Zanussi ZRD23JC Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding
2
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en in gebruik neemt. U vindt
hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische informatie, informatie m.b.t. het milieu en tips. Als u het appa-
raat volgens de aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid werken.
M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden:
Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid
Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat.
Praktische informatie
Informatie m.b.t. het milieu
Tips
Tips m.b.t. levensmiddelen en het bewaren daarvan.
NL
From the Electrolux Group. The world's No.1 choice.
De Electrolux Groep is de grootste producent ter wereld van aangedreven apparaten voor gebruik in de keuken,
reinigingswerkzaamheden en voor gebruik buitenshuis. In meer dan 150 landen over de hele wereld worden
ieder jaar meer dan 55 miljoen Electrolux producten (zoals koelkasten, fornuizen, wasautomaten, stofzuigers, ket-
tingzagen en grasmaaiers) verkocht ter waarde van circa USD 14 miljard.
Inhoudsopga
Inhoudsopga
v
v
e
e
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid . . . .3
Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid . . .3
Veiligheid van kinderen . . . . . . . . . . . . . . . . . .3
Vóór het in gebruik nemen . . . . . . . . . . . . . . .3
Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan . . . . . . .3
Aanwijzingen voor de gebruiker . . . . . . . . . . . .4
Algemene informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4
Beschrijving van het apparaat, belangrijkste
onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4
Bedienen van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . .5
In gebruik nemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
Temperatuur instellen . . . . . . . . . . . . . . . .5
Gebruik van de koelruimte . . . . . . . . . . . . .5
Bewaren in de koelruimte . . . . . . . . . . . . .5
Gebruik van de vriezer . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
Invriezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
Bewaren in de vriesruimte . . . . . . . . . . . . .6
IJsblokjes maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
Praktische informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
Tips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
Energie besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6
Het apparaat en het milieu . . . . . . . . . . . . .7
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . .8
Als de koelkast niet in gebruik is . . . . . . . .8
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
Lamp vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
Als iets niet werkt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .9
Aanwijzingen voor de installateur . . . . . . . . . .10
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
Installeren van het apparaat . . . . . . . . . . . . . .10
Vervoer, uitpakken . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
Reiniging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
Opstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
Deurdraairichting omzetten . . . . . . . . . . .11
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . .12
Bewaartijdentabel (1) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
Bewaartijdentabel (2) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13
Garantie en service . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
Waarborgvoorwaarden . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15
3
NL
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Algemene aanwijzingen m.b.t.
de veiligheid
Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef hem
door aan een evt. volgende eigenaar van het apparaat.
Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het
huishouden, voor het bewaren van levensmiddelen en
dient volgens de voorschriften te worden gebruikt.
Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen van
het aansluitsnoer, mogen alleen door ELEC-
TROLUX SERVICE uitgevoerd. Daarbij mogen alleen
originele DISTRIPARTS-onderdelen gebruikt worden.
Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risi-
co's voor de gebruiker leiden!
Het apparaat is alleen spanningloos als de stekker uit
het stopcontact is getrokken. Voordat u het apparaat
gaat reinigen, dient u het altijd spanningloos te maken.
Trek de stekker nooit aan het snoer, maar aan de
stekker zelf uit het stopcontact. Als het stopcontact
moeilijk bereikbaar is, schakel dan de zekering in de
huisinstallatie uit.
Het aansluitsnoer mag niet verlengd worden.
Zorg ervoor dat de stekker niet wordt platge-
drukt of beschadigd door de achterkant van het
koel/vriesapparaat.
- Een beschadigde stekker kan oververhit raken en
brand veroorzaken.
Plaats geen zware voorwerpen of het
koel/vriesapparaat zelf op het aansluitsnoer.
- Daardoor bestaat kans op kortsluiting en brand.
Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan
het snoer te trekken, vooral niet als het
koel/vriesapparaat uit de nis wordt getrokken.
- Schade aan het snoer kan kortsluiting, brand en/of
een elektrische schok veroorzaken.
- Als het aansluitsnoer beschadigd is, moet het wor-
den vervangen door onze service-afdeling of door
een erkend installateur.
Als het stopcontact los zit, steek de stekker er
dan niet in.
- Daardoor bestaat kans op een elektrische schok of
brand.
Gebruik het apparaat niet zonder de afdekking van de
binnenverlichting.
Gebruik bij het schoonmaken, het ontdooien of het uit-
nemen van diepvriesproducten of het ijsblokjesbakje
geen scherpe of puntige voorwerpen. Die kunnen het
apparaat beschadigen.
Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen bij de temperatu-
urregelaar en de verlichting komen.
Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct uit de vries-
ruimte in de mond stoppen. IJs kan aan lippen of tong
vastvriezen en verwondingen veroorzaken.
Eenmaal ontdooide levensmiddelen mogen niet
opnieuw ingevroren worden, maar moeten zo snel
mogelijk geconsumeerd worden.
Kant-en-klare diepvriesproducten volgens de aanwi-
jzingen van de fabrikant van deze producten bewaren.
Probeer niet het ontdooiproces te versnellen m.b.v. elek-
trische verwarmingstoestellen of chemische stoffen.
Veiligheid van kinderen
Houd de verpakking uit de buurt van kinderen.
Kunststof folie kan verstikkingsgevaar opleveren.
Het apparaat is bedoeld voor gebruik door volwasse-
nen. Laat kinderen niet met het apparaat of de bedi-
eningselementen spelen.
Als u het apparaat afdankt, trek dan de stekker uit het
stopcontact, snijd het aansluitsnoer af (zo dicht
mogelijk bij het apparaat) en haal de deur eruit. U ver-
hindert daardoor, dat spelende kinderen een elek-
trische schok krijgen of elkaar of zichzelf in het appa-
raat opsluiten.
Vóór het in gebruik nemen
Zet het apparaat tegen de muur om te voorkomen dat
u zich verbrandt aan warmte afgevende onderdelen
(compressor, condensor).
Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact voor-
dat u het apparaat gaat verplaatsen.
Let erop dat het apparaat niet op het aansluitsnoer
staat.
Rond het apparaat moet voldoende luchtcirculatie
zijn. Gebrek aan luchtcirculatie kan tot oververhitting
leiden. Volg daarom de aanwijzingen m.b.t. de instal-
latie.
Zie hoofdstuk "Plaatsing".
Als u zich niet aan deze aanwijzingen houdt,
kan de fabrikant niet aansprakelijk worden
gesteld voor eventuele schade.
Veiligheidsmaatregelen voor
isobutaan
Waarschuwing
Het koelmiddel van het apparaat is isobutaan
(R 600a) dat in hoge mate brandbaar en explosief is.
Houd ventilatie-openingen in het apparaat of in het
inbouwmeubel vrij.
Gebruik geen mechanische apparaten of andere
middelen om het ontdooiproces te bespoedigen, die
niet door de fabrikant worden aangeraden.
Beschadig het koelcircuit niet.
Gebruik geen elektrische apparaten binnenin het
apparaat, tenzij ze door de fabrikant worden gead-
viseerd.
Laat kunststof onderdelen niet met hete voorwerpen in
aanraking komen.
Geen bussen of flessen met brandbaar gas of vloeistof
in het apparaat bewaren. Explosiegevaar!
Geen koolzuurhoudende dranken, flessen en blikjes in
de diepvriesruimte bewaren.
Het dooiwaterafvoergootje regelmatig controleren en
schoonmaken - een sticker binnenin het apparaat
herinnert u daaraan. Bij verstopping van het afvoer-
gootje kan het verzamelde dooiwater storingen
veroorzaken.
4
Aanwijzingen voor de gebruiker
Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen
A - vriesruimte
B - koelruimte
1. bovenblad
2. ijsblokjesbakje
3. rooster in de vriesruimte
4. verlichting
5. glasplaat
6. dooiwaterlekbak
7. glasplaat
8. groentela
9. typeplaatje
10. stelvoeten
11. botervakje
12. eierrekje
13. deurvak
14. deurrubber
15. flessenvak
16. condensor
17. dooiwaterafvoergootje
18. afstandshouder
19. condensbakje
20. compressor
Algemene informatie
Dit apparaat is een huishoud-koel/vriescombinatie met
één compressor. De vriesruimte bovenin heeft een eigen
deur en is geheel afgesloten van de koelruimte.
Het is geschikt voor het koelen van levensmiddelen, het
bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van lev-
ensmiddelen en het maken van ijsblokjes.
Het apparaat is geschikt voor gebruik in een bepaalde kli-
maatklasse (bepaalde omgevingstemperaturen).
De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje.
NL
5
Levensmiddelen kunnen geurtjes
van elkaar overnemen. Bewaar levensmidde-
len daarom in gesloten schaaltjes, aluminiumfolie,
vetvrij papier of vershoudfolie. Op deze manier
behouden de levensmiddelen hun vochtigheid en
bijv. groenten drogen niet uit.
Bedienen van het apparaat
In gebruik nemen
Zet de accessoires in de koelkast en steek de stekker in
het stopcontact. Draai de temperatuurregelaar aan de
rechterkant van de koelruimte vanuit „0” rechtsom (zie
afb.). Op stand „0” is het apparaat buiten werking.
In het volgende hoofdstuk vindt u aanwijzingen m.b.t. de
instelling.
Temperatuur instellen
De thermostaat zorgt er automatisch voor dat de
ingestelde temperatuur wordt aangehouden en schakelt
regelmatig het apparaat kortere of langere tijd uit.
Hoe hoger het cijfer waarop u de temperatuurregelaar
draait, hoe intensiever er gekoeld wordt.
In de vriesruimte wordt een temperatuur van -18 °C of
kouder bereikt, als u de temperatuurregelaar op „3”
draait. In dit geval wordt de temperatuur in de koelruimte
automatisch +5 °C of kouder. Stand „3” is geschikt voor
normaal gebruik.
De temperatuur in het apparaat is niet alleen afhankelijk
van de instelling van de temperatuurregelaar, maar ook
van de omgevingstemperatuur, vaak openen van de deur,
de hoeveelheid levensmiddelen enz.
Op stand „6”, de hoogste stand, (bijv. tijdens
een hittegolf) werkt de compressor continu. Dit
heeft geen negatieve invloed op het functioneren van
het apparaat.
Gebruik van de koelruimte
Voor optimaal koelen is luchtcirculatie in het appa-
raat nodig. Bedek daarom de roosters niet geheel
met papier, grote schalen enz.
Zet geen hete levensmiddelen in de koelruimte.
Laat ze eerst tot kamertemperatuur afkoelen.
Op deze manier voorkomt u onnodige rijpvorming.
Bewaren in de koelruimte
Bewaar de levensmiddelen zoals aangegeven in de
afbeelding:
1. boter, kaas
2. eieren
3. tubes, blikjes, zure room, kleine flessen
4. grote flessen, frisdrank
5. fruit, groenten
6. vers vlees, vleeswaren, worst enz.
7. melk, zuivelproducten
8. kant-en-klare producten, gebak, levensmiddelen in
afgedekte schaaltjes, open blikjes enz.
Bewaartijden en temperaturen
De tabellen achterin de gebruiksaanwijzing informeren u
over bewaartijden.
De bewaartijd kan niet exact worden aangegeven, omdat
hij afhankelijk is van de versheid en de behandeling van
de levensmiddelen. De bewaartijden zijn daarom slechts
richtlijnen.
Als u gekochte diepvriesproducten niet direct wilt con-
sumeren, kunnen ze ongeveer 1 dag (tot ze gaan ont-
dooien) in de koelkast bewaard worden.
Gebruik van de vriezer
Invriezen
Het invriezen van verse levensmiddelen dient altijd goed
voorbereid te worden.
Zet voordat u gaat invriezen de temperatuurregelaar op
stand „3”. Zet de levensmiddelen direct op de ver-
damperplaat. Het invriezen duurt ongeveer 24 uur. Zet
daarna de temperatuurregelaar op de gewenste stand of
laat hem op stand „3” staan, deze stand is geschikt voor
normaal gebruik. Ingevroren producten kunt u het beste
op het draadrooster in de vriesruimte bewaren.
Open tijdens het invriezen de deur van de vries-
ruimte liever niet.
Zet de temperatuurregelaar niet op een hogere
stand (bijv. „6”). De invriestijd zou hierdoor wel kor-
ter worden, maar de temperatuur in de koelruimte zou
constant onder 0 °C komen, waardoor opgeslagen
dranken en levensmiddelen zouden bevriezen.
NL
6
Bewaren in de vriesruimte
Na het invriezen kunt u de diepvriesproducten het beste
naar het draadrooster in de vriesruimte verplaatsen, zodat
u weer ruimte hebt in de invriesruimte. Tussentijds
invriezen heeft geen nadelige invloed op reeds
ingevroren producten.
Let goed op de bewaartijd die staat aangegeven op
diepvriesproducten die u koopt. Bewaartijden voor
zelf ingevroren producten vindt u op de binnenkant van
de deur van de vriesruimte. De symbolen staan voor ver-
schillende levensmiddelen, de cijfers staan voor de max-
imale bewaartijd in maanden.
Diepvriesproducten kunnen alleen veilig bewaard
worden, als ze niet ontdooid zijn voordat ze in de
vriesruimte worden geplaatst. Als de diepvriesproducten
al ontdooid zijn, kunt u ze niet opnieuw invriezen, maar
dienen ze zo snel mogelijk geconsumeerd te worden.
IJsblokjes maken
Vul het ijsblokjesbakje met water en zet het in de vries-
ruimte. Als u de bodem van het ijsblokjesbakje nat maakt
en de temperatuurregelaar op de maximale stand zet,
gaat het invriezen sneller. Vergeet niet, de temperatuur-
regelaar na het invriezen weer op de normale stand te
draaien.
U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het ijs-
blokjesbakje onder stromend water te houden en het dan
iets te verdraaien. Mocht het ijsblokjesbakje vastgevroren
zijn, gebruik dan geen scherpe voorwerpen om het los te
maken. Daarmee kunt u beschadigingen veroorzaken.
Praktische informatie
Dankzij de variabele platen kunt u de koelruimte aan
uw eisen aanpassen. U kunt de platen ook verplaat-
sen als de deur 90° open staat.
Na openen en sluiten van de deur van de vriesruimte
ontstaat in het apparaat een vacuüm. Na sluiten van
Tips
In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het apparaat zo
energiezuinig mogelijk te gebruiken. U vindt hier ook
informatie m.b.t. het milieu.
Energie besparen
Zet het apparaat liever niet in de zon of naast een
warmte afgevend apparaat.
Zorg ervoor dat de condensor en de compressor vol-
doende ventilatie hebben. Bedek de ventilatie-
openingen niet.
Doe levensmiddelen in een afgesloten schaaltje of in
vershoudfolie om onnodige rijpvorming te
voorkomen.
Open de deur niet onnodig en laat hem niet langer
open staan dan nodig is.
Doe levensmiddelen altijd in een afgesloten schaalt-
je.
Laat warme levensmiddelen en vloeistoffen altijd
eerst tot kamertemperatuur afkoelen voordat u ze in
het apparaat zet.
Houd de condensor schoon.
Het apparaat en het milieu
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het iso-
latiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag kunnen aan-
tasten. Het apparaat mag niet samen met huisvuil of ges-
loopte apparaten weggegooid worden. Uit het oogpunt
van milieubescherming moeten afgedankte koel- en
vriestoestellen volgens de plaatselijke regelingen op
deskundige wijze verwerkt worden. Informeer bij de
gemeente naar de mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg
ervoor dat het koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de
warmtewisselaar, niet beschadigd wordt.
De materialen met het symbool „ ” zijn geschikt voor
recycling.
de deur duurt het 2-3 minuten voordat u de deur weer
kunt openen.
Stel de vriesruimte zodanig in dat de binnentemper-
atuur nooit warmer dan -18 °C wordt. Bij te hoge tem-
peraturen bederven de diepvriesproducten.
Controleer elke dag even of het apparaat goed func-
tioneert. Zo constateert u evt. storingen tijdig.
Vries nooit grotere hoeveelheden tegelijk in
dan in „Technische gegevens” staat
aangegeven. De levensmiddelen bevriezen anders
niet tot in de kern en kunnen dan na het ontdooien
bijv. smaak en geur verliezen.
Maak tijdens het invriezen liever geen ijsblokjes, dat
vermindert de invriescapaciteit.
NL
7
Controleer regelmatig of het dooiwaterafvoer-
gootje niet verstopt is. Een sticker in het appa-
raat herinnert u daaraan. Als het afvoergootje ver-
stopt is, kan het dooiwater schade veroorzaken aan
de isolatie van het apparaat.
Maak het gootje schoon m.b.v. het meegeleverde krab-
bertje (zie afb.). Het krabbertje kunt u weer in het gootje
opbergen.
Meestal raakt het afvoergootje verstopt door in papier ver-
pakte levensmiddelen. Het papier komt in aanraking met
de achterzijde van de koelruimte en vriest daaraan vast.
Als u de levensmiddelen uit de koelruimte haalt, scheurt
het papier en dat kan tot verstopping van het afvoergootje
leiden.
Doe dus voorzichtig met in papier verpakte levensmidde-
len.
Als erg veel koelvermogen nodig is, bijv. tijdens een
hittegolf, werkt de koelkast soms continu. Er wordt
dan niet automatisch ontdooid.
Onderhoud
Ontdooien
Een deel van het vocht uit de koelruimte wordt tijdens het
gebruik in de vorm van ijs of rijp afgescheiden.
Dikke lagen ijs en rijp hebben een isolerend effect. Het
koelvermogen wordt minder, de temperatuur stijgt en er
is meer energie nodig.
Bij dit type apparaat gebeurt het ontdooien van de koel-
ruimte automatisch, zonder dat u daaraan iets hoeft te
doen. De thermostaat onderbreekt regelmatig de werk-
ing van de compressor. Het koelen wordt dan onderbro-
ken, de temperatuur van de verdamperplaat stijgt boven
0 °C en het ontdooien begint. Als de verdamperplaat een
temperatuur van +3 tot +4 °C heeft bereikt, start de ther-
mostaat het koelen weer.
Het dooiwater loopt via het dooiwaterafvoergootje in het
condensbakje bovenop de compressor en verdampt
door de warmte.
Het is niet abnormaal als er na het ontdooien
kleine restjes ijs en rijp op de achterkant van de koel-
ruimte achterblijven.
De vriesruimte kan niet automatisch worden ontdooid
omdat de diepvriesproducten geen hogere temperaturen
kunnen verdragen.
M.b.v. de meegeleverde kunststof schraper kunt u kleine
stukjes rijp en ijs verwijderen.
Het bakje in de afbeelding wordt niet met het apparaat
meegeleverd!
Als de ijslaag zo dik is, dat hij niet met de kunststof
schraper verwijderd kan worden, moet de vriesruimte ont-
dooid worden (in het algemeen 2 tot 3 keer per jaar).
Neem de levensmiddelen uit het apparaat en wikkel ze in
enkele lagen krantenpapier of dekens. Bewaar ze op een
zo koel mogelijke plaats.
Maak het apparaat spanningloos en laat de deuren van
vries- en koelruimte open.
Reinig de koelruimte zoals beschreven en hoofdstuk
„Reiniging en onderhoud”. Reinig de vriesruimte als volgt:
Veeg het dooiwater met een zachte doek of spons van de
verdamperplaat weg. Het weggeveegde dooiwater verza-
melt zich onderin het apparaat. In de afbeelding ziet u,
hoe u het water kunt verwijderen.
Trek de kunststof stop uit de dooiwateropening in de vries-
ruimte. Zet een hoog genoeg bakje onder het gootje in de
koelruimte, waarin het dooiwater kan lopen.
Het bakje in de afbeelding wordt niet met het apparaat
meegeleverd!
Na het ontdooien de binnenzijde van het apparaat droog
wrijven en de kunststof stop weer op z'n plek zetten.
Steek de stekker weer in het stopcontact en leg de lev-
ensmiddelen weer in het apparaat.
Zet na het ontdooien de temperatuurregelaar op de hoog-
ste stand, zodat het apparaat zo snel mogelijk weer de
geschikte bewaartemperatuur kan bereiken.
NL
8
Reiniging en onderhoud
Wij adviseren u de binnenzijde van de koelruimte elke 3
tot 4 weken schoon te maken (u kunt het beste tegelijker-
tijd de vriesruimte ontdooien).
Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep.
Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde van
het apparaat met handwarm water schoonmaken en
droog wrijven. Reinig het deurrubber met schoon water.
Steek na het reinigen de stekker weer in het stopcontact.
Stof en vuil die zich op de achterkant van de koelkast en
de condensor hebben afgezet, dient u één of twee maal
per jaar te verwijderen. Maak dan ook het condensbakje
bovenop de compressor schoon.
Als de koelkast niet in gebruik is
Als de koelkast langere tijd niet in gebruik is, gaat u als
volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Maak de koelkast leeg.
Ontdooien en schoonmaken zoals hiervoor beschreven.
De deur open laten om geurvorming te voorkomen.
Problemen oplossen
Lamp vervangen
Als de lamp kapot is, kunt u hem als volgt vervangen:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Schroef de afdekking los en trek hem in de richting van
de pijl. Nu kunt u de lamp vervangen. (Type gloeilamp:
Mignon 322, 230 V, 15 W, fitting E 14)
Zet daarna de afdekking weer terug, draai de schroef
vast en steek de stekker in het stopcontact.
Als de lamp defect is, heeft dat geen nadelige invloed op
de werking van de koelruimte.
NL
9
Als iets niet werkt
Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf kunt
verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t. het ophef-
fen van zulke kleine storingen.
Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te horen
(compressor, circulatie). Dan is er geen sprake van een
storing.
Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het appa-
raat met onderbrekingen werkt. Als de compres-
sor stopt, wil dat niet zeggen dat het apparaat niet werkt.
Daarom moet u altijd eerst de stekker uit het stopcontact
trekken, voordat u elektrische onderdelen aanraakt.
Probleem
Het is te warm in de koel-
ruimte.
Het is te warm in de vries-
ruimte.
Er loopt water langs de
achterwand van de koel-
ruimte.
Er loopt water in de koel-
ruimte.
Er loopt water op de vloer.
Er zijn te veel rijp en ijs.
De compressor werkt con-
tinu.
Het apparaat werkt hele-
maal niet. Het koelt niet en
de binnenverlichting
brandt niet. Ook de lamp-
jes branden niet.
Het apparaat maakt veel
geluid.
Mogelijke oorzaak
De temperatuurregelaar is te laag ingesteld.
De levensmiddelen zijn niet koud genoeg of
staan op een verkeerde plek.
De deur gaat niet goed dicht of is niet goed ges-
loten.
De temperatuurregelaar is te laag ingesteld.
De deur gaat niet goed dicht of is niet goed ges-
loten.
U wilt te veel levensmiddelen tegelijk invriezen.
De in te vriezen levensmiddelen staan te dicht op
elkaar.
Dat is normaal. Tijdens het automatische ont-
dooien smelt het ijs op de achterwand.
De afvoer van de koelruimte kan verstopt zijn.
Levensmiddelen kunnen de lekbak blokkeren
zodat er geen water in kan stromen.
Het afvoergootje loopt niet in de condensbak
boven de compressor.
De levensmiddelen zijn niet goed ingepakt.
De deuren gaan niet goed dicht of zijn niet goed
gesloten.
De temperatuurregelaar is niet goed ingesteld.
De temperatuurregelaar is niet goed ingesteld.
De deuren gaan niet goed dicht of zijn niet goed
gesloten.
U wilt te veel levensmiddelen tegelijk invriezen.
U hebt warme levensmiddelen in het apparaat
gezet.
Het apparaat staat op een te warme plek.
De stekker zit niet in het stopcontact.
De zekering in de huisinstallatie is uitgeschakeld.
De temperatuurregelaar is niet ingesteld.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
(Probeer er een ander apparaat op aan te
sluiten.)
Het apparaat staat niet goed.
Oplossing
Op een hogere stand instellen.
De levensmiddelen op de juiste plek zetten.
Controleren of de deur goed dicht kan en of het
deurrubber onbeschadigd en schoon is.
Op een hogere stand instellen.
Controleren of de deur goed dicht kan en of het
deurrubber onbeschadigd en schoon is.
Een paar uur wachten en de temperatuur nog
eens controleren.
De levensmiddelen zodanig neerzetten dat de
koude lucht goed kan circuleren.
Maak de afvoer schoon.
Zet de levensmiddelen zodanig neer dat ze de
achterwand niet direct raken.
Plaats het de afvoergootje in de condensbak.
De levensmiddelen beter inpakken.
Controleren of de deuren goed dicht kunnen en
of de deurrubbers onbeschadigd en schoon zijn.
De temperatuurregelaar op een lagere stand
instellen.
De temperatuurregelaar op een lagere stand
instellen.
Controleren of de deuren goed dicht kunnen en
of de deurrubbers onbeschadigd en schoon zijn.
Een paar uur wachten en de temperatuur nog
eens controleren.
Laat de levensmiddelen tot kamertemperatuur
afkoelen.
Probeer de omgevingstemperatuur te verlagen.
De aansluiting controleren.
Zekering vervangen.
Apparaat in werking stellen volgens de aanwijzin-
gen in hoofdstuk „In gebruik nemen”.
Contact opnemen met een elektro-installateur.
Controleren of het apparaat stabiel staat (alle vier
voeten moeten op de vloer staan).
Als u de storing aan de hand van de aanwijzingen niet kunt oplossen, neem dan contact op met Service.
NL
10
Aanwijzingen voor de installateur
Technische gegevens
Installeren van het apparaat
Modell/Type
bruto-inhoud (l)
nuttige inhoud (l)
breedte (mm)
hoogte (mm)
diepte (mm)
energieverbruik (kWh/24 uur)
(kWh/jaar)
energie-efficiëntieklasse
invriesvermogen (kg/24 h)
max. bewaartijd bij stroomuitval (uur)
aansluitwaarde (W)
gwwicht (kg)
aantal compressoren
ZRD 237 JC (CT 235)
vriesruimte: 44
koelruimte: 190
vriesruimte: 44
koelruimte: 186
545
1404
604
0,78
285
A
3
19
80
51
1
Vervoer, uitpakken
U kunt het apparaat het beste rechtop in de orig-
inele verpakking vervoeren. Zie ook de aanwijzin-
gen op de verpakking.
Na elk transport mag het apparaat pas na ca. 2 uur
ingeschakeld worden.
Pak het apparaat uit en controleer het op transports-
chade. Neem in geval van transportschade contact op
met de leverancier en sluit het apparaat niet aan.
Reiniging
Verwijder het plakband waarmee de onderdelen in het
apparaat vastgezet zijn.
Neem de binnenkant van het apparaat met handwarm
water en wat mild reinigingsmiddel af. Gebruik een
zachte doek.
Wrijf daarna de binnenkant van het apparaat droog.
Opstelling
De omgevingstemperatuur heeft invloed op het
stroomverbruik. Daarom moet het apparaat op een plaats
staan waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt
met de klimaatklasse waarvoor het uitgevoerd is, zie
onderstaande tabel. De klimaatklasse vindt u op het type-
plaatje.
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN +10 ..,+32 °C
N +16 ..,+32 °C
ST +18 ..,+38 °C
Als de omgevingstemperatuur te laag is, kan de temper-
atuur in de koelruimte te hoog worden.
Als de omgevingstemperatuur te hoog is, moet de com-
pressor langer werken, de automatische ontdooiing werkt
niet meer, de temperatuur in de koelruimte stijgt en er
wordt meer energie verbruikt.
NL
11
Het apparaat moet waterpas staan. Daartoe kunt u de
stelvoeten (1) aan de voorzijde verstellen. De afstandsrin-
gen (2) zijn onderdeel van de stelvoeten. Als het apparaat
waterpas moet worden gezet, kunnen deze afstandsrin-
gen worden verwijderd.
Breng de in de zak van het toebehoren te vinden afs-
tandhouders aan. Sla de afstandhouder van positie
naar de afbeelding met een zacht hamerslag tot
stoot in, dan maak met 90° omgedraaid vast.
Zet het apparaat niet direct in de zon of dicht bij een ver-
warming of fornuis.
Is opstelling naast een warmtebron niet te vermijden, dan
moeten de volgende minimale afstanden worden aange-
houden:
Naast een gas- of elektrisch fornuis 3 cm. Als de afs-
tand kleiner is, plaats dan een warmte-isolerende
plaat van 0,5 tot 1 cm dik tussen de twee apparaten.
Naast een olie- of kolenkachel 30 cm.
De koelkast moet geheel tegen de muur staan.
Houd de minimale afstanden aan (zie afb.).
A: opstelling onder een keukenkastje
B: vrije opstelling
Deurdraairichting omzetten
Als dat handiger in het gebruik is, kunt u de deur-
draairichting van rechts naar links omzetten.
Ga als volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Kantel het apparaat voorzichtig achterover en zorg
ervoor dat de compressor de vloer niet raakt. U kunt
dit het beste met twee personen doen.
Verwijder voorzichtig (bijv. m.b.v. een mes) de
afdekkapjes van de schroeven die het onderste
afdekrooster vasthouden. Dan kan het afdekrooster
worden verwijderd door de plaatschroeven (2 stuks)
los te draaien.
Maak het onderste deurscharnier van de koelruimte
los door de schroeven (2 stuks) en de vulplaatjes (2
stuks) te verwijderen.
Neem de deur van de koelruimte los door hem
voorzichtig naar beneden te trekken.
Maak het dubbele deurscharnier los door de
schroeven (2 stuks) en de vulplaatjes (2 stuks) te ver-
wijderen.
Neem de deur van de vriesruimte los door hem
voorzichtig naar beneden te trekken.
Schroef de stift van het bovenste deurscharnier van
de vriesruimte los en schroef hem dan op de andere
kant.
NL
12
Verwijder de afdekkapjes van het dubbele
deurscharnier aan de linker kant en plaats ze dan op
de andere kant.
Zet de deur van de vriesruimte op de stift van het
bovenste deurscharnier.
Zet het dubbele deurscharnier aan de linker kant
m.b.v. de schroeven (2 stuks) en de vulplaatjes (2
stuks). Let erop dat de rand van de deur van de vries-
ruimte parallel loopt met de rand van de kast.
Zet de deur van de koelruimte op de stift van het
dubbele deurscharnier.
Zet het onderste deurscharnier aan de linker kant
m.b.v. de schroeven (2 stuks) en de vulplaatjes (2
stuks). Let erop dat de rand van de deur van de koel-
ruimte parallel loopt met de rand van de kast.
Trek het gedeelte van het afdekrooster in de richting
van de pijl (1) en plaats het op de andere kant (2).
Zet het afdekrooster terug en bevestig het met de
plaatschroeven (2 stuks). Bevestig dan de afdekkap-
jes weer.
Zet het apparaat op z'n plek, zet het waterpas en
steek de stekker in het stopcontact.
U kunt ook contact opnemen met ELECTROLUX SER-
VICE. Een servicetechnicus kan tegen betaling het
deurscharnier overzetten.
Elektrische aansluiting
Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (
~
) 50 Hz.
Het apparaat moet worden aangesloten aan een vol-
gens de voorschriften geďnstalleerd stopcontact met
randaarde. Als zo'n stopcontact niet aanwezig is, laat
het dan door een erkend installateur in de buurt van
de koelkast aanbrengen.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlijnen:
73/23/EEG van 19.02.1973 (incl. wijzig-
ingsrichtlijnen) - laagspanningsrichtlijn
89/336/EEG van 03.05.1989 (incl. wijzigingsrichtlij-
nen - EMC-richtlijn
NL
13
Bewaartijdentabel (1)
Verse levensmiddelen in de koelkast bewaren
X: normale bewaartijd
x: mogelijke bewaartijd (geldt alleen voor echt verse producten)
Soort Bewaartijd in dagen Verpakking
12345 67
rauw vlees XXx x x vershoudfolie, luchtdicht
gekookt vlees XXXx x x afgesloten schaaltje
gebraden vlees XXXx x afgesloten schaaltje
rauw gehakt X afgesloten schaaltje
gebraden gehakt XXx x afgesloten schaaltje
vleeswaren XXx x vershoudfolie, vetvrij papier
verse vis X x x vershoudfolie, luchtdicht
gekookte vis XXx x afgesloten schaaltje
gebakken vis XXx x x afgesloten schaaltje
vis uit blik X x x afgesloten schaaltje
verse kip XXXx x x vershoudfolie, luchtdicht
gebraden kip XXXx x x afgesloten schaaltje
verse eend, gans XXXx x x vershoudfolie, luchtdicht
gebraden eend, gans XXXXx x x afgesloten schaaltje
boter ongeopend XXXXX XXoriginele verpakking
boter geopend XXx x x x x originele verpakking
melk XXXx x originele verpakking
room XXx x kunststof schaaltje
zure room XXXXx x x kunststof schaaltje
kaas (hard) XXXXXXXaluminium folie
kaas (zacht) XXXXx x x vershoudfolie
kwark XXXXx x x vershoudfolie
eieren XXXXXXX
spinazie. XXx x vershoudfolie
erwten, bonen XXXXx x x vershoudfolie
paddestoelen XXx x x vershoudfolie
wortelen, bieten XXXXXXXvershoudfolie
tomaten XXXXXXXvershoudfolie
kool XXXXXx x vershoudfolie
snel rottend fruit (aardbei, framboos enz.) XXXx x vershoudfolie
ander fruit XXXXx x x vershoudfolie
fruit uit blik XXXx x afgesloten schaaltje
Soort in de koelruimte in de ****-vriesruimte
+2 – +7 °C -18°C
groente 1 dag 12 maanden
kant-en-klare producten 1 dag 6 maanden
aardappelgerechten, pastagerechten 1 dag 12 maanden
soep 1 dag 6 maanden
fruit 1 dag 12 maanden
vlees 1 dag 5 maanden
consumptie-ijs 1 dag 3 weken
Bewaartijdentabel (2)
Diepvriesproducten bewaren
NL
14
Garantie en service
Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel van de betreffende aankoopnota of kwitantie te worden getoond of
meegezonden.
Algemene Garantiebepalingen
1 De fabrikant verleent een jaar garantie op het op debi-
jbehorende koopnota vermelde apparaat, gerekend
vanaf de koopdatum. Indien zich binnen deze periode
een storing voordoet, welke het gevolg is van een mate-
riaal- en/of constructiefout, heeft de koper het recht op
kosteloos herstel.
1a Voor stofzuigers, bedoeld voor huishoudelijk gebruik,
geldt een algemene garantieperiode van twee jaar.
Accessoires zijn aan directe slijtage onderhevig; deze
verbruiksartikelen zijn derhalve van garantie uitges-
loten.
2 De fabrikant verleent een jaar garantie op door haar
servicedienst uitgevoerde herstel-werkzaamheden en
het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, gerekend
vanaf de hersteldatum. Indien zich binnen deze periode
een storing voordoet, welke het directe gevolg is van de
uitgevoerde herstelwerkzaamheden of het daarbij
nieuw aangebrachte materiaal, heeft de koper het recht
op kosteloos herstel. Door de uitvoering van herstelw-
erkzaamheden wordt de algemene garantieperiode,
welke het gehele apparaat omvat, met verlengd.
3 Servicebezoeken aan huis worden alleen gebracht
voor grote, moeilijk transporteerbare apparaten, per
definitie: wasautomaten, trommeldroog-automaten,
afwasautomaten, koelkasten, diepvrieskasten/-kisten,
ovens, fornuizen en inbouwapparaten
3a De regeling als genoemd onder pont 3 geldt ook voor
caravankoelkasten, mils de plaats waar zich het appa-
raat bevindt binnen de landsgrenzen ligt en over nor-
male, voor het autoverkeer opengestelde wegen
bereikbaar is. Voorts dient tan tijde van het bezoek het
apparaat en de eigenaar, of diens gemachtigde
plaatsvervanger, op de afgesproken bezoekplaats aan-
wezig te zijn.
4 Indien, naar het oordeel van de fabrikant, het apparaat
zoals bedoeld onder pont 3 naar haar servicewerk-
plaats getransporteerd moet worden, dan geschiedt dit
transport op de door de fabrikant vastgestelde wijze en
voor rekening en risico van de fabrikant.
5 Alle niet onder punt 3 en pont 3a genoemde apparaten,
alsmede apparateri welke wel de betreffende func-
tionele eigenschappen hebben maar daarnaast juist
bedoeld zijn voor gemakkelijk transport, dienen franco
aan het adres van de servicedienst verzonden of aange-
boden te worden. Binnen de algemene garantieperiode
vindt terugzending voor rekening van de fabrikant plaats.
6 Indien een onder garantie en binnen de algemene
garantieperiode vallend defect aan een apparaat niet
hersteld kan worden, vindt kosteloze vervanging van
het apparaat plaats.
Garantie-uitbreidingen
7 Voor koel-/vries-motorcompressoren (exclusief startrelais
en motorbeveiliging) geldt een aflopende garantieperi-
ode, in gelijke percentages van 20 procent per jaar, van
vijf jaar ne koopdatum van het op de bijbehorende koop-
nota vermelde apparaat, met inachtname van volledig
kosteloos herstel binnen de algemene garantieperiode.
Na de algemene garantieperiode worden bezoek-, arbei-
dsloon- en bijkomende materiaalkosten in rekening
gebracht.
Garantie-uitsluitingen
8 Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of vervang-
ingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de betreffende
hieraan voorafgaande punten, is niet van toepassing
indien:
de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste de
aankoopdatum en de identificatie van het apparaat
blijkt, niet getoond kan worden of niet meegezonden
werd;
het apparaat voor andere, of ook voor andere dan de
huishoudelijke doeleinden waarvoor het apparaat
bestemd is gebruikt wordt;
het apparaat niet volgens de aanwijzingen in het instal-
la tievoorschrift of de gebruiksaanwijzing gein-
stalleerd, bediend, gebruikt of behandeld wordt;
het apparaat op ondeskundige wijze door daartoe niet
bevoegde personen hersteld of gewijzigd werd.
8a Indien het apparaat zodanig ingebouwd, onderge-
bouwd, opgehangen of geplaatst is dat de benodigde
tijd voor het uit- en inbouwen samen meer dan dertig
minuten bedraagt, dan worden de hierdoor onstane
extra kosten aan de eigenaar in rekening gebracht.
8bSchade welke ontstaat door het, met toestemming van
de eigenaar, op abnormale wijze uit- of inbouwen van
een apparaat, kan niet op de fabrikant of haar service-
dienst verhaald worden.
8c Beschadigingen, zoals krassen en deuken of zoals
breuk van uit- of afneembare delen, welke niet ten tijde
van de aflevering ter kennis van de fabrikant gebracht
worden, vallen niet onder garantie.
Belangrijk advies
De constructie van dit apparaat is zodanig dat de vei-
ligheid daar-van gewaarborgd is. Ondeskundige
reparaties kunnen echter de veiligheid in gevaar brengen.
Terwille van een blijvende veiligheid, en ook om
mogelijke schade te voorkomen, is het raadzaam dat
reparaties uitsluitend verricht worden door personen die
daarvoor de vereiste vakbekwaamheid bezitten.
Wij adviseren u herstel- en/of controle-werkzaamheden
door uw vakhandelaar of door ELGROEP SERVICE te
laten uitvoeren en uitsluitend originele DISTRIPARTS
onderdelen te laten plaatsen.
Nederland
NL
15
ELGROEP SERVICE
Vennootsweg 1
Postbus 120
NL-2400 AC Alphen a/d Rijn
Storingsmeldingen op werkdagen tijdens kantooruren:
Tel. : (0172) 46 83 00
Fax. : (0172) 46 83 66
Onderdelenverkoop op werkdagen tijdens kantooruren:
Tel. : (01 72) 46 84 00
Fax. : (0172) 46 83 76
Waarborgvoorwaarden
Onze toestellen worden met de grootst mogelijke
zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het
voorkomen dat er een defect optreedt. Onze klantendi-
enst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten
de waarborgtermijn. De levensduur van het toestel wordt
daardoor niet negatief beďnvloed.
Onderstaande waarborgvoorwaarden zijn gestoeld op de
EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De
daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de waarborgverplichtingen van de verkoper naar de
eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit toestel verlenen wij waarborg volgens onder-
staande voorwaarden:
1.Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voor-
waarden 2 tot en met 15 gebreken aan het toestel die
zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum
van levering aan de eindgebruiker. Deze waarborgvoor-
waarden zijn niet van toepassing in geval van profes-
sioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik.
2. De waarborgprestatie houdt in dat het toestel
kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het
had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen
worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen
onderdelen worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden, om
mogelijke verdere schade te voorkomen.
4. Voor een beroep op waarborg dient het aankoopbe-
wijs met aankoop- en/of leveringsdatum te worden
overlegd.
5. De waarborg heeft geen betrekking op schade aan
kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas,
kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig
gebruik
6. De waarborg heeft geen betrekking op kleine
afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de
waarde en deugdelijkheid van het toestel onbeduidend
zijn.
7.De waarborg geldt evenmin voor schade veroorzaakt
door:
chemische en elektrochemische inwerking van
water,
abnormale milieuomstandigheden in het algemeen
voor het toestel oneigenlijke bedrijfsomstandighe-
den
contact met agressieve stoffen.
8. De waarborg heeft geen betrekking op gebreken
door transportschade die buiten onze verantwo-
ordelijkheid is ontstaan, niet vakkundige installatie of
montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of
het niet in acht nemen van de gebruiks- of mon-
tageaanwijzingen.
9. Het recht op waarborg vervalt wanneer het defect
werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen door der-
den die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer
het toestel voorzien werd van toebehoren of onderdelen
die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorza-
ken.
10. Toestellen die gemakkelijk kunnen worden vervoerd
dienen te worden overhandigd of gezonden naar onze
klantendienst. Herstelling ter plaatse kan slechts wor-
den gevraagd voor grote of ingebouwde toestellen.
11. Indien het toestel zodanig is ingebouwd, onderge-
bouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde tijd
voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten
bedraagt, dan worden de hierdoor ontstane extra
kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade
die ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt ten
laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de waarborgperiode de herstelling van
hetzelfde gebrek meermaals mislukt of de her-
stellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met
de gebruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In
geval van vervanging behouden we ons het recht voor
om een vergoeding te rekenen naar rato van de ver-
streken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder waarborg heeft geen verlenging
van de waarborgtermijn noch aanvang van een nieuwe
waarborgtermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een waarborg van 12
maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere rechten, in het bijzonder vergoed-
ing van schade ontstaan buiten het toestel, zijn uitges-
loten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is
vastgelegd.
In geval van aansprakelijkheid zal en vergoeding de
aankoopwaarde van het toestel niet overtreffen.
Deze waarborgvoorwaarden gelden voor in België
gekochte en/of in gebruik zijnde toestellen. Indien een
toestel naar het buitenland wordt gebracht dient de
gebruiker na te gaan of het toestel voldoet aan de technis-
che voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, instal-
latievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in
het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte
toestellen dient de gebruiker zich zelf te vergewissen van
de bepalingen in België. Noodzakelijke of gewenste aan-
passingen vallen niet onder de waarborg, en kunnen niet
altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de waarborgtermijn staat onze klanten-
dienst u ter beschikking.
Adres Klantendienst:
ELECTROLUX HOME PRODUCTS BELGIUM
Bergensesteeweg, 719
1502 LEMBEEK
Tél. 02.363.0444
NL

Documenttranscriptie

NL Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en in gebruik neemt. U vindt hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische informatie, informatie m.b.t. het milieu en tips. Als u het apparaat volgens de aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid werken. M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden: Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat. Praktische informatie Informatie m.b.t. het milieu Tips Tips m.b.t. levensmiddelen en het bewaren daarvan. Inhoudsopga v e Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid . . . .3 Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid . . .3 Veiligheid van kinderen . . . . . . . . . . . . . . . . . .3 Vóór het in gebruik nemen . . . . . . . . . . . . . . .3 Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan . . . . . . .3 Aanwijzingen voor de gebruiker . . . . . . . . . . . .4 Algemene informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4 Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4 Bedienen van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . .5 In gebruik nemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5 Temperatuur instellen . . . . . . . . . . . . . . . .5 Gebruik van de koelruimte . . . . . . . . . . . . .5 Bewaren in de koelruimte . . . . . . . . . . . . .5 Gebruik van de vriezer . . . . . . . . . . . . . . . . . .5 Invriezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5 Bewaren in de vriesruimte . . . . . . . . . . . . .6 IJsblokjes maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6 Praktische informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6 Tips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6 Energie besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .6 Het apparaat en het milieu . . . . . . . . . . . . .7 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . .8 Als de koelkast niet in gebruik is . . . . . . . .8 Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 Lamp vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 Als iets niet werkt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .9 Aanwijzingen voor de installateur . . . . . . . . . .10 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . .10 Installeren van het apparaat . . . . . . . . . . . . . .10 Vervoer, uitpakken . . . . . . . . . . . . . . . . . .10 Reiniging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10 Opstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10 Deurdraairichting omzetten . . . . . . . . . . .11 Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . .12 Bewaartijdentabel (1) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13 Bewaartijdentabel (2) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13 Garantie en service . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14 Waarborgvoorwaarden . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15 From the Electrolux Group. The world's No.1 choice. De Electrolux Groep is de grootste producent ter wereld van aangedreven apparaten voor gebruik in de keuken, reinigingswerkzaamheden en voor gebruik buitenshuis. In meer dan 150 landen over de hele wereld worden ieder jaar meer dan 55 miljoen Electrolux producten (zoals koelkasten, fornuizen, wasautomaten, stofzuigers, kettingzagen en grasmaaiers) verkocht ter waarde van circa USD 14 miljard. 2 NL Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef hem door aan een evt. volgende eigenaar van het apparaat. Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het huishouden, voor het bewaren van levensmiddelen en dient volgens de voorschriften te worden gebruikt. Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen van het aansluitsnoer, mogen alleen door ELECTROLUX SERVICE uitgevoerd. Daarbij mogen alleen originele DISTRIPARTS-onderdelen gebruikt worden. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden! Het apparaat is alleen spanningloos als de stekker uit het stopcontact is getrokken. Voordat u het apparaat gaat reinigen, dient u het altijd spanningloos te maken. Trek de stekker nooit aan het snoer, maar aan de stekker zelf uit het stopcontact. Als het stopcontact moeilijk bereikbaar is, schakel dan de zekering in de huisinstallatie uit. Het aansluitsnoer mag niet verlengd worden. Zorg ervoor dat de stekker niet wordt platgedrukt of beschadigd door de achterkant van het koel/vriesapparaat. - Een beschadigde stekker kan oververhit raken en brand veroorzaken. Plaats geen zware voorwerpen of het koel/vriesapparaat zelf op het aansluitsnoer. - Daardoor bestaat kans op kortsluiting en brand. Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan het snoer te trekken, vooral niet als het koel/vriesapparaat uit de nis wordt getrokken. - Schade aan het snoer kan kortsluiting, brand en/of een elektrische schok veroorzaken. - Als het aansluitsnoer beschadigd is, moet het worden vervangen door onze service-afdeling of door een erkend installateur. Als het stopcontact los zit, steek de stekker er dan niet in. - Daardoor bestaat kans op een elektrische schok of brand. Gebruik het apparaat niet zonder de afdekking van de binnenverlichting. Gebruik bij het schoonmaken, het ontdooien of het uitnemen van diepvriesproducten of het ijsblokjesbakje geen scherpe of puntige voorwerpen. Die kunnen het apparaat beschadigen. Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen bij de temperatuurregelaar en de verlichting komen. Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct uit de vriesruimte in de mond stoppen. IJs kan aan lippen of tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken. Eenmaal ontdooide levensmiddelen mogen niet opnieuw ingevroren worden, maar moeten zo snel mogelijk geconsumeerd worden. Kant-en-klare diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant van deze producten bewaren. Probeer niet het ontdooiproces te versnellen m.b.v. elektrische verwarmingstoestellen of chemische stoffen. Laat kunststof onderdelen niet met hete voorwerpen in aanraking komen. Geen bussen of flessen met brandbaar gas of vloeistof in het apparaat bewaren. Explosiegevaar! Geen koolzuurhoudende dranken, flessen en blikjes in de diepvriesruimte bewaren. Het dooiwaterafvoergootje regelmatig controleren en schoonmaken - een sticker binnenin het apparaat herinnert u daaraan. Bij verstopping van het afvoergootje kan het verzamelde dooiwater storingen veroorzaken. Veiligheid van kinderen Houd de verpakking uit de buurt van kinderen. Kunststof folie kan verstikkingsgevaar opleveren. Het apparaat is bedoeld voor gebruik door volwassenen. Laat kinderen niet met het apparaat of de bedieningselementen spelen. Als u het apparaat afdankt, trek dan de stekker uit het stopcontact, snijd het aansluitsnoer af (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en haal de deur eruit. U verhindert daardoor, dat spelende kinderen een elektrische schok krijgen of elkaar of zichzelf in het apparaat opsluiten. Vóór het in gebruik nemen Zet het apparaat tegen de muur om te voorkomen dat u zich verbrandt aan warmte afgevende onderdelen (compressor, condensor). Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat verplaatsen. Let erop dat het apparaat niet op het aansluitsnoer staat. Rond het apparaat moet voldoende luchtcirculatie zijn. Gebrek aan luchtcirculatie kan tot oververhitting leiden. Volg daarom de aanwijzingen m.b.t. de installatie. Zie hoofdstuk "Plaatsing". Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan Waarschuwing Het koelmiddel van het apparaat is isobutaan (R 600a) dat in hoge mate brandbaar en explosief is. Houd ventilatie-openingen in het apparaat of in het inbouwmeubel vrij. Gebruik geen mechanische apparaten of andere middelen om het ontdooiproces te bespoedigen, die niet door de fabrikant worden aangeraden. Beschadig het koelcircuit niet. Gebruik geen elektrische apparaten binnenin het apparaat, tenzij ze door de fabrikant worden geadviseerd. Als u zich niet aan deze aanwijzingen houdt, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade. 3 NL Aanwijzingen voor de gebruiker Algemene informatie Het apparaat is geschikt voor gebruik in een bepaalde klimaatklasse (bepaalde omgevingstemperaturen). Dit apparaat is een huishoud-koel/vriescombinatie met één compressor. De vriesruimte bovenin heeft een eigen deur en is geheel afgesloten van de koelruimte. De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje. Het is geschikt voor het koelen van levensmiddelen, het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van levensmiddelen en het maken van ijsblokjes. Beschrijving van het apparaat, belangrijkste onderdelen A - vriesruimte B - koelruimte 4 10. stelvoeten 11. botervakje 1. bovenblad 12. eierrekje 2. ijsblokjesbakje 13. deurvak 3. rooster in de vriesruimte 14. deurrubber 4. verlichting 15. flessenvak 5. glasplaat 16. condensor 6. dooiwaterlekbak 17. dooiwaterafvoergootje 7. glasplaat 18. afstandshouder 8. groentela 19. condensbakje 9. typeplaatje 20. compressor NL Bedienen van het apparaat In gebruik nemen Levensmiddelen kunnen geurtjes van elkaar overnemen. Bewaar levensmiddelen daarom in gesloten schaaltjes, aluminiumfolie, vetvrij papier of vershoudfolie. Op deze manier behouden de levensmiddelen hun vochtigheid en bijv. groenten drogen niet uit. Zet de accessoires in de koelkast en steek de stekker in het stopcontact. Draai de temperatuurregelaar aan de rechterkant van de koelruimte vanuit „0” rechtsom (zie afb.). Op stand „0” is het apparaat buiten werking. Bewaren in de koelruimte In het volgende hoofdstuk vindt u aanwijzingen m.b.t. de instelling. Bewaar de levensmiddelen zoals aangegeven in de afbeelding: Temperatuur instellen De thermostaat zorgt er automatisch voor dat de ingestelde temperatuur wordt aangehouden en schakelt regelmatig het apparaat kortere of langere tijd uit. Hoe hoger het cijfer waarop u de temperatuurregelaar draait, hoe intensiever er gekoeld wordt. In de vriesruimte wordt een temperatuur van -18 °C of kouder bereikt, als u de temperatuurregelaar op „3” draait. In dit geval wordt de temperatuur in de koelruimte automatisch +5 °C of kouder. Stand „3” is geschikt voor normaal gebruik. De temperatuur in het apparaat is niet alleen afhankelijk van de instelling van de temperatuurregelaar, maar ook van de omgevingstemperatuur, vaak openen van de deur, de hoeveelheid levensmiddelen enz. Op stand „6”, de hoogste stand, (bijv. tijdens een hittegolf) werkt de compressor continu. Dit heeft geen negatieve invloed op het functioneren van het apparaat. 1. boter, kaas 2. eieren 3. tubes, blikjes, zure room, kleine flessen 4. grote flessen, frisdrank 5. fruit, groenten 6. vers vlees, vleeswaren, worst enz. 7. melk, zuivelproducten 8. kant-en-klare producten, gebak, levensmiddelen in afgedekte schaaltjes, open blikjes enz. Bewaartijden en temperaturen De tabellen achterin de gebruiksaanwijzing informeren u over bewaartijden. De bewaartijd kan niet exact worden aangegeven, omdat hij afhankelijk is van de versheid en de behandeling van de levensmiddelen. De bewaartijden zijn daarom slechts richtlijnen. Als u gekochte diepvriesproducten niet direct wilt consumeren, kunnen ze ongeveer 1 dag (tot ze gaan ontdooien) in de koelkast bewaard worden. Gebruik van de vriezer Invriezen Het invriezen van verse levensmiddelen dient altijd goed voorbereid te worden. Zet voordat u gaat invriezen de temperatuurregelaar op stand „3”. Zet de levensmiddelen direct op de verdamperplaat. Het invriezen duurt ongeveer 24 uur. Zet daarna de temperatuurregelaar op de gewenste stand of laat hem op stand „3” staan, deze stand is geschikt voor normaal gebruik. Ingevroren producten kunt u het beste op het draadrooster in de vriesruimte bewaren. Gebruik van de koelruimte Voor optimaal koelen is luchtcirculatie in het apparaat nodig. Bedek daarom de roosters niet geheel met papier, grote schalen enz. Zet geen hete levensmiddelen in de koelruimte. Laat ze eerst tot kamertemperatuur afkoelen. Op deze manier voorkomt u onnodige rijpvorming. Open tijdens het invriezen de deur van de vriesruimte liever niet. Zet de temperatuurregelaar niet op een hogere stand (bijv. „6”). De invriestijd zou hierdoor wel korter worden, maar de temperatuur in de koelruimte zou constant onder 0 °C komen, waardoor opgeslagen dranken en levensmiddelen zouden bevriezen. 5 NL Vries nooit grotere hoeveelheden tegelijk in dan in „Technische gegevens” staat aangegeven. De levensmiddelen bevriezen anders niet tot in de kern en kunnen dan na het ontdooien bijv. smaak en geur verliezen. Maak tijdens het invriezen liever geen ijsblokjes, dat vermindert de invriescapaciteit. Praktische informatie Dankzij de variabele platen kunt u de koelruimte aan uw eisen aanpassen. U kunt de platen ook verplaatsen als de deur 90° open staat. Na openen en sluiten van de deur van de vriesruimte ontstaat in het apparaat een vacuüm. Na sluiten van de deur duurt het 2-3 minuten voordat u de deur weer kunt openen. Stel de vriesruimte zodanig in dat de binnentemperatuur nooit warmer dan -18 °C wordt. Bij te hoge temperaturen bederven de diepvriesproducten. Controleer elke dag even of het apparaat goed functioneert. Zo constateert u evt. storingen tijdig. Tips In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het apparaat zo energiezuinig mogelijk te gebruiken. U vindt hier ook informatie m.b.t. het milieu. Energie besparen Zet het apparaat liever niet in de zon of naast een warmte afgevend apparaat. Bewaren in de vriesruimte Na het invriezen kunt u de diepvriesproducten het beste naar het draadrooster in de vriesruimte verplaatsen, zodat u weer ruimte hebt in de invriesruimte. Tussentijds invriezen heeft geen nadelige invloed op reeds ingevroren producten. Let goed op de bewaartijd die staat aangegeven op diepvriesproducten die u koopt. Bewaartijden voor zelf ingevroren producten vindt u op de binnenkant van de deur van de vriesruimte. De symbolen staan voor verschillende levensmiddelen, de cijfers staan voor de maximale bewaartijd in maanden. Diepvriesproducten kunnen alleen veilig bewaard worden, als ze niet ontdooid zijn voordat ze in de vriesruimte worden geplaatst. Als de diepvriesproducten al ontdooid zijn, kunt u ze niet opnieuw invriezen, maar dienen ze zo snel mogelijk geconsumeerd te worden. IJsblokjes maken Vul het ijsblokjesbakje met water en zet het in de vriesruimte. Als u de bodem van het ijsblokjesbakje nat maakt en de temperatuurregelaar op de maximale stand zet, gaat het invriezen sneller. Vergeet niet, de temperatuurregelaar na het invriezen weer op de normale stand te draaien. U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het ijsblokjesbakje onder stromend water te houden en het dan iets te verdraaien. Mocht het ijsblokjesbakje vastgevroren zijn, gebruik dan geen scherpe voorwerpen om het los te maken. Daarmee kunt u beschadigingen veroorzaken. 6 Zorg ervoor dat de condensor en de compressor voldoende ventilatie hebben. Bedek de ventilatieopeningen niet. Doe levensmiddelen in een afgesloten schaaltje of in vershoudfolie om onnodige rijpvorming te voorkomen. Open de deur niet onnodig en laat hem niet langer open staan dan nodig is. Doe levensmiddelen altijd in een afgesloten schaaltje. Laat warme levensmiddelen en vloeistoffen altijd eerst tot kamertemperatuur afkoelen voordat u ze in het apparaat zet. Houd de condensor schoon. Het apparaat en het milieu Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het isolatiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag kunnen aantasten. Het apparaat mag niet samen met huisvuil of gesloopte apparaten weggegooid worden. Uit het oogpunt van milieubescherming moeten afgedankte koel- en vriestoestellen volgens de plaatselijke regelingen op deskundige wijze verwerkt worden. Informeer bij de gemeente naar de mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg ervoor dat het koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de warmtewisselaar, niet beschadigd wordt. De materialen met het symbool „ recycling. ” zijn geschikt voor NL Onderhoud Ontdooien Het is niet abnormaal als er na het ontdooien kleine restjes ijs en rijp op de achterkant van de koelruimte achterblijven. Een deel van het vocht uit de koelruimte wordt tijdens het gebruik in de vorm van ijs of rijp afgescheiden. De vriesruimte kan niet automatisch worden ontdooid omdat de diepvriesproducten geen hogere temperaturen kunnen verdragen. Dikke lagen ijs en rijp hebben een isolerend effect. Het koelvermogen wordt minder, de temperatuur stijgt en er is meer energie nodig. M.b.v. de meegeleverde kunststof schraper kunt u kleine stukjes rijp en ijs verwijderen. Bij dit type apparaat gebeurt het ontdooien van de koelruimte automatisch, zonder dat u daaraan iets hoeft te doen. De thermostaat onderbreekt regelmatig de werking van de compressor. Het koelen wordt dan onderbroken, de temperatuur van de verdamperplaat stijgt boven 0 °C en het ontdooien begint. Als de verdamperplaat een temperatuur van +3 tot +4 °C heeft bereikt, start de thermostaat het koelen weer. Het dooiwater loopt via het dooiwaterafvoergootje in het condensbakje bovenop de compressor en verdampt door de warmte. Controleer regelmatig of het dooiwaterafvoergootje niet verstopt is. Een sticker in het apparaat herinnert u daaraan. Als het afvoergootje verstopt is, kan het dooiwater schade veroorzaken aan de isolatie van het apparaat. Maak het gootje schoon m.b.v. het meegeleverde krabbertje (zie afb.). Het krabbertje kunt u weer in het gootje opbergen. Meestal raakt het afvoergootje verstopt door in papier verpakte levensmiddelen. Het papier komt in aanraking met de achterzijde van de koelruimte en vriest daaraan vast. Als u de levensmiddelen uit de koelruimte haalt, scheurt het papier en dat kan tot verstopping van het afvoergootje leiden. Doe dus voorzichtig met in papier verpakte levensmiddelen. Als erg veel koelvermogen nodig is, bijv. tijdens een hittegolf, werkt de koelkast soms continu. Er wordt dan niet automatisch ontdooid. Het bakje in de afbeelding wordt niet met het apparaat meegeleverd! Als de ijslaag zo dik is, dat hij niet met de kunststof schraper verwijderd kan worden, moet de vriesruimte ontdooid worden (in het algemeen 2 tot 3 keer per jaar). Neem de levensmiddelen uit het apparaat en wikkel ze in enkele lagen krantenpapier of dekens. Bewaar ze op een zo koel mogelijke plaats. Maak het apparaat spanningloos en laat de deuren van vries- en koelruimte open. Reinig de koelruimte zoals beschreven en hoofdstuk „Reiniging en onderhoud”. Reinig de vriesruimte als volgt: Veeg het dooiwater met een zachte doek of spons van de verdamperplaat weg. Het weggeveegde dooiwater verzamelt zich onderin het apparaat. In de afbeelding ziet u, hoe u het water kunt verwijderen. Trek de kunststof stop uit de dooiwateropening in de vriesruimte. Zet een hoog genoeg bakje onder het gootje in de koelruimte, waarin het dooiwater kan lopen. Het bakje in de afbeelding wordt niet met het apparaat meegeleverd! Na het ontdooien de binnenzijde van het apparaat droog wrijven en de kunststof stop weer op z'n plek zetten. Steek de stekker weer in het stopcontact en leg de levensmiddelen weer in het apparaat. Zet na het ontdooien de temperatuurregelaar op de hoogste stand, zodat het apparaat zo snel mogelijk weer de geschikte bewaartemperatuur kan bereiken. 7 NL Reiniging en onderhoud Wij adviseren u de binnenzijde van de koelruimte elke 3 tot 4 weken schoon te maken (u kunt het beste tegelijkertijd de vriesruimte ontdooien). Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep. Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde van het apparaat met handwarm water schoonmaken en droog wrijven. Reinig het deurrubber met schoon water. Steek na het reinigen de stekker weer in het stopcontact. Stof en vuil die zich op de achterkant van de koelkast en de condensor hebben afgezet, dient u één of twee maal per jaar te verwijderen. Maak dan ook het condensbakje bovenop de compressor schoon. Als de koelkast niet in gebruik is Als de koelkast langere tijd niet in gebruik is, gaat u als volgt te werk: Trek de stekker uit het stopcontact. Maak de koelkast leeg. Ontdooien en schoonmaken zoals hiervoor beschreven. De deur open laten om geurvorming te voorkomen. Problemen oplossen Lamp vervangen Als de lamp kapot is, kunt u hem als volgt vervangen: Trek de stekker uit het stopcontact. Schroef de afdekking los en trek hem in de richting van de pijl. Nu kunt u de lamp vervangen. (Type gloeilamp: Mignon 322, 230 V, 15 W, fitting E 14) Zet daarna de afdekking weer terug, draai de schroef vast en steek de stekker in het stopcontact. Als de lamp defect is, heeft dat geen nadelige invloed op de werking van de koelruimte. 8 NL Als iets niet werkt Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf kunt verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t. het opheffen van zulke kleine storingen. Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te horen (compressor, circulatie). Dan is er geen sprake van een storing. Probleem Het is te warm in de koelruimte. Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het apparaat met onderbrekingen werkt. Als de compressor stopt, wil dat niet zeggen dat het apparaat niet werkt. Daarom moet u altijd eerst de stekker uit het stopcontact trekken, voordat u elektrische onderdelen aanraakt. Mogelijke oorzaak De temperatuurregelaar is te laag ingesteld. Oplossing Op een hogere stand instellen. De levensmiddelen zijn niet koud genoeg of De levensmiddelen op de juiste plek zetten. staan op een verkeerde plek. De deur gaat niet goed dicht of is niet goed ges- Controleren of de deur goed dicht kan en of het deurrubber onbeschadigd en schoon is. loten. Het is te warm in de vries- De temperatuurregelaar is te laag ingesteld. Op een hogere stand instellen. ruimte. De deur gaat niet goed dicht of is niet goed ges- Controleren of de deur goed dicht kan en of het deurrubber onbeschadigd en schoon is. loten. U wilt te veel levensmiddelen tegelijk invriezen. Een paar uur wachten en de temperatuur nog eens controleren. De in te vriezen levensmiddelen staan te dicht op De levensmiddelen zodanig neerzetten dat de koude lucht goed kan circuleren. elkaar. Er loopt water langs de achterwand van de koelruimte. Dat is normaal. Tijdens het automatische ontdooien smelt het ijs op de achterwand. Er loopt water in de koelruimte. Levensmiddelen kunnen de lekbak blokkeren Zet de levensmiddelen zodanig neer dat ze de achterwand niet direct raken. zodat er geen water in kan stromen. De afvoer van de koelruimte kan verstopt zijn. Maak de afvoer schoon. Het afvoergootje loopt niet in de condensbak Plaats het de afvoergootje in de condensbak. Er loopt water op de vloer. boven de compressor. De levensmiddelen beter inpakken. De deuren gaan niet goed dicht of zijn niet goed Controleren of de deuren goed dicht kunnen en of de deurrubbers onbeschadigd en schoon zijn. gesloten. De temperatuurregelaar op een lagere stand De temperatuurregelaar is niet goed ingesteld. instellen. De temperatuurregelaar op een lagere stand De temperatuurregelaar is niet goed ingesteld. instellen. De levensmiddelen zijn niet goed ingepakt. Er zijn te veel rijp en ijs. De compressor werkt conControleren of de deuren goed dicht kunnen en tinu. De deuren gaan niet goed dicht of zijn niet goed of de deurrubbers onbeschadigd en schoon zijn. gesloten. Een paar uur wachten en de temperatuur nog U wilt te veel levensmiddelen tegelijk invriezen. eens controleren. U hebt warme levensmiddelen in het apparaat Laat de levensmiddelen tot kamertemperatuur gezet. afkoelen. Het apparaat staat op een te warme plek. Het apparaat werkt helemaal niet. Het koelt niet en De stekker zit niet in het stopcontact. de binnenverlichting De zekering in de huisinstallatie is uitgeschakeld. brandt niet. Ook de lampDe temperatuurregelaar is niet ingesteld. jes branden niet. Er staat geen spanning op het stopcontact. (Probeer er een ander apparaat op aan te sluiten.) Het apparaat maakt veel geluid. Het apparaat staat niet goed. Probeer de omgevingstemperatuur te verlagen. De aansluiting controleren. Zekering vervangen. Apparaat in werking stellen volgens de aanwijzingen in hoofdstuk „In gebruik nemen”. Contact opnemen met een elektro-installateur. Controleren of het apparaat stabiel staat (alle vier voeten moeten op de vloer staan). Als u de storing aan de hand van de aanwijzingen niet kunt oplossen, neem dan contact op met Service. 9 NL Aanwijzingen voor de installateur Technische gegevens Modell/Type bruto-inhoud (l) nuttige inhoud (l) breedte (mm) hoogte (mm) diepte (mm) energieverbruik (kWh/24 uur) (kWh/jaar) energie-efficiëntieklasse invriesvermogen (kg/24 h) max. bewaartijd bij stroomuitval (uur) aansluitwaarde (W) gwwicht (kg) aantal compressoren ZRD 237 JC (CT 235) vriesruimte: 44 koelruimte: 190 vriesruimte: 44 koelruimte: 186 545 1404 604 0,78 285 A 3 19 80 51 1 Installeren van het apparaat Vervoer, uitpakken Klimaatklasse SN N ST Omgevingstemperatuur +10 ..,+32 °C +16 ..,+32 °C +18 ..,+38 °C U kunt het apparaat het beste rechtop in de originele verpakking vervoeren. Zie ook de aanwijzingen op de verpakking. Na elk transport mag het apparaat pas na ca. 2 uur ingeschakeld worden. Pak het apparaat uit en controleer het op transportschade. Neem in geval van transportschade contact op met de leverancier en sluit het apparaat niet aan. Reiniging Verwijder het plakband waarmee de onderdelen in het apparaat vastgezet zijn. Neem de binnenkant van het apparaat met handwarm water en wat mild reinigingsmiddel af. Gebruik een zachte doek. Wrijf daarna de binnenkant van het apparaat droog. Opstelling De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik. Daarom moet het apparaat op een plaats staan waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het uitgevoerd is, zie onderstaande tabel. De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje. 10 Als de omgevingstemperatuur te laag is, kan de temperatuur in de koelruimte te hoog worden. Als de omgevingstemperatuur te hoog is, moet de compressor langer werken, de automatische ontdooiing werkt niet meer, de temperatuur in de koelruimte stijgt en er wordt meer energie verbruikt. NL Het apparaat moet waterpas staan. Daartoe kunt u de stelvoeten (1) aan de voorzijde verstellen. De afstandsringen (2) zijn onderdeel van de stelvoeten. Als het apparaat waterpas moet worden gezet, kunnen deze afstandsringen worden verwijderd. Deurdraairichting omzetten Als dat handiger in het gebruik is, kunt u de deurdraairichting van rechts naar links omzetten. Ga als volgt te werk: Breng de in de zak van het toebehoren te vinden afstandhouders aan. Sla de afstandhouder van positie naar de afbeelding met een zacht hamerslag tot stoot in, dan maak met 90° omgedraaid vast. Trek de stekker uit het stopcontact. Kantel het apparaat voorzichtig achterover en zorg ervoor dat de compressor de vloer niet raakt. U kunt dit het beste met twee personen doen. Verwijder voorzichtig (bijv. m.b.v. een mes) de afdekkapjes van de schroeven die het onderste afdekrooster vasthouden. Dan kan het afdekrooster worden verwijderd door de plaatschroeven (2 stuks) los te draaien. Zet het apparaat niet direct in de zon of dicht bij een verwarming of fornuis. Is opstelling naast een warmtebron niet te vermijden, dan moeten de volgende minimale afstanden worden aangehouden: Naast een gas- of elektrisch fornuis 3 cm. Als de afstand kleiner is, plaats dan een warmte-isolerende plaat van 0,5 tot 1 cm dik tussen de twee apparaten. Naast een olie- of kolenkachel 30 cm. De koelkast moet geheel tegen de muur staan. Houd de minimale afstanden aan (zie afb.). A: opstelling onder een keukenkastje B: vrije opstelling Maak het onderste deurscharnier van de koelruimte los door de schroeven (2 stuks) en de vulplaatjes (2 stuks) te verwijderen. Neem de deur van de koelruimte los door hem voorzichtig naar beneden te trekken. Maak het dubbele deurscharnier los door de schroeven (2 stuks) en de vulplaatjes (2 stuks) te verwijderen. Neem de deur van de vriesruimte los door hem voorzichtig naar beneden te trekken. Schroef de stift van het bovenste deurscharnier van de vriesruimte los en schroef hem dan op de andere kant. 11 NL Verwijder de afdekkapjes van het dubbele deurscharnier aan de linker kant en plaats ze dan op de andere kant. Zet de deur van de vriesruimte op de stift van het bovenste deurscharnier. Zet het dubbele deurscharnier aan de linker kant m.b.v. de schroeven (2 stuks) en de vulplaatjes (2 stuks). Let erop dat de rand van de deur van de vriesruimte parallel loopt met de rand van de kast. Zet de deur van de koelruimte op de stift van het dubbele deurscharnier. Zet het onderste deurscharnier aan de linker kant m.b.v. de schroeven (2 stuks) en de vulplaatjes (2 stuks). Let erop dat de rand van de deur van de koelruimte parallel loopt met de rand van de kast. Trek het gedeelte van het afdekrooster in de richting van de pijl (1) en plaats het op de andere kant (2). Zet het afdekrooster terug en bevestig het met de plaatschroeven (2 stuks). Bevestig dan de afdekkapjes weer. Zet het apparaat op z'n plek, zet het waterpas en steek de stekker in het stopcontact. U kunt ook contact opnemen met ELECTROLUX SERVICE. Een servicetechnicus kan tegen betaling het deurscharnier overzetten. Elektrische aansluiting Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (~) 50 Hz. Het apparaat moet worden aangesloten aan een volgens de voorschriften geďnstalleerd stopcontact met randaarde. Als zo'n stopcontact niet aanwezig is, laat het dan door een erkend installateur in de buurt van de koelkast aanbrengen. Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlijnen: – 73/23/EEG van 19.02.1973 (incl. wijzigingsrichtlijnen) - laagspanningsrichtlijn – 89/336/EEG van 03.05.1989 (incl. wijzigingsrichtlijnen - EMC-richtlijn 12 NL Bewaartijdentabel (1) Verse levensmiddelen in de koelkast bewaren Soort rauw vlees gekookt vlees gebraden vlees rauw gehakt gebraden gehakt vleeswaren verse vis gekookte vis gebakken vis vis uit blik verse kip gebraden kip verse eend, gans gebraden eend, gans boter ongeopend boter geopend melk room zure room kaas (hard) kaas (zacht) kwark eieren spinazie. erwten, bonen paddestoelen wortelen, bieten tomaten kool snel rottend fruit (aardbei, framboos enz.) ander fruit fruit uit blik 1 X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X 2 X X X Bewaartijd in dagen 3 4 5 6 x x x X x x x X x x X X x X X x X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X x x x x x x X X X X X x X x X X X X X x X x X X X X X X Verpakking 7 x x x x x x x X X x x x X X X X X x X x X X X x X x x x x x x X x x x x x x X x x X x x X x x X x X x x X x X x x X x x X X X x x x x x X X x X X x x x vershoudfolie, luchtdicht afgesloten schaaltje afgesloten schaaltje afgesloten schaaltje afgesloten schaaltje vershoudfolie, vetvrij papier vershoudfolie, luchtdicht afgesloten schaaltje afgesloten schaaltje afgesloten schaaltje vershoudfolie, luchtdicht afgesloten schaaltje vershoudfolie, luchtdicht afgesloten schaaltje originele verpakking originele verpakking originele verpakking kunststof schaaltje kunststof schaaltje aluminium folie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie vershoudfolie afgesloten schaaltje X: normale bewaartijd x: mogelijke bewaartijd (geldt alleen voor echt verse producten) Bewaartijdentabel (2) Diepvriesproducten bewaren Soort groente kant-en-klare producten aardappelgerechten, pastagerechten soep fruit vlees consumptie-ijs in de koelruimte +2 – +7 °C 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag 1 dag in de ****-vriesruimte -18°C 12 maanden 6 maanden 12 maanden 6 maanden 12 maanden 5 maanden 3 weken 13 NL Garantie en service Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel van de betreffende aankoopnota of kwitantie te worden getoond of meegezonden. Algemene Garantiebepalingen 1 De fabrikant verleent een jaar garantie op het op debijbehorende koopnota vermelde apparaat, gerekend vanaf de koopdatum. Indien zich binnen deze periode een storing voordoet, welke het gevolg is van een materiaal- en/of constructiefout, heeft de koper het recht op kosteloos herstel. 1a Voor stofzuigers, bedoeld voor huishoudelijk gebruik, geldt een algemene garantieperiode van twee jaar. Accessoires zijn aan directe slijtage onderhevig; deze verbruiksartikelen zijn derhalve van garantie uitgesloten. 2 De fabrikant verleent een jaar garantie op door haar servicedienst uitgevoerde herstel-werkzaamheden en het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, gerekend vanaf de hersteldatum. Indien zich binnen deze periode een storing voordoet, welke het directe gevolg is van de uitgevoerde herstelwerkzaamheden of het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, heeft de koper het recht op kosteloos herstel. Door de uitvoering van herstelwerkzaamheden wordt de algemene garantieperiode, welke het gehele apparaat omvat, met verlengd. 3 Servicebezoeken aan huis worden alleen gebracht voor grote, moeilijk transporteerbare apparaten, per definitie: wasautomaten, trommeldroog-automaten, afwasautomaten, koelkasten, diepvrieskasten/-kisten, ovens, fornuizen en inbouwapparaten 3a De regeling als genoemd onder pont 3 geldt ook voor caravankoelkasten, mils de plaats waar zich het apparaat bevindt binnen de landsgrenzen ligt en over normale, voor het autoverkeer opengestelde wegen bereikbaar is. Voorts dient tan tijde van het bezoek het apparaat en de eigenaar, of diens gemachtigde plaatsvervanger, op de afgesproken bezoekplaats aanwezig te zijn. 4 Indien, naar het oordeel van de fabrikant, het apparaat zoals bedoeld onder pont 3 naar haar servicewerkplaats getransporteerd moet worden, dan geschiedt dit transport op de door de fabrikant vastgestelde wijze en voor rekening en risico van de fabrikant. 5 Alle niet onder punt 3 en pont 3a genoemde apparaten, alsmede apparateri welke wel de betreffende functionele eigenschappen hebben maar daarnaast juist bedoeld zijn voor gemakkelijk transport, dienen franco aan het adres van de servicedienst verzonden of aangeboden te worden. Binnen de algemene garantieperiode vindt terugzending voor rekening van de fabrikant plaats. 6 Indien een onder garantie en binnen de algemene garantieperiode vallend defect aan een apparaat niet hersteld kan worden, vindt kosteloze vervanging van het apparaat plaats. Garantie-uitbreidingen 7 Voor koel-/vries-motorcompressoren (exclusief startrelais en motorbeveiliging) geldt een aflopende garantieperiode, in gelijke percentages van 20 procent per jaar, van vijf jaar ne koopdatum van het op de bijbehorende koop14 nota vermelde apparaat, met inachtname van volledig kosteloos herstel binnen de algemene garantieperiode. Na de algemene garantieperiode worden bezoek-, arbeidsloon- en bijkomende materiaalkosten in rekening gebracht. Garantie-uitsluitingen 8 Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of vervangingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de betreffende hieraan voorafgaande punten, is niet van toepassing indien: de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste de aankoopdatum en de identificatie van het apparaat blijkt, niet getoond kan worden of niet meegezonden werd; het apparaat voor andere, of ook voor andere dan de huishoudelijke doeleinden waarvoor het apparaat bestemd is gebruikt wordt; het apparaat niet volgens de aanwijzingen in het installa tievoorschrift of de gebruiksaanwijzing geinstalleerd, bediend, gebruikt of behandeld wordt; het apparaat op ondeskundige wijze door daartoe niet bevoegde personen hersteld of gewijzigd werd. 8a Indien het apparaat zodanig ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst is dat de benodigde tijd voor het uit- en inbouwen samen meer dan dertig minuten bedraagt, dan worden de hierdoor onstane extra kosten aan de eigenaar in rekening gebracht. 8b Schade welke ontstaat door het, met toestemming van de eigenaar, op abnormale wijze uit- of inbouwen van een apparaat, kan niet op de fabrikant of haar servicedienst verhaald worden. 8c Beschadigingen, zoals krassen en deuken of zoals breuk van uit- of afneembare delen, welke niet ten tijde van de aflevering ter kennis van de fabrikant gebracht worden, vallen niet onder garantie. Belangrijk advies De constructie van dit apparaat is zodanig dat de veiligheid daar-van gewaarborgd is. Ondeskundige reparaties kunnen echter de veiligheid in gevaar brengen. Terwille van een blijvende veiligheid, en ook om mogelijke schade te voorkomen, is het raadzaam dat reparaties uitsluitend verricht worden door personen die daarvoor de vereiste vakbekwaamheid bezitten. Wij adviseren u herstel- en/of controle-werkzaamheden door uw vakhandelaar of door ELGROEP SERVICE te laten uitvoeren en uitsluitend originele DISTRIPARTS onderdelen te laten plaatsen. Nederland NL ELGROEP SERVICE Vennootsweg 1 Postbus 120 NL-2400 AC Alphen a/d Rijn Tel. : (0172) 46 83 00 Fax. : (0172) 46 83 66 Storingsmeldingen op werkdagen tijdens kantooruren: Onderdelenverkoop op werkdagen tijdens kantooruren: Tel. : (01 72) 46 84 00 Fax. : (0172) 46 83 76 Waarborgvoorwaarden Onze toestellen worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het voorkomen dat er een defect optreedt. Onze klantendienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de waarborgtermijn. De levensduur van het toestel wordt daardoor niet negatief beďnvloed. Onderstaande waarborgvoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet. Ook de waarborgverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast. Voor dit toestel verlenen wij waarborg volgens onderstaande voorwaarden: 1.Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het toestel die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker. Deze waarborgvoorwaarden zijn niet van toepassing in geval van professioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik. 2. De waarborgprestatie houdt in dat het toestel kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigendom. 3. Het gebrek moet terstond gemeld worden, om mogelijke verdere schade te voorkomen. 4. Voor een beroep op waarborg dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of leveringsdatum te worden overlegd. 5. De waarborg heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik 6. De waarborg heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de waarde en deugdelijkheid van het toestel onbeduidend zijn. 7.De waarborg geldt evenmin voor schade veroorzaakt door: chemische en elektrochemische inwerking van water, abnormale milieuomstandigheden in het algemeen voor het toestel oneigenlijke bedrijfsomstandigheden contact met agressieve stoffen. 8. De waarborg heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten onze verantwoordelijkheid is ontstaan, niet vakkundige installatie of montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen. 9. Het recht op waarborg vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het toestel voorzien werd van toebehoren of onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken. 10. Toestellen die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd of gezonden naar onze klantendienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde toestellen. 11. Indien het toestel zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt, dan worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt ten laste van de gebruiker. 12. Indien binnen de waarborgperiode de herstelling van hetzelfde gebrek meermaals mislukt of de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen naar rato van de verstreken gebruiksperiode. 13. Herstelling onder waarborg heeft geen verlenging van de waarborgtermijn noch aanvang van een nieuwe waarborgtermijn tot gevolg. 14. Op herstellingen geven wij een waarborg van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek. 15. Verdere of andere rechten, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten het toestel, zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd. In geval van aansprakelijkheid zal en vergoeding de aankoopwaarde van het toestel niet overtreffen. Deze waarborgvoorwaarden gelden voor in België gekochte en/of in gebruik zijnde toestellen. Indien een toestel naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het toestel voldoet aan de technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte toestellen dient de gebruiker zich zelf te vergewissen van de bepalingen in België. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet onder de waarborg, en kunnen niet altijd worden aangebracht. Ook na afloop van de waarborgtermijn staat onze klantendienst u ter beschikking. Adres Klantendienst: ELECTROLUX HOME PRODUCTS BELGIUM Bergensesteeweg, 719 1502 LEMBEEK Tél. 02.363.0444 15
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

Zanussi ZRD23JC Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding