18
Nederlands
Reiniging en onderhoud
Probleemoplossing
Probleem Oplossing
De airconditioner werkt
helemaal niet.
• Controleer het stroomsnoer en schakel de airconditioner opnieuw in.
• Schakel de installatieautomaat in, steek het stroomsnoer in het stopcontact en
schakel de airconditioner opnieuw in.
• Controleer of de isolator is ingeschakeld.
• Controleer of de functie Timer uit is ingeschakeld. Schakel de airconditioner
opnieuw in door op de knop Aan/uit te drukken.
Ik kan de temperatuur niet
wijzigen.
• Controleer of modus Fan of Fast is ingeschakeld. In deze modi beheert de
airconditioner de ingestelde temperatuur automatisch en kunt u deze dan ook niet
wijzigen.
Er komt geen koele of warme
lucht uit de airconditioner.
• Controleer of de ingestelde temperatuur hoger is dan de huidige temperatuur in
modus Cool of lager dan de huidige temperatuur in modus Heat. Druk op de knop
Temperatuur op de afstandsbediening om de ingestelde temperatuur te wijzigen.
• Controleer of het luchtfilter wordt geblokkeerd door vuil. Als het luchtfilter is
geblokkeerd, kunnen de prestaties op het gebied van koelen en verwarmen
afnemen. Verwijder vuil dan ook regelmatig.
• Controleer of de buitenunit is afgedekt en of er obstakels in de buurt staan.
Verwijder eventuele afdekkingen en obstakels.
• Controleer of de airconditioner met functie Defrost draait. Wanneer zich in de
winter ijs vormt of als de buitentemperatuur te laag is, schakelt de airconditioner
automatisch de functie Defrost in. Zolang deze functie is geactiveerd, stopt de
binnenventilator en komt er geen warme lucht uit de unit.
• Controleer of er deuren of ramen openstaan. Dit kan slechte prestaties veroorzaken
op het gebied van koelen en verwarmen. Sluit deuren en ramen.
• Controleer of de airconditioner wordt ingeschakeld zodra de koelings- of
verwarmingswerking stopt. In dit geval draait de ventilator alleen om de
compressor van de buitenunit te beschermen.
• Controleer of de lengte van de leidingen niet te lang is. Wanneer de maximale
leidinglengte wordt overschreden, kunnen de prestaties op het gebied van koelen
en verwarmen afnemen.
Ik kan de richting van de
luchtstroming niet wijzigen.
• Controleer of de functie good'sleep is ingeschakeld. Zolang deze functie is
geactiveerd, kunt u de richting van de luchtstroming niet beheren. (U kunt de
richting van de luchtstroming echter wel beheren als deze functie is geactiveerd in
modus Heat.)
Ik kan de ventilatiesnelheid
niet wijzigen.
• Wanneer modus Auto, Dry of Fast is geactiveerd of de functie good'sleep is
geactiveerd in modus Cool, beheert de airconditioner de ventilatorsnelheid
automatisch. U kunt deze snelheid dan ook niet wijzigen.
De afstandsbediening werkt
niet.
• Vervang de batterijen in de afstandsbediening door nieuwe exemplaren.
• Zorg ervoor dat de sensor van de afstandsbediening niet wordt geblokkeerd.
• Controleer of er sterke lichtbronnen in de buurt van de airconditioner staan. Sterk
licht van bijvoorbeeld fluorescentielampen of neonlampen kan de elektrische
golven onderbreken.
De functie Timer aan/Timer
uit werkt niet.
• Controleer of u de knop SET indrukt nadat u de tijd hebt ingesteld.
Raadpleeg de volgende tabel als de airconditioner niet normaal werkt, om tijd en
onnodige uitgaven
te
besparen.