Nordland ELD8683 Handleiding

Type
Handleiding
ELD8683
Condensdroger
Gebruiksaanwijzing
Trommeldroger
2
Geachte Klant,
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door.
Lees vooral de aanwijzingen m.b.t. de veiligheid op de eerste pagina’s van deze gebruiksaanwijzing! Bewaar de
gebruiksaanwijzing goed, zodat u nog eens iets kunt nalezen en geef hem door aan een eventuele volgende
eigenaar van het toestel.
Transportschade
Indien u tijdens de aflevering schade aan het apparaat vastgesteld hebt, meldt u dit dan, ór u het toestel
installeert en/of in gebruik neemt, direct aan uw leverancier.
Belangrijke veiligheidsinformatie. . . . . . . . . . . . . . . . .3
Afvalverwerking. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
Energie-Spaartips. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
Technische gegevens. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
Uw nieuwe wasdroger. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Beschrijving van de machine. . . . . .. . . . . . . . . . . . .6
Installatie. . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Uitpakken. . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Plaatsen. . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Afvoer van de vochtige lucht. . . .. . . . . . . . . . 7
Aanbrengen van een luchtafvoerslang. . . . . . .7
Elektrische aansluiting. . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Deurdraairichting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Bediening. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Automatische droogprogramma’s. . . . . . . . .10
Gebruik. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Praktische tips. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12
Onderhoud. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
Eenvoudige storingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Garantievoorwaarden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Reparatievoorwaarden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Service . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Enkele paragrafen in deze gebruiksaanwijzing zijn voorzien van symbolen die de volgende betekenis hebben:
Met de waarschuwingsdriehoek geven wij aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het
functioneren van de machine. Let goed op deze aanwijzingen.
Bij dit symbool vindt u aanvullende informatie m.b.t. bediening en praktisch gebruik van het apparaat.
Dit symbool staat voor tips en aanwijzingen m.b.t. economisch en milieuvriendelijk gebruik van het appa-
raat.
Onze bijdrage aan het beschermen van het milieu:
wij maken gebruik van kringlooppapier.
3
Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene veiligheid
Het is gevaarlijk om de specificaties te wijzigen of
om te proberen op enigerlei wijze veranderingen
aan te brengen aan dit apparaat.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door per-
sonen (waaronder begrepen kinderen) met vermin-
derde fysieke, zintuiglijke gesteldheid of een gebrek
aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht
gebeurt van een voor hun veiligheid verantwo-
ordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke per-
soon instructie hebben ontvangen over het gebruik
van het apparaat.
Zorg ervoor dat kleine huisdieren niet in de trommel
klimmen. Controleer om dit te voorkomen de trom-
mel vóór gebruik.
Voorwerpen als munten, veiligheidsspelden, spijk-
ers, schroeven, stenen of andere harde, scherpe
materialen kunnen grote schade aan het apparaat
toebrengen en dienen niet in het apparaat terecht te
komen.
Om brandgevaar te voorkomen door te lang dro-
gen, dient het apparaat niet gebruikt te worden om
de volgende voorwerpen te drogen: Kussens,
gewatteerde dekens en dergelijke (deze voorwerpen
zorgen voor ophoping van hitte).
Artikelen van schuimrubber (latexschuim),
douchemutsjes, waterdichte kleding, artikelen met
een rubberbinnenkant en kleding of kussens met
vulling van schuimrubber dienen niet in de was-
droger te worden gedroogd.
Het apparaat dient na gebruik, bij reiniging en bij
onderhoud altijd afgesloten te worden van
stroomvoorziening.
Probeer onder geen enkele omstandigheid zelf de
machine te repareren. Reparaties uitgevoerd door
ondeskundigen kunnen lichamelijk letsel of ernstige
schade aan de machine veroorzaken. Neem contact
op met met een Klantenservice bij u in de buurt.
Vraag altijd om originele vervangingsonderdelen.
Artikelen die zijn bevuild met stoffen als spijsolie,
aceton, benzine, petroleum, vlekkenverwijderaars ,
terpentine, boenwas en boenwasverwijderaars
dienen alvorens in de droogtrommel te worden
gedroogd, te worden gewassen in heet water met
een extra hoeveelheid wasmiddel.
Explosiegevaar:Droog nooit voorwerpen in de
wasdroger die in aanraking zijn geweest met
ontvlambare oplosmiddelen (petroleum, spiritus,
producten voor chemische reiniging en dergelijke).
Daar deze bestanddelen vluchtig zijn, kunnen ze
een explosie veroorzaken. Droog alleen voorwerpen
in de wasdroger die met water gewassen zijn.
Brandgevaar:Artikelen met vlekken of stoffen die
doordrenkt zijn met plantaardige of bakolie vormen
een gevaar voor brand en dienen niet in de was-
droger geplaatst te worden.
Als u uw was met vlekkenverwijderaar heeft
gewassen, moet u een extra spoelcyclus uitvoeren
voordat u uw was in de wasdroger laadt.
Zorg ervoor dat er geen aanstekers of lucifers in de
zakken zijn achtergebleven van kleding die in de
wasdroger geladen wordt
WAARSCHUWING!
Stop een wasdroger nooit voor het einde van
een droogcyclus, tenzij alle artikelen
snel uit de trommel verwijderd en uitge-
hangen worden, zodat de hitte wordt ver-
dreven.
BRANDGEVAAR !
Installatie
Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het
apparaat verplaatst.
Controleer bij het uitpakken van het apparaat of dit
niet is beschadigd. Gebruik het apparaat bij twijfel
niet en neem contact op met ELECTROLUX SER-
VICE.
Alle verpakkingsmaterialen en transportbouten
moeten ór het gebruik worden verwijderd. Als dit
wordt nagelaten kan dit ernstige schade aan het
product en andere eigendommen tot gevolg
hebben. Zie het desbetreffende hoofdstuk in de
gebruiksaanwijzing.
Het laatste deel van een droogcyclus vindt plaats
zonder warmte (koelcyclus) om ervoor te zorgen dat
de artikelen uiteindelijk een temperatuur hebben
waarbij gegarandeerd is dat de artikelen niet wor-
den beschadigd.
Eventuele voor de installatie van het apparaat
noodzakelijke elektrotechnische werkzaamheden,
moeten worden uitgevoerd door een gekwali-
ficeerde elektricien of competent persoon.
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van
belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwij-
zing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en
ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat
gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar
deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of ver-
kocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt naar behoren is
geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat.
Er moet voor gezorgd worden dat het apparaat
niet op het aansluitsnoer komt te staan.
Als het apparaat op een tapijtvloer wordt
geplaatst, dient de hoogte van de stelvoetjes te
worden aangepast om de lucht toch goed te kun-
nen laten circuleren.
Controleer na installatie van het apparaat of dit
niet op het aansluitsnoer,
luchtafvoerslang
drukt of
staat.
Gebruik
Dit apparaat is bestemd voor huishoudelijk
gebruik. Het is niet toegestaan het apparaat te
gebruiken voor andere doeleinden dan waarvoor
het is bestemd.
Was in de machine alleen textiel dat geschikt is
voor machinaal drogen. Volg de instructies op het
wasvoorschrift in de kleding.
Droog geen ongewassen artikelen in de was-
droger.
Laad het apparaat niet te vol. Zie het desbetref-
fende hoofdstuk in de gebruiksaanwijzing.
Kleding die druipnat is mag niet in de droger wor-
den geplaatst.
Kledingstukken die in aanraking zijn geweest met
vluchtige aardolieproducten dienen niet in de was-
droger gedroogd te worden. Als vluchtige reinig-
ingsvloeistoffen worden gebruikt, dient u ervoor te
zorgen dat de vloeistof uit het kledingstuk is ver-
wijderd voordat u het in de machine doet.
Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stop-
contact; maar aan de stekker zelf.
Gebruik de wasdroger nooit als het elektrische
snoer, het bedieningspaneel, het bovenblad of de
sokkel beschadigd zijn, zodat de binnenkant van
de wasmachine toegankelijk is.
Wasverzachters of soortgelijke producten dienen
te worden gebruikt zoals gespecificeerd in de
wasverzachterinstructies.
Veiligheid van kinderen
Deze machine is niet bedoeld voor gebruik door
jonge kinderen of verstandelijk gehandicapten
zonder toezicht.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat
ze met het apparaat gaan spelen.
De verpakkingsmaterialen (bijv. plastic folie, poly-
styreen) kunnen een gevaar opleveren voor
kinderen - verstikkingsgevaar! Houd deze materi-
alen buiten het bereik van kinderen.
Berg alle wasmiddelen op een veilige plaats,
buiten het bereik van kinderen, op.
Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet in de
trommel kunnen klimmen.
4
5
Verpakkingsmateriaal
Alle gebruikte verpakkingsmaterialen zijn niet milieu-
onvriendelijk en kunnen zonder gevaar bij het afval
worden gezet.
De kunststoffen kunnen hergebruikt worden en hebben
de volgende aanduidingen:
>PE<=voor polyethyleen
>PS<=voor polystyreen
>PP<=voor polypropyleen
Het karton kunt u het beste in een container voor oud
papier deponeren.
Oude machine
Informeer bij uw gemeente naar de mogelijkhede voor
afvalverwerking in uw woonplaats.
Het symbool op het product of op de verpakking
wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag wor-
den behandeld, maar moet worden afgegeven bij een ver-
zamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur
wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de
juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke
negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking.
Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit
product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt
gekocht.
U kunt het energieverbruik van de wasdroger zo laag
mogelijk houden, door de volgende regels in acht te
nemen.
Probeer zo vaak mogelijk de machine met de maxi-
maal toegestane hoeveelheid wasgoed te beladen,
zie het programma-overzicht op bladzijde 10. Kleine
hoeveelheden drogen is altijd minder economisch.
De natte was moet goed gecentrifugeerd zijn. Hoe
hoger het centrifugeertoerental hoe korter de beno-
digde droogtijd en dus ook de daarvoor benodigde
energie.
Vermijdt overdroging door het zorgvuldig kiezen van
het programma resp. van de gewenste droogte-
graad. Te droog wasgoed laat zich minder goed
strijken.
Om de maximale capaciteit van de machine te kun-
nen benutten, kunt u wasgoed voor kast- en strijd-
roog samen drogen. U stelt dan het programma
voor strijkdroog in. Als dat beeindigd is haalt u de
strijkdroge was uit de machine en laat u de rest
enige tijd nadrogen.
Reinigen van de pluizenzeven na iedere droogbeurt
voorkomt te lange droogtijden en een hoger ener-
gieverbruik.
De temperatuur in het vertrek waar de droger staat
mag, tijdens het in bedrijf zijn, + 35 ‹C niet over-
schrijden
Afvalverwerking
Energie-Spaartips
Technische gegevens
AFMETINGEN: hoogte 85 cm
breedte 60 cm
diepte 58 cm
NETSPANNING/FREQUENTIE: 230 V/50 Hz
AANSLUITWAARDE: 2600 W
ZEKEREN MET MINIMAAL: 16 A
CAPACITEIT: katoen en linnen 6 kg
synthetisch 3 kg
VERBRUIKSWAARDEN: katoen en linnen 3,30 kWh (6 kg kastdroog)
katoen en linnen 2,60 kWh (6 kg strijkdroog)
Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlijnen 89/336 EEG, 73/23 EEG.
6
Uw nieuwe wasdroger
Ongeacht de weersomstandigheden en de gesteldheid van de buitenlucht, waarborgt de wasdroger altijd een
frisse en zacht aanvoelende was.
Zorgvuldige ontwikkeling en strenge kwaliteitsbewaking tijdens de productie garanderen een lange levensduur
voor de wasdroger.
Beschrijving van de machine
01 Bedieningspaneel
02 Pluizenfilters
03 Typeplaatje
04 Verstelbare voeten
0
5 Luchtafvoer aan de zijkant
6 Adapter-ring
7 Luchtafvoer aan de achterkant
5
6
7
7
Belangrijk: De temperatuur in het vertrek waar de
droger staat mag tijdens de werking + 35° C niet
overschrijden.
Afvoer van de vochtige lucht
De luchtafvoer kan zowel aan een zijkant als aan de
achterkant plaatsvinden.
De niet gebruikte openingen moeten met de meege-
leverde deksels afgesloten worden.
Aanbrengen van een luchtafvoerslang
De beste methode om het vocht kwijt te raken is een
afvoer naar buiten. Daarvoor gebruikt u een flexibele
afvoerslang van 100 mm ø, die u door middel van de
meegeleverde adapter A op één van de afvoerope-
ningen aansluit. De afvoerslang is met de machine
meegeleverd.
Om de afvoerslang aan te brengen trekt u de adap-
ter-ring uit de afvoeropening aan de achterkant van
de machine en schroeft u deze ring op de afvoers-
lang. Druk de adapter-ring in de afvoeropening tot hij
goed vastzit.
De niet gebruikte openingen moeten afgesloten wor-
den.
Hoe langer de slang en hoe kouder het vertrek, hoe
groter de kans is dat in de slang vocht tot water con-
denseert. U kunt voorkomen dat het water zich
ergens in de slang verzamelt of mogelijk zelfs terug
in de droger loopt: prik een gaatje (3 mm) in het
laagste punt van de slang en zet of hang er een
bakje onder (zie afbeelding punt B).
P1056
B
P1027
A
A
P1028
Installatie
Let op!
Uitpakken
Verwijder de polyethyleen zak met de polystyreen
vulling voordat u het apparaat in gebruik neemt.
Plakband van de bovenzijde van de trommel ver-
wijderen.
Plaatsen
Deze wasdroger vraagt om een goed geventileerd ver-
trek, omdat het apparaat warme, zeer vochtige lucht
produceert.
Er moet een mogelijkheid zijn om een raam te openen
of een afzuigventilator in te schakelen. Een betere
methode is het aanbrengen van een luchtafvoerslang
naar buiten.
De ruimte rondom de wasdroger moet zo veel mogelijk
stofvrij gehouden worden.
De wasdroger kan op iedere soort vloer geplaatst wor-
den. Belangrijk is echter dat hij waterpas opgesteld
wordt. Daartoe dienen de stelvoeten.
De voeten mogen niet verwijderd worden.
De droger moet voortdurend verse lucht aan kunnen
zuigen. Daarom moet u ervoor zorgen dat het rooster
aan de achterkant niet door obstakels in z’n ventilatie-
functie belemmerd kan worden.
Bij onvoldoende ventilatie kan zich een opeenhoping
van warmte voordoen, hetgeen schade aan de motor
kan veroorzaken.
Onder de bodem van de machine moet een vrije lucht-
stroming gewaarborgd zijn. Hoogpolig tapijt bijvoor-
beeld, kan de luchtstroom belemmeren, wat de machi-
ne schade toe kan brengen.
P0046
P1106
8
Houd de slang zo kort mogelijk en met zo weinig
mogelijk bochten. Een erg lange slang beïnvloedt de
werking van de wasdroger nadelig en geeft kans op
vorming van condenswater binnen de slang.
De afvoerslang kan in geen geval worden aan-
gesloten op een verwarmingssysteem wat
gebruik maakt van gas, olie of andere brand-
bare vloeistof
Sluit de afvoerslang niet op een bestaand
kanaal aan.
De luchtverversing moet tenminste 150 m
3
/h kunnen
bedragen.
De andere kant van de slang sluit u aan op een muur-
of vensterdoorvoer. Dat doet u zodanig dat er geen
regenwater in kan lopen; dus overkappen of naar bui-
ten toe omlaag richten.
Beveiligingen tegen regen- en windinslag in doorvoeren
bestaan meestal uit beweegbare klepjes of lamelletjes.
Ze kunnen bij sterke wind dichtslaan, of na verloop van
tijd niet meer open gaan (roest, vuil). Dan hebt u een
afvoerprobleem, let daar dus op.
Is het vertrek op een sterke centrale afzuiging aange-
sloten, dan kan die afzuiging problemen veroorzaken.
Is de benodigde droogtijd veel te lang, schakel de
afzuiging dan uit of sluit het afzuigrooster af tijdens het
in werking zijn van de droger.
Indien de droger tussengebouwd wordt, overtuigt u
zich er dan van dat de afvoerslang niet geknikt kan
raken.
Bij een gedeeltelijk geknikte of beknelde slang zal de
benodigde droogtijd toenemen en daarmee ook het
energieverbruik.
Bij een totaal geblokkeerde slang schakelt een interne
beveiliging tegen oververhitting het verwarmproces
automatisch uit. Raadpleeg in dit geval serviceafdeling.
Elektrische aansluiting
De machine is voor 230V / 50Hz gemaakt.
De machine is voorzien van een drie-aderig aansluits-
noer en stekker met randaarde.
De stekker mag u uitsluitend plaatsen in een stopcon-
tact met randaarde; de machine dient deugdelijk
geaard te zijn.
Het aansluitsnoer mag u niet verlengen. Indien het
snoer te kort blijkt te zijn, laat uw installateur dan of
een langer snoer aan de machine monteren of het
stopcontact verplaatsen.
Het gebruik van een verlengsnoer of kabelhaspel is
niet toegestaan.
In bad- of doucheruimten moet doorgaans een zoge-
heten vaste aansluiting gemaakt worden; raadpleeg uw
installateur.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor
schade of letsel, ontstaan door het niet
voldoen aan bovenstaande veiligheids-
voorschriften.
Het aansluitsnoer moet gemakkelijk te bereiken zijn
nadat de machine geïnstalleerd is.
Deurdraairichting
Het wijzigen van de deurdraairichting dient te worden
uitgevoerd door de serviceafdeling.
P0055
9
1 Programmakaart
2 Controlelampje
Dit lampje brandt als de machine
INgeschakeld is en gaat uit als de machine
UITgeschakeld wordt.
3 Toets AAN/UIT”
Door het indrukken van deze toets schakelt
u de machine AAN en UIT.
4 Toets lage temperatuur”
Druk deze toets voortijds in als u fijne was
gaat drogen. Het betreffende lampje licht op.
5 Toets zoemer uit”
Druk deze toets voortijds in als u niet wilt
dat de machine tijdens de antikreukfase een
zoemtoon laat horen.
6 Toets start”
Na instelling van het programma drukt u op
deze toets om het programma te starten.
Indien de deur tijdens de afwerking van het
programma geopend wordt, moet deze toets
na het sluiten van de deur weer ingedrukt
worden om het programma voort te zetten.
De start-toets moet ook ingedrukt worden
als een stroomonderbreking geweest is. In
beide gevallen knippert het lampje of
al naar de lopende fase.
7 Indicatie van het programmaverloop
De lampjes geven volgende functies aan:
Controlelampje drogen”
Dit lampje geeft aan dat de machine in de
droogfase is.
Controlelampje afkoelen”
Dit lampje geeft aan dat de machine in de
afkoelfase is. Deze fase duurt 10 minuten.
ls het controlelampje of knippert dan
betekent dat dat de START-toets ingedrukt
moet worden om het programma opnieuw te
starten.
Controlelampje einde programma
Dit lampje knippert aan het einde van de
afkoelfase en gedurende de antikreukfase.
Controlelampje antikreukfase”
De lampjes en knipperen afwisselend aan
het einde van het programma (na de
afkoelfase) en gedurende de antikreukfase
om te signaleren dat het programma
beëindigd is en dat het wasgoed uit de
machine gehaald kan worden. Als alleen het
lampje knippert, dan betekent dat dat het
programma volledig beëindigd is en dat de
machine gestopt is.
8 Programmakiezer
De programmakiezer kan rechtsom en link-
somgedraaid worden. U hebt de keuze uit
automatische droogprogrammas en de op
tijd drogen programmas voor het nadrogen
van enkele kledingstukken. Om een pro-
gramma te annuleren draait u de program-
makiezer op UIT”. Na het drogen moet de
programmakiezer op 0gedraaid worden.
Bediening
1
2 3 4 5 6
8
7
Bedieningspaneel
10
Automatische droogprogramma’s
Soort textiel Droogtegraad
Belading
drooggewogen
wasgoed
Programma
Katoen
Extra droog+
Extra droog
Kastdroog
Strijkdroog+
Strijkdroog
Mangeldroog
6 kg
6 kg
6 kg
6 kg
6 kg
6 kg
A
B
C (*)
D
E (*)
F
Synthetisch
Extra droog
Kastdroog
Strijkdroog
3 kg
3 kg
3 kg
G
H (*)
I
Rompertjes Delicaat
2 kg
(1kg=10 rompertjes)
J
Jasjes, pantalons, jurken,
rokken
Luchten
1 tot 4
kledingstukken
K
Pullovers, tricotwas Afkoelen 6 kg L
•Het programma DELICAAT is een speciaal programma voor het drogen van rompertjes die voor pasgeboren
baby's worden gebruikt.
Het programma LUCHTEN is geschikt voor het reinigen en opfrissen van kledingstukken waarvan het
etiket aangeeft dat ze chemisch gereinigd of op de hand gewassen dienen te worden. Gebruik hiervoor de
speciaal in de handel verkrijgbare producten.
Het programma AFKOELEN kan voor het luchten van kledingstukken die u anders enige tijd buiten
gehangen zou hebben, gebruikt worden.
(*) Programma’s volgens IEC 61121.
Op tijd droogen
Soort textiel
Katoen
Katoen
Synthetisch
Tijdsduur in min.
90 min
60 min
30 min
Max. belading
6 kg
6 kg
3 kg
De droogduur hangt af van verschillende factoren:
- soort wasgoed
- vulgewicht
- centrifugetoerental
Belading
Eigenlijk zou u het wasgoed steeds moeten wegen. Wegen is omslachtig, daarom geven wij u een ander hulp-
middel:
katoen en linnen: volle belading, maar niet proppen
synthetische stoffen: halfvolle belading
fijne was: éénderde van de trommel
11
Gebruik
Vóór de eerste ingebruikname adviseren wij u de trom-
mel met enkele licht vochtige, schone doeken te vullen
en de machine circa 30 minuten te laten werken: pro-
gramma 30 min kiezen en toets Start/Pauze indrukken.
Hierdoor worden eventuele vettige of stoffige restanten
van het productieproces verwijderd.
Een droogprogramma uitvoeren
1. Het apparaat aansluiten.
2. De deur openen (door op de rode stip te drukken).
3. Het wasgoed in de machine doen.
4. Deur sluiten en erop letten dat er geen wasgoed
tussen de deur geklemd wordt.
5. Droogprogramma of droogtijd instellen. De lampjes
Drogen, Luchten en Einde gaan branden.
6. Eventueel toets Lage temperatuur, Zoemer uit of
Kort indrukken.
7. Toets Start/Pauze indrukken: het betreffende lampje
knippert niet meer. Het programma start. Alleen het
lampje Drogen blijft branden.
Als de programmakiezer op een ander programma
wordt gedraaid terwijl de machine draait, klinken er
geluidssignalen (als u de toets Zoemer uit niet inge-
drukt heeft). De lampjes van de programma-indi-
catie knipperen.
Opdat het wasgoed kan luchten, wordt 10 minuten
vóór beëindiging van het programma automatisch
de afkoelfase ingeschakeld. Het betreffende lampje
licht op. Na deze fase kunt u het wasgoed uit de
droger nemen.
De lampjes Einde en Pluizenfilters en lichten op en u
hoort de zoemer.
8. Als u, na het beëindigen van het programma, het
wasgoed niet direct uit de machine neemt, begint
de antikreukfase. 30 minuten lang draait de trom-
mel in bepaalde intervallen.
Zo blijft uw wasgoed los, zacht en kreukvrij.
De machine stopt automatisch aan het einde van de
antikreukfase, de controlelampjes Einde en
Pluizenfilters blijven branden. Een akoestisch sig-
naal klinkt (als u de toets Zoemer uit niet ingedrukt
heeft).
9. Apparaat uitschakelen (programmakiezer op O
draaien). De lampjes gaan uit.
Vuldeur openen en het wasgoed uit de machine
nemen.
Als u de deur opent en sluit voordat u de program-
makiezer op O heeft gedraaid, dan gaan de contro-
lelampjes van de zojuist beëindigde programmafa-
sen branden.
Na het drogen
De pluizenfilters reinigen (zie blz. 13)
Opmerking!
Wanneer het droogprogramma voortijdig beëindigd
moet worden, kunt u om een hitteconcentratie in het
apparaat te voorkomen, het beste het programma
Luchten inschakelen: programmakiezer op stand O
draaien, programma Luchten kiezen en toets
Start/Pauze indrukken.
Programmawijziging
Voordat u een programmawijziging door kunt voeren,
moet u eerst het lopende programma annuleren.
Draai de programmakiezer op stand O, het vorige pro-
gramma is nu geannuleerd. U kunt een nieuw program-
ma kiezen.
P1104
P1108
12
Praktische tips
Maximaal vulgewicht benutten!
U droogt het zuinigst, als u zich aan de vulgewichten
houdt, die in de programmatabel vermeld staan.
Een volgepropte trommel leidt tot onregelmatige dro-
ging en te lange droogtijd, waardoor ook het energiever-
bruik onnodig toeneemt.
Kleine hoeveelheden drogen is altijd minder econo-
misch.
Onderstaande aanwijzingen kunnen u daarbij hel-
pen:
Badjas 1200 g
Beddelaken 500 g
Blouse 100 g
Dekbedovertrek 700 g
Handdoek 200 g
Herenoverhemd 200 g
Kussensloop 200 g
Nachthemd/pyjama 200-500 g
Ondergoed 250 g
Tafellaken 200-300 g
Theedoek 100 g
Werkjas 300-600 g
Belangrijk:
Bijzonder tere weefsels, bijv. gordijnen van syntheti-
sche vezels, wol, zijde, textiel met metalen versierin-
gen, nylons en grote stukken wasgoed zoals ano-
raks, doorgestikte dekens, slaapzakken en dekbed-
den mogen niet in de machine gedroogd worden.
Ook artikelen die sponsachtig rubber bevatten
mogen niet in de droger. Hieronder wordt geen
elastisch gemaakte kleding verstaan, maar wel bij-
voorbeeld een kleedje met rubberachtige rug.
Wol en gedeeltelijk wollen artikelen kunnen krimpen
en/of vervilten. Wij adviseren u met klem deze arti-
kelen niet in de trommeldroger te drogen.
Controleer zorgvuldig of het wasgoed geschikt is
om machinaal gedroogd te worden. Aanwijzingen
daarvoor vindt u op het textielbehandelingsetiket.
De volgende symbolen zijn van belang voor het dro-
gen:
mag machinaal gedroogd worden
normaal drogen (normale temperatuur)
voorzichtig drogen (lage temperatuur)
mag niet machinaal gedroogd worden
Overtuig u ervan dat borst- of broekzakken leeg zijn.
Keer kleding met borst- en broekzakken met dikke
zomen binnenstebuiten, op deze manier voorkomt u
zoveel mogelijk onregelmatige droging.
Dekbedovertrekken en kussenslopen dichtmaken,
anders verzamelen zich hierin kleinere wasstukken.
Ritssluitingen en haak-oogsluitingen dichtdoen,
losse banden en ceintuurs samenknopen.
Het wasgoed voor het drogen goed centrifugeren.
Sorteer uw wasgoed volgens textielsoort en droog-
tegraad.
Voorkom overdroging door het zorgvuldig kiezen
van de gewenste droogtegraad. Te droog wasgoed
laat zich minder goed strijken.
Om het statisch worden (knetteren en kleven) van
synthetisch wasgoed te voorkomen, adviseren wij u
in de wasautomaat een wasverzachter te gebruiken.
Tricot kan iets krimpen. Deze textielsoort niet over-
drogen. Bij de aanschaf rekening houden met het
feit dat dit textiel, al naar gelang de kwaliteit,
krimpt.
Het kan voorkomen dat u, na het drogen, toch nog
vochtige plekken in het wasgoed vindt. Dat is met
name het geval bij dikke kragen, manchetten en
zomen. U kunt deze kledingstukken nadrogen, hier-
bij de machine op minstens 30 minuten instellen.
13
Onderhoud
Neem de stekker uit het stopcontact of trek,
indien van toepassing, de trekschakelaar op UIT.
De buitenkant
De buitenkant van de machine kunt u, naar behoefte,
reinigen met een vochtige doek en een neutraal hui-
shoudschoonmaakmiddel. Moderne schoonmaakmid-
delen drogen doorgaans streeploos op.
Nalappen met schoon water en daarna droogzemen.
Belangrijk: Gebruik nooit spiritus, terpentine en derge-
lijke oplosmiddelen.
Het zeefgedeelte
Een heel klein gedeelte van de pluizen komt ondanks
het pluizenfilter toch in het omringende filtergedeelte
terecht. Maak daarom van tijd tot tijd het gehele fil-
tergedeelte schoon.
De pluizenzeven
De pluizenzeven dienen na elke droogbeurt (voor het
uitnemen van het wasgoed) met een vochtige doek
gereinigd te worden.
De pluizenzeef in de deurbinnenkant moet voor
reiniging uitgetrokken worden. Daartoe trekt u de
zeef aan z’n handgreep omhoog uit z’n houder.Verwijder
het viltachtige stof en plaats de zeef weer
terug.
Verbaast u zich niet over de hoeveelheid fijn pluis. Dit
pluis ontstaat door het dragen van de kleding of het
gebruiken van de textiel.
Het wordt door de wind weggeblazen als u het wasgo-
ed buiten aan de lijn droogt en blijft eenvoudig in het
wasgoed zitten als u binnenshuis droogt.
Indien nodig kunnen de zeven onder stromende
kraan met een borstel gereinigd worden. De zeef in
de deursponning kan verwijderd worden (zie figuur).
Deze zeef kan met het vleugeltje naar rechts of links
gemonteerd worden.
Het apparaat nooit gebruiken zonder filters.
P1110
A
U
T O R E V E R S E
kg 5
k
g 2,5
800 / 900
70'
- 90'
35' - 50'
1000 / 1200
65' -
85'
30' - 45
'
800 / 900
80' - 100'
55'
- 7
0'
1000 / 1200
75' - 95'
50' - 65'
650
50'
- 6
0
'
30' - 35'
kg 2
,5
kg 1
P1111
14
Eenvoudige storingen
Het is de moeite waard om vóór u de servicedienst belt even de volgende punten te controleren:
Storingen Mogelijke oorzaken
De droger start niet De vuldeur is niet goed gesloten.
De groepzekering is defect of uitgeschakeld.
Probeerde u de droger te starten terwijl de wasau-
tomaat ook (op dezelfde groep) AAN staat?
Dat kan doorgaans pas zodra de wasautomaat aan
het spoelen toe is.
Er is geen programma ingesteld.
START-toets niet ingedrukt.
De was wordt niet goed droog De pluizenzeven zijn verontreinigd.
Mogelijk had u toch een ander programma moeten
kiezen.
De trommel is te vol.
Had u de toets voor lage temperatuur ingedrukt,
terwijl de betreffende wassoort op vol vermogen
gedroogd had moeten worden?
De was is niet voldoende gecentrifugeerd.
De installatie (plaats, afvoer) is niet goed. Zie het
betreffende hoofdstuk.
Kunt u de storing niet zelf lokaliseren en verhelpen, bel
dan onze service-afdeling. Houd het modelnummer en
het productnummer van het apparaat bij de hand; de
service-afdeling zal u erom vragen.
15
Garantievoorwaarden
Nederland
Onze producten worden met de grootst mogelijke
zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het
voorkomen dat er een defect optreedt. Onze servicedi-
enst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als
buiten de garantietermijn. De levensduur van het prod-
uct wordt daardoor niet negatief beïnvloed.
Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de
EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De
daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet. Ook de
garantieverplichtingen van de verkoper naar de eindge-
bruiker blijven onaangetast.
Voor dit product verlenen wij garantie volgens onder-
staande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de
voorwaarden 2 tot en met 16 gebreken aan het
product die zich openbaren binnen 24 maanden
vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker.
In geval van professioneel of daarmee gelijk te
stellen gebruik is de garantie beperkt tot 12 maan-
den. Voor tweedehands producten geldt eveneens
een termijn van 12 maanden.
2. De garantieprestatie houdt in dat het product
kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die
het had voor het defect optrad. Gebrekkige
onderdelen worden hersteld of vervangen.
Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigen-
dom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om
mogelijke verdere schade te voorkomen. De
garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet
binnentwee maanden na vaststelling is gemeld.
4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbe-
wijs met aankoopen/ of leveringsdatum te worden
overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander overtu-
igend bewijs te worden overlegd.
5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan
kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas,
kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig
gebruik.
6. De garantie heeft geen betrekking op kleine
afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de
waarde en deugdelijkheid van het product
onbeduidend zijn.
7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt
door:
a. chemische en elektrochemische inwerking van
water,
b. abnormale milieuomstandigheden in het alge-
meen,
c. voor het product oneigenlijke bedrijfsom-
standigheden,
d. contact met agressieve stoffen.
8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken
door transportschade die buiten onze verantwo-
ordelijkheid is ontstaan, niet-vakkundige installatie
of montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onder-
houd, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of
montageaanwijzingen.
9. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect
werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen door
derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of
wanneer het product voorzienwerd van toebehoren
of onderde len die niet origineel zijn en daardoor
een defect veroorzaken.
10. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervo-
erd dienen te worden overhandigd aan of gezon-
den naar onze servicedienst. Herstelling ter plaatse
kan slechts worden gevraagd voor grote of inge-
bouwde producten.
11. Indien het product zodanig is ingebouwd, onderge-
bouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde
tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30
minuten bedraagt, worden de hierdoor ontstane
extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht.
Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw
komt ten laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van
hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de her-
stellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg
met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging
geleverd. In geval van vervanging behouden we
ons het recht voor om een vergoeding te rekenen
naar rato van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging
van de garantietermijn noch aanvang van een
nieuwe garantietermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een garantie van 12
maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder ver-
goeding van schade ontstaan buiten het product,
zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid
niet wettelijk is vastgelegd.
16. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding
de aankoopwaarde van het product niet overtref-
fen, tenzij wettelijk anders is bepaald.
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland
gekochte en/of in gebruik zijnde producten. Indien een
product naar het buitenland wordt gebracht dient de
gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de tech-
nische voorwaarden (o.a. spanning, frequentie, instal-
latievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in
het betreffende land. Voor in het buitenland
aangeschafte producten dient de gebruiker zich te
vergewissen van de bepalingen in Nederland.
Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet
onder de garantie, en kunnen niet altijd worden aange-
bracht.
Ook na afloop van de garantietermijn staat onze service-
dienst u ter beschikking.
Adres Servicedienst:
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
www.nordlandservice.nl
Onze reparatievoorwaarden zijn conform de
afspraak tussen de Consumentenbond en Vlehan*.
Art. 1. Aan de consument zal na een melding van een
storing zo mogelijk direct, doch uiterlijk binnen
één werkdag worden medegedeeld op welke
dag het bezoek van de technicus zal plaatsvin-
den. De reparatie zal als regel binnen zeven
werkdagen na de melding zijn uitgevoerd.
Art. 2. a) Alvorens de reparatie wordt verricht zal de
technicus een onderzoek uitvoeren naar de ver-
moedelijke oorzaak van de gemelde storing.
Aan de hand hiervan zal hij een zo nauwkeurig
mogelijke, gespecificeerde begroting maken van
de totale reparatiekosten inclusief voorrijkosten
en diagnosekosten. Desgevraagd zal deze
begroting door de technicus schriftelijk worden
vastgelegd.
b) Indien de consument met het begrote bedrag
niet akkoord gaat, zal op verzoek het te repar-
eren toestel worden teruggebracht in de staat
waarin het aan de technicus werd aangeboden.
Nadat dit is geschied, zullen alleen de kosten
van voorrijden en arbeidsloon in rekening wor-
den gebracht op basis van de werkelijke best-
ede tijd, danwel van een vooraf vastgesteld
tarief. Art. 3. Indien tijdens het uitvoeren van de
reparatie duidelijk wordt dat:
a) de oorspronkelijke reparatie door redelijkerwi-
js niet te voorziene omstandigheden niet tegen
het begrote bedrag kan worden uitgevoerd, of
b) ook andere dan in de begroting voorziene
reparaties noodzakelijk zijn, zal overleg met de
consument plaatsvinden en een herziene
kostenbegroting worden gemaakt. In geval de
consument daarmee alsnog niet akkoord gaat,
geldt eveneens het in artikel 2b bepaalde.
Art. 4. De reparatie zal zoveel mogelijk tijdens het
eerste bezoek worden uitgevoerd. Indien om het
toestel in werkende staat te brengen een
tweede bezoek noodzakelijk is, zal:
a) direct, doch uiterlijk binnen één werkdag door
de betreffende service-organisatie of door de
technicus met de consument de datum voor
een tweede bezoek worden afgesproken.
b) een herhalingsbezoek zal als regel binnen tien
werkdagen na de melding plaatsvinden.
c) voor een tweede of daaropvolgend bezoek
zal geen voorrijdtarief in rekening worden
gebracht, tenzij de noodzaak voor een herhal-
ingsbezoek aan de consument is toe te schri-
jven.
Art. 5. De consument ontvangt een gespecificeerde
rekening met vermelding van type en serienum-
mer van het apparaat, omschrijving van de diag-
nose, toegepaste tarieven, gebruikte onderdelen
en materialen en een korte mschrijving van de
verrichte werkzaamheden. De betaling van de
rekening dient tegen afgifte van een repara-
tienota direct contant of door middel van een
gegarandeerd betaalmiddel plaats te vinden.Art.
Art. 6. Op elke uitgevoerde en betaalde reparatie zal bij
normaal huishoudelijk gebruik een volledige
garantie van minimaal 3 maanden worden
gegeven. Deze garantie omvat het kosteloos
uitvoeren van een hernieuwde reparatie. Op de
uitgewisselde en betaalde onderdelen geldt een
garantietermijn van 12 maanden. Bij een beroep
op garantie op de reparatie dient de consument
op verzoek de gespecificeerde rekening van de
voorgaande reparatie aan de technicus te over-
leggen.
Art. 7.Indien na driemaal uitvoeren van eenzelfde
reparatie hetzelfde defect bij normaal
huishoudelijk gebruik opnieuw optreedt binnen
de onder art. 6 bedoelde garantietermijn en
redelijkerwijs een afdoend resultaat bij het
opnieuw uitvoeren van de reparatie niet
verwacht kan worden, zal aan de consument
een nieuw exemplaar of soortgelijk toestel van
hetzelfde merk worden aangeboden tegen bij-
betaling op basis van een per product te
bepalen jaarlijks afschrijvingspercentage.
Art. 8.Vervangen onderdelen stelt de technicus weer ter
beschikking van de consument, met uitzonder-
ing van de onder garantie of tegen een gere-
duceerde prijs vervangen onderdelen.
Art. 9. Een reparatie dient op zodanige wijze te worden
uitgevoerd, dat een toestel daarna weer volledig
voldoet aan de veiligheidsvoorschriften, die op
grond van een van fabriekswege aangebracht
veiligheidskeurmerk gelden, danwel bij het ont-
breken daarvan, aan de wettelijke vereisten
terzake. Dit houdt ondermeer in, dat reparaties
moeten worden uitgevoerd met originele en
door de fabrikant ook terzake van veilighei-
dskeurmerken en - voorschriften gegarandeerde
onderdelen.
*) Vereniging Leveranciers van Huishoudelijke
Apparaten in Nederland
Adres service-afdeling
Nederland
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG Alphen aan den Rijn
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
Storingsmeldingen:
www.nordlandservice.nl
of op werkdagen tijdens kantooruren:
Tel. (0172) 46 83 00
Fax (0172) 46 83 66
16
Reparatievoorwaarden
17
Service
Adres service-afdeling:
Nederland
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG Alphen aan den Rijn
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
Storingsmeldingen: www.nordlandservice.nl
Of op werkdagen tijdens kantooruren:
Tel. (0172) 46 83 00
Fax (0172) 46 83 66
Belangrijk!
Houd bij het opgeven van een storing altijd
modelaanduiding, productnummer en
serienummer van uw apparaat bij de hand.
Deze nummers vindt u op het typeplaatje van
het apparaat en kunt u het beste hieronder
noteren.
Modelaanduiding ....................
Productnummer ....................
Serienummer ....................
Bereid het gesprek altijd goed voor. Zo verge-
makkelijkt u de diagnose en de beslissing of
bezoek van een servicetechnicus nodig is.
Geef zo nauwkeurig mogelijk op:
- Hoe doet de storing zich voor?
- Onder welke omstandigheden treedt de
storing op?
- Wordt in het display een foutmelding
aangegeven?
Aan de hand van deze informatie kan onze
service-afdeling de juiste voorbereidingen tref-
fen, zodat het apparaat bij het eerste bezoek
van de servicetechnicus weer hersteld kan
worden.
Op deze manier hoeft u slechts één maal
thuis te blijven.
Als u toch voor één van de in deze gebruik-
saanwijzing vermelde storingen of vanwege
foutieve bediening onze service-afdeling
inschakelt, wordt dit bezoek ook tijdens de
garantietermijn niet door onze
garantiebepalingen gedekt.
136 904 550 - 01-19112007
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18

Nordland ELD8683 Handleiding

Type
Handleiding