Pioneer AVIC 8 DVD Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Pioneer AVIC 8 DVD Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
1
BELANGRIJKE INFORMATIE
INFORMATIE BETREFFENDE UW NIEUWE DVD NAVIGATIE-EENHEID EN
HET GEBRUIK VAN DEZE HANDLEIDING
Het Pioneer DVD navigatie-eenheid is uitsluitend bedoeld als hulp bij het vinden
van de weg naar uw bestemming e.d. U mag het autonavigatiesysteem niet
beschouwen als een vervanging voor uw eigen beoordelingsvermogen en
alertheid tijdens het rijden.
Gebruik het DVD navigatie-eenheid niet wanneer u bijvoorbeeld in noodgevallen
de weg naar een ziekenhuis of politiebureau wilt weten. De wegenkaart bevat
namelijk niet alle informatie betreffende deze diensten.
Bedien het autonavigatiesysteem niet onder omstandigheden waarbij u alle aan-
dacht voor de weg nodig heeft. Neem altijd de plaatselijke verkeersregels en de
vereiste veiligheidsmaatregelen in acht.
In deze handleiding wordt de inbouw van het DVD navigatie-eenheid in uw auto
beschreven. De bediening van het apparaat wordt beschreven in de afzonderlijke
“Bedieningshandleiding” die bij het apparaat wordt geleverd.
ENG/MASTER 96
132
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 132
133
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSMAAT-
REGELEN ................................................ 3
LEES DEZE INFORMATIE
BETREFFENDE UW
DVD NAVIGATIE-EENHEID
ZORGVULDIG DOOR EN BEWAAR
DE INFORMATIE VOOR
EVENTUELE NASLAG ............................ 3
Aansluitingen .............................................. 4
BELANGRIJK .................................................. 4
Alvorens u het apparaat inbouwt ................ 5
Voorkomen van beschadigingen ................ 5
Bijgeleverde accessoires ............................ 5
Aansluiten van de systeemcomponenten .......... 6
Aansluiten van het stroomsnoer (1) .................. 7
Aansluiten van het stroomsnoer (2) .................. 9
Inbouwen .................................................. 10
BELANGRIJK ................................................ 10
Voorkomen van elektromagnetische storing
in het DVD navigatie-eenheid.................. 11
Alvorens het apparaat definitief te
bevestigen ................................................ 11
Alvorens de kleefstroken vast te plakken ........ 11
Inbouwen van het hoofdapparaat .................... 12
-
Opmerkingen betreffende het inbouwen
-
Hoofdapparaat en bijgeleverd
montagemateriaal
-
BELANGRIJK
-
Als de DVD navigatie-eenheid met de linker-
en rechterzijde parallel aan de rijrichting
wordt aangebracht
DIN Voor/Achter montage .............................. 15
DIN Voor-montage .......................................... 15
-
Installatie met de rubber mof
-
Verwijderen van het apparaat
DIN Achter-montage........................................ 16
-
Installatie met gebruikmaking van de
schroefgaten aan de zijkanten van dit
product
Bevestigen van de GPS antenne ...................... 17
-
BELANGRIJK
-
Opmerkingen betreffende het bevestigen
-
GPS antenne en bijgeleverd
montagemateriaal
-
Bevestigen van de antenne binnenin de
auto (op het dashboard of de
hoedenplank)
-
Bevestigen van de antenne aan de
buitenzijde van de auto (op de
carrosserie)
Bevestigen van de afstandsbediening .............. 20
-
Afstandsbediening en bijgeleverde
accessoires
-
Aanbrengen van de batterijen
-
Opmerkingen betreffende de batterijen
-
Behandeling van de afstandsbediening
-
Bij het aanbrengen met dubbelzijdige plak-
band
Bevestigen van de microfoon .......................... 22
-
Opmerkingen betreffende de plaats
voor de microfoon
-
Microfoon en bijgeleverd accessoires
-
Bevestigen van de microfoon op de
zonneklep
-
Bevestigen van de microfoon op de
stuurkolom
-
BELANGRIJK
Nadat het apparaat is ingebouwd ........ 25
2
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
Inhoudsopgave
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 133
134
ENG/MASTER 96
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSMAATREGELEN
3
LEES DEZE INFORMATIE BETREFFENDE UW DVD NAVIGATIE-EENHEID
ZORGVULDIG DOOR EN BEWAAR DE INFORMATIE VOOR EVENTUELE
NASLAG
1. Lees de handleiding zorgvuldig door voordat u het DVD navigatie-eenheid gaat
inbouwen.
2. Bewaar de handleiding voor eventuele naslag in de toekomst.
3. Neem alle waarschuwingsinformatie in acht en volg de instructies nauwkeurig op.
4. Dit DVD navigatie-eenheid is uitsluitend bedoeld als hulp bij het vinden van de
weg naar uw bestemming e.d. U mag het systeem niet beschouwen als een ver-
vanging voor uw eigen beoordelingsvermogen en alertheid tijdens het rijden.
Bedien het DVD navigatie-eenheid niet onder omstandigheden waarbij u alle aan-
dacht voor de weg nodig heeft. Neem altijd de plaatselijke verkeersregels en de
vereiste veiligheidsmaatregelen in acht.
5. Onder bepaalde omstandigheden kan het DVD navigatie-eenheid foutieve infor-
matie op het scherm tonen betreffende de positie van uw auto, de afstand tot
bepaalde plaatsen die u op het scherm ziet en de kompasrichting. Ook heeft het
systeem een aantal beperkingen zoals het ontbreken van informatie over eenrich-
tingswegen, tijdelijke verkeersomleidingen en eventuele gevaarlijke routes. Uw
eigen beoordelingsvermogen heeft daarom te allen tijde voorrang boven de infor-
matie die het systeem geeft.
6. Evenals bij het gebruik van andere accessoires in uw auto dient u erop te letten
dat het DVD navigatie-eenheid niet uw aandacht van de weg afleidt. Indien u
moei-lijkheden heeft bij de bediening van het apparaat of als de informatie op het
beeldscherm niet duidelijk is, parkeer de auto dan op een veilige plaats langs de
weg voordat u het probleem probeert op te lossen.
7. Probeer het autonavigatie-systeem niet zelf in te bouwen of onderhoud aan het
systeem te verrichten. Inbouwen en onderhoud van elektronische apparatuur en
auto-accessoires door personen die niet de vereiste vakopleiding en ervaring
hebben in dit soort werkzaamheden, kan resulteren in een elektrische schok of
een andere gevaarlijke situatie.
8. Tijdens het rijden dient u altijd de veiligheidsgordel te dragen. Bij een ongeluk is
de kans op letsel aanzienlijk groter als u de veiligheidsgordel niet draagt.
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 134
4
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
135
Aansluitingen
BELANGRIJK
Pioneer raadt u af het apparaat zelf in te bouwen of eventueel onderhoud te
verrichten. Bij verkeerd inbouwen of onderhoud bestaat de kans op een elek-
trische schok of een andere gevaarlijke situatie. Laat inbouwen en onder-
houd van het apparaat over aan bevoegd Pioneer servicepersoneel.
Maak alle draden met kabelklemmen of isolatietape vast. Let er tevens op
dat er geen draden bloot liggen.
Boor geen gat in het motorruimteschot om de geel draad van het apparaat
naar de auto-accu te leiden. Door de motortrillingen kan de aangebrachte
isolatie losraken op de plaats waar de draad van het interieur naar de motor-
ruimte loopt, met een gevaarlijke situatie tot gevolg. Zorg ervoor dat u de
draad op de diverse plaatsen stevig vastmaakt.
Wanneer de GPS antennedraad of de microfoondraad zich rond de
stuurkolom of de versnellingspook wikkelt, ontstaat een bijzonder gevaar-
lijke situatie. Let er bij het inbouwen van het apparaat op dat u op geen
enkele wijze gehinderd wordt bij de normale besturing van de auto.
Zorg ervoor dat de draden de beweging van de diverse onderdelen van de
auto zoals de versnellingspook, de handrem of het stoelverschuivingsmecha-
nisme niet hinderen.
Laat de draden niet langs plaatsen lopen waar deze blootgesteld worden aan
hoge temperaturen. Als de isolatie van de draden erg warm wordt, kunnen
de draden beschadigd raken met kortsluiting tot gevolg.
Maak de GPS antennedraad niet korter en ook niet langer. Wijzigen van de
antennedraad kan resulteren in kortsluiting.
Maak ook geen enkele andere draad korter. Het is anders mogelijk dat het
beveiligingscircuit niet juist werkt.
Tap nooit stroom af van de stroomtoevoerdraad van het DVD navigatie-een-
heid voor de voeding van andere elektronische apparatuur.
De stroomcapaciteit van de draad kan overschreden worden, met oververhit-
ting tot gevolg.
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 135
Alvorens u het apparaat inbouwt
Dit apparaat is bestemd voor inbouw in voertuigen met een negatief geaarde 12-volts
accu. Alvorens u het installeert in een auto, bus, vrachtwagen of ander voer- of vaartuig,
dient u eerst te kontroleren of de accuspanning de juiste is.
Voorkomen van beschadigingen
Bijgeleverde accessoires
InterstekkerStekkerStroomsnoer
Geen ACC stand
ACC stand
O
N
S
T
A
R
T
O
F
F
A
C
C
O
N
S
T
A
R
T
O
F
F
Wanneer u een stekker lostrekt, pak
dan de stekker zelf vast. Trek niet aan
de draad, want het is mogelijk dat u
deze uit de stekker trekt.
Bij inbouw van dit apparaat in een auto
waarvan het kontaktslot geen “ACC”
stand heeft, dient u de rode stroom-
draad van dit apparaat aan te sluiten op
een aansluitpunt waarvan de stroom
wordt in- en uitgeschakeld door
ON/OFF zetten van het kontakt-
sleuteltje. Als u deze stroomdraad
aansluit op een punt dat altijd stroom
krijgt, kan de accu leegraken als u de
auto enkele uren ongebruikt laat.
Om kortsluiting te voorkomen dient u
de losgekoppelde draad af te dekken
met isolatieband.
Om kortsluiting te vermijden, dient u
vooral voor het installeren de
negatieve (-) accukabel los te maken.
5
Aansluitingen
ENG/MASTER 96
136
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 136
6
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
137
Aansluiten van de systeemcomponenten
Dit product
Stroomsnoer
Zie blz. 7-9.
Naar beeldschermeenheid
(bijv. AVD-W6010)
RGB kabel
(meegeleverd met het display)
Microfoon
Zie blz. 22.
GPS antenne
Zie blz. 17.
Antenne-
aansluiting
15 cm
1 m
6 m
5 m
RGB ingang
Verborgen eenheid
Interstekker
(meegeleverd)
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 137
7
Aansluitingen
ENG/MASTER 96
138
Aansluiten van het stroomsnoer (1)
Draad van snelheidsdetectiecircuit
Motormanagementsysteem
Stekker
Aansluitmethode
Opmerking: De plaats waar het snelheids-
detectiecircuit zich bevindt, hangt af van het
automodel. Zie voor nadere bijzonderheden
de hierop betrekking hebbende documentatie
van Pioneer. Wanneer u het systeem
inbouwt in een auto die niet in de documen-
tatie wordt vermeld of waarbij het systeem
niet op het snelheidsdetectiecircuit kan wor-
den aangesloten, dient u de ND-PG1 snel-
heidspulsgenerator (los verkrijgbaar) op de
roze draad aan te sluiten.
Opmerking: De plaats waar de handrem-
schakelaar zich bevindt, hangt af van het
automodel. Zie het instructieboekje van de
auto of vraag uw autodealer.
Roze (RIJSNELHEIDSSIGNAAL)
Via deze draad wordt het rijsnelheidssignaal aan het autonavi-
gatiesysteem doorgegeven. U dient de draad te verbinden met
het snelheidsdetectiecircuit van de auto of met de ND-PG1
snelheidspulsgenerator (los verkrijgbaar). Indien deze
verbinding niet wordt gemaakt, bestaat er een grotere kans dat
de voertuigpositie foutief op het scherm wordt aangegeven.
Lichtgroen
Via deze draad wordt de stand van de handrem
(aangetrokken/ontspannen) aan het autonavigatiesysteem
doorgegeven. De draad moet verbonden worden met de stroom-
aansluiting van de handremschakelaar. Als deze verbinding
verkeerd wordt gemaakt of niet wordt gemaakt, zullen som-
mige functies van het autonavigatiesysteem niet werken.
Laat het verlengsnoer en de
draad van het snelheidsdetec-
tiecircuit op de afgebeelde
wijze door de stekker lopen.
Maak de stekker-
helften met een
kabeltang dicht.
Maak het dekseltje
dicht.
Klem de stroomdraad van
de handremschakelaar in
de stekker vast.
Maak de stekkerhelften met
een kabeltang dicht.
Aansluitmethode
Stroomdraad
Massadraad
Handremschakelaar
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 138
8
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
139
Opmerking:
Snoeren voor dit product en overeenkomende sno-
eren voor andere producten hebbern mogelijk ver-
schillende kleuren ookal is de functie van de sno-
eren hetzelfde. Zie voor het verbinden van dit prod-
uct met een ander product daarom de installatichan-
dleiding van beide producten en verbind de snoeren
met dezelfde functie met elkaar.
Dit product
Stroomsnoer
Zwart, oranje/wit, rood, geel
Zie blz 9.
Geel/zwart
Wanneer u het autonavigatiesysteem in combinatie met een Pioneer
car-stereo installatie gebruikt en de car-stereo van geel/zwarte draden
is voorzien, sluit u die draden hierop aan. Wanneer het auto-navi-
gatiesysteem dan gesproken instructies geeft of als u het systeem via
spraak bedient, zal het geluid van de car-stereo automatisch gedempt
worden.
Aansluitmethode
Klem de draad van het
achteruitrijlicht in de
stekker vast.
Maak de stekkerhelften
met een kabeltang dicht.
Paars/wit (ACHTERUITVERSNELLING-SIGNAAL)
Via deze draad wordt aan het navigatiesysteem
doorgegeven of de auto vooruit of achteruit rijdt. U dient
de paars/witte draad te verbinden met de draad waarvan
de spanning verandert wanneer de schakelhendel in de
Achteruit wordt gezet. De draad moet verbonden worden
met de primaire draad van het achteruitrijlicht. Als deze
niet is aangesloten, zal de sensor die in de eenheid is
aangebracht bepalen of de auto voor- of achteruit rijdt.
Zekeringweerstand
Kijk waar het achteruitrijlicht van uw auto
is (het licht dat gaat branden wanneer de
schakelhendel in de achteruit [R] wordt
gezet) en zoek de draad van het achteruitri-
jlicht in de kofferruimte.
Draad van
achteruitrijlicht.
Opmerking : Als de ND-PG 1 snelheidsimpulsgenerator
(afzonderlijk verkrijgbaar) wordt gebruikt, moet erop wor-
den gelet dat deze wordt aangesloten.
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 139
9
Aansluitingen
ENG/MASTER 96
140
Aansluiten van het stroomsnoer (2)
Dit product
Stroomsnoer
Zwart
Naar een metalen gedeelte van de carrosserie. Zoek een
massapunt in de buurt van het hoofdapparaat om
elektromagnetische storingen veroorzaakt door de car-
rosserie te vermijden.
Opmerking: Bij het vervangen
van de zekering mag u uitsluitend
een zekering gebruiken met het
amperage aangegeven op de
zekeringhouder.
Opmerking: De gele, rode en oranje/witte draden
moeten verbonden worden met de aansluitingen ná
de zekeringenkast van de accu.
Zekeringhouder (7.5 A)
Zekeringweerstand
Zekeringweerstand
Geel/zwart, paars/wit, roze, lichtgroen
Zie blz. 7-8.
Geel
Naar een aansluiting die altijd van stroom voorzien
wordt, ongeacht de stand van het contactslot.
Rood
Naar een aansluiting waarvan de stroomtoevoer
geregeld wordt door de ON/OFF instelling van het con-
tactslot (12 V gelijkstroom).
Sluit deze draad niet aan op een aansluiting die voort-
durend van stroom voorzien wordt. Indien u dit wel doet
kan de accu-accu leeglopen.
Oranje/wit
Naar de aansluiting van de lichtschakelaar.
Opmerking:
Snoeren voor dit product en overeenkomende sno-
eren voor andere producten hebbern mogelijk ver-
schillende kleuren ookal is de functie van de snoeren
hetzelfde. Zie voor het verbinden van dit product met
een ander product daarom de installatichandleiding
van beide producten en verbind de snoeren met
dezelfde functie met elkaar.
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 140
Inbouwen
10
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
141
BELANGRIJK
Pioneer raadt u af het apparaat zelf in te bouwen of eventueel onderhoud te
verrichten. Bij verkeerd inbouwen of onderhoud bestaat de kans op een elek-
trische schok of een andere gevaarlijke situatie. Laat inbouwen en onder-
houd van het apparaat over aan bevoegd Pioneer servicepersoneel.
Monteer het apparaat nooit op een plaats waar:
* Het apparaat letsel kan toebrengen aan de bestuurder of de passagiers
wanneer plotseling hard geremd wordt.
* Het apparaat de bestuurder kan hinderen bij het besturen van de auto
(bijv. op de vloer vóór de bestuurdersstoel).
Controleer of er niets achter het dashboard of de panelen zit wanneer u
hierin gaten gaat boren. Wees voorzichtig dat u geen brandstofleidingen,
remleidingen of stroomkabels beschadigt.
Wanneer u schroeven gebruikt, let er dan op dat deze niet in contact komen
met de elektrische bedrading. De bedrading zou beschadigd kunnen raken
door de voertuigtrillingen, wat kan leiden tot kortsluiting of andere storin-
gen.
Gebruik de bijgeleverde onderdelen op de voorgeschreven wijze zodat het
apparaat juist wordt ingebouwd. Indien u andere onderdelen gebruikt, kunt
u beschadigingen aan het apparaat veroorzaken of het apparaat kan losra-
ken.
Wanneer de GPS antennedraad of de microfoondraad zich rond de stuur-
kolom of de versnellingspook wikkelt, ontstaat een bijzonder gevaarlijke sit-
uatie. Let er bij het inbouwen van het systeem op dat u op geen enkele wijze
gehinderd wordt bij de normale besturing van de auto.
Zorg ervoor dat de draden niet loshangen en geraakt kunnen worden door
een portier of stoelverschuivingsmechanisme, met eventueel kortsluiting tot
gevolg.
Controleer nadat u het DVD navigatie-eenheid heeft ingebouwd of de andere
apparatuur in uw auto naar behoren werkt.
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 141
Voorkomen van elektromagnetische storing in het DVD navigatie-eenheid
Om geluiden te voorkomen moeten de volgende voorwerpen zo ver mogelijk van het
hoofdapparaat van de DVD navigatie-eenheid alsmede andere kabels en draden worden
geplaatst:
- TV-antenne en antennekabel
- FM-, MG-/LG-antenne met de kabel
- GPS-antenne met de kabel
Bovendien moeten de diverse antennekabels zo ver mogelijk van elkaar worden aange-
bracht. Ze mogen niet samen worden bevestigd of elkaar kruisen.
Bij elektromagnetische storingen is de kans groter dat de voertuigpositie foutief op het
scherm wordt aangegeven.
Alvorens het apparaat definitief te bevestigen
Raadpleeg uw dichtstbijzijnde dealer als het voor het installeren van het apparaat nodig
blijkt gaten te boren, of andere wijzigingen aan te brengen aan de auto.
Voor u het apparaat definitief installeert, is het raadzaam eerst alle aansluitingen tijdelijk
te maken om te kontroleren of alles naar behoren funktioneert, zodat u later niet voor
verrassingen komt te staan.
Alvorens de kleefstroken vast te plakken
Zorg dat het oppervlak waarop u de kleefstrook gaat aanbrengen droog is en vrij van
stof, olie, vet enz.
11
Inbouwen
ENG/MASTER 96
142
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 142
12
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
143
Inbouwen van het hoofdapparaat
Opmerkingen betreffende het inbouwen
Monteer het hoofdapparaat niet op een plaats waar het apparaat blootgesteld staat aan
hoge temperaturen of vocht, zoals:
* In de buurt van verwarmingsroosters.
* Op plaatsen blootgesteld aan direct zonlicht, zoals op het dashboard of op de hoeden-
plank.
Op plaatsen waar water op het apparaat terecht kan komen, zoals dicht in de buurt van
een portier.
De degelijkheid van de inbouw hangt af van de auto waarin het apparaat wordt inge-
bouwd en de inbouwplaats. Kies een plaats uit waar u het apparaat stevig kunt bevesti-
gen en monteer het apparaat zorgvuldig. Als het apparaat niet stevig is bevestigd, bestaat
er een grotere kans dat de voertuigpositie foutief op het scherm wordt aangegeven.
Monteer het apparaat niet op de afdekplaat van het reservewiel of op andere plaatsen die
blootgesteld worden aan sterke trillingen.
Als het apparaat onder een van de voorstoelen wordt gemonteerd, let er dan goed op dat
het apparaat niet de schuifbeweging van de stoel hindert.
Monteer het apparaat niet op een plaats waar er voorwerpen op kunnen vallen. Bij harde
schokken is de kans groter dat de voertuigpositie foutief op het scherm wordt
aangegeven.
Monteer het apparaat niet op een plaats waar dit kan hinderen bij de toegang tot het
reservewiel, de krik, gereedschappen enz.
Controleer of er voldoende plaats is om een disc of een PC-kaart in het apparaat te
steken en eruit te nemen.
Monteer het apparaat onder een hoek van maximaal +30 tot -15 graden (maximaal 5
graden naar links of rechts van de rijrichting van uw auto). Als het apparaat te schuin
wordt gemonteerd, is de kans groter dat de voertuigpositie foutief op het scherm wordt
aangegeven.
Monteer het apparaat niet verticaal. Het apparaat zal dan niet juist
functioneren.
5°
5°
30
15°
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 143
Hoofdapparaat en bijgeleverd montagemateriaal
13
Inbouwen
ENG/MASTER 96
144
Houder
Verwijdersleutels
(2 stuks)
Schroef
Dit product
Rubbermof Bevestigingschroef
(5 × 6 mm)
(4 stuks)
Schroef met platte kop
(5 × 6 mm)
(4 stuks)
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 144
14
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
145
BELANGRIJK
DVD navigatie-eenheid met de linker- en rechterzijde loodrecht op of even-
wijdig aan de rijrichting van de auto aanbrengen. Niet diagonaal ten
opzichte van de rijrichting aanbrengen, anders wordt de standplaats ver-
keerd aangegeven.
Als de DVD navigatie-eenheid met linker- en rechterzijde parallel aan de
rijrichting wordt aangebracht, moet de richtingshendel worden verwisseld
en de bevestigingsbout aan de zijde “” worden aangebracht, anders werkt
de G-sensor in de DVD navigatie-eenheid niet correct.
Als de DVD navigatie-eenheid met de linker- en rechterzijde parallel aan de
rijrichting wordt aangebracht
Als de DVD navigatie-eenheid met de linker- en rechterzijde parallel aan de rijrichting
wordt aangebracht, moet de bevestigingsscrhroef onder de DVD navigatie-eenheid worden
verwijderd en moet de richtingshendel worden omgezet. Vervolgens moet de montage-
plaats van de bevestigingsbout van de “
” zijde in de “” zijde worden gewijzigd. Als de
bout aan de “
” zijde wordt aangebracht, werkt de G-sensor in de DVD navigatie-eenheid
niet correct.
1. Verwijderen van de borgbout op de richtingshendel.
2. Mueva la palanca y fije el tornillo de montaje en el lado “”.
Rijrichting van de
auto
Rijrichting van de
auto
Rijrichting van de
auto
Voorzijde
Voorzijde
Voorzijde Voorzijde
(Loodrecht)
Montageplaats
van de bevestig-
ingsbout
” side
(Parallel)
Montageplaats
van de bevestig-
ingsbout
” side
Borgbout
Borgbout
Onder de DVD navigatie-eenheid
Richtingshendel aanbrengen Richtingshendel aanbrengen
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 145
15
Inbouwen
ENG/MASTER 96
146
DIN Voor/Achter montage
Dit product kan naar keuze aan de voorkant (conventionele DIN voor-montage) of aan de
achterkant (DIN achter-montage, met gebruikmaking van de schroefgaten aan de zijkanten
van het chassis) bevestigd worden. Voor details hieromtrent dient u de hiernavolgende
geïllustreerde installatie voorbeelden te raadplegen.
DIN Voor-montage
Installatie met de rubber mof
Verwijderen van het apparaat
182
53
Nadat u de houder in het dashboard hebt geplaatst,
kiest u de juiste lipjes voor de dikte van het dash-
board-materiaal en buigt u deze om.
(Plaats zo stevig als mogelijk met gebruik van de
boven- en onderlipjes. Buig de lipjes 90 graden
om te vergrendelen.)
Rubber mof
Schroef
Dashboard
Houder
Steek de bijgeleverde verwijdersleutels in het appa-
raat, zoals in de afbeelding aangegeven, tot ze op hun
plaats vastklikken. Houd de sleutels tegen de zijkan-
ten van het apparaat aangedrukt en trek het apparaat
naar buiten.
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 146
DIN Achter-montage
Installatie met gebruikmaking van de schroefgaten aan de zijkanten van dit product
Vastmaken van dit product aan de bevestigingsbeugel.
Kies een positie waar de schroefgaten van de beugel en de
schroefgaten van dit product in een lijn liggen (passen) en
draai de schroeven op 2 plaatsen aan elke kant vast.
Gebruik bevestigingschroet (5 × 6 mm) of schroeven met
platte kop (5 × 6 mm), afhankelijk van de vorm van de
schroefgaten in de beugel.
16
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
147
Schroef
Dashboard of console
Bevestigingsbeugel
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 147
17
Inbouwen
Bevestigen van de GPS antenne
BELANGRIJK
Maak de GPS antennedraad niet korter en ook niet langer. Wijzigen van de
antennedraad kan resulteren in kortsluiting.
Opmerkingen betreffende het bevestigen
Indien u de GPS antenne binnenin de auto aanbrengt, gebruik dan het metalen plaatje dat
bij het systeem wordt geleverd. Als dit plaatje niet gebruikt wordt, zal de ontvangst-
gevoeligheid onbevredigend zijn.
Maak het bijgeleverde metalen plaatje niet kleiner, aangezien dit resulteert in een lagere
gevoeligheid van de GPS antenne.
Trek niet aan de antennedraad wanneer u de GPS antenne wilt verwijderen. De magneet
van de antenne is erg krachtig en u zou de draad kunnen lostrekken van de antenne.
De GPS antenne wordt bevestigd met behulp van de magneet. Let er bij het bevestigen
van de GPS antenne op dat u geen krassen op de carrosserie veroorzaakt.
Wanneer u de GPS antenne op de buitenzijde van de auto heeft aangebracht, dient u
deze los te maken en in de auto te leggen voordat u door een autowasserette rijdt. Indien
dit wordt verzuimd, kan de antenne losraken en krassen op de carrosserie veroorzaken.
Verf de GPS antenne niet, aangezien dit de prestatie van de antenne beïnvloedt.
De antenne dient op een zo horizontaal
mogelijk oppervlak te worden beves-
tigd op een plaats waar de ontvangst
van de radiogolven zo min mogelijk
wordt gehinderd. De antenne kan de
radiogolven van de satelliet alleen ont-
vangen als er geen obstakel tussen de
antenne en de satelliet is.
Het verdient aanbeveling de antenne
op het dak of op het kofferdeksel van
de auto te bevestigen.
ENG/MASTER 96
148
Dashboard
Dak
Hoedenplank
Kofferdeksel
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 148
GPS antenne en bijgeleverd montagemateriaal
Bevestigen van de antenne binnenin de auto
(op het dashboard of de hoedenplank)
Bevestig het metalen plaatje op een zo horizonvaal mogelijke ondergrond op een plaats
waar de GPS antenne de golven van buitenaf kan ontvangen. Plaats de GPS antenne op het
metalen plaatje. (De GPS antenne heeft een magneet aan de onderzijde.)
Opmerking:
Let er bij het aanbrengen van het metalen plaatje op dat niet in kleine onderdelen wordt gesneden.
De ruiten van sommige auto's laten de signalen van de GPS satellieten niet door. In dat geval dient
u de GPS antenne aan de buitenzijde van de auto te bevestigen.
Waterbestendig
isolatieblokje
Klem (5 stuks)Metalen plaatjeGPS antenne
18
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
149
GPS antenne
Metalen plaatje
Verwijder het beschermvel aan
de onderkant van het plaatje.
Zorg dat het oppervlak waarop
u het metalen plaatje gaat aan-
brengen, droog is en vrij van
stof, olie, vet enz.
Opmerking: De onderkant
van het metalen plaatje bevat
een sterk kleefmiddel, dat het
dashboard kan beschadigen
wanneer u het plaatje verwi-
jdert.
Klemmen
Gebruik de klemmen om de draad
op de vereiste plaatsen tegen het
interieur van de auto te bevestigen.
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 149
19
Inbouwen
Bevestigen van de antenne aan de buitenzijde van de auto (op de carrosserie)
Bevestig de GPS antenne op een zo horizonvaal mogelijke ondergrond zoals op het dak of
kofferdeksel. (De GPS antenne heeft een magneet aan de onderzijde.)
ENG/MASTER 96
150
GPS antenne
De antennedraad via de bovenzijde van het
portier naar binnen leiden
Maak een U-vorige lus in de draad
voordat u deze naar binnen leidt,
om te voorkomen dat regenwater
langs de draad in de auto druppelt.
Klemmen
Gebruik de klemmen
om de draad op de
vereiste plaatsen tegen
het interieur van de
auto te bevestigen.
De antennedraad via het kofferdeksel naar binnen leiden
Klemmen
Gebruik de klemmen
om de draad op de
vereiste plaatsen tegen
het interieur van de auto
te bevestigen.
Rubber afdichtstrip
Waterbestendig isolatieblokje
Zorg dat het waterbestendig
isolatieblokje bij het sluiten
van het kofferdeksel op de
rubber afdichtstrip valt.
Maak een U-vormige lus in
de draad voordat u deze over
de rubber afdichtstrip leidt,
om te voorkomen dat regen-
water langs de draad in de
auto druppelt.
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 150
Bevestigen van de afstandsbediening
Afstandsbediening en bijgeleverde accessoires
Aanbrengen van de batterijen
BELANGRIJK
Zorg ervoor dat u de batterijen in de juiste richt-
ing aanbrengt, aan de hand van de + en - mark-
eringen op de afbeelding.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen tegelijker-
tijd.
Gebruik geen verschillende typen batterijen door
elkaar. Ook batterijen van hetzelfde formaat kun-
nen een andere spanningsafgifte hebben.
Verwijder de batterijen wanneer de afstandsbediening gedurende lange tijd
buiten gebruik zal zijn.
Als een batterij heeft gelekt, maak het batterijvak dan eerst zorgvuldig
schoon alvorens u nieuwe batterijen aanbrengt.
De bijgeleverde batterijen zijn niet oplaadbaar; probeer het niet uit.
Ter vervanging is het aanbevolen alkalinebatterijen te gebruiken.
Voer gebruikte batterijen af in overeenstemming met de overheidsbepalingen
of openbare milieuverordeningen die in uw gebied/land van toepassing zijn.
Behandeling van de afstandsbediening
Zorg dat de afstandsbediening niet is blootgesteld aan hoge temperaturen of direct zon-
licht. Wanneer de afstandsbediening langere tijd aan hoge temperaturen of direct zon-
licht is blootgesteld, kan deze vervormen, verkleuren of defect raken.
Vervang de batterijen wanneer het funktioneren van de afstandsbediening afneemt.
Bij dit product zijn batterijen
geleverd. Wanneer deze leeg
zijn, moet u ze niet weggooien
maar inleveren als KCA.
Verwijder de batterij-afdekking en breng twee alkaline
(UM-4, AAA, LR03, 1.5V) batterijen aan. Zie voor
meer informatie de “Bedieningshandleiding”.
Dubbelzijdig plak-
band (groot)
HouderAlkalibatterij
(UM-4, LR03 1,5 V)
(2 stuks)
Afstandsbediening
20
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
151
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 151
21
Inbouwen
Bij het aanbrengen met dubbelzijdige plakband
Bevestig de steun met behulp van de dubbelzijdige plakband (breed) uit de set.
Horizontale montage
Fijación en posición elevada
ENG/MASTER 96
152
Afstandsbediening
Houder
Dubbelzijdige plakband (breed)
Verwijderen
(mag niet worden
gebruikt)
Afstandsbediening
Houder
Dubbelzijdige plakband (breed)
Verwijderen
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 152
Bevestigen van de microfoon
Opmerkingen betreffende de plaats voor de microfoon
Monteer de microfoon op een plaats en in de richting waarin deze het stemgeluid van de
persoon die het systeem via spraak bedient goed kan opvangen.
Microfoon en bijgeleverde accessoires
Klemmen
(5 stuks)
Dubbelzijdig plakband
(klein)
MicrofoonclipMicrofoon
22
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
153
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 153
23
Inbouwen
Bevestigen van de microfoon op de zonneklep
1. Monteer de microfoon in de microfoonclip.
2. Monteer de microfoonclip op de zonneklep.
Bevestig de microfoonclip op de omhooggeklapte zonneklep. (Bij het omlaagklappen van
de zonneklep zal het stemherkenningsvermogen van de microfoon afnemen.)
ENG/MASTER 96
154
Microfoon
Microfoonclip
Microfoonclip
Klemmen
Gebruik de klemmen om
de draad op de vereiste
plaatsen tegen het
interieur van de auto te
bevestigen.
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 154
Bevestigen van de microfoon op de stuurkolom
1. Monteer de microfoon in de microfoonclip.
2. Bevestig de microfoonclip op de stuurkolom.
BELANGRIJK
Wanneer de microfoondraad zich rond de stuurkolom of de versnellingspook
wikkelt, ontstaat een bijzonder gevaarlijke situatie. Let er bij het aanbren-
gen van de microfoon op dat u op geen enkele wijze gehinderd wordt bij de
normale besturing van de auto.
24
ENGLISH ESPAÑOL DEUTSCH FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
ENG/MASTER 96
155
Microfoon
Microfoonclip
Laat de microfoondraad via de
groef lopen.
Dubbelzijdig plakband
Bevestig de microfoonclip
op de bovenkant van de
stuurkolom.
Klemmen
Gebruik de klemmen om
de draad op de vereiste
plaatsen tegen het
interieur van de auto te
bevestigen.
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 155
25
Nadat het apparaat is ingebouwd
1. Sluit de accu aan.
Controleer nogmaals of alle aansluitingen op de juiste wijze zijn gemaakt en het apparaat
correct is ingebouwd. Monteer de auto-onderdelen die u bij het inbouwen van het apparaat
heeft verwijderd. Sluit tot slot de massakabel (–) weer op de massapool (–) van de accu
aan.
2. Start de motor.
3. Druk op de terugsteltoets van het apparaat.
Druk met een spits voorwerp zoals de punt van een pen op de terugsteltoets van het appa-
raat.
4. Neem het autonavigatiesysteem in gebruik.
Zie de “Bedieningshandleiding” van het DVD navigatie-eenheid voor nadere bijzonderhe-
den.
ENG/MASTER 96
156
Terugsteltoets
CRD3456A/132-158/DUT 5/15/01 11:08 PM Page 156
1/158