AEG 30006VL-WN Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding
NL Gebruiksaanwijzing
Fornuis
30006VL-WN
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE.............................................................................................3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.................................................................................... 5
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT........................................................................... 7
4. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT......................... 8
5. KOOKPLAAT - DAGELIJKS GEBRUIK........................................................................... 8
6. KOOKPLAAT - AANWIJZINGEN EN TIPS.................................................................... 9
7. KOOKPLAAT - ONDERHOUD EN REINIGING.......................................................... 10
8. OVEN - DAGELIJKS GEBRUIK .................................................................................... 11
9. OVEN - AANWIJZINGEN EN TIPS.............................................................................. 13
10. OVEN - ONDERHOUD EN REINIGING.................................................................... 24
11. PROBLEEMOPLOSSING............................................................................................ 26
12. MONTAGE ................................................................................................................. 27
13. ENERGIEZUINIGHEID................................................................................................ 29
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om
vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet
hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal
van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij
de hand hebt. Model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
www.aeg.com
2
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt
door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van
het apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of permanente
invaliditeit.
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens
of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van
kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat
is heet.
Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
1.2
Algemene veiligheid
Alleen een erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren en de kabel vervangen.
Bedien het apparaat niet met een externe timer of
een apart afstandbedieningssysteem.
Zonder toezicht koken op een kookplaat met vet of
olie kan gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren.
Probeer brand nooit met water te blussen, maar
schakel in plaats daarvan het apparaat uit en bedek
de vlam, d.w.z. met een deksel of blusdeken.
NEDERLANDS
3
Bewaar geen voorwerpen op de kookplaten.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
deksels mogen niet op de kookplaat worden
geplaatst, aangezien ze heet kunnen worden.
Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten
is, schakel het apparaat dan uit om het risico op
elektrische schokken te voorkomen.
Van binnen wordt het apparaat heet als het in werking
is. Raak de verwarmingselementen in het apparaat
niet aan. Gebruik altijd ovenhandschoenen om
accessoires of kookgerei te plaatsen of verwijderen.
Zet de stroomtoevoer uit alvorens onderhoud te
plegen.
Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat
u de lamp vervangt om elektrische schokken te
voorkomen.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de glazen deur schoon
te maken, deze kunnen krassen veroorzaken op het
oppervlak, waardoor het glas zou kunnen breken.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
Wees voorzichtig als u de opslaglade aanraakt. Deze
kan heet worden.
Om de inschuifrailen te verwijderen trekt u eerst de
voorkant van de inschuifrail en dan de achterkant uit
de zijwanden. Installeer de inschuifrails in
omgekeerde volgorde.
De middelen voor het uitschakelen moeten
opgenomen worden in de vaste bedrading
overeenkomstig de regels voor de bedrading.
www.aeg.com
4
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag
altijd veiligheidshandschoenen.
Trek het apparaat nooit aan de
handgreep van zijn plaats.
De afmetingen van de keukenkast en
de uitsparing moeten kloppen.
Houd de minimumafstand naar
andere apparaten en units in acht.
Zorg ervoor dat het apparaat onder
en naast veilige installaties wordt
geïnstalleerd.
Delen van het apparaat staan onder
stroom. Sluit het apparaat met
meubel om te voorkomen dat de
gevaarlijke delen worden aangeraakt.
De zijkanten van het apparaat moeten
naast apparaten of units staan van
dezelfde hoogte.
Installeer het apparaat niet op een
platform.
Installeer het apparaat niet naast een
deur of onder een raam. Dit voorkomt
dat heet kookgerei van het apparaat
valt als de deur of het raam wordt
geopend.
Installeer een stabilisator om te
voorkomen dat het apparaat kantelt.
Raadpleeg de installatiegids.
2.2 Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd
elektromonteur worden gemaakt.
Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
Controleer of de elektrische
informatie op het typeplaatje
overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
Gebruik altijd een correct ge?
stalleerd, schokbestendig
stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Laat de stroomkabel niet in aanraking
komen met de deur van het apparaat,
met name niet als deze heet is.
De schokbescherming van delen
onder stroom en geïsoleerde delen
moet op zo'n manier worden
bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
Sluit de stroomstekker niet aan op
een losse stroomaansluiting.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
Gebruik alleen de juiste isolatie-
apparaten: stroomonderbrekers,
zekeringen (schroefzekeringen
moeten uit de houder worden
verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor
het apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
Sluit de deur van het apparaat
volledig voordat u de stekker in het
stopcontact steekt.
NEDERLANDS
5
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Risico op letsel en
brandwonden.
Gevaar voor elektrische
schokken!
Gebruik dit apparaat uitsluitend in
een huishoudelijke omgeving.
De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
Zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen niet geblokkeerd
zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
Schakel het apparaat telkens na
gebruik uit.
Wees voorzichtig met het openen van
de deur van het apparaat als het
apparaat aan staat. Er kan hete lucht
ontsnappen.
Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
Het apparaat mag niet worden
gebruikt als werkblad of aanrecht.
WAARSCHUWING!
Risico op brand en explosie
Verhitte vetten en olie kunnen
ontvlambare damp afgeven. Houd
vlammen of verwarmde voorwerpen
uit de buurt van vet en olie als u er
mee kookt.
De dampen die hete olie afgeeft
kunnen spontane ontbranding
veroorzaken.
Gebruikte olie die voedselresten
bevat kan brand veroorzaken bij een
lagere temperatuur dan olie die voor
de eerste keer wordt gebruikt.
Plaats geen ontvlambare producten
of items die vochtig zijn door
ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
Open de deur van het apparaat
voorzichtig. Als u alcoholische
toevoegingen gebruikt, kan er
alcohol-luchtmengsel ontstaan.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het
apparaat.
Om schade of verkleuring van het
emaille te voorkomen:
zet geen kookgerei of andere
voorwerpen direct op de bodem
van het apparaat.
Plaats geen water direct in het
hete apparaat.
haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar
bent met koken.
Wees voorzichtig bij het
verwijderen of bevestigen van
accessoires.
Verkleuring van het email heeft geen
ongewenst effect op de werking van
het apparaat. Dit is geen defect dat
geldt voor het recht op garantie.
Gebruik een diepe braadpan voor
vochtige taarten. Fruitsappen kunnen
permanente vlekken maken.
Zet geen heet kookgerei op het
bedieningspaneel.
Laat kookgerei niet droogkoken.
Laat geen voorwerpen of kookgerei
op het apparaat vallen. Het oppervlak
kan beschadigen.
Activeer de kookzones niet met lege
pannen of zonder pannen erop.
Leg geen aluminiumfolie op het
apparaat of direct op de bodem van
het apparaat.
Pannen van gietijzer, aluminium of
met beschadigde bodems kunnen
krassen veroorzaken. Til deze
voorwerpen altijd op als u ze moet
verplaatsen op het kookoppervlak.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd
om mee te koken. Het mag niet
worden gebruikt voor andere
doeleinden, zoals het verwarmen van
een kamer.
2.4 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en
schade aan het apparaat.
Schakel het apparaat voor onderhoud
uit.
Trek de stekker uit het stopcontact.
www.aeg.com
6
Zorg ervoor dat het apparaat is
afgekoeld. Er bestaat een risico dat
de glasplaten kunnen breken.
Vervang direct de glazen deurpanelen
als deze beschadigd zijn. Neem
contact op met de service-afdeling.
Wees voorzichtig bij het verwijderen
van de deur uit het apparaat. De deur
is zwaar!
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
Resterend vet of voedsel in het
apparaat kan brand veroorzaken.
Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes, oplosmiddelen of
metalen voorwerpen.
Raadpleeg als u een ovenspray
gebruikt eerst de aanwijzingen op de
verpakking.
Reinig niet het katalytisch email
(indien van toepassing) met een
schoonmaakmiddel.
2.5 Binnenverlichting
De gloeilampen of halogeenlampen
in dit apparaat zijn uitsluitend
bedoeld voor gebruik in
huishoudelijke apparaten. Gebruik
deze niet voor andere doeleinden.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische
schokken!
Voordat u het lampje vervangt, dient
u de stekker van het apparaat uit het
stopcontact te halen.
Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
2.6 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
Verwijder de deurgreep om te
voorkomen dat kinderen en
huisdieren opgesloten raken in het
apparaat.
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Algemeen overzicht
5
4
3
2
1
5
6
8
9
1
2 3
4
7
1
Knop voor de ovenfuncties
2
Knop voor de temperatuur
3
Temperatuurlampje/symbool/
indicatielampje
4
Toetsen voor de kookplaat
5
Verwarmingselement
6
Lampje
7
Verwijderbare inschuifrail
8
Ventilator
9
Roosterhoogtes
NEDERLANDS 7
3.2 Indeling kookplaat
180 mm145 mm
145 mm210 mm
1
3
456
2
1
Kookzone 1200 W
2
Stoomuitlaat - aantal en positie
afhankelijk van het model
3
Kookzone 1800 W
4
Kookzone 1200 W
5
Restwarmte-indicatie
6
Kookzone 2300 W
3.3 Accessoires
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en
braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Grill-/braadpan
Voor braden en roosteren of als
schaal om vet op te vangen.
Bewaarlade
Onder de ovenruimte bevindt zich
een bewaarlade.
4. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER
GEBRUIKT
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
4.1 Eerste reiniging
Verwijder alle accessoires en
verwijderbare inschuifrails uit het
apparaat.
Zie het hoofdstuk
'Onderhoud en reiniging'.
Reinig het apparaat voor het eerste
gebruik.
Zet de accessoires en verwijderbare
inschuifrails terug in de beginstand.
4.2 Voorverwarmen
Verwarm het apparaat voor om het
resterende vet weg te branden.
1. Stel de functie
en de
maximumtemperatuur in.
2. Laat het apparaat een uur werken.
3. Stel de functie
en de
maximumtemperatuur in.
4. Laat het apparaat 15 minuten
werken.
Accessoires kunnen heter worden dan
normaal. Het apparaat kan een vreemde
geur en rook afgeven. Dit is normaal.
Zorg dat er voldoende luchtcirculatie in
de ruimte is.
5. KOOKPLAAT - DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
www.aeg.com8
5.1 Warmte-instelling
Symbol-
en
-functie
Uit-stand
Warm houden
1 - 9 Verwarmingsstanden
Gebruik de restwarmte om
het energieverbruik te
verlagen. Zet de kookzone
ongeveer 5 - 10 minuten
voordat het koken is
voltooid uit.
Draai de bedieningsknop in de gewenste
verwarmingsstand.
Zet de bedieningsknop op de uit stand
om het kookproces te beëindigen.
5.2 Restwarmte-indicatie
WAARSCHUWING!
Er bestaat
verbrandingsgevaar door
restwarmte.
Het lampje gaat aan wanneer een
kookzone heet wordt.
6. KOOKPLAAT - AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Kookgerei
De bodem van het
kookgerei moet zo dik en
vlak mogelijk zijn.
Kookgerei gemaakt van
geëmailleerd staal of met
aluminium of kopperen
bodems, kunnen tot
verkleuringen leiden van de
glazen keramische
kookplaat.
6.2 Energie besparen
Doe indien mogelijk altijd een deksel
op de pan.
Zet het kookgerei op de kookzone
voordat u deze inschakelt.
Gebruik de restwarmte om het eten
warm te houden of te smelten.
De bodems van de pannen en
kookzones dienen dezelfde afmeting
te hebben.
6.3 Voorbeelden van
kooktoepassingen
De gegevens in de volgende
tabel dienen slechts als
richtlijn.
Verwarmings-
stand
Gebruik om: Tijd
(min)
Tips
- 1
Bereide gerechten warmhou-
den.
zoals
nodig
Een deksel op het kookgerei
doen.
NEDERLANDS 9
Verwarmings-
stand
Gebruik om: Tijd
(min)
Tips
1 - 2 Hollandaisesaus, smelten: bot-
er, chocolade, gelatine.
5 - 25 Van tijd tot tijd mengen.
1 - 2 Stollen: luchtige omeletten,
gebakken eieren.
10 - 40 Met deksel bereiden.
2 - 3 Zachtjes aan de kook brengen
van rijst en gerechten op melk-
basis, reeds bereide gerechten
opwarmen.
25 - 50 Voeg minstens tweemaal zo-
veel vloeistof toe als rijst,
melkgerechten tijdens het be-
reiden tussendoor roeren.
3 - 4 Stomen van groenten, vis en
vlees.
20 - 45 Een paar eetlepels vocht toe-
voegen.
4 - 5 Aardappelen stomen. 20 - 60 Gebruik max. ¼ l water voor
750 g aardappelen.
4 - 5 Bereiden van grotere hoeveel-
heden voedsel, stoofschotels
en soepen.
60 - 150 Tot 3 l vloeistof plus ingre-
diënten.
6 - 7 Lichtjes braden: kalfsoester,
cordon bleu van kalfsvlees, ko-
teletten, rissoles, worstjes, lev-
er, roux, eieren, pannenkoek-
en, donuts.
zoals
nodig
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
7 - 8 Door-en-door gebraden, op-
gebakken aardappelen, lend-
enbiefstukken, steaks.
5 - 15 Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
9 Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees (gou-
lash, stoofvlees), frituren van friet.
7. KOOKPLAAT - ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Algemene informatie
Reinig de kookplaat na elk gebruik.
Gebruik altijd pannen met een schone
bodem.
Krassen of donkere vlekken op de
oppervlakte hebben geen invloed op
de werking van de kookplaat.
Gebruik een specifiek
schoonmaakmiddel voor het
oppervlak van de kookplaat.
Gebruik een speciale schraper voor
de glazen plaat.
7.2 De kookplaat
schoonmaken
Verwijder direct: gesmolten plastic,
gesmolten folie en suikerhoudende
gerechten. Anders kan het vuil de
kookplaat beschadigen. Plaats de
speciale schraper schuin op de glazen
plaat en verwijder resten door het
blad over het oppervlak te schuiven.
Verwijder nadat de kookplaat
voldoende is afgekoeld: kalk- en
waterkringen, vetspatten en
metaalachtig glanzende
www.aeg.com
10
verkleuringen. Reinig de kookplaat
met een vochtige doek en een beetje
afwasmiddel. Droog de kookplaat na
reiniging af met een zachte doek.
8. OVEN - DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
8.1 De oven in- en
uitschakelen
Het hangt van het model
of uw apparaat
knopsymbolen,
indicatielampjes of lampjes
heeft:
Het indicatielampje gaat
aan wanneer de oven
opwarmt.
Het lampje gaat aan als
het apparaat in werking
is.
Het symbool geeft aan of
de knop de kookzones,
de ovenfuncties of de
temperatuur bedient.
1. Draai aan de knop voor de
ovenfuncties om een ovenfunctie te
selecteren.
2. Draai de knop voor de temperatuur
naar een temperatuur.
3. Draai om de oven uit te schakelen,
de knop voor de ovenfuncties en de
knop voor de temperatuur naar de
uit-stand.
8.2 Ovenfuncties
Symbool Ovenfunctie Applicatie
Uit-stand Het apparaat staat uit.
Ovenlampje Het lampje activeren zonder een bereidingsfunctie.
Gecirculeerd koken Voor het braden of braden en bakken van gerecht-
en waarvoor dezelfde bereidingstemperatuur nodig
is, op meer dan één roosterhoogte, zonder dat er
smaken worden overgebracht van het ene naar het
andere gerecht.
NEDERLANDS 11
Symbool Ovenfunctie Applicatie
Conventionele functie
(Boven + Onder-
warmte)
Voor het bakken en braden op 1 ovenniveau.
Onderwarmte Voor het bakken van cake met een knapperige bod-
em en voor het inmaken van voedsel.
Ontdooien Om bevroren gerechten te ontdooien.
Grill Om vlak voedsel te grillen en te toasten.
Licht koken Om te bakken in bakblikken en te drogen op één
niveau bij lage temperatuur.
Circulatiegrill Voor het braden van grotere stukken vlees of gevo-
gelte met botten op 1 niveau. Ook om te gratineren
en te bruinen.
8.3 Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van het apparaat
koel te houden. Na het uitschakelen van
het apparaat kan de ventilatie doorgaan
totdat het apparaat is afgekoeld.
8.4 Ovenaccessoires plaatsen
Braadpan:
Plaats de braadpan tussen de
geleidestangen van de inschuifrail.
Bakrooster en braadpan samen:
Schuif de braadpan tussen de
geleidestangen van de roostersteun en
het rooster op de roostersteun er boven.
Alle accessoires hebben
links en rechts bovenaan
kleine inkepingen om de
veiligheid te verhogen.
Deze inkepingen zorgen
er ook voor dat ze niet
omkantelen.
Door de verhoogde lijst
die om het rooster loopt,
is kookgerei beveiligd
tegen wegglijden.
www.aeg.com12
9. OVEN - AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
De temperaturen en
baktijden in de tabellen zijn
slechts als richtlijn bedoeld.
Deze zijn afhankelijk van de
recepten en de kwaliteit en
de hoeveelheid van de
gebruikte ingrediënten.
9.1 Bakken
Uw oven kan een andere bak-/
braadverhouding hebben dan het
apparaat dat u tot nu toe gebruikt
heeft. Pas uw normale instellingen
(temperatuur, gaartijden) en de
ovenniveaus aan de tabelwaarden
aan.
De fabrikant raadt u aan de eerste
keer een lagere temperatuur in te
stellen.
Als u geen concrete aanwijzingen
kunt vinden voor een speciaal recept,
kijkt u bij een soortgelijk product.
Bij het bereiden van cake op
meerdere niveaus kan de baktijd ca.
10 - 15 minuten langer zijn.
Als de cake niet overal even hoog is,
wordt de cake in het begin van het
bakproces niet overal even bruin.
Verander in dit geval de
temperatuurinstelling niet. De
verschillen verminderen tijdens het
bakproces.
Bij langere baktijden kunt u de oven
ca. 10 minuten voor het einde van de
baktijd uitschakelen en profiteren van
de restwarmte.
Wanneer u bevroren gerechten gebruikt,
kunnen de bakplaten in de oven tijdens
het bakken vervormen. Wanneer de
bakplaten afkoelen, verdwijnt de
vervorming.
9.2 Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de cake is
niet voldoende gebruind.
De rekstand is incorrect. Plaats de cake op een lagere
rekstand.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
De oventemperatuur is te
hoog.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktem-
peratuur lager in.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
Te korte baktijd. Baktijd verlengen. U kunt de
baktijd niet verlagen door
een hogere temperatuur in
te stellen.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
Er zit te veel vloeistof in het
mengsel.
Minder vocht gebruiken. Let
op de kneedtijden, vooral bij
het gebruik van keukenma-
chines.
De cake is te droog. De oventemperatuur is te
laag.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktem-
peratuur hoger in.
NEDERLANDS 13
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De cake is te droog. Te lange baktijd. De volgende keer dat u een
cake bakt, gebruikt u een
kortere baktijd.
De cake wordt ongelijkmatig
bruin.
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te kort.
De baktemperatuur lager in-
stellen en de baktijd verlen-
gen.
De cake wordt ongelijkmatig
bruin.
Het deeg is niet gelijkmatig
verdeeld.
Verdeel het deeg gelijkma-
tig over de bakplaat.
De cake wordt niet gaar bin-
nen de aangegeven baktijd.
De oventemperatuur is te
laag.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktem-
peratuur een beetje hoger
in.
9.3 Licht koken
Gebruik de functie om te bakken in
bakblikken en te drogen op één
niveau bij lage temperatuur.
Bak maar één bakblik of bakplaat
tegelijkertijd.
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Koekjes 180 - 190
10 - 20
1)
Vruchtentaartje: Soesjes 180 - 190
30 - 40
1)
Vruchtentaartje: Zandtaart-
deeg
180 - 190
25 - 35
1)
Schuimgebakjes 80 - 100 120 - 150
1)
Oven voorverwarmen.
9.4 Gecirculeerd koken
Bakken op 1 ovenniveau
Bakken in een bakblik
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Tulband of brioche 150 - 160 50 - 70 2
Moskovisch gebak/vruchtencake 140 - 160 50 - 90 1 - 2
Biscuittaart zonder vet
150 - 160
1)
25 - 40 3
Taartbodem van zandtaartdeeg 170 - 180 10 - 25 2
Taartbodem - zacht cakedeeg 150 - 170 20 - 25 2
www.aeg.com14
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Appeltaart (2 vormen Ø 20 cm, dia-
gonaal geplaatst)
160 60 - 90 2 - 3
1)
Oven voorverwarmen.
Gebak op bakplaat
Gerecht Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
Kruimeltaart (droog) 150 - 160 20 - 40 3
Vruchtentaart (bereid met gistdeeg/
sponsdeeg)
1)
150 35 - 55 3
Vruchtentaart met kruimeldeeg 160 - 170 40 - 80 3
1)
Gebruik braadpan.
Koekjes
Gerecht Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
Zandkoekjes 150 - 160 10 - 20 3
Zandtaartdeeg/ Deegreepjes 140 20 - 35 3
Koekjes gemaakt van roerdeeg 150 - 160 15 - 20 3
Eiwitgebak, schuimgebak 80 - 100 120 - 150 3
Bitterkoekjes 100 - 120 30 - 50 3
Koekjes gemaakt van gistdeeg 150 - 160 20 - 40 3
Klein bladerdeeggebak
170 - 180
1)
20 - 30 3
Broodjes 160 10 - 35 3
Kleine cakejes (20 per blad) 150 20 - 35 3
1)
Oven voorverwarmen.
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Gerecht Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
Stokbroden bedekt met gesmolten
kaas
160 - 170
1)
15 - 30 1
Gevulde groente 160 - 170 30 - 60 1
1)
Oven voorverwarmen.
NEDERLANDS 15
Bakken op meerdere niveaus
Gebak op bakplaat
Gerecht Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
2 posities
Roomsoezen/tompoezen
160 - 180
1)
25 - 45 2 / 4
Kruimeltaart 150 - 160 30 - 45 2 / 4
1)
Oven voorverwarmen.
Klein gebak/cakejes/gebak/broodjes
Gerecht Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
2 posities
Zandkoekjes
150 - 160
1)
20 - 40 2 / 4
Zandtaartdeeg/ Deegreepjes 140 20 - 45 2 / 4
Koekjes gemaakt van roerdeeg 160 - 170 25 - 45 2 / 4
Eiwitgebak, schuimgebak 80 - 100 130 - 170 2 / 4
Bitterkoekjes 100 - 120 40 - 80 2 / 4
Koekjes gemaakt van gistdeeg 160 - 170 30 - 60 2 / 4
Klein bladerdeeggebak 170 - 180 30 - 50 2 / 4
1)
Oven voorverwarmen.
9.5 Boven- en onderwarmte op één niveau
Bakken in een bakblik
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
hoogte
Tulband of brioche 160 - 180 50 - 70 2
Moskovisch gebak/vruchtencake 150 - 170 50 - 90 1 - 2
Biscuittaart zonder vet
170
1)
25 - 40 3
Taartbodem van zandtaartdeeg
190 - 210
1)
10 - 25 2
Taartbodem - zacht cakedeeg 170 - 190 20 - 25 2
Appeltaart (2 vormen Ø 20 cm, dia-
gonaal geplaatst)
180 60 - 90 1 - 2
Hartige taart (bijv. quiche lorraine) 180 - 220 35 - 60 1
Kwarktaart 160 - 180 60 - 90 1 - 2
1)
Oven voorverwarmen.
www.aeg.com16
Gebak op bakplaat
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
hoogte
Vlechtbrood/broodkrans 170 - 190 40 - 50 2
Kerststol
160 - 180
1)
50 - 70 2
Brood (roggebrood):
1. Eerste deel van het bakproces.
2. Tweede deel van het bakproces.
1. 230
1)
2. 160 - 180
1)
1. 20
2. 30 - 60
1 - 2
Roomsoezen/tompoezen
190 - 210
1)
20 - 35 3
Koninginnenbrood (opgerolde cake
met jam)
180 - 200
1)
10 - 20 3
Kruimeltaart (droog) 160 - 180 20 - 40 3
Amandelcake/suikertaart
190 - 210
1)
20 - 30 3
Vruchtentaart (bereid met gistdeeg/
sponsdeeg)
2)
170 35 - 55 3
Vruchtentaart met kruimeldeeg 170 - 190 40 - 60 3
Plaatkoek met kwetsbare garnering
(bijv. kwark, room, puddingvulling)
160 - 180
1)
40 - 80 3
Pizza (met veel garnering)
190 - 210
1)
30 - 50 1 - 2
Pizza (dunne korst)
220 - 250
1)
15 - 25 1 - 2
Ongedesemd brood 230 - 250 10 - 15 1
Vlaaien (CH) 210 - 230 35 - 50 1
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik braadpan.
Koekjes
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
hoogte
Zandkoekjes 170 - 190 10 - 20 3
Zandtaartdeeg/ Deegreepjes
160
1)
20 - 35 3
Roerdeegkoekjes 170 - 190 20 - 30 3
Eiwitgebak, schuimgebak 80 - 100 120 - 150 3
Bitterkoekjes 120 - 130 30 - 60 3
Koekjes gemaakt van gistdeeg 170 - 190 20 - 40 3
NEDERLANDS 17
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
hoogte
Klein bladerdeeggebak
190 - 210
1)
20 - 30 3
Broodjes
190 - 210
1)
10 - 55 3
Kleine cakejes (20 per blad)
170
1)
20 - 30 3 - 4
1)
Oven voorverwarmen.
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
hoogte
Pastaschotel 180 - 200 45 - 60 1
Lasagne 180 - 200 35 - 50 1
Groentegratin
180 - 200
1)
15 - 30 1
Stokbroden bedekt met gesmolten
kaas
200 - 220
1)
15 - 30 1
Zoete ovenschotels 180 - 200 40 - 60 1
Visschotels 180 - 200 40 - 60 1
Gevulde groente 180 - 200 40 - 60 1
1)
Oven voorverwarmen.
9.6 Braden
Gebruik hittebestendig servies om te
braden (lees de instructies van de
fabrikant).
Grote braadstukken kunt u direct in
de diepe braadpan braden (indien
aanwezig) of op een rooster boven de
braadpan.
Braad mager vlees in een braadpan
met deksel. Op die manier blijft het
vlees sappiger.
Alle soorten vlees die een korst
moeten krijgen, kunt u in de
braadschaal zonder deksel braden.
Wij raden u aan vlees en vis vanaf 1 kg
in het apparaat te bereiden.
Giet een beetje vloeistof in de
braadpan om het aanbranden van
vleessap of vet te voorkomen.
Indien nodig het braadstuk (na 1/2 -
2/3 van de gaartijd) keren.
Besprenkel grote braadstukken en
gevogelte diverse keren tijdens het
braden met het eigen vleessap.
Hiermee bereikt u een beter
braadresultaat.
U kunt het apparaat ongeveer 10
minuten voor het einde van de
bereidingstijd uitschakelen om de
restwarmte te gebruiken.
www.aeg.com18
9.7 Braden met boven- en onderwarmte
Rundvlees
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Stoofvlees 1 – 1,5 kg 200 - 230 105 - 150 1
Rosbief of ossehaas:
rood
per cm dikte
230 - 250
1)
6 - 8 1
Rosbief of ossehaas:
medium
per cm dikte 220 - 230 8 - 10 1
Rosbief of ossehaas:
gaar
per cm dikte 200 - 220 10 - 12 1
1)
Oven voorverwarmen.
Varkensvlees
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Schouderstuk, nekstuk,
hamlap
1 – 1,5 kg 210 - 220 90 - 120 1
Kotelet, ribbetje 1 – 1,5 kg 180 - 190 60 - 90 1
Gehaktbrood 750 g - 1 kg 170 - 190 50 - 60 1
Varkensschenkel(voor-
gekookt)
750 g - 1 kg 200 - 220 90 - 120 1
Kalfsvlees
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Geroosterd kalfsvlees
1)
1 kg 210 - 220 90 - 120 1
Kalfsschenkel 1,5 – 2 kg 200 - 220 150 - 180 1
1)
Gebruik een afgesloten braadpan.
Lamsvlees
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Lamsbout, geroosterd
lamsvlees
1 – 1,5 kg 210 - 220 90 - 120 1
Lamsrug 1 – 1,5 kg 210 - 220 40 - 60 1
NEDERLANDS 19
Game
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Hazenrug, hazenbout tot 1 kg
220 - 240
1)
30 - 40 1
Reerug, hertenrug 1,5 – 2 kg 210 - 220 35 - 40 1
Reebout, hertenbout 1,5 – 2 kg 200 - 210 90 - 120 1
1)
Oven voorverwarmen.
Gevogelte
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Stukken gevogelte 200 – 250 g p.p. 220 - 250 20 - 40 1
Halve kip 400 – 500 g p.p. 220 - 250 35 - 50 1
Kip, haantje 1 – 1,5 kg 220 - 250 50 - 70 1
Eend 1,5 – 2 kg 210 - 220 80 - 100 1
Gans 3,5 – 5 kg 200 - 210 150 - 180 1
Kalkoen 2,5 – 3,5 kg 200 - 210 120 - 180 1
Kalkoen 4 – 6 kg 180 - 200 180 - 240 1
Vis
Gerecht Aantal Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Hele vis 1 – 1,5 kg 210 - 220 40 - 70 1
9.8 Braden met circulatiegrill
Rundvlees
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Rosbief of ossehaas: rood per cm dikte
190 - 200
1)
5 - 6 1
Rosbief of ossehaas: medi-
um
per cm dikte 180 - 190 6 - 8 1
Rosbief of ossehaas: gaar per cm dikte 170 - 180 8 - 10 1
1)
Oven voorverwarmen.
www.aeg.com20
Varkensvlees
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Schouderstuk, nekstuk,
hamlap
1 – 1,5 kg 160 - 180 90 - 120 1
Kotelet, ribbetje 1 – 1,5 kg 170 - 180 60 - 90 1
Gehaktbrood 750 g - 1 kg 160 - 170 50 - 60 1
Varkensschenkel(voorge-
kookt)
750 g - 1 kg 150 - 170 90 - 120 1
Kalfsvlees
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Geroosterd kalfsvlees 1 kg 160 - 180 90 - 120 1
Kalfsschenkel 1,5 – 2 kg 160 - 180 120 - 150 1
Lamsvlees
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Lamsbout, geroosterd
lamsvlees
1 – 1,5 kg 150 - 170 100 - 120 1
Lamsrug 1 – 1,5 kg 160 - 180 40 - 60 1
Gevogelte
Gerecht Aantal Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Stukken gevogelte 200 – 250 g p.p. 200 - 220 30 - 50 1
Halve kip 400 – 500 g p.p. 190 - 210 35 - 50 1
Kip, haantje 1 – 1,5 kg 190 - 210 50 - 70 1
Eend 1,5 – 2 kg 180 - 200 80 - 100 1
Gans 3,5 – 5 kg 160 - 180 120 - 180 1
Kalkoen 2,5 – 3,5 kg 160 - 180 120 - 150 1
Kalkoen 4 – 6 kg 140 - 160 150 - 240 1
9.9 Grillen in het algemeen
WAARSCHUWING!
Tijdens het grillen moet de
ovendeur altijd gesloten zijn.
Grill alltijd met de maximale
temperatuurinstelling.
Rooster in de rekstand plaatsen, zoals
aangeraden in grilleertabel.
Altijd de pan plaatsen om vet op te
vangen op de eerste rekstand.
Alleen platte stukken vlees of vis
grillen.
Lege oven met grillfuncties altijd 5
minuten voorverwarmen.
NEDERLANDS 21
Het grilgedeelte is ingesteld in het
midden van het rooster.
9.10 Grill
Gerecht Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Roos-
ter-
hoogte
1e kant
2e kant
2e kant
Biefstuk, medium 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Runderfilet, medium 230 20 - 30 20 - 30 3
Varkensrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Kalfsrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Lamsrug 210 - 230 25 - 35 20 - 35 3
Hele vis, 500 - 1000g 210 - 230 15 - 30 15 - 30 3 - 4
9.11 Inmaken - Onderwarmte
Gebruik alleen weckpotten van
dezelfde afmetingen.
Gebruik geen wekglazen met een
draai- of bajonetsluiting en metalen
bakken.
Gebruik het eerste rek van de bodem
van deze functie.
Zet niet meer dan zes wekflessen van
1 liter op het bakrooster.
Vul de flessen tot hetzelfde niveau en
sluit ze af met een klem.
De weckpotten mogen elkaar niet
raken.
Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat,
zodat er voldoende vocht in de oven
ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste
wekglazen begint te borrelen (na. ca.
35-60 minuten bij 1 liter glazen) de
oven uitschakelen of de temperatuur
verlagen tot 100°C (zie tabel).
Zachte vruchten
In te maken eet-
waar
Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be-
gint (min)
Door blijven koken
op 100 °C (min.)
Aardbeien, bosbes-
sen, frambozen, rijpe
kruisbessen
160 - 170 35 - 45 -
www.aeg.com22
Steenvruchten
In te maken eet-
waar
Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be-
gint (min)
Door blijven koken
op 100 °C (min.)
Peren, kweeperen,
pruimen
160 - 170 35 - 45 10 - 15
Groenten
In te maken eet-
waar
Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be-
gint (min)
Door blijven koken
op 100 °C (min.)
Wortels
1)
160 - 170 50 - 60 5 - 10
Komkommers 160 - 170 50 - 60 -
Gemengde augurk-
en
160 - 170 50 - 60 5 - 10
Koolrabi, erwten, as-
perges
160 - 170 50 - 60 15 - 20
1)
In de uitgeschakelde oven laten staan.
9.12 ontdrooien
Haal het voedsel uit de verpakking.
Doe het voedsel op een bord.
Gebruik voor het afdekken geen
borden of schotels. Hierdoor kan de
ontdooitijd worden verlengd.
Gebruik de eerste rekstand van de
oven. Het inzetniveau onderaan.
Gerecht Aantal Ontdooitijd
(min.)
Nadooitijd
(min)
Opmerkingen
Kip 1 kg 100 - 140 20 - 30 Kip op een omgedraaid scho-
teltje in een groot bord leg-
gen. Halverwege de berei-
dingstijd omdraaien.
Vlees 1 kg 100 - 140 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
Vlees 500 g 90 - 120 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
Forel 150 g 25 - 35 10 - 15 -
Aardbeien 300 g 30 - 40 10 - 20 -
Boter 250 g 30 - 40 10 - 15 -
Room 2 x 200 g 80 - 100 10 - 15 Klop de nog licht bevroren sla-
groom.
NEDERLANDS 23
Gerecht Aantal Ontdooitijd
(min.)
Nadooitijd
(min)
Opmerkingen
Cake 1,4 kg 60 60 -
10. OVEN - ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
10.1 Opmerkingen over
schoonmaken
Maak de voorkant van het apparaat
schoon met een zachte doek en een
warm sopje.
Gebruik voor metalen oppervlakken
een universeel reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van het
apparaat na elk gebruik.
Opeenhopingen van vetten of andere
voedselresten kunnen brand
veroorzaken. Het risico is hoger voor
de grillpan.
Verwijder hardnekkig vuil met een
speciale ovenreiniger.
Reinig alle accessoires na elk gebruik
en laat ze drogen. Gebruik een zachte
doek en een warm sopje en een
reinigingsmiddel.
Toebehoren met antiaanbaklaag
mogen niet worden schoongemaakt
met een agressief reinigingsmiddel,
voorwerpen met scherpe randen of
een afwasautomaat. Dit kan de
antiaanbaklaag beschadigen.
10.2 Apparaten van roestvrij
staal of aluminium:
Maak de ovendeur alleen
schoon met een natte spons.
Droog maken met een
zachte doek.
Vermijd het gebruik van
staalwol, zure of schurende
producten, deze kunnen de
oppervlakken van de oven
beschadigen. Maak het
bedieningspaneel van de
oven net zo voorzichtig
schoon
10.3 Verwijderen van de
inschuifrails
Om de oven te reinigen, verwijdert u de
inschuifrails.
1. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit
de zijwand.
2. Trek de geleider bij de achterkant uit
de zijwand en verwijder deze.
2
1
Installeer de inschuifrails in omgekeerde
volgorde.
LET OP!
Zorg ervoor dat de langste
bevestigingsdraad voorin
wordt aangebracht. De
uiteinden van de twee
draden moeten naar
achteren wijzen. Incorrecte
installatie kan schade aan
het email toebrengen.
www.aeg.com24
10.4 Uitnemen van de
ovendeur
Om het reinigen te vergemakkelijken,
verwijdert u best de ovendeur.
1
2
1.
Open de deur helemaal.
2. Verplaats de schuif totdat u een klik
hoort.
3. Sluit de deur tot de schuif
vergrendelt.
4. Verwijder de deur.
Om de deur te verwijderen, trek de
deur eerst aan de ene zijde naar
buiten en daarna aan de andere
zijde.
Wanneer u klaar bent met reinigen,
plaatst u de ovendeur terug in
omgekeerde volgorde. Zorg ervoor dat u
een klik hoort wanneer u de deur
terugplaatst. Gebruik indien nodig enige
kracht.
10.5 Verwijderen en reinigen
van de deurglazen
De glasplaten van de
ovendeur op uw product
kunnen in type en vorm
verschillen van de
voorbeelden die u hier ziet.
Het aantal glasplaten kan
ook verschillen.
1. Deurafdekking (B) aan de bovenkant
van de deur aan beide kanten
vastpakken en naar binnen drukken
om de klemsluiting te ontgrendelen.
1
2
B
2. Trek de deur naar voren om hem te
verwijderen.
3. Houd de glasplaten aan de
bovenkant vast en trek deze een voor
een omhoog uit de geleiding.
4. Reinig de glasplaten.
Om de panelen te plaatsen, moet u de
stappen in omgekeerde volgorde
uitvoeren.
10.6 Het lampje vervangen
Leg een doek op de bodem van de
binnenkant van het apparaat. Dit
voorkomt schade aan het afdekglas en
de ovenruimte.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrocutie!
Maak de zekering los
voordat u de lamp vervangt.
De lamp en het afdekglas
kunnen heet zijn.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder de zekeringen in de
zekeringenkast, of schakel de
stroomonderbreker uit.
NEDERLANDS
25
De lamp aan de achterkant.
Het afdekglas van het
lampje bevindt zich in de
achterkant van de
ovenruimte.
1. Draai het afdekglas van de lamp naar
rechts en verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang het ovenlampje met de
relevante tegen 300 °C
hittebestendig ovenlampje.
Gebruik hetzelfde ovenlamptype.
4. Plaats het afdekglas terug.
10.7 De lade verwijderen
WAARSCHUWING!
Wanneer de oven in gebruik
is, kan de lade heet worden.
Bewaar geen ontvlambare
dingen in de oven (bijv.
schoonmaakmiddelen,
plastic zakken,
ovenhandschoenen, papier,
reinigingssprays, enz).
De lade onder de oven kan worden
verwijderd om gemakkelijker te worden
schoongemaakt.
1. Trek de lade volledig naar buiten, tot
deze niet verder kan.
1
2
2. Til de lade iets schuin omhoog en
verwijder de lade uit de steunrails.
De lade plaatsen:
1. Plaats de lade op de steunrails van
de lade. Zorg ervoor dat de
uitsparingen goed in de rails vallen.
2. Laat de lade tot horizontale stand
zakken en duw de lade naar binnen.
11. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
11.1 Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
U kunt het apparaat niet ac-
tiveren.
Het apparaat is niet aan-
gesloten op een stopcontact
of is niet goed geïnstalleerd.
Controleer of het apparaat
goed is aangesloten op het
lichtnet.
U kunt het apparaat niet ac-
tiveren.
De zekering is doorgebrand. Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende installa-
teur.
www.aeg.com26
Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
Restwarmte-indicatie gaat
niet branden.
De zone is niet heet, omdat
hij slechts kortstondig is be-
diend.
Als de kookzone lang gen-
oeg in werking is geweest
om heet te zijn, neemt u
contact op met de klanten-
service.
De oven wordt niet warm. De oven is uitgeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
Zorg ervoor dat de instellin-
gen correct zijn.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
Stoom en condens slaan
neer op de gerechten en in
de ovenruimte.
Het gerecht heeft te lang in
de oven gestaan.
Laat gerechten na het berei-
den niet langer dan 15 - 20
minuten in de oven staan.
11.2 Onderhoudgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt
verhelpen, neem dan contact op met uw
verkoper of de serviceafdeling.
De contactgegevens van het
servicecentrum staan op het typeplaatje.
Het typeplaatje bevindt zich voor aan de
binnenkant van het apparaat. Verwijder
het typeplaatje niet uit de ovenruimte.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
12. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
12.1 Technische gegevens
Afmetingen
In hoogte 847 - 867 mm
Breedte 596 mm
Diepte 600 mm
12.2 Locatie van het apparaat
U kunt uw vrijstaand apparaat met kasten
aan een of twee zijden en in de hoek
plaatsen.
NEDERLANDS 27
A
A
B
Minimum afstanden
Afmetingen mm
A 2
B 685
12.3 Het apparaat waterpas
zetten
Gebruik kleine pootjes aan de onderkant
van het apparaat om het kookoppervlak
aan de bovenkant waterpas met andere
oppervlakken te brengen.
12.4 Anti-kantelbescherming
LET OP!
Monteer de anti-
kantelbescherming zodat
het apparaat niet valt als het
incorrect wordt geladen. De
antikantelbescherming werkt
alleen als het apparaat in
een correcte ruimte is
geplaatst.
Uw apparaat is voorzien van
het symbool weergegeven in
de afbeelding (indien van
toepassing) om u te
herinneren aan de montage
van de anti-
kantelbescherming.
LET OP!
Zorg dat u de anti-
kantelbescherming op de
correcte hoogte installeert.
Zorg ervoor dat het oppervlak achter het
apparaat glad is.
1. Stel de correcte hoogte in en bepaal
waar op het apparaat u de anti-
kantelbescherming gaat plaatsen.
2. Installeer de anti-kantelbescherming
77 mm onder het bovenvlak van het
apparaat en 49 mm van de linkerkant
www.aeg.com
28
van het apparaat in de ronde
opening op een steun. Zie
afbeelding. Schroef de beveiliging
stevig in solide materiaal of gebruik
geschikte versteviging (muur).
3. U vindt het gat aan de
linkerachterkant van het apparaat.
Zie afbeelding. Til de voorkant van
het apparaat op (1) en plaats dit in
het midden van de ruimte tussen de
kastjes (2). Als de afstand tussen de
aanrechtkastjes groter is dan de
breedte van het apparaat, moet u de
zijmaten aanpassen als u het
apparaat wilt centreren.
1
2
49 mm
77 mm
12.5 Elektrische installatie
WAARSCHUWING!
De fabrikant is niet
verantwoordelijk indien u
deze veiligheidsmaatregelen
uit hoofdstuk
'Veiligheidsinformatie' niet
opvolgt.
Dit apparaat wordt geleverd zonder
stekker en netsnoer.
Geschikte kabelsoorten: H07 RN-F, H05
RN-F, H05 RR-F, H05 VV-F, H05 V2V2-F
(T90), H05 BB-F.
13. ENERGIEZUINIGHEID
13.1 Productfiche en informatie voor ovens volgens EU
65-66/2014
Naam leverancier AEG
Modelidentificatie 30006VL-WN
Energie-efficiëntie Index 100.0
Energie-efficiëntieklasse A
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand
boven + onderwarmte
0.95 kWh/cyclus
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand
hetelucht
0.85 kWh/cyclus
Aantal ruimten 1
Warmtebron Electriciteit
Volume 72 l
NEDERLANDS 29
Soort oven Oven in vrijstaand fornuis
Massa 46.4 kg
EN 60350-1 - Elektrische huishoudelijke
kookapparaten - Deel 1: Reeksen, ovens,
stoomovens en grills - Methoden voor
prestatiemeting.
13.2 Oven - Energiebesparing
Dit apparaat bevat functies die u helpen
energie te besparen tijdens het dagelijks
koken.
Algemene tips
Zorg ervoor dat de ovendeur
goed is gesloten als het apparaat
werkt en houd de deur tijdens de
bereiding zo veel mogelijk
gesloten.
Gebruik metalen schalen om
meer energie te besparen.
Zet indien mogelijk het eten in de
oven zonder voor te verwarmen.
Verlaag bij een bereidingsduur
langer dan 30 minuten de
oventemperatuur met minimaal 3
- 10 minuten, afhankelijk van de
bereidingsduur voordat de
kooktijd verstrijkt. De restwarmte
in de oven zorgt ervoor dat het
gerecht wordt voltooid.
U kunt de restwarmte gebruiken
om ander eten op te warmen.
Bereiding met hete lucht - gebruik
indien mogelijk de bereidingsfuncties
met hete lucht om energie te
besparen.
Eeten warm houden - kies de laagste
temperatuur als u de restwarmte wilt
gebruiken om eten warm te houden.
14. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
*
www.aeg.com
30
NEDERLANDS 31
www.aeg.com/shop
867307434-A-322014
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

AEG 30006VL-WN Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding