32
NEDERLANDS
Gebruik volgens bestemming
De Black & Decker sproeier is bedoeld voor het sproeien van
een aantal chemicaliën op waterbasis voor gazon en tuin,
zoals insecticiden, fungiciden, onkruidverdelgers en kunstmest.
Dit product is uitsluitend bedoeld voor consumentengebruik.
Algemene veiligheidsvoorschriften
Waarschuwing!
Lees alle instructies inclusief de informatiebladen over
materiaalveiligheid en de labels op de bij de chemicaliën
geleverde bak.
Lees alle veiligheidswaarschuwingen aangeduid met het
symbool m, de informatiebladen over materiaalveiligheid,
de bij de chemicaliën geleverde labels en alle voorschriften.
Lees alle voorschriften. Het niet in acht nemen van de
volgende voorschriften kan leiden tot een elektrische
schok, brand of ernstig letsel. Het hierna gebruikte begrip
‘elektrisch gereedschap' heeft betrekking op elektrische
gereedschappen voor gebruik op het stroomnet
(met netsnoer) of op accu (snoerloos).
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN GOED.
1. Werkomgeving
a. Houd uw werkomgeving schoon en opgeruimd.
Een rommelige of onverlichte werkomgeving kan tot
ongevallen leiden.
b. Werk niet met elektrische gereedschappen in een
omgeving met explosiegevaar, zoals in aanwezigheid
van brandbare vloeistoffen, gassen of stof.
Elektrische gereedschappen veroorzaken vonken die het
stof of de dampen tot ontsteking kunnen brengen.
c. Houd kinderen en andere personen tijdens het gebruik
van het elektrische gereedschap uit de buurt.
Wanneer u wordt afgeleid, kunt u de controle over het
gereedschap verliezen.
2. Elektrische veiligheid
a. De netstekker van het gereedschap moet in het
stopcontact passen. De stekker mag in geen geval
worden veranderd. Gebruik geen adapterstekkers in
combinatie met geaarde gereedschappen.
Onveranderde stekkers en passende stopcontacten
verminderen de kans op een elektrische schok.
b. Voorkom aanraking van het lichaam met geaarde
oppervlakken, bijvoorbeeld buizen, verwarmingen,
fornuizen en koelkasten.
De kans op een elektrische schok is groter als uw lichaam
geaard is.
c. Stel elektrisch gereedschap niet bloot aan regen en
vocht.
In elektrisch gereedschap binnendringend water vergroot
de kans op een elektrische schok.
d. Gebruik het snoer niet voor een verkeerd doel.
Gebruik het snoer niet om het gereedschap te dragen,
voor te trekken of om de stekker uit het stopcontact te
trekken. Houd het snoer uit de buurt van hitte, olie,
scherpe randen of bewegende delen.
Beschadigde of in de war geraakte snoeren vergroten de
kans op een elektrische schok.
e. Gebruik wanneer u buitenshuis met elektrisch
gereedschap werkt alleen verlengsnoeren die voor
gebruik buitenshuis zijn goedgekeurd.
Het gebruik van een voor gebruik buitenshuis geschikt
verlengsnoer verkleint de kans op een elektrische schok.
3. Veiligheid van personen
a. Wees alert, let goed op wat u doet en ga met verstand
te werk bij het gebruik van elektrische
gereedschappen. Gebruik elektrisch gereedschap niet
wanneer u moe bent of onder invloed van drugs,
alcohol of medicijnen.
Een moment van onoplettendheid bij het gebruik van het
gereedschap kan tot ernstige verwondingen leiden.
b. Draag persoonlijke beschermende uitrusting.
Draag altijd een veiligheidsbril.
Het dragen van persoonlijke beschermende uitrusting,
zoals een stofmasker, slipvaste werkschoenen, een
veiligheidshelm of gehoorbescherming, afhankelijk van de
aard en het gebruik van het elektrische gereedschap,
verlaagt de kans op verwondingen.
c. Voorkom per ongeluk inschakelen. Controleer of de
schakelaar op uit staat voordat u de stekker in het
stopcontact steekt.
Wanneer u bij het dragen van het gereedschap uw vinger
aan de schakelaar hebt of wanneer u het gereedschap
ingeschakeld op de stroomvoorziening aansluit, kan dit tot
ongevallen leiden.
d. Verwijder stelsleutels of moersleutels voordat u het
gereedschap inschakelt.
Een sleutel in een draaiend onderdeel van het elektrische
gereedschap kan tot verwondingen leiden.
e. Reik niet te ver. Zorg altijd dat u stevig staat en in
evenwicht blijft.
Daardoor kunt u het gereedschap in onverwachte situaties
beter onder controle houden.
f. Draag geschikte kleding. Draag geen loshangende
kleding of sieraden. Houd haren, kleding en
handschoenen uit de buurt van bewegende delen.
Loshangende kleding, sieraden en lange haren kunnen
bekneld raken in bewegende delen.
g. Sluit eventueel bijgeleverde stofafzuig- of stofopvang-
voorzieningen aan en gebruik ze op de juiste manier.
Het gebruik van deze voorzieningen beperkt het gevaar
door stof.