13
Blokkeren van het bedieningspaneel
Met deze functie kunt u de bedieningen van de kookplaat blokkeren om te voorkomen dat de plaat per
ongeluk wordt ingeschakeld. Om de blokkering van het bedieningspaneel te activeren, schakelt u de
kookplaat in en houdt u de Kookwekker-toets drie seconden ingedrukt; een geluidssignaal en een
lichtpuntje naast het hangslotsymbool geven aan dat de functie ingeschakeld is. Het bedieningspaneel is
geblokkeerd, met uitzondering van de uitschakelfunctie. Om de blokkering uit te schakelen herhaalt u de
procedure voor het inschakelen. Het lichtpuntje gaat uit en de kookplaat is weer actief.
De aanwezigheid van water, vloeistof die overgekookt is uit de pannen of voorwerpen die op de toets onder
het symbool worden gezet, kunnen ertoe leiden dat de blokkering van het bedieningspaneel onbedoeld
geactiveerd of gedeactiveerd wordt.
Kookwekker
De kookwekker kan gebruikt worden om de kooktijd in te stellen tot maximaal 99 minuten (1
uur en 39 minuten) voor alle kookzones.
Selecteer de kookzone die u wilt gebruiken met de kookwekker en druk op de Kookwekker-
toets. Een geluidstoon geeft aan dat de functie ingeschakeld is (zie de afbeelding). Op het display
verschijnt “00” en het ledlampje gaat branden. Het aantal minuten kan worden verhoogd en
verlaagd door de toetsen “+” en “-” van de schuifknopfunctie ingedrukt te houden. Wanneer de ingestelde
tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en wordt de kookzone automatisch uitgeschakeld. Om de
kookwekker uit te schakelen houdt u de Kookwekker-toets minimaal 3 seconden ingedrukt.
Om de kookwekker voor een andere zone in te stellen, herhaalt u de bovengenoemde stappen. Het
kookwekkerdisplay toont altijd de kookwekker voor de geselecteerde zone, of de kortste kookwekker.
Druk op de selectietoets voor de kookzone waarvoor de kookwekker is ingesteld om deze te wijzigen of uit
te schakelen.
WAARSCHUWINGEN OP HET BEDIENINGSPANEEL.
Restwarmte-indicator
De kookplaat heeft voor iedere kookzone een restwarmte-indicator. Deze indicator signaleert
welke kookzones nog warm zijn.
Als het display “H” weergeeft, is de kookzone nog heet. Als deze signalering voor de zone wordt
gegeven is het bijvoorbeeld mogelijk een gerecht warm te houden of boter te laten smelten
Wanneer de kookzone afkoelt, gaat het display uit.
Indicator ‘verkeerde pan of geen pan’.
Als u een pan gebruikt die niet geschikt is, die verkeerd geplaatst is of niet de juiste afmeting heeft
voor uw inductiekookplaat, dan verschijnt de indicatie “geen pan” op het display (zie de afbeelding
hiernaast). Als er binnen 60 seconden geen pan gedetecteerd wordt, gaat de kookplaat uit.
Snelkookfunctie (Booster)
Deze functie, die alleen aanwezig is bij bepaalde kookzones, maakt het mogelijk om het maximale
vermogen van de kookplaat te gebruiken (bijvoorbeeld om water zeer snel aan de kook te brengen). Om de
functie in te schakelen drukt u op de “+” toets tot “P” op het display verschijnt. Na 10 minuten gebruik van
de booster-functie stelt het apparaat de zone automatisch in op stand 9.
“Power management” (functie indien beschikbaar)
Met de functie “Power management” kan de gebruiker het maximale vermogen van de kookplaat instellen,
op basis van de eigen wensen.
Deze instelling kan op willekeurig welk moment gekozen worden en wordt
gehandhaafd tot de volgende wijziging.
Wanneer het maximaal gewenste vermogen wordt ingesteld, regelt de
kookplaat automatisch de verdeling over de verschillende kookzones, waarbij gegarandeerd wordt dat de drempel
nooit overschreden wordt, met bovendien het voordeel dat alle zones tegelijkertijd beheerd kunnen worden,
zonder problemen van overbelasting.
Er worden 4 maximale vermogensniveaus op het display weergegeven:
2,5 – 4,0 – 6,0 – 7,2 kW (7,2 kW wordt beschouwd als maximaal vermogen van de kookplaat)
Op het moment van aanschaf van de kookplaat is deze ingesteld op het maximumvermogen
Na het aansluiten van het apparaat op het stopcontact is het de eerste 60 seconden mogelijk het gewenste
vermogensniveau in te stellen door de volgende punten uit te voeren:
Gebruiksaanwijzing