Electrolux EDC505E Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

125996663
INFO
INSTRUCTIONS POUR L'INSTALLATION ET L'EMPLOI
INSTALLATIE- EN GEBRUIKSAANWIJZINGEN
INSTALLATIONS- UND GEBRAUCHSANWEISUNG
INSTRUCCIONES PARA INSTALACION Y USO
INSTALLATION AND INSTRUCTION MANUAL
INSTRUÇÕES DE INSTALAÇÃO E UTILIZAÇÃO
SECHE-LINGE EDC 505 E
TROMMELDROGER EDC 505 E
WÄSCHETROCKNER EDC 505 E
SECADORA EDC 505 E
TUMBLE DRYER
EDC 505 E
SECADOR
EDC 505 E
14
INHOUD
Waarschuwingen en belangrijke adviezen .........Blz. 15
Beschrijving van de machine...............Blz 16
Technische gegevens ..................Blz. 16
Installatie .......................Blz. 17
Plaatsen .....................Blz. 17
Elektrische aansluiting .................Blz. 17
Verbindingsset ....................Blz. 17
Bediening .......................Blz. 18
Bedieningspaneel ...................Blz. 18-19
Droogprogramma’s ..................Blz. 20
Praktische tips ....................Blz. 21
Gebruik ......................Blz. 22
Onderhoud ......................Blz. 23
De buitenkant ....................Blz. 23
Het filter......................Blz. 23
De luchtkondensor...................Blz. 23
Waterhouder legen ..................Blz. 24
Eenvoudige storingen ..................Blz. 25
15
NEDERLANDS
WAARSCHUWINGEN EN BELANGRIJKE ADVIEZEN
Het is uiterst belangrijk dat het bij het
apparaat behorende instructieboekje bewaard
blijft. Zou het apparaat door u aan iemand
anders gegeven of verkocht worden, of zou
het apparaat in het huis van waaruit u
verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe
gebruik(st)er over het instructieboekje en de
daarin opgenomen waarschuwingen te
kunnen beschikken.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor
uw en andermans veiligheid. U wordt
geacht ze gelezen te hebben, alvorens u
het apparaat installeert en/of in gebruik
neemt.
Installatie
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de
elektrische huisinstallatie ten behoeve van de
installatie van dit apparaat, mag uitsluitend
door een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd
worden.
Overtuig u ervan dat na de installatie of het
verplaatsen het apparaat niet op het
aansluitsnoer staat.
Gebruik
Gebruik het toestel alleen voor het drogen van
huishoudtextiel.
Schakel na het gebruik altijd de stroomtoevoer
uit door, afhankelijk van de wijze van
installatie, de stekker uit het stopcontact te
nemen of de badkamertrekschakelaar op de
UIT-stand te schakelen.
Laat de droger z’n werk zo economisch
mogelijk doen. Hoe hoger het
centrifugeergetal van uw wasautomaat, hoe
sneller de droger klaar is en hoe lager het
energieverbruik.
Met vluchtige stoffen, zoals spiritus, benzine,
terpentine en dergelijke, gereinigde artikelen
mogen niet in de trommeldroger.
Let erop dat geen benzine- of gasaansteker in
de kleding achtergebleven is.
Laat de deur op een kier staan indien het
apparaat niet gebruikt wordt. Dat is beter voor
de rubbermanchet.
Het stoffilter dient na elke droogbeurt
gereinigd te worden.
Het apparaat nooit gebruiken zonder filter of als
het filter beschadigd is. Dit kan gevaar voor
brand opleveren.
In het apparaat geen sportschoenen drogen,
deze kunnen tussen de trommel en de door
gaan zitten waardoor de trommel geblokkeerd
wordt.
Service-Reparaties
Tracht in geval van een storing of defekt, dit
apparaat niet zelf te repareren. Laat inspectie-
en/ of herstelwerkzaamheden uitvoeren door
de servicedienst van de fabrikant of door een
door de fabrikant bevoegd verklaarde
servicedienst en laat geen andere dan
originele DISTRIPARTS onderdelen plaatsen.
Reparaties welke door niet-deskundige
personen uitgevoerd worden, kunnen tot
schade of letsel leiden. Raadpleeg ELGROEP
SERVICE.
Veiligheid
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook,
dit apparaat of de eigenschappen ervan te
veranderen.
Dit apparaat is bedoel en gemaakt voor het
gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk
om kinderen het apparaat te laten bedienen of
als speelgoed te laten gebruiken.
Het is voor een klein kind niet onmogelijk om
in de trommel te kruipen. Kleine huisdieren
maken daar zelfs een gewoonte van. Hebt u
een klein kind of een huisdier, controleer dan
eerst en sluit daarna pas de vuldeur.
Milieubescherming
Alle met het symbool gemerkte
materialen kunnen hergebruikt worden. Ze
kunnen zonder bezwaar bij het afval worden
gezet. Wij adviseren u, het karton in een
container voor oud papier te deponeren.
Maak het oude apparaat dat u, in afwachting
van het weghalen of wegbrengen zolang
terzijde zet, onbruikbaar. Knip het netsnoer
eraf en verwijder de deursluiting. Informeer bij
de gemeente wie het oude apparaat ophaalt
of waar u het moet bezorgen, teneinde er
zeker van te zijn dat het apparaat zorgvuldig
verschrot of gerecycled wordt.
16
BESCHRIJVING VAN DE MACHINE
1 Werkblad
2 Waterhouder
3 Programmakaart
4 Toets «deuropening»
5 Toets «lage temperatuur»
6 Toets «zoemer uit»
7 Toets «star
8 Controlelampjes
9 Programmaknop
10 Controlelampje «AAN/UIT»
11 Filter
12 Deursluiting
13 Typeplaatje
14 Ventilatierooster
15 Luchtkondensor
16 Verstelbare voeten
13
15
16
1
4
5
11
7
2
12
14
8
10
9
6
EDC 505 E
3
i
TECHNISCHE GEGEVENS
AFMETINGEN hoogte 85 cm
breedte 60 cm
diepte 60 cm
NETSPANNING/FREKWENTIE 220/230 V/50 Hz
AANSLUITWAARDE 2600 W
ZEKEREN MET MINIMAAL 16 A
CAPACITEIT katoen en linnen 5,0 kg
synthetica 2,5 kg
VERBRUIKSWAARDEN katoen en linnen 3,9 kWh (5 kg kastdroog)
katoen en linnen 3,1 kWh (5 kg strijkdroog)
Dit toestel voldoet aan de EG-richtlijn 89/336 EEG, 73/23 EEG.
i
17
NEDERLANDS
INSTALLATIE
Plaatsen
De droger kan op elke soort vloer geplaatst
worden.
Hij moet waterpas staan, dus eventueel met
een waterpas uitgericht worden. Daartoe dienen
de verstelbare voeten.
Goede ventilatie is een absolute voorwaarde. Dat
is eenvoudig te bereiken door er voor te zorgen
dat het ventilatierooster in de voorkant en de
vrije ruimte onder de bodem niet door plinten en
hoogpolige vloerbedekking in hun functie
belemmerd kunnen worden.
Zodoende mogen evenmin de voeten
verwijderd worden.
Bij onvoldoende ventilatie kan zich een
opeenhoping van warmte voordoen, hetgeen
schade aan de motor kan veroorzaken.
Aanwijzing
De door de droger afgegeven warme lucht kan
een temperatuur van 60°C bereiken. Houd daar
rekening mee in verband met uw vloerbedekking.
De temperatuur in het vertrek waar de droger
staat mag, tijdens het in bedrijf zijn, +35°C niet
overschrijden. Gebeurt dat wel, dan is dat te
verhelpen door een deur of venster open te
zetten.
De ruimte rondom de droger moet zoveel
mogelijk stofvrij gehouden worden.
Elektrische aansluiting
De machine is gebouwd voor 220-230 V/50 Hz
en voorzien van een drie-aderig aansluitsnoer en
stekker met aardcontacten.
De stekker mag u uitsluitend plaatsen in een
stopcontact met (aangesloten en functionerende)
aardcontacten; de machine dient deugdelijk
geaard te zijn.
Het aansluitsnoer mag u niet verlengen. Indien
het snoer te kort blijkt te zijn, laat door uw
installateur dan een langer snoer aan de
machine monteren of het stopcontact
verplaatsen.
Het gebruik van een verlengsnoer of kabelhaspel
is niet toegestaan.
In bad- of doucheruimten moet doorgaans een
zogeheten “vaste aansluiting” gemaakt worden;
raadpleeg uw installateur.
De fabrikant is niet aansprakelijk
voor schade of letsel, ontstaan door
het niet voldoen aan bovenstaande
veiligheidsvoorschriften.
Verbindingsset
Uw handelaar kan u een speciale
verbindingsset leveren, waarmee u de droger
veilig op uw wasautomaat kunt plaatsen. Dat
bespaart u aanzienlijk ruimte.
Aanbrengen afvoerslang
Staat de machine op een plaats waar zich een
waterafvoer bevindt, dan kan een afvoerslang
aangebracht worden. De waterhouder doet dan
geen dienst meer.
Zo sluit u, volgens figuur, de afvoerslang aan:
Slangklem A losnemen
Slang B van machinetuit losnemen
De afvoerslang C op machinetuit steken
Met slangklem A op de machinetuit
bevestigen.
Indien de droger bovenop de wasmachine is
geïnstalleerd, kan het condenswater evengoed
met behulp van de afvoerslang uit de tekening
afgevoerd worden; denk erom dat de slang naar
beneden gericht moet zijn.
P1046
C
P1043
A
B
A
B
C
P1044
18
BEDIENING
Bedieningspaneel
1 Waterhouder
De waterhouder moet na iedere droogbeurt
geleegd worden.
2 Programmakaart
Op deze kaart vindt u richtlijnen voor de in te
stellen droogtijden resp. droogprogramma’s.
3 Toets voor deuropening/
programma-onderbreking
Door deze toets in te drukken opent u de deur,
het eventueel lopende programma stopt.
4 Toets “lage temperatuur”
Druk deze toets voortijds in als u synthetica met
het op tijd drogen programma gaat drogen.
5 Toets “zoemer uit”
Druk deze toets voortijds in als u niet wilt dat de
machine tijdens de antikreukfase een zoemtoon
laat horen.
Belangrijk: U hoort de zoemtoon 1 minuut lang
wanneer de waterhouder vol is, ook als u de
toets “zoemer uit” ingedrukt heeft.
6 Toets “start”
Na instelling van het programma drukt u op deze
toets om het programma te starten.
Als de deur tijdens het afwerken van het
programma geopend wordt, moet u de toets
nogmaals indrukken om het programma
verder te laten lopen nadat u de deur weer
gesloten heeft.
De “start” toets moet ook ingedrukt worden als er
een stroomonderbreking geweest is en tevens
nadat u, tijdens het programma, de waterhouder
geleegd en weer aangebracht heeft.
7 Controlelampje “drogen”
Dit lampje geeft aan dat de machine in de
droogfase is.
8 Controlelampje “afkoelen”
Dit lampje geeft aan dat de machine in de
afkoelfase is. Deze duurt 9 minuten.
9 Signaallampje waterhouder
Het lampje knippert als de waterhouder vol is.
10 Controlelampje “einde
programma”
Dit lampje knippert afgewisseld door het lampje
aan het einde van het programma (na de
afkoelfase) en gedurende de antikreukfase. Het
herinnert u eraan dat u het filter schoon moet
maken en de waterhouder moet legen.
Het lampje gaat uit als u de deur opent of als de
programmaknop op “0” gedraaid wordt.
EDC 505 E
1 1211109876543
2
19
NEDERLANDS
11 Programmaknop
De programmaknop is gemerkt met letters voor
de automatische programma’s en met minuten
voor het op tijd drogen of nadrogen.
Automatisch drogen
De machine werkt in deze programma’s met
vochtsensoren. Alles wat u te doen hebt is
programma A, B, C, of D te kiezen, al naar
gelang de gewenste droogtegraad.
Op tijd drogen
U kunt een tijdsduur tot maximum 90 minuten
instellen.
Bij het instellen van korte droogtijden moet u er
rekening mee houden dat de machine de laatste
9 minuten met koude lucht werkt. Daarmee
worden zowel wasgoed als machine afgekoeld.
Op tijd drogen is gewenst voor:
Het nadrogen van wasgoed dat u met de
strijkwas meegedroogd hebt, maar niet strijkt.
Het drogen van een enkel natgeworden
kinderjack.
Om een programma te annuleren draait u de
programmaknop op “0”.
Na het drogen moet de programmaknop op “0”
gedraaid worden.
12 Controlelampje AAN/UIT
Het lampje gaat branden bij het instellen van het
programma of een tijdsduur en gaat uit als de
deur geopend of de programmaknop op “0”
gedraaid wordt.
20
Automatische droogprogramma’s
Belading in kg
Soort textiel drooggewogen Programma-
en behandelingssymbool Droogtegraad wasgoed keuze
Extra droog 5 A
Katoen en linnen Kastdroog 5 B (*)
Strijkdroog 5 C (*)
Synthetica Kastdroog 2,5 D (*)
(*) Programma’s volgens CEI 1121.
Op tijd drogen
Katoen en linnen
Centrifugeer- toerental Belading in kg
Droogtegraad per min drooggewogen Tijdsduur in
en behandelingssymbool van wasautomaat wasgoed min
800 - 1000
3,5 75 - 90
2 60 - 75
Kastdroog
1000 - 1200
3,5 60 - 75
2 45 - 60
800 - 1000
3,5 60 - 75
2 45 - 60
Strijkdroog
1000 - 1200
3,5 45 - 60
2 30 - 45
Synthetica: druk de toets
Centrifugeer- toerental Belading in kg
Droogtegraad per min drooggewogen Tijdsduur in
en behandelingssymbool van wasautomaat wasgoed min
2,5 45 - 60 min.
Kastdroog 650 1 30 - 45 min.
0,5 20 min.
De droogduur hangt af van verschillende factoren:
- soort wasgoed
- vulgewicht
- centrifugetoerental.
Belading
Eigenlijk zou u het wasgoed steeds moeten wegen. Wegen is omslachtig, daarom geven wij u een
ander hulpmiddel:
katoen en linnen: volle belading, maar niet proppen
synthetica: halfvolle belading
fijne was: éénderde van de trommel
21
NEDERLANDS
Praktische tips
Maximaal vulgewicht benutten!
U droogt het zuinigst, als u zich aan de
vulgewichten houdt, die in de programmatabel
vermeld staan.
Een volgepropte trommel leidt tot
onregelmatige droging en te lange droogtijd,
waardoor ook het energieverbruik onnodig
toeneemt.
Kleine hoeveelheden drogen is altijd minder
economisch.
Onderstaande aanwijzingen kunnen u daarbij
helpen:
badjas 1200 g
beddelaken 500 g
blouse 100 g
dekbedovertrek 700 g
handdoek 200 g
herenoverhemd 200 g
kussensloop 200 g
nachthemd/pyjama 200-500 g
ondergoed 250 g
tafellaken 200-300 g
theedoek 100 g
werkjas 300-600 g
Belangrijk:
Bijzonder tere weefsels, bijv. gordijnen van
synthetische vezels, wol, zijde, textiel met
metalen versieringen, nylons, grote stukken
wasgoed zoals anoraks, doorgestikte dekens,
slaapzakken en dekbedden mogen niet in de
machine gedroogd worden.
Ook artikelen die sponsachtig rubber bevatten
mogen niet in de droger. Hieronder wordt
geen elastisch gemaakte kleding verstaan,
maar wel bijvoorbeeld, de rubberachtige rug
van een kleedje.
Wol en gedeeltelijk wollen artikelen kunnen
krimpen en/of vervilten. Wij adviseren u met
klem deze artikelen niet in de trommeldroger
te drogen.
Controleer zorgvuldig of het wasgoed geschikt
is om machinaal gedroogd te worden.
Aanwijzingen daarvoor vindt u op het
textielbehandelingsetiket.
De volgende symbolen zijn van belang voor
het drogen:
machinaal drogen is mogelijk
normaal drogen (normale temperatuur)
voorzichtig drogen (lage temperatuur)
mag niet machinaal gedroogd worden
Overtuig u ervan dat borst- of broekzakken
leeg zijn. Keer kleding met borst- en
broekzakken met dikke zomen
binnenstebuiten, op deze manier voorkomt u
zoveel mogelijk onregelmatige droging.
Dekbedovertrekken en kussenslopen
dichtmaken, anders verzamelen zich hierin
kleinere wasstukken. Ritssluitingen en haak-
oogsluitingen dichtdoen, losse banden en
ceintuurs samenknopen.
Het wasgoed voor het drogen goed
centrifugeren.
Sorteer uw wasgoed volgens textielsoort en
droogtegraad.
Voorkom overdroging door het zorgvuldig
kiezen van de droogtijd resp. het
droogprogramma, zo verkrijgt u de gewenste
droogtegraad. Te droog wasgoed laat zich
minder goed strijken.
Om het statisch worden (knetteren en kleven)
van synthetisch wasgoed te voorkomen,
adviseren wij u in de wasautomaat een
wasverzachter te gebruiken.
Tricot kan iets krimpen. Deze textielsoort niet
overdrogen. Bij de aanschaf rekening houden
met het feit dat deze textiel, al naar gelang de
kwaliteit, krimpt.
Het kan voorkomen dat u, na het drogen, toch
nog vochtige plekken in het wasgoed vindt.
Dat is met name het geval bij dikke kragen,
manchetten en zomen. U kunt deze
kledingstukken nadrogen, hierbij de machine
op minstens 20 minuten instellen.
i
22
Gebruik
Vóór de eerste ingebruikname adviseren wij u de
trommel met enkele lichtvochtige, schone
doeken te vullen en de machine circa 20 minuten
te laten werken. Hierdoor worden eventuele
vettige of stoffige restanten van het
productieproces verwijderd.
Volgorde van handelen
1. Het toestel aansluiten.
2. Het wasgoed in de machine doen.
3. Deur sluiten.
4. Een droogprogramma of een tijdsduur kiezen:
het controlelampje AAN/UIT gaat branden.
5. Toets en/of eventueel indrukken.
6. Toets «start» indrukken: het controlelampje
gaat branden en het programma start.
Opdat het goed kan afkoelen, wordt 9 minuten
vóór beëindiging van het programma
automatisch de afkoelfase ingeschakeld. Het
betreffende lampje licht op.
Als u, na het beëindigen van het programma, de
was niet direkt uit de machine neemt, zal de
antikreukfase beginnen. Deze duurt 30 minuten
max.
Als u de toets niet ingedrukt heeft, hoort u
elke 10 seconden een zoemtoon.
De controlelampjes en knipperen
afwisselend.
De machine stopt automatisch aan het einde van
de antikreukfase. Het controlelampje «AAN/UIT»
blijft ingeschakeld.
De controlelampjes en knipperen
afwisselend.
Om de was tijdens de antikreukfase uit de
machine te kunnen nemen, schakelt u eerst de
machine uit door de programmaknop op «0» te
draaien.
i
B
M0028
P0885
Na het drogen
De programmaknop op “0” draaien, het
controlelampje “AAN/UIT” gaat uit.
Toestel uitschakelen.
Het stoffilter reinigen en de waterhouder
legen (zie blz. 23 en 24)
ONDERHOUD
23
NEDERLANDS
Neem de stekker uit het stopcontact of trek,
indien van toepassing, de trekschakelaar op
UIT.
De buitenkant
De buitenkant van de machine kunt u, naar
behoefte, reinigen met een vochtige doek en een
neutraal huishoudschoonmaakmiddel. Moderne
schoonmaakmiddelen drogen doorgaans
streeploos op.
Nalappen met schoon water en daarna
droogzemen.
Belangrijk: Gebruik nooit spiritus, terpentine en
dergelijke oplosmiddelen.
Het filter
Vóór u een nieuwe lading wasgoed gaat drogen,
moet het filter beslist schoon zijn.
Trek het filter omhoog uit z’n houder en verwijder
het viltachtige stof.
Verbaast u zich niet over de hoeveelheid fijn
pluis. Dit pluis ontstaat door het dragen van de
kleding of het gebruiken van de textiel. Het wordt
door de wind weggeblazen als u het wasgoed
buiten aan de lijn droogt en blijft eenvoudig in het
wasgoed zitten als u binnenshuis droogt.
Het verdient aanbeveling om na iedere
droogbeurt de pluizen rondom de filter- en
luchtkondensorhouder in de binnendeur met een
vochtige doek te verwijderen.
De luchtkondensor
Afhankelijk van het gebruik moet de kondensor
zelf 3 tot 4 keer per jaar gereinigd worden.
Daartoe trekt u de kondensor uit de machine.
Dan met een borstel reinigen en van binnen en
van buiten afspoelen onder de douche.
Pas op! Het apparaat noit gebruiken zonder
luchtkondensor.
P1026
P0636
P0639
24
Waterhouder legen
De aan het wasgoed onttrokken waterdamp
wordt binnen de machine gekondenseerd en als
water in de waterhouder opgevangen.
De waterhouder moet na iedere droogbeurt
geleegd worden. Zoudt u dat vergeten hebben,
dan zorgt een overloopbeveiliging ervoor dat het
programma onderbroken wordt: het betreffende
signaallampje brandt, de machine is gestopt en
de was is nog nat.
De waterhouder mag ook tijdens het in bedrijf
zijn geleegd worden.
De waterhouder goed op z’n plaats
aanbrengen.
Tip:
Het kondenswater kunt u, na het door middel van
bijvoorbeeld een koffiefilterzakje gefilterd te
hebben, gebruiken als gedestilleerd water voor
akku of strijkbout.
C0033
EENVOUDIGE STORINGEN
25
NEDERLANDS
Het is de moeite waard om vóór u de
servicedienst belt even de volgende punten te
controleren:
De droger start niet
De vuldeur is niet goed gesloten.
De groepzekering is defekt of uitgeschakeld.
Probeerde u de droger te starten terwijl de
wasautomaat ook (op dezelfde groep) AAN
staat?
Dat kan doorgaans pas zodra de
wasautomaat aan het spoelen toe is.
Er is geen tijdsduur/programma ingesteld.
Waterhouder vol of niet goed teruggeschoven.
Signaallampje brandt.
START-toets niet ingedrukt.
De was wordt niet goed droog
Het filter en/of de kondensor zijn
verontreinigd.
De droogtijd is te krap ingesteld.
Mogelijk had u toch een ander programma
moeten kiezen.
De trommel is te vol.
De waterhouder is vol of niet goed geplaatst.
Kunt u de storing niet zelf lokaliseren en
verhelpen, belt u dan de servicedienst. Houd het
modelnummer en het produktnummer bij de
hand; de servicedienst zal u erom vragen.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13

Electrolux EDC505E Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor