Aeg-Electrolux L84950A3 Handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

LAVAMAT 84950A3
LAVAMAT 86950A3
Gebruiksaanwijzing Wasmachine
Notice d'utilisation Lave-linge
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige
kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van
optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in
staat stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten
verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan
kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een
eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
INHOUD
BEDIENINGSINSTRUCTIES 3
VEILIGHEIDSINFORMATIE 3
Algemene veiligheid 3
Installatie 4
Gebruik 5
Veiligheid van kinderen 5
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 6
Wasmiddellade 7
BEDIENINGSPANEEL 7
Symbolen: 8
DISPLAY 8
Het display toont de volgende informatie:
8
Duur van het gekozen programma 8
Weergave programmavoortgang 9
Uitgestelde start 9
Verkeerde optiekeuze 9
Alarmcodes 9
Einde van het programma 9
HET EERSTE GEBRUIK 9
Taal instellen 9
Tijd instellen 10
PERSONALISERING 10
De helderheid instellen 10
Het contrast instellen 10
Het geluidssignaal instellen 10
Naar het hoofdmenu terugkeren 11
DAGELIJKS GEBRUIK 11
Open de deur 11
Kies het gewenste programma met de
programmakeuzeknop (1) 11
Gewichtsensor 11
Wasgoed in de machine doen 12
Wasmiddel en wasverzachter doseren 12
De temperatuur selecteren (toets 2) 13
Kies de centrifugesnelheid, de optie
NACHTCYCLUS- of SPOELSTOP (toets 3)
13
Extra functies (opties) programmeren (toets
4) 14
VOORWAS 14
VLEKKEN 14
BEHOEDZAAM 15
EXTRA SPOELEN 15
Selecteer de optie Programma opslaan
( PROGRAMMA OPSLAAN) 15
De Kinderslot-optie selecteren
(KINDERSLOT ) 15
De optie TIJDSDUUR selecteren (toets 6)
( TIJD ) 16
START/PAUZE selecteren (toets 7) ( START/
PAUZE ) 16
De UITGESTELDE START selecteren (toets 8)
( STARTUITSTEL ) 16
Een optie of lopend programma wijzigen
17
Een programma onderbreken 17
Een programma annuleren 17
De deur openen nadat het programma is
gestart 17
Aan het einde van het programma 17
WASPROGRAMMA'S 18
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS 22
De was sorteren 22
Voordat u de was in de machine doet 22
Vlekken verwijderen 23
Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen
23
2
Inhoud
Hoeveelheid wasmiddel 24
Graden van waterhardheid 24
ONDERHOUD EN REINIGING 24
Ontkalken 24
Na elke wasbeurt 24
Onderhoudswasbeurt 25
Schoonmaken van de buitenkant 25
Wasmiddellade 25
Wastrommel 25
Deurrubber 26
Afvoerpomp 26
De watertoevoerfilters schoonmaken 28
Voorzorgsmaatregelen bij vorst 29
Machine legen in geval van nood 29
PROBLEMEN OPLOSSEN 29
TECHNISCHE GEGEVENS 33
VERBRUIKSWAARDEN 33
MONTAGE-INSTRUCTIES 34
MONTAGE 34
Uitpakken 34
Plaatsing en waterpas zetten 36
Watertoevoer 37
Waterstop 38
Waterafvoer 38
AANSLUITING AAN HET ELEKTRICITEITSNET
39
MILIEUBESCHERMING 39
Verpakkingsmaterialen 40
Milieutips 40
Wijzigingen voorbehouden
BEDIENINGSINSTRUCTIES
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Zorgvuldig lezen en voor toekomstige raadpleging bewaren.
• De veiligheid van uw apparaat voldoet aan de voorschriften en de wettelijke vereisten
met betrekking tot de veiligheid van apparaten Wij vinden echter dat wij, als fabrikant,
de plicht hebben u de volgende veiligheidsaanwijzingen te geven.
• Het is erg belangrijk dat deze gebruiksaanwijzing bij de machine bewaard zodat u later
nog eens iets kunt nalezen. Als het apparaat aan iemand anders verkocht of geschon-
ken wordt, of als u verhuist en de machine achterlaat, zorg er dan voor dat de gebruiks-
aanwijzing bij het apparaat blijft zodat de nieuwe eigenaar kennis kan nemen van de
werking van het apparaat en de bijbehorende waarschuwingen.
• U MOET deze gebruiksaanwijzing aandachtig doorlezen voordat u de machine te instal-
leert of in gebruik neemt.
• Controleer uw machine op eventuele schade, die ontstaan kan zijn tijdens het trans-
port, voordat u hem in gebruik neemt. Sluit nooit een beschadigde machine aan. Als er
onderdelen zijn beschadigd, neem dan contact op met uw leverancier.
• Als de machine in de winter wordt afgeleverd, als de temperatuur onder nul is. Zet de
wasmachine 24 uur in een ruimte met kamertemperatuur voordat u hem in gebruik
neemt.
Algemene veiligheid
• Het is gevaarlijk om de specificaties te wijzigen of om te proberen op enigerlei wijze
veranderingen aan te brengen aan dit apparaat.
Veiligheidsinformatie
3
132944370-00-212010
• Tijdens wasprogramma's op hoge temperatuur kan het deurglas heet worden. Niet aan-
raken!
• Zorg ervoor dat kleine huisdieren niet in de trommel klimmen. Controleer om dit te
voorkomen de trommel vóór gebruik.
• Voorwerpen als munten, veiligheidsspelden, spijkers, schroeven, stenen of andere har-
de, scherpe materialen kunnen grote schade aan het apparaat toebrengen en mogen
niet in het apparaat terechtkomen.
• Gebruik alleen de aanbevolen hoeveelheid wasverzachter en wasmiddel. Als u te veel
doseert, kunnen kledingstukken beschadigd raken. Raadpleeg de aanbevelingen van de
fabrikant met betrekking tot de hoeveelheden.
• Was kleine artikelen zoals sokken, veters, wasbare ceintuurs enz. in een waszak of kus-
sensloop, omdat deze tussen de kuip en de trommel terecht kunnen komen.
• Gebruik uw apparaat niet om artikelen met baleinen, materialen zonder zoom of ge-
scheurde materialen te wassen
• Trek na gebruik, reiniging en onderhoud van de machine altijd de stekker uit het stop-
contact en draai de kraan dicht.
• Dit apparaat is uitgerust met witte trommelverlichting. Het is een klasse 1 lampje, in
overeenstemming met de IEC 60825-1:1993 + A1:1997 + A2:2001 standaard. Indien
het lampje van de trommel moet worden vervangen, dan dient dit te gebeuren door
onze service-afdeling.
• Probeer in geen geval zelf de machine te repareren. Reparaties die door niet-deskundi-
ge personen uitgevoerd worden, kunnen tot schade of letsel leiden. Neem contact op
met een Klantenservice bij u in de buurt. Vraag altijd om originele vervangingsonder-
delen.
Installatie
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst.
• Controleer bij het uitpakken van het apparaat of dit niet is beschadigd. Gebruik het
apparaat bij twijfel niet en neem contact op met de Klantenservice.
• Alle verpakkingsmaterialen en transportbouten moeten vóór het gebruik worden ver-
wijderd. Als dit wordt nagelaten kan dit ernstige schade aan het product en andere
eigendommen tot gevolg hebben. Zie het desbetreffende hoofdstuk in de gebruiksaan-
wijzing.
• Controleer na de installatie van het apparaat of het niet op de toevoer- en afvoerslang
staat en of het werkblad het aansluitsnoer niet platdrukt tegen de muur.
• Als het apparaat op een tapijtvloer wordt geplaatst, dient de hoogte van de stelpootjes
te worden aangepast om de lucht onder het apparaat toch goed te kunnen laten circu-
leren.
• Let er altijd op of er na de installatie geen water lekt uit de slangen en de aansluitingen.
• Als het apparaat geïnstalleerd is op een plaats waar het kan vriezen, lees dan het hoofd-
stuk "Bevriezingsgevaren.
• Eventuele voor de installatie van dit apparaat noodzakelijke loodgieterswerkzaamhe-
den, moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde loodgieter.
• Eventuele voor de installatie van het apparaat noodzakelijke elektrotechnische werk-
zaamheden, moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde elektricien.
4
Veiligheidsinformatie
Gebruik
• Dit apparaat is bestemd voor huishoudelijk gebruik. Het is niet toegestaan het appa-
raat te gebruiken voor andere doeleinden dan waarvoor het is bestemd.
• Was in de machine alleen textiel dat geschikt is voor machinaal wassen. Volg de in-
structies op het wasvoorschrift in de kleding.
• Doe niet te veel wasgoed in de machine. Zie de "Wasprogramma"-tabel.
• Voordat u gaat wassen, dient u ervoor te zorgen dat alle zakken leeg zijn en dat alle
knopen en ritsen dicht zijn. Was geen gerafelde of gescheurde artikelen. Behandel vlek-
ken zoals verf, inkt, roest en gras eerst voordat u artikelen met dit soort vlekken gaat
wassen. Beugelbeha's mogen NIET machinaal worden gewassen.
• Kledingstukken die in aanraking zijn geweest met vluchtige petroleumproducten mo-
gen niet in de machine gewassen worden. Als vluchtige reinigingsvloeistoffen zijn ge-
bruikt, dient u ervoor te zorgen dat de vloeistof uit het kledingstuk is verwijderd voor-
dat u het in de wasautomaat doet.
• Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact; maar aan de stekker zelf.
• Gebruik de wasmachine nooit als het aansluitsnoer, het bedieningspaneel, het werk-
blad of de sokkel beschadigd zijn, waardoor de binnenkant van de wasmachine toegan-
kelijk is.
Veiligheid van kinderen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (met inbegrip van kinderen)
met beperkte lichamelijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en
kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke
persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het
gebruik van het apparaat.
• De verpakkingsmaterialen (zoals plasticfolie en polystyreen) kunnen een gevaar opleve-
ren voor kinderen - verstikkingsgevaar! Houd deze materialen buiten het bereik van
kinderen.
• Berg alle wasmiddelen op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, op.
• Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet
in de trommel kunnen klimmen. Om te voor-
komen dat kinderen of huisdieren binnen in
deze machine vast komen te zitten, heeft
hij een speciale functie. Om deze functie te
activeren draait u de knop (zonder deze in
te drukken) aan de binnenkant van de deur
naar rechts tot de groef horizontaal staat
Gebruik zo nodig een muntstuk. Om deze
functie uit te schakelen en de mogelijkheid
te herstellen om de deur te sluiten, draait u
de knop naar links tot de groef verticaal
staat.
Veiligheidsinformatie
5
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Uw nieuwe apparaat voldoet aan alle moderne eisen voor een effectieve behandeling
van wasgoed met een laag verbruik van water, energie en wasmiddel.
Het NEW JET-systeem maakt het volledige gebruik van wasmiddel mogelijk en vermin-
dert het waterverbruik om energie te besparen.
1
7
2
3
4
5
6
1 Wasmiddellade
2 Bedieningspaneel
3 Trommelverlichting
4 Deurhandgreep
5 Typeplaatje
6 Afvoerpomp
7 Verstelbare pootjes
6
Beschrijving van het product
Wasmiddellade
Vakje voor waspoeder voor de voorwas .
Het voorwasmiddel wordt het begin van het was-
programma ingespoeld.
Vakje voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel
te gebruiken voor de hoofdwas .
vakje voor vloeibare toevoegingen (wasver-
zachter, stijfsel).
Vakje voor vlekkenverwijderaar te gebruiken
voor de hoofdwas met VLEKKEN-optie .
BEDIENINGSPANEEL
Hieronder staat een afbeelding van het bedieningspaneel. Het laat de programmakeuze-
knop zien als ook de verschillende toetsen en het display. Deze onderdelen worden weer-
gegeven met relevante nummers en op de volgende pagina's uitgelegd.
1234567 8
9
1 Programmakeuzeknop
2 Toets TEMPERATUUR ( TEMPERATUR )
3 Toets KORT CENTRIFUGEREN ( TPM )
4 Toets OPTIE ( OPTIES )
5 OK-toets ( OK )
6 Toets TIJDBESPARING ( TIJD )
Bedieningspaneel
7
7 Toets START/PAUZE ( START/PAUZE )
8 Toets UITGESTELDE START ( STARTUITSTEL )
9 Display
Symbolen:
Handwas;
Kinderslot.
DISPLAY
9.1 - Deze stand toont de watertemperatuur van het wasprogramma
9.2 - Deze stand toont de geselecteerde centrifugesnelheid en de volgende optiesymbo-
len: NACHTCYCLUS
, SPOELSTOP
9.3 - symbool KINDERSLOT ( KINDERSLOT )
9.4 - Opties TIJDBESPARING:
( KORT ), ( EXTRA KORT )
9.5 - Het symbool van de uitgestelde start ( STARTUITSTEL )
9.6 - Optiesymbolen: VOORWAS
, VLEKKEN , BEHOEDZAAM , EXTRA SPOELEN
9.7 - Einde van het programma
9.8 - Tijdsduur van het wasprogramma of aftellen uitgestelde start
9.9 - Informatieveld (verschillende regels laten de voortgang van het programma zien)
Het display toont de volgende informatie:
Duur van het gekozen programma
Nadat u een programma gekozen hebt, wordt de tijdsduur van het wasprogramma 9.8
en het geschatte eind van de cyclus 9.7 in uren en minuten weergegeven (bijvoorbeeld
1.40).
De duur wordt automatisch berekend op basis van de aanbevolen maximale lading voor
elk type wasgoed.
Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt.
9.9
9.1 9.2 9.3 9.4 9.5
9.6
9.7
9.8
8
Display
Weergave programmavoortgang
Nadat u op toets 7 heeft gedrukt, toont het display welke fase van het wasprogramma
wordt uitgevoerd 9.9 . Op het display kunt u ook de beschrijving van het geselecteerde
type weefsel zien, een animatiebalk die de uitgevoerde cyclus aangeeft en de resterende
cyclus, de duur van het wasprogramma en het einde van de cyclus.
Uitgestelde start
Als u de toets 8 gekozen hebt, verschijnt het bijbehorende symbool 9.5 op het display.
Nadat u toets 7 ingedrukt hebt, verschijnt de gekozen uitgestelde tijdswaarde (max 20
uur) aan de rechterkant van het display met het bijbehorende symbool.
De tijdsduur van het uitstel vermindert iedere minuut ( 9.8 )
Verkeerde optiekeuze
Als een verkeerde optie wordt geselecteerd, geeft het display aan dat de keuze niet selec-
teerbaar is.
Alarmcodes
In geval van problemen met de werking kunnen er alarmberichten weergegeven worden,
bijvoorbeeld: " Kan niet vullen met water. Controleer of de kraan open is en druk op START/
PAUZE. " (zie hoofdstuk "Wat te doen als...").
Einde van het programma
Als het programma afgelopen is, verschijnt het bijbehorende bericht op het display. Het
indicatielampje van toets 7 gaat uit.
HET EERSTE GEBRUIK
• Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting en de wateraansluiting voldoen aan de in-
stallatie-instructies.
• Verwijder het polystyreenblok en evt. andere materialen uit de trommel.
• Laat, voordat u de machine voor de eerste keer gebruikt, het katoenprogramma op de
hoogste temperatuur draaien zonder wasgoed in de machine, zodat eventuele fabrica-
geresten uit de trommel en de kuip worden verwijderd. Giet een halve maatbeker was-
middel in het vakje voor de hoofdwas en start de machine.
Taal instellen
Wanneer u het apparaat voor de eerste keer aanzet moet u de taal instellen door de pro-
grammakeuzeknop 1 te draaien. Wanneer het apparaat opnieuw wordt ingeschakeld, ver-
schijnen alle berichten op het display in deze taal.
Als het display geen taalscherm aangeeft, is het apparaat al een keer ingeschakeld ge-
weest. Als u de taalinstelling wilt veranderen, druk dan gedurende 6 seconden tegelijker-
tijd op toets 2 en 3 om de menutaal te activeren.
Door op toets 4 te drukken kunt u door alle beschikbare talen scrollen.
Het display vraagt u op toets 5 te drukken om de taal te bevestigen en vervolgens op
toets 4 om de keuze te wijzigen.
Het eerste gebruik
9
Druk tweemaal op toets 5 om uw keuze te bevestigen.
Tijd instellen
Na het instellen van de gewenste taal moet u de tijd instellen voordat u het eerste was-
programma draait. Onthoud dat u de ingestelde tijd moet aanpassen als de zomer- of
wintertijd begint.
Met de klokinstelling kunt u het tijdstip van de dag instellen/aanpassen. Het is belangrijk
de tijd goed in te stellen, aangezien de EIND Cyclustijd ervan afhankelijk is.
Om de tijd in te stellen drukt u herhaaldelijk op toets 4 om het menu instellingen ( IN-
STELLINGEN ) te selecteren en bevestigt u uw keuze met toets 5 .
Door eenmaal kort op toets 4 te drukken kunt u de uren instellen.
Druk op toets 5 om uw instelling te bevestigen. Herhaal deze handeling om de minuten
in te stellen.
Als het apparaat al eens ingeschakeld is geweest, zie dan het begin van het hoofdstuk
"Personalisering".
PERSONALISERING
Dit apparaat is voorzien van een instellingenmenu waarmee u de fabrieksinstellingen
naar uw eigen wens kunt aanpassen.
Druk, als u het apparaat inschakelt door te draaien aan de programmakeuzeknop, op de
toets 4 om het menu Opties te activeren. Door opnieuw op dezelfde toets te drukken
kunt u door alle beschikbare opties bladeren totdat u het instellingenmenu ziet. Druk op
toets 5 om het menu te openen. Gebruik toets 4 opnieuw om door alle instellingen te
bladeren en druk op toets 5 om uw keuze te bevestigen.
De helderheid instellen
Met de instelling Helderheid ( HELDERHEID ) kunt u de intensiteit van de achtergrondver-
lichting van het display aanpassen.
Door op toets 4 te drukken kunt u de helderheid verhogen of verlagen.
U kunt kiezen tussen verschillende niveaus van 0 tot 9 (0 = min. 9 = max.).
Druk op toets 5 om uw keuze te bevestigen.
Het contrast instellen
Met de instelling Contrast ( CONTRAST ) kunt u de optische eigenschappen van het dis-
play aanpassen.
Door op toets 4 te drukken kunt u het contrast verhogen of verlagen.
U kunt kiezen tussen verschillende niveaus van 0 tot 9 (0 = min. 9 = max.).
Druk op toets 5 om uw keuze te bevestigen.
Het geluidssignaal instellen
De wasmachine is voorzien van een geluidssysteem, dat in de volgende gevallen te horen
zal zijn:
• aan het einde van het programma
• in geval van problemen met de werking
10
Personalisering
Als u het geluidssignaal wilt activeren drukt u op toets 4 om het menu Zoemer te selec-
teren ( ZOEMER ). Druk op toets 5 om uw keuze te bevestigen. De lijn rond het overeen-
komstige symbool begint te knipperen om aan de geven dat deze functie kan worden
ingesteld.
Druk nogmaals op toets 4 om het geluidssignaal in of uit te schakelen.
Druk vervolgens op toets 5 om uw keuze te bevestigen.
Naar het hoofdmenu terugkeren
Met deze instellingsfunctie kunt u naar het Optie-menu terugkeren.
Ga naar de terugkeeroptie ( Terug ) 4 te drukken .
Druk op toets 5 om uw keuze te activeren en te bevestigen.
DAGELIJKS GEBRUIK
Het apparaat is voorzien van een gewichtsensor waarmee u de hoeveelheid wasgoed in
de trommel kunt meten, en die u advies geeft over de hoeveelheid wasmiddel die u moet
gebruiken. Zorg dat de trommel leeg is voordat u het apparaat aanzet. Als u dit niet doet,
wordt het wasgoed daarna niet goed geregistreerd door de gewichtsensor. Zie het hoofd-
stuk "Gewichtsensor".
Open de deur
Open de deur voorzichtig door de handgreep naar buiten te trekken.
Kies het gewenste programma met de programmakeuzeknop (1)
De machine is ingeschakeld.
U kunt het juiste programma voor elke soort wasgoed kiezen door de aanwijzingen in de
programmatabellen op te volgen (zie "Wasprogramma's").
Draai de programmakeuzeknop op het gewenste programma. Met de programmakeuze-
knop bepaalt u het soort wascyclus (bijv. waterpeil, beweging van de trommel, aantal
spoelgangen) en de wastemperatuur afhankelijk van het soort wasgoed.
Het indicatielampje van toets 7 begint te knipperen en het display toont de programma-
naam en de tijdsduur van het geselecteerde programma.
De programmakeuzeknop kan met de klok mee of tegen de klok in worden gedraaid.
Draai stand
naar De machine uitschakelen.
Aan het einde van het programma moet de programmakeuzeknop op stand,
zetten, om de machine uit te schakelen.
LET OP!
Als u de programmakeuzeknop naar een ander programma draait, wanneer het apparaat
in werking is, vraagt het display u de programmakeuzeknop in de laatst gebruikte stand
te zetten.
Zie "Een optie of lopend programma wijzigen" om een lopend programma te wijzigen.
Gewichtsensor
Enkele seconden na het inschakelen van het apparaat verschijnen de volgende indicaties
op het display als de deur open is:
Dagelijks gebruik
11
• de maximale laadcapaciteit van het geselecteerde programma (d.w.z. 8 KG voor Ka-
toen; zie "Wasprogramma's" voor de maximale belading van elk programma),
•
de actuele belading van 0,0 KG tot de maximale belading voor het geselecteerde was-
programma. Beladingen van minder dan 0,5 KG worden niet weergegeven,
• de animatiebalk die wordt opgevuld met stappen van 0,5 KG ,
• de aanbevolen hoeveelheid wasmiddel voor de huidige belading, uitgedrukt als percen-
tage.
Als er te veel wasgoed in de machine is geladen, verschijnt er op het display een waar-
schuwing over overbeladen. Haal in dat geval enkele stukken wasgoed uit de machine.
Druk op een toets of sluit de deur om opnieuw de informatie over het wasprogramma
weer te geven.
Als de instellingen niet binnen enkele seconden worden uitgevoerd, verschijnt de bela-
dingsinformatie op het display als de deur open is.
Het gewicht en de hoeveelheid wasmiddel dat voor elk programma wordt weergegeven,
zijn indicaties en laat u het wasmiddelverbruik verminderen.
Het gewichtscherm verschijnt niet meer als de deur wordt gesloten en nadat u op toets
7 heeft gedrukt om het wasprogramma te starten.
Wasgoed in de machine doen
1. Doe het wasgoed stuk voor stuk in de
trommel; schud het eerst zo goed moge-
lijk uit.
2. Doe de deur stevig dicht. U moet bij het
sluiten een klik horen.
WAARSCHUWING!
Laat het wasgoed niet tussen de deur en de
rubber pakking terecht komen.
Wasmiddel en wasverzachter doseren
Uw nieuwe apparaat is ontworpen om te besparen op het verbruik van water, energie en
wasmiddel.
12
Dagelijks gebruik
1. Trek de wasmiddellade zo ver mogelijk
naar buiten. Meet de vereiste hoeveel-
heid wasmiddel af, giet het in het vakje
voor de hoofdwas
. Als u een program-
ma wilt uitvoeren met de voorwas fase,
giet dan het wasmiddel in het vakje
.
Als u de vlekken functie wilt gebruiken,
giet de vlekkenverwijderaar dan in het
bakje
met de pijl.
2. Giet, indien gewenst, wasverzachter in
het vakje
(de gebruikte hoeveelheid
mag de markering MAX in de lade niet
overschrijden).
Schuif de wasmiddellade er weer voorzichtig
in.
De temperatuur selecteren (toets 2)
Druk herhaaldelijk op deze toets om de temperatuur te verhogen of te verlagen, als u
wilt dat uw wasgoed wordt gewassen op een temperatuur die afwijkt van de door het
apparaat voorgestelde temperatuur.
De maximumtemperatuur voor elk wasprogramma kan gecontroleerd worden in de para-
graaf "Wasprogramma's".
Het symbool voor koude was komt overeen met
.
Kies de centrifugesnelheid, de optie NACHTCYCLUS- of SPOELSTOP (toets 3)
Wanneer het gewenste programma is gekozen, stelt uw machine automatisch het maxi-
male centrifugetoerental voor dat programma voor.
Druk herhaaldelijk op deze toets om de centrifugesnelheid te veranderen, als u wilt dat
uw wasgoed wordt gecentrifugeerd op een snelheid die afwijkt van de door de wasmachi-
ne voorgestelde snelheid.
SPOELSTOP : als u deze optie kiest wordt het laatste spoelwater niet weggepompt, om te
voorkomen dat het wasgoed kreukelt.
Dagelijks gebruik
13
NACHTCYCLUS : als u deze optie kiest zal de machine het water na de laatste spoelgang
niet afvoeren, om te voorkomen dat het wasgoed kreukt. Omdat er niet wordt gecentrifu-
geerd, is deze wascyclus zeer stil en geschikt om 's nachts of in de voordeeluren te was-
sen. Bij sommige programma's gebruiken de spoelgangen meer water.
Zie voor het wegpompen van het water de paragraaf «Aan het einde van het pro-
gramma» in dit hoofdstuk.
Zie voor de mogelijke combinaties van wasprogramma's en opties hoofdstuk "Waspro-
gramma's".
Extra functies (opties) programmeren (toets 4)
Afhankelijk van het programma, kunnen er verschillende functies gecombineerd worden.
niet alle opties kunnen onderling worden gecombineerd. De symbolen en berichten van
de opties die niet gecombineerd kunnen worden, worden niet weergegeven.
Als er een optie die niet gecombineerd kan worden met het ingestelde wasprogramma of
een andere optie wordt gekozen, vertelt het display u dat uw keuze niet selecteerbaar is.
U moet de opties kiezen nadat u het programma heeft gekozen maar voordat u toets 7
indrukt . Druk op toets 4 om het optiemenu te openen.
Druk op toets 4 om door alle beschikbare opties te bladeren. De overeenkomstige pro-
grammanaam verschijnt in de rechthoek, om aan te geven dat dit programma geselec-
teerd kan worden.
Druk op toets 4 om uw keuze te activeren en te bevestigen. Het betreffende symbool
verschijnt aan de rechterkant van het display om aan te geven dat deze optie is inge-
steld. Druk op dezelfde toets om de optie uit te schakelen.
Wacht na het selecteren van de opties ongeveer 10 seconden tot het display terugkeert
naar de standaardstatus. De gekozen opties verschijnen op het display.
Raadpleeg voor de compatibiliteit tussen deze optie en de wasprogramma's het hoofd-
stuk "Wasprogramma's".
VOORWAS
Kies deze optie als u wilt dat uw wasgoed op 30°C wordt voorgewassen voor de hoofd-
was. De voorwas eindigt met kort centrifugeren bij programma's voor katoen en syntheti-
sche stoffen, terwijl bij het programma voor fijne was alleen het water wordt weggepompt.
Het bijbehorende symbool verschijnt op het display.
Deze optie wordt aanbevolen voor sterk vervuild wasgoed.
VLEKKEN
Kies deze optie om sterk vervuild wasgoed of wasgoed met vlekken te behandelen met
vlekkenverwijderaar (verlengde hoofdwas met tijdgeoptimaliseerde vlekkenbehandelings-
fase). Het bijbehorende symbool verschijnt op het display.
Deze optie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C.
Als u een programma wilt laten draaien met de optie vlekken, giet dan vlekkenzout in het
vakje
.
14
Dagelijks gebruik
BEHOEDZAAM
Als u deze optie kiest wordt de wasintensiteit beperkt verminderd. De machine voegt een
spoelgang toe in de programma's voor katoen en synthetische stoffen. Het bijbehorende
symbool verschijnt op het display.
Deze optie kan niet gekozen worden samen met de optie Extra spoelgang.
Deze optie wordt aanbevolen voor niet kleurechte artikelen en voor artikelen die vaak ge-
wassen worden.
EXTRA SPOELEN
Dit apparaat is ontworpen om water te besparen. Voor mensen met een erg gevoelige
huid (allergisch voor wasmiddelen) kan het echter noodzakelijk zijn om het wasgoed met
een extra hoeveelheid water te spoelen.
Het bijbehorende symbool verschijnt op het display.
Selecteer de optie Programma opslaan ( PROGRAMMA OPSLAAN )
Programma-instellingen die vaak gebruikt worden, kunnen worden opgeslagen (bijv. ka-
toen, 60°C, 1600 toeren, met VOORWAS en EXTRA SPOELEN ).
Er zijn 2 geheugenplaatsen beschikbaar voor dit doel op de laatste 2 standen van de pro-
grammakiezer Het opgeslagen programma kan op dezelfde manier gekozen worden als
elk ander wasprogramma door middel van de programmakiezer.
Programma opslaan:
• kies het gewenste programma en gewenste opties
•
druk op toets 4 om het optiemenu te activeren
•
druk op toets 4 en zoek de optie Programma opslaan en druk op toets 5
•
druk op toets 4 om het nummer van het geheugen ( GEHEUGEN ) (1-2) te selecteren
waarin u uw persoonlijke programma wilt opslaan.
•
druk op toets 5 om het geselecteerde programma op te slaan. Het display toont dat
het programma is opgeslagen.
Als u de programma-instelling in het geheugen wilt wijzigen, dient u de procedure vanaf
het begin te herhalen.
Als de geheugenpositie bezet is door een programma dat u eerder hebt geselecteerd, ver-
telt het display dat het geheugen vol is en dat u toets 5 moet indrukken om het geheu-
gen te overschrijven of dat u toets 4 moet indrukken om te annuleren. Druk vervolgens
op de toets 5 om het nieuwe programma op te slaan.
De geheugenprogramma's kunnen niet worden gewist; u kunt ze alleen overschrijven
met een ander wasprogramma.
De Kinderslot-optie selecteren ( KINDERSLOT )
Deze wasmachine is voorzien van een KINDERSLOT , waarmee u het apparaat onbe-
heerd achter kunt laten. U hoeft zich dan geen zorgen te maken dat kinderen gewond
raken of het apparaat schade toebrengen . Stel deze optie in voordat u de toets 7 in-
drukt, maar nadat u het gewenste wasprogramma hebt gekozen.
Deze functie blijft ingeschakeld, ook als de machine niet in werking is.
Kinderslot instellen:
•
druk op toets 4 om het optiemenu te activeren,
•
druk op toets 4 om de optie KINDERSLOT op te zoeken,
Dagelijks gebruik
15
•
druk op toets 5 om deze optie in te schakelen. Het bijbehorende symbool verschijnt op
het display. Het display geeft aan dat u tegelijkertijd toets 4 en 5 gedurende 5 secon-
den moet indrukken om het apparaat te ontgrendelen.
Als u een willekeurige toets indrukt nadat het wasprogramma is gestart met het KINDER-
SLOT ingeschakeld, geeft het display aan dat het apparaat is geblokkeerd en dat u een
toetsencombinatie moet gebruiken om hem weer vrij te geven.
Aan het einde van het programma moet u tegelijkertijd toets 4 en toets 5 gedurende 5
seconden ingedrukt houden, totdat het display aangeeft dat het apparaat is ontgrendeld.
Deze functie blijft permanent actief. Lees Kinderslot instellen om deze functie uit te
schakelen .
De optie TIJDSDUUR selecteren (toets 6) ( TIJD )
De wasmachine stelt standaard de wascyclus voor normaal bevuild wasgoed voor. De tijds-
duur van de wascyclus kan verkort worden met deze toets.
Deze optie kan geselecteerd worden bij de wasprogramma's voor KATOEN, SYNTHETICA
en FIJNE WAS.
Als u eenmaal op deze toets drukt verschijnen het bijbehorende symbool en het bericht
"DAGELIJKS" ( KORT ) op het display, en kunt u de cyclusduur verkorten . Het display
geeft de verkorte wastijd weer. Te gebruiken voor licht vervuilde was.
Als u tweemaal op deze toets drukt, verschijnen het bijbehorende symbool en het bericht
"SUPERKORT" ( EXTRA KORT ) op het display en kunt u de cyclusduur verkorten. Het dis-
play geeft de verkorte wastijd weer.
Uitsluitend te gebruiken voor heel licht vervuild wasgoed.
START/PAUZE selecteren (toets 7) ( START/PAUZE )
Druk op deze toets om het geselecteerde programma te starten. Het bijbehorende rode
controlelampje gaat knipperen.
Op het display verschijnt de naam en de lopende fase van het geselecteerde programma,
om aan te geven dat het apparaat start en de deur vergrendeld is.
Om een lopend programma te onderbreken drukt u op toets 7 : het bijbehorende rode
indicatielampje begint te knipperen en het display geeft aan dat het apparaat is gepauzeerd.
Om het programma opnieuw te starten vanaf het punt waarop het werd onderbroken,
toets 7 nogmaals indrukken.
Als u een uitgestelde start gekozen heeft, begint de machine af te tellen.
De UITGESTELDE START selecteren (toets 8) ( STARTUITSTEL )
Met deze optie kunt u het starten van het wasprogramma met 30, 60, 90 minuten, 2 uur
en dan telkens met 1 uur extra tot maximaal 20 uur uitstellen.
De uitsteltijd selecteren:
• Kies het programma en de gewenste opties,
•
Selecteer de gewenste uitsteltijd door op toets 8 te drukken; op het display verschijnt
de uitstelwaarde en het symbool 9.5 .
De geschatte eindtijd van het programma verschijnt in 9.7 .
•
Druk op toets 7 : de machine begint met het aftellen van de tijd in 9.8 . Het program-
ma zal beginnen als het gekozen uitstel is afgelopen.
U kunt de uitgestelde start te allen tijde annuleren, voordat u toets 7 indrukt.
Uitgestelde start annuleren:
16
Dagelijks gebruik
•
zet het apparaat op PAUZE door op toets 7 te drukken,
•
druk op toets 8 tot het symbool
verdwijnt van het display,
•
druk nogmaals op toets 7 om het programma te starten.
De functie UITGESTELDE START kan niet gekozen worden in de programma's POMPEN en
CENTRIFUGEREN.
Een optie of lopend programma wijzigen
Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert. Voor-
dat u iets kunt veranderen, moet u de wasmachine laten pauzeren door op de toets 7 te
drukken .
U kunt een lopend programma alleen veranderen door het te resetten . Draai de pro-
grammakeuzeknop eerst op
en dan op de stand van het nieuwe programma. Druk op
toets 5 om het vorige wasprogramma te annuleren. Start het nieuwe programma door
nogmaals op toets 7 te drukken. Het water in de kuip zal niet worden weggepompt.
Een programma onderbreken
Druk op toets 7 om een lopend programma te onderbreken, het bijbehorende controle-
lampje gaat knipperen. Druk nogmaals op dezelfde toets om het programma weer te starten.
Een programma annuleren
Draai de programmakeuzeknop op en vervolgens op het nieuw geselecteerde program-
ma.
Druk op toets 5 om het lopende programma te annuleren.
Druk nu op toets 7 om het nieuwe programma te starten.
De deur openen nadat het programma is gestart
Zet de machine eerst op pauzeren door op toets 7 te drukken .
• Als het display aangeeft dat het apparaat is gepauzeerd, kan de deur geopend worden
• Als het display aangeeft dat het apparaat is gepauzeerd, maar de deur blijft geblok-
keerd, betekent dit dat het apparaat al aan het opwarmen is, het waterniveau boven
de onderkant van de deur is of dat de trommel al draait: in dat geval kan de deur niet
worden geopend
• Als u de deur niet kunt openen terwijl dit toch nodig is, schakelt u de machine uit
door de keuzeknop op te draaien
. Na een paar minuten kan de deur worden geo-
pend (let op het waterniveau en de temperatuur!) .
Na het sluiten van de deur moet het vorige programma opnieuw geselecteerd worden.
Druk op toets 7 ; de machine gaat verder met het programma vanaf het punt waarop
het onderbroken werd.
Aan het einde van het programma
De machine stopt automatisch. Het controlelampje van toets 7 gaat uit, een statisch
verschijnt op het display en het geluidssignaal klinkt enkele minuten.
Als de optie SPOELSTOP of NACHTCYCLUS geselecteerd is, gaat het indicatielampje van
toets 7 uit, geeft het display aan dat de deur is geblokkeerd. Als de optie SPOELSTOP is
geselecteerd, is de deur geblokkeerd om aan te geven dat het water eerst weggepompt
moet worden.
Volg onderstaande instructies om het water af te voeren:
Dagelijks gebruik
17
•
draai de programmakeuzeknop op /OFF,
• selecteer het programma POMPEN of CENTRIFUGEREN en bevestig uw keuze met toets
5 ,
• verlaag indien nodig de centrifugeersnelheid met de betreffende toets,
•
druk op toets 7 ,
• als het programma is afgelopen geeft het display een continu brandend symbool
aan en dat het programma is beëindigd. De deur kan nu geopend worden.
Draai de programmakeuzeknop op
/OFF om de machine uit te schakelen. Verwijder
het wasgoed uit de trommel en controleer goed of de trommel helemaal leeg is.
Als u niet van plan bent om nog een was te doen, sluit dan de waterkraan. Laat de deur
open staan om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen.
Stand-by : zodra het programma is geëindigd, wordt na enkele minuten het energiebe-
sparingssysteem ingeschakeld. De helderheid van het display wordt verminderd. Door op
een willekeurige toets te drukken haalt u het apparaat uit de energiebesparende modus.
WASPROGRAMMA'S
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Beschrijving van de cyclus
Maximale belading wasgoed
Type wasgoed
Opties
Wasmiddel
Vakje
KATOEN/LINNEN
95°-Koud
Hoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifugeren
Max. belading 8 kg - gereduceerde belading 4 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1400 toeren
Maximale centrifugesnelheid bij 1600 toeren
Voor wit en bont katoen (normaal vervuilde artike-
len).
KORT CENTRIFUGE-
REN - NACHTCYCLUS
- SPOELSTOP - VOOR-
WAS
1)
- VLEKKEN -
EXTRA SPOELEN - BE-
HOEDZAAM - TIJD
2)
HYGIËNE
60°
Hoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifugeren
Max. belading 8 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1400 toeren
Maximale centrifugesnelheid bij 1600 toeren
Het wasprogramma voor wit katoen Dit programma
elimineert de micro-organismes dankzij het wassen
op 60°C en een extra spoelgang Op die manier is de
actie effectiever Doe een speciale toevoeging voor
hygiëne in het vakje Vlekken en selecteer de optie
Vlekken
KORT CENTRIFUGE-
REN - SPOELSTOP -
VOORWAS
1)
- VLEK-
KEN
18
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Beschrijving van de cyclus
Maximale belading wasgoed
Type wasgoed
Opties
Wasmiddel
Vakje
40 - 60 MIX
40°
Hoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifugeren
Max. belading 8 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1400 toeren
Maximale centrifugesnelheid bij 1600 toeren
Wit en bont katoen Dit programma kan gebruikt
worden voor wasgoed dat apart gewassen moet wor-
den op 40°C of 60°C. Zo kunt u de trommel maxi-
maal beladen en energie en water besparen. U krijgt
hetzelfde goede wasresultaat als van een normaal
programma op 60°C.
KORT CENTRIFUGE-
REN - NACHTCYCLUS
- SPOELSTOP - VOOR-
WAS
1)
- VLEKKEN -
BEHOEDZAAM - EX-
TRA SPOELEN
JEANS
60° - Koud
Hoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifugeren
Max. belading 4 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Met dit programma is het mogelijk om kleding te
wassen zoals broeken, overhemden of jacks van spij-
kerstof en truien die uit hi-tech-materialen bestaan.
(De optie Extra spoelen wordt automatisch geacti-
veerd).
KORT CENTRIFUGE-
REN - NACHTCYCLUS
- SPOELSTOP - VOOR-
WAS
1)
SYNTHETICA
60° - Koud
Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading 4 kg - gereduceerde belading 2 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Synthetische of gemengde stoffen: ondergoed,
gekleurde kledingstukken, krimpvrije overhemden,
blouses.
KORT CENTRIFUGE-
REN - NACHTCYCLUS
- SPOELSTOP - VOOR-
WAS
1)
- VLEKKEN -
EXTRA SPOELEN - BE-
HOEDZAAM - TIJD
2)
STRIJKVRIJ PLUS
60° - Koud
Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading 1 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Synthetische stoffen die voorzichtig gewassen
en gecentrifugeerd moeten worden. Als u dit pro-
gramma kiest, wordt het wasgoed behoedzaam ge-
wassen en gecentrifugeerd om eventuele kreukels te
voorkomen. Op deze manier is strijken makkelijker.
Bovendien zal de machine extra spoelgangen uitvoe-
ren.
KORT CENTRIFUGE-
REN - SPOELSTOP -
VOORWAS
1)
- EX-
TRA SPOELEN
Wasprogramma's
19
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Beschrijving van de cyclus
Maximale belading wasgoed
Type wasgoed
Opties
Wasmiddel
Vakje
FIJNE WAS
40° - Koud
Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading 4 kg - gereduceerde belading 2 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Fijne was: acryl, viscose, polyester.
KORT CENTRIFUGE-
REN - NACHTCYCLUS
- SPOELSTOP - VOOR-
WAS
1)
- VLEKKEN -
EXTRA SPOELEN -
TIJD
2)
DUVETS
40°- 30°
Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading kg 3
Maximale centrifugesnelheid bij 800 toeren
Speciaal programma voor een enkele synthetische
deken, dekbed, sprei enz
KORT CENTRIFUGE-
REN
KORT SPOELEN
Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading 8 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Met dit programma is het mogelijk om katoenen kle-
dingstukken die met de hand gewassen zijn, uit te
spoelen en te centrifugeren. De machine voert enke-
le spoelgangen uit, gevolgd door een laatste centri-
fugegang.
kort CENTRIFUGEREN
- NACHTCYCLUS -
SPOELSTOP - EXTRA
SPOELEN
POMPEN
Water wegpompen
Om het laatste spoelwater af te voeren bij program-
ma's met de Spoelstop-optie.
CENTRIFUGEREN
Pompen en lang centrifugeren
Max. belading 8 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1400 toeren
Maximale centrifugesnelheid bij 1600 toeren
Aparte centrifugegang voor katoenen kledingstuk-
ken die met de hand gewassen zijn en na program-
ma's waarbij de optie Spoelstop gekozen is. Voordat
u dit programma kiest moet de keuzeknop op
ge-
draaid worden. U kunt de snelheid met behulp van
de betreffende toets aanpassen aan de stoffen die
gecentrifugeerd moeten worden.
KORT CENTRIFUGE-
REN
20
Wasprogramma's
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Beschrijving van de cyclus
Maximale belading wasgoed
Type wasgoed
Opties
Wasmiddel
Vakje
WOL PLUS - ZIJDE
30° - Koud
Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading 2 kg; Max. belading voor zijde: 1 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Wasprogramma voor in de machine wasbare wol en
voor met de hand wasbare wol en fijne stoffen.
Opmerking : Een enkel of groot stuk wasgoed kan
een verkeerd evenwicht van de trommel tot gevolg
hebben. Als de machine de laatste centrifugefase
niet uitvoert, voeg dan meer wasgoed toe, verdeel
de lading handmatig opnieuw en kies vervolgens
het centrifugeprogramma.
KORT CENTRIFUGE-
REN - NACHTCYCLUS
- SPOELSTOP
LINGERIE
40° - Koud
Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading 1 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Dit programma is geschikt voor hele tere artikelen
zoals lingerie, BH's en ondergoed enz.
KORT CENTRIFUGE-
REN - NACHTCYCLUS
- SPOELSTOP
SPORTKLEDING
40° - Koud
Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading 3 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Speciaal programma voor sportkleding Voeg geen ex-
tra producten toe bij dit programma.
KORT CENTRIFUGE-
REN / SPOELSTOP -
EXTRA SPOELEN
20 MIN.-3KG
30°
Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading 3 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Dit programma kan gebruikt worden voor het snel
wassen van sportartikelen, of katoenen en syntheti-
sche artikelen die licht vervuild of slechts eenmaal
gedragen zijn.
KORT CENTRIFUGE-
REN
KORT INTENSIEF
60° - 40°
Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading 5 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Snel wasprogramma, te gebruiken voor licht vervuil-
de witte/bonte katoenen artikelen en gemengde
weefsels.
KORT CENTRIFUGE-
REN / SPOELSTOP -
EXTRA SPOELEN
Wasprogramma's
21
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Beschrijving van de cyclus
Maximale belading wasgoed
Type wasgoed
Opties
Wasmiddel
Vakje
SUPER ECO
Koud
Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren
Max. belading 3 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren
Gemengde stoffen (katoen en synthetische weef-
sels). Koud wasprogramma bedoeld om energie, wa-
ter en tijd te besparen. Dit programma is geschikt
met wasmiddelen die op lage temperaturen effec-
tief zijn Het wasmiddel moet gebruikt worden met
de bijgeleverde of een geschikte doseerbol (gebruik
de hoeveel wasmiddel die door de wasmiddelenfa-
brikant wordt aanbevolen) Het apparaat voert auto-
matisch een korte verwarmingsfase uit als de tem-
peratuur van het water lager is dan 6°C
KORT CENTRIFUGE-
REN - SPOELSTOP ,
EXTRA SPOELEN
ECO
60°-40°
Hoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifugeren
Max. belading 8 kg
Maximale centrifugesnelheid bij 1400 toeren
Maximale centrifugesnelheid bij 1600 toeren
Wit en kleurecht katoen .
Dit programma kan worden gekozen voor licht of
normaal vervuilde katoenen artikelen. De tempera-
tuur wordt verlaagd en de wasduur wordt verlengd.
Hierdoor kunt u een goede wasefficiëntie bereiken
en tegelijk energie besparen.
KORT CENTRIFUGE-
REN - NACHTCYCLUS
- SPOELSTOP - VOOR-
WAS
1)
- VLEKKEN -
BEHOEDZAAM - EX-
TRA SPOELEN
/ OFF
Om het lopende programma te annuleren of om de
machine uit te schakelen.
1) Als u gebruikmaakt van vloeibaar wasmiddel, moet u een programma zonder voorwas selecteren.
2) Als u de optie EXTRA KORT met behulp van de toets TIJD selecteert, adviseren we u de maximale belading te
beperken, zoals aangegeven. Volledige belading is mogelijk, de wasresultaten zullen echter minder goed zijn.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
De was sorteren
Houd u aan de wassymbolen op de etiketten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en de
wasvoorschriften van de fabrikant. Sorteer het wasgoed als volgt: wit, bont, synthetisch,
fijne was, wol.
Voordat u de was in de machine doet
Was witte en bonte was nooit samen. Wit kan in de was zijn "witheid" verliezen.
22
Nuttige aanwijzingen en tips
Nieuwe bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen; was dit
soort kleding de eerste keer dan ook apart.
Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Bind ceintuurs of lange
riemen vast.
Verwijder hardnekkige vlekken vóór het wassen.
Wrijf bijzonder vervuilde delen in met een speciaal wasmiddel of reinigingspasta.
Behandel vitrage met speciale zorg. Verwijder haken of stop ze in een zak of net.
Vlekken verwijderen
De kans bestaat dat hardnekkige vlekken niet kunnen worden verwijderd met alleen wa-
ter en wasmiddel. Het is daarom aan te bevelen vlekken eerst te behandelen alvorens het
kledingstuk te wassen.
Bloed: behandel verse bloedvlekken met koud water. Laat opgedroogde vlekken een
nacht in water met een speciaal wasmiddel inweken; daarna de vlek met het sop uitwassen.
Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met wasbenzine, leg het kledingstuk op een zachte
doek en dep de vlek; herhaal de behandeling enkele keren.
Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de vlek met terpentine, leg het kledingstuk op een
zacht oppervlak en dep de vlek met de vingertoppen en een katoenen doek.
Roest: oxaalzuur opgelost in warm water of een roestverwijderingsproduct dat koud
wordt gebruikt. Wees voorzichtig met oude roestvlekken omdat de cellulosestructuur in
dat geval beschadigd zal zijn en de kans groot is dat de vlek een gat wordt.
Schimmelvlekken: behandel de vlek met bleekmiddel; goed uitspoelen (alleen witte en
kleurechte weefsels).
Gras: licht inzepen en de vlek met bleekmiddel behandelen (alleen witte en kleurechte
weefsels).
Balpeninkt en lijm: bevochtig met aceton
1)
, leg het kledingstuk op een zachte doek en
dep de vlek.
Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton zoals hierboven, vervolgens de vlekken met
brandspiritus behandelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel.
Rode wijn: laten inweken in water en wasmiddel, uitspoelen en behandelen met azijn-
zuur of citroenzuur, vervolgens uitspoelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleek-
middel.
Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het type inkt eerst met aceton
1)
en dan met
azijnzuur; behandel evt. achtergebleven sporen op wit textiel met bleekmiddel; daarna
grondig uitspoelen.
Teervlekken: eerst behandelen met vlekkenverwijderaar, brandspiritus of wasbenzine, ver-
volgens inwrijven met reinigingspasta.
Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen
Een goed wasresultaat is ook afhankelijk van de keuze van het wasmiddel en het gebruik
van de juiste hoeveelheden om verspilling te voorkomen en het milieu te sparen.
Ofschoon zij biologisch afbreekbaar zijn bevatten wasmiddelen stoffen die - in grote hoe-
veelheden - de broze balans van de natuur kunnen verstoren.
De keuze van het wasmiddel hangt af van het type stof (fijne was, wol, katoen, enz.), de
kleur, wastemperatuur en de mate van vervuiling.
1) gebruik geen aceton op kunstzijde
Nuttige aanwijzingen en tips
23
Alle in de handel verkrijgbare machinewasmiddelen kunnen in deze machine worden ge-
bruikt:
• waspoeder voor alle soorten weefsels
• waspoeder voor tere weefsels (60°C max) en wol
• vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor wasprogramma's op lage temperatuur (60°C
max) voor alle soorten weefsels, of speciaal voor alleen wol.
De wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen moeten in het juiste vakje van de wasmid-
dellade worden gedaan voordat het wasprogramma wordt gestart.
Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel, dient een programma zonder voor-
was te worden gekozen.
De wasautomaat is uitgerust met een recirculatiesysteem dat een optimaal gebruik van
geconcentreerd wasmiddel mogelijk maakt.
Volg de aanbevelingen van de fabrikant op voor wat betreft de te gebruiken hoeveelhe-
den en overschrijd het «MAX» teken in de wasmiddellade niet .
Hoeveelheid wasmiddel
Het type en de te gebruiken hoeveelheid wasmiddel hangen af van het type weefsel, de
hoeveelheid wasgoed, de mate van vervuiling en de hardheid van het water.
Volg de instructies van de wasmiddelenfabrikant over de te gebruiken hoeveelheden.
Gebruik minder wasmiddel als:
• als u een kleine lading wast
• het wasgoed licht vervuild is
• er veel schuimvorming is tijdens het wassen.
Graden van waterhardheid
De hardheid van water wordt geclassificeerd in zogenaamde hardheidsgraden. Informa-
tie over de hardheid van het water in uw omgeving kan worden verkregen bij het desbe-
treffende waterleidingbedrijf. Als de waterhardheid middelmatig of hoog is, raden we
aan een waterontharder toe te voegen, waarbij u altijd de instructies van de fabrikant
opvolgt. Als de hardheid van het water zacht is, pas dan de hoeveelheid wasmiddel aan.
ONDERHOUD EN REINIGING
U moet het apparaat LOSKOPPELEN van de elektrische voeding, voordat u welke reini-
gings- of onderhoudswerkzaamheden dan ook kunt uitvoeren.
Ontkalken
Het water dat wij gebruiken bevat gewoonlijk kalk. Het is aan te bevelen om regelmatig
een waterontharder in de machine te gebruiken. Doe dit apart van het wassen van was-
goed en volgens de aanwijzingen van de fabrikant van de waterontharder. Hiermee voor-
komt u de vorming van kalkaanslag.
Na elke wasbeurt
Laat de deur een tijdje open staan. Dit helpt om de vorming van schimmel en onaangena-
me luchtjes in het apparaat te voorkomen. Door de deur een tijdje open te laten staan na
een wascyclus blijft de afdichting van de deur ook beter bewaard.
24
Onderhoud en reiniging
Onderhoudswasbeurt
Bij wasbeurten op lage temperaturen is het mogelijk dat er aanslag aan de binnenkant
van de trommel blijft zitten.
Wij raden u daarom aan regelmatig een onderhoudswasbeurt uit te voeren.
Om een onderhoudswasbeurt uit te voeren:
• Moet de trommel leeg zijn.
• Moet u het heetste wasprogramma voor katoen kiezen.
• Moet u een normale hoeveelheid wasmiddel gebruiken, dit moet waspoeder zijn met
biologische eigenschappen.
Schoonmaken van de buitenkant
Maak de buitenkant van de behuizing van het apparaat alleen schoon met water en zeep,
droog het daarna grondig af.
Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of soortgelijke producten om de buitenkant
van de machine te reinigen.
Wasmiddellade
De wasmiddellade moet regelmatig worden schoongemaakt.
1. Verwijder de wasmiddellade door hem stevig naar buiten te trekken.
2. Verwijder het tussenschotje van de was-
verzachter uit het middelste vakje.
3. Maak alle onderdelen schoon met water.
4. Schuif het tussenschotje van de wasver-
zachter zo ver mogelijk naar binnen, zo-
dat het stevig op zijn plaats zit.
5. Maak het gehele inspoelbereik met een
borstel schoon, in het bijzonder de sproei-
monden in de bovenkant van inspoelvak-
jes.
6. Plaats de wasmiddellade in de geleide-
rails en duw hem naar binnen.
Wastrommel
Roestaanslag in de trommel kan voorkomen vanwege roestende vreemde voorwerpen in
de was of door leidingwater dat ijzer bevat.
Maak de trommel niet schoon met zure ontkalkingsmiddelen, schuurmiddelen die chloor
bevatten of ijzer of staalwol.
1. Verwijder alle roestaanslag op de trommel met een reinigingsmiddel voor roestvrij staal.
Onderhoud en reiniging
25
2. Draai een wascyclus zonder was in de trommel om restanten van reinigingsmiddelen
te verwijderen.
Programma: Kort katoenprogramma op maximale temperatuur en voeg ong. een
kwart maatbeker wasmiddel toe.
Deurrubber
Controleer van tijd tot tijd het deurrubber en
haal evt. aanwezige voorwerpen weg die in de
manchet terecht zijn gekomen.
Afvoerpomp
De pomp moet regelmatig worden gecontroleerd en in het bijzonder als:
• de machine niet pompt en/of niet centrifugeert;
• de machine tijdens het pompen een abnormaal geluid maakt als gevolg van veiligheids-
spelden, munten, enz. die de pomp blokkeren;
• er een probleem met de waterafvoer is vastgesteld ( zie hoofdstuk "Problemen oplos-
sen..." voor meer details).
WAARSCHUWING!
Voordat u het pompdeurtje opent, schakelt u de machine uit en trekt u de hoofdstekker
uit het stopcontact.
Ga als volgt te werk:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Wacht indien nodig tot het water is afgekoeld.
3. Open het pompdeurtje.
4. Trek de klep naar voren om hem te ver-
wijderen.
5. Plaats een opvangbak dichtbij de pomp
om het vrijkomende water op te vangen.
6. Trek de noodafvoerslang naar buiten,
plaats hem in de opvangbak en verwij-
der de dop.
26
Onderhoud en reiniging
7. Als er geen water meer naar buiten
komt, schroef dan het deksel van de
pomp los door deze naar links te draai-
en en verwijder het filter. Gebruik in-
dien nodig een tang. Houd altijd een ou-
de doek bij de hand om het eventueel
gemorste water te kunnen opvegen.
Maak het filter schoon onder een kraan om alle pluis te verwijderen.
8. Verwijder vreemde materialen en was-
poeder van het filter en het schoepen-
rad.
9. Controleer of het schoepenrad van de
pomp kan draaien (het draait schokke-
rig). Als hij niet draait, neemt u contact
op met uw klantenservice.
10. Plaats de dop terug op de noodafvoers-
lang en zet de slang terug op zijn plaats.
11. Plaats het filter terug in de pomp door
het goed in de speciale geleidingen te
plaatsen. Schroef het deksel van de
pomp goed vast door het rechtsom te
draaien.
12. Plaats de klep terug en sluit het pomp-
deurtje.
WAARSCHUWING!
Als de machine in werking is en afhankelijk van het gekozen programma kan er heet wa-
ter in de pomp aanwezig zijn.
Verwijder het pompdeksel nooit tijdens een wascyclus, wacht altijd tot de machine de
cyclus heeft afgemaakt en u het wasgoed uit de trommel heeft gehaald. Wanneer u het
pompdeksel weer vastschroeft, dient u goed te controleren of het stevig is vastgezet om
lekkages te voorkomen en te voorkomen dat jonge kinderen het kunnen verwijderen.
Onderhoud en reiniging
27
De watertoevoerfilters schoonmaken
Als het apparaat niet met water wordt gevuld, het lange tijd duurt voordat het water
wordt gevuld, de startknop geel knippert of het display (indien aanwezig) het bijbehoren-
de alarm toont (zie hoofdstuk "Problemen oplossen" voor meer informatie), moet u con-
troleren of de watertoevoerfilters niet geblokkeerd zijn.
Om de watertoevoerfilters schoon te maken:
1. Draai de waterkraan dicht.
2. Schroef de slang van de kraan.
3. Reinig het zeefje in de slang met een har-
de borstel.
4. Schroef de waterslang weer op de kraan.
Zorg ervoor dat de aansluiting stevig
vast zit.
5. Schroef de slang van het apparaat. Houd
een oude doek bij de hand om eventueel
gemorst water te kunnen opvegen.
6. Maak het filter in de klep schoon met
een stevige borstel of met een doek.
7. Schroef de slang terug op de machine en
zorg dat de aansluiting stevig vast zit.
8. Draai de waterkraan open.
28
Onderhoud en reiniging
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Als de machine op een plaats staat waar de temperatuur tot beneden het vriespunt kan
dalen, ga dan als volgt te werk:
1. Sluit de kraan en schroef de watertoevoerslang los van de kraan;
2. Plaats het uiteinde van de noodafvoerslang en van de toevoerslang in een op de
vloer geplaatste opvangbak en laat het aanwezige water weglopen;
3. Schroef de watertoevoerslang weer aan de kraan en zet de noodafvoerslang weer op
zijn plaats na eerst de stop te hebben teruggeplaatst.
Daardoor wordt evt. in de machine achtergebleven water verwijderd en wordt de vor-
ming van ijs en daardoor beschadiging van de machine voorkomen.
Als u de machine weer wilt gebruiken, controleer dan of de omgevingstemperatuur bo-
ven de 0°C ligt.
Machine legen in geval van nood
Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als volgt te werk om de machine leeg te laten lopen:
1. trek de stekker uit het stopcontact;
2. draai de waterkraan dicht;
3. wacht indien nodig totdat het water is afgekoeld;
4. open het pompdeurtje;
5. zet een opvangbak op de vloer en houd het uiteinde van de noodafvoerslang in de
bak. Trek de stop eruit. Het water zou door de zwaartekracht in de opvangbak moe-
ten lopen. Plaats als de opvangbak vol is de stop terug op de slang. Gooi de opvang-
bak leeg. Herhaal deze procedure totdat er geen water meer uit de slang komt;
6. reinig indien nodig de pomp, zoals hierboven beschreven;
7. plaats de stop terug op de noodafvoerslang en zet de slang terug op zijn plaats;
8. schroef de pomp weer vast en sluit het deurtje.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Bepaalde problemen zijn het gevolg van een gebrek aan eenvoudig onderhoud of van on-
oplettendheid; dergelijke problemen kunnen zonder de hulp van een monteur gemakke-
lijk worden opgelost. Controleer eerst de hieronder staande checklist, voordat u contact
opneemt met onze Klantenservice.
Tijdens de werking van de machine is het mogelijk dat het gele controlelampje van toets
7 knippert, een van de volgende alarmcodes verschijnt op het display en tegelijkertijd klin-
ken er elke 20 seconden enkele geluidssignalen om aan te geven dat de machine niet werkt:
•
Probleem met de watertoevoer: « Kan niet vullen met water. Controleer of de kraan
open is en druk op START/PAUZE ».
•
Probleem met de waterafvoer: « Kan water niet wegpompen. Controleer of het fil-
ter schoon is en druk op START/PAUZE ».
•
Deur open: « Controleer of de deur goed gesloten is en druk dan op START/PAUZE ».
•
Anti-overloopsysteem geactiveerd: « Beveiliging tegen wateroverlast geactiveerd.
Controleer aansluitingen aan- en afvoerslang. ».
Druk, nadat het probleem is verholpen, op de toets 7 om het programma opnieuw te star-
ten. Als het probleem, na alle controles, zich nog steeds voordoet, neem dan contact op
met onze serviceafdeling.
Problemen oplossen
29
Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing
De wasautomaat start niet:
De deur is niet goed gesloten. « Controleer of
de deur goed gesloten is en druk dan op
START/PAUZE »
• Doe de deur stevig dicht.
De stekker zit niet goed in het stopcontact.
• Steek de stekker in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
• Controleer de elektrische installatie in uw
woning.
De hoofdzekering is doorgebrand.
• Vervang de zekering.
De keuzeknop is niet goed ingesteld en er is
niet op toets 7 gedrukt.
• Draai de keuzeknop en druk nogmaals op
toets 7 .
De uitgestelde start is gekozen.
• Als het wasgoed meteen gewassen moet
worden, annuleer dan de uitgestelde start.
Het kinderslot is geactiveerd.
• Schakel deze functie uit.
De machine wordt niet met water gevuld:
De waterkraan is dicht. « Kan niet vullen met
water. Controleer of de kraan open is en
druk op START/PAUZE »
• Draai de waterkraan open.
De toevoerslang is bekneld of geknikt. « Kan
niet vullen met water. Controleer of de
kraan open is en druk op START/PAUZE »
• Controleer de aansluiting van de watertoe-
voerslang.
Het filter in de toevoerslang of het inlaatven-
tielfilter is verstopt.
• Reinig de wateraanvoerfilters. (Zie 'Water-
aanvoerfilters reinigen' voor meer informa-
tie)
De deur is niet goed gesloten. « Controleer of
de deur goed gesloten is en druk dan op
START/PAUZE »
• Doe de deur stevig dicht.
Er stroomt water in de machine en dat
loopt meteen weer weg:
Het uiteinde van de afvoerslang bevindt zich
te laag.
• Zie de betreffende paragraaf in het hoofd-
stuk 'Waterafvoer'.
30
Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing
De machine pompt het water niet weg en/
of centrifugeert niet:
De afvoerslang is bekneld of geknikt. « Kan wa-
ter niet wegpompen. Controleer of het fil-
ter schoon is en druk op START/PAUZE »
• Controleer de aansluiting van de afvoerslang.
Het afvoerfilter is verstopt. « Kan water niet
wegpompen. Controleer of het filter
schoon is en druk op START/PAUZE »
• Maak het afvoerfilter schoon.
Er is een optie of programma gekozen waarbij
het water in de trommel niet wordt wegge-
pompt of een programma dat alle spoelgan-
gen onderdrukt.
• Kies programma POMPEN of CENTRIFUGE-
REN.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel
verdeeld.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
Er ligt water op de vloer:
Er is te veel of ongeschikt wasmiddel gebruikt
(te veel schuimvorming).
• Verminder de hoeveelheid wasmiddel of ge-
bruik een ander middel.
Controleer of een van de koppelingen van de
toevoerslang lekkage vertoont. Dit is niet altijd
gemakkelijk te zien, omdat het water langs de
slang naar beneden loopt; controleer of de
slang vochtig is.
• Controleer de aansluiting van de watertoe-
voerslang.
De watertoevoerslang is beschadigd.
• Vervang deze door een nieuwe.
De dop op de noodafvoerslang is na het schoon-
maken niet teruggeplaatst of het filter is niet
goed vastgeschroefd.
• Zet de dop terug op de noodafvoerslang en
draai het filter volledig aan.
Onbevredigende wasresultaten:
Er is te weinig of ongeschikt wasmiddel ge-
bruikt.
• Gebruik meer wasmiddel of gebruik een an-
der middel.
Hardnekkige vlekken zijn niet vóór het wassen
behandeld.
• Gebruik normaal in de handel verkrijgbare
producten om hardnekkige vlekken te be-
handelen.
De juiste temperatuur was niet gekozen.
• Controleer of u de juiste temperatuur heeft
gekozen.
Te veel wasgoed in de trommel.
• Verminder het wasgoed in de trommel.
Problemen oplossen
31
Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing
De deur gaat niet open:
Het programma loopt nog.
• Wacht tot de wascyclus is afgelopen.
Er staat water in de trommel.
• Kies het programma pompen of centrifuge-
ren om het water af te voeren.
Lees het bericht op het display voor het
openen van de deur.
De machine staat te schudden of maakt la-
waai:
De transportbouten en het verpakkingsmateri-
aal zijn niet verwijderd.
• Controleer of de machine correct geïnstal-
leerd is.
De pootjes zijn niet afgesteld
• Controleer of de machine goed waterpas
staat.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel
verdeeld.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
Misschien zit er maar heel weinig wasgoed in
de trommel.
• Doe meer wasgoed in de trommel.
Centrifugeren begint traag of de machine
centrifugeert niet:
De elektronische voorziening voor onbalans is
ingeschakeld omdat het wasgoed niet gelijk-
matig in de trommel is verdeeld. Het wasgoed
wordt herverdeeld doordat de machine de
trommel in tegenovergestelde richting rond-
draait. Dit kan verschillende keren nodig zijn
voordat de onbalans verdwijnt en het normale
centrifugeren kan worden hervat. Als na enke-
le minuten het wasgoed nog steeds niet gelijk-
matig in de trommel is verdeeld, zal de machi-
ne niet centrifugeren.
• Misschien zit er te weinig wasgoed in de
trommel, voeg wat wasgoed toe, verdeel de
lading met de hand en kies dan het program-
ma centrifugeren.
Er is geen water zichtbaar in de trommel:
Machines die gebaseerd zijn op moderne tech-
nologie werken erg zuinig en verbruiken wei-
nig water zonder dat dit van invloed is op de
prestatie van de machine.
Het display toont het bericht « Anti-over-
loopsysteem is geactiveerd. Controleer aan-
sluitingen aan- en afvoerslang » :
Anti-overloopsysteem geactiveerd
• Koppel het apparaat los, draai de kraan
dicht en neem contact op met de klanten-
service
De trommelverlichting werkt niet:
Neem contact op met de service-afdeling
32
Problemen oplossen
Als u het probleem niet kunt vinden of oplossen,
neem dan contact op met onze Klantenservice.
Noteer alvorens te bellen het model, serienum-
mer en de aankoopdatum van de machine: de
Klantenservice zal om deze informatie vragen.
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmeting Breedte
Hoogte
Diepte
Diepte (totale afmeting)
60 cm
85 cm
60 cm
63 cm
Aansluiting op het elektrici-
teitsnet
Spanning - Totale vermogen -
Zekering
Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typepla-
tje aan de binnenkant van de deur van het apparaat.
Leidingwaterdruk Minimaal
Maximaal
0,05 MPa
0,8 MPa
Maximale belading Katoen 8 kg
Centrifugesnelheid Maximaal 1400 tpm (L84950A3)
1600 tpm (L86950A3)
VERBRUIKSWAARDEN
Programma Energieverbruik (kWh) Waterverbruik (liter) Programmaduur (Mi-
nuten)
Wit katoen 95° 2,5 62
Raadpleeg voor de
duur van de pro-
gramma's het dis-
play op het bedie-
ningspaneel.
Katoen 60° 1,7 63
Katoen ECO 60°
1)
1,03 57
Katoen 40° 0,77 60
Super Eco Super Eco 0,089 41
Synthetische stoffen
40°
0,6 54
Fijne was 40° 0,53 67
Technische gegevens
33
Programma Energieverbruik (kWh) Waterverbruik (liter) Programmaduur (Mi-
nuten)
Wol/Handwas 30° 0,32 64
1) " Katoen ECO " op 60°C met een belading van 8 kg is het referentieprogramma voor de gegevens die op het
energielabel staan, in overeenstemming met de EG 92/75 normen.
De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen, ze kunnen variëren afhankelijk
van de hoeveelheid en soort wasgoed, de temperatuur van het aangevoerde water en de
omgevingstemperatuur.
MONTAGE-INSTRUCTIES
MONTAGE
Uitpakken
Alle transportbouten en verpakkingsmaterialen moeten worden verwijderd alvorens de
machine in gebruik te nemen.
Wij raden u aan alle transportbeveiligingen te bewaren, zodat zij kunnen worden gemon-
teerd als de machine ooit nog eens moet worden vervoerd.
1. Nadat u al het verpakkingsmateriaal ver-
wijderd heeft, de machine voorzichtig op
zijn achterkant leggen om de basis van
piepschuim van de onderkant te kunnen
verwijderen.
34
Montage
2. Verwijder het aansluitsnoer en de afvoers-
lang van de slanghouders op de achter-
kant van het apparaat.
3. Draai de drie bouten los met de sleutel
die bij de machine geleverd is.
4. Schuif de betreffende kunststof afstand-
houders naar buiten.
Montage
35
5. Open de vuldeur, neem de watertoevoers-
lang uit de trommel en verwijder het po-
lystyreen blokje dat op de afdichting van
de deur zit.
6. Maak het kleine gaatje aan de bovenkant
en de twee grotere gaten dicht met de
plastic doppen die in het zakje zitten van
de gebruiksaanwijzing.
7. Sluit de watertoevoerslang aan zoals be-
schreven in paragraaf "Watertoevoer".
Plaatsing en waterpas zetten
Installeer de machine op een vlakke harde vloer.
Zorg ervoor dat de luchtcirculatie rondom de ma-
chine niet wordt belemmerd door tapijten, vloer-
bedekking, enz.
Voordat u de machine op kleine tegels plaatst,
een rubber mat gebruiken.
Probeer nooit oneffenheden van de vloer te cor-
rigeren door houten blokjes, karton of iets derge-
lijks onder de machine te plaatsen.
Als het onvermijdelijk is om de machine naast
een gasfornuis of kolenkachel te plaatsen, moet
er een isolatieplaat bedekt met aluminiumfolie
aan de kant van het fornuis of de kachel tussen
beide apparaten geplaatst worden.
36
Montage
De machine mag niet geïnstalleerd worden in ruimtes waar de temperatuur onder 0°C
kan komen.
De watertoevoer- en afvoerslang mogen niet geknikt zijn.
Zorg ervoor dat het apparaat na installatie makkelijk bereikbaar is voor de reparateur
voor het geval er een storing moet worden verholpen.
Zet de machine zorgvuldig waterpas door de stelpootjes in of uit te draaien. Leg nooit
karton, hout of vergelijkbare materialen onder de machine om evt. oneffenheden in de
vloer op te heffen.
Watertoevoer
Een toevoerslang is meegeleverd; deze is te vinden in de trommel van de machine.
Dit apparaat moet aangesloten worden op een koud watertoevoer.
Gebruik voor aansluiting op de waterleiding niet de slang van uw vorige machine.
1. Open de vuldeur en neem de toevoers-
lang uit de trommel.
2. Sluit de slang met de haakse aansluiting
op de machine aan.
Bevestig de toevoerslang niet naar bene-
den gericht. Bevestig de slang altijd on-
der een hoek naar links of naar rechts, af-
hankelijk van de plaats waar de water-
kraan zich bevindt.
3. Breng de slang in de juiste positie door
de ringmoer los te draaien. Als de toe-
voerslang zich in de juiste positie be-
vindt, draai de ringmoer dan weer vast
om lekkage te voorkomen.
4. Sluit de slang aan op een kraan met 3/4"-
schroefdraad. Gebruik altijd de bij de ma-
chine geleverde slang.
De toevoerslang mag niet worden verlengd.
Als de slang te kort is en u de kraan niet wilt
verplaatsen, zult u een nieuwe, langere slang
moeten kopen die speciaal voor dit doel is ge-
maakt.
De installatie moet voldoen aan de vereisten
van het plaatselijke waterleidingbedrijf en de
bouwvoorschriften. Controleer de minimale
waterdruk die vereist is voor de veilige werk-
ing van het apparaat in hoofdstuk "Techni-
sche gegevens.
Montage
37
Waterstop
De toevoerslang is voorzien van een waterstop,
een beveiligingsvoorziening tegen schade veroor-
zaakt door waterlekkage die kan ontstaan door
natuurlijke slijtage van de slang. Deze storing
wordt aangegeven door een rood vlak in venster
"A" . Indien dit gebeurt, de kraan dichtdraaien
en contact opnemen met de Klantenservice om
de slang te laten vervangen.
Waterafvoer
Het uiteinde van de afvoerslang kan op drie manieren worden geplaatst:
1.
Over de rand van een gootsteen; gebruik hiervoor de bij de machine geleverde
slanggeleider van kunststof.
Zorg er in dit geval voor dat het uiteinde niet van de rand kan losschieten als de was-
automaat aan het leeglopen is.
U kunt de slang met een stuk touw aan
de kraan vastbinden of aan de wand be-
vestigen.
2.
In een aftakking van een gootsteen-
afvoer. De aftakking dient zich boven de
sifon te bevinden, zodat de bocht zich
ten minste 60 cm boven de grond bevindt.
3.
Rechtstreeks in een afvoerpijp op een
hoogte van niet minder dan 60 cm en
niet meer dan 90 cm.
Het einde van de afvoerslang moet altijd ge-
ventileerd zijn, d.w.z. dat de binnendiameter
van de afvoerpijp groter moet zijn dan de bui-
tendiameter van de afvoerslang.
De afvoerslang mag niet geknikt zijn.
A
38
Montage
De afvoerslang kan verlengd worden tot een maximum van 4 meter. Een extra afvoers-
lang en koppelstuk is verkrijgbaar bij de Klantenservice bij u in de buurt.
AANSLUITING AAN HET ELEKTRICITEITSNET
Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typeplaatje aan de binnenkant
van de deur van het apparaat.
Controleer of de elektrische installatie in uw woning geschikt is voor het maximale vereis-
te vermogen; houd hierbij rekening met andere apparaten die in gebruik zijn.
WAARSCHUWING!
Sluit de machine aan op een geaard stopcontact.
WAARSCHUWING!
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade of letsel die voort-
komt uit het niet opvolgen van bovengenoemde veiligheidsvoorschriften.
WAARSCHUWING!
Het aansluitsnoer moet na de installatie van de machine toegankelijk zijn.
WAARSCHUWING!
Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan moet dit gebeuren door on-
ze Klantenservice.
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke
negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit
product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel
waar u het product hebt gekocht.
Aansluiting aan het elektriciteitsnet
39
Verpakkingsmaterialen
Materialen met het symbool zijn recyclebaar.
>PE<=polyethyleen
>PS<=polystyreen
>PP<=polypropyleen
Dit betekent dat ze gerecycled kunnen worden als u ze netjes weggooit in de daarvoor
bestemde containers.
Milieutips
Om water en energie te besparen en om het milieu te helpen beschermen, raden wij u
aan de volgende tips ter harte te nemen:
• Normaal vuile was kan zonder voorwas worden gewassen om wasmiddel, water en tijd
te besparen (ook het milieu wordt zo beschermd!).
• De machine werkt economischer als hij volledig wordt gevuld.
• Met de juiste voorbehandeling kunnen vlekken en vuil worden verwijderd; het was-
goed kan daarna bij een lagere temperatuur worden gewassen.
• Doseer het wasmiddel aan de hand van de waterhardheid, de mate van vervuiling van
het wasgoed en de hoeveelheid wasgoed.
40
Milieubescherming

Documenttranscriptie

LAVAMAT 84950A3 LAVAMAT 86950A3 Gebruiksaanwijzing Notice d'utilisation Wasmachine Lave-linge 2 Inhoud Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit. Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat. Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat. INHOUD BEDIENINGSINSTRUCTIES 3 VEILIGHEIDSINFORMATIE Algemene veiligheid Installatie Gebruik Veiligheid van kinderen BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT Wasmiddellade BEDIENINGSPANEEL Symbolen: DISPLAY Het display toont de volgende informatie: 3 3 4 5 5 6 7 7 8 8 Duur van het gekozen programma Weergave programmavoortgang Uitgestelde start Verkeerde optiekeuze Alarmcodes Einde van het programma HET EERSTE GEBRUIK Taal instellen Tijd instellen PERSONALISERING De helderheid instellen Het contrast instellen Het geluidssignaal instellen Naar het hoofdmenu terugkeren DAGELIJKS GEBRUIK Open de deur Kies het gewenste programma met de programmakeuzeknop (1) Gewichtsensor Wasgoed in de machine doen 8 8 9 9 9 9 9 9 9 10 10 10 10 10 11 11 11 11 11 12 Wasmiddel en wasverzachter doseren 12 De temperatuur selecteren (toets 2) 13 Kies de centrifugesnelheid, de optie NACHTCYCLUS- of SPOELSTOP (toets 3) 13 Extra functies (opties) programmeren (toets 4) 14 VOORWAS 14 VLEKKEN 14 BEHOEDZAAM 15 EXTRA SPOELEN 15 Selecteer de optie Programma opslaan ( PROGRAMMA OPSLAAN) 15 De Kinderslot-optie selecteren (KINDERSLOT ) 15 De optie TIJDSDUUR selecteren (toets 6) ( TIJD ) 16 START/PAUZE selecteren (toets 7) ( START/ PAUZE ) 16 De UITGESTELDE START selecteren (toets 8) ( STARTUITSTEL ) 16 Een optie of lopend programma wijzigen 17 Een programma onderbreken 17 Een programma annuleren 17 De deur openen nadat het programma is gestart 17 Aan het einde van het programma 17 WASPROGRAMMA'S 18 NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS 22 De was sorteren 22 Voordat u de was in de machine doet 22 Vlekken verwijderen 23 Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen 23 Veiligheidsinformatie Hoeveelheid wasmiddel Graden van waterhardheid ONDERHOUD EN REINIGING Ontkalken Na elke wasbeurt Onderhoudswasbeurt Schoonmaken van de buitenkant Wasmiddellade Wastrommel Deurrubber Afvoerpomp De watertoevoerfilters schoonmaken Voorzorgsmaatregelen bij vorst Machine legen in geval van nood PROBLEMEN OPLOSSEN 24 24 24 24 24 25 25 25 25 26 26 28 29 29 29 TECHNISCHE GEGEVENS 33 VERBRUIKSWAARDEN 3 33 MONTAGE-INSTRUCTIES 34 MONTAGE Uitpakken Plaatsing en waterpas zetten Watertoevoer Waterstop Waterafvoer AANSLUITING AAN HET ELEKTRICITEITSNET 34 34 36 37 38 38 MILIEUBESCHERMING Verpakkingsmaterialen Milieutips 39 39 40 40 Wijzigingen voorbehouden BEDIENINGSINSTRUCTIES VEILIGHEIDSINFORMATIE 132944370-00-212010 Zorgvuldig lezen en voor toekomstige raadpleging bewaren. • De veiligheid van uw apparaat voldoet aan de voorschriften en de wettelijke vereisten met betrekking tot de veiligheid van apparaten Wij vinden echter dat wij, als fabrikant, de plicht hebben u de volgende veiligheidsaanwijzingen te geven. • Het is erg belangrijk dat deze gebruiksaanwijzing bij de machine bewaard zodat u later nog eens iets kunt nalezen. Als het apparaat aan iemand anders verkocht of geschonken wordt, of als u verhuist en de machine achterlaat, zorg er dan voor dat de gebruiksaanwijzing bij het apparaat blijft zodat de nieuwe eigenaar kennis kan nemen van de werking van het apparaat en de bijbehorende waarschuwingen. • U MOET deze gebruiksaanwijzing aandachtig doorlezen voordat u de machine te installeert of in gebruik neemt. • Controleer uw machine op eventuele schade, die ontstaan kan zijn tijdens het transport, voordat u hem in gebruik neemt. Sluit nooit een beschadigde machine aan. Als er onderdelen zijn beschadigd, neem dan contact op met uw leverancier. • Als de machine in de winter wordt afgeleverd, als de temperatuur onder nul is. Zet de wasmachine 24 uur in een ruimte met kamertemperatuur voordat u hem in gebruik neemt. Algemene veiligheid • Het is gevaarlijk om de specificaties te wijzigen of om te proberen op enigerlei wijze veranderingen aan te brengen aan dit apparaat. 4 Veiligheidsinformatie • Tijdens wasprogramma's op hoge temperatuur kan het deurglas heet worden. Niet aanraken! • Zorg ervoor dat kleine huisdieren niet in de trommel klimmen. Controleer om dit te voorkomen de trommel vóór gebruik. • Voorwerpen als munten, veiligheidsspelden, spijkers, schroeven, stenen of andere harde, scherpe materialen kunnen grote schade aan het apparaat toebrengen en mogen niet in het apparaat terechtkomen. • Gebruik alleen de aanbevolen hoeveelheid wasverzachter en wasmiddel. Als u te veel doseert, kunnen kledingstukken beschadigd raken. Raadpleeg de aanbevelingen van de fabrikant met betrekking tot de hoeveelheden. • Was kleine artikelen zoals sokken, veters, wasbare ceintuurs enz. in een waszak of kussensloop, omdat deze tussen de kuip en de trommel terecht kunnen komen. • Gebruik uw apparaat niet om artikelen met baleinen, materialen zonder zoom of gescheurde materialen te wassen • Trek na gebruik, reiniging en onderhoud van de machine altijd de stekker uit het stopcontact en draai de kraan dicht. • Dit apparaat is uitgerust met witte trommelverlichting. Het is een klasse 1 lampje, in overeenstemming met de IEC 60825-1:1993 + A1:1997 + A2:2001 standaard. Indien het lampje van de trommel moet worden vervangen, dan dient dit te gebeuren door onze service-afdeling. • Probeer in geen geval zelf de machine te repareren. Reparaties die door niet-deskundige personen uitgevoerd worden, kunnen tot schade of letsel leiden. Neem contact op met een Klantenservice bij u in de buurt. Vraag altijd om originele vervangingsonderdelen. Installatie • Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst. • Controleer bij het uitpakken van het apparaat of dit niet is beschadigd. Gebruik het apparaat bij twijfel niet en neem contact op met de Klantenservice. • Alle verpakkingsmaterialen en transportbouten moeten vóór het gebruik worden verwijderd. Als dit wordt nagelaten kan dit ernstige schade aan het product en andere eigendommen tot gevolg hebben. Zie het desbetreffende hoofdstuk in de gebruiksaanwijzing. • Controleer na de installatie van het apparaat of het niet op de toevoer- en afvoerslang staat en of het werkblad het aansluitsnoer niet platdrukt tegen de muur. • Als het apparaat op een tapijtvloer wordt geplaatst, dient de hoogte van de stelpootjes te worden aangepast om de lucht onder het apparaat toch goed te kunnen laten circuleren. • Let er altijd op of er na de installatie geen water lekt uit de slangen en de aansluitingen. • Als het apparaat geïnstalleerd is op een plaats waar het kan vriezen, lees dan het hoofdstuk "Bevriezingsgevaren. • Eventuele voor de installatie van dit apparaat noodzakelijke loodgieterswerkzaamheden, moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde loodgieter. • Eventuele voor de installatie van het apparaat noodzakelijke elektrotechnische werkzaamheden, moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde elektricien. Veiligheidsinformatie 5 Gebruik • Dit apparaat is bestemd voor huishoudelijk gebruik. Het is niet toegestaan het apparaat te gebruiken voor andere doeleinden dan waarvoor het is bestemd. • Was in de machine alleen textiel dat geschikt is voor machinaal wassen. Volg de instructies op het wasvoorschrift in de kleding. • Doe niet te veel wasgoed in de machine. Zie de "Wasprogramma"-tabel. • Voordat u gaat wassen, dient u ervoor te zorgen dat alle zakken leeg zijn en dat alle knopen en ritsen dicht zijn. Was geen gerafelde of gescheurde artikelen. Behandel vlekken zoals verf, inkt, roest en gras eerst voordat u artikelen met dit soort vlekken gaat wassen. Beugelbeha's mogen NIET machinaal worden gewassen. • Kledingstukken die in aanraking zijn geweest met vluchtige petroleumproducten mogen niet in de machine gewassen worden. Als vluchtige reinigingsvloeistoffen zijn gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat de vloeistof uit het kledingstuk is verwijderd voordat u het in de wasautomaat doet. • Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact; maar aan de stekker zelf. • Gebruik de wasmachine nooit als het aansluitsnoer, het bedieningspaneel, het werkblad of de sokkel beschadigd zijn, waardoor de binnenkant van de wasmachine toegankelijk is. Veiligheid van kinderen • Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (met inbegrip van kinderen) met beperkte lichamelijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat. • De verpakkingsmaterialen (zoals plasticfolie en polystyreen) kunnen een gevaar opleveren voor kinderen - verstikkingsgevaar! Houd deze materialen buiten het bereik van kinderen. • Berg alle wasmiddelen op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, op. • Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet in de trommel kunnen klimmen. Om te voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in deze machine vast komen te zitten, heeft hij een speciale functie. Om deze functie te activeren draait u de knop (zonder deze in te drukken) aan de binnenkant van de deur naar rechts tot de groef horizontaal staat Gebruik zo nodig een muntstuk. Om deze functie uit te schakelen en de mogelijkheid te herstellen om de deur te sluiten, draait u de knop naar links tot de groef verticaal staat. 6 Beschrijving van het product BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT Uw nieuwe apparaat voldoet aan alle moderne eisen voor een effectieve behandeling van wasgoed met een laag verbruik van water, energie en wasmiddel. Het NEW JET-systeem maakt het volledige gebruik van wasmiddel mogelijk en vermindert het waterverbruik om energie te besparen. 2 1 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 7 Wasmiddellade Bedieningspaneel Trommelverlichting Deurhandgreep Typeplaatje Afvoerpomp Verstelbare pootjes Bedieningspaneel 7 Wasmiddellade Vakje voor waspoeder voor de voorwas . Het voorwasmiddel wordt het begin van het wasprogramma ingespoeld. Vakje voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel te gebruiken voor de hoofdwas . vakje voor vloeibare toevoegingen (wasverzachter, stijfsel). Vakje voor vlekkenverwijderaar te gebruiken voor de hoofdwas met VLEKKEN-optie . BEDIENINGSPANEEL Hieronder staat een afbeelding van het bedieningspaneel. Het laat de programmakeuzeknop zien als ook de verschillende toetsen en het display. Deze onderdelen worden weergegeven met relevante nummers en op de volgende pagina's uitgelegd. 9 1 1 2 3 4 5 6 2 Programmakeuzeknop Toets TEMPERATUUR ( TEMPERATUR ) Toets KORT CENTRIFUGEREN ( TPM ) Toets OPTIE ( OPTIES ) OK-toets ( OK ) Toets TIJDBESPARING ( TIJD ) 3 4 5 6 7 8 8 Display 7 Toets START/PAUZE ( START/PAUZE ) 8 Toets UITGESTELDE START ( STARTUITSTEL ) 9 Display Symbolen: Handwas; Kinderslot. DISPLAY 9.8 9.9 9.7 9.6 9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.1 - Deze stand toont de watertemperatuur van het wasprogramma 9.2 - Deze stand toont de geselecteerde centrifugesnelheid en de volgende optiesymbolen: NACHTCYCLUS , SPOELSTOP 9.3 - symbool KINDERSLOT ( KINDERSLOT ) 9.4 - Opties TIJDBESPARING: ( KORT ), ( EXTRA KORT ) 9.5 - Het symbool van de uitgestelde start ( STARTUITSTEL ) , VLEKKEN , BEHOEDZAAM , EXTRA SPOELEN 9.6 - Optiesymbolen: VOORWAS 9.7 - Einde van het programma 9.8 - Tijdsduur van het wasprogramma of aftellen uitgestelde start 9.9 - Informatieveld (verschillende regels laten de voortgang van het programma zien) Het display toont de volgende informatie: Duur van het gekozen programma Nadat u een programma gekozen hebt, wordt de tijdsduur van het wasprogramma 9.8 en het geschatte eind van de cyclus 9.7 in uren en minuten weergegeven (bijvoorbeeld 1.40). De duur wordt automatisch berekend op basis van de aanbevolen maximale lading voor elk type wasgoed. Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt. Het eerste gebruik 9 Weergave programmavoortgang Nadat u op toets 7 heeft gedrukt, toont het display welke fase van het wasprogramma wordt uitgevoerd 9.9 . Op het display kunt u ook de beschrijving van het geselecteerde type weefsel zien, een animatiebalk die de uitgevoerde cyclus aangeeft en de resterende cyclus, de duur van het wasprogramma en het einde van de cyclus. Uitgestelde start Als u de toets 8 gekozen hebt, verschijnt het bijbehorende symbool 9.5 op het display. Nadat u toets 7 ingedrukt hebt, verschijnt de gekozen uitgestelde tijdswaarde (max 20 uur) aan de rechterkant van het display met het bijbehorende symbool. De tijdsduur van het uitstel vermindert iedere minuut ( 9.8 ) Verkeerde optiekeuze Als een verkeerde optie wordt geselecteerd, geeft het display aan dat de keuze niet selecteerbaar is. Alarmcodes In geval van problemen met de werking kunnen er alarmberichten weergegeven worden, bijvoorbeeld: " Kan niet vullen met water. Controleer of de kraan open is en druk op START/ PAUZE. " (zie hoofdstuk "Wat te doen als..."). Einde van het programma Als het programma afgelopen is, verschijnt het bijbehorende bericht op het display. Het indicatielampje van toets 7 gaat uit. HET EERSTE GEBRUIK • Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting en de wateraansluiting voldoen aan de installatie-instructies. • Verwijder het polystyreenblok en evt. andere materialen uit de trommel. • Laat, voordat u de machine voor de eerste keer gebruikt, het katoenprogramma op de hoogste temperatuur draaien zonder wasgoed in de machine, zodat eventuele fabricageresten uit de trommel en de kuip worden verwijderd. Giet een halve maatbeker wasmiddel in het vakje voor de hoofdwas en start de machine. Taal instellen Wanneer u het apparaat voor de eerste keer aanzet moet u de taal instellen door de programmakeuzeknop 1 te draaien. Wanneer het apparaat opnieuw wordt ingeschakeld, verschijnen alle berichten op het display in deze taal. Als het display geen taalscherm aangeeft, is het apparaat al een keer ingeschakeld geweest. Als u de taalinstelling wilt veranderen, druk dan gedurende 6 seconden tegelijkertijd op toets 2 en 3 om de menutaal te activeren. Door op toets 4 te drukken kunt u door alle beschikbare talen scrollen. Het display vraagt u op toets 5 te drukken om de taal te bevestigen en vervolgens op toets 4 om de keuze te wijzigen. 10 Personalisering Druk tweemaal op toets 5 om uw keuze te bevestigen. Tijd instellen Na het instellen van de gewenste taal moet u de tijd instellen voordat u het eerste wasprogramma draait. Onthoud dat u de ingestelde tijd moet aanpassen als de zomer- of wintertijd begint. Met de klokinstelling kunt u het tijdstip van de dag instellen/aanpassen. Het is belangrijk de tijd goed in te stellen, aangezien de EIND Cyclustijd ervan afhankelijk is. Om de tijd in te stellen drukt u herhaaldelijk op toets 4 om het menu instellingen ( INSTELLINGEN ) te selecteren en bevestigt u uw keuze met toets 5 . Door eenmaal kort op toets 4 te drukken kunt u de uren instellen. Druk op toets 5 om uw instelling te bevestigen. Herhaal deze handeling om de minuten in te stellen. Als het apparaat al eens ingeschakeld is geweest, zie dan het begin van het hoofdstuk "Personalisering". PERSONALISERING Dit apparaat is voorzien van een instellingenmenu waarmee u de fabrieksinstellingen naar uw eigen wens kunt aanpassen. Druk, als u het apparaat inschakelt door te draaien aan de programmakeuzeknop, op de toets 4 om het menu Opties te activeren. Door opnieuw op dezelfde toets te drukken kunt u door alle beschikbare opties bladeren totdat u het instellingenmenu ziet. Druk op toets 5 om het menu te openen. Gebruik toets 4 opnieuw om door alle instellingen te bladeren en druk op toets 5 om uw keuze te bevestigen. De helderheid instellen Met de instelling Helderheid ( HELDERHEID ) kunt u de intensiteit van de achtergrondverlichting van het display aanpassen. Door op toets 4 te drukken kunt u de helderheid verhogen of verlagen. U kunt kiezen tussen verschillende niveaus van 0 tot 9 (0 = min. 9 = max.). Druk op toets 5 om uw keuze te bevestigen. Het contrast instellen Met de instelling Contrast ( CONTRAST ) kunt u de optische eigenschappen van het display aanpassen. Door op toets 4 te drukken kunt u het contrast verhogen of verlagen. U kunt kiezen tussen verschillende niveaus van 0 tot 9 (0 = min. 9 = max.). Druk op toets 5 om uw keuze te bevestigen. Het geluidssignaal instellen De wasmachine is voorzien van een geluidssysteem, dat in de volgende gevallen te horen zal zijn: • aan het einde van het programma • in geval van problemen met de werking Dagelijks gebruik 11 Als u het geluidssignaal wilt activeren drukt u op toets 4 om het menu Zoemer te selecteren ( ZOEMER ). Druk op toets 5 om uw keuze te bevestigen. De lijn rond het overeenkomstige symbool begint te knipperen om aan de geven dat deze functie kan worden ingesteld. Druk nogmaals op toets 4 om het geluidssignaal in of uit te schakelen. Druk vervolgens op toets 5 om uw keuze te bevestigen. Naar het hoofdmenu terugkeren Met deze instellingsfunctie kunt u naar het Optie-menu terugkeren. Ga naar de terugkeeroptie ( Terug ) 4 te drukken . Druk op toets 5 om uw keuze te activeren en te bevestigen. DAGELIJKS GEBRUIK Het apparaat is voorzien van een gewichtsensor waarmee u de hoeveelheid wasgoed in de trommel kunt meten, en die u advies geeft over de hoeveelheid wasmiddel die u moet gebruiken. Zorg dat de trommel leeg is voordat u het apparaat aanzet. Als u dit niet doet, wordt het wasgoed daarna niet goed geregistreerd door de gewichtsensor. Zie het hoofdstuk "Gewichtsensor". Open de deur Open de deur voorzichtig door de handgreep naar buiten te trekken. Kies het gewenste programma met de programmakeuzeknop (1) De machine is ingeschakeld. U kunt het juiste programma voor elke soort wasgoed kiezen door de aanwijzingen in de programmatabellen op te volgen (zie "Wasprogramma's"). Draai de programmakeuzeknop op het gewenste programma. Met de programmakeuzeknop bepaalt u het soort wascyclus (bijv. waterpeil, beweging van de trommel, aantal spoelgangen) en de wastemperatuur afhankelijk van het soort wasgoed. Het indicatielampje van toets 7 begint te knipperen en het display toont de programmanaam en de tijdsduur van het geselecteerde programma. De programmakeuzeknop kan met de klok mee of tegen de klok in worden gedraaid. naar De machine uitschakelen. Draai stand Aan het einde van het programma moet de programmakeuzeknop op stand, zetten, om de machine uit te schakelen. LET OP! Als u de programmakeuzeknop naar een ander programma draait, wanneer het apparaat in werking is, vraagt het display u de programmakeuzeknop in de laatst gebruikte stand te zetten. Zie "Een optie of lopend programma wijzigen" om een lopend programma te wijzigen. Gewichtsensor Enkele seconden na het inschakelen van het apparaat verschijnen de volgende indicaties op het display als de deur open is: 12 Dagelijks gebruik • de maximale laadcapaciteit van het geselecteerde programma (d.w.z. 8 KG voor Katoen; zie "Wasprogramma's" voor de maximale belading van elk programma), • de actuele belading van 0,0 KG tot de maximale belading voor het geselecteerde wasprogramma. Beladingen van minder dan 0,5 KG worden niet weergegeven, • de animatiebalk die wordt opgevuld met stappen van 0,5 KG , • de aanbevolen hoeveelheid wasmiddel voor de huidige belading, uitgedrukt als percentage. Als er te veel wasgoed in de machine is geladen, verschijnt er op het display een waarschuwing over overbeladen. Haal in dat geval enkele stukken wasgoed uit de machine. Druk op een toets of sluit de deur om opnieuw de informatie over het wasprogramma weer te geven. Als de instellingen niet binnen enkele seconden worden uitgevoerd, verschijnt de beladingsinformatie op het display als de deur open is. Het gewicht en de hoeveelheid wasmiddel dat voor elk programma wordt weergegeven, zijn indicaties en laat u het wasmiddelverbruik verminderen. Het gewichtscherm verschijnt niet meer als de deur wordt gesloten en nadat u op toets 7 heeft gedrukt om het wasprogramma te starten. Wasgoed in de machine doen 1. Doe het wasgoed stuk voor stuk in de trommel; schud het eerst zo goed mogelijk uit. 2. Doe de deur stevig dicht. U moet bij het sluiten een klik horen. WAARSCHUWING! Laat het wasgoed niet tussen de deur en de rubber pakking terecht komen. Wasmiddel en wasverzachter doseren Uw nieuwe apparaat is ontworpen om te besparen op het verbruik van water, energie en wasmiddel. Dagelijks gebruik 13 1. Trek de wasmiddellade zo ver mogelijk naar buiten. Meet de vereiste hoeveelheid wasmiddel af, giet het in het vakje voor de hoofdwas . Als u een programma wilt uitvoeren met de voorwas fase, giet dan het wasmiddel in het vakje . Als u de vlekken functie wilt gebruiken, giet de vlekkenverwijderaar dan in het bakje met de pijl. 2. Giet, indien gewenst, wasverzachter in het vakje (de gebruikte hoeveelheid mag de markering MAX in de lade niet overschrijden). Schuif de wasmiddellade er weer voorzichtig in. De temperatuur selecteren (toets 2) Druk herhaaldelijk op deze toets om de temperatuur te verhogen of te verlagen, als u wilt dat uw wasgoed wordt gewassen op een temperatuur die afwijkt van de door het apparaat voorgestelde temperatuur. De maximumtemperatuur voor elk wasprogramma kan gecontroleerd worden in de paragraaf "Wasprogramma's". . Het symbool voor koude was komt overeen met Kies de centrifugesnelheid, de optie NACHTCYCLUS- of SPOELSTOP (toets 3) Wanneer het gewenste programma is gekozen, stelt uw machine automatisch het maximale centrifugetoerental voor dat programma voor. Druk herhaaldelijk op deze toets om de centrifugesnelheid te veranderen, als u wilt dat uw wasgoed wordt gecentrifugeerd op een snelheid die afwijkt van de door de wasmachine voorgestelde snelheid. SPOELSTOP : als u deze optie kiest wordt het laatste spoelwater niet weggepompt, om te voorkomen dat het wasgoed kreukelt. 14 Dagelijks gebruik NACHTCYCLUS : als u deze optie kiest zal de machine het water na de laatste spoelgang niet afvoeren, om te voorkomen dat het wasgoed kreukt. Omdat er niet wordt gecentrifugeerd, is deze wascyclus zeer stil en geschikt om 's nachts of in de voordeeluren te wassen. Bij sommige programma's gebruiken de spoelgangen meer water. Zie voor het wegpompen van het water de paragraaf «Aan het einde van het programma» in dit hoofdstuk. Zie voor de mogelijke combinaties van wasprogramma's en opties hoofdstuk "Wasprogramma's". Extra functies (opties) programmeren (toets 4) Afhankelijk van het programma, kunnen er verschillende functies gecombineerd worden. niet alle opties kunnen onderling worden gecombineerd. De symbolen en berichten van de opties die niet gecombineerd kunnen worden, worden niet weergegeven. Als er een optie die niet gecombineerd kan worden met het ingestelde wasprogramma of een andere optie wordt gekozen, vertelt het display u dat uw keuze niet selecteerbaar is. U moet de opties kiezen nadat u het programma heeft gekozen maar voordat u toets 7 indrukt . Druk op toets 4 om het optiemenu te openen. Druk op toets 4 om door alle beschikbare opties te bladeren. De overeenkomstige programmanaam verschijnt in de rechthoek, om aan te geven dat dit programma geselecteerd kan worden. Druk op toets 4 om uw keuze te activeren en te bevestigen. Het betreffende symbool verschijnt aan de rechterkant van het display om aan te geven dat deze optie is ingesteld. Druk op dezelfde toets om de optie uit te schakelen. Wacht na het selecteren van de opties ongeveer 10 seconden tot het display terugkeert naar de standaardstatus. De gekozen opties verschijnen op het display. Raadpleeg voor de compatibiliteit tussen deze optie en de wasprogramma's het hoofdstuk "Wasprogramma's". VOORWAS Kies deze optie als u wilt dat uw wasgoed op 30°C wordt voorgewassen voor de hoofdwas. De voorwas eindigt met kort centrifugeren bij programma's voor katoen en synthetische stoffen, terwijl bij het programma voor fijne was alleen het water wordt weggepompt. Het bijbehorende symbool verschijnt op het display. Deze optie wordt aanbevolen voor sterk vervuild wasgoed. VLEKKEN Kies deze optie om sterk vervuild wasgoed of wasgoed met vlekken te behandelen met vlekkenverwijderaar (verlengde hoofdwas met tijdgeoptimaliseerde vlekkenbehandelingsfase). Het bijbehorende symbool verschijnt op het display. Deze optie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C. Als u een programma wilt laten draaien met de optie vlekken, giet dan vlekkenzout in het vakje . Dagelijks gebruik 15 BEHOEDZAAM Als u deze optie kiest wordt de wasintensiteit beperkt verminderd. De machine voegt een spoelgang toe in de programma's voor katoen en synthetische stoffen. Het bijbehorende symbool verschijnt op het display. Deze optie kan niet gekozen worden samen met de optie Extra spoelgang. Deze optie wordt aanbevolen voor niet kleurechte artikelen en voor artikelen die vaak gewassen worden. EXTRA SPOELEN Dit apparaat is ontworpen om water te besparen. Voor mensen met een erg gevoelige huid (allergisch voor wasmiddelen) kan het echter noodzakelijk zijn om het wasgoed met een extra hoeveelheid water te spoelen. Het bijbehorende symbool verschijnt op het display. Selecteer de optie Programma opslaan ( PROGRAMMA OPSLAAN ) Programma-instellingen die vaak gebruikt worden, kunnen worden opgeslagen (bijv. katoen, 60°C, 1600 toeren, met VOORWAS en EXTRA SPOELEN ). Er zijn 2 geheugenplaatsen beschikbaar voor dit doel op de laatste 2 standen van de programmakiezer Het opgeslagen programma kan op dezelfde manier gekozen worden als elk ander wasprogramma door middel van de programmakiezer. Programma opslaan: • kies het gewenste programma en gewenste opties • druk op toets 4 om het optiemenu te activeren • druk op toets 4 en zoek de optie Programma opslaan en druk op toets 5 • druk op toets 4 om het nummer van het geheugen ( GEHEUGEN ) (1-2) te selecteren waarin u uw persoonlijke programma wilt opslaan. • druk op toets 5 om het geselecteerde programma op te slaan. Het display toont dat het programma is opgeslagen. Als u de programma-instelling in het geheugen wilt wijzigen, dient u de procedure vanaf het begin te herhalen. Als de geheugenpositie bezet is door een programma dat u eerder hebt geselecteerd, vertelt het display dat het geheugen vol is en dat u toets 5 moet indrukken om het geheugen te overschrijven of dat u toets 4 moet indrukken om te annuleren. Druk vervolgens op de toets 5 om het nieuwe programma op te slaan. De geheugenprogramma's kunnen niet worden gewist; u kunt ze alleen overschrijven met een ander wasprogramma. De Kinderslot-optie selecteren ( KINDERSLOT ) Deze wasmachine is voorzien van een KINDERSLOT , waarmee u het apparaat onbeheerd achter kunt laten. U hoeft zich dan geen zorgen te maken dat kinderen gewond raken of het apparaat schade toebrengen . Stel deze optie in voordat u de toets 7 indrukt, maar nadat u het gewenste wasprogramma hebt gekozen. Deze functie blijft ingeschakeld, ook als de machine niet in werking is. Kinderslot instellen: • druk op toets 4 om het optiemenu te activeren, • druk op toets 4 om de optie KINDERSLOT op te zoeken, 16 Dagelijks gebruik • druk op toets 5 om deze optie in te schakelen. Het bijbehorende symbool verschijnt op het display. Het display geeft aan dat u tegelijkertijd toets 4 en 5 gedurende 5 seconden moet indrukken om het apparaat te ontgrendelen. Als u een willekeurige toets indrukt nadat het wasprogramma is gestart met het KINDERSLOT ingeschakeld, geeft het display aan dat het apparaat is geblokkeerd en dat u een toetsencombinatie moet gebruiken om hem weer vrij te geven. Aan het einde van het programma moet u tegelijkertijd toets 4 en toets 5 gedurende 5 seconden ingedrukt houden, totdat het display aangeeft dat het apparaat is ontgrendeld. Deze functie blijft permanent actief. Lees Kinderslot instellen om deze functie uit te schakelen . De optie TIJDSDUUR selecteren (toets 6) ( TIJD ) De wasmachine stelt standaard de wascyclus voor normaal bevuild wasgoed voor. De tijdsduur van de wascyclus kan verkort worden met deze toets. Deze optie kan geselecteerd worden bij de wasprogramma's voor KATOEN, SYNTHETICA en FIJNE WAS. Als u eenmaal op deze toets drukt verschijnen het bijbehorende symbool en het bericht "DAGELIJKS" ( KORT ) op het display, en kunt u de cyclusduur verkorten . Het display geeft de verkorte wastijd weer. Te gebruiken voor licht vervuilde was. Als u tweemaal op deze toets drukt, verschijnen het bijbehorende symbool en het bericht "SUPERKORT" ( EXTRA KORT ) op het display en kunt u de cyclusduur verkorten. Het display geeft de verkorte wastijd weer. Uitsluitend te gebruiken voor heel licht vervuild wasgoed. START/PAUZE selecteren (toets 7) ( START/PAUZE ) Druk op deze toets om het geselecteerde programma te starten. Het bijbehorende rode controlelampje gaat knipperen. Op het display verschijnt de naam en de lopende fase van het geselecteerde programma, om aan te geven dat het apparaat start en de deur vergrendeld is. Om een lopend programma te onderbreken drukt u op toets 7 : het bijbehorende rode indicatielampje begint te knipperen en het display geeft aan dat het apparaat is gepauzeerd. Om het programma opnieuw te starten vanaf het punt waarop het werd onderbroken, toets 7 nogmaals indrukken. Als u een uitgestelde start gekozen heeft, begint de machine af te tellen. De UITGESTELDE START selecteren (toets 8) ( STARTUITSTEL ) Met deze optie kunt u het starten van het wasprogramma met 30, 60, 90 minuten, 2 uur en dan telkens met 1 uur extra tot maximaal 20 uur uitstellen. De uitsteltijd selecteren: • Kies het programma en de gewenste opties, • Selecteer de gewenste uitsteltijd door op toets 8 te drukken; op het display verschijnt de uitstelwaarde en het symbool 9.5 . De geschatte eindtijd van het programma verschijnt in 9.7 . • Druk op toets 7 : de machine begint met het aftellen van de tijd in 9.8 . Het programma zal beginnen als het gekozen uitstel is afgelopen. U kunt de uitgestelde start te allen tijde annuleren, voordat u toets 7 indrukt. Uitgestelde start annuleren: Dagelijks gebruik 17 • zet het apparaat op PAUZE door op toets 7 te drukken, • druk op toets 8 tot het symbool verdwijnt van het display, • druk nogmaals op toets 7 om het programma te starten. De functie UITGESTELDE START kan niet gekozen worden in de programma's POMPEN en CENTRIFUGEREN. Een optie of lopend programma wijzigen Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert. Voordat u iets kunt veranderen, moet u de wasmachine laten pauzeren door op de toets 7 te drukken . U kunt een lopend programma alleen veranderen door het te resetten . Draai de proen dan op de stand van het nieuwe programma. Druk op grammakeuzeknop eerst op toets 5 om het vorige wasprogramma te annuleren. Start het nieuwe programma door nogmaals op toets 7 te drukken. Het water in de kuip zal niet worden weggepompt. Een programma onderbreken Druk op toets 7 om een lopend programma te onderbreken, het bijbehorende controlelampje gaat knipperen. Druk nogmaals op dezelfde toets om het programma weer te starten. Een programma annuleren Draai de programmakeuzeknop op en vervolgens op het nieuw geselecteerde programma. Druk op toets 5 om het lopende programma te annuleren. Druk nu op toets 7 om het nieuwe programma te starten. De deur openen nadat het programma is gestart Zet de machine eerst op pauzeren door op toets 7 te drukken . • Als het display aangeeft dat het apparaat is gepauzeerd, kan de deur geopend worden • Als het display aangeeft dat het apparaat is gepauzeerd, maar de deur blijft geblokkeerd, betekent dit dat het apparaat al aan het opwarmen is, het waterniveau boven de onderkant van de deur is of dat de trommel al draait: in dat geval kan de deur niet worden geopend • Als u de deur niet kunt openen terwijl dit toch nodig is, schakelt u de machine uit . Na een paar minuten kan de deur worden geodoor de keuzeknop op te draaien pend (let op het waterniveau en de temperatuur!) . Na het sluiten van de deur moet het vorige programma opnieuw geselecteerd worden. Druk op toets 7 ; de machine gaat verder met het programma vanaf het punt waarop het onderbroken werd. Aan het einde van het programma De machine stopt automatisch. Het controlelampje van toets 7 gaat uit, een statisch verschijnt op het display en het geluidssignaal klinkt enkele minuten. Als de optie SPOELSTOP of NACHTCYCLUS geselecteerd is, gaat het indicatielampje van toets 7 uit, geeft het display aan dat de deur is geblokkeerd. Als de optie SPOELSTOP is geselecteerd, is de deur geblokkeerd om aan te geven dat het water eerst weggepompt moet worden. Volg onderstaande instructies om het water af te voeren: 18 • draai de programmakeuzeknop op /OFF, • selecteer het programma POMPEN of CENTRIFUGEREN en bevestig uw keuze met toets 5, • verlaag indien nodig de centrifugeersnelheid met de betreffende toets, • druk op toets 7 , • als het programma is afgelopen geeft het display een continu brandend symbool aan en dat het programma is beëindigd. De deur kan nu geopend worden. Draai de programmakeuzeknop op /OFF om de machine uit te schakelen. Verwijder het wasgoed uit de trommel en controleer goed of de trommel helemaal leeg is. Als u niet van plan bent om nog een was te doen, sluit dan de waterkraan. Laat de deur open staan om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen. Stand-by : zodra het programma is geëindigd, wordt na enkele minuten het energiebesparingssysteem ingeschakeld. De helderheid van het display wordt verminderd. Door op een willekeurige toets te drukken haalt u het apparaat uit de energiebesparende modus. WASPROGRAMMA'S Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale belading wasgoed Type wasgoed Opties KORT CENTRIFUGEKATOEN/LINNEN REN - NACHTCYCLUS 95°-Koud - SPOELSTOP - VOORHoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifugeren Max. belading 8 kg - gereduceerde belading 4 kg WAS 1) - VLEKKEN Maximale centrifugesnelheid bij 1400 toeren EXTRA SPOELEN - BEMaximale centrifugesnelheid bij 1600 toeren HOEDZAAM - TIJD 2) Voor wit en bont katoen (normaal vervuilde artikelen). HYGIËNE 60° Hoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifugeren Max. belading 8 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1400 toeren Maximale centrifugesnelheid bij 1600 toeren Het wasprogramma voor wit katoen Dit programma elimineert de micro-organismes dankzij het wassen op 60°C en een extra spoelgang Op die manier is de actie effectiever Doe een speciale toevoeging voor hygiëne in het vakje Vlekken en selecteer de optie Vlekken KORT CENTRIFUGEREN - SPOELSTOP VOORWAS 1) - VLEKKEN Wasmiddel Vakje Wasprogramma's Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale belading wasgoed Type wasgoed Opties KORT CENTRIFUGE40 - 60 MIX REN - NACHTCYCLUS 40° - SPOELSTOP - VOORHoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifugeren Max. belading 8 kg WAS 1) - VLEKKEN Maximale centrifugesnelheid bij 1400 toeren BEHOEDZAAM - EXMaximale centrifugesnelheid bij 1600 toeren TRA SPOELEN Wit en bont katoen Dit programma kan gebruikt worden voor wasgoed dat apart gewassen moet worden op 40°C of 60°C. Zo kunt u de trommel maximaal beladen en energie en water besparen. U krijgt hetzelfde goede wasresultaat als van een normaal programma op 60°C. KORT CENTRIFUGEJEANS REN - NACHTCYCLUS 60° - Koud - SPOELSTOP - VOORHoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifugeren Max. belading 4 kg WAS 1) Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Met dit programma is het mogelijk om kleding te wassen zoals broeken, overhemden of jacks van spijkerstof en truien die uit hi-tech-materialen bestaan. (De optie Extra spoelen wordt automatisch geactiveerd). SYNTHETICA 60° - Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 4 kg - gereduceerde belading 2 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Synthetische of gemengde stoffen: ondergoed, gekleurde kledingstukken, krimpvrije overhemden, blouses. STRIJKVRIJ PLUS 60° - Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 1 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Synthetische stoffen die voorzichtig gewassen en gecentrifugeerd moeten worden. Als u dit programma kiest, wordt het wasgoed behoedzaam gewassen en gecentrifugeerd om eventuele kreukels te voorkomen. Op deze manier is strijken makkelijker. Bovendien zal de machine extra spoelgangen uitvoeren. KORT CENTRIFUGEREN - NACHTCYCLUS - SPOELSTOP - VOORWAS 1) - VLEKKEN EXTRA SPOELEN - BEHOEDZAAM - TIJD 2) KORT CENTRIFUGEREN - SPOELSTOP VOORWAS 1) - EXTRA SPOELEN 19 Wasmiddel Vakje 20 Wasprogramma's Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale belading wasgoed Type wasgoed Opties FIJNE WAS 40° - Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 4 kg - gereduceerde belading 2 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Fijne was: acryl, viscose, polyester. KORT CENTRIFUGEREN - NACHTCYCLUS - SPOELSTOP - VOORWAS 1) - VLEKKEN EXTRA SPOELEN TIJD 2) DUVETS 40°- 30° Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading kg 3 Maximale centrifugesnelheid bij 800 toeren Speciaal programma voor een enkele synthetische deken, dekbed, sprei enz KORT CENTRIFUGEREN kort CENTRIFUGEREN KORT SPOELEN - NACHTCYCLUS Spoelgangen - Kort centrifugeren SPOELSTOP - EXTRA Max. belading 8 kg SPOELEN Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Met dit programma is het mogelijk om katoenen kledingstukken die met de hand gewassen zijn, uit te spoelen en te centrifugeren. De machine voert enkele spoelgangen uit, gevolgd door een laatste centrifugegang. POMPEN Water wegpompen Om het laatste spoelwater af te voeren bij programma's met de Spoelstop-optie. CENTRIFUGEREN Pompen en lang centrifugeren Max. belading 8 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1400 toeren Maximale centrifugesnelheid bij 1600 toeren Aparte centrifugegang voor katoenen kledingstukken die met de hand gewassen zijn en na programma's waarbij de optie Spoelstop gekozen is. Voordat u dit programma kiest moet de keuzeknop op gedraaid worden. U kunt de snelheid met behulp van de betreffende toets aanpassen aan de stoffen die gecentrifugeerd moeten worden. KORT CENTRIFUGEREN Wasmiddel Vakje Wasprogramma's Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale belading wasgoed Type wasgoed Opties WOL PLUS - ZIJDE 30° - Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 2 kg; Max. belading voor zijde: 1 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Wasprogramma voor in de machine wasbare wol en voor met de hand wasbare wol en fijne stoffen. Opmerking : Een enkel of groot stuk wasgoed kan een verkeerd evenwicht van de trommel tot gevolg hebben. Als de machine de laatste centrifugefase niet uitvoert, voeg dan meer wasgoed toe, verdeel de lading handmatig opnieuw en kies vervolgens het centrifugeprogramma. KORT CENTRIFUGEREN - NACHTCYCLUS - SPOELSTOP LINGERIE 40° - Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 1 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Dit programma is geschikt voor hele tere artikelen zoals lingerie, BH's en ondergoed enz. KORT CENTRIFUGEREN - NACHTCYCLUS - SPOELSTOP SPORTKLEDING 40° - Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 3 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Speciaal programma voor sportkleding Voeg geen extra producten toe bij dit programma. KORT CENTRIFUGEREN / SPOELSTOP EXTRA SPOELEN 20 MIN.-3KG 30° Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 3 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Dit programma kan gebruikt worden voor het snel wassen van sportartikelen, of katoenen en synthetische artikelen die licht vervuild of slechts eenmaal gedragen zijn. KORT CENTRIFUGEREN KORT INTENSIEF 60° - 40° Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 5 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Snel wasprogramma, te gebruiken voor licht vervuilde witte/bonte katoenen artikelen en gemengde weefsels. KORT CENTRIFUGEREN / SPOELSTOP EXTRA SPOELEN 21 Wasmiddel Vakje 22 Nuttige aanwijzingen en tips Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale belading wasgoed Type wasgoed Opties SUPER ECO Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Max. belading 3 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1200 toeren Gemengde stoffen (katoen en synthetische weefsels). Koud wasprogramma bedoeld om energie, water en tijd te besparen. Dit programma is geschikt met wasmiddelen die op lage temperaturen effectief zijn Het wasmiddel moet gebruikt worden met de bijgeleverde of een geschikte doseerbol (gebruik de hoeveel wasmiddel die door de wasmiddelenfabrikant wordt aanbevolen) Het apparaat voert automatisch een korte verwarmingsfase uit als de temperatuur van het water lager is dan 6°C KORT CENTRIFUGEREN - SPOELSTOP , EXTRA SPOELEN ECO 60°-40° Hoofdwas - Spoelgangen - Lang centrifugeren Max. belading 8 kg Maximale centrifugesnelheid bij 1400 toeren Maximale centrifugesnelheid bij 1600 toeren Wit en kleurecht katoen . Dit programma kan worden gekozen voor licht of normaal vervuilde katoenen artikelen. De temperatuur wordt verlaagd en de wasduur wordt verlengd. Hierdoor kunt u een goede wasefficiëntie bereiken en tegelijk energie besparen. KORT CENTRIFUGEREN - NACHTCYCLUS - SPOELSTOP - VOORWAS 1) - VLEKKEN BEHOEDZAAM - EXTRA SPOELEN Wasmiddel Vakje / OFF Om het lopende programma te annuleren of om de machine uit te schakelen. 1) Als u gebruikmaakt van vloeibaar wasmiddel, moet u een programma zonder voorwas selecteren. 2) Als u de optie EXTRA KORT met behulp van de toets TIJD selecteert, adviseren we u de maximale belading te beperken, zoals aangegeven. Volledige belading is mogelijk, de wasresultaten zullen echter minder goed zijn. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS De was sorteren Houd u aan de wassymbolen op de etiketten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en de wasvoorschriften van de fabrikant. Sorteer het wasgoed als volgt: wit, bont, synthetisch, fijne was, wol. Voordat u de was in de machine doet Was witte en bonte was nooit samen. Wit kan in de was zijn "witheid" verliezen. Nuttige aanwijzingen en tips 23 Nieuwe bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen; was dit soort kleding de eerste keer dan ook apart. Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Bind ceintuurs of lange riemen vast. Verwijder hardnekkige vlekken vóór het wassen. Wrijf bijzonder vervuilde delen in met een speciaal wasmiddel of reinigingspasta. Behandel vitrage met speciale zorg. Verwijder haken of stop ze in een zak of net. Vlekken verwijderen De kans bestaat dat hardnekkige vlekken niet kunnen worden verwijderd met alleen water en wasmiddel. Het is daarom aan te bevelen vlekken eerst te behandelen alvorens het kledingstuk te wassen. Bloed: behandel verse bloedvlekken met koud water. Laat opgedroogde vlekken een nacht in water met een speciaal wasmiddel inweken; daarna de vlek met het sop uitwassen. Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met wasbenzine, leg het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek; herhaal de behandeling enkele keren. Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de vlek met terpentine, leg het kledingstuk op een zacht oppervlak en dep de vlek met de vingertoppen en een katoenen doek. Roest: oxaalzuur opgelost in warm water of een roestverwijderingsproduct dat koud wordt gebruikt. Wees voorzichtig met oude roestvlekken omdat de cellulosestructuur in dat geval beschadigd zal zijn en de kans groot is dat de vlek een gat wordt. Schimmelvlekken: behandel de vlek met bleekmiddel; goed uitspoelen (alleen witte en kleurechte weefsels). Gras: licht inzepen en de vlek met bleekmiddel behandelen (alleen witte en kleurechte weefsels). Balpeninkt en lijm: bevochtig met aceton 1), leg het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek. Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton zoals hierboven, vervolgens de vlekken met brandspiritus behandelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel. Rode wijn: laten inweken in water en wasmiddel, uitspoelen en behandelen met azijnzuur of citroenzuur, vervolgens uitspoelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel. Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het type inkt eerst met aceton 1) en dan met azijnzuur; behandel evt. achtergebleven sporen op wit textiel met bleekmiddel; daarna grondig uitspoelen. Teervlekken: eerst behandelen met vlekkenverwijderaar, brandspiritus of wasbenzine, vervolgens inwrijven met reinigingspasta. Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen Een goed wasresultaat is ook afhankelijk van de keuze van het wasmiddel en het gebruik van de juiste hoeveelheden om verspilling te voorkomen en het milieu te sparen. Ofschoon zij biologisch afbreekbaar zijn bevatten wasmiddelen stoffen die - in grote hoeveelheden - de broze balans van de natuur kunnen verstoren. De keuze van het wasmiddel hangt af van het type stof (fijne was, wol, katoen, enz.), de kleur, wastemperatuur en de mate van vervuiling. 1) gebruik geen aceton op kunstzijde 24 Onderhoud en reiniging Alle in de handel verkrijgbare machinewasmiddelen kunnen in deze machine worden gebruikt: • waspoeder voor alle soorten weefsels • waspoeder voor tere weefsels (60°C max) en wol • vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor wasprogramma's op lage temperatuur (60°C max) voor alle soorten weefsels, of speciaal voor alleen wol. De wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen moeten in het juiste vakje van de wasmiddellade worden gedaan voordat het wasprogramma wordt gestart. Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel, dient een programma zonder voorwas te worden gekozen. De wasautomaat is uitgerust met een recirculatiesysteem dat een optimaal gebruik van geconcentreerd wasmiddel mogelijk maakt. Volg de aanbevelingen van de fabrikant op voor wat betreft de te gebruiken hoeveelheden en overschrijd het «MAX» teken in de wasmiddellade niet . Hoeveelheid wasmiddel Het type en de te gebruiken hoeveelheid wasmiddel hangen af van het type weefsel, de hoeveelheid wasgoed, de mate van vervuiling en de hardheid van het water. Volg de instructies van de wasmiddelenfabrikant over de te gebruiken hoeveelheden. Gebruik minder wasmiddel als: • als u een kleine lading wast • het wasgoed licht vervuild is • er veel schuimvorming is tijdens het wassen. Graden van waterhardheid De hardheid van water wordt geclassificeerd in zogenaamde hardheidsgraden. Informatie over de hardheid van het water in uw omgeving kan worden verkregen bij het desbetreffende waterleidingbedrijf. Als de waterhardheid middelmatig of hoog is, raden we aan een waterontharder toe te voegen, waarbij u altijd de instructies van de fabrikant opvolgt. Als de hardheid van het water zacht is, pas dan de hoeveelheid wasmiddel aan. ONDERHOUD EN REINIGING U moet het apparaat LOSKOPPELEN van de elektrische voeding, voordat u welke reinigings- of onderhoudswerkzaamheden dan ook kunt uitvoeren. Ontkalken Het water dat wij gebruiken bevat gewoonlijk kalk. Het is aan te bevelen om regelmatig een waterontharder in de machine te gebruiken. Doe dit apart van het wassen van wasgoed en volgens de aanwijzingen van de fabrikant van de waterontharder. Hiermee voorkomt u de vorming van kalkaanslag. Na elke wasbeurt Laat de deur een tijdje open staan. Dit helpt om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes in het apparaat te voorkomen. Door de deur een tijdje open te laten staan na een wascyclus blijft de afdichting van de deur ook beter bewaard. Onderhoud en reiniging 25 Onderhoudswasbeurt Bij wasbeurten op lage temperaturen is het mogelijk dat er aanslag aan de binnenkant van de trommel blijft zitten. Wij raden u daarom aan regelmatig een onderhoudswasbeurt uit te voeren. Om een onderhoudswasbeurt uit te voeren: • Moet de trommel leeg zijn. • Moet u het heetste wasprogramma voor katoen kiezen. • Moet u een normale hoeveelheid wasmiddel gebruiken, dit moet waspoeder zijn met biologische eigenschappen. Schoonmaken van de buitenkant Maak de buitenkant van de behuizing van het apparaat alleen schoon met water en zeep, droog het daarna grondig af. Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of soortgelijke producten om de buitenkant van de machine te reinigen. Wasmiddellade De wasmiddellade moet regelmatig worden schoongemaakt. 1. Verwijder de wasmiddellade door hem stevig naar buiten te trekken. 2. Verwijder het tussenschotje van de wasverzachter uit het middelste vakje. 3. Maak alle onderdelen schoon met water. 4. Schuif het tussenschotje van de wasverzachter zo ver mogelijk naar binnen, zodat het stevig op zijn plaats zit. 5. Maak het gehele inspoelbereik met een borstel schoon, in het bijzonder de sproeimonden in de bovenkant van inspoelvakjes. 6. Plaats de wasmiddellade in de geleiderails en duw hem naar binnen. Wastrommel Roestaanslag in de trommel kan voorkomen vanwege roestende vreemde voorwerpen in de was of door leidingwater dat ijzer bevat. Maak de trommel niet schoon met zure ontkalkingsmiddelen, schuurmiddelen die chloor bevatten of ijzer of staalwol. 1. Verwijder alle roestaanslag op de trommel met een reinigingsmiddel voor roestvrij staal. 26 Onderhoud en reiniging 2. Draai een wascyclus zonder was in de trommel om restanten van reinigingsmiddelen te verwijderen. Programma: Kort katoenprogramma op maximale temperatuur en voeg ong. een kwart maatbeker wasmiddel toe. Deurrubber Controleer van tijd tot tijd het deurrubber en haal evt. aanwezige voorwerpen weg die in de manchet terecht zijn gekomen. Afvoerpomp De pomp moet regelmatig worden gecontroleerd en in het bijzonder als: • de machine niet pompt en/of niet centrifugeert; • de machine tijdens het pompen een abnormaal geluid maakt als gevolg van veiligheidsspelden, munten, enz. die de pomp blokkeren; • er een probleem met de waterafvoer is vastgesteld ( zie hoofdstuk "Problemen oplossen..." voor meer details). WAARSCHUWING! Voordat u het pompdeurtje opent, schakelt u de machine uit en trekt u de hoofdstekker uit het stopcontact. Ga als volgt te werk: 1. Trek de stekker uit het stopcontact. 2. Wacht indien nodig tot het water is afgekoeld. 3. Open het pompdeurtje. 4. Trek de klep naar voren om hem te verwijderen. 5. Plaats een opvangbak dichtbij de pomp om het vrijkomende water op te vangen. 6. Trek de noodafvoerslang naar buiten, plaats hem in de opvangbak en verwijder de dop. Onderhoud en reiniging 7. 8. 27 Als er geen water meer naar buiten komt, schroef dan het deksel van de pomp los door deze naar links te draaien en verwijder het filter. Gebruik indien nodig een tang. Houd altijd een oude doek bij de hand om het eventueel gemorste water te kunnen opvegen. Maak het filter schoon onder een kraan om alle pluis te verwijderen. Verwijder vreemde materialen en waspoeder van het filter en het schoepenrad. 9. Controleer of het schoepenrad van de pomp kan draaien (het draait schokkerig). Als hij niet draait, neemt u contact op met uw klantenservice. 10. Plaats de dop terug op de noodafvoerslang en zet de slang terug op zijn plaats. 11. Plaats het filter terug in de pomp door het goed in de speciale geleidingen te plaatsen. Schroef het deksel van de pomp goed vast door het rechtsom te draaien. 12. Plaats de klep terug en sluit het pompdeurtje. WAARSCHUWING! Als de machine in werking is en afhankelijk van het gekozen programma kan er heet water in de pomp aanwezig zijn. Verwijder het pompdeksel nooit tijdens een wascyclus, wacht altijd tot de machine de cyclus heeft afgemaakt en u het wasgoed uit de trommel heeft gehaald. Wanneer u het pompdeksel weer vastschroeft, dient u goed te controleren of het stevig is vastgezet om lekkages te voorkomen en te voorkomen dat jonge kinderen het kunnen verwijderen. 28 Onderhoud en reiniging De watertoevoerfilters schoonmaken Als het apparaat niet met water wordt gevuld, het lange tijd duurt voordat het water wordt gevuld, de startknop geel knippert of het display (indien aanwezig) het bijbehorende alarm toont (zie hoofdstuk "Problemen oplossen" voor meer informatie), moet u controleren of de watertoevoerfilters niet geblokkeerd zijn. Om de watertoevoerfilters schoon te maken: 1. Draai de waterkraan dicht. 2. Schroef de slang van de kraan. 3. Reinig het zeefje in de slang met een harde borstel. 4. Schroef de waterslang weer op de kraan. Zorg ervoor dat de aansluiting stevig vast zit. 5. Schroef de slang van het apparaat. Houd een oude doek bij de hand om eventueel gemorst water te kunnen opvegen. 6. Maak het filter in de klep schoon met een stevige borstel of met een doek. 7. Schroef de slang terug op de machine en zorg dat de aansluiting stevig vast zit. 8. Draai de waterkraan open. Problemen oplossen 29 Voorzorgsmaatregelen bij vorst Als de machine op een plaats staat waar de temperatuur tot beneden het vriespunt kan dalen, ga dan als volgt te werk: 1. Sluit de kraan en schroef de watertoevoerslang los van de kraan; 2. Plaats het uiteinde van de noodafvoerslang en van de toevoerslang in een op de vloer geplaatste opvangbak en laat het aanwezige water weglopen; 3. Schroef de watertoevoerslang weer aan de kraan en zet de noodafvoerslang weer op zijn plaats na eerst de stop te hebben teruggeplaatst. Daardoor wordt evt. in de machine achtergebleven water verwijderd en wordt de vorming van ijs en daardoor beschadiging van de machine voorkomen. Als u de machine weer wilt gebruiken, controleer dan of de omgevingstemperatuur boven de 0°C ligt. Machine legen in geval van nood Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als volgt te werk om de machine leeg te laten lopen: 1. trek de stekker uit het stopcontact; 2. draai de waterkraan dicht; 3. wacht indien nodig totdat het water is afgekoeld; 4. open het pompdeurtje; 5. zet een opvangbak op de vloer en houd het uiteinde van de noodafvoerslang in de bak. Trek de stop eruit. Het water zou door de zwaartekracht in de opvangbak moeten lopen. Plaats als de opvangbak vol is de stop terug op de slang. Gooi de opvangbak leeg. Herhaal deze procedure totdat er geen water meer uit de slang komt; 6. reinig indien nodig de pomp, zoals hierboven beschreven; 7. plaats de stop terug op de noodafvoerslang en zet de slang terug op zijn plaats; 8. schroef de pomp weer vast en sluit het deurtje. PROBLEMEN OPLOSSEN Bepaalde problemen zijn het gevolg van een gebrek aan eenvoudig onderhoud of van onoplettendheid; dergelijke problemen kunnen zonder de hulp van een monteur gemakkelijk worden opgelost. Controleer eerst de hieronder staande checklist, voordat u contact opneemt met onze Klantenservice. Tijdens de werking van de machine is het mogelijk dat het gele controlelampje van toets 7 knippert, een van de volgende alarmcodes verschijnt op het display en tegelijkertijd klinken er elke 20 seconden enkele geluidssignalen om aan te geven dat de machine niet werkt: • Probleem met de watertoevoer: « Kan niet vullen met water. Controleer of de kraan open is en druk op START/PAUZE ». • Probleem met de waterafvoer: « Kan water niet wegpompen. Controleer of het filter schoon is en druk op START/PAUZE ». • Deur open: « Controleer of de deur goed gesloten is en druk dan op START/PAUZE ». • Anti-overloopsysteem geactiveerd: « Beveiliging tegen wateroverlast geactiveerd. Controleer aansluitingen aan- en afvoerslang. ». Druk, nadat het probleem is verholpen, op de toets 7 om het programma opnieuw te starten. Als het probleem, na alle controles, zich nog steeds voordoet, neem dan contact op met onze serviceafdeling. 30 Problemen oplossen Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing De wasautomaat start niet: De deur is niet goed gesloten. « Controleer of de deur goed gesloten is en druk dan op START/PAUZE » • Doe de deur stevig dicht. De stekker zit niet goed in het stopcontact. • Steek de stekker in het stopcontact. Er staat geen spanning op het stopcontact. • Controleer de elektrische installatie in uw woning. De hoofdzekering is doorgebrand. • Vervang de zekering. De keuzeknop is niet goed ingesteld en er is niet op toets 7 gedrukt. • Draai de keuzeknop en druk nogmaals op toets 7 . De uitgestelde start is gekozen. • Als het wasgoed meteen gewassen moet worden, annuleer dan de uitgestelde start. Het kinderslot is geactiveerd. • Schakel deze functie uit. De machine wordt niet met water gevuld: De waterkraan is dicht. « Kan niet vullen met water. Controleer of de kraan open is en druk op START/PAUZE » • Draai de waterkraan open. De toevoerslang is bekneld of geknikt. « Kan niet vullen met water. Controleer of de kraan open is en druk op START/PAUZE » • Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang. Het filter in de toevoerslang of het inlaatventielfilter is verstopt. • Reinig de wateraanvoerfilters. (Zie 'Wateraanvoerfilters reinigen' voor meer informatie) De deur is niet goed gesloten. « Controleer of de deur goed gesloten is en druk dan op START/PAUZE » • Doe de deur stevig dicht. Er stroomt water in de machine en dat loopt meteen weer weg: Het uiteinde van de afvoerslang bevindt zich te laag. • Zie de betreffende paragraaf in het hoofdstuk 'Waterafvoer'. Problemen oplossen Probleem 31 Mogelijke oorzaak/Oplossing De machine pompt het water niet weg en/ of centrifugeert niet: De afvoerslang is bekneld of geknikt. « Kan water niet wegpompen. Controleer of het filter schoon is en druk op START/PAUZE » • Controleer de aansluiting van de afvoerslang. Het afvoerfilter is verstopt. « Kan water niet wegpompen. Controleer of het filter schoon is en druk op START/PAUZE » • Maak het afvoerfilter schoon. Er is een optie of programma gekozen waarbij het water in de trommel niet wordt weggepompt of een programma dat alle spoelgangen onderdrukt. • Kies programma POMPEN of CENTRIFUGEREN. Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld. • Verdeel het wasgoed opnieuw. Er ligt water op de vloer: Er is te veel of ongeschikt wasmiddel gebruikt (te veel schuimvorming). • Verminder de hoeveelheid wasmiddel of gebruik een ander middel. Controleer of een van de koppelingen van de toevoerslang lekkage vertoont. Dit is niet altijd gemakkelijk te zien, omdat het water langs de slang naar beneden loopt; controleer of de slang vochtig is. • Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang. De watertoevoerslang is beschadigd. • Vervang deze door een nieuwe. De dop op de noodafvoerslang is na het schoonmaken niet teruggeplaatst of het filter is niet goed vastgeschroefd. • Zet de dop terug op de noodafvoerslang en draai het filter volledig aan. Onbevredigende wasresultaten: Er is te weinig of ongeschikt wasmiddel gebruikt. • Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander middel. Hardnekkige vlekken zijn niet vóór het wassen behandeld. • Gebruik normaal in de handel verkrijgbare producten om hardnekkige vlekken te behandelen. De juiste temperatuur was niet gekozen. • Controleer of u de juiste temperatuur heeft gekozen. Te veel wasgoed in de trommel. • Verminder het wasgoed in de trommel. 32 Problemen oplossen Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing De deur gaat niet open: Het programma loopt nog. • Wacht tot de wascyclus is afgelopen. Er staat water in de trommel. • Kies het programma pompen of centrifugeren om het water af te voeren. Lees het bericht op het display voor het openen van de deur. De machine staat te schudden of maakt lawaai: De transportbouten en het verpakkingsmateriaal zijn niet verwijderd. • Controleer of de machine correct geïnstalleerd is. De pootjes zijn niet afgesteld • Controleer of de machine goed waterpas staat. Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld. • Verdeel het wasgoed opnieuw. Misschien zit er maar heel weinig wasgoed in de trommel. • Doe meer wasgoed in de trommel. Centrifugeren begint traag of de machine centrifugeert niet: De elektronische voorziening voor onbalans is ingeschakeld omdat het wasgoed niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld. Het wasgoed wordt herverdeeld doordat de machine de trommel in tegenovergestelde richting ronddraait. Dit kan verschillende keren nodig zijn voordat de onbalans verdwijnt en het normale centrifugeren kan worden hervat. Als na enkele minuten het wasgoed nog steeds niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld, zal de machine niet centrifugeren. • Misschien zit er te weinig wasgoed in de trommel, voeg wat wasgoed toe, verdeel de lading met de hand en kies dan het programma centrifugeren. Er is geen water zichtbaar in de trommel: Machines die gebaseerd zijn op moderne technologie werken erg zuinig en verbruiken weinig water zonder dat dit van invloed is op de prestatie van de machine. Het display toont het bericht « Anti-overloopsysteem is geactiveerd. Controleer aansluitingen aan- en afvoerslang » : Anti-overloopsysteem geactiveerd • Koppel het apparaat los, draai de kraan dicht en neem contact op met de klantenservice De trommelverlichting werkt niet: Neem contact op met de service-afdeling Technische gegevens 33 Als u het probleem niet kunt vinden of oplossen, neem dan contact op met onze Klantenservice. Noteer alvorens te bellen het model, serienummer en de aankoopdatum van de machine: de Klantenservice zal om deze informatie vragen. TECHNISCHE GEGEVENS Afmeting Breedte Hoogte Diepte Diepte (totale afmeting) 60 cm 85 cm 60 cm 63 cm Aansluiting op het elektriciteitsnet Spanning - Totale vermogen Zekering Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typeplatje aan de binnenkant van de deur van het apparaat. Leidingwaterdruk Minimaal Maximaal 0,05 MPa 0,8 MPa Maximale belading Katoen 8 kg Centrifugesnelheid Maximaal 1400 tpm (L84950A3) 1600 tpm (L86950A3) VERBRUIKSWAARDEN Programma Wit katoen 95° Katoen 60° Energieverbruik (kWh) Waterverbruik (liter) 2,5 62 1,7 63 1,03 57 Katoen 40° 0,77 60 Super Eco Super Eco 0,089 41 Synthetische stoffen 40° 0,6 54 Fijne was 40° 0,53 67 Katoen ECO 60° 1) Programmaduur (Minuten) Raadpleeg voor de duur van de programma's het display op het bedieningspaneel. 34 Montage Programma Wol/Handwas 30° Energieverbruik (kWh) Waterverbruik (liter) 0,32 64 Programmaduur (Minuten) 1) " Katoen ECO " op 60°C met een belading van 8 kg is het referentieprogramma voor de gegevens die op het energielabel staan, in overeenstemming met de EG 92/75 normen. De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen, ze kunnen variëren afhankelijk van de hoeveelheid en soort wasgoed, de temperatuur van het aangevoerde water en de omgevingstemperatuur. MONTAGE-INSTRUCTIES MONTAGE Uitpakken Alle transportbouten en verpakkingsmaterialen moeten worden verwijderd alvorens de machine in gebruik te nemen. Wij raden u aan alle transportbeveiligingen te bewaren, zodat zij kunnen worden gemonteerd als de machine ooit nog eens moet worden vervoerd. 1. Nadat u al het verpakkingsmateriaal verwijderd heeft, de machine voorzichtig op zijn achterkant leggen om de basis van piepschuim van de onderkant te kunnen verwijderen. Montage 2. Verwijder het aansluitsnoer en de afvoerslang van de slanghouders op de achterkant van het apparaat. 3. Draai de drie bouten los met de sleutel die bij de machine geleverd is. 4. Schuif de betreffende kunststof afstandhouders naar buiten. 35 36 Montage 5. Open de vuldeur, neem de watertoevoerslang uit de trommel en verwijder het polystyreen blokje dat op de afdichting van de deur zit. 6. Maak het kleine gaatje aan de bovenkant en de twee grotere gaten dicht met de plastic doppen die in het zakje zitten van de gebruiksaanwijzing. 7. Sluit de watertoevoerslang aan zoals beschreven in paragraaf "Watertoevoer". Plaatsing en waterpas zetten Installeer de machine op een vlakke harde vloer. Zorg ervoor dat de luchtcirculatie rondom de machine niet wordt belemmerd door tapijten, vloerbedekking, enz. Voordat u de machine op kleine tegels plaatst, een rubber mat gebruiken. Probeer nooit oneffenheden van de vloer te corrigeren door houten blokjes, karton of iets dergelijks onder de machine te plaatsen. Als het onvermijdelijk is om de machine naast een gasfornuis of kolenkachel te plaatsen, moet er een isolatieplaat bedekt met aluminiumfolie aan de kant van het fornuis of de kachel tussen beide apparaten geplaatst worden. Montage 37 De machine mag niet geïnstalleerd worden in ruimtes waar de temperatuur onder 0°C kan komen. De watertoevoer- en afvoerslang mogen niet geknikt zijn. Zorg ervoor dat het apparaat na installatie makkelijk bereikbaar is voor de reparateur voor het geval er een storing moet worden verholpen. Zet de machine zorgvuldig waterpas door de stelpootjes in of uit te draaien. Leg nooit karton, hout of vergelijkbare materialen onder de machine om evt. oneffenheden in de vloer op te heffen. Watertoevoer Een toevoerslang is meegeleverd; deze is te vinden in de trommel van de machine. Dit apparaat moet aangesloten worden op een koud watertoevoer. Gebruik voor aansluiting op de waterleiding niet de slang van uw vorige machine. 1. Open de vuldeur en neem de toevoerslang uit de trommel. 2. Sluit de slang met de haakse aansluiting op de machine aan. Bevestig de toevoerslang niet naar beneden gericht. Bevestig de slang altijd onder een hoek naar links of naar rechts, afhankelijk van de plaats waar de waterkraan zich bevindt. 3. Breng de slang in de juiste positie door de ringmoer los te draaien. Als de toevoerslang zich in de juiste positie bevindt, draai de ringmoer dan weer vast om lekkage te voorkomen. 4. Sluit de slang aan op een kraan met 3/4"schroefdraad. Gebruik altijd de bij de machine geleverde slang. De toevoerslang mag niet worden verlengd. Als de slang te kort is en u de kraan niet wilt verplaatsen, zult u een nieuwe, langere slang moeten kopen die speciaal voor dit doel is gemaakt. De installatie moet voldoen aan de vereisten van het plaatselijke waterleidingbedrijf en de bouwvoorschriften. Controleer de minimale waterdruk die vereist is voor de veilige werking van het apparaat in hoofdstuk "Technische gegevens. 38 Montage Waterstop De toevoerslang is voorzien van een waterstop, een beveiligingsvoorziening tegen schade veroorzaakt door waterlekkage die kan ontstaan door natuurlijke slijtage van de slang. Deze storing wordt aangegeven door een rood vlak in venster "A" . Indien dit gebeurt, de kraan dichtdraaien en contact opnemen met de Klantenservice om de slang te laten vervangen. A Waterafvoer Het uiteinde van de afvoerslang kan op drie manieren worden geplaatst: 1. Over de rand van een gootsteen; gebruik hiervoor de bij de machine geleverde slanggeleider van kunststof. Zorg er in dit geval voor dat het uiteinde niet van de rand kan losschieten als de wasautomaat aan het leeglopen is. U kunt de slang met een stuk touw aan de kraan vastbinden of aan de wand bevestigen. 2. In een aftakking van een gootsteenafvoer. De aftakking dient zich boven de sifon te bevinden, zodat de bocht zich ten minste 60 cm boven de grond bevindt. 3. Rechtstreeks in een afvoerpijp op een hoogte van niet minder dan 60 cm en niet meer dan 90 cm. Het einde van de afvoerslang moet altijd geventileerd zijn, d.w.z. dat de binnendiameter van de afvoerpijp groter moet zijn dan de buitendiameter van de afvoerslang. De afvoerslang mag niet geknikt zijn. Aansluiting aan het elektriciteitsnet 39 De afvoerslang kan verlengd worden tot een maximum van 4 meter. Een extra afvoerslang en koppelstuk is verkrijgbaar bij de Klantenservice bij u in de buurt. AANSLUITING AAN HET ELEKTRICITEITSNET Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typeplaatje aan de binnenkant van de deur van het apparaat. Controleer of de elektrische installatie in uw woning geschikt is voor het maximale vereiste vermogen; houd hierbij rekening met andere apparaten die in gebruik zijn. WAARSCHUWING! Sluit de machine aan op een geaard stopcontact. WAARSCHUWING! De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade of letsel die voortkomt uit het niet opvolgen van bovengenoemde veiligheidsvoorschriften. WAARSCHUWING! Het aansluitsnoer moet na de installatie van de machine toegankelijk zijn. WAARSCHUWING! Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan moet dit gebeuren door onze Klantenservice. MILIEUBESCHERMING Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht. 40 Milieubescherming Verpakkingsmaterialen Materialen met het symbool zijn recyclebaar. >PE<=polyethyleen >PS<=polystyreen >PP<=polypropyleen Dit betekent dat ze gerecycled kunnen worden als u ze netjes weggooit in de daarvoor bestemde containers. Milieutips Om water en energie te besparen en om het milieu te helpen beschermen, raden wij u aan de volgende tips ter harte te nemen: • Normaal vuile was kan zonder voorwas worden gewassen om wasmiddel, water en tijd te besparen (ook het milieu wordt zo beschermd!). • De machine werkt economischer als hij volledig wordt gevuld. • Met de juiste voorbehandeling kunnen vlekken en vuil worden verwijderd; het wasgoed kan daarna bij een lagere temperatuur worden gewassen. • Doseer het wasmiddel aan de hand van de waterhardheid, de mate van vervuiling van het wasgoed en de hoeveelheid wasgoed.
1 / 1

Aeg-Electrolux L84950A3 Handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen