Documenttranscriptie
Gebruiksaanwijzing
voor geavanceerde kenmerken
Digitale Camera
Model Nr.
DMC-LX100
Lees deze instructies zorgvuldig door voordat u dit product gebruikt en
bewaar deze handleiding, zodat u deze later kunt raadplegen.
Weergave berichten
→299
V&A Storingen verhelpen
→310
De informatie zoeken die u nodig hebt
→2
Inhoudsopgave
→4
Inhoudsopgave per functie
→10
Menulijst
→303
SQW0028
M0914KZ0
De informatie zoeken die u nodig hebt
In deze "Gebruiksaanwijzing voor geavanceerde kenmerken" kunt u de informatie die u
nodig hebt, vinden op de volgende pagina’s.
Door op een paginanummer te klikken, kunt u naar de gekoppelde pagina gaan en de
informatie snel vinden.
Zoeken vanuit "Inhoudsopgave"
P.4 -
Zoeken vanuit de lijst met
functienamen
P.10 -
"Inhoudsopgave per functie"
Zoeken vanuit "Namen en
functies van hoofdonderdelen"
P.14 -
Zoeken vanuit "Lijst met
symbolen op het scherm/de
zoeker"
P.293 -
Zoeken vanuit de lijst met
schermberichten
P.299 -
Zoeken vanuit de menulijst
P.303 -
"Weergave berichten"
"Menulijst"
[Opname]................... P.303
[Bewegend beeld]...... P.305
[Voorkeuze]............... P.306
[Set-up] ..................... P.308
[Afspelen].................. P.309
Zoeken vanuit "V&A Storingen
verhelpen"
P.310 -
Zie de volgende pagina voor meer
informatie over het gebruik van deze
handleiding.
®
Wi-Fi -functie
2
→224
SQW0028
Gebruik van deze handleiding
Opnamemoduspictogrammen
Opnamemodus:
In opnamemodi waarin pictogrammen in zwart staan, kunt u de aangeduide menu’s en
functies selecteren en uitvoeren.
••Klik op een verwijzing in de tekst om naar de bijbehorende pagina te gaan.
••Door trefwoorden in het zoekveld boven aan het scherm van Adobe Reader in te
voeren, kunt u op trefwoord zoeken en naar de bijbehorende pagina gaan.
••Bewerkingen en andere details van deze handleiding kunnen verschillen, afhankelijk
van de versie van Adobe Reader die u gebruikt.
■■De symbolen in de tekst
Duidt aan dat het menu kan worden ingesteld door op de [MENU/SET]-knop te
drukken.
Duidt aan dat de Wi-Fi-instelling kan worden uitgevoerd door op de [Wi-Fi]-knop
te drukken.
Configuraties die kunnen worden uitgevoerd in het menu [Voorkeuze].
Tips voor vaardig gebruik en punten voor opname.
Omstandigheden waarin een specifieke functie niet kan worden gebruikt.
(→00)
Duidt de referentiepagina aan. Klik hierop om naar de bijbehorende pagina te
gaan.
Klik hierop om de beschrijving op de volgende pagina te bekijken.
In deze gebruiksaanwijzing worden stappen voor het instellen van een menuonderdeel
als volgt beschreven:
→
[Opname] → [Kwaliteit] → [ ]
Klik op dit pictogram om naar "De informatie zoeken die u nodig hebt" te gaan.
Klik op dit pictogram om naar "Inhoudsopgave" te gaan.
Klik op dit pictogram om naar "Menulijst" te gaan.
Klik op dit pictogram om terug te gaan naar de eerder weergegeven pagina.
3
SQW0028
Inhoudsopgave
■■De informatie zoeken die u nodig
hebt....................................................... 2
■■Gebruik van deze handleiding............ 3
■■Inhoudsopgave per functie............... 10
Voordat u de camera gaat gebruiken
■■Voordat u de camera gaat
gebruiken............................................ 12
■■Standaardaccessoires....................... 13
■■Namen en functies van
hoofdonderdelen................................ 14
[MENU/SET]-knop / cursortoets /
bedieningsknop..........................................18
Voorbereidingen
■■De lensdop en schouderriem
bevestigen.......................................... 19
■■Batterij opladen.................................. 20
Resterend batterijvermogen.......................21
Richtlijnen voor aantal te maken foto’s en
gebruiksduur...............................................22
■■Insteken en verwijderen van de
batterij/de kaart (optioneel)............... 24
■■Informatie over de kaart.................... 25
De kaart formatteren (initialisatie)...............26
Richtlijnen voor opnamecapaciteit
(aantal foto’s/opnameduur).........................27
■■Instellen van de klok.......................... 29
Tijdsinstellingen wijzigen............................30
■■Het menu instellen............................. 31
De achtergrond van het menuscherm
instellen......................................................33
■■Veelgebruikte menu’s direct
oproepen (Quick-menu).................... 34
Het Quick-menu wijzigen in uw
voorkeursonderdeel....................................35
■■Veelgebruikte functies aan de
knoppen toewijzen
(functieknoppen)................................ 37
■■Instellingen veranderen met de
bedieningsring................................... 39
■■Gebruik van het [Set-up]-menu........ 41
[Klokinst.]....................................................41
[Wereldtijd]..................................................41
[Reisdatum]................................................42
[Wi-Fi].........................................................42
[Toon]..........................................................43
[Live View Modus].......................................43
[Scherm]/[Zoeker].......................................44
[Helderheid scherm]...................................45
[Slaapsmodus]............................................46
[USB mode]................................................47
[TV-verbinding]...........................................47
[Menu hervatten].........................................49
[Achtergrondkleur]......................................49
[Menu-informatie]........................................49
[Taal]...........................................................49
[Versie disp.]...............................................50
[Zelf ontsp. auto uit]....................................50
[Nr. resetten]...............................................50
[Resetten]...................................................50
[Wi-Fi resetten]...........................................51
[Formatteren]..............................................51
■■Tekst invoeren.................................... 52
Verandering van de instellingen die aan
de bedieningsring toegewezen zijn............40
4
SQW0028
Inhoudsopgave
Basisbediening
■■De camera vasthouden...................... 53
■■Beelden opnemen met de zoeker .... 54
Schakelen tussen het scherm en
de zoeker....................................................54
Informatie over oogsensor-AF....................55
■■Fotograferen....................................... 56
■■Films opnemen................................... 58
■■De opnamemodus selecteren........... 59
■■De weergavegegevens schakelen
op het opnamescherm....................... 62
■■Uw beelden bekijken.......................... 67
Filmbeelden bekijken..................................70
■■De weergavegegevens van het
afspeelscherm schakelen................. 71
■■Beelden verwijderen.......................... 73
[Apart wissen].............................................73
Meerdere beelden wissen (tot 100 tegelijk)/
Wissen van alle beelden.............................74
Opnamemodus
■■Foto’s opnemen met automatische
instellingen
Modus [Intelligent auto].................... 75
Beelden opnemen met de camera in de
hand ([iHandh. nachtop.])...........................78
Beelden tot één foto met een rijke gradatie
combineren ([iHDR])...................................79
■■Beelden opnemen nadat de
diafragmawaarde en de sluitertijd
ingesteld zijn...................................... 80
Beelden opnemen nadat de
diafragmawaarde en de sluitertijd
automatisch ingesteld zijn
([Program AE]-modus)................................81
Beelden opnemen door de
diafragmawaarde in te stellen
([Lensopeningspr.]-modus).........................83
Beelden opnemen door de sluitertijd in te
stellen
([Sluiterprioriteit]-modus)............................84
Beelden opnemen door de
diafragmawaarde en de sluitertijd in te
stellen ([Handm. belicht.]-modus)...............86
De effecten van de diafragmawaarde en
de sluitertijd controleren
([Voorvertoning]-modus).............................88
Beeldeffecten (Filter)
■■Beelden opnemen met beeldeffecten
(Filter).................................................. 89
5
SQW0028
Inhoudsopgave
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
■■De beeldkwaliteit aanpassen met
effecten [Fotostijl]............................ 100
■■Lichte partijen en schaduwen
aanpassen [Schaduw markeren].... 102
■■De witbalans aanpassen................. 103
■■Beeldkwaliteit en fotoresolutie
instellen............................................ 107
De beeldverhouding van de foto’s
wijzigen.....................................................107
Fotoresolutie instellen...............................108
De compressieratio van beelden instellen
([Kwaliteit])................................................109
■■De beeldcorrectiefuncties effectief
gebruiken...........................................111
Contrast en belichting corrigeren
([Int.dynamiek])......................................... 111
De indruk van hoge resolutie versterken
([I.resolutie]).............................................. 111
Foto’s met verschillende belichting
combineren ([HDR]).................................. 112
De ruis van een lange belichting
onderdrukken ([Lang sl.n.red])................. 113
De kleurruimte instellen............................ 113
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
■■Beelden opnemen met automatische
scherpstelling................................... 114
Selecteer de scherpstellingsfunctie
(AFS, AFF, AFC)....................................... 114
[AF mode] schakelen................................ 115
De positie en de grootte van het
AF-gebied wijzigen...................................121
Uw voorkeursscherpstelmethode
instellen....................................................124
■■Close-upfoto’s maken
(macro-opnamen)............................. 126
Scherpstelbereik.......................................126
■■Beelden opnemen met handmatige
scherpstelling................................... 128
■■Beelden opnemen door de
belichting en/of scherpstelling te
vergrendelen [AF/AE vergrend.]..... 133
■■Foto’s opnemen met
belichtingscompensatie.................. 135
■■De ISO-gevoeligheid instellen........ 136
De bovengrens voor ISO-gevoeligheid
instellen....................................................137
De incrementele waarde voor
ISO-gevoeligheid instellen........................138
De instelling voor ISO-gevoeligheid
verhogen...................................................138
■■Instelling van de meetmodus.......... 139
MF Assist..................................................131
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
■■Sluitertype instellen......................... 140
■■Een aandrijfstand selecteren.......... 141
■■Burst-functie..................................... 142
■■Opnemen terwijl de belichting
automatisch verandert
[Auto bracket]................................... 145
6
■■Automatisch de beeldverhouding
wijzigen terwijl u beelden opneemt
[Asp. bracket]................................... 147
■■Foto’s maken met de
zelfontspanner................................. 148
■■Panoramafoto’s maken................... 150
SQW0028
Inhoudsopgave
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
■■Automatisch beelden opnemen op
vaste intervallen
[Intervalopname].............................. 153
■■Stop-motion-animatie maken
[Stop-motionanimatie]..................... 156
■■Meerdere belichtingen uitvoeren
voor één beeld
[Multi-belicht.].................................. 159
■■De pieptonen en de flitser
tegelijkertijd uitschakelen
[Stille modus]................................... 161
■■Opnemen met de
gezichtsherkenningsfunctie
[Gezicht herk.].................................. 162
■■Het profiel instellen voor een baby
of huisdier om in een beeld op te
nemen............................................... 165
■■Het relevante scherm weergeven
voor specifieke
opnameomstandigheden................ 166
Stabilizer, zoomen en flitsen
■■Beweging corrigeren ...................... 168
■■Zoom gebruiken............................... 170
Zoomtypes en gebruik..............................171
■■Beelden opnemen met de
(bijgeleverde) flitser......................... 176
De flitser bevestigen.................................176
De flitsmodus wijzigen
(handmatig flitsen)....................................179
Flitsmodus wijzigen..................................180
De 2e gordijnsynchronisatie instellen.......182
Het flitsniveau aanpassen........................183
Het flitsniveau met de camera
synchroniseren tijdens
belichtingscompensatie............................183
Draadloos flitsen instellen.........................184
Films opnemen
■■Films opnemen................................. 187
Instelling van het formaat, de
beeldresolutie en de opnamesnelheid in
frames.......................................................187
Scherpstellen terwijl u films opneemt
([Continu AF])...........................................189
Films opnemen.........................................190
Films opnemen van 4K.............................194
Vastleggen van een foto met hoge resolutie
uit een 4K-film [4K-FOTO]........................195
■■Foto’s maken terwijl u een film
■■Gebruik van het
[Bewegend beeld]-menu................. 199
[4K-FOTO]................................................199
[Opname-indeling]....................................199
[Opn. kwaliteit]..........................................199
[Foto/film]..................................................199
[Continu AF]..............................................199
[Micr. weerg.]............................................200
[Micr. instellen]..........................................200
[Windreductie]...........................................200
opneemt............................................ 198
7
SQW0028
Inhoudsopgave
Beelden afspelen en bewerken
■■Het groepsbeeld bekijken............... 201
■■Overnemen van foto’s uit films...... 203
■■Gebruik van het [Afspelen]-menu... 204
[Diashow]..................................................204
[Afspeelfunctie].........................................206
[Locatie vermelden]..................................207
[RAW-verwerking].....................................208
[Titel bew.]................................................. 211
[Tekst afdr.]...............................................212
[Splits video].............................................214
[Intervalvideo]...........................................215
[Stop-motionvideo]....................................215
[Nw. rs.].....................................................216
[Bijsnijden]................................................217
[Roteren]/[Scherm roteren].......................218
[Favorieten]...............................................219
[Print inst.].................................................220
[Beveiligen]...............................................221
[Gez.herk. bew.]........................................222
[Foto's sorteren]........................................223
[Wissen bevestigen].................................223
Wi-Fi
■■Wi-Fi®-functie en NFC-functie......... 224
■■Wat u kunt doen met de
Wi-Fi-functie..................................... 227
■■De camera bedienen door deze met
een smartphone te verbinden......... 228
De app "Panasonic Image App" voor
smartphone/tablet installeren...................228
Verbinding maken met een smartphone...229
Verbinding maken met een smartphone
via de NFC-functie....................................233
Beelden opnemen via een smartphone
(opnemen op afstand)..............................234
Beelden in de camera op een smartphone
afspelen....................................................235
Beelden in de camera op de smartphone
opslaan.....................................................235
Beelden in de camera gemakkelijk
overbrengen.............................................236
Beelden in de camera naar socialenetwerkdiensten verzenden......................237
Plaatsinformatie aan beelden in de camera
toevoegen vanaf een smartphone............237
De camera bedienen om beelden naar een
smartphone te verzenden.........................239
■■Foto’s weergeven op een tv............ 242
■■Draadloos afdrukken....................... 243
■■Beelden naar een AV-apparaat
sturen................................................ 244
■■Beelden naar een pc sturen............ 247
■■Gebruik van WEB-services............. 251
Tijdens het verzenden van beelden naar
een WEB-service......................................251
Tijdens het verzenden van beelden naar
[Cloud-synchr. service].............................255
■■Gebruik van "LUMIX CLUB"............ 258
Informatie over de [LUMIX CLUB]............258
■■Informatie over verbindingen......... 263
[Via netwerk]
Verbinding maken via een draadloos
toegangspunt............................................264
[Direct]
Rechtstreeks verbinden............................267
Snel verbinden met dezelfde instellingen als
eerder
([Selecteer doelapparaat uit geschiedenis]/
[Selecteer doelapparaat uit favorieten])....268
Instellingen voor het verzenden van
beelden.....................................................270
■■[Wi-Fi setup]..................................... 272
8
SQW0028
Inhoudsopgave
Aansluiten op andere apparatuur
■■Genieten van films in 4K ................ 274
Films in 4K bekijken..................................274
4K-films opslaan.......................................275
■■Beelden op tv bekijken.................... 276
VIERA Link (HDMI) (HDAVI Control™).....278
■■Opgenomen foto’s en films op uw
pc opslaan........................................ 280
Informatie over bijgeleverde software.......281
Installatie van de bijgeleverde software....283
Kopiëren van foto’s en filmbeelden...........284
■■Foto’s en films in de recorder
opslaan............................................. 286
Kopiëren door de kaart in de recorder te
plaatsen....................................................286
Weergavebeelden kopiëren via
AV-kabels (optioneel)................................286
■■Afdrukken......................................... 287
Meerdere beelden afdrukken....................288
Afdrukken met datum en tekst..................289
Afdrukinstellingen maken op de camera....290
Diversen
■■Optionele accessoires..................... 291
Externe flitser (optioneel)..........................291
Gebruik van de (optionele) netadapter en
(optionele) DC coupler in plaats van de
batterij.......................................................292
■■Lijst met symbolen op het scherm/
■■Weergave berichten......................... 299
■■Menulijst........................................... 303
■■V&A Storingen verhelpen............... 310
■■Waarschuwingen en opmerkingen
tijdens gebruik................................. 326
de zoeker.......................................... 293
9
SQW0028
Inhoudsopgave per functie
Opnemen
Opnemen
Opnamemodus..............................................59
[Voorvertoning]..............................................88
Beeldeffecten (Filter).....................................89
Macro-opnamen..........................................126
Panoramafoto’s maken................................150
[Intervalopname]..........................................153
[Stop-motionanimatie]..................................156
[Multi-belicht.]..............................................159
[Stille modus]...............................................161
Scherpstelling (AF/MF)
Scherpstelmodus......................................... 114
AF Mode...................................................... 115
De positie van het AF-gebied instellen........121
Handmatig scherpstellen.............................128
AF/AE-vergrendeling...................................133
Belichting
AF/AE-vergrendeling...................................133
Belichtingscompensatie...............................135
ISO-gevoeligheid.........................................136
[Meetfunctie]................................................139
[Auto bracket]..............................................145
Aandrijving
Aandrijfstand................................................141
[Asp. bracket]...............................................147
[Zelfontspanner]...........................................148
Beeldkwaliteit en kleurtint
[Fotostijl]......................................................100
[Schaduw markeren]....................................102
Witbalans.....................................................103
[Fotoresolutie]..............................................108
[Kwaliteit].....................................................109
[Int.dynamiek].............................................. 111
[I.resolutie]................................................... 111
[HDR]........................................................... 112
[Lang sl.n.red].............................................. 113
[Kleurruimte]................................................ 113
Flitser
[Flitserfunctie]..............................................180
2e gordijnsynchronisatie..............................182
[Flitser instel.]..............................................183
Instellingen draadloze flitser........................184
Scherminstellingen
[Zwart-wit Live View]....................................167
[Micr. weerg.]...............................................200
Film
Film
[Opname-indeling].......................................187
[Opn. kwaliteit].............................................187
Film in 4K.....................................................194
[4K-FOTO]...................................................195
Foto’s maken terwijl u een film opneemt.....198
Audio
[Micr. instellen].............................................200
[Windreductie]..............................................200
Instellen/aangepast
Basisinstellingen
[Formatteren].................................................26
[Klokinst.].......................................................29
Menuonderdelen gebruiken...........................31
[Q.MENU]......................................................34
[Toon].............................................................43
[Slaapsmodus]...............................................46
[Resetten] (initialisatie)..................................50
Diopterinstelling.............................................55
Display wisselen......................................62, 71
10
Aanpassen
[CUSTOM] in het Quick-menu.......................35
Functieknoppen.............................................37
Bedieningsring...............................................40
Voorkeursinstelling........................................60
[Voorkeuze]-menu.......................................306
[Cursortoets vergrend.]..................................38
Filmknop......................................................192
SQW0028
Inhoudsopgave per functie
Afspelen
Afspelen
[Auto review]..................................................57
Beeld afspelen...............................................67
Zoom afspelen...............................................68
Meerdere afspelen.........................................68
Films afspelen...............................................70
Verwijderen....................................................73
Display/afspelen-instellingen
[Diashow].....................................................204
[Roteren]/[Scherm roteren]..........................218
Bewerken
[RAW-verwerking]........................................208
[Nw. rs.]........................................................216
[Bijsnijden]...................................................217
Informatie toevoegen
[Locatie vermelden].....................................207
[Titel bew.].................................................... 211
[Tekst afdr.]..................................................212
Beeldinstellingen
[Favorieten]..................................................219
[Print inst.]....................................................220
[Beveiligen]..................................................221
Wi-Fi
Verbinden
"Image App".................................................228
NFC.............................................................233
[WPS (knop)].......................................264, 267
Rechtstreekse verbinding............................267
Image App
Opnemen op afstand...................................234
Beelden opslaan..........................................235
Beelden verzenden..............................236, 239
Locatie-informatie verzenden
en toevoegen...............................................237
[Touch sharing]............................................272
In combinatie met andere apparaten
Beelden weergeven op een tv.....................242
Beelden afdrukken.......................................243
Beelden verzenden naar een
AV-apparaat.................................................244
Beelden verzenden naar een pc..................247
Beelden verzenden naar een
webservice...................................................251
Gebruik van [Cloud-synchr. service]............255
Aansluiten op andere apparatuur
Pc
"PHOTOfunSTUDIO"...................................281
SILKYPIX.....................................................282
Tv
[VIERA link]..................................................278
11
Recorder
Dubben........................................................286
Printer
PictBridge....................................................287
SQW0028
Voordat u de camera gaat gebruiken
Voordat u de camera gaat gebruiken
■■Hanteren van de camera
Vrijwaar de camera tegen heftige trillingen, schokken of zware
druk.
●●Gebruik de camera niet onder de volgende omstandigheden, die schade
aan de lens, het scherm, de zoeker of het camerahuis kunnen toebrengen.
Dit kan ook leiden tot storingen in de camera of mislukte opnamen.
•• Laat de camera niet vallen of tegen een hard oppervlak aan stoten
•• Zorg dat er geen druk wordt uitgeoefend op de lens of het scherm
De camera is niet stofbestendig, spatbestendig of
waterbestendig.
Gebruik de camera niet op plaatsen met veel stof of zand, of
waar er water op de camera kan komen.
●●Gebruik de camera niet onder de volgende omstandigheden, die het
risico meebrengen dat er zand, water of andere materialen in de camera
kunnen komen via de openingen rond de toetsen of de lens. Wees uiterst
voorzichtig hiermee, want dergelijke omstandigheden kunnen de camera
beschadigen, mogelijk zelfs onherstelbaar.
•• Plaatsen met erg veel stof of stuifzand
•• In de regen of aan de waterkant, waar er water op de camera kan spatten
■■Condensatie (wanneer de lens, het scherm of de zoeker beslaat)
●●Als de camera wordt blootgesteld aan plotselinge wisselingen in
temperatuur of vochtigheid, kan er vocht in de camera condenseren. Mijd
dergelijke omstandigheden, want die kunnen de lens, het scherm of de
zoeker bevuilen, schimmelgroei veroorzaken of de camera beschadigen.
●●Als er vocht in de camera is gecondenseerd, schakelt u het toestel uit en
wacht u ongeveer twee uur voordat u de camera weer gebruikt. Wanneer
de camera eenmaal op omgevingstemperatuur is gekomen, zal de condens
vanzelf verdwijnen.
■■Maak altijd eerst een proefopname
Vóór het gebruik van de camera bij belangrijke gebeurtenissen (zoals een
huwelijksvoltrekking e.d.) dient u altijd eerst een proefopname te maken, om te zien of
beeld en geluid naar behoren worden opgenomen.
■■Er wordt geen compensatie geboden voor verloren opnamen
Wij kunnen geen compensatie bieden voor gemiste kansen of opnamen die verloren
gaan door technische problemen met de camera of de kaart.
■■Neem zorgvuldig de auteursrechtwetten in acht
Ongeoorloofd gebruik van opnamen waarop auteursrechten gelden, voor andere
dan puur persoonlijke doeleinden, is verboden onder de wet op het auteursrecht.
Het opnemen van bepaalde materialen kan streng gereguleerd zijn, zelfs voor zuiver
persoonlijk gebruik.
■■Zie tevens de "Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik" (→326)
12
SQW0028
Voordat u de camera gaat gebruiken
Standaardaccessoires
Controleer of alle accessoires compleet bijgeleverd zijn, voordat u de camera in gebruik
neemt.
●●De accessoires en de vormgeving ervan kunnen verschillen, afhankelijk van het land of
de regio waar de camera is aangeschaft.
Raadpleeg de beknopte gebruiksaanwijzing voor meer informatie over de accessoires.
●●De batterij wordt in de tekst aangeduid als batterij of accu.
●●SD-geheugenkaart, SDHC-geheugenkaart en SDXC-geheugenkaart worden in de tekst
als kaart aangeduid.
●●Verwijder de verpakking op de juiste manier.
●●Bewaar kleine onderdelen op een veilige plaats, buiten bereik van kinderen.
■■Optionele accessoires
••Kaarten zijn optioneel.
13
SQW0028
Voordat u de camera gaat gebruiken
Namen en functies van hoofdonderdelen
1
2
3
4
5
6
1 Indicator voor zelfontspanner
(→148) /
AF-assistlampje (→53, 125)
2 Bedieningsring (→39)
3 Keuzeschakelaar voor
beeldverhouding (→107)
4 Flitsschoen (bescherming
flitsschoen) (→176)
De bescherming flitsschoen is al
op de flitsschoen bevestigd op het
moment van aanschaf.
5 Diafragmaring (→59)
9
8
7
6 Keuzeschakelaar voor
scherpstelling (→114, 126, 128)
7 Ring op de voorkant van de lens
Om de automatische lensdop
(optioneel) te bevestigen, verwijdert
u de ring op de voorkant van de
lens.
8 Lensbuis
9 Lens (Filterdiameter Φ43 mm)
14
SQW0028
Voordat u de camera gaat gebruiken
Namen en functies van hoofdonderdelen
(Bovenkant)
10 11 12 13 14
10 Stereomicrofoon (→53, 200)
Zorg dat u de microfoon niet met
uw vinger bedekt. Hierdoor kan het
geluid moeilijk worden opgenomen.
11 Sluitertijdknop (→59)
12 Ontspanknop
13 Zoomhendel (→170)
14 [FILTER]-knop (→89)
17
16 15
(Onderkant)
18
19
20
21 22
15 Belichtingscompensatieknop
(→135)
16 [iA]-knop (→59)
17 [ON/OFF]-schakelaar van de
camera
18 Luidspreker
Zorg dat u de luidspreker niet met
uw vinger bedekt. Hierdoor kan het
geluid moeilijk hoorbaar worden.
19 Statiefaansluiting (→329)
Sluit niet aan op een statief
met een schroef van 5,5 mm of
langer. Hierdoor kan dit apparaat
beschadigd raken.
Het is soms niet mogelijk om
bepaalde soorten statieven goed te
bevestigen.
20 Klepje van de DC coupler
Open dit deksel om een netadapter
(optioneel) en een DC coupler
(optioneel) te gebruiken in plaats
van de batterij.
Wanneer u een netadapter
(optioneel) gebruikt, dient u ervoor
te zorgen dat de Panasonic
DC coupler (optioneel) en de
netadapter worden gebruikt.
(→292)
21 Vrijgavehendel (→24)
22 Klepje voor kaart/batterij (→24)
15
SQW0028
Voordat u de camera gaat gebruiken
Namen en functies van hoofdonderdelen
23
24 25 26
27
29
28
30
23 Zoeker (LVF) (→54)
In deze handleiding wordt "zoeker" gebruikt om de LVF aan te duiden.
Oogsensor
(→54)
24
25 Diopterinstelring (→55)
26 [LVF]-knop (→54) / [Fn3]-knop (→37)
27 Oogje voor bandje (→19)
28 Scherm
29 [HDMI]-aansluiting (→276)
30 [AV OUT/DIGITAL]-aansluiting (→276, 284, 286, 287)
16
SQW0028
Voordat u de camera gaat gebruiken
Namen en functies van hoofdonderdelen
27
31
32
33 34 35
36
37
38
39
40
41
27 Oogje voor bandje (→19)
31 Wi-Fi®-antenne
32 Wi-Fi-verbindingslampje (→225)
33 [Wi-Fi]-knop (→225) / [Fn2]-knop (→37)
34 Filmknop (→58)
35 [AF/AE LOCK]-knop (→133)
36 NFC-antenne (→233)
37 [Q.MENU]-knop (→34)
38 Afspeelknop (→67)
39 [Fn1]-knop (→37) / [
] (verwijderen/annuleren)-knop (→32, 73)
40 [DISP.]-knop (→62, 71)
41 [MENU/SET]-knop / cursortoets / bedieningsknop (→18)
●●De in deze handleiding afgebeelde illustraties en schermen kunnen afwijken van het eigenlijke
product.
17
SQW0028
Voordat u de camera gaat gebruiken
Namen en functies van hoofdonderdelen
[MENU/SET]-knop / cursortoets / bedieningsknop
[MENU/SET]-knop
Met deze knop opent u de menu’s, kiest u de instellingen enz. (→31)
Cursorknop
Deze knop wordt gebruikt om de cursor op de menuschermen te
verplaatsen en voor andere functies. (→32)
U kunt de volgende bewerkingen uitvoeren tijdens het opnemen:
[ISO]-knop ( ) (→136)
[WB] (Witbalans)-knop ( ) (→103)
[
] (aandrijfstand)-knop ( )
Enkel (→141), Burst (→142), Auto Bracket (→145),
Aspect Bracket (→147), zelfontspanner (→148), panorama (→150)
[ ] (AF Mode)-knop ( ) (→115, 131)
Bedieningsknop
Draai de knop om instelonderdelen te selecteren en instelwaarden te
wijzigen. (→32, 67)
Bediening via knoppen en toetsen uitschakelen (tijdens opnemen)
Wanneer de [Cursortoets vergrend.] is toegewezen aan de functieknop, kunnen de
[MENU/SET]-knop, cursorknop en bedieningsknop niet worden bediend. (→38)
Weergave bedieningsinstructies in-/uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [Draaiknop gids] → [ON]/[OFF]
••Wanneer u de bedieningsgids op [ON] zet, verschijnen
de bedieningsinstructies voor de bedieningsring ([ ]),
de bedieningsknop ([ ]) en andere onderdelen op het
opnamescherm.
●●In deze handleiding wordt de knop die moet worden gebruikt, aangeduid met
18
.
SQW0028
Voorbereidingen
De lensdop en schouderriem bevestigen
Bedek de lens met de lensdop om deze te beschermen wanneer u geen beelden
opneemt. We raden u aan de lensdop met het lensdopriempje aan de camera te
bevestigen om te voorkomen dat u de lensdop verliest. We raden u ook aan de
schouderriem te bevestigen om te voorkomen dat de camera valt.
1
Gebruik het lensdopriempje (bijgeleverd) om de lensdop aan
de camera te bevestigen
Zorg dat het dikkere gedeelte van het riempje niet over de lensdop of het oogje voor de
schouderriem hangt.
2
Bevestig de lensdop
3
Bevestig de schouderriem
Druk op de gedeelten die in de
afbeelding met pijlen worden aangeduid
om de lensdop te bevestigen en te
verwijderen.
Oogje voor schouderriem
••Bevestig het andere uiteinde van de schouderriem.
••Zorg dat de schouderriem niet losraakt.
••Bevestig de schouderriem met het LUMIX-logo op de schouderriem naar buiten
gericht.
••Draag de schouderriem over uw schouder.
–– Wikkel de riem niet rond uw nek. Dit kan leiden tot letsel of een ongeluk.
••Laat de schouderriem niet binnen bereik van kinderen liggen.
–– Dit kan tot een ongeluk leiden omdat het kind deze per ongeluk rond zijn nek wikkelt.
19
SQW0028
Voorbereidingen
Batterij opladen
Laad de batterij altijd op voordat u de camera voor het eerst gebruikt!(batterij
ongeladen geleverd)
Batterijen die u in dit apparaat kunt gebruiken
Er zijn op aantal plaatsen imitatiebatterijen aangetroffen die nauwelijks van
echt te onderscheiden zijn. Dergelijke imitatiebatterijen zijn veelal niet voorzien
van de interne beveiliging die nodig is voor een veilig gebruik. Een dergelijke
imitatiebatterij zou spontaan kunnen ontbranden of ontploffen. Houd er
rekening mee dat wij niet aansprakelijk kunnen worden gesteld voor enig defect
of ongeval dat voortvloeit uit het gebruik van een imitatiebatterij. Voor een veilig
gebruik van dit product is het sterk aanbevolen dat u gebruik maakt van een
authentieke Panasonic batterij.
••Gebruik de daarvoor ontworpen oplader en batterij.
1
Bevestig de batterij en let daarbij op de
plaatsingsrichting van de batterij
2
Sluit de oplader op het stopcontact aan
Insteektype
Stekkertype
Batterij
Oplader
(model-specifiek)
Aan: opladen wordt uitgevoerd
Uit: het opladen is gereed
•• Het netsnoer past
niet volledig in de
netsnoeraansluiting.
Er blijft een opening
open.
••Laad de batterij binnenshuis op met de oplader.
3
20
Oplaadlampje ([CHARGE])
Wanneer het lampje knippert:
••De batterijtemperatuur
is te hoog of te laag. We
raden u aan op te laden
op een locatie waar de
omgevingstemperatuur
tussen 10 °C en 30 °C ligt.
••De aansluiting van de batterij/
oplader is vuil. Reinig deze
met een droge doek.
Haal de batterij uit de oplader nadat het opladen is voltooid
••Bij aansluiting op een stopcontact wordt de batterij-oplader in de standby-stand
geplaatst. Het primaire circuit is altijd "live" als de batterij-oplader is aangesloten
op een stopcontact.
SQW0028
Voorbereidingen
Batterij opladen
Opmerkingen over de oplaadtijd
Oplaadtijd
Ongeveer 190 min
••De hierboven aangeduide oplaadtijd is de tijd die nodig is voor het opladen wanneer
de batterij volledig is opgebruikt. De benodigde oplaadtijd verschilt, afhankelijk van
de omstandigheden van het batterijgebruik. De oplaadtijd is langer in gevallen waar
de temperaturen hoog of laag zijn en wanneer de batterij een lange periode niet is
gebruikt.
Resterend batterijvermogen
Wanneer u de camera gebruikt, wordt de resterende batterijcapaciteit weergegeven.
Resterende batterijcapaciteit (alleen bij gebruik van batterij)
(knippert rood)
Als het batterijsymbool rood knippert, dient u de batterij opnieuw op
te laden of te vervangen door een volledig opgeladen batterij.
●●Gebruik altijd originele Panasonic batterijen.
●●Wanneer u andere batterijen gebruikt, kunnen we de kwaliteit van dit product niet garanderen.
●●Verwijder na gebruik de batterij uit de camera.
•• Bewaar de batterij in een plastic zak, en let op dat er geen metalen voorwerpen (zoals
paperclips) tegen de batterij aan komen wanneer u die meeneemt of opbergt.
●●Als u de batterij wilt verwijderen, schakelt u de camera uit en wacht u tot de indicator LUMIX op
het scherm uitgaat. (Als u niet wacht, kan de camera storingen vertonen en kunnen de kaart of
opgenomen gegevens beschadigd raken.)
21
SQW0028
Voorbereidingen
Batterij opladen
Richtlijnen voor aantal te maken foto’s en gebruiksduur
Foto’s maken (via het scherm)
Aantal op te nemen beelden
Opnameduur
Ongeveer 350 beelden
(Ongeveer 300 beelden)
Ongeveer 175 min
(Ongeveer 150 min)
Volgens de CIPA-norm
Foto’s maken (via de zoeker (LVF))
Aantal op te nemen beelden
Opnameduur
Ongeveer 320 beelden
(Ongeveer 270 beelden)
Ongeveer 160 min
(Ongeveer 135 min)
Volgens de CIPA-norm
•• De waarden bij gebruik van de flitser (bijgeleverd) worden tussen haakjes vermeld.
■■Opnameomstandigheden volgens de CIPA-norm
CIPA is een afkorting van "Camera & Imaging Products Association".
•• [Program AE]-modus
•• Temperatuur: 23 °C/Vochtigheid: 50%RH bij gebruik van scherm.
•• Gebruik van een Panasonic SDHC-geheugenkaart.
•• Gebruik van de bijgeleverde batterij.
•• Beginnen met opnemen 30 seconden nadat de camera is ingeschakeld (wanneer [Stabilisatie] is
ingesteld op [ ]).
•• Eén opname per 30 seconden met om en om volledige flits.
•• De zoomhendel van Tele naar Wide of omgekeerd draaien bij elke opname.
•• De camera elke 10 opnamen uitschakelen en met rust laten totdat de temperatuur van de batterij
daalt.
Het aantal wordt lager als de intervallen langer worden (bijvoorbeeld tot ongeveer een
kwart voor intervallen van 2 minuten onder de hierboven vermelde omstandigheden).
22
SQW0028
Voorbereidingen
Batterij opladen
Filmen (via het scherm)
[Opname-indeling]
[AVCHD]
[MP4]
[MP4]
[FHD/17M/50i]
[FHD/20M/25p]
[4K/100M/25p]
Beschikbare opnameduur
Ongeveer 125 min
Ongeveer 135 min
Ongeveer 90 min
Feitelijk beschikbare
opnameduur*
Ongeveer 60 min
Ongeveer 65 min
Ongeveer 45 min
[Opn. kwaliteit]
* De werkelijke tijd waarin u kunt opnemen wanneer u de camera regelmatig in- en uitschakelt, begint
en stopt met opnemen en de zoom gebruikt.
■■Opnameomstandigheden
•• Temperatuur 23 °C, vochtigheidsgraad 50%RH (relatieve vochtigheid)
●●[AVCHD]-films:
het opnemen stopt wanneer de opnameduur voor doorlopend opnemen 29 minuten en 59 seconden
overschrijdt.
●●Films waarvoor de bestandsgrootte is ingesteld op [FHD], [HD] of [VGA] in [MP4]:
het opnemen stopt wanneer de opnameduur voor doorlopend opnemen 29 minuten en 59 seconden
overschrijdt of de bestandsgrootte 4 GB overschrijdt.
•• Aangezien de bestandsgrootte toeneemt bij [FHD], stopt het opnemen met [FHD] voordat
29 minuten en 59 seconden zijn verstreken.
●●Films waarvoor de bestandsgrootte is ingesteld op [4K] in [MP4]:
Het opnemen stopt wanneer de continue opnameduur de 15 minuten overschrijdt. (U kunt zonder
onderbreking doorlopend opnemen, zelfs als de bestandsgrootte 4 GB overschrijdt, maar het
filmbestand wordt bij opnemen gesplitst en de bestanden worden afzonderlijk afgespeeld.)
Beelden bekijken (via het scherm)
Afspeeltijd
Ongeveer 260 min
●●De gebruikstijd en het aantal op te nemen beelden verschillen afhankelijk van de omgeving
en de gebruiksomstandigheden.
In de volgende gevallen wordt de gebruikstijd bijvoorbeeld korter en het aantal op te nemen
beelden kleiner.
•• In omgevingen met lage temperaturen, zoals op skipistes.
•• Wanneer functies zoals de flitser en de zoomfunctie herhaaldelijk worden gebruikt.
●●Als de batterij aanzienlijk korter meegaat, is de batterij versleten. Koop dan een nieuwe batterij.
23
SQW0028
Voorbereidingen
Insteken en verwijderen van de batterij/de kaart
(optioneel)
••Zorg dat de camera uitgeschakeld is.
1
2
Schuif de vrijgavehendel naar
de positie [OPEN] en open het
klepje voor de kaart/batterij
Vrijgavehendel
Plaats de batterij en de kaart in
de camera en controleer of ze in
de juiste richting zijn geplaatst
••Batterij:
Steek de batterij helemaal in de camera
totdat u een sluitklik hoort en controleer
of het borghendeltje de batterij stevig
vasthoudt.
••Kaart:
Steek de kaart helemaal in het apparaat
totdat deze vastklikt.
3
[OPEN] [LOCK]
Sluit het klepje voor kaart/
batterij en schuif de
vrijgavehendel naar de positie
[LOCK]
Hendel
Raak de
aansluiting niet
aan
Opgeladen batterij (let op de richting)
Kaart
(controleer richting:
aansluitingen naar scherm gericht)
■■Verwijdering
••Verwijdering van de batterij:
••Verwijdering van de kaart:
Beweeg de hendel in de richting van de
Druk op het midden van de kaart.
pijl.
Hendel
●●Verwijder na gebruik de batterij uit de camera.
●●Houd de geheugenkaart buiten bereik van kinderen om te voorkomen dat ze deze inslikken.
●●Als u de kaart of batterij wilt verwijderen, schakelt u de camera uit en wacht u totdat de LUMIXaanduiding op het scherm gedoofd is. (Als u niet wacht, kan de camera storingen vertonen en
kunnen de kaart of opgenomen gegevens beschadigd raken.)
24
SQW0028
Voorbereidingen
Informatie over de kaart
De volgende op de SD-standaard gebaseerde kaarten (merk Panasonic aanbevolen)
kunnen worden gebruikt.
Capaciteit
Opmerkingen
SD-geheugenkaarten
Kaarttype
8 MB – 2 GB
SDHC-geheugenkaarten
4 GB – 32 GB
SDXC-geheugenkaarten
48 GB, 64 GB
•• Kunnen worden gebruikt met apparaten die compatibel
zijn met de desbetreffende formaten.
•• Controleer voordat u SDXC-geheugenkaarten gaat
gebruiken, of uw computer en andere apparatuur
geschikt is voor dit type kaart.
http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html
•• Dit apparaat is compatibel met UHS-Ι standaardSDHC/SDXC-geheugenkaarten van UHSsnelheidsklasse 3.
•• Alleen de kaarten die links met hun respectieve
capaciteiten staan vermeld, zijn geschikt.
■■Filmopnamen en snelheidsklasse
Afhankelijk van de [Opname-indeling] (→187) en [Opn. kwaliteit] (→187) van een film,
kan de vereiste kaart verschillen. Gebruik een kaart die aan de volgende specificaties
voor SD-snelheidsklasse of UHS-snelheidsklasse voldoet.
••SD-snelheidsklasse en UHS-snelheidsklasse zijn de snelheidsnormen met betrekking
tot doorlopend schrijven. Controleer de SD-snelheid aan de hand van het etiket op de
kaart of de bijbehorende documentatie.
[Opname-indeling]
[Opn. kwaliteit]
[AVCHD]
Alle
[MP4]
FHD/HD/VGA
[MP4]
4K
Snelheidsklasse
Labelvoorbeeld
Klasse 4 of hoger
UHS-snelheidsklasse 3
••Meest recente informatie:
http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/
(Deze website is alleen in het Engels beschikbaar.)
Toegang tot de kaart
De toegangsindicatie wordt rood weergegeven wanneer
beelden op de kaart worden opgenomen.
50i
●●Terwijl de camera toegang heeft tot de kaart (voor een bewerking zoals het schrijven, lezen,
verwijderen of formatteren van beelden), mag u de camera niet uitschakelen of de batterij,
kaart, netadapter (optioneel) of DC coupler (optioneel) verwijderen. Zorg dat de camera niet
wordt blootgesteld aan trillingen, schokken of statische elektriciteit. Mogelijk is de kaart of zijn
de gegevens op de kaart beschadigd en werkt dit apparaat niet langer naar behoren. Als de
handeling is mislukt vanwege trillingen, schokken of statische elektriciteit, voert u de handeling
opnieuw uit.
25
SQW0028
Voorbereidingen
Informatie over de kaart
●●Als u de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand "LOCK" zet, kan het
onmogelijk zijn om de gegevens te schrijven, wissen of formatteren, of
om de gegevens weer te geven op opnamedatum. Deze bedieningen
worden weer mogelijk wanneer de schakelaar uit de stand "LOCK"
wordt gehaald.
●●Wij raden u aan om belangrijke beelden te kopiëren naar uw computer
(aangezien elektromagnetische storing, statische elektriciteit of andere
problemen schade aan uw gegevens kunnen toebrengen).
Schrijfbeveiligingsschakelaar
De kaart formatteren (initialisatie)
Formatteer de kaart voordat u een beeld opneemt met dit apparaat. Aangezien
gegevens niet kunnen worden hersteld na het formatteren, dient u ervoor te zorgen
dat u van tevoren een back-up van benodigde gegevens maakt.
1
Stel het menu in
→
[Set-up] → [Formatteren]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
●●Hiervoor is een voldoende opgeladen batterij nodig, of een netadapter (optioneel) en DC coupler
(optioneel).
●●Schakel de camera niet uit en voer geen andere bewerkingen uit tijdens het formatteren.
●●Formatteer kaarten altijd met deze camera. Formatteer de kaart opnieuw met deze camera als die
al eerder was geformatteerd met een computer of ander apparaat.
●●Als de kaart niet geformatteerd kan worden, probeer dan eerst een andere kaart voordat u contact
opneemt met Panasonic.
26
SQW0028
Voorbereidingen
Informatie over de kaart
Richtlijnen voor opnamecapaciteit (aantal foto’s/opnameduur)
Het aantal beelden dat u kunt opnemen en de opnameduur variëren met de capaciteit
van de kaart (naast de opname-omstandigheden en het type kaart).
Capaciteit voor het opnemen van beelden (foto’s)
Wanneer de beeldverhouding is ingesteld op [4:3] en de [Kwaliteit] op [ ]
[Fotoresolutie]
8 GB
16 GB
L (12.5M)
1090
2200
32 GB
4420
64 GB
8820
M (6.5M)
1880
3810
7630
14970
S (3M)
3220
6500
13030
24700
Wanneer de beeldverhouding is ingesteld op [4:3] en de [Kwaliteit] op [
]
[Fotoresolutie]
8 GB
16 GB
32 GB
64 GB
L (12.5M)
340
700
1400
2800
M (6.5M)
400
810
1620
3230
S (3M)
440
890
1780
3530
●●Wanneer het aantal op te nemen beelden meer dan 9.999 is, wordt er "9999+" weergegeven.
Capaciteit opnameduur (films)
••De opnameduur is de totale tijd van alle films die zijn opgenomen.
([h], [m] en [s] staan voor "uren", "minuten" en "seconden".)
Wanneer [Opname-indeling] gelijk is aan [AVCHD]
27
[Opn. kwaliteit]
8 GB
[FHD/28M/50p]
37m00s
16 GB
32 GB
64 GB
1h15m00s
2h30m00s
5h00m00s
[FHD/17M/50i]
1h00m00s
2h00m00s
4h05m00s
8h15m00s
[FHD/24M/25p]
43m00s
1h25m00s
2h55m00s
5h50m00s
[FHD/24M/24p]
43m00s
1h25m00s
2h55m00s
5h50m00s
SQW0028
Voorbereidingen
Informatie over de kaart
Wanneer [Opname-indeling] gelijk is aan [MP4]
[Opn. kwaliteit]
[4K/100M/25p]
8 GB
9m00s
16 GB
20m00s
32 GB
42m00s
64 GB
1h20m00s
[4K/100M/24p]
9m00s
20m00s
42m00s
1h20m00s
[FHD/28M/50p]
37m00s
1h15m00s
2h30m00s
5h00m00s
[FHD/20M/25p]
49m00s
1h40m00s
3h20m00s
6h40m00s
[HD/10M/25p]
1h30m00s
3h10m00s
6h25m00s
12h50m00s
[VGA/4M/25p]
3h25m00s
7h00m00s
14h10m00s
28h15m00s
●●Als de omgevingstemperatuur hoog is of er sprake is van een continue filmopname, wordt [
]
weergegeven en wordt de opname mogelijk halverwege stopgezet om de camera te beschermen.
●●[AVCHD]-films:
het opnemen stopt wanneer de opnameduur voor doorlopend opnemen 29 minuten en 59
seconden overschrijdt.
●●Films waarvoor de bestandsgrootte is ingesteld op [FHD], [HD] of [VGA] in [MP4]:
het opnemen stopt wanneer de opnameduur voor doorlopend opnemen 29 minuten en 59
seconden overschrijdt of de bestandsgrootte 4 GB overschrijdt.
•• Aangezien de bestandsgrootte toeneemt bij [FHD], stopt het opnemen met [FHD] voordat 29
minuten en 59 seconden zijn verstreken.
●●Films waarvoor de bestandsgrootte is ingesteld op [4K] in [MP4]:
het opnemen stopt wanneer de continue opnameduur de 15 minuten overschrijdt. (U kunt zonder
onderbreking doorlopend opnemen, zelfs als de bestandsgrootte 4 GB overschrijdt, maar het
filmbestand wordt bij opnemen gesplitst en de bestanden worden afzonderlijk afgespeeld.)
●●De maximaal beschikbare opnameduur voor doorlopend opnemen wordt op het scherm
weergegeven.
De weergave schakelen tussen het aantal op te nemen beelden en
de beschikbare opnameduur
→
[Voorkeuze] →[Rest-aanduiding]
[
] (Resterende opnamen):
Geeft het aantal beelden weer dat kan worden
opgenomen.
[
] (Resterende tijd):
Geeft de resterende opnameduur weer.
28
Aantal op te
nemen beelden
Beschikbare
opnameduur
SQW0028
Voorbereidingen
Instellen van de klok
Bij verzending van de camera is de klok niet ingesteld.
1
Schakel de camera in
2
Druk op [MENU/SET] terwijl het bericht
wordt weergegeven
3
Druk op
4
5
••Als het taalkeuzescherm niet wordt weergegeven,
gaat u naar stap 4.
om de taal te selecteren en druk op [MENU/SET]
••Het bericht [Aub klok instellen] verschijnt.
Druk op [MENU/SET]
Druk op
om de onderdelen (jaar,
maand, dag, uur, minuten) te selecteren
en druk op
om deze in te stellen
••Annuleren → Druk op de [
: Thuistijd
: Tijd op de bestemming
]-knop.
De weergavevolgorde of tijdweergave-indeling
instellen
••Selecteer [Indeling] en druk op [MENU/SET] om het
instelscherm voor weergavevolgorde en tijdweergaveindeling in te stellen.
Stijl
Weergavevolgorde
Tijdweergave-indeling
6
Druk op [MENU/SET]
7
Wanneer [Gelieve de thuiszone instellen] wordt weergegeven,
drukt u op [MENU/SET]
29
••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Druk op [MENU/SET].
SQW0028
Voorbereidingen
Instellen van de klok
8
Druk op
om uw thuiszone in te
stellen en druk op [MENU/SET]
Naam stad of regio
Huidige tijd
Verschil met GMT
(Greenwich Mean Time)
●●Als de klok niet is ingesteld, kan de juiste datum niet worden afgedrukt wanneer u een fotostudio
opdracht geeft de foto af te drukken of wanneer u de datum afdrukt op de foto’s met [Tekst afdr.].
Tijdsinstellingen wijzigen
Selecteer [Klokinst.] in het [Set-up]-menu om de huidige tijdsinstellingen te wijzigen.
••De klokinstellingen worden ongeveer 3 maanden bewaard, zelfs nadat de batterij wordt
verwijderd, mits een volledig opgeladen batterij in de camera was geïnstalleerd 24 uur
voordat de klok werd ingesteld.
1 Selecteer [Klokinst.] in het menu [Set-up]
2
30
•• Zie voor meer informatie over het instellen van het menu (→31)
Stel de datum en tijd in (voer stap 5 - 6 uit. (→29))
SQW0028
Voorbereidingen
Het menu instellen
Via het menu kunt u camera- en opnamefuncties instellen, afspeelfuncties bedienen
en andere bewerkingen uitvoeren. Het [Set-up]-menu bevat vooral enkele belangrijke
instellingen met betrekking tot de klok en het stroomverbruik van de camera. Controleer
de instellingen in dit menu voordat u de camera gaat gebruiken.
●●Wanneer [Menu hervatten] (→49) in het [Set-up]-menu op [ON] is ingesteld,
verschijnt opnieuw het scherm dat het laatst werd weergegeven nadat u het
menuonderdeel selecteerde. Deze is ingesteld op [ON] op het moment van
aanschaf.
●●Wanneer de [Menu-informatie] (→49) in het [Set-up]-menu op [ON] wordt
ingesteld, verschijnen beschrijvingen van de menuonderdelen en instellingen op
het menuscherm.
Voorbeeld: h
et wijzigen van de instelling [Kwaliteit] van [ ] in [ ] in het [Opname]menu
In deze gebruiksaanwijzing worden stappen voor het instellen van een
menuonderdeel als volgt beschreven:
→
[Opname] → [Kwaliteit] → [ ]
1
31
Druk op [MENU/SET] om het menu te
openen
[Opname]
(→303 -)
U kunt instellingen uitvoeren voor fotoresolutie en de flitser.
[Bewegend beeld]
(→305)
U kunt het opnameformaat en beeldkwaliteit en andere
instellingen selecteren.
[Voorkeuze]
(→306 -)
De werking van het apparaat, zoals de weergave van het
scherm en de werking van de knoppen, kan afhankelijk van
uw voorkeuren worden ingesteld. Ook kunt u de gewijzigde
instellingen registreren.
[Set-up]
(→308)
U kunt instellingen maken die het gebruik vergemakkelijken,
zoals het veranderen van de klokinstellingen en het volume
van de pieptoon. U kunt ook aan de Wi-Fi-functie gerelateerde
instellingen verrichten.
[Afspelen]
(→309)
U kunt opgenomen beelden beveiligen, bijsnijden,
afdrukinstellingen en andere instellingen voor de opgenomen
beelden opgeven.
SQW0028
Voorbereidingen
Het menu instellen
2
Druk op
om het menuonderdeel te
selecteren en druk op [MENU/SET]
Pagina
••Onderdelen kunnen ook worden geselecteerd door de
bedieningsknop te draaien.
••U kunt ook naar de volgende pagina gaan door op de
[DISP.]-knop te drukken of de zoomhendel te draaien.
Onderdeel
3
Druk op
om de instelling te
selecteren en druk op [MENU/SET]
Geselecteerde instelling
••Onderdelen kunnen ook worden geselecteerd door de
bedieningsknop te draaien.
Instellingen
4
Druk herhaaldelijk op de [
]-knop totdat het opname- of
afspeelscherm weer verschijnt
••Tijdens het opnemen kunt u het menuscherm ook sluiten door de ontspanknop
half in te drukken.
32
SQW0028
Voorbereidingen
Het menu instellen
Schakelen tussen menutypen
Voorbeeld: N
aar het menu [Set-up] overschakelen vanuit het menu [Opname]
1
2
3
Druk op
Druk op
om een menu-overschakelpictogram [ ]
te selecteren
•• Onderdelen kunnen ook worden geselecteerd door de
bedieningsknop te draaien.
Druk op [MENU/SET]
•• Selecteer het menuonderdeel en voer de instelling uit.
Menutype
●●De menutypen en onderdelen die worden weergegeven kunnen per modus verschillend zijn.
●●De instelmethoden variëren per menu-onderdeel.
De achtergrond van het menuscherm instellen
U kunt de achtergrond voor het menuscherm afhankelijk van uw voorkeuren instellen.
1 Stel het menu in
→
2
[Set-up] → [Achtergrondkleur]
Druk op
om de achtergrondkleur te selecteren en druk vervolgens op
[MENU/SET]
•• Sluit het menu af nadat het is ingesteld.
33
SQW0028
Voorbereidingen
Veelgebruikte menu’s direct oproepen (Quick-menu)
U kunt eenvoudig een aantal menuonderdelen oproepen om die in te stellen.
••Welke menuonderdelen en instellingen er worden weergegeven, verschilt afhankelijk
van de opnamemodus en de instellingen tijdens het opnemen.
1
Druk op de [Q.MENU]-knop om het Quickmenu weer te geven
2
Draai de bedieningsknop om het
menuonderdeel te selecteren en druk op
of
50i
••Het menuonderdeel kan ook worden geselecteerd
door op
te drukken.
3
Draai de bedieningsknop om de instelling
te selecteren
••De instelling kan ook geselecteerd worden met
4
.
Druk op de [Q.MENU]-knop om het Quickmenu te sluiten
50i
Van methode wisselen voor het instellen van Quick-menuonderdelen
→
[Voorkeuze] → [Q.MENU]
[PRESET]: de standaardonderdelen kunnen worden ingesteld.
[CUSTOM]: het Quick-menu bestaat uit gewenste onderdelen. (→35)
Gebruik van het Quick-menu in het opnamegegevensscherm
(→62) van [ ] (schermstijl)
(Druk herhaaldelijk op de [DISP.]-knop totdat het scherm verschijnt.)
Druk op de [Q.MENU]-knop en draai de bedieningsknop om een
onderdeel te selecteren en druk op [MENU/SET].
Draai de bedieningsknop om de instelling te selecteren en druk op
[MENU/SET] om in te stellen.
en [MENU/SET].
•• U kunt ook instellen met
34
SQW0028
Voorbereidingen
Veelgebruikte menu’s direct oproepen (Quick-menu)
Het Quick-menu wijzigen in uw voorkeursonderdeel
Wanneer [Q.MENU] (→34) in het [Voorkeuze]-menu is ingesteld op [CUSTOM], kan
het Quick-menu naar wens worden gewijzigd. In het Quick-menu kunnen maximaal 15
onderdelen worden ingesteld.
1 Druk op om [ ] te selecteren en druk op
[MENU/SET]
2
3
Druk op
om het menuonderdeel in de
bovenste rij te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op
om de lege ruimte in de onderste rij te
selecteren en druk op [MENU/SET]
•• Als er geen lege ruimte is in de onderste rij, kunt u een bestaand
onderdeel door een nieuw selectieonderdeel vervangen door het
bestaande onderdeel te selecteren.
•• Als u de instelling wilt annuleren, gaat u naar de onderste rij door
op te drukken en een item te selecteren om te annuleren, en
drukt u vervolgens op [MENU/SET].
•• De onderdelen die kunnen worden ingesteld, zijn als volgt:
Onderdelen die als Quickmenu’s kunnen worden
ingesteld
Onderdelen die in het
Quick-menuscherm
kunnen worden
weergegeven
[Opname]-menu/opnamefuncties
•• [Fotostijl] (→100)
•• [Fotoresolutie] (→108)
•• [Kwaliteit] (→109)
•• [AFS/AFF/AFC] (→114)
•• [Meetfunctie] (→139)
•• [Int.dynamiek] (→111)
•• [I.resolutie] (→111)
•• [HDR] (→112)
•• [Sluitertype] (→140)
•• [Flitserfunctie] (→180)
•• [Flitser instel.] (→183)
•• [i.Zoom] (→172)
•• [Dig. zoom] (→173)
•• [Stabilisatie] (→168)
•• [Gevoeligheid] (→136)
•• [Witbalans] (→103)
•• [AF mode] (→115)
•• [Aandrijfstand] (→141)
[Bewegend beeld]-menu
•• [4K-FOTO] (→195)
•• [Filmopnamestnd] (→187)
35
•• [Foto/film] (→198)
SQW0028
Voorbereidingen
Veelgebruikte menu’s direct oproepen (Quick-menu)
[Voorkeuze]-menu
•• [Stille modus] (→161)
•• [Peaking] (→130)
•• [Histogram] (→64)
•• [Richtlijnen] (→65)
4
36
Druk op de [
•• [Zebrapatroon] (→166)
•• [Zwart-wit Live View] (→167)
•• [Opn.gebied] (→192)
•• [Zoomschakelaar] (→175)
]-knop
•• Er wordt teruggekeerd naar het scherm van stap 1 (→35). Druk op [MENU/SET] om naar het
opnamescherm te schakelen.
SQW0028
Voorbereidingen
Veelgebruikte functies aan de knoppen toewijzen
(functieknoppen)
U kunt veelgebruikte functies aan specifieke knoppen toewijzen.
1 Stel het menu in
→
2
3
[Voorkeuze] → [Fn knopinstelling]
Druk op
om de functieknop te selecteren waaraan
u een functie wilt toewijzen en druk op [MENU/SET]
Druk op
om de functie te selecteren die u wilt
toewijzen en druk op [MENU/SET]
•• Raadpleeg (→38) voor details over de functies die kunnen
worden toegewezen.
•• Selecteer [Terug naar standaard] om de functieknoppen terug te
zetten op de standaardinstellingen.
37
SQW0028
Voorbereidingen
Veelgebruikte functies aan de knoppen toewijzen (functieknoppen)
Een functie aan een functieknop toewijzen
Druk op de functieknop om de toegewezen functie te gebruiken.
••U kunt de volgende functies toewijzen aan de [Fn1]-, [Fn2]- en [Fn3]-knoppen.
•• [Wi-Fi] (→225): [Fn2]*
•• [LVF/Scherm] (→55): [Fn3]*
•• [AF/AE vergrend.] (→133)
•• [AF AAN] (→129, 133)
•• [Voorvertoning] (→88): [Fn1]*
•• [Niveaumeting] (→66)
•• [Focus instellen]
•• [Cursortoets vergrend.]
•• [Fotostijl] (→100)
[Opname]-menu/opnamefuncties
•• [Fotoresolutie] (→108)
•• [Kwaliteit] (→109)
•• [AFS/AFF/AFC] (→114)
•• [Meetfunctie] (→139)
•• [Schaduw markeren] (→102)
•• [Int.dynamiek] (→111)
•• [I.resolutie] (→111)
•• [HDR] (→112)
•• [Sluitertype] (→140)
•• [Flitserfunctie] (→180)
•• [Flitser instel.] (→183)
•• [i.Zoom] (→172)
•• [Dig. zoom] (→173)
•• [Stabilisatie] (→168)
•• [Gevoeligheid] (→136)
•• [Witbalans] (→103)
•• [AF mode/MF] (→115)
•• [Aandrijfstand] (→141)
•• [Terug naar standaard]
[Bewegend beeld]-menu
•• [4K-FOTO] (→195)
•• [Filmopnamestnd] (→187)
•• [Foto/film] (→198)
[Voorkeuze]-menu
•• [Voorkeursinst. gebr.] (→60)
•• [Stille modus] (→161)
•• [Peaking] (→130)
•• [Histogram] (→64)
•• [Richtlijnen] (→65)
•• [Zebrapatroon] (→166)
•• [Zwart-wit Live View] (→167)
•• [Opn.gebied] (→192)
•• [Zoomschakelaar] (→175)
* Instellingen van de functieknoppen bij het moment van aanschaf.
••Bepaalde functies kunnen niet aan bepaalde functieknoppen worden toegewezen.
●●De functie die aan de functieknop is toegewezen, werkt in sommige modi of op sommige
weergaveschermen mogelijk niet.
●●Wanneer [Focus instellen] is toegewezen aan een functieknop, kunt u het positie-instelscherm
voor het AF-gebied of MF assist weergeven.
●●Wanneer de cursortoets vergrendeld is, wordt de bediening van de cursortoets, de [MENU/SET]-
knop en de bedieningsknop uitgeschakeld. Druk opnieuw op de functieknop om de bediening in te
schakelen.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●De functie die wordt toegewezen aan de [Fn1]-knop, zal in de volgende gevallen niet werken:
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Miniatuureffect], [Kleuraccent], [Zonneschijn])
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
●●De functie die wordt toegewezen aan de [Fn2]-knop, zal in het volgende geval niet werken:
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Bij het opnemen van 4K-films na instelling van [4K-FOTO] op [ON]
38
SQW0028
Voorbereidingen
Instellingen veranderen met de bedieningsring
De "bedieningsring" is een eenvoudige en handige manier om diverse instellingen aan te
passen, afhankelijk van de geselecteerde cameramodus. Met de bedieningsring kunt u
de instellingen van het apparaat wijzigen.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld met de bedieningsring verschillen afhankelijk
van de opnamemodi.
Hieronder staan de vooraf geregistreerde instellingen.
Opnamemodus
Instelling
[Intelligent auto]-modus
Stapsgewijze zoom (→174)
[Program AE]-modus
Stapsgewijze zoom (→174)
[Lensopeningspr.]-modus
Stapsgewijze zoom (→174)
[Sluiterprioriteit]-modus
Sluitertijdinstelling* (→84)
[Handm. belicht.]-modus
Sluitertijdinstelling* (→86)
* Met de bedieningsring kunt u de waarden van de volgende instellingen wijzigen, wat niet mogelijk is
met de sluitertijdknop.
–– Kortere sluitertijd dan 1/4000 seconde (elektronische sluiter (→140))
–– Langere sluitertijd dan 1 seconde (mechanische sluiter (→140))
–– Instelling in stappen van 1/3 EV
●●De bedieningsring is toegewezen aan het selecteren van het beeldeffect (Filter) wanneer u een
panoramabeeld opneemt. (→150)
●●Wanneer handmatig scherpstellen is ingesteld, is de scherpstelling toegewezen aan de
bedieningsring. (→128)
●●Met de bedieningsring kunt u uw voorkeursinstellingen wijzigen. (→40)
39
SQW0028
Voorbereidingen
Instellingen veranderen met de bedieningsring
Verandering van de instellingen die aan de bedieningsring
toegewezen zijn
Hiermee verandert u de instellingen die aan de bedieningsring toegewezen zijn.
1 Stel het menu in
→
2
[Voorkeuze] → [Bedieningsring]
Selecteer met
de instelling en druk op [MENU/SET]
Instellingen die kunnen worden
toegewezen
[DEFLT] [Normaal]
[Zoom] (→170)
•• Om terug te keren naar de standaardinstelling,
selecteert u [Normaal]. (→39)
•• Als u de bedieningsring niet gebruikt, selecteert
u [OFF] ([Niet ingesteld]).
[Stapsg. zoom] (→174)
[Gevoeligheid] (→136)
[Witbalans] (→103)
[Filter selecteren] (→89)
[OFF] [Niet ingesteld]
●●De instelling van de toegewezen functie geldt voor alle opnamemodi.
De functie die aan de bedieningsring is toegewezen, kan mogelijk niet werken in sommige
combinaties van de opnamemodus of instellingen die voor opnemen worden gebruikt
(panoramafoto’s opnemen, filterinstelling enzovoort)
●●Als handmatig scherpstellen ingesteld is, is de bedieningsring vastgezet op de functie voor het
aanpassen van de scherpstelling. U kunt de toegewezen instellingen niet gebruiken bij gebruik
van de [Bedieningsring]. (→128)
40
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
[Klokinst.] en [Slaapsmodus] zijn belangrijk voor de klokinstelling en de
batterijgebruiksduur. Controleer deze instellingen voordat u de camera gebruikt.
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[Klokinst.]
De tijd- en datumnotatie en de weergave-indeling instellen. (→30)
[Wereldtijd]
Stel de opnamedatum en -tijd in met de lokale tijd op uw bestemming.
••Stel [Home] in wanneer u de camera na aanschaf voor het eerst gebruikt. U kunt
[Bestemming] instellen nadat u [Home] hebt ingesteld.
Instellingen: [Bestemming]/[Home]
1
2
Selecteer met
[Bestemming] of [Home] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
het gebied en druk op [MENU/SET]
Huidige tijd op geselecteerde bestemming
Naam stad/regio
Verschil met
thuistijd
Wanneer de [Bestemming] is gekozen
Wanneer de [Home] is gekozen
■■Zomertijd instellen
Druk op in stap 2. (Nogmaals drukken om de instelling te annuleren)
•• Wanneer u de zomertijd [
] instelt, wordt de huidige tijd 1 uur vooruitgezet. Als de instelling
wordt geannuleerd, keert de tijd automatisch terug naar de huidige tijd.
■■Wanneer u terugkomt van uw reisbestemming
Selecteer [Home] in stap 1 en druk op [MENU/SET]
●●Als u uw bestemming niet kunt vinden in het gebied dat op het scherm wordt weergegeven, stel
de tijd dan in op basis van het verschil met de tijd in de thuiszone.
41
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[Reisdatum]
Als u uw reisschema instelt en beelden opneemt, wordt ingesteld op welke dag van de
reis de foto is gemaakt.
■■[Reissetup]
Instellingen: [SET]/[OFF]
1
2
3
4
Selecteer met
[Reissetup] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
[SET] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
de vertrekdatum en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
de retourdatum en druk op [MENU/SET]
■■Opnemen op [Locatie]
Wanneer de [Reissetup] is ingesteld, kunt u de locatie kiezen.
Selecteer [Locatie] in stap 1 hierboven en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
de optie [SET] en druk op [MENU/SET]
Voer uw locatie in (Tekst invoeren (→52))
●●Voor het afdrukken van de [Locatie] of het aantal dagen dat is verstreken, gebruikt u naar keuze
[Tekst afdr.] of drukt u af met de software "PHOTOfunSTUDIO" op de bijgeleverde dvd.
●●De reisdatum wordt berekend aan de hand van de ingestelde vertrekdatum en de datum die is
ingesteld in de klok van de camera. Wanneer de bestemming wordt ingesteld in [Wereldtijd], wordt
het verstreken aantal dagen berekend op basis van de lokale tijd op de bestemming.
●●Wanneer [Reissetup] is ingesteld op [OFF], wordt het aantal verstreken dagen niet vastgelegd. Dit
aantal wordt zelfs niet weergegeven als [Reissetup] wordt ingesteld op [SET] na het opnemen.
●●Wanneer de huidige datum voorbij de retourdatum komt, wordt [Reissetup] automatisch
geannuleerd.
●●[Reisdatum] kan niet worden opgenomen voor AVCHD-films.
●●[Locatie] wordt niet opgenomen wanneer u films opneemt.
[Wi-Fi]
Instellingen: [Wi-Fi-functie]/[Wi-Fi setup]
Configureer de vereiste instellingen voor de Wi-Fi-functie. (→227, 272)
42
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[Toon]
Voor instellen van de waarschuwingstonen en de sluiterklikken.
■■[Beep volume]
Instellingen:
(Hard) /
(Zacht) /
(Uit)
Instellingen:
(Hard) /
(Zacht) /
(Uit)
Instellingen:
/
■■[Shutter vol.]
■■[Shutter toon]
/
●●Wanneer [Stille modus] op [ON] wordt ingesteld, worden [Beep volume] en [Shutter vol.] op "Uit"
ingesteld.
[Live View Modus]
Voor instellen van de weergavesnelheid en de beeldkwaliteit van het scherm ("live view"
scherm) bij het opnemen van beelden.
Instellingen
[30fps]
[60fps]
Beeldkwaliteit heeft een hogere prioriteit dan weergavesnelheid en beelden worden op
30 frames/seconde weergegeven.
Gebruik deze instelling bijvoorbeeld wanneer u een relatief langzaam bewegend
onderwerp op wilt nemen terwijl u de scherpstelling bevestigt. Het stroomverbruik wordt
beperkt en de gebruikstijd verlengd.
Weergavesnelheid heeft een hogere prioriteit dan beeldkwaliteit en beelden worden op
60 frames/seconde weergegeven. De weergegeven beelden zullen ietwat korrelig zijn.
Gebruik deze instelling bijvoorbeeld wanneer u een snel bewegend onderwerp op wilt
nemen.
●●De instelling [Live View Modus] heeft geen invloed op het opgenomen beeld.
●●De weergavesnelheid kan trager worden in donkere locaties.
●●Wanneer de zoeker wordt gebruikt, wordt de [Live View Modus] vast ingesteld op [60fps].
●●Wanneer de netadapter (optioneel) wordt gebruikt, wordt [Live View Modus] vastgezet op [60fps].
43
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[Scherm]/[Zoeker]
Pas de helderheid en de kleur van het scherm of de zoeker aan. U kunt het beste de
standaardinstellingen gebruiken.
Deze zijn bedoeld om een voorbeeld van het werkelijke beeld te geven, zo nauwkeurig
mogelijk.
Instellingen
Hiermee past u de helderheid aan.
[Helderheid]
Hiermee past u het contrast aan.
[Contrast]
Hiermee past u de levendigheid van kleuren aan.
[Verzadiging]
Hiermee past u de roodtinten aan.
[Roodachtig]
Hiermee past u de blauwtinten aan.
[Blauwzweem]
1
2
Druk op
passen
om de instelling te selecteren en druk op
om deze aan te
•• U kunt ook instellingen verrichten met de bedieningsknop.
Druk op [MENU/SET]
●●Het scherm wordt aangepast wanneer het scherm in gebruik is en de zoeker wanneer de zoeker
in gebruik is.
●●Sommige onderwerpen kunnen er anders uitzien dan in werkelijkheid, maar dit heeft geen invloed
op het opgenomen beeld.
44
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[Helderheid scherm]
Hiermee stelt u de helderheid van het scherm in, afhankelijk van het niveau van het
omgevingslicht.
Instellingen
De helderheid wordt automatisch ingesteld, afhankelijk van de lichtsterkte rondom de
camera.
De helderheid wordt verhoogd.
De helderheid is standaard.
De helderheid wordt verlaagd.
●●Omdat op het beeld op het scherm de helderheid wordt benadrukt, kunnen sommige onderwerpen
er anders uitzien dan in werkelijkheid, maar dit is niet van invloed op het opgenomen beeld.
] keert terug naar de gewone helderheid als u tijdens het opnemen 30 seconden lang geen
bedieningshandeling verricht. (Druk op een willekeurige knop om het scherm weer helderder te
maken.)
●●Wanneer u [ ] of [ ] instelt, wordt de gebruikstijd verkort.
●●[ ] kan niet geselecteerd worden tijdens het afspelen.
●●Wanneer de netadapter (optioneel) wordt gebruikt, is de oorspronkelijke instelling [ ].
●●[
45
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[Slaapsmodus]
De camera wordt automatisch uitgeschakeld als er een vastgestelde tijd lang geen
bedieningshandeling wordt uitgevoerd.
••Herstellen → Druk de ontspanknop half in of schakel de camera weer in.
Instellingen: [10MIN.] / [5MIN.] / [2MIN.] / [1MIN.] / [OFF]
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
•• Tijdens het opnemen/afspelen van films
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Wanneer het apparaat op een computer/printer aangesloten is
•• Tijdens diashows
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] gebruikt wordt (alleen beschikbaar bij de instelling
[Automatische opname])
•• Wanneer de netadapter (optioneel) en de DC coupler (optioneel) gebruikt worden
46
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[USB mode]
Selecteer een communicatiemethode voor aansluiting van de camera op een computer of
printer via een USB-kabel (bijgeleverd).
Instellingen
[Select. verbinding]
Selecteer elke keer dat u verbinding met een computer of een
PictBridge-compatibele printer maakt, een communicatiemethode.
[PictBridge (PTP)]
Selecteer deze functie voor aansluiting op een PictBridge-geschikte
printer.
Selecteer deze functie bij aansluiting op een computer.
[PC]
[TV-verbinding]
Wijzig de instellingen die u wilt gebruiken wanneer de camera is aangesloten op een tv of
ander apparaat.
■■[Video uit]
Deze instelling werkt als de AV-kabel (optioneel) of de HDMI-microkabel is aangesloten.
Instellingen
[NTSC]
Video-uitgang is ingesteld op NTSC-systeem.
[PAL]
Video-uitgang is ingesteld op PAL-systeem.
■■[TV-aspect]
Deze instelling werkt als er een AV-kabel (optioneel) is aangesloten.
Instellingen: [16:9] / [4:3]
47
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[TV-verbinding] (vervolg)
■■[HDMI-functie]
Stel het formaat voor de HDMI-uitgang in wanneer u afspeelt op de HDMI-compatibele
HD-tv die op dit apparaat is aangesloten met de HDMI-microkabel.
Instellingen
[AUTO]
Hiermee stelt u automatisch de uitgangsresolutie in op basis van informatie
van een aangesloten tv.
[4K]
Hiermee worden beelden weergegeven met een resolutie van 3840 × 2160
pixels en een progressieve scanmethode voor het aantal effectieve scanlijnen
(2.160 lijnen).
[1080p]
Hiermee worden beelden weergegeven met een progressieve scanmethode
voor het aantal effectieve scanlijnen (1.080 lijnen).
[1080i]
Hiermee worden beelden weergegeven met een interliniëringsscanmethode
voor het aantal effectieve scanlijnen (1.080 lijnen).
[720p]
Hiermee worden beelden weergegeven met een progressieve scanmethode
voor het aantal effectieve scanlijnen (720 lijnen).
[576p]*1/[480p]*2
Hiermee worden beelden weergegeven met een progressieve scanmethode
voor het aantal effectieve scanlijnen (576*1/480*2 lijnen).
*1 Wanneer [Video uit] is ingesteld op [PAL]
*2 Wanneer [Video uit] is ingesteld op [NTSC]
●●Dit werkt wanneer de HDMI-microkabel is aangesloten.
●●Als er met [AUTO] geen beeld op de tv verschijnt, schakelt u de instelling naar een andere
constante instelling dan [AUTO] om een formaat in te stellen dat door uw tv wordt ondersteund.
(Lees de gebruiksaanwijzing van de tv.)
48
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[TV-verbinding] (vervolg)
■■[VIERA link]
Voor automatisch gekoppelde bediening met andere VIERA Link-compatibele
apparaten en bediening met een VIERA-afstandsbediening bij aansluiting met een
HDMI-microkabel. (→278)
Instellingen
[ON]
Voor de bediening gebruikt u de afstandsbediening van het aangesloten VIERA Linkcompatibele apparaat.
•• Niet alle functies zijn hiermee te bedienen.
•• De werking van de toetsen op de camera zelf zal beperkt zijn.
[OFF]
Voor de bediening gebruikt u de toetsen op de camera zelf.
●●Dit werkt wanneer de HDMI-microkabel is aangesloten.
[Menu hervatten]
Sla de laatste gebruikte menupositie op.
Instellingen: [ON]/[OFF]
[Achtergrondkleur]
Hiermee stelt u de achtergrondkleur voor het menuscherm in. (→33)
[Menu-informatie]
Uitleg van de menuonderdelen en instellingen wordt op het menuscherm weergegeven.
Instellingen: [ON]/[OFF]
[Taal]
Schermtaal wijzigen.
Hiermee stelt u de schermtaal in.
49
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[Versie disp.]
Controleert de firmware-versie van de camera of de bijgeleverde flitser (wanneer de flitser
is aangebracht).
●●Als u op [MENU/SET] drukt terwijl de versie wordt aangegeven, verschijnt er software-informatie
voor dit apparaat, zoals bijvoorbeeld de licentie.
[Zelf ontsp. auto uit]
Als het apparaat uitgeschakeld wordt, wordt de zelfontspanner geannuleerd.
Instellingen: [ON]/[OFF]
[Nr. resetten]
Nummers van fotobestanden resetten. (Het nummer van de map wordt bijgewerkt en
bestanden worden genummerd vanaf 0001.)
••Het mapnummer terugzetten op 100:
formatteer eerst de kaart en zet vervolgens de bestandsnummers terug met
[Nr. resetten]. Selecteer vervolgens [Ja] in het scherm voor het resetten van de
mapnummers.
●●Aan de map kan een nummer tussen 100 en 999 worden toegekend.
De nummers kunnen niet worden teruggesteld wanneer het mapnummer 999 bereikt wordt. In dat
geval slaat u alle belangrijke beelden op uw computer op en formatteert u de kaart (→26).
[Resetten]
Terugkeren naar de standaardinstellingen.
■■[Opname instellingen resetten ?]
■■[Set-up/voorkeuze-instellingen resetten?]
●●De gegevens die zijn geregistreerde voor [Gezicht herk.] komen te vervallen wanneer u de
opname-instellingen terugstelt.
●●Wanneer de instelling/aangepaste instellingen worden teruggezet, worden ook de volgende
instellingen teruggezet:
•• De instelling [Profiel instellen]
•• De instellingen van [Scherm roteren], [Foto's sorteren], [Wissen bevestigen] in het [Afspelen]menu
●●De mapnummers en de klokinstellingen worden niet teruggesteld.
50
SQW0028
Voorbereidingen
Gebruik van het [Set-up]-menu
Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu
(→31)
[Wi-Fi resetten]
Zet de [Wi-Fi]-instellingen terug in de standaardinstellingen.
●●Als u uw camera wilt wegwerpen of weggeven, dient u deze altijd terug te zetten op de
beginwaarden om te voorkomen dat uw persoonlijke gegevens per ongeluk worden gebruikt.
●●Wanneer u om een reparatie van uw camera vraagt, dient u een back-up te maken van uw
persoonlijke gegevens en ook altijd de camera terug te zetten op de beginwaarden.
[Formatteren]
Hiermee formatteert (initialiseert) u een geheugenkaart. (→26)
51
SQW0028
Voorbereidingen
Tekst invoeren
Gebruik de cursortoets om namen in te voeren met de gezichtsherkenningsfunctie
en in [Profiel instellen] (baby’s en huisdieren), of voor het registreren van locaties in
[Reisdatum] enz.
••Er kunnen alleen letters en symbolen worden ingevoerd.
••Voorbeeld van een bewerking voor het weergeven van een scherm:
→
[Opname] → [Profiel instellen] → [SET] → [Baby1] → [Naam] → [SET]
1
2
Selecteer tekens met
Druk enkele malen op [MENU/SET] totdat
de gewenste letter wordt weergegeven
Cursorpositie
Er wordt tekst ingevoegd op de cursorpositie.
••[ ]: Voer een spatie in.
■■Lettertype wijzigen
••Druk op de [DISP.]-knop
••Selecteer met
[
[MENU/SET]
] en druk op
■■Doorgaan met het invoeren van lettertekens
••Selecteer met
[ ] en druk op [MENU/SET]
••Beweeg de zoomhendel naar de T-zijde
••Draai de bedieningsknop naar rechts
■■Tekst bewerken
Selecteer met
[ ] [ ] en druk op [MENU/SET]. Ga vervolgens met
de cursor naar de tekst die u wilt bewerken
••U kunt de cursor ook verplaatsen met de zoomhendel of de bedieningsknop.
Selecteer met
[Wissen] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
de juiste tekst en druk vervolgens op [MENU/SET]
3
Wanneer u klaar bent met het invoeren van tekst, selecteert u
met
[Inst.] en drukt u op [MENU/SET]
●●U kunt maximaal 30 tekens invoeren (maximaal 9 tekens wanneer u namen instelt in [Gezicht
herk.]).
●●U kunt maximaal 15 tekens invoeren voor [
u namen instelt in [Gezicht herk.]).
52
], [ ], [ ], [ ] en [ ] (maximaal 6 tekens wanneer
SQW0028
Basisbediening
De camera vasthouden
AF-assistlampje
••Om te voorkomen dat de camera gaat trillen, houdt u
deze met beide handen vast, houdt u uw armen strak
Microfoon
langs uw lichaam terwijl u met uw voeten iets uit elkaar
gaat staan.
••Raak de lens niet aan.
••Let bij het opnemen van filmbeelden op dat u de
microfoon niet blokkeert.
••Blokkeer het AF-assistlampje of de flitser niet wanneer
u dit gebruikt om een beeld op te nemen. Laat uw
onderwerp niet van dichtbij in de flits of het lampje
Schouderriem
kijken.
••Zorg dat de camera niet beweegt op het moment dat u
op de ontspanknop drukt.
••We raden u aan de bijgeleverde schouderriem te gebruiken om te voorkomen dat
u de camera laat vallen.
De richtingsdetectiefunctie
Foto’s die worden gemaakt terwijl de camera verticaal wordt
gehouden, kunnen tijdens het afspelen automatisch staand
worden weergegeven. (Alleen wanneer [Scherm roteren] is
ingesteld op [ON].)
••De richtingsdetectiefunctie werkt mogelijk niet juist als er
beelden worden opgenomen wanneer de camera omhoog
of omlaag wordt gericht.
••Films kunnen niet staand worden weergegeven.
53
SQW0028
Basisbediening
Beelden opnemen met de zoeker
Wanneer u de zoeker gebruikt, kunt u de weergave van het onderwerp zelfs in een
omgeving met veel licht bekijken.
Schakelen tussen het scherm en de zoeker
U kunt de [LVF]/[Fn3]-knop op twee manieren gebruiken,
ofwel als de [LVF]-knop voor weergave in de zoeker of als een
functieknop [Fn3].
Vanaf het moment van aanschaf kunt u deze knop gebruiken
als [LVF]-knop voor zoekerweergave.
••Raadpleeg voor details over de functieknop (→37).
[LVF]-knop
Oogsensor
1
Druk op de [LVF]-knop
•• Het scherm wordt geschakeld zoals hieronder weergegeven.
Automatisch schakelen
tussen zoeker en scherm
Zoekerweergave
Schermweergave
Automatisch schakelen tussen zoeker en scherm
Voor automatisch schakelen tussen de zoeker en het scherm schakelt de oogsensor de
weergave automatisch naar de zoeker wanneer uw oog of een object in de buurt komt
van de zoeker.
••De oogsensor werkt mogelijk niet correct, afhankelijk van de vorm van uw bril, de
manier waarop u de camera vasthoudt en of het oculair en de omgeving aan sterk licht
worden blootgesteld. Druk in dit geval op de [LVF]-knop om de weergave te schakelen.
••Tijdens het afspelen van een film of diashow schakelt de oogsensor de weergave niet
automatisch naar de zoeker.
••De gevoeligheid van de oogsensor kan ingesteld worden met [Oogsensor] in het
[Voorkeuze]-menu. (→55)
54
SQW0028
Basisbediening
Beelden opnemen met de zoeker
De gevoeligheid van de oogsensor instellen of instellen dat de
weergave tussen de zoeker en het scherm wordt geschakeld
→
[Voorkeuze] → [Oogsensor]
[Gevoeligheid]
Met deze instelling stelt u de gevoeligheid van de oogsensor in.
[HIGH] / [LOW]
[LVF/Scherm]
Met deze instelling schakelt u de weergave tussen de zoeker en het
scherm.
[LVF/MON AUTO] (automatisch schakelen tussen zoeker en scherm)/
[LVF] (weergave via zoeker)/[MON] (weergave via scherm)
•• Nadat de weergave is geschakeld met de [LVF]-knop, wordt de instelling
van [LVF/Scherm] ook gewijzigd.
Informatie over de diopterinstelling
Pas de diopter aan uw zicht aan, zodat u de zoeker duidelijk
kunt zien.
Draai de diopterinstelring om deze aan te passen totdat u de
lettertekens in de zoeker duidelijk kunt zien.
Diopterinstelring
Informatie over oogsensor-AF
Als de oogsensor geactiveerd wordt wanneer [Oogsensor AF] in het [Voorkeuze]-menu
ingesteld is op [ON], past de camera automatisch de scherpstelling aan.
••Oogsensor-AF past de scherpstelling slechts een keer aan als u in de zoeker kijkt. Het
past niet continu de scherpstelling aan terwijl u in de zoeker kijkt.
●●Zelfs wanneer [Oogsensor AF] is ingesteld en de camera de scherpstelling automatisch aanpast,
hoort u geen pieptoon.
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●[Oogsensor AF] werkt mogelijk niet bij weinig licht.
55
SQW0028
Basisbediening
Fotograferen
••Druk op de [
1
2
]-knop ( ) om de aandrijfstand in te stellen op [ ] ([Enkel]).
Selecteer de opnamemodus (→59)
Stel scherp op het onderwerp
Scherpstelaanduiding
(Goed scherpgesteld: brandt
Niet goed scherpgesteld:
knippert)
Half indrukken (licht indrukken voor scherpstellen)
3
••De diafragmawaarde en de sluitertijd worden
weergegeven. (Als de diafragmawaarde en de sluitertijd
in rood worden weergegeven en knipperen, hebt u niet
de juiste belichting, tenzij u de flitser gebruikt.)
••Wanneer u een foto maakt op een donkere locatie,
Diafragmawaarde
wordt [ ] weergegeven voor de schepstelaanduiding
Sluitertijd
en kan het langer duren dan gewoonlijk om scherp te
stellen.
AF-gebied
••Wanneer [AFS/AFF/AFC] in het [Opname]-menu is
(Goed scherpgesteld: groen)
ingesteld op [AFF] of [AFC]
–– U hoort alleen de eerste keer als de camera
scherpstelt een pieptoon terwijl u de ontspanknop
half indrukt.
–– Wanneer de automatische scherpstelmodus is
ingesteld op aangepast multi, zoals [ ] en [ ],
wordt het AF-gebied alleen de eerste keer
weergegeven wanneer de camera scherp is gesteld
terwijl u de ontspanknop half indrukt.
Maak een foto
Volledig indrukken (helemaal indrukken om een opname te
maken)
●●De scherpstelaanduiding knippert en er klinkt een pieptoon wanneer niet
goed is scherpgesteld.
Gebruik het in rood weergegeven scherpstelbereik ter referentie.
Ook al wordt de scherpstelaanduiding weergegeven, dan nog kan de
camera niet altijd goed scherpstellen, als uw onderwerp buiten het
scherpstelbereik valt.
●●Het weergegeven AF-gebied kan groter zijn, afhankelijk van de
opnameomstandigheden, zoals donkere locaties of zoomfactor.
●●De kwaliteit van de beeldweergave kan slechter zijn tijdens de
automatische scherpstelling.
56
Scherpstelaanduiding
Scherpstelbereik
SQW0028
Basisbediening
Fotograferen
●●Onderwerpen/omgevingen waarbij scherpstellen een probleem kan zijn:
••Snel bewegende of extreem lichte voorwerpen of voorwerpen zonder
kleurcontrasten.
••Foto’s maken door een ruit of vlakbij voorwerpen die licht uitstralen.
••In het donker, of als de camera erg beweegt.
••Wanneer u te dicht bij het voorwerp staat of wanneer u een foto maakt waarop
zowel veraf als dichtbij gelegen voorwerpen staan.
Foto’s weergeven direct nadat u ze hebt gemaakt
→
[Tijdsduur]
[Voorkeuze] → [Auto review]
Hiermee stelt u de tijd in om de gemaakte foto’s na het fotograferen weer te
geven.
[HOLD]: foto’s weergeven totdat u de ontspanknop half indrukt
[5SEC] / [4SEC] / [3SEC] / [2SEC] / [1SEC] / [OFF]
[ON]: tijdens [Auto review] kunt u het afspeelscherm schakelen of beelden
[Prior.
verwijderen.
afspeelbewerking] [OFF]: tijdens [Auto review] kunt u dezelfde knoppen gebruiken als bij het
maken van een foto.
••Wanneer [Tijdsduur] is ingesteld op [HOLD], is [Prior. afspeelbewerking] vastgezet op
[ON].
57
SQW0028
Basisbediening
Films opnemen
U kunt beelden opnemen in volledige HD-kwaliteit die aan de AVCHD-norm voldoet,
evenals films in MP4 opnemen. U kunt tevens 4K-films in MP4 opnemen. (→194)
Het geluid wordt in stereo opgenomen.
1
Druk op de filmknop om bewegende
beelden op te nemen
••Na indrukken laat u de filmknop onmiddellijk weer los.
••U kunt films opnemen die bij elke opnamemodus
passen. (→59)
••Terwijl u films opneemt, knippert de
opnamestatusindicator (rood).
••Als u ongeveer 1 minuut of langer geen bewerking
uitvoert, wordt een deel van de informatie op het
scherm uitgeschakeld. Druk op de [DISP.]-knop als u
de informatie weer wilt weergeven.
••Let bij het opnemen van filmbeelden op dat u de
microfoons niet blokkeert.
••U kunt ook in- en uitzoomen als u films opneemt.
–– Het bedieningsgeluid van de zoomhendel of
bedieningsknop kan in sommige gevallen worden
opgenomen.
••Ook tijdens het filmen kunt u nog foto’s nemen (→198)
2
Opnamestatusindicator
Verstreken
opnameduur
Resterende opnameduur
(ongeveer)
Druk nogmaals op de filmknop om te stoppen met filmen
●●Lees "Films opnemen" voor details. (→187)
58
SQW0028
Basisbediening
De opnamemodus selecteren
De opnamemodus selecteren met de diafragmaring en de sluitertijdknop
1
Draai de diafragmaring en de sluitertijdknop
•• Draai de diafragmaring en de sluitertijdknop langzaam totdat ze
in een klikstand staan om de positie juist uit te lijnen.
U kunt de diafragmaring instellen op [A] (Auto) of op
diafragmawaarden tussen [1.7] en [16].
[Intelligent auto]-modus selecteren
1
Druk op de [iA]-knop
•• De [Intelligent auto]-modus wordt ingesteld en het pictogram van
de opnamemodus verandert in [ ]. Wanneer u nogmaals op de
[iA]-knop drukt, wordt de opnamefunctie omgeschakeld naar een
die het mogelijk maakt om instellingen te maken met behulp van
de diafragmaring en sluitertijdknop.
•• Wanneer de [Intelligent auto]-modus geselecteerd wordt, wordt
de opnamemodus die was ingesteld met de diafragmaring en de
sluitertijdknop geannuleerd.
[Intelligent auto]-modus (→75)
Foto’s opnemen met automatische instellingen.
[Program AE]-modus (→81)
Foto’s maken met de instellingen voor diafragmawaarde en sluitertijd automatisch
aangepast.
[Lensopeningspr.]-modus (→83)
Diafragma instellen en vervolgens foto’s opnemen.
[Sluiterprioriteit]-modus (→84)
Sluitertijd instellen en vervolgens foto’s opnemen.
[Handm. belicht.]-modus (→86)
Kies de gewenste diafragmawaarde en sluitertijd en ga dan beelden opnemen.
59
SQW0028
Basisbediening
De opnamemodus selecteren
Een combinatie van instellingen registreren die gebruikt kunnen worden
tijdens het opnemen (Voorkeursinstelling)
U kunt tot drie combinaties van uw favoriete menu-instellingen registreren. Als u
[Voorkeursinst. gebr.] selecteert in het [Voorkeuze]-menu, kunt u snel schakelen naar de
instellingen die u als voorkeursinstellingen geselecteerd hebt.
■■De voorkeursinstellingen registreren
Stel uw voorkeursmenu-instellingen in zoals het [Opname]-menu, [Bewegend beeld]menu en [Voorkeuze]-menu
Stel het menu in
→
[Voorkeuze] → [Geh voorkeursinst.]
Selecteer met
SET]
voorkeursinstellingen (C1-C3) voor registratie en druk op [MENU/
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
●●De volgende menuonderdelen worden niet als voorkeursinstellingen geregistreerd.
[Opname]-menu
•• Gegevens geregistreerd met
[Gezicht herk.]
•• De instelling [Profiel instellen]
[Set-up]-menu
•• Alle menu’s
[Afspelen]-menu
•• [Scherm roteren]
•• [Foto's sorteren]
•• [Wissen bevestigen]
■■De voorkeursinstellingen gebruiken
Stel het menu in
→
[Voorkeuze] → [Voorkeursinst. gebr.]
Selecteer met
de voorkeursinstelling
Druk op [MENU/SET]
50i
•• De instellingen worden geschakeld naar die instellingen die u
als voorkeursinstellingen geselecteerd hebt.
Voorkeursinstellingen oproepen met de functieknop
Als u de functieknop instelt op [Voorkeursinst. gebr.], kunt u snel naar uw
voorkeursinstellingen schakelen door op de functieknop te drukken.
Wijs [Voorkeursinst. gebr.] aan uw voorkeursfunctieknop toe met [Fn knopinstelling] in
het [Voorkeuze]-menu (→37)
Druk op de functieknop waaraan [Voorkeursinst. gebr.] is toegewezen. Selecteer met
de voorkeursinstellingen en druk op [MENU/SET].
60
SQW0028
Basisbediening
De opnamemodus selecteren
Bij wijziging van de menu-instellingen
Zelfs als de menu-instellingen tijdelijk worden veranderd terwijl een van de aangepaste
instellingen is geselecteerd, blijven de huidig geregistreerde instellingen onveranderd.
Als u de momenteel geregistreerde instellingen wilt wijzigen, overschrijft u de
geregistreerde gegevens via [Geh voorkeursinst.] in het [Voorkeuze]-menu.
Niet beschikbaar in het volgende geval:
•• In de [Intelligent auto]-modus
61
SQW0028
Basisbediening
De weergavegegevens schakelen op het
opnamescherm
U kunt de opnamegegevens (zoals pictogrammen voor diverse instellingen) en de
waterpas ook uitschakelen (→66).
1
Druk op de [DISP.]-knop om van scherm
te wisselen
••U kunt met [Scherm disp. stijl] en [LVF disp. stijl] in
het [Voorkeuze]-menu [ ] (weergave-indeling stijl
scherm) of [ ] (weergave-indeling stijl Live zoeker)
selecteren voor de weergave van het scherm en de
zoeker.
■■[
] Weergave-indeling stijl scherm
••Het scherm wordt geschakeld zoals hieronder weergegeven. (Voorbeeld van
weergave stijl scherm)
Met informatie*1
Zonder informatie
Met informatie*1
50i
Zonder informatie
+
waterpas
+
waterpas
50i
Uitgeschakeld
Scherm met
opnamegegevensscherm*2
*1 Wanneer [Histogram] in het [Voorkeuze]-menu is ingesteld op [ON], wordt er een histogram
weergegeven. (→64) Wanneer [Lichtmeter] in het [Voorkeuze]-menu is ingesteld op [ON], wordt
de belichtingsmeter weergegeven. (→81)
*
scherm wordt alleen weergegeven wanneer [Scherm info stijl] in het [Voorkeuze]-menu is
ingesteld op [ON]. (→65) Terwijl u de opnamegegevens op het scherm controleert, kunt u beelden
opnemen via de zoeker.
2 Dit
62
SQW0028
Basisbediening
De weergavegegevens schakelen op het opnamescherm
■■[
] Weergave-indeling stijl Live zoeker
••Het scherm wordt geschakeld zoals hieronder weergegeven. (Voorbeeld van
weergave stijl zoeker)
Met informatie
(gedetailleerde
informatie)*
Met informatie
Met informatie
(gedetailleerde informatie)*
+
waterpas
50i
Met informatie
+
waterpas
50i
* Wanneer [Histogram] in het [Voorkeuze]-menu is ingesteld op [ON], wordt er een histogram
weergegeven. (→64) Wanneer [Lichtmeter] in het [Voorkeuze]-menu is ingesteld op [ON], wordt de
belichtingsmeter weergegeven. (→81)
●●Als u ongeveer 1 minuut of langer geen bewerking uitvoert, wordt een deel van de informatie op
het scherm uitgeschakeld. Druk op de [DISP.]-knop als u de informatie weer wilt weergeven.
De schermweergavemethode schakelen
[
[
→
[Voorkeuze] → [Scherm disp. stijl]
]: Weergave-indeling stijl Live zoeker
]: Weergave-indeling stijl scherm
De zoekerweergavemethode schakelen
[
[
63
→
[Voorkeuze] → [LVF disp. stijl]
]: Weergave-indeling stijl Live zoeker
]: Weergave-indeling stijl scherm
SQW0028
Basisbediening
De weergavegegevens schakelen op het opnamescherm
Histogramweergave in-/uitschakelen
→
Stel met
[Voorkeuze] → [Histogram] → [ON]/[OFF]
de positie in.
Geeft de verdeling van de helderheid in het beeld weer
– als de grafiek bijvoorbeeld een piek aan de rechterkant
heeft, betekent dit dat er verschillende lichte gedeelten op
het beeld staan. Een piek in het midden wijst op optimale
helderheid (juiste belichting). Dit kunt u gebruiken als
vingerwijzing voor de belichtingscompensatie e.d.
(Bijvoorbeeld)
Donker ← OK → Licht
●●Wanneer het histogram niet hetzelfde is dat als van het opgenomen beeld onder de volgende
omstandigheden, wordt het histogram in oranje weergegeven:
•• Wanneer het hulpmiddel voor de handmatige belichting andere instellingen aangeeft dan 0 EV in
de [Handm. belicht.]-modus of tijdens belichtingscompensatie.
•• Wanneer de flitser flitst.
•• Wanneer de juiste belichting niet wordt verkregen of wanneer de helderheid van het scherm niet
nauwkeurig kan worden weergegeven in een donkere locatie.
●●Het histogram dat tijdens het opnemen wordt weergegeven, is alleen een referentie.
●●Het histogram is anders dan de histogrammen die worden weergegeven in de
beeldbewerkingssoftware op een computer.
64
SQW0028
Basisbediening
De weergavegegevens schakelen op het opnamescherm
Weergave van de richtlijn in-/uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [Richtlijnen] → [ ]/[ ]/[ ]/[OFF]
••De richtlijn wordt niet weergegeven tijdens het opnemen van panoramafoto’s.
Wanneer u [ ] selecteert, kunt u met
de positie
instellen.
De opnamegegevens op het scherm in-/uitschakelen
→
65
[Voorkeuze] → [Scherm info stijl] → [ON]/[OFF]
SQW0028
Basisbediening
De weergavegegevens schakelen op het opnamescherm
Gebruik van de waterpas
Als u zeker wilt weten dat de camera niet schuin staat of kantelt, bijvoorbeeld als u een
beeld van een landschap opneemt, gebruikt u de waterpasindicatie als referentie.
1 Druk op de [DISP.]-knop om van scherm te wisselen
2
Druk op de knop om naar een ander scherm te gaan. Druk op de
knop totdat de waterpas wordt weergegeven.
Camerahoek corrigeren
■■Gebruik van de waterpas
De gele lijn geeft de huidige hoek aan. Corrigeer de hoek van de camera zodat deze
overeenkomt met de witte lijn.
Omhoog of omlaag
Naar links of rechts
kantelen
kantelen
•• In dit geval is deze omhoog
gericht.
•• In dit geval is de rechterkant
omlaag gezakt.
••Wanneer de camera zeer weinig of helemaal niet gekanteld is, wordt de waterpas
groen.
••Wanneer foto’s staand worden opgenomen, schakelt de waterpas automatisch naar
een stand voor de staande richting.
●●Zelfs wanneer de hoek min of meer wordt gecorrigeerd, kan er een fout zijn van ±1 graad.
●●Wanneer [Niveaumeting] aan een functieknop wordt toegewezen, kunt u de waterpas in- en
uitschakelen elke keer als u op de functieknop drukt.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Wanneer de camera wordt bewogen, wordt de waterpas mogelijk niet goed weergegeven.
●●De waterpas wordt mogelijk niet goed weergegeven of de richtingsdetectiefunctie (→53) werkt
mogelijk niet correct als de foto’s worden gemaakt als de camera recht omhoog of omlaag wijst.
66
SQW0028
Basisbediening
Uw beelden bekijken
1
Druk op de afspeelknop
2
Druk op
of draai de bedieningsknop
om het beeld te selecteren dat moet
worden weergegeven
••Wanneer u op
drukt en deze knop ingedrukt
houdt, worden de beelden na elkaar weergegeven.
••De afspeelsnelheid van beelden verschilt, afhankelijk
van de afspeelomstandigheden.
■■Afspelen beëindigen
Druk opnieuw op de afspeelknop of druk op de filmknop.
Het afspelen kan ook worden beëindigd door half indrukken van de ontspanknop.
●●Wanneer de camera naar het afspeelscherm wordt geschakeld, wordt de lensbuis na ongeveer
15 seconden ingetrokken.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Deze camera voldoet aan de DCF-normen (Design rule for Camera File system) die zijn opgesteld
door de Japan Electronics and Information Technology Industries Association (JEITA) en aan het
Exif (Exchangeable image file formaat). Bestanden die niet voldoen aan DCF kunnen niet worden
afgespeeld.
●●Het is niet altijd mogelijk beelden die met andere camera’s gemaakt zijn, goed af te spelen op dit
apparaat of de functies van dit apparaat voor die beelden te gebruiken.
Beelden naar de WEB-services verzenden
Als u op drukt terwijl er één beeld wordt weergegeven, kunt u het beeld snel naar de
WEB-service verzenden. (→254)
67
SQW0028
Basisbediening
Uw beelden bekijken
Inzoomen en bekijken "zoom afspelen"
1
Beweeg de zoomhendel naar de T-zijde
•• Telkens wanneer u de zoomhendel in de richting van de T-zijde
beweegt, volgt een sterkere vergroting in vier stappen: 2x, 4x, 8x
en 16x. (De weergegeven beeldkwaliteit wordt achtereenvolgens
lager.)
•• Uitzoomen → beweeg de zoomhendel naar de W-zijde.
.
•• Zoompositie verplaatsen → Druk op
Huidige zoomstand
●●Zoom afspelen kan niet worden gebruikt tijdens het afspelen van films, tijdens de automatisch
schuivende weergave van panoramabeelden of tijdens continu afspelen.
Lijst van beelden bekijken "meerdere afspelen"
1
Beweeg de zoomhendel naar de W-zijde
•• Beweeg de zoomhendel naar de W-zijde en u kunt in de
volgende volgorde van weergavemethode wisselen: scherm met
1 beeld (volledig scherm) → scherm met 12 beelden → scherm
met 30 beelden → kalenderscherm. (Beweeg de hendel naar de
T-zijde om terug te keren.)
•• Wanneer u met de cursortoets een beeld selecteert en op
[MENU/SET] drukt op het scherm met 12 of 30 beelden, wordt
het geselecteerde beeld weergegeven op het scherm met 1
beeld (volledig scherm).
•• Beelden kunnen ook worden geselecteerd met de
bedieningsknop.
●●Beelden gemarkeerd met [!] kunnen niet worden weergegeven.
68
SQW0028
Basisbediening
Uw beelden bekijken
Beelden bekijken volgens hun opnamedatum "Kalender afspelen"
1
Draai de zoomhendel naar de W-zijde (groothoek) om
het kalenderscherm weer te geven
2
Selecteer met
[MENU/SET]
de opnamedatum en druk op
Geselecteerde datum
•• Beelden worden weergegeven op een scherm met 12 beelden.
•• U kunt ook de datum selecteren met de bedieningsknop.
●●U kunt de kalender weergeven vanaf januari 2000 tot en met december 2099.
●●Alleen maanden waarin beelden zijn opgenomen, worden op het kalenderscherm weergegeven.
Beelden die zijn opgenomen zonder dat de klok was ingesteld, worden weergegeven met de
datum 1 januari 2014.
●●Beelden met de bestemmingsinstelling [Wereldtijd] verschijnen in de kalenderweergave met de
juiste datum voor de tijdzone van de bestemming.
69
SQW0028
Basisbediening
Uw beelden bekijken
Filmbeelden bekijken
Dit apparaat is ontworpen om films af te spelen in de formaten AVCHD en MP4.
1
Selecteer een beeld met het filmpictogram ([ ]) in
de afspeelmodus en druk op om te beginnen met
afspelen
•• Nadat het afspelen begint, wordt de verstreken speelduur
weergegeven op het scherm.
•• Sommige informatie wordt niet weergegeven voor films die zijn
opgenomen met [AVCHD].
Opnameduur voor films
Voorbeeld:
29 minuten en
30 seconden: [29m30s]
Bewerkingen tijdens het afspelen van films
: Pauzeren/afspelen
: Stoppen
:S
nel terugspoelen (2 stappen*1)/Beeld voor beeld terugspoelen*2 (wanneer wordt
gepauzeerd)
:S
nel vooruitspoelen (2 stappen*1)/Beeld voor beeld vooruitspoelen (wanneer wordt
gepauzeerd)
Bedieningsknop (linksom): Volume omlaag
Bedieningsknop (rechtsom): Volume omhoog
[MENU/SET]: Overnemen van foto’s uit films (wanneer wordt gepauzeerd) (→203)
*1 Wanneer u weer op
drukt, neemt de snelheid van het snel vooruit of achteruit afspelen toe.
*2 Films die zijn opgenomen met [AVCHD] worden bij het terugspoelen beeld voor beeld getoond, met
tussenpozen van ongeveer 0,5 seconde.
••Als u op drukt tijdens snel vooruitspoelen of terugspoelen, wordt automatisch
teruggekeerd naar de normale afspeelsnelheid.
●●U kunt uw films bekijken op uw computer via het programma "PHOTOfunSTUDIO" op de
bijgeleverde dvd.
●●Films die zijn opgenomen door het beeldeffect (Filter) in te stellen op [Miniatuureffect], worden
afgespeeld op ongeveer 8 x de snelheid.
70
SQW0028
Basisbediening
De weergavegegevens van het afspeelscherm
schakelen
U kunt de weergave van beeldinformatie (bestandsnummer enzovoort) en opnameinformatie (instellingen die voor opname enzovoort worden gebruikt) uitschakelen
wanneer een beeld wordt afgespeeld.
1
Druk op de [DISP.]-knop om van scherm
te wisselen
••Het scherm wordt geschakeld zoals hieronder weergegeven.
Met informatie*1
Gedetailleerde
informatieweergave*2
Histogramweergave*2
Zonder
informatie*1,*2,*3
R
G
B
10:00 1.DEC.2014
100-0001
Y
1/98
100-0001
Zonder informatie
*1 Als u ongeveer 1 minuut of langer geen bewerking uitvoert, wordt een deel van de informatie op het
scherm uitgeschakeld. Druk op de [DISP.]-knop als u de informatie weer wilt weergeven.
*2 Tijdens zoom afspelen, afspelen van films, automatisch schuivende weergave van panoramafoto’s,
continu afspelen of diashow: u kunt het scherm alleen in- of uitschakelen.
*3 Dit scherm wordt alleen weergegeven wanneer [Highlight] (→72) in het [Voorkeuze]-menu is
ingesteld op [ON].
●●Een histogram van elke kleur, inclusief R (rood), G (groen), B (blauw) en Y (belichting) wordt
tijdens het afspelen afzonderlijk weergegeven.
●●Tijdens afspelen van meerdere foto’s of afspelen van de kalender: u kunt het scherm niet wijzigen.
71
SQW0028
Basisbediening
De weergavegegevens van het afspeelscherm schakelen
Weergave overbelichte gebieden in-/uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [Highlight] → [ON]/[OFF]
U kunt overbelichte gebieden (gebieden die te licht zijn en waar geen grijstinten zijn)
laten flitsen op het scherm wanneer de functie [Auto review] is geactiveerd of tijdens het
afspelen. Dit is niet van invloed op het opgenomen beeld.
[OFF]
••Om overbelichte gebieden te voorkomen, [ON]
neemt u een beeld op door negatieve
belichtingscompensatie in te stellen
(→135) waarbij u de histogramweergave
(→64) enzovoort als referentie gebruikt.
(De rechterrand van het histogram laat het
overbelichte gedeelte zien.)
••Deze functie wordt uitgeschakeld tijdens
meerdere afspelen, kalender afspelen of
zoom afspelen.
72
SQW0028
Basisbediening
Beelden verwijderen
Verwijderde beelden kunnen niet worden teruggehaald.
Beelden worden in de volgende gevallen niet verwijderd:
••Beveiligde beelden.
••Wanneer de kaartvergrendeling in de positie "LOCK" staat.
••Beelden die niet in de DCF-indeling staan. (→67)
●●Schakel tijdens de verwijdering de camera niet uit.
●●Gebruik een voldoende opgeladen batterij of een netadapter (optioneel) en een DC coupler
(optioneel).
[Apart wissen]
1
Druk op de [
verwijderen
]-knop om het weergegeven beeld te
2
Selecteer met
[Apart wissen] en druk op [MENU/SET]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] en druk
op [MENU/SET]
Apart wissen
Multi wissen
Alles wissen
●●U kunt [Ja] of [Nee] als standaardinstelling instellen op het scherm ter
bevestiging van verwijdering wanneer u [Wissen bevestigen] uitvoert in het
[Afspelen]-menu. [Nee] is geselecteerd op het moment van aanschaf. (→223)
73
SQW0028
Basisbediening
Beelden verwijderen
Meerdere beelden wissen (tot 100 tegelijk)/Wissen van alle
beelden
Een groep beelden (→201) wordt behandeld als 1 beeld. (Alle beelden uit de
geselecteerde groep beelden worden verwijderd.)
1 Druk op de [ ]-knop terwijl u een beeld weergeeft
2
Selecteer met
[Multi wissen]/[Alles wissen] en
druk op [MENU/SET]
Apart wissen
•• Onderdelen kunnen ook worden geselecteerd door de
bedieningsknop te draaien.
•• Wanneer [Alles wissen] is geselecteerd
→ Een bevestigingsscherm wordt weergegeven. Selecteer [Ja]
en druk op [MENU/SET]
•• U kunt [Alles wissen behalve Favoriet] in [Alles wissen]
selecteren als er beelden zijn die zijn ingesteld als [Favorieten]
(→219).
3
(Wanneer [Multi wissen] is geselecteerd)
Selecteer met
een beeld en druk op
[MENU/SET]
•• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
•• Beelden kunnen ook worden geselecteerd met de
bedieningsknop.
4
(Wanneer [Multi wissen] is geselecteerd) Selecteer met
[MENU/SET]
Multi wissen
Alles wissen
Geselecteerd beeld
Uitvoer.
[Uitvoer.] en druk op
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] en druk op [MENU/SET]
•• Dit kan even duren, afhankelijk van het aantal beelden dat wordt verwijderd.
74
SQW0028
Opnamemodus
Foto’s opnemen met automatische instellingen
Modus [Intelligent auto]
Opnamemodus:
Deze modus wordt aanbevolen voor diegenen die direct willen fotograferen. De camera
optimaliseert de instellingen namelijk voor het onderwerp en de opnameomgeving.
De camera optimaliseert de instellingen en de volgende functies worden automatisch
geactiveerd.
••Automatische scènedetectie / tegenlichtcompensatie / [Gezicht/ogen detecteren] /
Automatische witbalans / Knop intelligente ISO-gevoeligheid / [Rode-ogencorr] /
[i.Zoom] / [I.resolutie] / [Stabilisatie] / [Int.dynamiek] / [Lang sl.n.red] / [Quick AF] /
[AF ass. lamp]
1
Druk op de [iA]-knop
2
Richt de camera op het onderwerp
De camera schakelt naar de [Intelligent auto]-modus.
••Wanneer u nogmaals op de [iA]-knop drukt, wordt
de opnamemodus omgeschakeld naar de functie
die is ingesteld met behulp van de diafragmaring en
sluitertijdknop.
••Wanneer de camera de optimale scène identificeert,
wordt het pictogram voor elke scène 2 seconden
blauw en verandert dit vervolgens in de normale rode
indicatie.
••Wanneer u op drukt en de ontspanknop half indrukt,
wordt Tracking AF geactiveerd. Voor meer informatie
(→117).
50i
De bedieningsmodus van de [iA]-knop wijzigen
→
[Voorkeuze] → [iA schakelaar]
[1x drukken]: Wanneer u op de [iA]-knop drukt, schakelt de camera naar de [Intelligent
auto]-modus.
[Houdt ingedrukt]: Wanneer u op de [iA]-knop drukt en deze knop ingedrukt houdt,
schakelt de camera naar de [Intelligent auto]-modus.
75
SQW0028
Opnamemodus
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Automatische scènedetectie
Bij het opnemen van beelden
[i-Portret]
[i-Landschap]
[i-Macro]
[i-Nachtportret]*1
[i-Nachtl.schap]
[i-Nachtop. uit
hand]*2
[i-Voedsel]
[i-Baby]*3
[i-Zonsonderg.]
Als de scène niet met een van de bovenstaande overeenkomt
*
de flitser (bijgeleverd/optioneel) wordt gebruikt.
*2 Wanneer [iHandh. nachtop.] is ingesteld op [ON]. (→78)
3
* Wanneer kinderen (die met gezichtsherkenning in de camera zijn geregistreerd) onder 3 jaar
1 Wanneer
worden herkend.
Bij het filmen
[i-Portret]
[i-Landschap]
[i-Zacht licht]
[i-Macro]
Als de scène niet met een van de bovenstaande overeenkomt
••In [ ], [ ], en [ ] past de camera de scherpstelling aan op het oog dat zich het
dichtst bij dit apparaat bevindt en wordt de belichting op het gezicht afgestemd. In
de [Intelligent auto]-modus kan het oog waarop wordt scherpgesteld, niet veranderd
worden. ([Gezicht/ogen detecteren])
••Wanneer de camera [ ] als de optimale scène identificeert en als de camera
vaststelt dat beweging wordt verminderd door gebruik van een statief of een andere
methode, wordt een sluitertijd geselecteerd die langer is dan gewoonlijk. Nadat op de
ontspanknop is gedrukt, mag u de camera tijdens het opnemen niet bewegen.
••Automatische scènedetectie functioneert alleen als de scherpstelling op een onderwerp
is vergrendeld tijdens Tracking AF.
••Wanneer [Gezicht herk.] is ingesteld op [ON] en als de camera een gezicht herkent
dat identiek is aan een geregistreerd gezicht, wordt [R] in de rechterbovenhoek van de
pictogrammen [ ], [ ] en [ ] weergegeven.
●●Afhankelijk van de opname-omstandigheden kunnen er verschillende scènefuncties worden
gebruikt voor hetzelfde onderwerp.
Tegenlichtcompensatie
In de [Intelligent auto]-modus wordt tegenlichtcompensatie automatisch geactiveerd.
Tegenlicht is een situatie waarbij een onderwerp van achteren wordt belicht. Wanneer er
sprake is van tegenlicht, lijkt het onderwerp donkerder en zal de camera dit automatisch
proberen te corrigeren door de helderheld van de foto te verhogen.
76
SQW0028
Opnamemodus
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Gebruik van de flitser (bijgeleverd/optioneel)
1
2
3
4
Schakel de camera uit
Verwijder de bescherming flitsschoen
Bevestig de flitser
Zet de camera en de flitser AAN
Voor meer informatie (→176, 291).
■■Flitser
Wanneer u de [ON/OFF]-schakelaar voor de flitser (bijgeleverd/optioneel) op [OFF] zet,
wordt de flitser ingesteld op [ ] (Flitser gedwongen UIT). Wanneer u de [ON/OFF]schakelaar op [ON] zet, wordt de flitser ingesteld op [ ] (Auto).
Wanneer de flitser wordt ingeschakeld, stelt de camera automatisch in op [ ], [ ]
(Auto/Rode-ogenreductie), [ ] of [ ], afhankelijk van het soort onderwerp en de
helderheid.
●●Wanneer [
] of [ ] wordt weergegeven, wordt de functie [Rode-ogencorr] geactiveerd om
automatisch rode ogen te ontdekken en de beeldgegevens te corrigeren.
●●Wanneer [ ] of [ ] is geselecteerd, wordt de sluitertijd verkort.
Beschikbare menu’s
U kunt alleen de volgende menu’s instellen.
Menu
Onderdeel
[Opname]
[Fotoresolutie] / [Kwaliteit] / [AFS/AFF/AFC] / [Burstsnelh.] / [Zelfontspanner] /
[iHandh. nachtop.] / [iHDR] / [Intervalopname] / [Stop-motionanimatie] /
[Gezicht herk.]
[Bewegend beeld]
[Opname-indeling]/[Opn. kwaliteit]/[AFS/AFF/AFC]
[Voorkeuze]
[Stille modus]/[Richtlijnen]/[Rest-aanduiding]
[Set-up]
Alle menuonderdelen kunnen worden ingesteld. (→41)
77
SQW0028
Opnamemodus
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Beelden opnemen met de camera in de hand
([iHandh. nachtop.])
Als er automatisch een nachtscène wordt herkend terwijl u de camera in de hand houdt,
kan [iHandh. nachtop.] een foto met minder beweging en minder ruis opnemen zonder
gebruik van een statief door een burst-reeks van beelden te combineren.
→
[Opname] → [iHandh. nachtop.] → [ON]/[OFF]
●●De kijkhoek wordt iets smaller.
●●Er verschijnt een bericht op het scherm dat er meerdere beelden worden opgenomen. Nadat de
ontspanknop is ingedrukt, mag u de camera niet bewegen tijdens de burst-opname.
●●Wanneer de camera vast staat opgesteld op een statief of een andere manier, zal [
herkend worden.
●●De flitser wordt vastgezet op de instelling [
] niet
] (Flitser gedwongen UIT).
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Deze functie werkt niet voor foto’s terwijl filmbeelden worden opgenomen.
●●[iHandh. nachtop.] kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] gebruikt wordt (alleen beschikbaar bij de instelling
[Automatische opname])
78
SQW0028
Opnamemodus
Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto]
Beelden tot één foto met een rijke gradatie combineren
([iHDR])
Als er bijvoorbeeld een groot contrast is tussen de achtergrond en het onderwerp, neemt
[iHDR] meerdere foto’s met verschillende belichting op en worden deze gecombineerd tot
één foto met een rijke gradatie.
[iHDR] wordt indien nodig geactiveerd. Wanneer deze functie geactiveerd wordt, wordt
[
] op het scherm weergegeven.
→
[Opname] → [iHDR] → [ON]/[OFF]
●●De kijkhoek wordt iets smaller.
●●Er verschijnt een bericht op het scherm dat er meerdere beelden worden opgenomen. Nadat de
ontspanknop is ingedrukt, mag u de camera niet bewegen tijdens de burst-opname.
●●Aangezien er een burst aan foto’s wordt gecombineerd na het opnemen, kan het even duren
voordat u opnieuw een foto kunt maken.
●●Bij een samengesteld beeld na een burstopname kunnen er nabeelden verschijnen als het
onderwerp bewoog.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Deze functie werkt niet voor foto’s terwijl filmbeelden worden opgenomen.
●●[iHDR] kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
•• Bij het gebruik van de flitser
•• Wanneer [Burstfunctie] wordt gebruikt
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] gebruikt wordt (alleen beschikbaar bij de instelling
[Automatische opname])
79
SQW0028
Opnamemodus
Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de
sluitertijd ingesteld zijn
Opnamemodus:
U kunt de belichting instellen met de instellingen van de diafragmaring en de
sluitertijdknop.
In het menu [Opname] instellingen wijzigen en uw eigen opnameomgeving instellen.
U kunt ook beelden opnemen door beeldeffecten toe te passen. (→89)
1
Draai de diafragmaring en de sluitertijdknop om uw
voorkeursopnamemodus in te stellen
Zet gelijk
met de
indicator
Stel de diafragmaring in op een stop met een klik.
Opnamemodus
[Program AE]-modus (→81)
[Lensopeningspr.]-modus (→83)
[Sluiterprioriteit]-modus (→84)
[Handm. belicht.]-modus (→86)
Diafragmaring
Sluitertijdknop
[A] (AUTO)
[A] (AUTO)
Uw voorkeursinstellingen*1
[A] (AUTO)
[A] (AUTO)
Uw voorkeursinstellingen*2
Uw voorkeursinstellingen*1 Uw voorkeursinstellingen*2
••In de [Lensopeningspr.]-modus, de [Sluiterprioriteit]-modus en de [Handm. belicht.]modus wordt het effect van de diafragmawaarde en de sluitertijd die u ingesteld hebt,
niet op het opnamescherm toegepast. Gebruik de [Voorvertoning]-modus om het effect
op het opnamescherm te controleren.(→88)
De helderheid van het scherm kan afwijken van de feitelijk opgenomen beelden.
Controleer de helderheid van beelden op het afspeelscherm.
Bij het filmen kan er wel eens een snellere sluitertijd dan uw gekozen sluitertijd worden
toegepast.
*1 U kunt diafragmawaarden instellen tussen F1.7 en F16.
Sommige waarden kunt u niet selecteren, afhankelijk van de zoompositie.
*2 U kunt de sluitertijd instellen tussen 1 seconde en 1/4000 seconde.
Draai in de volgende gevallen aan de bedieningsring of de bedieningsknop om de sluitertijd in te
stellen.
•• Kortere tijd dan 1/4000 seconde of langere sluitertijd dan 1 seconde
•• Instelling sluitertijd in stappen van 1/3 EV
80
SQW0028
Opnamemodus
Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn
Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd
automatisch ingesteld zijn ([Program AE]-modus)
Beelden opnemen met automatische diafragmawaarden en sluitertijdinstellingen in
overeenstemming met de helderheid van een onderwerp.
1 Draai de diafragmaring om [A] (AUTO) te selecteren
2
Draai de sluitertijdknop om [A] (AUTO) te selecteren
3
Druk de ontspanknop half in
4
Draai terwijl de numerieke waarden in geel worden weergegeven (ongeveer
10 seconden), de bedieningsknop om de waarden te wijzigen met Programme
Shift (→82)
De [Program AE]-modus wordt ingesteld en het pictogram van de
opnamemodus verandert in [P].
•• Als de diafragmawaarde en de sluitertijd rood knipperen, hebt u
niet de juiste belichting.
0
250
125
2.0
60
2.8
30
4.0
15
5.6
Indicatie Programme Shift
•• Om Programme Shift te annuleren, schakelt u de camera uit of draait u de bedieningsknop
totdat de indicatie Programme Shift uitgaat.
•• U corrigeert de belichting door met de belichtingscompensatieknop de compensatiewaarde aan
te passen. (→135)
Weergave belichtingsmeter in-/uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [Lichtmeter] → [ON]/[OFF]
●●Wanneer u deze functie instelt op [ON], wordt een
belichtingsmeter weergegeven tijdens Programme Shift, de
diafragma-instelling en de bediening van de sluitertijd.
●●Een juiste belichting is niet mogelijk in het bereik dat met
rood wordt aangeduid.
●●Als de belichtingsmeter niet wordt weergegeven, drukt u
op de [DISP.]-knop om de weergave van het scherm te
schakelen. (→62)
●●De belichtingsmeter gaat uit als er ongeveer 4 seconden
geen bewerking wordt uitgevoerd.
81
Belichtingsmeter
0
250
125
2.0
60
2.8
30
4.0
15
5.6
SQW0028
Opnamemodus
Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn
Informatie over Programme Shift
De functie voor het behouden van dezelfde belichting (helderheid) terwijl u de combinatie
van sluitertijd en diafragmawaarde verandert, heet "Programme Shift". Met "Programme
Shift" kunt u beelden opnemen door de sluitertijd en de diafragmawaarde aan te passen,
zelfs in de [Program AE]-modus.
<Voorbeeld van Programme Shift>
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16 (EV)
(Diafragmawaarde)
1.4
17
2.0
18
2.8
19
4.0
20
5.6
21
8.0
22
11
23
16
24
22
25
1
1/2
1/4
1/8
1/15
1/30
1/60
1/250
1/1000
1/4000
1/16000 (Sluitertijd)
1/125
1/500
1/2000
1/8000
Hoeveelheid Programme Shift
Programme Shift-diagram
Limiet Programme Shift
●●EV is een afkorting van "Exposure Value", een eenheid die de hoeveelheid belichting aanduidt. EV
verandert wanneer de diafragmawaarde of de sluitertijd wordt veranderd.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Programme Shift kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
•• Tijdens het opnemen van films
] staat
•• Als [Gevoeligheid] op [
82
SQW0028
Opnamemodus
Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn
Beelden opnemen door de diafragmawaarde in te stellen
([Lensopeningspr.]-modus)
Wanneer de diafragmawaarde wordt verhoogd, wordt de scherptediepte groter, en
is het beeld scherp van vlak voor de camera tot op de achtergrond. Wanneer de
diafragmawaarde wordt verlaagd, wordt de scherptediepte kleiner en kan de achtergrond
wazig worden.
1 Draai de sluitertijdknop om [A] (AUTO) te selecteren
2
Draai de diafragmaring om de diafragmawaarde te
selecteren
De [Lensopeningspr.]-modus wordt ingesteld en het pictogram van
de opnamemodus verandert in [A].
•• U corrigeert de belichting door met de
belichtingscompensatieknop de compensatiewaarde aan te
passen. (→135)
Diafragmawaarden
die kunnen worden
ingesteld*
F1.7 - F16
Ingestelde sluitertijd (seconden)
60 - 1/4000
(wanneer de mechanische sluiter wordt
gebruikt)
1 - 1/16000
(wanneer de elektronische sluiter wordt
gebruikt)
* Sommige waarden kunt u niet selecteren, afhankelijk van de
5
60
8.0
30
11
15
8
4
16
Belichtingsmeter
Diafragmawaarde
zoompositie.
●●Wanneer u de diafragmaring draait, wordt er een belichtingsmeter weergegeven. Als de
juiste belichting niet wordt bereikt, worden de numerieke waarden van het diafragma in rood
weergegeven.
●●Als de juiste belichting niet wordt bereikt wanneer u de ontspanknop half indrukt, worden de
numerieke waarden van het diafragma en de sluitertijd in knipperend rood weergegeven.
83
SQW0028
Opnamemodus
Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn
Beelden opnemen door de sluitertijd in te stellen
([Sluiterprioriteit]-modus)
Wanneer u de sluitertijd verlengt, kunt u beweging verminderen wanneer u een
onderwerp opneemt. Wanneer u de sluitertijd verkort, wordt de beweging van het
onderwerp weergegeven.
1 Draai de diafragmaring om [A] (AUTO) te selecteren
2
Draai de sluitertijdknop om de sluitertijd te selecteren
De [Sluiterprioriteit]-modus wordt ingesteld en het pictogram van de
opnamemodus verandert in [S].
•• U corrigeert de belichting door met de
belichtingscompensatieknop de compensatiewaarde aan te
passen. (→135)
Sluitertijden die kunnen worden ingesteld
Ingestelde
(seconden)
diafragmawaarde
60 - 1/4000
(wanneer de mechanische sluiter wordt
gebruikt)
1 - 1/16000
(wanneer de elektronische sluiter wordt
gebruikt)
F1.7 - F16
8
1
15
8.0
30
5.6
4.0
60
2.8
125
2.0
Belichtingsmeter
Sluitertijd
■■Instelling van de sluitertijd op waarden die niet staan aangegeven op de
sluitertijdknop
Draai de bedieningsring of bedieningsknop om de volgende sluitertijden in te stellen. Controleer de
sluitertijd op het scherm.
Zie voor meer informatie over het instellen van de sluitermodus (→140).
•• Kortere tijd dan 1/4000 seconde of langere sluitertijd dan 1 seconde
Draai de sluitertijdknop om [4000-] of [1+] te selecteren
Draai de bedieningsring of bedieningsknop om de sluitertijd te selecteren
•• Sluitertijdinstelling in stappen van 1/3 EV
U kunt de sluitertijd in het bereik van ± 2/3 stappen van de instelwaarde van de sluitertijdknop
instellen.
Voorbeeld: De sluitertijd op 1/400 seconde instellen
Draai de sluitertijdknop om [500] te selecteren
Draai de bedieningsring of de bedieningsknop om [400] te selecteren
84
SQW0028
Opnamemodus
Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn
●●Wanneer u de sluitertijdknop draait, wordt er een belichtingsmeter weergegeven. Als de juiste
belichting niet wordt bereikt, wordt de numerieke waarde van de sluitertijd in rood weergegeven.
●●Als de juiste belichting niet wordt bereikt wanneer u de ontspanknop half indrukt, worden de
numerieke waarden van het diafragma en de sluitertijd in knipperend rood weergegeven.
●●Als u de opnamemodus naar de [Sluiterprioriteit]-modus schakelt wanneer [Gevoeligheid] is
ingesteld op [
], verandert [Gevoeligheid] in [AUTO].
●●We raden u aan een statief of de zelfontspanner te gebruiken bij een lange sluitertijd.
85
SQW0028
Opnamemodus
Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn
Beelden opnemen door de diafragmawaarde en de sluitertijd in
te stellen ([Handm. belicht.]-modus)
Bepaal de belichting door de diafragmawaarde en de sluitertijd handmatig in te stellen.
Het hulpmiddel voor handmatige belichting verschijnt op het onderste gedeelte van het
scherm om de belichting aan te duiden.
1 Draai de diafragmaring om de diafragmawaarde te
selecteren
2
Draai de sluitertijdknop om de sluitertijd te selecteren
De [Handm. belicht.]-modus wordt ingesteld en het pictogram van
de opnamemodus verandert in [M].
Diafragmawaarden
die kunnen worden
ingesteld*1
F1.7 - F16
Sluitertijden die kunnen worden
ingesteld*2 (seconden)
T (Time),
60 - 1/4000
(wanneer de mechanische sluiter wordt
gebruikt)
1 - 1/16000
(wanneer de elektronische sluiter wordt
gebruikt)
*1 Sommige waarden kunt u niet selecteren, afhankelijk van de
zoompositie.
*2 Sommige sluitertijden kunt u mogelijk niet selecteren, afhankelijk
van de diafragmawaarde.
Belichtingsmeter
60
125
250
500
1000
2.0
2.8
4.0
5.6
Hulpmiddel voor
handmatige
belichting
Sluitertijd
Diafragmawaarde
■■Instelling van de sluitertijd op waarden die niet staan aangegeven op de
sluitertijdknop
Draai de bedieningsring of bedieningsknop om de volgende sluitertijden in te stellen. Zie voor de
instelprocedures (→84).
•• Kortere tijd dan 1/4000 seconde of langere sluitertijd dan 1 seconde
•• Instelling sluitertijd in stappen van 1/3 EV
●●Als de juiste belichting niet wordt bereikt wanneer u de ontspanknop half indrukt, worden de
numerieke waarden van het diafragma en de sluitertijd in knipperend rood weergegeven.
●●Als u de opnamemodus naar de [Handm. belicht.]-modus schakelt wanneer [Gevoeligheid] is
ingesteld op [
], verandert [Gevoeligheid] in [AUTO].
●●We raden u aan een statief of de zelfontspanner te gebruiken bij een lange sluitertijd.
86
SQW0028
Opnamemodus
Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn
Hulpmiddel bij handmatige belichting (schatting)
Beelden worden met standaardhelderheid weergegeven (juiste belichting).
Beelden worden helderder weergegeven. Gebruik voor de juiste belichting een
kortere sluitertijd of verhoog de diafragmawaarde.
Beelden worden donkerder weergegeven. Gebruik voor de juiste belichting een
langere sluitertijd of verlaag de diafragmawaarde.
Informatie over T (time)
Wanneer u de sluitertijd instelt op T (time) en de ontspanknop helemaal indrukt, gaat de
sluiter open. (Maximaal ongeveer 120 seconden)
Wanneer u opnieuw op de ontspanknop drukt, gaat de sluiter dicht. Gebruik deze functie
wanneer u de sluiter lange tijd open wilt houden, bijvoorbeeld om opnamen van vuurwerk
of nachtscènes te maken.
••Wanneer u beelden opneemt met de sluitertijd ingesteld op T (time), dient u een
volledig opgeladen batterij te gebruiken (→20).
••Het hulpmiddel voor de handmatige belichting wordt niet weergegeven.
••Als u de sluitertijd instelt op T (time) wanneer [Gevoeligheid] is ingesteld op [AUTO],
verandert [Gevoeligheid] in [200].
••U kunt deze functie niet gebruiken wanneer de elektronische sluiter wordt gebruikt.
••U kunt deze functie alleen gebruiken in de [Handm. belicht.]-modus.
●●Wanneer u beelden opneemt met de sluitertijd ingesteld op T (time), raden
wij u aan op afstand op te nemen met een statief of een smartphone als een
ontspanknop op afstand (→228, 234) om beweging te voorkomen.
●●Wanneer u beelden opneemt met de sluitertijd ingesteld op T (time), kunnen
de beelden een hoog ruisniveau vertonen. Als u ruis wilt onderdrukken, raden
we u aan beelden op te nemen door [Lang sl.n.red] in te stellen op [ON] in het
[Opname]-menu. (→113)
Voorbeeld van de geselecteerde diafragmawaarde- en
sluitertijdeffecten op het opnamescherm in-/uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [Constant preview] (M-modus) → [ON]/[OFF]
●●Deze functie is niet beschikbaar wanneer de flitser wordt gebruikt.
●●U kunt deze functie alleen gebruiken in de [Handm. belicht.]-modus.
87
SQW0028
Opnamemodus
Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn
De effecten van de diafragmawaarde en de sluitertijd
controleren ([Voorvertoning]-modus)
Opnamemodus:
Met de [Voorvertoning]-modus kunt u de effecten van de geselecteerde diafragmawaarde
en sluitertijd controleren.
••Het effect van de geselecteerde diafragmawaarde controleren: hiermee kunt u de
scherptediepte (het scherpstelbereik) controleren door fysiek de diafragmabladen van de lens
te versmallen naar de diafragmawaarde die voor de daadwerkelijke opname wordt gebruikt.
••Het effect van de geselecteerde sluitertijd controleren: hiermee kunt u beweging in een scène
controleren door het scherm weer te geven op de sluitertijd die voor de daadwerkelijke opname wordt
gebruikt. Wanneer de sluitertijd wordt verlengd, wordt het scherm weergegeven alsof het beeld omlaag
valt. Met deze functie kunt u het effect controleren wanneer u een beeld in een scène wilt vastleggen
door de beweging te stoppen, bijvoorbeeld wanneer u een beeld van stromend water opneemt.
1 Wijs [Voorvertoning] aan de functieknop toe (→37)
2
•• De volgende stap is een voorbeeld van het toewijzen van [Voorvertoning] aan de [Fn1]-knop.
Druk op de [Fn1]-knop om naar het bevestigingsscherm te schakelen
•• Elke keer als u op de [Fn1]-knop drukt, wordt het scherm geschakeld.
Normaal opnamescherm
Effect van
diafragmawaarde
Sluitertijdeffect aan
Fn1
Effect van sluitertijd
Sluitertijdeffect uit
Fn1
Scherptedieptekenmerk
Opnameomstandigheden
Diafragmawaarde
Klein
Groot
Brandpuntsafstand
Tele
Groothoek
Afstand tot een
onderwerp
Scherptediepte
(Scherpstelbereik)
Dichtbij
Ondiep (smal)
Voorbeeld:
Een foto maken door de
achtergrond opzettelijk
onscherp te maken
Veraf
Diep (breed)
Voorbeeld:
Een foto maken door de scherpstelling
aan te passen terwijl ook de
achtergrond mee wordt gewogen
●●U kunt zelfs als de [Voorvertoning]-modus geactiveerd is, een foto maken.
●●Het bereikt waarin u het effect van een geselecteerde sluitertijd kunt controleren, ligt tussen de 8
seconden en 1/16000 seconde.
88
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
Opnamemodus:
U kunt uw eigen instellingen selecteren uit diverse effecten en foto’s maken terwijl u
deze effecten op het scherm controleert. U kunt de gewenste effecten voor een beeld
instellen door een voorbeeld te selecteren. U kunt beeldeffecten toevoegen terwijl u een
panoramafoto maakt.
1
Druk op de [FILTER]-knop
2
Druk op
of draai de bedieningsknop
om het beeldeffect (Filter) te selecteren
••U kunt kiezen uit 22 beeldeffecten (Filter). (→92 - 99)
••Het beeldeffect van het door u gekozen voorbeeld
wordt toegepast op het beeld dat wordt getoond in de
voorbeeldweergave.
3
Voorbeeldweergave
No
Effect
Druk op [MENU/SET]
De weergave van een beeld met een geselecteerd
beeldeffect verschijnt op het scherm.
Voorbeeld: wanneer het beeldeffect ([Zonneschijn])
wordt geselecteerd in de [Program AE]modus
Beeldeffecten
(Dit wordt niet weergegeven wanneer [Geen
effect] is geselecteerd.)
Het beeldeffect aanpassen (→91)
(Dit wordt alleen weergegeven wanneer een
beeldeffect wordt geselecteerd.)
Wijzigen van het beeldeffect (Filter)
Druk nogmaals op de [FILTER]-knop en verricht weer de zelfde handelingen van stap 2
hierboven.
89
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
●●De instellingen worden in het geheugen opgeslagen, zelfs als de opnamemodus wordt gewijzigd
of de camera wordt uitgeschakeld.
●●Als u geen foto-effecten wilt toevoegen, selecteert u [Geen effect].
●●Wanneer u een beeldeffect instelt, worden de volgende instellingen vastgezet.
•• Witbalans: [AWB]
•• [Fotostijl]: [Standaard]
•• [Schaduw markeren]: [Standaard]
•• [Int.dynamiek]: [OFF]
•• [HDR]: [OFF]
•• [Kleurruimte]: [sRGB]
●●De flitser wordt ingesteld op [ ] (Flitser gedwongen UIT).
●●De weergave van een beeld dat een afspiegeling is van een geselecteerd effect in het voorbeeldof opnamescherm kan afwijken van de werkelijk opgenomen beelden.
De weergave van een selectiescherm schakelen voor het toepassen van
beeldeffecten (Filter)
1
Druk op de [DISP.]-knop om van weergave te wisselen
•• Elke keer als u op de [DISP.]-knop drukt, verandert het scherm voor de geselecteerde
beeldeffecten.
•• Wanneer u het scherm naar de instructieweergave schakelt, verschijnt er een beschrijving van
de beeldeffecten.
Normale weergave
No
Effect
90
Instructieweergave
No
Effect
Lijstweergave
No
Effect
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
Beeldeffecten aan uw voorkeuren aanpassen
U kunt de instellingsomstandigheden (zoals de mate en kleur van een effect) van de
beeldeffecten aan uw voorkeuren aanpassen.
1
2
Druk op
om het instelscherm weer te geven
Draai de bedieningsknop om de
instellingsomstandigheden van de beeldeffecten aan
te passen
•• De instellingen die kunnen worden aangepast, verschillen
afhankelijk van het geselecteerde beeldeffect. Raadpleeg
"Onderdelen die kunnen worden ingesteld" voor het bijbehorende
beeldeffect.
•• Druk op [MENU/SET] om naar het opnamescherm terug te
keren.
•• Wanneer u beeldeffecten selecteert, verschijnt [ ] op het
scherm.
•• Als u de huidige instelling niet wilt wijzigen, selecteert u het
middelpunt (standaard) in de balk voor het aanpassingsniveau.
Twee foto’s maken met en zonder beeldeffecten
([Gelijktijdig zond. filter])
U kunt twee foto’s tegelijk maken door één keer op de ontspanknop te drukken; één met
en één zonder effecten.
→
[Opname] → [Gelijktijdig zond. filter]
Instellingen: [ON]/[OFF]
•• Wanneer [ON] is ingesteld, wordt er een foto gemaakt met de effecten toegepast en vervolgens een
foto zonder de effecten.
•• Voor een foto gemaakt zonder toegepaste effecten, worden dezelfde menu-instellingen gebruikt als
wanneer de beeldeffecten (Filter) zijn toegepast. De volgende instellingen liggen vast.
–– Witbalans: [AWB] (U kunt geen verfijningen uitvoeren.)
–– [Int.dynamiek]: [OFF]
•• Na het maken van de foto geeft [Auto review] alleen de foto weer waarop de effecten zijn toegepast.
●●Als u deze functie instelt op [ON], Burst, Auto Bracket, Bracket voor beeldverhouding,
Bracketinstelling voor witbalans, [Intervalopname], worden [Stop-motionanimatie] en het maken
van panoramafoto’s uitgeschakeld.
●●Deze functie is uitgeschakeld tijdens het opnemen van films.
91
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89).
[Expressief]
Dit effect benadrukt de kleur om een foto in popartstijl te maken.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Levendigheid
Gedempte kleuren
om het
Opvallende kleuren
[Retro]
Dit effect geeft een verbleekt beeld.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Kleur
Geelachtige kleuren
om het
Roodachtige kleuren
[Vroeger]
Dit effect voegt een helder, zacht en nostalgisch gevoel aan de
algehele foto toe.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Contrast
Minder contrast
om het
Meer contrast
[Overbelichting]
Dit effect voegt een helder, luchtig en zacht gevoel aan de algehele
foto toe.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Kleur
Rozeachtige
kleuren
om het
Lichtblauwachtige
kleuren
●●Wanneer u een panoramafoto maakt in een scène met weinig licht, kunt u
mogelijk de gewenste resultaten niet bereiken.
92
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89).
[Donker]
Dit effect voegt een donker en ontspannen gevoel aan de algehele
foto toe en versterkt lichte gedeelten.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Kleur
Roodachtige
kleuren
om het
Blauwachtige kleuren
[Sepia]
Dit effect maakt een beeld in sepia.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Contrast
Minder contrast
om het
Meer contrast
[Zwart-wit]
Dit effect maakt een zwart-witfoto.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Kleur
Geelachtige kleuren
om het
Blauwachtige kleuren
[Dynamisch zwart/wit]
Dit effect geeft een hoger contrast om een indrukwekkende zwartwitfoto te creëren.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Contrast
93
Minder contrast
om het
Meer contrast
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89).
[Ruw zwart-wit]
Dit effect maakt een zwart-witfoto met korrelige ruis.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Korrelig
beeldeffect
Zwak korrelig
beeldeffect
om het
Sterk korrelig beeldeffect
●●Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag valt met een
lichte vertraging vergeleken met normale opnamen.
[Zacht zwart-wit]
Dit effect vervaagt het algehele beeld om een zwart-witfoto een zacht
gevoel te geven.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Mate van
onscherpte
Enigszins onscherp
om het
Zeer onscherp
●●Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag valt met een
lichte vertraging vergeleken met normale opnamen.
[Expressieve indruk]
Dit effect geeft uw foto een dramatisch contrast.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Levendigheid
Zwart-wit
om het
Opvallende kleuren
●●Bij het opnemen van een panoramabeeld kunnen de naden tussen de
achtereenvolgens genomen, aan elkaar geplakte beelden wel eens zichtbaar zijn.
[Hoge dynamiek]
Dit effect produceert de optimale helderheid voor zowel donkere als
lichte gedeelten.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Levendigheid
94
Zwart-wit
om het
Opvallende kleuren
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89).
[Kruisproces]
Dit effect geeft uw foto dramatische kleuren.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Kleur
om het
Groenachtige kleuren/blauwachtige kleuren/
geelachtige kleuren/roodachtige kleuren
[Speelgoedcam.effect]
Dit effect vervaagt de helderheid van randgebieden om de indruk te
wekken van een speelgoedcamera.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Kleur
Oranjeachtige kleur
om het
Blauwachtige kleuren
[Speelgoedcamera levendig]
Dit effect geeft een levendig en helder beeld met het uiterlijk van een
speelgoedcamera.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Bereik waarin de
helderheid van
de randen wordt
verminderd.
Klein
om het
Groot
[Bleach bypass]
Dit effect geeft een hoger contrast en een lagere verzadiging om een
kalme en rustige foto te creëren.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Contrast
95
Minder contrast
om het
Meer contrast
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89).
[Miniatuureffect]
Dit effect vervaagt randgebieden om de indruk te wekken van een
diorama.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Levendigheid
Gedempte kleuren
om het
Opvallende kleuren
■■Een beeld onscherp maken
U kunt de indruk wekken van een diorama door opzettelijk
een onscherp gebied en een scherpstelgebied te maken
met [Miniatuureffect]. U kunt de opnamerichting (richting
van het onscherpe gebied), de positie en de grootte van het
scherpstelgebied instellen.
Druk op de [Fn1]-knop
Druk op
of
om het scherpstelgebied (kader) te
verplaatsen
Draai de bedieningsknop om de grootte van het
scherpstelgebied (kader) te selecteren
Druk op [MENU/SET]
•• Wanneer u op de [DISP.]-knop drukt, wordt de oorspronkelijke
instelling hersteld.
●●Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag valt met een lichte vertraging
vergeleken met normale opnamen.
●●Er wordt geen geluid opgenomen voor films.
●●Bij het opnemen van een film is de voltooide opname ongeveer 1/8 deel van de daadwerkelijk
opgenomen tijd. (Als u 8 minuten film opneemt, is de uiteindelijke opnametijd van de film ongeveer
1 minuut.) De opnametijd die op de camera wordt weergegeven, is ongeveer 8 x zo lang als de
werkelijke tijd die nodig is voor de opname. Wanneer de opnamemodus wordt gewijzigd, dient u de
opnametijd te controleren.
●●Als u te vroeg stopt bij het opnemen van een film, kan het zijn dat de camera nog enige tijd doorgaat
met opnemen. Houd de camera in positie totdat de opname wordt stopgezet.
●●Als [MF] als scherpstelmodus geselecteerd is, verplaatst u het schepstelgebied naar de positie
waarin de scherpstelling is aangepast.
96
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89).
[Zachte focus]
Dit effect vervaagt het algehele beeld om een zacht gevoel te geven.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Mate van
onscherpte
Enigszins onscherp
om het
Zeer onscherp
●●Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag valt met een
lichte vertraging vergeleken met normale opnamen.
[Fantasie]
Dit effect creëert een fantastisch beeld in een bleke kleurtint.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Levendigheid
Gedempte kleuren
om het
Opvallende kleuren
[Sterfilter]
Dit effect transformeert speldenprikjes licht in een stereffect.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Lengte van de
lichtstralen
Lichtstralen zijn kort
om het
Lichtstralen zijn lang
●●Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag valt met een
lichte vertraging vergeleken met normale opnamen.
97
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89).
[Kleuraccent]
Dit effect laat één geselecteerde kleur over om indruk te maken.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Hoeveelheid
behouden kleur
Er blijft een klein
beetje kleur
behouden
om het
Er blijft veel kleur
behouden
■■Kleur selecteren
Druk op de [Fn1]-knop
Selecteer met
de kleur die u wilt behouden en
druk op [MENU/SET]
•• Wanneer u op de [DISP.]-knop drukt, wordt de oorspronkelijke
instelling hersteld.
●●Bij sommige onderwerpen kan de geselecteerde kleur niet worden behouden.
98
SQW0028
Beeldeffecten (Filter)
Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter)
Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89).
[Zonneschijn]
Dit effect creëert een lichtovergoten scène.
Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op
instelscherm weer te geven)
Kleur
om het
Geelachtige kleuren/roodachtige kleuren/
blauwachtige kleuren/witachtige kleuren
■■De lichtbron instellen
Druk op de [Fn1]-knop
Druk op
om het midden van de lichtbron naar
een andere positie te verplaatsen
•• U kunt het midden van de lichtbron naar de rand van het
scherm verplaatsen.
Tips voor het plaatsen van het midden
van de lichtbron
U kunt het midden van de lichtbron naar een punt buiten
het beeld verplaatsen om een natuurlijkere afwerking te
bereiken.
Draai de bedieningsknop om de grootte van de lichtbron aan te passen
•• U kunt uit vier formaten voor de lichtbron kiezen.
•• Wanneer u op de [DISP.]-knop drukt, wordt de oorspronkelijke instelling hersteld.
Druk op [MENU/SET]
●●Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag valt met een lichte vertraging
vergeleken met normale opnamen.
99
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
De beeldkwaliteit aanpassen met effecten [Fotostijl]
Opnamemodus:
U kunt de kleuren en de beeldkwaliteit aanpassen op basis van het concept van het beeld
dat u wilt maken.
→
[Opname] → [Fotostijl]
[Standaard]
Standaardinstelling.
[Levendig]
Instelling met iets meer contrast en verzadiging.
[Natuurlijk]
Instelling met iets minder contrast.
[Zwart-wit]
Instelling die een beeld maakt met alleen monochrome grijstinten,
zoals zwart en wit.
[Landschap]
Instelling die een beeld maakt met levendige kleuren voor de blauwe
lucht en voor het groen.
[Portret]
Instelling die het uiterlijk van een gezonde huidskleur geeft.
[Custom]
Instelling voor het gebruik van kleuren en beeldkwaliteit die van
tevoren zijn geregistreerd.
●●[Fotostijl] is vastgezet op [Standaard] wanneer het filter (beeldeffect) wordt ingesteld.
●●Het menuonderdeel is standaard voor zowel het [Opname]- als het [Bewegend beeld]-menu. Als
een instelling in één menu wordt gewijzigd, zal de instelling met dezelfde naam in het andere
menu ook automatisch worden gewijzigd.
100
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
De beeldkwaliteit aanpassen met effecten [Fotostijl]
■■De beeldkwaliteit aanpassen
Druk op
om het type fotostijl te selecteren
Druk op
om een onderdeel te selecteren en druk op
[Contrast]
[Scherpte]
[Ruisreductie]
[Verzadiging]*1
[Kleurtoon]*1
[Filtereffect]*2
Standaard
om het aan te passen
[+]
[–]
[+]
[–]
Hiermee vergroot u het contrast in een foto.
Hiermee verkleint u het contrast in een foto.
Hiermee versterkt u de contouren in een foto.
Hiermee verzacht u de contouren in een foto.
Hiermee versterkt u het ruisonderdrukkingseffect om ruis
[+]
te onderdrukken. Door deze instelling kan de resolutie iets
afnemen.
Hiermee verkleint u het ruisonderdrukkingseffect om een
[–]
beeldkwaliteit met een duidelijkere resolutie te krijgen.
[+]
Opvallende kleuren
[–]
Gedempte kleuren
[+]
Blauwachtige kleuren
[–]
Geelachtige kleuren
Hiermee vergroot u het contrast van een onderwerp.
[Geel] (Effect: laag)
Hiermee wordt blauwe lucht duidelijk vastgelegd.
Hiermee vergroot u het contrast van een onderwerp.
[Oranje] (Effect: middel)
Hiermee wordt blauwe lucht met levendige kleuren vastgelegd.
Hiermee vergroot u het contrast van een onderwerp.
(Effect: hoog)
[Rood]
Hiermee wordt blauwe lucht met nog levendigere kleuren
vastgelegd.
Hiermee worden gedempte kleuren toegepast voor de
[Groen] huid en lippen van een persoon. Hiermee worden groene
bladeren benadrukt en lichter gemaakt.
[Uit]
—
*1 [Kleurtoon] wordt alleen weergegeven wanneer [Zwart-wit] is geselecteerd. Anders wordt
[Verzadiging] weergegeven.
*2 [Filtereffect] wordt alleen weergegeven wanneer [Zwart-wit] is geselecteerd.
•• Wanneer de beeldkwaliteit wordt aangepast, wordt [+] in het pictogram weergegeven.
Druk op [MENU/SET]
■■U kunt de instelling voor de aangepaste beeldkwaliteit registreren onder [Custom]
Voer de aanpassing van de beeldkwaliteit uit in stap
aanpassen" en druk op de [DISP.]-knop
van "De beeldkwaliteit
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] en druk op [MENU/SET]
101
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
Lichte partijen en schaduwen aanpassen [Schaduw markeren]
Opnamemodus:
U kunt de lichte partijen en schaduwen in een beeld aanpassen terwijl u de helderheid
van deze gebieden op het scherm controleert.
1
Stel het menu in
2
Druk op
→
/
3
4
[Opname] → [Schaduw markeren]
om de optie te selecteren
([Standaard])
Geen aanpassingen.
([Hoger contrast])
U maakt de lichte partijen lichter en de schaduwpartijen
donkerder.
([Lager contrast])
U maakt de lichte partijen donkerder en de schaduwpartijen
lichter.
([Schaduw lichter
maken])
U maakt de schaduwpartijen lichter.
/
(Aangepast)
U kunt een aangepaste registratievorm instellen.
Draai de bedieningsring om de helderheid
van de lichte gebieden aan te passen
en draai de bedieningsknop om de
helderheid van de donkere gebieden aan
te passen
••Als u uw voorkeursinstellingen wilt registreren,
drukt u op om het doelpictogram voor registratie
te selecteren (Custom 1 ([ ]), Custom 2 ([ ]) en
Custom 3 ([ ])).
Druk op [MENU/SET]
Licht gebied
Schaduwgebied
Voorbeeldweergave
●●U kunt op de [DISP.]-knop drukken op het scherm voor het aanpassen van de helderheid om de
schermweergave te schakelen.
●●De instellingen geregistreerd in [
], [ ] of [ ] blijven behouden, zelfs als de camera wordt
uitgeschakeld.
●●De instellingen aangepast in [ ], [ ], [ ] of [ ] worden naar de standaardinstellingen hersteld
wanneer de camera wordt uitgeschakeld.
●●Het menuonderdeel is standaard voor zowel het [Opname]- als het [Bewegend beeld]-menu. Als
een instelling in één menu wordt gewijzigd, zal de instelling met dezelfde naam in het andere
menu ook automatisch worden gewijzigd.
102
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
De witbalans aanpassen
Opnamemodus:
In zonlicht, onder kunstlicht of in andere soortgelijke omstandigheden waar de kleur wit
een rood- of blauwzweem krijgt, kunt u met dit onderdeel de kleur van wit aanpassen die
het dichtst bij de kleur is die het oog opmerkt in overeenstemming met de lichtbron.
1
Druk op de [WB]-knop ( )
2
Draai de bedieningsknop om de witbalans
te selecteren en druk op [MENU/SET]
Automatische aanpassing in overeenstemming met van de
lichtbron.
[AWB]
]
]
Aanpassing aan de kleur onder een bewolkte lucht.
[
]
Aanpassing aan de kleur in de schaduw.
[
]
[
[
] / [
Aanpassing aan de kleur onder een heldere lucht.
[
[
]*
] / [
[
Aanpassing aan de kleur onder kunstlicht.
Aanpassing aan de kleur die optimaal is voor het opnemen van
beelden met de flitser.
]
] / [
]
De handmatig ingestelde witbalanswaarde gebruiken.
De vooraf ingestelde kleurtemperatuurinstelling gebruiken.
* De instelling [AWB] wordt toegepast bij het opnemen van films.
Onder tl-verlichting, ledlampen enzovoort kan de optimale witbalans variëren,
afhankelijk van het soort verlichting, dus gebruik [AWB], [ ], [ ], [ ] of [ ].
●●De witbalans kan niet goed werken als u beelden opneemt met een flitser of het onderwerp
opgenomen wordt buiten het effectieve flitsbereik (→177).
●●De instelling [Witbalans] wordt vast ingesteld op [AWB] in de volgende gevallen:
•• Wanneer het beeldeffect (Filter) is ingesteld
103
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
De witbalans aanpassen
■■Automatische witbalans
Wanneer u de [AWB] (automatische witbalans) instelt, wordt de kleurbalans
automatisch aangepast aan de gebruikte lichtbron. Als de scène echter te helder of
te donker is of als er andere extreme omstandigheden zijn, kunnen de beelden wel
eens een rode of blauwe zweem vertonen. De witbalans kan niet altijd goed werken
als er een diversiteit aan lichtbronnen is. Stel in dat geval de [Witbalans] in op andere
instellingen dan [AWB] om de kleur aan te passen.
: [AWB]-instelbereik:
10000K
9000K
Blauwe lucht
8000K
7000K
6000K
5000K
4000K
3000K
2000K
Bewolkte lucht (regen)
Schaduw
Zonlicht
Wit tl-licht
Gloeilamplicht
Zonsondergang/zonsopgang
Kaarslicht
K=Kelvin kleurtemperatuur
De witbalans handmatig instellen
Neem een beeld op van een wit voorwerp onder de doellichtbron om de kleuren aan te
passen.
1
2
3
Druk op de [WB]-knop ( )
Draai de bedieningsknop om [ ], [ ], [ ] of [ ] te selecteren en druk op
Richt de camera op een wit voorwerp, zoals een stuk
papier, zorg dat dit binnen het kader in het midden van
het scherm ligt en druk op [MENU/SET]
●●Het is niet altijd mogelijk om de juiste witbalans in te stellen als onderwerpen te licht of te donker
zijn. Pas in dit geval de helderheid aan en probeer de witbalans opnieuw in te stellen.
104
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
De witbalans aanpassen
De witbalans instellen met kleurtemperatuur
U kunt de witbalans instellen met de kleurtemperatuur. Kleurtemperatuur is een
numerieke waarde die uitdrukking geeft aan de kleur van licht (eenheid: K*). Een beeld
wordt blauwachtig wanneer de kleurtemperatuurwaarde hoger is en roodachtig wanneer
de temperatuurwaarde lager is.
* Kelvin
1
2
3
Druk op de [WB]-knop ( )
Draai de bedieningsknop om [
Selecteer met
op [MENU/SET]
] te selecteren en druk op
de kleurtemperatuurwaarde en druk
•• U kunt de kleurtemperatuur instellen van 2.500 K tot en met
10.000 K.
Verfijningen van de witbalans uitvoeren
U kunt elke instelling voor witbalans handmatig verfijnen als de kleuren niet naar
verwachting zijn.
1
2
Selecteer de witbalans en druk op
3
Druk op [MENU/SET]
Voer met
verfijningen van de witbalans uit
: A (oranje: oranjeachtige
kleuren)
: G (groen: groenachtige kleuren)
: B (blauw: blauwachtige
kleuren)
: M (magenta: roodachtige
kleuren)
•• Als u op de [DISP.]-knop drukt, zet u de positie terug in het
midden.
●●Wanneer u verfijningen van de witbalans uitvoert in de richting van A (oranje) of B (blauw), zal de
kleur van het witbalanspictogram dat op het scherm wordt weergegeven, veranderen in de kleur
van de verfijning.
●●Wanneer u verfijningen van de witbalans uitvoert in de richting van G (groen) of M (magenta), zal
[+] (groen) of [-] (magenta) in het witbalanspictogram op het scherm worden weergegeven.
●●De instellingen blijven toegepast wanneer u de flitser gebruikt.
●●U kunt verfijningen van de witbalans onafhankelijk uitvoeren voor elke instelling voor witbalans.
●●Wanneer u een nieuwe witbalanswaarde instelt door [ ], [ ], [ ] of [ ] te selecteren of de
kleurtemperatuur verandert door [ ] te selecteren, wordt het verfijningsniveau van de witbalans
teruggezet op de standaardinstelling (middelpunt).
105
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
De witbalans aanpassen
Bracketopnamen met gebruik van witbalans
Bracketinstellingen worden uitgevoerd op basis van de verfijningswaarden voor
witbalans, en drie beelden met verschillende kleuren worden automatisch opgenomen
wanneer u een keer op de ontspanknop drukt.
1 Voer verfijningen van de witbalans uit in stap 2 van
"Verfijningen van de witbalans uitvoeren" en draai de
bedieningsknop om de Bracketinstelling uit te voeren
2
De bedieningsknop naar rechts draaien: Horizontaal ([A] naar [B])
De bedieningsknop naar links draaien: Verticaal ([G] naar [M])
Druk op [MENU/SET]
●●Wanneer de bracket voor witbalans is ingesteld, verschijnt [BKT] op het pictogram voor witbalans.
●●Wanneer de camera wordt uitgeschakeld (inclusief [Slaapsmodus]), wordt de Bracketinstelling
voor witbalans geannuleerd.
●●Het sluitergeluid klinkt slechts een keer.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●De bracket voor witbalans functioneert in de volgende gevallen niet:
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Tijdens het opnemen van films
•• Als [4K-FOTO] op [ON] staat
], [
•• Wanneer de instelling [Kwaliteit] op [
•• Als [HDR] op [ON] staat
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
106
] of [ ] is ingesteld
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
Beeldkwaliteit en fotoresolutie instellen
De beeldverhouding van de foto’s wijzigen
Opnamemodus:
U kunt gemakkelijk de beeldverhouding van foto’s wijzigen met de keuzeschakelaar voor
beeldverhouding.
1 Keuzeschakelaar voor beeldverhouding schakelen
[4:3]
Beeldverhouding van een 4:3-tv
[1:1]
Beeldverhouding van een vierkant beeld
[16:9]
Beeldverhouding van HD-tv enz.
[3:2]
Beeldverhouding van standaardfilmcamera’s
●●Bij het afdrukken kunnen er randen worden afgesneden. Controleer dit vooraf. (→324)
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
107
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
Beeldkwaliteit en fotoresolutie instellen
Fotoresolutie instellen
Opnamemodus:
Hoe hoger het aantal pixels, hoe fijner de details van de beelden, zelfs als ze op groot
papierformaat worden afgedrukt.
→
[Opname] → [Fotoresolutie]
Beeldverhouding
4:3
1:1
16:9
3:2
[L] 12.5M
[L] 10M
[L] 11M
[L] 12M
4112×3088
[Fotoresolutie]
[
M] 6.5M
2976×2232
[
S] 3M
2048×1536
3088×3088
4480×2520
[
M] 5M
[
M] 8M
S] 2.5M
[
S] 2M
2240×2240
[
1536×1536
3840×2160
1920×1080
4272×2856
[
M] 6.5M
3120×2080
[
S] 3M
2112×1408
●●Wanneer [Burstsnelh.] is ingesteld op [SH], is [Fotoresolutie] vastgezet op [S].
Niet beschikbaar in het volgende geval:
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
108
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
Beeldkwaliteit en fotoresolutie instellen
De compressieratio van beelden instellen ([Kwaliteit])
Opnamemodus:
Hiermee stelt u de compressieratio in voor het opslaan van beelden.
→
[Opname] → [Kwaliteit]
Instellingen Bestandsindeling
[
]
[
]
JPEG
[
]
[
]
[
Beschrijving
Geeft voorrang aan beeldkwaliteit en slaat beelden op in de
bestandsindeling JPEG.
]
Slaat beelden op in de bestandsindeling JPEG met
standaardbeeldkwaliteit.
Deze instelling is nuttig wanneer u het aantal op te nemen
beelden wilt verhogen zonder het aantal pixels te wijzigen.
RAW + JPEG
Slaat beelden op in de bestandsindeling JPEG en in de
bestandsindeling RAW.*1
RAW
Slaat beelden op in de bestandsindeling RAW.*2
*1 Als u een RAW-bestand van de camera verwijdert, wordt het bijbehorende JPEG-bestand ook
verwijderd.
*2 De fotoresolutie wordt vastgezet op het maximale aantal opneembare pixels voor de
beeldverhouding van elk beeld. ([L])
RAW-bestand
In de bestandsindeling RAW worden gegevens opgeslagen zonder dat er beelden
worden verwerkt door de camera. Deze indeling geeft een hogere beeldkwaliteit dan de
JPEG-indeling, maar de hoeveelheid gegevens is groter.
Als u RAW-beelden wilt afspelen of bewerken, moet u dit apparaat of speciale software
gebruiken. U kunt RAW-beelden geavanceerd bewerken, zoals correctie van de witbalans
van beelden die eerder zijn opgenomen en de beelden opslaan in bestandsindelingen die
op een pc kunnen worden weergegeven.
••U kunt RAW-beelden ontwikkelen met [RAW-verwerking] in het [Afspelen]-menu.
(→208)
••Als u RAW-beelden op een pc wilt ontwikkelen en bewerken, gebruikt u de bijgeleverde
dvd-software ("SILKYPIX Developer Studio" van Ichikawa Soft Laboratory).
109
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
Beeldkwaliteit en fotoresolutie instellen
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●De volgende effecten kunnen niet worden gebruikt op RAW-beelden.
•• [Intelligent auto]-modus
•• Beeldeffecten (Filter)
•• Witbalans*1
•• [Fotostijl]*1 / [Schaduw markeren]*1 / [Int.dynamiek]*1 / [Rode-ogencorr]*2 / [I.resolutie]*1 /
[Kleurruimte]*1 ([Opname]-menu)
●●U kunt deze niet instellen op [ ], [ ] of [ ] in het volgende geval:
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
*1 Wanneer u [RAW-verwerking] in het [Afspelen]-menu gebruikt, worden de aanpassingen
uitgevoerd op basis van de instellingen die tijdens het opnemen zijn gebruikt. Daarom kunt u
JPEG-beelden opslaan door de instellingen te gebruiken die tijdens het opnemen zijn toegepast.
2
* Als [Rode-ogencorr] tijdens het opnemen is geactiveerd, kunt u [RAW-verwerking] in het
[Afspelen]-menu gebruiken om JPEG-beelden op te slaan waarin rode ogen zijn gedetecteerd en
gecorrigeerd.
110
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
De beeldcorrectiefuncties effectief gebruiken
Contrast en belichting corrigeren ([Int.dynamiek])
Opnamemodus:
Past bij groot contrast tussen achtergrond en onderwerp automatisch het contrast en de
belichting aan voor meer levensechte kleuren.
→
[Opname] → [Int.dynamiek]
Instellingen: [AUTO] / [HIGH] / [STANDARD] /[LOW] / [OFF]
●●Wanneer [AUTO] is ingesteld, kunt u automatisch de sterkte van de effecten instellen op basis van
de opnameomstandigheden.
●●Het menuonderdeel is standaard voor zowel het [Opname]- als het [Bewegend beeld]-menu. Als
een instelling in één menu wordt gewijzigd, zal de instelling met dezelfde naam in het andere
menu ook automatisch worden gewijzigd.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Compensatie-effecten worden mogelijk niet bereikt, afhankelijk van de omstandigheden.
●●De [Int.dynamiek] functioneert in de volgende gevallen niet:
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Als [HDR] op [ON] staat
De indruk van hoge resolutie versterken ([I.resolutie])
Opnamemodus:
Met de intelligente resolutietechnologie van de camera kunt u foto’s maken met
scherpere contouren en een hogere resolutie.
→
[Opname] → [I.resolutie]
Instellingen: [HIGH] / [STANDARD] /[LOW] / [EXTENDED] / [OFF]
●●Wanneer [EXTENDED] is ingesteld, kunt u natuurlijkere beelden opnemen met de indruk van
hoge resolutie.
●●De instelling [EXTENDED] verandert automatisch in de instelling [LOW] wanneer films worden
opgenomen.
●●Het menuonderdeel is standaard voor zowel het [Opname]- als het [Bewegend beeld]-menu. Als
een instelling in één menu wordt gewijzigd, zal de instelling met dezelfde naam in het andere
menu ook automatisch worden gewijzigd.
111
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
De beeldcorrectiefuncties effectief gebruiken
Foto’s met verschillende belichting combineren ([HDR])
Opnamemodus:
De camera kan 3 foto’s die zijn gemaakt met een verschillende belichting, combineren
tot één goed belichte foto met een rijke gradatie. De afzonderlijke beelden die worden
gebruikt om het HDR-beeld te maken, worden niet opgeslagen. U kunt het verlies aan
gradaties in lichte en donkere gebieden beperken wanneer bijvoorbeeld het contrast
tussen de achtergrond en het onderwerp groot is.
Een gecombineerde HDR-foto wordt in JPEG-indeling opgeslagen.
→
[Opname] → [HDR]
[ON]
Maakt een gecombineerde HDR-foto.
[OFF]
Maakt geen gecombineerde HDR-foto.
[Dynamisch
bereik]
[AUTO]: hiermee worden beelden opgenomen nadat automatisch het
instelbereik van de belichting is ingesteld op basis van het
contrast van een onderwerp.
[±1EV] / [±2EV] / [±3EV]: hiermee worden beelden opgenomen op
basis van het instelbereik van de ingestelde
belichting.
[Auto uitlijnen]
[ON]: hiermee wordt de verplaatsing van beelden als gevolg van
beweging enzovoort automatisch aangepast. Gebruik deze
instelling om met de camera in de hand beelden op te nemen.
[OFF]: de verplaatsing van beelden wordt niet aangepast. Gebruik deze
instelling als u een statief gebruikt.
[SET]
■■Wat is HDR?
HDR staat voor High Dynamic Range en verwijst naar een techniek voor het uitdrukken
van een breed contrastbereik.
●●Nadat de ontspanknop is ingedrukt, mag u de camera niet bewegen tijdens de burst-opname.
●●Aangezien er een hele Burst aan foto’s wordt gecombineerd na het opnemen, kan het even duren
voordat u opnieuw een foto kunt maken.
●●Een onderwerp dat tijdens het opnemen in beweging was, kan als nabeeld worden opgenomen.
●●Wanneer [Auto uitlijnen] is ingesteld op[ON], wordt de kijkhoek iets smaller.
●●Wanneer u beelden opneemt met een flitser, wordt de flitsmodus vastgezet op [ ] (Flitser
gedwongen UIT).
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Deze functie werkt niet voor foto’s terwijl filmbeelden worden opgenomen.
●●[HDR] kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
], [
] of [ ] is ingesteld
•• Wanneer de instelling [Kwaliteit] op [
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] gebruikt wordt (alleen beschikbaar bij de instelling
[Automatische opname])
112
SQW0028
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen
De beeldcorrectiefuncties effectief gebruiken
De ruis van een lange belichting onderdrukken ([Lang sl.n.red])
Opnamemodus:
De camera kan automatisch de ruis wegnemen die ontstaat bij het opnemen van beelden
met een langere sluitertijd (bijvoorbeeld om nachtscènes op te nemen) om scherpe
beelden op te nemen.
→
[Opname] → [Lang sl.n.red]
Instellingen: [ON]/[OFF]
●●Terwijl de camera de ruis wegneemt, wordt [Lange sluitertijd ruisreductie lopend] even lang
weergegeven als de sluitertijd die voor de signaalverwerkingstijd is geselecteerd.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●De [Lang sl.n.red] functioneert in de volgende gevallen niet.
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Tijdens het opnemen van films
•• Wanneer [Burstsnelh.] is ingesteld op [SH]
•• Wanneer de elektronische sluiter wordt gebruikt
De kleurruimte instellen
Opnamemodus:
U kunt de methode voor het reproduceren van de kleuren instellen om de opgenomen
beelden op de juiste manier weer te geven op de schermen van een pc of printer
enzovoort.
→
[Opname] → [Kleurruimte]
[sRGB]
Hiermee stelt u de kleurruimte sRGB in. Deze instelling wordt veel gebruikt voor
apparaten zoals pc’s.
[AdobeRGB]
Hiermee stelt u de kleurruimte AdobeRGB in.
De kleurruimte AdobeRGB heeft een breder kleurenweergavebereik dan de
kleurruimte sRGB. Daarom wordt de kleurruimte AdobeRGB voornamelijk gebruikt
voor zakelijke toepassingen zoals commercieel drukwerk.
●●Selecteer [sRGB] als u niet deskundig bent op het gebied van de kleurruimte AdobeRGB.
●●Tijdens het opnemen van films wordt de instelling vastgezet op [sRGB].
113
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
1
Zet de keuzeschakelaar voor
scherpstelling op [ ] of
[
]
De automatische
scherpstelling
wordt geactiveerd.
Zet gelijk met de
indicator.
Selecteer de scherpstellingsfunctie (AFS, AFF, AFC)
Opnamemodus:
Stel de scherpstelbediening in die moet worden uitgevoerd wanneer de ontspanknop half
wordt ingedrukt.
→
[Opname] → [AFS/AFF/AFC]
De beweging van
het onderwerp en de
scène (aanbevolen)
Keuzeschakelaar
Instellingen
voor
scherpstelling
[AFS]
*
*
[AFF]
[AFC]
Beschrijving
Onderwerp staat
stil (landschap,
verjaardagsfoto enz.)
"AFS" is een afkorting van "Auto
Focus Single". De scherpstelling wordt
automatisch ingesteld wanneer de
ontspanknop half ingedrukt wordt.
De scherpstelling wordt vastgezet terwijl
de knop half ingedrukt is.
Onvoorspelbare
bewegingen (kinderen,
huisdieren enz.)
"AFF" is een afkorting van "Auto Focus
Flexible". In deze modus wordt de
scherpstelling automatisch ingesteld wanneer
de ontspanknop half ingedrukt wordt.
Als het onderwerp beweegt terwijl de
ontspanknop half ingedrukt is, wordt de
scherpstelling automatisch gecorrigeerd
op basis van de beweging.
Onderwerp beweegt
(sport, treinen enz.)
"AFC" is een afkorting van "Auto Focus
Continuous". In deze modus wordt, terwijl
de ontspanknop half ingedrukt is, continu
scherpgesteld op basis van de beweging
van het onderwerp. Wanneer het
onderwerp beweegt, wordt scherpgesteld
door de positie van het onderwerp op het
moment van opname te voorspellen.
—
Het scherpstellen wordt handmatig
uitgevoerd. (→128)
* In de [Intelligent auto] modus wordt er vast ingesteld op AF Macro, ook al zet u de keuzeschakelaar
voor scherpstelling op [
114
] of [
] (AF Macro).
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
Bij het opnemen met [AFF], [AFC]
●●Het scherpstellen kan enige tijd vergen wanneer de zoom plotseling wordt omgezet van
de maximale groothoekstand (W) naar de maximale telestand (T) of als u plotseling
dichter bij uw onderwerp komt.
●●Druk opnieuw de ontspanknop half in wanneer u moeilijk op het onderwerp kunt
scherpstellen.
●●Terwijl de ontspanknop half ingedrukt is, kunt u trillingen op het scherm zien.
●●Als het licht op een onderwerp onvoldoende is wanneer u [AFF] of [AFC] gebruikt, stelt de camera
op dezelfde manier scherp als bij [AFS]. In dit geval wordt de indicatie op het scherm geel [AFS].
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●De camera past de scherpstelling aan met [AFS] in het volgende geval:
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
[AF mode] schakelen
Opnamemodus:
Hiermee schakelt u de scherpstelmodus in die geschikt is voor de posities en het aantal
te selecteren onderwerpen.
1 Druk op de [ ]-knop ( )
2
Druk op
om de automatische scherpstelmodus te
selecteren en druk op [MENU/SET]
•• Als u op drukt wanneer [ ], [ ], [ ] of [ ] geselecteerd
is, verschijnt het instelscherm voor het AF-gebied. Zie voor
details over bediening van het instelscherm voor het AF-gebied
(→121).
●●De automatische scherpstelmodus staat vast ingesteld op [
] (scherpstellen op 1 punt) in het
volgende geval:
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Miniatuureffect])
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●Er kan niet worden ingesteld op [
] (precisiescherpstellen) in het onderstaande geval:
•• Wanneer [AFS/AFF/AFC] (→114) is ingesteld op [AFF] of [AFC]
115
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
Beelden opnemen van mensen van voren
(gezichts-/oogdetectie)
De camera detecteert automatisch de gezichten en ogen van personen. De camera past
de scherpstelling aan het oog aan dat zich het dichtst bij de camera bevindt en past de
belichting aan het gezicht aan (wanneer [Meetfunctie] is ingesteld op [ ] (multimeting)).
••De camera kan maximaal 15 gezichten detecteren. De camera kan alleen de ogen
detecteren van gezichten waarop wordt scherpgesteld.
Wanneer de camera een gezicht herkent, worden het AFgebied en het oog waarop wordt scherpgesteld, weergegeven.
Geel: als u de ontspanknop half indrukt, wordt het kader groen
als de camera is scherpgesteld.
Wit: verschijnt bij detectie van meerdere gezichten. Andere
gezichten die op dezelfde afstand zijn als de gezichten in
het gele AF-gebied, worden ook scherp vastgelegd.
Oog waarop wordt
scherpgesteld
●●U kunt de positie en de grootte van het AF-gebied en het oog waarop wordt scherpgesteld,
wijzigen. (→121)
●●Als [Meetfunctie] is ingesteld op [
] (multimeting) wanneer [ ] (gezichts-/oogdetectie)
is geselecteerd, past de camera de belichting aan op basis van het gezicht van een van de
personen op de foto. (→139)
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●Als de omstandigheden de herkenning van gezichten bemoeilijken, zoals wanneer de beweging
van het onderwerp te snel is, schakelt de instelling voor de AF-modus over naar
[ ] (Scherpstellen op 49 punten).
116
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
Automatisch koppelen van de scherpstelling aan een bewegend
onderwerp
(Tracking AF)
1
Plaats het Tracking AF-kader over uw onderwerp en
druk de ontspanknop half in
Wanneer uw onderwerp herkend wordt, verandert het Tracking
AF-kader van wit in geel en dan wordt uw onderwerp steeds scherp
in beeld gehouden.
Als de AF-vergrendeling mislukt, blijft er een tijdje lang een rood
kader knipperen en dooft dan. Probeert u de vergrendeling dan
opnieuw.
•• Tracking AF opheffen → Druk op [MENU/SET].
]
•• Scherpstelbereik: hetzelfde als bij macro-opnamen [
•• In de [Intelligent auto]-modus worden elke keer als u op drukt,
Tracking AF en gezichtsdetectie verwisseld.
Tracking AF kader
●●Wanneer u [Meetfunctie] instelt op [
] (multimeting), past de camera de belichting op basis van
een gekoppeld onderwerp aan. (→139)
●●Onder bepaalde opnameomstandigheden, bijvoorbeeld wanneer het onderwerp klein of donker
is, kan [ ] (Tracking AF) niet goed werken. Wanneer [ ] (Tracking AF) niet werkt, wordt er
scherpgesteld op [ ] (scherpstellen op 1 punt).
●●[
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
] (Tracking AF) kan in het volgende geval niet worden gebruikt:
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
●●In de volgende gevallen voert [ ] (Tracking AF) de bewerking uit van [ ] (scherpstellen op 1 punt).
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Sepia], [Zwart-wit], [Dynamisch zwart/wit],
[Ruw zwart-wit], [Zacht zwart-wit], [Zachte focus], [Sterfilter], [Zonneschijn])
•• [Zwart-wit] in [Fotostijl]
Onderwerp niet gecentreerd in beeld
enz. (aangepast multi)
(scherpstellen op 49 punten) /
(Scherpstellen op 49 punten)
Stelt scherp op het onderwerp in het brede gebied
(scherpstellen op 49 punten) op het opnamescherm.
●●U kunt het scherpstelgebied selecteren. (→121)
117
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
enz. (aangepast multi)
U kunt de voorkeursvorm van een AF-gebied instellen door 49 punten in het AF-gebied te
selecteren, op basis van het onderwerp.
1
2
Druk op de [ ]-knop ( )
3
Selecteer met
Selecteer een pictogram voor aangepast multi ([
•• Wanneer u op
] enz.) en druk op
drukt, verschijnt het instelscherm voor het AF-gebied.
de instelling
•• De momenteel ingestelde vorm van een AF-gebied wordt
linksonder op het scherm weergegeven.
([Horizontaal
patroon])
Horizontale lijn
Ideale vorm voor
verschuiven enz.
([Verticaal
patroon])
Verticale lijn
Ideale vorm voor het
opnemen van gebouwen
enz.
([Aangepast])
/
/
(Aangepast)
Huidige vorm AF-gebied
Aangepaste vorm
U kunt een aangepaste registratievorm instellen.
4
Druk op
5
Selecteer het AF-gebied
•• Het instelscherm voor AF-gebied verschijnt.
•• Het geselecteerde AF-gebied wordt in geel weergegeven en het ongeselecteerde gebied in wit.
Wanneer u [
]/[
] selecteert
Wanneer [ ] is geselecteerd, kunt u de grootte en positie
van het gebied in verticale richting instellen en wanneer [ ]
is geselecteerd, kunt u de grootte en positie van het gebied in
horizontale richting instellen.
Knoppen bedienen
Beschrijving
Positie wordt verplaatst
118
Bedieningsknop
Hiermee verandert u de grootte
(maximaal drie regels)
[DISP.]-knop
De oorspronkelijke instellingen
worden hersteld
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
Wanneer u [
]/[
]/[
]/[
] selecteert
Selecteer met
het AF-gebied en druk op [MENU/SET]
om het in te stellen (te herhalen)
•• Als u opnieuw op [MENU/SET] drukt, wordt de instelling
geannuleerd.
•• Druk op de [DISP.]-knop om alle instellingen te annuleren.
6
Druk op de [Fn2]-knop
■■Het ingestelde AF-gebied registreren in [ ], [
Druk op op het scherm bij stap 3 op (→118)
Selecteer met
] en [
] (Aangepast)
het doelpictogram voor registratie en druk op [MENU/SET]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
●●De instellingen geregistreerd in [
], [ ] of [ ] blijven behouden, zelfs als de camera wordt
uitgeschakeld.
●●De instellingen aangepast in [ ], [ ] of [ ] worden naar de standaardinstellingen hersteld
wanneer de camera wordt uitgeschakeld.
●●Als u op de cursortoets drukt wanneer [Direct focuspunt] in het [Voorkeuze]-menu is ingesteld op
[ON], verschijnt het instelscherm voor AF-gebied.
119
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
Vastgestelde positie voor scherpstelling
(scherpstellen op 1 punt)/
(precisiescherpstellen)
(Scherpstellen op 1 punt)
Er wordt scherpgesteld op het AF-gebied in het midden van het beeld. (Aanbevolen
wanneer u moeilijk kunt scherpstellen)
••U kunt de positie en de grootte van het AF-gebied wijzigen. (→121)
De scherpstelling vergrendelen
Volg onderstaande stappen als het onderwerp dat u Scherpstelaanduiding
wilt opnemen, zich niet in het midden bevindt. (Alleen (Goed scherpgesteld: brandt
Niet goed scherpgesteld: knippert)
wanneer [AFS/AFF/AFC] is ingesteld op [AFS])
Stel
scherp
op
het
onderwerp
Leg het
1
AF-gebied
gelijk met het
onderwerp
2
AF-gebied
Half ingedrukt (Goed scherpgesteld: groen
houden
Niet goed scherpgesteld: rood)
Keer terug naar de gewenste
compositie
Volledig
indrukken
(Precisiescherpstellen)
Hiermee kunt u nauwkeuriger scherpstellen op een kleiner punt dan met [ ]
(scherpstellen op 1 punt).
●●U kunt de scherpstelpositie met het vergrote scherm instellen. (→122)
●●Wanneer u de ontspanknop half indrukt, verschijnt een grotere weergave van de scherpstelpositie.
●●U kunt de time-out voor de vergrote weergave instellen met [Spot AF tijd] in het [Voorkeuze]-menu.
(→122)
●●Als [
] (precisiescherpstellen) is geselecteerd tijdens het opnemen van films, wordt de instelling
gewijzigd in [ ] (scherpstellen op 1 punt).
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●Er kan niet worden ingesteld op [
] (precisiescherpstellen) in de onderstaande gevallen.
•• Wanneer [AFS/AFF/AFC] (→114) is ingesteld op [AFF] of [AFC]
120
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
De positie en de grootte van het AF-gebied wijzigen
■■Wanneer u [
]/[ ] selecteert
U kunt de positie en de grootte van het AF-gebied wijzigen.
Selecteer [ ] of [ ] en druk op
•• Het instelscherm voor AF-gebied verschijnt.
AF-gebied wijzigen
De positie van het AF-gebied verplaatsen: Druk op
Grootte van het AF-gebied wijzigen: Draai aan de bedieningsknop
•• Als u het AF-gebied instelt op een oog in het gele kader
wanneer [ ] is geselecteerd, wordt het oog dat voor
scherpstellen wordt gebruikt, gewijzigd.
•• AF-gebied in oorspronkelijke staat (positie) terugzetten
→ Druk op de [DISP.]-knop.
Druk op [MENU/SET]
■■Wanneer u [
] selecteert
U kunt de scherpstelpositie instellen door een groep AF-gebieden te selecteren. Het
AF-gebied, dat met 49 punten wordt geconfigureerd, wordt in groepen verdeeld die elk
uit 9 punten bestaan (6 of 4 punten voor de groepen die zich aan de randen van het
scherm bevinden).
Voorbeelden van
Selecteer [ ] en druk op
•• Het instelscherm voor AF-gebied verschijnt.
Druk op
om een groep AF-gebieden te selecteren
Druk op [MENU/SET]
groep
•• Alleen de [+]-indicaties (middelpunten van de geselecteerde groep)
blijven op het scherm staan.
•• Als u de instellingen van het kader met AF-gebieden wilt annuleren, drukt
u op [MENU/SET].
121
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
■■Wanneer u [
] selecteert
U kunt het scherm vergroten om de scherpstelpositie nauwkeuriger in te stellen.
••U kunt de scherpstelpositie niet instellen aan de randen van het scherm.
Selecteer [ ] en druk op
Stel met
de scherpstelpositie in en druk op [MENU/SET]
•• Het vergrote hulpscherm voor het instellen van de scherpstelpositie verschijnt.
Verplaats [+] naar de scherpstelpositie met
•• Indrukken van de [DISP.]-knop brengt de scherpstelpositie terug
naar het midden van het hulpscherm.
De weergave van het hulpscherm wijzigen
→
[Voorkeuze] → [Spot AF weergave]
[FULL]: het hulpscherm wordt op basis van het volledige scherm
vergroot.
[PIP]: het hulpscherm wordt op een deel van het scherm
vergroot.
••Wanneer [PIP] is geselecteerd, wordt het scherm ongeveer 3 tot 6 keer vergroot of
verkleind. Wanneer [FULL] is geselecteerd, wordt het scherm ongeveer 3 tot 10 keer
vergroot of verkleind. Vergroot of verklein het scherm met vergrotingsfactoren van x 1
stappen met de bedieningsknop.
De time-out voor het vergrote scherm instellen
→ [Voorkeuze] → [Spot AF tijd] →
[LONG] (ongeveer 1,5 seconde) / [MID] (ongeveer 1,0 seconde) /
[SHORT] (ongeveer 0,5 seconde)
••Als u de ontspanknop loslaat, wordt het vergrote scherm uitgeschakeld, zelfs vóór de
schermtime-out.
122
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
Gebruik van de cursortoets om het AF-gebied te verplaatsen in-/
uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [Direct focuspunt] → [ON]/[OFF]
Wanneer [ ], [ ] of [ ] is geselecteerd, kunt u het AF-gebied verplaatsen en wanneer
[ ] is geselecteerd, kunt u de vergrote positie verplaatsen.
••Wanneer [Voorkeur multi] zoals [ ] is geselecteerd, wordt het instelscherm voor het
AF-gebied weergegeven.
••Met het Quick-menu (→34) kunt u functies instellen die aan de cursortoets worden
toegewezen, zoals [Aandrijfstand], [Witbalans] en [Gevoeligheid].
●●Wanneer u [Meetfunctie] (→139) instelt op [
] (scherpstellen op spot), beweegt het meetdoel
mee met het AF-gebied. Wanneer het AF-gebied naar de randen van het scherm wordt verplaatst,
kan de meting door de omliggende helderheid worden beïnvloed.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●[Direct focuspunt] staat vast ingesteld op [OFF] in het volgende geval:
•• Wanneer het beeldeffect (Filter) is ingesteld
●●De positie en de grootte van het AF-gebied kunnen niet worden gewijzigd in het digitale
zoombereik.
123
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
Uw voorkeursscherpstelmethode instellen
In het menu [Voorkeuze] kunt u de scherpstelmethode in detail instellen.
De scherpstelling in-/uitschakelen wanneer de ontspanknop half
ingedrukt wordt
→
[Voorkeuze] → [Sluiter-focus] → [ON]/[OFF]
Het ontspannen van de sluiter in-/uitschakelen wanneer de
ontspanknop half ingedrukt wordt
→
[Voorkeuze] → [Ontsp. knop half indr.] → [ON]/[OFF]
Scherpstellen met de [AF/AE LOCK]-knop
U kunt op een onderwerp scherpstellen met de [AF/AE LOCK]-knop in plaats van de
ontspanknop.
1 Stel het [Voorkeuze]-menu in
→
[Voorkeuze] → [Sluiter-focus] → [OFF]
→
[Voorkeuze] → [AF/AE vergrend.] → [AF-ON]
2
Druk op de [AF/AE LOCK]-knop
3
Druk op de ontspanknop en maak een foto
3
De camera stelt scherp op een onderwerp.
•• De camera maakt de foto door de belichting aan te passen.
2
Aanpassing van scherpstelling vooraf in-/uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [Quick AF] → [ON]/[OFF]
De scherpstelling wordt automatisch aangepast wanneer de cameraonscherpte gering is,
ook wanneer u de ontspanknop niet indrukt. (Verbruikt meer stroom van de batterij)
●●Druk de ontspanknop halverwege in als het moeilijk is een goede scherpstelling te
verkrijgen.
●●[Quick AF] kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
••In de [Voorvertoning]-modus
••Bij weinig licht
124
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met automatische scherpstelling
AF-assistlampje in-/uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [AF ass. lamp] → [ON]/[OFF]
Het AF-assistlampje gaat branden wanneer de ontspanknop half ingedrukt wordt wanneer
het te donker is om goed scherp te kunnen stellen. (Er wordt een groot AF-gebied
weergegeven op basis van de opnameomstandigheden.)
●●Het AF-assistlampje heeft een effectieve reikwijdte van 1,5 m.
●●Het AF-assistlampje is effectief voor een onderwerp in het midden van het scherm.
Gebruik het lampje door een onderwerp in het midden van het scherm te plaatsen.
●●Als u het AF-assistlampje niet wilt laten inschakelen wanneer u een foto maakt op een
donkere locatie (bijvoorbeeld van een dier in het donker), stelt u deze functie in op
[OFF]. Wanneer het AF-assistlampje ingesteld wordt op [OFF], is het lastig om goed
scherp te stellen.
●●De instelling wordt in de volgende gevallen vast ingesteld op [OFF]:
••Als [Stille modus] op [ON] staat
Opname in-/uitschakelen wanneer een onderwerp onscherp is
→
[Voorkeuze] → [Prio. focus/ontspan]
[FOCUS]: opname wordt uitgeschakeld, tenzij goed wordt scherpgesteld.
[RELEASE]: opname wordt uitgevoerd wanneer u de ontspanknop volledig indrukt om
voorrang te geven aan de timing van het ontspannen van de sluiter om
gemiste kansen te voorkomen.
●●Merk op dat een beeld onscherp kan zijn wanneer [RELEASE] is ingesteld, zelfs
wanneer de scherpstellingsfunctie is ingesteld op [AFS], [AFF] of [AFC].
●●Deze functie is uitgeschakeld tijdens het opnemen van films.
Handmatige scherpstelling na AF in-/uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [AF+MF] → [ON]/[OFF]
U kunt de scherpstelling handmatig verrichten tijdens de AF-vergrendeling (het half
indrukken van de ontspanknop wanneer [AFS/AFF/AFC] is ingesteld op [AFS] of het
instellen van de AF-vergrendeling met de [AF/AE LOCK]-knop).
125
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Close-upfoto’s maken (macro-opnamen)
Opnamemodus:
Wanneer u het onderwerp van dichtbij beeldvullend wilt opnemen, kunt u door
instellen op [ ] (AF Macro) onderwerpen dichter benaderen dan bij het normale
scherpstelbereik (tot op 3 cm in de max. groothoekstand).
1
Zet de keuzeschakelaar voor
scherpstelling op [
]
Hiermee kunt u
scherpstellen op
een onderwerp
van dichtbij.
(Automatische
scherpstelfuncties.)
Zet gelijk met de
indicator.
Scherpstelbereik
Wanneer het onderwerp zich te dicht bij de camera bevindt, kan er niet goed op worden
scherpgesteld.
Kortste opnameafstand
De kortste opnameafstand is de afstand van de voorkant van de lens tot het onderwerp.
Deze afstand verandert geleidelijk, afhankelijk van de zoomstand.
Max. groothoek
0,03 m
Wanneer de keuzeschakelaar
voor scherpstelling is ingesteld
op [ ] (AF Macro).
Max. tele
0,3 m
Keuzeschakelaar
voor scherpstelling
[
]
[ ]
(AF Macro)
[
] (→128)
Scherpstelbereik
Zoom
Max. groothoek
Max. tele
50 cm
50 cm
3 cm
30 cm
3 cm
30 cm
•• Het scherpstelbereik wordt weergegeven wanneer u de zoom
gebruikt enzovoort.
126
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Close-upfoto’s maken (macro-opnamen)
●●In de [Intelligent auto]-modus zal de kortste opnameafstand hetzelfde zijn als die voor [
],
ongeacht de instelling van de keuzeschakelaar voor scherpstelling.
●●Het kan even duren totdat onderwerpen op grote afstand scherp worden.
●●Het verdient aanbeveling een statief en de [Zelfontspanner] te gebruiken. Ook raden we u aan te
fotograferen zonder de flitser wanneer u een onderwerp dicht bij de camera opneemt.
●●Als u de camera beweegt nadat er is scherpgesteld, kunnen uw beelden onscherp zijn wanneer
uw onderwerp erg dicht bij de camera is, aangezien de scherptediepte en dus het scherpstelbereik
bijzonder gering is.
●●Langs de randen van het beeld kan de resolutie minder zijn.
127
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met handmatige scherpstelling
Opnamemodus:
Handmatige scherpstelling is handig wanneer u de scherpstelling wilt vergrendelen om beelden op te
nemen of wanneer het moeilijk is de scherpstelling aan te passen met automatische scherpstelling.
1
2
3
4
Zet de keuzeschakelaar voor
scherpstelling op [ ]
Stel handmatig
scherp op een
onderwerp.
Zet gelijk met de
indicator.
Druk op de [ ]-knop ( )
Druk op
om het gebied te
selecteren dat vergroot moet worden en
druk op [MENU/SET]
••Het scherm verandert in het hulpscherm en er
verschijnt een vergrote weergave. (MF Assist) (→131)
••Wanneer u op de [DISP.]-knop drukt, wordt het te
vergroten gebied teruggesteld naar het midden.
Pas de scherpstelling aan door de
bedieningsring te draaien
De bedieningsring naar rechts draaien:
Scherpstellen op een onderwerp dichtbij
De bedieningsring naar links draaien:
Scherpstellen op een onderwerp veraf
••Kleur wordt toegevoegd aan de gedeelten van het
beeld die scherp zijn. (Peaking) (→130)
••U kunt de richting van de aanpassing van de
scherpstelling naar de korte afstand of naar de lange
afstand bevestigen. (MF Guide) (→129)
MF Assist
(vergroot scherm)
Peaking
Indicator voor
MF Guide
(oneindig)
●●Pas na het gebruik van de zoom de scherpstelling aan.
●●Pas na het annuleren van [Slaapsmodus] altijd de scherpstelling aan.
128
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met handmatige scherpstelling
Weergave van MF Guide in-/uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [MF-gids] → [ON]/[OFF]
Snel de scherpstelling aanpassen met automatisch scherpstellen
→
[Voorkeuze] → [AF/AE vergrend.] → [AF-ON]
Als u op de [AF/AE LOCK]-knop drukt in de handmatige scherpstelling, wordt de
automatische scherpstelling geactiveerd.
●●De automatische scherpstelling wordt in het midden van het
kader geactiveerd.
●●Wanneer de automatische scherpstelling geactiveerd wordt
op het MF Assist-scherm, past de camera de scherpstelling
in het midden van het MF Assist-scherm aan.
129
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met handmatige scherpstelling
[Peaking] in-/uitschakelen om kleur toe te voegen aan de gedeelten
van het beeld die scherp zijn
→
[Voorkeuze] → [Peaking]
●●[Peaking]-functies tijdens handmatig scherpstellen of wanneer u de scherpstelling
handmatig aanpast bij gebruik van [AF+MF].
[ON]
Kleur wordt toegevoegd aan de gedeelten van het beeld die scherp zijn.
[OFF]
De delen van het beeld die scherp zijn, worden niet weergegeven.
[Niveau
detecteren]
[SET]
[Kleur
weergeven]
Het detectieniveau voor de scherpe gedeelten wordt ingesteld.
Wanneer [HIGH] wordt ingesteld, worden er minder gedeelten gemarkeerd,
zodat u nauwkeuriger kunt scherpstellen.
Instellingen: [HIGH]/[LOW]
•• De instelling van het detectieniveau is niet van invloed op het
scherpstelbereik.
Hiermee stelt u de markeerkleur in die gebruikt wordt voor [Peaking].
Instellingen
De beschikbare kleurinstellingen verschillen, afhankelijk van de instelling
van [Niveau detecteren].
Als u de instelling [Niveau detecteren] verandert, verandert u ook de
instelling [Kleur weergeven] als volgt.
[Niveau
detecteren]
[LOW]
[HIGH]
[
[Kleur weergeven] [
[
] (lichtblauw)
[
] (blauw)
] (geel)
[
] (oranje)
] (groen)
[
] (wit)
●●Wanneer [Peaking] is ingesteld op [ON], [
] ([Niveau detecteren]: [HIGH]) of [
]
([Niveau detecteren]: [LOW]) wordt weergegeven.
●●Wanneer [Fn knopinstelling] (→37) in het [Voorkeuze]-menu is ingesteld op [Peaking], kunt u de
instelling in de volgende volgorde schakelen elke keer als u op de toegewezen functieknop drukt:
[ON] ([Niveau detecteren]: [LOW]) → [ON] ([Niveau detecteren]: [HIGH]) → [OFF].
●●Aangezien delen met scherpe contouren op het scherm gemarkeerd worden als scherpe gedeelten,
kunnen de gemarkeerde gedeelten variëren, afhankelijk van de opnameomstandigheden.
●●De kleur die voor de markering gebruikt wordt, is niet van invloed op de opgenomen beelden.
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●[Peaking] functioneert in het volgende geval niet:
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Ruw zwart-wit])
130
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met handmatige scherpstelling
MF Assist
■■MF Assist weergeven
••Draai de bedieningsring om MF Assist weer te geven.
••U kunt MF Assist ook weergeven door op te drukken om het instelscherm weer
te geven, op de cursortoets te drukken om de positie in te stellen die vergroot moet
worden en vervolgens op [MENU/SET] te drukken.
••Wanneer u de volgende bewerking uitvoert, wordt de positie die vergroot moet
worden, teruggezet naar het midden.
–– Wanneer u op de [DISP.]-knop op het scherm drukt dat gebruikt wordt voor
instelling van de positie die vergroot moet worden.
••Als u op de cursortoets drukt wanneer [Direct focuspunt] in het [Voorkeuze]-menu is
ingesteld op [ON], verschijnt het instelscherm voor de vergrote positie.
■■MF Assist sluiten
••Druk de ontspanknop half in om MF Assist te sluiten.
••U kunt MF Assist ook sluiten door op [MENU/SET] te drukken.
••Wanneer u MF Assist weergeeft door aan de bedieningsring te draaien, wordt MF
Assist ongeveer 10 seconden nadat u de bewerking voltooid hebt, automatisch
beëindigd.
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●MF Assist wordt uitgeschakeld in het digitale zoombereik of bij het opnemen van films.
De weergavemethode van MF Assist instellen
→
[Voorkeuze] → [MF assist]
[
]
Draai de bedieningsring of druk op de [ ]-knop ( ) om de positie te vergroten.
[
]
Draai de bedieningsring om de positie te vergroten.
[
]
[OFF]
131
Druk op de [ ]-knop ( ) om de positie te vergroten.
De bedieningsring of [ ]-knop ( ) kan niet worden gebruikt om de positie te
vergroten.
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen met handmatige scherpstelling
De weergave van MF Assist wijzigen
→
[Voorkeuze] → [MF assist weergave]
[FULL]: het hulpscherm wordt op basis van het volledige scherm
vergroot.
[PIP]: het hulpscherm wordt op een deel van het scherm
vergroot.
••Wanneer [PIP] is geselecteerd, wordt het scherm ongeveer 3 tot 6 keer vergroot of
verkleind. Wanneer [FULL] is geselecteerd, wordt het scherm ongeveer 3 tot 10 keer
vergroot of verkleind. Vergroot of verklein het scherm met vergrotingsfactoren van x 1
stappen met de bedieningsknop.
132
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen door de belichting en/of
scherpstelling te vergrendelen [AF/AE vergrend.]
Opnamemodus:
De AF/AE-vergrendelingsfunctie is bijvoorbeeld handig wanneer het onderwerp te veel contrast
heeft en u geen juiste belichting kunt krijgen (AE-vergrendeling) of wanneer u een foto wilt
maken met een compositie waarbij het onderwerp buiten het AF-gebied ligt (AF-vergrendeling).
1
2
3
Richt de camera op het onderwerp
Vergrendel de scherpstelling en/of
belichting terwijl u de [AF/AE LOCK]-knop
indrukt en ingedrukt houdt
••Wanneer u de [AF/AE LOCK]-knop loslaat, wordt de
vergrendeling van de scherpstelling en/of de belichting
opgeheven.
••Op het moment van aanschaf is alleen de belichting
vergrendeld.
Terwijl u de [AF/AE LOCK]-knop indrukt
en ingedrukt houdt, beweegt u de camera
om de compositie te maken van het
beeld dat u wilt opnemen en drukt u de
ontspanknop volledig in
:
De scherpstelling wordt
vergrendeld
(AF-vergrendeling)
••Wanneer [AE LOCK] ingesteld is, drukt u de
ontspanknop half in om scherp te stellen en drukt u
deze vervolgens helemaal in.
De functie van de [AF/AE LOCK]-knop instellen
→
[Voorkeuze] → [AF/AE vergrend.]
[AE LOCK]
[AF LOCK]
[AF/AE LOCK]
[AF-ON]
Alleen de belichting wordt vergrendeld.
•• [AEL], diafragmawaarde en sluitertijd worden weergegeven wanneer de juiste
belichting wordt bereikt.
Alleen de scherpstelling wordt vergrendeld.
•• [AFL], scherpstelling, diafragmawaarde en sluitertijd worden weergegeven
wanneer het onderwerp scherp wordt.
De scherpstelling en de belichting worden vergrendeld.
•• [AFL], [AEL], scherpstelling, diafragmawaarde en sluitertijd worden weergegeven
wanneer het onderwerp scherp is en de juiste belichting wordt bereikt.
De automatische scherpstelling wordt geactiveerd.
De vergrendeling wel/niet in stand houden wanneer de
[AF/AE LOCK]-knop wordt losgelaten
→
133
[Voorkeuze] → [AE-vergr.-vast] → [ON]/[OFF]
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Beelden opnemen door de belichting en/of scherpstelling te vergrendelen [AF/AE vergrend.]
●●De AF-vergrendeling is alleen effectief in het volgende geval:
•• [Handm. belicht.]-modus
●●Tijdens handmatige scherpstelling kan alleen de AE-vergrendeling gebruikt worden.
●●Alleen de AF-vergrendeling is ingeschakeld wanneer u films opneemt. Wanneer u de AF-
vergrendeling opheft terwijl u films opneemt, kunt u de AF-vergrendeling niet opnieuw uitvoeren.
●●U kunt opnieuw op het onderwerp scherpstellen door de ontspanknop half in te drukken, zelfs
wanneer AE is vergrendeld.
●●Programme Shift kan zelfs worden ingesteld wanneer AE is vergrendeld.
●●De vergrendeling wordt geannuleerd wanneer een zoombewerking wordt uitgevoerd nadat de
belichting en/of de scherpstelling is vergrendeld. Voer de vergrendeling opnieuw uit.
134
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Foto’s opnemen met belichtingscompensatie
Opnamemodus:
Corrigeert de belichting als er tegenlicht is of als het onderwerp te donker of te licht is.
1
Draai de belichtingscompensatieknop om
de compensatiewaarde te selecteren
Onderbelicht
Optimale belichting
Pas de belichting aan in de [+]-richting
Overbelicht
Pas de belichting aan in de [-]-richting
••U kunt de belichtingscompensatiewaarde instellen in het bereik tussen -3 EV en
+3 EV.
●●Afhankelijk van de helderheid is dit in sommige gevallen niet mogelijk.
●●Wanneer [Auto. belichtingscomp.] van [Flitser] in het [Opname]-menu is ingesteld op [ON], wordt
het flitsvermogen ook automatisch aangepast, gebaseerd op de belichtingscompensatiewaarde.
(→183)
135
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
De ISO-gevoeligheid instellen
Opnamemodus:
Stel de ISO-gevoeligheid (lichtgevoeligheid) handmatig in.
We raden hogere instellingen aan om scherpe foto’s te maken op donkere locaties.
1
Druk op de [ISO]-knop ( )
2
Draai de bedieningsknop om de ISOgevoeligheid te selecteren en druk op
[MENU/SET]
ISO-gevoeligheid wordt automatisch ingesteld in een bereik tot
3200*1, afhankelijk van de helderheid van een onderwerp.
AUTO
(Intelligente ISO)
ISO-gevoeligheid wordt automatisch ingesteld in een bereik tot
3200*1, afhankelijk van de beweging en de helderheid van een
onderwerp.
100*2/200/400/800/1600/
3200/6400/12800/25600
ISO-gevoeligheid wordt vastgezet op de geselecteerde instelling.
•• Wanneer [ISO verhoging] is ingesteld op [1/3EV], kunnen meer
instellingen voor ISO-gevoeligheid worden geselecteerd. (→138)
*1 Wanneer [ISO-limiet] (→137) in het [Opname]-menu is ingesteld op een andere waarde dan [OFF],
wordt de ISO-gevoeligheid automatisch ingesteld in het bereik tot de [ISO-limiet]-instelwaarde.
*2 Alleen wanneer [Uitgebreide ISO] gelijk is aan [ON].
Instelinstructies
Gevoeligheid
Locatie
(aanbevolen)
Sluitertijd
Interferentie
Onscherp onderwerp
136
[200]
Licht
(buiten)
Traag
Laag
Hoog
[25600]
Donker
Snel
Hoog
Laag
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
De ISO-gevoeligheid instellen
●●Wanneer [Hoge dynamiek] is geselecteerd als het beeldeffect (Filter), wordt [Gevoeligheid]
vastgelegd op [AUTO].
●●Wanneer een ander foto-effect (Filter) dan [Hoge dynamiek] is geselecteerd of wanneer [Multibelicht.] is ingesteld, kan de ISO-gevoeligheid worden ingesteld in een bereik tot [3200].
●●Voor meer informatie over het beschikbare gebruikte flitsbereik wanneer de [Gevoeligheid] is
ingesteld op [AUTO], zie (→177).
] in de volgende gevallen niet selecteren:
•• [Sluiterprioriteit]-modus
•• [Handm. belicht.]-modus
●●Wanneer [Direct focuspunt] (→123) is ingesteld op [ON], functioneert de cursortoets als een
bewerking voor verplaatsing van het AF-gebied. Stel in dat geval in het Quick-menu (→34) de
ISO-gevoeligheid in.
●●U kunt bij het filmen de volgende instellingen gebruiken:
[AUTO], [200] - [6400]
●●Kan [
De bovengrens voor ISO-gevoeligheid instellen
Opnamemodus:
U kunt de bovengrens voor ISO-gevoeligheid instellen wanneer [Gevoeligheid] is
ingesteld op [AUTO] of [ ].
→
[Opname] → [ISO-limiet]
Instellingen: [400] / [800] / [1600] / [3200] / [6400] / [12800] / [25600] / [OFF]
Niet beschikbaar in het volgende geval:
•• Tijdens het opnemen van films
137
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
De ISO-gevoeligheid instellen
De incrementele waarde voor ISO-gevoeligheid instellen
Opnamemodus:
U kunt de instelling wijzigen om de ISO-gevoeligheid te vergroten met 1 EV of 1/3 EV.
→
[Opname] → [ISO verhoging]
[1/3EV]
[1 EV]
[L.100]* / [L.125]* / [L.160]* / [200] / [250] / [320] / [400] / [500] / [640] / [800] / [1000] /
[1250] / [1600] / [2000] / [2500] / [3200] / [4000] / [5000] / [6400] / [8000] / [10000] /
[12800] / [16000] / [20000] / [25600]
[L.100]* / [200] / [400] / [800] / [1600] / [3200] / [6400] / [12800] / [25600]
* Alleen wanneer [Uitgebreide ISO] gelijk is aan [ON].
●●Wanneer deze instelling is gewijzigd van [1/3EV] in [1 EV], kan de instelling voor [Gevoeligheid]
worden gewijzigd. (De dichtstbijzijnde mogelijke ISO-gevoeligheid die voor [1 EV] kan worden
ingesteld, wordt gebruikt.)
De instelling voor ISO-gevoeligheid verhogen
Opnamemodus:
U kunt de numerieke waarden verhogen die voor ISO-gevoeligheid kunnen worden
ingesteld.
→
[Opname] → [Uitgebreide ISO]
Instellingen: [ON]/[OFF]
138
SQW0028
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Instelling van de meetmodus
Opnamemodus:
U kunt de meetmethode voor het meten van de helderheid wijzigen.
→
[Opname] → [Meetfunctie]
[Meetfunctie]
(Meerdere punten)
(Zwaartepunt in het midden)
Meetpositie voor helderheid
Omstandigheden
Hele scherm
Normaal gebruik
(levert evenwichtige beelden op)
Midden en omgeving
Onderwerp in het midden
Middelpunt bij de [+] (het punt
voor de spotmeting)
(Eén punt)
Groot verschil in helderheid
tussen onderwerp en
achtergrond
(bijvoorbeeld iemand in
de spotlights op toneel,
achtergrondlicht)
Spotmetingsdoel
••Het menuonderdeel is standaard voor zowel het [Opname]- als het [Bewegend beeld]menu. Als een instelling in één menu wordt gewijzigd, zal de instelling met dezelfde
naam in het andere menu ook automatisch worden gewijzigd.
139
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Sluitertype instellen
Opnamemodus:
U kunt beelden opnemen met twee typen sluitermodi: de mechanische sluiter en de
elektronische sluiter.
Mechanische sluiter
Beschrijving
De belichting wordt elektronisch
gestart en beëindigd met de
mechanische sluiter.
Elektronische sluiter
De belichting wordt elektronisch
gestart en beëindigd.
Flitser
○
–
Sluitertijd
(seconden)
60 - 1/4000
1*1 - 1/16000
Mechanisch sluitergeluid*2
+
Elektronisch sluitergeluid*3
Elektronisch sluitergeluid*3
Sluitergeluid
*1 U kunt de ISO-gevoeligheid instellen in een bereik tot [ISO 3200]. Wanneer de ISO-gevoeligheid
hoger is dan [ISO 3200], zal de sluitertijd sneller zijn dan 1 seconde.
*2 U kunt het mechanische sluitergeluid niet uitschakelen.
*3 Met [Shutter vol.] kunt u het volume van het elektronische sluitergeluid aanpassen. (→43)
1
Stel het menu in
→
[Opname] → [Sluitertype]
[AUTO]
De sluitermodus schakelt automatisch op basis van de
opnameomstandigheden en de sluitertijd.
•• De mechanische sluitermodus heeft een hogere prioriteit dan
de elektronische sluitermodus, omdat de mechanische sluiter
minder functiegerelateerde beperkingen heeft tijdens het
opnemen met een flitser enzovoort.
[MSHTR]
Alleen de mechanische sluitermodus wordt voor het opnemen
van beelden gebruikt.
[ESHTR]
Alleen de elektronische sluitermodus wordt voor het opnemen
van beelden gebruikt.
●●Wanneer [
] op het scherm wordt weergegeven, wordt er een beeld opgenomen met de
elektronische sluiter.
●●Wanneer [Burstsnelh.] op [SH] is ingesteld, wordt er een beeld opgenomen met de elektronische
sluiter.
●●Wanneer [Stille modus] op [ON] is ingesteld, wordt er een beeld opgenomen met de elektronische
sluiter.
●●Als u een beeld opneemt van een bewegend onderwerp met de elektronische sluiter, kan
het onderwerp in sommige gevallen scheef zijn.
●●Wanneer u een beeld opneemt onder tl- of ledverlichtingsarmaturen met de elektronische
sluiter, kan het opgenomen beeld horizontale strepen vertonen. Als u een langere sluitertijd
gebruikt, kunnen de horizontale strepen verminderd worden. (→84)
●●Besteed speciale aandacht aan de privacy, portretrechten enzovoort van een onderwerp
wanneer u deze functie gebruikt. Gebruik de functie op eigen risico.
140
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Een aandrijfstand selecteren
Opnamemodus:
U kunt schakelen tussen de bewerkingen die worden uitgevoerd wanneer u op de
ontspanknop drukt.
1
Druk op de [
2
Druk op
om de aandrijfstand te
selecteren en druk op [MENU/SET]
]-knop ( )
Aandrijfstand
[Enkel]
Wanneer op de ontspanknop wordt gedrukt, wordt slechts één beeld
opgenomen.
[Burstfunctie]
(→142)
Er wordt een opeenvolgende serie foto’s gemaakt terwijl de
ontspanknop is ingedrukt.
[Auto bracket]*
(→145)
Elke keer als er op de ontspanknop wordt gedrukt, worden de
foto’s met andere belichtingsinstellingen gemaakt op basis van het
belichtingscompensatiebereik.
[Asp. bracket]*
(→147)
Wanneer op de ontspanknop wordt gedrukt, worden er automatisch
4 foto’s met 4 verschillende beeldverhoudingen gemaakt.
[Zelf ontsp.]
(→148)
Wanneer op de ontspanknop wordt gedrukt, wordt opgenomen
nadat de ingestelde tijd is verstreken.
[Panoramaopname]* (→150)
De foto’s worden achtereenvolgens opgenomen terwijl u op de
ontspanknop drukt en de camera horizontaal of verticaal beweegt en
de foto’s worden vervolgens tot één panoramafoto gecombineerd.
* Kan niet worden ingesteld in de modus [Intelligent auto].
••Om de aandrijfstand te annuleren, selecteert u [ ] ([Enkel]) of [ ]. Het
opnemen wordt naar "enkel" geschakeld.
••Wanneer u op drukt, kunt u de instellingen van de verschillende aandrijfstanden
wijzigen. Houd er echter rekening mee dat u de instellingen voor [Enkel] en [Asp.
bracket] niet kunt wijzigen.
141
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Burst-functie
Opnamemodus:
Er wordt een opeenvolgende serie foto’s gemaakt terwijl de ontspanknop is ingedrukt.
••Foto’s die gemaakt zijn terwijl de [Burstsnelh.] is ingesteld op [SH], worden samen als
één burstgroep opgenomen (→201).
1
2
Druk op de [
3
Druk op
om de burstsnelheid te
selecteren en druk op [MENU/SET]
]-knop ( )
Druk op
om het burstpictogram
([ ] enz.) te selecteren en druk op
[SH]
(superhoge
snelheid)*1
Snelheid
(beelden/
sec.)
[M]
(gemiddelde
snelheid)
[L]
(lage
snelheid)
[AFS]
40
11
7
2
[AFF] / [AFC]
―
6,5
6,5
2
Geen
Geen
Beschikbaar
Beschikbaar
Met RAWbestanden
―
20*3
20*3
20*3
Zonder RAWbestanden
60
Live View tijdens
burstopname
Aantal
beelden*2
[H]
(hoge
snelheid)
Afhankelijk van de capaciteit van de kaart*3
*1 De elektronische sluiter wordt geactiveerd.
*2 Het aantal foto’s met de burstfunctie wordt beperkt door de omstandigheden waaronder u de
foto maakt en het type en/of de status van de gebruikte kaart.
*3 Er kunnen beelden worden opgenomen totdat de kaart vol is. Halverwege de opname zal
de burstsnelheid echter afnemen. Het exacte moment waarop de burstsnelheid afneemt,
is afhankelijk van de instellingen van de beeldverhouding, fotoresolutie en kwaliteit en het
gebruikte kaarttype.
••De burstsnelheid kan afnemen afhankelijk van de volgende instellingen:
–– [Fotoresolutie] (→108), [Kwaliteit] (→109), Gevoeligheid (→136),
Scherpstelmodus (→114), [Prio. focus/ontspan] (→125)
••De burstsnelheid kan ook worden ingesteld met [Burstsnelh.] in het [Opname]-menu.
••Zie voor informatie over RAW-bestanden (→109).
142
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Burst-functie
4
Op het onderwerp scherpstellen en een
foto maken
50i
••Houd de ontspanknop volledig ingedrukt om de
burstmodus te activeren.
■■Burst annuleren
Selecteer in stap 2 [ ] ([Enkel]) of [
].
Scherpstellen in burstmodus
Scherpstellen verschilt afhankelijk van de scherpstelmodus (→114) en de instelling van
[Prio. focus/ontspan] (→125) in het [Voorkeuze]-menu.
Scherpstelmodus
[AFS]
[AFF] / [AFC]*1
[MF]
[Prio. focus/ontspan]
[FOCUS]
[RELEASE]
[FOCUS]
Scherpstelling
Bij de eerste foto
Normale scherpstelling*2
[RELEASE]
Voorspelde scherpstelling*3
—
Scherpgesteld met handmatige
scherpstelling
*1 Scherpstelling wordt vastgezet in de eerste foto wanneer donkere onderwerpen worden
opgenomen of de burstsnelheid is ingesteld op [SH].
*2 Aangezien de camera een burst foto’s maakt terwijl de scherpstelling wordt aangepast, kan de
burstsnelheid afnemen.
*3 De camera voorspelt de scherpstelling binnen een mogelijk bereik door hogere prioriteit te geven
aan de burstsnelheid.
143
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Burst-functie
●●Wanneer de burstsnelheid staat ingesteld op [H] kan er bij het maken van een groot aantal
burstfoto’s de burstsnelheid tijdens het opnemen van de beelden wel eens minder worden.
●●Wanneer de burstsnelheid is ingesteld op [SH] of [H] (de scherpstelmodus is ingesteld op [AFS] of
[MF]), zijn de belichting en witbalans vastgezet op die van de eerste foto.
Wanneer de burstsnelheid is ingesteld op [H] (de scherpstelmodus is ingesteld op [AFF] of [AFC]),
[M] of [L], worden de belichting en witbalans apart aangepast voor elke foto.
●●De burstsnelheid kan afnemen als de sluitertijd (beelden/sec.) langer wordt in een donkere
omgeving.
●●Bij herhaalde opnamen kan dit tussen de opnamen door even duren, afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden.
●●De opslag van foto’s die zijn gemaakt met de Burst-functie kan enige tijd vergen. Als u
doorgaat met opnemen tijdens het opslaan, kan het aantal burstbeelden dat kan worden
vastgelegd bij een burstopname worden beperkt. Een kaart met een hoge snelheid wordt
aanbevolen wanneer u opneemt met de burstfunctie.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●De burstmodus wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld:
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Ruw zwart-wit], [Zacht zwart-wit],
[Miniatuureffect], [Zachte focus], [Sterfilter], [Zonneschijn])
•• Wanneer de bracket voor witbalans wordt ingesteld
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] gebruikt wordt (alleen beschikbaar bij de instelling
[Automatische opname])
•• Tijdens het opnemen van films
•• Als [4K-FOTO] op [ON] staat
•• Tijdens opnemen met de flitser
•• Tijdens de T (tijd) opname
•• Tijdens opnemen met [iHandh. nachtop.]
•• Als [HDR] op [ON] staat
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Wanneer [Gelijktijdig zond. filter] is ingesteld op [ON]
●●[SH] in de burstmodus kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
], [
] of [ ]
•• Wanneer [Kwaliteit] is ingesteld op [
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] wordt gebruikt
144
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Opnemen terwijl de belichting automatisch verandert
[Auto bracket]
Opnamemodus:
Elke keer als er op de ontspanknop wordt gedrukt, worden maximaal 7 foto’s gemaakt
met andere belichtingsinstellingen op basis van het belichtingscompensatiebereik.
Voorbeeld van opnemen met Auto Bracket wanneer [Stap] is ingesteld op [3·1/3]
en [Serie] is ingesteld op [0/–/+]
1e foto
2e foto
3e foto
1
2
±0 EV
Druk op de [
–1/3 EV
+1/3 EV
]-knop ( )
Druk op
om het Auto Bracketpictogram ([
] enz.) te selecteren en
druk op
3
Druk op
om het compensatiebereik te
selecteren en druk op [MENU/SET]
4
Op het onderwerp scherpstellen en een
foto maken
50i
••Als u op de ontspanknop drukt en deze ingedrukt
houdt, kunt u een burst foto’s maken.
••Het display van Auto Bracket knippert totdat alle
burstbeelden die u hebt ingesteld zijn opgenomen.
••De camera begint opnieuw met opnemen vanaf de
eerste foto als u de instellingen van Auto Bracket
wijzigt of de camera uitschakelt voordat alle burstfoto’s
zijn opgenomen die u hebt ingesteld.
■■[Auto bracket] annuleren
Selecteer in stap 2 [ ] ([Enkel]) of [
145
].
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Opnemen terwijl de belichting automatisch verandert [Auto bracket]
■■De instelling enkel/burst, het compensatiebereik en de opnamevolgorde van Auto
Bracket wijzigen
Stel het menu in
→
[Opname] → [Auto bracket]
Druk op
om [Enkel/Burst instellen], [Stap] of [Serie] te selecteren en druk op
[MENU/SET]
Druk op
om de instelling te selecteren en druk op [MENU/SET]
[Enkel/Burst
instellen]
(enkel)
(burst)
3·1/3
3·2/3
3·1
5·1/3
[Stap] 5·2/3
5·1
7·1/3
7·2/3
7·1
(3 foto’s)
(3 foto’s)
(3 foto’s)
(5 foto’s)
(5 foto’s)
(5 foto’s)
(7 foto’s)
(7 foto’s)
(7 foto’s)
[Serie]
•• U kunt één foto tegelijk maken wanneer [ ] is ingesteld.
•• U kunt een burst foto’s maken tot aan het aantal foto’s dat u hebt ingesteld wanneer [
ingesteld.
•• Sluit het menu nadat u instellingen hebt gewijzigd.
0/–/+
–/0/+
] is
●●Wanneer u foto’s maakt met Auto Bracket nadat u de belichtingscompensatie hebt uitgevoerd,
worden er foto’s gemaakt met de gecorrigeerde belichtingswaarde als referentie.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●[Auto bracket] is uitgeschakeld in de volgende gevallen:
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Ruw zwart-wit], [Zacht zwart-wit],
[Miniatuureffect], [Zachte focus], [Sterfilter], [Zonneschijn])
•• Wanneer de bracket voor witbalans wordt ingesteld
•• Tijdens het opnemen van films
•• Als [4K-FOTO] op [ON] staat
•• Tijdens opnemen met de flitser
•• Tijdens de T (tijd) opname
•• Als [HDR] op [ON] staat
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] gebruikt wordt (alleen beschikbaar bij de instelling
[Automatische opname])
•• Wanneer [Gelijktijdig zond. filter] is ingesteld op [ON]
146
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Automatisch de beeldverhouding wijzigen terwijl u
beelden opneemt [Asp. bracket]
Opnamemodus:
Wanneer u één keer op de ontspanknop drukt, maakt de camera automatisch vier foto’s
met vier typen beeldverhoudingen (4:3, 3:2, 16:9 en 1:1). (Het sluitergeluid klinkt slechts
een keer.)
1
2
Druk op de [
]-knop ( )
Druk op
om het pictogram Bracket
voor beeldverhouding ([ ]) te selecteren
en druk op [MENU/SET]
Het bereik dat voor elke
beeldverhouding kan
worden opgenomen, wordt
weergegeven.
3
Op het onderwerp scherpstellen en een foto maken
■■Bracket voor beeldverhouding annuleren
Selecteer in stap 2 [ ] ([Enkel]) of [ ].
●●Als [Fotoresolutie] op [S] staat, wordt de instelling automatisch gewijzigd in [M].
●●Dezelfde instellingen voor sluitertijd, diafragmawaarde, scherpstelling, [Belichting], [Witbalans] en
[Gevoeligheid] worden voor alle vier de foto’s gebruikt.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●[Asp. bracket] is uitgeschakeld in de volgende gevallen:
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Ruw zwart-wit], [Zacht zwart-wit], [Speelgoedcam.
effect], [Speelgoedcamera levendig], [Miniatuureffect], [Zachte focus], [Sterfilter], [Zonneschijn])
•• Tijdens het opnemen van films
•• Als [4K-FOTO] op [ON] staat
•• Tijdens de T (tijd) opname
•• Wanneer de bracket voor witbalans wordt ingesteld
], [
] of [ ]
•• Wanneer [Kwaliteit] is ingesteld op [
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] wordt gebruikt (alleen beschikbaar bij de instelling
[Automatische opname])
•• Als [HDR] op [ON] staat
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Wanneer [Gelijktijdig zond. filter] is ingesteld op [ON]
147
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Foto’s maken met de zelfontspanner
Opnamemodus:
We raden u aan een statief te gebruiken. Deze optie is ook effectief om bewegingen te
voorkomen wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, door de zelfontspanner in te stellen
op 2 seconden.
1
2
3
Druk op de [
]-knop ( )
Druk op
om het
zelfontspannerpictogram ([ ]
enzovoort) te selecteren en druk op
Druk op
om de instelling voor de
zelfontspanner te selecteren en druk op
[MENU/SET]
De sluiter wordt na 10 seconden geactiveerd.
De sluiter wordt na 10 seconden geactiveerd en
er worden drie foto’s gemaakt op intervallen van
ongeveer 2 seconden.
De sluiter wordt na 2 seconden geactiveerd.
4
••U kunt de tijd voor de zelfontspanner ook instellen met
[Zelfontspanner] in het [Opname]-menu.
Druk de ontspanknop half in om scherp te
stellen en druk deze vervolgens volledig
in om te beginnen met opnemen
••De scherpstelling en belichting worden vastgezet
wanneer de ontspanknop half ingedrukt wordt.
••Nadat de indicator voor zelfontspanner knippert, begint
de opname.
■■Zelfontspanner annuleren
Selecteer in stap 2 [ ] ([Enkel]) of [
].
••U kunt de zelfontspanner annuleren door de camera uit te schakelen. (Wanneer
[Zelf ontsp. auto uit] (→50) is ingesteld op [ON].)
148
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Foto’s maken met de zelfontspanner
●●Als u een foto maakt met een flitser wanneer [
flitsniveau niet stabiel.
] is ingesteld, is in sommige gevallen het
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Er kan niet worden ingesteld op [
] in de onderstaande gevallen:
•• Wanneer de bracket voor witbalans wordt ingesteld
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Tijdens de T (tijd) opname
●●De zelfontspanner is uitgeschakeld in de volgende gevallen:
•• Tijdens het opnemen van films
•• Als [4K-FOTO] op [ON] staat
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] wordt gebruikt (alleen beschikbaar bij de instelling
[Automatische opname])
149
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Panoramafoto’s maken
Opnamemodus:
U kunt eenvoudig een panoramafoto opnemen door de camera in de richting te schuiven
waarin u de opname wilt maken en automatisch de burst te combineren van de beelden
die u in die periode hebt opgenomen.
1
2
Druk op de [
3
Druk op
om de opnamerichting te selecteren en druk op
[MENU/SET]
]-knop ( )
Druk op
om het panoramapictogram ([
selecteren en druk op
Links → rechts
Rechts → links
Beneden → boven
Boven → beneden
], enz.) te
Er wordt een horizontale richtlijn weergegeven.
Er wordt een verticale richtlijn weergegeven.
••U kunt de opnamerichting ook selecteren met behulp van [Panoramarichting] in
het menu [Opname].
Een foto-effect toepassen (Filter)
Druk op de [FILTER]-knop om een foto-effect te
selecteren (→89)
Opnamerichting
Beeldeffecten
(Dit wordt niet weergegeven wanneer [Geen effect] is
geselecteerd.)
Het foto-effect aanpassen
(Dit wordt alleen weergegeven wanneer er een foto-effect
wordt geselecteerd.)
•• U kunt de foto-effecten ook instellen door aan de
bedieningsring te draaien.
•• [Speelgoedcam.effect], [Speelgoedcamera levendig],
[Miniatuureffect] en [Zonneschijn] zijn niet beschikbaar.
•• Wanneer u panoramafoto’s maakt, worden de volgende effecten niet toegepast op het
opnamescherm.
–– [Ruw zwart-wit], [Zacht zwart-wit], [Zachte focus], [Sterfilter]
Druk op [MENU/SET]
4
150
Ontspanknop halverwege indrukken om scherp te stellen
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Panoramafoto’s maken
5
Druk de ontspanknop volledig in en verschuif de camera
in een kleine cirkelbeweging in de opnamerichting om te
beginnen met opnemen
Foto’s maken van links naar rechts
2 sec.
1 sec.
Opnamerichting en voortgangsstatus (bij
benadering)
3 sec.
4 sec.
••Verschuif de camera op een constante snelheid.
••U kunt mogelijk geen foto’s maken als u de camera te snel of te langzaam beweegt.
6
Druk de ontspanknop opnieuw volledig in om de opname te
beëindigen
••U kunt ook stoppen met opnemen door de camera niet meer te laten verschuiven
terwijl u foto’s maakt.
••De opname kan ook worden beëindigd door de camera naar het einde van de
richtlijn te bewegen.
Tips
●●Verschuif de camera zo stabiel mogelijk in de opnamerichting.
Als de camera te veel beweegt, kunnen de
foto’s mogelijk niet worden gemaakt, of hebt u
uiteindelijk een smalle (kleine) panoramafoto.
Verschuif de camera naar een punt iets vóór het punt dat u wilt opnemen.
(Het laatste beeldje wordt echter niet tot het einde opgenomen.)
151
SQW0028
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving
Panoramafoto’s maken
■■Panoramafoto’s afspelen
U kunt panoramafoto’s vergroten door de zoomhendel op dezelfde manier te bedienen
als bij andere foto’s. Als u panoramafoto’s op dezelfde manier afspeelt als een film,
bladert u tijdens het afspelen automatisch door de panoramafoto’s. (→70)
••Anders dan bij het afspelen van films kunt u niet snel vooruit of snel achteruit spoelen
tijdens het automatisch bladeren door de panoramafoto’s. (U kunt beeld voor beeld
vooruit of achteruit spoelen terwijl het automatisch bladeren wordt gepauzeerd.)
■■Annuleren
Selecteer in stap 2 [ ] ([Enkel]) of [
].
●●De zoom wordt vast ingesteld op de uiterste W-stand.
●●De [Stabilisatie] werkt niet wanneer die staat ingesteld op [ ] (Normaal).
●●Aangezien de diafragmawaarde en de sluitertijd automatisch worden ingesteld tijdens het maken van een
panoramafoto, worden instellingen die worden verricht via de diafragmaring of de sluitertijdknop, uitgeschakeld.
●●De scherpstelling, belichting en witbalans worden allemaal vast ingesteld op optimale waarden
voor de eerste foto.
Als de scherpstelling of helderheid van volgende foto’s die worden gemaakt als deel van de
panoramafoto, aanzienlijk afwijken van die van de eerste foto, is de scherpstelling en helderheid
van de gehele panoramafoto (als alle foto’s aan elkaar zijn geplakt) mogelijk niet overal gelijk.
●●Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld, wordt [Witbalans] vast ingesteld op [AWB].
●●Aangezien er meerdere foto’s aan elkaar worden geplakt om een panoramafoto te maken, kunnen
bepaalde onderwerpen vervormd zijn of kan de naad tussen de na elkaar genomen, aan elkaar
geplakte beelden, zichtbaar zijn.
●●Bij een panoramafoto varieert het aantal opnamepixels per horizontale en verticale lijn, afhankelijk
van de opnamerichting en het aantal aan elkaar geplakte foto’s.
Het maximumaantal opnamepixels is als volgt:
•• Liggend fotograferen: ongeveer 8176 × 1920
•• Staand fotograferen: ongeveer 2560 × 7680
●●[Sluitertype] wordt vastgezet op [AUTO].
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●U kunt geen panoramabeeld opnemen in de volgende gevallen.
•• Wanneer de bracket voor witbalans wordt ingesteld
], [
] of [ ]
•• Wanneer [Kwaliteit] is ingesteld op [
•• Als [HDR] op [ON] staat
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Tijdens de T (tijd) opname
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] gebruikt wordt
•• Wanneer [Stille modus] is ingesteld
•• Wanneer de [Gelijktijdig zond. filter] is ingesteld op [ON]
•• Als [4K-FOTO] op [ON] staat
●●Panoramafoto’s kunnen niet worden gemaakt of foto’s kunnen mogelijk niet goed worden opgenomen wanneer u
foto’s maakt van de volgende onderwerpen of wanneer u foto’s maakt in de volgende opnameomstandigheden:
•• Onderwerpen die een continu monotoon oppervlak of patroon hebben (lucht, strand enzovoort)
•• Bewegende onderwerpen (persoon, huisdier, voertuig, golven of bloemen die bewegen in de wind enzovoort)
•• Onderwerpen met snel veranderende kleuren of patronen (zoals een beeld dat op een display verschijnt)
•• Donkere locaties
•• Locaties met een knipperende lichtbron (tl-buis, kaarslicht enzovoort)
152
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Automatisch beelden opnemen op vaste intervallen
[Intervalopname]
Opnamemodus:
U kunt gegevens zoals de begintijd van de opname en de tijdvertraging om automatisch
foto’s te maken vooraf instellen. Deze instelling is handig voor het opnemen van
beelden op constante intervallen voor landschapscènes, observatie van de geleidelijke
veranderingen in dieren/planten en andere toepassingen. De beelden worden als één
groepsbeeld opgenomen. (→201) Wanneer [Intervalvideo] in het [Afspelen]-menu wordt
gebruikt, kunt u een film maken. (→215)
••Stel de datum en tijd van tevoren in. (→29)
1
Stel het menu in
2
Druk op
om het onderdeel te
selecteren en druk op [MENU/SET]
→
[Starttijd]
[Opnameinterval] /
[Aantal
beelden]
[Opname] → [Intervalopname]
[Nu]
De opname wordt gestart door de ontspanknop helemaal in te
drukken.
[Begintijd
instellen]
Stel de tijd in om te beginnen met de opnamen. U kunt elke tijd
instellen tot 23 uur en 59 minuten van tevoren.
Druk op
om het onderdeel (uur en/of minuten) te
selecteren en op
om de begintijd in te stellen, en
druk vervolgens op [MENU/SET]
U kunt het opname-interval en het aantal beelden instellen.
: Selecteer het onderdeel (minuten/seconden/aantal beelden)
: Instelling
[MENU/SET]: Instellen
•• U kunt het interval van 1 seconde tot en met 99 minuten en 59 seconden in
intervallen van 1 seconde instellen.
•• U kunt het aantal op te nemen beelden van 1 tot en met 9.999 beelden
instellen.
•• Gebruik een instelling voor interval die langer is dan de belichtingstijd
(sluitertijd) . (Afbeelding hieronder)
Als de instelling van het interval korter is dan de belichtingstijd (sluitertijd)
(bijvoorbeeld bij nachtopnamen), kan de opname overslaan.
Eerste
3
153
Druk op
Tweede
Derde
om [Start] te selecteren en druk op [MENU/SET]
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Automatisch beelden opnemen op vaste intervallen [Intervalopname]
4
Druk de ontspanknop volledig in
5
Selecteer de filmaanmaakmethode
6
••De opname begint automatisch.
••Tijdens stand-by tussen de opnamen gaat de camera automatisch uit wanneer er
een vooraf ingesteld interval geen bediening wordt verricht. De [Intervalopname]opname zal zelfs doorgaan als de camera uitgeschakeld wordt. De camera wordt
dan automatisch ingeschakeld op de begintijd van de opname. Als u de camera
handmatig wilt inschakelen, drukt u de ontspanknop half in.
••Wanneer u op de [Fn2]-knop drukt terwijl de camera ingeschakeld is, verschijnt
het scherm voor selectie van pauze of einde. Voer de bewerking uit op basis van
de instructies op het scherm. Wanneer u op de [Fn2]-knop drukt terwijl de camera
in de pauzestand staat, verschijnt het scherm voor selectie van opnieuw opstarten
of einde. U kunt de bewerking ook vanuit de pauzestand opnieuw opstarten door
de ontspanknop volledig in te drukken.
••Wanneer een bevestigingsscherm wordt weergegeven dat vraagt of u verder wilt
gaan met het aanmaken van een film, selecteert u [Ja].
••[Opname-indeling]: [MP4]
[Opn. kwaliteit]
Stelt de beeldkwaliteit van de film in.
[4K/25p] / [4K/24p] / [FHD/50p] / [FHD/25p] / [HD/25p] / [VGA/25p]
[Beeldfrequentie]
Stel het aantal frames per seconde in. Wanneer u een hoger aantal
instelt, kunt u een meer naadloze stop-motion-animatie maken.
[50fps]* / [25fps] / [12.5fps] / [8.3fps] / [6.25fps] / [5fps] / [2.5fps] / [1fps]
* Alleen beschikbaar bij de instelling [FHD/50p]
•• U kunt het aantal frames per seconde instellen op [24fps], [12fps],
[8fps], [6fps], [4.8fps], [2.4fps] of [1fps] wanneer de [Opn. kwaliteit]
staat ingesteld op [4K/24p].
[Serie]
[NORMAL]: de foto’s worden in de opnamevolgorde geplakt.
[REVERSE]: de foto’s worden in de omgekeerde opnamevolgorde geplakt.
Selecteer met
[MENU/SET]
[Uitvoer.] en druk op
••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin
[Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
••U kunt ook een film aanmaken met behulp van
[Intervalvideo] in het menu [Afspelen]. (→215)
154
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Automatisch beelden opnemen op vaste intervallen [Intervalopname]
●●Deze functie is niet bedoeld voor toepassingsspecifieke systemen (bewakingscamera’s).
●●Als u niet bij de camera blijft tijdens [Intervalopname]-opnamen, zorg dan dat de camera
niet gestolen wordt.
●●Ga voorzichtig te werk wanneer u lange tijd [Intervalopname]-opnamen maakt in koude
gebieden of in een omgeving met een lage temperatuur of een hoge temperatuur/hoge
vochtigheidsgraad, want een dergelijke toepassing zou storingen kunnen veroorzaken.
●●De camera kan onder sommige opnameomstandigheden mogelijk niet opnemen met het vooraf
ingestelde interval en het aantal beelden dat moet worden opgenomen.
●●Als de opnameduur langer is dan het vooraf ingestelde interval als gevolg van een lange
belichting, kunnen opnames overslaan.
●●Gebruik een voldoende opgeladen batterij of een netadapter (optioneel) en een DC coupler
(optioneel).
●●[Intervalopname] is gepauzeerd in de volgende gevallen:
•• Wanneer de batterij leegraakt
•• Wanneer de camera uitgeschakeld wordt
Als dit gebeurt tijdens [Intervalopname]-opnamen, kunt u de bewerking opnieuw opstarten door
de batterij of kaart te vervangen in de pauzestand en de [ON/OFF]-schakelaar van de camera
op [ON] te zetten. (Houd er echter rekening mee dat de beelden die zijn opgenomen nadat de
bewerking opnieuw is opgestart, als een ander groepsbeeld worden opgeslagen.) Wanneer u de
batterij of kaart vervangt, zet u de [ON/OFF]-schakelaar van de camera op [OFF].
●●Sluit tijdens [Intervalopname]-opnamen de AV-kabel (optioneel), HDMI-microkabel of de USBkabel (bijgeleverd) niet aan.
●●Wanneer u de beeldkwaliteit selecteert voor een beeldverhouding die afwijkt van het
oorspronkelijke beeld, wordt het beeld met een zwarte band aan de boven-/onderkant of de
linker-/rechterkant van een stop-motion-animatie weergegeven.
●●Als de voeding wordt uitgeschakeld als gevolg van een stroomuitval of ontkoppeling van de
netadapter terwijl er een film wordt opgenomen met de netadapter (optioneel), wordt die film niet
opgenomen.
●●U kunt geen film samenstellen die langer is dan 29 minuten en 59 seconden of waarvan het
bestand groter is dan 4 GB.
●●Wanneer een stop-motion-animatie korter is dan 2 seconden, wordt "2s" weergegeven als
opnameduur voor de film (→70).
●●Wanneer het aantal opgenomen beelden één is, wordt dit niet als groepsbeeld opgeslagen.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●[Intervalopname] kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] wordt gebruikt
•• Wanneer de [Gelijktijdig zond. filter] is ingesteld op [ON]
155
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Stop-motion-animatie maken [Stop-motionanimatie]
Opnamemodus:
U kunt foto’s aan elkaar plakken om een stop-motion-animatie te maken.
••Stel de datum en tijd van tevoren in. (→29)
••Foto’s die zijn vastgelegd door deze beeld voor beeld op te nemen, worden in één
groepsbeeld gegroepeerd. (→201)
Voordat u stop-motion-animatie maakt
Wanneer u met [Stop-motionanimatie] foto’s maakt door een onderwerp zoals een pop
stukje bij beetje te bewegen en deze foto’s vervolgens aan elkaar plakt, kunt u een stopmotion-animatie maken alsof het onderwerp beweegt.
●●Om een stop-motion-animatie te maken met deze camera, dient u 1 tot 50 fotoframes
te maken per 1 seconde film.
●●Om het onderwerp soepel te laten bewegen, moet u de beweging met zo veel mogelijk
frames opnemen en een hoger aantal frames per seconde (beeldsnelheid) instellen
wanneer u een stop-motion-animatie maakt.
1
Stel het menu in
2
Druk op
om de opnamemethode te
selecteren en druk op [MENU/SET]
→
[Opname] → [Stop-motionanimatie]
[Automatische [ON]
opname]
[OFF]
[Opnameinterval]
Automatisch foto’s maken op een vast opname-interval. Wanneer de
ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, start de opname.
Hiermee worden handmatig beelden opgenomen, één beeldje tegelijk.
(Alleen beschikbar wanneer [Automatische opname] is ingesteld op [ON])
Stel het interval in dat gebruikt is voor [Automatische opname]. U kunt het
interval instellen van 1 seconde tot 60 seconden in intervallen van 1 seconde.
Druk op
om het interval (seconden) te selecteren, druk op
om
de geselecteerde tijd in te stellen en druk vervolgens op [MENU/SET]
156
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Stop-motion-animatie maken [Stop-motionanimatie]
3
4
5
6
Druk op
om [Start] te selecteren en druk op [MENU/SET]
Druk op
om [Nieuw] te selecteren en
druk op [MENU/SET]
Druk de ontspanknop volledig in
••U kunt maximaal 9.999 frames opnemen.
Verplaats het onderwerp om de
compositie te bepalen
••Herhaal het maken van foto’s op dezelfde manier.
••Wanneer u de camera tijdens de opname uitschakelt, verschijnt er een bericht
om opnieuw met opnemen te beginnen wanneer u de camera inschakelt. Om te
beginnen met opnemen vanaf de volgende foto, selecteert u [Ja].
Effectief stop-motion-animatie maken
●●Maximaal twee opgenomen beelden worden op het opnamescherm
weergegeven. Controleer dit scherm als richtlijn om de hoeveelheid vereiste
beweging vast te stellen.
●●U kunt op de afspeelknop drukken om de opgenomen beelden te bekijken. Druk
op de [
]-knop om onnodige beelden te verwijderen. Om terug te keren naar
het opnamescherm, drukt u opnieuw op de afspeelknop.
7
8
Druk op [MENU/SET] om te stoppen met opnemen. Selecteer
vervolgens [Stop-motionanimatie] in het [Opname]-menu en
druk vervolgens op opnieuw op [MENU/SET]
••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Het wordt beëindigd wanneer [Ja]
wordt geselecteerd.
••Vervolgens wordt er een bevestigingsscherm voor het maken van een film
weergegeven, dus selecteer dan [Ja].
Selecteer een methode om een stop-motion-animatie te maken
••[Opname-indeling]: [MP4]
[Opn. kwaliteit]
Stelt de beeldkwaliteit van de film in.
[4K/25p] / [4K/24p] / [FHD/50p] / [FHD/25p] / [HD/25p] / [VGA/25p]
Stel het aantal frames per seconde in. Wanneer u een hoger aantal instelt,
kunt u een meer naadloze stop-motion-animatie maken.
[50fps]* / [25fps] / [12.5fps] / [8.3fps] / [6.25fps] / [5fps] / [2.5fps] / [1fps]
[Beeldfrequentie] * Alleen wanneer [FHD/50p] is ingesteld
•• U kunt het aantal frames per seconde instellen op [24fps], [12fps],
[8fps], [6fps], [4.8fps], [2.4fps] of [1fps] wanneer de [Opn. kwaliteit] staat
ingesteld op [4K/24p].
[Serie]
157
[NORMAL]: de foto’s worden in de opnamevolgorde geplakt.
[REVERSE]: de foto’s worden in de omgekeerde opnamevolgorde geplakt.
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Stop-motion-animatie maken [Stop-motionanimatie]
9
Druk op
om [Uitvoer.] te selecteren en
druk op [MENU/SET]
••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin
[Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
••U kunt ook stop-motion-animatie maken met [Stopmotionvideo] in het [Afspelen]-menu. (→215)
■■Beelden toevoegen aan een al opgenomen stop-motion-animatiegroep
Wanneer u [Aanvullend] selecteert in stap 4, worden groepsbeelden weergegeven die
zijn opgenomen met [Stop-motionanimatie]. Selecteer een groepsbeeld en druk op
[MENU/SET]. Selecteer vervolgens [Ja] op het bevestigingsscherm.
●●[Automatische opname] wordt mogelijk niet uitgevoerd volgens het vooraf ingestelde interval,
omdat het opnemen onder bepaalde opnameomstandigheden langer duurt, zoals wanneer foto’s
met flitser worden gemaakt.
●●Wanneer u de beeldkwaliteit selecteert voor een beeldverhouding die afwijkt van het
oorspronkelijke beeld, wordt het beeld met een zwarte band aan de boven-/onderkant of de
linker-/rechterkant van een stop-motion-animatie weergegeven.
●●Wanneer u de beeldkwaliteit selecteert voor een andere beeldverhouding dan het oorspronkelijke
beeld, worden korrelige beelden geproduceerd in een stop-motion-animatie.
●●Gebruik een voldoende opgeladen batterij of een netadapter (optioneel) en een DC coupler
(optioneel).
●●Als de voeding wordt uitgeschakeld als gevolg van een stroomuitval of ontkoppeling van de
netadapter terwijl er een film wordt opgenomen met de netadapter (optioneel), wordt die film niet
opgenomen.
●●U kunt geen film samenstellen die langer is dan 29 minuten en 59 seconden of waarvan het
bestand groter is dan 4 GB.
●●Wanneer een stop-motion-animatie korter is dan 2 seconden, wordt "2s" weergegeven als
opnameduur voor de film (→70).
●●Wanneer slechts één foto wordt gemaakt, wordt deze niet als groepsbeeld opgeslagen. U kunt
niet slechts één gemaakte foto selecteren met [Aanvullend].
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●[Stop-motionanimatie] kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer de [Gelijktijdig zond. filter] is ingesteld op [ON]
158
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Meerdere belichtingen uitvoeren voor één beeld
[Multi-belicht.]
Opnamemodus:
U kunt een effect maken dat identiek is aan het maximaal vier keer belichten van één
beeld.
1
Stel het menu in
2
Druk op
om [Start] te selecteren en
druk op [MENU/SET]
3
Kies uw compositie en neem het eerste
beeld op
→
[Opname] → [Multi-belicht.]
••Nadat u het eerste beeld hebt opgenomen, drukt u de
ontspanknop half in om naar de volgende opname te
gaan.
••Druk op
om het onderdeel te selecteren en
druk dan op [MENU/SET]. U kunt dan de volgende
handelingen verrichten.
–– [Volg.]: Ga door naar de volgende opname.
–– [Nieuw]: h
et resultaat van de laatste opname
verwijderen en nog een beeld opnemen.
–– [Exit]: m
eervoudige belichting afsluiten en het
opgenomen beeld opslaan.
4
Exit
Neem het tweede, derde en vierde beeld
op
••Wanneer u op de [Fn1]-knop drukt bij het opnemen
van beelden, worden de opgenomen beelden
opgeslagen en wordt de meervoudige belichting
afgesloten.
5
Volg.
Nieuw
Nieuw
Exit
Druk op om [Exit] te selecteren en druk
op [MENU/SET]
••U kunt de bewerking ook beëindigen door de
ontspanknop half in te drukken.
159
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Meerdere belichtingen uitvoeren voor één beeld [Multi-belicht.]
■■Instelling van de automatische versterkingscompensatie
Selecteer [Auto gain] op het scherm in stap 2 (→159).
••[ON]: voegt diverse beelden tot één beeld samen door automatisch de helderheid
aan te passen in overeenstemming met het aantal opgenomen beelden.
••[OFF] voegt diverse beelden tot één beeld samen door de belichtingsresultaten
van alle beelden gewoonweg te laten overlappen zoals ze zijn. Voer de
belichtingscompensatie uit op basis van de vereisten van een onderwerp.
■■De beelden op het RAW-beeld op een kaart over elkaar leggen
Stel [Overlappen] in op [ON] op het scherm in stap 2 (→159). Na [Start] worden de
beelden op een kaart weergegeven. Selecteer de RAW-beelden en druk op
[MENU/SET] om door te gaan met opnemen.
••U kunt [Overlappen] alleen uitvoeren op RAW-beelden die met deze camera zijn
opgenomen.
●●De beelden worden pas in het geheugen opgeslagen nadat de meervoudige belichting is voltooid.
●●Informatie voor het laatst opgenomen beeld wordt als opnamegegevens gebruikt van beelden die
met meervoudige belichting zijn gemaakt.
●●Terwijl de [Multi-belicht.]-opname wordt uitgevoerd, kunt u geen onderdelen instellen die in grijs op
het menuscherm worden weergegeven.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●[Multi-belicht.] kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] wordt gebruikt
160
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
De pieptonen en de flitser tegelijkertijd uitschakelen
[Stille modus]
Opnamemodus:
Deze modus is nuttig wanneer u beelden opneemt in een rustige omgeving of op
openbare locaties of wanneer u beelden opneemt van een onderwerp zoals een baby of
dier.
1
Stel het menu in
→
[Voorkeuze] → [Stille modus]
Instellingen: [ON]/[OFF]
••Deze modus dempt pieptonen, stelt de flitser in op [Gedwongen uit] en schakelt
het AF-assistlampje uit. De instellingen voor de volgende functies staan vast:
–– [Sluitertype]: [ESHTR]
–– [Flitserfunctie]: [ ] (Flitser gedwongen UIT)
–– [AF ass. lamp]: [OFF]
–– [Beep volume]: [ ] (Uit)
–– [Shutter vol.]: [ ] (Uit)
●●Zelfs wanneer deze modus is ingesteld op [ON], zullen de volgende lampjes/indicatoren branden
of knipperen.
•• Indicator voor zelfontspanner
•• Wi-Fi-verbindingslampje
●●De bedieningsgeluiden van deze camera, zoals het geluid van de lensopening, worden niet
gedempt.
●●Besteed speciale aandacht aan de privacy, portretrechten enzovoort van een onderwerp
wanneer u deze functie gebruikt. Gebruik de functie op eigen risico.
161
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie
[Gezicht herk.]
Opnamemodus:
De gezichtsherkenningsfunctie herkent een gezicht dat identiek is aan een geregistreerd
gezicht en past de scherpstelling en belichting voor het gezicht automatisch met een
hogere prioriteit aan. Zelfs als een persoon op wie u scherp wilt stellen, zich achterin of in
een hoek bevindt op een groepsfoto, zal de camera de persoon automatisch herkennen
en het gezicht van deze persoon duidelijk opnemen.
1
Stel het menu in
→
[Opname] → [Gezicht herk.]
Instellingen: [ON]/[OFF]/[MEMORY]
De oorspronkelijke instelling voor [Gezicht herk.] is [OFF].
Wanneer u beelden met gezichten registreert, verandert de instelling automatisch in [ON].
■■Hoe de gezichtsherkenningsfunctie werkt
Tijdens het opnemen
••De camera herkent een geregistreerd gezicht en past de
scherpstelling en belichting daaraan aan.
••Wanneer geregistreerde gezichten waarvoor namen
zijn ingesteld, worden herkend, worden de namen
weergegeven (maximaal 3 personen).
Tijdens het afspelen
••De naam en de leeftijd worden weergegeven (als de
informatie is geregistreerd).
••De namen die zijn ingesteld voor de herkende gezichten,
worden weergegeven (maximaal 3 personen).
••Alleen beelden van de geselecteerde geregistreerde
personen worden afgespeeld ([Categor. afsp.]).
●●[Gezicht herk.] functioneert alleen wanneer de automatische scherpstelmodus is ingesteld
op [ ].
●●Alleen de eerste foto van de burstopname bevat gezichtsherkenningsinformatie.
●●De naam van de persoon die in het eerste beeld is herkend, wordt weergegeven in het geval van
groepsfoto’s.
●●Bij gezichtsherkenning wordt naar gezichten gezocht die lijken op de gezichten die zijn
geregistreerd, maar er is geen garantie dat deze gezichten altijd worden herkend. In sommige
gevallen herkent de camera zelfs geregistreerde personen niet of onjuist, afhankelijk van de
uitdrukking van de personen of de omgeving.
●●Zelfs als er gezichtsherkenningsinformatie is geregistreerd, worden beelden die zijn opgenomen
wanneer de naam [OFF] is, niet gesorteerd voor gezichtsherkenning in [Categor. afsp.].
●●Zelfs als de gezichtsherkenningsinformatie is gewijzigd, wordt de
gezichtsherkenningsinformatie voor eerder gemaakte foto’s niet gewijzigd.
Als er bijvoorbeeld een naam wordt gewijzigd, worden foto’s die zijn gemaakt voor de wijziging,
niet gesorteerd voor gezichtsherkenning in [Categor. afsp.].
●●Als u naamgegevens wilt wijzigen voor beelden die al zijn opgenomen, dient u dit te doen met
[REPLACE] (→222) in [Gez.herk. bew.].
162
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.]
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●[Gezicht herk.] kan in de volgende gevallen niet worden ingesteld:
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Miniatuureffect])
•• Tijdens het opnemen van films
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
Gezichtsfoto’s registreren
Er kunnen gezichtsfoto’s van maximaal 6 personen worden geregistreerd, samen met
informatie als de naam en de geboortedatum.
Goed voorbeeld voor het
■■Opnametips voor het registreren van gezichtsfoto’s
registreren van een gezicht
••Zorg dat de persoon zijn ogen open en zijn mond dicht
heeft; laat de persoon rechtstreeks in de camera kijken
en zorg dat de contouren van het gezicht, de ogen en de
wenkbrauwen niet door haren zijn bedekt.
••Zorg dat er geen zware schaduwen op het gezicht vallen.
(Tijdens de registratie wordt de flitser niet gebruikt.)
■■Als de camera tijdens het opnemen problemen lijkt te hebben met
gezichtsherkenning
••Registreer extra beelden van het gezicht van dezelfde persoon, binnen en buiten of
met verschillende uitdrukkingen of vanuit verschillende hoeken.
••Registreer extra beelden op de plaats waar u de opnamen maakt.
••Als een geregistreerd persoon niet langer wordt herkend, dient u die persoon
opnieuw te registreren.
1
2
Druk op
om [MEMORY] te selecteren en druk
vervolgens op [MENU/SET]
Druk op
om [Nieuw] te selecteren en druk
vervolgens op [MENU/SET]
•• Als er al 6 personen zijn geregistreerd, dient u eerst een
geregistreerde persoon te verwijderen. (→164)
3
1
Nieuw
New
2
3
5
6
KEN
4
Zorg dat het kader om het gezicht ligt en maak de
opname
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest,
wordt de bewerking uitgevoerd.
•• Gezichten van andere onderwerpen dan personen (bijvoorbeeld
huisdieren) kunnen niet worden geregistreerd.
•• Wanneer u op drukt, verschijnt er een uitleg.
163
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.]
4
Druk op
om het aan te passen onderdeel te selecteren en druk op
[MENU/SET]
[Naam]
Druk op
om [SET] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]
Voer de naam in (zie "Tekst invoeren": (→52))
[Leeftijd]
Stel de geboortedatum in.
Druk op
om [SET] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]
Gebruik
om het jaar, de maand en de dag te kiezen, leg deze vast met
en druk op [MENU/SET]
[Beeld toev.]
U kunt maximaal 3 gezichtsfoto’s van de persoon registreren.
Selecteer met
de optie [Toev.] en druk op [MENU/SET]
•• Als er slechts één foto geregistreerd is, kunt u de handeling met de
cursortoets overslaan. Druk dan enkel op [MENU/SET] om nog een
gezichtsfoto te registreren.
•• Wanneer u een geregistreerde gezichtsfoto selecteert met de cursortoets,
verschijnt er een scherm om het verwijderen ervan te bevestigen. Selecteer
[Ja] om de foto van het gezicht te verwijderen.
(Als er slechts één foto geregistreerd is, kan deze niet worden verwijderd.)
Neem het beeld op (stap 3 (→163))
Informatie over geregistreerde personen bewerken of verwijderen
Informatie over geregistreerde personen kan worden bewerkt of verwijderd.
1 Druk op om [MEMORY] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]
2
3
164
Selecteer met
het beeld van de persoon dat u wilt bewerken of
verwijderen en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
het onderdeel en druk op [MENU/SET]
[Info bew.]
Hier kunt u de naam of andere geregistreerde informatie bewerken. (Stap 4
hierboven)
[Prioriteit]
Hier kunt u een prioriteitsvolgorde instellen voor scherpstelling en belichting.
Selecteer met
de registratievolgorde en druk op [MENU/SET]
[Wissen]
Hiermee kunt u informatie en gezichtsfoto’s van geregistreerde personen
verwijderen.
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de
bewerking uitgevoerd.
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Het profiel instellen voor een baby of huisdier om in
een beeld op te nemen
Opnamemodus:
U kunt een naam of geboortedatum van een baby of huisdier instellen voordat u een
beeld opneemt zodat de naam of leeftijd in maanden/jaar in het beeld wordt vermeld.
■■De naam en de leeftijd in maanden/jaren instellen
Stel het menu in
→
[Opname] → [Profiel instellen]
Instellingen: [
] ([Baby1])/[
] ([Baby2])/[
] ([Huisdier])/[OFF]/[SET]
Druk op
om [SET] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]
Selecteer met
[Baby1], [Baby2] of [Huisdier] en druk vervolgens op [MENU/SET]
Selecteer met
[Leeftijd] of [Naam] en druk vervolgens
op [MENU/SET]
Druk op
om [SET] te selecteren en druk vervolgens
op [MENU/SET]
Leeftijd: Stel de geboortedatum in met
[MENU/SET]
Naam: (Zie "Tekst invoeren": (→52))
en druk op
Druk op om [Exit] te selecteren en druk vervolgens op
[MENU/SET] om te voltooien
■■De weergave van de naam en de leeftijd in maanden/jaren annuleren
Selecteer [OFF] in stap
.
●●U kunt de afdrukinstelling voor [Leeftijd] en [Naam] op uw computer verrichten met
"PHOTOfunSTUDIO", dat u vindt op de bijgeleverde dvd. Er kan ook tekst worden afgedrukt in de
foto, met behulp van [Tekst afdr.].
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●U kunt de naam of leeftijd in maanden/jaren niet vastleggen in foto’s die zijn gemaakt terwijl u
films opneemt ([
165
] filmprioriteiten) (→198).
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Het relevante scherm weergeven voor specifieke
opnameomstandigheden
Het gebied controleren waar overbelichting kan plaatsvinden
([Zebrapatroon])
Opnamemodus:
U kunt het gebied in een beeld controleren dat lichter is dan een bepaalde helderheid,
wat tot overbelichting zou kunnen leiden, door een dergelijk gebied met een zebrapatroon
weer te geven. U kunt ook de helderheid aanpassen die door het zebrapatroon moet
worden vertegenwoordigd.
→
[Voorkeuze] → [Zebrapatroon]
[ZEBRA1]
Een gebied lichter dan een bepaalde helderheid wordt met
een naar rechts hellend zebrapatroon weergegeven.
[ZEBRA2]
Een gebied lichter dan een bepaalde helderheid wordt met
een naar links hellend zebrapatroon weergegeven.
[OFF]
—
Hiermee stelt u de helderheid in die voor elk zebrapatroon moet worden
weergegeven.
[Zebra 1] / [Zebra 2]
[SET]
166
1
Selecteer met
[MENU/SET]
de helderheid en druk vervolgens op
•• Het helderheidsbereik dat u kunt selecteren, loopt van [50%] tot [105%]. De
instelling [OFF] is beschikbaar voor [Zebra 2]. Wanneer [100%] of [105%] wordt
geselecteerd, worden alleen de overbelichte gedeelten met het zebrapatroon
weergegeven. Wanneer een lagere numerieke waarde wordt ingesteld, neemt het
helderheidsbereik dat door elk zebrapatroon moet worden weergegeven, toe.
SQW0028
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen
Het relevante scherm weergeven voor specifieke opnameomstandigheden
●●Als er sprake is van overbelichting, raden we aan beelden op te nemen met een lagere
belichtingswaarde (→135), waarbij u het histogram (→64) als richtlijn gebruikt.
●●Het weergegeven zebrapatroon wordt niet opgenomen.
●●Wanneer u [Zebrapatroon] instelt op [Fn knopinstelling] (→37) in het [Voorkeuze]-menu, zal elke
keer als u op de toegewezen functieknop drukt, de instelling in de volgende volgorde geschakeld
worden: [Zebra 1] → [Zebra 2] → [Zebra UIT]. Wanneer [ZEBRA2] is ingesteld op [OFF], kunt u de
instelling snel in de volgende volgorde schakelen: [Zebra 1] → [Zebra UIT].
Een monochrome weergave voor het opnamescherm instellen
([Zwart-wit Live View])
Opnamemodus:
U kunt het opnamescherm in zwart-wit weergeven. Deze functie is nuttig wanneer
een zwart-witscherm het gemakkelijker maakt scherp te stellen in de handmatige
scherpstelmodus.
→
[Voorkeuze] → [Zwart-wit Live View]
Instellingen: [ON]/[OFF]
••Dit is niet van invloed op het opgenomen beeld.
167
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beweging corrigeren
Opnamemodus:
Neemt automatisch beweging waar en corrigeert die.
1
Stel het menu in
2
Selecteer met
→
(Normaal)
(Pannen)
[OFF]
[Opname] → [Stabilisatie]
het onderdeel en druk op [MENU/SET]
Hiermee corrigeert u verticale en horizontale beweging.
Hiermee corrigeert u verticale beweging. Deze instelling is ideaal voor
verschuiven (techniek van het opnemen van een onderwerp door de
camerabeweging af te stemmen op de beweging van een onderwerp dat in
een specifieke richting beweegt).
[Stabilisatie] werkt niet.
Beweging voorkomen
Als er een waarschuwing over beweging verschijnt, gebruikt
u [Stabilisatie], een statief of [Zelfontspanner]. In sommige
gevallen kan beweging worden verminderd door een hogere
instelling te gebruiken voor [Gevoeligheid].
168
Bewegingswaarschuwing
50i
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beweging corrigeren
●●Wanneer u een statief gebruikt, raden we u aan [Stabilisatie] in te stellen op [OFF].
●●Als u wilt verschuiven door [ ] te selecteren, raden we u aan te fotograferen via de zoeker.
●●Omstandigheden waarbij de beeldstabilisatiefunctie niet goed werkt:
•• In geval van veel beweging
•• Bij een hoge zoomvergroting (ook in het digitale zoombereik)
•• Bij het opnemen van beelden terwijl u een bewegend voorwerp volgt
•• Wanneer de sluitertijd langer wordt om beelden op te nemen binnenshuis of op donkere
plaatsen
●●Het verschuivingseffect door [ ] te selecteren, wordt in de volgende gevallen niet volledig
bereikt:
•• Heldere zomerdagen of andere lichte locaties
•• Wanneer de sluitertijd korter is dan 1/100 seconde
•• Wanneer de beweging van een onderwerp traag is en de snelheid waarmee de camera wordt
bewogen, te traag is (dan wordt geen mooie vervaging van de achtergrond bereikt)
•• Wanneer de camera de beweging van een onderwerp niet goed volgt
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●[Stabilisatie] kan niet worden gebruikt door [
panoramabeelden.
169
] (Normaal) te selecteren tijdens het opnemen van
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Zoom gebruiken
Opnamemodus:
U kunt het gebied van een beeld dat u wilt opnemen, met de zoomfunctie aanpassen.
Zoomhendel
Zoomhendel verplaatsen
Bedieningsring
Draai de bedieningsring*
* U kunt een zoombewerking uitvoeren door de
instelling [Zoom] aan de bedieningsring toe te
wijzen. (→40)
T-zijde: tele, het onderwerp vergroten
W-zijde: groothoek, groter gebied fotograferen
Rechtsom: tele, het onderwerp vergroten
Linksom: groothoek, groter gebied fotograferen
De afbeelding is een voorbeeld van het gebruik van de optische zoom, [i.Zoom] en [Dig. zoom] in de
modus [Program AE].
Scherpstelbereik
Optisch zoombereik
i.Zoombereik
Digitaal zoombereik
Huidige zoompositie (brandpuntsafstanden hetzelfde als die van een filmcamera van 35 mm)
●●Raak de lensbuis tijdens het zoomen niet aan.
●●Stel scherp nadat u de zoominstelling hebt aangepast.
●●De zoomfactor en de zoombalk die op het scherm worden weergegeven, tonen slechts een
schatting.
●●U hoort wellicht een ratelend geluid en voelt de camera trillen als u de zoomhendel gebruikt, maar
dit is normaal.
170
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Zoom gebruiken
Zoomtypes en gebruik
De zoomfactor verandert wanneer de fotoresolutie wordt gewijzigd.
Optische zoom
U kunt inzoomen zonder dat de beeldkwaliteit verslechtert.
Maximale vergroting: 3,1x
Niet beschikbaar in het volgende geval:
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
Extra optische zoom
Deze functie werkt wanneer fotoresoluties met [ ] zijn geselecteerd in [Fotoresolutie]
(→108). Met extra optische zoom kunt u inzoomen met een hogere zoomfactor dan
optische zoom zonder dat de beeldkwaliteit verslechtert.
Maximale vergroting: 6,2x
(Inclusief de optische zoomfactor. Deze maximale zoomfactor varieert afhankelijk
van de fotoresolutie.)
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Speelgoedcam.effect], [Speelgoedcamera levendig])
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Wanneer [Burstsnelh.] is ingesteld op [SH]
•• Als [HDR] op [ON] staat
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Als [iHandh. nachtop.] op [ON] staat
•• Als [iHDR] op [ON] staat
], [
] of [ ] is ingesteld
•• Wanneer de instelling [Kwaliteit] op [
•• Tijdens het opnemen van films
171
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Zoom gebruiken
Om de zoomfactor nog verder te verhogen, kunt u de volgende zoomfuncties in
combinatie gebruiken.
[i.Zoom]
Opnamemodus:
Met de intelligente resolutietechnologie van de camera kunt u de zoomfactor verhogen
naar 2 x de oorspronkelijke zoomfactor waarbij de beeldkwaliteit maar beperkt
verslechtert.
→
[Opname] → [i.Zoom] → [ON]/[OFF]
→
[Bewegend beeld] → [i.Zoom] → [ON]/[OFF]
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Expressieve indruk], [Speelgoedcam.effect],
[Speelgoedcamera levendig])
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Wanneer [Burstsnelh.] is ingesteld op [SH]
•• Als [HDR] op [ON] staat
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
•• Als [iHandh. nachtop.] op [ON] staat
•• Als [iHDR] op [ON] staat
], [
] of [ ] is ingesteld
•• Wanneer de instelling [Kwaliteit] op [
172
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Zoom gebruiken
[Dig. zoom]
Opnamemodus:
4 x verder inzoomen dan met de optische/extra optische zoom. Let erop dat bij de digitale
zoom door vergroting de beeldkwaliteit verslechtert.
→
[Opname] → [Dig. zoom] → [ON]/[OFF]
→
[Bewegend beeld] → [Dig. zoom] → [ON]/[OFF]
●●Wanneer [Dig. zoom] tegelijkertijd met [i.Zoom] wordt gebruikt, kunt u de zoomfactor slechts tot
2 x verhogen.
●●Wanneer u [Dig. zoom] gebruikt, raden we u aan een statief en de zelfontspanner te gebruiken
(→148) voor het opnemen van beelden.
●●Het AF-gebied wordt grotendeels in het midden van het digitale zoombereik weergegeven.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Expressieve indruk], [Speelgoedcam.effect],
[Speelgoedcamera levendig], [Miniatuureffect])
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Wanneer [Burstsnelh.] is ingesteld op [SH]
•• Als [HDR] op [ON] staat
•• Wanneer [Multi-belicht.] is ingesteld
], [
] of [ ] is ingesteld
•• Wanneer de instelling [Kwaliteit] op [
173
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Zoom gebruiken
[Stapsg. zoom]
Opnamemodus:
U kunt de zoombediening zo instellen dat de kijkhoek (beeldhoek) gemakkelijk zichtbaar
is voor de brandpuntsafstand van een reguliere lens met vaste brandpuntsafstand
(als bij een filmcamera van 35 mm). Wanneer u de [Stapsg. zoom] gebruikt, kunt u de
zoomfactor even gemakkelijk bedienen als het aanpassen van de cameralens.
1 Draai de bedieningsring (→39)
Huidige zoomstand
(Brandpuntsafstanden hetzelfde als die van een filmcamera van
35 mm)
■■De zoomhendel gebruiken voor [Stapsg. zoom]
U kunt de zoomhendel gebruiken voor [Stapsg. zoom] door [Zoomschakelaar] in te
stellen op [Stapsg. zoom] in het [Voorkeuze]-menu.
●●De brandpuntsafstandswaarden zijn uitsluitend ter referentie.
Niet beschikbaar in het volgende geval:
•• Tijdens het opnemen van films
174
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Zoom gebruiken
De zoombewerkingsinstellingen wijzigen
→
[Voorkeuze] → [Zoomschakelaar]
→
[Voorkeuze] → [Bedieningsring]
Zoom
Stapsgewijze zoom
De zoom werkt normaal.
Elke keer als wordt gezoomd, stopt de zoom bij de positie voor
een van de vooraf ingestelde brandpuntsafstanden.
De zoompositie behouden als de camera uitgeschakeld wordt
→
175
[Voorkeuze] → [Zoom hervatten] → [ON]/[OFF]
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
Opnamemodus:
Wanneer de flitser (bijgeleverd) is aangebracht, kunt u alle flitsfuncties (de [MANUAL]
instelling, enz.) gebruiken die met dit apparaat beschikbaar zijn. (Onthoud echter
dat deze flitser niet als draadloze flitser kan worden gebruikt.) In dit gedeelte wordt
beschreven hoe u een beeld kunt opnemen met gebruikmaking van de flitser
(bijgeleverd).
••Voor meer informatie over het opnemen van een beeld met gebruikmaking van een
externe flitser (optioneel), raadpleegt u (→291).
Met de flitser kunt u beelden op donkere locaties opnemen of het volledige contrast van
een beeld aanpassen door een onderwerp met een lichte achtergrond te belichten.
De flitser bevestigen
De bescherming flitsschoen is al op de flitsschoen bevestigd op het moment van
aanschaf.
Bevestig de flitser aan de flitsschoen nadat u de bescherming flitsschoen verwijderd hebt.
De bescherming flitsschoen verwijderen
••Zorg dat de [ON/OFF]-schakelaar van de camera op [OFF] is ingesteld.
1 Verwijder de bescherming flitsschoen door deze in de
richting van pijl te trekken terwijl u deze indrukt in
de richting aangeduid met pijl
•• Bevestig de bescherming flitsschoen altijd wanneer de
flitsschoen niet in gebruik is.
•• Bewaar de bescherming flitsschoen op een veilige plaats
nadat u deze hebt verwijderd, zodat u deze niet kwijtraakt.
De flitser bevestigen
1
2
Schakel de flitser uit
Flitsschoen
Steek de flitser stevig op de flitsschoen van dit
apparaat tot hij vastklikt
•• Zet de [ON/OFF]-schakelaar van de camera in de stand
[ON] en schakel de flitser in wanneer u een beeld gaat
opnemen.
[ON/OFF]-schakelaar van de flitser
●●Houd de bescherming flitsschoen buiten bereik van kinderen om te voorkomen dat ze deze inslikken.
●●Draag de camera niet aan de flitser wanneer de flitser op de camera is bevestigd.
176
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
■■De flitser verwijderen
Schakel de camera en de flitser uit
Houd de ontgrendelingsknop ingedrukt en trek de
flitser in de richting van de pijl om de flitser eraf te
halen
Ontgrendelingsknop
•• Ontkoppel de flitser altijd langzaam en zorgvuldig.
•• Bevestig de bescherming flitsschoen op de flitsschoen
van de camera.
•• Bewaar de verwijderde flitser in het bijbehorende zachte
tasje.
Informatie over [Gedwongen uit] ([ ])
[ ] (Flitser gedwongen UIT) verschijnt op het opnamescherm en de flitser flitst niet in de
volgende gevallen.
Het signaal van het communicatielampje bij een draadloze flitser wordt ook
uitgeschakeld. (→184)
••Wanneer de flitser niet op de camera is aangebracht
••Wanneer de [ON/OFF]-schakelaar van de flitser op [OFF] staat, ook al is de flitser
aangebracht
••Wanneer de flitser niet voor het opnemen van beelden kan worden gebruikt,
bijvoorbeeld bij het opnemen van films
■■Het beschikbare flitsbereik wanneer de instelling [Gevoeligheid] [AUTO] is
Randen van foto’s kunnen iets donkerder worden als de flitser wordt gebruikt op korte
afstanden zonder dat de zoom wordt gebruikt (vlakbij de maximale instelling voor W groothoek). U kunt dit oplossen door enigszins in te zoomen.
Max. groothoek
Ongeveer 60 cm - 14,1 m*
Max. tele
Ongeveer 30 cm - 8,5 m*
* Wanneer de flitser (bijgeleverd) is aangebracht en de [ISO-limiet] staat op [OFF].
177
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
Effectief gebruik van de flitser
Een beeld opnemen met de flitser als het onderwerp te dicht bij is, kan tot overbelichting
leiden. Wanneer u [Highlight] in het [Voorkeuze]-menu instelt op [ON], knipperen de
overbelichte gebieden zwart-wit tijdens [Auto review] of tijdens het afspelen. In dat geval
raden wij u aan het beeld opnieuw op te nemen, bijvoorbeeld na het instellen van een
lager flitsniveau met [Flitser instel.] (→183).
●●Let op dat u het flitsvenster niet met uw vingers bedekt en kijk niet van dichtbij in de flitser.
Gebruik de flitser niet vlakbij kwetsbare onderwerpen (de hitte/fel licht van de flitser kan het
onderwerp beschadigen).
●●Het opladen van de flitser kan even duren als de batterij bijna leeg is, of als de flitser enkele keren
achter elkaar wordt gebruikt. Wanneer de flitser wordt opgeladen, knippert het flitserpictogram
rood en kunt u geen beeld opnemen, zelfs niet wanneer u de ontspanknop volledig indrukt.
●●De instelling van de flitser wordt in de volgende gevallen vast ingesteld op [ ] (Flitser
gedwongen UIT):
•• Tijdens het opnemen van films
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Wanneer de elektronische sluiter wordt gebruikt
•• Als [HDR] op [ON] staat
•• Als [Stille modus] op [ON] staat
178
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
De flitsmodus wijzigen (handmatig flitsen)
Opnamemodus:
U kunt selecteren of het flitsniveau automatisch of handmatig wordt ingesteld.
1 Stel het menu in
→
2
[Opname] → [Flitser] → [Flitser functie]
Selecteer met
het onderdeel en druk op [MENU/SET]
[TTL]
De camera stelt het flitsniveau automatisch in.
[MANUAL]
U kunt de flitsverhouding handmatig instellen. Met [TTL] kunt u het beeld zoals
bedoeld opnemen, zelfs bij donkere scènes waar het flitsniveau meestal hoger is.
●●Wanneer [MANUAL] is geselecteerd, wordt de flitsverhouding (bijvoorbeeld [1/1]) weergegeven
met het flitspictogram op het scherm.
■■De flitsverhouding instellen (wanneer [MANUAL] is geselecteerd)
Stel het menu in
→
[Opname] → [Flitser] → [Handmatige flitserinstel.]
Druk op
om een onderdeel te selecteren en druk op [MENU/SET]
•• U kunt de flitsverhouding instellen van [1/1] (flitsen op volledig vermogen) tot [1/64] in stappen
van 1/3.
179
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
Flitsmodus wijzigen
Opnamemodus:
Stel de flitser in overeenstemming met de opname in.
1 Stel het menu in
→
2
Druk op
[Opname] → [Flitser] → [Flitserfunctie]
om het onderdeel te selecteren en druk op [MENU/SET]
: [Flitser altijd aan]
: [Gdw. aan/rode-og]*
: [Langz. sync.]
: [Lngz. sync./rode-og]*
: [Gedwongen uit]
Fotografeer altijd met de flitser.
•• Ideaal voor het maken van tegenlichtopnamen
of wanneer een onderwerp zich onder fel licht
bevindt, zoals een tl-buis.
Hiermee neemt u lichtere beelden op, zoals van
onderwerpen in een nachtlandschap door de sluitertijd te
verkorten wanneer u flitst.
•• Ideaal voor het opnemen van beelden van
personen in een nachtlandschap.
Altijd beelden opnemen zonder gebruik van de flitser,
onder alle lichtomstandigheden.
•• Ideaal voor het filmen of fotograferen op plaatsen
waar het gebruik van een flitser verboden is.
* Dit is alleen beschikbaar wanneer [Draadloos] in de [Flitser] is ingesteld op [OFF] (→184) en
[Flitser functie] is ingesteld op [TTL] (→179).
Er wordt twee keer geflitst. Beweeg niet tot na de tweede flits. Het interval tussen de flitsen
varieert, afhankelijk van de helderheid van het onderwerp.
•• Het effect van de rode-ogenreductie varieert, afhankelijk van het onderwerp, en wordt
beïnvloed door factoren zoals afstand tot het onderwerp en of het onderwerp tijdens de voorflits
naar de camera kijkt enzovoort. In sommige gevallen is het effect van de rode-ogenreductie
verwaarloosbaar.
■■Rode-ogenreductie
Opnamemodus:
Rode ogen worden automatisch gedetecteerd en de fotogegevens worden gecorrigeerd
wanneer de foto wordt gemaakt met flitser en rode-ogenreductie ([ ], [ ]).
→
[Opname] → [Rode-ogencorr]
Instellingen: [ON]/[OFF]
●●Wanneer deze functie is ingesteld op [ON], verandert het flitserpictogram in [
]/[
].
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●Afhankelijk van de omstandigheden kan de rode-ogencorrectie niet altijd effectief zijn.
180
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
■■Sluitertijd voor elke flitsmodus
Flitsmodus
Sluitertijd (seconden)
Flitsmodus
Sluitertijd (seconden)
1/60*1 - 1/4000
1 - 1/16000
120*2 - 1/16000
*1 De sluitertijd is ingesteld op 60 seconden in de [Sluiterprioriteit]-modus en op T (time) in de
[Handm. belicht.]-modus.
*2 De sluitertijd is ingesteld op T (time) in de [Handm. belicht.]-modus.
••In de [Intelligent auto]-modus verandert de sluitertijd afhankelijk van de
geïdentificeerde scène.
■■Flitserinstellingen voor elke opnamemodus (Wanneer de flitser (bijgeleverd) is
aangebracht) (○: beschikbaar, –: niet beschikbaar)
Opnamemodus
[Intelligent auto]-modus
–*
–*
–*
–*
○
[Program AE]-modus
○
○
○
○
○
[Lensopeningspr.]-modus
○
○
○
○
○
[Sluiterprioriteit]-modus
○
○
–
–
○
[Handm. belicht.]-modus
○
○
–
–
○
* U kunt geen flitsinstellingen maken via het menu [Opname]. Stel in op [
afhankelijk van het onderwerp en de helderheid.
], [
], [
] of [
]
●●Flitsinstellingen kunnen veranderen als u een andere opnamemodus kiest.
●●De flitsinstellingen worden bewaard, zelfs als de camera wordt uitgeschakeld.
181
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
De 2e gordijnsynchronisatie instellen
Opnamemodus:
De 2e gordijnsynchronisatie is een opnamemethode waarbij de flitser afgaat vlak vóór de
sluiter ontspant wanneer u een beeld opneemt van een bewegend onderwerp (zoals een
rijdende auto) met gebruikmaking van de flitser en met een lange sluitertijd.
1 Stel het menu in
→
2
Druk op
[Opname] → [Flitser] → [Flits-synchro]
om de instelling te selecteren en druk op [MENU/SET]
[1ST]
De 1e gordijnsynchronisatie is de normale
opnamemethode met gebruikmaking van de flitser.
[2ND]
De lichtbron wordt achter het onderwerp
vastgelegd en dit levert een levendige en kleurrijke
foto op.
●●Stel deze normaal in op [1ST].
●●Als u deze instelt op [2ND], wordt [2nd] weergegeven in het flitserpictogram op het scherm.
●●[2ND] is alleen beschikbaar wanneer [Draadloos] in de [Flitser] is ingesteld op [OFF]. (→184)
●●De [Flits-synchro]-instelling werkt ook als er een andere externe flitser dan de bijgeleverde flitser
wordt gebruikt. (→291)
●●Wanneer een korte sluitertijd wordt ingesteld, wordt het [Flits-synchro]-effect mogelijk niet
voldoende bereikt.
●●Wanneer [2ND] is ingesteld, kunt u de flitserinstelling niet op [
182
] of [
] zetten.
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
Het flitsniveau aanpassen
Opnamemodus:
Stel het flitsniveau af wanneer een beeld dat is opgenomen met gebruikmaking van de
flitser te licht of te donker is.
1 Stel het menu in
→
2
Druk op
[Opname] → [Flitser] → [Flitser instel.]
om het flitsniveau in te stellen en druk op [MENU/SET]
Instellingen: -3 EV tot +3 EV (eenheid: 1/3 EV)
Wanneer u de intensiteit van de flitser niet wilt aanpassen, selecteert u [±0 EV].
●●Wanneer de intensiteit van de flitser wordt aangepast, wordt [+] of [-] weergegeven op het
pictogram van de flitser.
●●[Flitser instel.] is alleen beschikbaar wanneer [Draadloos] in de [Flitser] is ingesteld op [OFF]
(→184) en [Flitser functie] is ingesteld op [TTL] (→179).
●●De [Flitser instel.]-instelling werkt ook als er een andere externe flitser dan de bijgeleverde flitser
wordt gebruikt. (→291)
Het flitsniveau met de camera synchroniseren tijdens
belichtingscompensatie
Opnamemodus:
Het flitsniveau wordt automatisch afgesteld overeenkomstig de
belichtingscompensatiewaarde.
→
[Opname] → [Flitser] → [Auto. belichtingscomp.]
Instellingen: [ON] / [OFF]
●●Informatie over belichtingscompensatie (→135)
●●De [Auto. belichtingscomp.]-instelling werkt ook als er een andere externe flitser dan de
bijgeleverde flitser wordt gebruikt. (→291)
183
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
Draadloos flitsen instellen
Opnamemodus:
Wanneer u de flitsers (optioneel: DMW-FL360L, DMW-FL580L) met de opnamefunctie
voor draadloos flitsen gebruikt, kunt u het flitsen van de flitsers afzonderlijk regelen in drie
groepen, en van de flitser die op de flitsschoen van de camera is aangesloten.
Hoewel de (bijgeleverde) flitser niet is voorzien van een draadloze flitsopnamefunctie,
kunt u deze wel aanbrengen op de flitsschoen van dit apparaat en kunt u aldus wel het
flitsen van een draadloze flitser besturen.
■■De draadloze flitser plaatsen
Plaats de draadloze flitser met de sensor voor het draadloze signaal op de camera
gericht. De volgende illustratie is een voorbeeld van het bereik waarbinnen de flitser
geplaatst kan worden. Het regelbare bereik varieert, afhankelijk van de omliggende
omgeving.
Flitserbereik (wanneer de bijgeleverde flitser
Voorbeeld van de plaatsing van
is bevestigd)
flitsers
3m
2m
3m
2m
••Dit voorbeeld van de plaatsing van flitsers geeft een situatie aan waar flitser C is
geplaatst om de schaduwen weg te nemen uit de achtergrond van het onderwerp, die
worden geproduceerd door flitser A en B van de flitsgroep.
••Voor het aantal te besturen draadloze flitsers raden wij u aan maximaal drie flitsers in
elke groep te zetten.
••Wanneer een onderwerp te dichtbij is, kan het signaal van het communicatielampje van
invloed zijn op de belichting van het beeld. Het probleem kan worden verkleind door
het flitsniveau te verlagen door [Communicatielicht] in te stellen op [LOW] of door een
flitsdiffuser of soortgelijk apparaat te gebruiken.
Voorbereiding
Breng de bijgeleverde flitser of een optionele flitser (DMW-FL360L, DMW-FL580L) op dit apparaat
aan.
1
184
Zet de draadloze flitser in de RC-modus en plaats de flitser
•• Selecteer het kanaal en de groep van de draadloze flitser.
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
2
Stel het menu in
3
Druk op
4
Druk op
om [Draadloos kanaal] te selecteren en
druk op [MENU/SET]
Druk op
om het kanaal te selecteren en druk op
[MENU/SET]
5
6
7
→
[Opname] → [Flitser] → [Draadloos]
om [ON] te selecteren en druk op [MENU/SET]
•• Wanneer [Draadloos] is ingesteld op [ON], verschijnt [WL] bij het flitspictogram op het
opnamescherm.
•• Als u gedetailleerde instellingen voor de draadloze flitser wilt uitvoeren, voert u de volgende
instellingen uit vanuit de [Flitser].
Flitsmodus
Flitsniveau
•• Selecteer hetzelfde kanaal als het kanaal dat is ingesteld voor de
draadloze flitser in stap 1.
Druk op
om [Draadloze setup] te selecteren en
druk op [MENU/SET]
Selecteer met
het onderdeel en druk op
[MENU/SET]
Luminositeitsverhouding
•• Druk op de [DISP.]-knop om te testflitsen.
[Externe
flitser]
[A Groep]/
[B Groep]/
[C Groep]
[Flitser
functie]
[TTL]: D
e camera stelt het flitsniveau automatisch in.
[AUTO]*: Hiermee stelt u het flitsniveau met een externe flitser in.
[MANUAL]: Hiermee stelt u handmatig het flitsniveau van een externe
flitser in.
[OFF]: E
en externe flitser flitst alleen voor het verzenden van een
communicatielichtsignaal.
[Flitser
instel.]
Hiermee past u het flitsniveau van een externe flitser handmatig aan
wanneer [Flitser functie] is ingesteld op [TTL].
[Handmatige
flitserinstel.]
Hiermee stelt u de flitsverhouding van een externe flitser in wanneer
[Flitser functie] is ingesteld op [MANUAL].
•• U kunt de flitsverhouding instellen van [1/1] (flitsen op volledig
vermogen) tot [1/64] in stappen van 1/3.
[Flitser
functie]
[TTL]: De camera stelt automatisch het draadloze flitslicht in.
[AUTO]: S
telt het flitslicht in bij gebruik van een draadloze flitser.
[MANUAL]: Voor handmatig instellen van het flitslicht van een
draadloze flitser.
[OFF]: D
e draadloze flitsers van de ingestelde groep flitsen niet.
[Flitser
instel.]
Voor handmatig instellen van het flitslicht van een draadloze flitser
wanneer [Flitser functie] staat ingesteld op [TTL].
Stelt het flitslicht van een draadloze flitser in wanneer [Flitser functie]
[Handmatige staat ingesteld op [MANUAL].
flitserinstel.] •• U kunt de flitsverhouding instellen van [1/1] (flitsen op volledig
vermogen) tot [1/64] in stappen van 1/3.
* Wanneer de (bijgeleverde) flitser op dit apparaat is aangebracht, kunt u deze instellingen niet
maken.
185
SQW0028
Stabilizer, zoomen en flitsen
Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser
■■Het voortbrengen van communicatielicht instellen dat moet worden gebruikt
wanneer met een draadloze flitser wordt opgenomen
→
[Opname] → [Flitser] → [Communicatielicht]
Instellingen: [HIGH] / [STANDARD] / [LOW]
186
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
U kunt beelden opnemen in volledige HD-kwaliteit die aan de AVCHD-norm voldoet,
evenals films in MP4 opnemen. U kunt tevens 4K-films in MP4 opnemen. (→194)
Het geluid wordt in stereo opgenomen.
Instelling van het formaat, de beeldresolutie en de
opnamesnelheid in frames
Opnamemodus:
1
Stel het menu in
2
Selecteer met
3
4
187
→
[Bewegend beeld] → [Opname-indeling]
het onderdeel en druk op [MENU/SET]
[AVCHD]
Dit gegevensformaat is geschikt voor weergave op HD TV’s.
[MP4]
Dit gegevensformaat is speciaal geschikt voor het afspelen van films op een
computer en dergelijk soort apparatuur.
Selecteer met
[Opn. kwaliteit] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
het onderdeel en druk op [MENU/SET]
•• Sluit het menu af nadat het is uitgevoerd.
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
Wanneer [AVCHD] is geselecteerd
Onderdeel
Fotoresolutie
[FHD/28M/50p]*
1920×1080
Opnamesnelheid
Sensoruitgangssignaal
in frames
50p
50 fps
Bitwaarde
Ongeveer 28 Mbps
[FHD/17M/50i]
1920×1080
50i
50 fps
Ongeveer 17 Mbps
[FHD/24M/25p]
1920×1080
50i
25 fps
Ongeveer 24 Mbps
[FHD/24M/24p]
1920×1080
24p
24 fps
Ongeveer 24 Mbps
* AVCHD Progressive
Wanneer [MP4] is geselecteerd
Onderdeel
Fotoresolutie
Opnamesnelheid
Sensoruitgangssignaal
in frames
Bitwaarde
[4K/100M/25p]
3840×2160
25p
25 fps
Ongeveer 100 Mbps
[4K/100M/24p]
3840×2160
24p
24 fps
Ongeveer 100 Mbps
[FHD/28M/50p]
1920×1080
50p
50 fps
Ongeveer 28 Mbps
[FHD/20M/25p]
1920×1080
25p
25 fps
Ongeveer 20 Mbps
[HD/10M/25p]
1280×720
25p
25 fps
Ongeveer 10 Mbps
[VGA/4M/25p]
640×480
25p
25 fps
Ongeveer 4 Mbps
••Wat is bitwaarde
Bitwaarde is de hoeveelheid gegevens voor een specifieke periode. De kwaliteit wordt
beter wanneer de waarde hoger wordt. Dit apparaat gebruikt de opnamemethode
"VBR". "VBR" is een afkorting van "Variable Bit Rate" (variabele bitwaarde). De
bitwaarde (de hoeveelheid gegevens voor een specifieke periode) wordt automatisch
gewijzigd, afhankelijk van het op te nemen onderwerp. Daarom wordt de opnametijd
verkort wanneer er een onderwerp wordt opgenomen dat snel beweegt.
188
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
■■Compatibiliteit van de opgenomen films
Films die zijn opgenomen in [AVCHD] of [MP4] kunnen worden afgespeeld met een
slechte beeld- of geluidskwaliteit of kunnen helemaal niet worden afgespeeld, zelfs niet
als ze worden afgespeeld met apparatuur die compatibel is met deze formaten. Ook
kan de opnamegegevens dan niet goed worden weergegeven. Gebruik in dit geval dit
apparaat.
••Wanneer u films importeert en afspeelt die opgenomen zijn met [FHD/28M/50p],
[FHD/24M/25p] of [FHD/24M/24p] in [AVCHD] met een ander apparaat dan
dit apparaat, hebt u een compatibele Blu-ray-recorder nodig of een pc waarop
"PHOTOfunSTUDIO" geïnstalleerd is.
••Voor meer informatie over films die zijn opgenomen met [4K/100M/25p] of
[4K/100M/24p] in het [MP4]-formaat, raadpleegt u "Genieten van films in 4K" (→274).
Scherpstellen terwijl u films opneemt ([Continu AF])
Opnamemodus:
Scherpstellen verschilt afhankelijk van de scherpstelmodus (→114) en de instelling van
[Continu AF] in het [Bewegend beeld]-menu.
[Focus]
[AFS]/[AFF]/
[AFC]
[MF]
[Continu AF]
Instelling
[ON]
De scherpstelling continu automatisch laten
aanpassen tijdens het opnemen van films. (→114)
[OFF]
Scherpstelling vastzetten aan het begin van het
filmen.
[ON] / [OFF]
Hiermee kunt u handmatig scherpstellen. (→128)
••Wanneer de scherpstelmodus is ingesteld op [AFS], [AFF] of [AFC], stelt de camera
opnieuw scherp als de ontspanknop half ingedrukt wordt tijdens het opnemen van films.
••Wanneer de automatische scherpstelling geactiveerd wordt terwijl u films opneemt, kan
onder sommige omstandigheden het bedieningsgeluid van het scherpstellen worden
opgenomen. Als u dit geluid wilt onderdrukken, raden we u aan beelden op te nemen
na [Continu AF] in te stellen op [OFF] in het [Bewegend beeld]-menu.
••Wanneer u in- en uitzoomt tijdens het opnemen van films, kan het even duren om
scherp te stellen.
189
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
Films opnemen
Opnamemodus:
U kunt bij filmopnamen ook handmatig de diafragmawaarde en de sluitertijd instellen.
(→80)
De camera stelt automatisch de diafragmawaarde en de sluitertijd in en kiest de optimale
scène-instelling voor het filmen in de modus [Intelligent auto]. (→76)
1 Filmknop indrukken om te gaan filmen
•• Na indrukken laat u de filmknop onmiddellijk weer los.
•• Terwijl u films opneemt, knippert de opnamestatusindicator
(rood).
•• Als u ongeveer 1 minuut of langer geen bewerking uitvoert, wordt
een deel van de informatie op het scherm uitgeschakeld. Druk
op de [DISP.]-knop als u de informatie weer wilt weergeven.
Deze bewerking vindt plaats om inbranden van het scherm te
voorkomen. Dit is geen storing.
•• Let bij het opnemen van filmbeelden op dat u de microfoons niet
blokkeert.
•• U kunt ook in- en uitzoomen als u films opneemt.
–– De bedieningsgeluiden van de zoomhendel of bedieningsring
kunnen in sommige gevallen worden opgenomen.
•• Ook tijdens het filmen kunt u nog foto’s nemen (→198)
2
Druk nogmaals op de filmknop om te stoppen met
filmen
Opnamestatusindicator
Verstreken
opnameduur
Resterende opnameduur
(ongeveer)
190
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
Omtrent de diafragmawaarde en de sluitertijd voor het filmen
●●Diafragmawaarde
••Om films op te nemen waarbij zowel het onderwerp als de achtergrond scherp zijn,
stelt u de diafragmawaarde op een hogere waarde in. Om films op te nemen met een
onscherpe achtergrond, stelt u een lagere waarde in.
●●Sluitertijd
••Als u een scherpe film wilt opnemen van een snel bewegend onderwerp, stelt u
een kortere sluitertijd in. Als u een film wilt opnemen met een slepend effect voor de
bewegingen van een onderwerp, stelt u een langere sluitertijd in.
••Wanneer u een kortere sluitertijd instelt, kan de schermruis toenemen als gevolg van
een hogere gevoeligheid.
••Wanneer u een onderwerp onder tl- of ledverlichting e.d. opneemt, kunnen de kleuren
en de helderheid van het scherm veranderen of kunnen er horizontale strepen op
het scherm verschijnen. In dat geval raden we u aan om de sluitertijd handmatig in te
stellen op 1/60 seconde of 1/100 seconde.
Bedieningsgeluid aan het einde van de opname
Aangezien films worden opgenomen totdat op de filmknop gedrukt wordt om de opname
te stoppen, kan het niveau van de bedieningsgeluiden in het beeld hoger zijn. We raden u
aan de volgende methode te gebruiken om dit geluid te onderdrukken.
●●Splits het einde van een film met [Splits video] (→214) in het [Afspelen]-menu. In
sommige gevallen kunnen films niet gesplitst worden op een positie vlak bij het eind
van de film. U voorkomt dit probleem door 3 seconden extra op te nemen.
191
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
De filmknop in-/uitschakelen
→
[Voorkeuze] → [Videotoets] → [ON]/[OFF]
●●Deze functie voorkomt onjuiste bediening van de knop.
De kijkhoekinstelling schakelen die gebruikt wordt voor het maken
van foto’s en het opnemen van films
→
[Voorkeuze] → [Opn.gebied] →
(foto) /
(film)
●●Als de beeldverhouding verschilt voor foto’s en films, verandert de kijkhoek wanneer u
een film gaat opnemen.
Wanneer u [Opn.gebied] instelt op [ ], wordt de kijkhoekinstelling weergegeven die
voor het opnemen van films wordt gebruikt.
●●[Opn.gebied] dient als een richtlijn geïnterpreteerd te worden.
192
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
●●Als de omgevingstemperatuur hoog is of er sprake is van een continue filmopname, wordt [
]
weergegeven en wordt de opname mogelijk halverwege stopgezet om de camera te beschermen.
●●Als de extra optische zoom wordt gebruikt voordat u op de filmknop drukt, worden deze
instellingen gewist en wordt het opnamegebied aanzienlijk gewijzigd.
●●Als u bewerkingen uitvoert zoals zoomen, knoppen of wieltjes gebruikt terwijl u een film opneemt,
kan bedieningsgeluid worden opgenomen.
●●Tijdens het filmen zal de zoomsnelheid trager zijn dan normaal.
●●De beschikbare opnametijd die op het scherm wordt weergegeven, neemt mogelijk niet regelmatig
af.
●●Afhankelijk van het type kaart kan de kaarttoegangsindicatie kort verschijnen na het opnemen van
een film. Dit is geen storing.
●●Als u te snel stopt met het opnemen van films wanneer u het Filter (foto-effect) [Miniatuureffect]
hebt ingesteld, kan de camera een bepaalde tijd doorgaan met opnemen. Houd de camera in
positie totdat de opname wordt stopgezet.
●●[ISO-limiet] is uitgeschakeld tijdens het opnemen van films.
●●Zelfs als u [Stabilisatie] instelt op [ ] (Pannen) wanneer u films opneemt, is deze vast ingesteld
op [ ] (Normaal).
●●Het verdient aanbeveling een volledig opgeladen batterij of een netadapter (optioneel) en een DC
coupler (optioneel) te gebruiken voor het opnemen van films. (→292)
●●Als u films opneemt met de netadapter en de voeding wordt onderbroken als gevolg van een
stroomuitval of als de netadapter wordt ontkoppeld enzovoort, wordt die film in het geheel niet
opgenomen.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Het is niet mogelijk films op te nemen in de volgende gevallen:
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld op ([Ruw zwart-wit], [Zacht zwart-wit],
[Miniatuureffect]*, [Zachte focus], [Sterfilter], [Zonneschijn])
* Alleen tijdens het opnemen van films met een [Opn. kwaliteit] van [4K]
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] wordt gebruikt
193
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
Films opnemen van 4K
Opnamemodus:
U kunt films van 4K op hoge resolutie opnemen door [Opn. kwaliteit] op [4K] in te stellen.
••Gebruik voor het opnemen van films van 4K een kaart van UHS-snelheidsklasse 3.
(→25)
••Wanneer u films van 4K opneemt, wordt de kijkhoek smaller dan bij films van andere
formaten.
■■Films opnemen van 4K
Selecteer de opnamemodus (→59)
Stel de [Opname-indeling] in het [Bewegend beeld]-menu in op [MP4] (→187)
Stel [Opn. kwaliteit] in het menu [Bewegend beeld] in op [4K/100M/25p] of
[4K/100M/24p] (→188)
Filmknop indrukken om te gaan filmen
Druk nogmaals op de filmknop om te stoppen met filmen
194
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
Vastleggen van een foto met hoge resolutie uit een 4K-film
[4K-FOTO]
U kunt een foto maken met een resolutie van ongeveer 8 megapixels uit een 4K-film
die is opgenomen met de instelling [4K-FOTO]. U kunt een foto maken die een enkele
moment vastlegt op soortgelijke manier als bij hoge-snelheid burst-opnamen.
Deze instelling is niet beschikbaar in de [Intelligent auto]-modus.
Films opnemen van 4K
••Gebruik voor het opnemen van films van 4K een kaart van UHS-snelheidsklasse 3.
(→25)
1 Stel het menu in
→
2
[Bewegend beeld] → [4K-FOTO]
Druk op
om [ON] te selecteren en druk op
[MENU/SET]
Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest,
wordt de bewerking uitgevoerd.
•• De juiste filmmodus voor het vastleggen van een foto uit een
4K-film wordt geselecteerd en de film kan worden opgenomen
met fotobeeldkwaliteit.
•• Aangezien de camera een hogere prioriteit geeft aan
de scherpstelling van een foto uit een 4K-film, kan de
scherpstelbeweging tijdens het filmen wel eens waarneembaar
zijn.
De camera zal automatisch de volgende instellingen maken.
Menu
3
195
Onderdeel
[Opname-indeling]
[MP4]
[Opn. kwaliteit]
[4K/100M/25p]
Druk op de [
te geven
] -knop om het opnamescherm weer
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
4
5
Draai aan de diafragmaring en de sluitertijdknop om de opnamemodus in te
stellen
•• Wij raden u aan om de modus [Sluiterprioriteit] te kiezen en de sluitertijd in te stellen op
1/1000 seconde of hoger, om bewegingsonscherpte van uw onderwerp te voorkomen. Om een
onderwerp dat snel beweegt op te nemen, stelt u de sluitertijd in op 1/2000 seconde of sneller.
Bedien de keuzeschakelaar voor de beeldverhouding
om de beeldverhouding voor een film in te stellen
•• De beeldverhouding van een foto die u overneemt uit een 4K-film
is gelijk aan de beeldverhouding van de film.
6
Filmknop indrukken om te gaan filmen
•• Wanneer u films van 4K opneemt, wordt de kijkhoek smaller dan
bij films van andere formaten.
Instellen van een markering
●●Wanneer u tijdens het filmen op de [Fn2]-knop drukt, kunt u een markering in de
filmbeelden aanbrengen.
●●Wanneer u daarna foto’s overneemt uit de film, kunt u snel naar de gemarkeerde
plaats gaan om een foto over te nemen.
●●U kunt in een enkele film tot 40 markeringen aanbrengen.
7
196
Druk nogmaals op de filmknop om te stoppen met filmen
•• U kunt ook beginnen of stoppen met filmen door de ontspanknop in te drukken.
SQW0028
Films opnemen
Films opnemen
Foto’s nemen van een film
1
Geef het beeld weer dat u als foto wilt vastleggen door
op te drukken om een film tijdens het afspelen op de
camera te pauzeren
•• U kunt door indrukken van
de enkel-frame bewegingen
vooruit/terugwaarts uitvoeren.
drukt, kunt u snel
•• Wanneer u op de [Fn2]-knop en dan op
naar een plaats gaan waar u tijdens het filmen een markering
had aangebracht. (U kunt ditzelfde ook doen tijdens het afspelen
van de filmbeelden.)
Als u nogmaals op de [Fn2]-knop drukt, kunt u door indrukken
de enkel-frame bewegingen vooruit/terugwaarts
van
uitvoeren.
2
Fn2
Druk op [MENU/SET]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] en druk op [MENU/SET]
•• [ ] wordt weergegeven voor een vastgelegde foto.
●●Als u een foto wilt vastleggen uit een film terwijl de camera is aangesloten op een tv met de HDMImicrokabel, stelt u [VIERA link] van [TV-verbinding] in het [Set-up]-menu in op [OFF].
197
SQW0028
Films opnemen
Foto’s maken terwijl u een film opneemt
Opnamemodus:
U kunt tussen het filmen door gewoon foto’s opnemen. (Gelijktijdig opnemen)
1
Druk tijdens het filmen de ontspanknop
volledig in
••Wanneer u een foto maakt, wordt het pictogram voor
het gelijktijdig opnemen van foto’s/films weergegeven.
De film- of fotoprioriteit instellen
Opnamemodus:
Met [Foto/film] in het [Bewegend beeld]-menu kunt u de opnamemethode van een foto
instellen die gemaakt moet worden terwijl u een film opneemt.
(filmprioriteiten)
(Fotoprioriteiten)
•• Een foto maken met [Fotoresolutie] [S] (2M). De beeldkwaliteit kan anders zijn
dan [S] (2M) van standaardfoto’s.
•• Alleen foto’s in JPEG-indeling worden gemaakt wanneer [Kwaliteit] is
ingesteld op [
], [
] of [ ]. ([Kwaliteit] wordt gebruikt bij de instelling
[ ] wanneer [ ] is ingesteld.)
•• U kunt maximaal 30 foto’s maken tijdens het opnemen van een film.
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld op [Miniatuureffect], kan een foto
worden gemaakt met een lichte vertraging ten opzichte van het moment
waarop u de ontspanknop volledig indrukt.
•• Een foto wordt gemaakt met de [Fotoresolutie] en de [Kwaliteit] die u hebt
ingesteld.
•• Terwijl er een foto wordt gemaakt, wordt het scherm zwart. Tijdens deze
periode wordt de foto gemaakt in de film en wordt het geluid gedempt.
•• U kunt maximaal 4 foto’s maken tijdens het opnemen van een film.
●●De beeldverhouding van een foto wordt vastgezet op [16:9].
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Het is niet mogelijk foto’s te maken in de volgende gevallen:
•• Wanneer [Opname-indeling] is ingesteld op [MP4], wordt [Opn. kwaliteit] ingesteld op
[4K/100M/25p], [4K/100M/24p] of [VGA/4M/25p]
•• Wanneer [Opname-indeling] is ingesteld op [AVCHD], is [Opn. kwaliteit] ingesteld op
[FHD/24M/24p] (alleen beschikbaar bij de instelling [ ] ([Fotoprioriteit]))
198
SQW0028
Films opnemen
Gebruik van het [Bewegend beeld]-menu
Zie voor de instelprocedures voor het [Bewegend beeld]-menu (→31).
••De menuonderdelen [Fotostijl], [AFS/AFF/AFC], [Meetfunctie], [Schaduw markeren],
[Int.dynamiek], [I.resolutie], [i.Zoom] en [Dig. zoom] komen voor in zowel het [Opname]menu als het [Bewegend beeld]-menu.
Als een instelling in het ene menu wordt gewijzigd, wordt de instelling met dezelfde
naam in het andere menu ook automatisch gewijzigd.
••Het [Bewegend beeld]-menu wordt in de volgende gevallen niet weergegeven:
–– Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
[4K-FOTO]
••Voor meer informatie (→195).
[Opname-indeling]
••Voor meer informatie (→187).
[Opn. kwaliteit]
••Voor meer informatie (→187).
[Foto/film]
••Voor meer informatie (→198).
[Continu AF]
••Voor meer informatie (→189).
199
SQW0028
Films opnemen
Gebruik van het [Bewegend beeld]-menu
Zie voor de instelprocedures voor het [Bewegend beeld]-menu (→31).
[Micr. weerg.]
Opnamemodus:
U kunt instellen of u het microfoonniveau wel of niet op het opnamescherm wilt
weergeven.
Instellingen: [ON]/[OFF]
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld op ([Miniatuureffect])
[Micr. instellen]
Opnamemodus:
U kunt het geluidsinvoerniveau in 4 stappen aanpassen.
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Miniatuureffect])
[Windreductie]
Opnamemodus:
Als u het ruisen van de wind hoort tijdens een geluidsopname, kunt u met [Windreductie]
het ruisen van de wind effectief reduceren.
Instellingen: [AUTO]/[HIGH]/[STANDARD]/[LOW]/[OFF]
●●Als [Windreductie] is ingesteld, kan de geluidskwaliteit afwijken van die van normale opnamen.
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld ([Miniatuureffect])
200
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Het groepsbeeld bekijken
U kunt achtereenvolgens meerdere beelden in een groep afspelen of groepsbeelden een
voor een afspelen.
]: achtereenvolgens opgenomen beelden groeperen
[
door [Burstsnelh.] in te stellen op [SH] (→142)
15 foto
[
]: opgenomen beelden groeperen met [Intervalopname]
(→153)
[
]: opgenomen beelden groeperen met [Stopmotionanimatie] (→156)
••U kunt beelden in groepen verwijderen of bewerken. (Als u
bijvoorbeeld een van de beelden in een groep verwijdert,
worden alle beelden in die groep verwijderd.)
Groepsbeelden achtereenvolgens afspelen
1
Selecteer een beeld met het groepsbeeldpictogram ([
en druk op
], [
] of [
])
•• Wanneer u groepsbeelden een voor een afspeelt, worden de optie-instellingen weergegeven.
[Vanaf eerste foto]: de groepsbeelden achtereenvolgens afspelen vanaf het eerste beeld in een
groep.
[Vanaf huidige foto]: d
e groepsbeelden achtereenvolgens afspelen vanaf het beeld dat
momenteel wordt afgespeeld.
■■Bewerkingen tijdens continu afspelen
201
Continu afspelen/pauzeren
Stoppen
Snel terugspoelen
Snel vooruitspoelen
Terugkeren naar het vorige beeld
(gepauzeerd)
Schuiven naar het volgende beeld
(gepauzeerd)
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Het groepsbeeld bekijken
Groepsbeelden een voor een afspelen
1
Selecteer een beeld met het submenu-pictogram
([
]) en druk dan op
•• Het submenu wordt weergegeven.
2
Selecteer met
[MENU/SET]
3
Schuif met
[Groepsweergave] en druk op
Groepsweergave
Uploaden (Wi-Fi)
door de beelden
•• Wanneer u
gebruikt om [Groepsweergave verlaten] te
selecteren en op [MENU/SET] drukt na nogmaals op te
hebben gedrukt, verschijnt het scherm voor normaal afspelen
weer.
•• U kunt dezelfde bewerkingen voor foto’s in een groep gebruiken
als voor het normaal afspelen van foto’s. (Meerdere afspelen,
zoom afspelen, beelden verwijderen enz.)
●●Beelden worden niet gegroepeerd als ze opgenomen worden zonder [Klokinst.] in te stellen.
●●Burstfoto’s die zijn gemaakt op een ander toestel, kunnen niet altijd worden herkend als
groepsbeelden.
202
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Overnemen van foto’s uit films
Een scène uit een film opslaan als een foto.
••Raadpleeg (→195) voor de methode voor het vastleggen van een foto uit een 4K film
die is opgenomen door [4K-FOTO] in te stellen op [ON].
1
Geef het beeld weer dat u als foto wilt
vastleggen door op te drukken om een
film tijdens het afspelen op de camera te
pauzeren
••Wanneer u in de pauzestand op
vooruit/achteruit spoelen.
2
drukt, kunt u snel
Druk op [MENU/SET]
••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer
[Ja] en druk op [MENU/SET]
••De foto wordt opgeslagen met een beeldverhouding
van [16:9] en een [Kwaliteit] van [ ]. De fotoresolutie
verschilt, afhankelijk van de film die wordt afgespeeld.
–– Voor films opgenomen in [Opn. kwaliteit] met [4K]: [M] (8M)
–– Voor films opgenomen in [Opn. kwaliteit] met [FHD], [HD]: [S] (2M)
●●De beeldkwaliteit wordt iets minder, afhankelijk van de [Opn. kwaliteit]-instelling van de
oorspronkelijke film.
●●Wanneer een foto die vastgelegd is vanuit een film, wordt afgespeeld, wordt [ ] weergegeven.
●●Als u een foto wilt vastleggen uit een film terwijl de camera is aangesloten op een tv met de HDMImicrokabel, stelt u [VIERA link] van [TV-verbinding] in het [Set-up]-menu in op [OFF].
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●U kunt geen foto vastleggen uit de volgende films.
•• Films opgenomen in [MP4] met de instelling [VGA/4M/25p]
203
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
U kunt opgenomen beelden beveiligen, het formaat aanpassen, afdrukinstellingen en
andere instellingen voor de opgenomen beelden opgeven.
••Voor de instelprocedures van het menu. (→31)
●●In de volgende gevallen worden er nieuwe beelden gemaakt nadat ze zijn bewerkt. Controleer
voordat u gaat bewerken of er voldoende vrije ruimte is op de geheugenkaart.
•• [RAW-verwerking]
•• [Tekst afdr.]
•• [Intervalvideo]
•• [Stop-motionvideo]
•• [Nw. rs.]
•• [Bijsnijden]
●●Het is niet altijd mogelijk foto’s in te stellen of te bewerken die met andere camera’s zijn gemaakt.
[Diashow]
Beelden automatisch op volgorde afspelen. Aanbevolen voor het bekijken van uw
beelden op een tv-scherm.
1 Stel het menu in
→
2
3
[Afspelen] → [Diashow]
Selecteer met
SET]
het onderdeel en druk op [MENU/
•• Wanneer u [Categorieselectie] selecteert, selecteert u met
een categorie en drukt u op [MENU/SET]. Zie voor
informatie over de categorie (→206).
Selecteer met
[Start] en druk op [MENU/SET]
■■Bediening tijdens de diashow
Pauzeren/afspelen
Stoppen
Vorige
Bedieningsknop
(linksom)
204
Volume omlaag
Volgende
Bedieningsknop
(rechtsom)
Volume omhoog
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
■■Instellingen zoals muziek of weergavetijd wijzigen
Selecteer [Effect] of [Set-up] en druk vervolgens op [MENU/SET].
[Effect]
[Set-up]
[AUTO]/[NATURAL]/[SLOW]/[SWING]/[URBAN]/[OFF]
[Duur]
[1SEC] / [2SEC] / [3SEC] / [5SEC]
[Herhalen]
[ON] / [OFF]
[Geluid]
[OFF]: Er wordt geen muziek of filmgeluid afgespeeld.
[AUTO]: B
ij foto’s wordt er muziek afgespeeld en bij films wordt het
filmgeluid weergegeven.
[Muziek]: Er wordt effectmuziek afgespeeld.
[Audio]: Er wordt geluid afgespeeld van films.
●●Wanneer er [URBAN] is geselecteerd, kan het beeld in zwart/wit verschijnen als schermeffect.
●●[AUTO] kan alleen worden gebruikt wanneer [Categorieselectie] is geselecteerd. De beelden
worden afgespeeld met de aanbevolen effecten voor elke categorie.
●●Wanneer u een diashow afspeelt door [Alleen bew. beeld] of [Categorieselectie] op [
], [ ] of
[ ], in te stellen, wordt [Effect] vastgezet op [OFF].
●●Wanneer u een diashow afspeelt voor een groepsbeeld, en zelfs als [Effect] is ingesteld, worden
de effecten uitgeschakeld.
●●Wanneer panoramafoto’s, films of groepsbeelden worden afgespeeld, wordt de instelling [Duur]
uitgeschakeld.
●●[Duur] kan alleen worden ingesteld wanneer [Effect] is ingesteld op [OFF].
●●Een deel van [Effect] kan niet worden gebruikt wanneer u beelden op televisie weergeeft met een
HDMI-microkabel of wanneer u beelden weergeeft die in de staande positie zijn opgenomen.
●●U kunt geen muziekeffecten toevoegen.
205
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Afspeelfunctie]
Opgenomen beelden kunnen worden weergegeven op diverse manieren.
1 Stel het menu in
→
2
[Afspelen] → [Afspeelfunctie]
Selecteer met
[MENU/SET]
het onderdeel en druk op
Wanneer u [Categor. afsp.] selecteert in stap 2 hierboven
3
Selecteer met
de categorie en druk op [MENU/SET]
•• De beschikbare categorieën zijn als volgt.
[Gezicht herk.]*
[i-Portret], [i-Nachtportret], [i-Baby] in de automatische scènedetectie
[i-Landschap], [i-Zonsonderg.] in de automatische scènedetectie
[i-Nachtportret], [i-Nachtl.schap], [i-Nachtop. uit hand] in de automatische scènedetectie
[i-Voedsel] in de automatische scènedetectie
[Reisdatum]
Een burst foto’s opgenomen door [Burstsnelh.] in te stellen op [SH]
[Intervalopname], [Intervalvideo]
[Stop-motionanimatie], [Stop-motionvideo]
* Selecteer met
een persoon die moet worden afgespeeld en druk op [MENU/SET].
Gezichtsherkenning wordt op alle beelden in de groep toegepast.
●●[Afspeelfunctie] verandert automatisch in [Normaal afsp.] wanneer de camera wordt ingeschakeld
of wanneer van het stand-byscherm voor opname naar het afspeelscherm wordt geschakeld.
●●De categorie voor het opnemen van films is anders dan de categorie foto’s die in sommige
opnamemodi wordt gebruikt. Daarom worden de beelden mogelijk niet afgespeeld.
206
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Locatie vermelden]
Nadat u plaatsinformatie (breedtegraad en lengtegraad) die verkregen is met uw
smartphone/tablet naar dit apparaat hebt verzonden, kunt u deze informatie met dit
apparaat op de beelden schrijven.
Voorbereiding
Plaatsinformatie naar dit apparaat verzenden vanaf uw smartphone/tablet. (→237)
•• U moet "Panasonic Image App" op uw smartphone/tablet installeren. (→228)
1
Stel het menu in
2
Selecteer met
een periode om plaatsinformatie te schrijven en druk
vervolgens op [MENU/SET]
→
[Afspelen] → [Locatie vermelden] → [Locatiegegevens toev.]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
] verschijnt bij beelden waarop plaatsinformatie is vastgelegd.
•• [
■■Plaatsinformatie schrijven afbreken
Druk op [MENU/SET] terwijl de plaatsinformatie wordt geschreven
•• [ ] wordt weergegeven voor de periode van de afbreekbewerking.
Als deze opnieuw wordt geselecteerd terwijl [ ] wordt weergegeven, wordt het schrijven van
plaatsinformatie hervat vanaf het punt waar deze was gestopt.
■■Ontvangen plaatsinformatie verwijderen
Selecteer met
de optie [Locatiegeg. wissen] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
een periode om plaatsinformatie te verwijderen en druk
vervolgens op [MENU/SET]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
●●Plaatsinformatie kan alleen worden geschreven op beelden die met dit apparaat zijn opgenomen.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Plaatsinformatie wordt mogelijk niet geschreven als er onvoldoende vrije ruimte op de kaart is.
●●De plaatsinformatie wordt niet geschreven op beelden die zijn opgenomen nadat u de
plaatsinformatie hebt verzonden (→237).
●●Plaatsinformatie wordt niet op AVCHD-films geschreven.
●●De plaatsinformatie kan niet naar beelden worden geschreven die zijn opgenomen zonder
[Klokinst.] in te stellen.
De plaatsinformatie schrijven met een smartphone/tablet
Wanneer u uw smartphone/tablet als afstandsbediening voor dit apparaat gebruikt, kunt u
de plaatsinformatie op beelden schrijven met de smartphone/tablet. (→238)
207
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[RAW-verwerking]
Met de camera kunt u foto’s ontwikkelen die in de bestandsindeling RAW zijn
opgenomen. De gemaakte foto’s worden in JPEG-indeling opgeslagen. U kunt de foto’s
ontwikkelen terwijl u de effecten op het scherm bevestigt.
1 Stel het menu in
→
2
3
208
[Afspelen] → [RAW-verwerking]
Druk op
om het RAW-bestand te selecteren en
druk op [MENU/SET]
Druk op
om de optie te selecteren
•• De volgende onderdelen kunnen worden ingesteld. De instellingen die tijdens het opnemen
worden gebruikt, worden op het moment van instelling toegepast.
[Witbalans]
U kunt de witbalans selecteren om aanpassingen te verrichten. Wanneer
u een onderdeel selecteert met [ ], kunt u de foto’s ontwikkelen met
dezelfde instellingen die voor het opnemen toegepast zijn.
[Belichtingscomp.]
U kunt belichtingscompensatie uitvoeren in het bereik van –1 EV tot
+1 EV.
[Fotostijl]
U kunt de [Fotostijl]-effecten selecteren ([Standaard], [Levendig],
[Natuurlijk], [Zwart-wit], [Landschap] of [Portret]).
[Int.dynamiek]
U kunt de [Int.dynamiek]-instellingen selecteren ([HIGH], [STANDARD],
[LOW] of [OFF]).
[Contrast]
U kunt het contrast aanpassen.
[Markeren]
U kunt de helderheid van een licht gebied aanpassen.
[Schaduw]
U kunt de helderheid van een schaduwgebied aanpassen.
[Verzadiging] /
[Kleurtoon]
U kunt de verzadiging aanpassen. (U kunt de kleur aanpassen wanneer
[Zwart-wit] is geselecteerd voor [Fotostijl].)
[Filtereffect]
U kunt een filtereffect selecteren. (Alleen wanneer [Zwart-wit] is
geselecteerd voor [Fotostijl])
[Ruisreductie]
U kunt ruisonderdrukking instellen.
[I.resolutie]
U kunt de [I.resolutie]-instellingen ([HIGH], [STANDARD], [LOW],
[EXTENDED] of [OFF]) selecteren.
[Scherpte]
U kunt de indruk van resolutie aanpassen.
[Set-up]
U kunt de volgende instellingen verrichten.
[Aanpassingen herstellen]: U kunt de instellingen herstellen naar de
instellingen die tijdens het opnemen zijn
gebruikt.
[Kleurruimte]: U kunt [Kleurruimte] selecteren uit ofwel [sRGB] ofwel
[Adobe RGB].
[Fotoresolutie]: U kunt de fotoresolutie selecteren ([L], [M] of [S]) van
een JPEG-bestand wanneer u foto’s opslaat.
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
4
Druk op [MENU/SET] om in te stellen
5
Druk op [MENU/SET]
6
Druk op
•• De instelmethoden variëren per onderdeel. Zie "Onderdelen instellen" voor details.
•• Het scherm in stap 3 verschijnt weer. Wanneer u nog een onderdeel wilt instellen, herhaalt u
stap 3 tot en met 5.
om [Start verwerking] te selecteren en druk op [MENU/SET]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
■■Onderdelen instellen
Wanneer u een onderdeel selecteert, verschijnt het instelscherm.
Bedieningsknop
Gebruikt om aanpassingen te verrichten
Gebruikt om het instelscherm voor
kleurtemperatuur weer te geven (→105)
(Alleen wanneer [Witbalans] is ingesteld op
[ ])
Gebruikt om het scherm voor verfijning van
witbalans weer te geven (→105)
(Alleen wanneer [Witbalans] is ingesteld)
[DISP.]
[MENU/SET]
Gebruikt om het vergelijkingsscherm weer
te geven
Gebruikt om een instelling die u zojuist hebt
verricht, definitief te maken en terug te keren
naar het onderdeelselectiescherm
••Als u [Ruisreductie], [I.resolutie], of [Scherpte] hebt geselecteerd, wordt het
vergelijkingsscherm niet weergegeven.
••Beelden kunnen vergroot worden met de zoomhendel.
De volgende bewerkingsmethoden zijn beschikbaar om aanpassingen te verrichten op
het vergelijkingsscherm.
Bedieningsknop
[DISP.]
[MENU/SET]
209
Gebruikt om aanpassingen te verrichten
Gebruikt om terug te keren naar het
instelscherm
Gebruikt om een instelling die u zojuist hebt
verricht, definitief te maken en terug te keren
naar het onderdeelselectiescherm
Huidige instelling
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
Wanneer [Set-up] wordt geselecteerd
Wanneer u een onderdeel selecteert, wordt het scherm voor de selectie van
[Aanpassingen herstellen], [Kleurruimte] of [Fotoresolutie] weergegeven.
Selecteer met
het onderdeel en druk op [MENU/SET]
•• Wanneer [Aanpassingen herstellen] is geselecteerd, wordt een bevestigingsscherm
weergegeven. Wanneer u [Ja] selecteert, verschijnt het onderdeelselectiescherm weer.
Selecteer met
de instelling en druk op [MENU/SET]
●●Het resultaat van een RAW-bestand dat door deze camera is ontwikkeld en een RAW-bestand
dat is ontwikkeld door de bijgeleverde dvd-software "SILKYPIX Developer Studio" is niet precies
hetzelfde.
●●Het bereik dat kan worden ingesteld bij het gebruik van belichtingscompensatie, verschilt van het
bereik dat tijdens het opnemen wordt gebruikt.
●●De instelling [Witbalans] van foto’s opgenomen met [Multi-belicht.] wordt vastgezet op de instelling
die tijdens het opnemen wordt gebruikt.
●●Als [Rode-ogencorr] tijdens het opnemen is geactiveerd, kunt u [RAW-verwerking] in het
[Afspelen]-menu gebruiken om JPEG-beelden op te slaan waarin rode ogen zijn gedetecteerd en
gecorrigeerd.
●●U kunt geen RAW-verwerking uitvoeren op meerdere foto’s tegelijk.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Wanneer een AV-kabel (optioneel) of een HDMI-microkabel is aangesloten, is [RAW-verwerking]
uitgeschakeld.
●●U kunt RAW-verwerking alleen uitvoeren op beelden die met dit apparaat zijn opgenomen. [RAWverwerking] kan niet worden gebruikt voor beelden die op andere apparaten zijn opgenomen of
voor beelden die in andere indelingen dan RAW zijn opgenomen.
210
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Titel bew.]
U kunt lettertekens (opmerkingen) op een opgenomen beeld invoeren.
1 Stel het menu in
→
2
[Afspelen] → [Titel bew.] → [Enkel] of [Multi]
Selecteer een foto
[Enkel]
Selecteer met
Titel
bew.
een foto en druk op [MENU/SET]
[Multi] (tot 100 beelden)
Selecteer met
•• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
•• Uitvoeren → Selecteer met [Uitvoer.] en druk op [MENU/SET].
3
Instelling [Titel bew.]
een foto en druk op [MENU/SET]
Uitvoer.
[Titel bew.] al ingesteld
Voer lettertekens in (Tekst invoeren (→52))
•• Om een titel te wissen, verwijdert u alle letters ervan in het tekstinvoerscherm.
●●Gebruik voor het afdrukken van tekst [Tekst afdr.] of "PHOTOfunSTUDIO" op de bijgeleverde dvd.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
•• Films
•• Foto’s gemaakt met de [Kwaliteit]-instelling [
211
], [
] of [ ]
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Tekst afdr.]
U kunt de opnamedatum en -tijd, namen, de reisbestemming, reisdatums enzovoort op de
gemaakte foto’s afdrukken.
1 Stel het menu in
→
2
[Afspelen] → [Tekst afdr.] → [Enkel] of [Multi]
Selecteer een foto
[Enkel]
Selecteer met
Tekst
afdruk.
een foto en druk op [MENU/SET]
[Multi] (tot 100 beelden)
Selecteer met
een foto en druk op [MENU/SET]
(
Instelling [Tekst afdr.]
[Tekst afdr.] al ingesteld)
•• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
•• Uitvoeren→ Selecteer met [Uitvoer.] en druk op [MENU/SET].
Uitvoer.
3
4
5
6
7
212
Selecteer met
[Inst.] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
het onderdeel en druk op [MENU/SET] (→213)
Selecteer met
Druk op de [
Selecteer met
de instelling en druk op [MENU/SET] (→213)
]-knop
[Uitvoer.] en druk op [MENU/SET]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
■■Onderdelen die kunnen worden afgedrukt
[Opnamedatum]
[Naam]
[ZON.TIJD]: Opnamedatum afdrukken
[MET TIJD]: Opnamedatum en -tijd afdrukken
: De naam die staat geregistreerd in de gezichtsherkenning, wordt
afgedrukt
: de naam die staat geregistreerd in [Profiel instellen] wordt afgedrukt
[Locatie]
Afdrukken van de locatie die is geregistreerd via het menu [Set-up], in
[Reisdatum]
[Reisdatum]
Hiermee drukt u het aantal dagen af dat verstreken is sinds de reisdatum die
in het menu [Set-up] onder [Reisdatum] is ingesteld
[Titel]
De tekst die staat geregistreerd onder [Titel bew.] wordt afgedrukt
••Onderdelen die op [OFF] zijn gezet, worden niet afgedrukt.
●●Gebruik in een winkel of op een printer geen algemene datumafdrukinstellingen bij foto’s
met datumafdruk. (De datumafdruk kan overlappen.)
●●Tekens kunnen op sommige printers worden afgesneden.
●●Als u tekst op de foto’s in een groep afdrukt, worden die foto’s als nieuwe foto’s opgeslagen.
●●Tekst is moeilijk leesbaar als deze op foto’s wordt afgedrukt van 0.3M of minder.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
•• Films
•• Foto’s gemaakt met de [Kwaliteit]-instelling [ ]
•• Panoramabeelden
•• Foto’s waarop al andere teksten zijn afgedrukt
•• Foto’s die zijn gemaakt zonder de klok in te stellen
213
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Splits video]
Een enkele film kan gesplitst worden in 2 delen. Dit is handig wanneer u alleen de beste
scènes wilt bewaren, of als u overbodige scènes wilt verwijderen om meer ruimte te
maken op uw kaart, zoals op reis.
1 Stel het menu in
→
[Afspelen] → [Splits video]
2
3
Selecteer met
4
Druk op
Druk op
een film om te splitsen en druk op [MENU/SET]
op het punt waar u een film wilt opsplitsen om deze te pauzeren
•• Als u op
drukt terwijl de film gepauzeerd is, kunt u de splitsposities nauwkeuriger instellen
in een film.
•• Als u opnieuw op drukt, wordt de film afgespeeld vanaf de laatste positie voordat de pauze
werd geactiveerd.
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] en druk
op [MENU/SET].
•• De oorspronkelijke film die is gesplitst, blijft niet bestaan.
(Het enige dat overblijft, zijn de 2 films die het resultaat zijn van
de splitsing.)
●●Tijdens het splitsen mag u de camera niet uitschakelen of de kaart of batterij verwijderen. Als u dat
wel doet, kunnen de filmbeelden worden gewist.
●●Als u een film onderverdeelt die is opgenomen in [MP4] met de beeldweergavevolgorde
ingesteld op [FILE NAME], zal de volgorde van de beelden veranderen. Het is aanbevolen om de
weergavevolgorde in te stellen op [DATE/TIME] of om voor de weergave [Kalender] te gebruiken.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Films kunnen niet gesplitst worden op een positie vlak bij het begin of eind van de film.
●●Films met een korte opnametijd kunnen niet worden gesplitst.
214
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Intervalvideo]
U kunt een film maken op basis van de beelden in een groep die is opgenomen met
[Intervalopname]. De film die u gemaakt hebt, wordt opgeslagen in de MP4-indeling.
1 Stel het menu in
→
2
3
[Afspelen] → [Intervalvideo]
Selecteer met
de met [Intervalopname] opgenomen beeldgroep en druk op
[MENU/SET]
Maak een film nadat een productiemethode is geselecteerd
•• De procedure is hetzelfde als die gebruikt wordt voor het maken van een film na het opnemen
van beelden met [Intervalopname]. Raadpleeg voor meer informatie stap 5 en daarop volgende
stappen (→154).
Voor meer informatie over de film die u maakte, raadpleegt u (→155).
[Stop-motionvideo]
U kunt een film maken op basis van de beelden in een groep die is opgenomen met
[Stop-motionanimatie]. De film die u gemaakt hebt, wordt opgeslagen in de MP4-indeling.
1 Stel het menu in
→
2
3
215
[Afspelen] → [Stop-motionvideo]
Selecteer met
een stop-motion-animatiegroep en druk op [MENU/SET]
Maak een film nadat een productiemethode is geselecteerd
•• De procedure is hetzelfde als die gebruikt wordt voor het maken van een film na het opnemen
van beelden met [Stop-motionanimatie]. Raadpleeg voor meer informatie stap 8 en daarop
volgende stappen (→157).
Voor meer informatie over de film die u maakte, raadpleegt u (→158).
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Nw. rs.]
De fotoresolutie kan worden verkleind als u foto’s als e-mailbijlage wilt meesturen, wilt
gebruiken op uw website, enzovoort.
1 Stel het menu in
→
2
[Afspelen] → [Nw. rs.] → [Enkel] of [Multi]
Selecteer een foto en een fotoresolutie
[Enkel]
Selecteer met
een foto en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
een formaat en druk op [MENU/SET]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja]
kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
[Multi] (tot 100 beelden)
Selecteer met
een formaat en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
een foto en druk op [MENU/SET]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja]
kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
•• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
•• Uitvoeren → Selecteer met [Uitvoer.] en druk op [MENU/SET].
Uitvoer.
Instelling nieuwe resolutie
●●Na het wijzigen van de resolutie is de beeldkwaliteit minder.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Foto’s die op het kleinste opnamepixelniveau zijn opgenomen, kunnen niet verder worden
verkleind.
●●De resolutie kan niet worden gewijzigd van de volgende beelden:
•• Films
•• Foto’s gemaakt met de [Kwaliteit]-instelling [ ]
•• Panoramabeelden
•• Groepsbeelden
•• Foto’s waarop al andere teksten zijn afgedrukt
216
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Bijsnijden]
Uw foto’s vergroten en ongewenste gebieden wegsnijden.
1 Stel het menu in
→
2
3
[Afspelen] → [Bijsnijden]
Selecteer met
een foto en druk op [MENU/SET]
Selecteer het gebied dat u wilt wegsnijden en druk dan
op [MENU/SET]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest,
wordt de bewerking uitgevoerd.
Vergroten
Wijzigingspositie
●●Voer de bijsnijding uit voor elk beeld in de groep. (U kunt beelden in groepen niet bewerken.)
●●Als u een beeld in de groep bijsnijdt, wordt het als een nieuw beeld opgeslagen.
●●De oorspronkelijke gegevens voor gezichtsherkenning worden niet gekopieerd wanneer u de
foto’s bijsnijdt.
●●Na het bijsnijden neemt de beeldkwaliteit af.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
•• Films
•• Foto’s gemaakt met de [Kwaliteit]-instelling [ ]
•• Panoramabeelden
•• Foto’s waarop andere teksten al zijn afgedrukt
217
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Roteren]/[Scherm roteren]
U kunt een foto die staand is opgenomen, automatisch weergeven door deze te maken
terwijl u de camera verticaal houdt, of het beeld handmatig in stappen van 90 graden
draaien.
[Roteren]
Een beeld handmatig draaien
••U kunt [Roteren] niet selecteren wanneer [Scherm roteren] is ingesteld op [OFF].
1 Stel het menu in
→
[Afspelen] → [Roteren]
2
Selecteer met
een beeld en druk op [MENU/SET]
3
Selecteer met
[MENU/SET]
de draairichting en druk op
•• U kunt groepsbeelden niet draaien.
[
[
]: een beeld 90 graden rechtsom draaien.
]: een beeld 90 graden linksom draaien.
[Scherm roteren]
1
Een beeld automatisch draaien om weer te geven
Stel het menu in
→
[Afspelen] → [Scherm roteren] → [ON]
•• Wanneer deze functie ingesteld is op [OFF], wordt het beeld weergegeven zonder de richting te
veranderen.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Wanneer u beelden op een pc afspeelt, kunnen ze niet in de gedraaide richting worden
weergegeven, tenzij het besturingssysteem of de software compatibel is met Exif. Exif is een
bestandsindeling voor foto’s die het mogelijk maakt opnamegegevens enzovoort toe te voegen.
Deze is ontwikkeld door "JEITA (Japan Electronics and Information Technology Industries
Association)".
●●Een beeld wordt niet altijd automatisch gedraaid om dit staand weer te geven op het scherm voor
meerdere afspelen, dat wordt weergegeven voor instellingen zoals [Multi wissen].
218
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Favorieten]
Door uw favoriete beelden te markeren met een ster [ ], kunt u vlot alleen uw favoriete
beelden afspelen of kunt u alle beelden behalve uw favorieten verwijderen.
1 Stel het menu in
→
2
[Afspelen] → [Favorieten] → [Enkel] of [Multi]
Selecteer een beeld
[Enkel]
Selecteer met
een beeld en druk op [MENU/SET]
•• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
Favorietbeeldmarkering
[Multi] (tot 999 beelden)
Selecteer met
een beeld en druk op [MENU/SET]
•• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
1
2
3
4
5
6
Favorietbeeldmarkering
■■Alles ongedaan maken
In stap 1 selecteert u [Favorieten] → [Annul] → [Ja] en drukt u vervolgens op
[MENU/SET]
●●Wanneer u [Favorieten] instelt voor een beeld in een groep, wordt het aantal ingestelde beelden
weergegeven met het pictogram [Favorieten] van het eerste beeld.
●●Alleen wanneer [Afspeelfunctie] is ingesteld op [Normaal afsp.], kunt u [Annul] selecteren.
Niet beschikbaar in het volgende geval:
•• Foto’s gemaakt met de [Kwaliteit]-instelling [ ]
219
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Print inst.]
Hier kunt u instellingen voor beeld/beeldnr./datum afdrukken maken, voor als u afdrukt
met een DPOF-geschikte printer of bij een DPOF-geschikte fotozaak. (Vraag bij de
fotozaak of ze DPOF kunnen afdrukken.)
1 Stel het menu in
→
2
[Afspelen] → [Print inst.] → [Enkel] of [Multi]
Selecteer een foto
[Enkel]
Selecteer met
een foto en druk op [MENU/SET]
Aantal
Datum
[Multi]
Selecteer met
een foto en druk op [MENU/SET]
1
4
Aantal
3
Stel met
2
3
5
6
Datum
het aantal foto’s in en druk op [MENU/SET]
(Herhaal stap 2 en 3 bij gebruik van [Multi] (tot 999 beelden))
•• Instelling/opheffen datumafdruk → Druk op .
■■Alles ongedaan maken
In stap 1 selecteert u [Print inst.] → [Annul] → [Ja] en drukt u vervolgens op
[MENU/SET]
●●Wanneer u [Print inst.] uitgevoerd hebt voor beelden in een groep, worden afdrukinstellingen
uitgevoerd voor het totale aantal beelden dat in die groep is ingesteld. Als het totale aantal
beelden 1.000 of hoger is, wordt [999+] weergegeven.
●●Wanneer u [Print inst.] uitvoert voor een beeld in een groep, worden het aantal ingestelde beelden
en het totale aantal beelden weergegeven met het afdrukinstellingspictogram van het eerste
beeld.
●●U kunt geen datumafdruk instellen voor beelden waarop een [Tekst afdr.] is toegepast.
●●Afhankelijk van uw type printer kunnen de printer-instellingen wel eens voorrang krijgen boven de
camera-instellingen.
●●Sommige DPOF-informatie (afdrukinstellingen) die zijn ingesteld op andere apparaten, kunnen
niet worden gebruikt. Verwijder in dergelijke gevallen alle DPOF-informatie en stel deze
vervolgens opnieuw in met deze camera.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
•• Films
•• Foto’s gemaakt met de [Kwaliteit]-instelling [ ]
•• Niet te gebruiken voor bestanden die niet voldoen aan de DCF-norm.
220
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Beveiligen]
Beveiliging instellen om te voorkomen dat beelden worden gewist. Voorkomt dat
belangrijke beelden worden gewist.
1 Stel het menu in
→
2
[Afspelen] → [Beveiligen] → [Enkel] of [Multi]
Selecteer een beeld
[Enkel]
Selecteer met
een beeld en druk op [MENU/SET]
•• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
Beeld beveiligd
[Multi]
Selecteer met
een beeld en druk op [MENU/SET]
•• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
1
2
3
4
5
6
Beeld beveiligd
■■Alles ongedaan maken
In stap 1 selecteert u [Beveiligen] → [Annul] → [Ja] en drukt u vervolgens op
[MENU/SET]
Wanneer u de schrijfbeveiligingsschakelaar op de kaart op de positie "LOCK" zet,
wordt het beeld niet gewist.
●●Het beeld wordt gewist tijdens het formatteren, zelfs als het beveiligd is.
●●Kan mogelijk niet worden gebruikt wanneer u andere apparaten gebruikt.
●●Wanneer u [Beveiligen] instelt voor een beeld in een groep, wordt het aantal ingestelde beelden
weergegeven met het pictogram [Beveiligen] van het eerste beeld.
221
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Gez.herk. bew.]
De herkenningsinformatie voor beelden met een onjuiste gezichtsherkenning bewerken
of verwijderen.
1 Stel het menu in
→
[Afspelen] → [Gez.herk. bew.] → [REPLACE] of [DELETE]
2
3
Selecteer met
een beeld en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
een persoon en druk op [MENU/SET]
4
Selecteer met
[MENU/SET]
5
•• Als u [DELETE] wilt uitvoeren, gaat u naar stap 5.
•• Mensen van wie de gezichtsherkenningsinformatie niet is geregistreerd, kunnen niet worden
geselecteerd.
Selecteer met
een andere, vervangende persoon en druk op
[Ja] en druk op [MENU/SET]
●●Wanneer de gezichtsherkenningsinformatie is verwijderd, kan deze niet worden teruggezet.
●●Beelden waarvoor alle gezichtsherkenningsinformatie is verwijderd, worden niet gesorteerd in de
gezichtsherkenning tijdens [Categor. afsp.] of [Categorieselectie].
●●Bewerk de gezichtsherkenningsinformatie in groepen voor een groepsbeeld. (U kunt de informatie
niet bewerken voor elk beeld in een groep.)
●●U kunt alleen het eerste beeld in een groep bewerken.
222
SQW0028
Beelden afspelen en bewerken
Gebruik van het [Afspelen]-menu
[Foto's sorteren]
U kunt de weergavevolgorde instellen die voor het afspelen van beelden op dit apparaat
wordt gebruikt.
1 Stel het menu in
→
2
[Afspelen] → [Foto's sorteren]
Selecteer met
het onderdeel en druk op [MENU/SET]
Hiermee geeft u beelden op volgorde van mapnaam of bestandsnaam
weer. Met deze weergave-indeling kunt u de opslaglocatie van een beeld
op een kaart gemakkelijker terugvinden.
Hiermee geeft u beelden weer op de datum en tijd waarop de beelden
zijn opgenomen, in chronologische volgorde. Wanneer de beelden
zijn opgenomen met verschillende camera’s en op dezelfde kaart zijn
opgeslagen, kunt u met deze weergave-indeling een specifiek beeld
gemakkelijker vinden.
[FILE NAME]
[DATE/TIME]
●●Beelden worden mogelijk niet weergegeven overeenkomstig de [DATE/TIME] volgorde
onmiddellijk nadat een kaart in dit apparaat is gestoken. Wacht in dat geval even totdat de
beelden in de volgorde [DATE/TIME] worden weergegeven.
[Wissen bevestigen]
U kunt de ja/nee-opties die u wilt selecteren, eerst op het
bevestigingsscherm instellen wanneer u een beeld wist en
kiezen voor [Ja] of [Nee].
Eerst "Ja"
Eerst "Nee"
1
Stel het menu in
2
Selecteer met
→
[Eerst "Ja"]
[Eerst "Nee"]
223
[Afspelen] → [Wissen bevestigen]
het onderdeel en druk op [MENU/SET]
[Ja] is standaard geselecteerd om snel een beeld te kunnen
verwijderen.
[Nee] is standaard geselecteerd. Met deze instelling voorkomt u dat u
per ongeluk beelden wist.
SQW0028
Wi-Fi
Wi-Fi®-functie en NFC-functie
■■De camera als draadloos LAN-apparaat gebruiken
Wanneer u apparatuur of computersystemen gebruikt die een betrouwbaardere
beveiliging nodig hebben dan draadloze LAN-apparatuur, dient u te zorgen dat de juiste
maatregelen worden genomen voor veiligheidsontwerpen en defecten voor de gebruikte
systemen. Panasonic accepteert geen verantwoordelijkheid voor schade als het gevolg
van het gebruik van de camera voor andere doeleinden dan als draadloos LAN-apparaat.
■■Gebruik van de Wi-Fi-functie van deze camera wordt verondersteld plaats te
vinden in landen waar deze camera wordt verkocht
Het risico bestaat dat de camera de wetgeving met betrekking tot radiogolven overtreedt
wanneer deze wordt gebruikt in andere landen dan de landen waar deze camera wordt
verkocht en Panasonic accepteert geen aansprakelijkheid voor overtredingen.
■■Het risico bestaat dat gegevens die via radiogolven worden verzonden en
ontvangen, worden onderschept
Houd er rekening mee dat er een risico bestaat dat gegevens die via radiogolven
worden verzonden en ontvangen, door derden worden onderschept. We raden u aan
de versleuteling in te schakelen in de instellingen van uw draadloze toegangspunt om
de beveiliging van uw informatie te garanderen.
■■Gebruik de camera niet op plaatsen met magnetische velden, statische
elektriciteit of interferentie
••Gebruik de camera niet op plaatsen met magnetische velden, statische elektriciteit of interferentie,
zoals in de buurt van magnetrons. Radiogolven bereiken de camera dan mogelijk niet.
••Het gebruik van de camera in de buurt van apparaten zoals magnetrons of draadloze
telefoons die gebruik maken van de radiofrequentieband van 2,4 GHz, kunnen tot
een verslechtering van de prestaties in beide apparaten leiden.
■■Verbind het apparaat niet met een draadloos netwerk wanneer u geen
toestemming hebt voor het gebruik ervan
Wanneer de camera de Wi-Fi-functie gebruikt, wordt automatisch naar draadloze
netwerken gezocht. In dit geval kunnen er draadloze netwerken worden weergegeven
die u niet mag gebruiken (SSID*). Probeer echter geen verbinding met het netwerk te
maken, want dit kan worden gezien als onrechtmatige toegang.
* Met SSID wordt de naam bedoeld die gebruikt wordt ter identificatie van een netwerk over een
draadloze LAN-verbinding. Als de SSID tussen de twee apparaten overeenkomt, is verzending mogelijk.
■■Voordat u de camera gaat gebruiken
••Als u de Wi-Fi-functie op dit apparaat wilt gebruiken, hebt u een draadloos
toegangspunt of een doelapparaat voorzien van de draadloze LAN-functie nodig.
■■De camera is compatibel met NFC
Met de NFC-functie (Near Field Communication) kunnen de
camera en een smartphone/tablet gemakkelijk de informatie
uitwisselen die nodig is voor het opzetten van een Wi-Fiverbinding.
224
SQW0028
Wi-Fi
Wi-Fi®-functie en NFC-functie
■■Het Wi-Fi-verbindingslampje
Wi-Fi-verbindingslampje
Brandt blauw: Wanneer de Wi-Fi-functie op "ON" staat
Blauw knipperend: Bij het verzenden van gegevens
[Wi-Fi]-knop
■■Informatie over de [Wi-Fi]-knop
U kunt de [Wi-Fi]/[Fn2]-knop op twee manieren gebruiken, ofwel als de [Wi-Fi]knop voor weergave in de zoeker of als een functieknop [Fn2].
Deze is ingesteld op [Wi-Fi] op het moment van aanschaf.
Voor meer informatie over de functieknop (→37)
••Voordat een Wi-Fi-verbinding tot stand is gebracht, drukt u op de [Wi-Fi]-knop om de
volgende bewerkingen uit te voeren:
→
[Set-up] → [Wi-Fi] →
(U kunt hetzelfde menu ook weergeven door
[Wi-Fi-functie] te selecteren.)
[Nieuwe verbinding]
[Selecteer doelapparaat uit
geschiedenis] (→268)
[Selecteer doelapparaat uit favorieten]
(→268)
225
SQW0028
Wi-Fi
Wi-Fi®-functie en NFC-functie
••Als u op de [Wi-Fi]-knop drukt tijdens een Wi-Fi-verbinding, wordt de volgende
bewerking ingeschakeld.
[Verbinding beëindigen]
Hiermee verbreekt u de Wi-Fi-verbinding.
[Doelapparaat wijzigen]*1
Hiermee verbreekt u de Wi-Fi-verbinding en kunt u
een andere Wi-Fi-verbinding selecteren.
[Instellingen wijzigen voor versturen]*2
Voor meer informatie (→271).
[Huidig apparaat in favorieten
registreren]*1
Als u de huidige verbindingsbestemming of
verbindingsmethode registreert, kunt u eenvoudig de
volgende keer met dezelfde verbindingsmethode een
verbinding maken.
[Netwerkadres]
Hiermee geeft u het MAC-adres en het IP-adres van
dit apparaat weer (→273).
*1 Dit onderdeel wordt niet aangegeven als u op
drukt om beelden naar een WEB-services te
verzenden terwijl de beelden worden getoond (→254).
*2 Dit onderdeel wordt niet weergegeven als de bestemming voor [Op afstand opnemen en
weergeven], [Weergeven op tv] of [Afbeeldingen versturen van camera] is ingesteld op
[Printer].
●●Verwijder nooit de geheugenkaart of batterij en ga nooit naar een gebied zonder ontvangst
terwijl u beelden verzendt.
●●De camera kan niet worden gebruikt om een verbinding tot stand te brengen met een openbare
draadloze LAN-verbinding.
●●Gebruik een apparaat dat compatibel is met IEEE802.11b, IEEE802.11g of IEEE802.11n wanneer
u een draadloos toegangspunt gebruikt.
●●We raden u aan een volledig opgeladen batterij te gebruiken wanneer u beelden verzendt.
●●Wanneer de batterij-indicator rood knippert, wordt de verbinding met andere apparatuur niet altijd
gestart of kan de verbinding worden verbroken. (Er wordt een bericht zoals [Communicatiefout]
weergegeven.)
●●Bij het verzenden van beelden op een mobiel netwerk, maakt u mogelijk hoge
pakketcommunicatiekosten, afhankelijk van de details van uw contract.
●●Mogelijk worden beelden niet volledig verzonden, afhankelijk van de staat van de radiogolven.
Als de verbinding tijdens de verzending van beelden wordt verbroken, kunnen er beelden met
ontbrekende gedeelten worden verzonden.
●●Het beeld op de monitor kan een ogenblik vervormd raken als u met de service verbonden bent.
Dit is echter niet van invloed op het verzonden beeld.
226
SQW0028
Wi-Fi
Wat u kunt doen met de Wi-Fi-functie
De camera bedienen door deze aan te sluiten op een smartphone
(→228)
Beelden opnemen via een smartphone (opnemen op afstand)
Beelden in de camera op een smartphone/tablet afspelen
Beelden in de camera op de smartphone/tablet opslaan
Beelden in de camera naar sociale-netwerkdiensten verzenden
De plaatsinformatie op beelden in de camera schrijven
Gemakkelijk verbinden, gemakkelijk
beelden overbrengen
U kunt gemakkelijk de Wi-Fi-functies
gebruiken door op de [Wi-Fi]-knop te drukken
en deze ingedrukt te houden, of met de NFCfunctie.
Indrukken
en ingedrukt
houden
Houd het apparaat
dicht bij de camera
of
Foto’s weergeven op een tv (→242)
Draadloos afdrukken (→243)
Beelden naar een AV-apparaat sturen (→244)
Foto’s en films kunnen naar een AV-apparaat in de thuisomgeving worden verzonden
(AV-apparatuur thuis).
Beelden naar een pc sturen (→247)
Gebruik van WEB-services (→251)
Via "LUMIX CLUB" kunt u foto’s en films naar sociale-netwerkdiensten enzovoort
sturen. U kunt foto’s en films op een pc of een smartphone/tablet ontvangen via de
cloudsynchronisatie-service.
••Hierna wordt in deze handleiding de term "smartphone" zowel voor smartphones als
tablets gebruikt, tenzij een specifiek onderscheid wordt gemaakt.
227
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone
te verbinden
U kunt de camera op afstand bedienen met een smartphone.
De "Panasonic Image App" (hierna "Image App" genoemd) moet op uw smartphone
geïnstalleerd zijn.
De app "Panasonic Image App" voor smartphone/tablet
installeren
De "Image App" is een app die door Panasonic wordt aangeboden en waarmee uw
smartphone de volgende bewerkingen van een Wi-Fi-compatibele LUMIX kan uitvoeren.
Voor Android™-apps
Ondersteunde
Android 2.3.3 of later*
besturingssystemen
Installatieprocedure
Maak met uw Android-apparaat
verbinding met een netwerk
Selecteer "Google PlayTM Store"
Voer in het zoekveld "Panasonic
Image App" of "LUMIX" in om de
app te zoeken
Selecteer "Panasonic Image App" en
installeer de app
•• Het pictogram wordt aan
het menu toegevoegd.
Voor iOS-apps
iOS 6.0 of later
(De iPhone 3GS wordt niet
ondersteund.)
Maak met uw iOS-apparaat
verbinding met het netwerk
Selecteer "App StoreSM"
Voer in het zoekveld "Panasonic
Image App" of "LUMIX" in om de
app te zoeken
Selecteer "Panasonic Image App" en
installeer de app
•• Het pictogram wordt aan
het menu toegevoegd.
* Om dit apparaat te verbinden met [Wi-Fi Direct] is Android OS 4.0 of hoger vereist en moet het
apparaat compatibel zijn met Wi-Fi Direct™.
••Gebruik de nieuwste versie.
••Ondersteunde besturingssysteemversies per september 2014. De ondersteunde
besturingssysteemversies zijn onderhevig aan wijzigingen zonder voorafgaande
kennisgeving.
••Sommige schermen en informatie die in dit document wordt geboden, kunnen
afwijken, afhankelijk van het ondersteunde besturingssysteem en de versie van
"Image App".
••De service kan niet altijd correct worden gebruikt, afhankelijk van het gebruikte
type smartphone.
••Raadpleeg voor meer informatie over de bedieningsprocedure enzovoort [Help]
in het menu van "Image App".
••Zie de ondersteuningssite hieronder voor de nieuwste informatie over de "Image
App".
http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/ (Deze website is alleen in het Engels
beschikbaar.)
•• Bij het downloaden van de app op een mobiel netwerk maakt u mogelijk hoge
pakketcommunicatiekosten, afhankelijk van de details van uw contract.
228
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
Verbinding maken met een smartphone
U kunt gemakkelijk een Wi-Fi-verbinding tot stand brengen op de camera door op de [WiFi]-knop te drukken en deze ingedrukt te houden, of met de NFC-functie.
Voorbereiding
Installeer "Image App" van tevoren. (→228)
1
Druk op de [Wi-Fi]-knop en houd deze ingedrukt
Wi-Fi-verbindingslampje
(Brandt blauw)
[Wi-Fi]-knop
•• De vereiste informatie (QR-code, SSID en wachtwoord) voor het
maken van een rechtstreekse verbinding tussen uw smartphone
en dit apparaat wordt weergegeven.
•• Na de tweede keer, wordt het scherm voor de eerder gebruikte
verbindingsmethode weergegeven.
•• Hetzelfde scherm kan worden weergegeven door als volgt
onderdelen van het menu te selecteren.
→ [Nieuwe verbinding] →
[Op afstand opnemen en weergeven]
2
229
SSID en wachtwoord
QR-code
•• Wanneer u op [MENU/SET] op de camera drukt, wordt de
QR-code vergroot weergegeven. Als u de code moeilijk kunt
lezen, gebruikt u de vergrote weergave. (Als uw smartphone de
QR-code niet kan lezen, zet u de camera uit de buurt van de
smartphone of gebruikt u een andere verbindingsmethode dan
de QR-code.)
•• Druk op de [DISP.]-knop en selecteer de verbindingsmethode om
de verbindingsmethode te wijzigen. (→232)
Bedien de smartphone
•• Wanneer de verbinding tot stand gebracht is, worden live beelden die door de camera zijn
vastgelegd, op uw smartphone weergegeven.
(Na instelling kan het even duren voordat de verbinding tot stand gebracht is.)
•• De verbindingsmethode verschilt, afhankelijk van de gebruikte smartphone. (→230, 231)
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
■■Gebruik van een iOS-apparaat
••Wanneer een QR-code wordt gelezen om te verbinden
(Stap tot en met zijn niet nodig wanneer u opnieuw verbinding wilt maken.)
Start "Image App" (→228)
Selecteer [QR-code] → [OK]
Lees de QR-code die op dit apparaat wordt weergegeven met "Image App"
(Wanneer u op [MENU/SET] op de camera drukt, wordt de QR-code vergroot
weergegeven.)
Installeer het IMAGE APP-profiel
Selecteer [Installeer]* en selecteer vervolgens [Installeer nu]*→
[Gereed]*.
•• Het bericht wordt in de webbrowser weergegeven.
•• Als er een wachtwoordcode vereist is om de smartphone te
ontgrendelen, moet u de wachtwoordcode invoeren.
Druk op de knop Home om de webbrowser te sluiten
Selecteer [Wi-Fi]* onder [Instellingen]* op de smartphone
Schakel [Wi-Fi]* in en selecteer de SSID die op dit apparaat wordt weergegeven
Ga terug naar het scherm Home en start "Image App" (→228)
* De weergave kan verschillen, afhankelijk van de ingestelde systeemtaal.
230
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
••Wanneer u verbinding maakt met SSID en wachtwoord
Selecteer [Wi-Fi]* onder [Instellingen]* op de smartphone
Schakel [Wi-Fi]* in en selecteer de SSID die op dit apparaat wordt weergegeven
Voer het wachtwoord in dat op dit apparaat wordt weergegeven (alleen wanneer u
voor het eerst verbinding maakt)
Ga terug naar het scherm Home en start "Image App" (→228)
* De weergegeven naam kan verschillen, afhankelijk van de ingestelde systeemtaal.
■■Gebruik van een Android-apparaat
••Wanneer een QR-code wordt gelezen om te verbinden
Start "Image App" (→228)
Selecteer [QR-code]
Lees de QR-code die op dit apparaat wordt weergegeven met "Image App"
(Wanneer u op [MENU/SET] op de camera drukt, wordt de QR-code vergroot
weergegeven.)
••Wanneer u verbinding maakt met SSID en wachtwoord
Start "Image App" (→228)
Selecteer [Wi-Fi]
Selecteer de SSID die op dit apparaat wordt weergegeven
Voer het wachtwoord in dat op dit apparaat wordt weergegeven (alleen wanneer u
voor het eerst verbinding maakt)
••Als u het onderdeel voor weergave van het wachtwoord inschakelt, kunt u het
wachtwoord tijdens het invoeren controleren.
231
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
Verbindingsmethode wijzigen
Druk op de [DISP.]-knop en selecteer
de verbindingsmethode om de
verbindingsmethode te wijzigen.
■■Wanneer u verbinding maakt met [Via netwerk]
(Op de camera)
Selecteer [Via netwerk] en druk op [MENU/SET]
•• Verbind de camera met een draadloos toegangspunt door de verbindingsmethode te volgen
(→264).
(Op uw smartphone)
Zet de Wi-Fi-functie op "ON"
Selecteer het draadloze toegangspunt dat u met de camera verbonden hebt en stel in
Start "Image App" (→228)
■■Wanneer u verbinding maakt met [Direct]
(Op de camera)
Selecteer [Direct] en druk op [MENU/SET]
•• Selecteer [Wi-Fi Direct] of [WPS-verbinding] en verbind de camera met de smartphone door de
verbindingsmethode te volgen (→267).
(Op uw smartphone)
Start "Image App" (→228)
De verbinding verbreken
Verbreek na gebruik de verbinding met de smartphone.
(Op de camera)
1 Druk op de [Wi-Fi]-knop
(Op het stand-byscherm voor opname kunt u de verbinding ook sluiten door op
→
[Set-up] → [Wi-Fi] → [Wi-Fi-functie] → [Ja] te drukken.)
2 Selecteer [Verbinding beëindigen]
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] en druk op [MENU/SET].
(Op uw smartphone)
3 Sluit "Image App"
<Gebruik van een iOS-apparaat>
Druk op het scherm van "Image App" op de knop Home op de smartphone om de app te sluiten
<Gebruik van een Android-apparaat>
Druk op het scherm van "Image App" twee keer op de knop Terug op de smartphone om de app te
sluiten
232
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
Verbinding maken met een smartphone via de NFC-functie
Met de NFC-functie (Near Field Communication) kunnen de camera en een smartphone
gemakkelijk de informatie uitwisselen die nodig is voor het opzetten van een Wi-Fiverbinding.
Compatibele modellen:
Deze functie kan worden gebruikt met NFC-compatibele apparaten met Android (2.3.3
of hoger). (Niet beschikbaar op bepaalde modellen)
••Zie de gebruiksaanwijzing van uw NFC-compatibele smartphone voor meer informatie
over bediening en instellingen van de smartphone.
Voorbereidingen
(Op de camera)
•• Stel [NFC-bediening] in op [ON] (→272)
(Op uw smartphone)
•• Controleer of uw smartphone een compatibel model is
•• Zet de Wi-Fi-functie op "ON"
•• Installeer "Image App" van tevoren (→228)
1
2
3
4
Start "Image App" op uw smartphone
Terwijl de aanduiding [ ] wordt weergegeven
op het verbindingsscherm van de "Image App",
houdt u de smartphone dicht bij de camera
Selecteer met
[Ja] en druk op [MENU/SET]
Houd de smartphone opnieuw dicht bij dit
gebied van het apparaat
•• Wanneer de verbinding tot stand gebracht is, worden
live beelden die door de camera zijn vastgelegd, op uw
smartphone weergegeven.
•• Het kan even duren voordat de verbinding voltooid is.
•• Verbonden smartphones zijn geregistreerd op dit
apparaat.
•• Vanaf de volgende keer en verder kunt u een verbinding
maken door stap 1 en 2 uit te voeren.
233
Houd de smartphone dicht
bij dit gebied
(binnen 5 mm)
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
●●U kunt maximaal 20 smartphones registreren. Als het aantal geregistreerde smartphones hoger
is dan 20, worden registraties verwijderd, te beginnen met de smartphone die het eerst is
aangeraakt.
●●Als u [Wi-Fi resetten] uitvoert, wordt de registratie van de smartphone verwijderd.
●●Als de communicatieomgeving ongunstig is, is de NFC-functie mogelijk niet bruikbaar.
●●Als de apparatuur niet direct reageert, past u de positie enigszins aan.
●●Stoot niet hard met uw smartphone tegen dit apparaat.
●●Zie de gebruiksaanwijzing van uw NFC-compatibele smartphone voor meer informatie over
bediening en instellingen van de smartphone.
●●Metalen voorwerpen tussen dit apparaat en de smartphone kunnen de communicatie
belemmeren. Ook kunnen stickers enzovoort in de buurt van het NFC-gebied de prestaties van de
communicatie beïnvloeden.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●De NFC-functie kan in de volgende gevallen niet worden gebruikt:
•• Wanneer de camera wordt uitgeschakeld (inclusief [Slaapsmodus])
•• Tijdens het opnemen van films
•• Tijdens het maken van foto’s (tijdens het aftellen van de zelfontspanner)
•• Wanneer [Intervalopname] wordt gebruikt
•• Wanneer [Stop-motionanimatie] wordt gebruikt
•• Wanneer [Multi-belicht.] wordt gebruikt
•• Tijdens het afspelen van films, tijdens diashows, tijdens het afspelen van panoramabeelden en
tijdens het continu afspelen van groepsbeelden (inclusief pauzes in al deze gevallen)
•• Tijdens de verzending van beelden via Wi-Fi
•• Wanneer het apparaat op een computer/printer aangesloten is
●●U kunt foto’s in RAW-indeling, AVCHD-films of MP4-films met een [Opn. kwaliteit] van [4K] neit
overdragen.
Beelden opnemen via een smartphone (opnemen op afstand)
1
2
3
234
Maak verbinding met een smartphone (→229)
Selecteer [
] in "Image App"
Beelden opnemen
•• De opgenomen beelden worden in de camera opgeslagen.
•• Wanneer de zoomfunctie wordt gebruikt, zou de camera kunnen kantelen wanneer de lensbuis
uitsteekt. Zet de camera op zijn plaats vast met een statief of een andere methode.
•• Sommige instellingen zijn niet beschikbaar.
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
Beelden in de camera op een smartphone afspelen
1
2
Maak verbinding met een smartphone (→229)
Selecteer [
] in "Image App"
•• De beelden die door de camera zijn vastgelegd, worden op de
smartphone weergegeven.
•• U kunt een beeld dat wordt weergegeven, schakelen met het pictogram
linksboven op het scherm. Selecteer [LUMIX] om een beeld weer te
geven dat op de camera is opgeslagen.
•• Wanneer u het beeld aanraakt, wordt het op een groter formaat
afgespeeld.
Wisselen van
locatie van de
beelden die
moeten worden
weergegeven
Beelden in de camera op de smartphone opslaan
1
2
3
Maak verbinding met een smartphone (→229)
Selecteer [
] in "Image App"
Druk op het beeld en houd ingedrukt en sleep het om het op
de smartphone op te slaan
•• Het beeld wordt op de smartphone opgeslagen.
•• Functies kunnen naar desgewenst boven, onder, links en rechts worden
toegewezen.
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●U kunt foto’s in RAW-indeling, AVCHD-films of MP4-films met een [Opn. kwaliteit] van [4K] niet
opslaan.
235
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
Beelden in de camera gemakkelijk overbrengen
U kunt een Wi-Fi-verbinding tot stand brengen met de NFC-functie en het beeld op de
display eenvoudig via Wi-Fi overbrengen door de smartphone dicht bij de camera te
houden. U kunt beelden overbrengen op het moment dat ze worden opgenomen, dus u
kunt ze gemakkelijk overbrengen naar de smartphones van vrienden en familie.*
* "Image App" moet geïnstalleerd zijn om deze functie te gebruiken.
Voorbereidingen
(Op de camera)
•• Stel [NFC-bediening] in op [ON] (→272)
•• Stel [Touch sharing] in op [ON] (→272)
(Op uw smartphone)
•• Controleer of uw smartphone een compatibel model is
•• Zet de Wi-Fi-functie op "ON"
•• Installeer "Image App" van tevoren (→228)
1
2
3
Speel op de camera het beeld af dat u naar een
smartphone wilt overbrengen
Start "Image App" op de smartphone waarnaar
u het beeld overbrengt
Terwijl de aanduiding [ ] wordt weergegeven
op het verbindingsscherm van de "Image App",
houdt u de smartphone dicht bij de camera
•• Het beeld wordt naar de smartphone overgebracht.
•• Als u meerdere beelden overbrengt, herhaalt u stap 1 en
3. (Meerdere beelden kunnen niet in één keer worden
overgebracht.)
•• Het kan enkele minuten duren om de beeldoverdracht te
voltooien, afhankelijk van de gebruikte omgeving.
236
Houd de smartphone dicht
bij dit gebied
(binnen 5 mm)
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
Beelden in de camera naar sociale-netwerkdiensten verzenden
1
2
3
Maak verbinding met een
smartphone (→229)
Selecteer [
] in "Image App"
Druk op het beeld en houd
ingedrukt en sleep het om het naar
de sociale-netwerkdienst enzovoort
te verzenden
Wisselen van
locatie van de
beelden die
moeten worden
weergegeven
•• Het beeld wordt naar de socialenetwerkdienst of andere WEB-services
verzonden.
•• Functies kunnen naar desgewenst
boven, onder, links en rechts worden
toegewezen.
Plaatsinformatie aan beelden in de camera toevoegen vanaf
een smartphone
U kunt de plaatsinformatie die door een smartphone is ontvangen, naar de camera
sturen. Nadat de informatie is verzonden, kunt u deze op de beelden in de camera
schrijven.
GPS
Eindigen met opnemen van
plaatsinformatie
Plaatsinformatie verzenden en schrijven
Beginnen met opnemen van
plaatsinformatie
Begin met de opname
••Er kan plaatsinformatie worden geschreven die afwijkt van de informatie die tijdens het
opnemen is ontvangen. Houd rekening met het volgende.
–– Stel [Home] van [Wereldtijd] op de camera in op uw woonplaats.
–– Wanneer een smartphone begint met het opnemen van de plaatsinformatie, mag u
de instelling [Home] van [Wereldtijd] op de camera niet wijzigen.
••De plaatsinformatie kan niet naar beelden worden geschreven die zijn opgenomen
zonder [Klokinst.] in te stellen.
237
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
■■Beginnen met opnemen van plaatsinformatie
Bedien de smartphone
Selecteer [ ]
Selecteer [Geogr. labell.]
Selecteer [ ]
■■Eindigen met opnemen van plaatsinformatie
Bedien de smartphone
Selecteer [ ]
Selecteer [Geogr. labell.]
Selecteer [ ]
■■Plaatsinformatie verzenden en schrijven
Maak verbinding met een smartphone (→229)
Bedien de smartphone
Selecteer [ ]
Selecteer [Geogr. labell.]
Selecteer [ ]
•• Volg de berichten op het scherm om de bewerking uit te voeren.
•• Plaatsinformatie wordt niet op AVCHD-films geschreven.
•• Plaatsinformatie wordt mogelijk niet geschreven als er onvoldoende vrije ruimte op de kaart
is.
•• U kunt ook met [Locatie vermelden] in het [Afspelen]-menu de verzonden plaatsinformatie op
de beelden schrijven.
●●Let op:
Besteed speciale aandacht aan de privacy, portretrechten enzovoort van het onderwerp
wanneer u deze functie gebruikt. Gebruik de functie op eigen risico.
●●Op de smartphone kunt u het inleesinterval van plaatsinformatie instellen en de overdrachtsstatus
van plaatsinformatie controleren. Lees de [Help] in het menu van "Image App" voor meer
informatie.
●●(Bij gebruik van "Image App" voor iOS)
Als u op de knop Home of Aan/Uit drukt op een smartphone terwijl plaatsinformatie wordt
opgenomen, wordt het opnemen gestopt.
238
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
De camera bedienen om beelden naar een smartphone te
verzenden
■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden
JPEG
RAW
MP4
AVCHD
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
(→240)
○
–
–
–
[Afbeeldingen versturen van camera]
(→241)
○
–
○*
–
* Met uitzondering van films opgenomen met een [Opn. kwaliteit] van [4K]
••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk
van het apparaat.
••Zie de gebruiksaanwijzing van het doelapparaat voor meer informatie over het
afspelen van beelden.
••Zie voor meer informatie over verzendmethoden voor beelden. (→270)
Voorbereiding
Installeer "Image App" van tevoren. (→228)
239
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
1
Stel het menu in
2
Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en druk op [MENU/SET]
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen tijdens opname] →
[Smartphone]
■■Wanneer u verbinding maakt met [Via netwerk]
(Op de camera)
Verbind de camera met een draadloos toegangspunt (→264)
(Op uw smartphone)
Zet de Wi-Fi-functie op "ON"
Selecteer het draadloze toegangspunt dat u met de camera verbonden hebt en stel in
Start "Image App" (→228)
■■Wanneer u verbinding maakt met [Wi-Fi Direct] of [WPS-verbinding] in [Direct]
(Op de camera)
Verbind de camera met een smartphone (→267)
(Op uw smartphone)
Start "Image App" (→228)
■■Wanneer u verbinding maakt met [Handmatig. verbinden.] in [Direct]
Voer stap 2 uit (→229).
3
Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt maken
4
Maak foto’s
240
•• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de
verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.]knop om de instelling voor verzending te wijzigen. (→271)
•• De foto’s worden na opname automatisch verzonden.
•• Druk op de [Wi-Fi]-knop om de instelling te wijzigen of de verbinding te verbreken.
U kunt de instellingen niet wijzigen terwijl u foto’s verzendt. Wacht totdat het verzenden voltooid
is.
→
[Set-up] → [Wi-Fi] →
(U kunt de verbinding ook verbreken door te drukken op
[Wi-Fi-functie] → [Ja].)
SQW0028
Wi-Fi
De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden
[Afbeeldingen versturen van camera]
1
Stel het menu in
2
Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en druk op [MENU/SET]
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen van camera]
→ [Smartphone]
■■Wanneer u verbinding maakt met [Via netwerk]
(Op de camera)
Verbind de camera met een draadloos toegangspunt (→264)
(Op uw smartphone)
Zet de Wi-Fi-functie op "ON"
Selecteer het draadloze toegangspunt dat u met de camera verbonden hebt en stel in
Start "Image App" (→228)
■■Wanneer u verbinding maakt met [Wi-Fi Direct] of [WPS-verbinding] in [Direct]
(Op de camera)
Verbind de camera met een smartphone (→267)
(Op uw smartphone)
Start "Image App" (→228)
■■Wanneer u verbinding maakt met [Handmatig. verbinden.] in [Direct]
Voer stap 2 uit (→229).
3
Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt maken
4
Selecteer [Enkelvoudig select.] of [Multi selecteren]
•• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de
verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.]knop om de instelling voor verzending te wijzigen. (→271)
[Enkelvoudig select.]
Selecteer het beeld
Druk op [MENU/SET]
[Multi selecteren]
Selecteer het beeld (herhaling)
•• Als u het beeld opnieuw selecteert, wordt de instelling
geannuleerd.
Selecteer [Uitvoer.]
•• Het aantal beelden dat kan worden verzonden via [Multi
selecteren], is beperkt.
Uitvoer.
1
2
3
4
5
6
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
•• Druk op de [DISP.]-knop om de instelling voor verzending te wijzigen.
•• Selecteer [Exit] om de verbinding te verbreken.
241
SQW0028
Wi-Fi
Foto’s weergeven op een tv
U kunt foto’s weergeven op een tv die compatibel is met een DLNA-erkende DMR-functie
(digital media renderer).
Voorbereiding
Stel de tv in op de DLNA-wachtstand.
•• Lees de gebruiksaanwijzing van de tv.
1
Stel het menu in
2
3
Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→263)
4
Maak foto’s of speel ze af op dit apparaat
→ [Nieuwe verbinding] → [Weergeven op tv]
Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt maken
•• Wanneer de verbinding wordt gemaakt, verschijnt het scherm.
•• Druk op de [Wi-Fi]-knop om de instelling te wijzigen of de verbinding te verbreken. (→226)
→
[Set-up] → [Wi-Fi] →
(U kunt de verbinding ook verbreken door te drukken op
[Wi-Fi-functie] → [Ja].)
●●Wanneer u de beelden op een tv weergeeft met de Wi-Fi-functie, worden ze niet weergegeven in
een resolutie van 4K. Om beelden met een resolutie van 4K weer te geven, dient u dit apparaat op
de tv aan te sluiten met een HDMI-microkabel. (→276)
●●Wanneer er een tv op dit apparaat is aangesloten, kan het tv-scherm tijdelijk terugkeren naar
de status van voor de verbinding. Beelden worden opnieuw weergegeven wanneer u beelden
opneemt of afspeelt.
●●Zelfs als [Effect] en [Geluid] op dit apparaat zijn ingesteld, worden deze instellingen uitgeschakeld
wanneer de beelden op een tv worden afgespeeld tijdens het afspelen van een diashow.
●●Het kan enige tijd duren om de Wi-Fi-verbinding tot stand te brengen, of het kan in het geheel niet
tot stand worden gebracht afhankelijk van de afstand van dit apparaat tot de tv.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Het afspelen van films of panoramabeelden en het continu afspelen van groepsbeelden vindt niet
op een tv plaats.
●●Tijdens multi/kalender afspelen worden de beelden die op het scherm van dit apparaat worden
weergegeven, niet op tv weergegeven.
242
SQW0028
Wi-Fi
Draadloos afdrukken
U kunt opgenomen foto’s draadloos afdrukken vanaf een PictBridge-printer (compatibel
met draadloos LAN)*.
* Compatibel met de DPS over IP-normen.
Neem contact op met de fabrikanten van de printers voor details over PictBridge-printers (compatibel
met draadloos LAN).
■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden
JPEG
RAW
MP4
AVCHD
○
–
–
–
[Afbeeldingen versturen van camera]
••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk
van het apparaat.
••Zie voor meer informatie over verzendmethoden voor beelden. (→270)
1
Stel het menu in
2
3
4
Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→263)
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen van camera] →
[Printer]
Selecteer een printer waarmee u wilt verbinden
Selecteer de foto en druk deze af
•• Beelden worden op dezelfde manier geselecteerd als bij aansluiting met een USB-kabel
(bijgeleverd). Voor meer informatie (→287).
•• Druk op de [Wi-Fi]-knop om de instelling te wijzigen of de verbinding te verbreken. (→226)
]-knop te drukken.)
(U kunt de verbinding ook verbreken door op de [
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●Films kunnen niet worden afgedrukt.
243
SQW0028
Wi-Fi
Beelden naar een AV-apparaat sturen
Foto’s en films kunnen naar AV-apparatuur in de thuisomgeving worden verzonden (AVapparatuur thuis), zoals DLNA-compatibele recorders.
AV-apparaat thuis
Draadloos toegangspunt
■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden
JPEG
RAW
MP4
AVCHD
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
(→245)
○
–
–
–
[Afbeeldingen versturen van camera]
(→246)
○
–
–
–
••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk
van het apparaat.
••Zie de gebruiksaanwijzing van het doelapparaat voor meer informatie over het
afspelen van beelden.
••Zie voor meer informatie over verzendmethoden voor beelden. (→270)
Voorbereidingen
Wanneer u een beeld naar AV-apparatuur verzendt, stelt u uw apparaat in op de DLNA-wachtstand.
•• Lees de gebruiksaanwijzing van uw apparaat voor meer informatie.
244
SQW0028
Wi-Fi
Beelden naar een AV-apparaat sturen
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
1
Stel het menu in
2
3
Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→263)
4
Maak foto’s
245
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen tijdens opname] →
[AV-toestel]
Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt maken
•• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de
verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.]knop om de instelling voor verzending te wijzigen. (→271)
•• Druk op de [Wi-Fi]-knop om de instelling te wijzigen of de verbinding te verbreken. (→226)
U kunt de instellingen niet wijzigen terwijl u foto’s verzendt. Wacht totdat het verzenden voltooid
is.
→
[Set-up] → [Wi-Fi] →
(U kunt de verbinding ook verbreken door te drukken op
[Wi-Fi-functie] → [Ja].)
SQW0028
Wi-Fi
Beelden naar een AV-apparaat sturen
[Afbeeldingen versturen van camera]
1
Stel het menu in
2
3
Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→263)
4
Selecteer [Enkelvoudig select.] of [Multi selecteren]
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen van camera]
→ [AV-toestel]
Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt maken
•• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de
verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.]knop om de instelling voor verzending te wijzigen. (→271)
[Enkelvoudig select.]
Selecteer het beeld
Druk op [MENU/SET]
[Multi selecteren]
Selecteer het beeld (herhaling)
•• Als u het beeld opnieuw selecteert, wordt de instelling
geannuleerd.
Selecteer [Uitvoer.]
•• Het aantal beelden dat in één keer kan worden verzonden via
[Multi selecteren], is beperkt.
Uitvoer.
1
2
3
4
5
6
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
•• Druk op de [DISP.]-knop om de instelling voor verzending te wijzigen.
•• Selecteer [Exit] om de verbinding te verbreken.
246
SQW0028
Wi-Fi
Beelden naar een pc sturen
U kunt foto’s en films die door de camera opgenomen zijn, naar een pc sturen.
■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden
JPEG
RAW
MP4
AVCHD*
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
(→249)
○
○
–
–
[Afbeeldingen versturen van camera]
(→250)
○
○
○
○
* Films die zijn opgenomen in [AVCHD] kunnen in bestandsgrootten van maximaal 4 GB verzonden
worden. Bestanden groter dan 4 GB kunnen niet worden verzonden.
••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk
van het apparaat.
••Zie de gebruiksaanwijzing van het doelapparaat voor meer informatie over het
afspelen van beelden.
••Zie voor meer informatie over verzendmethoden voor beelden. (→270)
Voorbereidingen
•• Schakel de computer in.
•• Bereid mappen voor op het ontvangen van beelden op de pc voordat u een beeld naar de pc
stuurt. (→248)
•• Als de standaardinstellingen voor de werkgroep op de aangesloten pc gewijzigd worden, moet u
de instellingen in [PC-verbinding] op dit apparaat wijzigen. (→272)
247
SQW0028
Wi-Fi
Beelden naar een pc sturen
Een map voor het ontvangen van beelden maken
••Maak een pc-gebruikersaccount (accountnaam (maximaal 254 tekens) en wachtwoord
(maximaal 32 tekens)) bestaande uit alfanumerieke tekens. Een poging om een
ontvangstmap te maken, kan mislukken als er niet-alfanumerieke tekens in de account
voorkomen.
■■Bij gebruik van "PHOTOfunSTUDIO"
Installeer "PHOTOfunSTUDIO" op de pc
•• "PHOTOfunSTUDIO" is niet compatibel met de Mac.
•• Lees "Installatie van de bijgeleverde software" voor meer informatie over hardwarevereisten en
installatie (→281, 283)
Maak een map voor het ontvangen van beelden met "PHOTOfunSTUDIO"
•• Selecteer [Auto-create] om de map automatisch te maken. Selecteer [Create manually] om een
map op te geven, een nieuwe map te maken of een wachtwoord voor de map in te stellen.
•• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij "PHOTOfunSTUDIO" (PDF) voor meer informatie.
■■Bij geen gebruik van "PHOTOfunSTUDIO"
(Voor Windows)
Ondersteund besturingssysteem: Windows 8.1/Windows 8/Windows 7/Windows Vista
Voorbeeld: Windows 7
Selecteer een map die u voor het ontvangen wilt gebruiken en klik met de
rechtermuisknop
Selecteer [Eigenschappen] en schakel vervolgens het delen van de map in
•• Zie voor meer informatie de gebruiksaanwijzing van de pc of de Help bij het besturingssysteem.
(Voor Mac)
Ondersteund besturingssysteem: OS X v10.5 t/m v10.9
Voorbeeld: OS X v10.8
Selecteer een map die u voor het ontvangen wilt gebruiken en klik vervolgens in de
volgende volgorde op de onderdelen
[Archief] → [Toon info]
Schakel het delen van de map in
•• Zie voor meer informatie de gebruiksaanwijzing van de pc of de Help bij het besturingssysteem.
248
SQW0028
Wi-Fi
Beelden naar een pc sturen
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
1
Stel het menu in
[PC]
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen tijdens opname] →
2
3
Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→263)
4
Selecteer de map waarnaar u wilt verzenden
5
Maak foto’s
249
Selecteer de pc waarmee u een verbinding wilt maken
•• Als de pc waarmee u verbinding wilt maken, niet wordt weergegeven, selecteert u [Handmatige
invoer] en voert u vervolgens de computernaam in (voer voor Mac de NetBIOS-naam in).
•• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de
verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.]knop om de instelling voor verzending te wijzigen. (→271)
•• Druk op de [Wi-Fi]-knop om de instelling te wijzigen of de verbinding te verbreken. (→226)
U kunt de instellingen niet wijzigen terwijl u foto’s verzendt. Wacht totdat het verzenden voltooid
is.
→
[Set-up] → [Wi-Fi] →
(U kunt de verbinding ook verbreken door te drukken op
[Wi-Fi-functie] → [Ja].)
SQW0028
Wi-Fi
Beelden naar een pc sturen
[Afbeeldingen versturen van camera]
1
Stel het menu in
2
3
Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→263)
4
Selecteer de map waarnaar u wilt verzenden
5
Selecteer [Enkelvoudig select.] of [Multi selecteren]
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen van camera] → [PC]
Selecteer de pc waarmee u een verbinding wilt maken
•• Als de pc waarmee u verbinding wilt maken, niet wordt weergegeven, selecteert u [Handmatige
invoer] en voert u vervolgens de computernaam in (voer voor Mac de NetBIOS-naam in).
•• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de
verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.]knop om de instelling voor verzending te wijzigen. (→271)
[Enkelvoudig select.]
Selecteer het beeld
Druk op [MENU/SET]
[Multi selecteren]
Selecteer het beeld (herhaling)
•• Als u het beeld opnieuw selecteert, wordt de instelling
geannuleerd.
Selecteer [Uitvoer.]
•• Het aantal beelden dat in één keer kan worden verzonden via
[Multi selecteren], is beperkt.
Uitvoer.
1
2
3
4
5
6
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
•• Druk op de [DISP.]-knop om de instelling voor verzending te wijzigen.
•• Selecteer [Exit] om de verbinding te verbreken.
●●Mappen die op verzendingsdatum zijn gesorteerd, worden in de opgegeven map gemaakt en
beelden worden in die mappen opgeslagen.
●●Als het scherm voor de invoer van een gebruikersaccount en wachtwoord verschijnt, voert u de
gebruikersnaam en het wachtwoord in die u op uw pc instelt.
●●Als de computernaam (voor Mac de NetBIOS-naam) spaties enzovoort bevat, wordt de naam
mogelijk niet goed herkend. Als u geen verbinding kunt maken, raden we u aan de computernaam
(voor Mac de NetBIOS-naam) te wijzigen in een combinatie van alleen 15 of minder alfanumerieke
tekens.
250
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van WEB-services
Via "LUMIX CLUB" kunt u foto’s en films naar sociale-netwerkdiensten enzovoort sturen.
Door de instelling te selecteren dat foto’s en films automatisch worden overgebracht naar
[Cloud-synchr. service], kunt u de overgebrachte foto’s en films op een pc of smartphone
ontvangen.
WEB-services
LUMIX CLUB
Cloudsynchronisatieservices
Draadloos toegangspunt
Tijdens het verzenden van beelden naar een WEB-service
■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden
JPEG
RAW
MP4
AVCHD
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
(→253)
○
–
–
–
[Afbeeldingen versturen van camera]
(→253)
○
–
○*
–
* Met uitzondering van films opgenomen met een [Opn. kwaliteit] van [4K]
••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk
van het apparaat.
••Bekijk voor meer informatie over het afspelen van beelden de WEB-service waarnaar
u de beelden wilt verzenden.
••Zie voor meer informatie over verzendmethoden voor beelden. (→270)
Voorbereiding
U moet zich registreren bij "LUMIX CLUB" (→258) om een beeld naar een WEB-service te
verzenden.
Om beelden naar een webservice te verzenden, moet u de webservice registreren. (→252)
251
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van WEB-services
●●Beelden kunnen persoonlijke informatie bevatten die gebruikt kan worden om de gebruiker
te identificeren, zoals een titel, een opnamedatum en -tijd en de locatie waar het beeld is
opgenomen. Controleer deze informatie voordat u beelden naar WEB-services uploadt.
●●Panasonic accepteert geen aansprakelijkheid voor de schade als gevolg van het lekken,
verlies enzovoort van beelden die naar WEB-services zijn geüpload.
●●Wanneer u beelden naar de WEB-service uploadt, dient u geen beelden van deze camera
te verwijderen, zelfs niet nadat ze verzonden zijn, totdat u hebt gecontroleerd of ze naar
behoren naar de WEB-service zijn geüpload. Panasonic accepteert geen aansprakelijkheid
voor de schade als gevolg van het verwijderen van beelden die in dit apparaat zijn
opgeslagen.
●●Beelden die naar de WEB-service zijn geüpload, kunnen niet met deze camera worden
weergegeven of verwijderd. Controleer beelden door met uw smartphone of computer de WEBservice te bezoeken.
●●Als het verzenden van beelden mislukt, wordt er een e-mailrapport met een beschrijving van de
fout verzonden naar het e-mailadres dat bij "LUMIX CLUB" geregistreerd is.
De WEB-service registreren bij "LUMIX CLUB"
Voor het verzenden van beelden naar een WEB-service, moet de WEB-service die wordt
gebruikt zijn geregistreerd bij de "LUMIX CLUB".
••Raadpleeg "FAQ / Contact" op de volgende site voor compatibele WEB-services.
http://lumixclub.panasonic.net/ned/c/lumix_faqs/
Voorbereiding
Zorg dat u een account hebt gemaakt op de WEB-service die u wilt gebruiken en de login-informatie
beschikbaar hebt.
1
2
3
4
Maak verbinding met de site van de "LUMIX CLUB" met een smartphone of
computer
http://lumixclub.panasonic.net/ned/c/
Voer uw aanmeldings-ID en wachtwoord voor "LUMIX CLUB" in en meld u aan
bij de service
Als u uw e-mailadres niet geregistreerd hebt bij "LUMIX CLUB", registreert u het
e-mailadres
Selecteer de te gebruiken WEB-service voor de instellingen van de koppeling
naar de WEB-service en registreer deze
•• Volg de instructies op het scherm om de service te registreren.
252
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van WEB-services
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
1
Stel het menu in
2
3
Selecteer [Via netwerk] en maak een verbinding met (→264)
4
Maak foto’s
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen tijdens opname] →
[Webservice]
Selecteer een WEB-service waarmee u wilt verbinden
•• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de
verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.]knop om de instelling voor verzending te wijzigen. (→271)
•• Druk op de [Wi-Fi]-knop om de instelling te wijzigen of de verbinding te verbreken. (→226)
U kunt de instellingen niet wijzigen terwijl u foto’s verzendt. Wacht totdat het verzenden voltooid is.
(U kunt de verbinding ook verbreken door te drukken op
→
[Set-up] → [Wi-Fi] →
[Wi-Fi-functie] → [Ja].)
[Afbeeldingen versturen van camera]
1
Stel het menu in
2
3
Selecteer [Via netwerk] en maak een verbinding met (→264)
4
Selecteer [Enkelvoudig select.] of [Multi selecteren]
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen van camera]
→ [Webservice]
Selecteer een WEB-service waarmee u wilt verbinden
•• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de
verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.]knop om de instelling voor verzending te wijzigen. (→271)
[Enkelvoudig select.]
Selecteer het beeld
Druk op [MENU/SET]
[Multi selecteren]
Selecteer het beeld (herhaling)
•• Als u het beeld opnieuw selecteert, wordt de instelling
geannuleerd.
Selecteer [Uitvoer.]
•• Het aantal beelden dat in één keer kan worden verzonden via
[Multi selecteren], is beperkt.
Uitvoer.
1
2
3
4
5
6
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
•• Druk op de [DISP.]-knop om de instelling voor verzending te wijzigen.
•• Selecteer [Exit] om de verbinding te verbreken.
253
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van WEB-services
■■Snel verzenden van beelden uit de camera naar WEB-services
U kunt beelden vlot en gemakkelijk verzenden naar WEB-service, net zo eenvoudig
als dat met een smartphone gaat, maar alleen als er in de omgeving een draadloos
toegangspunt voor de verbinding beschikbaar is.
Geef het beeld weer
Selecteer met
[Ja] nadat u op hebt gedrukt
(Wanneer er een groepsbeeld wordt weergegeven,
selecteert u [Uploaden (Wi-Fi)] → [Ja])
•• De camera wordt verbonden met het eerder gebruikte draadloze
toegangspunt en de beelden worden verzonden naar de WEBservice.*1, *2
Dit beeld uploaden via Wi-Fi?
Ja
Nee
*1 Wanneer er geen verbindingsgeschiedenis beschikbaar is voor het draadloze toegangspunt, gaat
u naar het scherm voor selectie van een verbindingsmethode. Selecteer de verbindingsmethode
en verbind de camera met een draadloos toegangspunt. (→264)
*2 Als u geen aanmeldings-ID hebt voor "LUMIX CLUB", gaat u naar het scherm voor registratie van
de nieuwe aanmeldings-ID. Vraag een aanmeldings-ID aan en stel een wachtwoord in. (→259)
Deze bediening voor het eerst uitvoeren
Wanneer u [Ja] selecteert in de bovenstaande stap , verschijnt het WEB-service
selectiescherm.
Selecteer met
de WEB-services en druk op [MENU/SET]
Controleer de instelling op het bevestigingsscherm voor de verzendinstelling en
druk op [MENU/SET]
•• Het beeld wordt naar de WEB-service verzonden.
•• Druk op de [DISP.]-knop om de instelling voor verzending van het beeld te wijzigen. (→271)
•• Na de tweede keer worden de beelden verzonden met dezelfde WEB-service en dezelfde
instellingen voor verzending van beelden als eerder.
●●Wanneer beelden als een groep worden weergegeven, worden ze allemaal verzonden. Wanneer
één beeld in een groep wordt weergegeven, wordt alleen het weergegeven beeld verzonden.
●●Druk op de [Wi-Fi]-knop om de instellingen voor verzending van een beeld te wijzigen of de Wi-Fiverbinding te verbreken. U kunt de verbinding ook verbreken door op de afspeelknop te drukken
of [MENU/SET] te selecteren en [Ja] te selecteren. Wanneer u naar de opnamemodus schakelt,
wordt de Wi-Fi-verbinding verbroken.
254
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van WEB-services
Tijdens het verzenden van beelden naar
[Cloud-synchr. service]
■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden
JPEG
RAW
MP4
AVCHD
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
(→256)
○
–
–
–
[Afbeeldingen versturen van camera]
(→257)
○
–
○*
–
* Met uitzondering van films opgenomen met een [Opn. kwaliteit] van [4K]
••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk
van het apparaat.
••Zie de gebruiksaanwijzing van het doelapparaat voor meer informatie over het
afspelen van beelden.
••Zie voor meer informatie over verzendmethoden voor beelden. (→270)
Voorbereiding
U moet zich registreren bij "LUMIX CLUB" (→258) en de cloudsynchronisatie-instelling configureren
om een beeld naar een cloud-map te verzenden. Met "PHOTOfunSTUDIO" op een pc of "Image
App" op een smartphone kunt u de instellingen voor cloudsynchronisatie configureren.
■■Informatie over de beelden die naar een cloudmap zijn verzonden via de
[Cloud-synchr. service] (bijgewerkt tot september 2014)
••Als u de bestemming voor de beelden instelt op [Cloud-synchr. service], worden
verzonden beelden tijdelijk in de cloudmap opgeslagen en kunnen ze worden
gesynchroniseerd met het gebruikte apparaat, zoals de pc of de smartphone.
••In een cloud-map kunnen overgebrachte beelden 30 dagen worden opgeslagen
(maximaal 1.000 beelden). Overgebrachte beelden worden 30 dagen na de
overdracht automatisch verwijderd. Verder kunnen, als het aantal opgeslagen
beelden de 1.000 overschrijdt, sommige beelden verwijderd worden, afhankelijk van
de instelling van [Cloudbeperking] (→271), zelfs binnen 30 dagen na de overdracht.
••Wanneer het downloaden van beelden van een cloud-map naar alle opgegeven
apparaten voltooid is, kunnen beelden zelfs binnen 30 dagen na de overdracht uit
de cloud-map worden verwijderd.
255
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van WEB-services
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
1
Stel het menu in
2
3
4
Controleer het bericht en druk op [MENU/SET]
5
Maak foto’s
256
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen tijdens opname]
→ [Cloud-synchr. service]
Selecteer [Via netwerk] en maak een verbinding met (→264)
Controleer de instelling voor verzending
•• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de
verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.]knop om de instelling voor verzending te wijzigen. (→271)
•• Druk op de [Wi-Fi]-knop om de instelling te wijzigen of de verbinding te verbreken. (→226)
U kunt de instellingen niet wijzigen terwijl u foto’s verzendt. Wacht totdat het verzenden voltooid
is.
→
[Set-up] → [Wi-Fi] →
(U kunt de verbinding ook verbreken door te drukken op
[Wi-Fi-functie] → [Ja].)
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van WEB-services
[Afbeeldingen versturen van camera]
1
Stel het menu in
2
3
4
Controleer het bericht en druk op [MENU/SET]
5
Selecteer [Enkelvoudig select.] of [Multi selecteren]
→ [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen van camera]
→ [Cloud-synchr. service]
Selecteer [Via netwerk] en maak een verbinding met (→264)
Controleer de instelling voor verzending
•• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de
verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.]knop om de instelling voor verzending te wijzigen. (→271)
[Enkelvoudig select.]
Selecteer het beeld
Druk op [MENU/SET]
[Multi selecteren]
Selecteer het beeld (herhaling)
•• Als u het beeld opnieuw selecteert, wordt de instelling
geannuleerd.
Selecteer [Uitvoer.]
•• Het aantal beelden dat in één keer kan worden verzonden via
[Multi selecteren], is beperkt.
Uitvoer.
1
2
3
4
5
6
•• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
•• Druk op de [DISP.]-knop om de instelling voor verzending te wijzigen.
•• Selecteer [Exit] om de verbinding te verbreken.
257
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van "LUMIX CLUB"
Informatie over de [LUMIX CLUB]
Vraag een aanmeldings-ID bij "LUMIX CLUB" aan (gratis).
Als u dit apparaat bij "LUMIX CLUB" registreert, kunt u beelden synchroniseren tussen de
apparaten die u gebruikt of deze beelden naar WEB-services overbrengen.
Gebruik "LUMIX CLUB" wanneer u beelden naar WEB-services uploadt.
••U kunt dezelfde "LUMIX CLUB" aanmeldings-ID instellen voor dit apparaat en voor een
smartphone. (→261)
Zie de website van "LUMIX CLUB" voor meer informatie.
http://lumixclub.panasonic.net/ned/c/
Opmerking:
••De service kan tijdelijk niet beschikbaar zijn als gevolg van regulier onderhoud of
onverwachte problemen, en de inhoud van de service kan worden gewijzigd of
uitgebreid, zonder voorafgaande kennisgeving aan de gebruikers.
••De service kan geheel of gedeeltelijk gestopt worden met een redelijke periode van
voorafgaande kennisgeving.
258
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van "LUMIX CLUB"
Een nieuwe aanmeldings-ID verkrijgen ([Nieuw account])
1
Stel het menu in
2
3
Selecteer [Account instellen/toev.]
4
Selecteer de methode voor het maken van een verbinding met een draadloos
toegangspunt en stel in
→
[Set-up] → [Wi-Fi] → [Wi-Fi setup] → [LUMIX CLUB]
Selecteer [Nieuw account]
•• Maak een verbinding met het netwerk. Ga naar de volgende pagina door op [MENU/SET] te
drukken.
•• Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven als er al een aanmeldings-ID is aangevraagd
voor de camera. Selecteer [Ja] om een nieuwe aanmeldings-ID aan te vragen of [Nee] als u
geen nieuwe aanmeldings-ID hoeft aan te vragen.
•• Voor meer informatie (→264).
•• Het instelscherm verschijnt alleen bij de eerste keer verbinden. Verbindingsmethoden die op
dit apparaat worden ingesteld, worden opgeslagen en worden gebruikt wanneer de volgende
keer een verbinding wordt gemaakt. Als u het draadloze toegangspunt waarmee u een
verbinding wilt maken, wilt wijzigen, drukt u op de [DISP.]-knop en verandert u vervolgens de
verbindingsbestemming.
5
Lees de voorwaarden van "LUMIX CLUB" door en druk op [MENU/SET]
6
Voer het wachtwoord in
7
Controleer de aanmeldings-ID en druk op [MENU/SET]
259
•• U kunt op
drukken om van pagina te wisselen.
•• Draai de zoomhendel rechtsom om de paginaweergave te vergroten (vergroting x 2)
•• Als u de zoomhendel linksom draait nadat u de pagina vergroot hebt, keert de pagina terug naar
het oorspronkelijke formaat (geen vergroting).
kunt u de positie verplaatsen van het gebied dat vergroot moet worden.
•• Met
]-knop om het proces te annuleren zonder een aanmeldings-ID op te vragen.
•• Druk op de [
•• Voer een willekeurige combinatie van 8 tot 16 letters en cijfers voor het wachtwoord in.
•• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst invoeren" (→52).
•• De aanmeldings-ID (12-cijferig nummer) wordt automatisch
weergegeven.
Wanneer u zich met een computer bij de "LUMIX CLUB"
aanmeldt, hoeft u alleen de cijfers in te voeren.
•• Er wordt een bericht weergegeven wanneer de verbinding tot
stand is gebracht. Druk op [MENU/SET].
•• Noteer de aanmeldings-ID en het wachtwoord.
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van "LUMIX CLUB"
Gebruik van een eerder verkregen aanmeldings-ID/bevestiging en
wijziging van aanmeldings-ID en wachtwoord ([Gebruikersnaam instellen])
Voorbereiding
Om een eerder verkregen aanmeldings-ID te gebruiken, bevestigt u uw ID en wachtwoord.
Als u het wachtwoord van de "LUMIX CLUB" op de camera wilt wijzigen, gaat u naar de "LUMIX
CLUB"-website op uw smartphone of pc en verandert van tevoren het wachtwoord van de "LUMIX
CLUB".
1
Stel het menu in
2
3
Selecteer [Account instellen/toev.]
4
5
Selecteer het onderdeel dat u wilt wijzigen
6
Selecteer [Exit]
260
→
[Set-up] → [Wi-Fi] → [Wi-Fi setup] → [LUMIX CLUB]
Selecteer [Gebruikersnaam instellen]
•• De aanmeldings-ID en het wachtwoord worden weergegeven.
•• Het wachtwoord wordt weergegeven als " ".
•• Sluit het menu als u de aanmeldings-ID alleen wilde controleren.
Voer uw aanmeldings-ID of wachtwoord in
•• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekst "Tekst invoeren" (→52).
•• Voer het nieuwe wachtwoord dat u op uw smartphone of pc hebt gemaakt, in de camera in. Als
het wachtwoord afwijkt van het wachtwoord dat u op uw smartphone of pc hebt gemaakt, kunt u
geen beelden uploaden.
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van "LUMIX CLUB"
Dezelfde aanmeldings-ID instellen voor de camera en voor de
smartphone
••Als u dezelfde aanmeldings-ID instelt op dit apparaat en uw smartphone, is dat handig
om beelden op dit apparaat naar andere apparaten of WEB-services te zenden.
■■Wanneer dit apparaat of de smartphone de aanmeldings-ID heeft verkregen
Maak verbinding tussen dit apparaat en de smartphone (→229)
Stel in het menu van "Image App" de algemene aanmeldings-ID in
•• De aanmeldings-ID’s voor dit apparaat en de smartphone worden hetzelfde.
••Nadat u een verbinding tot stand hebt gebracht tussen dit apparaat en de
smartphone, verschijnt het setupscherm voor een algemene aanmeldings-ID mogelijk
wanneer u het afspeelscherm weergeeft. U kunt ook een algemene aanmeldings-ID
instellen door de instructies op het scherm te volgen.
••Deze bewerking is niet beschikbaar voor een [Wi-Fi Direct]-verbinding.
■■Wanneer dit apparaat en de smartphone verschillende aanmeldings-ID’s hebben
verkregen
Wanneer u de aanmeldings-ID van de smartphone voor dit apparaat wilt
gebruiken
Verander de aanmeldings-ID en het wachtwoord voor dit apparaat in de aanmeldingsID en het wachtwoord die door de smartphone zijn opgevraagd.
Wanneer u de aanmeldings-ID van dit apparaat voor de smartphone wilt
gebruiken
Verander de aanmeldings-ID en het wachtwoord voor de smartphone in de
aanmeldings-ID en het wachtwoord die door dit apparaat zijn opgevraagd.
Gebruiksvoorwaarden van "LUMIX CLUB" controleren
Controleer de details als de gebruiksvoorwaarden zijn aangepast.
1 Stel het menu in
→
2
261
[Set-up] → [Wi-Fi] → [Wi-Fi setup] → [LUMIX CLUB]
Selecteer [Voorwaarden]
•• De camera maakt verbinding met het netwerk en de gebruiksvoorwaarden worden
weergegeven.
SQW0028
Wi-Fi
Gebruik van "LUMIX CLUB"
Uw aanmeldings-ID en account van "LUMIX CLUB"verwijderen
Verwijder de aanmeldings-ID van de camera wanneer u deze aan iemand anders geeft of
wegwerpt. U kunt ook uw "LUMIX CLUB"-account verwijderen.
1 Stel het menu in
→
[Set-up] → [Wi-Fi] → [Wi-Fi setup] → [LUMIX CLUB]
2
Selecteer [Verwijder account]
3
Selecteer [Ja] in het scherm ter bevestiging van verwijdering van de
aanmeldings-ID
4
Selecteer [Ja] op het bevestigingsscherm om de "LUMIX CLUB"-account te
verwijderen
5
•• Het bericht wordt weergegeven. Druk op [MENU/SET].
•• Het bericht wordt weergegeven. Druk op [MENU/SET].
•• Als u de service wilt blijven gebruiken, zal alleen de aanmeldings-ID worden verwijderd als u
[Nee] selecteert. Sluit het menu af nadat het is uitgevoerd.
Druk op [MENU/SET]
•• De aanmeldings-ID wordt verwijderd en vervolgens verschijnt het bericht dat uw account is
verwijderd. Druk op [MENU/SET].
●●Wijzigingen en andere handelingen in aanmeldings-ID’s kunnen alleen worden gemaakt in de
aanmeldings-ID die bij de camera is verkregen.
262
SQW0028
Wi-Fi
Informatie over verbindingen
Na selectie van de Wi-Fi-functie en de verzendbestemming selecteert u de
verbindingsmethode.
Als u op stap bent en uw draadloze toegangspunt niet kunt gebruiken of een tijdelijke
verbinding hebt met apparatuur die u gewoonlijk niet gebruikt, of in een soortgelijke
situatie verkeert, is het handig om een directe verbinding te maken.
Als u een verbinding maakt met dezelfde instellingen die u eerder gebruikt hebt, kunt
u de Wi-Fi-functie snel gebruiken door te verbinden met [Selecteer doelapparaat uit
geschiedenis] of [Selecteer doelapparaat uit favorieten].
Draadloos toegangspunt
Verbindingsmethode
Beschrijving
[Via netwerk]
Verbinding maken via een draadloos toegangspunt.
(→264)
[Direct]
Uw apparatuur maakt een rechtstreekse verbinding met de
camera.
(→267)
263
SQW0028
Wi-Fi
Informatie over verbindingen
[Via netwerk] Verbinding maken via een draadloos
toegangspunt
Selecteer een verbindingsmethode met het draadloze
toegangspunt.
••Met WPS wordt een functie bedoeld waarmee u
gemakkelijk de instellingen kunt configureren die
verband houden met de verbinding en de beveiliging van
draadloze LAN-apparaten. Als u wilt controleren of het
draadloze toegangspunt dat u gebruikt, compatibel is
met WPS, raadpleegt u de handleiding van het draadloze
toegangspunt.
Verbindingsmethode
Beschrijving
Hiermee kunt u een draadloos toegangspunt met een drukknop
opslaan dat compatibel is met Wi-Fi Protected Setup™ met een WPSmerk.
[WPS (knop)]
1
Druk op de WPS-knop van het draadloze toegangspunt
totdat het naar de WPS-stand wordt geschakeld
•• Zie de instructiehandleiding van het draadloze toegangspunt voor
details.
Hiermee kunt u een draadloos toegangspunt met een PIN-code
opslaan dat compatibel is met Wi-Fi Protected Setup met een WPSmerk.
1
[WPS (PIN-code)]
2
3
Selecteer het draadloze toegangspunt waarmee u
verbinding maakt
Voer de PIN-code die op het scherm van de camera
wordt weergegeven, in het draadloze toegangspunt in
Druk op [MENU/SET]
•• Zie de instructiehandleiding van het draadloze toegangspunt voor
details.
[Uit lijst]
264
Selecteer deze optie als u niet zeker weet of uw toegangspunt
compatibel is met WPS of als u wilt zoeken naar een draadloos
toegangspunt en daar een verbinding mee tot stand wilt brengen.
•• Voor meer informatie (→265).
SQW0028
Wi-Fi
Informatie over verbindingen
Als u niet weet of uw systeem compatibel is met WPS
(verbinding via [Uit lijst])
Zoeken naar beschikbare draadloze toegangspunten.
••Bevestig de versleutelingscode van het geselecteerde draadloze toegangspunt als de
netwerkverificatie versleuteld is.
••Wanneer u verbinding maakt met [Handmatige invoer], dient u de SSID, het type
netwerkverificatie, het type versleuteling en de versleutelingscode van het draadloze
toegangspunt dat u gebruikt, te controleren.
1 Druk op de WPS-knop van het draadloze toegangspunt
totdat het naar de WPS-stand wordt geschakeld
•• Als u op de [DISP.]-knop drukt, wordt opnieuw naar een
draadloos toegangspunt gezocht.
•• Als er geen draadloos toegangspunt wordt gevonden, raadpleegt
u "Wanneer u verbinding maakt met [Handmatige invoer]"
(→266).
2
(Als de netwerkverificatie versleuteld is)
Voer de versleutelingscode in
•• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst invoeren" (→52).
265
SQW0028
Wi-Fi
Informatie over verbindingen
■■Wanneer u verbinding maakt met [Handmatige invoer]
Op het scherm van stap 1 van "Als u niet weet of uw systeem compatibel is met WPS
(verbinding via [Uit lijst])", selecteert u [Handmatige invoer] (→265)
Voer de SSID in van het draadloze toegangspunt waarmee u verbinding maakt en
selecteer vervolgens [Inst.]
•• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst invoeren" (→52).
Selecteer het netwerkverificatietype
•• Zie de handleiding van het draadloze toegangspunt voor informatie over netwerkverificatie.
Selecteer het versleutelingstype
•• Het type van de instellingen die gewijzigd kunnen worden, kan verschillen, afhankelijk van de
details van de netwerkverificatie-instellingen.
Netwerkverificatietype
Versleutelingstypen die kunnen worden ingesteld
[WPA2-PSK] / [WPA-PSK]
[TKIP] / [AES]
[Algemene sleutel]
[WEP]
[Open]
[Niet coderen] / [WEP]
(Wanneer een andere optie dan [Niet coderen] wordt geselecteerd)
Voer de versleutelingscode in
●●Raadpleeg de instructiehandleiding van de draadloze toegangspunten en instellingen wanneer u
een draadloos toegangspunt opslaat.
●●Als er geen verbinding kan worden gemaakt, zijn de radiogolven van het draadloze toegangspunt
mogelijk te zwak. Zie "Weergave berichten" (→299) en "V&A Storingen verhelpen" (→310) voor
meer informatie.
●●De transmissiesnelheid kan afnemen of onbruikbaar zijn, afhankelijk van de omgeving waarin
deze wordt gebruikt.
266
SQW0028
Wi-Fi
Informatie over verbindingen
[Direct]
Rechtstreeks verbinden
U kunt de verbindingsmethode met uw apparatuur
selecteren.
Selecteer een verbindingsmethode waarmee uw apparatuur
compatibel is.
Verbindingsmethode
[Wi-Fi Direct]*1
1
2
3
Beschrijving
Stel het apparaat in op Wi-Fi Direct™
Selecteer [Wi-Fi Direct]
Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt
maken
•• Lees de gebruiksaanwijzing van uw apparaat voor meer informatie.
[WPS (knop)]
1
2
[WPS-verbinding]*2
[Handmatig.
verbinden.]
Selecteer [WPS (knop)]
Stel het apparaat in op de WPS-modus
•• U kunt langer op een verbinding wachten door op dit
apparaat op de [DISP.]-knop te drukken.
[WPS (PIN-code)]
1
2
Selecteer [WPS (PIN-code)]
1
Voer de SSID en het wachtwoord in het
apparaat in. De SSID en het wachtwoord
worden weergegeven op het scherm voor
het wachten op een verbinding van dit
apparaat.
Voer de PIN-code van het apparaat in dit
apparaat in
•• Als de overdrachtsbestemming [Smartphone] is,
kunt u de QR-code lezen met uw smartphone om
verbinding te maken. (→229)
QR-code
SSID en
wachtwoord
*1 Om dit apparaat te verbinden met [Wi-Fi Direct] is Android OS 4.0 of hoger vereist en moet het
apparaat compatibel zijn met Wi-Fi Direct™.
*2 Met WPS wordt een functie bedoeld waarmee u gemakkelijk de instellingen kunt configureren die
verband houden met de verbinding en de beveiliging van draadloze LAN-apparaten.
267
SQW0028
Wi-Fi
Informatie over verbindingen
Snel verbinden met dezelfde instellingen als eerder
([Selecteer doelapparaat uit geschiedenis]/
[Selecteer doelapparaat uit favorieten])
De camera houdt een historie bij van de momenten waarop u de Wi-Fi-functie gebruikt
hebt. U kunt items in de historie in de favorieten registreren.
U kunt gemakkelijk een verbinding maken met dezelfde instellingen als u eerder gebruikt
hebt door een verbinding te maken vanuit de historie of de favorieten.
1 Druk op de [Wi-Fi]-knop
2
Selecteer [Selecteer doelapparaat uit geschiedenis] of
[Selecteer doelapparaat uit favorieten]
Onderdeel
3
Beschrijving
[Selecteer doelapparaat uit
geschiedenis]
Snel verbinden met dezelfde
instellingen als eerder.
[Selecteer doelapparaat uit
favorieten]
Verbinden met instellingen die in de
favorieten geregistreerd zijn.
Selecteer de gewenste verbindingsinstelling
Onderdelen uit de historie als favorieten registreren
1
2
3
4
268
Druk op de [Wi-Fi]-knop
Selecteer [Selecteer doelapparaat uit geschiedenis]
Selecteer het onderdeel dat u wilt registreren en druk op
Voer een registratienaam in
•• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst invoeren" (→52).
•• U kunt maximaal 30 tekens invoeren. Een teken van twee bytes wordt als twee tekens
behandeld.
SQW0028
Wi-Fi
Informatie over verbindingen
Onderdelen bewerken die in favorieten geregistreerd zijn
1
2
3
4
Druk op de [Wi-Fi]-knop
Selecteer [Selecteer doelapparaat uit favorieten]
Selecteer het favoriete onderdeel dat u wilt bewerken en druk op
Selecteer het onderdeel
Onderdeel
Beschrijving
[Verwijderen uit favorieten]
—
[Volgorde van favorieten
wijzigen]
Selecteer de bestemming
[Geregistreerde naam
wijzigen]
•• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst
invoeren" (→52).
•• U kunt maximaal 30 tekens invoeren. Een teken van twee
bytes wordt als twee tekens behandeld.
Vaak gebruikte instellingen voor Wi-Fi-verbindingen in de favorieten
registreren en opslaan
●●Het aantal instellingen dat in één keer in de historie kan worden opgeslagen, is beperkt.
We raden aan vaak gebruikte instellingen voor Wi-Fi-verbindingen in de favorieten te
registreren en op te slaan. (→268)
Verbindingsdetails controleren in de historie of de favorieten
●●Wanneer u onderdelen selecteert uit de historie of de favorieten, kunt u
verbindingsdetails bekijken door op de [DISP.]-knop te drukken.
●●Als u [Wi-Fi resetten] uitvoert, wordt geregistreerde inhoud in de historie en favorieten gewist.
●●Wanneer u [Selecteer doelapparaat uit geschiedenis] of [Selecteer doelapparaat uit favorieten]
gebruikt om een verbinding te maken met een netwerk waarop veel pc’s aangesloten zijn, kan
het moeilijk zijn om de verbinding te maken, omdat de camera zoekt naar eerder aangesloten
apparatuur onder een groot aantal verschillende apparaten. Als u geen verbinding kunt maken,
probeert u het opnieuw met [Nieuwe verbinding].
269
SQW0028
Wi-Fi
Informatie over verbindingen
Instellingen voor het verzenden van beelden
Wanneer u beelden verzendt, selecteert u eerst [Nieuwe
verbinding] en vervolgens de methode voor het verzenden
van beelden.
Nadat u de verbinding tot stand hebt gebracht, kunt u ook de
instellingen voor verzending wijzigen, zoals het formaat van
beelden die u wilt verzenden.
[Afbeeldingen versturen tijdens opname]
Elke keer als u een beeld opneemt, kan het beeld automatisch naar een opgegeven
apparaat worden verzonden.
●●[
] wordt op het opnamescherm weergegeven terwijl is verbonden
via [Afbeeldingen versturen tijdens opname] en [ ] wordt
weergegeven terwijl bestanden worden verzonden.
●●Als u de camera uitschakelt voordat het verzenden voltooid is of de
Wi-Fi-verbinding verbreekt, of in soortgelijke situaties, worden nietverzonden beelden niet opnieuw verzonden.
●●U kunt bestanden mogelijk niet verwijderen of het [Afspelen]-menu
gebruiken tijdens het verzenden.
1
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●Films kunnen niet worden verzonden.
[Afbeeldingen versturen van camera]
U kunt opgenomen beelden selecteren en verzenden.
●●Details van het [Afspelen]-menu [Favorieten] of [Print inst.]-instellingen worden niet verzonden.
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●U kunt sommige beelden die met een andere camera zijn gemaakt, mogelijk niet verzenden.
●●U kunt beelden die zijn gewijzigd of bewerkt met een computer, mogelijk niet verzenden.
270
SQW0028
Wi-Fi
Informatie over verbindingen
De instellingen voor het verzenden van beelden wijzigen
Nadat u de verbinding tot stand hebt gebracht, kunt u ook de instellingen voor verzending
wijzigen, zoals het formaat van beelden die u wilt verzenden, door op de [DISP.]-knop te
drukken.
Onderdeel
[Grootte]
[Bestandsindeling]*2
Beschrijving
Verander het formaat van het te verzenden beeld.
[Origineel]/[Automatisch]*1/[Wijzig]
•• Als u [Automatisch] selecteert, wordt het beeldformaat door de
omstandigheden op de bestemming bepaald.
•• U kunt het beeldformaat bepalen voor [Wijzig] en kiezen uit [M],
[S] of [VGA]. De beeldverhouding verandert niet.
[JPG]/[RAW+JPG]/[RAW]
[Locatiegeg. wissen]*3
Selecteer of u de plaatsinformatie wilt verwijderen uit beelden
voordat u ze verzendt.
[ON]: de plaatsinformatie verwijderen en vervolgens verzenden.
[OFF]: de plaatsinformatie behouden en verzenden.
•• Bij deze bewerking wordt alleen de plaatsinformatie verwijderd
van de beelden die voor verzending zijn ingesteld. (De
plaatsinformatie zal niet worden verwijderd van de oorspronkelijke
beelden die in dit apparaat zijn opgeslagen.)
[Cloudbeperking]*
U kunt selecteren of beelden moeten worden verzonden wanneer de
cloud-map te weinig vrije ruimte heeft.
[ON]: geen beelden verzenden.
[OFF]: beelden van de oudste verwijderen en vervolgens nieuwe
beelden verzenden.
4
*1 Alleen beschikbaar wanneer de bestemming is ingesteld op [Webservice].
*2 Alleen beschikbaar wanneer de bestemming is ingesteld op [PC].
*3 Alleen beschikbaar wanneer de bestemming voor [Afbeeldingen versturen van camera] is ingesteld
op [Cloud-synchr. service] of [Webservice].
*4 Alleen beschikbaar wanneer de bestemming is ingesteld op [Cloud-synchr. service].
271
SQW0028
Wi-Fi
[Wi-Fi setup]
Configureer de vereiste instellingen voor de Wi-Fi-functie.
[Wi-Fi setup] kan niet worden gewijzigd wanneer er een Wi-Fi-verbinding is.
1
Stel het menu in
→
[Set-up] → [Wi-Fi] → [Wi-Fi setup] → Gewenste instelling
Onderdeel
Beschrijving
[LUMIX CLUB]
De aanmeldings-ID van de
"LUMIX CLUB" opvragen of
wijzigen
•• Voor meer informatie (→258).
[PC-verbinding]
U kunt de werkgroep instellen.
U moet een verbinding maken met dezelfde werkgroep als de
doelcomputer wanneer u beelden naar de computer verzendt.
(De standaardverbindingsmethode is ingesteld op "WORKGROUP"
(WERKGROEP))
[Werkgroepnaam wijzigen]:
Hiermee voert u de werkgroep in van de computer waarmee
u verbinding maakt. Sluit het menu nadat u instellingen hebt
gewijzigd.
[Terug naar standaard]:
Zet de instellingen terug in de standaardinstellingen. Er verschijnt
een verzoek om bevestiging. Het wordt uitgevoerd wanneer [Ja]
wordt geselecteerd.
Sluit het menu af nadat het is uitgevoerd.
•• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekst "Tekst
invoeren" (→52).
•• Als u de camera wilt gebruiken met een computer in de
standaardinstellingen, hoeft u de werkgroep niet te wijzigen.
[Toestelnaam]
U kunt de naam van dit
apparaat wijzigen.
Druk op de [DISP.]-knop
Voer de gewenste apparaatnaam in
•• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekst "Tekst
invoeren" (→52).
•• U kunt maximaal 32 tekens invoeren.
[NFC-bediening]
Stelt de NFC-functie in.
[ON]: de NFC-functie werkt.
[OFF]
[Touch sharing]
Stel de bewerking in die moet
worden uitgevoerd wanneer
een Wi-Fi-verbinding wordt
gemaakt met de NFC-functie.
[ON]: wanneer een Wi-Fi-verbinding wordt gemaakt met de NFCfunctie terwijl er één beeld wordt afgespeeld, wordt het beeld
(1 beeld) overgebracht.
[OFF]
272
SQW0028
Wi-Fi
[Wi-Fi setup]
Onderdeel
[Wi-Fi-wachtwoord]
Om onjuist gebruik of het
gebruik van de Wi-Fi-functie
door derden te voorkomen
en opgeslagen persoonlijke
gegevens te beschermen,
verdient het aanbeveling
de Wi-Fi-functie met een
wachtwoord te beschermen.
Beschrijving
Als u een wachtwoord instelt, wordt automatisch het
wachtwoordinvoerscherm weergegeven wanneer de Wi-Fi-functie
gebruikt wordt.
[Instellen]:
Voer een nummer van 4 cijfers als het wachtwoord in. Sluit het
menu nadat u instellingen hebt gewijzigd.
[Verwijderen]:
Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Het wordt uitgevoerd
wanneer [Ja] wordt geselecteerd.
Sluit het menu af nadat het is uitgevoerd.
•• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst
invoeren" (→52).
•• Maak een kopie van het wachtwoord. Als u het wachtwoord
vergeet, kunt u het opnieuw instellen met [Wi-Fi resetten] in het
menu [Set-up]. Andere instellingen worden echter ook gereset.
(Met uitzondering van [LUMIX CLUB])
[Netwerkadres]
Hiermee geeft u het MACadres en het IP-adres van dit
apparaat weer.
273
•• Een "MAC-adres" is een uniek adres dat gebruikt wordt ter
identificatie van netwerkapparatuur.
•• "IP-adres" verwijst naar een nummer dat een PC identificeert die
met een netwerk verbonden is, zoals internet. Gewoonlijk worden
thuisadressen automatisch toegewezen met de DHCP-functie,
zoals een draadloos toegangspunt. (Voorbeeld: 192.168.0.87)
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Genieten van films in 4K
Films in 4K bekijken
■■Beelden op tv bekijken
Wanneer u dit apparaat op een 4K-compatibele tv aansluit en
een film afspeelt die is opgenomen met een [Opn. kwaliteit]
van [4K], kunt u van 4K-filmbeelden met een hoge resolutie
genieten. Hoewel de weergegeven resolutie lager is, kunt u
filmbeelden in 4K ook afspelen door een verbinding te maken
met een HD-tv en andere apparaten die 4K niet ondersteunen.
Voorbereiding
Wanneer films zijn opgenomen in [Opn. kwaliteit] met [4K], stelt u [HDMI-functie] (→48) in op
[AUTO] of [4K].
Sluit dit apparaat aan op een 4K-compatibele tv met een HDMI-microkabel en geef
het afspeelscherm weer (→276)
•• Wanneer de instelling [VIERA link] op de camera op [ON] wordt gezet en de camera wordt
aangesloten op een VIERA Link (HDMI)-compatibele Panasonic televisie (VIERA), schakelt
de televisie automatisch naar het juiste signaal en wordt het afspeelscherm weergegeven.
Raadpleeg voor meer informatie (→278).
•• U kunt ook filmbeelden afspelen door de kaart te plaatsen in een
4K-compatibele tv die is voorzien van een SD-kaartsleuf.
•• Lees de gebruiksaanwijzing van de tv.
■■Films in 4K bekijken op het scherm van een pc
Als u films opgenomen met een [Opn. kwaliteit] van [4K] op een pc
wilt afspelen, gebruikt u de software "PHOTOfunSTUDIO" die op de
(bijgeleverde) dvd is opgeslagen.
••U kunt alleen 4K-films afspelen en bewerken in een pc-omgeving
voor zware toepassingen.
••Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij "PHOTOfunSTUDIO" (PDF)
voor meer informatie.
274
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Genieten van films in 4K
4K-films opslaan
■■4K-films op uw pc opslaan
Foto’s/filmbeelden zijn te kopiëren van de camera naar uw computer, door de
apparaten op elkaar aan te sluiten. Raadpleeg voor meer informatie (→280).
■■Opslag van 4K-films op een dvd
U kunt films opgenomen in [Opn. kwaliteit] met [4K] niet met een Panasonic recorder
overbrengen of kopiëren naar een Blu-ray-disk of dvd. (Bijgewerkt tot oktober 2014)
U kunt de bijgeleverde dvd-software "PHOTOfunSTUDIO" gebruiken om de
bestandsgrootte van een film kleiner in te stellen of om de film over te brengen naar
een dvd.
••Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij "PHOTOfunSTUDIO" (PDF) voor meer informatie.
275
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Beelden op tv bekijken
U kunt beelden bekijken op uw tv-scherm door de camera aan te sluiten op uw tv met de
HDMI-microkabel of AV-kabel (optioneel).
Voorbereiding
Zet de camera en de tv uit.
1
Sluit de camera aan op uw tv
Controleer de richting van de stekker en steek deze recht in de camera. (Als
de kabel in de verkeerde richting in de camera wordt gestoken, zou de stekker
vervormd kunnen raken en een onjuiste werking kunnen veroorzaken). Sluit dit
apparaat ook niet op de verkeerde aansluiting aan. Hierdoor kan dit apparaat
beschadigd raken.
■■Aansluiting met een HDMI-microkabel
Met een HDMI-microkabel kunt u naar foto’s en films kijken met een hoge
resolutie.
Leg de markeringen gelijk
en sluit aan.
[HDMI]-aansluiting
Naar de HDMI video/
audio-ingangsaansluiting
HDMI-microkabel
Gebruik een "snelle HDMI microkabel" met het HDMI-logo. Kabels die niet
voldoen aan de HDMI-normen, zijn niet bruikbaar.
"Snelle HDMI microkabel" (Type D-Type A stekker, maximaal 2 m lang)
■■Aansluiting met een AV-kabel (optioneel)
[AV OUT/DIGITAL]-aansluiting
Leg de markeringen gelijk
en sluit aan.
AV-kabel (optioneel)
2
3
276
Geel:
naar video-aansluiting
Wit:
naar audio-aansluiting*
*Monogeluidsweergave.
Zet de tv aan en schakel de tv-ingangsbron naar de juiste
ingang
Schakel de camera in en druk op de afspeelknop
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Beelden op tv bekijken
■■Aansluiting met een HDMI-microkabel
●●Controleer de [HDMI-functie]. (→48)
●●Als u 24p-films wilt afspelen, stelt u [HDMI-functie] in op [AUTO]. Anders wordt het beeld niet op
24 frames per seconde weergegeven.
●●Er kunnen balken langs de zijkanten of de boven- en onderrand van het scherm verschijnen, al
naar gelang de ingestelde beeldverhouding.
●●Kabels die niet voldoen aan de HDMI-normen zijn niet bruikbaar.
●●Wanneer u een HDMI microkabel aansluit, worden de beelden niet op het scherm
weergegeven.
●●Het HDMI-uitgangssignaal wordt geannuleerd als er tegelijk een USB-kabel (bijgeleverd) is
aangesloten.
●●Wanneer de AV-kabel (optioneel) en de HDMI-microkabel tegelijkertijd zijn aangesloten, wordt
er geen beeld verzonden via de AV-kabel.
●●Onmiddellijk na het beginnen met afspelen of na pauzeren kunnen de beelden even vervormd
zijn, bij bepaalde TV-toestellen.
●●De geluidsweergave is in stereo.
●●Lees de gebruiksaanwijzing van de tv.
■■Aansluiting met een AV-kabel (optioneel)
●●Controleer de [TV-aspect]. (→47)
●●Gebruik altijd een echte Panasonic AV-kabel (DMW-AVC1: optioneel).
●●U kunt beelden afspelen op tv’s in andere landen (regio’s) waar het systeem NTSC of PAL wordt
gebruikt. U kunt de instelling [Video uit] vinden in [TV-verbinding] in het [Set-up]-menu.
●●Naar staand gedraaide beelden kunnen enigszins onscherp zijn.
●●Verander de instellingen van de fotomodus op de tv als de beeldverhouding niet goed wordt
weergegeven op een breedbeeld- of een HD-televisie.
●●De zoekerweergave kan niet worden gebruikt.
●●Lees de gebruiksaanwijzing van de tv.
De opgenomen beelden kunnen op een tv met een SDgeheugenkaartsleuf worden afgespeeld
●●De juiste manier van afspelen (beeldverhouding) is afhankelijk van de tv die voor de
weergave wordt gebruikt.
●●De bestandsindeling van de films die kunnen worden afgespeeld, verschilt afhankelijk
van het tv-model.
●●U kunt panoramafoto’s mogelijk niet afspelen. Ook kunt u panoramafoto’s mogelijk niet
afspelen met automatisch bladeren.
●●Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de tv voor kaarten die compatibel zijn met
afspelen.
277
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Beelden op tv bekijken
VIERA Link (HDMI) (HDAVI Control™)
Wat is VIERA Link (HDMI)?
●●VIERA Link is een functie voor het automatisch koppelen van deze camera aan
VIERA Link-compatibele apparaten via een aansluiting met HDMI-microkabels voor
een gemakkelijke bediening met de VIERA afstandsbediening. (Sommige functies
zijn niet beschikbaar.)
●●VIERA Link (HDMI) is een exclusieve Panasonic functie die een uitbreiding vormt
van de industriewijde norm van HDMI-bedieningsfuncties, bekend als HDMI CEC
(Consumer Electronics Control). De juiste bediening is niet gegarandeerd bij
aansluiting op HDMI CEC-geschikte apparaten van andere merken dan Panasonic.
Lees de gebruiksaanwijzing van uw apparatuur om te zien of die geschikt is voor de
VIERA Link (HDMI).
●●Deze camera is geschikt voor VIERA Link (HDMI) Versie 5. Dit is de Panasonic
norm, die ook geschikt is voor eerdere Panasonic VIERA Link-toestellen.
Voorbereiding
Stel [VIERA link] in op [ON] (→49).
1
2
3
278
Sluit de camera aan op een VIERA Link (HDMI)-compatibele Panasonic televisie
(VIERA) met een HDMI-microkabel (→276)
Schakel de camera in en druk op de afspeelknop
Bedien met de afstandsbediening van de tv
•• Bedien onder raadpleging van de bedieningspictogrammen die op het scherm worden
weergegeven.
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Beelden op tv bekijken
■■Andere betrokken bedieningsfuncties
Het apparaat uitschakelen
••De camera kan ook wanneer u de tv uitschakelt met de afstandsbediening,
tegelijkertijd uitgeschakeld worden.
Automatische ingangskeuze
••Deze functie schakelt automatisch het ingangskanaal van de tv over naar het
camerascherm zodra u de camera inschakelt, mits ze op elkaar zijn aangesloten met
een HDMI microkabel. De televisie kan ook worden ingeschakeld via de camera,
vanuit stand-by (als de "Power on link (Aan via Link)" van de televisie op "aan" staat).
••Als VIERA Link (HDMI) niet goed functioneert (→323)
●●Gebruik een "snelle HDMI microkabel" met het HDMI-logo. Kabels die niet voldoen aan de HDMI-
normen, zijn niet bruikbaar.
"Snelle HDMI microkabel" (Type D-Type A stekker, maximaal 2 m lang)
●●Als u niet weet of uw tv compatibel is met VIERA Link (HDMI), raadpleegt u de gebruiksaanwijzing
van de tv.
●●Kabels die niet voldoen aan de HDMI-normen zijn niet bruikbaar.
●●Wanneer VIERA Link is geactiveerd, wordt de instelling [HDMI-functie] van dit apparaat
automatisch herkend.
●●Wanneer de [VIERA link] instelling op de camera op [ON] staat, zal de bediening met de toetsen
op de camera zelf beperkt zijn.
●●Zorg dat het tv-toestel dat u aansluit is ingesteld voor het gebruik van de VIERA Link (HDMI) (zie
voor nadere aanwijzingen de handleiding van uw televisietoestel).
279
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan
Foto’s/filmbeelden zijn te kopiëren van de camera naar uw computer, door de apparaten
op elkaar aan te sluiten.
••Sommige computers kunnen rechtstreeks de geheugenkaart van de camera lezen.
Zie voor meer informatie de handleiding van uw computer.
••Als uw computer niet geschikt is voor SDXC-geheugenkaarten zal er een mededeling
verschijnen met het verzoek om de kaart te formatteren. (Formatteer de kaart niet.
Opgenomen beelden worden dan gewist.)
Als de kaart niet herkend wordt, raadpleegt u de volgende ondersteuningswebsite.
http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html
■■Computer-specificaties
U kunt de camera aansluiten op een computer die een apparaat voor massaopslag
(apparaat waarop een grote hoeveelheid gegevens kan worden opgeslagen) kan
herkennen.
••Windows: Windows 8.1/Windows 8/Windows 7/Windows Vista
••Mac: OS X v10.5 - v10.9
Sommige films die zijn opgenomen in [AVCHD] worden mogelijk niet
goed gescand als een bestand of map wordt gekopieerd
●●Zorg er bij gebruik van Windows voor dat u de software "PHOTOfunSTUDIO" op de
bijgeleverde dvd gebruikt om films te kopiëren die in [AVCHD] zijn opgenomen.
●●Bij gebruik van de Mac kunt u films die in [AVCHD] zijn opgenomen, kopiëren met
"iMovie". Het is echter niet altijd mogelijk beelden te kopiëren, afhankelijk van de
instellingen voor beeldkwaliteit.
(Neem voor meer informatie over iMovie contact op met Apple Inc.)
280
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan
Informatie over bijgeleverde software
De bijgeleverde dvd bevat de volgende software.
Installeer de software op uw computer voordat u deze gaat gebruiken.
PHOTOfunSTUDIO 9.6 PE
U kunt foto’s of films op uw pc vastleggen of vastgelegde beelden ordenen door ze te
categoriseren op opnamedatum, modelnaam van de digitale camera waarmee ze zijn
opgenomen enzovoort. U kunt ook foto’s corrigeren, films bewerken of naar dvd schrijven.
••Besturingsomgeving
Ondersteunde
besturingssystemen
Windows® 8.1 (32-bits/64-bits)
Windows® 8 (32-bits/64-bits)
Windows® 7 (32-bits/64-bits) en SP1
Windows Vista® (32-bits) SP2
Windows® 8.1
Processor
Windows® 8
Windows Vista®
Monitor
Pentium® III 1 GHz of hoger
Windows® 7
Pentium® III 800 MHz of hoger
1024×768 pixels of meer (1920×1080 pixels of meer aanbevolen)
Windows® 8.1
RAM
Windows® 8
Windows Vista®
Vrije ruimte op de
harde schijf
1 GB of meer (32-bits)/2 GB of meer (64-bits)
Windows® 7
512 MB of meer
450 MB of meer om de software te installeren
••Als u 4K-films wilt bewerken, hebt u de 64-bits versies van Windows 8.1, Windows 8
of Windows 7 nodig.
••Raadpleeg de Gebruiksaanwijzing van "PHOTOfunSTUDIO" (PDF) voor meer
informatie over de besturingsomgeving. U kunt de gebruiksaanwijzing lezen nadat u
de software gestart hebt.
281
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan
SILKYPIX Developer Studio 4.2 SE
Met deze software kunt u beelden in RAW-bestanden ontwikkelen en bewerken.
De bewerkte beelden kunnen in een bestandsindeling zoals JPEG of TIFF worden
opgeslagen, die op een pc enzovoort kan worden weergegeven.
••Besturingsomgeving
Ondersteunde
besturingssystemen
Windows® 8.1
Windows® 8
Windows® 7
Windows Vista®
Mac® OS X v10.5/v10.6/v10.7/v10.8/v10.9
••Zie voor meer informatie over het gebruik van SILKYPIX Developer Studio de "Help"
of de ondersteuningswebsite van Ichikawa Soft Laboratory:
http://www.isl.co.jp/SILKYPIX/english/p/support/
LoiLoScope, 30 dagen volledige proefversie
(Windows 8.1/8/7/Vista)
LoiLoScope is videobewerkingssoftware die gebruikmaakt van het volledige vermogen
van uw computer. Video’s maken is even gemakkelijk als het sorteren van kaarten op een
bureau. Met uw muziek, foto- en videobestanden kunt u video’s maken om te delen met
uw vrienden en familie door deze op een dvd te branden, te uploaden naar websites of
gewoon via e-mail met uw vrienden te delen.
••Hiermee installeert u alleen een snelkoppeling naar de downloadsite voor de
proefversie.
••Lees voor meer informatie over het gebruik van LoiLoScope de LoiLoScope
handleiding die via de onderstaande koppeling kan worden gedownload.
URL van handleiding: http://loilo.tv/product/20
282
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan
Installatie van de bijgeleverde software
De software wordt geïnstalleerd die compatibel is met uw computer.
Voorbereidingen
•• Controleer de specificaties en besturingsomgeving van uw pc voor elke software.
•• Sluit alle lopende toepassingen voordat u de (bijgeleverde) dvd in de computer plaatst.
1
Plaats de dvd met de bijgeleverde software in de computer
2
3
Klik op [Toepassingen]
•• Als het automatische afspeelscherm weergegeven wordt, kunt u het menu weergeven door
[Launcher.exe] te selecteren en uit te voeren.
•• In Windows 8.1/Windows 8 kunt u het menu weergeven door op een bericht te klikken dat
verschijnt nadat de dvd geplaatst is en vervolgens [Launcher.exe] uitvoeren.
•• U kunt ook het menu laten verschijnen door te dubbelklikken op [SFMXXXX] onder [Computer].
(Wat er bij "XXXX" verschijnt zal per model verschillend zijn.)
Klik op [Recommended Installation]
•• Volg de instructies op het scherm om de installatieprocedure te voltooien.
●●Als u een Mac gebruikt, kunt u SILKYPIX handmatig installeren.
Plaats de dvd met de bijgeleverde software in de computer
Dubbelklik op de applicatiemap op de dvd
Dubbelklik op de map die automatisch verschijnt
Dubbelklik op het pictogram in de map
Niet beschikbaar in het volgende geval:
●●PHOTOfunSTUDIO / LoiLoScope zijn niet compatibel met de Mac.
283
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan
Kopiëren van foto’s en filmbeelden
Voorbereidingen
•• Installeer "PHOTOfunSTUDIO" op de computer voordat u de kopieerprocedure start. (→283)
•• Zet de camera en de computer aan.
1
Sluit de camera aan op de computer
•• Controleer de richting van de stekker en steek deze recht in de camera. (Als de kabel in de
verkeerde richting in de camera wordt gestoken, zou de stekker vervormd kunnen raken en een
onjuiste werking kunnen veroorzaken). Sluit dit apparaat ook niet op de verkeerde aansluiting
aan. Hierdoor kan dit apparaat beschadigd raken.
•• Gebruik geen andere USB-kabels dan de bijgeleverde kabel of een echte Panasonic USB-kabel
(DMW-USBC1: optioneel). Wanneer u andere kabels dan de bovenstaande gebruikt, kan dit een
storing veroorzaken.
Leg de markeringen gelijk
en sluit aan.
[Toegang] (gegevens verzenden)
•• Ontkoppel de USB-kabel (bijgeleverd) niet terwijl
[Toegang] wordt weergegeven.
[AV OUT/DIGITAL]-aansluiting
USB-kabel (bijgeleverd)
2
Selecteer met
3
Kopieer de beelden met "PHOTOfunSTUDIO" naar uw computer
[PC] en druk op [MENU/SET]
•• Na instelling van [USB mode] op [PC] is het niet meer nodig de instelling telkens opnieuw te
maken wanneer u de camera aansluit op uw computer.
•• Zie voor meer informatie over het gebruik van "PHOTOfunSTUDIO" de handleiding
"PHOTOfunSTUDIO" (PDF).
●●Verwijder of verplaats geen gekopieerde bestanden of mappen met Windows Verkenner of andere
browsers. Anders kunt u de bestanden niet afspelen of bewerken met "PHOTOfunSTUDIO".
■■Voor PTP-modus
De camera kan worden aangesloten op uw computer, ook al staat [USB mode] (→47)
ingesteld op [PictBridge(PTP)].
••Alleen de weergave van beelden is mogelijk.
••Als u in de PTP-modus geen verbinding met uw pc kunt maken, stelt u [USB mode] in
op [PC] en maakt u opnieuw een verbinding.
••Beelden kunnen mogelijk niet worden geïmporteerd als er 1.000 of meer beelden op
de kaart staan.
••Films of RAW-foto’s kunnen niet worden gelezen.
284
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan
■■Kopiëren naar uw computer zonder dat u "PHOTOfunSTUDIO" gebruikt
U kunt beelden op uw computer opslaan en gebruiken door mappen en bestanden naar
aparte mappen op de computer te slepen.
••De kaart van dit apparaat bevat de volgende bestanden (mapstructuur).
DCIM (Foto’s/films)
100_PANA (maximaal 999 beelden/map)
Kaart
●●Windows
Station ("LUMIX")
wordt weergegeven in
"Computer".
●●Mac
Station ("LUMIX") wordt
weergegeven op het
bureaublad.
Mapnummer
P1000001.JPG*1
Bestandsnummer
:
P1000999.JPG
Kleurruimte P: sRGB
_: AdobeRGB
101_PANA
:
999_PANA
*2
MISC (DPOF-bestanden, Favorieten)
PRIVATE
AVCHD (Films in AVCHD)
*1 .JPG: foto’s
.RW2: foto’s die als RAW-bestand zijn opgenomen
.MP4: [MP4]-films
*2 In de volgende gevallen worden nieuwe mappen gemaakt:
•• Wanneer er een foto met bestandsnummer 999 in de map staat.
•• Bij gebruik van een kaart die al hetzelfde mapnummer bevat (bijvoorbeeld voor beelden die met
een andere camera zijn genomen, e.d.).
•• Bij opnemen na het verrichten van [Nr. resetten]. (→50)
●●Schakel de camera uit voordat u geheugenkaarten plaatst of verwijdert.
●●Gebruik een voldoende opgeladen batterij of een netadapter (optioneel) en een DC
coupler (optioneel). Wanneer de batterij leegraakt tijdens de communicatie klinkt er een
waarschuwingstoon. Annuleer onmiddellijk de communicatie via uw computer.
●●Raadpleeg de handleiding bij de computer voor meer informatie.
285
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Foto’s en films in de recorder opslaan
Volg de geschikte methode voor uw apparatuur.
Kopiëren door de kaart in de recorder te plaatsen
U kunt met Panasonic-apparatuur (bijvoorbeeld een Blu-rayrecorder) beelden kopiëren met ondersteuning voor elke
bestandsindeling.
••Zie de handleiding van de recorder voor nadere informatie over
kopiëren en afspelen.
32
Weergavebeelden kopiëren via AV-kabels (optioneel)
U kunt de beelden die op dit apparaat worden afgespeeld, overdragen of kopiëren naar
een recorder, disk, videobanden of andere media in de standaardbeeldkwaliteit. Dit kan
zeer nuttig zijn, want hiermee kunt u uw opnamen ook overnemen op apparatuur die niet
geschikt is voor hoge-definitie beelden. Het geluid is in mono.
1 Sluit uw camera aan op uw video- of dvd-recorder
•• Controleer de richting van de stekker en steek deze recht in de camera. (Als de kabel in de
verkeerde richting in de camera wordt gestoken, zou de stekker vervormd kunnen raken en een
onjuiste werking kunnen veroorzaken). Sluit dit apparaat ook niet op de verkeerde aansluiting
aan. Hierdoor kan dit apparaat beschadigd raken.
[AV OUT/DIGITAL]-aansluiting
Leg de markeringen gelijk
en sluit aan.
AV-kabel (optioneel)
2
3
Naar de ingangsaansluiting van de recorder
Start het opnemen op uw video- of dvd-recorder
Start het afspelen op de camera
•• Om te stoppen met opnemen (kopiëren), stopt u eerst het opnemen op uw recorder en dan stopt
u de weergave op de camera.
●●Gebruik altijd een echte Panasonic AV-kabel (DMW-AVC1: optioneel).
●●Bij gebruik van een conventioneel tv-toestel met beeldverhouding 4:3 dient u altijd de [TV-aspect]
instelling (→47) van de camera in te stellen op [4:3] voordat u gaat kopiëren. Films die worden
gekopieerd met de [16:9] instelling zullen er verticaal uitgerekt uitzien bij weergave op een 4:3
tv-scherm.
●●Zie voor nadere aanwijzingen voor het kopiëren en afspelen de gebruiksaanwijzing van uw
recorder.
286
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Afdrukken
U kunt de camera rechtstreeks aansluiten op een PictBridge-compatibele printer om af te
drukken.
••Sommige printers kunnen rechtstreeks vanaf de geheugenkaart van de camera
afdrukken.
Zie de handleiding voor uw printer voor meer informatie.
Voorbereidingen
•• Pas desgewenst de afdrukkwaliteit of andere instellingen op uw printer aan.
•• Zet de camera en de printer aan.
1
Sluit de camera aan op de printer
•• Controleer de richting van de stekker en steek deze recht in de camera. (Als de kabel in de
verkeerde richting in de camera wordt gestoken, zou de stekker vervormd kunnen raken en een
onjuiste werking kunnen veroorzaken). Sluit dit apparaat ook niet op de verkeerde aansluiting
aan. Hierdoor kan dit apparaat beschadigd raken.
•• Gebruik geen andere USB-kabels dan de bijgeleverde kabel of een echte Panasonic USB-kabel
(DMW-USBC1: optioneel). Wanneer u andere kabels dan de bovenstaande gebruikt, kan dit een
storing veroorzaken.
Leg de markeringen gelijk
en sluit aan.
•• Ontkoppel de (bijgeleverde) USB-kabel niet wanneer
het pictogram voor ontkoppeling van de kabel [ ]
wordt weergegeven (dit wordt bij sommige printers
niet weergegeven).
2
3
4
Selecteer met
[AV OUT/DIGITAL]-aansluiting
USB-kabel (bijgeleverd)
[PictBridge(PTP)] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
een beeld en druk op [MENU/SET]
Selecteer met
[Print start] en druk op [MENU/SET]
(Afdrukinstellingen (→290))
■■Annuleren van de afdruk
Druk op [MENU/SET].
287
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Afdrukken
Meerdere beelden afdrukken
Er worden meerdere beelden tegelijk afgedrukt.
1
2
3
Druk op
om [Veelv. afdr.] te selecteren in stap 3 (→287)
Selecteer met
het onderdeel en druk op [MENU/SET]
•• [Multi selecteren]:
Schuif tussen beelden met
, selecteer beelden om af te
drukken met [MENU/SET] (Druk nogmaals op [MENU/SET] om uw
keuze te annuleren.)
Selecteer met [Uitvoer.] en druk op [MENU/SET]
•• [Alles selecteren]: alle beelden afdrukken.
•• [Print inst.(DPOF)]: beelden afdrukken die zijn geselecteerd in [Print inst.]. (→220)
•• [Favorieten]: beelden afdrukken die zijn geselecteerd als [Favorieten]. (→219)
Selecteer met
[Print start] en druk op [MENU/SET]
(Afdrukinstellingen (→290))
•• Selecteer [Ja] als het bevestigingsscherm voor afdrukken wordt weergegeven.
●●De groepsbeelden worden een voor een weergegeven in plaats van alle beelden tegelijk.
●●Schakel de camera uit voordat u geheugenkaarten plaatst of verwijdert.
●●Ontkoppel de USB-kabel (bijgeleverd) na het afdrukken.
●●Gebruik een voldoende opgeladen batterij of een netadapter (optioneel) en een DC coupler
(optioneel). Wanneer de batterij leegraakt terwijl de verbinding is gemaakt, klinkt er een
waarschuwingstoon. Annuleer het afdrukken en ontkoppel de USB-kabel.
●●Een oranje "●" bij het afdrukken geeft een foutmelding aan.
●●Het afdrukken kan in verschillende beelden worden opgesplitst wanneer u een groot aantal
beelden afdrukt.
(De weergave van de resterende beelden kan afwijken van het aantal beelden dat voor afdrukken
is ingesteld.)
Niet beschikbaar in de volgende gevallen:
●●Films kunnen niet worden afgedrukt.
●●Foto’s die in een RAW-bestand zijn opgenomen, kunnen niet worden afgedrukt. (De foto’s die
tegelijkertijd met het RAW-bestand in de bestandsindeling JPEG zijn opgeslagen, kunnen worden
afgedrukt.)
288
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Afdrukken
Afdrukken met datum en tekst
Tijd en datum kunnen zo worden ingesteld dat ze op het beeld worden afgedrukt wanneer
u het beeld maakt door de functie [Tekst afdr.] in het menu [Afspelen] te activeren. (→212)
■■Datum afdrukken zonder [Tekst afdr.]
In winkels afdrukken:
Alleen de opnamedatum kan worden afgedrukt. Vraag de winkel de datum af te
drukken.
••Door de instellingen van [Print inst.] (→220) van tevoren op de camera te maken,
kunt u het aantal afdrukken en de instellingen voor de datumafdruk kiezen voordat u
de kaart aan de fotozaak geeft.
••Controleer of de winkel 16:9 ondersteunt als u foto’s in deze beeldverhouding wilt
afdrukken.
Op de computer:
U kunt via de software "PHOTOfunSTUDIO" op de bijgeleverde dvd afdrukinstellingen
voor de opnamedatum en tekstinformatie opgeven.
Op de printer:
U kunt de opnamedatum afdrukken door op de camera [Print inst.] in te stellen of door
[Print met dat.] (→290) in te stellen op [ON] als u de camera aansluit op een printer met
datumafdrukfunctie.
289
SQW0028
Aansluiten op andere apparatuur
Afdrukken
Afdrukinstellingen maken op de camera
Tot de instelopties behoren het aantal afgedrukte foto’s en hun formaat. Geef de
instellingen op voordat u [Print start] selecteert.
het onderdeel en druk op [MENU/SET]
1 Selecteer met
Onderdeel
2
Instellingen
[Print met dat.]
[ON] / [OFF]
[Aantal prints]
Hier stelt u het aantal beelden in (maximaal 999 beelden)
[Papierafmeting]
Wanneer [
voorrang.
[Lay-out pagina]
[
[
Selecteer met
] is geselecteerd, krijgen de printerinstellingen
] (printerinstellingen krijgen voorrang)/[ ] (1 foto, zonder rand)/
] (1 foto, met rand)/[ ] (2 foto’s)/[ ] (4 foto’s)
de instelling en druk op [MENU/SET]
●●Wanneer u [Print met dat.] instelt op [ON], controleert u de datumafdrukinstellingen op de printer
(de printerinstellingen kunnen voorrang krijgen).
●●Om een beeld af te drukken, waarop tekst of een datum is afgedrukt, stelt u [Print met dat.] in op
[OFF]. (De foto wordt afgedrukt met de datum er overheen.)
●●Opties die niet compatibel zijn met de printer, worden mogelijk niet weergegeven.
●●Als u op één afdruk [ ] "2 foto’s" of [ ] "4 foto’s" wilt afdrukken, stelt u het aantal afdrukken in
op 2 of 4.
●●Stel als u wilt afdrukken op papierformaten/indelingen die niet door deze camera worden
ondersteund, de camera in op [ ] en voer de instellingen uit op de printer. (Raadpleeg de
handleiding van uw printer.)
●●Zelfs als u de instellingen van [Print inst.] volledig hebt ingesteld, worden datums mogelijk niet
afgedrukt, afhankelijk van de gebruikte fotozaak of printer.
290
SQW0028
Diversen
Optionele accessoires
Externe flitser (optioneel)
Wanneer u de flitsers (optioneel: DMW-FL220, DMW-FL360L of DMW-FL580L), wordt
een breder effectief flitsbereik geboden dan met de (bijgeleverde) flitser.
Voorbereiding
Zet de [ON/OFF]-schakelaar van de camera op [OFF].
De bescherming flitsschoen verwijderen
De bescherming flitsschoen is al op de flitsschoen bevestigd op het moment van
aanschaf.
Verwijder de bescherming flitsschoen door
deze in de richting van pijl te trekken terwijl
u deze indrukt in de richting aangeduid met
pijl
••Bevestig de bescherming flitsschoen altijd wanneer de
flitsschoen niet in gebruik is.
••Bewaar de bescherming flitsschoen op een veilige
plaats nadat u deze hebt verwijderd, zodat u deze niet
kwijtraakt.
■■Gebruik van de flitser (DMW-FL360L: optioneel)
Bevestig de externe flitser aan de flitsschoen en zet de camera en de externe flitser
vervolgens aan
Stel het menu in
→
[Opname] → [Flitser]
Druk op
Druk op
om [Flitserfunctie] te selecteren en druk op [MENU/SET]
om het onderdeel te selecteren en druk op [MENU/SET]
•• Terwijl de externe flitser is aangesloten, worden de volgende pictogrammen weergegeven.
: Externe flitser altijd AAN
: Externe flitser Rode-ogenreductie Gedwongen AAN*
: Externe flitser traag synchro
: Externe flitser Rode-ogenreductie Langzame sync.*
: Externe flitser altijd UIT
•• Signaalflitsen met draadloze flitsers is ook uitgeschakeld.
* Wanneer de flitsmodus staat ingesteld op [AUTO] of [MANUAL] op een externe flitser, kunt u
dit punt niet selecteren.
291
SQW0028
Diversen
Optionele accessoires
Wanneer andere in de handel verkrijgbare externe flitsers worden gebruikt
die geen directe communicatie met de camera bieden (DMC-LX100)
••U moet de belichting op de externe flitser instellen wanneer deze wordt gebruikt.
Wanneer u een externe flitser in de automatische modus gebruikt, gebruikt u een
externe flitser waarop u de diafragmawaarde en de ISO-gevoeligheid in kunt stellen op
dezelfde instellingen als op de camera.
••Stel de camera in op de [Lensopeningspr.]-modus of de [Handm. belicht.]-modus en
stel vervolgens dezelfde diafragmawaarde en ISO-gevoeligheid in op de externe flitser.
(De juiste belichting kan niet worden bereikt omdat de diafragmawaarde verandert in de
[Sluiterprioriteit]-modus. Het licht van de externe flitser kan niet naar behoren worden
aangepast, omdat de diafragmawaarde niet kan worden vastgezet in de [Program AE]modus.)
●●U kunt de diafragmawaarde, de sluitertijd en de ISO-gevoeligheid zelfs op de camera instellen
wanneer de externe flitser is bevestigd.
●●Sommige in de handel verkrijgbare externe flitsers hebben synchro-aansluitingen met
hoogspanning of omgekeerde polariteit. Als dergelijke flitsers worden gebruikt, zouden ze een
storing kunnen veroorzaken of de normale werking van de camera kunnen belemmeren.
●●Als u gebruik maakt van in de handel verkrijgbare externe flitsers (met communicatiefuncties) die
niet compatibel zijn met dit apparaat, kunnen deze niet naar behoren werken of zelfs defect raken.
Gebruik dergelijke flitsers niet.
●●Zelfs als de externe flitser uitgeschakeld is, kan de camera naar de modus van de externe flitser
gaan wanneer de externe flitser is bevestigd. Als u de externe flitser niet gebruikt, dient u deze
van de camera te ontkoppelen.
●●Wanneer de externe flitser is aangesloten, wordt de camera instabiel. We raden u dan ook aan
beelden op te nemen met een statief.
●●Ontkoppel de externe flitser wanneer u de camera draagt.
●●Houd zowel de camera als de externe flitser vast wanneer de externe flitser aan de camera is
bevestigd. Als u alleen de externe flitser vasthoudt, zou deze los kunnen komen van de camera.
●●Als de witbalans is ingesteld op [ ] wanneer de externe flitser wordt gebruikt, voert u
verfijningen van de witbalans uit als de opnameresultaten niet bevredigend zijn. (→105)
●●Als u beelden opneemt dicht op het onderwerp in de groothoekstand wordt het licht van de flitser
belemmerd door de lens en kan de onderkant van het scherm donker zijn.
●●Raadpleeg (→184) met betrekking tot de instellingen voor de draadloze flitser.
●●Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de externe flitser voor meer informatie.
Gebruik van de (optionele) netadapter en (optionele) DC
coupler in plaats van de batterij
Met de netadapter (optioneel) en de DC coupler (optioneel) kunt u opnemen en afspelen
zonder dat u op het batterijvermogen hoeft te letten.
De optionele DC coupler is alleen te gebruiken met de bijbehorende Panasonic
netadapter.
●●Gebruik altijd een Panasonic netadapter (optioneel).
●●Lees ook de gebruiksaanwijzing van de netadapter en de DC coupler.
292
SQW0028
Diversen
Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker
••De volgende beelden zijn voorbeelden van wanneer het weergavescherm is ingesteld
op [ ] (schermstijl) op het scherm.
Tijdens het opnemen
50i
XXmXXs
Opnamemodus (→59)
Filmopnamemodus (→58)
Filmopnamemodus wanneer
[4K-FOTO] is ingesteld op [ON]
(→195)
Voorkeursinstelling (→60)
Panoramafoto-opnamemodus
(→150)
[Fotostijl] (→100)
50i
→←↑↓
EXPS
Verstreken opnameduur*
(→190)
Indicator voor gelijktijdig
opnemen (→198)
Automatisch schakelen tussen
zoeker en scherm (→54)
[Peaking] (→130)
[Schaduw markeren] (→102)
[HDR] (→112)
[Multi-belicht.] (→159)
Elektronische sluiter (→140)
Flitsmodus (→180, 291)
Flitser (→182, 184)
[Opname-indeling]/
[Opn. kwaliteit] (→187)
Beeldverhouding/
[Fotoresolutie] (→108)
Kaart (alleen weergegeven
tijdens het opnemen) (→25)
Panoramarichting (→150)
Soorten beeldeffecten (Filter)
(→89)
Weergave voor aanpassing
foto-effect (Filter) (→91)
* [m] en [s] staan voor "minuten" en "seconden".
293
SQW0028
Diversen
Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker
50i
[Kwaliteit] (→109)
AFS AFF AFC MF Scherpstelmodus (→114)
AF-modus (→115)
AFL
[Gezicht herk.] (→162)
AF-vergrendeling (→133)
Burst (→142)
[Auto bracket] (→145)
[Asp. bracket] (→147)
Zelfontspanner (→148)
Panoramarichting (→150)
Resterend batterijvermogen
(→21)
Fotomodus (fotoprioriteiten)
(→198)
Macro-opname (→126)
Opnamestatus (knippert rood.)/
schepstelling (brandt groen.)
(→56)
Scherpstelling (bij weinig licht)
(→56)
Wi-Fi-verbindingsstatus
[4K-FOTO]-markering (→196)
[Intervalopname] (→153)
[Stop-motionanimatie] (→156)
Histogram (→64)
Beeldstabilisatie (→168)
Bewegingswaarschuwing
(→168)
294
SQW0028
Diversen
Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker
50i
Instellingen bestemming/Aantal verstreken
reisdagen*2 (→42)
Naam*2 (→165)
Leeftijd in jaren/maanden*2 (→165)
Huidige datum/tijd*2
Wereldtijd*2:
(→41)
AEL
1.7
60
[Draaiknop gids] (→18)
Bracketinstelling voor
witbalans (→106)
Verfijning voor witbalans
(→105)
Witbalans (→103)
AF-gebied (→56, 121)
Spotmetingsdoel (→139)
Aantal op te nemen beelden*4
98
(→27)
Zelfontspanner*3 (→148)
Beschikbare opnameduur*1*4
[Stille modus] (→161)
R8m30s
(→27)
[Micr. weerg.] (→200)
AE-vergrendeling (→133)
[Meetfunctie] (→139)
Belichtingsmeter (→81)
Programme Shift (→81)
Zoom (→170, 174)
Diafragmawaarde (→56)
Sluitertijd (→56)
Belichtingscompensatiewaarde
(→135)
Hulpmiddel voor handmatige
belichting (→87)
ISO-gevoeligheid (→136)
*1 [m] en [s] staan voor "minuten" en "seconden".
*2 Dit wordt ongeveer 5 seconden weergegeven wanneer de camera ingeschakeld wordt, na instelling
van de klok en nadat van de afspeelmodus naar de opnamemodus is geschakeld.
*3 Dit wordt tijdens het aftellen weergegeven.
*4 Het is mogelijk om de weergave te schakelen tussen het aantal op te nemen beelden en de
beschikbare opnametijd met de instelling [Rest-aanduiding] in het [Voorkeuze]-menu.
295
SQW0028
Diversen
Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker
■■Opnamegegevens op het scherm
F1.7
1/60
Opnamemodus (→59)
Programme Shift (→81)
Filmopnamemodus (→58)
Filmopnamemodus wanneer
[4K-FOTO] is ingesteld op [ON]
(→195)
Voorkeursinstelling (→60)
Panoramafoto-opnamemodus
(→150)
Diafragmawaarde (→56)
Sluitertijd (→56)
T (tijd) opname (→87)
Resterend batterijvermogen
(→21)
Kaart (wordt alleen
aangegeven tijdens het filmen)
(→25)
ISO-gevoeligheid (→136)
Belichtingscompensatiewaarde
(→135)
Hulpmiddel voor handmatige
belichting (→87)
Flitsmodus (→180, 291)
Flitser (→182, 184)
Enkel (→141)
Burst (→142)
[Auto bracket] (→145)
[Asp. bracket] (→147)
Zelfontspanner (→148)
Panoramarichting (→150)
AFS AFF AFC MF Scherpstelmodus (→114)
AF-modus (→115)
50i
Wi-Fi
[Kwaliteit] (→109)
[Opname-indeling]/[Opn.
kwaliteit] (→187)
Beeldverhouding/
[Fotoresolutie] (→108)
Wi-Fi (→225)
Instelling functieknop (→37)
[Fotostijl] (→100)
AWB
Witbalans (→103)
[Int.dynamiek] (→111)
98
R8m30s
[Meetfunctie] (→139)
Aantal te maken foto’s (→27)
Beschikbare opnameduur*
(→27)
* [m] en [s] staan voor "minuten" en "seconden".
296
SQW0028
Diversen
Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker
Tijdens het afspelen
15 foto
1E DAG
11 mnd. 30 dg.
Afspeelmodus (→206)
Beveiligd beeld (→221)
Aantal afdrukken (→220)
XXmXXs
50i
1/98
15 foto
XXmXXs
297
Met plaatsinformatie (→207)
Favorieten (→219)
Pictogram ter voorkoming
ontkoppeling kabel (→287)
Films afspelen (→70)
Panoramafoto’s afspelen
(→152)
Groep burstfoto’s continu
afspelen (→201)
Groep foto’s opgenomen met
tijdvertraging continu afspelen
(→201)
Stop-motion-animatiegroep
continu afspelen (→201)
Aanduiding af te drukken tekst
(→212)
Verstreken speelduur*1 (→70)
Beeldverhouding/
[Fotoresolutie] (→108)
[Opname-indeling]/
[Opn. kwaliteit] (→187)
[Kwaliteit] (→109)
Resterend batterijvermogen
(→21)
Beeldnummer/Totaal aantal
beelden
Aantal foto’s in burst
Filmopnameduur*1 (→70)
Pictogram voor het inlezen van
informatie (→302)
Aantal verstreken reisdagen
1E DAG (→42)
Upload (Wi-Fi) pictogram
(→254)
Submenu-pictogram
(→202, 254)
[Stille modus] (→161)
Leeftijd in jaren/maanden
11 mnd. 30 dg.
(→165)
Naam*2 (→164, 165)
Plaats*2 (→42)
Titel*2 (→211)
Opnamegegevens*3
*1 [m] en [s] staan voor "minuten" en "seconden".
*2 De weergave vindt op de volgende
prioriteitsvolgorde plaats: titel, reisbestemming,
naam (baby’s en huisdieren) en naam ([Gezicht
herk.]).
3
* Dit wordt niet weergegeven voor films die zijn
opgenomen met [AVCHD].
SQW0028
Diversen
Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker
■■Gedetailleerde informatieweergave
10:00 1.DEC.2014
100-0001
Opnamegegevens
[Int.dynamiek]*1 (→111)
Opnamedatum/-tijd
Wereldtijd (→41)
[HDR]*2 (→112)
[I.resolutie] (→111)
4K film opgenomen door
[4K-FOTO] in te stellen op [ON]
of een foto vastgelegd uit die
4K film (→195)
50i
100-0001
Beeldverhouding/
[Fotoresolutie] (→108)
[Kwaliteit] (→109)
[Opname-indeling]/
[Opn. kwaliteit] (→187)
[Kleurruimte]*2 (→113)
Map-/bestandsnummer*1
(→285)
■■Histogramweergave
R
G
B
Y
1/98
Histogram (→64)
Opnamegegevens*1
100-0001
1/98
100-0001
Beeldnummer/Totaal aantal
beelden
Map-/bestandsnummer*1
(→285)
*1 Dit wordt niet weergegeven voor films die zijn opgenomen in [AVCHD].
*2 Dit wordt niet weergegeven voor films.
298
SQW0028
Diversen
Weergave berichten
Hieronder wordt een uitleg gegeven van de belangrijkste berichten die op het scherm of
de zoeker weergegeven worden en hoe u erop moet reageren.
■■Geheugenkaarten
[Storing geheugenkaart]
[Kaart formateren ?]
•• Het kaartformaat kan niet in deze camera worden gebruikt.
→ Sla de benodigde gegevens op een computer of ander apparaat op en voer dan [Formatteren]
uit op de camera. (→26)
[Plaats SD-kaart opnieuw]
[Andere kaart proberen a.u.b.]
•• Geen toegang tot de kaart.
→ Plaats de kaart opnieuw in de camera.
•• Probeer het met een andere kaart.
[Leesfout] / [Schrijffout]
[Controleer de geheugenkaart]
•• Gegevens kunnen niet worden gelezen.
→Controleer of de kaart op de juiste manier in de camera is geplaatst (→24).
•• Gegevens kunnen niet worden geschreven.
→ Schakel de camera uit en verwijder de kaart. Plaats de kaart terug in de camera en schakel de
camera weer in.
•• Kaart is mogelijk beschadigd.
→ Probeer het met een andere kaart.
[Opname bew. beelden geann. schrijfsnelheid kaart te beperkt]
•• De snelheidsklasse van een vereiste kaart varieert, afhankelijk van [Opname-indeling] en [Opn.
kwaliteit] van een film. Gebruik de kaart van de aanbevolen snelheidsklasse. Zie voor meer
informatie "Filmopnamen en snelheidsklasse" (→25).
→ Als het opnemen stopt bij gebruik van een kaart in de aanbevolen snelheidsklasse (→25), dan
is de gegevensschrijfsnelheid verminderd. In dat geval raden we u aan van alle gegevens op de
geheugenkaart een back-up te maken en die opnieuw te formatteren (→26).
[Storing geheugenkaart]
[Deze geheugenkaart kan niet worden gebruikt.]
•• Niet compatibel met de camera. Gebruik een compatibele kaart.
[Kan niet opnemen wegens incompatibele gegevensindeling (NTSC/PAL) op kaart.]
•• Formatteer de kaart nadat u belangrijke gegevens op een pc enzovoort hebt opgeslagen. (→26)
→ Plaats een andere kaart.
299
SQW0028
Diversen
Weergave berichten
■■Batterij
[Deze batterij kan niet gebruikt worden]
•• Gebruik een echte Panasonic batterij.
•• De batterij wordt niet herkend, vanwege vuil op de aansluitingen.
→ Maak de batterijaansluitingen schoon.
■■Wi-Fi-functie
[Kan geen verbinding maken met draadloos toegangspunt] /
[Verbinding is mislukt] / [Kan bestemming niet vinden]
•• Controleer het volgende met betrekking tot het draadloze toegangspunt.
→ De informatie voor het draadloze toegangspunt die op dit apparaat is ingesteld, is onjuist.
Controleer het verificatietype, het versleutelingstype en de versleutelingscode. (→266)
→ De stroom van het draadloze toegangspunt is niet ingeschakeld.
→ De instelling van het draadloze toegangspunt wordt niet ondersteund door dit apparaat.
•• Controleer de netwerkinstelling van de bestemming.
•• Radiogolven van andere apparaten kunnen de verbinding met een draadloos toegangspunt
blokkeren.
→ Controleer andere apparaten die met het draadloze toegangspunt zijn verbonden en apparaten
die de 2,4 GHz band gebruiken.
[Geen foto om te versturen]
•• Dit wordt weergegeven wanneer er geen beeld is om te verzenden als gevolg van de beperking
van de bestemming.
Controleer het bestandstype van het te verzenden beeld. (→239, 243, 244, 247, 251, 255)
[Verbinding mislukt. Probeer het opnieuw over enkele minuten.] /
[Netwerkverbinding verbroken. Het overzetten is gestopt.]
•• Radiogolven van het draadloze toegangspunt worden zwak.
→ Voer de verbinding dichter bij het draadloze toegangspunt uit.
•• Er is geen antwoord van de server of de verwerkingstijd voor de communicatie is overschreden.
→ Probeer het later opnieuw.
•• Afhankelijk van het draadloze toegangspunt kan de verbinding automatisch verbroken worden
nadat een specifieke tijd is verstreken.
→ Voer de verbinding opnieuw uit.
[Uploaden naar cloudmap is beschikbaar als de cloud-synchronisatie is ingesteld op
apparaten met een downloadfunctie, zoals PC of smartphone.]
•• Apparaten die beelden uit een cloud-map downloaden, zijn niet geregistreerd.
•• Voer de instelling voor cloudsynchronisatie uit. Configureer de instellingen op een pc met
"PHOTOfunSTUDIO" of op een smartphone met "Image App". Zie voor meer informatie over
[Cloud-synchr. service] (→255).
[De verbinding is mislukt]
•• Controleer het volgende met betrekking tot de smartphones waarmee u een verbinding wilt maken.
→ De smartphone werkt niet.
→ Verander het toegangspunt om een verbinding mee te maken in de Wi-Fi-instellingen voor
smartphone in deze camera.
→ Er is geen vrije opslagruimte op de smartphone.
300
SQW0028
Diversen
Weergave berichten
[Aanmelding is mislukt. Controleer de aanmeldings-ID en het wachtwoord.]
•• Aanmeldings-ID of wachtwoord voor "LUMIX CLUB" is niet correct. Voer het opnieuw in.
Als u de aanmeldings-ID of het wachtwoord vergeten bent, is er informatie te vinden in het
aanmeldingsscherm van de "LUMIX CLUB"-website.
[Sommige bestanden kunnen niet worden verstuurd vanwege een beperking op het
doelapparaat.] /
[Het overzetten is voltooid. Sommige bestanden zijn niet verstuurd vanwege een beperking op
het doelapparaat.]
•• Controleer de bestandsindeling van het te verzenden beeld.
•• Het verzenden van films kan mislukken als de bestanden te groot zijn. Splits de film met [Splits
video]. (→214)
[Niet beschikbaar. Stel de instellingen voor aanmelden in op de website van LUMIX CLUB.]
•• Meld u aan bij "LUMIX CLUB" met uw smartphone of pc en stel de aanmeldingsdetails van de
WEB-service van bestemming in.
[Sharing-diensten voor foto's en video's kunnen niet tegelijk worden geselecteerd.]
•• WEB-services die alleen voor beelden bedoeld zijn, en WEB-services die alleen voor films bedoeld
zijn, kunnen niet tegelijkertijd worden geselecteerd. Maak de selectie van een van de services
ongedaan.
[Kan IP-adres niet verkrijgen. Stel de IP-adresinstelling van het draadloze toegangspunt in op
DHCP.]
•• Schakel de DHCP-instellingen van het IP-adres van de aangesloten draadloze toegangspunten uit.
[Kan geen verbinding maken met de server.]
•• Als er een bericht wordt weergegeven waarin wordt gevraagd het broncertificaat bij te werken, ga
hiermee dan akkoord.
301
SQW0028
Diversen
Weergave berichten
■■Diversen
[Sommige foto's kunnen niet gewist worden]
[Deze foto kan niet gewist worden]
•• Niet-DCF-beelden (→67) kunnen niet worden verwijderd.
→ Sla de benodigde gegevens op een computer of ander apparaat op en voer dan [Formatteren]
uit op de camera. (→26)
[Kan op deze foto niet ingesteld worden]
•• [Print inst.], [Titel bew.], [Tekst afdr.] en andere functies kunnen niet worden gebruikt voor beelden
die niet aan de DCF-norm voldoen (→67).
[Aub camera uit- en inschakelen]
[Systeemfout]
•• De lens werkt niet goed.
→ Zet de camera weer aan. (Neem contact op met het verkooppunt of het dichtstbijzijnde
servicecentrum als het scherm opnieuw verschijnt.)
[Creëren van een map niet mogelijk]
•• Gebruikt aantal mapnummers heeft 999 bereikt.
→ Sla de benodigde gegevens op een computer of ander apparaat op en voer dan [Formatteren]
uit op de camera (→26). Het mapnummer wordt teruggezet op 100 wanneer u [Nr. resetten]
(→50) uitvoert.
[Beeld wordt weergegeven voor 16:9 TV]
[Beeld wordt weergegeven voor 4:3 TV]
•• AV-kabel (optioneel) is aangesloten op de camera.
→ Bericht direct verwijderen → Druk op [MENU/SET].
→ Beeldverhouding wijzigen → Wijzig [TV-aspect] (→47).
•• De (bijgeleverde) USB-kabel is alleen aangesloten op de camera.
→ Het bericht verdwijnt wanneer de kabel ook op een ander apparaat wordt aangesloten.
[Bewerking niet moge- lijk omdat er infor- matie wordt verwerkt.]
•• Als u het afspeelscherm weergeeft wanneer de camera veel beeldbestanden bevat, kan het
] of [
] lange tijd worden weergegeven.
pictogram voor het inlezen van informatie [
Terwijl een van deze pictogrammen wordt weergegeven, kunnen sommige van de [Afspelen]menu’s niet gebruikt worden.
→W
anneer de camera uitgeschakeld is terwijl informatie wordt ingelezen, worden alleen de
beelden waarvoor tot op dat moment informatie is ingelezen, als groep opgeslagen. Wanneer de
camera weer wordt ingeschakeld, begint deze opnieuw informatie over de resterende beelden in
de groep op te halen.
302
SQW0028
Diversen
Menulijst
[Opname]
U kunt instellingen maken zoals voor de beeldresolutie en de flitser (bijgeleverd/
optioneel).
••De menuonderdelen [Fotostijl], [AFS/AFF/AFC], [Meetfunctie], [Schaduw markeren],
[Int.dynamiek], [I.resolutie], [i.Zoom] en [Dig. zoom] zijn gemeenschappelijk voor
zowel [Opname]- als [Bewegend beeld]-menu’s. Als een instelling in één menu wordt
gewijzigd, zal de instelling met dezelfde naam in het andere menu ook automatisch
worden gewijzigd.
[Fotostijl]
U kunt de effecten kiezen al naar gelang het concept van het
beeld dat u wilt creëren. Hiermee past u de kleuren van effecten
en beeldkwaliteit aan.
→100
[Fotoresolutie]
Hiermee stelt u het aantal pixels in.
→108
[Kwaliteit]
Hiermee stelt u de compressieratio in voor het opslaan van
beelden.
→109
[AFS/AFF/AFC]
Hiermee selecteert u hoe de scherpstelling wordt aangepast.
→114
[Meetfunctie]
Het type optische meting om de helderheid te meten, kan worden
gewijzigd.
→139
[Burstsnelh.]
Hiermee stelt u de burstsnelheid in die voor burstopnamen moet
worden gebruikt.
→142
[Auto bracket]
De instelling enkel/burst, het compensatiebereik en de
opnamevolgorde van Auto Bracket instellen
→146
[Zelfontspanner]
Hiermee stelt u de tijd in voordat het opnemen begint wanneer u
een beeld opneemt met de zelfontspanner.
→148
[Schaduw markeren]
U kunt de lichte partijen en schaduwen in een beeld aanpassen
terwijl u de helderheid van deze gebieden op het scherm
controleert.
→102
[Int.dynamiek]
Contrast en belichting corrigeren.
→111
[I.resolutie]
Hiermee maakt u foto’s met scherpere contouren en wekt u de
indruk van een hoge resolutie.
→111
[Gelijktijdig zond.
filter]
Hiermee stelt u in of u beelden met filter en zonder filter
tegelijkertijd op wilt nemen.
→91
[iHandh. nachtop.]
Hiermee voegt u nachtlandschapsbeelden die met high-speed
burstopnamen zijn gemaakt, samen tot één beeld.
→78
[iHDR]
Als er bijvoorbeeld een groot contrast is tussen de achtergrond en
het onderwerp, neemt [iHDR] meerdere foto’s met verschillende
belichting op en worden deze gecombineerd tot één foto met een
rijke gradatie.
→79
[HDR]
De camera kan 3 foto’s die zijn gemaakt met een verschillende
belichting, combineren tot één goed belichte foto met een rijke
gradatie.
→112
[Multi-belicht.]
U kunt een effect maken dat identiek is aan het maximaal vier keer
→159
belichten van één beeld.
303
SQW0028
Diversen
Menulijst
[Intervalopname]
U kunt de opnamestarttijd, opname-interval en het aantal op
te nemen beelden vooraf instellen wanneer u een film met
tijdvertraging automatisch opneemt van onderwerpen zoals dieren
en planten.
→153
[Stop-motionanimatie]
U kunt foto’s aan elkaar plakken om een stop-motion-animatie te
maken.
→156
[Panoramarichting]
U kunt de te gebruiken opnamerichting instellen voor het opnemen
→150
van panoramabeelden.
[Sluitertype]
U kunt beelden opnemen met twee typen sluitermodi: de
mechanische sluiter en de elektronische sluiter.
→140
[Flitser]
Hiermee worden de flitsinstellingen uitgevoerd in
overeenstemming met de opnameomstandigheden.
→180
[Rode-ogencorr]
Rode ogen worden automatisch gedetecteerd en de fotogegevens
worden gecorrigeerd wanneer de foto wordt gemaakt met flitser.
→180
[ISO-limiet]
Hiermee stelt u de optimale ISO-gevoeligheid in met de
geselecteerde waarde als de bovengrens voor ISO-gevoeligheid
].
wanneer [Gevoeligheid] is ingesteld op [AUTO] of [
→137
[ISO-verhoging]
Hiermee verandert u de instellingen voor ISO-gevoeligheid elke
1/3 EV of 1 EV stap (pen).
→138
[Uitgebreide ISO]
U kunt de numerieke waarden verhogen die voor ISO-gevoeligheid
→138
kunnen worden ingesteld.
[Lang sl.n.red]
Hiermee wordt de ruis weggenomen bij het opnemen van beelden
met een langere sluitertijd.
[i.Zoom]
Hiermee kunt u de zoomfactor verhogen terwijl u de verslechtering
→172
van de beeldkwaliteit onderdrukt.
[Dig. zoom]
Hiermee verbetert u het tele-effect van uw beelden. Houd er
rekening mee dat door vergroting de beeldkwaliteit verslechtert.
→173
[Kleurruimte]
U kunt de methode voor het reproduceren van de kleuren instellen
om de opgenomen beelden op de juiste manier weer te geven op
de schermen van een pc of printer enzovoort.
→113
[Stabilisatie]
Hiermee wordt beweging tijdens de opnamen automatisch
gedetecteerd en gecorrigeerd.
→168
[Gezicht herk.]
Herkent een gezicht en past de scherpstelling en belichting voor
dit gezicht automatisch met een hogere prioriteit aan.
→162
[Profiel instellen]
U kunt een naam of geboortedatum van een baby of huisdier
instellen voordat u een beeld opneemt zodat de naam of leeftijd in
maanden/jaar in het beeld wordt vermeld.
→165
304
→113
SQW0028
Diversen
Menulijst
[Bewegend beeld]
U kunt instellingen verrichten, zoals de opname-indeling en de kwaliteit, voor het
opnemen van films.
••De menuonderdelen [Fotostijl], [AFS/AFF/AFC], [Meetfunctie], [Schaduw markeren],
[Int.dynamiek], [I.resolutie], [i.Zoom] en [Dig. zoom] zijn gemeenschappelijk voor
zowel [Opname]- als [Bewegend beeld]-menu’s. Als een instelling in één menu wordt
gewijzigd, zal de instelling met dezelfde naam in het andere menu ook automatisch
worden gewijzigd.
Zie voor meer informatie het bijbehorende onderdeel in het [Opname]-menu.
[4K-FOTO]
U kunt de filmmodus instellen voor het overnemen van een
foto met hoge resolutie door een enkel beeld uit een 4K-film te
selecteren.
→195
[Opname-indeling]
Stelt het gegevensformaat (AVCHD, MP4) in voor de op te nemen
film.
→187
[Opn. kwaliteit]
Hiermee stelt u de beeldkwaliteit van de op te nemen film
(formaat, beeldsnelheid enzovoort) in.
→187
[Foto/film]
Hiermee stelt u de opnamemethode in van foto’s die gemaakt
worden tijdens het opnemen van films.
→198
[Continu AF]
Hiermee past u continu de scherpstelling van een scherp
onderwerp aan.
→189
[Micr. weerg.]
U kunt instellen of u het microfoonniveau wel of niet op het
opnamescherm wilt weergeven.
→200
[Micr. instellen]
U kunt het geluidsinvoerniveau in 4 stappen aanpassen.
→200
[Windreductie]
Als u het ruisen van de wind hoort tijdens een geluidsopname,
kunt u met [Windreductie] het ruisen van de wind effectief
reduceren.
→200
305
SQW0028
Diversen
Menulijst
[Voorkeuze]
U kunt bewerkingen van dit apparaat, zoals de schermweergavemethode en functies van
een knop afhankelijk van uw voorkeuren instellen. U kunt de gewijzigde instellingen ook
registreren.
[Voorkeursinst. gebr.]
Hiermee roept u de geregistreerde instelling op met [Geh
voorkeursinst.].
[Geh voorkeursinst.]
Hiermee registreert u de huidige camera-instellingen als een
aangepaste instelling.
→60
[Stille modus]
De pieptonen en de flitser tegelijkertijd uitschakelen.
→161
[AF/AE vergrend.]
Hiermee wordt de vergrendeling van de scherpstelling en/
of belichting uitgevoerd die gebruikt worden voor AF/AEvergrendeling.
→133
[AE-vergr.-vast]
Hiermee stelt u de werking van de [AF/AE LOCK]-knop in die
gebruikt wordt voor opnamen door de scherpstelling en/of de
belichting vast te zetten.
→133
[Sluiter-focus]
De scherpstelling automatisch aanpassen wanneer de
ontspanknop half ingedrukt wordt.
→124
[Ontsp. knop half
indr.]
Het ontspannen van de sluiter inschakelen wanneer de
ontspanknop half ingedrukt wordt.
→124
[Quick AF]
Sneller scherpstellen inschakelen wanneer de ontspanknop
ingedrukt wordt.
→124
[Oogsensor AF]
De scherpstelling automatisch aanpassen wanneer de oogsensor
geactiveerd is.
→55
[Spot AF tijd]
De tijd instellen voor weergave van het vergrote scherm als de
ontspanknop half ingedrukt wordt wanneer de automatische
scherpstelmodus is ingesteld op [ ].
→122
[Spot AF weergave]
Hiermee stelt u in of het assist-scherm vergroot moet worden op
een deel van het scherm of op het volledige scherm wanneer de
automatische scherpstelmodus is ingesteld op [ ].
→122
[AF ass. lamp]
Het AF-assistlampje gaat branden wanneer de ontspanknop half
ingedrukt wordt wanneer het te donker is om goed scherp te
kunnen stellen.
→125
[Direct focuspunt]
Hiermee verplaatst u het AF-gebied of MF Assist met de
cursortoets tijdens het opnemen.
→123
→131
[Prio. focus/ontspan]
Opname uitschakelen wanneer een onderwerp onscherp is.
→125
[AF+MF]
Hiermee kunt u handmatig de scherpstelling aanpassen nadat
automatisch is scherpgesteld.
→125
[MF assist]
Hiermee stelt u de weergavemethode voor MF Assist (vergroot
scherm) in.
→131
[MF assist weergave]
Hiermee stelt u in of het Assist-scherm (vergroot scherm) vergroot
moet worden op een deel van het scherm of over het volledige
scherm.
→132
306
→60
SQW0028
Diversen
Menulijst
[MF-gids]
Hiermee geeft u de MF Guide weer waarmee u de richting van
de scherpstelling op het scherm kunt vaststellen wanneer de
scherpstelling handmatig is aangepast.
→129
[Peaking]
Wanneer u handmatig scherpstelt, voegt deze functie automatisch
kleur toe aan de gedeelten van het beeld die scherp zijn.
→130
[Histogram]
Hiermee stelt u in of het histogram moet worden weergegeven.
→64
[Richtlijnen]
Hiermee stelt u het patroon in van de richtlijnen die tijdens het
opnemen moeten worden weergegeven.
→65
[Highlight]
Hiermee knipperen overbelichte gebieden in zwart-wit tijdens [Auto
→72
review] of afspelen.
[Zebrapatroon]
Het gebied waar overbelichting plaats kan vinden, wordt met
zebrapatroon weergegeven.
→166
[Zwart-wit Live View]
U kunt het opnamescherm in zwart-wit weergeven.
→167
[Constant preview]
(M-modus)
Hiermee kunt u de effecten van diafragmawaarde en sluitertijd
op het opnamescherm controleren wanneer de [Handm. belicht.]modus is ingesteld.
→87
[Lichtmeter]
Hiermee stelt u in of de belichtingsmeter moet worden
weergegeven.
→81
[Draaiknop gids]
Hiermee stelt u in of de bedieningsinstructies moeten worden
weergegeven.
→18
[LVF disp. stijl]
De zoekerweergavemethode instellen.
→63
[Scherm disp. stijl]
De schermweergavemethode schakelen.
→62
[Scherm info stijl]
Het opnamegegevensscherm op het scherm in-/uitschakelen.
→65
[Opn.gebied]
De kijkhoekinstelling schakelen die gebruikt wordt voor het maken
van foto’s en het opnemen van films.
→192
[Rest-aanduiding]
De weergave schakelen tussen het aantal op te nemen beelden
en de beschikbare opnameduur.
→28
[Auto review]
Hiermee stelt u de tijd in om de gemaakte foto’s na het
fotograferen weer te geven.
→57
→37
[Fn knopinstelling]
U kunt veelgebruikte functies aan specifieke knoppen toewijzen.
[Zoomschakelaar]
Schakelt tussen instellingen voor bediening van de zoomhendel.
→175
[Bedieningsring]
U kunt veelgebruikte functies aan de bedieningsring toewijzen.
→40
[Zoom hervatten]
De zoompositie behouden als de camera uitgeschakeld wordt.
→175
[Q.MENU]
Van methode wisselen voor het instellen van Quickmenuonderdelen.
→34
[iA schakelaar]
Voor het wijzigen van de werking van de [iA]-knop die dient voor
het overschakelen naar de modus [Intelligent auto].
→75
[Videotoets]
De filmknop in-/uitschakelen.
→192
[Oogsensor]
De gevoeligheid van de oogsensor instellen of instellen dat de
weergave tussen de zoeker en het scherm wordt geschakeld.
→55
307
SQW0028
Diversen
Menulijst
[Set-up]
U kunt instellingen opgeven voor gebruiksgemak, bijvoorbeeld voor de klok en de
pieptonen. U kunt ook aan de Wi-Fi-functie gerelateerde instellingen verrichten.
[Klokinst.]
De tijd- en datumnotatie en de weergave-indeling instellen.
→29
[Wereldtijd]
Stel de plaatselijke tijd op uw reisbestemming in.
→41
[Reisdatum]
Als u uw reisschema instelt en beelden opneemt, wordt ingesteld
op welke dag van de reis de foto is gemaakt.
→42
[Wi-Fi]
Configureer de vereiste instellingen voor de Wi-Fi-functie.
→272
[Toon]
Voor instellen van de waarschuwingstonen en de sluiterklikken.
→43
[Live View Modus]
Voor instellen van de weergavesnelheid en de beeldkwaliteit van
het scherm ("live view" scherm) bij het opnemen van beelden.
→43
[Scherm] /
[Zoeker]
Pas de helderheid en de kleur van het scherm of de zoeker aan.
→44
[Helderheid scherm]
U kunt de helderheid van het scherm instellen, afhankelijk van de
lichtsterkte rondom de camera.
→45
[Slaapsmodus]
De camera wordt automatisch uitgeschakeld als er een
vastgestelde tijd lang geen bedieningshandeling wordt uitgevoerd.
→46
[USB mode]
Selecteer een communicatiemethode voor aansluiting van
de camera op een computer of printer via een USB-kabel
(bijgeleverd).
→47
[TV-verbinding]
Wijzig de instellingen die u wilt gebruiken wanneer de camera is
aangesloten op een tv of ander apparaat.
→47
[Menu hervatten]
Sla de laatste gebruikte menupositie op.
→49
[Achtergrondkleur]
Hiermee stelt u de achtergrondkleur voor het menuscherm in.
→49
[Menu-informatie]
Uitleg van de menuonderdelen en instellingen wordt op het
menuscherm weergegeven.
→49
[Taal]
Hiermee stelt u de schermtaal in.
→49
[Versie disp.]
Controleert de firmware-versie van de camera of de bijgeleverde
flitser (wanneer de flitser is aangebracht).
→50
[Zelf ontsp. auto uit]
Als het apparaat uitgeschakeld wordt, wordt de zelfontspanner
geannuleerd.
→50
[Nr. resetten]
Nummers van fotobestanden resetten.
→50
[Resetten]
Terugkeren naar de standaardinstellingen.
→50
[Wi-Fi resetten]
Hiermee zet u de [Wi-Fi]-instellingen terug in de
standaardinstellingen.
→51
[Formatteren]
Hiermee formatteert (initialiseert) u een geheugenkaart.
→26
308
SQW0028
Diversen
Menulijst
[Afspelen]
U kunt opgenomen beelden beveiligen, het formaat aanpassen, afdrukinstellingen en
andere instellingen voor de opgenomen beelden opgeven.
[Diashow]
Beelden automatisch op volgorde afspelen.
→204
[Afspeelfunctie]
U kunt de beelden die worden weergegeven, met een reeks filters
beperken, zoals categorieën of favoriete beelden.
→206
[Locatie vermelden]
Hiermee kunt u kunt plaatsinformatie (lengtegraad/breedtegraad)
die van de smartphone is verzonden, naar de beelden schrijven.
→207
[RAW-verwerking]
Met de camera kunt u foto’s ontwikkelen die in de
bestandsindeling RAW zijn opgenomen. De gemaakte foto’s
worden in JPEG-indeling opgeslagen.
→208
[Titel bew.]
Hiermee kunt u lettertekens (opmerkingen) op een opgenomen
beeld invoeren.
→211
[Tekst afdr.]
U kunt de opnamedatum en -tijd, namen, de reisbestemming,
reisdatums enzovoort op de gemaakte foto’s afdrukken.
→212
[Splits video]
Een enkele film kan gesplitst worden in 2 delen.
→214
[Intervalvideo]
U kunt een film maken op basis van de beelden in een groep die is
→215
opgenomen met [Intervalopname].
[Stop-motionvideo]
U kunt een film maken op basis van de beelden in een groep die is
→215
opgenomen met [Stop-motionanimatie].
[Nw. rs.]
Hiermee kunt u de fotoresolutie verkleinen.
→216
[Bijsnijden]
Uw foto’s vergroten en ongewenste gebieden wegsnijden.
→217
[Roteren]
Beelden handmatig 90° draaien.
→218
[Scherm roteren]
Staande foto’s automatisch draaien.
→218
[Favorieten]
Hiermee kunt u een label aan een beeld toewijzen met een
markering om dit als uw favoriete beeld in te stellen.
→219
[Print inst.]
Hiermee kunt u de beelden en het aantal beelden instellen om af
te drukken.
→220
[Beveiligen]
Hiermee kunt u bescherming instellen om te voorkomen dat u
beelden per ongeluk verwijdert.
→221
[Gez.herk. bew.]
De herkenningsinformatie voor beelden met een onjuiste
gezichtsherkenning bewerken of verwijderen.
→222
[Foto's sorteren]
U kunt de weergavevolgorde instellen die voor het afspelen van
beelden op dit apparaat wordt gebruikt.
→223
[Wissen bevestigen]
U kunt de ja/nee-opties die u wilt selecteren, eerst op het
bevestigingsscherm instellen wanneer u een beeld wist en kiezen
voor [Ja] of [Nee].
→223
309
SQW0028
Diversen
V&A
Storingen verhelpen
Controleer eerst de volgende onderdelen (→310 - 325).
Als het probleem zich blijft voordoen,
Wanneer u [Resetten] uitvoert in het [Set-up]-menu, is het probleem mogelijk
opgelost (→50). (Onthoud wel dat hierbij bijna alle instellingen, behalve bijvoorbeeld
[Klokinst.] worden teruggesteld in de oorspronkelijke stand op het moment van
aankoop.)
Zie ook de klantenservicewebsite van Panasonic voor de nieuwste
ondersteuningsinformatie.
http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/
(Deze site is alleen in het Engels beschikbaar.)
■■Batterij, spanning
De camera werkt niet, ook niet als deze is ingeschakeld.
•• De batterij is niet goed geplaatst (→24), of moet worden opgeladen.
De camera wordt uitgeschakeld als deze is ingeschakeld.
•• De batterij moet worden opgeladen.
Dit apparaat wordt automatisch uitgeschakeld.
•• [Slaapsmodus] wordt geactiveerd. (→46)
•• Als u de aansluiting maakt op een tv-toestel dat geschikt is voor VIERA Link (HDMI) via een HDMImicrokabel, dan wordt bij uitschakelen van de tv met de daarbij behorende afstandsbediening ook
dit apparaat uitgeschakeld.
→ Als u geen gebruik wilt maken van de VIERA Link (HDMI), zet u de [VIERA link] op [OFF]. (→49)
De batterij is snel leeg.
•• De Wi-Fi-verbinding is al lange tijd ingeschakeld.
→ De batterij raakt sneller leeg bij een Wi-Fi-verbinding. Schakel de camera zo vaak mogelijk uit
met [Slaapsmodus] (→46) of andere methoden.
310
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
■■Opnemen
Er kunnen geen beelden opgenomen worden.
•• De kaart is vol.
→ Maak ruimte vrij door ongewenste beelden te verwijderen (→73).
•• Wanneer een kaart met een grote capaciteit wordt gebruikt, kunt u mogelijk een tijdje geen beelden
opnemen nadat u de camera hebt ingeschakeld.
•• Niet goed scherpgesteld.
→ Wanneer [Prio. focus/ontspan] is ingesteld op [FOCUS], neemt de camera pas op nadat naar
behoren is scherpgesteld. (→125)
Opgenomen beelden zien er wit uit.
•• De lens is vuil (vingerafdrukken enzovoort).
→ Schakel de stroom in om de lensbuis uit te schuiven en reinig het lensoppervlak met een zachte,
droge doek.
•• De lens is beslagen (→12).
Opgenomen beelden zijn te licht/te donker.
•• Corrigeer de belichting (→135).
•• AE-vergrendeling (→133) is niet goed ingesteld.
Het zoomen stopt direct.
•• Wanneer u de extra optische zoom gebruikt, stopt het zoomen tijdelijk. Dit is geen storing.
Er worden verscheidene beelden opgenomen, ook bij een enkele druk op de ontspanknop.
•• De camera is ingesteld op het gebruik van [Auto bracket], Bracket voor witbalans, [Asp. bracket] of
[Burstfunctie]. De zelfontspanner is ingesteld op [ ].
→W
is de instelling. (→106, 141)
Kan geen bracketopname maken.
•• Er is nog maar weinig opslagruimte over op de kaart.
→ Controleer de resterende opslagruimte op de kaart.
Er is niet goed scherpgesteld.
•• Het onderwerp is buiten scherpstelbereik. (→126)
•• Veroorzaakt door trillingen of beweging van het onderwerp. (→168)
•• [Prio. focus/ontspan] is ingesteld op [RELEASE]. (→125)
•• [Sluiter-focus] is ingesteld op [OFF]. (→124)
•• AF-vergrendeling (→133) is niet goed ingesteld.
Opgenomen beelden zijn onscherp. De beeldstabilisatiefunctie werkt niet goed.
•• De sluitertijd is langer in donkere locaties en de stabilisatiefunctie is daar minder effectief.
→ Houd de camera stevig met beide handen vast en houd de armen strak langs uw lichaam.
•• Gebruik een statief en de zelfontspanner wanneer u een langere sluitertijd gebruikt (→148).
311
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
Opgenomen beelden zien er korrelig uit of er is storing zichtbaar.
•• Probeer de volgende methoden.
→ Verlaag de [Gevoeligheid] (→136).
→ Maak foto’s op locaties met meer licht.
→ Stel [Ruisreductie] van [Fotostijl] op een hogere instelling in of stel elk onderdeel behalve
[Ruisreductie] op een lagere instelling in. (→101)
→ Stel [Lang sl.n.red] in op [ON]. (→113)
→ Verander de instellingen van [Fotoresolutie] (→108) en [Kwaliteit] (→109).
•• Wanneer de digitale zoom wordt gebruikt, wordt de beeldkwaliteit slechter als u verder inzoomt.
Er kunnen balken of flikkeringen verschijnen onder verlichting zoals tl- en LEDverlichtingsarmaturen. Het onderwerp lijkt vervormd.
•• Dit is kenmerkend voor de MOS-sensors die in deze camera als lichtgevoelige
sensors dienen. Dit is geen storing. Wanneer het onderwerp snel voor de lens
passeert, zal het enigszins vervormd lijken.
•• Als u foto’s maakt met [ESHTR], kunnen de strepen afnemen door een langere
sluitertijd in te stellen. (→84)
De helderheid of kleuren van de opname zijn niet levensecht.
•• Wanneer u opnamen maakt onder een tl- of LED-lamp enzovoort, kunt u als u de sluitertijd verkort
kleine veranderingen opmerken in helderheid en kleur. Deze zijn een gevolg van de kenmerken
van de lichtbron en geven geen storing aan.
•• Wanneer u onderwerpen opneemt op extreem lichte locaties of onder tl-verlichting, LED-verlichting,
een kwiklamp, natriumverlichting enzovoort, kunnen de kleuren en de helderheid van het scherm
veranderen of kunnen horizontale balken op het scherm verschijnen.
Tijdens het opnemen verschijnen er roodachtige horizontale strepen op het scherm.
•• Dit is kenmerkend voor de MOS-sensoren die in deze camera als lichtgevoelige sensoren dienen.
De strepen verschijnen als het onderwerp een erg fel lichtpunt heeft. Er kunnen in de omgeving
wat onregelmatigheden optreden, maar dit duidt niet op onjuiste werking. Het wordt opgenomen in
filmbeelden, maar niet in foto’s.
•• Het is aanbevolen bij het opnemen van beelden op te letten dat er geen direct zonlicht of erg fel
lamplicht op het scherm valt.
De filmopname stopt halverwege.
•• De snelheidsklasse van een vereiste kaart varieert, afhankelijk van [Opname-indeling] en [Opn.
kwaliteit] van een film. Gebruik de kaart van de aanbevolen snelheidsklasse. Zie voor meer
informatie "Filmopnamen en snelheidsklasse" (→25).
•• Als het opnemen stopt bij gebruik van een kaart in de aanbevolen snelheidsklasse, dan is de
gegevensschrijfsnelheid verminderd. In dat geval raden we u aan van alle gegevens op de
geheugenkaart een back-up te maken en die opnieuw te formatteren (→26).
312
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
Het scherm wordt donker als u films opneemt.
•• Terwijl films worden opgenomen, kan het scherm na verloop van tijd donker worden om het
batterijverbruik te beperken. Dit is echter niet van invloed op de opgenomen film.
Het scherm wordt kort zwart of er wordt ruis opgenomen.
•• Terwijl er films worden opgenomen, kan het scherm kort zwart worden of kan er ruis worden
opgenomen als gevolg van statische elektriciteit of sterke elektromagnetische golven
(radiozenders, hoogspanningsleidingen enzovoort) in sommige omgevingsomstandigheden.
Soms verloopt de scherpstelling met de automatische scherpstelmodus moeilijk tijdens het
opnemen van 4K-filmbeelden.
•• Dit kan zich voordoen bij het opnemen van een beeld met verminderde automatische
scherpstelsnelheid, om de scherpstelling met hoge precisie te verrichten. Het duidt niet op storing
in de werking.
Het opnemen van een panoramafoto stopt voordat deze klaar is.
•• Als de schuifbeweging van de camera te traag is, wordt ervan uitgegaan dat de bewerking is
afgebroken en wordt gestopt met opnemen.
•• Als de schuifbeweging van de camera te veel trilt wanneer deze in de opnamerichting wordt
bewogen, stopt de camera met opnemen.
Er kan niet vast op het onderwerp worden scherpgesteld. (De Tracking AF faalt)
•• Als de kleur van het onderwerp vrijwel gelijk is aan die van de achtergrond, kan de Tracking AF niet
altijd werken. Stel de AF-vergrendeling in op de kleuren die specifiek zijn voor het onderwerp.
Weinig of onhoorbaar bedieningsgeluid.
•• De luidspreker wordt geblokkeerd.
•• [Stille modus] is ingesteld op [ON] (→161).
313
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
■■Scherm/zoeker
Het scherm/de zoeker is uitgeschakeld, hoewel de camera ingeschakeld is.
•• Wanneer een hand of voorwerp dicht bij de oogsensor komt, zou de schermweergavemodus
geschakeld kunnen worden naar de zoekerweergavemodus zonder dat u het merkt. (→54)
Beelden worden niet op het scherm weergegeven.
•• De zoekerweergavemodus is geactiveerd.
→ Druk op de [LVF]-knop om naar de schermweergave te gaan. (→54)
•• Het scherm is uitgeschakeld.
→ Druk op de [DISP.]-knop om de weergave-informatie in te schakelen. (→62)
•• Wanneer u de camera op een tv aansluit met een HDMI-microkabel, wordt het beeld in de
volgende gevallen niet op een scherm/zoeker weergegeven.
–– Tijdens het afspelen
De helderheid is instabiel.
•• De diafragmawaarde wordt ingesteld als de ontspanknop half is ingedrukt. (Niet van invloed op het
opgenomen beeld.)
Dit verschijnsel kan zich ook voordoen wanneer de helderheid verandert omdat u de zoom bedient
of de camera beweegt. Dit komt door de automatische diafragmaregeling van de camera; het duidt
niet op storing.
Het scherm flikkert binnenshuis.
•• Het scherm kan enkele seconden flikkeren nadat het is ingeschakeld. Dit is een bewerking om
flikkeringen te corrigeren die worden veroorzaakt door verlichting zoals tl-lampen, ledlampen
enzovoort en is geen storing.
Het scherm is te licht/te donker.
•• Controleer de instelling [Helderheid scherm]. (→45)
•• Pas met [Scherm]/[Zoeker] de helderheid van het scherm aan. (→44)
Er verschijnen zwarte/blauwe/rode/groene punten of interferentie. Scherm ziet er vervormd uit
als het wordt aangeraakt.
•• Dit is geen fout, en het wordt ook niet opgenomen in de uiteindelijke beelden.
Er verschijnt ruis op het scherm/de zoeker.
•• In donkere omgevingen kan er ruis verschijnen om de helderheid van het scherm/de zoeker te
behouden.
Kan niet schakelen tussen het scherm en de zoeker wanneer u op de [LVF]-knop drukt.
•• Wanneer de camera op een computer of printer is aangesloten, kunnen alleen beelden worden
weergegeven op het scherm.
314
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
■■Flitser
Kan [Flitser] niet uitvoeren.
•• Flitser (bijgeleverd/optioneel) is niet goed bevestigd.
→ Bevestig de flitser (bijgeleverd/optioneel) op de juiste manier op de camera. (→176, 291)
•• Raadpleeg voor meer informatie over flitserinstellingen (→176 - 186, 291).
Geen flits.
De flitser is in de volgende situaties niet beschikbaar.
•• Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld
•• Wanneer de camera is ingesteld op het gebruik van [Auto bracket], Bracket voor witbalans of [Asp.
bracket]
•• Wanneer [Burstfunctie] wordt gebruikt
•• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s
•• Als [HDR] op [ON] staat
•• Wanneer de elektronische sluiter wordt gebruikt (→140)
→ Stel [Sluitertype] in op [AUTO] of [MSHTR].
•• Wanneer [Stille modus] is ingesteld op [ON] (→161)
→ Stel [Stille modus] in op [OFF].
Er wordt twee keer geflitst.
•• De (bijgeleverde) flitser flitst tweemaal. (Behalve wanneer [Flitser functie] van [Flitser] is ingesteld
op [MANUAL]) Wanneer de rode-ogenreductie (→180) is ingesteld, is het flitsinterval langer. Zorg
dat het onderwerp niet beweegt totdat voor de tweede keer is geflitst.
315
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
■■Afspelen
Beelden zijn geroteerd.
•• [Scherm roteren] wordt geactiveerd. (→218)
Kan geen beelden bekijken. Er zijn geen opgenomen beelden.
•• Er is geen kaart in de camera geplaatst.
•• Er is geen beeld op de kaart om af te spelen.
•• Is de bestandsnaam van het beeld gewijzigd met een computer? In dat geval kan het beeld niet
worden weergegeven met de camera.
•• [Afspeelfunctie] is op een andere waarde ingesteld dan [Normaal afsp.].
→ Stel [Afspeelfunctie] in op [Normaal afsp.]. (→206)
Map-/bestandsnummer weergegeven als [-]. Beeld is zwart.
•• Beeld bewerkt op computer of opgenomen met ander apparaat.
•• Batterij direct verwijderd na het opnemen van het beeld, of beeld opgenomen met bijna lege
batterij.
→ Gebruik [Formatteren] om te verwijderen (→26).
Onjuiste datum weergegeven bij zoeken in kalender.
•• Beeld bewerkt op computer of opgenomen met ander apparaat.
•• [Klokinst.] is onjuist (→29). (Onjuiste datum wordt weergegeven bij het zoeken in de kalender als
beelden naar een computer en dan terug naar dit apparaat zijn gekopieerd, als de datum van de
computer verschilt van die van de camera.)
In het beeld zijn witte ronde vlekken te zien die lijken op zeepbellen.
•• Als u binnenshuis of in een donkere omgeving flitst, kunnen er in het beeld
witte ronde vlekken verschijnen, die de weerkaatsing van het flitslicht op
stofdeeltjes in de lucht zijn. Dit is normaal. Kenmerkend hiervoor is het feit dat
het aantal ronde vlekken en hun positie in elk beeld anders zijn.
[Weergave thumbnail] verschijnt op het scherm.
•• De beelden zijn mogelijk met een ander toestel opgenomen. Zo ja, dan worden ze mogelijk met
een slechte beeldkwaliteit weergegeven.
Rode delen van beelden lijken zwart.
]) is ingeschakeld en er een onderwerp wordt
•• Wanneer de digitale rode-ogencorrectie ([ ], [
gefotografeerd met huidkleurige gebieden met daarbinnen rode gebieden, kunnen door de digitale
rode-ogencorrectiefunctie de rode gebieden zwart worden.
→ Wij raden u aan om de flitser (bijgeleverd/optioneel) in te stellen op [ ] of de [Rode-ogencorr]
op [OFF] te zetten voor het opnemen. (→180)
316
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
Een ongebruikelijk geluid, zoals een klik- of zoemgeluid, wordt op een film opgenomen. Geluid
wordt op lage volumes opgenomen.
•• Wanneer u een film opneemt in een rustige omgeving, kan geluid als gevolg van de beweging van
het diafragma en het scherpstelmechanisme op worden genomen in de film. Dit is geen storing. U
kunt de werking van de scherpstelling tijdens het opnemen van films instellen op [OFF] met gebruik
van [Continu AF] (→189).
•• Als u bewerkingen uitvoert zoals zoomen, knoppen of wieltjes gebruikt terwijl u een film opneemt,
kan bedieningsgeluid worden opgenomen.
•• Als u de microfoon met uw vingers blokkeert terwijl u films opneemt, kan het geluid op een laag
volume worden opgenomen of helemaal niet worden opgenomen. In dit geval kan de camera de
geluiden van de bediening van de lens gemakkelijker oppakken.
Bedieningsgeluiden worden opgenomen op het eind van het opnemen van de film.
•• Aangezien films worden opgenomen totdat op de filmknop gedrukt wordt om de opname te
stoppen, kan het niveau van de bedieningsgeluiden in het beeld hoger zijn. We raden u aan de
volgende methode te gebruiken om dit geluid te onderdrukken.
→ Splits het einde van een film met [Splits video] (→214) in het [Afspelen]-menu. In sommige
gevallen kunnen films niet gesplitst worden op een positie vlak bij het eind van de film. U
voorkomt dit probleem door 3 seconden extra op te nemen.
Afspeel- en bedieningsgeluiden zijn te zacht.
•• De luidspreker wordt geblokkeerd. (→15)
Filmbeelden die met deze camera zijn opgenomen, kunnen met een andere camera niet
worden weergegeven.
•• Zelfs als een apparaat compatibel is met AVCHD en MP4, kunnen de films die op dit apparaat zijn
opgenomen, slechte beeld- of geluidskwaliteit hebben bij het afspelen of kunnen ze niet worden
afgespeeld. Ook kunnen de opnamegegevens dan niet goed worden weergegeven.
317
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
■■Wi-Fi-functie
Er kan geen verbinding worden gemaakt met het draadloze LAN. De radiogolven worden
onderbroken.
•• Gebruik het apparaat binnen het communicatiebereik van het draadloze netwerk.
•• Verbindingstypen en beveiligingsinstelmethoden kunnen variëren, afhankelijk van het draadloze
toegangspunt.
→ Zie voor meer informatie de gebruiksaanwijzing van het draadloze toegangspunt.
•• Wanneer de radiogolven onderbroken worden, kunt u de situatie verbeteren door de locatie te
verplaatsen of de hoek van het draadloze toegangspunt te veranderen.
•• Wanneer dit apparaat op een metalen tafel of plank wordt geplaatst, is het mogelijk dat de
verbinding niet gemakkelijk tot stand wordt gebracht omdat de camera wordt beïnvloed door
radiogolven. Gebruik de camera uit de buurt van metalen oppervlakken.
•• U hebt mogelijk niet automatisch verbinding wanneer de netwerk-SSID van het draadloze
toegangspunt op niet-uitzenden is ingesteld.
→ Stel de netwerk-SSID van het draadloze toegangspunt in op uitzenden.
•• Is er een apparaat, zoals een magnetron, draadloze telefoon enzovoort dat de frequentieband van
2,4 GHz gebruikt, in de omgeving?
→ Radiogolven kunnen onderbroken worden wanneer ze gelijktijdig worden gebruikt. Gebruik ze
op voldoende afstand van het apparaat.
•• Is het schakelbare draadloze toegangspunt van 5 GHz/2,4 GHz aangesloten op andere apparatuur
via de 5 GHz band?
→ Het gebruik van een draadloos toegangspunt dat tegelijkertijd 5 GHz/2,4 GHz kan gebruiken,
wordt aanbevolen. Het kan niet tegelijkertijd met deze camera worden gebruikt als het niet
compatibel is.
•• Wanneer de batterij-indicator rood knippert, wordt de verbinding met andere apparatuur niet altijd
gestart of kan de verbinding worden verbroken. (Er wordt een bericht zoals [Communicatiefout]
weergegeven.)
•• Voer [Wi-Fi resetten] uit in het [Set-up]-menu.
318
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
Draadloos toegangspunt wordt niet weergegeven. Of er kan geen verbinding worden gemaakt.
•• Controleer of het draadloze toegangspunt om verbinding mee te maken, actief is.
•• De camera geeft mogelijk een draadloos toegangspunt niet weer of maakt er geen verbinding mee,
afhankelijk van de kwaliteit van de radiogolven.
→ Voer de verbinding dichter bij het draadloze toegangspunt uit.
→ Verwijder de obstakels tussen dit apparaat en het draadloze toegangspunt.
→ Verander de richting van dit apparaat.
•• Mogelijk wordt het zelfs niet weergegeven als de radiogolven bestaan, afhankelijk van de instelling
van het draadloze toegangspunt.
→ Controleer de instellingen van het draadloze toegangspunt.
•• Het draadloze toegangspunt wordt mogelijk niet gevonden, afhankelijk van de staat van de
radiogolven.
→ Voer de [Handmatige invoer] uit. (→266)
•• Is de netwerk-SSID van het draadloze toegangspunt ingesteld op niet uitzenden?
→ Het wordt mogelijk niet waargenomen als het op niet uitzenden is ingesteld. Voer de netwerkSSID in en stel deze in. (→265)
•• De verbindingsmethode verschilt afhankelijk van het draadloze toegangspunt.
→ Zie voor meer informatie de gebruiksaanwijzing van het draadloze toegangspunt.
Het duurt elke keer lang om verbinding te maken met een smartphone.
•• Het kan langer duren om een verbinding te maken, afhankelijk van de instelling voor de Wi-Fiverbinding van de smartphone, maar dit is geen storing.
Dit apparaat wordt niet weergegeven in het Wi-Fi-instellingsscherm van de smartphone.
→ Probeer de Wi-Fi-functie in/uit te schakelen in het Wi-Fi-instellingsscherm van de smartphone.
Ik ben de aanmeldings-ID of het wachtwoord voor de "LUMIX CLUB" vergeten.
•• Controleer de informatie in het aanmeldingsscherm van "LUMIX CLUB".
http://lumixclub.panasonic.net/ned/c/
319
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
Ik heb thuis geen draadloos toegangspunt, maar ik zou me graag willen registreren als
servicegebruiker van de "LUMIX CLUB".
•• Registratie als servicegebruiker voor de "LUMIX CLUB" is niet mogelijk in een omgeving zonder
een draadloos toegangspunt.
De camera kan niet met een Mac-computer/Windows-pc worden verbonden via de Wi-Fiverbinding.
→ Controleer of de aanmeldingsnaam en het wachtwoord correct zijn getypt.
→ Wanneer de systeemtijd van de Mac-computer of de Windows-pc die op een camera is
aangesloten, ernstig afwijkt van die van de camera, kan bij sommige besturingssystemen de
camera niet met de computer of pc worden verbonden. Controleer of de klokinstelling en de
wereldtijd van de camera overeenkomen met de tijd, datum en tijdzone op de Windows-pc
of de Mac-computer. Wanneer beide instellingen ernstig van elkaar afwijken, dient u deze te
corrigeren.
Ik heb een probleem met de verbinding met mijn Windows 8 pc. De gebruikersnaam en het
wachtwoord worden niet herkend.
•• Afhankelijk van de versie van het besturingssysteem, bijvoorbeeld op Windows 8, zijn er twee
soorten gebruikersaccounts (lokaal account/Microsoft-account).
→ Gebruik de gebruikersnaam en het wachtwoord voor het lokale account.
De Wi-Fi-verbinding herkent mijn PC niet.
•• Standaard gebruikt de Wi-Fi-verbinding de standaardwerkgroepnaam "WORKGROUP". Als de
naam van de werkgroep is gewijzigd, wordt deze niet herkend.
→ Selecteer [PC-verbinding] en vervolgens [Werkgroepnaam wijzigen] in het [Wi-Fi setup]-menu
om de werkgroepnaam te veranderen in die van uw pc. (→272)
Beelden kunnen niet naar de computer worden overgebracht.
•• Als een firewall is ingeschakeld door het besturingssysteem of de beveiligingssoftware, kan dit
apparaat mogelijk geen verbinding maken met de computer.
Beelden kunnen niet naar de WEB-service worden overgebracht.
•• Controleer of de aanmeldingsinformatie (aanmeldings-ID/gebruikersnaam/e-mailadres/
wachtwoord) juist is.
•• De server van de WEB-service of het netwerk is mogelijk bezet.
→ Probeer het later opnieuw.
→ Controleer de site van de WEB-service waarnaar u het beeld verzendt.
320
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
Het duurt lang voordat een beeld naar de WEB-service wordt overgebracht.
•• Is het formaat van het beeld te groot?
→ Verzend het beeld nadat u de film hebt gesplitst met [Splits video] (→214).
→ Verklein het beeldformaat bij [Grootte] (→271) en verzend het dan.
•• Het kan langer duren om een beeld te verzenden wanneer de afstand tot het draadloze
toegangspunt groot is.
→ Voer de verzending dichter bij het draadloze toegangspunt uit.
Het beeld dat zou moeten zijn geüpload naar de WEB-service, staat er niet op.
•• Upload is mogelijk niet voltooid wanneer de verbinding tijdens verzending van het beeld wordt
verbroken.
•• Na het uploaden van het beeld kan het even duren voordat het in de WEB-service wordt
weergegeven, afhankelijk van de status van de server.
→ Wacht een ogenblik en probeer het opnieuw.
•• U kunt de verzendstatus in de koppelingsinstellingen van de WEB-service bekijken door u aan te
melden bij "LUMIX CLUB".
Ik wil het beeld in de WEB-service terugzetten op de camera.
•• De beelden in de WEB-service kunnen niet op dit apparaat worden opgeslagen (gedownload).
Verwijder de geüploade beelden niet en maak er een back-up van.
Ik kan de beelden die door dit apparaat naar de WEB-service zijn geüpload, niet weergeven of
verwijderen.
•• De beelden die naar de WEB-service zijn geüpload, kunnen niet met dit apparaat worden
weergegeven of verwijderd.
→ Voer de taak uit met een smartphone of een pc.
Uw aanmeldings-ID en wachtwoord van "LUMIX CLUB" waren verwijderd nadat u de camera
ter reparatie had opgestuurd.
•• De instellingen die in de camera zijn opgeslagen, zijn mogelijk verwijderd, afhankelijk van het soort
reparatie.
→ Maak altijd een kopie van belangrijke instellingen.
De verzending van het beeld mislukt halverwege. Er is een beeld dat niet kon worden
verzonden.
•• Het beeld kan niet worden verzonden wanneer de batterij-indicator rood knippert.
•• Is het formaat van het beeld te groot?
→ Splits de film met [Splits video] (→214).
→ Verklein het beeldformaat bij [Grootte] (→271) en verzend het dan.
•• De bestandsindeling van het beeld dat kan worden verzonden, verschilt afhankelijk van de
bestemming. (→239, 243, 244, 247, 251, 255)
•• Capaciteit of aantal beelden in de WEB-service is vol.
→ Meld u aan bij "LUMIX CLUB" en controleer de status van de bestemming bij de instellingen
voor de koppeling naar de WEB-service.
321
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
Ik ben het wachtwoord voor Wi-Fi vergeten.
→ Voer [Wi-Fi resetten] uit in het menu [Set-up]. (→51)
De informatie die u hebt ingesteld in de [Wi-Fi setup], wordt echter teruggezet op de
beginwaarden.
Ik kan geen beelden naar een AV-apparaat verzenden.
•• Verzending kan mislukken, afhankelijk van de gebruiksstatus van het AV-apparaat. Ook kan het
verzenden even duren.
Ik kan geen verbinding maken met de NFC-functie.
•• De smartphone is niet compatibel met NFC.
Deze functie kan worden gebruikt met NFC-compatibele apparaten met Android (2.3.3 of hoger).
•• Is de NFC-functie op de smartphone uitgeschakeld?
•• De [NFC-bediening] op dit apparaat is ingesteld op [OFF]. (→272)
•• De camera heeft problemen met het herkennen van sommige smartphonemodellen. Als de
smartphone niet wordt herkend, verschuift u langzaam de smartphone terwijl deze naast de
camera ligt.
•• Als u de smartphone te kort bij de camera houdt, herkent de camera de smartphone mogelijk niet.
Houd de smartphone een tijdje bij de camera.
322
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
■■Tv, computer, printer
Geen beeld op de tv. Onscherp beeld of beeld niet in kleur.
•• Niet goed aangesloten (→276).
•• De ingang van de tv is niet op AUX gezet.
De weergave op de tv en op de camera komen niet overeen.
•• Beeldverhouding is mogelijk onjuist en op bepaalde tv’s worden de randen van beelden
afgesneden.
Filmbeelden kunnen niet op tv worden afgespeeld.
•• Kaart is in tv geplaatst.
→ Sluit aan met een AV-kabel (optioneel) of een HDMI-microkabel en speel af met de camera
(→276).
Beeld wordt niet op volledig tv-scherm weergegeven.
•• Controleer de instellingen van [TV-aspect] (→47).
Er komt geen geluid uit de luidspreker van de camera.
•• Wanneer de AV-kabel (optioneel) of de HDMI-microkabel op de camera is aangesloten, komt er
geen geluid uit de camera.
De VIERA Link (HDMI) werkt niet.
•• Is de HDMI-microkabel wel juist aangesloten? (→276)
→ Controleer of de HDMI-microkabel stevig is aangesloten.
•• Is de [VIERA link] instelling van de camera op [ON] gezet? (→49)
→ De ingangskeuze kan niet altijd automatisch worden omgeschakeld met de HDMIaansluitingen van bepaalde tv-toestellen. In dit geval schakelt u de ingangskeuze over met
de afstandsbediening van uw tv-toestel (zie voor nadere aanwijzingen de handleiding van uw
televisie).
→ Controleer de VIERA Link (HDMI) instellingen op het aangesloten toestel.
→ Zet de camera uit en vervolgens weer aan.
→ Zet de "VIERA Link control (HDMI device control)" instelling op uw tv (VIERA) eenmaal uit en
dan weer aan. (Nadere informatie vindt u in de gebruiksaanwijzing van uw VIERA toestel.)
Geen communicatie met de computer.
•• Niet goed aangesloten (→284).
•• Controleer of de computer de camera heeft herkend.
→ Stel [USB mode] in op [PC] (→47).
→ Zet de camera uit en vervolgens weer aan.
De computer herkent de kaart niet.
•• Maak de (bijgeleverde) USB-kabel los en sluit deze weer aan nadat de kaart is geplaatst.
•• Als er twee of meer USB-poorten op één pc zitten, kunt u proberen de USB-kabel op een andere
USB-poort aan te sluiten.
323
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
De computer herkent de kaart niet. (Bij gebruik van een SDXC-geheugenkaart)
→ Controleer of uw computer SDXC-geheugenkaarten ondersteunt.
http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html
→ Wanneer u de kaart plaatst, kan er een bericht verschijnen waarin u wordt gevraagd de kaart te
formatteren. Formatteer de kaart niet.
→ Als de indicator [Toegang] op het scherm niet uitgaat, schakelt u de camera uit voordat u de
USB-kabel loskoppelt.
Kan niet afdrukken als de camera op de printer is aangesloten.
•• Printer niet compatibel met PictBridge.
•• Stel [USB mode] in op [PictBridge(PTP)] (→47, 287).
De randen van de foto’s worden bij het afdrukken bijgetrimd.
•• Hef instellingen voor bijsnijden of afdrukken zonder randen op de printer op voordat u gaat
afdrukken. (Raadpleeg de handleiding bij de printer.)
•• De beeldverhouding van beelden is anders dan die van het papier waarop wordt afgedrukt.
→ Controleer als u de foto’s in een fotozaak laat afdrukken of formaten van 16:9 kunnen worden
afgedrukt.
Kan panoramafoto’s niet goed afdrukken.
•• De beeldverhouding van panoramafoto’s wijkt af van die van normale foto’s en sommige
panoramafoto’s worden mogelijk niet correct afgedrukt.
→ Gebruik een printer die panoramafoto’s ondersteunt. (Raadpleeg de handleiding bij de printer.)
→ Het verdient aanbeveling het formaat van de foto naargelang het papier aan te passen met het
programma "PHOTOfunSTUDIO" op de dvd (bijgeleverd).
324
SQW0028
Diversen
V&A Storingen verhelpen
■■Diversen
Menu niet weergegeven in gewenste taal.
•• Verander de instelling [Taal] (→49).
Camera rammelt als deze wordt geschud.
•• Dit geluid wordt veroorzaakt door beweging van de lens en is geen storing.
De lens maakt een klikkend geluid.
•• Wanneer de camera in of uit wordt geschakeld, de lens wordt bewogen of er een diafragmafunctie
wordt uitgevoerd, kunt u dit geluid horen. Dit is geen storing.
•• Wanneer de helderheid verandert na het zoomen of het bewegen van de camera, kan de lens
geluid maken terwijl het diafragma wordt aangepast. Dit is geen storing.
Rood lampje gaat branden wanneer u de ontspanknop half indrukt op donkere locaties.
•• [AF ass. lamp] is ingesteld op [ON] (→125).
AF-assistlampje brandt niet.
•• [AF ass. lamp] is ingesteld op [OFF] (→125).
•• Brandt niet op locaties met veel licht.
Een deel van een beeld knippert in zwart-wit.
•• [Highlight] is ingesteld op [ON]. (→72)
De camera is heet.
•• De camera kan bij gebruik een beetje warm worden, maar dit is niet van invloed op de prestaties of
de kwaliteit.
De klok staat niet goed.
•• De camera is lange tijd niet gebruikt.
→ Zet de klok terug (→30).
•• Het instellen van de klok duurde nogal lang (en de klok loopt daardoor diezelfde tijdsspanne
achter).
Als u de zoom gebruikt, raakt het beeld iets vervormd en worden de randen van het onderwerp
gekleurd.
•• Afhankelijk van de zoomfactor zijn beelden wellicht iets vervormd of gekleurd aan de randen, maar
dit is normaal.
Bestandsnummers worden niet op volgorde opgenomen.
•• Bestandsnummers worden opnieuw ingesteld wanneer er nieuwe mappen worden gemaakt (→50).
•• Als u deze bewerking uitvoert nadat u een specifieke bewerking hebt uitgevoerd, kan het beeld
opgeslagen worden in een map met een ander mapnummer dan het vorige mapnummer.
Bestandsnummers lopen achteruit.
•• De batterij is verwijderd/geplaatst terwijl de camera aan was. (Nummers kunnen achteruit lopen als
de bestands-/mapnummers niet goed worden opgenomen.)
325
SQW0028
Diversen
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik
Tijdens gebruik
●●De camera kan warm worden als deze lange tijd wordt gebruikt, maar dit is geen
storing.
●●Houd dit apparaat zo ver mogelijk uit de buurt van elektromagnetische
apparatuur (zoals magnetrons, tv’s, videospellen enzovoort).
••Wanneer u dit apparaat boven op of bij een tv gebruikt, kunnen de beelden en/of het
geluid op dit apparaat vervormd raken door elektromagnetische straling.
••Gebruik dit apparaat niet in de buurt van mobiele telefoons, want dit kan tot ruis
leiden die stoort op de beelden en/of het geluid.
••Opgenomen gegevens kunnen beschadigd raken, of beelden kunnen vervormd
raken, door sterke magnetische velden die door luidsprekers of grote motoren
worden veroorzaakt.
••Elektromagnetische straling kan een negatieve invloed hebben op dit apparaat en
storen op de beelden en/of het geluid.
••Wanneer dit apparaat negatief wordt beïnvloed door elektromagnetische apparatuur
en niet goed meer functioneert, schakelt u dit apparaat uit en verwijdert u de batterij
of ontkoppelt u de netadapter (optioneel). Plaats vervolgens de batterij weer in het
apparaat of sluit de netadapter weer aan en zet dit apparaat aan.
Gebruik dit apparaat niet bij radiozenders of hoogspanningslijnen.
••Wanneer u dicht bij radiozenders of hoogspanningslijnen opneemt, kunnen de
opgenomen beelden en/of geluiden negatief worden beïnvloed.
●●Verleng het bijgeleverde snoer en de bijgeleverde kabel niet.
●●Laat de camera niet in aanraking komen met pesticiden of vluchtige stoffen (hierdoor
kan het oppervlak beschadigd raken of de coating gaan bladderen).
●●Houd voorwerpen die magnetisch beïnvloed kunnen worden, niet dicht bij de
luidspreker.
••Gemagnetiseerde voorwerpen zoals bankpasjes, pasjes voor het openbaar vervoer
of horloges, kunnen negatief worden beïnvloed door de magnetische invloed van de
luidspreker.
●●Laat de camera en de batterij nooit achter in een auto die in de zon staat en leg het
toestel ook niet op de motorkap.
De batterij van de camera kan gaan lekken, oververhit raken, in brand vliegen of
ontploffen als gevolg van de hoge temperatuur.
Onderhoud van uw camera
Als u uw camera wilt schoonmaken, verwijdert u de batterij of DC coupler (optioneel) of
haalt u de stekker uit het stopcontact en veegt u de camera met een zachte, droge doek
af.
●●Verwijder hardnekkige vlekken met een goed uitgewrongen natte doek en wrijf de
camera vervolgens na met een droge doek.
●●Gebruik geen benzine, verfverdunner, alcohol of allesreiniger, want deze kunnen de
behuizing en coating van de camera beschadigen.
●●Lees bij gebruik van een chemisch behandelde doek de bijgeleverde instructies goed
door.
326
SQW0028
Diversen
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik
Wanneer u de camera lange tijd niet gebruikt
●●Schakel de camera uit voordat u de batterij en de kaart verwijdert. (Zorg dat de batterij
is verwijderd om schade door diepontlading te voorkomen.)
●●Laat de camera niet in aanraking komen met rubberen of plastic zakken.
●●Bij bewaren in een lade en dergelijke altijd samen opbergen met een drogingsmiddel
(silicagel). Bewaar batterijen op een koele (15 °C tot en met 25 °C), droge plaats
(40%RH - 60%RH), zonder grote temperatuurschommelingen.
●●Laad de batterij eens per jaar op en laat deze een keer volledig leeg lopen voordat u
deze weer bewaart.
Geheugenkaarten
●●Schade voorkomen aan kaarten en gegevens
••Voorkom hoge temperaturen, rechtstreeks zonlicht, elektromagnetische golven en
statische elektriciteit.
••Laat de camera niet buigen, vallen en stel deze niet bloot aan ernstige schokken.
••Raak de aansluitingen op de achterzijde van de kaart niet aan en laat deze niet vuil of
nat worden.
●●Opgenomen gegevens kunnen beschadigd of verloren raken als de camera defect
raakt als gevolg van onjuiste behandeling. Panasonic is niet aansprakelijk voor schade
als gevolg van verlies van opgenomen gegevens.
●●Wanneer u geheugenkaarten verwijdert/inlevert
••Wanneer u de functies "formatteren" of "verwijderen" op uw camera of computer
gebruikt, worden alleen de bestandsbeheergegevens gewijzigd, maar worden
de gegevens zelf niet volledig van de geheugenkaart verwijderd. Wanneer u uw
geheugenkaarten verwijdert of inlevert, raden wij u aan deze te vernietigen of in de
handel verkrijgbare software voor het wissen van computergegevens te gebruiken
om de gegevens volledig van de kaart te verwijderen. Ga verantwoordelijk om met de
gegevens op geheugenkaarten.
Scherm/zoeker
●●Druk niet hard op het scherm. Hierdoor kunt u ongelijkmatig beeld krijgen en kan het
scherm beschadigd raken.
●●In koude klimaten of in andere omstandigheden waarin de camera koud wordt, kan
het scherm of de zoeker direct na het inschakelen van de camera iets donkerder zijn
dan normaal. De normale helderheid keert terug wanneer de interne onderdelen zijn
opgewarmd.
Het scherm en de zoeker zijn gemaakt met extreem hoge precisietechnologie. Er
kunnen echter enkele donkere of heldere punten (rood, blauw of groen) op het scherm
zichtbaar zijn. Dit is geen storing. De schermen van het scherm en de zoeker worden
geregeld met extreem hoge precisie, maar sommige pixels kunnen inactief zijn. De
spikkeltjes zullen niet worden geregistreerd op de beelden die worden opgeslagen op
de geheugenkaart.
327
SQW0028
Diversen
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik
Batterij
De batterij is een oplaadbare lithium-ionbatterij.
Deze batterij is gevoelig voor temperaturen en vochtigheid en dit wordt erger bij hoge of
lage temperaturen.
●●De benodigde oplaadtijd varieert, afhankelijk van de omstandigheden van het
batterijgebruik. Het opladen duurt langer bij hoge of lage temperaturen en als de batterij
al lang niet meer is gebruikt.
●●Tijdens het opladen en enige tijd daarna is de batterij warm.
●●De batterij loopt leeg als deze lange tijd niet wordt gebruikt, zelfs nadat deze is
opgeladen.
●●Laat geen metalen voorwerpen (zoals paperclips) bij de contactpunten van de stekker
liggen.
Anders bestaat er kans op brand en/of elektrische schokken vanwege kortsluiting of de
vrijkomende hitte.
●●Al te vaak opladen van de batterij wordt niet aanbevolen.
(Erg vaak opladen van een batterij vermindert de maximale gebruiksduur en kan de
batterij doen uitzetten.)
●●Als de batterij aanzienlijk korter meegaat, is de batterij versleten. Koop dan een nieuwe
batterij.
●●Bij het opladen:
••Maak de batterijaansluitingen schoon met een droge doek.
••Houd de camera op minimaal 1 m afstand van AM-radio (kan radio-interferentie
veroorzaken).
●●Gebruik geen beschadigde of ingedeukte batterij (vooral niet als de aansluitingen
zijn beschadigd), bijvoorbeeld wanneer een batterij is gevallen (wat storingen kan
veroorzaken).
Oplader
●●Afhankelijk van de omgeving tijdens het opladen kan het oplaadlampje knipperen als
gevolg van statische elektriciteit of elektromagnetische straling enzovoort. Dit heeft
geen effect op het opladen.
●●Houd de camera op minimaal 1 m afstand van AM-radio (kan radio-interferentie
veroorzaken).
●●De oplader kan een zoemend geluid voortbrengen als deze wordt gebruikt. Dit is geen
storing.
●●Haal na gebruik altijd de stekker uit het stopcontact. (Er wordt een klein beetje stroom
verbruikt als u deze op het stopcontact aangesloten houdt.)
●●Houd de aansluitpunten van de oplader en de batterij schoon. Reinig deze met een
droge doek als ze vuil worden.
328
SQW0028
Diversen
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik
Lens
●●De beelden kunnen enigszins wit lijken als de lens vuil is (vingerafdrukken enzovoort).
Schakel de camera in, houd de uitgeschoven lensbuis met uw vingers vast en veeg het
lensoppervlak voorzichtig af met een zachte, droge doek.
●●Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht.
Gebruik van een driepoot- of eenpootstatief
●●Oefen niet te veel kracht uit en draai de schroeven niet aan als ze krom zijn. (Hierdoor
kunnen de camera, het schroefgat of het label beschadigd raken.)
●●Zorg ervoor dat het statief stabiel staat. (Lees de handleiding bij het statief.)
●●U kunt mogelijk de kaart of de batterij niet verwijderen als u een driepoot- of
eenpootstatief gebruikt.
Persoonlijke gegevens
Om uw persoonlijke gegevens te beschermen, raden wij u aan een Wi-Fi-wachtwoord in
te stellen. (→273)
Als namen of geboortedatums zijn ingesteld in de [Profiel instellen]-modus of met de
[Gezicht herk.]-functie, houd er dan rekening mee dat de camera en de opgenomen
beelden persoonlijke informatie bevatten.
●●Aansprakelijkheid
••Gegevens met persoonlijke informatie zouden kunnen worden aangetast of verloren
kunnen gaan door storingen, statische elektriciteit, ongelukjes, defecten, reparaties of
andere voorvallen.
Panasonic kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade, direct of indirect, die
voortvloeit uit aantasting of verlies van gegevens met persoonlijke informatie.
●●Bij het verzoeken om reparatie of de overdracht/wegdoen van de camera
••Nadat u de persoonlijke informatie hebt genoteerd, dient u [Wi-Fi resetten]/[Verwijder
account] uit te voeren om gegevens te verwijderen die persoonlijke informatie
bevatten zoals de instellingen voor verbinding met het draadloze LAN die u in dit
apparaat geregistreerd of ingesteld hebt. (→51, 262)
••Ter bescherming van uw persoonlijke informatie verzoeken wij u de instellingen alle
terug te stellen. (→50)
••Verwijder de geheugenkaart uit de camera.
••Wanneer u de camera terugkrijgt na reparatie, kunnen instellingen zijn teruggezet op
in de oorspronkelijke stand bij aankoop.
••Als de bovenstaande ingrepen niet mogelijk blijken vanwege een storing in de
camera, raadpleegt u dan het verkooppunt of de dichtstbijzijnde onderhoudsdienst.
●●Zie voor inlevering/verwijdering van geheugenkaarten "Wanneer u
geheugenkaarten verwijdert/inlevert" in het vorige gedeelte. (→327)
●●Beelden naar Web-services uploaden
••Beelden kunnen persoonlijke informatie bevatten die kan worden gebruikt om de
gebruiker te identificeren, zoals titels, opnamedatums en -tijden en locatiegegevens.
Voordat u de beelden naar webservices laadt, dient u de beelden zorgvuldig te
controleren op informatie die niet openbaar mag worden gemaakt.
329
SQW0028
Diversen
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik
●●SDXC logo is een handelsmerk van SD-3C, LLC.
●●HDMI, het HDMI logo en High-Definition Multimedia Interface zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC in de Verenigde Staten en andere
landen.
●●HDAVI Control™ is een handelsmerk van Panasonic Corporation.
●●“AVCHD”, “AVCHD Progressive” en het “AVCHD Progressive” logo zijn handelsmerken van
Panasonic Corporation en Sony Corporation.
●●Geproduceerd onder licentie van Dolby Laboratories.
Dolby en het dubbele-D-symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
●●Adobe is een handelsmerk of geregistreerd handelsmerk van Adobe Systems Incorporated in de
Verenigde Staten en/of andere landen.
●●Pentium is een handelsmerk van Intel Corporation in de VS en/of andere landen.
●●Windows en Windows Vista zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft
Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
●●iMovie, Mac en Mac OS zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere
landen.
●●iPad, iPhone en iPod touch zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de VS en
andere landen.
●●App Store is een servicemerk van Apple Inc.
●●Android en Google Play zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Google Inc.
●●Het Wi-Fi CERTIFIED™-logo is een keurmerk van Wi-Fi Alliance®.
●●Het Wi-Fi Protected Setup™-identificatiemerk is een keurmerk van Wi-Fi Alliance®.
●●“Wi-Fi®” en “Wi-Fi Direct®” zijn gedeponeerde handelsmerken van Wi-Fi Alliance®.
●●“Wi-Fi Protected Setup™”, “WPA™” en “WPA2™” zijn handelsmerken van Wi-Fi Alliance®.
●●DLNA, the DLNA Logo and DLNA CERTIFIED are trademarks, service marks, or certification
marks of the Digital Living Network Alliance.
●●QR Code is een gedeponeerd handelsmerk van DENSO WAVE INCORPORATED.
●●Dit product maakt gebruik van “DynaFont” van DynaComware Corporation. DynaFont is een
geregistreerd handelsmerk van DynaComware Taiwan Inc.
●●Andere namen, bedrijfsnamen en productnamen die in deze gebruiksaanwijzing worden
vermeld, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de respectievelijke bedrijven.
330
SQW0028
Diversen
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik
Dit product is gemachtigd onder de AVC-octrooimachtiging voor persoonlijk, niet-commercieel
gebruik voor een consument om (i) video-opnamen te coderen in overeenstemming met de AVCnormen (“AVC Video”) en/of (ii) AVC Video-opnamen te decoderen die gecodeerd werden door
een consument voor persoonlijke, niet-commerciële doeleinden en/of verkregen werden van een
videoleverancier die gemachtigd is tot levering van AVC Video. Er is geen machtiging verleend of
bedoeld voor enig ander gebruik. Aanvullende informatie is te verkrijgen van de MPEG LA, LLC.
Zie http://www.mpegla.com.
331
SQW0028
Diversen
Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik
In dit product is de volgende software opgenomen:
(1) de software die onafhankelijk door of voor Panasonic Corporation is ontwikkeld,
(2) de software die het eigendom is van derden en in licentie is gegeven aan Panasonic
Corporation en/of
(3) open-source-software
De software die als (3) gecategoriseerd is, wordt gedistribueerd in de hoop dat deze
nuttig is, maar ZONDER ENIGE GARANTIE, zelfs zonder de impliciete garantie van
VERKOOPBAARHEID of GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
Raadpleeg de uitgebreide algemene voorwaarden van deze software door
[MENU/SET] → [Set-up] → [Versie disp.] → [Software info] te selecteren.
Het ontdoen van oude apparatuur en batterijen.
Enkel voor de Europese Unie en landen met recycle systemen.
Deze symbolen op de producten, verpakkingen en/of begeleidende
documenten betekenen dat gebruikte elektrische en elektronische
producten en batterijen niet samen mogen worden weggegooid met de rest
van het huishoudelijk afval.
Voor een juiste verwerking, hergebruik en recycling van oude producten en
batterijen, gelieve deze in te leveren bij de desbetreffende inleverpunten in
overeenstemming met uw nationale wetgeving.
Door ze op de juiste wijze weg te gooien, helpt u mee met het besparen
van kostbare hulpbronnen en voorkomt u potentiële negatieve effecten op
de volksgezondheid en het milieu.
Voor meer informatie over inzameling en recycling kunt u contact opnemen
met uw plaatselijke gemeente.
Afhankelijk van uw nationale wetgeving kunnen er boetes worden
opgelegd bij het onjuist weggooien van dit soort afval.
Let op: het batterij symbool (Onderstaand symbool).
Dit symbool kan in combinatie met een chemisch symbool gebruikt
worden. In dit geval volstaan de eisen, die zijn vastgesteld in de richtlijnen
van de desbetreffende chemische stof.
332
SQW0028