Probleem Mogelijke oorzaak en oplossing
gaat branden.
• Het kookgerei is niet geschikt. Gebruik een geschikte pan.
• Er staat geen kookgerei op de kookzone. Zet een pan op de
kookzone.
• De diameter van de bodem van de pan is te klein voor de
kookzone. Gebruik een geschikte pan.
en een cijfer gaan branden.
Het apparaat heeft een storing.
Koppel het apparaat enige tijd los van de elektrische voeding.
Haal de zekering uit de zekeringenkast in uw huis. Corrigeer op-
nieuw. Als
opnieuw gaat branden, neem dan contact op met
een monteur.
en gaan branden.
Lichtstralen die te intensief zijn voor het bedieningspaneel, bij-
voorbeeld direct zonlicht. Scherm het bedieningspaneel enige
tijd af, bijvoorbeeld met uw hand. Er klinkt een geluid en het
apparaat wordt uitgeschakeld. Het apparaat opnieuw starten.
gaan branden
Er is een storing opgetreden in het apparaat, omdat er een pan
is drooggekookt of omdat u een ongeschikte pan heeft gebruikt.
Oververhittingsbeveiliging voor de kookzone is in werking ge-
treden. De automatische uitschakeling is in werking getreden.
Schakel het apparaat uit. Verwijder de hete pan. Schakel de
kookzone na ongeveer 30 seconden opnieuw in.
moet nu
verdwijnen, de restwarmte-indicator kan blijven branden. Laat
de pan afkoelen en controleer deze aan de hand van het hoofd-
stuk "Pannen voor de inductiekookzone".
Als u door het volgen van de bovenstaande suggesties het probleem niet kunt oplossen,
dient u contact op te nemen met uw vakhandelaar of de klantenservice. Geef de gegevens
door van het typeplaatje, een driecijferige code voor de glaskeramische plaat (bevindt zich
op de hoek van de kookplaat) en de foutmelding die wordt weergegeven.
Bij foutieve bediening van het apparaat wordt het bezoek van de technicus van de klan-
tenservice of de vakhandelaar in rekening gebracht, zelfs tijdens de garantieperiode. De
instructies over de klantenservice en de garantiebepalingen vindt u in het garantieboekje.
Milieubescherming
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt
waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen
voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt
u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
14
Milieubescherming