Uitgestelde start
Om de uitgestelde start van het gekozen programma in te stellen, drukt u
op de betreende toets totdat u de gewenste vertraging heeft bereikt
(3h-6h-9h). Als u vier keer achter elkaar op de knop drukt, zal de optie
worden uitgeschakeld.
Als de START/PAUSE-toets eenmaal is ingedrukt, kan de waarde van
de vertraging alleen worden gewijzigd door hem te verlagen tot het
ingestelde programma wordt gestart.
Extra Spoeling
Door deze optie te selecteren verhoogt u het spoelresultaat en zorgt u
ervoor dat elk spoor van wasmiddel verdwijnt. Deze optie is vooral nuttig
bij personen met een gevoelige huid.
Anti-kreuk
Als u deze functie selecteert zullen het wassen en de centrifuge dusdanig
worden aangepast dat er minder kreukvorming plaatsvindt.
Temperatuur
Draai de TEMPERATUUR-knop om de wastemperatuur in te stellen (zie
“Programmatabel”).
De temperatuur kan verlaagd worden, of zelfs worden ingesteld op koud
wassen .
N.B.: Als de ingestelde waarde gebruikt kan worden met het
geselecteerde programma, dan gaat het indicatielampje van de knop
branden (ononderbroken verlicht). Als de waarde niet gebruikt kan
worden, gaat het lampje knipperen en klinken er 3 piepen.
De wasmachine voorkomt automatisch dat u een temperatuur selecteert
die hoger is dan de ingestelde maximumwaarde voor elk wasprogramma.
Centrifuge
Draai de knop CENTRIFUGE om de centrifugeersnelheid in te stellen voor
het geselecteerde wasprogramma.
De centrifugeersnelheid kan worden verlaagd, of het centrifugeren kan
helemaal worden uitgeschakeld door het symbool te selecteren.
N.B.: Als de ingestelde waarde gebruikt kan worden met het
geselecteerde programma, dan gaat het indicatielampje van de knop
branden (ononderbroken verlicht). Als de waarde niet gebruikt kan
worden, gaat het lampje knipperen en klinken er 3 piepen.
De wasmachine voorkomt automatisch dat u een centrifugeersnelheid
selecteert die hoger is dan de ingestelde maximumsnelheid voor elk
wasprogramma.
TOETSBLOKKERING
Om de blokkering van het bedieningspaneel te activeren, dient u de toets
circa 2 seconden lang ingedrukt te houden. Het brandende controlelampje
geeft aan dat het bedieningspaneel geblokkeerd is. Op deze manier
kunt u voorkomen dat er ongewilde wijzigingen aan de programma’s
worden aangebracht (met uitzondering van de ON/OFF-toets ),
bijvoorbeeld bij aanwezigheid van kinderen. Om de blokkering van het
bedieningspaneel te deactiveren, dient u de toets circa 2 seconden lang
ingedrukt te houden.
TIPS EN ADVIEZEN
Verdeel het wasgoed volgens:
het soort stof (katoen, gemengde vezels, synthetische materialen, wol,
handwas). de kleuren (scheid de bonte was van de witte was, was nieuwe
kledingstukken apart). jne stoen (doe kleine kledingstukken - zoals
nylon kousen - elementen met haakjes - zoals bh’s - in een stoen zakje).
Leeg de zakken
Voorwerpen zoals munten of aanstekers kunnen de wasautomaat en de
trommel beschadigen. Controleer de knopen.
Volg de aanbevolen dosering / additieven
Hierdoor krijgt u een optimaal wasresultaat, voorkomt u irriterende
wasmiddelresten in uw wasgoed en bespaart u geld door niet te veel
wasmiddel te gebruiken.
Gebruik een lage temperatuur en een langere wasduur
De meest eciënte programma’s in termen van energieverbruik zijn over
het algemeen programma’s die werken bij lagere temperaturen en een
langere wasduur.
Houd u aan de maximale belading
Laad uw wasmachine tot maximaal de inhoud die aangegeven staat in de
“PROGRAMMATABEL” om water en energie te besparen.
Lawaai en resterend vocht
Dit wordt beïnvloed door de centrifugeersnelheid: hoe hoger de
centrifugeersnelheid tijdens het centrifugeren, hoe meer lawaai en hoe
minder resterend vocht in het wasgoed.
ONDERHOUD EN VERZORGING
Schakel de machine uit en koppel hem los van het elektriciteitsnet voor alle
reinigings- en onderhoudswerkzaamheden. Gebruik geen brandbare
vloeistoen voor het reinigen van de wasautomaat. Reinig uw wasmachine
regelmatig en voer onderhoud uit (minimaal 4 keer per jaar).
Water en elektrische stroom afsluiten
Draai de waterkraan na elke gebruik dicht. Hiermee beperkt u slijtage van
de waterinstallatie van de wasmachine en voorkomt u lekkage.
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u de wasmachine gaat schoonmaken
en gedurende onderhoudswerkzaamheden.
De wasautomaat schoonmaken
De buitenkant en de rubberen onderdelen kunnen met een spons en een
lauw sopje worden schoongemaakt. Gebruik nooit schuurmiddelen of
oplosmiddelen.
De wasautomaat beschikt over een programma ‘Zelfreiniging’ voor het
reinigen van de binnenkant van de automaat. Dit moet worden uitgevoerd
als de automaat volledig leeg is.
Het wasmiddel (circa 10% van de hoeveelheid die wordt aanbevolen voor
een niet zo vuile was) of de speciale reinigingsmiddelen voor wasautomaten
kunnen worden gebruikt als hulpmiddelen tijdens dit wasprogramma. We
raden u aan dit reinigingsprogramma elke 40 wascycli uit te voeren.
Om dit programma te activeren drukt u tegelijkertijd 5 sec. op de toetsen
en .
Het programma start automatisch en heeft een duur van circa 70 minuten.
Om de cyclus te beëindigen drukt u op de START/PAUSE-toets .
De wasmiddellade schoonmaken
Maak de lade onder stromend water schoon; deze reiniging moet
regelmatig worden uitgevoerd.
De deur en de trommel verzorgen
Laat de deur altijd op een kier staan om nare luchtjes te vermijden.
De pomp reinigen
De wasautomaat is voorzien van een zelfreinigende pomp en hoeft dus
niet te worden onderhouden. Het kan echter gebeuren dat kleine
voorwerpen (muntjes, knopen) in het voorvakje dat de pomp beschermt
en zich aan de onderkant ervan bevindt, terechtkomen.
! Verzekert u zich ervan dat de wascyclus klaar is en trek de stekker uit het
stopcontact.
Toegang tot het voorvakje:
1. verwijder het afdekpaneel aan de voorzijde van de wasautomaat door
er op het midden op te drukken. Duw beide zijkanten naar beneden toe
en verwijder het paneel;
2. draai het deksel van de afvoerpomp los door hem linksom te draaien:
het is normaal dat er een beetje water wegstroomt;
3. maak de binnenkant goed schoon;
4. schroef het deksel er weer op;
5. monteer het paneel weer, met de haakjes goed bevestigd in de juiste
openingen, voordat u het paneel tegen de machine aandrukt.
De watertoevoerslang controleren
Controleer minstens een keer per jaar de slang van de watertoevoer. De
slang moet worden vervangen als er scheuren of barsten te zien zijn:
gedurende het wassen kan de hoge waterdruk onverwachts breuken
veroorzaken.
! Gebruik nooit tweedehands slangen.
BALANCEERSYSTEEM VAN DE LADING
Om overmatige trillingen te vermijden verdeelt de automaat de lading voor
het centrifugeren op een gelijkmatige manier. Dit gebeurt door de trommel
te laten draaien op een snelheid die iets hoger ligt dan de wassnelheid. Als
na herhaaldelijke pogingen de lading nog steeds niet goed is gebalanceerd,
zal de wasautomaat de centrifuge op een lagere snelheid uitvoeren dan die
voorzien was. Als de lading zeer uit balans is zal de wasautomaat een verdeling
uitvoeren in plaats van een centrifuge. Teneinde een betere distributie van de
waslading en een juiste balancering te bereiken raden wij u aan kleine en grote
kledingstukken te mengen.
TOEBEHOREN
Neem contact op met de klantenservice om te controleren of de volgende
accessoires beschikbaar zijn voor dit model wasautomaat.
Stapelkit
Met dit accessoire kunt u de droger op de wasautomaat bevestigen om ruimte
te besparen en om het in- en uitladen van de droger gemakkelijker te maken.
TRANSPORT EN VERPLAATSING
Til de wasautomaat niet op aan het bovenblad.
Haal de stekker uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht.
Controleer of de deur en de wasmiddellade goed dicht zijn. Koppel de
afvoerslang los van de waterkraan en maak daarna de afvoerslang los.
Verwijder het restwater uit de slangen en bevestig ze zodanig dat ze
tijdens het transport niet kunnen worden beschadigd. Breng de
transportbouten weer aan. Volg de procedure door de verwijdering van
de transportbouten die in ‘Installatie-instructies’ is beschreven in
omgekeerde volgorde uit.