Nl-5
3. Installeer twee luchtfi lters en het inlaatrooster slui-
ten.
Met betrekking tot de luchtreinigingsfi lters
APPLE-CATECHIN FILTER (1 blad)
● De fi lters zijn wegwerpfi lters. (Ze kunnen niet worden gewassen en
hergebruikt.)
● Voor de opslag van de fi lters, moet u de fi lters zo snel mogelijke ge-
bruiken als de verpakking is geopend.
● (Het luchtreiniging effect vermindert, wanneer de fi lters in de geopende
verpakking blijven)
● Over het algemeen, moeten de fi lters iedere 3 maanden worden
vervangen.
Koop de speciale APPLE-CATECHIN FILTER (UTR-FC03-2) (Apart
verkocht) voor het wisselen van verontreinigde luchtreinigingsfi lters.
ION DESODORISATIE FILTER (1 blad) - licht blauw
● Deze fi lters moeten iedere 3 jaren worden vervangen, zodat het deso-
doriserende effect wordt behouden.
Koop de speciale ION DESODORISATIE FILTER (UTR-FA13-2) (Apart
verkocht) voor het wisselen van de fi lters.
Onderhoud van het ION DESODORISATIE FILTER
Teneinde het desodoriserende effect te behouden, maak a.u.b de fi lters
iedere 3 maanden op de volgende manier schoon.
(1) Verwijder het fi lter.
(2) Schoonmaken met water en laten drogen in de lucht.
1) De fi lters met water onder hoge druk spoelen, totdat het oppervlak
van de fi lters is bedekt met water. Gelieve met oplosmiddel neu-
traal schoonmaakmiddel spoelen. (Nooit reinigen door te schrob-
ben of te wrijven, anders zal het desodoriserende effect worden
beschadigd.)
2) Spoelen met veel water.
3) Laten drogen in de schaduw.
(3) Het fi lter opnieuw installeren.
Reinigen van het chassis
Was het chassis met warm water, en droog het dan met een schone en
zachte doek.
Wanneer het apparaat gedurende een lange periode niet gebruikt zal worden
Laat de schakelaar minstens 12 uur ingeschakeld voordat u het apparaat
opnieuw gebruikt.
Na een lange periode van het niet gebruiken van de unit
Indien u de binnenunit voor één of meer wilt uitschakelen, laat het voor
een halve dag op de FAN werking draaien, zodat de interne delen goed
drogen voor een normale operatie.
Aanvullende inspectie
Na een lange periode van gebruik, kan de opgehoopte stof aan de bin-
nenkant van de binnenunit de prestaties van het product reduceren, zelf
als de unit met de aangegeven dagelijks onderhoud of reinigingsproce-
dures in deze handleiding werd onderhouden.
In een dergelijke geval, wordt een inspectie van het product aangeraden.
Voor aanvullende informatie, kunt u contact opnemen met het bevoegd
onderhoudspersoneel.
PROBLEEMOPLOSSING
De volgende omstandigheden zijn geen defecten of
storingen.
Werkt niet onmiddellijk:
● Als het apparaat wordt gestopt en vervolgens onmiddellijk opnieuw
wordt gestart, werkt de compressor niet gedurende 3 minuten om het
doorbranden van de zekeringen te vermijden.
● Wanneer de elektrische schakelaar wordt uitgeschakeld en opnieuw
wordt ingeschakeld, werkt het beveiligingscircuit circa 3 minuten. Het
apparaat zal gedurende deze periode niet werken.
Luchtstroom is zwak of stopt:
● Als de verwarmingsmodus is ingeschakeld, is het mogelijk dat de
ventilator van het binnenapparaat tijdelijk stopt om de interne delen op
te warmen.
● Als de kamertemperatuur tijdens het verwarmen boven de thermo-
staatinstelling komt, stopt zowel het buitenapparaat als de ventilator
van het binnenapparaat. Als u de kamer meer wilt verwarmen, stel de
thermostaat op een hogere instelling in.
● Tijdens het olieterugwinningsproces kan de luchtstroom gedurende
circa 10 minuten stoppen. (Zie bladzijde 3)
● Het apparaat zal tijdens het verwarmen tijdelijk stoppen (tussen 4 en
15 minuten) wanneer de automatische ontdooimodus in werking treedt.
(Zie bladzijde 3)
● De ventilator kan tijdens het droogproces of wanneer het apparaat over
de kamertemperatuur waakt op een lage snelheid werken.
● In het AUTO waakproces werkt de ventilator op een lage snelheid.
Knipperende lampjes:
● Het OPERATION controlelampje (groen) knippert:
Een olieterugwinningsproces wordt uitgevoerd. (Zie bladzijde 3)
● Het OPERATION controlelampje (groen) knippert:
Een automatisch ontdooi operatie wordt uitgevoerd. (Zie bladzijde 3)
● Het OPERATION controlelampje (groen) en het TIMER controlelampje
(oranje) knipperen afwisselend:
Het apparaat werkt opnieuw normaal na een stroomonderbreking.
● Het OPERATION controlelampje (groen) en het TIMER controlelampje
(oranje) knipperen gelijktijdig:
Het apparaat werkt in de testmodus. Neem contact op met een mana-
ger, onderhoud kan gaande zijn.
● Het OPERATION controlelampje (groen) brandt en het TIMER contro-
lelampje (oranje) knippert:
Dit is de stand-bystatus. (Zie bladzijde 3)
Er worden geluiden gehoord:
● In de volgende omstandigheden kunt u het stromen van water vanaf
het binnenapparaat horen en maakt het apparaat tijdens de werking
meer lawaai. Dit wordt veroorzaakt door het stromen van koelmiddel.
Wanneer de werking start
Wanneer het olieterugwinningsproces stopt
Wanneer het automatisch ontdooiproces stopt
● Tijdens de werking kan een licht piepgeluid worden gehoord. Dit is het
resultaat van een minieme uitzetting en inkrimping van het paneel dat
door een wijziging van de temperatuur wordt veroorzaakt.
● Een sissend geluid kan occasioneel tijdens het verwarmen worden
gehoord. Dit geluid wordt door het automatisch ontdooiproces veroor-
zaakt. (Zie bladzijde 3)
Geuren:
● Het binnenapparaat kan geuren afgeven. Deze geuren worden door
kamergeuren (meubilair, tabak, etc.) veroorzaakt, die door de aircondi-
tioner worden aangezogen.
Er komt damp uit het binnenapparaat:
● Een dunne nevel kan tijdens het koelen door het binnenapparaat
worden afgegeven. Dit wordt veroorzaakt door een plotselinge afkoe-
ling van de kamerlucht door de lucht die door de airconditioner wordt
afgegeven, wat tot condensatie en nevelvorming leidt.
Er komt stoom uit het binnenapparaat:
● De ventilator van het buitenapparaat kan tijdens het verwarmen wor-
den gestopt en stoom kan uit het apparaat opstijgen. Dit wordt door het
automatisch ontdooiproces veroorzaakt. (Zie bladzijde 3)
Water stroomt uit het buitenapparaat:
● Water kan door het automatisch ontdooiproces tijdens het verwarmen
uit het buitenapparaat stromen.