nl - 3 55
NEDERLANDS
Veiligheidsinstructies
Neem bij het gebruik van elektrische machines
altijd de plaatselijk geldende
veiligheidsvoorschriften in acht in verband met
brandgevaar, gevaar voor elektrische schokken
en lichamelijk letsel. Lees ook onderstaande
instructies aandachtig door voordat u met de
machine gaat werken. Bewaar deze instructies
zorgvuldig!
Algemeen
1 Zorg voor een opgeruimde werkomgeving
Een rommelige werkomgeving leidt tot ongelukken.
2 Houd rekening met omgevingsinvloeden
Stel elektrische machines niet bloot aan vocht.
Zorg dat de werkomgeving goed is verlicht.
Gebruik elektrische machines niet in de buurt van
brandbare vloeistoffen of gassen.
3 Voorkom een elektrische schok
Vermijd lichamelijk contact met geaarde
voorwerpen (bijv. buizen, radiatoren, fornuizen en
koelkasten). Onder extreme werkomstandig-
heden (bijv. hoge vochtigheid, ontwikkeling van
metaalstof, enz.) kan de elektrische veiligheid door
een scheidingstransformator of een aardlek-(FI-)
schakelaar voor te schakelen, verhoogd worden.
4 Houd kinderen uit de buurt
Laat andere personen niet aan de machine of het
verlengsnoer komen. Onder 16 jaar is supervisie
verplicht.
5 Berg de machine veilig op
Berg niet in gebruik zijnde elektrische machines
op in een droge, afgesloten ruimte, buiten het
bereik van kinderen.
6 Draag geschikte werkkleding
Draag geen wijde kleding of loshangende sieraden.
Deze kunnen door de bewegende delen worden
gegrepen. Draag bij het werken buitenshuis bij
voorkeur rubberen werkhandschoenen en
schoenen met profielzolen. Houd lang haar bijeen.
7 Draag een veiligheidsbril
Gebruik ook een gezichts- of stofmasker bij
werkzaamheden waarbij stofdeeltjes of spanen
vrijkomen.
8 Let op de maximum geluidsdruk
Neem voorzorgsmaatregelen voor
gehoorbescherming wanneer de geluidsdruk het
niveau van 85 dB(A) overschrijdt.
9 Klem het werkstuk goed vast
Gebruik klemmen of een bankschroef om het
werkstuk te fixeren. Dit is veiliger, bovendien kan
de machine dan met beide handen worden
bediend.
10 Zorg voor een veilige houding
Zorg altijd voor een juiste, stabiele houding.
11 Blijf voortdurend opletten
Houd uw aandacht bij uw werk. Ga met beleid te
werk. Gebruik de machine niet als u niet
geconcentreerd bent.
12 Verwijder sleutels of hulpgereedschappen
Controleer vóór het inschakelen altijd of sleutels
en andere hulpgereedschappen zijn verwijderd.
13 Gebruik de juiste machine
Het gebruik volgens bestemming is beschreven
in deze handleiding. Gebruik geen lichte machine
of hulpstukken voor het werk van zware
machines. De machine werkt beter en veiliger
indien u deze gebruikt voor het beoogde doel.
Waarschuwing! Gebruik ter voorkoming van
lichamelijk letsel uitsluitend de in deze
gebruiksaanwijzing aanbevolen accessoires en
hulpstukken. Gebruik de machine uitsluitend voor
het beoogde doel.
14 Onderhoud de machine met zorg
Houd de machine schoon om beter en veiliger te
kunnen werken. Houdt u aan de instructies met
betrekking tot het onderhoud en het vervangen
van accessoires. Controleer regelmatig het snoer
en laat dit bij beschadigingen door een erkend
DEWALT Service-center repareren. Controleer
het verlengsnoer regelmatig en vervang het in
geval van beschadiging. Houd de
bedieningsorganen droog en vrij van olie en vet.
15 Controleer de machine op beschadigingen
Controleer de machine vóór gebruik zorgvuldig op
beschadigingen om er zeker van te zijn dat deze
naar behoren zal functioneren. Controleer of de
bewegende delen niet klemmen, verdraaid of
gebroken zijn. Ga na of de accessoires en
hulpstukken correct zijn gemonteerd en of aan alle
andere voorwaarden voor een juiste werking is
voldaan. Ga bij vervanging of reparatie van
beschadigde veiligheidsinrichtingen of defecte
onderdelen te werk zoals aangegeven.
Gebruik geen machine waarvan de schakelaar
defect is. Laat de schakelaar vervangen door een
erkend DEWALT Service-center.