35
INHOUD
SCHEMA VAN HET APPARAAT BLZ. 36
VOOR DE INGEBRUIKNAME VAN HET APPARAAT BLZ. 38
BEDIENINGSPANEEL BLZ. 37
VOORZORGSMAATREGELEN EN NUTTIGE WENKEN BLZ. 38
HET VRIESVAK BEDIENEN BLZ. 39
HET KOELVAK BEDIENEN BLZ. 41
HET VRIESVAK ONTDOOIEN BLZ. 42
HET APPARAAT SCHOONMAKEN BLZ. 43
STORING OPSPOREN BLZ. 44
KLANTENSERVICE BLZ. 44
INSTALLATIE BLZ. 45
36
SCHEMA VAN HET APPARAAT
A) Koelvak (voor het bewaren van verse
levensmiddelen)
1. Rekken/glasplaten (bij sommige modellen
in de hoogte verstelbaar)
1a. Een glasplaat met verschillende
onderdelen vereenvoudigt de opslag van
etenswaren, indien bijgeleverd
1b. Indien bijgeleverd
2. Glazen scheidingsplaat
3. Fruit- en groentenlade bij sommige
modellen uitschuifbaar
4. Binnendeur koelvak met opbergvakken
5. Typeplaatje (naast de fruit-en
groentenlade)
B) Vriesvak (het teken duidt aan dat
het geschikt is voor het zelf invriezen van
vers voedsel, het bewaren van diepvries en
het maken van ijsblokjes).
6. Schaal (mits uw model ervan voorzien is)
om de ijsbakjes en/of de koelblokken op te
zetten.
7. Invriesvak
8. IJsbakjes
9. Manden met schuifregisters voor het
eenvoudig terugvinden van de bewaarde
etenswaren
10. Dooiwater-afvoerleiding
11. Binnendeur vriesvak
C) Verwijderbare plint
D) Bedieningspaneel
(afhankelijk van het model)
1b
37
BEDIENINGSPANEEL
1. Schakelaar van het koelvak
2. Groen controlelampje (brandt wanneer het
koelvak aan is)
3. Keuzetoets voor de temperatuur in het
koelgedeelte
3a. Afleesschermpje voor de gekozen
temperatuur in het koelgedeelte
4. Hoofd schakelaar en schakelaar van het
vriesvak
5. Groen controlelampje (brandt wanneer het
vriesvak aan is)
6. Keuzetoets voor de temperatuur in het
vriesgedeelte
7. Afleesschermpje voor de gekozen
temperatuur in het vriesgedeelte
8. Geel controlelampje voor het snel invriezen
9. Uitschakelaar van het alarmgeluid bij een te
hoge temperatuur in het vriesgedeelte
10. Rood waarschuwingslampje. Het gaat
branden wanneer:
• Het toestel voor het eerst wordt aangesloten
op het elektrische net.
• De deur van het vriesvak een lange tijd open
heeft gestaan.
• Er te veel voedsel in de invriesafdeling is
geladen (op het typeplaatje staat de
maximale hoeveelheid)
• De temperatuur in het vriesvak om andere
oorzaken te hoog is.
38
VOOR DE INGEBRUIKNAME VAN HET APPARAAT
VOORZORGSMAATREGELEN EN NUTTIGE WENKEN
• Controleer na het uitpakken meteen of het
toestel niet beschadigd is en of de deur goed
sluit. Eventuele schade moet u binnen 24 uur
na aflevering aan de verkoper melden.
• Het verpakkingsmateriaal is recyclebaar, zoals
aangeduid met het teken.
• Wacht een uur voordat u het toestel
aansluit op het elektrische net.
• Het toestel is gebouwd met recyclebaar
materiaal; volg de in uw woonplaats
geldende milieu-voorschriften op wanneer u
het afdankt.
Maak het toestel dan eerst onbruikbaar door
de voedingskabel door te snijden en zorg dat
het terecht komt bij een van de speciale
centrales waar de koelgassen worden
gerecycled.
• Zorg dat de installatie en de elektrische
aansluiting door een bevoegd vakman
worden verricht volgens de aanwijzingen van
de fabrikant en de plaatselijke voorschriften.
• Gebruik het koelvak uitsluitend om verse
levensmiddelen te bewaren en het vriesvak
uitsluitend om diepvriesvoedsel te bewaren,
vers voedsel in te vriezen en ijsblokjes te
maken.
• Controleer bij de installatie of de koelkast niet
op de voedingskabel staat.
• Bewaar geen glazen flessen met prikdrank in
het vriesvak want die zouden kunnen
ontploffen.
• IJsblokjes en ijslollies worden in het vriesvak te
koud om meteen in de mond gestopt te
worden; dat kan verwondingen
veroorzaken.
• Voordat u begint aan schoonmaak of
onderhoud moet u de stekker uit het
stopcontact nemen of de stroom in uw
woning uitschakelen.
• Verbied kinderen in de koelkast te kruipen.
Dat kan levensgevaarlijk zijn vanwege kans
op verstikking.
Conformiteitsverklaring
• Dit toestel is geschikt om in aanraking te
komen met levensmiddelen en het voldoet
aan Europese Richtlijn 89/109.
Informatie:
Dit apparaat bevat geen HCFK (het koelcircuit
bevat R 134 a) of HFK (het koelcircuit bevat R
600 a -Isobutaan). Raadpleeg voor verdere
details het typeplaatje op het apparaat.
Voor apparaten met Isobutaan (R 600 a)
Het koelgas Isobutan is een natuurlijk gas dat
zeer milieuvriendelijk is, maar wel brandbaar.
Daarom is het essentiëel dat u goed controleert
of de buizen van het koelcircuit niet beschadigd
zijn.
39
Druk op de schakelaar van het vriesgedeelte (4)
• Het gele controlelampje (5) gaat branden (dit
betekent dat het vriesgedeelte werkt); eerst
knippert het, maar zodra de ingestelde
temperatuur is bereikt, brandt het
ononderbroken.
• Het geluidsalarm is ingeschakeld (uit te schakelen
met toets 9).
• Het rode controlelampje (10) knippert totdat de
drempeltemperatuur voor het alarm wordt
bereikt (dat duurt ong. 1 uur).
• Op het afleesscherm (6a) is eerst ong. 2
seconden lang “-18” te zien (in de fabriek
ingestelde temperatuur) en vervolgens twee
horizontale streepjes, totdat de gekozen
temperatuur bereikt wordt.
Opgelet:
• Het niet nodig de temperatuur in het vriesgedeelte
te regelen met de toets (6) te regelen omdat die
reeds in de fabriek (-18°C afleesscherm 6a) is
afgesteld voor een geschikte temperatuur in het
vriesvak.
• Vanaf het moment dat het vriesvak wordt aangezet
duurt het circa 3 uur totdat de temperatuur laag
genoeg is voor het bewaren van diepvries.
Als het nodig blijkt de temperatuur
bij te stellen
1. Druk een of meerdere malen op toets (6) totdat u
de gewenste temperatuur op het afleesscherm (6a)
ziet.
• -Temperatuurbereik
van -18°C : hoogste temperatuur
tot -24°C : laagste temperatuur
Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van
levensmiddelen. Dit is aangeduid met het teken .
De hoeveelheid verse levensmiddelen die per etmaal bij
een kamertemperatuur van +25°C kan worden
ingevroren, is op het typeplaatje vermeld.
U dient als volgt te werk te gaan:
24 uur voordat u vers voedsel gaat invriezen moet
u. De knop (7) 2 sec. lang ingedrikt houden.
Het gele controlelampje (8) gaat branden. Het blijft
24 uur lang branden en slaat dan automatisch uit.
2. Verpak het voedsel luchtdicht in:
• Aluminiumfolie, plasticfolie, luchtdicht plastic
materiaal, plastic bakjes met deksel of andere
speciale houders.
HET VRIESVAK BEDIENEN
40
HET VRIESVAK BEDIENEN
Plaats de levensmiddelen in het bovenste
vak en laat voldoende plaats rondom de
pakjes, zodat de lucht kan circuleren.
Om het invriezen te versnellen en de
capaciteit van het vak te vergroten, kunnen
de bovenste korf en de lade met de
eutectica worden verwijderd (indien
bijgeleverd). Plaats het al ingevroren voedsel
in de andere laden en het voedsel dat nog
bevroren moet worden direct op het
koelrooster.
Om het invriezen zo snel mogelijk te laten
verlopen is het raadzaam de functie “snel
invriezen” nog 24 uur aan te laten door
weer op toets (7) te drukken wanneer het
gele controlelampje (8) uit gaat.
4 Na 24 uur is het invriezen klaar.
Functie “snel invriezen” gaat na 24 uur
automatisch uit (het gele controlelampje (8)
dooft).
N.B.: U kunt het snelvriezen staken door op
toets (7) te drukken wanneer het gele
controlelampje (8) aan is.
Belangrijk:
U kunt meer ruimte maken in het vriesvak door:
1 De twee bovenste laden te verwijderen.
2 Het verpakte voedsel op de rekken te
leggen.
In dit geval mag het voedsel niet boven de
onderste lade uitsteken.
Opmerking:
• In geval van stroomonderbrekingen blijft het
vriesvak ongeveer 16 uur koud genoeg voor
het bewaren van de ingeladen
levensmiddelen.
• Bij de modellen die zijn voorzien van
koelblokken bijft de temperatuur 25/30 uur
lang behouden.
• Open de deur in die tijd niet.
Inlichtingen over
diepvrieswaren
Controleer bij aankoop van diepvries of:
1 De verpakking gaaf is, want anders kan de
inhoud bederven. Als de verpakking
bollingen of vochtvlekken vertoont,
betekent dit dat hij aan een te hoge
temperatuur is blootgesteld zodat een
begin van ontdooiing is opgetreden.
2 Gebruik koeltassen voor het vervoer.
3 Koop diepvriesprodukten als laatste bij het
boodschappen doen.
4 Leg deze meteen na thuiskomst in het
vriesvak.
Belangrijk
• Levensmiddelen die eenmaal gedeeltelijk of
helemaal zijn ontdooid mogen niet meer
worden ingevroren, maar moeten binnen 24
uur worden genuttigd.
• Houd u aan de aanwijzingen op de
verpakking van diepvries.
IJsblokjes maken
Vul de ijsbakjes voor 3/4 met water en zet ze
op de bodem van de invriesafdeling.
Als de bakjes vastvriezen kunt u ze losmaken
met de steel van een lepel. Gebruik in geen
geval scherpe voorwerpen.
41
Druk op de schakelknop van het koelvak (1).
• De binnenverlichting gaat aan wanneer de deur
geopend wordt.
• De koelkast geeft een alarmgeluid wanneer de
deur langer dan 1 minuut open staat. Dit gaat
weer uit zodra u de deur sluit.
• Het groene controlelampje (2) gaat branden. Dit
betekent dat het koelvak in werking is. Het
knippert zolang de gekozen temperatuur nog
niet bereikt is en brandt voortdurend wanneer
dat wel het geval is.
Opgelet:
• De temperatuur in het koelgedeelte hoeft u niet
met de keuzetoets (3) te regelen omdat die in de
fabriek (+5°C afleesscherm 3a) reeds is afgesteld in
de correcte stand voor het bewaren van een
normale hoeveelheid verse levensmiddelen.
• Nadat het koelvak aan is gezet, duurt het met een
normale belading ongeveer 30 minuten tot de
temperatuur geschikt wordt voor het bewaren van
levensmiddelen.
Als u de temperatuur wil regelen:
1. Druk een of meerdere malen op de keuzetoets (3)
totdat de gewenste temperatuur op het
bijbehorende afleesscherm (3a) te zien is.
• Temperatuurbereik:
van +2°C : laagste temperatuur
tot +8°C : hoogste temperatuur
Om het koelvak uit te zetten:
1. Druk nogmaals op de schakelaar (1) van het koelvak.
Voedsel in het koelvak bewaren
1. Plaats de verschillende soorten levensmiddelen
volgens de tekening hiernaast.
A. Vlees, vleeswaren en vis
B. Gekookt voedsel
C. Boter, zuivel
D. Kaas
E. Fruit en groenten
F. Flessen
G. IJsbakjes
H. Koudeaccu’s (indien aanwezig)
Opmerking:
• Laat wat ruimte open tussen de achterwand en de
levensmiddelen.
• Zorg dat er ruimte openblijft tussen de
levensmiddelen zodat de lucht kan circuleren.
• Wacht tot warm voedsel is afgekoeld voordat u het
in de koelkast zet.
Belangrijk:
Het koelvak ontdooit volautomatisch.
HET KOELVAK BEDIENEN
42
HET VRIESVAK ONTDOOIEN
Wij raden aan het vriesvak te ontdooien als de
ijslaag op de rekken 3 mm dik is geworden.
1. Druk 24 uur voordat u met het ontdooien begint
ong. 2 seconden op de knop (7) voor snel
invriezen. Het gele controlelampje (8) gaat aan.
De levensmiddelen worden zo koud mogelijk.
2. Haal alle levensmiddelen uit het vriesvak, wikkel ze
in krantepapier en berg ze op een koele plaats op.
3. Neem de stekker uit het stopcontact.
4. Verwijder de ijsbakjes.
5. Verwijder de laden.
6. Trek de dooiwater-afvoerleiding uit de bodem van
het vriesvak.
Plaats de onderste lade (met gat in de achterkant)
onder de monding van de afvoerleiding om het
water op te vangen.
Laat de deur van het vriesvak openstaan.
Verwijder het ijs.
8. Opgepast: Gebruik geen scherpe voorwerpen
om het ijs af te krabben. De schade die u zo
kunt veroorzaken is niet door garantie gedekt.
9. Reinig het vriesvak met in lauw water en neutrale
reiniginsmiddelen.
Gebruik geen schurende middelen.
10. Zorgvuldig spoelen en drogen.
11. Duw de afvoer weer op zijn plaats terug.
12. Plaats de laden weer terug.
13. Steek de stekker weer in het stopcontact.
14. Druk nogmaals op de toets voor het snel invriezen
(7) totdat het gele controlelampje (8) aan gaat,
voordat u de etenswaren weer in het vriesgedeelte
legt.
Opmerking: De temperatuurstijging waaraan de
levensmiddelen worden blootgesteld tijdens het
ontdooien, kunnen de houdbaarheidsduur verkorten.
43
HET APPARAAT SCHOONMAKEN
Voordat aan de schoonmaak van de koelkast
begint moet u de stekker uit het stopcontact
trekken.
• De binnenkant van het vriesvak kan schoongemaakt
worden na het ontdooien.
• Reinig het koelvak regelmatig met lauw water en
neutrale reinigingsmiddelen.
Afspoelen en drogen met een zachte doek.
Gebruik geen schurende middelen.
• Reinig de buitenkant met lauw water en een zachte
doek.
• Het koelvak ontdooit volautomatisch. Bij sommige
modellen is er een opening voor waterafvoer.
Reinig de binnenkant van de dooiwaterafvoer
regelmatig met de bijgeleverde ontstopper, zodat hij
niet verstopt raakt.
• Maak de radiator aan de achterkant van het toestel
en de plint regelmatig schoon met de stofzuiger of
een borstel.
Bij langdurige afwezigheid
1. Haal de koelkast helemaal leeg.
2. Neem de stekker uit het stopcontact.
3. Ontdooi en reinig de binnenkant.
4. Laat de deuren van de koelkast openstaan om
stankvorming te voorkomen.
44
STORING OPSPOREN
KLANTENSERVICE
1. Het is niet koud genoeg in de koelkast
• Verhinderen levensmiddelen dat de deur
goed kan sluiten ?
• Staat de koelkast te dicht bij een
warmtebron ?
• Heeft u de temperatuur correct ingesteld?
• Is de radiator vuil?
• Kan de lucht in de koelkast circuleren?
2. Het koelvak is te koud
• Heeft u de temperatuur correct ingesteld?
3. Het toestel is te luidruchtig
• Staat het tegen andere meubels of
toestellen ?
• Trillen de buizen aan de achterkant van de
koelkast of raken zij elkaar?
• Is de transportbeveiliging van de
compressor wel verwijderd?
4. Het toestel werkt helemaal niet
• Is er een stroomonderbreking?
• Zit de stekker goed in het stopcontact?
• Is de zekering doorgeslagen?
• Is de voedingskabel kapot?
• Zijn knoppen 1 en 4 wel ingedrukt?
5. Er staat water op de bodem van het
koelvak
• Is de temperatuur correct ingesteld?
• Is de dooiwater-afvoerleiding verstopt?
6. De binnenverlichting werkt niet
Controleer eerst dat de koelkast werkt, en
zo ja:
• Neem de stekker uit het stopcontact.
• Verwijder het deksel van de lamp.
Trek het lampje los uit de fitting.
(Niet draaien daar het zo kan breken).
Controleer het lampje en vervang het als
dat nodig is door een nieuwe van
maximaal 15 W.
N.B.: Het gloeilampje van de
binnenverlichting is van een speciaal type
dat niet geschroefd wordt. Trek het
gewoon naar u toe om het te
verwijderen.
Voordat u contact opneemt met
de Klantenservice:
1. Controleren of u er in slaagt de storing zelf
te verhelpen (Zie “Storingen - Wat te
doen?”).
2. Start het programma opnieuw om te
controleren of de storing verholpen is.
3. Indien dit niet zo is, contact opnemen met
de Klantenservice. u dient de volgende
zaken te vermelden:
• de aard van de storing
• het model
• het Service-nummer
(dit nummer bevindt zich na het woord
SERVICE, op de typeplaatje naast de frut-en
groentenlade.
• uw volledige adres
• uw telefoonnummer met-kengetal
N.B.: Als u de Servicedienst ontbiedt om de
deuren om te zetten valt dit niet onder de
garantie.
SERVICE
0000 000 00000
45
INSTALLATIE
• Verwijder de transportbeveiliging van de compressor
voordat u het apparaat in gebruik neemt.
• Plaats de koelkast niet te dicht bij een warmtebron.
• Plaats hem in een droog vertrek met voldoende
luchtverversing.
• Controleer dat hij waterpas staat. Stel de pootjes bij
als dat nodig is.
• Laat in elk geval minstens 50 mm ruimte open aan
de bovenkant van de koelkast.
• Sommige modellen kunnen tegen de achterwand
worden gezet doordat deze uitlopende zijwanden
hebben. Zo niet monteer de afhoudblokjes (mits
voorzien) op de bovenkant van de radiator (aan de
achterzijde van de koelkast).
• Maak de binnenkant schoon (zie hoofdstuk “Het
apparaat schoonmaken”).
• Monteer de accessoires.
Elektrische aansluiting
• De elektrische aansluitingen moeten voldoen aan de
plaatselijke veiligheidsvoorschriften.
• De gegevens met betrekking tot de spanning
en het opgenomen vermogen staan op het
typeplaatje (naast de fruit-en groentelade).
• De aarding van het apparaat is wettelijk
verplicht.
• De frabrikant aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid, voor eventueel persoonlijk
letsel of schade aan voorwerpen die te wijten is
aan het niet opvolgen van deze voorschriften.
• Gebruik geen verlegsnoeren of verdeelstekkers.
-
1
-
2
-
3
-
4
-
5
-
6
-
7
-
8
-
9
-
10
-
11
