4
het bewaren van vers voedsel en
het diepvriescompartiment
uitsluitend voor het bewaren van
bevroren voedsel, het invriezen
van vers voedsel en het maken
van ijsblokjes. Vermijd het bewa-
ren van onverpakt voedsel in
direct contact met interne op-
pervlakken van de koelkast- of
diepvriescompartimenten. Appa-
raten kunnen over speciale
compartimenten beschikken (vak
voor verse etenswaar, nul gra-
den-vak,...). Indien niet anders
gespeciceerd in het betreende
productboekje kunnen deze
compartimenten verwijderd
worden en blijven daarbij verge-
lijkbare prestaties behouden.
C-pentaan wordt gebruikt als
blaasmiddel in het isolatieschuim
en is een licht ontvlambaar gas.
INSTALLATIE
Installaties en reparaties moeten
worden uitgevoerd door een
gespecialiseerd monteur, volgens
de instructies van de fabrikant en
in overeenstemming met de
plaatselijke veiligheidsvoorschrif
-
ten. Repareer of vervang geen
enkel onderdeel van het appa-
raat, behalve als dit expliciet
aangegeven wordt in de gebrui-
kershandleiding. De installatie
mag niet door kinderen worden
uitgevoerd. Tijdens het installe-
ren moeten kinderen er vandaan
worden gehouden. Houd, tijdens
en na de installatie, het verpak-
kingsmateriaal (plastic zakken,
onderdelen van polystyreen,
enz.) buiten het bereik van
kinderen. Het apparaat moet
gehanteerd en geïnstalleerd
worden door twee of meer
personen. Gebruik beschermen-
de handschoenen bij het uitpak-
ken en installeren van het appa-
raat. Zorg dat u de vloer (bijv.
parket) niet beschadigt tijdens
het verplaatsen van het appa-
raat. Installeer het apparaat op
een vloer of steun die sterk
genoeg is om het gewicht te
kunnen hebben, en op een
plaats die geschikt is voor groot-
te en gebruik. Controleer na het
uitpakken van het apparaat of
deze tijdens het transport geen
beschadigingen heeft opgelo-
pen. Neem in geval van twijfel
contact op met uw leverancier of
de dichtstbijzijnde Whirlpool
Consumentenservice. Het appa-
raat moet worden losgekoppeld
van het elektriciteitsnet, voordat
u installatiewerkzaamheden
uitvoert. Zorg er tijdens de
installatie voor dat het apparaat
het netsnoer niet beschadigt.
Om voor voldoende ventilatie te
zorgen dient er aan beide zijkan-
ten en aan de bovenkant van het
apparaat ruimte vrijgelaten te
worden. De afstand tussen de
achterzijde van het apparaat en
de muur achter het apparaat
dient minimaal 50 mm te bedra-
gen, om contact met hete opper-
vlakken te voorkomen. Bij minder
ruimte aan de achterzijde neemt
het energieverbruik van het
product toe. Het apparaat alleen
activeren als de installatie is
voltooid. Wacht minstens twee
uur alvorens het apparaat in te
schakelen, om zeker te stellen
dat het koelcircuit volledig eci-
ent is. Installeer het product niet
in de buurt van een warmtebron.
ELEKTRISCHE WAARSCHU
-
WINGEN
Om ervoor te zorgen dat de
installatie voldoet aan de gelden
-
de veiligheidsvoorschriften moet
er een multipolaire schakelaar
met een afstand van minstens 3
mm worden gebruikt en moet
het apparaat geaard worden. Als
de bijgeleverde stekker niet
geschikt is voor uw stopcontact
neem dan contact op met een
erkende monteur. De stroomka-
bel moet lang genoeg zijn om
het apparaat, nadat dit is inge-
bouwd in het meubel, te kunnen
aansluiten op het stopcontact
van de netvoeding. Niet aan de
stroomkabel trekken. Vervang
een beschadigde stroomkabel
door een soortgelijk exemplaar.
De stroomkabel mag uitsluitend
vervangen worden door een
gespecialiseerd monteur, volgens
de instructies van de fabrikant en
in overeenstemming met de
geldende veiligheidsvoorschrif-
ten. Neem contact op met een
erkend servicecentrum. Voor
apparaten met een stekker dient
u, als de steker niet geschikt is
voor het stopcontact, contact op
te nemen met een erkende
monteur. Gebruik geen verleng-
kabels, meervoudige stopcontac-
ten of adapters. Gebruik het
apparaat niet als het netsnoer of
de stekker beschadigd is, als het
apparaat niet goed werkt of als
het beschadigd of gevallen is.
Houd het snoer uit de buurt van
hete oppervlakken. Als de instal-
latie voltooid is, mogen de elek-
trische onderdelen niet meer
toegankelijk zijn voor de gebrui-
ker. Raak het apparaat niet aan
met vochtige lichaamsdelen en
gebruik het niet op blote voeten.
REINIGING EN ONDERHOUD
Draag bij reiniging en onder
-
houd beschermende handschoe-
nen. Het apparaat moet worden
losgekoppeld van het elektrici-
teitsnet voordat u onderhouds-
werkzaamheden uitvoert. Ge-
bruik geen stoomreinigers.
Gebruik op kunststof onderde-
len, binnen- en deurranden of
afdichtingen geen schurende of
agressieve schoonmaakmiddelen
zoals ruitenprays, schurende
reinigingsmiddelen, brandbare
vloeistoen, schoonmaakwas-
sen, geconcentreerde schoon-
maakmiddelen, bleekmiddelen
en reinigingsmiddelen die aard-
olieproducten bevatten. Gebruik
geen papieren handdoeken,
schuursponsjes of ander hard
schoonmaakmateriaal.