AEG EE2000001M Handleiding

Type
Handleiding
EE2000001
EE2000021
EE2000201
NL Gebruiksaanwijzing
INHOUD
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
4. VOOR HET EERSTE GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
5. DAGELIJKS GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
6. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
7. EXTRA FUNCTIES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
8. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
9. ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
10. PROBLEMEN OPLOSSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren
uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen
maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd
om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan.
Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de
hand hebt.
De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
2
www.aeg.com
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor in-
stallatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt
door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van
het apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of permanente inva-
liditeit.
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van
8 jaar en ouder en door mensen met beperkte licha-
melijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan van een volwassene of van iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kin-
deren.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het ap-
paraat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is
heet.
Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveili-
ging, raden wij aan dit te activeren.
Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
1.2 Algemene veiligheid
Van binnen wordt het apparaat heet als het in werk-
ing is. Raak de verwarmingselementen in het appa-
raat niet aan. Gebruik altijd ovenhandschoenen om
accessoires of kookgerei te plaatsen of verwijderen.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
NEDERLANDS 3
Zet de stroomtoevoer uit alvorens onderhoud te ple-
gen.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de glazen deur
schoon te maken, deze kunnen krassen veroorzaken
op het oppervlak, waardoor het glas zou kunnen bre-
ken.
Om de inschuifrailen te verwijderen trekt u eerst de
voorkant van de inschuifrail en dan de achterkant uit
de zijwanden. Installeer de inschuifrail in de omge-
keerde volgorde.
2.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatie-
technicus mag het apparaat in-
stalleren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag
altijd veiligheidshandschoenen.
Trek het apparaat nooit aan de hand-
greep van zijn plaats.
De afmetingen van de keukenkast en
de uitsparing moeten kloppen.
Houd de minimumafstand naar andere
apparaten en units in acht.
Zorg ervoor dat het apparaat onder en
naast veilige installaties wordt geïn-
stalleerd.
Delen van het apparaat staan onder
stroom. Sluit het apparaat met meubel
om te voorkomen dat de gevaarlijke
delen worden aangeraakt.
De zijkanten van het apparaat moeten
naast apparaten of units staan van de-
zelfde hoogte.
Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische
schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd elektromon-
teur worden gemaakt.
Dit apparaat moet worden aangeslo-
ten op een geaard stopcontact.
Controleer of de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met
de stroomvoorziening. Zo niet, neem
dan contact op met een elektromon-
teur.
Gebruik altijd een correct geïnstal-
leerd, schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Neem contact op met
de service-afdeling of een elektro-
monteur om een beschadigde hoofd-
kabel te vervangen.
Laat de stroomkabel niet in aanraking
komen met de deur van het apparaat,
met name niet als deze heet is.
De schokbescherming van delen on-
der stroom en geïsoleerde delen
moet op zo'n manier worden beves-
4
www.aeg.com
tigd dat het niet zonder gereedschap
kan worden verplaatst.
Steek de stekker pas in het stopcon-
tact als de installatie is voltooid. Zorg
ervoor dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
Sluit de stroomstekker niet aan op een
losse stroomaansluiting.
Trek niet aan het netsnoer om het ap-
paraat los te koppelen. Trek altijd aan
de stekker.
Gebruik alleen de juiste isolatie-appa-
raten: stroomonderbrekers, zekerin-
gen (schroefzekeringen moeten uit de
houder worden verwijderd), aardlek-
schakelaars en contactgevers.
De elektrische installatie moet een iso-
latieapparaat bevatten waardoor het
apparaat volledig van het lichtnet af-
gesloten kan worden. Het isolatieap-
paraat moet een contactopening heb-
ben met een minimale breedte van 3
mm.
2.2 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel, brandwonden,
elektrische schokken of een ex-
plosie.
Gebruik dit apparaat in een huishou-
delijke omgeving.
De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
Zorg ervoor dat de ventilatieopenin-
gen niet geblokkeerd zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
Schakel het apparaat telkens na ge-
bruik uit.
Wees voorzichtig met het openen van
de deur van het apparaat als het ap-
paraat aan staat. Er kan hete lucht ont-
snappen.
Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
Oefen geen kracht uit op een geopen-
de deur.
Het apparaat mag niet worden ge-
bruikt als werkblad of aanrecht.
Houd de deur van het apparaat altijd
dicht als het apparaat in werking is.
Open de deur van het apparaat voor-
zichtig. Als u alcoholische toevoegin-
gen gebruikt, kan er alcohol-lucht-
mengsel ontstaan.
Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlamba-
re producten in, bij of op het appa-
raat.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het appa-
raat.
Om schade of verkleuring van het
email te voorkomen:
– Zeg geen kookgerei of andere voor-
werpen direct op de bodem van het
apparaat.
- Leg geen aluminiumfolie op de bo-
dem van het apparaat.
- Plaats geen water direct in het hete
apparaat.
- Haal vochtige schotels en eten uit
het apparaat als u klaar bent met ko-
ken.
- Wees voorzichtig bij het verwijderen
of bevestigen van accessoires.
Verkleuring van het email heeft geen
ongewenst effect op de werking van
het apparaat. Dit is geen defect dat
geldt voor het recht op garantie.
Gebruik een diepe braadpan voor
vochtige taarten. Fruitsappen kunnen
permanente vlekken maken.
2.3 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en
schade aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is afge-
koeld. Er bestaat een risico dat de
glasplaten kunnen breken.
Vervang direct de glazen deurpanelen
als deze beschadigd zijn. Neem con-
tact op met de service-afdeling.
NEDERLANDS 5
Wees voorzichtig bij het verwijderen
van de deur uit het apparaat. De deur
is zwaar!
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
Resterend vet of voedsel in het appa-
raat kan brand veroorzaken.
Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen. Ge-
bruik geen schuurmiddelen, schuur-
sponsjes, oplosmiddelen of metalen
voorwerpen.
Raadpleeg als u een ovenspray ge-
bruikt eerst de aanwijzingen op de
verpakking.
Reinig niet het katalytisch emaille (in-
dien van toepassing) met een schoon-
maakmiddel.
2.4 Binnenverlichting
De gloeilampen of halogeenlampen in
dit apparaat zijn uitsluitend bedoeld
voor gebruik in huishoudelijke appara-
ten. Gebruik deze niet voor andere
doeleinden.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schok-
ken!
Voordat u het lampje vervangt, dient u
de stekker van het apparaat uit het
stopcontact te halen.
Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
2.5 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
Verwijder de deurgreep om te voorko-
men dat kinderen en huisdieren opge-
sloten raken in het apparaat.
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
5 6 232 41
14
13
5
4
3
2
1
8
7
9
11
12
10
1
Bedieningspaneel
2
Lampjes/symbolen van de kookzo-
nes
3
Knop voor de ovenfuncties
4
Stroom lamp/symbool
5
Knop voor de temperatuur
6
Temperatuur lamp/symbool/indica-
tielampje
7
Knoppen voor de kookzones
8
Verwarmingselement
9
Lampje
10
Ventilator
11
Verwarmingselement achterwand
12
Onderwarmte
13
Verwijderbare geleider
14
Rekstanden
6
www.aeg.com
3.1 Accessoires
Bakrooster
Voor kookgerei, cake bakblikken en
braadvormen.
Combi schaal
Voor cake en koekjes. Voor braden en
roosteren of als schaal om vet op te van-
gen.
4. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei-
ligheid.
4.1 Eerste reiniging
Verwijder alle onderdelen van het ap-
paraat.
Reinig het apparaat voor het eerste
gebruik.
Zie het hoofdstuk "Onderhoud
en reiniging".
5. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei-
ligheid.
5.1 Het apparaat aan- en
uitzetten
1.
Zet de functieknop van de oven op
een ovenfunctie.
2.
Verdraai de thermostaatknop om
een temperatuur te selecteren.
3.
Draai om het apparaat uit te schake-
len, de knop voor de ovenfuncties
en de knop voor de temperatuur in
de uit-stand.
Knopsymbool, indicatielampje
of lampje (afhankelijk van het
model - zie Beschrijving van het
product):
Het indicatielampje gaat aan
wanneer de oven opwarmt.
Het lampje gaat aan als het
apparaat in werking is.
Het symbool geeft aan of de
knop de kookzones, de oven-
functies of de temperatuur be-
dient.
NEDERLANDS 7
5.2 Ovenfuncties
Ovenfunctie Applicatie
Binnenverlichting Het lampje activeren zonder een bereidings-
functie.
Multi hetelucht Voor het bakken op maximaal 3 niveaus tegelij-
kertijd en het drogen van voedsel. Stel de tem-
peratuur 20 - 40 °C lager in dan voor Boven +
onderwarmte.
Pizza hetelucht Om gerechten op 1 niveau te bakken met in-
tensief bruineren en een krokantere korst. Stel
de temperatuur 20 - 40 °C lager in dan voor Bo-
ven + onderwarmte.
Boven + onderwarmte Voor het bakken en braden op 1 ovenniveau.
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een knapperi-
ge bodem en voedsel te bewaren.
Ontdooien Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Grill Om plat voedsel te grillen en brood te rooste-
ren.
Grill intens Voor het roosteren van plat voedsel in grote
hoeveelheden en voor het maken van toast.
Circulatiegrill Voor het braden van grotere stukken vlees of
gevogelte op één niveau. Ook om te gratine-
ren en te bruinen.
5.3 Kookzones
De kookplaat is te bedienen met
de knoppen voor de kookzones.
Zie de gebruikshandleiding van
de kookplaat.
5.4 Kookzones van de
kookplaat
De lampjes/symbolen van de
kookzone (zie hoofdstuk "Be-
schrijving van het product") ge-
ven aan welke zone u instelt.
Bedieningsknop Functie
Warmhoudstand
0 Uit-stand
1 - 9 Verwarmingsstanden
(1 = laagste verwarmingsstand; 9 = hoogste verwarmings-
stand)
Gebruik van de kookplaat:
1.
Draai de bedieningsknop in de ge-
wenste verwarmingsstand.
2.
Zet de bedieningsknop op de uit
stand om het kookproces te beëin-
digen.
Automatisch opwarmen
Aalleen van toepassing voor
kookplaten met de automatische
verwarmingsfunctie.
8
www.aeg.com
De functie Automatisch opwarmen ver-
warmt de kookzone gedurende enige
tijd op volledig vermogen.
Automatisch opwarmen starten:
1.
Draai de knop voor de kookzone zo
ver mogelijk naar rechts (voorbij de
hoogste kookstand).
2.
Stel meteen de benodigde kook-
stand in.
3.
Draai de knop naar de uit-stand om
de functie uit te schakelen.
6. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei-
ligheid.
6.1 Ovenaccessoires plaatsen
De diepe pan en het bakrooster hebben
zijranden. Deze randen en de vorm van
de geleidestangen vormen een speciaal
accessoire om te zorgen dat het kookge-
rei niet verschuift.
Het rooster en de diepe pan samen
plaatsen
Plaats het rooster op de diepe pan.
Plaats de diepe pan tussen de geleides-
tangen van een van de ovenniveaus.
7. EXTRA FUNCTIES
7.1 Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van het apparaat
koel te houden. Na het uitschakelen van
het apparaat kan de ventilatie doorgaan
totdat het apparaat is afgekoeld.
NEDERLANDS 9
8. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
8.1 Voorbeelden van
kooktoepassingen voor de
kookplaat
De gegevens in de volgende tabel die-
nen slechts als richtlijn.
Ver-
war-
ming
s-
stand
Gebruik om: Tijd Tips
1 Om gekookte gerechten warm
te houden.
naar be-
hoefte
Een deksel op het kookge-
rei doen.
1 - 2 Voor het maken van Hollandai-
se saus en om boter, chocolade
en gelatine te laten smelten.
5 - 25
min
Mixen met tussenpozen.
1 - 2 Om luchtige omeletten en ge-
bakken eieren te laten stollen.
10 - 40
min
Met deksel bereiden
2 - 3 Om rijst en gerechten op melk-
basis te laten sudderen en om
kant-en-klaargerechten op te
warmen.
25 - 50
min
Voeg minimaal twee keer
zoveel vloeistof toe dan
rijst. Roer de melkgerech-
ten halverwege goed door.
3 - 4 Voor het stomen van groenten,
vis en vlees.
20 - 45
min
Voeg een paar eetlepels
vocht toe.
4 - 5 Om aardappelen te stomen. 20 - 60
min
Gebruik maximaal ¼ l wa-
ter voor 750 g aardappe-
len.
4 - 5 Voor het bereiden van grotere
hoeveelheden voedsel, stoof-
schotels en soepen.
60 - 150
min
Voeg maximum 3 l vloei-
stof toe aan de ingrediën-
ten.
6 - 7 Voor het licht aanbraden van
kalfslappen, kalfsvlees cordon
bleu, rissoles, sauzen, roux, ei-
eren, pannenkoeken, donuts.
naar be-
hoefte
Halverwege de bereidings-
tijd omdraaien.
7 - 8 Voor het opbakken van aardap-
pelen en het bakken van len-
denbiefstukken en steaks.
5 - 15
min
Halverwege de bereidings-
tijd omdraaien.
9 Voor het aan de kook brengen van grotere hoeveelheden water, pasta
koken, aanbraden van vlees (goulash, stoofvlees), frituren van friet.
De temperaturen en baktijden in
de tabellen zijn slechts als richt-
lijn bedoeld. Deze zijn afhankelijk
van de recepten en de kwaliteit
en de hoeveelheid van de ge-
bruikte ingrediënten.
8.2 Bakken
Algemene aanwijzingen
Uw nieuwe oven kan een andere bak-/
braadverhouding hebben dan het ap-
paraat dat u tot nu toe gebruikt heeft.
Pas uw normale instellingen (tempera-
10
www.aeg.com
tuur, gaartijden) en de rekstanden aan
de tabelwaarden aan.
Bij langere baktijden kunt u de oven
ca. 10 minuten voor het einde van de
baktijd uitschakelen en profiteren van
de restwarmte
Wanneer u bevroren gerechten ge-
bruikt, kunnen de bakplaten in de
oven tijdens het bakken vervormen.
Wanneer de bakplaten afkoelen, ver-
dwijnt de vervorming.
Aanwijzingen bij de baktabellen
De fabrikant raadt u aan de eerste
keer een lagere temperatuur in te stel-
len.
Als u geen concrete aanwijzingen kunt
vinden voor uw eigen recept, kijkt u
dan bij een soortgelijk product.
Bij het bereiden van cake op meerde-
re niveaus kan de baktijd ca. 10 - 15
minuten langer zijn.
Als het gebak niet overal even hoog
is, wordt het gebak in het begin van
het bakproces niet overal even bruin.
Verander in dit geval de temperatuur-
instelling niet. De verschillen vermin-
deren tijdens het bakproces.
8.3 Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de ca-
ke is niet voldoende ge-
bruind.
De rekstand is incorrect.
Plaats de cake op een la-
gere rekstand.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
De oventemperatuur is
te hoog.
De volgende keer dat u
een cake bakt, stelt u de
baktemperatuur lager in.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
Te korte baktijd.
Baktijd verlengen. U
kunt de baktijd niet
verlagen door een ho-
gere temperatuur in te
stellen.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
Er zit te veel vloeistof in
het mengsel.
Minder vocht gebruiken.
Let op de kneedtijden,
vooral bij het gebruik
van keukenmachines.
De cake is te droog.
De oventemperatuur is
te laag.
De volgende keer dat u
een cake bakt, stelt u de
baktemperatuur hoger
in.
De cake is te droog. Te lange baktijd.
De volgende keer dat u
een cake bakt, gebruikt
u een kortere baktijd.
De cake wordt ongelijk-
matig bruin.
De oventemperatuur is
te hoog en de baktijd te
kort.
De baktemperatuur la-
ger instellen en de bak-
tijd verlengen.
De cake wordt ongelijk-
matig bruin.
Het deeg is niet gelijk-
matig verdeeld.
Verdeel het deeg gelijk-
matig over de bakplaat.
NEDERLANDS 11
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De cake wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd.
De oventemperatuur is
te laag.
De volgende keer dat u
een cake bakt, stelt u de
baktemperatuur een
beetje hoger in.
8.4 Bakken op één niveau:
Bakken in vormen
Verwar-
mingssoort
Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
(°C)
Tijd (min.)
Tulband /
brioche
Multi hete-
lucht
1 150 - 160 50 - 70
Moskovisch
gebak/vruch-
tencake
Multi hete-
lucht
1 140 - 160 70 - 90
Fatless spon-
ge cake / Ca-
ke, zacht zon-
der vet
Multi hete-
lucht
2 140 - 150 35 - 50
Fatless spon-
ge cake / Ca-
ke, zacht zon-
der vet
Boven + On-
derwarmte
2 160 35 - 50
Taartbodem
van zandtaart-
deeg
Multi hete-
lucht
2
170 - 180
1)
10 - 25
Taartbodem -
roerdeeg
Multi hete-
lucht
2 150 - 170 20 - 25
Apple pie /
Appeltaart (2
vormen Ø 20
cm, diagonaal
geplaatst)
Multi hete-
lucht
2 160 60 - 90
Apple pie /
Appeltaart (2
vormen Ø 20
cm, diagonaal
geplaatst)
Boven + On-
derwarmte
1 180 70 - 90
Kwarktaart Boven + On-
derwarmte
1 170 - 190 60 - 90
1)
Oven voorverwarmen.
12
www.aeg.com
Gebak op bakplaat
Verwar-
mingssoort
Ovenfunctie Plaathoogte
Temperatuur
(°C)
Tijd (min.)
Vlechtbrood/
broodkrans
Boven + On-
derwarmte
3 170 - 190 30 - 40
Kerststol Boven + On-
derwarmte
2
160 - 180
1)
50 - 70
Brood (rog-
gebrood):
1.
Eerste
deel van
het bak-
proces.
2.
Tweede
deel van
het bak-
proces.
Boven + On-
derwarmte
1
1.
230
1)
2.
160 - 180
1.
20
2.
30 - 60
Roomsoezen/
tompoezen
Boven + On-
derwarmte
3
190 - 210
1)
20 - 35
Koninginnen-
brood (opge-
rolde cake
met jam)
Boven + On-
derwarmte
3
180 - 200
1)
10 - 20
Kruimeltaart
(droog)
Multi hete-
lucht
3 150 - 160 20 - 40
Amandelca-
ke/suikertaart
Boven + On-
derwarmte
3
190 - 210
1)
20 - 30
Vruchtentaart
(gemaakt van
gistdeeg/
roerdeeg)
2)
Multi hete-
lucht
3 150 35 - 55
Vruchtentaart
(gemaakt van
gistdeeg/
roerdeeg)
2)
Boven + On-
derwarmte
3 170 35 - 55
Vruchtentaart
met kruimel-
deeg
Multi hete-
lucht
3 160 - 170 40 - 80
NEDERLANDS 13
Verwar-
mingssoort
Ovenfunctie Plaathoogte
Temperatuur
(°C)
Tijd (min.)
Gistcake met
delicate gar-
nering (bij-
voorbeeld
kwark, room,
puddingvul-
ling)
Boven + On-
derwarmte
3
160 - 180
1)
40 - 80
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik braadpan
Koekjes
Verwar-
mingssoort
Ovenfunctie Plaathoogte
Temperatuur
(°C)
Tijd (min.)
Zandkoekjes
Multi hete-
lucht
3 150 - 160 10 - 20
Short bread /
Zandtaart-
deeg/ Geba-
kreepjes
Multi hete-
lucht
3 140 20 - 35
Short bread /
Zandtaart-
deeg/ Geba-
kreepjes
Boven + On-
derwarmte
3
160
1)
20 - 30
Roerdeeg-
koekjes
Multi hete-
lucht
3 150 - 160 15 - 20
Eiwitgebak,
schuimgebak
Multi hete-
lucht
3 80 - 100 120 - 150
Bitterkoekjes
Multi hete-
lucht
3 100 - 120 30 - 50
Klein gerezen
gebak
Multi hete-
lucht
3 150 - 160 20 - 40
Klein blader-
deeggebak
Multi hete-
lucht
3
170 - 180
1)
20 - 30
Broodjes
Multi hete-
lucht
3
160
1)
10 - 25
Broodjes
Boven + On-
derwarmte
3
190 - 210
1)
10 - 25
Small cakes /
Kleine cakes
(20 stuks/bak-
plaat)
Multi hete-
lucht
3
150
1)
20 - 35
14
www.aeg.com
Verwar-
mingssoort
Ovenfunctie Plaathoogte
Temperatuur
(°C)
Tijd (min.)
Small cakes /
Kleine cakes
(20 stuks/bak-
plaat)
Boven + On-
derwarmte
3
170
1)
20 - 30
1)
Oven voorverwarmen.
Ovenschotels en gegratineerde gerechten
Schotel Ovenfunctie
Roosterhoog-
te
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Pastaschotel
Boven + On-
derwarmte
1 180 - 200 45 - 60
Lasagne
Boven + On-
derwarmte
1 180 - 200 25 - 40
Groentegra-
tin
1)
Circulatiegrill
of Multi hete-
lucht
1 160 - 170 15 - 30
Stokbroden
bedekt met
gesmolten
kaas
Circulatiegrill
of Multi hete-
lucht
1 160 - 170 15 - 30
Zoete oven-
schotels
Boven + On-
derwarmte
1 180 - 200 40 - 60
Visschotels
Boven + On-
derwarmte
1 180 - 200 30 - 60
Gevulde
groente
Circulatiegrill
of Multi hete-
lucht
1 160 - 170 30 - 60
1)
Oven voorverwarmen.
8.5 Bakken op meerdere niveaus
Gebak op bakplaat
Verwar-
mingssoort
Multi hetelucht
Temperatuur
(°C)
Tijd (min.)Plaathoogte
2 rekposities 3 rekposities
Roomsoezen/
tompoezen
1 / 4 -
160 - 180
1)
25 - 45
Kruimeltaart 1 / 4 - 150 - 160 30 - 45
1)
Oven voorverwarmen.
NEDERLANDS 15
Koekjes / small cakes / cakejes / gebak / broodjes
Verwar-
mingssoort
Multi hetelucht
Temperatuur
(°C)
Tijd (min.)Plaathoogte
2 rekposities 3 rekposities
Zandkoekjes 1 / 4 1 / 3 / 5 150 - 160 20 - 40
Short bread /
Zandtaart-
deeg/ Geba-
kreepjes
1 / 4 1 / 3 / 5 140 25 - 50
Roerdeeg-
koekjes
1 / 4 - 160 - 170 25 - 40
Koekjes ge-
maakt met ei-
witten /
schuimgebak
1 / 4 - 80 - 100 130 - 170
Bitterkoekjes 1 / 4 - 100 - 120 40 - 80
Klein gerezen
gebak
1 / 4 - 160 - 170 30 - 60
Klein blader-
deeggebak
1 / 4 -
170 - 180
1)
30 - 50
Broodjes 1 / 4 - 180 30 - 55
Small cakes /
Kleine cakes
(20 stuks/bak-
plaat)
1 / 4 -
150
1)
25 - 40
1)
Oven voorverwarmen.
8.6 Pizza hetelucht
Verwarmings-
soort
Plaathoogte Temperatuur °C Tijd (min.)
Pizza (dunne
korst)
2
200 - 230
1)2)
15 - 20
Pizza (met uiteen-
lopende garne-
ring)
2 180 - 200 20 - 30
Taarten 1 180 - 200 40 - 55
Spinazietaart 1 160 - 180 45 - 60
Quiche Lorraine 1 170 - 190 45 - 55
Zwitserse flan 1 170 - 190 45 - 55
Appeltaart, be-
dekt
1 150 - 170 50 - 60
Groentetaart 1 160 - 180 50 - 60
16
www.aeg.com
Verwarmings-
soort
Plaathoogte Temperatuur °C Tijd (min.)
Ongedesemd
brood
2
230 - 250
1)
10 - 20
Bladerdeegtaart
2
160 - 180
1)
45 - 55
Flammekuchen
(pizza-achtig ge-
recht uit de Elzas)
2
230 - 250
1)
12 - 20
Piroggen (Russi-
sche variant op
calzone)
2
180 - 200
1)
15 - 25
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
8.7 Braden
Gebruik hittebestendig servies om te
braden (lees de instructies van de fa-
brikant).
Grote braadstukken kunt u direct in de
diepe braadpan braden (indien aan-
wezig) of op een rooster boven de
braadpan.
Braad mager vlees in een braadpan
met deksel. Op die manier blijft het
vlees sappiger.
Alle soorten vlees die een korst moe-
ten krijgen, kunt u in de braadschaal
zonder deksel braden.
Wij raden u aan vlees en vis vanaf 1 kg
in de oven te bereiden.
Giet een beetje vloeistof in de braad-
pan om het aanbranden van vleessap
of vet te voorkomen.
Indien nodig het braadstuk (na 1/2 -
2/3 van de gaartijd) keren.
Besprenkel grote braadstukken en ge-
vogelte diverse keren tijdens het bra-
den met het eigen vleessap. Hiermee
bereikt u een beter braadresultaat.
U kunt het apparaat ongeveer 10 mi-
nuten voor het einde van de berei-
dingstijd uitschakelen om de rest-
warmte te gebruiken.
8.8 Braden met circulatiegrill
Rundvlees
Soort vlees
Hoeveel-
heid
Ovenfunc-
tie
Plaat-
hoogte
Tempera-
tuur °C
Tijd (min.)
Stoofvlees 1 - 1,5 kg
Boven +
Onder-
warmte
1 230 120 - 150
Biefstuk of os-
sehaas: rood
per cm
dikte
Circulatie-
grill
1
190 - 200
1)
5 - 6
Biefstuk of os-
sehaas: medi-
um
per cm
dikte
Circulatie-
grill
1
180 - 190
1)
6 - 8
Biefstuk of os-
sehaas: gaar
per cm
dikte
Circulatie-
grill
1
170 - 180
1)
8 - 10
1)
Oven voorverwarmen.
NEDERLANDS 17
Varkensrug
Soort vlees
Hoeveel-
heid
Ovenfunc-
tie
Plaat-
hoogte
Tempera-
tuur °C
Tijd (min.)
Schouder-
stuk / nek-
stuk / hamlap
1 - 1,5 kg
Circulatie-
grill
1 160 - 180 90 - 120
Kotelet / rib-
betje
1 - 1,5 kg
Circulatie-
grill
1 170 - 180 60 - 90
Gehaktbrood
750 g - 1
kg
Circulatie-
grill
1 160 - 170 50 - 60
Varkens-
schenkel
(voorgekookt)
750 g - 1
kg
Circulatie-
grill
1 150 - 170 90 - 120
Kalfsvlees
Soort
vlees
Hoeveel-
heid
Ovenfunc-
tie
Plaathoog-
te
Tempera-
tuur °C
Tijd (min.)
Geroosterd
kalfsvlees
1 kg Circulatie-
grill
1 160 - 180 90 - 120
Kalfsschen-
kel
1,5 - 2 kg Circulatie-
grill
1 160 - 180 120 - 150
Lamsvlees
Soort
vlees
Hoeveel-
heid
Ovenfunc-
tie
Plaathoog-
te
Tempera-
tuur °C
Tijd (min.)
Lamsbout /
geroosterd
lamsvlees
1 - 1,5 kg Circulatie-
grill
1 150 - 170 100 - 120
Lamsrug 1 - 1,5 kg Circulatie-
grill
1 160 - 180 40 - 60
Wild
Soort
vlees
Hoeveel-
heid
Ovenfunc-
tie
Plaathoog-
te
Tempera-
tuur °C
Tijd (min.)
Hazerug tot 1 kg Boven +
Onder-
warmte
1
230
1)
30 - 40
Reerug,
hertenrug
1,5 - 2 kg Boven +
Onder-
warmte
1 210 - 220 35 - 40
Reebout,
hertenbout
1,5 - 2 kg Boven +
Onder-
warmte
1 180 - 200 60 - 90
1)
Oven voorverwarmen.
18
www.aeg.com
Gevogelte
Soort
vlees
Hoeveel-
heid
Ovenfunc-
tie
Plaathoog-
te
Tempera-
tuur °C
Tijd (min.)
Stukken
gevogelte
200 – 250 g
p.p.
Circulatie-
grill
1 200 - 220 30 - 50
Halve kip 400 – 500 g
p.p.
Circulatie-
grill
1 190 - 210 35 - 50
Kip, haan-
tje
1 - 1,5 kg Circulatie-
grill
1 190 - 210 50 - 70
Eend 1,5 - 2 kg Circulatie-
grill
1 180 - 200 80 - 100
Gans 3,5 - 5 kg Circulatie-
grill
1 160 - 180 120 - 180
Kalkoen 2,5 - 3,5 kg Circulatie-
grill
1 160 - 180 120 - 150
Kalkoen 4 - 6 kg Circulatie-
grill
1 140 - 160 150 - 240
Vis (gestoomd)
Soort
vlees
Hoeveel-
heid
Ovenfunc-
tie
Plaathoog-
te
Tempera-
tuur °C
Tijd (min.)
Hele vis 1 - 1,5 kg Boven +
Onder-
warmte
1 210 - 220 40 - 60
8.9 Grill
Grill altijd met de maximale tempera-
tuurinstelling.
Rooster in de rekstand plaatsen, zoals
aangeraden in de grilleertabel.
Altijd de pan plaatsen om vet op te van-
gen op de eerste rekstand.
Alleen platte stukken vlees of vis grillen.
Lege oven met grillfuncties altijd 5 minu-
ten voorverwarmen.
LET OP!
Tijdens het grillen moet de oven-
deur altijd gesloten zijn.
Grill
Gerecht Plaathoogte Huishoudelijk
Tijd (min.)
1e kant 2e kant
Biefstuk 2 210 - 230 30 - 40 30 - 40
Runderfilet 3 230 20 - 30 20 - 30
Varkensrug 2 210 - 230 30 - 40 30 - 40
Kalfsrug 2 210 - 230 30 - 40 30 - 40
Lamsrug 3 210 - 230 25 - 35 20 - 25
Hele vis, 500 -
1000 g
3 / 4 210 - 230 15 - 30 15 - 30
NEDERLANDS 19
Grill intens
Gerecht Plaathoogte
Tijd (min.)
1e kant 2e kant
Burgers / Burgers 4 8 - 10 6 - 8
Varkenshaas 4 10 - 12 6 - 10
Worstjes 4 10 - 12 6 - 8
Runderfilet / kalfs-
biefstukken
4 7 - 10 6 - 8
Toast / Geroo-
sterd brood
1)
5 1 - 3 1 - 3
Brood met iets er-
op
4 6 - 8 -
1)
Oven voorverwarmen.
8.10 Kant-en-klaar gerecht
Multi hetelucht
Kant-en-klaar ge-
recht
Rekstand Temperatuur (°C) Tijd (min.)
Pizza, bevroren 2 200 - 220 15 - 25
American pizza,
bevroren
2 190 - 210 20 - 25
Pizza, gekoeld 2 210 - 230 13 - 25
Pizza snacks, be-
vroren
2 180 - 200 15 - 30
Patat, dun 3 200 - 220 20 - 30
Patat, dik 3 200 - 220 25 - 35
Aardappel partjes 3 220 - 230 20 - 35
Rösties 3 210 - 230 20 - 30
Lasagne/Cannel-
loni, vers
2 170 - 190 35 - 45
Pastaschotel, be-
vroren
2 160 - 180 40 - 60
Oven gegrati-
neerde kaas
3 170 - 190 20 - 30
Kippenvleugels 2 190 - 210 20 - 30
20
www.aeg.com
Diepvries- en kant-en-klaargerechten
Gerecht Ovenfuncties Rekstand
Temperatuur
(°C)
Tijd (min.)
Pizza, bevro-
ren
Boven + on-
derwarmte
3
volgens aan-
wijzingen van
de fabrikant
volgens aan-
wijzingen van
de fabrikant
Patat
1)
(300 -
600 g)
Boven + on-
derwarmte of
Circulatiegrill
3 200 - 220
volgens aan-
wijzingen van
de fabrikant
Baguettes
Boven + on-
derwarmte
3
volgens aan-
wijzingen van
de fabrikant
volgens aan-
wijzingen van
de fabrikant
Vruchtentaar-
ten
Boven + on-
derwarmte
3
volgens aan-
wijzingen van
de fabrikant
volgens aan-
wijzingen van
de fabrikant
1)
Patat frites tijdens bakken 2 tot 3 keer omkeren
8.11 Ontdooien
Haal het gerecht uit de verpakking en
plaats het op een bord.
Bedek het bord niet met een kom of an-
der bord, aangezien het ontdooien hier-
door langer kan duren.
Gebruik het eerste ovenrek vanaf de on-
derkant.
Schotel
Ontdooitijd
(min.)
Verdere ont-
dooitijd (min.)
Opmerking
Kip 1000 g 100 - 140 20 - 30
Leg de kip op een om-
gekeerde onderschotel
in een groot bord. Hal-
verwege de berei-
dingstijd omdraaien.
Vlees, 1000 g 100 - 140 20 - 30
Halverwege de berei-
dingstijd omdraaien.
Vlees, 500 g 90 - 120 20 - 30
Halverwege de berei-
dingstijd omdraaien.
Forel, 150g 25 - 35 10 - 15 -
Aardbeien, 300g 30 - 40 10 - 20 -
Boter, 250g 30 - 40 10 - 15 -
Room, 2 x 200 g 80 - 100 10 - 15
Room kan ook met nog
licht bevroren deeltjes
goed worden geklopt.
Taart, 1400 g 60 60 -
8.12 Inmaken
Let op:
Gebruik alleen weckpotten van dezelf-
de afmetingen.
Gebruik geen weckpotten met een
draai- of bajonetsluiting en metalen
bakken.
Gebruik het eerste rooster van de bo-
dem van deze functie.
Zet niet meer dan zes weckpotten van
één liter op de bakplaat.
NEDERLANDS 21
Vul de glazen potten gelijkmatig en
sluit ze af met een klem.
De weckpotten mogen elkaar niet ra-
ken.
Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat,
zodat er voldoende vocht in de oven
ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste weck-
potten begint te borrelen (na ca. 35 -
60 minuten bij 1 liter-glazen), schakelt
u de oven uit of verlaagt u de tempe-
ratuur tot 100 °C (zie tabel).
Bessen
In te maken eet-
waar
Temperatuur in
°C
Inmaken/wecken
tot het parelen
begint (min.)
Door blijven ko-
ken op 100 °C
(min.)
Aardbeien / bos-
bessen / frambo-
zen / rijpe kruis-
bessen
160 - 170 35 - 45 -
Steenvruchten
In te maken eet-
waar
Temperatuur in
°C
Inmaken/wecken
tot het parelen
begint (min.)
Door blijven ko-
ken op 100 °C
(min.)
Peren / kweepe-
ren / pruimen
160 - 170 35 - 45 10 - 15
Groenten
In te maken eet-
waar
Temperatuur in
°C
Inmaken/wecken
tot het parelen
begint (min.)
Door blijven ko-
ken op 100 °C
(min.)
Wortelen
1)
160 - 170 50 - 60 5 - 10
Komkommers 160 - 170 50 - 60 -
Gemengde pic-
kles
160 - 170 50 - 60 5 - 10
Koolrabi / erw-
ten / asperges
160 - 170 50 - 60 15 - 20
1)
Na uitschakeling in de oven laten staan.
8.13 Drogen - Multi hetelucht
Gebruik bakpapier om de ovenroosters
mee af te dekken.
Voor de beste resultaten schakelt u het
apparaat halverwege de bereidingstijd
uit. Open de deur en laat het apparaat
afkoelen. Hierna kunt u het droogproces
afronden.
Groenten
Voedsel om
te drogen
Plaathoogte
Temperatuur
(°C)
Tijd (u)
1 niveau 2 niveaus
Bonen 3 1 / 4 60 - 70 6- 8
Paprika's 3 1 / 4 60 - 70 5 - 6
22
www.aeg.com
Voedsel om
te drogen
Plaathoogte
Temperatuur
(°C)
Tijd (u)
1 niveau 2 niveaus
Groente in
het zuur
3 1 / 4 60 - 70 5 - 6
Paddenstoe-
len
3 1 / 4 50 - 60 6 - 8
Kruiden 3 1 / 4 40 - 50 2 - 3
Fruit
Voedsel om
te drogen
Plaathoogte
Temperatuur
(°C)
Tijd (u)
1 niveau 2 niveaus
Pruimen 3 1 / 4 60 - 70 8 - 10
Abrikozen 3 1 / 4 60 - 70 8 - 10
Schijfjes appel 3 1 / 4 60 - 70 6 - 8
Peren 3 1 / 4 60 - 70 6 - 9
9. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei-
ligheid.
Opmerkingen over schoonmaken:
Maak de voorkant van het apparaat
schoon met een zachte doek en een
warm sopje.
Gebruik voor metalen oppervlakken
een universeel reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van het apparaat
na elk gebruik. Vuil laat zich dan het
makkelijkst verwijderen en kan niet
aanbranden.
Verwijder hardnekkig vuil met een
speciale ovenreiniger.
Reinig alle accessoires na elk gebruik
en laat ze drogen. Gebruik een zachte
doek met warm water en een schoon-
maakmiddel.
Accessoire met antiaanbaklaag mo-
gen niet worden schoongemaakt met
een agressief reinigingsmiddel, voor-
werpen met scherpe randen of een af-
wasautomaat. Dit kan de antiaanbak-
laag beschadigen.
NEDERLANDS 23
9.1 Inschuifrail
Verwijderen van de inschuifrail
U kunt de inschuifrail verwijderen om de
zijwanden te reinigen.
1.
Trek de inschuifrail bij de voorkant
uit de zijwand.
1
2
2.
Trek de inschuifrail bij de achterkant
uit de zijwand en verwijder deze.
De inschuifrail installeren
Installeer de inschuifrail in de omgekeer-
de volgorde.
Geldig bij de telescopische ge-
leiders:
De pinnetjes op de telescopische
geleiders moeten naar voren wij-
zen.
9.2 Lamp
WAARSCHUWING!
Er bestaat risico op elektrische
schokken.
De lamp en het afdekglas kun-
nen heet zijn.
Voordat u het ovenlampje vervangt:
Schakel het apparaat uit.
Verwijder de zekeringen in de zekerin-
genkast, of schakel de stroomonder-
breker uit.
LET OP!
Leg een doek op de bodem van
de binnenkant van het apparaat.
Dit voorkomt schade aan het af-
dekglas en de ovenruimte.
Gebruik altijd hetzelfde lampty-
pe.
De lamp aan de bovenkant van de
binnenruimte vervangen.
1.
Draai het afdekglas van de lamp
naar rechts en verwijder het.
2.
Reinig het afdekglas.
3.
Vervang de lamp door een geschikte
tegen 300 °C hittebestendige oven-
lamp.
4.
Plaats het afdekglas terug.
9.3 Plafond van de oven
Het verwarmingselement kan worden
neergeklapt om het plafond van de oven
gemakkelijker te reinigen.
24
www.aeg.com
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit voordat
u het verwarmingselement om-
laag vouwt. Zorg ervoor dat het
apparaat is afgekoeld. Gevaar
voor brandwonden.
Neerklappen van het
verwarmingselement
1.
De inschuifrail verwijderen.
2.
Houd het verwarmingselement aan
de voorzijde met beide handen vast.
3.
Trek het naar voren tegen de druk-
veer aan, langs de steun aan beide
zijden.
4.
Het verwarmingselement klapt om-
laag.
Nu kunt u het plafond van de oven
reinigen.
Verwarmingselement installeren
1.
Installeer het verwarmingselement in
omgekeerde volgorde.
Installeer het verwarmingsele-
ment correct boven de steun aan
de binnenwand van het appa-
raat.
2.
Installeer de geleiders.
9.4 De ovendeur reinigen
De deur en de glaspanelen verwijderen
U kunt de ovendeur en de interne glazen
panelen verwijderen om schoon te ma-
ken. Het aantal glasplaten verschilt per
model.
WAARSCHUWING!
Wees voorzichtig bij het verwij-
deren van de deur uit het appa-
raat. De deur is zwaar.
A
A
1.
Open de deur helemaal.
2.
Duw de klemhendels (A) volledig op
de twee scharnieren.
3.
Sluit de ovendeur in de eerste ope-
ningsstand (in een hoek van onge-
veer 70°).
4.
Pak de deur aan de zijkanten met
beide handen vast en trek deze on-
der een opwaartse hoek weg van het
apparaat.
5.
Plaats de ovendeur met de buiten-
kant omlaag op een zachte en egale
ondergrond. Dit voorkomt krassen.
NEDERLANDS 25
2
B
1
6.
Deurafdekking (B) aan de bovenkant
van de deur aan beide kanten vast-
pakken en naar binnen drukken om
de klemsluiting te ontgrendelen.
7.
Trek de deur naar voor om deze te
verwijderen.
8.
Houd de glasplaten aan de boven-
kant vast en trek deze een voor een
omhoog uit de geleiding.
9.
Reinig de glasplaat met een sopje.
Droog de glasplaat voorzichtig af.
De deur en de glaspanelen
installeren
Als u de glaspanelen en de ovendeur
heeft schoongemaakt, plaatst u ze terug.
Voer bovenstaande stappen uit in de
omgekeerde volgorde. Plaats de kleinste
glasplaat eerst, daarna de grotere glas-
platen.
10. PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Vei-
ligheid.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De kookzones functione-
ren niet.
Raadpleeg de bedieningsinstructies voor de inge-
bouwde kookplaat.
Het apparaat wordt niet
warm.
Het apparaat is uitge-
schakeld.
Schakel het apparaat in.
Het apparaat wordt niet
warm.
De zekering is doorge-
brand.
Controleer of de zeke-
ring de oorzaak van de
storing is. Als de zekerin-
gen keer op keer door-
slaan, neemt u contact
op met een erkende in-
stallateur.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
Stoom en condens slaan
neer op de gerechten en
in de ovenruimte.
Het gerecht heeft te lang
in de oven gestaan.
Laat gerechten na het
bereiden niet langer dan
15 - 20 minuten in de
oven staan.
26
www.aeg.com
Als u niet zelf het probleem kunt verhel-
pen, neem dan contact op met uw ver-
koper of de klantenservice.
De contactgegevens van het servicecen-
trum staan op het typeplaatje. Het type-
plaatje bevindt zich aan de voorkant van
de binnenkant van het apparaat.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
11. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het
symbool
. Gooi de verpakking in
een geschikte verzamelcontainer om
het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi
apparaten gemarkeerd met het
symbool
niet weg met het
huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u
in de buurt of neem contact op met
de gemeente.
NEDERLANDS 27
www.aeg.com/shop
892956640-A-442012
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

AEG EE2000001M Handleiding

Type
Handleiding

Gerelateerde papieren