GYS EXPERT 220 DV de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Hartelijk dank u voor uw keuze! Om er een maximale voldoening uit te halen, lees aandachtig wat hierop volgt:
De EXPERT 130 et EXPERT 220 DV zijn traditionele lasapparaten voor het lassen met MMA elektrode in gelijkstroom (DC). Het lassen met alle soorten
elektroden is mogelijk: rutiel, basisch, RVS en gietijzer. Ze moeten aangesloten worden aan een enkel fase 230V of 400V netspanning (alleen voor
EXPERT 220 DV modellen).
Voor gebruik, gelieve de instructies zorgvuldig lezen
STROOMVOORZIENING - OPSTARTEN
DeEXPERT 130 moet aangesloten worden aan een enkel fase 230 V (50 - 60 Hz)stroomvoorziening en deEXPERT 220 DV aan een enkel fase 230V
of bi-fase 400V (50-60Hz) stroomvoorziening MET geaard stopcontact. De stroomafname (l1eff) is aangegeven op het toestel voor maximaal
gebruik. Controleer of de stroomvoorziening en zijn beschermingen (netzekering en/of uitschakelaar) compatibel zijn met de elektrische stroom
die nodig is voor gebruik. In bepaalde landen, kan het nodig zijn om het stopcontact aan te passen om het toestel maximaal te kunnen gebruiken.
Het toestel moet geplaatst worden zodat het stopcontact altijd toegankelijk is.
Het opstarten wordt via een ON / OFF schakelaar gedaan voor EXPERT 130 en door de schakelaar 230-0-400V voor EXPERT 220 DV (dit
lasapparaat heeft een schroef aan de voorkant die de overstap naar de 0-230V of 0-400V positie isoleert)
Sluit de elektrodehouder en de massakabel aan de connectoren. Respecteer de polariteit aangegeven op de elektrode verpakking.
Deze A klasse toestellen voor professioneel gebruik, moten aangesloten worden op het openbare netwerk met midden of hoge netspanning. Het
is niet geschikt voor het gebruik in de woonwijken die aangesloten zijn aan de lage netspanning. Er kunnen potentiële moeilijkheden optreden
wegens geleiding en straling wanneer er elektromagnetische compatibiliteit wordt bereikt.
Het apparaat werkt volgens de standaard EN61000-3-11 als de impedantie van de netspanning in het aansluitpunt van de elektrische installatie
lager is dan de maximum toegestane impedantie Zmax beneden aangegeven:
Model
EXPERT 130
EXPERT 220 DV
Toegestane Zmax
0.34 Ohms
0.34 Ohms
Dit apparaat vooldoet niet aan de CEI 61000-3-12 standaard. De gebruiker is verantwoordelijk om de comptabiliteit van de machine te controleren
voordat de aansluiting aan de lage netspanning plaats vindt. Indien nodig, neem contact op met het netwerk leverancier.
Niet geschikt voor gebruik als stroom geleidend metaalstof aanwezig is.
GEBRUIK
1. Sluit de aarde klem en elektroden houder op de connectoren van de lasmachine aan en sluit daarna uw lasapparaat aan een stopcontact (voor
het aansluiten van de EXPERT 220 DV aan een 230V stopcontact, maak gebruik van de bij het product meegeleverde connector)
2. Maak een goed contact tussen de aarde klem en het werkstuk (sluit de aarde kabel zo dicht mogelijk bij het te lassen werkstuk)
3. Draai de instelling van uw lasapparaat op minimum en zet het lasapparaat aan ( schakelaar op ON voor EXPERT 130 / 230-0-400V
schakelaar voor EXPERT 220 DV ) . Een lampje geeft aan dat uw lasapparaat onder spanning is.
4. Afhankelijk van de diameter van de elektrode dat u mee gaat lassen, moet u de lassen intensiteit <T1 /> via het stuurwiel aan de voorkant
instellenen, de waarden staan op de naambord van het lasapparaat:
- Verhoog de intensiteit met aandraaien van het wiel naar rechts
- Verlaag de intensiteit met aandraaien <t3/> van het wiel naar links
5. Thermische beveiliging: Na langdurig lassen of na een hoog vermogen gebruik, is het noodzakelijk om het product te laten afkoelen. Deze
lasapparaten zijn beschermd door een thermische schakelaar die bij een oververhitting de toevoer van de elektrische stroom snijdt:
- LED uit : u kunt lassen.
- LED aan : wacht tot het afkoelen.
6. Na gebruik van het lasapparaat, zet de stroom via schakelaar ( EXPERT 130 ) of de draaiknop ( EXPERT 220 DV ) uit en koppel het apparaat
los.
ONDERHOUD
Het onderhoud kan alleen door gekwalificeerd personeel gedaan worden.
Haal de stekker eruit om de elektriciteitsvoorziening te onderbreken en wacht tot de ventilator stilstaat. De spanning en de stroomsterkte binnen
het toestel zijn hoog en gevaarlijk.
De motorkap regelmatig (2 of 3 keer per jaar) afnemen en hem met een blaasbalg stofvrij maken. Gebruik deze gelegenheid om door middel van
een geïsoleerd gereedschap ook de elektrische verbindingen te laten controleren door gekwalificeerd personeel.
Controleer regelmatig het elektrische snoer. Als dit snoer beschadigd is, moet het door de fabrikant, zijn reparatie dienst of een gekwalificeerde
technicus worden vervangen, om het gevaar te vermijden.
ADVIES
Respecteer de polariteit (+/-) en de lasstroom aangegeven op de elektrode dos
Haal de elektroden uit de elektrodehouder bij geen gebruik.
Laat de ventilatieopening vrij zodat de lucht gemakkelijk kan circuleren. Deze lasapparaten zijn voorzien van een ventilator die aangaat zodra er
spanning is en doe zorgt voor een permanente ventilatie en een efficiënte afkoeling van de wikkelingen. Wacht ongeveer 5 minuten na het lassen
voordat u de schakelaar uit zet om de ventilatie aan te laten blijven.
VEILIGHEID
Booglassen kan gevaarlijk zijn en ernstige en zelfs dodelijke verwondingen veroorzaken. Bescherm uzelfen anderen. Neem
voorzorgsmaatregelen tegen
:
Straling van
elektrische boog
Bescherm uzelf met een las helm dat uitgerust is met de filters EN 169 of EN 379.
Regen, stoom,
vochtigheid
Gebruik uw lasapparaat in een schone atmosfeer (verontreiniging graad ≤ 3), vlak en meer dan 1 meter van het te
lassen stuk. Niet te gebruiken bij regen of sneeuw.
Elektrische schok
Dit toestel moet alleen aangesloten worden aan een enkelfase stroomvoorziening met 3 kabels met geaarde stekker.
Raak de stuken onder spanning niet aan. Controleer of de netspanning geschikt is voor het toestel.
Vallen
Til nooit het apparaat boven personen of dingen.
Brandwonden
Draag brandvertragende werkkleding (katoen, blauw of jeans).
Gebruik werkhandschoenen en een brandvertragende schoot.
Bescherm anderen door niet-ontvlambare schermen te installeren op de werkplek, of door mensen te waarschuwen om
niet naar de boog te kijken en voldoende afstanden te houden.
Brand risico
Haal de ontvlambare producten van de werkplaats weg. Werk nooit als het ontvlambaar gas aanwezig is.
Rook
Adem het las gas en de rook nooit in. Werk in een goed geventileerde ruimte; in geval van binnen lassen gebruik het
lasrookafzuigsysteem.
Voorzorgsmaatregelen
Elke laswerk:
- in een omgeving met een verhoogd risico op elektrische schokken,
- in de gesloten ruimtes,
- in aanwezigheid van ontvlambare of explosieve materialen, moet vooraf door een "expert supervisor" worden
geëvalueerd, en moet altijd uitgevoerd worden in aanwezigheid van mensen die opgeleid zijn om in te kunnen grijpen
bij noodgevallen.
De technische beschermingsmaatregelen MOETEN worden getroffen zoals beschreven in de TECHNISCHE
BESCHRIJVING " CEI/IEC 62081 ".
lassen in de hoogte is verboden, zonder gebruik van de veiligheidsplatforms.
Personen met een hartstimulator moeten een arts raadplegen vόόr gebruik van het lasapparaat.
Niet geschikt voor het ontdooien van leidingen.
AANBEVELINGEN VOOR REDUCEREN VAN DE ELEKTROMAGNETISCHE EMISSIES
Algemeen
De gebruiker is verantwoordelijk voor het installeren en gebruiken van het toestel volgens de instructies van de fabrikant. Bij de elektromagnetische
verstoringen, de gebruiker is verantwoordelijk om probleem op te lossen volgens de gebruiksaanwijzing of contact op te nemen met de technische
dienst van de fabrikant.
Evaluatie van de lasruimte
Vόόr het installeren van het lasapparaat, de gebruiker moet een evaluatie maken van de mogelijke elektromagnetische problemen in de werkruimte,
met name de volgende:
a. Andere bedrading, kabels, telefoon- en communicatiekabels: boven, onder of naast het toestel;
b. Radio en televisie zenders en ontvangers;
c. Computers en andere controle toestellen;
d. Kritische veiligheidsuitrusting zoals veiligheidschecks van industrieel materiaal;
e. de gezondheid van personen in de buurt van de machine, bijvoorbeeld personen met een pacemaker of gehoorapparaat.
f. Materiaal dat gebruikt wordt voor kalibratie of meetapparatuur;
g. De immuniteit van andere machines waarnaast het apparaat gebruikt wordt. De gebruiker moet zeker weten of dat ander materiaal
compatibel is. Dit kan betekenen dat men andere veiligheidsmaatregelen moet nemen.
h. De tijdstip wanneer er laswerkzaamheden plaatsvinden
i. De grote van de ruimte moet bekeken worden en is afhankelijk van de structuur van het gebouw en andere werkzaamheden die in het
gebouw plaatsvinden. De omgeving die vrijgemaakt moet worden kan groter zijn dan de begrenzing van het bedrijfspand.
Aanbevelingen om elektromagnetische emissies te reduceren
a. Stroomvoorziening: Het lasapparaat moet worden aangesloten op de stroomvoorziening aanbevolen door de producent. In geval van
interferenties, de additionele voorzorgsmaatregelen moeten getroffen worden zoals het filteren van de hoofdstroom. Scherm de stroomkabel
in het lasapparaat af, onder metalen onderdelen of vergelijkbare. De hele lengte van de kabel moet elektrische afgeschermd zijn. Controleer
ook de aansluiting van de kabel op het toestel.
b. Laskabels: De laskabels moeten zo kort mogelijk zijn. Ze moeten zo dicht mogelijk bij elkaar gehouden worden.
c. Beveiliging en afscherming: Selectieve afscherming van andere kabels en materiaal kan problemen voorkomen.
d. Aarding van het lasstuk: Sluit het te lassen stuk aan op de veiligheidsaarde. Sluit het onderdeel direct aan op de aarde of via een
condensator. De keuze van de aansluiting is afhankelijk van de nationale regelgeving.
AFWIJKINGEN, OORZAKEN, OPLOSSINGEN
Afwijkingen
Oorzaken
Oplossingen
LED staat aan maar het lasapparaat levert geen
stroom.
De thermische beveiliging slaat aan. Wachten tot het lasapparaat afgekoeld is.
Het groene lampje brandt maar het apparaat
last niet.
De massakabel of elektrodehouder is niet
goed aangesloten.
Controleer aansluiting.
Het apparaat is aangesloten, de gekriebel is
voelbaar als u het toestel aanraakt.
De aansluiting op aarde is defect.
Controleer de stekker en aarding van uw
installatie.
Het toestel last niet goed. Verkeerde polariteit aansluiting (+/-).
Controleer de polariteit aangegeven op de
elektroden doos.
Het lampje staat aan, de ventilator draait niet of
niet constant, geen lasstroom bij het lassen
Andere netspanning dan 230V of 400V
(model EXPERT 220 DV)
Controleer of het stopcontact de gewenste
stroom levert.
Schakel de machine gedurende 2-3 minuten uit
en probeer het opnieuw.
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
De lasapparaten worden vervaardigd overeenkomstig de vereisten van het lage Voltage richtlijn : 2006/95/CE van 12/12/2006 en CEM richtlijn
2004/108/CE van 15/12/2004.
Deze overeenstemming is opgesteld volgens de volgende normen: EN60974-1 van 2005, EN 50445 van 2008, EN 60974-10 van 2007.
De CE-markering is in 2015 toegebracht.
01/10/2015
Société GYS
134 BD des Loges
53941 Saint Berthevin
Nicolas BOUYGUES
Président Directeur Général
ELEKTRISCHE SCHEMA
EXPERT 130 EXPERT 220 DV
ICONEN
A
Ampère
V
Volt
Hz
Hertz
Booglassen met beklede elektrode (MMA – Manual Metal Arc
Geschikt voor het lassen in een ruimte met verhoogt risico op
elektrische schok De voedingsbron zelf moet echter niet in
dergelijke ruimte worden geplaatst.
IP21S
Beveiligd tegen toegang tot gevaarlijke delen met een vinger,
en tegen verticaal vallende regendruppels.
Wissel lasstroom
Enkel fase elektrische voeding 50Hz of 60Hz.
Uo
Nullastspanning
U1
Netspanning
I1max
Aangewende maximale voeding stroom (effectieve waarde)
I1eff
Maximale effectieve voeding stroom
EN60 974-
1
Dit toestel voldoet aan de EN60974-1 norm
Enkel fase transformator
@40°C
X
X: Inschakelduur bij ...%
I2
I2 : overeenkomstige conventionele lasstroom
U2
U2 : conventionele spanning in corresponderende belasting
Geventileerd
Het toestel is in overeenstemming met de Europese
richtlijnen.
De elektrische boog veroorzaakt gevaarlijke stralen voor
ogen en huid (bescherm uzelf!)
Let op, het lassen kan brand of explosie veroorzaken.
De veiligheid ontkoppeling van het apparaat bestaat uit de
stekker in samenwerking met de elektrische installatie. De
aansluiting van het toestel moet toegankelijk zijn.
Niet
-ioniserende straling
Let op! Lees voorzichtig de gebruikersaanwijzing.
Afzonderlijke inzameling vereist. Gooi het niet in het
huishoudelijk afval!
Klasse 2 uitrusting
TECHNISCHE GEGEVENS
EXPERT 130
EXPERT 220 DV
Nominale lasstroom (A) 130 220
Spanning (V) 230 (50Hz/60Hz) 230 / 400 (50Hz/60Hz)
Stroom (A) zekering 10 13 / 25
Nullastspanning (Uo) 48 48
Nominaal inschakelduur @ Amax 10% 10%
Regelbereik tussen (A) 55 - 130 65 - 220
Diameters van geschikte elektroden 2 < 3.2 2 < 4
Gewicht (kg) 18 22
Afmetingen (H*L*B) 360 * 185 * 390 415 * 250 * 370
Bescherming index IP21S
Europese norm EN60974-1
SAMENSTELLING
EXPERT 130 EXPERT 220 DV
1
Connectoren
1
Connectoren
2
Vermogen instelwiel
2
Vermogen instelwiel
3
10- AAN/UIT schakelaar (LED voor onder spanning)
3
230V/400V/OFF draaiknop
4
LED voor oververhitting
4
LED voor oververhitting
5
Hendel
5
Hendel
6
LED power
7
Wielen
8
Poten
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6

GYS EXPERT 220 DV de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor