Maytag GC2027NELSI Gebruikershandleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Gebruikershandleiding
28
GEBRUIKSAANWIJZING
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
MILIEUTIPS
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN
EN ADVIEZEN
ALS HET APPARAAT NIET WORDT
GEBRUIKT
ONDERHOUD EN REINIGING
HOE U DE VOEDINGSMIDDELEN MOET
BEWAREN, INVRIEZEN EN LATEN
ONTDOOIEN
PRODUCTBESCHRIJVING
GIDS VOOR DE INTERNE ONDERDELEN
HOE U HET APPARAAT MOET GEBRUIKEN
OPSPOREN VAN STORINGEN
KLANTENSERVICE
29
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
Het door u aangeschafte apparaat is uitsluitend
bestemd voor huishoudelijk gebruik.
Voor een optimaal gebruik van uw apparaat is het
raadzaam de gebruiksaanwijzing aandachtig door te
lezen, hierin vindt u een beschrijving van het
apparaat en adviezen voor het conserveren van
voedingsmiddelen.
Bewaar dit boekje zodat u het naderhand nog eens
kunt raadplegen.
1. Controleer na het uitpakken van het apparaat of het
niet beschadigd is en of de deur goed sluit. Uw
leverancier dient binnen 24 uur vanaf de levering van
het product van eventuele schade op de hoogte te
worden gesteld.
2. Het is raadzaam minstens twee uur te wachten
alvorens het apparaat in werking te stellen, om het
koelcircuit perfect te kunnen laten functioneren.
3. Zorg ervoor dat de installatie en de elektrische
aansluiting door een gekwalificeerd technicus worden
verricht overeenkomstig de aanwijzingen van de
fabrikant en de plaatselijke veiligheidsvoorschriften.
4. Reinig de binnenkant van het product alvorens het in
gebruik te nemen.
1. Verpakking
Het verpakkingsmateriaal is voor 100% recyclebaar
en draagt het recyclingsymbool. Voor de verwerking
moeten de plaatselijke voorschriften worden
nageleefd. Het verpakkingsmateriaal (plastic zakken,
stukken polystyreen enz.) moet buiten het bereik van
kinderen worden gehouden, omdat het een bron van
gevaar kan vormen.
2. Afdanken van het apparaat
Het product is vervaardigd van materiaal dat kan
worden gerecycled. Dit apparaat is voorzien van het
merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG
inzake Afgedankte elektrische en elektronische
apparaten (AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit
product op de juiste manier als afval wordt verwerkt,
helpt u mogelijk negatieve consequenties voor het
milieu en de menselijke gezondheid te voorkomen.
Het symbool op het product of op de
bijbehorende documentatie geeft aan dat dit product
niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. In
plaats daarvan moet het worden afgegeven bij een
verzamelpunt voor recycling van elektrische en
elektronische apparaten.
Maak het apparaat op het moment dat het wordt
afgedankt onbruikbaar door de voedingskabel door te
snijden en de deuren en schappen te verwijderen,
zodat kinderen niet gemakkelijk in het apparaat
kunnen kruipen.
Volg bij het afdanken van het apparaat de plaatselijke
voorschriften voor afvalverwerking en breng het naar
een speciaal afvalverwerkingscentrum, en laat het niet
onbewaakt achter, ook niet voor slechts een paar
dagen, aangezien het voor kinderen een bron van
gevaar kan opleveren. Voor nadere informatie over
de behandeling, terugwinning en recycling van dit
product wordt u verzocht contact op te nemen met
het stadskantoor in uw woonplaats, uw
afvalophaaldienst of de winkel waar u het product
heeft aangeschaft.
Informatie:
Dit apparaat bevat geen CFK. Het koelcircuit bevat
R134a (HFC) of R600a (HC), zie serienummerplaatje
in het apparaat. Voor apparaten met isobutaan
(R600a): isobutaan is een natuurlijk gas dat geen
schadelijke invloed heeft op het milieu, maar wel
ontvlambaar is. Het is daarom noodzakelijk om te
controleren of de leidingen van het koelcircuit niet
beschadigd zijn. Dit product kan een gefluorideerd
broeikasgas bevatten dat onder het Protocol van
Kyoto valt; het koelgas zit in een hermetisch
verzegeld systeem.
Koelgas: R134a heeft een globaal
verwarmingsvermogen (GWP) van 1300.
Conformiteitsverklaring
Dit apparaat is bestemd voor het conserveren van
voedingsmiddelen en is vervaardigd in
overeenstemming met de Verordening (EG) nr.
1935/2004
Dit apparaat is ontwikkeld, gefabriceerd en op de
markt gebracht in overeenstemming met:
- veiligheidsvoorschriften van de
“Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG (die de
richtlijn 73/23/EEG en latere verordeningen
vervangt);
- de veiligheidsvereisten van de “EMC”-richtlijn
89/336/EEG, gewijzigd door de richtlijn 93/68/EEG.
De elektrische veiligheid is
alleen gewaarborgd wanneer
het op de juiste wijze op een
efficiënt werkende installatie is
aangesloten, die volgens de
wettelijke voorschriften is
geaard.
MILIEUTIPS
30
INSTALLATIE
Het apparaat moet door twee of meerdere
personen worden verplaatst en geïnstalleerd.
Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het
apparaat om te voorkomen dat de vloer
beschadigd raakt (b.v. parket).
Zorg ervoor dat het product tijdens de installatie
de voedingskabel niet beschadigt.
Installeer het product niet in de buurt van een
warmtebron.
Laat een vrije ruimte aan de zijkanten en boven
het apparaat om een goede ventilatie te
garanderen of volg de installatie-instructies.
Houd de ventilatie-openingen van het apparaat
vrij van obstakels.
Beschadig de leidingen van het koelcircuit van de
koelkast niet.
Installeer het product waterpas op een vloer die
het gewicht kan dragen en in een ruimte die
geschikt is voor de afmetingen en het gebruik
van het product.
Plaats het apparaat in een droge en goed
geventileerde ruimte. Het apparaat is afgesteld
om te werken in ruimten waarin de
temperatuur binnen de volgende waarden ligt,
die op hun beurt weer afhankelijk zijn van de
klimaatklasse die op het serienummerplaatje
staat aangegeven: het is mogelijk dat het
apparaat niet goed functioneert als het voor een
lange tijd in een ruimte wordt gelaten met een
hogere of lagere temperatuur dan het
genoemde bereik.
Controleer of de spanning op het typeplaatje
overeenkomt met de spanning in uw woning.
Gebruik geen enkele of meervoudige adapters
of verlengsnoeren.
Gebruik voor de aansluiting op de waterleiding
de bij het nieuwe apparaat geleverde slang en
niet die van het vorige apparaat.
De voedingskabel mag alleen door
gekwalificeerd personeel worden gewijzigd of
vervangen.
Het moet mogelijk zijn het apparaat van het
elektriciteitsnet af te koppelen door de stekker
uit het stopcontact te halen of via een
tweepolige netschakelaar die bovenstrooms van
het stopcontact is geplaatst.
VEILIGHEID
Bewaar of gebruik geen benzine of andere
gassen en licht ontvlambare stoffen in de buurt
van het apparaat of van andere elektrische
huishoudelijke apparatuur. De dampen die
hieruit voortkomen kunnen brand of explosies
veroorzaken.
Gebruik geen andere mechanische, elektrische
of chemische systemen die het ontdooiproces
versnellen dan door de fabrikant zijn
aanbevolen.
Gebruik of plaats geen elektrische apparaten in
de vakken van het apparaat, als hiervoor geen
uitdrukkelijke toestemming door de fabrikant is
gegeven.
Dit apparaat is niet bestemd om gebruikt te
worden door personen (met inbegrip van
kinderen) met beperkte fysieke, sensorische of
mentale vermogens, of zonder ervaring of
kennis van het apparaat, behalve als zij tijdens
het gebruik instructies ontvangen van of begeleid
worden door een persoon die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid.
Om het risico te vermijden dat kinderen in de
koelkast opgesloten raken en stikken, mag hen
niet worden toegestaan in het product te spelen
of zich erin te verstoppen.
Slik de (niet-giftige) vloeistof uit de
vrieselementen niet in (niet op alle modellen).
Eet geen ijsblokjes of waterijsjes die net uit de
vriezer komen, aangezien deze zo koud zijn dat
ze ijsbrand kunnen veroorzaken.
GEBRUIK
Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de
stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden begint.
Alle apparaten met ijsmakers en
waterdispensers moeten op een waterleidingnet
aangesloten worden dat uitsluitend drinkwater
levert (met een waterleidingdruk van tussen de
0,17 en 0,81 MPa (1,7 en 8,1 bar)). De ijsmakers
en/of waterdispensers die niet rechtstreeks op
het waterleidingnet zijn aangesloten, mogen
uitsluitend met drinkwater worden gevuld.
Gebruik het koelgedeelte uitsluitend voor het
bewaren van verse levensmiddelen en het
vriesgedeelte uitsluitend voor het bewaren van
diepvriesproducten, het invriezen van verse
levensmiddelen en het maken van ijsblokjes.
Bewaar geen dranken in glas in het vriesgedeelte
want deze kunnen barsten.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld, indien bovenstaande adviezen en
voorzorgsmaatregelen niet in acht zijn
genomen.
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN
EN ADVIEZEN
Klimaatklasse
Omg. Temp.
(°C)
Omg. Temp.
(°F)
SN van 10 tot 32 van 50 tot 90
N van 16 tot 32 van 61 tot 90
ST van 16 tot 38 van 61 tot 100
T van 16 tot 43 van 61 tot 110
31
Schakel het apparaat altijd van het net uit alvorens onderhouds-
en reinigingswerkzaamheden te gaan verrichten.
Maak het apparaat regelmatig met een doek en lauw water en
neutrale schoonmaakproducten speciaal om de binnenkant van
de koelkast schoon te maken schoon.
Gebruik geen reinigings- of schuurmiddelen. Maak de koelkast
nooit schoon met ontvlambare vloeistoffen. De dampen die
hieruit voortkomen kunnen brand of explosies veroorzaken.
Reinig de buitenkant en de rubber afdichtingen met een
vochtige doek en droog ze af met een zachte doek.
Gebruik geen stoomreinigers.
Er wordt geadviseerd om nadat de plint aan de voorkant
verwijderd is de condensator met een stofzuiger schoon te
maken (zie de Installatiehandleiding).
De toetsen en het display van het bedieningspaneel (niet op alle
modellen, op de deur van het vriesgedeelte) mogen niet
gereinigd worden met middelen op basis van alcohol of daarvan
afgeleide stoffen, maar met een droge doek.
De slangen van het koelsysteem lopen in de buurt van de bak
voor het dooiwater, en kunnen hoge temperaturen bereiken.
Maak de leidingen regelmatig met een stofzuiger schoon.
Vervangen van de lampjes
Let op:
Sluit het apparaat altijd eerst van het stroomnet af alvorens de
lampjes te vervangen.
Alvorens de lampjes te vervangen moet het beschermkapje,
indien aanwezig, verwijderd worden. Na het vervangen moet
het beschermkapje weer aangebracht worden.
De lampjes in het apparaat zijn voorzien van een bajonetfitting,
zij moeten dus zonder draaien verwijderd/er weer in gedaan
worden.
Het lampje van de ijsmaker en waterdispenser is daarentegen
voorzien van een gewone schroeffitting en moet dus draaiend
verwijderd en er weer in gedaan worden.
Vervang het lampje door een lampje met dezelfde eigenschappen
dat verkrijgbaar is bij de technische servicedienst en de erkende
verkopers.
ONDERHOUD EN REINIGING
Voor onderbrekingen van maximaal 24 uur
Laat de deuren van het apparaat dicht. Op die manier blijven de voedingsmiddelen zo lang mogelijk koud.
Zie voor meer informatie het hoofdstuk “Hoe u het apparaat moet gebruiken”, onder het kopje “Alarm
black-out”.
Als het apparaat niet wordt gebruikt
Sluit het apparaat van het elektriciteitsnet af.
Maak het apparaat leeg als de tijd dat u afwezig bent langer is dan drie weken.
Als het apparaat is uitgerust met een automatische ijsmaker:
1. Sluit de watertoevoer naar de automatische ijsmaker minimaal één dag van tevoren af
2. Maak de ijsblokjeshouder leeg.
Laat de deuren van het apparaat op een kier staan zodat er lucht in de verschillende gedeelten kan
circuleren. Op die manier wordt de vorming van schimmel en luchtjes vermeden.
ALS HET APPARAAT NIET WORDT
GEBRUIKT
32
INLEIDING
Het is van belang dat de voedingsmiddelen zo worden ingepakt dat er geen water, vocht of condens in kan komen; op
die manier wordt voorkomen dat er geuren of aroma’s van het ene gebied naar het andere in de koelkast worden
overgebracht, en blijven de ingevroren voedingsmiddelen beter geconserveerd. Geadviseerd wordt om het in te
vriezen voedsel te verpakken in plastic bakjes met hermetisch sluitende deksels, aluminium bakjes, aluminiumfolie,
plasticfolie of waterdichte plastic verpakkingen.
OPMERKING: Zet nooit warme voedingsmiddelen in de vriezer. Laat warme voedingsmiddelen altijd eerst 30
minuten op kamertemperatuur afkoelen en pak ze daarna in en vries ze in. Door de voedingsmiddelen eerst te laten
afkoelen voor ze in te vriezen is het mogelijk om energie te besparen en de levensduur van het apparaat te verlengen.
DICHTMAKEN
Wanneer het voedsel in zakjes wordt verpakt, moet alle lucht uit de zakjes worden gedrukt (vloeistoffen hebben wat
extra ruimte nodig om te kunnen uitzetten).
Sluit de verpakking met een stripje. Plaats als u doorzichtige plastic zakjes gebruikt, het etiket in het zakje; gebruik bij
niet-doorzichtige zakjes zelfklevende etiketten die u op de buitenkant plakt.
ONTDOOIEN
Hier volgen enkele nuttige wenken.
RAUWE GROENTE: niet ontdooien, maar gelijk in kokend water leggen en koken op de gebruikelijke manier.
VLEES (grote stukken): in de koelkast ontdooien zonder het vlees uit de verpakking te halen. Alvorens het te
bereiden, een paar uur op omgevingstemperatuur laten rusten
VLEES (kleine stukken): ontdooien op omgevingstemperatuur of rechtstreeks bereiden.
VIS: ontdooien in de koelkast zonder de vis uit de verpakking te halen of direct bereiden zonder dat de vis volledig
is ontdooid. In geval van stroomonderbreking houdt het vriesgedeelte de juiste bewaartemperatuur ongeveer 12
uur vast; laat de deur van het vriesgedeelte echter dicht. Vries voedsel dat gedeeltelijk ontdooid is niet opnieuw in.
KANT-EN-KLARE VOEDINGSMIDDELEN: in de oven verwarmen zonder deze uit het aluminium bakje te
halen.
FRUIT: in de koelkast ontdooien
TABEL VOOR DE CONSERVERING VAN VOEDINGSMIDDELEN
De conserveringstijden variëren op grond van de kwaliteit van het voedsel, het gebruikte type verpakking of omhulsel
(bestand tegen vocht en stoom) en van de conserveringstemperatuur (die -18°C dient te zijn).
Voedselcategorie Maanden
FRUIT
Geconcentreerd vruchtensap 12
Fruit (in het algemeen) 8-12
Citrusvruchten en vers sap 4-6
GROENTEN
Commerciële diepvriesproducten 8
Zelf ingevroren voedsel 8-12
STOOFVLEES
Vlees, gevogelte en vis 2-3
VIS
Kabeljauw, tong 6
Zalm 2-3
Makreel, baars 2-3
Reeds klaargemaakte vis 3
Weekdieren, oesters 3-4
Gekookte vis, krab 3-4
Rauwe garnalen 12
Voedselcategorie Maanden
VLEES
Saucijzen 4 weken of korter
Hamburgers 1
Rundvlees, kalfsvlees, lamsvlees 2-3
BRAADVLEES
Rundvlees 6-12
Lams- en kalfsvlees 6-12
Varkensvlees 4-6
Verse saucijzen 1-2
BIEFSTUKKEN EN KARBONADES
Rundvlees 8-12
Lamsvlees, kalfsvlees, varkensvlees 2-4
GEVOGELTE
Kip of kalkoen (heel of in stukken) 12
Eend en gans 6
Gevogelte in saus bereid 6
Biefstukken (zonder jus) 1
HOE U DE VOEDINGSMIDDELEN MOET
BEWAREN, INVRIEZEN EN LATEN ONTDOOIEN
33
PRODUCTBESCHRIJVING

KOELVAK
A. Binnenlampje
B. Binnenlampje
C. Verstelbaar schap
D. Schap - deksel van lade
E. Groente- en fruitlade
F. Regeling groentelade
G. Groente- en vleeslade
H. Regeling groente- en vleeslade
I. Zuivelvak
J. Deurvakken
K. Deurvak 2 l met flessenhouder
L. Deurvak 0,75 l
VRIESVAK
M. Glasplaten / roosters (niet bij alle modellen)
N. Lade / lage korf (niet bij alle modellen)
O. Lade / hoge korf (niet bij alle modellen)
P. Deurvakken vriezer
Q. Binnenlampje
34
Verwijderen en verplaatsen van de schappen in het koelvak en het vriesvak
De schappen kunnen naar eigen wens worden verplaatst. De glazen schappen zijn sterk genoeg voor
flessen, pakken melk en zware levensmiddelen; er moet echter op worden gelet dat ze voorzichtig
worden neergezet. De schappen verwijderen: Trek het schap zo ver mogelijk naar buiten, til het op en
verwijder het.
Verwijderen van de groente- en fruitlade of de vleeslade:
1. schuif de lade naar voren totdat hij niet verder kan;
2. til de lade op en trek hem naar voren, terwijl u een hand onder de lade houdt;
3. de lade zal uit de rails vallen en kan verder naar buiten getrokken worden;
4. om de lade volledig te verwijderen moet deze worden opgetild: de voorkant naar boven, de achterkant
naar beneden.
Verwijderen en verplaatsen van de glazen afdekplaat van de lade
Til het voorste gedeelte van het frame 10 cm op, til vervolgens met de andere hand de achterkant van het
frame op en schuif het naar buiten.
Voer de handeling in de omgekeerde volgorde uit om de afdekplaat weer terug te plaatsen.
Opmerking: De laden en de afdekplaten van het vriesgedeelte kunnen ook verwijderd worden door
dezelfde aanwijzingen als voor het koelgedeelte op te volgen.
Schuifknop voor regeling van de temperatuur in de vlees-
en groentelade
Er stroomt koude lucht door een opening tussen het koelvak en
het vriesvak. Op deze manier blijft de temperatuur van de
vleeslade lager dan de rest van het koelvak. De luchtstroom kan
worden geregeld met behulp van de regelschuifknop.
Als u groente in de vleeslade wilt bewaren moet u de
regelschuifknop naar de buitenzijde schuiven tot op de instelling
voor groente. Op die manier wordt eventuele schade door
bevriezing van de groente voorkomen.
Schuifknop voor regeling van de vochtigheid in de groente-
en fruitlade
Het vocht in de groente- en fruitlade kan met de speciale
schuifknop geregeld worden.
Door het schuifje helemaal naar rechts te schuiven wordt de
vochtige lucht uit de lade verwijderd om fruit en groente met
schil optimaal te bewaren.
Door het schuifje helemaal naar links te schuiven wordt de
vochtige lucht in de lade gehouden voor het optimaal bewaren
van bladgroenten.
GIDS VOOR DE INTERNE ONDERDELEN
35
EERSTE GEBRUIK
Sluit het apparaat aan op de waterleiding en het elektriciteitsnet (zie de Installatiehandleiding).
Op het moment van de elektrische aansluiting worden er van tevoren in de fabriek ingestelde
temperaturen op het display weergegeven.
Opmerking: De tijd die nodig is om de ingestelde temperaturen te bereiken is variabel en hangt van
verschillende factoren af (aantal keren dat de deuren worden geopend, hoeveelheid voedingsmiddelen die
bewaard worden, temperatuur in het vertrek); over het algemeen duurt dit 2 tot 3 uur.
HOE U HET APPARAAT MOET GEBRUIKEN
RICHTLIJNEN VOOR HET SELECTEREN VAN DE FUNCTIES
Stand-by
Deze functie dient om zowel het koelgedeelte als het vriesgedeelte buiten werking te stellen. Om deze
functie te activeren houdt u de knop 3 seconden lang ingedrukt: op beide displays worden twee
groene stippen weergegeven. Om de normale werking te herstellen voert u dezelfde procedure uit totdat
de temperaturen die daarvoor ingesteld waren weer op het display weergegeven worden.
Opmerking: Bedenk hierbij wel dat het apparaat niet is afgekoppeld van de elektrische voeding.
Temperatuur vriesgedeelte
De ideale temperatuur die in de fabriek ingesteld wordt is -18°C. Zodra het vriesgedeelte de juiste
temperatuur bereikt wordt deze automatisch op het display weergegeven.
Om de temperatuur te veranderen houdt u de knoppe ingedrukt totdat de gewenste waarde bereikt
wordt die op het display weergegeven wordt.
Snelvriezen (vriesgedeelte)
Deze functie moet worden geactiveerd voordat er verse voedingsmiddelen worden ingevroren. De functie
wordt geactiveerd door op de knop : het lampje gaat aan. De functie schakelt na 24 uur automatisch
uit of kan met de hand uitgeschakeld worden door weer op de knop te drukken.
36
HOE U HET APPARAAT MOET GEBRUIKEN
Temperatuur koelgedeelte
Deze functie moet ingeschakeld worden om het koelen van verse levensmiddelen te versnellen. De
functie wordt ingeschakeld door op de knop te drukken: het lampje gaat aan. De functie schakelt na 6
uur automatisch uit of kan met de hand uitgeschakeld worden door weer op de knop te drukken.
Snelkoelen (koelgedeelte)
Deze functie moet ingeschakeld worden om het koelen van verse levensmiddelen te versnellen. De
functie wordt ingeschakeld door op de knop : te drukken: het lampje gaat aan. De functie schakelt na
6 uur automatisch uit of kan met de hand uitgeschakeld worden door weer op de knop te drukken.
Vacation
Deze functie deactiveert de koeling in het koelgedeelte in het geval de gebruiker lange tijd afwezig is. De
functie wordt in-/uitgeschakeld door op de knop : te drukken: het lampje gaat aan en de temperatuur
van het koelgedeelte verdwijnt van het display en hier komt een stip voor in de plaats.
Nadat deze functie geactiveerd is, moet bederfelijk voedsel uit het koelgedeelte worden verwijderd en
moet de deur gesloten blijven, de koelkast zal een geschikte temperatuur behouden om de vorming van
luchtjes te voorkomen.
ALARMEN
Deze indicaties worden meegedeeld door middel van een geluidssignaal en beeldsignalen.
Belangrijk: Om het geluidssignaal uit te schakelen drukt u op de knop .
Alarm black-out
Wordt geactiveerd wanneer er een langdurige stroomonderbreking geweest is waardoor de temperatuur
in het vriesgedeelte gestegen is. Op het display van het vriesgedeelte knippert de maximum temperatuur
die tijdens de stroomuitval bereikt is. Tegelijkertijd gaat het alarmlampje aan en wordt het
geluidssignaal ingeschakeld.
Belangrijk: Er wordt geadviseerd om vóór consumptie het behoud van de versheidsgraad van de
voedingsmiddelen te controleren.
Alarm deur open
Het symbool van de deur van het koel-/vriesgedeelte (of allebei) knippert gelijktijdig met het geluidssignaal
en het alarmlampje. Wordt geactiveerd als één of allebei de deuren van het apparaat langer dan 2 minuten
open zijn blijven staan.
Alarm werking
Als het geluidssignaal ingeschakeld wordt en er letters op het display weergegeven worden dan duidt dit
op een probleem aan het apparaat. Bel de klantenservice en geef de code die in plaats van de temperatuur
op het display weergegeven wordt door.
37
Voordat u contact opneemt met de Klantenservice...
De problemen bij het gebruik worden vaak veroorzaakt door kleinigheden die u zelf kunt opsporen en
verhelpen, zonder dat hiervoor enig type gereedschap nodig is.
De geluiden die het apparaat produceert zijn normaal, omdat de ventilatoren en de compressoren voor de
regeling van de werking automatisch worden in- en uitgeschakeld.
Sommige geluiden kunnen worden beperkt:
door het apparaat waterpas te zetten en het op een vlakke ondergrond te plaatsen
door ervoor te zorgen dat het apparaat niet in contact komt met andere meubels
door te controleren of de interne onderdelen correct zijn geplaatst
door te controleren of de flessen en de pakken elkaar niet raken.
Enkele mogelijke geluiden:
een gefluit bij de eerste inschakeling van het apparaat of na een lange periode waarin het apparaat niet
gebruikt is.
een geborrel als de koelvloeistof naar de leidingen gaat.
een gezoem als de waterklep of de ventilator in werking treden.
een geknetter als de compressor wordt gestart of als het ijs in de bak druppelt.
een plotselinge klik als de compressor wordt in- en uitgeschakeld.
Als u de volgende geluiden hoort...
...werkt uw product uitstekend!!!
OPSPOREN VAN STORINGEN
38
Het apparaat werkt niet
Zit de stekker van de elektrische voedingskabel wel in een stopcontact met de juiste spanning, en staat
hier spanning op?
Heeft u de beveiligingen en de zekeringen van de elektrische installatie in uw woning gecontroleerd?
De motor lijkt te lang in werking te blijven:
Zit er misschien te veel stof of pluis op de condensator?
Zijn de deuren goed gesloten?
Sluiten de deurafdichtingen perfect af?
Op warme dagen, of als het warm is in het vertrek, zal de motor langer draaien.
Wanneer de deur lang open heeft gestaan, of indien er grote hoeveelheden levensmiddelen in het
apparaat zijn geplaatst, blijft de motor langer werken om de binnenkant van het apparaat goed te
koelen.
Er is te veel vochtophoping:
Controleer of de luchtopeningen in het apparaat niet verstopt zijn waardoor de circulatie van lucht
verhinderd wordt.
Controleer of de voedingsmiddelen goed verpakt zijn. Droog natte bakjes eerst af voordat u ze in het
apparaat zet.
Controleer of de deuren niet te vaak worden geopend. Door de deur te openen gaat de vochtigheid
die in de buitenlucht aanwezig is, de koelkast binnen. Hoe vaker de deur geopend wordt, des te sneller
zal het vocht zich ophopen, in het bijzonder als het vertrek zelf erg vochtig is.
Als de kamer erg vochtig is, is het normaal dat in de koelkast de vochtigheidsgraad toeneemt.
Als er water in het ontdooibakje zit:
Dit is normaal als het klimaat warm en vochtig is. Het bakje mag tot de helft vol raken. Controleer of
het apparaat waterpas staat zodat het water niet uit het bakje kan stromen.
De temperatuur van de apparaat is te hoog:
Zijn de bedieningen van de apparaat wel goed ingesteld?
Is er een grote hoeveelheid voedsel in de apparaat geplaatst?
Controleer of de deuren niet te vaak worden geopend en of ze goed sluiten.
Controleer of de luchtopeningen in het apparaat niet verstopt zijn waardoor de circulatie van koude
lucht verhinderd wordt.
Als het gedeelte dat contact maakt met het rubber warm aanvoelt:
Dit is normaal als het klimaat warm is en als de compressor in werking is.
De deuren sluiten niet of gaan niet correct open:
Controleer of de deur niet geblokkeerd wordt door levensmiddelen.
Controleer of de interne onderdelen of de automatische ijsmaker niet verkeerd geplaatst zijn.
Controleer of de deurafdichtingen niet vuil of kleverig zijn.
Verzeker u ervan dat het apparaat perfect horizontaal staat.
De verlichting werkt niet:
Heeft u de beveiligingen en de zekeringen van het elektriciteitsnet in uw woning gecontroleerd?
Zit de stekker van de elektrische voedingskabel wel in een stopcontact met de juiste spanning, en staat
hier spanning op?
Als het lampje is doorgebrand?
Als het lampje is doorgebrand:
1. Altijd de stekker van het apparaat uit het stopcontact halen.
2. Zie het hoofdstuk “Onderhoud en Reiniging”..
OPSPOREN VAN STORINGEN
39
Voordat u contact opneemt met de
klantenservice:
Zet het apparaat opnieuw aan om te zien of het
ongemak is verholpen. Als dit niet het geval is,
schakel het apparaat dan opnieuw uit en herhaal
de handeling na een uur.
Als uw apparaat na de controles in de gids voor
het opsporen van storingen en nadat u het
apparaat opnieuw gestart hebt nog steeds niet
goed werkt, neem dan contact op met de
klantenservice en leg het probleem duidelijk uit.
Geef het volgende door:
het type en het serienummer van het apparaat
(deze zijn te vinden op het
serienummerplaatje).
de aard van de storing,
het model,
het servicenummer (nummer achter het
woord SERVICE op het typeplaatje binnenin
het apparaat),
uw volledige adres,
uw telefoonnummer.
Opmerking:
Het omkeren van de deuren van het
apparaat door onze klantenservice wordt
niet beschouwd als een ingreep die onder
de garantie valt.
KLANTENSERVICE
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

Maytag GC2027NELSI Gebruikershandleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Gebruikershandleiding