Teka TKI3 130 Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Teka TKI3 130 Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
57 3183 0000/AB
1/4
en-de-fr-es
57 3183 0000/AB
2/4
pt-it-el-pl
Gelieve eerst deze gebruiksaanwijzing te lezen!
Beste klant,
We hopen dat uw product, dat in een moderne fabriek werd geproduceerd
en onder de meest nauwkeurige procedures voor kwaliteitscontrole werd
gecontroleerd, u doeltreffend van dienst zal zijn.
Wij bevelen daarom aan dat u eerst zorgvuldig de volledige gebruiksaanwijzing
van uw product leest voordat u het product gaat gebruiken. Bewaar de handleiding
voor toekomstige raadpleging.
Deze gebruiksaanwijzing
• Helpt u uw toestel snel en veilig te gebruiken.
• Lees de gebruiksaanwijzing voordat u het product installeert en gebruikt.
• Volg de instructies, in het bijzonder die met betrekking tot veiligheid.
• Bewaar de gebruiksaanwijzing op een eenvoudig toegankelijke plaats aangezien u
deze later nodig kunt hebben.
• Daarnaast dient u ook de andere documenten die bij uw product worden geleverd
te lezen.
Let erop dat deze gebruiksaanwijzing ook voor andere modellen kan gelden.
Symbolen en hun beschrijvingen
Deze instructiehandleiding bevat de volgende symbolen:
C Belangrijke informatie of nuttige gebruikstips.
A Waarschuwing tegen gevaarlijke omstandigheden voor leven en eigendommen.
B Waarschuwing tegen elektrische spanning.
2
NL
1 Uw koelkast 3
2 Belangrijke
veiligheidswaarschuwingen 4
Bedoeld gebruik ................................4
Algemene veiligheid ..........................4
Kinderbeveiliging ...............................6
Voldoet aan de AEEE-richtlijn en
de richtlijnen voor afvoeren van het
restproduct ........................................6
Voldoet aan RoHS-richtlijn: ................7
Verpakkingsinformatie ........................7
HCA-waarschuwing ...........................7
Aanwijzingen ter besparing van
energie ..............................................8
3 Installatie 9
Punten waarop gelet moet worden bij
de verplaatsing van een koelkast .......9
Voordat u de koelkast inschakelt, ......9
Afvoeren van de verpakking .............10
Afvoeren van uw oude koelkast .......10
Plaatsing en installatie ......................10
Het binnenlichtje vervangen ............11
De deuren omkeren .........................12
4 Voorbereiding 13
5 Gebruik van uw koelkast 14
Knop om thermostaat in te stellen ...14
Koelen .............................................15
Diepvriezen ......................................15
Ontdooien .......................................15
Uw product uitschakelen .................16
6 Onderhoud en reiniging 17
Bescherming van de plastic
oppervlakken ..................................17
7 Fouten opsporen 18
INHOUD
NL
3
1. Boter- & kaasdeel
2. Eierrekken
3. Deurschappen
4. Flessenrek
5. Flessengrijper
6. Luchtrooster
7. Groentelade
8. Deksel groentelade
9. Afvoerkanaal dooiwater - afvoerpijp
10. Verplaatsbare schappen
11. Binnenlampje & Thermostaatknop
12. a.) Invriesvak & ijsblokjesvorm (voor
modellen) b) Vak voor
diepvriesproducten & ijsblokjesvorm
(voor modellen)
1 Uw koelkast
C De afbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing zijn schematisch en hoeven niet exact
met uw product overeen te komen. Wanneer onderdelen niet tot het product
behoren dat u hebt gekocht, gelden deze voor andere modellen.
11
10
8
7
9
12
6
4
1
2
3
5
4
NL
2 Belangrijke veiligheidswaarschuwingen
Gelieve de volgende informatie goed
te bestuderen. Niet-inachtneming van
deze informatie kan verwondingen
of materiële schade veroorzaken. In
dat geval worden alle garanties en
betrouwbaarheidsengagementen
ongeldig.
Uw product heeft een levensduur
van 10 jaar. Tijdens deze periode
zijn de originele reserve-onderdelen
beschikbaar om uw product juist te
laten werken.
Bedoeld gebruik
Dit product is bedoeld om te worden
gebruikt:
• binnen en in gesloten omgevingen
zoals huizen;
• in gesloten werkomgevingen zoals
kantoren en winkels;
• in gesloten
accommodatieomgevingen zoals
boerderijen, hotels, pensions.
• Het toestel mag niet buitenshuis
worden gebruikt.
Algemene veiligheid
• Wanneer u het product wenst af te
voeren, raden wij u aan de bevoegde
onderhoudsdienst te raadplegen
om de benodigde informatie en
bevoegde instanties te leren kennen.
• Raadpleeg uw bevoegde
onderhoudsdienst voor alle vragen
en problemen met betrekking tot de
koelkast. Voer geen ingrepen aan
de koelkast uit en laat dit ook niet
door iemand anders doen zonder de
bevoegde onderhoudsdienst op de
hoogte te stellen.
• Voor producten met een
diepvriesvak; Eet geen ijs of ijsblokjes
meteen nadat u deze uit het
diepvriesvak heeft gehaald. (Dit kan
bevriezing in uw mond veroorzaken.)
• Voor producten met een
diepvriesvak; Plaats geen flessen of
blikjes met vloeibare dranken in het
diepvriesvak Deze zouden kunnen
barsten.
• Raak ingevroren levensmiddelen niet
met de hand aan; deze kunnen aan
uw hand vastplakken.
• Verwijder de stekker uit uw koelkast
voor u deze reinigt of ontdooit.
• Bij het schoonmaken en ontdooien
van de koelkast mogen geen stoom
en stoomreinigers gebruikt worden.
De stoom kan in contact komen
met de elektrische onderdelen en
kortsluiting of een elektrische schok
veroorzaken.
• Gebruik geen onderdelen van uw
koelkast zoals de deur als steun of
opstapje.
• Gebruik geen elektrische apparaten
binnen in de koelkast.
• Beschadig de onderdelen, waar de
koelvloeistof circuleert, niet door boor-
of snijdgereedschap. De koelvloeistof
kan naar buiten geblazen worden
wanneer de gasleidingen van de
verdamper, leidingverlengingen
of oppervlaktecoatings worden
doorboord en dit kan huidirritatie en
oogletsel veroorzaken.
• Dek of blokkeer de
ventilatieopeningen van uw koelkast
met geen enkel materiaal.
NL
5
Elektrische toestellen mogen enkel
door bevoegde personen worden
hersteld. Reparaties die door
onbevoegde personen worden
uitgevoerd kunnen een risico voor de
gebruiker opleveren.
Sluit in geval van storing of tijdens
onderhouds- of reparatiewerken de
stroomtoevoer van de koelkast af
door de zekering eruit te draaien of
de stekker van het apparaat eruit te
trekken.
Bij het uittrekken van de stekker deze
niet aan de kabel uittrekken.
Plaats alcoholische dranken goed
afgesloten en verticaal.
Bewaar nooit spuitbussen met een
ontvlambare of explosieve inhoud in
de koelkast.
Gebruik geen andere mechanische
gereedschappen of andere middelen
om het ontdooiproces te versnellen
dan deze aangeraden door de
fabrikant.
Dit product is niet bestemd voor
gebruik door personen met een
fysieke, zintuiglijke of mentale stoornis
of ongeschoolde of onervaren
mensen (inclusief kinderen) tenzij
deze worden bijgestaan door
een persoon die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid of die hen
dienovereenkomstig instructies geeft
bij het gebruik van het product
Gebruik geen beschadigde koelkast.
Neem contact op met de dealer als u
vragen heeft.
Elektrische veiligheid van uw koelkast
wordt alleen gegarandeerd wanneer
het aardingssysteem in uw huis aan
de normen voldoet.
• Blootstelling van het product aan
regen, sneeuw, zon en wind is
gevaarlijk met betrekking tot de
elektrische veiligheid.
• Neem contact op met een bevoegde
dienst wanneer de stroomkabel
beschadigd is om zo gevaar te
voorkomen.
• Steek tijdens installatie nooit de
stekker van de koelkast in de
wandcontactdoos. Er bestaat een
kans op overlijden of serieus letsel.
• Deze koelkast is enkel bestemd voor
het bewaren van voedsel. Hij mag
niet voor andere doeleinden worden
gebruikt.
• Het label met technische specificaties
bevindt zich aan de linkerwand
binnenin de koelkast.
• Sluit je koelkast nooit aan op
energiebesparende systemen; deze
kunnen de koelkast beschadigen.
• Als er een blauw licht op de koelkast
schijnt, kijk er dan niet naar met
optische gereedschappen.
• Wacht minstens 5 minuten met
het inschakelen van de koelkast na
stroomuitval bij manueel bediende
koelkasten.
• Deze gebruikershandleiding moet aan
de nieuwe eigenaar van het toestel
gegeven worden wanneer het toestel
doorgegeven wordt.
• Vermijd schade aan de stroomkabel
bij transport van de koelkasten. De
kabel plooien kan vuur veroorzaken.
Plaats geen zware voorwerpen op de
stroomkabel.
• Raak de stekker niet aan met
natte handen wanneer deze in het
stopcontact wordt geplaatst.
6
NL
• Plaats de stekker van de koelkast niet
in het stopcontact als dit stopcontact
los is.
• Er mag om veiligheidsredenen geen
water rechtstreeks op de binnen- of
buitendelen van het toestel gesproeid
worden.
• Sproei geen stoffen met ontvlambare
gassen zoals propaangas dichtbij
de koelkast om gevaar op vuur en
ontploffing te voorkomen.
• Plaats geen containers gevuld met
water op de koelkast; dit kan bij
morsen elektrische schokken of vuur
veroorzaken.
• Laad de koelkast niet te vol met
voedsel. Indien de koelkast overladen
is, kan voedsel naar beneden vallen
bij het openen en u kwetsen of de
koelkast beschadigen.
• Plaats geen objecten op de koelkast;
deze kunnen naar beneden vallen
wanneer u de deur open of dicht
doet.
• Producten die een nauwkeurige
temperatuurregeling nodig hebben
(vaccins, hittegevoelige medicatie,
wetenschappelijke materialen, enz.)
mogen niet in koelkast bewaard
worden.
• De koelkast moet worden
losgekoppeld indien deze langdurig
niet wordt gebruikt. Een mogelijk
probleem met de stroomkabel kan
vuur veroorzaken.
• Het uiteinde van de stekker moet
regelmatig worden gereinigd met een
droge doek, anders kan deze brand
veroorzaken.
• De koelkast kan bewegen als de
stelvoetjes niet juist op de vloer
worden vastgezet. De stelvoetjes
juist vastzetten op de vloer kan
voorkomen dat de koelkast beweegt.
• Hef de koelkast niet aan het handvat
bij verplaatsing. Anders breekt het.
• Als u het product naast een andere
koelkast of diepvriezer plaatst, moet
de afstand hiertussen minstens 8 cm
zijn. Anders kunnen aaneensluitende
zijwanden nat worden.
Kinderbeveiliging
• Indien de deur een slot heeft, moet
de sleutel buiten het bereik van
kinderen worden gehouden.
• Kinderen moeten onder toezicht
staan om te voorkomen dat ze met
het product knoeien.
Voldoet aan de AEEE-
richtlijn en de richtlijnen voor
afvoeren van het restproduct
Dit product bevat geen schadelijke of
verboden materialen zoals beschreven
in de "Verordening op controle voor
afvalsortering van elektrische en
elektronische apparatuur" uitgegeven
door het T.R. ministerie van mileu en
planologie. Voldoet aan de AEEE-
verordening.
NL
7
Dit product werd
vervaardigd uit onderdelen
en materialen van hoge
kwaliteit die hergebruikt
kunnen worden en
geschikt zijn voor
reclycling. Gooi het
product daarom niet weg met het
normaal huishoudafval aan het einde
van zijn levensduur. Breng het naar
een recyclingpunt voor het recyclen
van elektrische en elektronische
apparaten. Vraag uw plaatselijke
overheid waar het dichtstbijzijnde
verzamelpunt gelegen is. Help het
milieu en natuurlijke bronnen te
beschermen door gebruikte producten
te recycleren. Snij, voordat u zich van
het product ontdoet, de stroomkabel
door en breek het
vergrendelmechanisme van de deur,
zodat het niet meer werkt, om zo de
veiligheid van kinderen te beschermen.
Voldoet aan RoHS-richtlijn:
Het door u aangekochte product
voldoet aan de EU-richtlijn RoHS
(2011/65/EU). Het bevat geen
schadelijke en verboden materialen die
in deze richtlijn zijn opgenomen.
Verpakkingsinformatie
De verpakkingsmaterialen van
het product zijn vervaardigd
uit recycleerbare materialen in
overeenstemming met onze
nationale milieunormen. Gooi het
verpakkingsmateriaal niet weg met
het huishoudelijk of ander afval. Breng
het naar een verzamelpunt voor
verpakkingsmateriaal dat is aangesteld
door de lokale autoriteiten.
Vergeet niet...
Elk gerecyclede stof is een essentieel
belang voor de natuur en onze nationale
rijkdom.
Als u wilt bijdragen aan
de herbeoordeling van
verpakkingsmaterialen, kunt u uw
milieuorganisatie of uw gemeente
raadplegen.
HCA-waarschuwing
Als het koelsysteem van uw
product R600a bevat:
Dit gas is ontvlambaar. Zorg daarom
tijdens gebruik en transport dat het
koelsysteem en de leidingen niet
beschadigd raken. In het geval van
schade: houd uw product weg van
mogelijke ontstekingsbronnen die
kunnen veroorzaken dat het product
vuur vat en ventileer de ruimte waarin
de unit is geplaatst.
Negeer deze waarschuwing als
het koelsysteem van uw product
R134a bevat.
Het type gas dat in dit product wordt
gebruikt staat vermeld op de type-
etiket aan de linkerwand binnenin de
koelkast.
Gooi het product nooit in vuur voor
verwijdering.
8
NL
Aanwijzingen ter besparing
van energie
• Houd de deuren van uw koelkast niet
lang open.
• Plaats geen warme levensmiddelen
of dranken in de koelkast.
• Overlaad de koelkast niet zodat
luchtcirculatie aan de binnenzijde niet
geblokkeerd wordt.
• Plaats de koelkast niet in direct
zonlicht of naast warmteafgevende
apparaten zoals een oven,
vaatwasser of radiator. Houd uw
koelkast minstens 30 cm verwijderd
van warmteafgevende bronnen en
minstens 5 cm van elektrische ovens.
• Bewaar uw levensmiddelen in
gesloten bakjes.
• Voor producten met een
diepvriesvak; U kunt een maximale
hoeveelheid voedsel in de diepvries
bewaren wanneer u de schappen
of lade uit de diepvries verwijdert.
De waarde voor energieconsumptie
van uw diepvries werd vastgesteld
door verwijdering van de diepvries
schappen of laden en onder de
maximum hoeveelheid. Er bestaat
geen risico bij het gebruik van een
schap of lade volgens de vorm en
grootte van het in te vriezen voedsel.
• Bevroren voedsel in het koelgedeelte
ontdooien laat toe om energie
te besparen en behoudt de
voedselkwaliteit.
NL
9
3 Installatie
B Indien de informatie die in deze
gebruikershandleiding wordt
gegeven, niet wordt opgevolgd, is de
fabrikant in geen geval aansprakelijk.
Punten waarop gelet moet
worden bij de verplaatsing
van een koelkast
1. Uw koelkast moet van de stroom zijn
afgesloten. Voor het vervoer van uw
koelkast moet deze leeg zijn gemaakt
en gereinigd.
2. Voordat deze wordt verpakt,
moeten schappen, accessoires,
groentelade, enz. in de koelkast
worden vastgemaakt met tape en
beschermd zijn tegen stoten. De
verpakking dient met dikke tape of
geschikt touw worden ingebonden
en de vervoerregels op de verpakking
dienen strikt te worden nageleefd.
3. Originele verpakking en
schuimmaterialen moeten worden
bewaard voor toekomstig transport of
verhuizen.
Voordat u de koelkast
inschakelt,
Controleer het volgende voordat u uw
koelkast gaat gebruiken:
1. Bevestig 2 plastic wiggen zoals
hieronder afgebeeld. Plastic
wiggen zijn bedoeld om afstand te
houden, om zo een luchtcirculatie
te behouden tussen uw koelkast en
de muur. (De afbeelding is slechts
een schets en is niet gelijk aan uw
product.)
2. Maak de binnenkant van de koelkast
schoon, zoals aanbevolen in het
hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
3. Sluit de stekker van de koelkast
aan op het stopcontact. Als de
koelkastdeur wordt geopend, gaat
de binnenverlichting van de koelkast
aan.
4. Als de compressor begint te draaien,
komt er een geluid vrij. De vloeistof en
de gassen die zich in het koelsysteem
bevinden, zouden ook wat lawaai
kunnen veroorzaken zelfs wanneer de
compressor niet werkt. Dit is normaal.
5. De buitenkant van de koelkast kan
warm aanvoelen. Dit is normaal. Deze
oppervlakken zijn bedoeld om warm
te worden om condensvorming te
voorkomen.
Elektrische aansluiting
Sluit uw apparaat aan op een geaard
stopcontact, beschermd door een
zekering met de juiste capaciteit.
Belangrijk:
6. De aansluiting moet in naleving zijn met
nationale voorschriften.
• De stroomstekker moet na installatie
eenvoudig bereikbaar zijn.
• Elektrische veiligheid van uw koelkast
wordt alleen gegarandeerd wanneer
het aardingssysteem in uw huis aan
de normen voldoet.
• Het voltage op het etiket dat zich links
binnenin uw product bevindt moet
gelijk zijn aan uw netstroomvoltage.
10
NL
• Verlengkabels en verdeelstekkers
mogen voor aansluiting niet
worden gebruikt.
B Een beschadigde stroomkabel
kabel moet door een gekwalificeerd
elektricien worden vervangen.
B Het product mag niet in werking
worden gesteld voordat het
gerepareerd is! Er bestaat anders
gevaar op een elektrische schok!
Afvoeren van de verpakking
De verpakkingsmaterialen kunnen
gevaarlijk zijn voor kinderen. Houd het
verpakkingsmateriaal buiten bereik
van kinderen of voer deze af conform
afvalinstructies zoals bepaald door uw
lokale autoriteiten. Gooi het niet weg
met het normale huishoudafval, maar
maak gebruik van ophaalplaatsen
voor verpakkingen die door lokale
autoriteiten zijn aangewezen.
De verpakking van uw koelkast is
vervaardigd uit herbruikbare materialen.
Afvoeren van uw oude
koelkast
Voer uw oude koelkast af zonder het
milieu op enige wijze te schaden.
• U kunt uw bevoegde dealer of het
afvalcentrum van uw gemeente
raadplegen over het afvoeren van uw
koelkast.
Voordat u uw koelkast afvoert,
snijd de elektrische stekker af. Indien
het apparaat is uitgevoerd met
deursluitingen, dit slot dan onbruikbaar
maken om kinderen tegen gevaar te
beschermen.
Plaatsing en installatie
A
Als de toegangsdeur van de kamer
waarin de koelkast wordt geïnstalleerd
niet breed genoeg is voor de koelkast
om erdoor te passen, bel dan de
bevoegde dienst zodat deze de deuren
van uw koelkast kan verwijderen en de
koelkast zijdelings door de deur kan.
1. Installeer uw koelkast op een plaats
waar deze gemakkelijk kan worden
gebruikt.
2. Houd uw koelkast uit de buurt van
warmtebronnen, vochtige plaatsen en
direct zonlicht.
3. Er moet geschikte luchtventilatie rond
uw koelkast zijn om een efficnte
werking te verkrijgen. Als de koelkast
in een uitsparing in de muur wordt
geplaatst, moet er minstens 5
cm afstand zijn ten opzichte van
het plafond en minstens 5 cm ten
opzichte van de muur. Plaats uw
product niet op materialen zoals een
kleden of vloerbedekking.
4. Plaats uw koelkast op een vlak
vloeroppervlak om schokken te
vermijden.
NL
11
Het binnenlichtje vervangen
Wanneer het lichtje uitvalt, het apparaat
uitschakelen aan het stopcontact
en de hoofdstekker uittrekken. Volg
onderstaande instructies om te
controleren of het lampje op is.
Wanneer het lichtje nog steeds niet
werkt, schaf dan een reservelichtje aan
van 15 Watt (Max) met een schroefdop
van het type E14 in uw plaatselijke
elektriciteitswinkel en vervang het
defecte lampje.
1. Schakel het apparaat uit aan het
stopcontact en trek de hoofdstekker
uit Het is wellicht raadzaam om
enkele schappen te verwijderen zodat
u eenvoudiger bij het lampje kunt
komen.
2. Verwijder het kapje, zie hiervoor de
afbeelding (a-b).
3. Vervang het lampje.
4. Plaats het kapje terug, zie hiervoor
de afbeelding (c).
“Stevig aandrukken zodat het kapje
goed geplaatst is.”
5. Het opgebrande lampje
onmiddellijk afvoeren.
U vindt een reservelampje in elke
goede elektrohandel of doe-het-
zelfzaak.
12
NL
De deuren omkeren
3
5
2
1
6
4
D
B
A
C
7
11
10
9
8
E
F
G
NL
13
4 Voorbereiding
• Uwkoelkastmoetworden
geïnstalleerd op minstens 30 cm
afstand van warmtebronnen zoals
kookplaten, centrale verwarming en
kachels en op minstens 5 cm afstand
van elektrische ovens. De koelkast
mag niet in direct zonlicht worden
geplaatst.
• Deomgevingstemperatuurvan
de kamer waarin u de koelkast
installeert dient minstens 10°C te
zijn. In verband met efficiëntie wordt
gebruik van uw koelkast in koudere
omstandigheden niet aanbevolen.
• Controleerofdebinnenzijdevanuw
koelkast volledig schoon is.
• Bijinstallatievantweekoelkasten
naast elkaar, moeten de koelkasten
op een afstand van minstens 2 cm
van elkaar worden geplaatst.
• Wanneerudekoelkastvoorde
eerste keer in gebruik neemt, gelieve
tijdens de eerste zes uur de volgende
instructies in acht te houden.
- De deur niet regelmatig openen.
- Koelkast moet in bedrijf gesteld
worden zonder levensmiddelen.
- De stekker van de koelkast
niet uittrekken. Indien zich een
stroomstoring voordoet buiten uw
macht, zie de waarschuwingen in het
deel “Aanbevolen oplossingen voor
problemen”.
• Origineleverpakkingen
schuimmaterialen moeten worden
bewaard voor toekomstig transport of
verhuizen.
14
NL
5 Gebruik van uw koelkast
Knop om thermostaat in te stellen
De werkingstemperatuur wordt
geregeld via de temperatuursturing.
Warm Cold
1 2 3 4 5
(Or) Min. Max.
1 = Laagste koelinstelling
(Warmste instelling)
5 = Hoogste koelinstelling
(Koudste instelling)
(Of)
Min. = Laagste koelstand
(Warmste instelling)
Max. = Hoogste koelstand
(Koudste instelling)
De gemiddelde koelkasttemperatuur
moet ongeveer +5 °C bedragen.
Kies een stand afhankelijk van de
gewenste temperatuur.
Merk op dat er in het koelgebied
verschillende temperaturen zijn.
Het koudste gedeelte bevindt zich
onmiddellijk boven het groentevak.
De binnentemperatuur hangt ook af
van de omgevingstemperatuur, hoe
vaak de deur geopend wordt en de
hoeveelheid voedsel die in de koelkast
bewaard wordt.
Wanneer u de deur vaak opent, stijgt
de temperatuur in de koelkast.
Het is daarom raadzaam om de deur
na elk gebruik zo snel mogelijk te
sluiten.
De binnentemperatuur van uw
koelkast verandert om de volgende
redenen;
• Seizoentemperaturen,
• Frequent openen van de deur of de
deur lang open laten staan,
• Etenswaren die in de koelkast
wordt geplaatst zonder dat deze tot
kamertemperatuur zijn afgekoeld.
• De plaats van de koelkast in de
kamer (bijv. blootgesteld aan zonlicht)
• Met de thermostaat kunt u een als
gevolg van deze redenen varrende
binnentemperatuur aanpassen. De
cijfers rond de thermostaatknop
geven de mate van koeling aan.
• Wanneer de omgevingstemperatuur
hoger is dan 32°C, draait u
de thermostaatknop in de
maximumpositie.
• Wanneer de omgevingstemperatuur
lager is dan 25°C, draait u de
thermostaatknop naar de minimum
positie.
NL
15
Koelen
Bewaren van voedsel
Het koelkastgedeelte dient voor het
bewaren van verse etenswaren en
dranken.
Diepvriezen
Voedsel invriezen
Het diepvriesgedeelte is met dit
symbool gemarkeerd.
U kunt het apparaat gebruiken om
verse etenswaren in te vriezen of om
diepvriesproducten te bewaren.
Raadpleeg de aanbevelingen op de
verpakking van de etenswaren.
Bewaren van bevroren etenswaren
Het vak voor diepvriesproducten is
gemarkeerd met dit symbool.
Het vak voor diepvriesproducten is
geschikt voor het bewaren van bevroren
levensmiddelen. De aanbeveling
voor bewaring, zoals vermeld op de
verpakking van de diepvriesproducten,
moet altijd in acht worden genomen.
Ontdooien
A) Koelkastgedeelte
Het koelkastgedeelte ontdooit
volledig automatisch. Waterdruppels
en een ijslaag van tot 7-8 mm kunnen
zich voordoen op de binnenste
achterwand van het koelkastgedeelte
terwijl uw koelkast aan het koelen is.
Zulke ijsvorming is normaal als een
resultaat van het koelsysteem. De
ijsvorming wordt ontdooid via een
automatische ontdooiing met bepaalde
tussentijden dankzij het automatische
ontdooisysteem van de achterwand.
De gebruiker moet de ijsvorming niet
wegschrapen of de waterdruppels niet
verwijderen.
Het water dat afkomstig is van
het ontdooien loopt weg via de
wateropvanggroef en stroomt in de
verdamper via de afvoerleiding en
verdampt daar zelf.
Controleer regelmatig om te zien
of de afvoerleiding niet verstopt is en
ontstop met behulp van een stokje in
de opening indien nodig.
Het diepvriesgedeelte voert geen
automatische ontdooiing uit om het
rotten van voedsel te voorkomen.
16
NL
Uw product uitschakelen
Als uw thermostaat is uitgerust met
de stand "0":
- Uw product stopt met werken
wanneer u de thermostaatknop naar
de stand “0” (nul) draait. Uw product
zal pas weer starten wanneer u de
thermostaatknop naar de stand “1” of
naar een van de andere standen draait.
Als uw thermostaat is uitgerust met de
stand "min":
- Trek de stekker van uw product uit
het stopcontact om het uit te schakelen.
B) Diepvriesgedeelte
Ontdooien is zeer eenvoudig en
zonder vuiligheid, dankzij een speciale
verzamelbak voor het dooiwater.
Ontdooi twee keer per jaar of wanneer
er zich een ijslaag van ongeveer 7 mm
(¼’’) heeft gevormd.
Om de ontdooiprocedure te beginnen,
schakel het apparaat uit aan het
stopcontact en trek de hoofdstekker
uit.
Alle etenswaren moeten in een dikke
laag kranten worden verpakt en in een
koele ruimte worden bewaard (bijv.
koelkast of provisiekamer).
Om het ontdooiproces te versnellen
kunt u voorzichtig een bakje warm
water in het vriesvak plaatsen.
Gebruik geen puntige of scherpe
voorwerpen, zoals messen of vorken,
om het ijs te verwijderen.
Gebruik nooit haardrogers, elektrische
verwarmingstoestellen of andere
gelijkaardige elektrische toestellen om
te ontdooien.
Spons het verzamelde dooiwater op
de bodem van het diepvriesgedeelte
op. Na het ontdooien de binnenkant
goed droog maken.
Steek de stekker in het stopcontact
en schakel de stroomtoevoer aan.
NL
17
6 Onderhoud en reiniging
A Gebruik nooit benzine, benzeen of
gelijksoortige substanties voor het
reinigingswerk.
B Wij bevelen aan dat u de stekker
uit het toestel trekt voordat u met
reinigen begint.
B Gebruik nooit scherpe voorwerpen,
zeep, huishoudproducten,
afwasmiddel of boenwas om te
poetsen.
C Gebruik lauwwarm water om de kast
van uw koelkast schoon te maken en
wrijf deze droog.
C Gebruik een vochtige doek,
uitgewrongen in een oplossing van
één koffielepel natriumbicarbonaat
voor 50 cl water, om de binnenkant
schoon te maken en wrijf vervolgens
droog.
B Zorg ervoor dat er geen water in
de lamp en andere elektrische
onderdelen binnensijpelt.
B Als uw koelkast voor een lange
periode niet zal worden gebruikt, trek
dan de stroomkabel uit, verwijder
alle etenswaren, maak de koelkast
schoon en laat de deur op een kier
staan.
C Kijk de deurgrendels regelmatig na
om u ervan te overtuigen dat ze
schoon en vrij van etensresten zijn.
A Om deurroosters te verwijderen,
verwijder de inhoud en druk
het deurrooster vervolgens
eenvoudigweg naar boven vanaf de
basis.
A Gebruik nooit reinigingsmiddelen
of water dat chloor bevat om de
buitenkant en de verchroomde
onderdelen van het product te
reinigen. Chloor veroorzaakt corrosie
op dergelijke metalen oppervlakken.
Bescherming van de plastic
oppervlakken
C
Plaats geen vloeibare olie of in olie
bereide maatlijden in uw koelkast in
onafgedichte bakjes. Deze kunnen de
plastic oppervlakken van uw koelkast
beschadigen. Mocht u olie morsen
op de kunststof oppervlakken, reinig
dit deel van het oppervlak dan direct
met warm water en spoel af.
18
NL
7 Fouten opsporen
Controleer de volgende punten voordat u de onderhoudsdienst belt. Dit kan u
tijd en geld besparen. Deze lijst omvat regelmatige klachten die niet voortkomen
uit defect vakmanschap of materiaalgebruik. Het is mogelijk dat bepaalde functies
die hier beschreven zijn niet tot uw product behoren.
De koelkast werkt niet.
• De stekker zit niet op de juiste manier in het stopcontact. >>>Zorg ervoor dat de
stekker veilig in het stopcontact wordt geplaatst.
• De zekering van het stopcontact waarop de koelkast is aangesloten of de
hoofdzekering is gesprongen. >>>Controleer de zekering.
Condensvorming langs de wand van het koelgedeelte (MULTI ZONE, COOL
CONTROL en FLEXI ZONE).
• Omgeving is erg koud. >>>Plaats de koelkast niet in een ruimte waar de
temperatuur lager kan worden dan 10°C.
• De deur van de koelkast werd regelmatig open gemaakt. >>>Open en sluit de
deur van de koelkast niet te veel.
• Omgeving is erg vochtig. >>>Plaats de koelkast niet in een vochtige ruimte.
• Voedsel met veel vloeistoffen wordt in open bakjes bewaard. >>>Bewaar dit
soort voedsel in gesloten bakjes.
• De deur van de koelkast staat op een kier. >>>Sluit de deur van de koelkast.
• De thermostaat staat veel te laag. >>>Zet de thermostaat hoger.
• De compressor draait niet
• Thermische bescherming van de compressor kan springen gedurende
plotselinge stroomuitval of afsluiting van de stroomtoevoer wanneer de druk
van het koelmiddel in het koelsysteem van de koelkast niet in balans is. De
koelkast gaat na ongeveer 6 minuten draaien. Neem contact op met de
onderhoudsdienst wanneer uw koelkast na deze periode niet start.
• De koelkast zit in een ontdooicyclus. >>>Dit is normaal voor een volledig
automatisch ontdooiende koelkast. Ontdooicylus vindt periodiek plaats.
• De stekker van de koelkast steekt niet in het stopcontact. >>>Zorg ervoor dat
de stekker in het stopcontact zit.
• De temperatuuraanpassingen werden niet correct uitgevoerd. >>>Kiest een
geschikte temperatuurwaarde.
• Er is een stroomstoring. >>>Zodra de storing is verholpen keert de koelkast
terug naar normale werking.
NL
19
Het werkingsgeluid neemt toe wanneer de koelkast werkt.
• De werking van de koelkast kan veranderen als gevolg van wijzigingen in de
omgevingstemperatuur. Dit is normaal en geen defect.
De koelkast werkt frequent of gedurende lange tijd.
• Uw nieuwe product is mogelijk breder dan het vorige. Grote koelkasten werken
langer.
• De omgevingstemperatuur kan hoog zijn. >>>Het is normaal dat het product
langer draait in een warme omgeving.
• De stekker van de koelkast kan onlangs ingestoken zijn of de koelkast kan zijn
volgeladen met etenswaren. >>>Wanneer de koelkast pas is ingeschakeld of
kortgeleden werd gevuld, duurt het langer om de ingestelde temperatuur te
bereiken. Dit is normaal.
• Grote hoeveelheden warme levensmiddelen kunnen recentelijk in de koelkast zijn
geplaatst. >>>Plaats geen warm voedsel in de koelkast.
• Deuren werden regelmatig geopend of hebben enige tijd op een kier gestaan.
>>>De warme lucht die in de koelkast is binnengekomen maakt dat de koelkast
langer werkt. Open de deuren niet te dikwijls.
• De deur van het vries- of koelcompartiment is mogelijk op een kier blijven staan.
>>>Controleer of de deuren goed gesloten zijn.
• De koelkast is zeer koud ingesteld. >>>Stel de koelkasttemperatuur hoger en
wacht tot de temperatuur wordt bereikt.
• Deurafdichting van de koelkast of diepvriezer kan vuil, versleten, gebroken of
niet goed geplaatst zijn. >>>Maak de afdichting schoon of vervang deze. Een
beschadigde/gebroken afdichting maakt dat de koelkast langer moet werken
om de huidige temperatuur te handhaven.
Diepvriestemperatuur is erg laag terwijl de koelkasttemperatuur voldoende is.
• De diepvriestemperatuur is zeer koud ingesteld. >>>Stel de
diepvriezertemperatuur hoger in en controleer.
Koelkasttemperatuur is erg laag terwijl de diepvriestemperatuur voldoende is.
20
NL
• De temperatuur van het koelvak is zeer koud ingesteld. >>>Stel de
koelkasttemperatuur hoger in en controleer.
Etenswaren die in laden van het koelgedeelte worden bewaard, bevriezen.
• De temperatuur van het koelvak is zeer hoog ingesteld. >>>Stel de
koelkasttemperatuur lager in en controleer.
Temperatuur in de koelkast of diepvriezer is zeer hoog.
De temperatuur van het koelvak is zeer hoog ingesteld. >>>De temperatuur
van het koelvak heeft invloed op de temperatuur van de diepvriezer. Wijzig de
temperatuur van de koelkast of de diepvriezer en wacht tot de betreffende
compartimenten de gewenste temperatuur bereikt.
• Deuren werden regelmatig geopend of hebben enige tijd op een kier gestaan.
>>>Open de deuren niet te vaak.
• De deur staat op een kier. >>>Sluit de deur volledig.
• De koelkast is pas ingeschakeld of werd recent geladen met voedsel. >>>Dit is
normaal. Wanneer de koelkast net is ingeschakeld of kortgeleden werd gevuld,
duurt het langer om de ingestelde temperatuur te bereiken.
• Grote hoeveelheden warme levensmiddelen kunnen recentelijk in de koelkast zijn
geplaatst. >>>Plaats geen warm voedsel in de koelkast.
• Vibratie of geluid.
• De vloer is niet gelijk of stabiel. >>> Indien de koelkast schommelt bij enige
beweging, moet u de stelvoetjes aanpassen. Zorg dat de vloer vlak en sterk
genoeg is om de koelkast te dragen.
• De spullen die boven op de koelkast liggen kunnen geluid veroorzaken.
>>>Verwijder deze van de bovenzijde van de koelkast.
Er komt een geluid van morsende of sprayende vloeistof uit de koelkast.
• Vloeistof- en gasstromen vinden plaats conform de werkingsprincipes van uw
koelkast. Dit is normaal en geen defect.
Er komt een fluitend geluid van de koelkast.
• Er worden ventilatoren gebruikt om de koelkast te koelen. Dit is normaal en geen
defect.
Condens op de binnenwanden van de koelkast.
NL
21
• Met warm en vochtig weer neemt ijs- en condensvorming toe. Dit is normaal en
geen defect.
• Deuren werden regelmatig geopend of hebben enige tijd op een kier gestaan.
>>>Open de deuren niet te vaak. Sluit ze wanneer ze open staan.
• De deur staat op een kier. >>>Sluit de deur volledig.
Vocht aan de buitenkant van de koelkast of tussen de deuren.
• De lucht is mogelijk vochtig; dit is vrij normaal bij vochtig weer. Wanneer de
vochtigheid minder wordt, zal de condens verdwijnen.
Slechte geur binnenin de koelkast.
• Ze wordt niet regelmatig schoongemaakt. >>>Maak de binnenkant van de
koelkast regelmatig schoon met een spons met lauw water waarin eventueel wat
carbonaat is opgelost.
• Sommige bakjes of verpakkingsmaterialen kunnen de geur veroorzaken.
>>>Gebruik een ander bakje of ander soort verpakkingsmateriaal.
• Er is voedsel in de koelkast geplaatst in een open bakje. >>>Bewaar het voedsel
altijd in een gesloten bakje. Micro-organismen die zich verspreiden vanuit
containers zonder deksel kunnen onaangename geuren veroorzaken.
• Neem vervallen voedingswaren en gemorste gerechten altijd meteen uit de
koelkast.
De deur sluit niet.
• Voedselpakketjes kunnen er de reden van zijn dat de deur niet sluit.
>>>Verplaats de verpakkingen die de deur belemmeren.
• De koelkast staat niet volledig waterpas op de vloer. >>>Stel de stelvoetjes bij
om de koelkast waterpas te zetten.
De vloer is niet gelijk of stevig. >>>Zorg dat de vloer vlak is en de koelkast kan
dragen.
Groenteladen zitten vast.
• De levensmiddelen kunnen de bovenzijde van de lade raken. >>>Herschik de
levensmiddelen in de lade.
1/277