Dunstesse
AEF 3150 W
AEF 3150 S
AEF 3150 F
AEF 3150 G
AEF 3150 T
Teleskop-Kamine
GZE 3048
GZE 3049
GZE 3104
GZE 3103
GZE 3157
GZE 3156
GZE 0036
GZE 0037
GZE 0038
GZE 0039
3.6 - Flambeer nooit onder de wasemkap.
3.7 - Houd een frituurpan voortdurend in het
oog, voorverhitte olie is licht ontvlam-
baar.
3.8 - Trek de stekker uit het stopcontact
voordat u aan het onderhoud begint.
3.9 - Indien in hetzelfde vertrek naast de
wasemkap andere, niet electrische ap-
paraten worden gebruikt (bv. appa-
raten die op gas werken), moet voor
voldoende luchtafvoer gezorgd worden.
4 - MONTAGE
Om de montage te vergemakkelijken zijn de
handelingen in de volgende vijf stappen ver-
deeld, die achtereenvolgens moeten worden
uitgevoerd.
4.1 - Montage van de bevestigingsbeugels en
spatscherm.
4.2 - Montage van de wasemkap
4.3 - Electrische aansluiting en controle van de
diverse functies.
4.4 - Montage van de afvoer.
4.5 - Montage van de teleskopische schouw.
4.1 - Montage van de bevestigingsbeugels en
spatscherm (zie fig. 2 a-b)
1 - Teken vanuit het midden van de kookplaat
een loodrechte verticale lijn naar het plafond.
2 - Positie van bevestigingsbeugel 1:
a - Plaats beugel 1 tegen de muur; het mid-
delpunt van de beugel moet samenvallen met
de loodlijn. De afstand tussen de beugel en
de kookplaat hangt af van het gebruik van
een spatscherm:
1 - Zonder spatscherm = minimale hoogte d=
830 mm.
2 - Met spatscherm (fig.2), d=180 + H mm,
waarbij H de hoogte is van het zichtbare
gedeelte van het spatscherm wegens de
verscheidene soorten der beschikbare
spatschermen, moet deze maat direct op het
gekozen spatscherm gemeten worden.
WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat
bevestigingsbeugel 1 horizontaal ge-
monteerd wordt. Het zal echter mogelijk
zijn, de positie te veranderen door
middel van de regelingschroeven van de
wasemkap (par. 4.2).
b - Markeer het middelpunt der boorgaten
van de beugel op de muur.
c - Boor met een Ø 8 mm boor de gaten op
de gemarkeerde punten. De beugel met twee
Ø 8 pluggen en de meegeleverde schroeven
bevestigen.
3 - Positie van bevestigingsbeugel 2:
a - Plaats beugel 2 tegen de muur, het
middelpunt van de beugel moet met de
loodlijn samenvallen. De afstand tussen de
plank van zijn gaten en het onderste gedeelte
Deel I MONTAGE
INSTRUCTIES
1 - ALGEMEEN
Deze wasemkap is bestemd voor bevestiging
aan de muur boven een kookplaat. Naast
aansluiting op een afvoerkanaal naar buiten
kan deze wasemkap ook als recirculatie-
wasemkap worden gebruikt.
Gezien de complexiteit van de wasem-
kap bevelen wij de installatie door een
vakman aan. Indien de montage van
deze wasemkap onjuist en niet volgens
de regels is uitgevoerd, wijst de pro-
ducent elke verantwoordelijkheid voor
eventueel ontstane schade af.
2 - ONDERDEELEN
2.1 - Wasemkap (zie fig. 1)
- één wasemkap C met motor, verlichting en
bedieningspaneel
- één bevestigingsbeugel 1
- één plastic zakje met schroeven en pluggen
2.2 - Teleskopische schouw (zie fig. 1a)
- één telescopische bovenstuk S
- één teleskopische onderstuk I
- twee uitlaatroosters D
- één luchstroomgeleider voor de afvoer naar
buiten A
- één luchtstroomgeleider voor de recircula-
tie F
- één verlengstuk luchtstroomgeleider voor
de recirculatie P
- drie bevestigingsbeugels 2,3,4
- één zakje met schroeven en pluggen
2.3 - Als accessoire apart verkrijgbaar:
- één muurplaat B
3 - VEILIGHEIDS-
MAATREGELEN
3.1 - De wasemkap mag niet worden aange-
sloten op afvoerkanalen van verbran-
dingsapparaten b.v. geisers, boilers en
centrale verwarmingsinstallaties.
3.2 - Controleer of de netspanning overeen-
komt met de technische gegevens
binnenin de wasemkap.
3.3 - De wasemkap aan de netspanning
aansluiten door een tweepolige scha-
kelaar met contactopeningen van min-
stens 3mm toe te voegen.
3.4 - Verzeker u ervan dat het electrische net
de juiste aarding waarborgt.
3.5 - Plaats de wasemkap minstens 65 cm
boven het kookvlak.
van de wasemkap moet 266 mm zijn.
b - Markeer het middelpunt der twee boor-
gaten van de beugel.
4 - Positie van bevestigingsbeugel 3:
a - Plaats bevestigingsbeugel 3 tegen de
muur; het middelpunt van de beugel moet
samenvallen met de loodlijn, de afstand X
zoals in figuur 2a en 2b komt overeen met
de hoogte van het meegeleverde bovenste
schouwelement S van de wasemkap. De maat
X kan verscheidene waarden hebben, volgens
de verschillende verkrijgbare soorten van het
bovenste schouwelement.
b - Markeer het middelpunt der boorgaten
van beugel 3 op de muur.
5 - Positie van bevestigingsbeugel 4:
a - Plaats bevestigingsbeugel 4 tegen de
muur aan een afstand van ongeveer 1 à 2
mm van het plafond of van de bovenste grens;
het middelpunt van de beugel moet
samenvallen met de loodlijn.
b - Markeer de twee gaten van de beugel op
de muur.
6 - Boor met een Ø 8 mm boor alle gemarkeerde
middelpunten. Bevestig beugels 1 - 2 - 3 - 4
door middel van Ø 8 pluggen en de
meegeleverde schroeven.
7 - Spatscherm (naar keuze).
De afstand tussen de wasemkap en de
kookplaat wordt in dit geval door de hoogte
van spatscherm B en eventueel door die van
het basisvlak bepaald. Het spatscherm wordt
bevestigd voordat de wasemkap of tenminste
het basisvlak geinstalleerd wordt. Daar deze
handeling ingewikkeld is, kan deze uitslui-
tend door een keukeninstallateur of een
vakman uitgevoerd worden, omdat zij beter
bekend zijn met de afmetingen van keu-
keninterieurs. Als U het spatscherm enkel
aan de bovenzijde wenst te bevestigen, han-
delt U dan als volgt:
a - Plaats het spatscherm op het basisvalk
zoal in fig.2 getoond en druk het spatscherm
tegen de muur, in het midden van de basis.
b - Markeer op de muur het middelpunt der
twee gaten van het bovenste slipje.
c - Boor de muur met een Ø 8 mm boor
en bevestig het spatscherm door middel van
de Ø 8 mm pluggen en de meegeleverde
schroeven.
d - De installateur moet zelf zorgen voor de
stabiliteit aan de onderkant van het spat-
scherm.
4.2 - Montage van de wasemkap (fig. 3a)
1 - De twee schroeven R, die zich aan de beve-
stigingshaken van de wasemkap bevinden,
tot aan de helft losdraaien.
2 - Haak de wasemkap aan bevestigingsbeugel
1 door de twee bevestigingspunten van de
beugel in de breedte gedeelten der aan-
haakpunten te hangen en naar beneden te
drukken totdat de schroeven R niet meer
verder kunnen (fig. 3b).
3 - De wasemkap kan door middel van de twee
schroeven R waterpas gehangen worden.
4 - Het gedeelte C van de wasemkap beslissend
aan de beugel met de meegeleverde bevesti-
gingschroef (in het toebehorenzakje) beve-
stigen.
4.3 - Electrische aansluiting en controle van
de diverse functies
1 - Volg exact de richtlijnen omschreven in de
punten 3.2, 3.3 en 3.4 van 3.
2 - Nadat de electrische aansluiting tot stand is
gebracht moeten de diverse functies van de
wasemkap gecontroleerd worden: verlichting,
AAN/UIT schakelen van de motor en de
werking van de bedrijfssnelheden.
4.4 - Montage van de afvoer
1 - Aansluiting op een buitenafvoer:
a - De wasemkap kan zowoel op een flexibele
of harde afvoerbuis van Ø 100 of 120 mm
worden aangesloten.
b - De luchtstroomgeleider A heeft een afvoer
met een Ø van 100 mm. Gebruik voor een
afvoerkanaal met een Ø van 120 mm het
onderste ring van onderdeel A (fig. 4) .
c - Plaats de luchtstroomgeleider op de bo-
venzijde van de wasemkap, zodat de vier-
kante afvoer van de wasemkap volledig dicht
is. Draai de twee bijbehorende schroeven vast
(figur 5) .
d - Bevestig de afvoerbuis aan de lucht-
stroomgeleider met universele slangklemmen
(niet meegeleverd).
e - Verwijder, indien aanwezig, het koolstof-
filter.
2 - Recirculatie:
a - De gezuiverde lucht wordt via de twee
roostertjes in de zijkant van het onderstuk
van de schouw I terug in de ruimte gebracht.
Afhankelijk van de omstandigheden kunnen
deze roosters zich op twee hoogten bevinden
(fig. 6 en 7) .
b - Hoogte 1 (fig. 6) : Verbind luchtstroom-
geleider F met de vierkante afvoer door
onderdeel F naar beneden te drukken, totdat
de vier haakjes vastzitten.
c - Hoogte 2 (fig. 7) : Verbind verlengstuk P
met de vierkante afvoer door onderdeel P
naar beneden te drukken, totdat de vier
haakjes vastzitten. Plaats de luchtstroom-
geleider F op dezelfde wijze op het ver-
lengstuk P.
d - Bevestig het koolstoffilter aan de binnen-
kant van de wasemkap.
N.B. Monteer de roosters van de luchtuitlaat
nog niet; dit gebeurt pas nadat de schouw is
geinstalleerd.
4.5 - Montage van de telescopische schouw
(fig. 8)
1 - Om het bovenste schouwdeel S te monteren
moeten de beide zijkanten zeer voorzichtig
iets uit elkaar getrokken worden. Haak nu
de beide zijkanten aan de beugels 2 en 3 en
duw de zijkanten weer terug. Het schouw-
element blijft aan beugel 2 hangen. Zet het
schouwelement aan beugel 2 vast met twee
grote meegeleverde schroeven.
2 - Verbind het onderste schouwelement I op
dezelfde wijze als beschreven onder punt 1
aan de beugels 1 en 3. Let erop, dat het
schouwelement I in de bovenzijde van de
wasemkap past.
Zet het schouwelement I aan beugel 1 vast
met twee grote meegeleverde schroeven.
N.B. De bevestiging van de beide schouwe-
lementen S en I aan beugel 3 vindt plaats
door de elementen vast te drukken.
3 - Bevestig de twee uitlaatroosters zodanig in
het schouwelement, dat de symbolen naar
boven en naar voren wijzen. Bij recircu-
latie is het noodzakelijk, dat de rosters ook
in de luchtstroomgeleider F haken (fig. 9) .
Deel II GEBRUIKSAAN-
WIJZING
1 - VEILIGHEIDS-
MAATREGELEN
Het is noodzakelijk, dat de veiligheids-
maatregelen uit paragraaf 3 van deel I
strict worden opgevolgd.
Bovendien moeten ook de volgende punten
in acht worden genomen:
1.1 - Onderhoud het vet- en koolstoffilter
exact volgens de opgave van de fabri-
kant of vaker indien het gebruik langer
dan vier uur per dag is.
1.2 - Doof of reduceer de vlam als de pan van
het vuur wordt gehaald, maar laat de
vlam nooit voluit onder een in bedrijf
zijnde wasemkap staan.
1.3 - Regel de vlam zodanig, dat deze nooit
onder de pan uit komt; hierdoor wordt
energie bespaard en een gevaarlijke
warmte concentratie vermeden.
1.4 - Gebruik de wasemkap enkel en alleen
voor het afzuigen en zuiveren van
keukendampen en -geuren .
2 - GEBRUIK
2.1 - Bedieningspaneel I
Het bedieningspaneel is weggewerkt in de
wasemkap. Door zacht op de plaats van de
pijl in figuur 10 te drukken en weer los te
laten, springt het paneel tevoorschijn. Na
gebruik kan het paneel weggewerkt worden
door het paneel zacht terug te drukken,
totdat deze in de sluiting klikt.
2.2 - Bedieningspaneel II
Het bedieningspaneel bestaat uit drie
schakelaars (fig. 9) .
Schakelaar L = AAN/UIT schakelaar van de
verlichting
Schakelaar M = AAN/UIT schakelaar van
de motor
Schakelaar V = keuzeschakelaar bedrijfsnel-
heden:
1 = laagste bedrijfssnelheid; voor een ge-
ruisloze luchtverplaatsing.
2 = middelste bedrijfssnelheid; het meest
gebruikt, vanwege de optimale verhouding
tussen luchtverplaatsing en geluid.
3 = hoogste bedrijfssnelheid; in geval van
een hoge dampconcentratie.
3 - ONDERHOUD
Goed onderhoud verlengt de levensduur en
houdt het rendement op peil. Het vet- en
koolstoffilter verdienen bij het onderhoud
extra aandacht.
3.1 - Metalen vetfilter
1 - Reiniging:
Deze filters moeten uiterlijk na twee maan-
den schoon gemaakt worden met een neu-
traal afwasmiddel. Deze filters kunnen dank-
zij de compacte afmetingen ook in de vaat-
wasmachine gereinigd worden.
2 - Verwijderen van het vetfilter:
Verwijder één filter per keer door het
handvat in te drukken en het filter met de
andere hand te ondersteunen (fig. 11) . Let
er bij het terugplaatsen op, dat het handvat
zich aan de voorzijde bevindt.
3.2 - Koolstoffilter
1 - Werking:
Het koolstoffilter neemt de geuren uit de
lucht op en moet om de vier maanden worden
vervangen.
Probeer een koolstoffilter nooit te wassen of
opnieuw te gebruiken, maar gooi het filter
op een verantwoorde wijze weg.
2 - Vervanging van het filter:
Om het koolstoffilter te vervangen moeten
eerst de metalen vetfilters worden verwijderd
en daarna de twee klemschroeven losge-
draaid worden.
3.3 - Verlichting
De verlichting bestaat uit een neon buis van
15 Watt. Verricht de volgende handelingen
om de neon buis te vervangen (fig. 13) .
a - Verwijder het plastic uitende T; het glas blijft
in de haakjes Z hangen.
b - Schuif het glas naar rechts (pijl 1), totdat de
linkerkant vrijkomt. Trek het glas lichtjes
naar beneden (pijl 2) en laat het glas lang-
zaam naar links glijden (pijl 3), totdat het
glas helemaal vrijkomt. Ondersteun het
glijden met de vrijgebleven hand. Vervang
de neonbuis op gebruikelijke wijze en mon-
teer het glas.
3.4 - Reiniging
Verbreek eerst de netspanning, voordat er
met de reiniging wordt begonnen. De binnen-
en buitenkant van de wasemkap moet regel-
matig gereinigd worden met een vochtige
doek met een neutraal schoonmaakmiddel.
Gebruik geen agressieve of bijtende midde-
len. Let erop, dat de motor en electrische
gedeelten nooit in contact komen met water.
-
1
-
2
-
3
-
4
-
5
-
6
-
7
-
8
-
9
