Volvo C70 Snelstartgids

Type
Snelstartgids

Deze handleiding is ook geschikt voor

GEFELICITEERD MET DE AANKOOP VAN UW
NIEUWE VOLVO!
Het is altijd spannend een nieuwe auto te leren kennen.
Neem deze Quick Guide door om snel vertrouwd te raken met enkele van de
meest gebruikelijke functies.
Alle waarschuwingsteksten, andere belangrijke gegevens en meer
gedetailleerde informatie vindt u alleen in het instructieboekje – deze folder
bevat slechts een kleine greep daaruit.
In het instructieboekje staat bovendien de meest recente en meest actuele
informatie.
Opties staan aangegeven met een sterretje (*).
Op www.volvocars.com vindt u meer informatie over uw auto.
VOLVO C70
QUICK GUIDE
WEB EDITION
SLEUTELBLAD
Te gebruiken om dashboardkastje of bestuur-
dersportier/kofferdeksel te vergrendelen/ont-
grendelen als de auto bijvoorbeeld zonder
stroom zit.
TRANSPONDERSLEUTEL
Vergrendelt portieren en kofferdeksel
en activeert het alarm*. Na 30 seconden
treedt de Safelock-funcie in werking,
waarna de portieren niet meer van de
binnenzijde te openen zijn.
Ontgrendelt portieren
A
en kofferdeksel en
deactiveert het alarm.
Ontgrendelt het kofferdeksel het wordt
niet geopend.
Approach-verlichting. Activeert buiten-
spiegelverlichting*, richtingaanwijzers en
stadslichten, alsmede kentekenplaat-,
interieur- en instapverlichting.
Paniekfunctie. In een noodsituatie de
toets ca. 3 seconden lang ingedrukt
houden om het alarm te laten afgaan.
Uitschakelen door na meer dan 5 secon-
den opnieuw te drukken.
A
Als geen van de portieren noch de achterklep bin-
nen 2 minuten na ontgrendeling wordt geopend,
worden deze na enige tijd automatisch opnieuw
vergrendeld.
Kofferdeksel ontgrendelen met sleutelblad.
RICHTINGAANWIJZERS
A
Korte serie – 3 knippersignalen.
B
Onafgebroken serie knippersignalen.
WAARSCHUWING
Stel het stuurwiel in vóórdat u gaat rijden
– nooit tijdens het rijden.
STUURWIEL INSTELLEN
KOUDE START
AUTOMATISCH STARTEN *
Koppelings- en/of rempedaal bedienen en
transpondersleutel/startknop naar stand III
draaien en meteen loslaten – de motor start
automatisch.
Een dieselmotor altijd laten voorgloeien in
sleutelstand II, voordat u hem start.
N.B.
Na een koude start is het stationaire toeren-
tal verhoogd ongeacht buitentemperatuur.
Het tijdelijk verhoogde stationaire toerental
is onderdeel van Volvo’s effectieve uitlaat-
gasreinigingssysteem.
OPBERGMOGELIJKHEDEN, 12V-AANSLUITINGEN & AUX/USB*
De 12V-aansluitingen in de passagiersruimte
werken in contactslotstand I of II. De 12V-aan-
sluiting* in de bagageruimte is altijd ingescha-
keld.
Met de AUX/USB*-ingang is het mogelijk om
muziek op bijv. een mp3-speler te beluisteren
via het audiosysteem van de auto.
BELANGRIJK
Bij gebruik van de 12V-aansluiting in de
bagageruimte met de motor afgezet kan de
startaccu uitgeput raken.
VERLICHTINGSBEDIENING
Handmatige koplamphoogteregeling
(automatisch bij Xenon-verlichting*)
Automatisch dimlicht. Grootlichtsignalen
werken maar continu grootlicht niet
Stadslichten voor/achterlichten
Dimlicht. Dooft bij het afzetten van de
motor. Het is mogelijk het groot licht te
voeren
A
Automatisch dagrijlicht*. Actieve Xenon-
verlichting*, lichtbundels van de koplam-
pen draaien met het stuurwiel mee
Display- en instrumentenverlichting
Mistlampen vóór
Tankvulklep openen
Mistachterlicht (alleen bestuurderszijde)
A
Grootlichtsignaal en LED-verlichting
B
Groot-/dimlichtwisseling
AUDIOSYSTEEM
1
Indrukken voor Aan/Uit.
Eraan draaien om het volume bij te regelen.
2
Radio FM1, FM2 of AM.
4
Display
5
MODUS CD, AUX
A
of USB.
6
Indrukken om te kiezen uit BAS, Dolby
Pro Logic II
* of SUBWOOFER* – eraan
draaien om bij te regelen.
9
MENUAUX, volume en geavanceerde
geluidsinstellingen.
Subwoofer activeren/deactiveren*.
RADIO
6
Eraan draaien om een zender te kiezen.
8
Eerstvolgende goed doorkomende zender
opzoeken.
10
Zender zoeken met pijl-links/pijl-rechts.
Tot 20 zenders opslaan door bij de gewens-
te zender 09 voor FM1 of FM2 ingedrukt
te houden totdat een bevestiging op het
display verschijnt.
Ca. 2 seconden indrukken om automatisch
de 10 best doorkomende zenders op te
slaan. Op het display verschijnt AUTOM.
OPSLAAN tijdens het zoeken.
Een van de opgeslagen zenders kiezen met
09.
CD-SPELER
3
Bij kort indrukken wordt alleen de beluis-
terde cd uitgeworpen.
Bij lang indrukken worden alle cd’s uitge-
worpen
B
.
6
Eraan draaien om van track te wisselen.
7
Cd-wisselaar* – cd kiezen met 16.
10
Van cd-track wisselen met pijl-links/pijl-
rechts.
Cd kiezen
B
met pijl-omhoog/pijl-omlaag.
RUITENWISSERS EN REGENSENSOR*
1
Regensensor Aan/Uit, met hendel in stand
0.
2
Gevoeligheid sensor of duur intervalfunctie
instellen.
A
Enkele wisslag
0
Uit
B
Intervalfunctie, zie ook (2).
C
Normale wissnelheid.
D
Hoge wissnelheid.
E
Sproeiers voorruit en koplampen.
Brandt bij een actieve regensensor.
A
AUX-ingang voor bijv. mp3-speler (voor optimale
geluidsweergave volume mp3-speler op half zetten).
B
Alleen cd-wisselaar*.
AUTOMATISCHE REGELING
In de stand AUTO regelt het ECC-systeem auto-
matisch alle functies voor een groter bedienings-
gemak en optimale luchtkwaliteit.
1
Indrukken om de gekozen temperatuur en
de overige functies automatisch te laten
regelen.
7
Indrukken voor individuele temperatuur
links (L) of rechts (R). In de gewenste
temperatuurstand draaien. De gekozen
temperatuur staat op het display.
HANDMATIGE REGELING
1
Eraan draaien om ventilatorsnelheid te
wijzigen.
2
Max. ontwaseming. Alle lucht op maxi-
male snelheid naar de voorruit en zijruiten.
3
M – Recirculatie Aan/Uit.
A – Interior Air Quality System* Aan/Uit.
4
Elektrische achterruit- en buitenspiegel-
verwarming.
5
Luchtverdeling
6
AC – Airconditioning aan/uit. Voor koeling
van het interieur en ontwaseming van de
ruiten.
ELEKTRONISCHE KLIMAATREGELING, ECC*
WAARSCHUWING
Onoordeelkundig gebruik kan levensgevaar-
lijke situaties opleveren. Bij twijfel over het
juiste gebruik het instructieboekje raadplegen.
PACOS (Passenger Airbag Cut Off Switch)
Sleutelblad gebruiken voor omzetten ON/OFF.
OFF – Airbag gedeactiveerd. PASSENGER
AIRBAG OFF verschijnt op waarschu-
wingslampje boven de achteruitkijkspiegel.
Kinderen op een comfortkussen of in een
kinderzitje mogen op de voorstoel zitten, maar
nooit passagiers groter dan 140 cm.
ON – Airbag geactiveerd.
Passagiers groter dan 140 cm mogen op de
voorstoel zitten, maar nooit kinderen op een
comfortkussen of in een kinderzitje.
PASSAGIERSAIRBAG DEACTIVEREN, PACOS*
BOORDCOMPUTER EN DAGTELLER
1
Laag brandstofpeil. Bij een brandend sym-
bool zo spoedig mogelijk tanken.
2
Brandstofmeter. De pijl van het symbool
geeft de kant aan waar de tankdop zit.
3
Display voor boordcomputer, meldingen,
klok en buitentemperatuur.
4
T1 & T2 – onafhankelijke dagteller, die
altijd aanstaat.
5
Bij kort indrukken wordt er gewisseld tus-
sen T1 & T2. Bij lang indrukken wordt de
betreffende meter op nul gezet.
6
Indrukken om een melding te laten ver-
schijnen/verdwijnen.
7
Eraan draaien om de boordcomputeropties
te zien.
8
Bij kort indrukken wordt de actuele functie
van de boordcomputer op nul gezet.
Bij lang indrukken worden alle functies van
de boordcomputer op nul gezet.
INSTELLEN, KLOK
1. Op de middenconsole op MENU drukken.
2. Aanpassen klok kiezen.
3. Op ENTER drukken.
4. Cijfer kiezen met “pijl-rechts” of “pijl-links”.
5. Klok instellen met de cijfers op de toetsenset
of met de “pijl-omhoog” of “pijl-omlaag” van
de navigatieknop.
6. Op ENTER drukken om af te sluiten.
N.B.
Displaymelding KILOMETER TOT LEGE
TANK is een schatting van de actieradius op
basis van eerdere rijomstandigheden.
Als het controlelampje voor BLIS oplicht zonder
dat u voertuigen in de dode hoeken kunt waar-
nemen, kunnen reflecties op een nat wegdek,
eigen schaduwen op betonnen wegen of een
laag staande zon in de camera daarvan de
oorzaak zijn.
Bij een storing in het BLIS verschijnt de melding
BLIS SERVICE VEREIST op het display.
BLIS, BLIND SPOT INFORMATION SYSTEM*
HARDTOP BEDIENEN
VOORBEREIDINGEN
Geen voorwerpen op hoedenplank, hardtop
of kofferdeksel.
2 m vrije hoogte tot aan de grond en 0,2 m
achter de auto.
Vlakke ondergrond.
Buitentemperatuur hoger dan –10 ˚C.
Bagagewand omlaag en kofferdeksel
gesloten.
Er tijdens het bedienen goed op letten dat
niemand te dicht in de buurt komt van de
bewegende onderdelen van de hardtop.
De zijruiten komen bij bediening van de hardtop
enkele centimeters omlaag. Ze worden daarna
automatisch weer gesloten.
BAGAGEWAND
BEDIENING
1. De auto moet stilstaan.
2. De motor moet stationair draaien.
3. Rempedaal bedienen.
4. Knop (A) of (B) ingedrukt houden, totdat
er een signaal klinkt en de melding
DAK
DICHT/DAK OPEN op het display verschijnt.
5. Knop loslaten.
De bagagewand zorgt voor afscherming van
de kofferbak om plaats te maken voor de
ingeklapte hardtop.
1.
De bagagewand bij het in-/uitladen
omhoogklappen.
2.
De bagagewand volledig tot in de ver-
grendeling (3) omlaagklappen alvorens
de hardtop te openen (zie sticker op
bagagewand).
De ingeklapte hardtop hoger/lager zetten om
het in-/uitladen te vergemakkelijken.
1.
Knop ingedrukt houden totdat de hardtop
omhooggekomen is.
2.
De bagagewand omhoogklappen, de
spullen in-/uitladen en de wand volledig
omlaagklappen.
3.
Knop ingedrukt houden totdat de hardtop
omlaaggekomen is.
LOAD ASSIST
TP 14263 (Dutch). AT 1146. Printed in Sweden, Göteborg 2011. Copyright © 2000-2012 Volvo Car Corporation.
1
Lendensteun
2
Hellingshoek ruggedeelte.
3
Stoel omhoog/omlaag.
4
Voorkant zitgedeelte omhoog/omlaag.
5
Vooruit/achteruit.
6
Achterinstap.
HANDMATIG VERSTELBARE STOEL
Stoel naar voren zetten
1. Veiligheidsgordel van de gordelgeleider (A)
nemen.
2. Handgreep (B) optillen en rugleuning tot in
geblokkeerde stand vooroverklappen.
3. Stoel naar voren duwen (C).
Stoel naar achteren zetten
1. Stoel tot in gewenste stand naar achteren
duwen (D).
2. Handgreep (E) optillen en rugleuning terug-
klappen.
3. Veiligheidsgordel in de gordelgeleider (F)
terugplaatsen.
ELEKTRISCH BEDIENBARE STOEL*
Stoel naar voren zetten
1. Veiligheidsgordel van de gordelgeleider (A)
nemen.
2. Handgreep (B) optillen en rugleuning tot in
geblokkeerde stand vooroverklappen.
3. Voorkant knop ingedrukt houden (G).
Stoel naar achteren zetten
1. Achterkant knop ingedrukt houden (G).
2. Handgreep (E) optillen en rugleuning terug-
klappen.
3. Veiligheidsgordel in de gordelgeleider (F)
terugplaatsen.
N.B.
Veiligheidsgordel bij het omdoen vanonder
bij de gordelgeleider omhooghalen, niet
vanboven bij de schouder omlaag.
AUTOVERZORGING
VOORSTOEL INSTELLEN
ACHTERINSTAP
Voor de lak is het beter om de auto met de
hand te wassen dan in een automatische
wasstraat. Een nieuwe laklaag is bovendien
kwetsbaarder dan een oude laag. U wordt
daarom geadviseerd de eerste maanden na
aankoop van een nieuwe auto deze alleen
met de hand te wassen.
Gebruik schoon water en een spons. Let erop
dat vuil en zand krassen op de lak kunnen
veroorzaken.
N.B.
Bij een wasbeurt in een automatische was-
straat de antenne verwijderen. De antenne
linksom losdraaien.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8

Volvo C70 Snelstartgids

Type
Snelstartgids
Deze handleiding is ook geschikt voor