Electrolux ERN2201FOW Handleiding

Type
Handleiding
INHOUD
1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2. BEDIENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
3. DAGELIJKS GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
4. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
5. ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
6. PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
7. MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
8.
GELUIDEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
9. TECHNISCHE GEGEVENS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
WE DENKEN AAN U
Bedankt om een Electrolux-apparaat te kopen. U koos voor een product dat jaren professionele
ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd ontworpen met u in het achterhoofd.
Wanneer u het gebruikt, kunt u er op vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult
krijgen.
Welkom bij Electrolux.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.electrolux.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.electrolux.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.electrolux.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan.
Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de
hand hebt.
De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
2
www.electrolux.com
1.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
In het belang van uw veiligheid en om een
correct gebruik te kunnen waarborgen is
het van belang dat u, alvorens het appa-
raat te installeren en in gebruik te nemen,
deze gebruiksaanwijzing, inclusief de tips
en waarschuwingen, grondig doorleest.
Om onnodige vergissingen en ongevallen
te voorkomen is het belangrijk ervoor te
zorgen dat alle mensen die het apparaat
gebruiken, volledig bekend zijn met de
werking ervan en de veiligheidsvoorzienin-
gen. Bewaar deze instructies en zorg er-
voor dat zij bij het apparaat blijven als het
wordt verplaatst of verkocht, zodat ieder-
een die het apparaat gedurende zijn hele
levensduur gebruikt, naar behoren is geïn-
formeerd over het gebruik en de veiligheid
van het apparaat.
Voor de veiligheid van mensen en eigen-
dommen dient u zich aan de voorzorgs-
maatregelen uit dit instructieboekje te
houden, de fabrikant is niet verantwoor-
delijk voor schade die door het niet opvol-
gen van de aanwijzingen veroorzaakt is.
1.1 Veiligheid van kinderen en
kwetsbare mensen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor ge-
bruik door personen (waaronder begre-
pen kinderen) met verminderde fysieke,
zintuiglijke vermogens of een gebrek
aan ervaring en kennis, tenzij dit onder
toezicht gebeurt van een voor hun vei-
ligheid verantwoordelijke persoon of
tenzij zij van een dergelijke persoon in-
structie hebben ontvangen over het ge-
bruik van het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voor-
komen dat ze met het apparaat gaan
spelen.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten
het bereik van kinderen. Gevaar voor
verstikking.
• Als u het apparaat afdankt trek dan de
stekker uit het stopcontact, snij de voe-
dingskabel door (zo dicht mogelijk bij
het apparaat) en verwijder de deur om
te voorkomen dat kinderen een elektri-
sche schok krijgen of zichzelf in het ap-
paraat opsluiten.
• Als dit apparaat, dat voorzien is van een
magnetische deursluiting, een ouder
apparaat vervangt, dat voorzien is van
een veerslot (slot) op de deur of het
deksel, zorg er dan voor dat u het slot
onbruikbaar maakt voordat u het oude
apparaat weggooit. Dit voorkomt dat
kinderen er in opgesloten kunnen ra-
ken.
1.2 Algemene veiligheid
WAARSCHUWING!
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van
obstructies; dit geldt zowel voor losstaan-
de als ingebouwde modellen.
• Dit apparaat is bedoeld voor het bewa-
ren van levensmiddelen en/of dranken
in een gewoon huishouden en gelijkaar-
dig gebruik zoals:
– personeelskeukens in winkels, kanto-
ren of andere werkomgevingen;
– door gasten in hotels, motels en an-
dere residentiële omgevingen;
– bed-and-breakfast-accommodatie;
– catering en gelijkaardige niet-com-
mercieel gebruik.
• Gebruik geen mechanische hulpmidde-
len of kunstgrepen om het ontdooipro-
ces te versnellen.
• Gebruik geen andere elektrische appa-
raten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koel-
kasten, tenzij ze voor dit doel goedge-
keurd zijn door de fabrikant.
• Let op dat u het koelcircuit niet bescha-
digt.
• Het koelmiddel isobutaan (R600a) be-
vindt zich in het koelcircuit van het ap-
paraat, dit is een natuurlijk gas dat wel-
iswaar milieuvriendelijk is, maar ook ui-
terst ontvlambaar.
Controleer of de onderdelen van het
koelcircuit tijdens transport en installatie
van het apparaat niet beschadigd zijn
geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is:
– open vuur en ontstekingsbronnen
vermijden
– de ruimte waar het apparaat zich be-
vindt grondig ventileren
NEDERLANDS 3
• Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te
brengen in de specificaties of dit pro-
duct op enigerlei wijze te modificeren.
Een beschadigd netsnoer kan kortslui-
ting, brand en/of een elektrische schok
veroorzaken.
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (net-
snoer, stekker, compressor) mo-
gen om gevaar te voorkomen uit-
sluitend worden vervangen door
een erkende onderhoudsdienst of
gekwalificeerd onderhoudsperso-
neel.
1.
Het netsnoer mag niet verlengd
worden.
2.
Verzeker u ervan dat de stekker
niet platgedrukt of beschadigd
wordt door de achterkant van het
apparaat. Een platgedrukte of be-
schadigde stekker kan oververhit
raken en brand veroorzaken.
3.
Verzeker u ervan dat u de stekker
van het apparaat kunt bereiken.
4.
Trek niet aan het snoer.
5.
Als de stekker los zit, steek hem
dan niet in het stopcontact. Dan
bestaat er een risico op een elektri-
sche schok of brand.
6.
U mag het apparaat niet gebruiken
zonder het afdekkapje (indien van
toepassing) van het lampje.
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig
als u het apparaat verplaatst.
• Haal geen artikelen uit het vriesvak en
raak ze niet aan als uw handen vochtig/
nat zijn, dit kan uw huid beschadigen of
vrieswonden veroorzaken.
• Stel het apparaat niet langdurig bloot
aan direct zonlicht.
• De eventuele gloeilampen in dit appa-
raat zijn speciaal geselecteerd en uit-
sluitend bedoeld voor gebruik in huis-
houdelijke apparaten. De lampjes zijn
niet geschikt voor de verlichting van
ruimtes.
1.3 Dagelijks gebruik
• Zet geen hete potten op de kunststof
onderdelen in het apparaat.
• Bewaar geen brandbare gassen of
vloeistoffen in het apparaat, deze kun-
nen ontploffen.
• Zet geen levensmiddelen direct tegen
de luchtopening in de achterwand. (Als
het apparaat rijpvrij is)
• Diepgevroren voedsel mag niet op-
nieuw worden ingevroren als het een-
maal ontdooid is.
• Bewaar voorverpakte diepvriesproduc-
ten volgens de aanwijzingen van de fa-
brikant.
• U dient zich strikt te houden aan de
aanbevelingen van de fabrikant van het
apparaat met betrekking tot het bewa-
ren van voedsel. Raadpleeg de betref-
fende aanwijzingen.
• Leg geen koolzuurhoudende of mous-
serende dranken in de vriezer, deze
veroorzaken druk op de fles die daar-
door kan ontploffen, dit kan schade
toebrengen aan het apparaat.
• IJslollies kunnen vrieswonden veroorza-
ken als ze rechtstreeks vanuit het appa-
raat geconsumeerd worden.
1.4 Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
• Maak het apparaat niet schoon met
metalen voorwerpen.
• Gebruik geen scherpe voorwerpen om
ijs van het apparaat te krabben. Ge-
bruik een kunststof schraper.
• Controleer de afvoer in de koelkast re-
gelmatig op dooiwater. Maak de afvoer,
indien nodig, schoon. Als de afvoer ver-
stopt is, zal er water op de bodem van
het apparaat liggen.
1.5 Installatie
Voor de aansluiting van elektriciteit
dienen de instructies in de desbe-
treffende paragrafen nauwgezet te
worden opgevolgd.
• Pak het apparaat uit en controleer of er
beschadigingen zijn. Sluit het apparaat
niet aan als het beschadigd is. Meld
mogelijke beschadigingen onmiddellijk
bij de winkel waar u het apparaat ge-
kocht heeft. Gooi in dat geval de ver-
pakking niet weg.
• Wij adviseren u om 4 uur te wachten
voordat u het apparaat aansluit, dan
4
www.electrolux.com
kan de olie terugvloeien in de compres-
sor.
• Rond het apparaat dient adequate
luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot
oververhitting leiden. Om voldoende
ventilatie te verkrijgen de instructies met
betrekking tot de installatie opvolgen.
• De achterkant dient zo mogelijk tegen
een muur geplaatst te worden, teneinde
te voorkomen dat hete onderdelen
(compressor, condensator) aangeraakt
kunnen worden en brandwonden ver-
oorzaken.
• Het apparaat mag niet vlakbij radiatoren
of kooktoestellen geplaatst worden.
• Verzeker u ervan dat de stekker bereik-
baar is nadat het apparaat geïnstalleerd
is.
• Aansluiten op de drinkwatervoorziening
(indien voorzien van een wateraanslui-
ting).
1.6 Onderhoud
• Alle elektrotechnische werkzaamheden
die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren
van onderhoud aan het apparaat, die-
nen uitgevoerd te worden door een ge-
kwalificeerd elektricien of competent
persoon.
• Dit product mag alleen worden onder-
houden door een erkend onderhouds-
centrum en er dient alleen gebruik te
worden gemaakt van originele reser-
veonderdelen.
1.7 Bescherming van het milieu
Dit apparaat bevat geen gassen
die de ozonlaag kunnen beschadi-
gen, niet in het koelcircuit en
evenmin in de isolatiematerialen.
Het apparaat mag niet worden
weggegooid bij het normale huis-
houdelijke afval. Het isolatie-
schuim bevat ontvlambare gas-
sen: het apparaat moet wegge-
gooid worden conform de van
toepassing zijnde regels die u bij
de lokale overheidsinstanties kunt
verkrijgen. Voorkom beschadiging
aan de koeleenheid, vooral aan de
achterkant bij de warmtewisse-
laar. De materialen die gebruikt
zijn voor dit apparaat en die voor-
zien zijn van het symbool
zijn
recyclebaar.
2. BEDIENING
2.1 Inschakelen
Steek de stekker in het stopcontact.
Draai de thermostaatknop op een gemid-
delde stand.
2.2 Uitschakelen
Draai de thermostaatknop op de stand
"O" om het apparaat uit te schakelen.
2.3 Temperatuurregeling
De temperatuur wordt automatisch gere-
geld.
Ga als volgt te werk om het apparaat in
werking te stellen:
• draai de thermostaatknop op een lage-
re stand om de minimale koude te ver-
krijgen.
• draai de thermostaatknop op een hoge-
re stand om de maximale koude te ver-
krijgen.
Een gemiddelde instelling is over
het algemeen het meest geschikt.
De exacte instelling moet echter gekozen
worden rekening houdend met het feit dat
de temperatuur in het apparaat afhankelijk
is van:
• de omgevingstemperatuur
• hoe vaak de deur geopend wordt
• de hoeveelheid voedsel die bewaard
wordt
• plaatsing van het apparaat.
NEDERLANDS 5
Als de omgevingstemperatuur
hoog is of als het apparaat volle-
dig gevuld is en de thermostaat-
knop op de koudste instelling
staat, kan het apparaat continu
werken waardoor er ijs op de ach-
terwand gevormd wordt. In dat
geval moet de knop op een hoge-
re temperatuur gezet worden om
automatische ontdooiing mogelijk
te maken en zodoende het ener-
gieverbruik te beperken.
3. DAGELIJKS GEBRUIK
3.1 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste
keer gebruikt, wast u de binnenkant en de
interne accessoires met lauwwarm water
en een beetje neutrale zeep om de typi-
sche geur van een nieuw product weg te
nemen. Droog daarna grondig af.
Gebruik geen oplosmiddelen of
schuurmiddelen. Deze beschadi-
gen de lak.
3.2 Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen
van vers voedsel en voor het voor een
lange periode bewaren van ingevroren en
diepgevroren voedsel.
Om vers voedsel in te vriezen moet de ge-
middelde instelling veranderd worden.
Om het invriezen sneller te laten verlopen
moet u de thermostaatknop echter op
een hogere stand instellen om de maxi-
male koude te kunnen verkrijgen.
In deze omstandigheden kan de
temperatuur in de koelkast tot on-
der de 0°C dalen. Als dat gebeurt
de thermostaatknop op een war-
mere stand instellen.
3.3 Het bewaren van ingevroren
voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na
een periode dat het niet gebruikt is in-
schakelt, dient u het apparaat minstens 2
uur op een hoge instelling te laten werken
voordat u er producten in plaatst.
In het geval van onbedoelde ont-
dooiing, bijvoorbeeld als de
stroom langer is uitgevallen dan
de duur die op de kaart met tech-
nische kenmerken onder "tijds-
duur" is vermeld, moet het ont-
dooide voedsel snel geconsu-
meerd worden of onmiddellijk be-
reid worden en dan weer worden
ingevroren (nadat het afgekoeld
is).
3.4 Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt,
voordat het gebruikt wordt, in het koelvak
of op kamertemperatuur laten ontdooien,
afhankelijk van de hoeveelheid tijd die
hiervoor nodig is.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks
vanuit de vriezer gekookt worden als ze
nog bevroren zijn: in dat geval zal de be-
reiding iets langer duren.
6
www.electrolux.com
3.5 Temperatuurweergave
Dit apparaat wordt verkocht in
Frankrijk.
In overeenstemming met de richt-
lijnen die gelden in dit land, moet
dit apparaat worden geleverd met
een speciaal onderdeel (zie afbeel-
ding). Dit onderdeel is geplaatst in
de onderste lade van de koelkast
om de koudste zone aan te ge-
ven.
3.6 Verplaatsbare schappen
De wanden van de koelkast zijn voorzien
van een aantal glijschoenen zodat de le-
grekken op de gewenste plaats gezet
kunnen worden.
3.7 Vochtigheidsregeling
De glasplaat omvat een constructie met
inkepingen (afstelbaar door middel van
een schuifhendel), waarmee u de tempe-
ratuur in de groentelade(s) kunt regelen.
Wanneer de ventilatieopeningen gesloten
zijn:
wordt het natuurlijke vochtgehalte van het
voedsel in de fruit- en groentelades langer
behouden.
Als de ventilatieopeningen geopend zijn:
heeft meer luchtcirculatie een lagere
luchtvochtigheidsgehalte tot gevolg in de
fruit- en groentelades.
NEDERLANDS 7
3.8 Het plaatsen van de deurplateaus
1
2
Om het bewaren van voedselpakketten
van verschillende afmetingen mogelijk te
maken, kunnen de schappen op verschil-
lende hoogtes worden geplaatst.
Om deze aanpassingen uit te voeren,
gaat u als volgt te werk:
trek het schap geleidelijk in de richting van
de pijlen totdat het los komt en plaats het
schap op een andere gewenste hoogte
terug.
4. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
4.1 Tips voor energiebesparing
• De deur niet vaker openen of open la-
ten staan dan strikt noodzakelijk.
• Als de omgevingstemperatuur hoog is,
de thermostaatknop op een lage tem-
peratuur staat en het apparaat volledig
gevuld is, kan de compressor continu
aan staan waardoor er ijs op de ver-
damper ontstaat. Als dit gebeurt, zet u
de thermostaatknop naar een warmere
instelling om de koelkast automatisch
te laten ontdooien en zo elektriciteits-
verbruik te besparen.
4.2 Tips voor het koelen van
vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
• Zet geen warm voedsel of verdampen-
de vloeistoffen in de koelkast
• dek het voedsel af of verpak het, in het
bijzonder als het een sterke geur heeft
• plaats het voedsel zodanig dat de lucht
er vrijelijk omheen kan circuleren
4.3 Nuttige tips voor het koelen
Nuttige tips:
Vlees (alle soorten) in plastic zakken ver-
pakken en op het glazen schap leggen,
boven de groentelade.
Bewaar het, voor de veiligheid, slechts
een of maximaal twee dagen op deze ma-
nier.
Gekookt voedsel, koude schotels, enz.:
deze moeten afgedekt worden en mogen
op willekeurig welk schap gezet worden.
Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig
schoongemaakt worden en in de speciaal
daarvoor bedoelde lade(n) geplaatst wor-
den.
Boter en kaas: dit moet in speciale lucht-
dichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie
of plastic zakjes gewikkeld worden om
zoveel mogelijk lucht buiten te sluiten.
Melkflessen: deze moeten een afdekdop
hebben en opgeslagen worden in het fles-
senrek in de deur.
Bananen, aardappelen, uien en knoflook,
indien niet verpakt, mogen niet in de koel-
kast bewaard worden.
4.4 Tips voor het invriezen
Om u te helpen om het beste van het in-
vriesproces te maken, volgen hier een
paar belangrijke tips:
• de maximale hoeveelheid voedsel die in
24 uur ingevroren kan worden. is ver-
meld op het typeplaatje;
• het invriesproces duurt 24 uur. Voeg
gedurende deze periode niet meer in te
vriezen voedsel toe;
8
www.electrolux.com
• vries alleen vers en grondig schoonge-
maakte levensmiddelen van uitstekende
kwaliteit in;
• bereid het voedsel in kleine porties
voor, zo kan het snel en volledig wor-
den ingevroren en zo kunt u later alleen
die hoeveelheid laten ontdooien die u
nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie of
plastic en zorg ervoor dat de pakjes
luchtdicht zijn;
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel
niet tegen het al ingevroren voedsel, om
te voorkomen dat dit laatste warm
wordt;
• smalle pakjes zijn makkelijker op te ber-
gen dan dikke; zout maakt voedsel
minder lang houdbaar;
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit
het vriesvak geconsumeerd wordt, kan
het aan de huid vastvriezen;
• het is aan te bevelen de invriesdatum
op elk pakje te vermelden, dan kunt u
zien hoe lang het al bewaard is;
4.5 Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat
te verkrijgen, dient u:
• verzeker u ervan dat de commercieel
ingevroren levensmiddelen op geschik-
te wijze door de detailhandelaar werden
opgeslagen;
• zorg ervoor dat de ingevroren levens-
middelen zo snel mogelijk van de winkel
naar uw vriezer gebracht worden;
• de deur niet vaker te openen of open te
laten staan dan strikt noodzakelijk
• als voedsel eenmaal ontdooid is, be-
derft het snel en kan het niet opnieuw
worden ingevroren;
• bewaar het voedsel niet langer dan de
door de fabrikant aangegeven bewaar-
periode.
5. ONDERHOUD EN REINIGING
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshan-
deling dan ook verricht, de stekker
uit het stopcontact trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat
bevat koolwaterstoffen; onder-
houd en herladen mag alleen uit-
gevoerd worden door bevoegde
technici.
5.1 Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden
schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires
schoon met lauw water en wat neutrale
zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig
en wrijf ze schoon om u ervan te verze-
keren dat ze schoon zijn en vrij van res-
tjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog.
Trek niet aan leidingen en/of ka-
bels aan de binnenkant van de
kast en verplaats of beschadig ze
niet.
Gebruik nooit schoonmaakmidde-
len, schuurpoeders, erg geparfu-
meerde reinigingsproducten en
waspolijstmiddelen om de binnen-
kant schoon te maken, aangezien
deze het oppervlak beschadigen
en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de
compressor op de achterkant van het ap-
paraat schoon met een borstel of stofzui-
ger. Deze handeling zal de prestatie van
het apparaat verbeteren en het elektrici-
teitsverbruik besparen.
Zorg ervoor dat u het koelsysteem
niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers
bevatten chemicaliën die de kunststoffen
die in dit apparaat gebruikt zijn kunnen
aantasten/beschadigen. Daarom wordt
het aanbevolen de buitenkant van dit ap-
NEDERLANDS 9
paraat alleen schoon te maken met warm
water met een beetje afwasmiddel.
Steek, na het schoonmaken van het ap-
paraat, de stekker weer in het stopcon-
tact.
5.2 Periodes dat het apparaat
niet gebruikt wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd niet
gebruikt wordt, neem dan de volgende
voorzorgsmaatregelen:
• trek de stekker uit het stopcontact
• verwijder al het voedsel,
• Ontdooi het apparaat (indien nodig) en
toebehoren en maak alles schoon
• laat de deur/deuren op een kier staan
om de vorming van onaangename
luchtjes te voorkomen.
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag
dan iemand om het zo nu en dan te con-
troleren, om te voorkomen dat het be-
waarde voedsel bederft, als de stroom
uitvalt.
5.3 Het ontdooien van de koelkast
Rijp wordt elke keer als de compressor-
motor tijdens normale werking stopt, au-
tomatisch van de verdamper van het koel-
vak verwijderd. Het dooiwater loopt via
een afvoergaatje in een speciale opvang-
bak aan de achterkant van het apparaat,
boven de compressormotor, waar het
verdampt.
Het is belangrijk om het afvoergaatje van
het dooiwater in het midden van het koel-
vak regelmatig schoon te maken om te
voorkomen dat het water overloopt en op
het voedsel in de koelkast gaat druppe-
len.
5.4 De vriezer ontdooien
Een zekere hoeveelheid rijp zal
zich altijd vormen rond het boven-
ste vak.
Ontdooi de vriezer wanneer de
rijplaag een dikte van ongeveer
3-5 mm bereikt heeft.
Volg onderstaande aanwijzingen om de
rijp te verwijderen:
1.
Schakel het apparaat uit.
2.
Verwijder al het ingevroren voedsel,
wikkel het in een paar lagen kranten-
papier en leg het op een koele plaats.
3.
Open de deur.
4.
Na afloop van het ontdooien, de bin-
nenkant grondig droog maken.
5.
Schakel het apparaat in.
6.
Zet de thermostaatknop op de maxi-
male koude en laat het apparaat twee
tot drie uur in deze instelling werken.
7.
Zet het eerder verwijderde voedsel te-
rug in het vriesvak.
WAARSCHUWING!
Gebruik nooit scherpe metalen
hulpmiddelen om de rijp van de
verdamper te krabben, deze zou
beschadigd kunnen raken. Ge-
bruik geen mechanische of ande-
re middelen om het ontdooiproces
te versnellen, behalve die midde-
len die door de fabrikant zijn aan-
bevolen. Een temperatuurstijging
tijdens het ontdooien van de inge-
vroren levensmiddelen, kan de
veilige bewaartijd verkorten.
10
www.electrolux.com
6. PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Voordat u storingen opspoort, de
stekker uit het stopcontact trek-
ken.
Het opsporen van storingen die
niet in deze handleiding vermeld
zijn, dient te worden verricht door
een gekwalificeerd technicus of
competent persoon.
Er zijn tijdens de normale werking
geluiden te horen (compressor,
koelcircuit).
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt
niet. Het lampje
brandt niet.
Het apparaat is uitgescha-
keld.
Schakel het apparaat in.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Steek de stekker goed in
het stopcontact.
Het apparaat krijgt geen
stroom. Er staat geen
spanning op het stopcon-
tact.
Sluit een ander elektrisch
apparaat aan op het stop-
contact.
Neem contact op met een
gekwalificeerd elektricien.
Het lampje werkt
niet.
Het lampje staat in stand-
by.
Sluit en open de deur.
Het lampje is stuk. Zie 'Het lampje vervangen'.
De compressor
werkt continu.
De temperatuur is niet
goed ingesteld.
Stel een hogere tempera-
tuur in.
De deur is niet goed ge-
sloten.
Zie 'De deur sluiten'.
De deur is te vaak open
gedaan.
Laat de deur niet langer
open staan dan noodzake-
lijk.
De temperatuur van het
product is te hoog.
Laat het product afkoelen
tot kamertemperatuur voor-
dat u het opbergt.
De kamertemperatuur is te
hoog.
Verlaag de kamertempera-
tuur.
Er loopt water over
de achterkant van
de koelkast.
Tijdens het automatische
ontdooiproces ontdooit de
rijp tegen de achterwand.
Dit is normaal.
Er loopt water in de
koelkast.
De waterafvoer is verstopt. Maak de waterafvoer
schoon.
Producten verhinderen het
water om in de waterop-
vangbak te lopen.
Zorg ervoor dat de produc-
ten de achterwand niet ra-
ken.
NEDERLANDS 11
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er loopt water over
de vloer.
De dooiwaterafvoer loopt
niet in de verdamperbak
boven de compressor.
Maak de dooiwaterafvoer
vast op de verdamperbak.
De temperatuur in
het apparaat is te
laag.
De thermostaatknop is niet
goed ingesteld.
Stel een hogere tempera-
tuur in.
De temperatuur in
het apparaat is te
hoog.
De thermostaatknop is niet
goed ingesteld.
Stel een lagere temperatuur
in.
6.1 Het lampje vervangen
1.
Trek de stekker uit het stopcontact.
2.
Verwijder de schroef van de afdekking
van het lampje.
3.
Verwijder de afdekking van het lampje
(raadpleeg de afbeelding).
4.
Vervang het kapotte lampje door een
nieuw lampje met hetzelfde vermogen
dat specifiek bedoeld is voor huishou-
delijke apparaten. (het maximale ver-
mogen wordt getoond op de afdek-
king van het lampje).
5.
Plaats de afdekking van het lampje
terug.
6.
Draai de schroef van de afdekking
van het lampje vast.
7.
Steek de stekker in het stopcontact.
8.
Open de deur. Controleer of het
lampje gaat branden.
6.2 De deur sluiten
1.
Maak de afdichtingen van de deur
schoon.
2.
Stel de deur, indien nodig, af. Raad-
pleeg "Montage".
3.
Vervang, indien nodig, de defecte
deurafdichtingen. Neem contact op
met de klantenservice.
7. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Lees voor uw eigen veiligheid en
correcte bediening van het appa-
raat eerst de 'veiligheidsinforma-
tie' aandachtig door, alvorens het
apparaat te installeren.
7.1 Opstelling
Installeer dit apparaat op een plaats waar
de omgevingstemperatuur overeenkomt
met de klimaatklasse die vermeld is op
het typeplaatje van het apparaat:
12
www.electrolux.com
Kli-
maat-
klasse
Omgevingstemperatuur
SN +10°C tot + 32°C
N +16°C tot + 32°C
ST +16°C tot + 38°C
T +16°C tot + 43°C
7.2 Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het
voltage en de frequentie op het typepla-
tje overeenkomen met de stroomtoevoer
in uw huis.
Het apparaat moet geaard zijn. De net-
snoerstekker is voorzien van een contact
voor dit doel. Als het stopcontact niet ge-
aard is, sluit het apparaat dan aan op een
afzonderlijk aardepunt, in overeenstem-
ming met de geldende regels, raadpleeg
hiervoor een gekwalificeerd elektricien.
De fabrikant neemt geen verantwoorde-
lijkheid op zich als de bovenstaande vei-
ligheidsmaatregelen niet worden nage-
leefd.
Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlij-
nen.
7.3 Ventilatievereisten
min.
200 cm
2
min.
200 cm
2
De luchtcirculatie achter het apparaat
moet voldoende zijn.
Raadpleeg de montage-instructies
voor de installatie.
8. GELUIDEN
Tijdens normaal gebruik hoort u geluiden
(compressor, koelmiddelcirculatie).
BRRR!
HISSS!
CLICK!
BLUBB!
CRACK!
SSSRR
R!
OK
NEDERLANDS 13
9. TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen van de uit-
sparing
Hoogte 1225 mm
Breedte 560 mm
Diepte 550 mm
Tijdsduur 12 h
Spanning 230-240 V
Frequentie 50 Hz
De technische gegevens staan op het ty-
peplaatje aan de linker binnenkant in het
apparaat en op het energielabel.
10. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool
niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
NEDERLANDS 15

Documenttranscriptie

2 www.electrolux.com INHOUD 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 BEDIENING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 DAGELIJKS GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 GELUIDEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 TECHNISCHE GEGEVENS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 WE DENKEN AAN U Bedankt om een Electrolux-apparaat te kopen. U koos voor een product dat jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen. Welkom bij Electrolux. Ga naar onze website voor: Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie: www.electrolux.com Registreer uw product voor een betere service: www.electrolux.com/productregistration Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat: www.electrolux.com/shop KLANTENSERVICE Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan. Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt. De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer. Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie. Algemene informatie en tips Milieu-informatie Wijzigingen voorbehouden. NEDERLANDS 1. 3 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat. Voor de veiligheid van mensen en eigendommen dient u zich aan de voorzorgsmaatregelen uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door het niet opvolgen van de aanwijzingen veroorzaakt is. 1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen • Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder begrepen kinderen) met verminderde fysieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat. Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen. • Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking. • Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingskabel door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten. • Als dit apparaat, dat voorzien is van een magnetische deursluiting, een ouder apparaat vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan voor dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voorkomt dat kinderen er in opgesloten kunnen raken. 1.2 Algemene veiligheid WAARSCHUWING! Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde modellen. • Dit apparaat is bedoeld voor het bewaren van levensmiddelen en/of dranken in een gewoon huishouden en gelijkaardig gebruik zoals: – personeelskeukens in winkels, kantoren of andere werkomgevingen; – door gasten in hotels, motels en andere residentiële omgevingen; – bed-and-breakfast-accommodatie; – catering en gelijkaardige niet-commercieel gebruik. • Gebruik geen mechanische hulpmiddelen of kunstgrepen om het ontdooiproces te versnellen. • Gebruik geen andere elektrische apparaten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koelkasten, tenzij ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabrikant. • Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt. • Het koelmiddel isobutaan (R600a) bevindt zich in het koelcircuit van het apparaat, dit is een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar. Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installatie van het apparaat niet beschadigd zijn geraakt. Indien het koelcircuit beschadigd is: – open vuur en ontstekingsbronnen vermijden – de ruimte waar het apparaat zich bevindt grondig ventileren 4 www.electrolux.com • Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op enigerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortsluiting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken. WAARSCHUWING! Alle elektrische onderdelen (netsnoer, stekker, compressor) mogen om gevaar te voorkomen uitsluitend worden vervangen door een erkende onderhoudsdienst of gekwalificeerd onderhoudspersoneel. 1. • • • • Het netsnoer mag niet verlengd worden. 2. Verzeker u ervan dat de stekker niet platgedrukt of beschadigd wordt door de achterkant van het apparaat. Een platgedrukte of beschadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken. 3. Verzeker u ervan dat u de stekker van het apparaat kunt bereiken. 4. Trek niet aan het snoer. 5. Als de stekker los zit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een risico op een elektrische schok of brand. 6. U mag het apparaat niet gebruiken zonder het afdekkapje (indien van toepassing) van het lampje. Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst. Haal geen artikelen uit het vriesvak en raak ze niet aan als uw handen vochtig/ nat zijn, dit kan uw huid beschadigen of vrieswonden veroorzaken. Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht. De eventuele gloeilampen in dit apparaat zijn speciaal geselecteerd en uitsluitend bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten. De lampjes zijn niet geschikt voor de verlichting van ruimtes. 1.3 Dagelijks gebruik • Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat. • Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kunnen ontploffen. • Zet geen levensmiddelen direct tegen de luchtopening in de achterwand. (Als het apparaat rijpvrij is) • Diepgevroren voedsel mag niet opnieuw worden ingevroren als het eenmaal ontdooid is. • Bewaar voorverpakte diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant. • U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen. • Leg geen koolzuurhoudende of mousserende dranken in de vriezer, deze veroorzaken druk op de fles die daardoor kan ontploffen, dit kan schade toebrengen aan het apparaat. • IJslollies kunnen vrieswonden veroorzaken als ze rechtstreeks vanuit het apparaat geconsumeerd worden. 1.4 Onderhoud en reiniging • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. • Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen. • Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Gebruik een kunststof schraper. • Controleer de afvoer in de koelkast regelmatig op dooiwater. Maak de afvoer, indien nodig, schoon. Als de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen. 1.5 Installatie Voor de aansluiting van elektriciteit dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opgevolgd. • Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het apparaat niet aan als het beschadigd is. Meld mogelijke beschadigingen onmiddellijk bij de winkel waar u het apparaat gekocht heeft. Gooi in dat geval de verpakking niet weg. • Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan NEDERLANDS • • • • • kan de olie terugvloeien in de compressor. Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhitting leiden. Om voldoende ventilatie te verkrijgen de instructies met betrekking tot de installatie opvolgen. De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, teneinde te voorkomen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en brandwonden veroorzaken. Het apparaat mag niet vlakbij radiatoren of kooktoestellen geplaatst worden. Verzeker u ervan dat de stekker bereikbaar is nadat het apparaat geïnstalleerd is. Aansluiten op de drinkwatervoorziening (indien voorzien van een wateraansluiting). 1.6 Onderhoud • Alle elektrotechnische werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van onderhoud aan het apparaat, dienen uitgevoerd te worden door een ge- 5 kwalificeerd elektricien of competent persoon. • Dit product mag alleen worden onderhouden door een erkend onderhoudscentrum en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen. 1.7 Bescherming van het milieu Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen beschadigen, niet in het koelcircuit en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij het normale huishoudelijke afval. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen: het apparaat moet weggegooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de lokale overheidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom beschadiging aan de koeleenheid, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit apparaat en die voorzijn zien zijn van het symbool recyclebaar. 2. BEDIENING 2.1 Inschakelen Steek de stekker in het stopcontact. Draai de thermostaatknop op een gemiddelde stand. 2.2 Uitschakelen Draai de thermostaatknop op de stand "O" om het apparaat uit te schakelen. 2.3 Temperatuurregeling De temperatuur wordt automatisch geregeld. Ga als volgt te werk om het apparaat in werking te stellen: • draai de thermostaatknop op een lagere stand om de minimale koude te verkrijgen. • draai de thermostaatknop op een hogere stand om de maximale koude te verkrijgen. Een gemiddelde instelling is over het algemeen het meest geschikt. De exacte instelling moet echter gekozen worden rekening houdend met het feit dat de temperatuur in het apparaat afhankelijk is van: • de omgevingstemperatuur • hoe vaak de deur geopend wordt • de hoeveelheid voedsel die bewaard wordt • plaatsing van het apparaat. 6 www.electrolux.com Als de omgevingstemperatuur hoog is of als het apparaat volledig gevuld is en de thermostaatknop op de koudste instelling staat, kan het apparaat continu werken waardoor er ijs op de achterwand gevormd wordt. In dat geval moet de knop op een hogere temperatuur gezet worden om automatische ontdooiing mogelijk te maken en zodoende het energieverbruik te beperken. 3. DAGELIJKS GEBRUIK 3.1 De binnenkant schoonmaken Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af. Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen. Deze beschadigen de lak. 3.2 Vers voedsel invriezen Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en voor het voor een lange periode bewaren van ingevroren en diepgevroren voedsel. Om vers voedsel in te vriezen moet de gemiddelde instelling veranderd worden. Om het invriezen sneller te laten verlopen moet u de thermostaatknop echter op een hogere stand instellen om de maximale koude te kunnen verkrijgen. In deze omstandigheden kan de temperatuur in de koelkast tot onder de 0°C dalen. Als dat gebeurt de thermostaatknop op een warmere stand instellen. 3.3 Het bewaren van ingevroren voedsel Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is in- schakelt, dient u het apparaat minstens 2 uur op een hoge instelling te laten werken voordat u er producten in plaatst. In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "tijdsduur" is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is). 3.4 Ontdooien Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor nodig is. Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog bevroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren. NEDERLANDS 7 3.5 Temperatuurweergave Dit apparaat wordt verkocht in Frankrijk. In overeenstemming met de richtlijnen die gelden in dit land, moet dit apparaat worden geleverd met een speciaal onderdeel (zie afbeelding). Dit onderdeel is geplaatst in de onderste lade van de koelkast om de koudste zone aan te geven. 3.6 Verplaatsbare schappen De wanden van de koelkast zijn voorzien van een aantal glijschoenen zodat de legrekken op de gewenste plaats gezet kunnen worden. 3.7 Vochtigheidsregeling De glasplaat omvat een constructie met inkepingen (afstelbaar door middel van een schuifhendel), waarmee u de temperatuur in de groentelade(s) kunt regelen. Wanneer de ventilatieopeningen gesloten zijn: wordt het natuurlijke vochtgehalte van het voedsel in de fruit- en groentelades langer behouden. Als de ventilatieopeningen geopend zijn: heeft meer luchtcirculatie een lagere luchtvochtigheidsgehalte tot gevolg in de fruit- en groentelades. 8 www.electrolux.com 3.8 Het plaatsen van de deurplateaus Om het bewaren van voedselpakketten van verschillende afmetingen mogelijk te maken, kunnen de schappen op verschillende hoogtes worden geplaatst. Om deze aanpassingen uit te voeren, gaat u als volgt te werk: trek het schap geleidelijk in de richting van de pijlen totdat het los komt en plaats het schap op een andere gewenste hoogte terug. 1 2 4. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS 4.1 Tips voor energiebesparing • De deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk. • Als de omgevingstemperatuur hoog is, de thermostaatknop op een lage temperatuur staat en het apparaat volledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waardoor er ijs op de verdamper ontstaat. Als dit gebeurt, zet u de thermostaatknop naar een warmere instelling om de koelkast automatisch te laten ontdooien en zo elektriciteitsverbruik te besparen. 4.2 Tips voor het koelen van vers voedsel Om de beste prestatie te verkrijgen: • Zet geen warm voedsel of verdampende vloeistoffen in de koelkast • dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft • plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren 4.3 Nuttige tips voor het koelen Nuttige tips: Vlees (alle soorten) in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen, boven de groentelade. Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier. Gekookt voedsel, koude schotels, enz.: deze moeten afgedekt worden en mogen op willekeurig welk schap gezet worden. Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig schoongemaakt worden en in de speciaal daarvoor bedoelde lade(n) geplaatst worden. Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plastic zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht buiten te sluiten. Melkflessen: deze moeten een afdekdop hebben en opgeslagen worden in het flessenrek in de deur. Bananen, aardappelen, uien en knoflook, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast bewaard worden. 4.4 Tips voor het invriezen Om u te helpen om het beste van het invriesproces te maken, volgen hier een paar belangrijke tips: • de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden. is vermeld op het typeplaatje; • het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe; NEDERLANDS • vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit in; • bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft; • wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht zijn; • leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt; • smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang houdbaar; • water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de huid vastvriezen; • het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe lang het al bewaard is; 9 4.5 Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u: • verzeker u ervan dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen; • zorg ervoor dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel naar uw vriezer gebracht worden; • de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk • als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren; • bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode. 5. ONDERHOUD EN REINIGING LET OP! Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact trekken. Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onderhoud en herladen mag alleen uitgevoerd worden door bevoegde technici. 5.1 Periodieke reiniging Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt: • maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep. • controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat ze schoon zijn en vrij van restjes zijn. • spoel ze af en maak ze grondig droog. Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet. Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproducten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het oppervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten. Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat schoon met een borstel of stofzuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat verbeteren en het elektriciteitsverbruik besparen. Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt. Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de buitenkant van dit ap- 10 www.electrolux.com paraat alleen schoon te maken met warm water met een beetje afwasmiddel. Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact. 5.2 Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de volgende voorzorgsmaatregelen: • trek de stekker uit het stopcontact • verwijder al het voedsel, • Ontdooi het apparaat (indien nodig) en toebehoren en maak alles schoon • laat de deur/deuren op een kier staan om de vorming van onaangename luchtjes te voorkomen. Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft, als de stroom uitvalt. 5.3 Het ontdooien van de koelkast Rijp wordt elke keer als de compressormotor tijdens normale werking stopt, automatisch van de verdamper van het koelvak verwijderd. Het dooiwater loopt via een afvoergaatje in een speciale opvangbak aan de achterkant van het apparaat, boven de compressormotor, waar het verdampt. Het is belangrijk om het afvoergaatje van het dooiwater in het midden van het koelvak regelmatig schoon te maken om te voorkomen dat het water overloopt en op het voedsel in de koelkast gaat druppelen. 5.4 De vriezer ontdooien Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen rond het bovenste vak. Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt heeft. Volg onderstaande aanwijzingen om de rijp te verwijderen: 1. Schakel het apparaat uit. 2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en leg het op een koele plaats. 3. Open de deur. 4. Na afloop van het ontdooien, de binnenkant grondig droog maken. 5. Schakel het apparaat in. 6. 7. Zet de thermostaatknop op de maximale koude en laat het apparaat twee tot drie uur in deze instelling werken. Zet het eerder verwijderde voedsel terug in het vriesvak. WAARSCHUWING! Gebruik nooit scherpe metalen hulpmiddelen om de rijp van de verdamper te krabben, deze zou beschadigd kunnen raken. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd verkorten. NEDERLANDS 11 6. PROBLEMEN OPLOSSEN WAARSCHUWING! Voordat u storingen opspoort, de stekker uit het stopcontact trekken. Het opsporen van storingen die niet in deze handleiding vermeld zijn, dient te worden verricht door een gekwalificeerd technicus of competent persoon. Er zijn tijdens de normale werking geluiden te horen (compressor, koelcircuit). Probleem Mogelijke oorzaak Het apparaat werkt niet. Het lampje brandt niet. Het apparaat is uitgescha- Schakel het apparaat in. keld. Het lampje werkt niet. De compressor werkt continu. Oplossing De stekker zit niet goed in het stopcontact. Steek de stekker goed in het stopcontact. Het apparaat krijgt geen stroom. Er staat geen spanning op het stopcontact. Sluit een ander elektrisch apparaat aan op het stopcontact. Neem contact op met een gekwalificeerd elektricien. Het lampje staat in standby. Sluit en open de deur. Het lampje is stuk. Zie 'Het lampje vervangen'. De temperatuur is niet goed ingesteld. Stel een hogere temperatuur in. De deur is niet goed gesloten. Zie 'De deur sluiten'. De deur is te vaak open gedaan. Laat de deur niet langer open staan dan noodzakelijk. De temperatuur van het product is te hoog. Laat het product afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het opbergt. De kamertemperatuur is te Verlaag de kamertemperahoog. tuur. Er loopt water over de achterkant van de koelkast. Tijdens het automatische Dit is normaal. ontdooiproces ontdooit de rijp tegen de achterwand. Er loopt water in de koelkast. De waterafvoer is verstopt. Maak de waterafvoer schoon. Producten verhinderen het Zorg ervoor dat de producwater om in de wateropten de achterwand niet ravangbak te lopen. ken. 12 www.electrolux.com Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Er loopt water over de vloer. De dooiwaterafvoer loopt niet in de verdamperbak boven de compressor. Maak de dooiwaterafvoer vast op de verdamperbak. De temperatuur in het apparaat is te laag. De thermostaatknop is niet Stel een hogere temperagoed ingesteld. tuur in. De temperatuur in het apparaat is te hoog. De thermostaatknop is niet Stel een lagere temperatuur goed ingesteld. in. 6.1 Het lampje vervangen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 6.2 De deur sluiten 1. 2. Maak de afdichtingen van de deur schoon. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg "Montage". 3. Trek de stekker uit het stopcontact. Verwijder de schroef van de afdekking van het lampje. Verwijder de afdekking van het lampje (raadpleeg de afbeelding). Vervang het kapotte lampje door een nieuw lampje met hetzelfde vermogen dat specifiek bedoeld is voor huishoudelijke apparaten. (het maximale vermogen wordt getoond op de afdekking van het lampje). Plaats de afdekking van het lampje terug. Draai de schroef van de afdekking van het lampje vast. Steek de stekker in het stopcontact. Open de deur. Controleer of het lampje gaat branden. Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact op met de klantenservice. 7. MONTAGE WAARSCHUWING! Lees voor uw eigen veiligheid en correcte bediening van het apparaat eerst de 'veiligheidsinformatie' aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren. 7.1 Opstelling Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van het apparaat: NEDERLANDS Klimaatklasse Omgevingstemperatuur SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C T +16°C tot + 43°C 7.2 Elektrische aansluiting Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typepla- 13 tje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis. Het apparaat moet geaard zijn. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien. De fabrikant neemt geen verantwoordelijkheid op zich als de bovenstaande veiligheidsmaatregelen niet worden nageleefd. Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlijnen. 7.3 Ventilatievereisten De luchtcirculatie achter het apparaat moet voldoende zijn. min. 200 cm2 min. 200 cm2 Raadpleeg de montage-instructies voor de installatie. 8. GELUIDEN Tijdens normaal gebruik hoort u geluiden (compressor, koelmiddelcirculatie). SSS RRR ! HISSS! OK U BL BB CL ICK ! BRRR! ! CR AC K! NEDERLANDS 15 9. TECHNISCHE GEGEVENS Afmetingen van de uitsparing Hoogte 1225 mm Breedte 560 mm Diepte 550 mm Tijdsduur 12 h Spanning 230-240 V Frequentie 50 Hz De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de linker binnenkant in het apparaat en op het energielabel. 10. MILIEUBESCHERMING Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte elektronische apparaten. Gooi apparaten niet weg gemarkeerd met het symbool verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76

Electrolux ERN2201FOW Handleiding

Type
Handleiding