Scholtes TG 752 (IX) GH Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
2
Deutsch
Bedienungsanleitung
KOCHMULDE
Nederlands
Gebruiksaanwijzing
KOOKPLAAT
Inhaltsverzeichnis
Bedienungsanleitung,2
Hinweise,6
Kundendienst,9
Beschreibung Ihres Gerätes,15
Installation,62
Inbetriebsetzung und Gebrauch,67
Vorsichtsmaßregeln und Hinweise,69
Reinigung und Pege,70
Störungen und Abhilfe,70
Inhoud
Gebruiksaanwijzing,2
Belangrijk,7
Service,9
Beschrijving van het apparaat,16
Het installeren,72
Starten en gebruik,78
Voorzorgsmaatregelen en advies,80
Onderhoud en verzorging,80
Storingen en oplossingen,81
7
Belangrijk
PAS OP: Dit apparaat en zijn bereikbare
onderdelen worden tijdens gebruik zeer
heet. Zorg ervoor de verwarmende
elementen niet aan te raken. Zorg ervoor
dat kinderen die kleiner dan 8 jaar oud zijn
niet dichtbij het apparaat kunnen komen,
tenzij onder constant toezicht. Het huidige
apparaat mag alleen door kinderen van
8 jaar en ouder en door personen met
een beperkt lichamelijk, sensorieel of
geestelijk vermogen, of zonder ervaring
en kennis worden gebruikt, mits ze onder
adequaat toezicht zijn, of mits ze zijn
onderricht m.b.t. het veilige gebruik van
het apparaat en zich bewust zijn van
de betreffende gevaren. Voorkom dat
kinderen met het apparaat spelen. De
reinigings- en onderhoudshandelingen
mogen niet door kinderen worden
uitgevoerd, tenzij onder toezicht.
PAS OP: Het kan gevaarlijk zijn een
fornuis met vet of olie onbewaakt te laten.
Er kan brand ontstaan. U moet NOOIT
proberen een vlam/brand te blussen met
water. U dient daarentegen het apparaat
uit te schakelen en de vlam te bedekken
met bijvoorbeeld een (blus)deken.
PAS OP: Brandgevaar: laat nooit
voorwerpen op het kookoppervlak liggen.
Gebruik nooit huishoudapparaten met
stoom of hoge druk voor het reinigen van
de kookplaat.
Verwijder eventuele geknoeide
vloeistoffen van de dekplaat voordat
u hem opent. Doe het glazen deksel
(waar aanwezig) niet omlaag als de
gasbranders of de elektrische plaat nog
warm zijn.
Het apparaat is niet geschikt om te
worden ingeschakeld m.b.v. een
externe timer of door een gescheiden
afstandsbedieningssysteem.
PAS OP: het gebruik van ongeschikte
kookplaatbeschermingen kan ongelukken
veroorzaken.
PAS OP: In het geval van beschadiging
van de glazen plaat:
- doe onmiddellijk alle branders
uit en eventuele elektrische
verwarmingselementen, en schakel het
apparaat los van het elektriciteitsnet
- raak het oppervlak van het apparaat
niet aan.
9
Assistência
Comunique:
o tipo de avaria
o modelo da máquina (Mod.)
o número de série (S/N)
Estas últimas informações encontram-se na placa de
identicação situada no aparelho e/ou na embalagem.
Kundendienst
Geben Sie bitte Folgendes an:
die genaue Beschreibung des Fehlers
das Gerätemodell (Mod.)
die Modellnummer (S/N).
Letztere Informationen nden Sie auf dem Typenschild,
das sich auf dem Gerät und/oder der Verpackung bendet.
Service
U moet doorgeven:
het type storing
het model apparaat (Mod.)
het serienummer (S/N)
Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje links onderin
het koelgedeelte.
16
Beschrijving van het apparaat
Algemeen aanzicht
1. Roosters voor de PANNEN
2. GASBRANDERS
3. ELECTRISCHE KOOKPLATEN*/BIEFSTUKGRILL*/
KERAMISCH KOKKVLAK*
4. Knoppen voor het regelen van de GASBRANDERS
5. Knoppen voor het regelen van de ELECTRISCHE
KOOKPLATEN*/BIEFSTUKGRILL*/KERAMISCH
KOKKVLAK*
6. Controlelampje KOOKPLATEN*/BIEFSTUKGRILL*/
KERAMISCH KOKKVLAK*
7. Bougie voor het ontsteken van de GASBRANDERS*
8. VEILIGHEIDSMECHANISME*
Controlelampje ELECTRISCHE KOOKPLATEN*/
BIEFSTUKGRILL*/KERAMISCH KOKKVLAK*: gaat
aan als de knop niet op de stand ‘uit’ staat.
GASBRANDERS hebben verschillende afmetingen en
vermogen. Kies de brander die het best overeenkomt
met de diameter van de pan die u wilt gebruiken.
Knoppen van de GASBRANDERS en van de
ELECTRISCHE KOOKPLATEN*/BIEFSTUKGRILL*/
KERAMISCH KOKKVLAK* voor het regelen van de
vlam of van het vermogen.
• Bougie voor het ontsteken van de GASBRANDERS* zorgt
voor een automatische ontsteking van de gekozen brander.
VEILIGHEIDSMECHANISME* zorgt ervoor dat de
gastoevoer wordt onderbroken als de vlam per ongeluk
uitgaat.
! De lekbak van roestvrij staal en de gietijzeren biefstuk-
grill, die zich in de verpakking van de roosters en branders
bevinden, moeten respectievelijk onder en boven de
elektrische weerstand worden geplaatst, die zodoende
tussen de twee zit ingesloten.
* Slechts op enkele modellen aanwezig.
8
7
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
6
6
72
NL
BE
Het installeren
! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere
raadpleging. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt,
of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij het apparaat
te bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft.
! Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er staat
belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid.
De apparaten zijn gebruiksklaar gemaakt in de fabriek voor
de functies (zie typeplaatje en plaatje van de gas instelling
van het apparaat) :
Natuurlijk gas Categorie II2E+3+ voor Belgie;
Natuurlijk gas Categorie I2L voor Nederland;
Het is dus niet nodig verdere regelingen uit te voeren.
Plaatsing
! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen
en dient daarom te worden weggegooid volgens de
geldende normen voor gescheiden afvalverzameling ( zie
Voorzorgsmaatregelen en advies).
! De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde
installateur en volgens de instructies van de fabrikant. Een
verkeerde installatie kan schade berokkenen aan personen,
dieren of dingen.
! Dit apparaat mag alleen geïnstalleerd worden en
funktioneren in goed geventileerde vertrekken volgens de
voorschriften van de van kracht zijnde Normen:
NBN D51-003 e NBN D51-001 (voor België);
NEN-1078 (voor Nederland);
De volgende eisen moeten in acht genomen worden:
Het vertrek moet voor de verbrandingsrook over
een afvoersysteem naar buiten toe beschikken. Dit
kan gebeuren door middel van een afzuigkap of een
elektrische ventilator die automatisch aangaan elke keer
als het apparaat wordt aangezet.
In het gevaal van een schoorsteen of vertakte
rookleiding (gereserveerd voor fornuizen)
Rechtstreeks
naar buiten
Het vertrek moet een luchttoevoersysteem hebben dat
dient voor de normale verbranding van het gas. De
luchttoevoer die nodig is voor een normale verbranding
moet niet minder dan 2 m
3
/h zijn per kW geïnstalleerd
vermogen.
Dit systeem kan worden uitgevoerd
door lucht direct van buiten te
onttrekken door middel van een
buis met een doorsnede van
minstens 100 cm
2
en die zodanig
is geplaatst dat hij niet per ongeluk
verstopt kan raken.
A
Voorbeelden
ventilatie-opening
voor verbrandingslucht
Een andere manier is door op
indirecte wijze lucht te onttrekken
aan de aangrenzende vertrekken die
door middel van een ventilatiebuis,
zoals boven beschreven, met
buiten zijn verbonden en die geen
gemeenschappelijke delen zijn van
het huis en ook geen ruimtes met
hoog brandgevaar of slaapkamers.
(voor België) De gassen van vloeibaar gemaakte
gasmengsels (LPG) zijn zwaarder dan lucht en blijven
laag hangen. Om deze reden moeten vertrekken waar
LPG-essen staan laag geplaatste ontluchtingsopeningen
hebben voor het afvoeren van eventueel ontsnapt gas.
Lege of halfvolle LPG-essen mogen dus niet worden
geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die lager liggen
dan de vloer (kelders, enz.). Het is beter alleen de in
gebruik zijnde es in het vertrek te bewaren, zodanig
geplaatst dat hij niet in rechtstreeks contact staat met
warmtebronnen (oven, open haard, kachel, enz.) die
hem tot temperaturen van meer dan 50°C zouden kunnen
brengen.
Inbouw
Voor een juiste installatie van de kookplaat moeten de
volgende voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen:
De meubels die direct naast de kookplaat staan en
hierboven uitsteken, moeten op minstens 600 mm van
de rand van de plaat staan.
Een afzuigkap moet worden geïnstalleerd volgens de
voorschriften die u kunt vinden in het instructieboekje
van de afzuigkap zelf en in ieder geval op een afstand
van minstens 650 mm van het keukenblad bevinden (zie
afbeelding).
Hang de keukenkastjes naast de kap op een minimum
hoogte van 420 mm van het keukenblad (zie afbeelding).
Als de kookplaat onder een
keukenkastje wordt geplaatst,
moet deze zich op een afstand
van minstens 700 mm van het
keukenblad bevinden.
Voor de installatie dient u de pannendragers en de branders
van de kookplaat te verwijderen en hem ondersteboven neer
te zetten. Zorg ervoor de thermokoppels en de bougies niet
te beschadigen.
Doe de afdichtingen die bij het apparaat zijn geleverd op de
buitenste boorden van de kookplaat om te voorkomen dat
er lucht, vocht of water doorkomt (zie afbeelding).
Voor een correcte bevestiging moet u ervoor zorgen dat
de af te sluiten oppervlakken goed schoon en droog zijn
en vrij van vet/olie.
Verhoging van de spleet
tussen deur en vloer
Aangrenzend
vertrek
Te ventileren
vertrek
600mm min.
420mm min.
650mm min.
NL
BE
73
De opening van het meubel moet de afmetingen
hebben die in de afbeelding zijn aangegeven. De
bevestigingsklemmen maken een bevestiging mogelijk
van de kookplaat aan een keukenblad van tussen de 20
en 40 mm dik. Voor een goede bevestiging raden wij u
aan alle bijgeleverde haken te gebruiken.
555
mm
475
mm
55
mm
Schema voor de bevestiging van de haken
Stand haak voor Stand haak voor
keukenblad H=20mm keukenblad H=30mm
AchterVoor
Stand haak voor Voor
keukenblad H=40mm
! Gebruik de haken die u vindt in de “toebehorenverpakking”
Als de kookplaat niet boven een inbouwoven wordt
geïnstalleerd, moet u een houten isolatieplank aanbrengen.
Deze moet op een minimum afstand van 20 mm van de
onderkant van de kookplaat worden geplaatst.
Ventilatie
Om een goede ventilatie te bereiken moet u de achterkant
van het meubel verwijderen. Het verdient de voorkeur de
oven op twee houten balken te plaatsen, of eventueel op
een enkele plank die een opening heeft van tenminste 45
x 560 mm (zie afbeeldingen).
560 mm.
45 mm.
! De kookplaat kan worden geïnstalleerd boven een
ingebouwde oven op voorwaarde dat deze voorzien is
van afkoelingsventilatie.
Elektrische aansluiting
De kookplaten met driepolige voedingskabel werken met de
wisselstroom, spanning en frequentie die aangegeven zijn
op het typeplaatje (aan de onderkant van de kookplaat). De
aarding van de kabel wordt aangegeven door de kleuren
geel-groen. Als het fornuis wordt geïnstalleerd boven een
inbouwoven moeten de elektrische aansluitingen van fornuis en
oven apart worden uitgevoerd, zowel voor veiligheidsredenen
als voor het eventueel makkelijker verwijderen van de oven.
Het aansluiten van de voedingskabel aan het elektrische
net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die genormaliseerd
is voor de lading aangegeven op het typeplaatje.
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt
aangesloten moet u tussen het apparaat en het net een
meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand
tussen de contacten van minstens 3mm, aangepast aan
het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende
normen (de aarding mag niet worden onderbroken door
de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden
geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C
hoger dan de kamertemperatuur.
! De installateur is verantwoordelijk voor een correcte
elektrische aansluiting en het in acht nemen van de
veiligheidsnormen.
Voor het aansluiten moet u controleren dat:
het stopcontact geaard is en voldoet aan de geldende
normen;
het stopcontact in staat is het maximale vermogen
van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op het
typeplaatje;
de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan
aangegeven op het typeplaatje;
het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het
stopcontact te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren
of dubbelstekkers.
! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is moeten het snoer
en het stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn.
! De kabel mag niet worden gebogen of samengedrukt.
74
NL
BE
! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag
alleen door erkende monteurs worden vervangen (zie Service).
! De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden
gesteld als deze normen niet worden nageleefd.
Gasaansluiting
De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen moet
worden uitgevoerd zoals voorgeschreven door de geldende
normen, en nadat men er zeker van is dat het fornuis is
ingesteld voor het type gas dat men gaat gebruiken. In
het omgekeerde geval (voor België) gaat u te werk zoals
beschreven in de paragraaf “Aanpassing aan verschillende
types gas”.
Om het apparaat aan de gasbuizen
aan te sluiten (II2E+3+ voor Belgie
en I2L voor Nederland), dient men
eerst de verbinder te monteren.”R
(Deze is op aanvraag verkrijgbaar
bij de technische-service-dienst
Ariston) Tevens dient men zijn
pakking op de verbinder “G”,die
er uit ziet als een “L” , van de
voedings-struktuur te monteren. De verbinder is gedraad:
rond mannelijk 1/2 gas.
De aansluiting voert men uit met behulp van:
- een onbuigbare buis (voor Belgie volgens de normen
NBN D51-003)
- of met een exibile buis van roestvrij staal die in de muur
zit en voortzet met bedradingsverbinder.
Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een
gaskraantje (voor Belgie A.G.B.) die gemakkelijk draaibaar
dient te zijn. Voor Nederland dient dit gaskraantje aan de
huidige Nationale Normen te voldoen.
Aansluiting met onbuigzame buis (koper of staal)
! De aansluiting aan de gasleiding moet zodanig worden
uitgevoerd dat het apparaat niet beweegt.
Op de voedingsstructuur van het apparaat bevindt zich een
“L”-vormig, richtbaar verbindingsstuk waarvan de afdichting is
verzekerd door een pakking. Als het verbindingsstuk gedraaid
moet worden is het absoluut noodzakelijk de pakking te
vervangen (bij het apparaat geleverd). Het verbindingsstuk
waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is voorzien
van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische schroefbout.
Aansluiting met een roestvrije stalen exibele buis aan
een onafgebroken wand voorzien van aanhechtingen
met schroefdraad.
Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het
fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische
schroefbout.
De in werking stelling van deze buizen moet zodanig worden
bewerkstelligd dat hun lengte in uitgerolde toestand niet meer
dan 2000 mm is. Nadat de aansluiting heeft plaatsgevonden
moet u controleren dat de exibele metalen buis niet in contact
komt met de beweegbare delen of dat hij vastgekneld raakt.
! Gebruik uitsluitend buizen en afdichtingen die voldoen
aan de geldende landelijke normen.
L
G
R
Controleren gasdichtheid
! Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de
perfecte gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden
gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met een vlam.
Aanpassen aan de verschillende soorten gas (voor
België)
Voor het aanpassen van de kookplaat aan een ander soort
gas dan waarvoor hij is bestemd (aangegeven op het
typeplaatje aan de onderkant van de kookplaat of op de
verpakking), moeten de straalpijpjes van de branders op
de volgende wijze worden vervangen:
1. Verwijder de roosters van de kookplaat en schuif de
branders uit hun plaats.
2. Schroef de straalpijpjes los met een steeksleutel van
7mm en vervang ze met de straalpijpjes geschikt voor
het nieuwe type gas (zie tabel 1 “Kenmerken van de
branders en de straalpijpen”).
In het geval van een brander Mini
WOK*/Chef Burner* moet men een
steeksleutel van 7 mm gebruiken
om de branderkop los te draaien
(zie afbeelding).
3. Zet de onderdelen weer op hun plaats door de
handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren.
4. Aan het einde van deze handelingen moet u het oude
etiket dat de gasinstelling aangeeft vervangen met het
etiket dat overeenkomt met het nieuwe gas dat u gaat
gebruiken, verkrijgbaar bij onze Technische Service
Centers.
Het vervangen van de straalpijpjes van de brander met
“onafhankelijke dubbele vlamkronen”*
1. Verwijder de roosters en branders van hun plaats. De
brander bestaat uit twee aparte delen (zie afbeeldingen);
2. Schroef de straalpijpjes los met een sleutel van 7mm.
De binnenste vlamkroon heeft een straalpijpje, de
buitenste heeft er twee (van dezelfde maat). Vervang
de straalpijpjes met nieuwe die zijn aangepast aan het
nieuwe type gas (zie tabel1).
3. Zet de onderdelen in omgekeerde volgorde weer op hun
plaats.
Regelen primaire lucht van de straalpijpjes (voor België)
De branders hebben geen regeling van de primaire lucht
nodig.
* Slechts op enkele modellen aanwezig.
NL
BE
75
Het regelen van de minimumstand (voor België)
1. Zet het kraantje op de minimumstand;
2. Verwijder de knop en draai aan
het regelschroefje in of naast de
spil van het kraantje totdat u een
kleine, regelmatige vlam bereikt.
3. Controleer of de brander aanblijft als u de knop snel van
hoog naar laag draait.
4. Als bij de apparaten met een veiligheidsmechanisme
(thermo-element) dit systeem niet werkt als de branders
op de minimum stand staan, moet u het minimum
verhogen door aan de stelschroef te draaien.
5. Als de regeling voltooid is moet u de zegels op de bypass
schroefjes weer op hun plaats brengen met zegellak of
dergelijk materiaal.
! Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel dicht
worden geschroefd.
! Aan het einde van deze handelingen moet u het oude
etiket van de gasinstelling vervangen met het etiket dat
correspondeert met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij onze
Technische Service Centers.
! Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend (of
variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de toevoerbuis
een drukteregelaar worden aangebracht die voldoet aan de
geldende landelijke normen.
Elektrische
aansluitingen
TYPEPLAATJE
zie typeplaatje
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU
Richtlijnen:
- 2006/95/EEG van 12/12/06
(Laagspanning) en daaropvolgende
wijzigingen
- 2004/108/EEG van 15/12/04
(Elektromagnetische Compatibiliteit) en
daaropvolgende wijzigingen
- 93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen.
- 2009/142/EEG van 30/11/09 (Gas) en
daaropvolgende wijzigingen.
- 2012/19/EC en daaropvolgende
wijzigingen.
76
NL
BE
Tabel 1 (Voor Belgie)Vloeibaar ga
sN
atuurlijk gas
BrûleurDoorsen-
ee
(mm)
Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
By-pass
1/100
(mm)
Straal.
1/100
Bereik*
g/h
Straal.
1/100
Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
Bereik*
l/h
Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
Bereik*
l/h
Gered. Nomin. (mm) *** ** (mm)Nomin.G20 Nomin. G25
Snel (Groot) (R)100 0,70 3,00 39 86 218214 1163,00 286 3,00 332
Gereduceerd snel (RR)
100
0,70 2,60 39 80 189186 1102,60248 2,60 288
Half snel
(Medium) (S)
75
0,40 1,65 28 64 120118 96 1,65 1571,6
51
83
Hulp (Petit) (A)550,401,0028507371791,00951,00 111
Mini WOK (MW)110 1,50 3,50 61 91 254 250 1383,50 333 3,30 365
Chef Burner (CB) 85 1,10 2,00 52 74 145 143 1082,00190 2,00 221
Dubbele
vlamkroon
binnenste
DCDR
36 0,30 0,90 27 44 65 64 74 0,90 86 0,90 100
buitenste
DCDR
1301,504,1055 65x2298 293 107x24,60438 4,10 454
Spanning van voeding Nominale (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
28-30
20
35
37
25
45
20
15
25
25
15
30
Kenmerken van de branders en de straalpijpjes
Tabel 1 (Voor Nederland) Natuurlijk gas
Gaspit DoorseneeThermisch vermogen
kW (p.c.s.*)
Straal.
1/100
Bereik*
l/h
(mm) Nom. Gered. (mm) G25
Snel (Groot) (R)100 3,00 0,7116 332
Gereduceerd snel (RR) 1002,600,7 110288
Half Snel (Medium) (S)751,650,4 96 183
Hulp (Klein) (A)551,000,4 71 111
Mini WOK (MW) 1103,301,50138 365
Chef Burner (CB) 85 2,00 1,10 108221
Dubbele
vlamkroon
binnenste
DCDR
36 0,90 0,30 74 100
buitenste
DCDR
1304,101,50107x2 454
Spaning van voeding Nominale (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
25
20
30
*
A 15°C et 1013,25 mbar-gaz sec
**
Propane P. C.S. = 50,37 MJ/kg
***
Butane P.C.S. = 49,47 MJ/kg
Naturele G20 P.C.S. = 37,78 MJ/m³
Naturele G25 P.C.S. = 32,49 MJ/m³
NL
BE
77
A
S
RS
A
S
MWS
A
DCDR
RR
S
S
TG 751 GH
A
DCDR
RRCB
S
TG 752 GH
A
MWCB
S
TG 753 G GH
TG 753 V GH
TG 640
TG 640 GH
A
S
R
Ø 145
TG 631 E TG 641 GH
A
S
MW
CB
TG 642 GH
! De kookplaat kan worden geïnstalleerd boven een ingebouwde oven op voorwaarde dat deze voorzien is
van afkoelingsventilatie.
78
NL
BE
Starten en gebruik
! Auf jedem Reglerknopf ist gekennzeichnet, welcher
Gasamme oder Elektroplatte* er entspricht.
Gasbranders
De gekozen brander kan met de betreffende knop als volgt
worden geregeld:
Uit
Maximum
Minimum
Om een van de branders aan te steken dient u er een vlam
of aansteker bij te houden, de knop stevig in te drukken en
tegen de klok in te draaien tot u het maximum vermogen
heeft bereikt.
In de uitvoeringen die zijn voorzien van een
veiligheidsmechanisme moet u de knop circa 2-3 seconden
lang ingedrukt houden totdat het element dat automatisch
de vlam ontstoken houdt, warm wordt.
Druk de knop in en draai hem tegelijkertijd tegen de klok
in: vonken steken de brander aan. Nadat de brander
aan is houdt u de knop lang genoeg ingedrukt zodat het
veiligheidssysteem geactiveerd kan worden.
! Mocht een gasbrander per ongeluk uitgaan, draai dan de
knop uit en wacht minstens 1 minuut voordat u hem weer
probeert aan te steken.
Om de brander uit te doen moet u de knop geheel met de
klok meedraaien totdat hij niet meer verder kan (tot aan
het symbool “●”).
De brander met “dubbele vlamkring”*
Deze gasbrander bestaat uit twee concentrische branders.
Het gelijktijdige gebruik van beide branders zorgt voor een
zeer groot brandvermogen dat de kooktijd verkort als men
die vergelijkt met die van traditionele branders. De dubbele
vlamkring verdeelt bovendien de warmte onder de pannen
gelijkmatiger.
U kunt pannen van allerlei verschillende formaten gebruiken.
In het geval van gebruik van kleinere pannen kunt u alleen
de binnenste vlamkring gebruiken. De brander wordt door
middel van een enkele knop bediend.
Voor het aansteken van de gewenste vlamkring drukt u
de knop helemaal in en draait u hem tegen de klok in tot
aan de maximum stand . De brander is voorzien van
elektronische ontsteking die automatisch in werking treedt
zodra u de knop indrukt.
Aangezien de brander is voorzien van een
veiligheidsmechanisme moet u de knop ongeveer
2 à 3 seconden ingedrukt houden totdat het
veiligheidsmechanisme, dat automatisch de vlam aanhoudt,
warm wordt.
De brander kan met de knop als volgt worden geregeld:
Uit
Ontsteking en interne vlamkring op maximale stand
Interne vlamkring op minimale stand
Om van de binnenste vlamkring over te schakelen op beide
vlamkringen dient u de knop in te drukken en tegen de klok
in te draaien tot aan de blokkeringsstand van de kraan.
Beide vlamkringen op maximale stand
Beide vlamkringen op minimale stand
Om de brander uit te doen moet u de knop met de klok
meedraaien totdat hij niet meer verder kan (tot aan het
symbool “•”).
Keramiek kookvlak*
Deze kookzone is voorzien van stralingselementen met
dubbele diameter onder het glas. Het is mogelijk alleen
het ronde gedeelte “A” in te schakelen of, om een grotere
kookzone te krijgen, beide gedeelten “A” ene “B”. Voor het
inschakelen van de ronde zone “A” draait u de knop met
de klok mee en zet hem op één van de 12 posities. Voor
het inschakelen van ook de zone “B” zet u de knop op de
positie 12 en dan nog een stapje verder tot aan de positie
, vervolgens draait u de knop tegen de klok in tot op het
gewenste warmteniveau, gekozen uit de 12 posities.
De tekening geeft de warmtezone aan, die rood wordt als
hij is ingeschakeld.
A. Ronde kookzone;
B. Uitgebreide kookzone;
C. Controlelampje overgebleven
warmte: dit geeft aan dat de kookzone
warmer is dan 60°C ook nadat hij is
uitgeschakeld.
Het controlelampje gaat aan bij iedere positie van de knop
behalve de “uit”-positie.
Praktisch advies voor het gebruik van de
branders
Voor een optimaal rendement dient u het volgende te
onthouden:
gebruik voor iedere brander de pan die erop past (zie
tabel) om te vermijden dat de vlammen er onderuit
vandaan komen.
gebruik alleen pannen met een platte bodem en met een
deksel erop.
draai de knop op het minimum zodra het kookpunt is
bereikt.
Brande Diameter pan (cm)
Snel(R
)2
4 – 26
Half snel (S
)1
6 20
Hulpvlam (A
)1
0 14
Mini WOK (MW
)2
4 – 26
Chef Burner (CB) 16 – 20
Pannen die moeten worden gebruikt op kookvlakken
van 60 cm
A
C
B
* Slechts op enkele modellen aanwezig.
NL
BE
79
Brande Diameter pan (cm)
Gereduceerd snel (RR) 22 24
Half snel (S
)1
6 20
Hulpvlam (A
)1
0 14
Mini WOK (MW
)2
2 24
Chef Burner (CB) 16 20
Dubbele vlamkroon
(binnenste DCDR )
12 - 16
Dubbele vlamkroon
(buitenste DCDR)
24 - 26
Pannen die moeten worden gebruikt op kookvlakken
van 75 cm
Voor het herkennen van het soort brander verwijzen wij
u naar de afbeeldingen in paragraaf “Kenmerken van de
branders en straalpijpen”.
Praktisch advies voor het gebruik van de
elektrische kookplaten*
Voor het vermijden van warmteverlies en schade aan de
platen moet u pannen gebruiken met een platte bodem en
met een diameter die niet kleiner is dan die van de plaat.
Positie
0
1
2
3
4
5
6
Normale of snelle plaat
Uit.
Groenten en vis.
Aardappelen (gestoomd), soep, capucijners,
bonen.
Doorkoken van grote hoevelheeden,
minestroni enz.
Braden (medium).
Braden (hard).
Bruin bakken of snel aan de kook brengen.
! Vóór het eerste gebruik moeten de kookplaten ongeveer 4
minuten lang op de maximale stand worden gezet, zonder
pannen erop te plaatsen. Gedurende deze beginfase wordt
de beschermlaag hard en bereikt hij zijn maximale weerstand.
Practische raadgevingen voor het gebruik
van de biefstukgrill*
Verwarm hem voor met de knop op positie 12. De posities
1-8 zijn goed voor het opwarmen van reeds gekookte
gerechten of ze warm te houden nadat ze gekookt zijn.
Over het algemeen kan het grillen van groenten vlekken
veroorzaken die moeilijk te verwijderen zijn.
Gerecht
Gewicht
(Kg)
Positie
knop
Voorver-
warming
(min.)
Kooktijd
(min.)
Varkenslappen 0,5
12
5
25
10 35
Biefstuk 0,6125 15
Worstjes 0,45 10
52
0
Vleespennen0,4 12
52
0
Hamburgers 0,4105 20
To asts No 3115 5
Brood3 Sneden115 10
Aubergine 3 Sneden125 10
Gestoofde
To maten
No 4125 25
Practische raadgevingen voor het gebruik
van de keramische*
Pos.
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
Stralingsplaat
Uit
Boter, chocolade smelten.
Opwarmen vloeistoffen.
Vla en sausen.
Aan de kook brengen.
Braadstukken.
Groot stoofvlees.
Bakken.
Inschakeling van beide kookzones.
Onthoud het volgende voor het beste rendement:
op het keramische kookvlak kunt u alle soorten pannen
gebruiken. Het belangrijkste is dat de bodem perfect plat
is: pannen met een dikke bodem verdelen de warmte het
beste.
* Slechts op enkele modellen aanwezig.
80
NL
BE
gebruik pannen die de kookzone geheel bedekken, zodat
u alle beschikbare hitte gebruikt.
let erop dat de bodem van de pan schoon en droog is voor
goed contact en een lange levensduur van het kookvlak
en van de pannen zelf.
gebruik geen pannen die op een gasfornuis zijn gebruikt.
De hitte van de branders kan de bodem vervormd
hebben en zo krijgt u niet het gewenste resultaat op het
keramische kookvlak.
! De lijm die gebruikt is voor het verzegelen van het glas
kan vetsporen nalaten. Verwijder deze voor het gebruik van
het apparaat met een niet-schurend schoonmaakmiddel.
Gedurende de eerste uren van gebruik kan zich een
rubberachtige geur ontwikkelen, die snel verdwijnt.
Voorzorgsmaatregelen en
advies
! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze
aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient
ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit is een inbouwapparaat van klasse 3.
Gasfornuizen hebben voor een goede werking behoefte
aan een regelmatige luchtverversing. Controleer dat
bij het installeren aan de vereisten wordt voldaan
beschreven in de paragraaf “Plaatsing”.
Deze instructies gelden alleen voor de landen
wiens symbolen in de gebruiksaanwijzing en op het
typeplaatje staan.
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst,
ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als
het in aanraking komt met regen of onweer.
Raak het apparaat niet blootsvoets aan of met natte
handen of voeten.
Het apparaat dient gebruikt te worden om voedsel
te bereiden. Het mag uitsluitend door volwassenen
worden gebruikt en alleen volgens de instructies
die in deze handleiding beschreven staan. Elk
ander gebruik (bv.: verwarming van ruimten) is als
oneigenlijk te beschouwen en dus gevaarlijk. De
fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld
voor eventuele schade die te wijten is aan onjuist,
verkeerd of onredelijk gebruik.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de oven
terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Controleer altijd dat de knoppen in de stand “●”/“” staan
als de oven niet wordt gebruikt.
Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het
snoer te trekken maar door de stekker zelf beet te pakken.
Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit
als de stekker nog in het stopcontact zit.
Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne systeem
sleutelen om een reparatie proberen uit te voeren. Neem
contact op met de Technische Dienst (zie Service).
Richt de handvaten van de pannen altijd naar de
binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk
tegenaan stoot.
• Gebruik geen instabiele of vervormde pannen.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen
(kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk,
sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de
nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij
onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is
voor hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het
apparaat werkt.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
Het apparaat is niet geschikt om te worden
ingeschakeld m.b.v. een externe timer ofwel door
een gescheiden afstandsbedieningssysteem.
Afvalverwijdering
Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houd u aan
de plaatselijke normen, zodat het verpakkingsmateriaal
hergebruikt kan worden.
De Europese Richtlijn 2012/19/EC over Vernietiging
van Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE),
vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten
niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde
afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden
ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte
materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op
de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool
op het product van de “afvalcontainer met een kruis
erdoor” herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u
het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden
ingezameld.
Consumenten mogen hun apparaat naar publieke
afvalstortplaatsen brengen of, als de nationale wetgeving
dit toestaat, naar de handelaar brengen als er een
soortgelijk nieuw product wordt gekocht.
Alle fabrikanten van grote huishoudelijke apparaten
zijn aktief bezig met het creëren van systemen om het
inzamelen en de verwijdering van oude producten te
regelen.
Onderhoud en verzorging
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling
overgaat.
Schoonmaken van het apparaat
! Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende middelen,
zoals vlekkenmiddelen en roestverwijderende producten,
NL
BE
81
schoonmaakmiddelen in poedervorm of schuursponzen: deze
kunnen het oppervlak onherstelbaar krassen.
! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
• Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met een
vochtige spons reinigen en afdrogen met keukenpapier.
De vlamverspreiders moeten regelmatig in een warm
sopje worden gewassen zodat eventuele etensresten
makkelijker kunnen worden verwijderd.
Bij kookplaten die zijn voorzien van een automatische
ontsteking moet het uiteinde van de elektronische
ontstekingselementen regelmatig worden gereinigd en
moet u controleren dat de gaatjes van de vlamverspreiders
niet verstopt zijn.
Roestvrij staal kan vlekken gaan vertonen als er
voor langere tijd kalkhoudend water of agressieve
schoonmaakmiddelen (fosforhoudend) op hebben
gelegen. Spoel en droog het dus na het schoonmaken
goed af. Droog watervlekken altijd gelijk af.
Maak het oppervlak van het fornuis schoon voordat
u gaat koken; gebruik een vochtige doek voor het
verwijderen van stof en gemorst eten. Het oppervlak
moet regelmatig worden schoongemaakt met een sop,
geen schuurmiddelen.
Af en toe zal het noodzakelijk
zijn speciale producten voor
keramiek te gebruiken. Verwijder
eerst alle etensresten en
vetspetters met een schrapertje,
b.v. (niet bijgeleverd).
Maak het kookvlak schoon als
het nog lauw is (zoals die van
de Solutions lijn, verkrijgbaar
bij alle Service Centers van Merloni Elettrodomestici
huishoudapparatuur) en gebruik keukenpapier met
een hiervoor geschikt schoonmaakmiddel. Wrijf met
een vochtige doek en droog. Aluminiumfolie, plastic of
synthetisch materiaal, zowel als suiker of suikerhoudende
etenswaren die per ongeluk gesmolten zijn moeten
onmiddelijk verwijderd worden met een schrapertje als
de zone nog lauw is.
Speciale schoonmaakmiddelen
vormen een doorzichtig
beschermend laagje. Dit
beschermt ook tegen schade door
suikerhoudend voedsel. Gebruik
in geen geval schuursponzen
of schuurmiddelen, en ook
geen chemisch aggressieve
middelen zoals ovenspray of
ontvlekkingsmiddelen.
Wij raden aan de biefstukgrill
schoon te maken terwijl hij nog
warm is. Gebruik de bijgeleverde
handgrepen om hem van het
fornuis naar de gootsteen te
vervoeren. Voor het verwijderen
van de lekbak onder de
biefstukgrill is het beter te wachten
totdat het verwarmingselement is
afgekoeld (dit kan ongeveer 15
minuten duren).
! Gebruik geen warmtegeleiders, broodrosters of
roestvrijstalen vleesgrillen op de gaspitten.
Onderhoud gaskranen
Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of vast blijven
zitten; in dat geval is het noodzakelijk hem te vervangen.
! Dit moet worden uitgevoerd door een door de fabrikant
bevoegde installateur.
Storingen en oplossingen
Het kan gebeuren dat het kookvlak niet (afdoende)
functioneert. Voordat u de servicedienst belt dient u te
controleren of u het euvel zelf kunt oplossen. Verieer om
te beginnen of er een correcte stroom- en gastoevoer is, en
in het bijzonder of de hoofdgasleiding open staat.
De brander gaat niet aan of de vlam is niet gelijkmatig.
Heeft u gecontroleerd of:
De openingen van de vlamverspreiders niet verstopt zijn.
Alle onderdelen van de brander goed in elkaar zitten.
Het niet tocht dichtbij het kookvlak.
De vlam blijft niet aan in de uitvoeringen met
veiligheidsmechanisme.
Heeft u gecontroleerd of:
U de knop goed heeft ingedrukt.
U de knop lang genoeg heeft ingedrukt voor het activeren
van het veiligheidsmechanisme.
De gaten van de vlamverspreiders dichtbij het
veiligheidsmechanisme niet verstopt zijn.
De brander blijft niet aan als hij op minimum staat.
Heeft u gecontroleerd of:
De gaten van de vlamverspreiders niet verstopt zijn.
Het niet tocht dichtbij het kookvlak.
De minimum stand niet goed is ingesteld.
De pannen zijn wankel.
Heeft u gecontroleerd of:
De bodem van de pan helemaal plat is.
De pan in het midden van de brander of de kookplaat
staat.
De roosters niet zijn verwisseld.

Documenttranscriptie

Deutsch Bedienungsanleitung KOCHMULDE Inhaltsverzeichnis Bedienungsanleitung,2 Hinweise,6 Kundendienst,9 Beschreibung Ihres Gerätes,15 Installation,62 Inbetriebsetzung und Gebrauch,67 Vorsichtsmaßregeln und Hinweise,69 Reinigung und Pflege,70 Störungen und Abhilfe,70 Nederlands Gebruiksaanwijzing KOOKPLAAT Inhoud Gebruiksaanwijzing,2 Belangrijk,7 Service,9 Beschrijving van het apparaat,16 Het installeren,72 Starten en gebruik,78 Voorzorgsmaatregelen en advies,80 Onderhoud en verzorging,80 Storingen en oplossingen,81 2 Belangrijk PAS OP: Dit apparaat en zijn bereikbare onderdelen worden tijdens gebruik zeer heet. Zorg ervoor de verwarmende elementen niet aan te raken. Zorg ervoor dat kinderen die kleiner dan 8 jaar oud zijn niet dichtbij het apparaat kunnen komen, tenzij onder constant toezicht. Het huidige apparaat mag alleen door kinderen van 8 jaar en ouder en door personen met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen, of zonder ervaring en kennis worden gebruikt, mits ze onder adequaat toezicht zijn, of mits ze zijn onderricht m.b.t. het veilige gebruik van het apparaat en zich bewust zijn van de betreffende gevaren. Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. De reinigings- en onderhoudshandelingen mogen niet door kinderen worden uitgevoerd, tenzij onder toezicht. Het apparaat is niet geschikt om te worden ingeschakeld m.b.v. een externe timer of door een gescheiden afstandsbedieningssysteem. PAS OP: het gebruik van ongeschikte kookplaatbeschermingen kan ongelukken veroorzaken. PAS OP: In het geval van beschadiging van de glazen plaat: - doe onmiddellijk alle branders uit en eventuele elektrische verwarmingselementen, en schakel het apparaat los van het elektriciteitsnet - raak het oppervlak van het apparaat niet aan. PAS OP: Het kan gevaarlijk zijn een fornuis met vet of olie onbewaakt te laten. Er kan brand ontstaan. U moet NOOIT proberen een vlam/brand te blussen met water. U dient daarentegen het apparaat uit te schakelen en de vlam te bedekken met bijvoorbeeld een (blus)deken. PAS OP: Brandgevaar: laat nooit voorwerpen op het kookoppervlak liggen. Gebruik nooit huishoudapparaten met stoom of hoge druk voor het reinigen van de kookplaat. Ve r w i j d e r e v e n t u e l e g e k n o e i d e vloeistoffen van de dekplaat voordat u hem opent. Doe het glazen deksel (waar aanwezig) niet omlaag als de gasbranders of de elektrische plaat nog warm zijn. 7 Assistência Comunique: • o tipo de avaria • o modelo da máquina (Mod.) • o número de série (S/N) Estas últimas informações encontram-se na placa de identificação situada no aparelho e/ou na embalagem. Kundendienst Geben Sie bitte Folgendes an: • die genaue Beschreibung des Fehlers • das Gerätemodell (Mod.) • die Modellnummer (S/N). Letztere Informationen finden Sie auf dem Typenschild, das sich auf dem Gerät und/oder der Verpackung befindet. Service U moet doorgeven: • het type storing • het model apparaat (Mod.) • het serienummer (S/N) Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje links onderin het koelgedeelte. 9 Beschrijving van het apparaat Algemeen aanzicht 1. Roosters voor de PANNEN 2. GASBRANDERS 3. ELECTRISCHE KOOKPLATEN*/BIEFSTUKGRILL*/ KERAMISCH KOKKVLAK* 4. Knoppen voor het regelen van de GASBRANDERS 5. Knoppen voor het regelen van de ELECTRISCHE KOOKPLATEN*/BIEFSTUKGRILL*/KERAMISCH KOKKVLAK* 6. Controlelampje KOOKPLATEN*/BIEFSTUKGRILL*/ KERAMISCH KOKKVLAK* 7. Bougie voor het ontsteken van de GASBRANDERS* 8. VEILIGHEIDSMECHANISME* • Knoppen van de GASBRANDERS en van de ELECTRISCHE KOOKPLATEN*/BIEFSTUKGRILL*/ KERAMISCH KOKKVLAK* voor het regelen van de vlam of van het vermogen. • Bougie voor het ontsteken van de GASBRANDERS* zorgt voor een automatische ontsteking van de gekozen brander. • VEILIGHEIDSMECHANISME* zorgt ervoor dat de gastoevoer wordt onderbroken als de vlam per ongeluk uitgaat. ! De lekbak van roestvrij staal en de gietijzeren biefstukgrill, die zich in de verpakking van de roosters en branders bevinden, moeten respectievelijk onder en boven de elektrische weerstand worden geplaatst, die zodoende tussen de twee zit ingesloten. * Slechts op enkele modellen aanwezig. • Controlelampje ELECTRISCHE KOOKPLATEN*/ BIEFSTUKGRILL*/KERAMISCH KOKKVLAK*: gaat aan als de knop niet op de stand ‘uit’ staat. • GASBRANDERS hebben verschillende afmetingen en vermogen. Kies de brander die het best overeenkomt met de diameter van de pan die u wilt gebruiken. 3 1 3 2 2 1 6 5 4 5 8 16 7 4 6 Aangrenzend vertrek ! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere raadpleging. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij het apparaat te bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft. Verhoging van de spleet tussen deur en vloer ! Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid. De apparaten zijn gebruiksklaar gemaakt in de fabriek voor de functies (zie typeplaatje en plaatje van de gas instelling van het apparaat) : • Natuurlijk gas Categorie II2E+3+ voor Belgie; • Natuurlijk gas Categorie I2L voor Nederland; Het is dus niet nodig verdere regelingen uit te voeren. Plaatsing ! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen en dient daarom te worden weggegooid volgens de geldende normen voor gescheiden afvalverzameling ( zie Voorzorgsmaatregelen en advies). ! De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde installateur en volgens de instructies van de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade berokkenen aan personen, dieren of dingen. ! Dit apparaat mag alleen geïnstalleerd worden en funktioneren in goed geventileerde vertrekken volgens de voorschriften van de van kracht zijnde Normen: • NBN D51-003 e NBN D51-001 (voor België); • NEN‑1078 (voor Nederland); De volgende eisen moeten in acht genomen worden: • Het vertrek moet voor de verbrandingsrook over een afvoersysteem naar buiten toe beschikken. Dit kan gebeuren door middel van een afzuigkap of een elektrische ventilator die automatisch aangaan elke keer als het apparaat wordt aangezet. In het gevaal van een schoorsteen of vertakte rookleiding (gereserveerd voor fornuizen) Rechtstreeks naar buiten • Het vertrek moet een luchttoevoersysteem hebben dat dient voor de normale verbranding van het gas. De luchttoevoer die nodig is voor een normale verbranding moet niet minder dan 2 m3/h zijn per kW geïnstalleerd vermogen. A Voorbeelden ventilatie-opening voor verbrandingslucht 72 Dit systeem kan worden uitgevoerd door lucht direct van buiten te onttrekken door middel van een buis met een doorsnede van minstens 100 cm2 en die zodanig is geplaatst dat hij niet per ongeluk verstopt kan raken. Te ventileren vertrek Een andere manier is door op indirecte wijze lucht te onttrekken aan de aangrenzende vertrekken die door middel van een ventilatiebuis, zoals boven beschreven, met buiten zijn verbonden en die geen gemeenschappelijke delen zijn van het huis en ook geen ruimtes met hoog brandgevaar of slaapkamers. • (voor België) De gassen van vloeibaar gemaakte gasmengsels (LPG) zijn zwaarder dan lucht en blijven laag hangen. Om deze reden moeten vertrekken waar LPG-flessen staan laag geplaatste ontluchtingsopeningen hebben voor het afvoeren van eventueel ontsnapt gas. Lege of halfvolle LPG-flessen mogen dus niet worden geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die lager liggen dan de vloer (kelders, enz.). Het is beter alleen de in gebruik zijnde fles in het vertrek te bewaren, zodanig geplaatst dat hij niet in rechtstreeks contact staat met warmtebronnen (oven, open haard, kachel, enz.) die hem tot temperaturen van meer dan 50°C zouden kunnen brengen. Inbouw Voor een juiste installatie van de kookplaat moeten de volgende voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen: • De meubels die direct naast de kookplaat staan en hierboven uitsteken, moeten op minstens 600 mm van de rand van de plaat staan. • Een afzuigkap moet worden geïnstalleerd volgens de voorschriften die u kunt vinden in het instructieboekje van de afzuigkap zelf en in ieder geval op een afstand van minstens 650 mm van het keukenblad bevinden (zie afbeelding). • Hang de keukenkastjes naast de kap op een minimum hoogte van 420 mm van het keukenblad (zie afbeelding). 600mm min. 420mm min. BE Het installeren 650mm min. NL Als de kookplaat onder een keukenkastje wordt geplaatst, moet deze zich op een afstand van minstens 700 mm van het keukenblad bevinden. Voor de installatie dient u de pannendragers en de branders van de kookplaat te verwijderen en hem ondersteboven neer te zetten. Zorg ervoor de thermokoppels en de bougies niet te beschadigen. Doe de afdichtingen die bij het apparaat zijn geleverd op de buitenste boorden van de kookplaat om te voorkomen dat er lucht, vocht of water doorkomt (zie afbeelding). Voor een correcte bevestiging moet u ervoor zorgen dat de af te sluiten oppervlakken goed schoon en droog zijn en vrij van vet/olie. oven op twee houten balken te plaatsen, of eventueel op een enkele plank die een opening heeft van tenminste 45 x 560 mm (zie afbeeldingen). NL BE 560 • De opening van het meubel moet de afmetingen hebben die in de afbeelding zijn aangegeven. De bevestigingsklemmen maken een bevestiging mogelijk van de kookplaat aan een keukenblad van tussen de 20 en 40 mm dik. Voor een goede bevestiging raden wij u aan alle bijgeleverde haken te gebruiken. 55 mm 475 mm 555 mm Schema voor de bevestiging van de haken Stand haak voor keukenblad H=20mm Stand haak voor keukenblad H=30mm AchterVoor mm . 45 m m. ! De kookplaat kan worden geïnstalleerd boven een ingebouwde oven op voorwaarde dat deze voorzien is van afkoelingsventilatie. Elektrische aansluiting De kookplaten met driepolige voedingskabel werken met de wisselstroom, spanning en frequentie die aangegeven zijn op het typeplaatje (aan de onderkant van de kookplaat). De aarding van de kabel wordt aangegeven door de kleuren geel-groen. Als het fornuis wordt geïnstalleerd boven een inbouwoven moeten de elektrische aansluitingen van fornuis en oven apart worden uitgevoerd, zowel voor veiligheidsredenen als voor het eventueel makkelijker verwijderen van de oven. Het aansluiten van de voedingskabel aan het elektrische net Gebruik voor de voedingskabel een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het typeplaatje. Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt aangesloten moet u tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de contacten van minstens 3mm, aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende normen (de aarding mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de kamertemperatuur. ! De installateur is verantwoordelijk voor een correcte elektrische aansluiting en het in acht nemen van de veiligheidsnormen. Stand haak voor keukenblad H=40mm Voor ! Gebruik de haken die u vindt in de “toebehorenverpakking” • Als de kookplaat niet boven een inbouwoven wordt geïnstalleerd, moet u een houten isolatieplank aanbrengen. Deze moet op een minimum afstand van 20 mm van de onderkant van de kookplaat worden geplaatst. Ventilatie Om een goede ventilatie te bereiken moet u de achterkant van het meubel verwijderen. Het verdient de voorkeur de Voor het aansluiten moet u controleren dat: • het stopcontact geaard is en voldoet aan de geldende normen; • het stopcontact in staat is het maximale vermogen van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op het typeplaatje; • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje; • het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het stopcontact te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. ! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is moeten het snoer en het stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn. ! De kabel mag niet worden gebogen of samengedrukt. 73 NL ! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen (zie Service). BE ! De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden gesteld als deze normen niet worden nageleefd. Gasaansluiting De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen moet worden uitgevoerd zoals voorgeschreven door de geldende normen, en nadat men er zeker van is dat het fornuis is ingesteld voor het type gas dat men gaat gebruiken. In het omgekeerde geval (voor België) gaat u te werk zoals beschreven in de paragraaf “Aanpassing aan verschillende types gas”. Om het apparaat aan de gasbuizen aan te sluiten (II2E+3+ voor Belgie L en I2L voor Nederland), dient men eerst de verbinder te monteren.”R” G (Deze is op aanvraag verkrijgbaar bij de technische-service-dienst R Ariston) Tevens dient men zijn pakking op de verbinder “G”,die er uit ziet als een “L” , van de voedings-struktuur te monteren. De verbinder is gedraad: rond mannelijk 1/2 gas. De aansluiting voert men uit met behulp van: - een onbuigbare buis (voor Belgie volgens de normen NBN D51-003) - of met een flexibile buis van roestvrij staal die in de muur zit en voortzet met bedradingsverbinder. Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een gaskraantje (voor Belgie A.G.B.) die gemakkelijk draaibaar dient te zijn. Voor Nederland dient dit gaskraantje aan de huidige Nationale Normen te voldoen. Aansluiting met onbuigzame buis (koper of staal) ! De aansluiting aan de gasleiding moet zodanig worden uitgevoerd dat het apparaat niet beweegt. Op de voedingsstructuur van het apparaat bevindt zich een “L”-vormig, richtbaar verbindingsstuk waarvan de afdichting is verzekerd door een pakking. Als het verbindingsstuk gedraaid moet worden is het absoluut noodzakelijk de pakking te vervangen (bij het apparaat geleverd). Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische schroefbout. Aansluiting met een roestvrije stalen flexibele buis aan een onafgebroken wand voorzien van aanhechtingen met schroefdraad. Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische schroefbout. De in werking stelling van deze buizen moet zodanig worden bewerkstelligd dat hun lengte in uitgerolde toestand niet meer dan 2000 mm is. Nadat de aansluiting heeft plaatsgevonden moet u controleren dat de flexibele metalen buis niet in contact komt met de beweegbare delen of dat hij vastgekneld raakt. ! Gebruik uitsluitend buizen en afdichtingen die voldoen aan de geldende landelijke normen. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 74 Controleren gasdichtheid ! Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de perfecte gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met een vlam. Aanpassen aan de verschillende soorten gas (voor België) Voor het aanpassen van de kookplaat aan een ander soort gas dan waarvoor hij is bestemd (aangegeven op het typeplaatje aan de onderkant van de kookplaat of op de verpakking), moeten de straalpijpjes van de branders op de volgende wijze worden vervangen: 1. Verwijder de roosters van de kookplaat en schuif de branders uit hun plaats. 2. Schroef de straalpijpjes los met een steeksleutel van 7mm en vervang ze met de straalpijpjes geschikt voor het nieuwe type gas (zie tabel 1 “Kenmerken van de branders en de straalpijpen”). In het geval van een brander Mini WOK*/Chef Burner* moet men een steeksleutel van 7 mm gebruiken om de branderkop los te draaien (zie afbeelding). 3. Zet de onderdelen weer op hun plaats door de handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren. 4. Aan het einde van deze handelingen moet u het oude etiket dat de gasinstelling aangeeft vervangen met het etiket dat overeenkomt met het nieuwe gas dat u gaat gebruiken, verkrijgbaar bij onze Technische Service Centers. Het vervangen van de straalpijpjes van de brander met “onafhankelijke dubbele vlamkronen”* 1. Verwijder de roosters en branders van hun plaats. De brander bestaat uit twee aparte delen (zie afbeeldingen); 2. Schroef de straalpijpjes los met een sleutel van 7mm. De binnenste vlamkroon heeft een straalpijpje, de buitenste heeft er twee (van dezelfde maat). Vervang de straalpijpjes met nieuwe die zijn aangepast aan het nieuwe type gas (zie tabel1). 3. Zet de onderdelen in omgekeerde volgorde weer op hun plaats. • Regelen primaire lucht van de straalpijpjes (voor België) De branders hebben geen regeling van de primaire lucht nodig. • Het regelen van de minimumstand (voor België) 1. Zet het kraantje op de minimumstand; NL 2. Verwijder de knop en draai aan het regelschroefje in of naast de spil van het kraantje totdat u een kleine, regelmatige vlam bereikt. BE 3. Controleer of de brander aanblijft als u de knop snel van hoog naar laag draait. 4. Als bij de apparaten met een veiligheidsmechanisme (thermo-element) dit systeem niet werkt als de branders op de minimum stand staan, moet u het minimum verhogen door aan de stelschroef te draaien. 5. Als de regeling voltooid is moet u de zegels op de bypass schroefjes weer op hun plaats brengen met zegellak of dergelijk materiaal. ! Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel dicht worden geschroefd. ! Aan het einde van deze handelingen moet u het oude etiket van de gasinstelling vervangen met het etiket dat correspondeert met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij onze Technische Service Centers. ! Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend (of variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de toevoerbuis een drukteregelaar worden aangebracht die voldoet aan de geldende landelijke normen. TYPEPLAATJE Elektrische zie typeplaatje aansluitingen Dit apparaat voldoet aan de volgende EU Richtlijnen: - 2006/95/EEG van 12/12/06 (Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen - 2004/108/EEG van 15/12/04 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen - 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen. - 2009/142/EEG van 30/11/09 (Gas) en daaropvolgende wijzigingen. - 2012/19/EC en daaropvolgende wijzigingen. 75 NL Kenmerken van de branders en de straalpijpjes BE Tabel 1 (Voor Belgie) Brûleur Vloeibaar gas Doorsenee (mm) Thermisch vermogen kW (p.c.s.*) Thermisch vermogen kW (p.c.s.*) By-pass 1/100 (mm) Straal. 1/100 Natuurlijk gas Bereik* g/h Straal. 1/100 Thermisch Bereik* vermogen l/h kW (p.c.s.*) Thermisch vermogen kW (p.c.s.*) Bereik* l/h Gered. Nomin. (mm) *** ** (mm) Nomin. G20 Nomin. G25 100 0,70 3,00 39 86 218 214 116 3,00 286 3,00 332 100 0,70 2,60 39 80 189 186 110 2,60 248 2,60 288 Half snel (Medium) (S) 75 0,40 1,65 28 64 120 118 96 1,65 157 1,65 183 Hulp (Petit) (A) 55 0,40 1,00 28 50 73 71 79 1,00 95 1,00 111 Mini WOK (MW) 110 1,50 3,50 61 91 254 250 138 3,50 333 3,30 365 Chef Burner (CB) 85 1,10 2,00 52 74 145 143 108 2,00 190 2,00 221 Dubbele vlamkroon binnenste DCDR 36 0,30 0,90 27 44 65 64 74 0,90 86 0,90 100 buitenste DCDR 130 1,50 4,10 55 65x2 298 293 107x2 4,60 438 4,10 454 28-30 20 35 37 25 45 Snel (Groot) (R) Gereduceerd snel (RR) Spanning van voeding Nominale (mbar) Minimum (mbar) Maximum (mbar) Tabel 1 (Voor Nederland) Gaspit 20 15 25 Natuurlijk gas Doorsenee Thermisch vermogen kW (p.c.s.*) Straal. 1/100 Bereik* l/h (mm) Nom. Gered. (mm) G25 Snel (Groot) (R) 100 3,00 0,7 116 332 Gereduceerd snel (RR) 100 2,60 0,7 110 288 Half Snel (Medium) (S) 75 1,65 0,4 96 183 Hulp (Klein) (A) 55 1,00 0,4 71 111 Mini WOK (MW) 110 3,30 1,50 138 365 Chef Burner (CB) 85 2,00 1,10 108 221 Dubbele vlamkroon binnenste DCDR 36 0,90 0,30 74 100 buitenste DCDR 130 4,10 1,50 107x2 454 Spaning van voeding * ** *** 76 Nominale (mbar) Minimum (mbar) Maximum (mbar) A 15°C et 1013,25 mbar-gaz sec Propane P.C.S. = 50,37 MJ/kg Butane P.C.S. = 49,47 MJ/kg Naturele G20 P.C.S. = 37,78 MJ/m³ Naturele G25 P.C.S. = 32,49 MJ/m³ 25 20 30 25 15 30 NL R Ø 145 S R S MW MW CB BE S A TG 640 TG 640 GH TG 631 E S S TG 751 GH A S DCDR RR CB A S TG 752 GH A S TG 641 GH DCDR A S TG 642 GH RR CB MW A S A TG 753 G GH TG 753 V GH ! De kookplaat kan worden geïnstalleerd boven een ingebouwde oven op voorwaarde dat deze voorzien is van afkoelingsventilatie. 77 NL Starten en gebruik BE ! Auf jedem Reglerknopf ist gekennzeichnet, welcher Gasflamme oder Elektroplatte* er entspricht. Gasbranders De gekozen brander kan met de betreffende knop als volgt worden geregeld: ● Uit Maximum Minimum Om een van de branders aan te steken dient u er een vlam of aansteker bij te houden, de knop stevig in te drukken en tegen de klok in te draaien tot u het maximum vermogen heeft bereikt. In de uitvoeringen die zijn voorzien van een veiligheidsmechanisme moet u de knop circa 2-3 seconden lang ingedrukt houden totdat het element dat automatisch de vlam ontstoken houdt, warm wordt. Druk de knop in en draai hem tegelijkertijd tegen de klok in: vonken steken de brander aan. Nadat de brander aan is houdt u de knop lang genoeg ingedrukt zodat het veiligheidssysteem geactiveerd kan worden. ! Mocht een gasbrander per ongeluk uitgaan, draai dan de knop uit en wacht minstens 1 minuut voordat u hem weer probeert aan te steken. Om de brander uit te doen moet u de knop geheel met de klok meedraaien totdat hij niet meer verder kan (tot aan het symbool “●”). De brander met “dubbele vlamkring”* Deze gasbrander bestaat uit twee concentrische branders. Het gelijktijdige gebruik van beide branders zorgt voor een zeer groot brandvermogen dat de kooktijd verkort als men die vergelijkt met die van traditionele branders. De dubbele vlamkring verdeelt bovendien de warmte onder de pannen gelijkmatiger. U kunt pannen van allerlei verschillende formaten gebruiken. In het geval van gebruik van kleinere pannen kunt u alleen de binnenste vlamkring gebruiken. De brander wordt door middel van een enkele knop bediend. Voor het aansteken van de gewenste vlamkring drukt u de knop helemaal in en draait u hem tegen de klok in tot aan de maximum stand . De brander is voorzien van elektronische ontsteking die automatisch in werking treedt zodra u de knop indrukt. Aangezien de brander is voorzien van een veiligheidsmechanisme moet u de knop ongeveer 2 à 3 seconden ingedrukt houden totdat het veiligheidsmechanisme, dat automatisch de vlam aanhoudt, warm wordt. De brander kan met de knop als volgt worden geregeld: • Uit Ontsteking en interne vlamkring op maximale stand * Slechts op enkele modellen aanwezig. 78 Interne vlamkring op minimale stand Om van de binnenste vlamkring over te schakelen op beide vlamkringen dient u de knop in te drukken en tegen de klok in te draaien tot aan de blokkeringsstand van de kraan. Beide vlamkringen op maximale stand Beide vlamkringen op minimale stand Om de brander uit te doen moet u de knop met de klok meedraaien totdat hij niet meer verder kan (tot aan het symbool “•”). Keramiek kookvlak* Deze kookzone is voorzien van stralingselementen met dubbele diameter onder het glas. Het is mogelijk alleen het ronde gedeelte “A” in te schakelen of, om een grotere kookzone te krijgen, beide gedeelten “A” ene “B”. Voor het inschakelen van de ronde zone “A” draait u de knop met de klok mee en zet hem op één van de 12 posities. Voor het inschakelen van ook de zone “B” zet u de knop op de positie 12 en dan nog een stapje verder tot aan de positie , vervolgens draait u de knop tegen de klok in tot op het gewenste warmteniveau, gekozen uit de 12 posities. De tekening geeft de warmtezone aan, die rood wordt als hij is ingeschakeld. A. Ronde kookzone; B. Uitgebreide kookzone; C. C o n t r o l e l a m p j e o v e r g e b l e v e n warmte: dit geeft aan dat de kookzone warmer is dan 60°C ook nadat hij is uitgeschakeld. B A C Het controlelampje gaat aan bij iedere positie van de knop behalve de “uit”-positie. Praktisch advies voor het gebruik van de branders Voor een optimaal rendement dient u het volgende te onthouden: • gebruik voor iedere brander de pan die erop past (zie tabel) om te vermijden dat de vlammen er onderuit vandaan komen. • gebruik alleen pannen met een platte bodem en met een deksel erop. • draai de knop op het minimum zodra het kookpunt is bereikt. Brander ø Diameter pan (cm) Snel(R) 24 – 26 Half snel (S) 16 – 20 Hulpvlam (A) 10 – 14 Mini WOK (MW) 24 – 26 Chef Burner (CB) 16 – 20 Pannen die moeten worden gebruikt op kookvlakken van 60 cm Brander ø Diameter pan (cm) Gereduceerd snel (RR) 22 – 24 Half snel (S) 16 – 20 Hulpvlam (A) 10 – 14 Mini WOK (MW) 22 – 24 Chef Burner (CB) 16 – 20 Dubbele vlamkroon (binnenste DCDR ) 12 - 16 Dubbele vlamkroon (buitenste DCDR) 24 - 26 Pannen die moeten worden gebruikt op kookvlakken van 75 cm Voor het herkennen van het soort brander verwijzen wij u naar de afbeeldingen in paragraaf “Kenmerken van de branders en straalpijpen”. Praktisch advies voor het gebruik van de elektrische kookplaten* Voor het vermijden van warmteverlies en schade aan de platen moet u pannen gebruiken met een platte bodem en met een diameter die niet kleiner is dan die van de plaat. Positie Normale of snelle plaat 0 Uit. 1 Groenten en vis. 2 Aardappelen (gestoomd), soep, capucijners, bonen. 3 Doorkoken van grote hoevelheeden, minestroni enz. 4 Braden (medium). 5 Braden (hard). 6 Bruin bakken of snel aan de kook brengen. ! Vóór het eerste gebruik moeten de kookplaten ongeveer 4 minuten lang op de maximale stand worden gezet, zonder pannen erop te plaatsen. Gedurende deze beginfase wordt de beschermlaag hard en bereikt hij zijn maximale weerstand. Practische raadgevingen voor het gebruik van de biefstukgrill* Verwarm hem voor met de knop op positie 12. De posities 1-8 zijn goed voor het opwarmen van reeds gekookte gerechten of ze warm te houden nadat ze gekookt zijn. Over het algemeen kan het grillen van groenten vlekken veroorzaken die moeilijk te verwijderen zijn. Gerecht Gewicht (Kg) Positie knop Voorverwarming (min.) 12 NL 25 BE Varkenslappen 0,5 Biefstuk 0,6 12 5 15 Worstjes 0,45 10 5 20 Vleespennen 0,4 12 5 20 Hamburgers 0,4 10 5 20 No 3 11 5 5 Toasts 10 5 Kooktijd (min.) 35 Brood 3 Sneden 11 5 10 Aubergine 3 Sneden 12 5 10 Gestoofde Tomaten No 4 12 5 25 Practische raadgevingen voor het gebruik van de keramische* Pos. Stralingsplaat 0 Uit 1 Boter, chocolade smelten. 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Opwarmen vloeistoffen. Vla en sausen. Aan de kook brengen. Braadstukken. Groot stoofvlees. Bakken. Inschakeling van beide kookzones. Onthoud het volgende voor het beste rendement: • op het keramische kookvlak kunt u alle soorten pannen gebruiken. Het belangrijkste is dat de bodem perfect plat is: pannen met een dikke bodem verdelen de warmte het beste. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 79 NL • gebruik pannen die de kookzone geheel bedekken, zodat u alle beschikbare hitte gebruikt. BE • let erop dat de bodem van de pan schoon en droog is voor goed contact en een lange levensduur van het kookvlak en van de pannen zelf. • gebruik geen pannen die op een gasfornuis zijn gebruikt. De hitte van de branders kan de bodem vervormd hebben en zo krijgt u niet het gewenste resultaat op het keramische kookvlak. ! De lijm die gebruikt is voor het verzegelen van het glas kan vetsporen nalaten. Verwijder deze voor het gebruik van het apparaat met een niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste uren van gebruik kan zich een rubberachtige geur ontwikkelen, die snel verdwijnt. Voorzorgsmaatregelen en advies ! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Algemene veiligheidsmaatregelen • Dit is een inbouwapparaat van klasse 3. • Gasfornuizen hebben voor een goede werking behoefte aan een regelmatige luchtverversing. Controleer dat bij het installeren aan de vereisten wordt voldaan beschreven in de paragraaf “Plaatsing”. • Deze instructies gelden alleen voor de landen wiens symbolen in de gebruiksaanwijzing en op het typeplaatje staan. • Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of onweer. • Raak het apparaat niet blootsvoets aan of met natte handen of voeten. • Het apparaat dient gebruikt te worden om voedsel te bereiden. Het mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen volgens de instructies die in deze handleiding beschreven staan. Elk ander gebruik (bv.: verwarming van ruimten) is als oneigenlijk te beschouwen en dus gevaarlijk. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade die te wijten is aan onjuist, verkeerd of onredelijk gebruik. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van de oven terechtkomen. 80 • Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij. • Controleer altijd dat de knoppen in de stand “●”/“○” staan als de oven niet wordt gebruikt. • Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer te trekken maar door de stekker zelf beet te pakken. • Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te voeren. Neem contact op met de Technische Dienst (zie Service). • Richt de handvaten van de pannen altijd naar de binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk tegenaan stoot. • Gebruik geen instabiele of vervormde pannen. • Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het apparaat werkt. • Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. • Het apparaat is niet geschikt om te worden ingeschakeld m.b.v. een externe timer ofwel door een gescheiden afstandsbedieningssysteem. Afvalverwijdering • Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houd u aan de plaatselijke normen, zodat het verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden. • De Europese Richtlijn 2012/19/EC over Vernietiging van Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool op het product van de “afvalcontainer met een kruis erdoor” herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden ingezameld. Consumenten mogen hun apparaat naar publieke afvalstortplaatsen brengen of, als de nationale wetgeving dit toestaat, naar de handelaar brengen als er een soortgelijk nieuw product wordt gekocht. Alle fabrikanten van grote huishoudelijke apparaten zijn aktief bezig met het creëren van systemen om het inzamelen en de verwijdering van oude producten te regelen. Onderhoud en verzorging De elektrische stroom afsluiten Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. Schoonmaken van het apparaat ! Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende middelen, zoals vlekkenmiddelen en roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het oppervlak onherstelbaar krassen. ! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. • Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met een vochtige spons reinigen en afdrogen met keukenpapier. • De vlamverspreiders moeten regelmatig in een warm sopje worden gewassen zodat eventuele etensresten makkelijker kunnen worden verwijderd. • Bij kookplaten die zijn voorzien van een automatische ontsteking moet het uiteinde van de elektronische ontstekingselementen regelmatig worden gereinigd en moet u controleren dat de gaatjes van de vlamverspreiders niet verstopt zijn. • Roestvrij staal kan vlekken gaan vertonen als er voor langere tijd kalkhoudend water of agressieve schoonmaakmiddelen (fosforhoudend) op hebben gelegen. Spoel en droog het dus na het schoonmaken goed af. Droog watervlekken altijd gelijk af. • Maak het oppervlak van het fornuis schoon voordat u gaat koken; gebruik een vochtige doek voor het verwijderen van stof en gemorst eten. Het oppervlak moet regelmatig worden schoongemaakt met een sop, geen schuurmiddelen. Af en toe zal het noodzakelijk zijn speciale producten voor keramiek te gebruiken. Verwijder eerst alle etensresten en vetspetters met een schrapertje, b.v. (niet bijgeleverd). Maak het kookvlak schoon als het nog lauw is (zoals die van de Solutions lijn, verkrijgbaar bij alle Service Centers van Merloni Elettrodomestici huishoudapparatuur) en gebruik keukenpapier met een hiervoor geschikt schoonmaakmiddel. Wrijf met een vochtige doek en droog. Aluminiumfolie, plastic of synthetisch materiaal, zowel als suiker of suikerhoudende etenswaren die per ongeluk gesmolten zijn moeten onmiddelijk verwijderd worden met een schrapertje als de zone nog lauw is. Speciale schoonmaakmiddelen vormen een doorzichtig beschermend laagje. Dit beschermt ook tegen schade door suikerhoudend voedsel. Gebruik in geen geval schuursponzen of schuurmiddelen, en ook geen chemisch aggressieve middelen zoals ovenspray of ontvlekkingsmiddelen. NL Wij raden aan de biefstukgrill schoon te maken terwijl hij nog warm is. Gebruik de bijgeleverde handgrepen om hem van het fornuis naar de gootsteen te vervoeren. Voor het verwijderen van de lekbak onder de biefstukgrill is het beter te wachten totdat het verwarmingselement is afgekoeld (dit kan ongeveer 15 minuten duren). BE ! Gebruik geen warmtegeleiders, broodrosters of roestvrijstalen vleesgrillen op de gaspitten. Onderhoud gaskranen Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of vast blijven zitten; in dat geval is het noodzakelijk hem te vervangen. ! Dit moet worden uitgevoerd door een door de fabrikant bevoegde installateur. Storingen en oplossingen Het kan gebeuren dat het kookvlak niet (afdoende) functioneert. Voordat u de servicedienst belt dient u te controleren of u het euvel zelf kunt oplossen. Verifieer om te beginnen of er een correcte stroom- en gastoevoer is, en in het bijzonder of de hoofdgasleiding open staat. De brander gaat niet aan of de vlam is niet gelijkmatig. Heeft u gecontroleerd of: • De openingen van de vlamverspreiders niet verstopt zijn. • Alle onderdelen van de brander goed in elkaar zitten. • Het niet tocht dichtbij het kookvlak. De vlam blijft niet aan in de uitvoeringen met veiligheidsmechanisme. Heeft u gecontroleerd of: • U de knop goed heeft ingedrukt. • U de knop lang genoeg heeft ingedrukt voor het activeren van het veiligheidsmechanisme. • De gaten van de vlamverspreiders dichtbij het veiligheidsmechanisme niet verstopt zijn. De brander blijft niet aan als hij op minimum staat. Heeft u gecontroleerd of: • De gaten van de vlamverspreiders niet verstopt zijn. • Het niet tocht dichtbij het kookvlak. • De minimum stand niet goed is ingesteld. De pannen zijn wankel. Heeft u gecontroleerd of: • De bodem van de pan helemaal plat is. • De pan in het midden van de brander of de kookplaat staat. • De roosters niet zijn verwisseld. 81
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84

Scholtes TG 752 (IX) GH Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding