MARYNEN CM2675F Handleiding

Type
Handleiding
2222 042-81
DIEPVRIESKAST
FREEZER
CM 2675 F
Gebruiksaanwijzing
Instruction booklet
2
VEILIGHEID
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het
apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het huis van
waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het instructieboekje en de
daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken.
Indien dit apparaat in de plaats van een oud model met haak- of veersluiting opgesteld wordt, dan is
het raadzaam de sluiting van het oude apparaat, dat terzijde gezet wordt, onbruikbaar te maken.
Hiermee wordt voorkomen dat spelende kinderen zich erin opsluiten, hetgeen levensgevaarlijk is.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te
hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
Algemene veiligheid
Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het
gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk om
kinderen het apparaat te laten bedienen of als
speelgoed te laten gebruiken.
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit
apparaat of de eigenschappen daarvan te
veranderen.
Neem vóór u aan ontdooien, schoonmaak-
werkzaamheden of het verwisselen van het,
eventueel aanwezige, verlichtingslampje begint
altijd de stekker uit het stopcontact.
Dit apparaat is zwaar. Delen van randen aan
achter- en onderkant kunnen scherp zijn. Wees
voorzichtig bij het tillen.
Plaats NOOIT explosieve stoffen in het apparaat,
zoals gasvullingen, benzine, ether, aceton
enzovoorts.
Het direct vanuit een vriesvak, vriesgedeelte of
vriezer consumeren van ijslollies en dergelijke,
kan verbranding van de mondhuid tot gevolg
hebben; wacht even.
AFDANKEN. Verwijder de deur(en) of het deksel en
knip het aansluitsnoer af, zodat, in afwachting van
wegbrengen of weghalen, spelende kinderen er zich
niet in op kunnen sluiten of aan een elektrische
schok bloot kunnen staan.
Heel goed oppassen, tijdens het verplaatsen, dat
de delen van het koelcircuit niet zodanig worden
beschadigd, dat de koelvloeistof naar buiten zou
kunnen lekken.
Plaats het apparaat niet in de nabijheid van een
centrale verwarming of een gasfornuis.
Laat het apparaat niet langdurig in direct
zonlicht staan.
Zorg dat er voldoende lucht aan de achterkant
van het apparaat kan circuleren. Vermijd schade
aan de koelkringloop.
Alléén voor diepvrieskasten (uitgezonderd
ingebouwde): het apparaat kan zeer goed in de
kelder geplaatst worden.
Plaats elektrische apparaten (bijv. ijsmachines)
nooit in de kast, tenzij dat door de fabrikant
goedgekeurd is.
Onderhoud / Reparatie
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de
elektrische huisinstallatie of het aansluitsnoer,
ten behoeve van de installatie van dit apparaat,
mag uitsluitend door een daartoe bevoegd
persoon uitgevoerd worden. Het betreffende
stopcontact dient, ook na eventuele onder- of
inbouw, gemakkelijk bereikbaar te zijn.
Werkzaamheden welke door personen zonder de
noodzakelijke kennis uitgevoerd worden, kunnen
schade of letsel tot gevolg hebben.
Laat inspectie- en/of herstelwerkzaamheden
uitvoeren door ELECTROLUX SERVICE en laat
geen andere dan originele DISTRIPARTS
onderdelen plaatsen.
Dit apparaat bevat koolwaterstoffen in de
koudekringloop; het onderhoud en het bijvullen
dient daarom uitsluitend door door het bedrijf
aangewezen deskundig personeel uitgevoerd te
worden.
Tracht, in geval van storing of een defect, dit
apparaat niet zelf te repareren. Reparaties welke
door niet-deskundige personen uitgevoerd
worden, kunnen tot schade of letsel leiden.
Raadpleeg ELECTROLUX SERVICE.
Gebruik
Huishoudelijke koel- en/of vriesapparaten zijn
uitsluitend bedoeld voor het bewaren en/of
invriezen van eet- of drinkbare producten.
De beste resultaten worden bereikt bij een
omgevingstemperatuur tussen +18°C en +43°C
3
(klasse T); tussen +18°C en 38°C (klasse ST);
tussen +16°C en 32°C (klasse N); +10°C en
32°C (klasse SN); de klasse staat op het
kenplaatje vermeld.
Attentie: u dient niet alleen rekening te houden
met de omgevingstemperatuur voor dit type
product maar tevens met de volgende
aanwijzingen: wanneer de
omgevingstemperatuur onder de aangeduide
minimum waarde daalt, wordt de
conserveringstemperatuur in het vriesvak niet
meer gegarandeerd; u kunt de bewaarde
levensmiddelen dan het beste zo snel mogelijk
nuttigen.
Volg de raadgevingen van de fabrikant op met
betrekking tot waar en hoe u spijzen en dranken
bewaart of invriest. Ontdooide diepvriesproduc-
ten mogen, om gezondheidsredenen, niet
wederom ingevroren worden.
De vriezende binnenwanden of -vlakken in het
apparaat bevatten koelmiddel. Plaats geen
scherpe voorwerpen tegen zo’n wand of vlak en
schraap evenmin met metalen voorwerpen rijp of
ijs af. Lekkage kan het gevolg zijn, hetgeen een
onherstelbare schade aan het apparaat en
bederf van de levensmiddelen veroorzaakt.
Plaats geen koolzuurhoudende of mousserende
dranken in het vriesvak, het vriesgedeelte of de
vriezer; de blikjes of flesjes kunnen door
bevriezing van de inhoud exploderen.
Installatie
Overtuig u er van dat het apparaat niet op het
aansluitsnoer staat.
Belangrijk: als het aansluitsnoer beschadigd
raakt, moet het snoer, eventueel met stekers,
vervangen worden; deze onderdelen zijn
verkrijgbaar bij onze service-afdeling.
De warmte welke het apparaat aan de spijzen en
dranken onttrekt, moet onbelemmerd aan de
omgeving afgestaan kunnen worden. Slechte
ventilatie onder, achter en boven het apparaat
resulteert in slechte koel-en/of vriesprestaties
door ongewild tijdelijk uitschakelen van de
compressor of onjuiste werking van de
absorptieunit .
Plaats het apparaat met z’n achterkant zo dicht
mogelijk bij een muur. Hiermee voorkomt u
verbrandingsletsel door aanraking van hete tot
zeer hete delen.
Afhankelijk van de wijze van transport kan olie
vanuit de compressor in het koelcircuit gevloeid
zijn. Wacht, na het plaatsen van het apparaat, ten
minste een half uur alvorens de stekker in het
stopcontact te steken. Na achteroverliggend
vervoer ten minste een halve dag. Daarmee geeft
u de olie de gelegenheid in de compressor terug
te vloeien. Apparaten welke van een absorptie-
unit voorzien zijn kunnen direct in bedrijf
genomen worden. Controleer cirka 24 uur na het
in bedrijf stellen of het apparaat naar behoren
werkt.
Milieubescherming
Belangrijk: Dit apparaat bevat, zowel in het
koelcircuit als in de isolatie, geen
ozononvriendelijke stoffen. Het apparaat moet
niet weggegooid worden samen met het huisvuil
of met gesloopte apparaten. Afgedankte koel- en
vriesapparaten moeten volgens de plaatselijke
regelingen op deskundige wijze verwerkt worden.
Informeer bij uw gemeente naar de mogelijkheden
in uw woonplaats. Vermijden dat het koelcircuit
wordt beschadigd, vooral aan de achterkant in de
buurt van de warmtewisselaar. De materialen in
dit apparaat die voorzien zijn van het symbool
zijn geschikt voor recycling.
4
INHOUD
Waarschuwingen en Belangrijke adviezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .2
Wegwerpen van verpakkingsmateriaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4
Het gebruik - Het bedieningspaneel - Reiniging van de binnenkant - Ingebruikname - Temperatuur- . .
instelling - Snelvriezen - Het controlelampje “te warm” - Het invriezen van verse levensmiddelen . . . . .5
Het gebruik - Bewaren van diepvriesproducten - IJslaatjes - Het ontdooien van ingevroren producten .
Koude accus - Tips -Invriezen: tips - Diepvriesprodukten: tips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
Onderhoud - Schoonmaken - Geprolongeerde stilstand - Het ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7
Als er iets niet in orde is - Installatie - Elektrische aansluiting - Plaats van opstelling . . . . . . . . . . . . .
Muur-afstandshouders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
InstallatieHet wijzigen van de deurdraairichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .9
Garantiebepalingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
WEGWERPEN VAN VERPAKKINGSMATERIAAL
Het verpakkingsmateriaal van onze grote elektrische
huishoudelijke apparaten kan met uitzondering van
houten onderdelen, gerecycled worden en dus bij
het kringloopafval worden gezet.
Wij raden u aan om:
Papier, karton en golfkarton in de speciale
papierbakken te werpen.
Plastic verpakkingsmateriaal in de speciaal
daarvoor bestemde plastic-containers te gooien.
Indien dit soort bakken in uw buurt nog niet
voorkomen mag u het materiaal aan de
vuilnisman meegeven.
Als verpakkingsmateriaal gebruiken wij slechts
recycleerbare kunststoffen, zoals bijv.:
In de voorbeelden staat:
PE voor Polyethyleen** 02 = ^ PE-HD;
04 = ^ PE-LD
PP voor Polypropyleen
PS voor Polystyrol
PLASTIC BESTANDDELEN
Om er gemakkelijker achter te komen hoe u het
materiaal van dit apparaat moet wegwerpen en /of
recycleren zijn er op verschillende punten
herkenbare symbolen op aangebracht.
PS
SAN
ABS
02**
PE
05
PP
06
PS
5
Reiniging van de binnenkant
Voor u de kast in gebruik neemt, dient u de binnen-
kant met lauw water en een neutraal schoonmaak-
middel te reinigen om de typische geur van een
nieuw apparaat weg te nemen. Droog vervolgens de
wanden goed af.
Ingebruikname
Steek de stekker in het stopcontact. Het
controlelampje (D) licht op. Draai de
thermostaatknop (E) rechtsom uit de O-stand
De werking van de vriezer kan geheel gestopt
worden door de temperatuurregelaar in de stand
«O» te draaien.
HET GEBRUIK
Temperatuurinstelling
De temperatuur wordt automatisch geregeld en kan
verhoogd worden (minder koud) door de knop naar
een lager cijfer te draaien of verlaagd worden
(kouder) door de knop naar een hoger cijfer te
draaien. Bij het instellen van de juiste stand dient u
er rekening mee te houden dat de temperatuur in
het apparaat afhankelijk is van:
de kamertemperatuur;
de frequentie waarmee de deuren geopend
worden;
de hoeveelheid levensmiddelen in de kast;
de plaats van het apparaat.
Wij adviseren u de knop aanvankelijk op de
middenstand te draaien.
Het bedieningspaneel
A. Controlelampje “te warm”
B. Controlelampje Snelvriezen
C. Snelvriezenschakelaar
D. Controlelampje «in bedrijf»
E. Temperatuurregelaar
Snelvriezen
Druck voor het snelvriezen de knop (C) . Het lampje
(B) licht op.
Het controlelampje “te warm”
Indien het controlelampje (A) oplicht, dan wordt
hierdoor aangegeven dat de inwendige temperatuur
onveilig voor het bewaren van diepvriesartikelen
geworden is. Bij de eerste ingebruikname, of na een
schoonmaakbeurt, blijft het controlelampje branden
totdat de inwendige temperatuur het veilige niveau
bereikt heeft.
EDCBA
0
4
5
6
1
2
3
Gebruik geen schurende schoonmaak-
middelen, waarmee u de afwerkingen van het
apparaat zou kunnen beschadigen.
Het invriezen van verse
levensmiddelen
In de vriezer kunt u verse levensmiddelen invriezen
en diepvriesprodukten bewaren.
Indien het invriezen van verse levensmiddelen direct
na de eerste in gebruikname of na een
schoonmaakbeurt gaat plaatsvinden, dient u 24 uur
voor het inbrengen van de levensmiddelen de
snelvriezen knop op positie “S” te zetten.
De max. hoeveelheid levensmiddelen die u kunt
invriezen in 24 uur staat aangegeven op het
“typeplaatje”.
Het invriezen duurt 24 uur. Voeg gedurende deze tijd
geen andere in te vriezen levensmiddelen toe.
6
IJslaatjes
Bij het apparaat worden 1 of meerdere ijslaatjes
voor het maken van ijsblokjes geleverd.
Vul ze met drinkwater en plaats ze in het apparaat.
Gebruik geen metalen voorwerpen om de laatjes
los te wrikken!
Het ontdooien van ingevroren
producten
De diepvriesproducten moet u vóór gebruik in de
koelkast of bij kamertemperatuur laten ontdooien, al
naar gelang de beschikbare tijd.
Kleine of in stukken ingevroren producten kunnen
onmiddellijk gekookt of gebakken worden. De kook-
of baktijd zal dan natuurlijk iets langer zijn.
Bewaren van diepvriesproducten
Indien u de vrieskast voor het eerst in gebruik neemt
of haar weer gebruikt na een periode van stilstand,
dient u de snelvriezen knop in de positie “S” te
zetten. Plaats vervolgens de diepvriesproducten na
3 uur in de kast.
Om het maximale beladingsvermogen van de
vriezer te gebruiken is het noodzakelijk de lade te
verwijderen en de ingevroren en diepgevroren
producten direkt op de rekken van de compartimen-
ten te plaatsen en op te letten dat u de beladingslijn
(indien ze angegeven is) niet overschrijdt.
Belangrijk
Als, bijvoorbeeld door stroomuitval die langer
duurt dan aangegeven wordt in de tabel techni-
sche gegevens bij ‘tijd om van –18°C naar –9°C
te gaan in uren’ , de opgeslagen producten
onopzettelijk ontdooid worden, moeten deze
direct worden geconsumeerd of onmiddellijk
toebereid en na afkoeling opnieuw ingevroren.
10 kg
10 kg
Koude accus
De vriezer is van zwee thermische accu (eutektische
massa) voorzien,die de bewaartijd verlengt in geval
van stroomuitval of storing. De accu bevindt zich in
de bovenla.
Invriezen: tips
verdeel de levensmiddelen in handzame porties.
Deze vriezen sneller in en bij later gebruik hoeft u
slechts de benodigde hoeveelheid te ontdooien;
verpak de levensmiddelen in aluminium- of kunst-
stoffolie. Sluit de pakjes goed en luchtdicht af;
zorg ervoor dat in te vriezen pakjes niet in
aanraking komen met reeds ingevroren
producten; de temperatuur van deze laatste zou
daardoor kunnen stijgen;
vermijd rechtstreekse consumptie van ijslollies uit
het vriesvak; u zou uw mondhuid kunnen
verbranden;
schrijf de invriesdatum op de pakjes zodat u de
houdbaarheidsduur kunt controleren;
De symbolen op de laden geven de diverse
soorten diepvriesproducten aan.
TIPS
De getallen geven voor iedere soort
diepvriesproduct de opslagtijd in maanden aan.
Of de hoogste of de laagste waarde van de
aangegeven opslagtijd geldt, hangt af van de
kwaliteit van de levensmiddelen en de
behandeling voorafgaand aan het invriezen.
plaats geen koolzuurhoudende of
mousserende dranken in het vriesvak; de
blikjes of flessen zouden kunnen ontploffen.
Diepvriezen: tips
Neem de volgende regels in acht:
breng de diepvriesproducten na aankoop zo snel
mogelijk over naar het vriesvak;
open de deur altijd zo weinig en zo kort mogelijk;
wees heel voorzichtig bij aankoop van
diepvriesproducten, want gedeeltelijk ontdooide
waren mag u niet opnieuw invriezen;
Plaats de in te vriezen levensmiddelen in het vak
zoals als in de afbeelding aangegeven; daar is de
temperatuur het laagst.
7
ONDERHOUD
Neem vóór iedere handeling altijd eerst de
stekker uit het stopcontact.
Belangrijk
Dit apparaat bevat koolwaterstoffen in het koelcircuit;
onderhoud en bijvulling dient daarom uitsluitend
door bevoegd personeel uitgevoerd te worden.
Schoonmaken
Gebruik nooit metalen voorwerpen voor het
schoonmaken van het apparaat; dit zou
beschadigingen tot gevolg kunnen hebben.
Reinig de binnenkant van de kast regelmatig met
lauw sodawater. Lap de wanden na met schoon
water en droog ze zorgvuldig.
Stof op de condensor verhoogt het energieverbruk.
Daarom eenmaal per jaar de condensor aan de
achterkant van het apparaat met een zachte borstel
of met de stofzuiger voorzichtig schoonmaken.
Geprolongeerde stilstand
Wij adviseren u vóór de periode dat de apparaat
niet gebruikt wordt de volgende handelingen uit te
voeren:
neem de stekker uit het stopcontact;
verwijder alle spijzen en dranken uit de kast;
laat de kast geheel ontdooien en maak de
binnenwanden, rekken, korven en dergelijke goed
schoon;
laat de deuren open staan, teneinde het ontstaan
van onaangename geur te voorkomen.
Het ontdooien
U echter de rijp in de vriezer te verwijderen,
wanneer deze een laag van circa 4 mm vormt.
Gebruik hiervoor de meegeleverde plastic spatel.
Voor het uitvoeren van deze handeling hoeft u het
apparaat niet uit te schakelen of leeg te maken.
Wanneer zich een dikke laag ijs gevormd heeft,
dient u het apparaat te ontdooien.
Ga als volgt te werk:
1. draai de thermostaatknop op «O» of trek de
stekker uit het stopcontact;
2. omwikkel de levensmiddelen met meerdere
kranten en bewaar ze op een koele plaats;
3. laat de deur openstaan en schuif de schraper,
als een verlenggootje, in de daarvoor bestemde
opening. Plaats onder het gootje een schaaltje
om het water op te vangen.
4. droog na het ontdooien de vriezer zorgvuldig en
sluit het gaatje weer af met de dop; bewaar de
schraper zodat u hem opnieuw kunt gebruiken;
5. draai de thermostaatknop in de gewenste stand
of steek de stekker weer in het stopcontact.
6. Na twee of drie uur kunt u de diepvriesproducten
weer terugplaatsen.
Belangrijk:
Gebruik voor het verwijderen van de rijp nooit
metalen voorwerpen; u zou uw vrieskast kunnen
beschadigen.
Geen voorwerpen of methodes gebruiken om het
ontdooiproces te versnellen die niet door de
fabrikant zijn aangegeven.
Temperatuurstijging van diepvriesproducten kan
hun houdbaarheidsduur verkorten.
D068
8
Elektrische aansluiting
Overtuig u ervan dat de netspanning en de
netfrequentie, welke op het typeplaatje in de kast
staan aangegeven, overeenkomen met de
netspanning en de netfrequentie in uw woning.
Een afwijking op de netspanning tot plus of minus
6% is toegestaan.
Bij aansluiting op een andere spanning dient u een
geschikte transformator te gebruiken.
De stekker mag alleen geplaatst worden in een
geaard stopcontact. De kast is daarom voorzien van
een speciaal drieaderig snoer, geschikt voor een
geaard stopcontact. Mocht het stopcontact in uw
woning niet geaard zijn, dan dient een erkend
installateur het apparaat volgens de geldende
normen te aarden.
Wij wijzen u er op dat schade of letsel, veroor-
zaakt door het niet voldoen aan dit veiligheids-
voorschrift, niet onder de verantwoordelIjkheid
van de fabrikant valt.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-
richtlIjnen:
- 87/308/EG-richtlijn van 2/6/87 met betrekking
tot de radio-ontstoring
- 73/23/ EG-richtlijn van 19/02/73 (Laagspanning)
en opeenvolgende wijzigingen;
- 89/336/EG-richtlijn van 03/05/89
(Elektromagnetische compatibiliteit) en
opeenvolgende wijzigingen;
INSTALLATIE
D594
100 mm10 mm
10 mm
NP00
ALS ER IETS NIET IN ORDE IS
Indien het apparaat niet functioneert of ook de lamp-
jes niet branden, controleer dan:
of de stekker goed in het stopcontact zit;
of de elektriciteit soms uitgevallen is;
of de thermostaatknop op de juiste stand staat;
Kunt u de storing niet zelf lokaliseren en verhelpen,
raadpleeg dan ELECTROLUX SERVICE.
Plaats van opstelling
Plaats het apparaat uit de buurt van
warmtebronnen: centrale verwarming, kachels, felle
zonne-stralen enz.
Om veiligheidsredenen moet de ventilatie zodanig
zijn als aangegeven in de afbeelding:
Attentie: zorg ervoor dat de ventilatie openingen
tijdens gebruik niet worden afgedekt.
Teneinde oneffenheden in de vloer op te heffen is de
kast voorzien van één of meer verstelbare voetjes.
Muur-afstandshouders
In het documentenzakje bevinden zich twee af-
standshouders die volgens de afbeelding geplaatst
dienen te worden.
Draai de schroeven los, steek de afstandshouders
onder de schroefkop en draai de schroeven weer
vast.
9
Het wijzigen van de
deurdraairichting
Neem vóór het wijzigen van de deurdraairichting
de stekker uit het stopcontact.
Ga nu verder als volgt te werk:
1. Ventilatierooster (D) verwijderen;
2. Verwijder het onderste scharnier (E) .
3. Deur van bovenscharnierpen (G) trekken.
4. Bovenste scharnierpen verwijderen en aan de
tegenovergestelde kant weer monteren, na de
dopjes verwijderd te hebben. Monteer de dopjes
nu aan de andere kant.
5. Deur herplaatsen.
6. Plaats het onderste scharnier (E) weer aan de
andere kant.
7. Neem het kapje (F) uit het ventilatierooster (D)
door het in de richting van de pijl te duwen en
breng dit aan de andere kant aan.
8. Ventilatierooster (D) weer terugplaatsen.
9. De handgreep losschroeven en aan de andere
kant van de deur bevestigen nadat u de dopjes
met een priem doorgeprikt heeft. De vrijgekomen
gaatjes afsluiten met de bijgeleverde dopjes;
deze vindt u in het zakje van de documentatie.
Belangrijk:
Controleer na de richting van de deuren gewijzigd te
hebben, of alle schroeven goed vastgedraaid zitten
en of het deurrubber goed op de sponning sluit. In
een koud vertrek (in de winter) kan het gebeuren dat
dat niet het geval is. Na enkele dagen zal het rubber
zich echter aangepast hebben. Wilt u dat
bespoedigen, dan kunt u het rubber warm maken
met een föhn.
E
F
D
F
F
F
PR220
G
10
Garantievoorwaarden
Onze producten worden met de grootst mogelijke
zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het
voorkomen dat er een defect optreedt. Onze servicedienst
zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de
garantietermijn. De levensduur van het product wordt
daardoor niet negatief beïnvloed.
Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de
EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De
daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar de
eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit product verlenen wij garantie volgens
onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de
voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het product
die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de
datum van levering aan de eindgebruiker. In geval van
professioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik is de
garantie beperkt tot 12 maanden. Voor tweedehands
producten geldt eveneens een termijn van 12
maanden.
2. De garantieprestatie houdt in dat het product kosteloos
wordt teruggebracht in de toestand die het had voor
het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden
hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen
onderdelen worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om
mogelijke verdere schade te voorkomen. De
garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet
binnen twee maanden na vaststelling is gemeld.
4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbewijs
met aankoop- en/of leveringsdatum te worden
overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander
overtuigend bewijs te worden overlegd.
5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan
kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas,
kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig
gebruik
6. De garantie heeft geen betrekking op kleine
afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de
waarde en deugdelijkheid van het product
onbeduidend zijn.
7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt
door:
a. chemische en elektrochemische inwerking van water,
b. abnormale milieuomstandigheden in het algemeen
c. voor het product oneigenlijke bedrijfsomstandigheden
d. contact met agressieve stoffen.
8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door
transportschade die buiten onze verantwoordelijkheid
is ontstaan, niet-vakkundige installatie of montage,
verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in
acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
9. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd
veroorzaakt door herstelling of ingrepen door derden
die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het
product voorzien werd van toebehoren of onderdelen
die niet origineel zijn en daardoor een defect
veroorzaken.
10. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd
dienen te worden overhandigd aan of gezonden naar
onze servicedienst. Herstelling ter plaatse kan slechts
worden gevraagd voor grote of ingebouwde producten.
11. Indien het product zodanig is ingebouwd,
ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat de
benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer
dan 30 minuten bedraagt, worden de hierdoor
ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening
gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of
uitbouw komt ten laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van
hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de
herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg
met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging
geleverd. In geval van vervanging behouden we ons
het recht voor om een vergoeding te rekenen naar rato
van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van
de garantietermijn noch aanvang van een nieuwe
garantietermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een garantie van 12
maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder
vergoeding van schade ontstaan buiten het product,
zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet
wettelijk is vastgelegd.
16. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de
aankoopwaarde van het product niet overtreffen, tenzij
wettelijk anders is bepaald.
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland
gekochte en/of in gebruik zijnde producten. Indien een
product naar het buitenland wordt gebracht dient de
gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de
technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie,
installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden)
in het betreffende land. Voor in het buitenland
aangeschafte producten dient de gebruiker zich te
vergewissen van de bepalingen in Nederland.
Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet onder
de garantie, en kunnen niet altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de garantietermijn staat onze
servicedienst u ter beschikking.
Adres Servicedienst:
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
Marynen Huishoudelijke Apparaten
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
Telefoon: (0172) 468 330
Telefax: (0172) 468 215
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11

MARYNEN CM2675F Handleiding

Type
Handleiding