voor ka-
toen op de maximale temperatuur
met een kleine hoeveelheid wasmid-
del.
NEDERLANDS 25
WASMIDDELDOSEERLADE
De wasmiddeldoseerlade reinigen:
1
2
1. Druk op de hendel.
2. Trek de doseerlade naar buiten.
3. Verwijder het bovenste gedeelte
van het vakje voor vloeibare nabe-
handelingsmiddelen.
4. Maak alle onderdelen schoon met
water.
5. Maak de ruimte van de wasmiddel-
doseerlade schoon met een bor-
stel.
6. Plaats de wasmiddeldoseerlade te-
rug in de ruimte.
AFVOERPOMP
Controleer de afvoerpomp re-
gelmatig en zorg dat deze
schoon is.
De pomp schoonmaken als:
Het apparaat geen water wegpompt.
De trommel niet kan draaien.
Het apparaat een ongebruikelijk ge-
luid maakt door een blokkade in de
afvoerpomp.
De display een alarmcode weergeeft
door een probleem met de wateraf-
voer.
WAARSCHUWING!
1. Trek de stekker uit het stop-
contact.
2. Verwijder het filter niet als
het apparaat in gebruik is.
Reinig de afvoerpomp niet
als het water in de machine
heet is. Het water moet koud
zijn voordat u de afvoer-
pomp kunt reinigen.
26
De afvoerpomp reinigen:
1. Open het afvoerpompdeurtje.
2. Trek de klep naar voren om hem te
verwijderen.
3. Plaats een bak onder de uitsparing
van de afvoerpomp om het uitstro-
mende water op te vangen.
4. Druk de twee hendels in en trek
het afvoerkanaal naar voren om het
water eruit te laten stromen.
1
2
5. Als de bak vol met water is, duwt u
het afvoerkanaal terug en leegt u
de bak. Herhaal stap 4 en 5 tot er
geen water meer uit de afvoer-
pomp stroomt.
6. Duw het afvoerkanaal terug en
draai het filter om het te verwijde-
ren.
7. Verwijder stof en voorwerpen uit
de pomp.
8. Zorg dat het schoepenrad op de
juiste wijze kan draaien. Neem als
dit niet lukt, contact op met de
klantenservice.
NEDERLANDS 27
1
2
9. Reinig het filter onder de water-
kraan en plaats het terug in de spe-
ciale geleiders van de pomp.
10. Zorg ervoor dat het filter stevig
vastzit om waterlekkage te voorko-
men.
11. Plaats de klep terug en sluit het af-
voerpompdeurtje.
HET FILTER VAN DE
TOEVOERSLANG EN HET
KLEPFILTER
Het kan nodig zijn filters te reinigen als:
Het apparaat niet met water wordt
gevuld.
De machine langdurig water vult.
Het lampje van toets
6
knippert en
de display het bijbehorende alarm
weergeeft. Raadpleeg het hoofdstuk
"Problemen oplossen en service".
WAARSCHUWING!
Trek de stekker uit het stopcon-
tact.
De watertoevoerfilters schoonmaken:
1. Draai de waterkraan dicht.
2. Verwijder de watertoevoerslang van
de kraan.
3. Reinig het filter in de toevoerslang
met een harde borstel.
4. Verwijder de toevoerslang achter
de machine.
5. Reinig het filter in de klep met een
harde borstel of een handdoek.
45°
35°
6. Installeer de watertoevoerslang op-
nieuw. Zorg ervoor dat de koppe-
lingen stevig vast zitten om lekka-
ge te voorkomen.
7. Draai de waterkraan open.
NOODAFVOER
Het apparaat kan geen water afvoeren
door een storing.
Als dit optreedt, voert u stap (1) tot en
met (6) van "De afvoerpomp reinigen"
uit.
Maak de pomp zo nodig schoon.
Plaats het afvoerkanaal terug en sluit de
afvoerpompklep.
28
Als u het water afvoert met de noodaf-
voerprocedure, dient u het afvoersys-
teem opnieuw te activeren:
1. Giet 2 liter water in het vakje voor
het hoofdwasmiddel van de was-
middeldoseerlade.
2. Start het programma om water af te
voeren.
VOORZORGSMAATREGELEN
BIJ VORST
Als het apparaat is geïnstalleerd in een
gebied waar de temperatuur lager is
dan 0 °C, dan dient u het resterende
water uit de afvoerslang en de afvoer-
pomp te verwijderen.
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Draai de waterkraan dicht.
3. Verwijder de watertoevoerslang.
4. Plaats de twee uiteinden van de
toevoerslang in een bak en laat het
water uit de slang stromen.
5. Leeg de afvoerpomp. Raadpleeg de
noodafvoerprocedure.
6. Als de afvoerpomp leeg is, instal-
leert u de toevoerslang opnieuw.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de temperatuur
hoger is dan 0 °C voordat u het
apparaat opnieuw gebruikt.
De fabrikant is niet verantwoor-
delijk voor schade die door lage
temperaturen is veroorzaakt.
NEDERLANDS 29
PROBLEMEN OPLOSSEN EN SERVICE
Het apparaat start niet of stopt niet tij-
dens de werking.
Probeer eerst een oplossing voor dit
probleem te vinden voordat u contact
opneemt met de klantenservice (zie de
tabel).
Bij sommige problemen treden de
geluidssignalen in werking en geeft
de display een alarmcode weer.
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit voordat
u controles uitvoert.
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
De display vraagt
om controle van
de kraan: het ap-
paraat wordt niet
met water ge-
vuld.
De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan open.
De watertoevoerslang is
beschadigd.
Controleer of de watertoevoers-
lang niet is beschadigd.
De filters in de watertoe-
voerslang zijn verstopt.
Reinig de filters. Zie het hoofd-
stuk "Onderhoud en reiniging".
De aansluiting van de wa-
tertoevoerslang is niet
correct.
Zorg dat de aansluiting altijd cor-
rect is.
De waterdruk is te laag. Neem contact op met het water-
leidingbedrijf.
De waterkraan is verstopt
of aangezet met kalkaan-
slag.
Maak de waterkraan schoon.
De display vraagt
om controle van
het afvoerfilter:
het apparaat
pompt geen wa-
ter weg.
De waterafvoerslang is
beschadigd.
Controleer of de waterafvoers-
lang niet is beschadigd.
Het filter in de afvoer-
pomp is geblokkeerd.
Reinig het filter of maak de af-
voerpomp schoon. Zie het
hoofdstuk "Onderhoud en reini-
ging".
De aansluiting van de wa-
terafvoerslang is niet cor-
rect.
Zorg dat de aansluiting altijd cor-
rect is.
De display vraagt
om controle van
de deur.
De deur is open of niet
goed gesloten.
Sluit de deur goed.
30
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
De display geeft
aan dat er een
waterwaarschu-
wing is.
Het beschermingssys-
teem tegen lekkage is
geactiveerd.
Schakel het apparaat uit en
trek de stekker uit het stop-
contact.
Draai de waterkraan dicht.
Neem contact op met de klan-
tenservice.
PROBLEEM ZONDER ALARMBERICHT
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Het apparaat
pompt geen wa-
ter weg.
Er is een wasprogramma
zonder afvoerfase inge-
steld.
Stel het afvoerprogramma in.
De functie Spoelstop
staat aan.
Stel het afvoerprogramma in.
De centrifugefase
werkt niet.
De centrifugefase staat
uit.
Stel het centrifugeprogramma in.
Het filter in de afvoer-
pomp is geblokkeerd.
Reinig het filter of maak de af-
voerpomp schoon. Zie het
hoofdstuk "Onderhoud en reini-
ging".
Balansproblemen met de
waslading.
Verdeel de artikelen handmatig
in de trommel en start de centri-
fugefase opnieuw.
Het programma
start niet.
De stekker zit niet in het
stopcontact.
Steek de stekker in het stopcon-
tact.
De zekering in de meter-
kast is doorgebrand.
Vervang de zekering.
U hebt toets
6
niet aan-
geraakt.
Raak toets
6
aan.
De uitgestelde start is in-
gesteld.
Annuleer de uitgestelde start als
het wasgoed direct moet worden
gewassen.
De functie Kinderbeveili-
ging is geactiveerd.
Schakel de functie Kinderbeveili-
ging uit.
Er ligt water op
de vloer.
Lekkage van de koppe-
lingen van de waterslan-
gen.
Zorg dat de koppelingen goed
zijn aangedraaid.
Lekkage van de afvoer-
pomp.
Zorg dat het filter van de afvoer-
pomp goed is bevestigd.
De waterafvoerslang is
beschadigd.
Controleer of de watertoevoers-
lang niet is beschadigd.
U kunt de deur
van het apparaat
niet openen.
Het wasprogramma is
bezig.
Laat het wasprogramma beëindi-
gen.
NEDERLANDS 31
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Er staat water in de trom-
mel.
Kies het programma pompen of
centrifugeren.
Het apparaat
maakt een abnor-
maal geluid.
Het apparaat staat niet
waterpas.
Het apparaat waterpas afstellen.
Raadpleeg "Montage".
U hebt de verpakking
en/of de transportbou-
ten niet verwijderd.
Verwijder de verpakking en/of de
transportbouten. Raadpleeg
"Montage".
De lading is erg klein. Voeg meer wasgoed aan de
trommel toe.
Het apparaat vult
zich met water en
pompt dit direct
weg.
Het uiteinde van de af-
voerslang is te laag.
Zorg dat de afvoerslang zich op
de juiste hoogte bevindt.
Het wasresultaat
is niet bevredi-
gend.
Het door u gebruikte
wasmiddel was niet cor-
rect of onvoldoende.
Gebruik meer wasmiddel of ge-
bruik een ander middel.
U hebt de hardnekkige
vlekken niet voor het
wassen uit het wasgoed
gehaald.
Gebruik speciale producten om
hardnekkige vlekken te verwijde-
ren.
U hebt een onjuiste tem-
peratuur ingesteld.
Zorg dat u de juiste temperatuur
instelt.
Te veel wasgoed gela-
den.
Verminder de hoeveelheid was-
goed.
De binnenlamp
staat uit.
De peer is doorgebrand. Neem contact op met de klan-
tenservice om de binnenlamp te
vervangen.
Na een stoompro-
gramma is de kle-
ding gedeeltelijk
nat.
Het apparaat staat niet
goed waterpas.
Controleer de plaatsing door de
afstelvoetjes te verhogen of ver-
lagen.
Na een stoompro-
gramma is de kle-
ding niet vol-
doende kreukvrij.
Er is een verkeerd
stoomprogramma gese-
lecteerd (bijv. synthetisch
i.p.v. katoen).
Let op de samenstelling van de
stof.
Te veel wasgoed in de
trommel.
Verminder het wasgoed in de
trommel.
De trommel is
leeg en de dis-
play geeft ge-
wicht in de trom-
mel aan.
Het is nodig om een tar-
ra in te stellen.
Druk op toets
1
om het appa-
raat uit en weer in te schakelen.
32
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
De trommel is
vol, maar de dis-
play geeft 0,0 kg
aan.
U hebt het wasgoed in
de machine gedaan
voordat u het apparaat
hebt ingeschakeld.
Druk op toets
1
om het appa-
raat uit te schakelen. Maak de
trommel leeg en volg de beno-
digde stappen. (Zie "Wasgoed in
de machine doen").
Schakel het apparaat na de controle in.
Het programma gaat verder vanaf het
punt waar het werd onderbroken.
Als het probleem opnieuw optreedt,
neemt u contact op met onze klanten-
service.
Als de display andere alarmcodes
meldt, neemt u contact op met de klan-
tenservice.
NEDERLANDS 33
MONTAGE
UITPAKKEN
1. Gebruik de handschoenen. Verwij-
der de externe folie. Gebruik zo no-
dig een mes.
2. Verwijder de afdekking van het kar-
ton.
3. Verwijder de piepschuim verpak-
kingsmaterialen.
4. Verwijder de interne folie.
5. Open de deur. Verwijder het piep-
schuim blok van de deur en alle an-
dere onderdelen uit de trommel.
34
6. Plaats het piepschuim voorstuk op
de vloer, achter het apparaat.
Plaats het apparaat er met de ach-
terzijde voorzichtig op. Zorg dat u
de slangen niet beschadigt.
1
2
7. Verwijder de piepschuim bescher-
ming van de onderkant.
8. Maak de onderkant van het appa-
raat volledig schoon en droog. Ge-
bruik geen brandspiritus, oplos-
middelen of chemische producten.
A
B
9. Zorg dat de verschillende groottes
en posities van de geluidsbarrières
bij elkaar liggen. Raadpleeg de illu-
stratie:
A (FRONT) = voorkant van het ap-
paraat
B (BACK) = achterkant van het ap-
paraat
NEDERLANDS 35
x4
A
B
10. Verwijder de plakstrip van de ge-
luidsbarrières.
Bevestig de vier barrières op de
onderkant van het apparaat.
Raadpleeg de illustratie.
Zorg dat de barrières goed zijn
vastgemaakt.
Bevestig de geluidsbarrières op
kamertemperatuur.
11. Zet het apparaat weer rechtop.
12. Verwijder het aansluitsnoer en de
afvoerslang van de slanghouders.
13. Draai de drie bouten los met de
moersleutel die met het apparaat
is meegeleverd. Trek de bouten
met de plastic tussenstukken eruit.
36
14. Vervang de plastic tussenstukken
door de plastic doppen. U vindt
deze doppen in de zak van de ge-
bruikershandleiding.
WAARSCHUWING!
Verwijder alle transportbouten
en verpakking voordat u het ap-
paraat installeert.
Wij raden u aan om alle trans-
portbouten en verpakking te
bewaren voor als u het apparaat
gaat verplaatsen.
PLAATSING EN WATERPAS ZETTEN
x4
Installeer het apparaat op een vlakke
harde vloer.
Zorg ervoor dat de vloerbedekking
de luchtcirculatie onder het apparaat
niet stopt.
Zorg ervoor dat het apparaat geen
muren of andere apparaten raakt.
Gebruik de stelvoetjes om het appa-
raat waterpas te zetten. Een juiste af-
stelling van het apparaat voorkomt
trillingen en lawaai en het bewegen
van het apparaat als deze in bedrijf
is.
Het apparaat moet waterpas en sta-
biel staan.
LET OP!
Plaats geen karton, hout of ver-
gelijkbare materialen onder de
voeten van het apparaat om de-
ze waterpas te stellen.
NEDERLANDS 37
DE TOEVOERSLANG
35
O
35
O
35
O
45
O
45
O
45
O
Sluit de slang aan op het apparaat.
Draai de toevoerslang alleen naar
links of rechts. Maak de ringmoer los
om hem in de juiste stand te zetten.
Sluit de watertoevoerslang aan op
een koudwaterkraan met 3/4-schroef-
draad.
LET OP!
Zorg ervoor dat de koppelingen
niet lekken.
Gebruik geen verlengslang als
de toevoerslang te kort is.
Neem contact op met de klan-
tenservice voor vervanging van
de toevoerslang.
Waterstop
A
De watertoevoerslang is voorzien van
een waterstop. Dit toestel voorkomt
lekkage in de slang door natuurlijke slij-
tage. Het rode gedeelte in het venster
«A» toont deze storing.
Als dit gebeurt, draait u de kraan dicht
en neemt u contact op met de klanten-
service om de slang te laten vervangen.
38
WATERAFVOER
Er zijn verschillende procedures om de
afvoerslang aan te sluiten:
Met de plastic slanggeleider.
Op de rand van een gootsteen.
Zorg dat de plastic geleider niet kan
bewegen als het apparaat water af-
voert. Bevestig de geleider op de
waterkraan of wand.
Op een standpijp met ventilatieope-
ning.
Raadpleeg de illustratie. Rechtstreeks
in een afvoerpijp op een hoogte van
niet minder dan 60 cm en niet meer
dan 100 cm. Het einde van de af-
voerslang moet altijd geventileerd
zijn, d.w.z. dat de binnendiameter
van de afvoerpijp groter moet zijn
dan de buitendiameter van de af-
voerslang.
Zonder de plastic slanggeleider.
Op een gootsteenafvoer.
Raadpleeg de illustratie. Plaats de af-
voerslang in de gootsteenafvoer en
draai vast met een clip. Zorg dat de
afvoerslang een bocht maakt om te
voorkomen dat resterende deeltjes
uit de gootsteen in het apparaat ko-
men.
NEDERLANDS 39
Direct op een ingebouwde afvoer-
pomp in de kamerwand en zet vast
met een klem.
U kunt de afvoerslang maximaal
400 mm verlengen. Neem con-
tact op met de klantenservice
voor de andere afvoerslang en
de verlenging.
40
NEDERLANDS 41
42
NEDERLANDS 43
www.aeg.com/shop 132941891-A-022011
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

Aeg-Electrolux L98699FL Handleiding

Type
Handleiding