Montage
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig wanneer u het
apparaat verplaatst.
• Alle verpakkingsmaterialen en transportbouten moeten
vóór het gebruik worden verwijderd. Als dit wordt na-
gelaten, kan dit ernstige schade aan het product en an-
dere eigendommen tot gevolg hebben. Zie het desbe-
treffende hoofdstuk in de gebruiksaanwijzing.
• Dit apparaat kan alleen als vrijstaand toestel worden
gebruikt. NIET inbouwen onder een werkblad en het
bovenstuk om wat voor reden dan ook NIET verwijde-
ren.
• Controleer na de installatie van het apparaat of het niet
op de toevoer- en afvoerslang staat en of het werkblad
het aansluitsnoer niet tegen de muur platdrukt.
• Installeer de machine op een vlakke harde vloer.
• Leg nooit karton, hout of iets dergelijks onder het ap-
paraat om oneffenheden van de vloer te compenseren.
• Als het apparaat op een tapijtvloer wordt geplaatst,
dient de hoogte van de stelpootjes te worden aangepast
om de lucht onder het apparaat goed te laten circule-
ren.
• Zorg ervoor dat de machine geen muren of andere keu-
kenapparaten raakt.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een koudwa-
tertoevoer.
• Gebruik voor aansluiting op de waterleiding geen eer-
der gebruikte slangen. Gebruik altijd de bij de machine
geleverde slang.
• De toevoerslang mag niet worden verlengd. Als de
slang te kort is en u de kraan niet wilt verplaatsen, zult
u een nieuwe, langere slang moeten kopen die speciaal
voor dit doel is gemaakt.
• Let er altijd op of er na de installatie geen water uit de
slangen en de aansluitingen lekt.
• Als het apparaat is geïnstalleerd op een plaats waar het
kan vriezen, lees dan het hoofdstuk "Voorzorgsmaatre-
gelen bij vorst". De fabrikant wijst de verantwoordelijk-
heid voor bevriezingsschade af.
• Eventuele loodgieterswerkzaamheden die nodig zijn
voor de installatie van dit apparaat moeten worden uit-
gevoerd door een gekwalificeerde loodgieter of een be-
kwaam persoon.
• Eventuele elektrotechnische werkzaamheden die nodig
zijn voor de installatie van het apparaat moeten worden
uitgevoerd door een gekwalificeerde elektricien of een
bekwaam persoon.
Gebruik
• Dit apparaat is bestemd voor huishoudelijk gebruik.
Het is niet toegestaan het apparaat te gebruiken voor
andere doeleinden dan waarvoor het is bestemd.
• Was in de machine alleen textiel dat geschikt is voor
machinaal wassen. Volg de instructies op het wasvoor-
schrift in de kleding.
• Doe niet te veel wasgoed in de machine. Zie de "Was-
programmakaart".
• Voordat u gaat wassen, dient u ervoor te zorgen dat alle
zakken leeg zijn en dat alle knopen en ritsen dicht zijn.
Was geen gerafelde of gescheurde artikelen. Behandel
vlekken zoals verf, inkt, roest en gras eerst voordat u
artikelen met dit soort vlekken gaat wassen. Beugelbe-
ha's mogen NIET machinaal worden gewassen.
• De wasmiddellade is uitgerust met een bakje voor
vloeibaar wasmiddel. Gebruik dit bakje niet voor ge-
lachtige wasmiddelen met programma's waarin een
voorwas is opgenomen of met de uitgestelde startoptie.
In al deze gevallen kunt u de wasmiddelballen of zakjes
die met het wasmiddel zijn meegeleverd gebruiken.
Haal de bal of het zakje aan het einde van de wascyclus
uit de wasmachine.
• Kledingstukken die in aanraking zijn geweest met
vluchtige petroleumproducten mogen niet in de machi-
ne worden gewassen. Als er vluchtige reinigingsvloei-
stoffen worden gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat de
vloeistof uit het kledingstuk is verwijderd voordat u het
in de machine doet.
• Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact,
maar pak altijd de stekker zelf beet.
• Gebruik de wasmachine nooit als het aansluitsnoer, het
bedieningspaneel, het werkblad of de sokkel bescha-
digd zijn, waardoor de binnenkant van de wasmachine
toegankelijk is.
Kinderbeveiliging
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door perso-
nen (met inbegrip van kinderen) met beperkte lichame-
lijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een
gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht
gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke
persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon in-
structie hebben ontvangen over het gebruik van het ap-
paraat.
3