Gebruiksaanwijzing
Zeer belangrijk: lees deze gebruiksaanwijzing in zijn geheel door voordat u de wasmachine installeert
en gebruikt.
Deze gebruiksaanwijzing is voorzien van afbeeldingen bij de tekst.
Bepaal welk model wasmachine u hebt (“a”, “b”)
door het bedieningspaneel te vergelijken met de
afbeeldingen.
0
Identificatie
1
Installatie
2.2 Wasmiddelen en additieven. Sorteer de
kleding op kleur, vuil en materiaal en plaats de
kleding in de wasmachine.
Het wasmiddelencompartiment bevat de
volgende vakjes: wassen , voorwassen
en wasverzachter (2.2).
2.3 De wasmachine inschakelen
2.4 Programmaselectie. Raadpleeg het
programmatabel om een programma te kiezen
en gebruik de selectieknop om het betreffende
programma te selecteren.
2.5 De centrifugesnelheid kiezen .
U kun de centrifugesnelheid selecteren of
annuleren (2.5.1, 2.5.2, 2.5.3). Als u de
spoelstopfunctie (2.5.4) kiest, wordt het
wasprogramma voor het centrifugeren gestopt
en blijft er water in de trommel staan. Als u
deze functie uitschakelt, wordt het programma
hervat en wordt de inhoud gecentrifugeerd.
2.6 Extra functies. Eenvoudig strijken , extra
spoelen , en intensief wassen voor sterk
vervuilde items.
2.7 Vertraging . Met deze optie kunt u de start
van het wasprogramma uitstellen.
2.8 De wasmachine starten
2.9 Kinderslot. Druk op en houd deze knop
ongeveer 3 seconden ingedrukt (2.9.1). Zo
voorkomt u dat kinderen de wasmachine
kunnen bedienen.U kunt het kinderslot
uitschakelen door de knop nogmaals 3
seconden ingedrukt te houden (2.9.2).
2.10 Wasproces. Hiermee kunt u controleren in
welke fase het programma zich bevindt en wat
de resterende programmatijd is.
Aanbevelingen voor het gebruik: zodra de
wasmachine is geïnstalleerd, kunt u een
proefdraaien om te controleren of het apparaat
goed functioneert (standaardwas, zonder kleding
op 60º). Gebruik een waszak voor kleine items:
zakdoeken en ondergoed.
Letop: 1 . Als u het wasprogramma onderbreekt
om meer items toe te voegen, dient u ervoor te
zorgen dat het water in de trommel niet hoger
staat dan de deur. 2. Wanneer u extra functies
inschakelt, wordt de wastijd verlengd.
3. Wanneer het wasprogramma is voltooid,
duurt het even voordat u de deur kunt openen.
nederlands
1.1 De wasmachine uitpakken ( 1.1.1, 1.1.2 en
1.1.3 ) . Verwijder de transportbeugels en de
transportbeveiligingen.
1.2 Aansluiten op de waterleiding (1.2.1, 1.2.2
en 1.2.3). Als de wasmachine is voorzien van
een warmwatertoevoer, sluit u de rode slang
aan op de warmwaterkraan (1.2.4).Gebruik
altijd de nieuwe slang die bij het apparaat wordt
geleverd.Verwijder alle oude toevoerleidingen.
1.3 Afvoer. Installeer de elleboogpijp die bij
het apparaat is geleverd en houdt u aan de
afmetingen zoals in de diagram.
1.4 De stelpoten aanpassen. Zorg ervoor dat de
wasmachine waterpas staat om te lawaai of
verschuivingen te voorkomen.De aanbevolen
volgorde is als volgt: 1.Stel de achterpoten
en draai deze vast (1.4.1). 2. Plaats de
wasmachine op definitieve locatie (1.4.2). 3.
Stel de voorpoten en draai deze vast (1.4.3).
1.5 Aansluiten op het elektriciteitsnet. Zie
afbeelding (1.5).
1.6 Deze machine is uitsluitend bedoeld voor
huishoudelijk gebruik en is ontworpen voor het
wassen, spoelen en centrifugeren van textiel
en kleding die in de wasmachine kan worden
gewassen.
2
De wasmachine
gebruiken
2.1 De deur openen. Open de deur zoals in
afbeelding (2.1).
16