Samsung SM-G928F Handleiding

Type
Handleiding
www.samsung.comDutch. 12/2016. Rev.1.1
Gebruiksaanwijzing
SM-G928F
2
Inhoud
Basisfuncties
4 Lees dit eerst
5 Inhoud van de verpakking
6 Indeling van het apparaat
8 Batterij
14 SIM- of USIM-kaart
16 Het apparaat in- en uitschakelen
16 Aanraakscherm
20 Startscherm
27 Vergrendelscherm
28 Edge screen
36 Meldingenvenster
40 Tekst ingeven
42 Schermafbeelding
43 Apps openen
43 Multi window
48 Gegevens overdragen van uw vorige
apparaat
50 Apparaat- en gegevensbeheer
53 Verbinding maken met een tv
55 Bestanden delen met contacten
56 Alarmstand
Applicaties
57 Apps installeren of verwijderen
58 Telefoon
62 Contacten
64 Berichten
67 Internet
68 E-mail
69 Camera
92 Galerij
94 Smart Manager
96 S Planner
97 S Health
100 S Voice
102 SideSync
111 Muziek
112 Video
113 Spraakrecorder
115 Mijn bestanden
116 Samsung Gear
116 Notitie
117 Klok
118 Calculator
119 Google-apps
Instellingen
121 Introductie
121 Wi-Fi
123 Bluetooth
125 Vliegtuigstand
125 Mobiele hotspot en tethering
126 Gegevensgebruik
127 Mobiele netwerken
Inhoud
3
127 NFC en betaling
130 Meer verbindingsinstellingen
132 Geluiden en meldingen
133 Display
133 Edge screen
134 Bewegingen en gebaren
135 Applicaties
135 Achtergrond
135 Thema's
136 Schermvergrendeling en beveiliging
140 Privacy en veiligheid
144 Eenvoudige stand
144 Toegankelijkheid
145 Accounts
146 Back-up maken en terugzetten
146 Taal en invoer
147 Batterij
147 Opslag
148 Accessoires
148 Datum en tijd
149 Gebruiksaanwijzing
149 Toestel-info
Bijlage
150 Toegankelijkheid
165 Problemen oplossen
170 De batterij verwijderen
4
Basisfuncties
Lees dit eerst
Lees deze gebruiksaanwijzing door zodat u verzekerd bent van veilig en correct gebruik voordat u
het apparaat in gebruik neemt.
•
Beschrijvingen zijn gebaseerd op de standaardinstellingen van het apparaat.
•
Bepaalde inhoud kan afwijken van uw apparaat, afhankelijk van de regio, serviceprovider,
modelspecificaties of software van het apparaat.
•
Inhoud (van hoge kwaliteit) waarvoor veel gebruik wordt gemaakt van de CPU en het RAM-
geheugen, beïnvloedt de algehele prestaties van het apparaat. Apps met dergelijke inhoud
werken mogelijk niet correct, afhankelijk van de specificaties van het apparaat en de omgeving
waarin het wordt gebruikt.
•
Samsung is niet aansprakelijk voor prestatieproblemen die worden veroorzaakt door apps die
worden aangeboden door andere providers dan Samsung.
•
Samsung is niet aansprakelijk voor prestatie- of compatibiliteitsproblemen die worden
veroorzaakt door het bewerken van de instellingen in het register of door het gebruik van
aangepaste besturingssysteemsoftware. Wanneer u probeert het besturingssysteem aan te
passen, kan dit ertoe leiden dat uw apparaat en apps niet correct werken.
•
Voor alle software, geluidsbronnen, achtergronden, afbeeldingen en andere media die bij dit
apparaat worden geleverd, is een licentie voor beperkt gebruik verleend. Het overnemen en
gebruiken van deze materialen voor commerciële of andere doeleinden maakt inbreuk op de
copyrightwetgeving. Gebruikers zijn volledig verantwoordelijk voor het illegale gebruik van
media.
•
Er kunnen extra kosten in rekening worden gebracht voor gegevensservices, zoals
chatberichten verzenden, uploaden en downloaden, automatisch synchroniseren of het gebruik
van locatieservices, afhankelijk aan uw abonnement. Voor grote gegevensoverdrachten kunt u
het beste de Wi-Fi-functie gebruiken.
•
Standaard-apps die bij het apparaat worden geleverd, zijn onderhevig aan updates en worden
mogelijk niet langer ondersteund zonder voorafgaande kennisgeving. Als u vragen hebt
over een app die bij het apparaat is geleverd, moet u contact opnemen met een Samsung-
servicecenter. Voor apps die zijn geïnstalleerd door de gebruiker, moet u contact opnemen met
de serviceproviders.
•
Het aanpassen van het besturingssysteem van het apparaat of het installeren van software
van niet-officiële bronnen kan ervoor zorgen dat het apparaat niet correct functioneert of dat
gegevens beschadigd raken of verloren gaan. Deze acties zijn schendingen van uw Samsung-
licentieovereenkomst en zorgen ervoor dat uw garantie vervalt.
Basisfuncties
5
•
Afhankelijk van regio of model moeten sommige apparaten goedkeuring krijgen van de
Amerikaanse Federal Communications Commission (FCC). Als uw apparaat door de FCC
is goedgekeurd, kunt u de FCC-identificatiecode van het apparaat weergeven. Als u de
FCC-identificatiecode wilt weergeven, tikt u op
Apps
Instellingen
Toestel-info
Batterijgegevens
.
Symbolen in deze gebruiksaanwijzing
Waarschuwing: situaties die letsel kunnen veroorzaken bij u of anderen
Let op: situaties die schade aan het apparaat of andere apparatuur kunnen veroorzaken
Opmerking: opmerkingen, gebruikstips of aanvullende informatie
Inhoud van de verpakking
Controleer of de doos de volgende onderdelen bevat:
•
Apparaat
•
Snelstartgids
•
Welke onderdelen bij het apparaat worden geleverd en welke accessoires beschikbaar
zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
•
De meegeleverde onderdelen zijn uitsluitend voor dit apparaat ontworpen en zijn
mogelijk niet compatibel met andere apparaten.
•
Afbeeldingen en specificaties zijn onderhevig aan wijzigingen zonder voorafgaande
kennisgeving.
•
Bij de plaatselijke Samsung-dealer kunt u extra accessoires kopen. Controleer of ze
compatibel zijn met het apparaat voordat u ze aanschaft.
•
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde accessoires. Het gebruik van niet-
goedgekeurde accessoires kan prestatieproblemen veroorzaken en defecten die niet
door de garantie worden gedekt.
•
De beschikbaarheid van alle accessoires is onderhevig aan wijziging en is volledig
afhankelijk van de fabrikanten. Raadpleeg de Samsung-website voor meer informatie
over beschikbare accessoires.
Basisfuncties
6
Indeling van het apparaat
Microfoon
Luidspreker
Terugtoets
Multifunctionele
aansluiting
Camera aan de voorzijde
Luidspreker
Edge screen
Aan/uit-toets
Aanraakscherm
Edge screen
Toets Recent
Headsetaansluiting
Starttoets (sensor voor
vingerafdrukherkenning)
LED-indicator
Nabijheids-/lichtsensor
SIM-kaartlade
Hoofdantenne
Flitser
Volumetoets
NFC-antenne/Spoel voor
draadloos opladen
Camera aan de achterzijde
Microfoon
GPS-antenne
Basisfuncties
7
•
Bedek het gedeelte met de antenne niet met uw handen of andere voorwerpen. Dit kan
verbindingsproblemen veroorzaken of ervoor zorgen dat de batterij leegraakt.
•
Het gebruik van een door Samsung goedgekeurde schermbeveiliging wordt aanbevolen.
Een niet-goedgekeurde schermbeveiliging kan ervoor zorgen dat de sensoren niet
correct werken.
•
Zorg ervoor dat het aanraakscherm niet in contact komt met water. Het aanraakscherm
kan in vochtige omstandigheden of door blootstelling aan water worden beschadigd.
•
De kleuren op het gebogen scherm kunnen afwijken afhankelijk van uw kijkpositie.
Toetsen
Toets Functie
Aan/uit
•
Ingedrukt houden om het apparaat in of uit te schakelen.
•
Indrukken om het scherm in te schakelen of te vergrendelen.
Recent
•
Tik op deze toets om de lijst met Recente apps te openen.
•
Tik en blijf aanraken om de schermweergave te splitsen.
Start
•
Indrukken om het scherm in te schakelen terwijl het scherm is
vergrendeld.
•
Indrukken om terug te keren naar het startscherm.
•
Ingedrukt houden om
Google
te starten.
Terug
•
Hierop tikken om terug te keren naar het vorige scherm.
Volume
•
Indrukken om het volume van het apparaat aan te passen.
Basisfuncties
8
Batterij
De batterij opladen
Laad de batterij op voordat u deze voor het eerst gebruikt of als u de batterij langere tijd niet hebt
gebruikt.
Gebruik alleen opladers, batterijen en kabels die zijn goedgekeurd door Samsung. Bij
gebruik van niet-goedgekeurde opladers of kabels bestaat het risico dat de batterij ontploft
of dat het apparaat schade oploopt.
1
Sluit de USB-kabel aan op de USB-voedingsadapter en sluit het uiteinde van de USB-kabel aan
op de multifunctionele aansluiting.
Als u de oplader onjuist aansluit, kan dit aanzienlijke schade aan het apparaat veroorzaken.
Schade veroorzaakt door verkeerd gebruik, valt niet onder de garantie.
2
Steek de USB-voedingsadapter in een stopcontact.
Basisfuncties
9
3
Als de batterij volledig is opgeladen, koppelt u het apparaat los van de oplader. Koppel de
oplader eerst los van het apparaat en vervolgens van het stopcontact.
Om stroom te besparen moet u de oplader loskoppelen wanneer u deze niet gebruikt. De
oplader beschikt niet over een aan/uit-schakelaar. U moet daarom de oplader loskoppelen
van het stopcontact wanneer u deze niet gebruikt, om te voorkomen dat u energie verspilt.
De oplader moet in de buurt van het stopcontact blijven tijdens het opladen en moet
eenvoudig te bereiken zijn.
De resterende oplaadtijd bekijken
Tijdens het opladen kunt u het startscherm openen en op
Apps
Instellingen
Batterij
tikken.
De werkelijke oplaadtijd kan verschillen afhankelijk van de status van uw apparaat en
de oplaadomstandigheden. De resterende oplaadtijd wordt mogelijk niet weergegeven
wanneer u het apparaat oplaadt in zeer koude of zeer hete omstandigheden.
Batterijverbruik verminderen
Uw apparaat beschikt over verschillende opties waarmee u het verbruik van de batterij kunt
verminderen.
•
Optimaliseer het apparaat met Smart Manager.
•
Schakel over naar de slaapstand door op de aan/uit-toets te drukken, wanneer het apparaat niet
wordt gebruikt.
•
Schakel de spaarstand in.
•
Sluit overbodige apps.
•
Schakel de Bluetooth-functie uit wanneer deze niet wordt gebruikt.
•
Schakel de Wi-Fi-functie uit wanneer deze niet wordt gebruikt.
•
Schakel automatisch synchroniseren van apps uit.
•
Verminder de tijd voor achtergrondverlichting.
•
Verminder de helderheid van het scherm.
Basisfuncties
10
Tips en voorzorgsmaatregelen voor het opladen van de batterij
•
Als de batterij bijna leeg is, wordt het batterijpictogram leeg weergegeven.
•
Als de batterij volledig leeg is, kan het apparaat niet direct worden ingeschakeld wanneer de
oplader is aangesloten. Laat een lege batterij enkele minuten opladen voordat u probeert het
apparaat in te schakelen.
•
Als u meerdere apps tegelijk gebruikt, netwerkapps gebruikt of apps waarvoor een verbinding
met een ander apparaat is vereist, raakt de batterij snel leeg. Als u wilt voorkomen dat er geen
stroom meer is tijdens een gegevensoverdracht, moet u deze apps altijd gebruiken nadat de
batterij volledig is opgeladen.
•
Als u een andere voedingsbron dan de USB-voedingsadapter gebruikt, zoals een computer, kan
dit zorgen voor een lagere oplaadsnelheid vanwege een lagere elektrische stroom.
•
U kunt het apparaat tijdens het opladen blijven gebruiken maar hierdoor kan het wel langer
duren voordat de batterij volledig is opgeladen.
•
Als de stroomvoorziening instabiel is wanneer het apparaat wordt opgeladen, functioneert het
aanraakscherm mogelijk niet. Als dit gebeurt, koppelt u de oplader los van het apparaat.
•
Tijdens het opladen kunnen het apparaat en de oplader warm worden. Dit is normaal en heeft
geen nadelige invloed op de levensduur of prestaties van het apparaat. Als de batterij warmer
wordt dan normaal, houdt de oplader mogelijk op met opladen.
•
Als uw apparaat niet goed oplaadt, kunt u met het apparaat en de oplader naar een Samsung-
servicecenter gaan.
Basisfuncties
11
Snel opladen
Het apparaat is uitgerust met een interne functie voor snel opladen. U kunt deze functie gebruiken
om de batterij sneller op te laden wanneer het apparaat of het scherm is uitgeschakeld.
Over snel opladen
•
Voor snel opladen wordt een technologie voor het opladen van batterijen gebruikt waarbij
de batterij sneller wordt opgeladen door het oplaadvermogen te vergroten. Het apparaat
ondersteunt de functie voor adaptief snel opladen van Samsung en Qualcomm Quick Charge
2.0.
•
Als u snel opladen wilt gebruiken op uw apparaat, sluit u het aan op een batterijoplader die
adaptief snel opladen of Quick Charge 2.0 ondersteunt.
De oplaadsnelheid verhogen
Als u de oplaadsnelheid wilt verhogen, schakelt u het apparaat of scherm uit wanneer u de batterij
oplaadt.
•
Als de batterij wordt opgeladen wanneer het apparaat is uitgeschakeld, wordt het pictogram
op het scherm weergegeven.
•
U kunt de functie Snel opladen niet gebruiken wanneer het scherm is ingeschakeld. Schakel het
scherm uit om de oplaadsnelheid te verhogen.
•
U kunt de interne functie voor snel opladen niet gebruiken wanneer u de batterij oplaadt
met een standaard batterijoplader.
•
Als het apparaat warm wordt of de omgevingstemperatuur stijgt, kan de oplaadsnelheid
automatisch lager worden. Dit is normaal en wordt gedaan om schade aan het apparaat
te voorkomen.
Basisfuncties
12
Draadloos opladen
Het apparaat is uitgerust met een interne spoel voor draadloos opladen. U kunt de batterij opladen
met een draadloze oplader (afzonderlijk verkrijgbaar).
Snel draadloos opladen
U kunt uw apparaat sneller opladen met de functie voor snel draadloos opladen. Als u deze functie
wilt gebruiken, moet u een oplader en componenten gebruiken die ondersteuning bieden voor de
functie voor snel draadloos opladen.
Een ventilator in de oplader kan geluid produceren tijdens snel draadloos opladen. Als u
het geluid van de ventilator wilt beperken, moet u de functie voor snel draadloos opladen
uitschakelen. De optie voor in-/uitschakelen wordt toegevoegd aan het instellingenmenu
van uw apparaat wanneer u het voor het eerst op de oplader plaatst. Tik op het startscherm
op
Apps
Instellingen
Accessoire
en tik op de schakelaar
Snel draadloos opladen
om deze uit te schakelen. Als u deze functie uitschakelt, neemt het geluid af, maar kan het
opladen langer duren.
De batterij opladen
1
Plaats de achterkant van het apparaat in het midden van de draadloze oplader.
U kunt de resterende oplaadduur op het scherm bekijken. De werkelijk oplaadduur kan
verschillen afhankelijk van de omstandigheden tijdens het opladen.
Basisfuncties
13
2
Als de batterij volledig is opgeladen, koppelt u het apparaat los van de draadloze oplader.
•
Als er vreemde stoffen zitten tussen het apparaat en de draadloze oplader, is het mogelijk
dat het apparaat niet goed wordt opgeladen.
•
Als u de draadloze oplader gebruikt in gebieden met zwakke netwerksignalen, kunt u uw
netwerk mogelijk niet langer ontvangen.
•
Gebruik door Samsung goedgekeurde draadloze opladers. Als u andere draadloze
opladers gebruikt, wordt de batterij mogelijk niet correct opgeladen.
Spaarstand
Bespaar het batterijniveau door de functies van het apparaat te beperken.
Tik op het startscherm op
Apps
Instellingen
Batterij
Spaarstand
en tik dan op de
schakelaar om deze in te schakelen.
Als u automatisch de spaarstand wilt inschakelen wanneer de resterende batterijduur het vooraf
ingestelde niveau gebruikt, tikt u op
Spaarstand starten
en selecteert u een optie.
Extra energiebesparende stand
Gebruik deze stand om de batterijvoeding van het apparaat uit te breiden. In de extra
energiespaarstand wordt het volgende uitgevoerd op het apparaat:
•
Kleuren op het scherm worden weergeven als grijstinten.
•
De beschikbare apps worden beperkt tot essentiële en geselecteerde apps.
•
De mobiele gegevensverbinding wordt uitgeschakeld wanneer het scherm is uitgeschakeld.
•
Wi-Fi en Bluetooth-functies worden uitgeschakeld.
Tik op het startscherm op
Apps
Instellingen
Batterij
Extra energiebesparende stand
en
tik dan op de schakelaar om deze in te schakelen.
Als u de Extra energiespaarstand wilt uitschakelen, tikt u op
MEER
Extra energiebespar. stand
uit
.
De resterende gebruiksduur geeft aan wanneer de batterij leeg is. De gebruiksduur kan
verschillen afhankelijk van uw apparaatinstellingen en de gebruiksomstandigheden.
Basisfuncties
14
SIM- of USIM-kaart
De SIM- of USIM-kaart plaatsen
Plaats de SIM- of USIM-kaart die door de serviceprovider van de mobiele telefoon is geleverd.
•
Alleen nano-SIM-kaarten kunnen worden gebruikt met het apparaat.
•
Sommige LTE-diensten zijn wellicht niet beschikbaar afhankelijk van de serviceprovider.
Neem voor meer informatie over de beschikbaarheid van services contact op met uw
serviceprovider.
1
3
42
1
Steek de pin voor uitwerpen in het gaatje op de SIM-kaartlade om de lade te ontgrendelen.
De pin voor uitwerpen moet loodrecht op het gat staan. Anders kunt u het apparaat
beschadigen.
2
Trek de SIM-kaartlade voorzichtig uit de sleuf van de SIM-kaartlade.
Basisfuncties
15
3
Plaats de SIM- of USIM-kaart op de SIM-kaartlade met de goudkleurige contactpunten naar
beneden gericht.
Zorg ervoor dat u de SIM- of USIM-kaart niet kwijtraakt of dat anderen deze niet gebruiken.
Samsung is niet verantwoordelijk voor schade of ongemak veroorzaakt door zoekgeraakte
of gestolen kaarten.
4
Schuif de SIM-kaartlade terug in de sleuf van de SIM-kaartlade.
Plaats de SIM-kaartlade voorzichtig om te voorkomen dat de SIM-kaarten uit de lade
schuiven of vallen.
De SIM- of USIM-kaart verwijderen
1
Steek de pin voor uitwerpen in het gaatje op de SIM-kaartlade om de lade te ontgrendelen.
2
Trek de SIM-kaartlade voorzichtig uit de sleuf van de SIM-kaartlade.
3
Verwijder de SIM- of USIM-kaart.
4
Schuif de SIM-kaartlade terug in de sleuf van de SIM-kaartlade.
Basisfuncties
16
Het apparaat in- en uitschakelen
Houd de aan/uit-toets een aantal seconden ingedrukt om het apparaat in te schakelen.
Wanneer u het apparaat voor het eerst inschakelt of na het herstellen van de fabrieksinstellingen,
moet u de instructies op het scherm volgen om uw apparaat in te stellen.
Als u het apparaat wilt uitschakelen, houdt u de aan/uit-toets ingedrukt en tikt u op
Uitschakelen
.
•
Als het apparaat is vastgelopen en niet reageert, houdt u de aan/uit-toets en de
volumetoets omlaag minstens 7 seconden ingedrukt om het apparaat opnieuw op te
starten.
•
Volg alle waarschuwingen en aanwijzingen van geautoriseerd personeel op plaatsen
waar het gebruik van draadloze apparaten aan beperkingen onderhevig is, bijvoorbeeld
in vliegtuigen en ziekenhuizen.
Aanraakscherm
•
Zorg dat het aanraakscherm niet in aanraking komt met andere elektrische apparaten.
Door elektrostatische ontladingen kan het aanraakscherm worden beschadigd.
•
Beschadig het aanraakscherm niet, tik niet op het scherm met scherpe voorwerpen en
oefen geen grote druk uit op het scherm met uw vingertoppen.
•
Het apparaat herkent invoer via aanraken mogelijk niet in de buurt van de randen van
het scherm, omdat deze buiten het invoergebied voor aanraken vallen.
•
Als het aanraakscherm langere tijd standby staat, kan dit leiden tot nabeelden
(ingebrande beelden op het scherm) of ghosting. Schakel het aanraakscherm uit
wanneer u het apparaat niet gebruikt.
•
Gebruik alleen uw vingers om het aanraakscherm te bedienen.
Basisfuncties
17
Tikken
Als u een app wilt openen, een menu-item wilt selecteren, een schermtoetsenbordtoets wilt
indrukken of een teken wilt ingeven met het schermtoetsenbord, tikt u erop met uw vinger.
Tikken en blijven aanraken
Tik op een item of het scherm en blijf dit langer dan 2 seconden aanraken om beschikbare opties
weer te geven.
Basisfuncties
18
Slepen
Als u een item wilt verplaatsen, blijft u het vasthouden en sleept u het naar de gewenste positie.
Dubbeltikken
Dubbeltik op een webpagina of afbeelding om in te zoomen op een gedeelte. Dubbeltik opnieuw
om terug te gaan.
Basisfuncties
19
Vegen
Veeg naar links of rechts op het startscherm of het scherm Apps om andere vensters weer te geven.
Veeg omhoog of omlaag om door een webpagina of lijst met items, zoals contacten, te scrollen.
Spreiden en samenknijpen
Spreid twee vingers op een webpagina, kaart of afbeelding om in te zoomen op een gedeelte. Knijp
samen om uit te zoomen.
Basisfuncties
20
Startscherm
Startscherm
Het startscherm is het beginpunt voor het openen van alle functies van het apparaat. Hierop worden
widgets, snelkoppelingen voor apps en meer weergegeven.
Als u andere vensters wilt weergeven, veegt u naar links of rechts.
Het startscherm kan er anders uitzien, afhankelijk van de regio of serviceprovider.
Een widget
Een app
Een map
Handgreep van het Edge screen
Schermaanduidingen
Favoriete apps
Pictogram scherm Apps
Basisfuncties
21
Startschermopties
Tik op het startscherm op een leeg gebied en blijf dit aanraken of knijp uw vingers samen om de
beschikbare opties te openen. U kunt het startscherm aanpassen door startschermvensters toe te
voegen, te verwijderen of te verplaatsen. U kunt ook de achtergrond van het startscherm instellen,
widgets toevoegen aan het startscherm, en meer.
•
Achtergrond
: de achtergrondinstellingen voor het startscherm en vergrendelscherm wijzigen.
•
Widgets
: widgets toevoegen aan het startscherm. Widgets zijn kleine apps die specifieke
functies van apps opstarten om informatie en gemakkelijk toegang op het startscherm te
verlenen.
•
Thema's
: het thema van het apparaat wijzigen. Visuele elementen van de interface, zoals
kleuren, pictogrammen en achtergronden worden gewijzigd afhankelijk van het geselecteerde
thema.
•
Schermraster
: het formaat van het raster wijzigen om meer of minder items weer te geven op
het startscherm.
Basisfuncties
22
Flipboard Briefing
U kunt de nieuwste artikelen in verschillende categorieën bekijken. U kunt met deze functie meer
informatie vinden over nieuws dat u interesseert.
Veeg naar rechts op het startscherm om Flipboard Briefing te openen. Veeg omhoog of omlaag om
door artikelen te bladeren in elke nieuwscategorie.
Als deze functie niet is geactiveerd, tikt u op een leeg gedeelte van het startscherm en blijft u dit
aanraken. Veeg naar rechts en schakel het selectievakje aan boven aan het venster Flipboard Briefing.
Items toevoegen
Blijf een app of een map aanraken in het scherm Apps en sleep deze naar het startscherm.
Als u widgets wilt toevoegen, blijft u een leeg gedeelte op het startscherm aanraken, tikt u op
Widgets
, blijft u een widget aanraken en sleept u deze naar het startscherm.
Een item verplaatsen en verwijderen
Blijf een item aanraken op het startscherm en sleep het naar een nieuwe locatie.
Als u het item naar een ander venster wilt verplaatsen, sleept u het naar de rand van het scherm.
U kunt ook veelgebruikte apps naar het gedeelte met snelkoppelingen onder aan het startscherm
slepen.
Als u een item wilt verwijderen, blijft u het item aanraken. Sleep het vervolgens naar
Wissen
boven
aan het scherm.
Basisfuncties
23
Mappen maken
1
Tik op het startscherm, blijf een app aanraken en sleep deze op een andere app.
2
Zet de app neer wanneer een mapkader wordt weergegeven om de apps.
Er wordt een nieuwe map gemaakt met de geselecteerde apps.
3
Tik op
Mapnaam invoeren
en geef een mapnaam op.
Als u de mapkleur wilt wijzigen, tikt u op
.
Als u meer apps aan de map wilt toevoegen, blijft u een andere app aanraken en sleept u deze naar
de map.
Als u apps vanuit een map naar het startscherm wilt verplaatsen, tikt u op de map en sleept u een
app naar het startscherm.
Als u app in een map wilt verwijderen, tikt u op de map en sleept u de app die u wilt verwijderen
naar
Wissen
boven aan het scherm.
Basisfuncties
24
Vensters beheren
Blijf op het startscherm een leeg gebied aanraken als u een venster wilt toevoegen, verplaatsen of
verwijderen.
Als u een venster wilt toevoegen, veegt u naar links en tikt u op
.
Als u een venster wilt verplaatsen, blijft u een venstervoorbeeld aanraken en sleept u het naar een
nieuwe locatie.
Als u een venster wilt verwijderen, blijft u een venstervoorbeeld aanraken en sleept u dit naar
Wissen
boven aan het scherm.
Als u een venster wilt instellen als startscherm, tikt u op
.
Scherm Apps
Op het scherm Apps worden pictogrammen weergegeven voor alle apps, waaronder apps die net
zijn geïnstalleerd.
Tik op het startscherm op
Apps
om het scherm Apps te openen. Als u andere vensters wilt
weergeven, veegt u naar links of rechts.
Items verplaatsen
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
Tik op het scherm Apps op
BEWERKEN
. Blijf een item aanraken en sleep het naar een nieuwe locatie.
Als u het item naar een ander venster wilt verplaatsen, sleept u het naar de rand van het scherm.
Mappen maken
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
1
Tik op het scherm Apps op
BEWERKEN
.
2
Blijf een app aanraken en sleep deze naar een andere app.
Basisfuncties
25
3
Zet de app neer wanneer een mapkader wordt weergegeven om de apps.
Er wordt een nieuwe map gemaakt met de geselecteerde apps.
Het scherm Apps kan er anders uitzien, afhankelijk van de regio of serviceprovider.
4
Tik op
Mapnaam invoeren
en geef een mapnaam op.
Als u de mapkleur wilt wijzigen, tikt u op
.
Als u meer apps aan de map wilt toevoegen, blijft u een andere app aanraken en sleept u deze naar
de map.
Als u een map wilt verwijderen, selecteert u een map met
. Alleen de map wordt verwijderd. De
apps van de map wordt verplaatst naar het scherm Apps.
Items verplaatsen
U kunt items in alfabetische volgorde sorteren op het scherm Apps.
Tik op het scherm Apps op
A-Z
SORTEREN
.
Basisfuncties
26
Indicatorpictogrammen
Pictogrammen verschijnen in de statusbalk aan de bovenzijde van het scherm. De pictogrammen
die in de onderstaande tabel staan, worden het meeste gebruikt.
De statusbalk verschijnt mogelijk niet aan de bovenkant van het scherm in alle apps. Sleep
van de bovenkant van het scherm naar beneden om de statusbalk weer te geven.
Pictogram Betekenis
Geen signaal
Signaalsterkte
Roaming (buiten het gebruikelijke servicegebied)
GPRS-netwerkverbinding
EDGE-netwerkverbinding
UMTS-netwerkverbinding
HSDPA-netwerkverbinding
HSPA+-netwerkverbinding
/
LTE-netwerkverbinding (modellen met LTE-functionaliteit)
Wi-Fi-verbinding
Bluetooth-functie ingeschakeld
GPS ingeschakeld
Oproep ingeschakeld
Gemiste oproep
Nieuw SMS- of MMS-bericht
Alarm ingeschakeld
Stand voor dempen ingeschakeld
Trilstand ingeschakeld
Vliegtuigstand ingeschakeld
Fout opgetreden of voorzichtigheid vereist
Batterijlading
Basisfuncties
27
Vergrendelscherm
Als u op de aan/uit-toets drukt, wordt het scherm uitgeschakeld en vergrendeld. Het scherm wordt
ook uitgeschakeld en automatisch vergrendeld als het apparaat niet wordt gebruikt gedurende een
bepaalde periode.
Als u het scherm wilt ontgrendelen, drukt u op de aan/uit-toets of de starttoets en veegt u in een
willekeurige richting.
U kunt de manier wijzigen waarop het scherm wordt vergrendeld om te voorkomen dat anderen
toegang krijgen tot uw persoonlijke gegevens.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Schermvergr. en beveilig.
Type
schermvergrendeling
en selecteer een schermvergrendelingsmethode. Een ontgrendelingscode is
vereist wanneer u het apparaat ontgrendelt.
Als u uw ontgrendelingscode vergeet, moet u uw apparaat naar een Samsung-servicecenter
brengen om het te laten resetten.
Patroon
Teken een patroon door minstens vier stippen te verbinden en teken het patroon opnieuw om het
te bevestigen. Stel een back-up-PIN-code in om het scherm te ontgrendelen wanneer u het patroon
bent vergeten.
Geef PIN-code in
Een PIN-code bestaat uit alleen cijfers. Geef minstens vier cijfers in en geef de PIN-code nogmaals in
om deze te bevestigen.
Wachtwoord
Een wachtwoord bestaat uit tekens en cijfers. Geef minstens vier tekens waaronder cijfers en
symbolen in en geef het wachtwoord nogmaals in om het te bevestigen.
Basisfuncties
28
Vingerafdrukken
Registreer uw vingerafdrukken om het scherm te ontgrendelen. Raadpleeg Vingerafdrukherkenning
voor meer informatie.
Edge screen
Introductie
Via het Edge screen kunt u gemakkelijk communiceren met uw favoriete contacten met behulp van
de gekleurde tabs. U kunt uw favoriete apps starten via snelkoppelingen en informatie, zoals nieuws
en berichtmeldingen, bekijken zonder het scherm in te schakelen. Het Edge screen kan 's nachts ook
als klok worden gebruikt.
Het Edge screen gebruiken
Sleep de handgreep van het Edge screen naar het midden van het scherm. Veeg vervolgens naar
links of rechts om het People Edge screen of het Apps Edge screen te openen.
People edge
Apps edge
Basisfuncties
29
Edge lighting
Het Edge screen licht op wanneer u oproepen of meldingen ontvangt als uw apparaat met het
scherm naar beneden ligt.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Edge screen
Edge lighting
en tik op de schakelaar
om deze te activeren.
Als u de functie People Edge activeert, licht het Edge screen op met een toegewezen kleur wanneer
u een oproep of melding ontvangt van uw belangrijkste contacten. Raadpleeg People edge om de
functie People Edge te activeren.
Snel antwoord
U kunt inkomende oproepen weigeren met aangepaste weigerberichten. Als het scherm van het
apparaat naar beneden is gericht, houdt u uw vinger twee seconden op de sensor op de achterzijde
van het apparaat om oproepen te weigeren.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Edge screen
Edge lighting
Snel antwoord
en tik
op de schakelaar om deze te activeren.
Als u het standaard weigerbericht wilt bewerken, tikt u op de berichttekst onder
Snel antwoord-
berichten
.
Basisfuncties
30
People edge
Op het Edge screen kan een tab worden weergegeven met een toegewezen kleur als er een gemiste
melding is van een belangrijk contact.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Edge screen
People edge
en tik op de schakelaar om
deze te activeren.
Contacten toevoegen aan Mijn personen
U kunt regelmatig gebruikte contacten toevoegen aan de lijst Mijn personen en ze instellen als uw
belangrijkste contacten.
Alleen contacten opgeslagen in
Contacten
kunnen worden toegevoegd aan de lijst Mijn
personen.
1
Sleep de handgreep van het Edge screen naar het midden van het scherm.
2
Veeg naar links of rechts om het People Edge screen te openen.
3
Selecteer een kleur door op te tikken en selecteer een contact om toe te voegen.
Als u de volgorde van contacten wilt wijzigen, blijft u een contactpictogram aanraken en sleept u het
naar een andere locatie.
Als u een contact wilt verwijderen, blijft u een contactpictogram aanraken en sleept u het naar
Wissen
boven aan het scherm.
Als u de toegewezen kleur voor een contact wilt wijzigen, tikt u op
People edge
Mijn
personen
en tikt u op het kleurpictogram van het contact.
Basisfuncties
31
Gemiste meldingen weergeven van Mijn personen
Als er een gemiste melding is van een contact uit Mijn personen, wordt een tab met de toegewezen
kleur van het contact weergegeven op het Edge screen.
Sleep de tab naar het midden van het scherm om details te bekijken. U kunt een contact rechtstreeks
beatwoorden door op een van de communicatieopties te tikken.
Als het scherm is uitgeschakeld, ontvangt u meldingen voor Mijn personen wanneer u het apparaat
oppakt. Open de lijst Mijn personen, tik op
People edge
en tik op de schakelaar
Melding bij
opnemen
om deze te activeren.
Basisfuncties
32
Contact opnemen met contacten in Mijn personen
Open de lijst Mijn personen en tik op een contact. De communicatietoetsen worden op het scherm
weergegeven. Tik op de gewenste toets om te bellen, een bericht te verzenden of een e-mail te
verzenden naar het contact.
Apps edge
Hiermee kunt u snel vaak gebruikte apps starten op het Edge screen.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Edge screen
Apps edge
en tik op de schakelaar om
deze te activeren.
Snelkoppelingen naar apps toevoegen aan het Edge screen
1
Sleep de handgreep van het Edge screen naar het midden van het scherm.
2
Veeg naar links of rechts om het Apps Edge screen te openen.
3
Tik op en selecteer een app om toe te voegen.
Als u de volgorde van apps wilt wijzigen, blijft u een app-pictogram aanraken en sleept u het naar
een andere locatie.
Als u een app wilt verwijderen, blijft u een app-pictogram aanraken en sleept u het naar
Wissen
boven aan het scherm.
Apps starten vanuit het Edge screen
Open het Apps Edge screen en selecteer een app om deze te starten.
Basisfuncties
33
Informatiestroom
Real-time nieuws, berichtmeldingen en andere informatie die u instelt, kunnen worden
weergegeven op het Edge screen wanneer het scherm is uitgeschakeld.
Informatiestroom instellen
U kunt instellen dat de informatie wordt weergegeven op het Edge screen.
1
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Edge screen
.
2
Tik op
Informatiestroom
en tik op de schakelaar om deze te activeren.
3
Tik op
Feeds beheren
en vink items aan die u wilt weergeven.
Als u meer items wilt downloaden, veegt u naar links en tikt u op
.
Als u items opnieuw wilt indelen, tikt u op
INDELING WIJZIGEN
. Blijf vervolgens op een
item aanraken en sleep het naar een andere locatie.
Informatiestroom weergeven
1
Als het scherm is uitgeschakeld, veegt u omhoog en vervolgens omlaag of omgekeerd op het
Edge screen om dit in te schakelen.
Basisfuncties
34
2
Veeg naar links of rechts op het Edge screen om de informatiestroom weer te geven.
Het Edge screen wordt ook uitgeschakeld als het apparaat gedurende een bepaalde periode
niet wordt gebruikt. Als u de time-outinstelling van het Edge screen wilt wijzigen, opent u
het scherm Apps en tikt u op
Instellingen
Edge screen
Informatiestroom
Time-
out Edge screen
.
Nachtklok
Zorg ervoor dat de klok op het Edge screen ingeschakeld blijft zodat u hier s nachts op kunt kijken.
1
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Edge screen
.
2
Tik op
Nachtklok
en tik op de schakelaar om deze te activeren.
3
Stel de periode in dat de nachtklok ingeschakeld blijft.
•
De nachtklokfunctie kan voor een periode van maximaal 12 uur worden ingesteld.
•
De nachtklokfunctie wordt uitgeschakeld wanneer het batterijniveau 15% is.
Basisfuncties
35
Instellingen voor het Edge screen
De positie van het Edge screen instellen
Selecteer het linker of rechter Edge screen om het volgens uw voorkeuren te activeren.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Edge screen
Positie Edge screen
Edge screen
zijkant
en selecteer een kant.
De handgreepoptie instellen
U kunt ervoor kiezen de handgreep voor het Edge screen weer te geven op het startscherm en het
vergrendelscherm of op alle schermen. U kunt ook de locatie van de handgreep wijzigen.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Edge screen
Positie Edge screen
.
Als u de handgreepoptie wilt wijzigen, tikt u op
Handgr. Edge screen weergeven op
en selecteert u
een optie.
Als u de locatie van de handgreep wilt wijzigen, sleept u de handgreep voor het Edge screen
omhoog of omlaag.
Basisfuncties
36
Meldingsitems selecteren
Selecteer items voor meldingen op het Edge screen via kleurenverlichting en gekleurde tabs terwijl
het scherm van het apparaat naar beneden is gericht.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Edge screen
Meldingen selecteren
en selecteer
items.
Meldingenvenster
Het meldingenvenster gebruiken
Wanneer u meldingen ontvangt, zoals berichten of gemiste oproepen, verschijnen
indicatorpictogrammen in de statusbalk. Als u meer informatie wilt weergeven over de
pictogrammen, opent u het meldingenvenster en bekijkt u de details.
Sleep de statusbalk omlaag om het meldingenvenster te openen. Veeg omhoog op het scherm om
het meldingenvenster te sluiten.
Basisfuncties
37
U kunt de volgende functies in het meldingenvenster gebruiken.
Instellingen starten.
S Finder starten.
Op een melding tikken en
verschillende acties gebruiken.
Alle meldingen wissen.
De helderheid aanpassen.
Toetsen voor snelle instellingen
beheren.
Toetsen voor Snel instellen
Snel verbinden starten.
U kunt
S Finder
en
Snel verbinden
verbergen via het menu Bewerken in het
meldingenvenster.
De toetsen voor snelle instellingen gebruiken
Tik op de toetsen voor snelle instellingen om bepaalde functies te gebruiken. Veeg naar links of
rechts op de toetsen om meer toetsen weer te geven. U kunt meer gedetailleerdere instellingen
bekijken als u een toets blijft aanraken.
Als u de toetsen wilt verplaatsen, tikt u op
BEWERKEN
, blijft u een toets aanraken en sleept u deze
naar een andere locatie.
S Finder
U kunt met zoekwoorden zoeken naar veel soorten inhoud.
Zoeken naar inhoud op het apparaat
Open het meldingenvenster en tik op
S Finder
.
Geef een zoekwoord in het zoekveld in of tik op
en spreek een zoekwoord uit.
Voor nauwkeurigere resultaten, tikt u op de filtertoetsen onder het zoekveld en selecteert u
filterdetails.
Basisfuncties
38
Zoekcategorieën instellen
U kunt zoekcategorieën instellen om te zoeken naar inhoud in specifieke zoekvelden.
Tik op
MEER
Zoeklocaties selecteren
en selecteer categorieën.
Snel verbinden
U kunt automatisch zoeken naar apparaten in de buurt en snel hiermee verbinding maken.
•
Als het apparaat dat u wilt verbinden, geen ondersteuning biedt voor de Quick Connect-
functie, activeert u de Wi-Fi Direct-functie voordat u
Snel verbinden
start op uw
apparaat.
•
De methode voor het koppelen kan verschillen afhankelijk van het gekoppelde apparaat
of de gedeelde inhoud.
Verbinding maken met andere apparaten
1
Open het meldingenvenster en tik op
Snel verbinden
.
Als u deze functie voor het eerst gebruikt, selecteert u een zichtbaarheidsoptie en tikt u op
SNEL
VERBINDEN INSCHAKELEN
.
Wanneer het venster wordt geopend, wordt de Wi-Fi-functie automatisch ingeschakeld en zoekt
het apparaat naar apparaten uit de omgeving.
Als u Samsung Link hebt geïnstalleerd op uw apparaat, wordt de lijst met apparaten die
zijn geregistreerd bij Samsung Link, boven aan het scherm weergegeven. Ga voor meer
informatie over Samsung Link naar link.samsung.com.
2
Selecteer een apparaat in de lijst en maak hiermee verbinding door de instructies op het scherm
te volgen.
De volgende stappen kunnen verschillen afhankelijk van het gekoppelde apparaat.
Als u de zichtbaarheidsinstelling van uw apparaat wilt wijzigen, tikt u op
INSTELL.
Zichtbaarheid apparaat
en selecteert u een optie.
Opnieuw naar apparaten zoeken
Als het gewenste apparaat niet in de lijst staat, zoekt u naar het apparaat.
Tik op
VERNIEUW
en selecteer het apparaat in de lijst met gedetecteerde apparaten.
Basisfuncties
39
Inhoud delen
Inhouden delen met de gekoppelde apparaten.
1
Open het meldingenvenster en tik op
Snel verbinden
.
2
Selecteer een apparaat uit de lijst met gedetecteerde apparaten.
3
Tik op
Inhoud delen
en selecteer een mediacategorie.
4
Volg de instructies op het scherm om inhoud naar het verbonden apparaat te verzenden.
De volgende stappen kunnen verschillen afhankelijk van de geselecteerde mediacategorie.
Screen Mirroring
Via een draadloze verbinding kunt u de weergegeven inhoud van uw apparaat bekijken op een
groter scherm.
Als een groot scherm, zoals een tv, geen ondersteuning biedt voor de functie Screen Mirroring,
gebruikt u compatibele accessoires om de functie in te schakelen. Compatibele accessoires zijn
onder andere HomeSync en een AllShare Cast-dongle.
1
Activeer de functie Screen Mirroring op de tv.
2
Tik op het meldingenvenster op
BEWERKEN
Screen Mirroring
.
De gedetecteerde apparaten worden weergegeven.
3
Selecteer een apparaat om verbinding mee te maken.
Het scherm van uw apparaat verschijnt op het tv-scherm.
4
Open een bestand of speel een bestand af en bedien het scherm met de toetsen op uw
apparaat.
•
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
•
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor het grote scherm of het accessoire dat compatibel
is met Screen Mirroring voor meer informatie over het verbinden van uw apparaat en het
grote scherm.
•
Sommige bestanden worden mogelijk in de buffer opgeslagen tijdens het afspelen
afhankelijk van de netwerkverbinding.
•
Om energie te besparen, schakelt u deze functie uit wanneer deze niet wordt gebruikt.
•
Als u een Wi-Fi-frequentie instelt, worden AllShare Cast-dongles of HomeSync mogelijk
niet ontdekt of verbonden.
Basisfuncties
40
Tekst ingeven
Toetsenbordindeling
Er verschijnt automatisch een toetsenbord wanneer u tekst kunt ingeven om berichten te versturen,
notities te maken en meer.
Tekstinvoer wordt in sommige talen niet ondersteund. Als u tekst wilt ingeven, moet u de
invoertaal wijzigen in een van de ondersteunde talen.
Naar de volgende regel gaan.
Een voorgaand teken verwijderen.
Leestekens ingeven.
Hoofdletters ingeven. Als u alles in
hoofdletters wilt ingeven, tikt u
twee keer hierop.
De toetsenbordinstellingen
wijzigen.
Een spatie ingeven.
De invoertaal wijzigen
Tik op
Invoertalen toevoegen
en selecteer de talen die u wilt gebruiken. Als u twee of meer
talen selecteert, kunt u schakelen tussen de invoertalen door naar links of rechts te vegen op de
spatiebalk.
De toetsenbordindeling wijzigen
Tik op , selecteer een taal onder
Invoertalen
en selecteer vervolgens een toetsenbordindeling.
Op het
3x4 toetsenbord
heeft een toets drie of vier tekens. Als u een teken wilt invoeren,
tikt u herhaaldelijk op de betreffende toets totdat het gewenste teken wordt weergegeven.
Basisfuncties
41
Aanvullende toetsenbordfuncties gebruiken
Blijf aanraken om de volgende functies te gebruiken. Andere pictogrammen die kunnen worden
weergegeven in plaats van het pictogram
, zijn afhankelijk van de laatst gebruikte functie.
•
: tekst via spraak ingeven.
Het toetsenbord openen.
Ingeven van tekst met stem starten
of pauzeren.
•
: een item toevoegen van het klembord.
•
: emoticons ingeven.
•
: de toetsenbordinstellingen wijzigen.
Kopiëren en plakken
1
Blijf de tekst aanraken.
2
Sleep of om de gewenste tekst te selecteren, of tik op
Alles selecteren
om alle tekst te
selecteren.
3
Tik op
Kopiëren
of
Knippen
.
De geselecteerde tekst wordt naar het klembord gekopieerd.
4
Tik en houd vast op het punt waar de tekst moeten worden ingevoegd en tik op
Plakken
.
Als u tekst wilt plakken die u eerder hebt gekopieerd, tikt u op
Klembord
en selecteert u de
tekst.
Basisfuncties
42
Woordenboek
U kunt definities van woorden opzoeken wanneer u bepaalde functies gebruikt, zoals bij het
bladeren door webpagina's.
1
Blijf een woord aanraken dat u wilt opzoeken.
Als het woorden dat u wilt opzoeken niet is geselecteerd, sleept u
of om de gewenste tekst
te selecteren.
2
Tik op
Woordenboek
in de lijst met opties.
Als er geen woordenboek is geïnstalleerd op het apparaat, tikt u op
naast een woordenboek
om dit te downloaden.
3
Bekijk de definitie in het pop-upvenster met het woordenboek.
Als u wilt overschakelen naar volledige schermweergave, tikt u op
. Tik op de definitie op
het scherm om meer definities weer te geven. Tik in de gedetailleerde weergave op
om het
woord toe te voegen aan uw lijst met favoriete woorden of tik op
ZOEKEN OP INTERNET
om het
woord te gebruiken als zoekterm.
Schermafbeelding
Terwijl u het apparaat gebruikt, kunt u een schermafbeelding maken.
Houd de starttoets en de aan/uit-toets tegelijkertijd ingedrukt. U kunt opgeslagen afbeeldingen
opslaan in de
Galerij
.
U kunt ook schermopnamen maken door uw hand naar links of rechts te vegen op het scherm.
Raadpleeg Bewegingen en gebaren voor meer informatie.
Het is bij gebruik van sommige apps en functies niet mogelijk een schermafbeelding te
maken.
Basisfuncties
43
Apps openen
Selecteer op het startscherm of het scherm Apps een applicatiepictogram om de app te openen.
Als u een app wilt openen vanuit de lijst met onlangs geopende apps, tikt u op
en selecteert u
een recent app-venster.
Een app sluiten
Tik op en sleep een recent app-venster naar links of rechts om het te sluiten. Als u alle actieve
apps wilt sluiten, tikt u op
ALLES SLUITEN
.
Multi window
Introductie
Met de functie multi window kunt u twee apps tegelijkertijd uitvoeren in een gesplitst scherm. U
kunt ook meerdere apps tegelijk in de pop-upweergave uitvoeren.
Bepaalde apps bieden mogelijk geen ondersteuning voor deze functie.
Weergave met gesplitst
scherm
Pop-upweergave
Basisfuncties
44
Weergave met gesplitst scherm
1
Tik op om de lijst met onlangs gebruikte apps te openen.
2
Veeg omhoog of omlaag en tik op op een recent app-venster.
De geselecteerde app wordt geopend in het bovenste venster.
3
Veeg naar links of rechts om een andere app te selecteren om te starten.
U kunt de gesplitste schermweergave ook openen door te blijven aanraken.
Basisfuncties
45
Extra opties gebruiken
Als u apps gebruikt in de gesplitste schermweergave, selecteert u een app-venster en tikt u op de
cirkel tussen de app-vensters om de volgende opties te gebruiken:
•
: locaties verwisselen van app-vensters.
•
: tekst of gekopieerde afbeeldingen van het ene venster naar het andere slepen. Tik op een
item en blijf dit aanraken in het geselecteerde venster en sleep het naar een locatie in een ander
venster.
Bepaalde apps bieden mogelijk geen ondersteuning voor deze functie.
•
: het venster minimaliseren.
•
: het venster maximaliseren.
•
: de app sluiten.
Basisfuncties
46
De venstergrootte aanpassen
Sleep de cirkel tussen de appvensters omhoog of omlaag om het formaat van de vensters aan te
passen.
Pop-upweergave
1
Start op het scherm Apps een app om te gebruiken in de pop-upweergave.
2
Sleep diagonaal omlaag vanuit een van de bovenhoeken.
Het app-scherm wordt geopend in de pop-upweergave.
Het venster minimaliseren.
De app sluiten.
Het venster maximaliseren.
Inhoud slepen en neerzetten.
Basisfuncties
47
Pop-upvensters verplaatsen
Als u een pop-upvenster wilt verplaatsen, blijft u de cirkel op een scherm vasthouden en sleept u
deze naar een nieuwe locatie.
De pop-upweergave starten vanuit de gesplitste schermweergave
1
Tik in de gesplitste schermweergave op een app-venster om dit te openen in de pop-
upweergave.
2
Blijf de cirkel tussen de pop-upvensters aanraken.
De geselecteerde app wordt geopend in een pop-upvenster.
Basisfuncties
48
Gegevens overdragen van uw vorige apparaat
U kunt gegevens van een vorig apparaat overzetten naar uw nieuwe apparaat via Samsung Smart
Switch.
De volgende versies van Samsung Smart Switch zijn beschikbaar.
•
Mobiele versie: gegevens overzetten tussen mobiele apparaten. U kunt de app downloaden via
Galaxy Apps
of
Play Store
.
•
Computerversie: gegevens overzetten tussen uw apparaat en een computer. U kunt de app
downloaden van www.samsung.com/smartswitch.
•
Samsung Smart Switch wordt niet ondersteund op sommige apparaten of computers.
•
Er zijn beperkingen van toepassing. Ga naar www.samsung.com/smartswitch voor
informatie. Samsung neemt copyright uiterst serieus. U mag alleen inhoud overzetten die
uw eigendom is of waarvoor u beschikt over overdrachtsrechten.
Gegevens van een mobiel apparaat overzetten
Zet gegevens van uw vorige apparaat over naar uw nieuwe apparaat.
1
Download en installeer Smart Switch via
Galaxy Apps
of de
Play Store
op beide apparaten.
2
Plaats de apparaten bij elkaar in de buurt.
3
Start
Smart Switch
op beide apparaten.
Basisfuncties
49
4
Selecteer op uw nieuwe apparaat het vorige apparaattype in de lijst en tik op
Start
.
5
Volg de instructies op het scherm om uw gegevens over te zetten van uw vorige apparaat.
Back-upgegevens van een computer overzetten
Maak een back-up van gegevens op uw vorige apparaat op een computer en importeer de
gegevens op uw nieuwe apparaat.
1
Ga op de computer naar www.samsung.com/smartswitch om Smart Switch te downloaden.
2
Start Smart Switch op de computer.
Als uw vorige apparaat geen Samsung-apparaat is, maakt u een back-up van de gegevens
op een computer met een programma dat wordt geleverd door de fabrikant van het
apparaat. Ga vervolgens door naar de vijfde stap.
3
Sluit uw vorige apparaat met de USB-kabel aan op de computer.
4
Volg de instructies op het scherm van de computer om een back-up van de gegevens op het
apparaat te maken. Koppel uw vorige apparaat vervolgens los van de computer.
Basisfuncties
50
5
Sluit uw nieuwe apparaat met de USB-kabel aan op de computer.
6
Volg de instructies op het scherm van de computer om de gegevens over te zetten naar uw
nieuwe apparaat.
Apparaat- en gegevensbeheer
Het apparaat gebruiken als verwisselbare schijf voor
gegevensoverdracht
U kunt audio, video, afbeeldingen of andere soorten bestanden overbrengen van het apparaat naar
de computer of andersom.
Verwijder de USB-kabel van het apparaat niet tijdens de overdracht van bestanden.
Hierdoor kunnen gegevens verloren gaan of kan het apparaat worden beschadigd.
De apparaten kunnen mogelijk niet correct worden gekoppeld als ze via een USB-hub zijn
gekoppeld. Sluit het apparaat rechtstreeks aan op de USB-poort van de computer.
1
Sluit uw apparaat met een USB-kabel aan op een computer.
2
Open het meldingenvenster en tik op
Aangesloten als media-apparaat
Media-apparaat
(MTP)
.
Tik op
Camera (PTP)
als uw computer Media Transfer Protocol (MTP) niet ondersteunt of als het
juiste stuurprogramma niet is geïnstalleerd.
3
Breng bestanden over tussen uw apparaat en de computer.
Basisfuncties
51
Het apparaat bijwerken
Het apparaat kan worden bijgewerkt met de nieuwste software.
Bijwerken via over-the-air
Het apparaat kan rechtstreeks worden bijgewerkt met de nieuwste software via de FOTA-service
(Firmware Over-The-Air).
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toestel-info
Software-update
Nu bijwerken
.
Als u automatisch wilt controleren op beschikbare updates, tikt u op de schakelaar
Automatisch bijwerken
om deze in te schakelen. Als u alleen updates wilt download
wanneer een Wi-Fi-verbinding is ingeschakeld, tikt u op de schakelaar
Alleen Wi-Fi
om deze
in te schakelen.
Bijwerken met Smart Switch
Sluit het apparaat aan op een computer en werk het apparaat bij met de nieuwste software.
1
Ga op de computer naar www.samsung.com/smartswitch om Smart Switch te downloaden en
te installeren.
2
Start Smart Switch op de computer.
3
Sluit het apparaat met een USB-kabel aan op de computer.
4
Als er een software-update beschikbaar is, volgt u de instructies op het scherm om het apparaat
bij te werken.
•
Schakel de computer niet uit en maak de USB-kabel niet los terwijl het apparaat bezig is
met bijwerken.
•
Sluit geen andere media-apparaten aan op de computer terwijl het apparaat wordt
bijgewerkt. Dit kan het bijwerkproces verstoren. Voordat u bijwerkt, koppelt u alle andere
media-apparaten los van de computer.
Basisfuncties
52
Een back-up maken van gegevens of gegevens terugzetten
Bewaar uw persoonlijke informatie, appgegevens en instellingen veilig op uw apparaat. U kunt een
back-up van uw gevoelige informatie op een back-upaccount zetten en deze later oproepen. U moet
zich aanmelden bij uw Google- of Samsung-account om een back-up van gegevens te maken of te
herstellen. Raadpleeg Accounts voor meer informatie.
Een Samsung-account gebruiken
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Back-up maken en terugzetten
Back-up van mijn
gegevens
, selecteer de items waarvan u een back-up wilt maken en tik op
NU BACK-UP MAKEN
.
Als u wilt instellen dat het apparaat automatisch een back-up van gegevens maakt, tikt u op de
schakelaar
Automatische back-up
om deze in te schakelen.
Als u gegevens wilt herstellen met een Samsung-account, tikt u op
Herstel
. De huidige gegevens
worden verwijderd van het apparaat om de geselecteerde items te herstellen.
Een Google-account gebruiken
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Back-up maken en terugzetten
en tik op de schakelaar
Back-up van mijn gegevens
om deze in te schakelen. Tik op
Back-up van account
en selecteer een
account dat u als back-upaccount wilt instellen.
Als u gegevens wilt herstellen met een Google-account, tikt u op de schakelaar
Automatisch
herstellen
om deze in te schakelen. Wanneer u apps opnieuw installeert, worden de instellingen en
gegevens waarvan een back-up is gemaakt, hersteld.
Basisfuncties
53
Fabrieksinstellingen herstellen
Alle instellingen en gegevens op het apparaat wissen. Voordat u de fabrieksinstellingen van het
apparaat herstelt, moet u een back-up van alle belangrijke gegevens op het apparaat maken.
Raadpleeg Een back-up maken van gegevens of gegevens terugzetten voor meer informatie.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Back-up maken en terugzetten
Fabrieksgegevens
herstellen
APPARAAT RESETTEN
ALLES VERWIJDEREN
. Het apparaat wordt automatisch
opnieuw gestart.
Verbinding maken met een tv
Introductie
Registreer een tv op uw apparaat zodat u gemakkelijk inhoud tussen beide kunt delen.
•
Deze functie is compatibel met Samsung Smart tv's op de markt gebracht in 2015 of later,
die ondersteuning bieden voor de functie Bluetooth Low Energy (BLE). Als uw tv de BLE-
functie niet ondersteunt, kunt u uw apparaat via de functie Screen Mirroring met de tv
verbinden. Raadpleeg Screen Mirroring voor meer informatie.
•
Sommige bestanden worden mogelijk in de buffer opgeslagen tijdens het afspelen
afhankelijk van de netwerkverbinding.
Een tv registreren
U kunt een tv registreren op uw apparaat. Wanneer u uw tv registreert, kunt u het scherm eenvoudig
delen tussen uw apparaat en tv en de functie Overzicht op tv gebruiken.
1
Schakel de tv in en plaats uw apparaat in de buurt van de tv.
2
Open het meldingenvenster en tik op
Snel verbinden
.
3
Selecteer de tv en tik op
Tv registreren
.
Basisfuncties
54
Scherm delen
U kunt het scherm van uw apparaat weergeven op een tv of andersom.
Het scherm van uw apparaat weergeven op een tv
Als uw apparaat de geregistreerde tv herkent terwijl u een video kijkt, wordt het pictogram
weergegeven op het apparaat. Tik op het pictogram om de video te streamen van uw apparaat naar
uw tv.
Als de tv is uitgeschakeld en is geregistreerd met
Snel verbinden
, wordt deze automatisch
ingeschakeld en wordt het scherm van uw apparaat op de tv weergegeven.
Deze functie wordt alleen ondersteund door de standaardgalerij, muziek- en
videospelerapps van het apparaat.
Het scherm van een tv weergeven op uw apparaat
1
Open het meldingenvenster en tik op
Snel verbinden
.
De geselecteerde tv wordt weergegeven in de lijst.
2
Selecteer de geregistreerde tv.
3
Tik op
Tv naar mobiel apparaat
.
Het tv-scherm wordt weergegeven op uw apparaat.
De functie Briefing op tv gebruiken
Uw geregistreerde tv wordt automatisch ingeschakeld volgens de tijd die u hebt ingesteld op
uw apparaat en geeft de tijd, weer en uw planning weer op het scherm. Als u deze functie wilt
gebruiken, moeten uw apparaat en de tv zijn verbonden met hetzelfde toegangspunt.
1
Open het meldingenvenster en tik op
Snel verbinden
.
De geselecteerde tv wordt weergegeven in de lijst.
Basisfuncties
55
2
Selecteer de geregistreerde tv.
3
Tik op
Briefing op tv
en stel een tijd en dag in om de functie Briefing op tv te gebruiken.
Tijd, weer en agendagegevens worden op het vooraf ingestelde tijdstip aan de rechterkant van
het TV-scherm weergegeven.
Bestanden delen met contacten
Deel bestanden met uw contacten met de functie voor eenvoudig delen. De volgende acties zijn een
voorbeeld van het delen van afbeeldingen.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
1
Tik op
Galerij
op het scherm Apps.
2
Selecteer een afbeelding.
3
Tik op
Delen
Eenvoudig delen
.
Als u deze functie voor de eerste keer gebruikt, leest u de voorwaarden en gaat u ermee
akkoord. Uw telefoonnummer wordt geverifieerd en de functie voor eenvoudig delen wordt
geactiveerd.
4
Selecteer ontvangers en tik op
GEREED
.
Wanneer de afbeelding wordt verzonden naar het apparaat van de ontvangers, wordt een melding
weergegeven op hun apparaten. Tik op de melding om de afbeelding te bekijken en te downloaden.
•
Als de ontvangers hun telefoonnummers niet hebben geverifieerd of als hun apparaten
geen ondersteuning bieden voor de functie voor eenvoudig delen, wordt een koppeling
naar de bestanden naar deze persoon verzonden in een SMS-bericht. De koppeling
verloopt na een bepaalde periode.
•
Er kunnen extra kosten in rekening worden gebracht als u bestanden deelt via het
mobiele netwerk.
Basisfuncties
56
Alarmstand
In de alarmstand wordt het scherm overgeschakeld om het batterijverbruik te verminderen.
Bepaalde apps en functies worden beperkt. In de alarmstand kunt u een alarmoproep uitvoeren, uw
huidige locatiegegevens verzenden naar anderen, een alarm laten afgaan en meer.
Houd de aan/uit-toets ingedrukt en tik op
Alarmstand
.
Meer apps toevoegen.
Een noodoproep plaatsen.
Resterende batterijduur en
gebruiksduur
De flitser inschakelen.
Bellen.
Uw huidige locatie-informatie
verzenden in een bericht.
Zoeken op internet.
Extra opties weergeven.
Geluidsalarmen.
De resterende gebruiksduur geeft aan wanneer de batterij leeg is. De gebruiksduur kan
verschillen afhankelijk van uw apparaatinstellingen en de gebruiksomstandigheden.
Alarmstand uitschakelen
Als u de alarmstand wilt uitschakelen, tikt u op
MEER
Alarmstand uitschakelen
. U kunt ook de
aan/uit-toets ingedrukt houden en op
Alarmstand
tikken.
57
Applicaties
Apps installeren of verwijderen
Galaxy Apps
Koop en download apps. U kunt apps downloaden die speciaal voor Samsung Galaxy-apparaten zijn
gemaakt.
Tik op
Galaxy Apps
op het scherm Apps.
De beschikbaarheid van deze app is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
Apps installeren
Blader door apps op categorie of tik op
ZOEKEN
om te zoeken met een zoekwoord.
Selecteer een app als u informatie erover wilt weergeven. Als u gratis apps wilt downloaden, tikt u op
INSTALLEREN
. Als u apps wilt kopen of downloaden waarvoor kosten in rekening worden gebracht,
tikt u op de prijs en volgt u de instructies op het scherm.
Als u de instellingen voor automatisch bijwerken wilt wijzigen, tikt u op
Instellingen
Apps automatisch bijwerken
en selecteert u een optie.
Play Store
Koop en download apps.
Tik op
Play Store
op het scherm Apps.
Apps installeren
Blader door apps op categorie of zoek naar apps met een zoekwoord.
Selecteer een app als u informatie erover wilt weergeven. Als u gratis apps wilt downloaden, tikt u op
INSTALLEREN
. Als u apps wilt kopen of downloaden waarvoor kosten in rekening worden gebracht,
tikt u op de prijs en volgt u de instructies op het scherm.
Als u de instellingen voor automatisch bijwerken wilt wijzigen, tikt u op
Instellingen
Apps automatisch updaten
en selecteert u een optie.
Applicaties
58
Apps beheren
Apps verwijderen of uitschakelen
Tik op het scherm Apps op
BEWERKEN
. Het pictogram verschijnt op de apps die u kunt
uitschakelen of verwijderen. Selecteer een app en tik op
UITSCHAKELEN
of op
VERWIJDEREN
. U
kunt op het scherm Apps ook tikken op
Instellingen
Applicaties
Applicatiebeheer
, een app
selecteren en dan op
UITSCHAKELEN
of op
VERWIJDEREN
tikken.
•
UITSCHAKELEN
: zo kunt u geselecteerde standaardapps uitschakelen die niet van het apparaat
kunnen worden verwijderd.
•
VERWIJDEREN
: verwijder gedownloade apps.
Apps inschakelen
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Applicaties
Applicatiebeheer
, blader naar
UITGESCHAKELD
, selecteer een app en tik dan op
INSCHAKELEN
.
Telefoon
Introductie
U kunt spraak- en video-oproepen plaatsen en beantwoorden.
Zelf bellen
1
Tik op
Telefoon
op het scherm Apps.
2
Geef een telefoonnummer in.
Als het toetsenbord niet wordt weergegeven op het scherm, tikt u op
om het toetsenbord te
openen.
Applicaties
59
3
Tik op om een spraakoproep te starten of tik op om een video-oproep te starten.
Het nummer toevoegen aan de lijst
met contacten.
Het telefoonnummer weergeven.
Het toetsenbord verbergen.
Een voorgaand teken verwijderen.
Extra opties weergeven.
Snelkiesnummers gebruiken
Stel snelkiesnummers in om snel contacten te bellen.
Als u een snelkiesnummer wilt instellen, tikt u op
MEER
Snelkiesnummer
, selecteert u een
snelkiesnummer en selecteert u een contact.
Als u wilt bellen, tikt u op een snelkiesnummer op het toetsenbord en blijft u dit aanraken. Voor
snelkiesnummers 10 en hoger tikt u op het eerste cijfer/de eerste cijfers van het nummer en tikt u
vervolgens op het laatste cijfer en blijft u dit aanraken.
Als u bijvoorbeeld het nummer 123 instelt als snelkiesnummer, tikt u op 1, tikt u op 2 en tikt u
vervolgens op 3 en blijft u dit aanraken.
Bellen vanaf het vergrendelscherm
Sleep op het vergrendelscherm buiten de grote cirkel.
Bellen vanuit logboeken of lijsten met contacten
Tik op
LOGBESTAND
of
CONTACTEN
en veeg naar rechts op een contact of telefoonnummer om
een oproep te maken.
Applicaties
60
Bellen naar het buitenland
1
Tik op om het toetsenbord te openen als het niet wordt weergegeven op het scherm.
2
Tik op 0 en blijf dit aanraken totdat het +-teken wordt weergegeven.
3
Geef het landnummer, netnummer en telefoonnummer in en tik op .
Oproepen ontvangen
Een oproep aannemen
Sleep buiten de grote cirkel bij een inkomende oproep.
Een oproep weigeren
Sleep buiten de grote cirkel bij een inkomende oproep.
Als u bij het weigeren van een inkomende oproep een bericht wilt terugsturen, sleept u de balk voor
bericht weigeren omhoog.
Als u verschillende weigerberichten wilt maken, opent u het scherm Apps, tikt u op
Telefoon
MEER
Instellingen
Oproepen blokkeren
Ber. geweigerde oproepen
, geeft u een bericht
in en tikt u op
.
Telefoonnummers blokkeren
U kunt oproepen weigeren van specifieke nummers die zijn toegevoegd aan uw blokkeerlijst.
1
Tik op het scherm Apps op
Telefoon
MEER
Instellingen
Oproepen blokkeren
Blokkeerlijst
.
2
Tik op
LOGBESTAND
of
CONTACTEN
om contacten te selecteren en tik op .
Als u handmatig een nummer wilt ingeven, tikt u op
Telefoonnummer invoeren
en geeft u een
telefoonnummer in.
Wanneer via geblokkeerde nummers wordt geprobeerd contact met u op te nemen, ontvangt u
geen meldingen. De oproepen worden geregistreerd in het oproeplogbestand.
U kunt ook elk telefoonnummer weigeren dat niet is opgeslagen als contact. Tik op de
schakelaar
Anonieme oproepen blokk.
om de functie te activeren.
Applicaties
61
Gemiste oproepen
Als u een oproep hebt gemist, wordt het pictogram weergegeven op de statusbalk. Open het
meldingenvenster om een lijst met gemiste oproepen weer te geven. U kunt ook op het scherm
Apps op
Telefoon
LOGBESTAND
tikken om gemiste oproepen te bekijken.
Opties tijdens gesprekken
Tijdens een spraakoproep
De volgende opties zijn beschikbaar:
•
IN WACHT
: een oproep in de wacht plaatsen. Tik op
OPROEP HERVATTEN
om de oproep uit de
wacht te halen.
•
Oproep toevoegen
: een tweede nummer bellen.
•
Extra volume
: het volume verhogen.
•
Bluetooth
: overschakelen naar een Bluetooth-headset als deze is verbonden met het apparaat.
•
Luidspreker
: de luidsprekerfunctie in- of uitschakelen. Wanneer u de luidsprekerfunctie
gebruikt, spreekt u in de microfoon boven aan het apparaat en houdt u het apparaat uit de
buurt van uw oren.
•
Toetsenbord
/
Verbergen
: het toetsenbord openen of sluiten.
•
Stil
: de microfoon uitschakelen zodat de andere persoon u niet kan horen.
•
E-mail
: een e-mail verzenden.
•
Bericht
: een bericht verzenden.
•
Internet
: door webpagina's bladeren.
•
Contacten
: de lijst met contacten openen.
•
S Planner
: de agenda openen.
•
Notitie
: een notitie maken.
•
: beëindiging van de huidige oproep.
Tijdens een video-oproep
Tik op het scherm om de volgende opties te gebruiken:
•
MEER
: extra opties openen.
•
Schakel
: schakelen tussen de camera aan de voorzijde en aan de achterzijde.
•
: beëindiging van de huidige oproep.
•
Stil
: de microfoon uitschakelen zodat de andere persoon u niet kan horen.
Applicaties
62
Contacten
Introductie
U kunt nieuwe contacten toevoegen of contacten beheren op het apparaat.
Contacten toevoegen
Handmatig contacten toevoegen
1
Tik op
Contacten
op het scherm Apps.
2
Tik op en selecteer een opslaglocatie.
3
Geef de contactgegevens in.
•
: een afbeelding toevoegen.
•
/ : een contactveld toevoegen of verwijderen.
4
Tik op
OPSLAAN
.
Als u een telefoonnummer wilt toevoegen aan de lijst met contacten met het toetsenbord, opent
u het scherm Apps en tikt u op
Telefoon
. Als het toetsenbord niet wordt weergegeven op het
scherm, tikt u op
om het toetsenbord te openen. Geef het nummer in en tik op
Toevoegen aan
Contacten
.
Als u een telefoonnummer uit ontvangen oproepen of berichten wilt toevoegen aan de lijst met
contacten, opent u het scherm Apps en tikt u op
Telefoon
LOGBESTAND
een contact.
Contacten importeren
Contacten van andere opslagapparaten naar uw apparaat importeren.
Tik op het scherm Apps op
Contacten
MEER
Instellingen
Contacten importeren/
exporteren
IMPORTEREN
en selecteer een optie voor importeren.
Applicaties
63
Zoeken naar contacten
Tik op het scherm Apps op
Contacten
.
Gebruik een van de volgende zoekmethoden:
•
Scrol omhoog of omlaag in de lijst met contacten.
•
Sleep met een vinger langs de index op de rechterzijde van de lijst met contacten om er snel
door te scrollen.
•
Tik op het zoekveld bovenaan de lijst met contacten en geef de zoekterm in.
Voer een van de volgende acties uit wanneer een contact is geselecteerd:
•
: toevoegen aan favoriete contacten.
•
/ : een spraak- of video-oproep starten.
•
: een bericht samenstellen.
•
: een e-mail schrijven.
Profiel delen
U kunt uw profielgegevens, zoals uw foto en statusbericht, delen met andere die de functie voor
profiel delen gebruiken.
•
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
•
Deze functie is alleen beschikbaar voor contacten die de functie voor delen hebben
ingeschakeld op hun apparaat.
Tik op het scherm Apps op
Contacten
uw profiel
Profiel delen
en tik op de schakelaar om
deze te activeren. Als u deze functie voor de eerste keer gebruikt, leest u de voorwaarden en gaat
u ermee akkoord. Uw telefoonnummer wordt geverifieerd en de functie voor profiel delen wordt
geactiveerd. U kunt de bijgewerkte profielgegevens van uw contacten bekijken in
Contacten
.
Als u aanvullende items wilt instellen om te delen, tikt u op
Gedeelde profielgegevens
en selecteert
u items.
Als u een groep met contacten wilt instellen waarmee u uw profiel wilt delen, selecteert u een groep
met contacten onder
Delen met
.
Applicaties
64
Contacten delen
U kunt contacten met anderen delen via verschillende opties voor delen.
1
Tik op
Contacten
op het scherm Apps.
2
Tik op
MEER
Delen
.
3
Vink contacten aan en tik op
DELEN
.
4
Selecteer een methode voor delen.
Berichten
Introductie
Berichten verzenden en weergeven op conversatie.
Berichten verzenden
Voor berichten die u tijdens het roamen verstuurt, moet u wellicht extra betalen.
1
Tik op
Berichten
op het scherm Apps.
2
Tik op .
Applicaties
65
3
Voeg ontvangers toe en geef een bericht in.
Extra opties weergeven.
Een bericht ingeven.
Contacten uit de lijst met contacten
selecteren.
Emoticons ingeven.
Ontvangers ingeven.
Bestanden toevoegen.
Het bericht verzenden.
4
Tik op
VERZ.
om het bericht te verzenden.
Berichten bekijken
Berichten worden in berichtenreeksen gesorteerd op contact.
Voor berichten die u tijdens het roamen ontvangt, moet u wellicht extra betalen.
1
Tik op
Berichten
op het scherm Apps.
2
Selecteer een contact in de lijst met berichten.
3
Bekijk het gesprek.
Applicaties
66
Ongewenste berichten blokkeren
U kunt berichten van specifieke nummers blokkeren of berichten met zinnen die zijn toegevoegd
aan uw blokkeerlijst.
1
Tik op
Berichten
op het scherm Apps.
2
Tik op
MEER
Instellingen
Berichten blokkeren
.
3
Tik op
Blokkeerlijst
.
Tik op
Geblokkeerde zinnen
om zinnen toe te voegen om te blokkeren.
4
Tik op
POSTVAK IN
of
CONTACTEN
om contacten te selecteren en tik op .
Als u handmatig een nummer wilt ingeven, tikt u op
Nummer invoeren
en geeft u een
telefoonnummer in.
Wanneer u berichten van de geblokkeerde nummers of berichten met de geblokkeerde zinnen
ontvangt, krijgt u geen melding. Als u geblokkeerde berichten wilt bekijken, tikt u op
MEER
Instellingen
Berichten blokkeren
Geblokkeerde berichten
.
De berichtmelding instellen
U kunt het meldingsgeluid, weergaveopties en meer wijzigen.
1
Tik op
Berichten
op het scherm Apps.
2
Tik op
MEER
Instellingen
Meldingen
en tik op de schakelaar om deze te activeren.
3
Wijzig de instellingen voor meldingen.
•
Meldingsgeluid
: het meldingsgeluid wijzigen.
•
Trilstand
: instellen dat het apparaat trilt wanneer u berichten ontvangt.
•
Pop-up weergeven
: instellen dat het apparaat berichten weergeeft in pop-upvensters.
•
Berichtvoorbeeld
: instellen dat het apparaat berichtinhoud weergeeft op de statusbalk, het
vergrendelscherm en in pop-upvensters.
U kunt een melding op een bepaald interval instellen om u te laten weten dat u niet-
bekeken meldingen hebt. Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Meldingsherinnering
en tik op de schakelaar om deze in te schakelen. Tik vervolgens op de
schakelaar
Berichten
om deze te activeren.
Applicaties
67
Internet
U kunt op internet bladeren om informatie te zoeken en een bladwijzer maken voor uw favoriete
webpagina's zodat u ze gemakkelijk weer kunt openen.
1
Tik op
Internet
op het scherm Apps.
2
Tik op het adresveld.
3
Geef het webadres of een zoekwoord in en tik op
Ga
.
Als u de werkbalken wilt weergeven, sleept u uw vinger enigszins omlaag op het scherm.
De startpagina openen.
Naar de eerder bezochte pagina
gaan.
Tabbladbeheer van de browser
openen.
Extra opties weergeven.
De huidige webpagina vernieuwen.
Favorieten, opgeslagen
webpagina's en recente
geschiedenis weergeven.
Applicaties
68
E-mail
E-mailaccounts instellen
Stel een e-mailaccount in wanneer u
E-mail
voor het eerst opent.
1
Tik op
E-mail
op het scherm Apps.
2
Geef het e-mailadres en wachtwoord in en tik op
VOLGENDE
.
Als u een e-mailaccount voor een bedrijf handmatig wilt registreren, tikt u op
HANDM. INSTELL.
3
Volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
Als u een ander e-mailaccount wilt instellen, tikt u op
MEER
Instellingen
Account toevoegen
.
Als u meerdere e-mailaccounts hebt, kunt u een account instellen als standaardaccount. Tik op
MEER
Instellingen
MEER
Standaardaccount instellen
.
E-mails verzenden
1
Tik op om een e-mail te schrijven.
2
Voeg ontvangers toe en voer een tekst voor de e-mail in.
3
Tik op
VERZENDEN
om de e-mail te verzenden.
Applicaties
69
E-mails lezen
Wanneer
E-mail
is geopend, haalt het apparaat nieuwe e-mails automatisch op. Als u e-mails
handmatig wilt ophalen, veegt u omlaag op het scherm.
Tik op een e-mail op het scherm om deze te lezen.
Als e-mailsynchronisatie is uitgeschakeld, kunnen nieuwe e-mails niet worden opgehaald.
Als u e-mailsynchronisatie wilt inschakelen, tikt u op
MEER
Instellingen
uw
accountnaam en tikt u op de schakelaar
Account synchroniseren
om deze te activeren.
Camera
Introductie
U kunt foto's maken en video's opnemen met verschillende standen en instellingen.
Basisinformatie over foto's en video's maken
U kunt foto's maken of video's opnemen. Bekijk uw foto's en video's in
Galerij
.
Tik op
Camera
op het scherm Apps.
Cameragebruik
•
Maak geen foto's of video's van andere mensen zonder hun toestemming.
•
Maak geen foto's of video's waar dit wettelijk niet is toegestaan.
•
Maak geen foto's of video's op plaatsen waar u mogelijk de privacy van anderen schendt.
Applicaties
70
Foto's of video's maken
1
Tik op de afbeelding in het voorbeeldscherm op de plek waarop de camera moet scherpstellen.
2
Tik op om een foto te maken of op om een video te maken. Blijf aanraken om een reeks
foto's te maken.
•
Spreid twee vingers op het scherm om in te zoomen en knijp samen om uit te zoomen.
•
Tik op het scherm om de helderheid van foto's of video's aan te passen. Wanneer de
aanpassingsbalk wordt weergegeven, blijft u
aanraken en sleept u dit naar de
aanpassingsbalk.
•
Als u een afbeelding wilt vastleggen van de video terwijl u opneemt, tikt u op
Opname
.
•
Als u de focus wilt wijzigen terwijl u een video maakt, tikt u op de locatie waarop u wilt
scherpstellen. Als u wilt scherpstellen op het midden van het scherm, tikt u op
.
Camera-instellingen
De
instelpictogrammen
verbergen of
weergeven.
Snelle instellingen
Een video maken.
Een foto maken.
Schakelen tussen de
camera aan de
voorzijde en de
camera aan de
achterzijde.
Opnamestanden
Voorbeeldminiatuur
Huidige stand
Applicaties
71
Veeg op het voorbeeldscherm naar rechts om de lijst met opnamestanden te openen. Of veeg naar
links om foto's of video's weer te geven die u hebt vastgelegd.
•
Het voorbeeldscherm kan verschillen afhankelijk van de opnamestand en camera die
worden gebruikt.
•
De camera schakelt automatisch uit wanneer deze niet wordt gebruikt.
•
Zorg dat de lens schoon is. Anders werkt het apparaat mogelijk niet correct in bepaalde
standen waarvoor hoge resoluties zijn vereist.
•
De camera aan de voorzijde is uitgerust met een groothoeklens. Er kan een kleine
vervorming optreden in groothoekfoto's wat niet duidt op prestatieproblemen.
•
De maximale opnametijd kan afnemen wanneer u video opneemt op een hoge resolutie.
Camera starten met vergrendeld scherm
Als u snel foto's wilt maken, start u
Camera
in het vergrendelscherm.
Sleep op het vergrendelscherm
buiten de grote cirkel.
•
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
•
Sommige camerafuncties zijn niet beschikbaar als u
Camera
start vanuit het
vergrendelscherm als de beveiligingsfuncties zijn geactiveerd.
Camera snel starten
Druk twee keer snel op de starttoets om
Camera
te starten.
Camera
wordt altijd gestart in de
automatische stand.
Sommige camerafuncties zijn niet beschikbaar als u
Camera
start vanuit het
vergrendelscherm of als het scherm is uitgeschakeld als de beveiligingsfuncties zijn
geactiveerd.
Applicaties
72
HDR (High Dynamic Range)
Maak foto's met warme kleuren en leg details zelfs in lichte en donkere omgevingen vast.
Als u de HDR-stand wilt activeren of deactiveren, opent u het voorbeeldscherm en tikt u op
tot u
de gewenste optie hebt gevonden.
•
: het apparaat activeert de HDR-stand afhankelijk van de opnameomstandigheden.
•
: HDR-stand is geactiveerd.
•
: HDR-stand is gedeactiveerd.
AF-tracking
Wanneer u een onderwerp selecteert om te volgen, stelt het apparaat automatisch scherp op het
onderwerp, zelfs wanneer het onderwerp beweegt of wanneer u de positie van de camera wijzigt.
Wanneer deze functie is ingeschakeld, kunt u de functie voor videostabilisatie niet
gebruiken.
1
Tik op het voorbeeldscherm op en tik op de schakelaar
AF-tracking
om deze te activeren.
2
Tik op om terug te keren naar het voorbeeldscherm.
3
Tik op het onderwerp dat u wilt volgen.
Applicaties
73
4
Tik op om een foto te maken of op om een video te maken.
Onder de volgende omstandigheden kan het volgen van een onderwerp mislukken:
•
Het onderwerp te groot of te klein.
•
Het onderwerp beweegt te veel.
•
Er is veel tegenlicht of u maakt opnamen op een donkere plaats.
•
Kleuren of patronen van het onderwerp en de achtergrond zijn gelijk.
•
Het onderwerp bevat horizontale patronen, zoals jaloezieën.
•
De camera trilt te veel.
•
De video heeft een hoge resolutie.
De scherpstelling en belichting vergrendelen
Als er een groot contrast tussen licht/donker is en het onderwerp zich buiten het automatische
scherpstelgebied bevindt, kan het moeilijk zijn een juiste belichting te verkrijgen. Vergrendel de
scherpstelling of belichting en maak vervolgens een foto. Blijf het gebied aanraken waarop u
wilt scherpstellen; het AF/AE-kader wordt weergegeven op het gebied en de instellingen voor
scherpstelling en belichting worden vergrendeld. De instellingen blijven vergrendeld, ook nadat u
een foto hebt gemaakt.
Deze functie is alleen beschikbaar in bepaalde opnamestanden.
Applicaties
74
Automatische stand
Met de Automatische stand kan de camera de omgeving evalueren en de ideale stand bepalen voor
de foto.
Tik op het voorbeeldscherm op
STAND
Auto
.
Prof-stand
U kunt foto's maken terwijl u verschillende opname-opties aanpast, zoals belichtingswaarde en ISO-
waarde.
Tik op het voorbeeldscherm op
STAND
Prof
. Selecteer opties, pas de instellingen aan en tik op
om een foto te maken.
•
: een kleurtint selecteren. Als u uw eigen kleurtint wilt maken, tikt u op
Toon 1
of
Toon 2
.
•
: de scherpstelstand wijzigen. Sleep de aanpassingsbalk naar of om de scherpstelling
handmatig aan te passen. Als u wilt overschakelen naar de autofocusstand, sleept u de
aanpassingsbalk naar
AUTO
.
•
: een geschikte witbalans selecteren, zodat afbeeldingen een levensecht kleurbereik
hebben. U kunt de kleurtemperatuur instellen. Tik op
en sleep met uw vinger over de balk
voor de kleurtemperatuur.
•
: een ISO-waarde selecteren. Hiermee wordt de lichtgevoeligheid van de camera bediend.
Lage waarden zijn voor stilstaande of helder verlichte objecten. Hogere waarden zijn voor
snelbewegende of helder verlichte onderwerpen. Hogere ISO-waarden kunnen echter tot
beeldruis op foto's leiden.
Als de sluitertijd handmatig is ingesteld, kunt u de ISO-waarde niet instellen op
AUTO
.
•
: de sluitertijd aanpassen. Met een lange sluitertijd valt meer licht binnen, waardoor de
foto helderder wordt. Dit is ideaal voor foto's van landschappen of foto's die 's nachts worden
gemaakt. Met een korte sluitertijd valt minder licht binnen. Dit is ideaal als u foto's van snel
bewegende onderwerpen wilt maken.
•
: de belichtingswaarde wijzigen. Hiermee wordt bepaald hoeveel licht de sensor van de
camera ontvangt. Voor omstandigheden met weinig licht, moet u een hogere belichting
gebruiken.
Als de sluitertijd handmatig is ingesteld, kunt u de belichtingswaarde niet wijzigen. De
belichtingswaarde verandert en wordt weergegeven op basis van de ingestelde sluitertijd.
Applicaties
75
De huidige instelling opslaan als aangepaste instelling.
Tik op het voorbeeldscherm op
Aangepast
Huidige instell. opsl.
, selecteer een naam en tik op
OPSLAAN
.
Als u de opgeslagen instellingen wilt toepassen op de camera, opent u het voorbeeldscherm, tikt u
op
Aangepast
en selecteert u een naam.
Het belichtingsgebied en scherpstelgebied scheiden
Als helder licht het contrast beïnvloed of het onderwerp zich buiten het scherpstelgebied bevindt,
gebruikt u deze functie om het gewenste belichtingsniveau te bereiken. U kunt het belichtings-
en scherpstelgebied scheiden en het belichtingsniveau selecteren dat u wilt gebruiken voor het
onderwerp.
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer u de sluitertijd en de scherpstelling instelt op
AUTO
in de professionele stand.
1
Tik in het voorbeeldvenster op een gebied en blijf dit aanraken scherp te stellen.
Het AF/AE-kader wordt in het scherpstelgedeelte weergegeven.
Applicaties
76
2
Sleep het AF/AE-kader naar het belichtingsgedeelte.
Het belichtingsgebied wordt gescheiden van het scherpstelgebied.
Selectieve focus
Gebruik de selectieve focusstand om bepaalde onderwerpen te laten opvallen in een foto.
1
Tik op het voorbeeldscherm op
STAND
Selectieve focus
.
2
Tik op de afbeelding in het voorbeeldscherm op de plek waarop de camera moet scherpstellen.
3
Tik op om een foto te maken.
4
Tik op het miniatuurvoorbeeld.
5
Tik op en selecteer een van de volgende opties:
•
Focus dichtbij
: het onderwerp laten opvallen en de achtergrond vervagen rond het
onderwerp.
•
Focus veraf
: het onderwerp vervagen en de achtergrond laten opvallen rondom het
onderwerp.
•
Focus pannen
: het onderwerp en de achtergrond laten opvallen.
Applicaties
77
6
Tik op
OPSLAAN
.
•
U kunt het beste onderwerpen op een afstand van maximaal 50 cm vanaf het apparaat
plaatsen. Plaats onderwerpen waarop u wilt scherpstellen, dicht bij het apparaat.
•
Als u foto's maakt, moet u ervoor zorgen dat er voldoende afstand is tussen het
onderwerp en de achtergrond. De afstand moet minstens drie keer de afstand zijn tussen
het apparaat en het onderwerp.
•
De kwaliteit van de foto's die worden gemaakt met het apparaat, kan worden beïnvloed
door de volgende omstandigheden:
Het apparaat of het onderwerp beweegt.
Er is veel tegenlicht, er is weinig licht of u maakt foto's binnenshuis.
Het onderwerp of de achtergrond heeft geen patroon of bestaat uit een effen kleur.
Panorama
Maak een horizontale of verticale serie foto's en voeg deze samen om een brede scène te maken.
Tik op het voorbeeldscherm op
STAND
Panorama
.
Volg deze tips om de beste opnamen in de panoramastand te maken:
•
Beweeg de camera langzaam in één richting.
•
Zorg ervoor dat het beeld binnen het kader van de zoeker van de camera blijft.
•
Vermijd het maken van foto's met onduidelijke achtergronden, zoals een lege lucht of
een kale muur.
Applicaties
78
Videocollage
Neem video's op om een unieke videocollage te maken. U kunt de video's bewerken en delen met
anderen.
1
Tik op het voorbeeldscherm op
STAND
Videocollage
.
2
Tik op om een van de volgende opties te selecteren:
•
Collage
: meerdere video's opnemen en combineren om ze af te spelen als videocollage. U
kunt een collagetype selecteren en de schermverhouding wijzigen.
•
Serie
: de schermverhouding selecteren en een reeks video's met verschillende scènes
opnemen. Tijdens het opnemen kunt u de opname onderbreken en vervolgens hervatten
om meerdere scènes vast te leggen.
•
Slow motion
: een video opnemen om deze in een slow-motion videocollage weer te geven.
U kunt ook een opnameduur voor video's selecteren. Tik op en selecteer een optie.
3
Tik op om de opname te starten.
Nadat u een video hebt opgenomen, wordt een bewerkingsscherm weergegeven.
Applicaties
79
4
Bewerk de video met de beschikbare opties.
•
Audio
: het opgenomen geluid aanpassen of achtergrondmuziek invoegen.
•
Langz. delen
: delen van de video in elk frame selecteren om in slow motion af te spelen.
Deze optie wordt weergegeven wanneer u de optie voor slow-motion video selecteert.
•
Eindtags
: de opnamedatum en -tijd weergeven op de video.
5
Als u klaar bent met bewerken, tikt u op
OPSLAAN
om de video op te slaan.
Als u de video met vrienden wilt delen, tikt u op
DELEN
.
Live uitzending
U kunt live video's van uw speciale momenten opnemen en delen. Nodig uw familie en vrienden
uit om uw live uitzending te bekijken. Raadpleeg het Help-menu van YouTube voor meer informatie
over de YouTube-functie voor uitzendingen.
Er kunnen extra kosten in rekening worden gebracht voor uitzendingen via het mobiele
netwerk.
Voordat u begint
•
U moet zich aanmelden bij uw Google-account om deze functie te gebruiken.
•
Alleen mensen die zijn opgeslagen in
Contacten
, kunnen worden uitgenodigd. Sla mensen van
tevoren als contacten op.
•
Als u uw uitzending na afloop automatisch wilt opslaan op uw apparaat, opent u het
voorbeeldscherm, tikt u op
Instellingen
en tikt u op de schakelaar
Automatisch opslaan
om
deze te activeren. U kunt uw video's bekijken in
Galerij
.
Uw uitzending starten
1
Tik op het voorbeeldscherm op
STAND
Live uitzending
.
2
Lees de algemene voorwaarden en tik op
AKKOORD
.
3
Als u de naam van uw kanaal wilt wijzigen, tikt u op de standaardnaam onder
Live uitzending
en geeft u een nieuwe naam in.
Applicaties
80
4
Als u uw uitzending als openbaar of privé wilt instellen, tikt u op
Instellingen
Privacy
.
5
Tik op
Uitnod.
en selecteer contacten.
Wanneer de uitzending begint, wordt de videokoppeling in een bericht verzonden naar de
geselecteerde contacten. De uitgenodigde contacten kunnen de uitzending bekijken door op
de koppeling te tikken.
6
Tik op om de uitzending te starten.
Als u meer mensen wilt uitnodigen tijdens uw uitzending, tikt u op
Delen
en selecteert u een
methode voor delen. Uw uitzending wordt onderbroken terwijl u mensen uitnodigt. Als u de
opname weer wilt starten, tikt u op
HERVATTEN
.
7
Tik op om uw uitzending te beëindigen.
De uitzending wordt automatisch geüpload naar YouTube. Als u de koppeling met anderen wilt
delen, tikt u op
DELEN
.
Een live uitzending bekijken
Uitgenodigde contacten kunnen de uitzending bekijken door op de ontvangen videokoppeling te
tikken. Voor openbare uitzendingen kunnen kijkers zoeken naar uw kanaalnaam op YouTube.
Tijdens uw uitzending kunnen kijkers aangeven of ze deze leuk of niet leuk vinden.
Applicaties
81
Slow motion
Een video opnemen voor weergave in slow motion. U kunt delen van uw video opgeven die moeten
worden afgespeeld in slow motion.
De brandpuntsafstand kan kleiner worden wanneer u deze stand gebruikt.
1
Tik op het voorbeeldscherm op
STAND
Slow motion
.
2
Tik op om de opname te starten.
3
Tik op wanneer u klaar bent met de opname.
4
Tik op het voorbeeldscherm op de voorbeeldminiatuur.
5
Tik op .
De video wordt afgespeeld met een willekeurig ingesteld slow motion-gedeelte.
Delen voor slow motion bewerken
1
Tik op het voorbeeldscherm op de voorbeeldminiatuur.
2
Tik op .
De video wordt afgespeeld met een willekeurig ingesteld slow motion-gedeelte.
3
Tik op om het afspelen te onderbreken.
4
Sleep het beginhekje en het eindhekje naar het gewenste punt om de duur in te stellen van de
video die moet worden afgespeeld.
Applicaties
82
5
Sleep om het gedeelte van de video in te stellen dat moet worden afgespeeld in slow
motion.
Als u een slow motion-gedeelte nauwkeuriger wilt instellen, blijft u
aanraken en sleept u uw
vinger naar links of rechts om frame voor frame door het gedeelte te gaan.
Slow motion-gedeelte
Eindgreep
Startgreep
6
Tik op het slow motion-gedeelte en gebruik de volgende opties:
•
Snelheid
: de afspeelsnelheid wijzigen van het geselecteerde gedeelte.
•
Splitsen
: het gedeelte in twee delen splitsen.
•
Wissen
: een van de gesplitste delen verwijderen.
7
Tik op om een voorbeeld van de video te bekijken.
8
Tik op
EXPORTEREN
om de video op te slaan.
Fast motion
Een video opnemen voor weergave in fast motion. U kunt delen van uw video opgeven die moeten
worden afgespeeld in fast motion.
De brandpuntsafstand kan kleiner worden wanneer u deze stand gebruikt.
1
Tik op het voorbeeldscherm op
STAND
Fast motion
.
2
Tik op om de opname te starten.
3
Tik op wanneer u klaar bent met de opname.
Applicaties
83
4
Tik op het voorbeeldscherm op de voorbeeldminiatuur.
5
Tik op .
De video wordt afgespeeld met een willekeurig ingesteld fast motion-gedeelte.
Delen voor fast motion bewerken
1
Tik op het voorbeeldscherm op de voorbeeldminiatuur.
2
Tik op .
De video wordt afgespeeld met een willekeurig ingesteld fast motion-gedeelte.
3
Tik op om het afspelen te onderbreken.
4
Sleep het beginhekje en het eindhekje naar het gewenste punt om de duur in te stellen van de
video die moet worden afgespeeld.
5
Sleep om het gedeelte van de video in te stellen dat moet worden afgespeeld in fast motion.
Als u een fast motion-gedeelte nauwkeuriger wilt instellen, blijft u
aanraken en sleept u uw
vinger naar links of rechts om frame voor frame door het gedeelte te gaan.
Fast motion-gedeelte
Eindgreep
Startgreep
6
Tik op het fast motion-gedeelte en gebruik de volgende opties:
•
Snelheid
: de afspeelsnelheid wijzigen van het geselecteerde gedeelte.
•
Splitsen
: het gedeelte in twee delen splitsen.
•
Wissen
: een van de gesplitste delen verwijderen.
7
Tik op om een voorbeeld van de video te bekijken.
8
Tik op
EXPORTEREN
om de video op te slaan.
Applicaties
84
Virtuele opname
U kunt een reeks foto's maken terwijl u om een onderwerp loopt, om een weergave van het
onderwerp te maken vanuit meerdere hoeken. U kunt het onderwerp bekijken vanuit meerdere
hoeken door uw vinger naar links of rechts te slepen op de foto.
1
Tik op het voorbeeldscherm op
STAND
Virtuele opname
.
2
Plaats het onderwerp in het midden van het voorbeeldscherm en tik op .
3
Beweeg het apparaat langzaam rond het onderwerp in één richting om meer foto's te maken.
Wanneer de pijl helemaal geel wordt of wanneer u niet meer om het onderwerp heen draait,
houdt het apparaat automatisch op met het maken van foto's.
Virtuele opnamen bekijken
1
Tik op het voorbeeldscherm op de voorbeeldminiatuur.
2
Tik op .
3
Sleep uw vinger naar links of rechts op het scherm of draai het apparaat naar links of rechts om
het onderwerp te bekijken vanuit verschillende hoeken.
Applicaties
85
Selfie
U kunt zelfportretten maken met de camera aan de voorzijde. U kunt een voorbeeld van
verschillende beauty-effecten op het scherm bekijken.
1
Tik op het voorbeeldscherm op om naar de camera aan de voorzijde te schakelen voor
zelfportretten.
2
Tik op
STAND
Selfie
.
3
Kijk naar de cameralens aan de voorzijde.
4
Als het apparaat uw gezicht detecteert, tikt u op de sensor op de achterzijde van het apparaat
om een foto van uzelf te maken. U kunt ook op het scherm tikken om een foto te maken.
Als u een foto wilt maken met uw handpalm, tikt u op
en tikt u op de schakelaar voor
Gebaren instellen
om deze te activeren. Houd uw handpalm voor de camera aan de voorzijde.
Nadat uw handpalm is herkend, maakt het apparaat na enkele seconden een foto.
Applicaties
86
Beauty-effecten toepassen
U kunt gezichtskenmerken, zoals uw huidstint of gezichtsvorm, aanpassen voordat u zelfportretten
maakt.
Deze functie is alleen beschikbaar in de standen
Selfie
en
Interval-opname
.
1
Tik op het voorbeeldscherm op .
2
Selecteer de onderstaande opties om de beauty-effecten op uw gezicht toe te passen op het
voorbeeldscherm:
•
Vormcorrectie
: wanneer uw gezicht zich aan de randen van het voorbeeldscherm bevindt,
wordt het vervormd weergegeven. Schakel deze optie in om uw gezichtsvorm te corrigeren.
Na vormcorrectie kan de achtergrond er enigszins vervormd uitzien.
•
Slank gez.
: de gezichtsvorm aanpassen en uw gezicht er smaller laten uitzien.
•
Grote ogen
: uw ogen er groter laten uitzien.
•
Huidskleur
: uw huid er helderder en egaler laten uitzien.
3
Als het apparaat uw gezicht detecteert, tikt u op de sensor op de achterzijde van het apparaat
om een foto van uzelf te maken. U kunt ook op het scherm tikken om een foto te maken.
Brede selfie
Maak een breed zelfportret om meer mensen op de foto te zetten en te voorkomen dat mensen
buiten beeld vallen.
1
Tik op het voorbeeldscherm op om naar de camera aan de voorzijde te schakelen voor
zelfportretten.
2
Tik op
STAND
Brede selfie
.
3
Kijk naar de cameralens aan de voorzijde.
Applicaties
87
4
Als het apparaat uw gezicht detecteert, tikt u op de sensor op de achterzijde van het apparaat
om een foto van uzelf te maken. U kunt ook op het scherm tikken om een foto te maken.
Als u een foto wilt maken met uw handpalm, tikt u op
en tikt u op de schakelaar voor
Gebaren instellen
om deze te activeren. Houd uw handpalm voor de camera aan de voorzijde.
Nadat uw handpalm is herkend, maakt het apparaat na enkele seconden een foto.
5
Draai het apparaat langzaam naar links en volgens naar rechts of omgekeerd om een breed
zelfportret te maken.
Het apparaat maakt aanvullende foto's wanneer het witte kader naar elk uiteinde van het
zoekervenster wordt bewogen.
•
Zorg ervoor dat u het witte kader binnen het zoekervenster houdt.
•
De onderwerpen moeten stil blijven staan terwijl u brede zelfportretten maakt.
•
De bovenste en onderste delen van de afbeelding die op het voorbeeldscherm
wordt weergegeven, vallen mogelijk buiten de foto afhankelijk van de opname-
omstandigheden.
Applicaties
88
Interval-opname
U kunt een reeks met zelfportretten op een interval maken en favoriete foto's opslaan.
1
Tik op het voorbeeldscherm op om naar de camera aan de voorzijde te schakelen voor
zelfportretten.
2
Tik op
STAND
Interval-opname
.
3
Kijk naar de cameralens aan de voorzijde.
4
Als u beauty-effecten wilt toepassen, tikt u op en selecteert u opties. Raadpleeg Beauty-
effecten toepassen voor meer informatie.
5
Als het apparaat uw gezicht detecteert, tikt u op de sensor op de achterzijde van het apparaat
om een foto van uzelf te maken. U kunt ook op het scherm tikken om een foto te maken.
Het apparaat maakt vier foto's met een interval van twee seconden.
Als u een foto wilt maken met uw handpalm, tikt u op
en tikt u op de schakelaar voor
Gebaren instellen
om deze te activeren. Houd uw handpalm voor de camera aan de voorzijde.
Nadat uw handpalm is herkend, maakt het apparaat na enkele seconden een foto.
6
Vink de foto's aan die u wilt opslaan en tik op
OPSLAAN
.
Standen downloaden
U kunt meer opnamestanden downloaden op
Galaxy Apps
.
Tik op het voorbeeldscherm op
STAND
Downloaden
.
Bepaalde gedownloade opnamestanden hebben geen toegang tot alle functies. Het is
mogelijk dat naar rechts vegen om de lijst met standen te bekijken en naar links vegen om
de vastgelegde afbeeldingen en video's te bekijken, niet beschikbaar zijn.
Applicaties
89
Camera-instellingen
Snelle instellingen
Gebruik de volgende snelle instellingen op het voorbeeldscherm.
De beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van de opnamestand en camera die
worden gebruikt.
•
: een filtereffect selecteren om te gebruiken wanneer u foto's of video's maakt. Als u wilt
instellen of bepaalde effecten moeten worden weergegeven in de lijst of als u de volgorde van
effecten wilt wijzigen, tikt u op
. Als u meer effecten wilt downloaden, tikt u op .
•
: gebruik deze stand om foto's te maken met warme kleuren en details zelfs in lichte en
donkere omgevingen vast te leggen.
•
: een meetmethode selecteren. Hiermee wordt bepaald hoe de lichtwaarden worden
berekend.
Centrumgericht
gebruikt het licht in het middelste gedeelte van de opname om de
belichting van de opname te berekenen.
Spotmeting
gebruikt het licht op een geconcentreerd
gebied in het midden van de opname om de belichting van de opname te berekenen.
Matrix
stelt de volledige scène in op gemiddeld.
•
: een video-opnameduur selecteren.
•
: het videocollagetype of de schermverhouding wijzigen. U kunt ook videocollages met het
slow-motion effect opnemen.
•
: de vertraging selecteren voordat de camera automatisch een foto maakt.
•
: beauty-effecten toepassen op zelfportretten op het voorbeeldscherm. U kunt de huidstint
aanpassen, de gezichtsvorm corrigeren en meer.
•
: de flitser in- of uitschakelen.
•
/ : een resolutie voor foto's selecteren. Gebruik van een hogere resolutie resulteert in foto's
van hogere kwaliteit, maar neemt meer geheugen in beslag.
De resolutie van een foto kan worden beïnvloed door de lichtomstandigheden wanneer u
foto's maakt met de camera aan de voorzijde.
Applicaties
90
Camera-instellingen
Tik op op het voorbeeldscherm.
De beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van de opnamestand en camera die
worden gebruikt.
•
Videogrootte (achter)
/
Videogrootte (voor)
: een resolutie selecteren voor video's. Gebruik van
een hogere resolutie resulteert in video's van hogere kwaliteit, maar neemt meer geheugen in
beslag.
•
Gebaren instellen
: het apparaat instellen uw palm de detecteren, zodat u deze kunt gebruiken
voor het nemen van zelfportretten.
•
Voorbeeldweerg. foto opslaan
: de afbeelding omkeren om een spiegelbeeld van de
oorspronkelijke scène te maken wanneer u foto's maakt met de camera aan de voorzijde.
•
AF-tracking
: het apparaat instellen om een geselecteerd onderwerp te volgen en er
automatisch op scherp te stellen, zelfs als het onderwerp of de camera beweegt.
•
Videostabilisatie
: de functie Anti-trilling inschakelen om vage beelden als gevolg van het trillen
van de camera tijdens het opnemen van een video te beperken of te voorkomen.
•
Hulplijnen
: rasterlijnen weergeven in de zoeker om te helpen bij het samenstellen van het
beeld bij de selectie van onderwerpen.
•
Locatietags
: een GPS-locatietag toevoegen aan de foto.
•
De sterkte van het GPS-signaal kan afnemen op locaties waar het signaal wordt
geblokkeerd, zoals tussen gebouwen of in laaggelegen gebieden, of in slechte
weersomstandigheden.
•
Uw locatie kan worden weergegeven op uw foto's wanneer u deze uploadt naar het
internet. Schakel de instelling voor locatietags uit om dit te voorkomen.
•
Foto's bekijken
: het apparaat instellen zodat foto's worden weergegeven nadat ze zijn gemaakt.
•
Snel starten
: het apparaat instellen om de camera te starten door twee keer snel op de
starttoets te drukken.
Applicaties
91
•
Opslaan als RAW-bestand
: instellen dat het apparaat foto's opslaat als niet-gecomprimeerde
RAW-bestanden (DNG-bestandsindeling) in de professionele stand. RAW-bestanden bevatten
alle gegevens van een foto voor de beste beeldkwaliteit, maar nemen meer geheugen in beslag.
Voor het bekijken van RAW-bestanden is een beeldviewer-app vereist.
•
Wanneer u deze functie gebruikt, wordt elke foto opgeslagen in twee indelingen: DNG en
JPG. Serie-opnamen worden alleen opgeslagen als JPG-bestanden.
•
U kunt JPG-bestanden bekijken in
Galerij
. DNG-bestanden kunnen worden bekeken of
verwijderd in de map
DCIM
Camera
.
•
Spraakopdracht
: instellen dat het apparaat foto's maakt of video's opneemt met
spraakopdrachten. U kunt 'Smile', 'Cheese', 'Capture' of 'Shoot' zeggen om een foto te maken. Als
u een video wilt opnemen, zegt u "Record video".
•
Functie volumetoetsen
: instellen dat het apparaat de volumetoets gebruikt om de sluiter of
zoomfunctie te bedienen.
•
Instellingen resetten
: de camera-instellingen resetten.
Applicaties
92
Galerij
Introductie
U kunt afbeeldingen en video's bekijken en beheren die op het apparaat zijn opgeslagen.
Afbeeldingen of video's weergeven
1
Tik op
Galerij
op het scherm Apps.
2
Selecteer een afbeelding of video.
Bij videobestanden wordt het pictogram
weergegeven op de voorbeeldminiatuur. Tik op
om een video af te spelen.
Extra opties weergeven.
Naar het vorige scherm gaan.
De afbeelding toevoegen aan
favorieten.
De afbeelding delen met anderen.
De afbeelding verwijderen.
De afbeelding wijzigen.
Als u de menu's wilt weergeven of verbergen, tikt u op het scherm.
Applicaties
93
Afbeeldingen of video's verwijderen
Een afbeelding of video verwijderen
Selecteer een afbeelding of een video en tik op
Wissen
boven aan het scherm.
Meerdere afbeeldingen en video's verwijderen
1
Blijf op het hoofdscherm van Galerij een afbeelding of video aanraken die u wilt verwijderen.
2
Vink de afbeeldingen of video's aan die u wilt verwijderen.
3
Tik op
WISSEN
.
Afbeeldingen of video's delen
Selecteer een afbeelding of een video, tik op
Delen
onder aan het scherm en selecteer een methode
voor delen.
Applicaties
94
Smart Manager
Introductie
De Smart Manager geeft een overzicht van de status van de batterij, opslag, RAM en
systeembeveiliging van uw apparaat. U kunt het apparaat ook automatisch optimaliseren met één
tik van uw vinger.
De snelle optimalisatiefunctie gebruiken
Tik op het scherm Apps op
Smart Manager
ALLES SCHOONMAKEN
.
De snelle optimalisatiefunctie verbetert de apparaatprestaties met de volgende acties.
•
Apps identificeren die overmatig veel batterijlading gebruiken en geheugen beschikbaar
maken.
•
Overbodige bestanden verwijderen en apps sluiten die op de achtergrond worden uitgevoerd.
•
Scannen op malware.
Applicaties
95
Smart Manager gebruiken
Tik op het scherm Apps op
Smart Manager
en selecteer een functie.
Batterij
Controleer de resterende batterijlading en tijd die het apparaat nog kan worden gebruikt. Voor
apparaten met een laag batterijniveau, de batterijlading besparing door de spaarstandfuncties in te
schakelen en apps te sluiten die overmatig veel batterijlading gebruiken.
De resterende gebruiksduur geeft aan wanneer de batterij leeg is. De gebruiksduur kan
verschillen afhankelijk van uw apparaatinstellingen en de gebruiksomstandigheden.
Opslag
De status van gebruikte en beschikbare geheugencapaciteit controleren. U kunt ongebruikte of
achtergebleven bestanden verwijderen of apps gebruiken die u niet meer gebruikt.
RAM
De hoeveelheid beschikbare RAM controleren. U kunt apps op de achtergrond sluiten en de
hoeveelheid RAM verminderen die wordt gebruikt om uw apparaat te versnellen.
Apparaatbeveiliging
De beveiligingsstatus van het apparaat controleren. Deze functie scant uw apparaat op malware.
Applicaties
96
S Planner
Introductie
U kunt uw planning beheren door aankomende gebeurtenissen of taken in te geven in uw planner.
Gebeurtenissen maken
1
Tik op
S Planner
op het scherm Apps.
2
Tik op of dubbeltik op een datum.
Tik op de datum en tik op
als de datum al opgeslagen gebeurtenissen of taken bevat.
3
Geef evenementdetails in.
Een agenda selecteren om te
gebruiken of om mee te
synchroniseren.
Een kaart toevoegen met de locatie
van de gebeurtenis.
De locatie van de afspraak ingeven.
Een titel ingeven.
Een begin- en einddatum instellen
voor de gebeurtenis.
Meer gegevens toevoegen.
Een alarm instellen.
4
Tik op
OPSLAAN
om het evenement op te slaan.
Applicaties
97
Taken maken
1
Tik op
S Planner
op het scherm Apps.
2
Tik op
Taken
.
3
Geef de details van de taak in en tik op
VANDAAG
of
MORGEN
om een einddatum in te stellen.
Als u meer details wilt toevoegen, tikt u op
.
4
Tik op
OPSLAAN
om de taak op te slaan.
Gebeurtenissen en taken synchroniseren met uw accounts
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Accounts
, selecteer accountservice en tik op de
schakelaar
Agenda synchroniseren
om evenementen en taken te synchroniseren met het account.
Als u accounts wilt toevoegen waarmee moet worden gesynchroniseerd, opent u het scherm
Apps en tikt u op
S Planner
MEER
Agenda's beheren
Account toevoegen
. Selecteer een
account om mee te synchroniseren en meld u aan. Wanneer het account is toegevoegd, wordt een
groene cirkel weergegeven naast de accountnaam.
S Health
Introductie
Met S Health kunt u uw gezondheid en fitness beheren. U kunt fitnessdoelen instellen, uw
voortgang bijhouden en uw algehele gezondheid en fitness in de gaten houden.
S Health starten
Wanneer u deze app voor het eerst uitvoert of na het herstellen van de fabrieksinstellingen, moet u
de instructies op het scherm volgen om de installatie te voltooien.
1
Tik op
S Health
op het scherm Apps.
2
Volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
Applicaties
98
S Health gebruiken
U kunt de belangrijkste informatie uit S Health-menu's en trackers bekijken om uw gezondheid en
fitness te controleren.
Tik op
S Health
op het scherm Apps.
Trackers
Doelen en programma's
•
DOELEN
: uw dagelijkse fitnessdoelen instellen en uw voortgang bekijken.
•
PROGRAMMA'S
: aanpasbare oefeningprogramma's gebruiken.
•
TRACKERS
: uw activiteiten, voedselinname en lichaamsafmetingen controleren.
Als u trackers, doelen of programma's wilt toevoegen aan het S Health-scherm, tikt u op
MEER
Items beheren
en selecteert u items op het tabblad
TRACKERS
,
DOELEN
of
PROGRAMMA'S
.
Als u informatie wilt weergeven over de functies van S Health, tikt u op
MEER
Instell.
Help
.
Applicaties
99
Aanvullende gegevens
•
S Health is alleen bedoeld voor fitness- en informatiedoeleinden en is niet bedoeld voor gebruik
bij het stellen van een diagnose van ziekten of andere aandoeningen, of bij het genezen,
verlichten, behandelen of voorkomen van ziekten.
•
De beschikbare functies en toe te voegen applicaties voor S Health kunnen verschillen van land
tot land vanwege verschillende lokale wetten en regels. U moet de functies en applicaties die
beschikbaar zijn in uw regio controleren voordat u het gaat gebruiken.
•
S Health-applicaties en de service kunnen worden gewijzigd of gestopt zonder voorafgaande
kennisgeving.
•
Het doel van het verzamelen van gegevens is beperkt tot het leveren van de service die u
hebt aangevraagd, inclusief het leveren van aanvullende informatie om uw gezondheid
te verbeteren, gegevens te synchroniseren, gegevensanalyse en statistieken of om betere
services te ontwikkelen en leveren. (Maar als u zich aanmeldt bij uw Samsung-account vanuit
S Health, worden gegevens mogelijk op de server opgeslagen voor back-updoeleinden.)
Persoonlijke gegevens kunnen bewaard blijven totdat dergelijke doeleinden zijn behaald. U
kunt persoonlijke gegevens die zijn opgeslagen door S Health wissen met de optie Gegevens
resetten in het menu Instellingen. Als u gegevens wilt verwijderen die u hebt gedeeld met
sociale netwerken of die u hebt overgedragen naar opslagapparaten, moet u deze gegevens
apart verwijderen.
•
U kunt uw gegevens delen en/of synchroniseren met aanvullende Samsung-services of
compatibele services van derden die u selecteert, en met veel van uw andere verbonden
apparaten. Toegang tot S Health-gegevens door dergelijke aanvullende services of apparaten
van derden is alleen toegestaan met uw uitdrukkelijke toestemming.
•
U bent volledig verantwoordelijk voor het onjuiste gebruik van gegevens die zijn gedeeld op
sociale netwerken of die naar anderen zijn verzonden. Wees voorzichtig bij het delen van uw
persoonlijke gegevens met anderen.
•
Als het apparaat is aangesloten op meetapparatuur, controleert u het communicatieprotocol
om de juiste werking te bevestigen. Als u een draadloze verbinding gebruikt, zoals Bluetooth,
kan het apparaat worden beïnvloed door elektronische storing van andere apparaten. Vermijd
het gebruik van het apparaat in de buurt van andere apparaten die radiogolven uitzenden.
•
Lees de Gebruiksvoorwaarden en het Privacybeleid van S Health voordat u het gaat gebruiken.
Applicaties
100
S Voice
Introductie
U kunt verschillende taken uitvoeren via spraakopdrachten.
Een wake-upopdracht instellen
U kunt
S Voice
starten met uw eigen wake-upopdracht.
Als u
S Voice
voor het eerst start, tikt u op
START
en stelt u uw eigen wake-upopdracht in.
Als u de wake-upopdracht wilt wijzigen, opent u het scherm Apps en tikt u op
S Voice
. Tik vervolgens
op
Voice wake-up
Change wake-up command
START
en volg de instructies op het
scherm.
Als u wilt instellen dat het apparaat
S Voice
start met de wake-upopdracht terwijl het apparaat is
vergrendeld, tikt u op
en tikt u op de schakelaar
Wake up in secured lock
om deze te activeren.
S Voice gebruiken
1
Zeg de vooraf ingestelde wake-upopdracht.
Of tik op het scherm Apps op
S Voice
.
Wanneer
S Voice
wordt gestart, begint het apparaat met spraakherkenning.
De beschikbaarheid van deze app is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
Voorbeelden van spraakoproepen
bekijken.
S Voice-instellingen
Applicaties
101
2
Geef een spraakopdracht.
Als het apparaat de opdracht herkent, voert het apparaat de bijbehorende actie uit. Als u een
spraakopdracht wilt herhalen of een andere opdracht wilt uitspreken, tikt u op
.
Deze app wordt automatisch gesloten als het apparaat een bepaalde tijd niet wordt
gebruikt.
Tips voor betere stemherkenning
•
Spreek duidelijk.
•
Spreek op plekken met weinig lawaai.
•
Gebruik geen aanstootgevende taal of streektaal.
•
Gebruik geen dialect.
Het apparaat herkent uw opdrachten mogelijk niet of kan ongewenste opdrachten uitvoeren
afhankelijk van uw omgeving of de manier waarop u de opdrachten uitspreekt.
De taal instellen
Tik op het scherm Apps op
S Voice
Language
en selecteer een taal.
De geselecteerde taal wordt alleen toegepast op
S Voice
, niet op de weergavetaal van het
apparaat.
Applicaties
102
SideSync
Introductie
Met SideSync kunt u gemakkelijk uw scherm en gegevens delen tussen Samsung Android-
smartphones, -tablets en computers. Nadat u uw apparaten hebt verbonden, wordt een virtueel
scherm weergegeven op de verbonden tablet of computer. U kunt meldingen, zoals berichten,
bekijken via het dashboard of in pop-upvensters.
Voordat u begint
•
De SideSync-app moet zijn geïnstalleerd op beide apparaten die u met elkaar wilt verbinden.
Als SideSync niet is geïnstalleerd, gebruikt u een van de volgende methoden om de app te
downloaden en te installeren:
Als u SideSync wilt downloaden en installeren op uw Samsung Android-tablet of
-smartphone, zoekt u naar SideSync in
Galaxy Apps
of de
Play Store
. Als uw apparaat geen
ondersteuning biedt voor SideSync, kunt u de app mogelijk niet vinden.
Als u SideSync wilt downloaden en installeren op uw computer, gaat u naar
www.samsung.com/sidesync. Op de webpagina kunt u ook informatie over de
systeemvereisten voor SideSync vinden.
•
Als u apparaten draadloos met elkaar wilt verbinden, moeten ze Wi-Fi Direct ondersteunen en
zijn verbonden met hetzelfde toegangspunt.
Applicaties
103
Verbinding maken met computers of tablets
Verbinding maken met een computer
1
Sluit uw smartphone via een USB-kabel aan op uw computer.
U kunt ook beide apparaten aansluiten op hetzelfde toegangspunt.
2
Start
SideSync
op beide apparaten.
3
Tik op
START
op beide apparaten.
Beide apparaten scannen naar elkaar en maken verbinding. Vervolgens wordt het dashboard
weergegeven op uw computer.
Verbinding maken met een tablet via Wi-Fi Direct
1
Start
SideSync
op uw tablet en smartphone.
2
Tik op
START
op beide apparaten.
Beide apparaten scannen naar elkaar en maken verbinding.
3
Selecteer op uw smartphone uw tablet in de lijst met gedetecteerde apparaten.
Applicaties
104
4
Accepteer het verbindingsverzoek op de tablet.
Het dashboard wordt weergegeven op uw tablet.
Apparaten automatisch met elkaar verbinden
Als twee apparaten eerder met elkaar zijn verbonden, kunt u instellen dat ze automatisch opnieuw
verbinding maken. Als u de apparaten met elkaar verbindt via USB of Wi-Fi Direct, wordt
SideSync
automatisch gestart. Als de apparaten zijn verbonden met hetzelfde toegangspunt, plaatst u ze bij
elkaar in de buurt om verbinding te maken.
Als u de functie voor automatisch verbinden niet meer wilt gebruiken, tikt u op de smartphone op
SideSync
MEER
Instellingen
en tikt u op de schakelaar
Apparaten automatisch verbinden
om deze uit te schakelen. U kunt ook op het dashboard op
MEER
Instellingen
Verbindingen
tikken en de functie voor automatisch verbinden uitschakelen.
Applicaties
105
Het dashboard gebruiken
U kunt vaak gebruikte apps starten of meldingen van uw smartphone bekijken.
Wanneer u op een melding tikt, wordt de gerelateerde app of het gerelateerde programma gestart.
Hieronder ziet u een afbeelding van het dashboard van de smartphone op de computer.
Het virtuele smartphonescherm
inschakelen.
Extra opties weergeven.
Het dashboard sluiten.
Meer apps toevoegen.
Het dashboard minimaliseren.
Op een melding tikken en
verschillende acties gebruiken.
U kunt apps verplaatsen of verwijderen wanneer u rechtsklikt op een app-pictogram.
Doorgaan met het afspelen van media
U kunt muziek of video's onderbreken op uw smartphone en doorgaan met afspelen op een ander
apparaat.
Selecteer op het dashboard de afspeeltoets in de muziekcontroller of een videomelding. Het
afspelen wordt onderbroken op uw smartphone en het afspelen wordt gestart op uw andere
apparaat.
De muziekcontroller van het verbonden apparaat en een videomelding worden alleen
weergegeven wanneer u mediabestanden afspeelt via de standaard muziek- of video-app.
Een webpagina delen
U kunt een webpagina openen op uw smartphone en deze weergegeven in de webbrowser van het
verbonden apparaat.
Terwijl u bladert door webpagina's op uw smartphone, wordt een melding voor webtoegang
weergegeven op het dashboard. Selecteer de melding op het dashboard. Vervolgens wordt dezelfde
webpagina weergegeven op het verbonden apparaat.
Applicaties
106
De hotspot van uw smartphone delen
U kunt de mobiele gegevensverbinding van uw smartphone delen met computers of tablets als er
geen internetverbinding beschikbaar is.
Er kunnen extra kosten in rekening worden gebracht wanneer u deze functie gebruikt.
Tik op het dashboard op
MEER
Mobiele hotspot inschakelen
. De mobiele hotspot van de
smartphone wordt ingeschakeld.
Oproep- en berichtfuncties gebruiken in pop-upvensters
Wanneer u een oproep of bericht ontvangt op uw smartphone, wordt een pop-upvenster
weergegeven op het verbonden apparaat.
Als u een oproep ontvangt, kunt u de oproep beantwoorden of weigeren via het pop-upvenster. De
microfoon en luidspreker van het verbonden apparaat worden gebruikt tijdens de oproep.
Als u een bericht ontvangt, kunt u het bericht rechtstreeks beantwoorden.
Het virtuele scherm gebruiken
Met SideSync wordt het scherm van een apparaat gespiegeld op een ander apparaat. U kunt de
functies van een apparaat gebruiken via het virtuele scherm. Hieronder ziet u een afbeelding van het
virtuele smartphonescherm op de computer.
Tik op het dashboard op
Phone screen
.
•
Sommige functies werken mogelijk niet via het virtuele scherm.
•
Het uiterlijk en de functies van het virtuele scherm kunnen verschillen afhankelijk van het
verbonden apparaat.
Applicaties
107
Het virtuele scherm sluiten.
Het virtuele scherm minimaliseren.
Het virtuele scherm maximaliseren.
Tik op om de volgende opties te gebruiken:
•
Altijd bovenaan
: instellen dat het virtuele scherm altijd op de voorgrond wordt weergegeven.
•
Draaien
: het scherm draaien.
•
Vastleggen
: een schermafbeelding vastleggen.
•
Presentatiestand inschakelen
: het scherm van de smartphone inschakelen zodat u dit kunt
bedienen via uw computer en smartphone. Deze functie is mogelijk niet beschikbaar afhankelijk
van het verbonden apparaat.
Als u het virtuele scherm wilt verplaatsen, klikt u op de bovenkant van het virtuele scherm en sleept
u het naar een nieuwe locatie.
Als u het formaat van het virtuele scherm wilt aanpassen, plaatst u de muisaanwijzer op de rand van
het virtuele scherm, klikt u op de rand en sleept u deze.
Applicaties
108
Schakelen tussen schermen
Als u het echte scherm van uw smartphone wilt gebruiken, drukt u op de aan/uit-toets of de
starttoets op uw smartphone. Het virtuele scherm wordt uitgeschakeld en het scherm van de
smartphone wordt ingeschakeld.
Als u wilt teruggaan naar het virtuele scherm, klikt u op het virtuele smartphonescherm op de
computer of tikt u op
OVERSCHAKELEN NAAR TABLET
op de tablet. Het echte scherm wordt
uitgeschakeld en het virtuele scherm wordt ingeschakeld.
U kunt het virtuele scherm en het scherm van het verbonden apparaat tegelijkertijd
bekijken en bedienen. Tik op het virtuele scherm op
Presentatiestand inschakelen
om het scherm van het verbonden apparaat in te schakelen. Deze functie is mogelijk niet
beschikbaar afhankelijk van het verbonden apparaat.
Bestanden en klembord delen
Bestanden kopiëren naar de computer
1
Blijf een bestand aanraken om de bewerkingsstand op het virtuele smartphonescherm te
openen.
2
Vink meer bestanden aan om te kopiëren.
3
Blijf de geselecteerde bestanden aanraken, sleep ze buiten het virtuele scherm en zet ze daar
neer.
De bestanden worden gekopieerd naar de gewenste locatie.
Wanneer u een afbeelding op uw smartphone bijvoorbeeld verplaatst naar een open Word-
document op uw computer, wordt de afbeelding ingevoegd in het Word-document.
Applicaties
109
Bestanden kopiëren naar uw smartphone
Selecteer bestanden op de computer en sleep ze naar het dashboard of het virtuele
smartphonescherm. De bestanden worden opgeslagen in de map
Tools
Mijn bestanden
Apparaatopslag
SideSync
.
Wanneer u een bericht of e-mail schrijft op het virtuele scherm, worden de gekopieerde bestanden
toegevoegd aan het bericht of de e-mail die wordt geschreven.
Wanneer het virtuele scherm en het echte scherm van de smartphone zijn ingeschakeld,
kunt u geen bestanden delen.
Klembord delen
U kunt gemakkelijk tekst tussen de verbonden apparaten kopiëren en plakken via de functie voor
het delen van het klembord. Kopieer of knip tekst op het virtuele scherm en plak dit in een tekstveld
buiten het virtuele scherm, of omgekeerd.
Het toetsenbord en de muis van de computer delen
Gebruik het scherm van uw smartphone als dubbel scherm en bedien dit met het toetsenbord en de
muis van de computer.
1
Tik op het dashboard op
MEER
Toetsenbord en muis delen inschakelen
.
Als het virtuele scherm is geopend, verdwijnt dit van het computerscherm.
Applicaties
110
2
Verplaats de muisaanwijzer naar de linker- en rechterrand van het computerscherm om naar het
scherm van uw smartphone te gaan.
De muisaanwijzer wordt zichtbaar op het scherm van uw smartphone.
3
Gebruik het toetsenbord en de muis van de computer op uw smartphone om acties uit te
voeren, zoals tekst ingeven, kopiëren en plakken en items selecteren.
Als u de computer weer wilt bedienen met de muis, plaatst u de muisaanwijzer terug op het
computerscherm.
Applicaties
111
Muziek
U kunt luisteren naar muziek, gesorteerd op categorie, en afspeelinstellingen aanpassen.
Tik op
Muziek
op het scherm Apps.
Tik op
, selecteer een categorie en selecteer een nummer dat u wilt afspelen.
Tik op de albumafbeelding onder op het scherm om het scherm Muziekspeler te openen.
De herhaalstand wijzigen.
Naar het volgende nummer gaan.
Blijven aanraken om snel vooruit te
spoelen.
Het afspelen onderbreken en
hervatten.
Instellingen voor de
geluidskwaliteit en -effecten
openen.
Extra opties weergeven.
Het volume aanpassen.
Naar het vorige nummer gaan.
Blijven aanraken om terug te
spoelen.
In willekeurige volgorde afspelen.
Het bestand instellen als favoriet
nummer.
De afspeellijst openen.
UHQ Upscaler
Gebruik de functie UHQ (Ultra High Quality) Upscaler om de geluidskwaliteit te verbeteren en een
geluid te verkrijgen dat dichter bij het oorspronkelijke geluid ligt.
Sluit een headset aan op het apparaat. Terwijl u muziek afspeelt, tikt u op
en tikt u op de
schakelaar
UHQ Upscaler
om deze te activeren.
•
De geluidskwaliteit kan verschillen afhankelijk van de aangesloten headset.
•
Als u een Bluetooth-headset aansluit die de functie UHQ ondersteunt, kunt u draadloos
naar muziek luisteren.
Applicaties
112
Video
U kunt video's bekijken die op het apparaat zijn opgeslagen en afspeelinstellingen aanpassen.
Tik op
Video
op het scherm Apps.
Selecteer een video om af te spelen.
Schermverhouding
wijzigen.
Terug- of
vooruitspoelen door
de balk te slepen.
Naar de vorige video
gaan. Blijven aanraken
om terug te spoelen.
Naar de volgende
video gaan. Blijven
aanraken om snel
vooruit te spoelen.
Extra opties
weergeven.
Overschakelen naar de
pop-upvideospeler.
Het afspelen
onderbreken en
hervatten.
Het volume
aanpassen.
Sleep uw vinger omhoog of omlaag aan de linkerzijde van het afspeelscherm om de helderheid aan
te passen of sleep uw vinger omhoog of omlaag aan de rechterzijde van het afspeelscherm om het
volume aan te passen.
Als u terug of snel vooruit wilt spoelen, veegt u naar links of rechts op het afspeelscherm.
Applicaties
113
Spraakrecorder
Introductie
U kunt verschillende opnamestanden gebruiken voor verschillende situaties, zoals een interview. Het
apparaat kan uw stem converteren naar tekst en verschillende geluidsbronnen onderscheiden.
Spraakmemo's opnemen
1
Tik op het scherm Apps op
Tools
Spraakrecorder
.
2
Tik op om de opname te starten. Spreek uw boodschap in de microfoon in.
Tik op
Pauze
om het opnamen te onderbreken.
Terwijl u een spraakmemo opneemt, tikt u op
Favorieten
om een bladwijzer in te voegen.
De opnamestand wijzigen.
Opname starten.
3
Tik op om de opname te voltooien.
Applicaties
114
De opnamestand wijzigen
Tik op om een stand in de lijst te selecteren.
•
Standaard
: dit is de normale opnamestand. Spraakmemo's die in deze stand worden
opgenomen, worden weergegeven met het pictogram
.
•
Interview
: de microfoon is gevoelig voor geluiden uit twee richtingen. In deze stand vangen de
bovenkant en de onderkant van het apparaat gelijke hoeveelheden geluid op. Spraakmemo's
die in deze stand worden opgenomen, worden weergegeven met het pictogram
.
•
Spraakmemo
: het apparaat neemt uw stem op en converteert deze gelijktijdig naar tekst op
het scherm. Voor de beste resultaten houdt u het apparaat in de buurt van uw mond en spreekt
u luid en duidelijk op een rustige plaats. Spraakmemo's die in deze stand worden opgenomen,
worden weergegeven met het pictogram
.
Als de taal van het spraakmemosysteem niet overeenkomt met de taal die u spreekt,
herkent het apparaat uw stem niet. Voordat u deze functie gebruikt, tikt u op de huidige taal
om de taal voor het spraakmemosysteem in te stellen.
Geselecteerde spraakmemo's afspelen
Wanneer u opnamen van interviews beluistert, kunt u bepaalde geluidsbronnen in de opname
dempen of het dempen daarvan opheffen.
1
Tik op het scherm Apps op
Tools
Spraakrecorder
.
2
Tik op
Opnamen
en selecteer een spraakmemo die is opgenomen in de interviewstand.
Applicaties
115
3
Als u bepaalde geluidsbronnen wilt dempen, tikt u op voor de richting die overeenkomt met
het geluid dat moet worden gedempt.
Het pictogram verandert in
en het geluid wordt gedempt.
Niet-gedempte geluidsbron
Gedempte geluidsbron
Mijn bestanden
U kunt verschillende bestanden openen die zijn opgeslagen op het apparaat of andere locaties zoals
services voor cloudopslag.
Tik op het scherm Apps op
Tools
Mijn bestanden
.
•
Categorie
: bestanden op categorie weergeven.
•
Lokale opslag
: bestanden weergeven die zijn opgeslagen op het apparaat.
•
Opslag in de cloud
: bestanden weergeven die zijn opgeslagen in de cloudopslagservice.
•
GEBRUIKTE OPSLAG
: geheugengegevens van uw apparaat weergeven.
Als u bestanden of mappen wilt zoeken, tikt u op
ZOEKEN
.
Applicaties
116
Samsung Gear
Samsung Gear is een app waarmee u uw Gear-wearable kunt beheren. Wanneer u uw apparaat
verbindt met de Gear, kunt u de instellingen en apps van de Gear aanpassen.
Tik op het scherm Apps op
Tools
Samsung Gear
.
Tik op
VERBINDEN MET GEAR
om uw apparaat te verbinden met de Gear. Volg de instructies op het
scherm om de installatie te voltooien.
Notitie
Notities maken en ze indelen op categorie.
Tik op het scherm Apps op
Notitie
.
Deze app kan worden weergegeven in de map
Tools
, afhankelijk van de regio of
serviceprovider.
Notities opstellen
Tik in de lijst van notities op en geef een notitie in. Terwijl u een notitie opstelt, hebt u de
volgende opties:
•
Categorie
: een categorie maken of een categorie instellen.
•
Afbeeld.
: afbeeldingen invoegen.
•
Spraak
: een spraakopname maken om in te voegen.
•
Taken
: voeg selectievakjes toe aan het begin van elke rij om een lijst met taken te maken.
Tik op
OPSLAAN
om de notitie op te slaan.
Als u een notitie wilt bewerken, tikt u op een notitie en tikt u op de inhoud van de notitie.
Zoeken naar notities
Tik op
ZOEKEN
in de lijst met notities en geef een zoekwoord in om te zoeken naar notities die het
zoekwoord bevatten.
Applicaties
117
Klok
Introductie
U kunt alarmopdrachten instellen, de huidige tijd in veel steden over de gehele wereld controleren,
tijd bijhouden voor een evenement of een specifieke duur instellen.
Alarm
Tik op het scherm Apps op
Klok
Alarm
.
Alarmen instellen
Stel een alarmtijd in en tik op
OPSLN
.
Als u het toetsenblok wilt openen om een alarmtijd in te geven, tikt u op
TOETSEN
.
Als u een alarm wilt instellen met verschillende alarmopties, tikt u op
OPTIES
, stelt u alarmopties in
en tikt u op
OPSLN
.
Als u alarmen wilt in- of uitschakelen, tikt u op het klokpictogram naast het alarm in de lijst met
alarmen.
Alarmen stoppen
Tik op
UITZETTEN
om een alarm te stoppen. Als u eerder de optie voor sluimeren hebt ingeschakeld,
tikt u op
SLUIMEREN
om het alarm na een bepaalde tijd te herhalen.
Alarmen verwijderen
Tik op op een alarm in de lijst met alarmen.
Wereldklok
Tik op het scherm Apps op
Klok
Wereldklok
.
Klokken maken
Geef een naam van een stad in of selecteer een stad op de wereldbol en tik op .
Applicaties
118
Klokken verwijderen
Tik op op een klok.
Stopwatch
1
Tik op het scherm Apps op
Klok
Stopwatch
.
2
Tik op
STARTEN
om de tijd van een gebeurtenis bij te houden.
Als u rondetijden wilt opnemen terwijl u een gebeurtenis timet, tikt u op
RONDE
.
3
Tik op
STOPPEN
om het timen te stoppen.
Als u het timen opnieuw wilt starten, tikt u op
HERVATTEN
.
Als u rondetijden wilt wissen, tikt u op
RESETTEN
.
Timer
1
Tik op het scherm Apps op
Klok
Timer
.
2
Stel de duur in en tik op
STARTEN
.
Als u het toetsenblok wilt openen om de duur in te geven, tikt u op
TOETSEN
.
3
Tik op
UITZETTEN
als de timer afgaat.
Calculator
U kunt eenvoudige of complexe berekeningen uitvoeren.
Tik op
Calculator
op het scherm Apps.
Draai het apparaat naar de liggende stand om de wetenschappelijke calculator te gebruiken. Als
Autom. draaien
is uitgeschakeld, tikt u op om de wetenschappelijke calculator weer te geven.
Als u de calculatiegeschiedenis wilt weergeven, tikt u op
HISTORIE
. Als u de calculatiegeschiedenis
wilt sluiten, tikt u op
TOETSEN
.
Als u de geschiedenis wilt wissen, tikt u op
HISTORIE
HISTORIE WISSEN
.
Applicaties
119
Google-apps
Google biedt apps voor entertainment, sociale netwerken en bedrijven. U hebt mogelijk een
Google-account nodig om bepaalde apps te kunnen gebruiken. Raadpleeg Accounts voor meer
informatie.
Als u meer app-informatie wilt weergeven, opent u het Help-menu van elke app.
Sommige apps zijn mogelijk niet beschikbaar of hebben een andere naam afhankelijk van
uw regio of serviceprovider.
Chrome
Zoeken naar informatie en webpagina's weergeven.
Gmail
E-mail verzenden of ontvangen via de Google Mail-service.
Maps
Uw locatie op de kaart vinden, zoeken naar locaties en locatiegegevens weergeven voor
verschillende plaatsen.
Play Music
Muziek ontdekken, beluisteren en delen op uw apparaat.
Play Films
Video's bekijken die zijn opgeslagen op uw apparaat en uiteenlopende inhoud downloaden uit de
Play Store
om te bekijken.
Google Drive
Uw inhoud in de cloud opslaan, overal gebruiken en met anderen delen.
YouTube
Video's kijken of maken en delen met anderen.
Applicaties
120
Foto's
U kunt al uw foto's en video's vanaf verschillende bronnen op één locatie doorzoeken, beheren en
bewerken.
Hangouts
Chatten met vrienden alleen of in groepen en afbeeldingen, emoticons en videogesprekken
gebruiken tijdens het chatten.
Google
Snel zoeken naar items op internet of op uw apparaat.
Gesproken zoekopdr.
Snel zoeken naar items door een zoekwoord of woordgroep te zeggen.
Google Instellingen
Instellingen configureren voor bepaalde functies van Google.
121
Instellingen
Introductie
Pas instellingen aan voor functies en apps. U kunt uw apparaat personaliseren door de verschillende
instelopties te configureren.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
.
Tik op
ZOEKEN
om naar instellingen te zoeken met zoekwoorden.
Als u de lijst met veelgebruikte gebruikte instellingen wilt bewerken, tikt u op
BEWERKEN
. Vink items
aan die u wilt toevoegen of deselecteer items om ze te verwijderen.
Wi-Fi
Verbinding maken met een Wi-Fi-netwerk
Schakel de Wi-Fi-functie in om verbinding te maken met een Wi-Fi-netwerk en toegang te krijgen tot
internet of andere netwerkapparaten.
•
Het apparaat gebruikt een niet-geharmoniseerde frequentie en is bedoeld voor gebruik
in alle Europese landen. WLAN kan in de EU zonder beperkingen binnenshuis worden
gebruikt, maar niet buitenshuis.
•
Schakel Wi-Fi uit om de batterij te sparen wanneer u deze functie niet gebruikt.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Wi-Fi
en tik vervolgens op de schakelaar om deze te activeren.
2
Selecteer een netwerk in de lijst met Wi-Fi-netwerken.
Netwerken waarvoor een wachtwoord is vereist, worden weergegeven met een slotpictogram.
Instellingen
122
3
Tik op
VERBINDEN
.
•
Wanneer het apparaat verbinding heeft gemaakt met een Wi-Fi-netwerk, maakt het
elke keer opnieuw verbinding met dat netwerk als het beschikbaar is, zonder dat
een wachtwoord hoeft te worden opgegeven. Om te voorkomen dat het apparaat
automatisch verbinding maakt met het netwerk, selecteert u het in de lijst met
netwerken en tikt u op
VERGETEN
.
•
Als u geen verbinding met een Wi-Fi-netwerk kunt maken, start u de functie Wi-Fi van uw
apparaat of de draadloze router opnieuw.
Wi-Fi Direct
Wi-Fi Direct verbindt apparaten rechtstreeks via een Wi-Fi-netwerk zonder een toegangspunt.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Wi-Fi
en tik vervolgens op de schakelaar om deze te activeren.
2
Tik op
Wi-Fi Direct
.
De gedetecteerde apparaten worden weergegeven.
Als het apparaat waarmee u verbinding wilt maken, niet in de lijst staat, moet u dat apparaat
vragen de Wi-Fi Direct-functie in te schakelen.
3
Selecteer een apparaat om verbinding mee te maken.
De apparaten worden verbonden als het andere apparaat het Wi-Fi Direct-verbindingsverzoek
accepteert.
Gegevens verzenden en ontvangen
U kunt gegevens, zoals contacten of mediabestanden, met andere apparaten delen. De volgende
handelingen zijn een voorbeeld van het verzenden van een afbeelding naar een ander apparaat.
1
Tik op
Galerij
op het scherm Apps.
2
Selecteer een afbeelding.
Instellingen
123
3
Tik op
Delen
Wi-Fi Direct
en selecteer een apparaat waarnaar u de afbeelding wilt
overzetten.
4
Accepteer het Wi-Fi Direct-verbindingsverzoek op het andere apparaat.
Als de apparaten al zijn verbonden, wordt de afbeelding verzonden naar het andere apparaat
zonder de procedure voor verbindingsverzoeken.
De apparaatverbinding beëindigen
1
Tik op het scherm Instellingen op
Wi-Fi
.
2
Tik op
Wi-Fi Direct
.
Het apparaat geeft de verbonden apparaten weer in de lijst.
3
Tik op de apparaatnaam om de verbinding tussen de apparaten te verbreken.
Bluetooth
Introductie
Gebruik Bluetooth om gegevens of mediabestanden uit te wisselen met andere apparaten waarop
Bluetooth is ingeschakeld.
•
Samsung is niet verantwoordelijk voor het verlies, de onderschepping of het misbruik
van gegevens die via Bluetooth zijn verzonden of ontvangen.
•
Zorg altijd dat u gegevens deelt met en ontvangt van vertrouwde apparaten die goed
zijn beveiligd. Als er voorwerpen tussen de apparaten staan, is het mogelijk dat de
afstand waarop de apparaten kunnen communiceren, afneemt.
•
Sommige apparaten, vooral apparaten die niet door Bluetooth SIG zijn getest of
goedgekeurd, zijn mogelijk niet compatibel met uw apparaat.
•
Gebruik de Bluetooth-functie niet voor illegale doeleinden (bijvoorbeeld illegale
kopieën maken van bestanden of illegaal communicatie opnemen voor commerciële
doeleinden).
Samsung is niet verantwoordelijk voor de gevolgen van illegaal gebruik van de
Bluetooth-functie.
Instellingen
124
Koppelen met andere Bluetooth-apparaten
1
Tik op het scherm Instellingen op
Bluetooth
en tik vervolgens op de schakelaar om deze te
activeren.
De gedetecteerde apparaten worden weergegeven.
2
Selecteer een apparaat om verbinding mee te maken.
Als het apparaat waarmee u wilt koppelen niet in de lijst staat, moet u vragen om de
zichtbaarheid van het apparaat in te schakelen. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het
andere apparaat.
Uw apparaat is zichtbaar voor andere apparaten als het scherm Instellingen van Bluetooth is
geopend.
3
Accepteer het Bluetooth-verbindingsverzoek op uw apparaten om te bevestigen.
De apparaten worden verbonden als het andere apparaat het Bluetooth-verbindingsverzoek
accepteert.
Gegevens verzenden en ontvangen
Veel apps ondersteunen gegevensoverdracht via Bluetooth. U kunt gegevens, zoals contacten
of mediabestanden, met andere Bluetooth-apparaten delen. De volgende handelingen zijn een
voorbeeld van het verzenden van een afbeelding naar een ander apparaat.
1
Tik op
Galerij
op het scherm Apps.
2
Selecteer een afbeelding.
3
Tik op
Delen
Bluetooth
en selecteer een apparaat om de afbeelding naar over te zetten.
Als uw apparaat al eens met het apparaat werd gekoppeld, tikt u op de naam van het apparaat
zonder het automatisch gegenereerde wachtwoord te bevestigen.
Als het apparaat waarmee u wilt koppelen niet in de lijst staat, moet u vragen om de
zichtbaarheid van het apparaat in te schakelen.
4
Accepteer het Bluetooth-verbindingsverzoek op het andere apparaat.
Instellingen
125
Bluetooth-apparaten loskoppelen
1
Tik op het scherm Instellingen op
Bluetooth
.
Het apparaat geeft de verbonden apparaten weer in de lijst.
2
Tik op naast de naam van het apparaat om te ontkoppelen.
3
Tik op
Koppeling opheffen
.
Vliegtuigstand
Alle draadloze functies van het apparaat uitschakelen. U kunt alleen diensten gebruiken waarvoor
geen netwerk vereist is.
Tik op het scherm Instellingen op
Vliegtuigstand
.
Mobiele hotspot en tethering
Gebruik het apparaat als een mobiele hotspot om de mobiele gegevensverbinding van uw apparaat
met andere apparaten te delen als de netwerkverbinding niet beschikbaar is. U kunt verbinding
maken via Wi-Fi, USB of Bluetooth.
Tik op het scherm Instellingen op
Mobiele hotspot en tethering
.
Er kunnen extra kosten in rekening worden gebracht wanneer u deze functie gebruikt.
•
Mobiele hotspot
: gebruik de mobiele hotspot om de mobiele gegevensverbinding van het
apparaat te delen met computers of andere apparaten.
•
Bluetooth-tethering
: gebruik Bluetooth-tethering om de mobiele gegevensverbinding van het
apparaat te delen met computers of andere apparaten via Bluetooth.
•
USB-tethering
: gebruik USB-tethering om de mobiele gegevensverbinding van het apparaat
te delen met een computer via USB. Wanneer het apparaat vervolgens op een computer is
aangesloten, wordt het als draadloos modem voor de computer gebruikt.
Instellingen
126
De mobiele hotspot gebruiken
Gebruik uw apparaat als mobiele hotspot om de mobiele gegevensverbinding van uw apparaat met
andere apparaten te delen.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Mobiele hotspot en tethering
Mobiele hotspot
.
2
Tik op de schakelaar om deze te activeren.
Het pictogram
wordt weergegeven op de statusbalk. Andere apparaten kunnen uw apparaat
vinden in de lijst met Wi-Fi-netwerken.
Als u een wachtwoord voor de mobiele hotspot wilt instellen, tikt u op
MEER
Mobiele
hotspot configureren
en selecteert u het beveiligingsniveau. Geef een wachtwoord in en tik op
OPSLAAN
.
3
Zoek op het scherm van het andere apparaat naar uw apparaat in de lijst met Wi-Fi-netwerken
en selecteer het.
4
Gebruik op het aangesloten apparaat de mobiele gegevensverbinding van het apparaat om
verbinding te maken met internet.
Gegevensgebruik
U kunt uw gegevensgebruik bijhouden en limietinstellingen aanpassen.
Tik op het scherm Instellingen op
Gegevensgebruik
.
•
Mobiele gegevens
: instellen dat het apparaat gegevensverbindingen op alle mobiele
netwerken gebruikt.
•
Limiet mobiele gegevens instellen
: een limiet instellen voor het gebruik van mobiele
gegevens.
•
Op achtergrond synchroniseren
: voorkomen dat apps die worden uitgevoerd op de
achtergrond, gebruikmaken van mobiele gegevensverbindingen.
Als u de maandelijkse resetdatum opnieuw wilt instellen voor de controleperiode, tikt u op
Cyclus wijzigen
.
Instellingen
127
Gegevensgebruik beperken
1
Tik op het scherm Instellingen op
Gegevensgebruik
en tik op de schakelaar
Limiet mobiele
gegevens instellen
om deze in te schakelen.
2
Sleep de regelaar voor de limiet omhoog of omlaag om de limiet in te stellen.
3
Sleep de regelaar voor het waarschuwingsniveau omhoog of omlaag om een
waarschuwingsniveau voor het gegevensgebruik in te stellen.
Het apparaat laat het u weten als het waarschuwingsniveau is bereikt.
Mobiele netwerken
Hiermee kunt u de instellingen voor uw mobiele netwerken configureren.
Tik op het scherm Instellingen op
Mobiele netwerken
.
•
Roaming
: instellen dat het apparaat gegevensverbindingen gebruikt tijdens roaming.
•
Namen toegangspunten
: de namen van toegangspunten (APN's) instellen.
•
Netwerkmodus
: een netwerktype selecteren.
•
Netwerkoperators
: zoeken naar beschikbare netwerken en een netwerk handmatig registreren.
NFC en betaling
Introductie
Met uw apparaat kunt u productinformatie bevattende NFC-tags lezen. U kunt deze functie ook
gebruiken voor betalingen en om bijvoorbeeld treinkaartjes of tickets voor evenementen te kopen.
U moet dan wel eerst de daarvoor vereiste apps downloaden.
Het apparaat bevat een ingebouwde NFC-antenne. Behandel het apparaat altijd voorzichtig
om beschadiging van de NFC-antenne te voorkomen.
Instellingen
128
De NFC-functie gebruiken
Gebruik de NFC-functie om afbeeldingen of contacten naar andere apparaten te sturen en
productinformatie van NFC-tags te lezen. Als u een SIM- of USIM-kaart met een betaalfunctie
installeert, kunt u het apparaat handig gebruiken voor betalingen.
1
Tik op het scherm Instellingen op
NFC en betaling
en tik vervolgens op de schakelaar om deze
te activeren.
2
Houd het gedeelte met de NFC-antenne op de achterkant van uw apparaat in de buurt van een
NFC-tag.
De informatie uit de tag wordt weergegeven.
Zorg ervoor dat het scherm van het apparaat is ontgrendeld. Anders leest het apparaat geen
NFC-tags en ontvangt het geen gegevens.
Betalen met de NFC-functie
Voordat u de NFC-functie kunt gebruiken om een betaling te doen, moet u zich aanmelden bij een
service voor mobiele betalingen. Neem voor aanmelding of meer informatie voer de service contact
op met uw serviceprovider.
1
Tik op het scherm Instellingen op
NFC en betaling
en tik vervolgens op de schakelaar om deze
te activeren.
2
Plaats het gedeelte met de NFC-antenne op de achterkant van uw apparaat tegen de NFC-
kaartlezer.
Instellingen
129
Als u de standaardbetaalapp wilt instellen, opent u het scherm Instellingen en tikt u op
NFC en
betaling
Tikken en betalen
en selecteert u een app.
De lijst met betalingsservices omvat mogelijke niet alle beschikbare betalingsapps.
Gegevens verzenden
U kunt toestaan dat gegevens worden uitgewisseld wanneer de NFC-antenne van uw apparaat de
NFC-antenne van het andere apparaat aanraakt.
1
Tik op het scherm Instellingen op
NFC en betaling
en tik vervolgens op de schakelaar om deze
te activeren.
2
Tik op
Android Beam
en tik op de schakelaar om deze te activeren.
3
Selecteer een item en raak de NFC-antenne van het andere apparaat naar de NFC-antenne van
uw apparaat aan.
4
Wanneer
Raak aan om over te brengen.
op het scherm verschijnt, tikt u op het scherm van uw
apparaat om het item te verzenden.
Als beide apparaten tegelijk proberen gegevens te verzenden, mislukt de
gegevensoverdracht mogelijk.
Instellingen
130
Meer verbindingsinstellingen
Opties
Hier kunt u instellingen aanpassen om andere functies aan te sturen.
Tik op het scherm Instellingen op
Meer verbindingsinstellingen
.
•
Afdrukken
: instellingen voor printerinvoegtoepassingen die zijn geïnstalleerd op het apparaat.
U kunt beschikbare printers zoeken of handmatig een printer toevoegen om bestanden af te
drukken. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie.
•
MirrorLink
: gebruik de functie MirrorLink feature om de MirrorLink-apps van uw apparaat te
bedienen op de headunitmonitor van een voertuig. Raadpleeg MirrorLink voor meer informatie.
•
Downloadbooster
: instellen dat het apparaat bestanden die groter dan 30 MB zijn, sneller
tegelijk via Wi-Fi en mobiele netwerken downloadt. Raadpleeg Downloadbooster voor meer
informatie.
•
VPN
: Virtual Private Networks (VPN's) instellen en hiermee verbinding maken.
•
Standaard berichtenapp
: de standaardapp voor berichten selecteren.
Afdrukken
Hier kunt u instellingen configureren voor printerplug-ins die zijn geïnstalleerd op het apparaat. U
kunt het apparaat aan een printer koppelen via Wi-Fi of Wi-Fi Direct en afbeeldingen of documenten
afdrukken.
Sommige printers zijn mogelijk niet compatibel met het apparaat.
Printerinvoegtoepassingen toevoegen
U kunt printerinvoegtoepassingen toevoegen voor printers waarmee u het apparaat wilt verbinden.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Meer verbindingsinstellingen
Afdrukken
Invoegtoepass. downloaden
.
2
Een printerinvoegtoepassing zoeken in de
Play Store
.
3
Selecteer een printerinvoegtoepassing en installeer deze.
Instellingen
131
4
Selecteer de printerinvoegtoepassing en tik op de schakelaar om deze te activeren.
Het apparaat zoekt naar printers die zijn verbonden met hetzelfde Wi-Fi-netwerk als uw
apparaat.
Als u printers handmatig wilt toevoegen, tikt u op
MEER
Printer toevoegen
PRINTER
TOEVOEGEN
.
Tik op
MEER
Afdrukinstellingen
om de printinstellingen te wijzigen.
Inhoud afdrukken
Terwijl u inhoud, zoals afbeeldingen of documenten, bekijkt, tikt u op
Delen
Afdrukken
Alle printers
en selecteert u een printer.
MirrorLink
U kunt uw apparaat verbinden met een voertuig om de MirrorLink-apps van uw apparaat te
bedienen via het beeldscherm van het voertuig.
Tik op het scherm Instellingen op
Meer verbindingsinstellingen
MirrorLink
.
Uw apparaat is compatibel met voertuigen die ondersteuning bieden voor MirrorLink-versie
1.1 en hoger.
Uw apparaat via MirrorLink verbinden met een voertuig
Wanneer u deze functie voor het eerst gebruikt, verbindt u het apparaat met een Wi-Fi- of mobiel
netwerk.
1
Koppel uw apparaat via Bluetooth met een voertuig.
Raadpleeg Koppelen met andere Bluetooth-apparaten voor meer informatie.
2
Sluit uw apparaat met een USB-kabel aan op het voertuig.
Wanneer ze op elkaar zijn aangesloten, kunt u de MirrorLink-apps van uw apparaat openen via
het beeldscherm van uw voertuig.
De MirrorLink-verbinding verbreken
Koppel de USB-kabel los van uw apparaat en het voertuig.
Instellingen
132
Downloadbooster
Stel het apparaat in om sneller bestanden groter dan 30 MB gelijktijdig te downloaden via Wi-Fi en
mobiele netwerken. Een sterker Wi-Fi-signaal geeft een snellere downloadsnelheid.
Tik op het scherm Instellingen op
Meer verbindingsinstellingen
Downloadbooster
.
•
Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten.
•
Er kunnen extra kosten in rekening worden gebracht als u bestanden downloadt via het
mobiele netwerk.
•
Wanneer u grote bestanden downloadt, wordt het apparaat mogelijk warm. Wanneer
de temperatuur van het apparaat boven de ingestelde temperatuur stijgt, zal de functie
worden uitgeschakeld.
•
Als de netwerksignalen onstabiel zijn, kunnen de snelheid en prestaties van deze functie
worden aangetast.
•
Als de gegevensoverdrachtsnelheden van de Wi-Fi- en mobiele netwerkverbindingen
sterk verschillen, gebruikt het apparaat mogelijk alleen de snelste verbinding.
•
Deze functie ondersteunt Hypertext Transmission Protocol (HTTP) 1.1 en Hypertext
Transmission Protocol Secure (HTTPS). De functie kan niet worden gebruikt met andere
protocollen, zoals FTP.
Geluiden en meldingen
U kunt de instellingen voor diverse geluiden op het apparaat wijzigen.
Tik op het scherm Instellingen op
Geluiden en meldingen
.
•
Geluidstand
: instellen dat het apparaat de stille of geluidsstand gebruikt.
•
Volume
: het volume voor beltonen, muziek, video's, systeemgeluiden en meldingen instellen.
•
Beltonen en geluiden
: wijzig de beltoon en instellingen voor systeemgeluiden.
•
Trilstand
: de trilinstellingen wijzigen.
•
Geluidskwal. en -effecten
: aanvullende geluidsinstellingen configureren.
•
Niet storen
: instellen dat het apparaat geluiden voor inkomende oproepen en meldingen
dempt, behalve voor toegestane uitzonderingen.
Instellingen
133
•
App-meldingen
: de meldingsinstellingen voor elke app wijzigen.
•
LED-indicator
: instellen dat het apparaat de LED-indicator inschakelt wanneer de batterij wordt
opgeladen, wanneer u meldingen ontvangt of wanneer u spraakmemo's opneemt.
Display
De display-instellingen wijzigen.
Tik op het scherm Instellingen op
Display
.
•
Helderheid
: de helderheid van het scherm aanpassen.
•
Lettertype
: het lettertype en de lettergrootte wijzigen.
•
Bediening met één hand
: bediening met één hand inschakelen voor gebruiksgemak wanneer
u het apparaat gebruikt met één hand.
•
Time-out scherm
: instellen na hoeveel tijd de achtergrondverlichting van het scherm moet
worden uitgeschakeld door het apparaat.
•
Slim sluimeren
: instellen dat het apparaat voorkomt dat de achtergrondverlichting wordt
uitgeschakeld terwijl u naar het scherm kijkt.
•
Scherm-modus
: de schermstand wijzigen om de kleuren en contrasten op het scherm aan te
passen.
•
Dagdromen
: instellen dat het apparaat een schermbeveiliging weergeeft wanneer het apparaat
is verbonden met een dock of bezig is met opladen.
Edge screen
Hier kunt u de instellingen voor het Edge screen wijzigen. Raadpleeg Edge screen voor meer
informatie.
Tik op het scherm Instellingen op
Edge screen
.
•
Edge lighting
: instellen dat het Edge screen oplicht wanneer u oproepen of meldingen
ontvangt als uw apparaat met het scherm naar beneden ligt.
•
People edge
: instellen dat het apparaat tabbladen met toegewezen kleuren weergeeft op het
Edge screen als er gemiste meldingen zijn van belangrijke contacten.
Instellingen
134
•
Apps edge
: instellen dat het apparaat snelkoppelingen naar favoriete apps weergeeft op het
Edge screen.
•
Informatiestroom
: instellingen aanpassen voor het weergeven van verschillende items, zoals
het nieuws en berichtmeldingen, op het Edge screen.
•
Nachtklok
: instellen dat het apparaat het Edge screen 's nachts gebruikt als klok. U kunt de
periode instellen dat de nachtklok actief is.
•
Positie Edge screen
: de weergaveopties voor de handgreep en het Edge screen aanpassen.
•
Meldingen selecteren
: items selecteren voor meldingen op het Edge screen via
kleurenverlichting en gekleurde tabbladen.
•
Over Edge screen
: de versie-informatie over het Edge screen weergeven. U kunt ook
controleren op beschikbare updates.
Bewegingen en gebaren
Hier kunt u de functie voor bewegingsherkenning inschakelen en de instellingen wijzigen die de
bewegingsherkenning op uw apparaat regelen.
Tik op het scherm Instellingen op
Bewegingen en gebaren
.
Overmatig schudden van of harde klappen tegen het apparaat, kunnen ongewenste invoer
veroorzaken. Voer bewegingen correct uit.
•
Direct bellen
: instellen dat het apparaat een spraakoproep start als u het apparaat oppakt
en aan uw oor houdt terwijl een oproep, bericht of de gegevens van een contact worden
weergegeven.
•
Slim melden
: instellen dat het apparaat meldingen over gemiste oproepen of nieuwe berichten
weergeeft wanneer u het apparaat oppakt.
Deze functie werkt mogelijk niet als het scherm is ingeschakeld of het apparaat zich niet op
een vlakke ondergrond bevindt.
•
Dempen
: het apparaat instellen om inkomende oproepen of alarmen te dempen met
handbewegingen of door het apparaat met het scherm omlaag neer te leggen.
•
Vegen voor schermafbeelding
: instellen dat er een schermafbeelding wordt gemaakt door
het apparaat wanneer u met uw hand naar links of rechts over het scherm veegt. U kunt de
gemaakte afbeeldingen bekijken in
Galerij
.
Het is bij gebruik van sommige apps en functies niet mogelijk een schermafbeelding te
maken.
Instellingen
135
Applicaties
Hiermee kunt u de apps op het apparaat beheren en de app-instellingen wijzigen.
Tik op het scherm Instellingen op
Applicaties
.
•
Applicatiebeheer
: apps op uw apparaat bekijken en beheren.
•
Standaardapplicaties
: een standaardinstelling selecteren voor het gebruik van apps.
•
Applicaties
: de instellingen aanpassen voor elke app.
Achtergrond
Hier kunt u de achtergrondinstellingen voor het startscherm en vergrendelscherm wijzigen.
Tik op het scherm Instellingen op
Achtergrond
.
Thema's
U kunt op het apparaat verschillende themas toepassen om de visuele elementen van het
startscherm, het vergrendelscherm en de pictogrammen aan te passen.
Tik op het scherm Instellingen op
Thema's
.
Tik op
THEME STORE
om meer thema's te downloaden.
Instellingen
136
Schermvergrendeling en beveiliging
Opties
Hier kunt u de instellingen voor het beveiligen van het apparaat en de SIM- of USIM-kaart wijzigen.
Tik op het scherm Instellingen op
Schermvergr. en beveilig.
De beschikbare opties kunnen verschillen, afhankelijk van de geselecteerde methode voor
schermvergrendeling.
•
Type schermvergrendeling
: de methode voor schermvergrendeling wijzigen.
•
Informatie weergeven
: instellingen wijzigen voor de items die worden weergegeven op het
vergrendelscherm.
•
Meldingen
: instellen of inhoud van meldingen moet worden weergegeven op het
vergrendelscherm en selecteren welke meldingen moeten worden weergegeven.
•
Ontgrendeleffect
: een effect selecteren dat wordt weergegeven wanneer u het scherm
ontgrendelt.
•
Instell. veilige vergrendeling
: de schermvergrendelingsinstellingen voor de geselecteerde
vergrendelingsmethode wijzigen.
•
Vingerafdrukken
: uw vingerafdruk op het apparaat opslaan om het apparaat te beveiligen
of u aan te melden bij uw Samsung-account. Raadpleeg Vingerafdrukherkenning voor meer
informatie.
•
Apparaatbeveiliging
: de beveiligingsstatus van het apparaat controleren en het apparaat
scannen op malware.
•
Zoek mijn mobiel
: schakel de functie Mijn telefoon zoeken in of uit. Deze functie kan u helpen
uw apparaat te vinden wanneer deze verloren of gesloten is. U hebt ook toegang tot de website
Mijn mobiel zoeken (findmymobile.samsung.com) om uw verloren of gestolen apparaat op te
sporen en te beheren.
•
Onbekende bronnen
: het apparaat instellen om de installatie van applicaties van onbekende
bronnen toe te staan.
•
Andere beveiligingsinstellingen
: aanvullende beveiligingsinstellingen configureren.
Instellingen
137
Vingerafdrukherkenning
Voor een correcte werking van vingerafdrukherkenning moeten uw vingerafdrukgegevens worden
geregistreerd en opgeslagen op het apparaat. Na registratie kunt u instellen dat het apparaat uw
vingerafdruk gebruikt voor de onderstaande functies:
•
Schermvergrendeling
•
Inloggen via internet
•
Verifieer Samsung account
•
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider.
•
Vingerafdrukherkenning gebruikt de unieke kenmerken van elke vingerafdruk om
de beveiliging van uw apparaat te verbeteren. Het is zeer onwaarschijnlijk dat de
vingerafdruksensor twee verschillende vingerafdrukken niet kan onderscheiden. In zeer
zeldzame gevallen waarin afzonderlijke vingerafdrukken zeer op elkaar lijken, kan de
sensor ze echter als identiek herkennen.
•
Als uw vingerafdruk niet wordt herkend en u uw reservewachtwoord bent vergeten,
moet u het apparaat naar een Samsung-servicecenter brengen om het opnieuw te laten
instellen. Vervolgens moet u uw vingerafdrukken opnieuw registreren en een nieuw
reservewachtwoord instellen.
Voor een betere herkenning van vingerafdrukken
Wanneer u uw vingerafdrukken scant op het apparaat, moet u rekening houden met de volgende
omstandigheden die van invloed kunnen zijn op de prestaties van het apparaat:
•
De starttoets bevat een sensor voor vingerafdrukherkenning. Controleer of de starttoets niet is
bekrast of beschadigd door metalen voorwerpen, zoals munten, sleutels en kettingen.
•
De schermbeschermer die bij het apparaat is geleverd, kan ervoor zorgen dat de sensor
voor vingerafdrukherkenning niet correct werkt. Verwijder de schermbescherming om de
herkenningsgevoeligheid van de vingerafdrukken te verhogen.
•
Zorg dat het herkenningsgebied voor vingerafdrukken en uw vingers schoon en droog zijn.
•
Het apparaat herkent mogelijk vingerafdrukken niet als deze zijn veranderd door rimpels of
littekens.
•
Het apparaat herkent mogelijk geen vingerafdrukken van kleine of dunne vingers.
•
Als u uw vinger buigt of uw vingertop gebruikt, herkent het apparaat uw vingerafdrukken
mogelijk niet. Zorg ervoor dat u de hele starttoets met uw vinger bedekt.
•
Om de prestaties van herkenning te verbeteren, registreert u vingerafdrukken van de hand die
het meest wordt gebruikt om taken uit te voeren op het apparaat.
•
In droge omgevingen kan statische elektriciteit zich verzamelen in het apparaat. Vermijd het
gebruik van deze functie in droge omgevingen of zorg dat u statische elektriciteit kwijtraakt
door een metalen voorwerp aan te raken voordat u de functie gebruikt.
Instellingen
138
Vingerafdrukken vastleggen
1
Tik op het scherm Instellingen op
Schermvergr. en beveilig.
Vingerafdrukken
Vingerafdruk toevoegen
.
2
Plaats uw vinger op de starttoets.
3
Nadat het apparaat uw vinger heeft gedetecteerd, tilt u deze op en plaatst u deze weer op de
starttoets.
Herhaal deze actie door uw vinger omhoog of omlaag te bewegen totdat de vingerafdruk is
geregistreerd.
4
Wanneer een scherm wordt geopend waarin u wordt gevraagd een reservewachtwoord te
registreren, geeft u het reservewachtwoord in en tikt u op
DOORGAAN
.
5
Geef het reservewachtwoord nogmaals in om het te verifiëren en tik op
OK
.
U kunt het reservewachtwoord gebruiken in plaats van uw vingerafdrukken te scannen.
6
Als het pop-upvenster voor vingerafdrukvergrendeling wordt weergegeven, tikt u op
INSTLN
. U
kunt het scherm ontgrendelen met uw vingerafdrukken.
Instellingen
139
Vingerafdrukken verwijderen
U kunt geregistreerde vingerafdrukken verwijderen.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Schermvergr. en beveilig.
Vingerafdrukken
.
2
Scan een geregistreerde vingerafdruk of tik op
Back-upwachtwoord
en geef het alternatieve
wachtwoord in.
3
Tik op
BEWERKEN
.
4
Vink vingerafdrukken aan om te verwijderen en tik op
WISSEN
.
Het extra wachtwoord wijzigen
U kunt het wachtwoord wijzigen dat u gebruikt als alternatief voor het scannen van uw
vingerafdrukken.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Schermvergr. en beveilig.
Vingerafdrukken
.
2
Scan een geregistreerde vingerafdruk of tik op
Back-upwachtwoord
en geef het alternatieve
wachtwoord in.
3
Tik op
Back-upwachtwoord wijzigen
.
4
Geef een nieuw wachtwoord in en tik op
DOORGAAN
.
5
Geef het wachtwoord opnieuw in en tik op
OK
.
Het wachtwoord van het Samsung-account verifiëren
Gebruik uw vingerafdrukken om het wachtwoord van uw Samsung-account te verifiëren. U kunt een
vingerafdruk gebruiken in plaats van uw wachtwoord in te geven, bijvoorbeeld wanneer u inhoud
aanschaft op
Galaxy Apps
.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Schermvergr. en beveilig.
Vingerafdrukken
.
2
Scan een geregistreerde vingerafdruk of tik op
Back-upwachtwoord
en geef het alternatieve
wachtwoord in.
3
Tik op de schakelaar
Verifieer Samsung account
om deze in te schakelen.
4
Meld u aan bij uw Samsung-account.
Instellingen
140
Vingerafdrukken gebruiken om aan te melden bij accounts
U kunt uw vingerafdrukken gebruiken om u aan te melden bij webpagina's die wachtwoorden
kunnen opslaan.
Deze functie is alleen beschikbaar voor webpagina's die u opent via de app
Internet
.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Schermvergr. en beveilig.
Vingerafdrukken
.
2
Scan een geregistreerde vingerafdruk of tik op
Back-upwachtwoord
en geef het alternatieve
wachtwoord in.
3
Tik op de schakelaar
Inloggen via internet
om deze in te schakelen.
4
Open een website waarbij u wilt aanmelden met een vingerafdruk.
5
Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in en tik dan op de toets 'Aanmelden' op de website.
6
Vink
Inloggen met uw vingerafdruk
aan en tik op
JA
.
U kunt met uw vingerafdruk uw account en wachtwoord verifiëren om u aan te melden op de
webpagina.
Privacy en veiligheid
Opties
Hier kunt u de instellingen voor het beheren van privacy en veiligheid wijzigen.
Tik op het scherm Instellingen op
Privacy en veiligheid
.
•
Locatie
: de instellingen voor machtigingen voor locatiegegevens wijzigen.
•
Privéstand
: de privéstand inschakelen om te voorkomen dat anderen toegang hebben tot uw
persoonlijke inhoud. Raadpleeg Privéstand voor meer informatie.
•
Diagnose rapporteren
: instellen dat het apparaat automatisch diagnostische en
gebruiksgegevens naar Samsung stuurt.
•
SOS-berichten verzenden
: instellen dat het apparaat SOS-berichten verstuurd wanneer u drie
keer op de aan/uit-toets drukt. U kunt ook geluidsopnamen samen met het bericht naar de
ontvangers verzenden. Raadpleeg SOS-berichten verzenden voor meer informatie.
Instellingen
141
Privéstand
U kunt persoonlijke inhoud op uw apparaat verbergen om te voorkomen dat anderen deze inhoud
kunnen bekijken.
Privéstand inschakelen
1
Tik op het scherm Instellingen op
Privacy en veiligheid
Privéstand
en tik op de schakelaar
om deze te activeren.
Als u de privéstand voor de eerste keer inschakelt, moet u de instructies op het scherm volgen
om een toegangscode voor de privéstand in te stellen.
2
Volg de instructies op het scherm om de vooraf ingestelde toegangscode voor de privéstand in
te geven.
De privéstand wordt geactiveerd het pictogram
wordt weergegeven op de statusbalk.
U kunt alleen verborgen items weergeven en openen wanneer de privéstand is
ingeschakeld. Als u items wilt verbergen die zijn opgeslagen in de privémap, moet u de
privéstand uitschakelen.
Inhoud verbergen
1
Open op het scherm Apps een app om items te verbergen.
2
Selecteer een item en tik op
MEER
Verplaatsen naar Privé
.
Als de privéstand is ingeschakeld, volgt u de instructies op het scherm om de vooraf ingestelde
toegangscode voor de privéstand in te geven.
De geselecteerde items worden verplaatst naar de privémap.
Instellingen
142
Verborgen inhoud weergeven
U kunt alleen verborgen items weergeven wanneer de privéstand is ingeschakeld.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Privacy en veiligheid
Privéstand
en tik op de schakelaar
om deze te activeren.
2
Volg de instructies op het scherm om de vooraf ingestelde toegangscode voor de privéstand in
te geven.
3
Tik op het scherm Apps op
Tools
Mijn bestanden
Privé
.
Items die zijn verplaatst naar de persoonlijke map worden op het scherm weergegeven.
Bladwijzers kunt u weergeven met de app
Internet
.
Inhoud opnieuw weergeven
1
Tik in de privémap op een item en houdt deze vast, vink vervolgens de items aan die u niet
langer wilt verbergen.
2
Tik op
MEER
Verwijderen uit Privé
.
3
Selecteer een map om de items naar te verplaatsen en tik op
HIER PLAATSEN
.
De items worden verplaatst naar de geselecteerde map.
De privéstand automatisch uitschakelen
U kunt instellen dat het apparaat de privéstand automatisch uitschakelt wanneer het scherm wordt
uitgeschakeld.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Privacy en veiligheid
Privéstand
en tik op de schakelaar
om deze te activeren.
2
Volg de instructies op het scherm om de vooraf ingestelde toegangscode voor de privéstand in
te geven.
3
Tik op de schakelaar
Automatisch uitschakelen
om deze in te schakelen.
Als de optie
Automatisch uitschakelen
is ingeschakeld, kan het apparaat geen bestanden
overzetten aar de privémap als het scherm wordt uitgeschakeld tijdens een overdracht.
Instellingen
143
SOS-berichten verzenden
Druk in een noodgeval drie keer snel op de aan/uit-toets. Het apparaat verzendt berichten naar uw
contacten voor noodgevallen. Het bericht bevat informatie over uw locatie.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Privacy en veiligheid
SOS-berichten verzenden
en tik op
de schakelaar om deze te activeren.
2
Volg de instructies op het scherm om primaire contacten toe te voegen als u dit nog niet hebt
gedaan.
Als u SOS-berichten wilt sturen met geluidsopnamen of foto's, tikt u op de schakelaar
Geluidsopname bijvoegen
of op
Foto's bijvoegen
om deze te activeren.
De optie
Foto's bijvoegen
is mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van de regio of
serviceprovider.
Contacten voor noodgevallen toevoegen
Tik op het scherm Instellingen op
Privacy en veiligheid
SOS-berichten verzenden
Berichten
verzenden naar
TOEVOEGEN
. Tik op
Contact toevoegen
en geef contactinformatie in of
tik op
Selecteren uit contacten
om een bestaand contact toe te voegen als een contact voor
noodgevallen.
Instellingen
144
Eenvoudige stand
De eenvoudige stand biedt meer gebruikscomfort met een eenvoudige rangschikking en grotere
pictogrammen op het startscherm.
Sommige app-functies zijn mogelijk niet beschikbaar in de eenvoudige stand.
Overschakelen naar de eenvoudige stand
1
Tik op het scherm Instellingen op
Eenvoudige stand
Eenvoudige stand
.
2
Selecteer apps onder
Eenvoudige applicaties
om een eenvoudigere indeling toe te passen.
3
Tik op
GEREED
.
Terugkeren naar de standaardstand
Veeg naar links op het startscherm en tik op
Instellingen
Eenvoudige stand
Standaardstand
GEREED
.
Snelkoppelingen beheren
Als u een snelkoppeling voor een app wilt toevoegen aan het startscherm, veegt u naar links, tikt u
op
en selecteert u een app.
Als u een snelkoppeling voor een contactpersoon wilt toevoegen aan het startscherm, veegt u naar
rechts en tikt u op
.
Als u een snelkoppeling wilt verwijderen van het startscherm, tikt u op
BEWERK
en selecteert u een
app of contactpersoon met
.
Toegankelijkheid
Hier kunt u verschillende instellingen configureren om de toegankelijkheid van het apparaat te
verbeteren. Raadpleeg Toegankelijkheid voor meer informatie.
Tik op het scherm Instellingen op
Toegankelijkheid
.
Instellingen
145
Accounts
U kunt uw Samsung- en Google-accounts, of andere accounts, toevoegen om deze te
synchroniseren.
Accounts toevoegen
Voor bepaalde apps op uw apparaat is een geregistreerd account vereist. Maak accounts om het
meeste uit uw apparaat te halen.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Accounts
Account toevoegen
.
2
Selecteer een accountservice.
3
Volg de instructies op het scherm om de installatie van het account te voltooien.
Als u inhoud wilt synchroniseren met uw accounts, selecteert u een account en selecteert u items
aan die u wilt synchroniseren.
Samsung-accounts registreren
U hebt een Samsung-account nodig wanneer u bepaalde Samsung apps gebruikt. U kunt in een
Samsung-account een back-up maken van gegevens op uw apparaat en deze gegevens herstellen.
Registreer uw Samsung-account op het apparaat om Samsung-services eenvoudig te gebruiken.
1
Tik op het scherm Instellingen op
Accounts
Account toevoegen
.
2
Tik op
Samsung account
.
3
Volg de instructies op het scherm om de installatie van het account te voltooien.
Wanneer uw Samsung-account is geregistreerd, kunt u apps gebruiken waarvoor uw Samsung-
account vereist zonder dat u zich hoeft aan te melden.
Account verwijderen
Tik op het scherm Instellingen op
Accounts
, selecteer een accountnaam, selecteer het account dat u
wilt verwijderen en tik dan op
MEER
Account wissen
.
Instellingen
146
Back-up maken en terugzetten
Hier kunt u de instellingen wijzigen voor het beheren van instellingen en gegevens.
Tik op het scherm Instellingen op
Back-up maken en terugzetten
.
•
Back-up van mijn gegevens
: maak een back-up van uw persoonlijke gegevens en
applicatiegegevens naar de server van Samsung. U kunt ook instellen dat het apparaat
automatisch een back-up maakt.
•
Herstel
: u kunt persoonlijke gegevens en appgegevens waarvan u eerder een back-up hebt
gemaakt in uw Samsung-account terugzetten.
•
Autom. opnieuw starten
: instellen dat het apparaat automatisch wordt geoptimaliseerd en
zichzelf op vooraf ingestelde tijden opnieuw opstart voor optimale prestaties.
•
Back-up van account
: account voor back-ups bij Google instellen of aanpassen.
•
Back-up van mijn gegevens
: instellen dat het apparaat een back-up van uw instellingen en
appgegevens maakt op de server van Google.
•
Automatisch herstellen
: instellen dat het apparaat uw instellingen en appgegevens terugzet
uit de Google-server wanneer de apps opnieuw worden geïnstalleerd.
•
Fabrieksgegevens herstellen
: het apparaat terugzetten naar de fabrieksinstellingen en alle
gegevens verwijderen.
•
Instellingen resetten
: de instellingen van het apparaat terugzette naar de fabrieksinstellingen
zonder de gegevens te verwijderen.
Taal en invoer
U kunt apparaattalen selecteren en instellingen wijzigen, zoals toetsenborden en spraakinvoertypen.
Sommige opties zijn wellicht niet beschikbaar afhankelijk van de geselecteerde taal.
Tik op het scherm Instellingen op
Taal en invoer
.
•
Taal
: een displaytaal voor alle menu's en apps selecteren.
•
Standaard toetsenbord
: selecteer een standaardtoetsenbordtype voor tekstinvoer.
•
Samsung-toetsenbord
: de instellingen voor het Samsung-toetsenbord wijzigen.
•
Google Spraakgestuurd typen
: de instellingen voor spraakinvoer wijzigen.
Instellingen
147
•
Spraakinvoer
: selecteer een standaard service voor spraakinvoer. U kunt ook de instellingen
voor elk apparaat wijzigen.
•
Opties Tekst naar spraak
: de instellingen voor tekst-naar-spraak wijzigen.
•
Snelheid aanwijzer
: de snelheid aanpassen voor de muis of trackpad aangesloten op uw
apparaat.
Batterij
Bekijk gegevens over de resterende batterijduur en wijzig opties voor besparen van energie.
Tik op het scherm Instellingen op
Batterij
.
De resterende gebruiksduur geeft aan wanneer de batterij leeg is. De gebruiksduur kan
verschillen afhankelijk van uw apparaatinstellingen en de gebruiksomstandigheden.
•
BATTERIJVERBRUIK
: weergeven hoeveel stroom wordt verbruikt door de batterij van uw
apparaat.
•
Spaarstand
: de spaarstand inschakelen en de instellingen wijzigen voor de spaarstand.
Raadpleeg Spaarstand voor meer informatie.
•
Extra energiebesparende stand
: de standby-tijd van het apparaat uitbreiden en batterijgebruik
verminderen door het weergeven van een eenvoudigere indeling en het toestaan van beperkte
toegang tot een app. Raadpleeg Extra energiebesparende stand voor meer informatie.
•
Abnormaal batterijverbruik
: een lijst met apps weergeven die extreem veel
batterijladinggebruiken.
•
Voeding op statusbalk
: instellen dat het apparaat de resterende batterijduur weergeeft.
Opslag
Geheugeninformatie van uw apparaat weergeven.
Tik op het scherm Instellingen op
Opslag
.
De feitelijk beschikbare capaciteit van het interne geheugen is minder dan de
gespecificeerde capaciteit, een gedeelte van het geheugen wordt namelijk gebruikt door
het besturingssysteem en de standaard-apps. De beschikbare capaciteit kan veranderen
wanneer u het apparaat bijwerkt.
Instellingen
148
Accessoires
De accessoire-instellingen wijzigen.
Tik op het scherm Instellingen op
Accessoires
.
Deze optie wordt weergegeven wanneer u uw apparaat op een draadloze oplader plaatst
die de functie voor snel draadloos opladen ondersteunt.
•
Snel draadloos opladen
: instellen of de functie voor snel draadloos opladen moet worden
gebruikt. Wanneer deze functie is ingeschakeld, kan de draadloze oplader lawaai maken. Als u
deze functie uitschakelt, neemt het geluid af, maar kan het opladen langer duren.
Datum en tijd
De volgende instellingen weergeven en aanpassen om te bepalen hoe het apparaat de tijd en
datum weergeeft.
Tik op het scherm Instellingen op
Datum en tijd
.
Als de batterij gedurende langere tijd geheel leeg is of wordt verwijderd uit het apparaat,
worden de tijd en datum gereset.
•
Automatisch datum en tijd
: automatisch de tijd en datum bijwerken wanneer u naar een
andere tijdzone reist.
•
Automatische tijdzone
: instellen dat het apparaat tijdzonegegevens ontvangt van het netwerk
wanneer u een tijdzone overschrijdt.
•
Datum instellen
: de huidige datum handmatig instellen.
•
Tijd instellen
: de huidige tijd handmatig instellen.
•
Tijdzone selecteren
: de eigen tijdzone selecteren.
•
24-uurs indeling gebruiken
: tijd weergeven in de 24-uurs indeling.
Instellingen
149
Gebruiksaanwijzing
Hiermee kunt u informatie weergeven over het gebruik van het apparaat en apps of voor het
configureren van belangrijke instellingen.
Tik op het scherm Instellingen op
Gebruiksaanwijzing
.
Toestel-info
Apparaatgegevens openen, de apparaatnaam bewerken of apparaatsoftware bijwerken.
Tik op het scherm Instellingen op
Toestel-info
.
150
Bijlage
Toegankelijkheid
Over Toegankelijkheid
U kunt de toegankelijkheid verbeteren met functies die het apparaat gebruiksvriendelijker maken
voor gebruikers met een slecht gezichtsvermogen, een gehooraandoening of een motorische
beperking.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
.
De starttoets gebruiken voor het openen van
toegankelijkheidsmenu's
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Rechtstreekse toegang
en tik op
de schakelaar om deze in te schakelen. Selecteer een toegankelijkheidsmenu dat moeten worden
geopend wanneer u drie keer snel op de starttoets drukt.
U kunt de volgende toegankelijkheidsmenu's openen.
•
Toegankelijkheid
•
Voice Assistant
•
Universal switch
•
Venster vergrootglas
•
Negatieve kleuren
•
Grijstinten
•
Kleurcorrectie
•
Interactiebeheer
Bijlage
151
Voice Assistant (gesproken feedback)
Voice Assistant in- of uitschakelen
Wanneer u Voice Assistant inschakelt, leest het apparaat de tekst op het scherm of bepaalde functies
hardop voor als u er een keer op tikt.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
Voice Assistant
en tik op
de schakelaar om deze te activeren. Het apparaat start de gesproken feedback.
Als u Voice Assistant wilt uitschakelen, tikt u op de schakelaar en tikt u snel twee keer ergens op het
scherm.
Als u Voice Assistant voor de eerste keer inschakelt, wordt de zelfstudie na het inschakelen gestart. U
kunt de zelfstudie opnieuw afspelen door op
Help Voice Assistant
te tikken.
Sommige functies zijn niet beschikbaar wanneer u Voice Assistant gebruikt.
Het scherm bedienen met vingergebaren
U kunt verschillende vingergebaren gebruiken om het scherm te bedienen terwijl u Voice Assistant
gebruikt.
Een enkel vingergebaar
•
Tikken: het item waar uw vinger op ligt wordt hardop voorgelezen. Als u het scherm wilt
verkennen, plaatst u een vinger op het scherm en beweegt u uw vinger.
•
Tweemaal tikken: het geselecteerde item wordt geopend. Als de items hardop worden
voorgelezen en u het gewenste item hoort, tilt u uw vinger van het scherm. Tik dan twee keer
snel op het scherm.
•
Dubbeltikken en het scherm blijven aanraken: zo kunt u een item verplaatsen of een
beschikbare optie openen.
•
Naar links vegen: zo gaat u terug naar het vorige item.
•
Naar rechts vegen: zo gaat u verder naar het volgende item.
•
Omhoog of omlaag vegen: zo kunt u de recentste contextuele menuoptie gebruiken of de
instellingen wijzigen. Beweeg de cursor in de stand voor tekstselectie naar voren of naar
achteren om tekst te selecteren.
Bijlage
152
•
In één beweging naar links en dan naar rechts vegen: zo bladert u het scherm omhoog.
•
In één beweging naar rechts en dan naar links vegen: zo bladert u het scherm omlaag.
•
In één beweging omhoog en dan omlaag vegen: zo gaat u naar het eerste item op het scherm.
Beweeg de cursor in de stand voor tekstselectie naar het begin van de tekst.
•
In één beweging omlaag en dan omhoog vegen: zo gaat u naar het laatste item op het scherm.
Beweeg de cursor in de stand voor tekstselectie naar het einde van de tekst.
Twee vingergebaren
•
Tikken: zo kunt u gesproken feedback pauzeren of hervatten.
•
Tweemaal tikken: zo kunt u het afspelen starten, pauzeren of hervatten.
•
Driemaal tikken: zo kunt u de huidige tijd controleren, de resterende batterijduur en meer.
Als u items wilt wijzigen die hardop worden voorgelezen, opent u het scherm Apps en tikt
u op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
Voice Assistant
INSTELLINGEN
Statusbalkgegevens
.
•
Dubbeltikken en het scherm blijven aanraken: zo schakelt u de stand voor tekstselectie in of uit.
•
Naar links vegen: zo gaat u verder naar de volgende pagina. En zo wordt de geselecteerde tekst
geknipt in de stand voor tekstselectie.
•
Naar rechts vegen: zo gaat u terug naar de vorige pagina. En zo wordt de gekopieerde tekst
geplakt in de stand voor tekstselectie.
•
Omhoog vegen: door de lijst naar beneden bladeren. Zo wordt de geselecteerde tekst
gekopieerd in de stand voor tekstselectie.
•
Omlaag vegen: door de lijst naar boven bladeren. En zo wordt alle tekst geselecteerd in de stand
voor tekstselectie.
•
In een willekeurige richting vegen op het vergrendelscherm: zo ontgrendelt u het scherm.
•
Omlaag slepen vanaf de bovenkant van het scherm: zo wordt het meldingenvenster geopend.
Drie vingergebaren
•
Tikken: zo worden items van boven af aan hardop voorgelezen.
•
Tweemaal tikken: zo wordt er hardop voorgelezen vanaf het volgende item.
•
Driemaal tikken: zo wordt de recentst geselecteerde tekst hardop voorgelezen en gekopieerd
naar het klembord.
•
Naar links of rechts vegen: zo wordt het contextuele menu geopend en bladert u door de opties.
•
Omhoog of omlaag vegen: zo wordt de wijze van tekst voorlezen gewijzigd en de
gedetailleerdheid geselecteerd.
Bijlage
153
Het universele menu gebruiken
Veeg naar links of rechts met 3 vingers terwijl u Voice Assistant gebruikt. Het contextuele menu
wordt weergegeven en het apparaat leest de opties hardop voor. Veeg naar links of rechts met drie
vingers om door de opties te bladeren. Als u de gewenste optie hoort, veegt u omhoog of omlaag
om de optie te gebruiken of om de instellingen voor de optie aan te passen. Als u
Apparaatvolume
hoort, kunt u bijvoorbeeld het volume aanpassen door omhoog of omlaag te vegen.
Afbeeldinglabels toevoegen en beheren
U kunt labels toewijzen aan afbeeldingen op het scherm. Het apparaat leest de labels voor wanneer
de afbeeldingen zijn geselecteerd. Voeg labels toe aan afbeeldingen zonder label door tweemaal op
het scherm te tikken met drie vingen en het scherm te blijven aanraken.
Als u de labels wilt beheren, opent u het scherm Apps en tikt u op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
Voice Assistant
INSTELLINGEN
Aangepaste labels beheren
.
Instellingen configureren voor Voice Assistant
Configureer instellingen voor Voice Assistant voor meer gebruikscomfort.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
Voice Assistant
INSTELLINGEN
.
•
Spraakvolume
: selecteer het volumeniveau voor gesproken feedback.
•
Spraaksnelheid
: selecteer een snelheid voor gesproken feedback.
•
Toonhoogte wijzigen van feedback toetsenbord
: instellen dat het apparaat tekst hardop
voorleest met een andere toonhoogte wanneer u een toetsenbord gebruikt.
•
Feedback toetsenbord
: instellen dat het apparaat het item onder uw vinger hardop voorleest
wanneer u een toetsenbord gebruikt.
•
Spreken met scherm uit
: instellen dat het apparaat meldingen hardop voorleest wanneer het
scherm is uitgeschakeld.
•
Nabijheidssensor gebruiken
: instellen dat het apparaat de gesproken feedback pauzeert
wanneer u uw hand over de sensor aan de bovenzijde van het apparaat houdt.
•
Schud om verder te lezen
: instellen dat het apparaat de tekst op het scherm voorleest wanneer
u met het apparaat schudt. U kunt verschillende schudsnelheden selecteren.
Bijlage
154
•
Feedback trilsignaal
: instellen dat het apparaat trilt wanneer u het scherm verkent.
•
Geluidfeedback
: instellen dat het apparaat geluid maakt wanneer u op het scherm scrolt,
enzovoort.
•
Nadruk op gesproken audio
: instellen dat het apparaat het mediavolume verlaagt wanneer het
apparaat een item voorleest.
•
Volume geluidfeedback
: het volume van geluiden aanpassen die worden afgespeeld
wanneer u het scherm aanraakt om het te bedienen. Deze functie is beschikbaar wanneer
Geluidfeedback
is ingeschakeld.
•
Feedback toets Terug en Recent
: instellen dat het apparaat gesproken feedback geeft wanneer
u eenmaal tikt op
of op . Dubbeltik op of om de toetsen te gebruiken.
•
Aangepaste labels beheren
: de labels beheren die u hebt toegevoegd.
•
Statusbalkgegevens
: selecteer items die hardop moeten worden voorgelezen wanneer u
driemaal op het scherm tikt met twee vingers.
•
Ontwikkelaarsopties
: opties voor het ontwikkelen van apps instellen.
Het apparaat gebruiken met het scherm uit
Instellen dat het apparaat het scherm altijd uitschakelt om de inhoud op uw scherm privé te
houden. Het scherm wordt niet ingeschakeld wanneer u op de starttoets drukt of op het scherm
tikt. Momenteel ingeschakelde functies worden niet uitgeschakeld wanneer het scherm wordt
uitgeschakeld.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
en tik op de schakelaar
Donker scherm
om deze in te schakelen. U kunt deze functie inschakelen of uitschakelen door twee
keer op de aan/uit-toets te drukken.
Wachtwoorden voorlezen
Instellen dat het apparaat het wachtwoord voorleest wanneer u het wachtwoord ingeeft wanneer
Voice Assistant is ingeschakeld.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
en tik op de schakelaar
Wachtwoorden uitspreken
om deze in te schakelen.
Bijlage
155
Tekst-naar-spraak-functies instellen
De gebruikte tekst-naar-spraak-functies wijzigen die worden gebruikt wanneer Voice Assistant is
ingeschakeld, zoals talen, snelheid, enzovoort.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
Opties Tekst naar spraak
en gebruik dan de volgende functies:
•
Voorkeur TTS-engine
: selecteer een engine voor de tekst-naar-spraak-functie.
•
Spraaksnelheid
: selecteer een snelheid voor de tekst-naar-spraak-functie.
•
Standaard taalstatus
: de status van de huidige taal voor de tekst-naar-spraak-functie
weergeven.
Tekst ingeven via het toetsenbord
Om het toetsenbord weer te geven, tikt u op het tekstinvoerveld en tikt u twee keer snel na elkaar op
een willekeurig gebied op het scherm.
Als u de functie Snelle toetsinvoer wilt inschakelen, opent u het scherm Apps, tikt u op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
en tikt u op schakelaar
Snelle toetsinvoer
om deze in te schakelen.
Wanneer u het toetsenbord met uw vinger aanraakt, leest het apparaat de lettertekens van de toets
onder uw vinger voor. Wanneer u het letterteken van uw keuze hoort, haalt u uw vinger van het
scherm om het te selecteren. Het letterteken wordt ingegeven en het apparaat leest de tekst voor.
Als
Snelle toetsinvoer
niet is ingeschakeld, laat u het gewenste teken los en tikt u twee keer snel
ergens ander op het scherm.
Aanvullende lettertekens ingeven
Blijf een toets op het toetsenbord aanraken om extra tekens in te geven die beschikbaar zijn voor
de toets. Er wordt een pop-upvenster met de beschikbare tekens weergegeven boven de toets. Als
u een teken wilt selecteren, sleept u uw vinger over het pop-upvenster totdat u het gewenste teken
hoort, waarna u uw vinger optilt.
Bijlage
156
Zicht
Een spraakmemo schrijven naar spraaklabels
U kunt spraaklabels gebruiken om voorwerpen die een vergelijkbare vorm hebben te onderscheiden
door labels op deze voorwerpen te bevestigen. U kunt een spraakmemo opnemen en toewijzen aan
een spraaklabel met NFC. De spraakmemo wordt afgespeeld wanneer u uw apparaat in de buurt van
de label plaatst.
Schakel de NFC-functie in voordat u deze functie gebruikt.
1
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
Spraaklabel
.
De spraakrecorder wordt geopend.
2
Tik op om de opname te starten. Spreek uw boodschap in de microfoon in.
3
Tik op wanneer u klaar bent met de opname.
4
Houd de achterkant van uw apparaat boven de spraaklabel.
De informatie in deze spraakopname wordt overgeschreven naar de spraaklabel.
De tekstgrootte wijzigen
Wijzig de tekstgrootte op het scherm. De instelling
Enorm groot
is mogelijk niet beschikbaar in
bepaalde apps.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
Tekstgrootte
.
Het scherm vergroten
Vergroot het scherm en zoom in op een specifiek gebied.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
Vergrotingsgebaren
en
tik op de schakelaar om deze in te schakelen.
•
In- en uitzoomen: tik drie keer snel na elkaar op het scherm om in te zoomen op een specifiek
gebied. Tik nogmaals snel drie keer op het scherm om terug te gaan naar de normale weergave.
Bijlage
157
•
Het scherm verkennen door te scrollen: sleep twee of meer vingers over het vergrote scherm.
•
Zoompercentage aanpassen: knijp twee of meer vingers samen op het vergrote scherm of
spreid ze uit elkaar.
U kunt het scherm ook tijdelijk vergroten door drie keer op het scherm te tikken en het te blijven
aanraken. Terwijl u het scherm aangeraakt houdt, sleept u met uw vinger om het scherm te
verkennen. Haal uw vinger van het scherm om terug te gaan naar de normale weergave.
•
Toetsenborden op het scherm kunnen niet worden vergroot.
•
De prestaties van sommige apps, zoals
Telefoon
en
Calculator
, kunnen worden
aangetast terwijl deze functie is ingeschakeld.
Een vergrootglas gebruiken
Schakel een vergrootglas in om op het scherm in te zoomen zodat u een grotere versie van de
inhoud kunt weergeven.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
Venster vergrootglas
en
tik op de schakelaar om deze in te schakelen. Het vergrootglas wordt weergegeven op het scherm.
Sleep het vergrootglas naar de plek waar op het scherm moet worden ingezoomd.
Het scherm converteren naar de stand voor grijstinten
Geef kleuren op het scherm weer als grijstinten.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
en tik op de schakelaar
Grijstinten
om deze in te schakelen.
De schermkleuren negatief weergeven
Verbeter de zichtbaarheid van het scherm en help en gebruikers om de tekst op het scherm
gemakkelijker te herkennen.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
en tik op de schakelaar
Negatieve kleuren
om deze in te schakelen.
Bijlage
158
Kleurcorrectie
Pas aan hoe kleuren op het scherm worden weergegeven als u moeilijkheden hebt bij het
onderscheiden van kleuren. Het apparaat wijzigt de kleuren in duidelijker herkenbare kleuren.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Zicht
Kleurcorrectie
en tik op de schakelaar om deze in te schakelen. Volg de instructies op het scherm om de
kleurcorrectieprocedure te voltooien.
Gehoor
Geluiddetectors
U kunt instellen dat het apparaat tilt wanneer het uw deurbel of een huilende baby detecteert.
Detectie huilende baby
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Gehoor
Geluiddetectors
en tik
op de schakelaar
Detectie huilende baby
om deze in te schakelen. Het apparaat trilt wanneer het
geluid detecteert en de melding wordt opgeslagen als logbestand.
Detectie deurbel
1
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Gehoor
Geluiddetectors
en tik op de schakelaar
Detectie deurbel
om deze in te schakelen.
2
Tik op om een opname van uw deurbel te maken.
Het apparaat zal het klinken van de deurbel detecteren en opnemen.
3
Tik op en druk op uw deurbel om te controleren of deze correct is opgenomen. Wanneer het
apparaat de deurbel detecteert, tikt u op
OK
.
Als u het geluid van de deurbel wilt wijzigen, tikt u op
Deurbelgeluid wijzigen
.
Het apparaat trilt wanneer het geluid detecteert en de melding wordt opgeslagen als
logbestand.
Bijlage
159
Flitsmelding instellen
Instellen dat de flitser knippert wanneer er inkomende oproepen, nieuwe berichten of meldingen
zijn.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Gehoor
en tik op de schakelaar
Flitsmelding
om deze in te schakelen.
Alle geluiden uitschakelen
Instellen dat alle apparaatgeluiden, zoals mediageluiden, worden gedempt, waaronder de stem van
de beller tijdens een gesprek.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Gehoor
en tik op de schakelaar
Alle
geluiden uit
om deze in te schakelen.
Ondertitelinstellingen
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Gehoor
Samsung-ondertitels
of
Google-ondertitels
en tik op de schakelaar om deze te activeren.
Selecteer een optie voor het configureren van de ondertitelinstellingen.
De geluidsbalans aanpassen
U kunt de geluidsbalans aanpassen wanneer u een headset gebruikt.
1
Sluit een headset aan op het apparaat en gebruik deze.
2
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Gehoor
Geluidsbalans
links/rechts
.
3
Sleep de aanpassingsbalk naar links of rechts en pas de geluidsbalans aan.
Bijlage
160
Monogeluid
Mono-uitvoer combineert stereogeluid tot één signaal dat wordt afgespeeld via alle
headsetluidsprekers. Gebruik deze optie als u een gehooraandoening hebt of het eenvoudiger is om
één oordopje te gebruiken.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Gehoor
en tik op de schakelaar
Monogeluid
om deze in te schakelen.
Automatisch trillen
Wanneer de functie Automatische trilreactie is ingeschakeld, trilt het apparaat met het geluid tijdens
het afspelen van muziek, het bekijken van video's of het spelen van games. Het trilt ook wanneer op
toetsen in ondersteunde apps wordt getikt.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Gehoor
en tik op de schakelaar
Automatisch trillen
om deze in te schakelen.
Bepaalde apps bieden mogelijk geen ondersteuning voor deze functie.
Behendigheid en interactie
Universal switch
U kunt het aanraakscherm bedienen door een externe schakelaar aan te sluiten, op het scherm
tikken of door hoofd- en gezichtsbewegingen te gebruiken.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Behendigheid en interactie
Universal switch
en tik op de regelaar om deze te activeren. Als de universele schakelaars niet
zijn geregistreerd op het apparaat, tikt u op
SWITCH TOEVOEGEN
en stelt u schakelaars in die het
apparaat kunnen bedienen.
Als u de functie Universele schakelaar wilt inschakelen, moet minimaal een schakelaar op
het apparaat zijn geregistreerd.
Als u schakelaars wilt instellen die het apparaat kunnen bedienen, tikt u op
INSTELLINGEN
Switches
.
Als u deze functie snel wilt uitschakelen, drukt u driemaal snel op de starttoets.
Bijlage
161
Hulpmenu
Het pictogram voor de snelkoppeling van het hulpmenu weergeven
U kunt instellen dat het apparaat het pictogram van de hulp-snelkoppeling weergeeft voor toegang
tot apps, functies en instellingen. U kunt het apparaat gemakkelijk bedienen door op de hulpmenu's
in het pictogram te tikken.
1
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Behendigheid en interactie
Hulpmenu
.
2
Tik op de schakelaar om deze te activeren.
Het pictogram voor de snelkoppeling van het hulpmenu verschijnt rechts onder op het scherm.
3
Tik op
Schrijfhand
om het pictogram voor de snelkoppeling van het hulpmenu naar een
geschikt gebied te verplaatsen.
Hulpmenu's openen
Het pictogram voor de hulp-snelkoppeling wordt weergegeven in de vorm van een zwevend
pictogram voor eenvoudige toegang tot de hulpmenu's vanuit elk scherm.
Wanneer u op het pictogram voor de hulp-snelkoppeling tikt, wordt het pictogram iets groter en
worden de hulpmenu's weergegeven op het pictogram. Tik op de pijl omhoog of omlaag om naar
andere vensters te gaan of veeg omhoog of omlaag om andere menu's te selecteren.
De cursor gebruiken
Tik in het hulpmenu op
Cursor
. U kunt het scherm bedienen met kleine vingerbewegingen op
het aanraakgebied. Sleep uw vinger over het aanraakgebied om de cursor te bewegen. Tik op het
scherm om items onder de cursor te selecteren.
U hebt de volgende opties:
•
/ : selecteer een item of scrol links of rechts op het scherm.
•
/ : scrol omhoog of naar beneden op het scherm.
•
: het gebied vergroten waar de cursor zich bevindt.
•
: het aanraakgebied verplaatsen.
•
: het aanraakgebied sluiten.
Bijlage
162
Als u de cursorinstellingen wilt wijzigen, opent u het scherm Apps, tikt u op
Instellingen
Toegankelijkheid
Behendigheid en interactie
Hulpmenu
. Pas de instellingen vervolgens aan
in
Touchpad-/cursorinstellingen
.
Uitgebreide hulpmenu's gebruiken
Instellen dat het apparaat uitgebreide hulpmenu's weergeeft voor geselecteerde apps.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Behendigheid en interactie
Hulpmenu
Assistent plus
, tik op de schakelaar om deze in te schakelen en selecteer apps.
Het scherm inschakelen met de functie 'Air gesture'
Gebruik de functie Air gesture om het scherm in te schakelen door uw hand over de sensor boven
aan het apparaat te bewegen. U kunt het scherm inschakelen zonder op een toets te drukken. Als
u deze functie gebruikt, moet u het apparaat op een vlakke ondergrond plaatsen met het scherm
omhoog of het apparaat stevig vasthouden om te voorkomen dat het beweegt.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Behendigheid en interactie
Wake-up gebaar
en tik op de schakelaar om deze te activeren.
Vertraging bij tikken en vasthouden instellen
Stel de herkenningstijd in voor tikken op het scherm en vinger op het scherm houden.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Behendigheid en interactie
Vertraging bij tikken en vasthouden
en selecteer dan een optie.
Interactiebeheer
Activeer de interactiebeheerstand om de reactie van het apparaat op invoer te beperken tijdens het
gebruik van apps.
1
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Behendigheid en interactie
Interactiebeheer
.
2
Tik op de schakelaar om deze te activeren.
3
Blijf de starttoets en de volumetoets samen ingedrukt houden terwijl u een app gebruikt.
Bijlage
163
4
Pas de grootte van het venster aan of teken een lijn rond een gebied dat u wilt beperken.
5
Tik op
GER.
Het apparaat geeft het beperkte gebied weer. Het beperkte gebied reageert niet wanneer u het
aanraakt en de hardwaretoetsen van het apparaat worden uitgeschakeld.
Om de interactiebeheerstand uit te schakelen, blijft u de starttoets en de volumetoets samen
ingedrukt houden.
Richtingvergrendeling
Maak een combinatie van richtingen om het scherm te ontgrendelen.
1
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Richtingvergrendeling
en tik
op de schakelaar om deze in te schakelen.
2
Sleep uw vinger meer dan vier keer omhoog, omlaag, naar links of naar rechts, en tik dan op
DOORGAAN
.
3
Teken de combinatie van richtingen nogmaals om het te bevestigen en tik op
BEVESTIG
.
4
Stel een back-up-PIN-code in om het scherm te ontgrendelen wanneer u de combinatie bent
vergeten.
Meldingsherinnering
Stel het apparaat in om u te waarschuwen wanneer u meldingen hebt ontvangen die u tijdens de
interval niet hebt gecontroleerd.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Meldingsherinnering
en tik op de
schakelaar om deze in te schakelen.
Als u wilt instellen dat het apparaat trilt wanneer u niet gecontroleerde meldingen hebt, tikt u op de
schakelaar
Trillen
om deze in te schakelen.
Als u wilt instellen dat het apparaat de LED-indicator inschakelt wanneer u niet gecontroleerde
meldingen hebt terwijl het scherm is uitgeschakeld, tikt u op de schakelaar
LED-indicator
om deze
in te schakelen.
Tik op
Herinneringsinterval
om het interval tussen de meldingen in te stellen.
Als u wilt dat apps u op de hoogte stellen van meldingen, selecteert u apps onder
Applicaties
selecteren
.
Bijlage
164
Oproepen aannemen of beëindigen
U kunt de methode wijzigen voor het aannemen of beëindigen van oproepen.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Oproepen aannemen en
beëindigen
.
Selecteer de gewenste methode.
De optie Eén keer tikken gebruiken
Wanneer een alarm afgaat of een oproep binnenkomt, tikt u op de toets om het alarm te beëindigen
of de oproep aan te nemen in plaats van de toets te verslepen.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
en tik op de schakelaar
Eén keer
tikken
om deze in te schakelen.
Toegankelijkheidsinstellingen beheren
Toegankelijkheidsinstellingen opslaan in een bestand
De huidige toegankelijkheidsinstellingen exporteren naar een bestand.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Toegankelijkheid beheren
Importeren/exporteren
Exporteren naar Mijn bestanden
.
Een bestand met toegankelijkheidsinstellingen importeren
Een bestand met toegankelijkheidsinstellingen importeren en de huidige instellingen bijwerken.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Toegankelijkheid beheren
Importeren/exporteren
Importeren uit Mijn bestanden
. Selecteer een bestand om te
importeren en tik op
GEREED
. De toegankelijkheidsinstellingen zullen worden bijgewerkt op basis
van het geïmporteerde bestand.
Bestanden met toegankelijkheidsinstellingen delen
Bestanden met toegankelijkheidsinstellingen delen met anderen via e-mail, Wi-Fi Direct, Bluetooth
en meer.
Tik op het scherm Apps op
Instellingen
Toegankelijkheid
Toegankelijkheid beheren
Delen via
. Selecteer de toegankelijkheidsbestanden en tik op
GEREED
. Selecteer een methode voor
delen en volg de instructies op het scherm om de bestanden te delen.
Bijlage
165
Problemen oplossen
Voordat u contact opneemt met een Samsung-servicecenter, probeert u de volgende oplossingen.
Sommige situaties zijn mogelijk niet van toepassing op uw apparaat.
Wanneer u uw apparaat inschakelt of terwijl u het apparaat gebruikt,
wordt u gevraagd een van de volgende codes in te geven:
•
Wachtwoord: als de apparaatvergrendeling is ingeschakeld, moet u het wachtwoord ingeven
dat u voor het apparaat hebt ingesteld.
•
PIN: wanneer u het apparaat voor de eerste keer gebruikt of wanneer het gebruik van een PIN-
code is ingeschakeld, moet u de PIN-code ingeven die bij de SIM- of USIM-kaart is verstrekt. U
kunt deze functie uitschakelen in het menu SIM-kaart vergrendelen.
•
PUK: uw SIM- of USIM-kaart is geblokkeerd, meestal omdat u uw PIN-code meerdere keren
onjuist hebt ingegeven. U moet de PUK ingeven die door uw serviceprovider is geleverd.
•
PIN2: wanneer u een menu opent waarvoor de PIN2-code is vereist, moet u de PIN2-code
ingeven die bij de SIM- of USIM-kaart is geleverd. Neem voor meer informatie contact op met
uw serviceprovider.
Uw apparaat geeft netwerk- of servicefoutmeldingen weer
•
Wanneer u zich in een gebied met zwakke signalen of slechte ontvangst bevindt, hebt u
mogelijk geen ontvangst. Ga naar een andere locatie en probeer het opnieuw. Terwijl u naar een
andere locatie gaat, kunnen er herhaaldelijk foutberichten worden weergegeven.
•
U kunt bepaalde opties niet gebruiken zonder abonnement. Neem voor meer informatie
contact op met uw serviceprovider.
Uw apparaat wordt niet ingeschakeld
Wanneer de batterij volledig is ontladen, wordt uw apparaat niet ingeschakeld. Laad de batterij
volledig op voordat u het apparaat inschakelt.
Bijlage
166
Het aanraakscherm reageert traag of onjuist
•
Als u een beschermhoes of optionele accessoires op het aanraakscherm bevestigt, functioneert
het aanraakscherm mogelijk niet correct.
•
Als u handschoenen draagt, als uw handen niet schoon zijn wanneer u het aanraakscherm
bedient of als u met scherpe voorwerpen of uw vingertoppen op het scherm tikt, functioneert
het aanraakscherm mogelijk niet correct.
•
Het aanraakscherm kan in vochtige omstandigheden of door blootstelling aan water worden
beschadigd.
•
Start uw apparaat opnieuw op om tijdelijke softwarefouten te verwijderen.
•
Controleer of de software van uw apparaat is bijgewerkt naar de nieuwste versie.
•
Als het aanraakscherm is bekrast of beschadigd, gaat u naar een Samsung-servicecenter.
Het apparaat loopt vast of heeft ernstige fouten
Als uw apparaat vastloopt, moet u mogelijk apps sluiten of het apparaat uitschakelen en weer
inschakelen. Als het apparaat is vastgelopen en niet reageert, houdt u de aan/uit-toets en de
volumetoets omlaag minstens 7 seconden ingedrukt om het apparaat opnieuw op te starten.
Als het probleem hiermee niet wordt opgelost, moet u de fabrieksinstellingen herstellen. Tik op het
scherm Apps op
Instellingen
Back-up maken en terugzetten
Fabrieksgegevens herstellen
APPARAAT RESETTEN
ALLES VERWIJDEREN
. Voordat u de fabrieksinstellingen van het
apparaat herstelt, moet u een back-up van alle belangrijke gegevens op het apparaat maken.
Als het probleem nog steeds niet is verholpen, neemt u contact op met een Samsung-servicecenter.
Oproepen worden niet verbonden
•
Controleer of u verbinding hebt gemaakt met het juiste mobiele netwerk.
•
Controleer of u oproepblokkering niet hebt ingesteld voor het telefoonnummer dat u belt.
•
Controleer of u oproepblokkering niet hebt ingesteld voor het inkomende telefoonnummer.
Anderen kunnen u niet horen tijdens een oproep
•
Controleer of u de ingebouwde microfoon niet bedekt.
•
Zorg ervoor dat u de microfoon dicht bij uw mond houdt.
•
Als u een headset gebruikt, controleert u of deze correct is aangesloten.
Bijlage
167
Er zijn geluidsecho's tijdens een oproep
Pas het volume aan door op de volumetoets te drukken of ga naar een andere locatie.
De verbinding met een mobiel netwerk of internet wordt vaak verbroken
of de audiokwaliteit is slecht
•
Controleer of u de interne antenne van het apparaat niet blokkeert.
•
Wanneer u zich in een gebied met zwakke signalen of slechte ontvangst bevindt, hebt u
mogelijk geen ontvangst. U kunt verbindingsproblemen hebben wegens problemen met het
basisstation van de serviceprovider. Ga naar een andere locatie en probeer het opnieuw.
•
Als u het apparaat gebruikt terwijl u naar een andere locatie gaat, kunnen draadloze
netwerkservices worden uitgeschakeld wegens problemen met het netwerk van de
serviceprovider.
Het batterijpictogram is leeg
Uw batterij is bijna leeg. Laad de batterij op.
De batterij laadt niet goed op (voor door Samsung goedgekeurde
opladers)
•
Controleer of de oplader correct is aangesloten.
•
Ga naar een servicecentrum van Samsung laat de batterij vervangen.
De batterij loopt sneller leeg dan toen het apparaat net was gekocht
•
Wanneer u het apparaat of de batterij blootstelt aan zeer koude of zeer hete temperaturen, kan
de bruikbare lading van de batterij afnemen.
•
Het batterijverbruik neemt toe wanneer u berichtfuncties of bepaalde apps, zoals games of
internet, gebruikt.
•
De batterij is een verbruiksproduct en de bruikbare lading neemt in de loop der tijd af.
Uw apparaat is warm wanneer u het aanraakt
Wanneer u apps gebruikt waarvoor meer stroom is vereist of langere tijd apps gebruikt op uw
apparaat, kan uw apparaat warm aanvoelen. Dit is normaal en heeft geen nadelige invloed op de
levensduur of prestaties van het apparaat.
Bijlage
168
Foutmeldingen worden weergegeven bij het starten van de camera
Uw apparaat moet beschikken over voldoende geheugen en batterijlading om de camera-app
te gebruiken. Als er foutmeldingen worden weergegeven wanneer u de camera start, kunt u het
volgende proberen:
•
Laad de batterij op.
•
Maak geheugen beschikbaar door bestanden over te zetten naar een computer of door
bestanden te verwijderen van uw apparaat.
•
Start het apparaat opnieuw op. Als er nog steeds problemen optreden met de camera-
app nadat u deze tips hebt uitgeprobeerd, moet u contact opnemen met een Samsung-
servicecenter.
De fotokwaliteit is slechter dan het voorbeeld
•
De kwaliteit van uw foto's kan verschillen, afhankelijk van de omgeving en de fototechnieken
die u gebruikt.
•
Als u foto's op donkere plaatsen, 's nachts of binnenshuis maakt, kan beeldruis optreden of
kunnen de foto's onscherp zijn.
Foutmeldingen worden weergegeven bij het openen van
multimediabestanden
Als er foutberichten worden weergegeven of multimediabestanden niet worden afgespeeld
wanneer u deze opent op uw apparaat, probeert u het volgende:
•
Maak geheugen beschikbaar door bestanden over te zetten naar een computer of door
bestanden te verwijderen van uw apparaat.
•
Zorg ervoor dat het muziekbestand geen DRM-beveiliging heeft. Als het bestand DRM-
beveiliging heeft, moet u controleren of u over de juiste licentie of code beschikt om het
bestand af te spelen.
•
Controleer of de bestandsindelingen worden ondersteund door het apparaat. Als een
bestandsindeling niet wordt ondersteund, zoals DivX of AC3, installeert u een app die deze
wel ondersteunt. Om te controleren welke bestandsindelingen worden ondersteund door uw
apparaat, gaat u naar www.samsung.com.
•
Uw apparaat ondersteunt foto's en video's die met het apparaat zijn vastgelegd. Foto's en
video's die zijn vastgelegd met andere apparaten, werken mogelijk niet correct.
•
Uw apparaat ondersteunt multimediabestanden die zijn geautoriseerd door uw
netwerkserviceprovider of providers van aanvullende services. Bepaalde inhoud die afkomstig is
van internet, zoals beltonen, video's of achtergronden, werkt mogelijk niet correct.
Bijlage
169
Kan een ander Bluetooth-apparaat niet vinden
•
Controleer of de draadloze Bluetooth-functie is ingeschakeld op uw apparaat.
•
Controleer of de draadloze Bluetooth-functie is ingeschakeld op het apparaat waarmee u
verbinding wilt maken.
•
Controleer of uw apparaat en het andere Bluetooth-apparaat zich binnen het maximale
Bluetooth-bereik (10 m) bevinden.
Als het probleem niet wordt opgelost met de bovenstaande tips, moet u contact opnemen met een
Samsung-servicecenter.
Er wordt geen verbinding gemaakt wanneer u het apparaat aansluit op
een computer
•
Zorg ervoor dat de USB-kabel die u gebruikt, compatibel is met uw apparaat.
•
Controleer of het juiste stuurprogramma is geïnstalleerd en bijgewerkt op uw computer.
•
Als u Windows XP gebruikt, moet u controleren of Windows XP Service Pack 3 of hoger is
geïnstalleerd op uw computer.
Uw apparaat kan uw huidige locatie niet bepalen
GPS-signalen kunnen worden geblokkeerd op bepaalde locaties, zoals binnenshuis. Stel het
apparaat in om Wi-Fi of een mobiel netwerk te gebruiken om uw huidige locatie te bepalen in
dergelijke situaties.
Gegevens die waren opgeslagen op het apparaat, zijn verloren gegaan
Maak altijd een back-up van alle belangrijke gegevens die op het apparaat zijn opgeslagen. Anders
kunnen de gegevens niet worden hersteld als deze beschadigd raken of verloren gaan. Samsung is
niet verantwoordelijk voor het verlies van gegevens die zijn opgeslagen op het apparaat.
Een kleine opening is zichtbaar rond de buitenzijde van de
apparaatbehuizing
•
Deze opening is noodzakelijk voor de fabricage en de onderdelen kunnen enigszins bewegen of
trillen.
•
De wrijving tussen onderdelen kan ervoor zorgen dat deze opening na verloop van tijd
enigszins groter wordt.
Bijlage
170
De batterij verwijderen
•
Als u de batterij wilt verwijderen, moet u naar een goedgekeurd servicecenter gaan met de
meegeleverde instructies.
•
Voor uw eigen veiligheid, moet u niet proberen de batterij te verwijderen. Als de batterij
niet correct wordt verwijderd, kan dit schade aan de batterij en het apparaat veroorzaken,
persoonlijk letsel veroorzaken en/of ervoor zorgen dat het apparaat niet veilig meer is.
•
Samsung is niet aansprakelijk voor enige schade of verlies (hetzij in contract of onrechtmatige
daad, inclusief nalatigheid) die kan voortvloeien uit het niet nauwkeurig volgen van deze
waarschuwingen en instructies, anders dan de dood of persoonlijk letsel veroorzaakt door
nalatigheid van Samsung.
1
Verwijder de SIM-kaartlade uit het apparaat.
2
Het apparaat moeten worden opgewarmd tot een bepaalde temperatuur in een speciale
temperatuurgecontroleerde ruimte om het hechtmiddel zachter te maken waarmee de
achterklep op het hoofdapparaat is bevestigd.
Bevestig een verwijderhulpmiddel met een zuignap op het onderste gedeelte van de klep aan
de achterkant, houd het apparaat stevig vast en trek de achterklep van onder naar boven los.
3
Draai de schroeven op de locatiepunten los en verwijder deze en verwijder de behuizing.
4
Maak de batterijaansluiting los en haal de batterij voorzichtig uit het hoofdgedeelte van de
eenheid.
Drukfouten voorbehouden.
Copyright
Copyright © 2015 Samsung Electronics
Deze gebruiksaanwijzing is beschermd onder internationale copyrightwetten.
Geen enkel onderdeel van deze gebruiksaanwijzing mag worden gereproduceerd, gedistribueerd,
vertaald of verzonden in welke vorm dan ook of op welke elektronische of mechanische wijze
dan ook, inclusief door deze te fotokopiëren, op te nemen of op te slaan in een systeem voor het
opslaan en ophalen van informatie, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Samsung
Electronics.
Handelsmerken
•
SAMSUNG en het SAMSUNG-logo zijn gedeponeerde handelsmerken van Samsung Electronics.
•
Bluetooth
®
is wereldwijd een gedeponeerd handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc.
•
Wi-Fi
®
, Wi-Fi Protected Setup
, Wi-Fi Direct
, Wi-Fi CERTIFIED
en het Wi-Fi-logo zijn
gedeponeerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
•
Alle overige handelsmerken en copyrights zijn het eigendom van de betreffende eigenaren.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171

Samsung SM-G928F Handleiding

Type
Handleiding